Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van
optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat
stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen.
Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem
te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige
eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
Inhoud
Gebruiksaanwijzing 3
Veiligheidsinstructies 3
Elektrische veiligheid 3
Kinderbeveiliging 3
Veiligheid tijdens het gebruik 3
Magnetron 4
Zo vermijdt u schade aan het apparaat
Belangrijke veiligheidsinstructies!
Zorgvuldig lezen en voor toekomstige raadpleging bewaren!
Elektrische veiligheid
•
Het apparaat mag uitsluitend door een erkend vakman worden aangesloten.
• Bij storingen of beschadigingen aan het apparaat: Zekeringen losdraaien resp. uitschakelen.
• Als de deursluiting en de deursluitingsoppervlakken beschadigd zijn, mag het apparaat
tot het gerepareerd is niet worden gebruikt.
•
Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen worden uitgevoerd.
Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. Neem in geval
van reparatie contact op met onze klantenservice of uw vakhandel.
Kinderbeveiliging
• Houd kleine kinderen altijd uit de buurt van het apparaat. Zorgt dat kinderen niet met
het apparaat spelen.
• Verwarm babyvoeding in principe altijd in een glas of fles zonder deksel of afsluiting.
Om ervoor te zorgen dat de warmte gelijkmatig wordt verdeeld, dient de voeding na het
opwarmen goed doorgeroerd of geschud te worden. Voordat u het kind de babyvoeding
geeft, is het van groot belang eerst de temperatuur van de voeding te controleren.
• In de functie Grillen (alleen of in combinatie met de magnetron) wordt het venster heet.
Houd daarom kleine kinderen uit de buurt van de deur van het apparaat.
• Kinderen nooit zonder toezicht laten terwijl het apparaat in werking is.
• Dit apparaat is voorzien van een kinderbeveiliging.
3
Veiligheid tijdens het gebruik
• Dit apparaat mag alleen in het huishouden worden gebruikt voor het koken, braden en
bakken van levensmiddelen.
• Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten in de
buurt van het apparaat. Aansluitleidingen mogen niet onder de hete ovendeur worden
vastgeklemd
•
Waarschuwing: Gevaar voor verbranding! Tijdens de werking wordt de binnenkant
van de oven heet.
• Als u alcoholische toevoegingen in de oven gebruikt, kan er eventueel een licht ontvlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Doe in dat geval de deur voorzichtig open.
Houd daarbij gloeiende voorwerpen, vonken of vuur uit de buurt.
• Kinderen en personen, die wegens hun fysieke, sensorische of verstandelijke vermogens
of hun onervarenheid of onwetendheid niet in staat zijn het apparaat op veilige wijze
te gebruiken, mogen dit apparaat niet zonder toezicht of instructie van een verantwoordelijk persoon gebruiken.
Veiligheidsinstructies
4
Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levensmiddelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de gezondheid door
acrylamide opleveren. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel mogelijk bij lage
temperaturen gaar te laten worden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Magnetron
• Schakel het apparaat alleen in met gerechten in de gaarruimte. Zonder gerechten kan
het apparaat overbelasten.
•
Gebruik alleen voor de magnetron geschikt servies (zie hoofdstuk Toepassingen, tabellen en tips : geschikt servies en materiaal).
• Om het apparaat tegen corrosie in de gaarruimte of de deur van het apparaat door
uittredende waterdampen of stoom (condenswater) te beschermen, het geheel na elk
gebruik grondig droogwrijven.
• Laat het apparaat niet onbeheerd achter als voedingsmiddelen in wegwerpverpakkingen
van kunststof, papier of andere brandbare materialen verwarmd of gegaard worden.
• Houd bij rookvorming het apparaat gesloten. Het apparaat uitschakelen en loskoppelen
van de voeding. Het apparaat nooit gebruiken als het niet meer probleemloos functioneert.
• Plaats bij het verwarmen van vloeistoffen
altijd een theelepeltje of een in de beker,
om kookvertragingen te voorkomen. Bij
kookvertragingen wordt de kooktemperatuur bereikt, zonder de kenmerkende vorming van luchtbelletjes.
Al bij gering schudden van de beker kan de
vloeistof dan plotseling heftig overkoken of
wegspuiten. Gevaar voor verbranding!
• Prik voordat het gaarproces start meerdere
keren met een vork in voedingsmiddelen
met een "schil" of "schaal", zoals aardappelen, tomaten, worstjes, zodat het product
niet barst.
• Controleer of bij het garen / verwarmen van
gerechten een minimale temperatuur van
70°C wordt bereikt. Let hierbij a.u.b. op de
indicaties die in de tabellen staan voor vermogen en tijd. Voor het meten van de temperatuur van gerechten nooit een kwikthermometer of thermometer met vloeistof
gebruiken.
• Gerechten die met de magnetron zijn verwarmd gegeven warmte aan het servies af.
Gebruik pannenlappen of iets dergelijks!
70
min 70 C
0
Veiligheidsinstructies
• Kook de gerechten niet te lang door een te hoog vermogen of een te lange tijd in te
stellen. De gerechten kunnen dan op een bepaalde plaats uitdrogen, verbranden of ontbranden.
• De gaarruimte, het verwarmingselement van de grill en de accessoires worden tijdens
de werking heet. Let hier a.u.b. op en gebruik daarom pannenlappen of iets dergelijks.
Gevaar voor verbranding!
• Metalen voorwerpen dienen ten minste 2 cm van de wanden en de deur van de gaarruimte verwijderd te zijn. Anders kan er vonkoverslag ontstaan en kan het apparaat
beschadigen.
• Indien niet anders aanbevolen, geen aluminiumfolie gebruiken.
• Niets tussen de deur en het venster van de deur klemmen.
• Houd de deursluiting, deursluitingsoppervlakken en de binnenruimte altijd schoon. Het
niet regelmatig reinigen van het apparaat kan tot gevaarlijke situaties leiden.
• Bewaar geen brandbare stoffen in de oven. Deze kunnen bij het inschakelen van de oven
vlam vatten.
Zo vermijdt u schade aan het apparaat
• Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en zet geen braadslede of bakplaat op de bodem
van de oven, anders kan het email van de oven door de oplopende hitte beschadigd
worden.
• Druppels vruchtensap, die op het bakblik terechtkomen, laten vlekken achter die niet
meer verwijderd kunnen worden. Gebruik voor cakes met veel vocht een diep bakblik.
• Belast de ovendeur niet.
• Giet nooit water direct in de hete oven. Dan kan het emaille beschadigd raken en kunnen
er verkleuringen ontstaan.
• Bij heftige stoten, vooral tegen de zijkanten van de voorste glasplaat, kan het glas breken.
• Bewaar geen brandbare stoffen in de oven. Deze kunnen bij het inschakelen van de oven
vlam vatten.
• Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het emaille kan beschadigd raken.
• Bewaar, nadat de koelventilator is uitgeschakeld, geen onafgedekte etenswaren in de
oven. In de ovenruimte en op het glas van de deur kan vochtigheid neerslaan, die ook
op uw meubilair terecht kan komen.
Informatie emaillelaag
Kleurveranderingen van de emaillelaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn niet van
invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contractueel gebruik. Dit
zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garantie.
5
Veiligheidsinstructies
6
Gebruik het apparaat niet...
... voor het garen van ongepelde eieren (bij spiegeleieren eerst eigeel breken) en wijngaardslakken, omdat deze anders ontploffen.
spijsolie (fondue, frituren) en voor dranken met
een hoog alcoholpercentage: Zelfontbranding!
Explosiegevaar!
... voor het verwarmen van goed afgesloten houders, bijv. conserven, flessen, glas met afsluitdop.
... voor het drogen van dieren, textiel en andere
brandbare materialen: Brandgevaar!
... voor servies van porselein, keramiek of aardewerk, die kleine gaatjes hebben, bijv. bij grepen of
bodems zonder beschermlaag. Vocht dat door
gaatjes heen dringt kan tijdens het verwarmen
het servies laten barsten.
Voor servies, bak- en braadvormen, braden en
grillen.
5
6
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
(niet geschikt voor gebruik in de magnetron)
Voor het eerste gebruik
Dagtijd instellen en wijzigen
De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een
stroomstoring knippert het symbool voor Dagtijd
automatisch.
1. Om een reeds ingestelde dagtijd te veranderen
drukt u de toets Klokfuncties
het symbool voor Dagtijd
zo vaak in tot
knippert.
Voor het eerste gebruik
9
2. Met de toets
stellen.
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en geeft
de de ingestelde tijd aan.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
U kunt de dagtijd alleen veranderen, als de kinderbeveiliging is uitgeschakeld, de klokfuncties
Kookwekker
gesteld en er geen ovenfunctie is ingesteld.
of de actuele tijd in-
, Duur of Einde niet zijn in-
Voor het eerste gebruik
10
Eerste reiniging
Voordat u de oven voor het eerst in gebruik neemt, moet u hem reinigen.
Gebruik geen scherpe, schurende reinigingsmiddelen! De oppervlakken zouden beschadigd
kunnen worden.
Gebruik bij ovens met een metalen voorzijde de hiervoor in de handel verkrijgbare onderhoudsmiddelen.
1. Open de ovendeur.
De verlichting in de oven is ingeschakeld.
2. Neem alle accessoires en geleiderails uit de oven en reinig deze met een warm sopje.
3. Maak de oven ook schoon met een warm sopje en droog hem daarna af.
4. Veeg de voorzijde af met een vochtige doek.
Zo leert u het apparaat kennen
Om het apparaat uit te proberen of alle bedieningsstappen uit te voeren, kan de testfunctie
worden gebruikt. De oven wordt niet warm.
• De gekozen functie altijd door middel van het indrukken van de toets Start
activeren.
Wordt de gekozen functie niet binnen 30 seconden gestart, dan schakelt het apparaat
automatisch uit.
• Wanneer de gekozen functie wordt gestart, gaat de oven opwarmen of begint de ingestelde tijd te lopen.
• Als tijdens de werking de ovendeur wordt geopend, stopt de functie. Doorgaan met de
werking na het sluiten van de deur met de toets Start
. Wordt de toets Start niet
binnen 30 seconden geactiveerd, schakelt het apparaat automatisch uit.
• De ovenverlichting wordt ingeschakeld zodra een ovenfunctie start of de deur van de
oven wordt geopend. De ovenverlichting gaat na 10 min. uit, als de deur geopend is en
het apparaat is uitgeschakeld.
• Werking met de toets Stop
door het herhaald indrukken van de toets Stop
aanhouden, doorgaan met de toets Start . Het apparaat
uitschakelen.
Ovenfunctie kiezen
1. Toets
of zo vaak indrukken tot de ge-
wenste ovenfunctie verschijnt.
– Op het temperatuurdisplay verschijnt een
voorstel voor de temperatuur.
2. Toets Start
indrukken om de ingestelde
functie te starten.
Bedienen van de oven
Oventemperatuur wijzigen
Met de toets
of de temperatuur naar boven
of naar beneden wijzigen
De instelling verloopt in stappen van 5 °C.
Symbool Thermometer
• Het langzaam oplopende thermometersymbool
geeft aan in hoeverre de oven al is
opgewarmd.
• De drie na elkaar knipperende segmenten van het symbool thermometer
de functie Snel opwarmen is geactiveerd.
De oven uitschakelen
Voor het uitschakelen van de oven de toets Stop
herhaald indrukken, tot de dagtijd en eventueel
de restwarmte worden weergegeven.
Koelventilator
De ventilator wordt automatisch ingeschakeld,
om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is uitgeschakeld, blijft de ventilator nog draaien, om het apparaat af te koelen,
daarna wordt hij automatisch uitgeschakeld.
13
geven aan dat
Snel verwarmen
Na het selecteren van een ovenfunctie kan met behulp van de extra functie Snel verwarmen
de lege oven in relatief korte tijd worden voorverwarmd.
LET OP!
Leg de te bereiden levensmiddelen pas in de oven, als het Snel verwarmen beëindigd is en
de oven in de gewenste functie werkt.
indrukken. Het symbool knippert. De achtereenvolgende
knipperende balkjes geven aan dat de functie Snel verwarmen in werking is.
Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur branden de balkjes van de temperatuurindicatie. Er klinkt een signaal. Het symbool
verdwijnt.
De oven verwarmt nu in de vooraf ingestelde ovenfunctie en temperatuur verder. U kunt
de te bereiden levensmiddelen nu in de oven plaatsen.
Bedienen van de oven
14
Ovenfuncties
Functieknop van de ovenToepassing
Hete lucht met ringvormig verwarmingselement
InfrathermVoor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op
GrillVoor het grillen van platte levensmiddelen en voor het
Ontdooien/drogenVoor het ontdooien en drogen van kruiden, groenten en
Magnetron
Tijdens de werking van de magnetron wordt de warmte direct in het voedingsmiddel opgebouwd. Voor het verwarmen van kant-en-klaargerechten en dranken, voor het ontdooien
van vlees of fruit evenals voor het garen van groenten en vis.
Combinfunctie
Aan de wijze van verwarming van de ovenfunctie(s) kan de functie Magnetron
toegevoegd. De gerechten worden in korte tijd gegaard en tegelijkertijd gebruind.
Magnetron
Snelstart
Het snel starten van het maximale magnetronvermogen bij een uitgeschakeld apparaat,
door het indrukken van de toets Start
Inschakelduur van 30 seconden tot 7 minuten. Elke druk op de toets voegt 30 sec. toe aan
de aangegeven bedrijfstijd.
Magnetron
1. Schakel het apparaat zo nodig uit met de toets Stop .
2. Door het herhaald indrukken van de toets
Magnetron
het gewenste vermogen
instellen.
– De instelmogelijkheid verloopt in stap-
pen van 100 tussen 1000 Watt tot 100
Watt.
– Door herhaald indrukken van de toets
Magnetron
begint de indicatie van
het vermogen weer bij 1000 Watt.
Voor het braden en bakken op twee niveaus tegelijk.
één niveau. De functie is ook geschikt voor gratineren en
met een korstje bedekken .
roosteren van brood.
fruit.
.
worden
3. Met de toets of de gewenste duur
instellen. Het symbool voor Duur
knip-
pert.
– De gaartijden kunnen als volgt worden
ingesteld:
– van 0 tot 2 min. in stappen van 5 se-
conden,
– van 2 tot 5 min. in stappen van 10
seconden,
– van 5 tot 10 min. in stappen van 20
seconden,
– van 10 tot 20 min. in stappen van 30 seconden,
– vanaf 20 min. in stappen van 1 minuut.
– De maximaal instelbare bedrijfsduur bedraagt:
– bij 700 Watt tot 1000 Watt 0 tot 7 min. 40 sec.,
– bij 100 Watt tot 600 Watt 0 tot 59 min.
4. Met het indrukken van de toets Start
begint de ingestelde tijd af te lopen. Het
symbool voor Duur
brandt.
– Als de tijd afloopt, kan het vermogen
met de toets Magnetron
worden
gewijzigd.
Bedienen van de oven
15
– Als de tijd afloopt, kan de duur met
de toets
of
en worden verhoogd
worden verlaagd.
Als de tijd verstreken is, klinkt er 2 minuten
lang een signaal. De magnetron wordt uitgeschakeld. Het symbool voor Duur
knippert en de indicatie van de dagtijd verschijnt.
Signaal uitschakelen: door een willekeurige
toets in te drukken.
Combinfunctie
Een overzicht van de gerechten vindt u in hoofdstuk Toepassingen, tabellen en tips: Combifunctie
1. Schakel het apparaat zo nodig uit met de toets Stop
.
Bedienen van de oven
16
2. Toets of zo vaak indrukken tot de
gewenste ovenfunctie verschijnt.
3. Met de toets
of de gewenste tem-
peratuur instellen.
4. Door het herhaald indrukken van de toets
Magnetron
het gewenste magnetron-
vermogen instellen (max. 600 Watt).
5. Met de toets
of de gewenste duur
instellen. Het symbool voor Duur
pert.
– De gaartijden kunnen als volgt worden
ingesteld:
– van 0 tot 2 min. in stappen van 5 se-
conden,
– van 2 tot 5 min. in stappen van 10
seconden,
– van 5 tot 10 min. in stappen van 20 seconden,
– van 10 tot 20 min. in stappen van 30 seconden,
– vanaf 20 min. in stappen van 1 minuut.
De maximaal instelbare bedrijfsduur bedraagt 59 min.
6. Met het indrukken van de toets Start
begint de ingestelde tijd af te lopen. Oven
en magnetron zijn in werking. Het symbool voor Duur
brandt.
– Als de tijd afloopt, kan het vermogen
met de toets Magnetron worden
gewijzigd.
– Als de tijd afloopt, kan de duur met de
toets
en worden verhoogd of
worden verlaagd.
knip-
Als de tijd verstreken is, klinkt er 2 minuten lang
een signaal. Het apparaat wordt uitgeschakeld.
Het symbool voor Duur
kni pp ert en de i nd ic at ie
van de dagtijd verschijnt.
Signaal uitschakelen: door een willekeurige toets
in te drukken.
Magnetron snelstart
1. Schakel het apparaat zo nodig uit met de toets Stop
2. Toets Start
zo vaak indrukken tot de
gewenste werkingsduur verschijnt. Het
apparaat schakelt met het maximale magnetronvermogen in.
– Elke druk op de toets voegt 30 sec. aan
de aangegeven duur toe. Maximaal 7
min. bij een maximaal magnetronvermogen.
– Als de tijd afloopt, kan de duur met de
toets
en worden verhoogd of
worden verlaagd.
– Door het herhaald indrukken van de toets Magnetron
mogen worden gewijzigd.
– Door een keer de toets Stop
in te drukken kan de werking worden onderbroken.
Doorgaan met de werking door het indrukken van de toets Start
de toets Stop
in te drukken schakelt het apparaat uit.
Als de tijd verstreken is, klinkt er 2 minuten lang
een signaal. Het apparaat wordt uitgeschakeld.
Het symbool voor Duur
kni pp ert en de i nd ic at ie
van de dagtijd verschijnt.
Signaal uitschakelen: door een willekeurige toets
in te drukken.
Bedienen van de oven
.
kan het magnetronver-
. Door twee keer
17
Opmerkingen over het instellen van het vermogen
Het overzicht geeft aan bij welke instelling van het vermogen bepaalde processen kunnen
worden doorgevoerd. De aangegeven vermogens zijn richtwaarden.
Bedienen van de oven
18
MagnetronvermogenGeschikt voor
1000 Watt
900 Watt
800 Watt
700 Watt
600 Watt
500 Watt
400 Watt
300 Watt
200 Watt
100 Watt
Rooster en bakplaat plaatsen
Uittrek- en kantelbeveiliging
• Verwarmen van vloeistoffen
• Aankoken bij het begin van een gaarproces
• Garen van groenten
• Garen van voedingsmiddelen
• Smelten van gelatine en boter
• Ontdooien en verwarmen van diepvriesgerechten
• Verwarmen van diverse gerechten
• Volledig garen van eenpansgerechten
•Garen van gerechten met ei
• Verder garen van gerechten
• Garen van kwetsbare levensmiddelen
• Verwarmen van babyvoeding
•Nakoken van rijst
• Verwarmen van kwetsbare levensmiddelen
•Smelten van kaas
• Ontdooien van vlees, vis, brood
• Ontdooien van kaas, room, boter
• Ontdooien van fruit en taart (slagroomtaarten)
• Gistdeeg laten rijzen
• Licht verwarmen van koude gerechten en dranken
Ter beveiliging van het uittrekken hebben alle inschuifdelen aan de rechter- en linkerkant
een kleine bolling naar onderen.
Plaats de inschuifdelen zodanig dat deze bolling achterin de ovenruimte ligt. Deze bolling
is ook belangrijk voor de kantelbeveiliging van de inschuifdelen.
Bakplaat plaatsen:
Schuif de bakplaat tussen de geleidestangen van
het gekozen niveau.
Bedienen van de oven
Rooster plaatsen:
Plaats het rooster zodanig dat de pootjes naar
beneden wijzen.
Schuif het rooster tussen de geleidestangen van
het gekozen niveau.
Door de verhoogde lijst die om het rooster loopt
is het serviesgoed bovendien beveiligd tegen
wegglijden.
Extra functies
Magnetronprogramma's
Gebruik voor deze functie de genoemde programma's (zie hoofdstuk Toepassingen, tabellen
en tips: programma's).
Programma kiezen
1. Schakel het apparaat zo nodig uit met de toets Stop
2. Toets Bak-/braadprogramma's
ken, dan de toets
drukken tot op het display het gewenste
programma (P1 t/m P12) verschijnt.
– Op het display wordt het voorgepro-
grammeerde gewicht "gr" aangegeven. Het symbool voor Duur
pert. Gewicht = Duur
of zo vaak in-
indruk-
knip-
.
19
3. Door het indrukken van de toets
kan de indicatie van het gewicht van
het voedingsmiddel worden aangepast,
minimaal 100 g, maximaal 1500 g (P 5 tot
P12 maximaal 1000 g).
– Door het invoeren van het gewicht
wordt de duur van de werking van de
magnetron automatisch geregeld.
– Vervolgens altijd het lagere gewicht in-
voeren, bijv. Brood weegt 460 g: Instel-
len van het gewicht op 400 g.
of
Bedienen van de oven
20
4. Met het indrukken van de toets Start
begint de ingestelde tijd af te lopen. Het
symbool voor Duur
en "min." brandt.
– Als de tijd verstreken is, klinkt er 2 mi-
nuten lang een signaal. De magnetron
wordt uitgeschakeld. Het symbool voor
Duur
knippert.
Bij een aantal programma's wordt na afloop van
de tijd een warmhoudfunctie gestart. Er klinkt een
signaal en op het display brandt "HH".
Na afloop van de warmhoudfunctie klinkt gedurende 2 minuten een signaal. De magnetron wordt
uitgeschakeld. Het symbool voor Duur
knippert
en de indicatie van de dagtijd verschijnt.
Signaal uitschakelen: door een willekeurige toets
in te drukken.
Geheugenfunctie
Met de geheugenfunctie kan een instelling die vaak wordt gebruikt, worden opgeslagen
1. Ovenfunctie, temperatuur en eventueel de klokfuncties Duur
of magnetronfunctie en Duur
2. De toets Bak-/braadprogramma's
instellen.
ge-
en/of Einde instellen
durende ca. 2 seconden ingedrukt houden, tot er een signaal klinkt. De instelling
is opgeslagen.
3. Doorgaan met de toets Start
of het
apparaat uitschakelen met de toets Stop
.
Om een andere instelling op te slaan, de toets
Bak-/braadprogramma's
gedurende ca. 2
seconden indrukken. De eerder opgeslagen instelling wordt door deze instelling vervangen.
Loading...
+ 44 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.