Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om
vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet
hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal
van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, onderhouds- en
reparatie-informatie:
www.aeg.com/support
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: Model, productnummer, serienummer.
De informatie staat op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu‑informatie
Wijzigingen voorbehouden.
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
NEDERLANDS3
niet verantwoordelijk voor verwondingen of schade die
voortvloeit uit de onjuiste installatie of het onjuiste
gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige,
toegankelijke plek voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare
mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de
buurt van het apparaat te worden gehouden, tenzij ze
voortdurend onder toezicht staan.
• Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, mits zij
voortdurend onder toezicht staan, bij het apparaat uit
de buurt te worden gehouden.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als de deur open is.
• Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
uitvoeren.
1.2 Algemene veiligheid
• Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke
en soortgelijke toepassingen, zoals:
– boerderijen; personeelskeukens in winkels,
kantoren of andere werkomgevingen;
– door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts- en
andere woonomgevingen.
• De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
www.youtube.com/electrolux
www.youtube.com/aeg
How to install your 60 cm
Dishwasher Sliding Hinge
www.aeg.com4
• De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen
tussen 0.5 (0.05) / 8 (0.8) bar (MPa)
• Volg het maximale aantal 13 plaatsen.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
• Leg het bestek in de besteklade met de scherpe
randen naar beneden of leg ze horizontaal in de
besteklade met de scherpe randen naar beneden.
• Laat om ongelukken te voorkomen het apparaat niet
onbeheerd achter met open deur.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen
verricht.
• Gebruik geen waterstralen onder druk en/of stoom om
het apparaat te reinigen.
• Als het apparaat is voorzien van ventilatieopeningen
in de basis, mogen deze niet worden afgedekt met
bijv. een vloerkleed.
• Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden
aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen
niet opnieuw worden gebruikt.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Installatie
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
• Gebruik het apparaat niet voordat u
het in de ingebouwde structuur
installeert omwille van
veiligheidsredenen.
• Volg de installatie-instructies die zijn
meegeleverd met het apparaat.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
• Installeer of gebruik het apparaat niet
• Installeer het apparaat op een veilige
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
op een plek waar de temperatuur
onder de 0 °C komt.
en geschikte plaats die aan alle
installatie-eisen voldoet.
2.2 Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
• Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
• Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
• Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen adapters met meerdere
stekkers en verlengkabels.
• Zorg dat u de netstekker en het
netsnoer niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren
door onze Klantenservice.
• Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer
na installatie bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
• Dit apparaat is voorzien van een 13 A
stekker. Als de zekering van de
stekker vervangen moet worden,
moet een ASTA (BS 1362)-zekering
van 13-ampère worden gebruikt
(uitsluitend VK en Ierland).
2.3 Wateraansluiting
• Beschadig de waterslangen niet.
• Indien buizen lang niet zijn gebruikt,
er reparaties hebben plaatsgevonden
of er nieuwe apparaten zijn geplaatst
(watermeters, enz.), moet u, voordat
de nieuwe buizen worden
aangesloten, het water laten stromen
tot het schoon en helder is.
• Zorg ervoor dat er geen zichtbare
waterlekken zijn tijdens en na het
eerste gebruik van het apparaat.
• De watertoevoerslang heeft een
veiligheidsventiel en een omhulsel
met een hoofdkabel aan de
binnenkant.
NEDERLANDS5
WAARSCHUWING!
Gevaarlijke spanning.
• Als de watertoevoerslang beschadigd
is, sluit dan onmiddellijk de
waterkraan en haal de stekker uit het
stopcontact. Neem contact op met de
service-afdeling om de
watertoevoerslang te vervangen.
2.4 Gebruik
• Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
• Vaatwasmiddelen zijn gevaarlijk. Volg
de veiligheidsinstructies op de
verpakking van het vaatwasmiddel op.
• Drink en speel niet met het water in
het apparaat.
• Verwijder de vaat pas uit het apparaat
als het programma is voltooid. Er kan
wat vaatwasmiddel op de vaat
achterblijven.
• Oefen geen druk uit op de open deur
van het apparaat en leg er ook geen
voorwerpen op.
• Er kan hete stoom uit het apparaat
komen als u de deur opent terwijl een
programma bezig is.
2.5 Binnenverlichting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel.
• Met betrekking tot de lamp(en) in dit
product en reservelampen die
afzonderlijk worden verkocht: Deze
lampen zijn bedoeld om bestand te
zijn tegen extreme fysieke
omstandigheden in huishoudelijke
apparaten, zoals temperatuur,
trillingen, vochtigheid, of zijn bedoeld
om informatie te geven over de
www.aeg.com6
operationele status van het apparaat.
Ze zijn niet bedoeld voor gebruik in
andere toepassingen en zijn niet
geschikt voor verlichting in
huishoudelijke ruimten.
• Neem contact op met het servicecentrum om de binnenverlichting te
vervangen.
2.6 Service
• Neem contact op met de erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat. Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
• Houd er rekening mee dat
zelfreparatie of niet-professionele
reparatie gevolgen kan hebben voor
de veiligheid en de garantie kan doen
vervallen.
• De volgende reserveonderdelen zijn
beschikbaar gedurende 7 jaar nadat
het model is stopgezet: motor,
circulatie- en afvoerpomp,
verwarmingstoestellen en
verwarmingselementen, inclusief
warmtepompen, leidingen en
aanverwante apparatuur, waaronder
slangen, kleppen, filters en
aquastops, structurele en interne
onderdelen met betrekking tot
deurconstructies, printplaten,
elektronische displays,
drukschakelaars, thermostaten en
sensoren, software en firmware,
inclusief resetsoftware. Houd er
rekening mee dat sommige van deze
reserveonderdelen alleen beschikbaar
zijn voor professionele reparateurs en
dat niet alle reserveonderdelen
relevant zijn voor alle modellen.
• De volgende reserveonderdelen
zullen beschikbaar zijn gedurende 10
jaar nadat het model is stopgezet:
deurscharnieren en -afdichtingen,
andere afdichtingen, spuitarmen,
afvoerfilters, binnenrekken en plastic
randapparatuur zoals manden en
deksels.
2.7 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
• Verwijder de deurgreep om te
voorkomen dat kinderen en
huisdieren opgesloten raken in het
apparaat.
3. PRODUCTBESCHRIJVING
De afbeeldingen hieronder
geven alleen een algemeen
productoverzicht. Raadpleeg
voor meer gedetailleerde
informatie andere
hoofdstukken en/of
documenten die bij het
apparaat zijn meegeleverd.
4
3
7
9
8
10
56
11
1
2
231
45
NEDERLANDS7
Bovenste sproeiarm
1
Onderste sproeiarm
2
Filters
3
Typeplaatje
4
Zoutreservoir
5
Ventilatie
6
4. BEDIENINGSPANEEL
Aan/uit-toets
1
Programma-controlelampjes
2
Controlelampjes
3
Glansmiddeldoseerbakje
7
Vaatwasmiddeldoseerbakje
8
Bestekkorf
9
Onderste korf
10
Bovenste korf
11
Programmatoets
4
Toets startuitstel
5
www.aeg.com8
4.1 Indicatielampjes
AanduidingBeschrijving
Aanduiding lopend programma. Gaat aan als het programma start en gaat
uit als het programma is afgelopen.
Einde-indicatielampje.
Glansmiddelindicatielampje. Dit indicatielampje is altijd uit als het pro‐
gramma in werking is.
Zoutindicatielampje. Dit indicatielampje is altijd uit als het programma in
werking is.
5. PROGRAMMA’S
De volgorde van de programma´s in de tabel geeft mogelijk niet hun volgorde op het
bedieningspaneel weer.
ProgrammaVuilgraad
Type bela‐
ding
3)
Normale be‐
vuiling
Serviesgoed
en bestek
Zware bevui‐
ling
Serviesgoed,
bestek, pot‐
ten en pan‐
nen
Normale be‐
vuiling
Serviesgoed
en bestek
Programmafa‐
sen
• Voorspoelen
• Wassen op
50 °C
• Spoelbeurten
• Drogen
• Voorspoelen
• Wassen op
70 °C
• Spoelbeurten
• Drogen
• Voorspoelen
• Wassen op
65 °C
• Spoelbeurten
• Drogen
Verbruikswaarden
1)2)
Duur
(min)
2274) /
5)
227
1601.052 -
900.886 -
Energie
(kWh)
1.0394) /
1.036
1.285
1.083
5)
Water
(l)
11 4) /
5)
9.9
11.1 - 13.6
9.6 - 11.7
NEDERLANDS9
ProgrammaVuilgraad
Type bela‐
ding
6)
1)
De druk en temperatuur van het water, de variaties in stroomtoevoer, de opties, de hoeveelheid vaat
en mate van vervuiling kunnen de verbruikswaarden veranderen.
2)
De waarden van de programma’s, behalve voor ECO, zijn slechts een indicatie.
3)
Dit programma heeft het meest efficiënte water- en energieverbruik voor normaal vervuild serviesgoed
en bestek. Dit is het standaardprogramma voor testinstituten. Dit programma wordt gebruikt voor de be‐
oordeling van de naleving van Verordening (EU) 2019/2022 van de Commissie inzake ecologisch ont‐
werp.
4)
Conform verordening 1016/2010.
5)
Conform verordening 2019/2022.
6)
Met dit programma kunt u voedselresten snel van de vaat afspoelen om zo geurvorming in het appa‐
raat te voorkomen. Gebruik geen vaatwasmiddel bij dit programma.
Alles• Voorspoelen150.012 -
Programmafa‐
sen
Verbruikswaarden
1)2)
Duur
(min)
Energie
(kWh)
0.015
Water
(l)
3.4 - 4.2
5.1 Aanwijzingen voor testinstituten
Om de nodige informatie te ontvangen over het uitvoeren van prestatietesten (bijv.
volgens EN60436 ), stuurt u een e-mail naar:
info.test@dishwasher-production.com
Vermeld in uw verzoek de productnummercode (PNC) dat u op het typeplaatje
aantreft.
Raadpleeg voor andere vragen betreffende uw vaatwasmachine het serviceboekje dat
met uw apparaat is meegeleverd.
6. INSTELLINGEN
6.1 Programmakeuzemodus
en gebruikersmodus
Als het apparaat in de
programmakeuzemodus staat, kan een
programma worden ingesteld en de
gebruikersmodus worden ingevoerd.
Instellingen die in de
gebruikersmodus beschikbaar zijn:
• Het niveau van de waterverzachter
afgestemd op de waterhardheid.
• De activering of de deactivering van
het geluidsignaal voor het
programma-einde.
• De activering of deactivering van
AirDry.
Omdat het apparaat de instellingen
opslaat, hoeft u deze niet bij aanvang
van iedere cyclus te configureren.
De programmakeuzemodus
instellen
Het apparaat staat in de
programmakeuzemodus als het
programma-indicatielampje van
knippert.
Na de activering bevindt het apparaat
zich standaard in de
programmakeuzemodus. Als dit niet zo
is, stelt u de programmakeuzemodus als
volgt in:
Houd de programmaknop ingedrukt tot
het apparaat in de
programmakeuzemodus staat.
www.aeg.com10
Gebruikersmodus ingaan
Zorg dat het apparaat in de keuzemodus
Programma staat.
Houd om naar de gebruikermodus te
gaan de programmaknop ingedrukt tot
het lampje
knippert en de lampjes
en branden.
6.2 De waterontharder
De waterontharder verwijdert mineralen
Hoe hoger het gehalte van deze
mineralen, des te harder is het water. De
waterhardheid wordt gemeten in de
volgende gelijkwaardige schalen.
De waterontharder moet worden
afgesteld op de hardheid van het water
in uw woonplaats. Uw waterleidingbedrijf
kan u informeren over de hardheid van
het water in uw woonplaats. Het is
belangrijk om het correcte niveau voor
de waterontharder in te stellen voor
goede wasresultaten.
van de watertoevoer die een nadelige
invloed hebben op de wasresultaten en
het apparaat.
Waterhardheid
Duitse hard‐
heid (°dH)
47 - 5084 - 908,4 - 9,058 - 6310
43 - 4676 - 837,6 - 8,353 - 579
37 - 4265 - 756,5 - 7,546 - 528
29 - 3651 - 645,1 - 6,436 - 457
23 - 2840 - 504,0 - 5,028 - 356
19 - 2233 - 393,3 - 3,923 - 27
15 - 1826 - 322,6 - 3,218 - 224
11 - 1419 - 251,9 - 2,513 - 173
4 - 107 - 180,7 - 1,85 - 122
<4<7<0,7< 5
1)
Fabrieksinstelling.
2)
Gebruik geen zout op dit niveau.
Franse hard‐
heid (°fH)
mmol/lClarke-
hardheid
Wateronthardings‐
niveau
1)
5
2)
1
Stel ongeacht het gebruikte soort
wasmiddel het juiste
waterhardheidniveau in om de
bijvulindicator voor zout geactiveerd
te houden.
Multivaatwastabletten die
zout bevatten zijn niet
effectief genoeg als
waterontharder.
Regeneratieproces
Voor de juiste werking van de
waterontharder moet de hars van de
ontharder regelmatig worden
geregenereerd. Dit proces is automatisch
en maakt deel uit van de normale
vaatwasmachinewerking.
Wanneer de voorgeschreven
hoeveelheid water (zie waarden in de
tabel) is gebruikt sinds het vorige
regeneratieproces, wordt een nieuw
regeneratieproces gestart tussen de
laatste spoeling en het einde van het
programma.
NEDERLANDS11
Wateronthardings‐
niveau
1250
2100
362
447
525
617
710
85
93
103
Hoeveelheid water
(l)
In het geval van de hoge
wateronthardersinstelling kan dit ook in
het midden van het programma
gebeuren, vóór het spoelen (tweemaal
tijdens een programma). De start van de
regeneratie heeft geen invloed op de
cyclusduur, tenzij deze plaatsvindt in het
midden van een programma of aan het
einde van een programma met een korte
droogfase. In dat geval verlengt de
regeneratie de totale duur van een
programma met nog eens 5 minuten.
Vervolgens kan het spoelen van de
waterontharder wat 5 minuten duurt,
beginnen in dezelfde cyclus of aan het
begin van het volgende programma.
Deze activiteit verhoogt het totale
waterverbruik van een programma met 4
liter en het totale energieverbruik van
een programma met 2 Wh. Het spoelen
van de waterontharder eindigt met een
volledige afvoer.
Elke uitgevoerde waterontharderspoeling
(mogelijk meer dan één in dezelfde
cyclus) kan de programmaduur met nog
eens 5 minuten verlengen wanneer deze
op enig moment aan het begin of in het
midden van een programma plaatsvindt.
Alle in deze paragraaf
genoemde verbruikswaarden
worden bepaald volgens de
huidige geldende norm in
laboratoriumomstandigheden
met waterhardheid 2,5
mmol/l volgens de
verordening 2019/2022
(waterontharder: niveau 3).
De druk en de temperatuur
van het water en de variaties
van de netvoeding kunnen
de waarden veranderen.
Het waterontharderniveau
instellen
Zorg dat het apparaat in de
gebruikersmodus staat.
1. Wacht tot de indicatielampjes
en uit gaan en het
indicatielampje
gaat knipperen.
Het indicatielampje blijft
knipperen. Het met tussenpozen
knipperende indicatielampje
toont de huidige instelling.
• Bijv. 5 keer knipperen + pauze + 5
keer knipperen = niveau 5.
2. Druk herhaaldelijk op de
programmatoets om de instelling te
wijzigen. Telkens als u op de
programmaknop drukt, gaat het
niveaunummer omhoog. Als niveau
10 wordt bereikt, begint het tellen
weer vanaf niveau 1.
3. Druk op aan/uit om de instelling te
bevestigen.
6.3 Geluidssignalen
Er klinken geluidssignalen als het
apparaat een storing heeft. Het is niet
mogelijk deze geluidssignalen uit te
schakelen.
Na het beëindigen van het programma
klinkt er tevens een geluidssignaal. Dit
geluidssignaal is standaard
uitgeschakeld, maar kan worden
geactiveerd.
www.aeg.com12
Het geluidssignaal voor het
einde van het programma
inschakelen
Zorg dat het apparaat in de
gebruikersmodus staat.
1. Druk direct op de programmatoets.
• De indicatielampjes
zijn aan.
• Het indicatielampje
knippert.
2. Wacht tot de indicatielampjes
en uit gaan. Het indicatielampje
blijft knipperen.
• Het idicatielampje toont de
huidige instelling:
indicatielampje uit =
Geluidssignaal uit.
3. Druk op programmatoets om de
instelling te wijzigen.
indicatielampje einde aan =
•
Geluidssignaal aan.
4. Druk op aan/uit om de instelling te
bevestigen.
en
6.4 AirDry
AirDry biedt goede droogresultaten met
minder energieverbruik.
LET OP!
Probeer de deur van het
apparaat niet binnen 2
minuten na automatisch
openen te sluiten. Dit kan
het apparaat beschadigen.
AirDry wordt automatisch bij alle
programma´s geactiveerd, behalve bij
(indien van toepassing).
LET OP!
Als het apparaat toegankelijk
is voor kinderen, adviseren
wij u om AirDry te
deactiveren, omdat het
openen van de deur
gevaarlijk kan zijn.
Het deactiveren van AirDry
Zorg dat het apparaat in de
gebruikersmodus staat.
1. Druk tweemaal op de
programmatoets.
• De indicatielampjes en
zijn aan.
• Het indicatielampje
2. Wacht tot de indicatielampjes
en uit gaan. Het
indicatielampje blijft knipperen.
• Het idicatielampje
huidige instelling: uit = AirDry
is gedeactiveerd.
3. Druk op programmatoets om de
instelling te wijzigen.
• aan =AirDryis geactiveerd.
4. Druk op aan/uit om de instelling te
bevestigen.
knippert.
toont de
Tijdens de droogfase opent
de deur automatisch en blijft
op een kier staan.
7. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1. Controleer of het ingestelde stand
van de waterontharder juist is voor
de waterhardheid in uw omgeving.
2. Vul het zoutreservoir.
Indien niet, stel dan de stand van
de waterontharder juist in.
3. Vul het
M
A
X
1
2
3
4
+
-
AB
D
C
glansspoelmiddeldoseerbakje.
4. Draai de waterkraan open.
5. Start een programma om resten te
verwijderen die misschien nog in het
apparaat zijn achtergebleven.
Gebruik geen afwasmiddel en plaats
geen vaat in de korven.
Na het starten van het programma laadt
het apparaat de hars in de
waterverzachter maximaal 5 minuten op.
De wasfase start pas nadat deze
procedure voltooid is. De procedure
wordt regelmatig herhaald.
7.1 Het zoutreservoir
LET OP!
Gebruik uitsluitend grof zout
dat voor vaatwassers is
gemaakt. Fijn zout verhoogt
het risico op corrosie.
Het zout wordt gebruikt om de hars in de
waterontharder te herladen en voor
goede wasresultaten voor dagelijks
gebruik.
Het zoutreservoir vullen
1. Draai de dop linksom om het
zoutreservoir te openen.
2. Doe 1 liter water in het zoutreservoir
(alleen de eerste keer).
3. Vul het zoutreservoir met 1 kg zout
(totdat het vol is).
NEDERLANDS13
6. Draai de dop van het zoutreservoir
rechtsom om het zoutreservoir te
sluiten.
LET OP!
Water en zout kunnen uit het
zoutreservoir stromen als u
het bijvult. Start na het
bijvullen van het
zoutreservoir onmiddellijk
een programma om corrosie
te voorkomen.
7.2 Het vullen van het
glansmiddeldoseerbakje
4. Schud de trechter voorzichtig bij het
handvat om de laatste korrels erin te
krijgen.
5. Verwijder het zout rond de opening
van het zoutreservoir.
LET OP!
Gebruik alleen
glansspoelmiddel voor
vaatwassers.
1. Druk op de ontgrendelknop (D) om
het deksel te openen (C).
2. Giet het glansmiddel in het
doseervakje (A) tot de vloeistof het
niveau 'max' heeft bereikt.
3. Verwijder gemorst glansmiddel met
een absorberend doekje om te
voorkomen dat er te veel schuim
ontstaat.
4. Sluit het deksel. Zorg ervoor dat het
ontgrendelknopje op zijn plaats
dichtklikt.
B
C
A
www.aeg.com14
U kunt het schuifje voor de
vrij te geven hoeveelheid (B)
instellen tussen stand 1
(laagste hoeveelheid) en
stand 4 of 6 (hoogste
hoeveelheid).
8. DAGELIJKS GEBRUIK
1. Draai de waterkraan open.
2. Druk op de aan-/uittoets om het
apparaat te activeren.
Zorg dat het apparaat in de keuzemodus
Programma staat.
• Vul het zoutreservoir als het
zoutindicatielampje brandt.
• Vul het glansmiddeldoseerbakje
als het indicatielampje van het
glansmiddel brandt.
3. Ruim de korven in.
4. Voeg vaatwasmiddel toe.
5. U dient het juiste programma in te
stellen en te starten voor het type
lading en de mate van vervuiling.
8.1 Vaatwasmiddel gebruiken
8.2 Gebruik van
multitabletten
Als u tabletten gebruikt die zout en
glansmiddel bevatten, is het niet nodig
om de doseerbakjes voor zout en
glansmiddel te vullen.
1. Stel de waterontharder op het
laagste niveau in.
2. Stel de dosering van het glansmiddel
in op de laagste stand.
8.3 Een programma instellen
en starten
Een programma starten
1. Laat de deur op een kier staan.
2. Druk op de aan/uit-knop om het
apparaat te activeren. Zorg dat het
apparaat in de keuzemodus
Programma staat.
3. Blijf op de programmatoets drukken
tot de aanduiding van het programma
dat u wilt instellen, gaat knipperen.
4. Sluit de deur van de afwasmachine
om het programma te starten.
Een programma starten met
1. Druk op de ontgrendelknop (B) om
de deksel te openen (C).
2. Doe de vaatwastablet of het poeder
in het doseerbakje (A).
3. Plaats een kleine hoeveelheid van
het vaatwasmiddel in de binnenkant
van de deur van het apparaat als het
programma een voorwasfase heeft.
4. Sluit het deksel. Zorg ervoor dat het
ontgrendelknopje op zijn plaats
dichtklikt.
een uitgestelde start
1. Stel een programma in.
2. Druk op Delay om de start van het
programma met drie uur uit te stellen.
Het indicatielampje
3. Sluit de deur van het apparaat om
het aftellen te starten.
Tijdens het aftellen is het niet mogelijk
het programma te wijzigen.
Wanneer het aftellen is voltooid, is de
uitstellingsindicator uitgeschakeld en
begint het programma.
brandt.
NEDERLANDS15
De deur openen als het
apparaat in werking is
Als u de deur opent terwijl een
programma loopt, stopt het apparaat. Dit
kan het energieverbruik en de
programmaduur beïnvloeden. Als u de
deur weer sluit, gaat het apparaat verder
vanaf het moment van onderbreking.
Als de deur tijdens de
droogfase langer dan 30
seconden wordt geopend,
stopt het lopende
programma. Dit gebeurt niet
als de deur wordt geopend
door de functie AirDry.
Probeer de deur van het
apparaat niet binnen 2
minuten nadat AirDry hem
automatisch opent te
openen, want dit kan schade
aan het apparaat
veroorzaken.
Als hierna de deur
gedurende ten minste 3
minuten wordt gesloten,
beëindigt het draaiende
programma.
De uitgestelde start
annuleren
Houd de programmaknop ingedrukt tot
het apparaat in de
programmakeuzemodus staat.
Als u de uitgestelde start annuleert, moet
u het programma opnieuw instellen.
Het programma annuleren
Houd de programmaknop ingedrukt tot
het apparaat in de
programmakeuzemodus staat.
Controleer of er afwasmiddel in het
afwasmiddeldoseerbakje aanwezig is
voordat u een nieuw programma start.
Einde van het programma
Als het programma is voltooid, gaat
lampje
1. Druk op de aan/uit-toets of wacht
2. Draai de waterkraan dicht.
branden.
totdat het apparaat in de stand-by
schakelt. Als u de deur opent voor de
activering van de stand-by, wordt het
apparaat automatisch uitgeschakeld.
9. AANWIJZINGEN EN TIPS
9.1 Algemeen
Volg de onderstaande tips om te zorgen
voor optimale schoonmaak- en
droogresultaten en ook het milieu te
helpen beschermen.
• Het afwassen in de vaatwasser
volgens de instructies in de
gebruikershandleiding verbruikt
meestal minder water en energie dan
het afwassen met de hand.
• Laad de vaatwasser volledig in om
water en energie te besparen. Voor
de beste reinigingsresultaten plaatst u
items in de korven volgens de
instructies in de
gebruikershandleiding en overbelast u
de korven niet.
• Spoel de vaat niet eerst af. Het
verhoogt het water- en
energieverbruik. Kies indien nodig
een programma met voorwasfase.
• Verwijder grotere voedselresten van
de borden en lege bekers en glazen
voordat u ze in het apparaat plaatst.
• Week kookgerei met stevig
vastgekookt of vastgebakken voedsel
of poets het lichtjes voordat u het in
het apparaat wast.
• Zorg ervoor dat de vaat in de manden
elkaar niet raakt of overlapt. Alleen
dan kan het water de vaat volledig
bereiken en wassen.
• U kunt apart vaatwasmiddel,
glansmiddel en zout gebruiken of
kiezen voor het gebruik van
multitabletten (bijv. ''alles-in-1''). Volg
de instructies op de verpakking.
• Kies een programma op basis van het
type lading en de mate van bevuiling.
biedt het meest efficiënte
gebruik van water en energieverbruik.
• Om kalkaanslag in het apparaat te
voorkomen:
www.aeg.com16
– Vul de zoutcontainer indien nodig
bij.
– Gebruik de aanbevolen dosering
van het wasmiddel en
spoelglansmiddel.
– Controleer of het ingestelde stand
van de waterontharder juist is
voor de waterhardheid in uw
omgeving.
– Volg de instructies in het
hoofdstuk "Onderhoud en
reiniging".
9.2 Gebruik van zout,
glansmiddel en
vaatwasmiddel
• Gebruik enkel zout, glansmiddel en
vaatwasmiddel voor afwasautomaten.
Overige producten kunnen het
apparaat beschadigen.
• Maar in gebieden met hard en erg
hard water raden we het gebruik aan
van enkelvoudig vaatwasmiddel
(poeder, gel, tabletten zonder extra
middelen), met afzonderlijk
glansmiddel en zout voor optimale
reinigings- en droogresultaten.
• Draai het apparaat minstens eenmaal
per maand met een apparaatreiniger
die hier speciaal voor bestemd is.
• Vaatwasmiddeltabletten lossen bij
korte programma's niet geheel op.
Om te voorkomen dat
vaatwasmiddelresten op het servies
achterblijven, raden we u aan om
tabletten enkel bij lange programma's
te gebruiken.
• Gebruik altijd de juiste hoeveelheid
wasmiddel. Onvoldoende dosering
van het wasmiddel kan leiden tot
slechte reinigingsresultaten en
hardwaterfilmen of vlekken op de
voorwerpen. Het gebruik van te veel
wasmiddel met zacht of verzacht
water resulteert in wasmiddelresten
op de borden. Pas de hoeveelheid
wasmiddel aan op basis van de
waterhardheid. Zie de instructies van
de vaatwasmiddelfabrikant.
• Gebruik altijd de juiste hoeveelheid
spoelglansmiddel. Onvoldoende
dosering van spoelglansmiddel
vermindert de droogresultaten. Het
gebruik van te veel spoelglansmiddel
resulteert in blauwachtige lagen op de
items.
• Controleer of het
wateronthardersniveau correct is. Als
het niveau te hoog is, kan de
verhoogde hoeveelheid zout in het
water leiden tot roest op bestek.
9.3 Wat moet u doen als u
wilt stoppen met het gebruik
van multitabletten
Doe het volgende voordat u begint met
het gebruiken van apart wasmiddel, zout
en glansmiddel.
1. Stel het hoogste niveau van de
waterontharder in.
2. Zorg ervoor dat het zout- en het
glansmiddeldoseerbakje gevuld zijn.
3. Start het kortste programma met een
spoelfase. Voeg geen afwasmiddel
toe en ruim de mandjes niet in.
4. Als het programma is voltooid, wijzigt
u de waterontharder in de
waterhardheid van uw omgeving.
5. Stel de hoeveelheid glansmiddel in.
9.4 De korven inruimen
• Gebruik altijd de hele ruimte van de
mandjes.
• Gebruik het apparaat uitsluitend om
afwasmachinebestendige voorwerpen
af te wassen.
• Was in het apparaat geen items
gemaakt van hout, hoorn, aluminium,
tin en koper, omdat ze kunnen
barsten, kromtrekken, verkleuren of
putjes kunnen krijgen.
• Reinig geen voorwerpen in het
apparaat die water kunnen
absorberen (sponzen,
keukenhanddoeken).
• Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes,
glazen en pannen) met de opening
naar beneden.
• Zorg er voor dat glazen elkaar niet
aanraken.
• Leg lichte voorwerpen in het
bovenrek. Zorg ervoor dat de
voorwerpen niet kunnen verschuiven.
• Doe bestek en kleine items in het
bestekmand.
• Zorg er voor dat de sproeiarmen vrij
kunnen ronddraaien voordat u een
programma start.
Loading...
+ 36 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.