AEG CIB6642ABM User Manual [nl]

USER MANUAL
CIB6642ABM
NL Gebruiksaanwijzing
Fornuis
www.aeg.com
2

INHOUDSOPGAVE

VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE

Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente invaliditeit.
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
Als het apparaat is voorzien van een kinderbeveiliging,
dan dient dit geactiveerd te worden.
Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
NEDERLANDS
3
1.2

Algemene veiligheid

Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren en de kabel vervangen.
Dit apparaat moet worden aangesloten op het
stroomnet met een kabel van het type H05VV-F om de temperatuur van het achterpaneel te kunnen weerstaan.
4
www.aeg.com
Het apparaat kan worden gebruikt tot een maximum
van 2000 m boven zeeniveau.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik op schepen,
boten of vaartuigen.
Installeer het apparaat ter voorkoming van
oververhitting niet achter een decoratieve deur.
Installeer het apparaat niet op een platform.
Bedien het apparaat niet met een externe timer of
een apart afstandbedieningssysteem.
WAARSCHUWING: Zonder toezicht koken op een
kookplaat met vet of olie kan gevaarlijk zijn en
brandgevaar opleveren.
Probeer brand NOOIT met water te blussen, maar
schakel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek
de vlam bijv. met een deksel of blusdeken.
LET OP: Er dient toezicht te worden gehouden op het
bereidingsproces. Een kort bereidingsproces moet
onder constant toezicht staan.
WAARSCHUWING: Brandgevaar: Bewaar geen
voorwerpen op de kookplaten.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur of de
glazen afdekplaat van de kookplaat schoon te maken.
Deze kunnen krassen veroorzaken op het oppervlak,
waardoor het glas zou kunnen breken.
Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden
geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden.
Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten
is, schakel het apparaat dan uit en trek de stekker uit
het stopcontact. In het geval het apparaat direct op
de stroom is aangesloten met een aansluitdoos,
verwijdert u de zekering om het apparaat van de
stroom te halen. Neem in beide gevallen contact op
met de erkende servicedienst.
Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met
NEDERLANDS
de bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de pandetector.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient op te passen dat u de verwarmingselementen niet aanraakt. Houd kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt of onder permanent toezicht.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te
plegen.
Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat
u de lamp vervangt om elektrische schokken te voorkomen.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant,
een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
Wees voorzichtig als u de opslaglade aanraakt. Deze
kan heet worden.
Om de inschuifrails te verwijderen trekt u eerst de
voorkant van de inschuifrail en dan de achterkant uit de zijwanden. Installeer de inschuifrails in de omgekeerde volgorde.
De middelen voor het uitschakelen moeten
opgenomen worden in de vaste bedrading overeenkomstig de regels voor de bedrading.
WAARSCHUWING: Gebruik alleen
kookplaatbeschermers die door de fabrikant van het kookapparaat zijn ontworpen of door de fabrikant van het apparaat in de gebruiksinstructies als geschikt zijn aangegeven of kookplaatbeschermers die in het apparaat zijn geïntegreerd. Het gebruik van ongeschikte kookplaatbeschermers kan ongelukken veroorzaken.
5
www.aeg.com6

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

2.1 Installatie

WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat.
• Wees altijd voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat omdat het zwaar is. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
• Trek het apparaat nooit aan de handgreep van zijn plaats.
• De afmetingen van de keukenkast en de uitsparing moeten kloppen.
• Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd.
• Delen van het apparaat staan onder stroom. Sluit het apparaat met meubel om te voorkomen dat de gevaarlijke delen worden aangeraakt.
• De zijkanten van het apparaat moeten naast apparaten of units staan van dezelfde hoogte.
• Installeer het apparaat niet naast een deur of onder een raam. Dit voorkomt dat heet kookgerei van het apparaat valt als de deur of het raam wordt geopend.
• Installeer een stabilisator om te voorkomen dat het apparaat kantelt. Raadpleeg de installatiegids.
2.2 Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
• Zorg ervoor dat de parameters op het vermogensplaatje overeenkomen met elektrische vermogen van de netstroom.
• Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Laat de stroomkabel niet in aanraking komen met de deur van het apparaat, met name niet als deze heet is.
• De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatie­apparaten: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers.
• De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm.
• Sluit de deur van het apparaat volledig voordat u de stekker in het stopcontact steekt.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.

2.3 Gebruik

WAARSCHUWING!
Risico op letsel en brandwonden. Gevaar voor elektrische schokken!
NEDERLANDS
7
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
• Schakel het apparaat telkens na gebruik uit.
• Wees voorzichtig met het openen van de deur van het apparaat als het apparaat aan staat. Er kan hete lucht ontsnappen.
• Bedien het apparaat niet met natte handen of als het contact maakt met water.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
• Gebruikers met een pacemaker moeten een afstand van minimaal 30 cm bewaren van de inductiekookzones als het apparaat in werking is.
WAARSCHUWING!
Risico op brand en explosie
• Verhitte vetten en olie kunnen ontvlambare damp afgeven. Houd vlammen of verwarmde voorwerpen uit de buurt van vet en olie als u er mee kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft kunnen spontane ontbranding veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten bevat, kan brand veroorzaken bij een lagere temperatuur dan olie die voor de eerste keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten of gerechten die vochtig zijn gemaakt met ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
• Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de deur.
• Open de deur van het apparaat voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er alcohol-luchtmengsel ontstaan.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het apparaat.
• Om schade of verkleuring van het email te voorkomen:
– zet geen kookgerei of andere
voorwerpen direct op de bodem van het apparaat.
– Plaats geen water direct in het
hete apparaat.
– haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar bent met koken.
– Wees voorzichtig bij het
verwijderen of bevestigen van accessoires.
• Verkleuring van het email of roestvrij staal is niet van invloed op de werking van het apparaat.
• Gebruik een diepe pan voor vochtige taarten. Fruitsappen kunnen permanente vlekken maken.
• Zet geen heet kookgerei op het bedieningspaneel.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei op het apparaat vallen. Het oppervlak kan beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met lege pannen of zonder pannen erop.
• Leg geen aluminiumfolie op het apparaat of direct op de bodem van het apparaat.
• Pannen van gietijzer, aluminium of met beschadigde bodems kunnen krassen veroorzaken. Til deze voorwerpen altijd op als u ze moet verplaatsen op de kookplaat.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te koken. Het mag niet worden gebruikt voor andere doeleinden, zoals het verwarmen van een kamer.

2.4 Reiniging en onderhoud

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat voor onderhoud uit. Trek de stekker uit het stopcontact.
• Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken.
• Vervang direct de glazen deurpanelen als deze beschadigd zijn. Neem
8
www.aeg.com
contact op met de erkende servicedienst.
• Wees voorzichtig als u de deur van het apparaat verwijdert. De deur is zwaar!
• Achterblijvend vet of voedsel in het apparaat kan brand veroorzaken.
• Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat.
• Zorg ervoor dat de ovenruimte en de deur na elk gebruik worden afgeveegd. Stoom geproduceerd tijdens de werking van het apparaat condenseert op de wanden en kan roest veroorzaken. Om de condens te verminderen, dient u het apparaat 10 minuten te laten voorverwarmen.
• Reinig het apparaat met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen neutrale reinigingsmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
• Raadpleeg als u een ovenspray gebruikt eerst de aanwijzingen op de verpakking.
• Reinig niet het katalytisch email (indien van toepassing) met een schoonmaakmiddel.

2.5 Binnenverlichting

• De gloeilampen of halogeenlampen in dit apparaat zijn uitsluitend
bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. Gebruik deze niet voor andere doeleinden.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken.
• Voordat u het lampje vervangt, dient u de stekker van het apparaat uit het stopcontact te halen.
• Gebruik alleen lampjes met dezelfde specificaties.

2.6 Verwijdering

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en gooi het weg.
• Verwijder de deurvergrendeling om te voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in het apparaat vast komen te zitten.

2.7 Servicedienst

• Neem contact op met een erkende servicedienst voor reparatie van het apparaat.
• Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen.

3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT

5 4 3 2 1
5
8
10
1 3
2 4
6
7
9
210 mm
180 mm
140 mm
180 mm
1 3
6 4
5
2

3.1 Algemeen overzicht

Knop voor de ovenfuncties
1
Elektronische tijdschakelklok
2
Knop voor de temperatuur
3
Temperatuurindicator / symbool
4
Verwarmingselement
5
Lampje
6
Verwijderbare inschuifrail
7
Ventilator
8
Verheven gedeelte ovenruimte
9
Roosterhoogtes
10

3.2 Indeling kookplaat

Inductiekookzone 1400 W met
1
powerfunctie 2500 W Stoomuitlaat - aantal en positie
2
afhankelijk van het model Inductiekookzone 1800 W met
3
powerfunctie 2800 W Inductiekookzone 1800 W met
4
powerfunctie 2800 W Bedieningspaneel
5
Inductiekookzone 2300 W met
6
powerfunctie 3600 W
NEDERLANDS 9

3.3 Accessoires

Bakrooster
Bakplaat
Grill-/braadpan
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Voor gebak en koekjes.
Voor braden en roosteren of als schaal om vet op te vangen.
Teleskopauszüge
Voor roosters en bakplaten.
Bewaarlade
Onder de ovenruimte bevindt zich een bewaarlade.
www.aeg.com10

4. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

4.1 Eerste reiniging

Verwijder all accessoires en verwijderbare inschuifrails uit de oven.
Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging'.
Reinig de oven en accessoires voor het eerste gebruik. Zet de accessoires en verwijderbare inschuifrails terug in de beginstand.

4.2 De tiptoetsen gebruiken

Raak om een functie te activeren het geselecteerde symbool op het display minimaal 1 seconde aan.

4.3 Tijd instellen

U moet de tijd instellen voordat u de oven bedient.
De aanduiding knippert als u het apparaat aansluit op het stopcontact, als er een stroomstoring is geweest of als de timer niet is ingesteld.
Druk op of om de correcte tijd in te stellen. Na ongeveer 5 seconden stopt het knipperen en geeft de klok de ingestelde tijd van de dag weer.

4.4 Tijd veranderen

U kunt de tijd van de dag niet wijzigen als de functie
Bereidingsduur of Einde
werken.
Blijf op drukken tot het symbool voor de functie knippert. Zie "De duur instellen" om een nieuwe tijd in te stellen.

4.5 Voorverwarmen

Warm de lege oven voor het eerste gebruik voor.
1. Stel de functie en de
maximumtemperatuur in.
2. Laat het apparaat een uur werken.
3. Stel de functie
maximumtemperatuur in.
4. Laat de oven 15 minuten werken.
5.
Stel de functie en stel de maximumtemperatuur in.
6. Laat de oven 15 minuten werken.
7. Zet de oven uit en laat deze
afkoelen. Accessoires kunnen heter worden dan normaal. De oven kan een vreemde geur en rook afgeven. Zorg dat er voldoende luchtcirculatie in de ruimte is.
en stel de

KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK

5.
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
642 3
8 7
51
10 9
NEDERLANDS 11

5.1 Besturingspaneel van kookplaat

Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en geluiden tonen welke functies worden gebruikt.
Tip­toets
1
2
3
- Kookstanddisplay De kookstand weergeven.
4
- Timerindicatie voor de
5
- Timerdisplay De tijd in minuten weergeven.
6
7
8
9
- Bedieningsstrip Het instellen van de kookstand.
10
Functie Opmerking
AAN/UIT De kookplaat in- en uitschakelen.
Blokkering / Kinderbeveili­ging van de oven
STOP+GO De functie in- en uitschakelen.
kookzones
- Om de kookzone te selecteren.
- De tijd verlengen of verkorten.
/
PowerBoost De functie in- en uitschakelen.

5.2 Kookstanddisplays

Display Beschrijving
De kookzone is uitgeschakeld.
Het bedieningspaneel vergrendelen/ ontgrendelen.
Geeft aan voor welke zone u de tijd instelt.
-
De kookzone wordt gebruikt.
STOP+GO werkt.
Automatisch opwarmen werkt.
12
www.aeg.com
Display Beschrijving
PowerBoost werkt.
+ cijfer
/ /
Er is een storing.
OptiHeat Control (3-staps restwarmte-indicatie): doorgaan met ko­ken / warmhoudstand / restwarmte.
Blokkering /Kinderbeveiliging van de oven werkt.
Het kookgerei is niet geschikt of te klein, of er is geen kookgerei op de kookzone geplaatst.
Automatisch uitschakelen werkt.

5.3 OptiHeat Control (3-staps restwarmte-indicatie)

WAARSCHUWING!
/ / Er bestaat verbrandingsgevaar door restwarmte. Het controlelampje geeft het niveau van de restwarmte aan.
De inductiekookzones creëren de voor het kookproces benodigde warmte direct in de bodem van de pan. Het glaskeramiek wordt verwarmd door de warmte van de pannen.

5.4 In- of uitschakelen

Raak 1 seconde aan om de kookplaat in– of uit te schakelen.

5.5 Automatisch uitschakelen

De functie schakelt de kookplaat automatisch uit als:
• alle kookzones zijn uitgeschakeld.
• u de kookstand niet instelt nadat u de kookplaat hebt ingeschakeld.
• u iets hebt gemorst of iets langer dan 10 seconden op het bedieningspaneel hebt gelegd (een pan, doek, etc.). Er klinkt een geluidssignaal en de kookplaat wordt uitgeschakeld. Verwijder het voorwerp of reinig het bedieningspaneel.
• De kookplaat te heet wordt (b.v. als een pan droogkookt). De kookzone moet afgekoeld zijn voordat u de kookplaat weer kunt gebruiken.
• u ongeschikte pannen gebruikt. Het symbool gaat branden en na 2
minuten schakelt de kookzone automatisch uit.
• u een kookzone niet uitschakelt of de kookstand verandert. Na enige tijd
gaat branden en wordt de kookplaat uitgeschakeld.
De verhouding tussen kookstand en de tijd waarna de kookplaat uitschakelt:
Kookstand De kookplaat
wordt uitgescha­keld na
, 1 - 3
4 - 7 5 uur
8 - 9 4 uur
10 - 14 1,5 uur
6 uur

5.6 De kookstand

Voor het instellen of wijzigen van de kookstand:
Raak de bedieningsstrip aan bij de juiste kookstand of beweeg uw vinger langs de bedieningsstrip totdat u de jusite kookstand heeft bereikt.

5.7 Automatisch opwarmen

Activeer deze functie om in een kortere tijd een gewenste kookstand te krijgen. Als het aan staat, werkt de zone in het begin op de hoogste kookstand en gaat daarna verder met koken op de gewenste kookstand.
Om de functie in werking te stellen moet de kookzone koud zijn.
Om de functie voor een kookzone in te schakelen: raak aan ( gaat aan).
Raak meteen de gewenste kookstand aan. Na 3 seconden gaat De functie uitschakelen: wijzig de
kookstand.
branden.

5.8 PowerBoost

Deze functie maakt meer vermogen beschikbaar voor de inductiekookzones. De functie kan voor een beperkte tijdsduur voor uitsluitend de inductiekookzone worden geactiveerd. Daarna wordt de inductiekookzone automatisch teruggeschakeld naar de hoogste kookstand.
Om de functie voor een kookzone in te schakelen: raak aan. gaat aan. Om de functie uit te schakelen: wijzig
de kookstand.

5.9 Timer

Timer met aftelfunctie
U kunt deze functie gebruiken om in te stellen hoe lang de kookzone moet werken voor een kooksessie.
Stel eerst de warmtestand voor de kookzone in en dan de functie.
Kookzone instellen:raak meerdere malen aan tot het lampje van de gewenste kookzone brandt.
De functie inschakelen: raak van de timer aan om de tijd in te stellen (00 - 99 minuten). Als het lampje van de kookzone langzaam gaat knipperen, wordt de tijd afgeteld.
Resterende tijd weergeven: selecteer de kookzone met . Het indicatielampje
van de kookzone gaat sneller knipperen. Op het display wordt de resterende tijd weergegeven.
Om het juiste tijdstip van de dag te wijzigen: selecteer de kookzone met .
Raak De functie uitschakelen: stel de kookzone in met
resterende tijd telt af naar 00. Het indicatielampje van de kookzone gaat uit.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak aan.
CountUp Timer (De timer met optelfunctie)
Gebruik deze functie om in de gaten te houden hoe lang de kookzone werkt.
Kookzone instellen:raak meerdere malen aan tot het lampje van de gewenste kookzone brandt.
De functie inschakelen: raak van de timer aan.
van de kookzone langzaam knippert, wordt de tijd opgeteld. De display
schakelt tussen en getelde tijd (minuten).
Om in de gaten te houden hoelang de kookzone werkt: selecteer de kookzone
met . Het indicatielampje van de kookzone gaat sneller knipperen. De display geeft aan hoe lang de zone werkt.
of aan.
Als de tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en knippert 00. De kookzone wordt uitgeschakeld.
gaat aan. Als het lampje
NEDERLANDS
en raak aan. De
13
14
www.aeg.com
De functie uitschakelen: stel de
kookzone in met en raak of aan. Het indicatielampje van de kookzone gaat uit.
Kookwekker
U kunt deze functie gebruiken als kookwekker terwijl de kookplaat is ingeschakeld en de kookzones niet werken. De warmtestand op het display
toont
De functie inschakelen: Raak aan. Raak of van de timer aan om de
tijd in te stellen. Als de tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en knippert
00.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak
aan.
.
De functie heeft geen invloed op de werking van de kookzones.

5.10 STOP+GO

Deze functie stelt alle kookzones die in werking zijn in op de laagste kookstand.
Als de functie in gebruik is, kunt u de kookstand niet wijzigen.
De functie stopt de timerfunctie niet.
Om de functie in te schakelen: raak aan. gaat branden.
Om de functie uit te schakelen: raak aan. De vorige kookstand gaat aan.

5.11 Blokkering

U kunt het bedieningspaneel vergrendelen terwijl de kookzones in werking zijn. Hiermee wordt voorkomen dat de kookstand per ongeluk wordt veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat gedurende 4 seconden aan.De timer blijft aan.
Om de functie uit te schakelen: raak aan. De vorige kookstand gaat aan.
Als u de kookplaat uitzet, stopt u deze functie ook.
5.12 Kinderbeveiliging van de
oven
Deze functie voorkomt dat de kookplaat onbedoeld wordt gebruikt.
Om de functie in te schakelen: schakel de kookplaat in met kookstand in. Raak 4 seconden aan.
gaat aan. Schakel de kookplaat uit
.
met Om de functie uit te schakelen: schakel de kookplaat in met . Stel geen kookstand in. Raak
gaat aan. Schakel de kookplaat uit
.
met
De functie gedurende één kooksessie onderdrukken: zet de kookplaat aan
met . gaat aan. Raak 4 seconden aan. Stel de kookstand in binnen 10 seconden. U kunt de kookplaat bedienen. Als u de kookplaat uitschakelt
, treedt de functie weer in
met werking.
. Stel geen
4 seconden aan.
5.13 OffSound Control (De
geluiden in- en uitschakelen)
Schakel de kookplaat uit. Raak 3 seconden aan. Het display gaat aan en
uit. Raak gaat branden. Raak aan om één van
het volgende te kiezen:
- de signalen zijn uit
Om uw keuze te bevestigen moet u wachten tot de kookplaat automatisch uitschakelt.
Als de functie op staat, kunt u de geluiden alleen horen als:
• u
• Kookwekker naar beneden komt
• Timer met aftelfunctie naar beneden komt
3 seconden aan. of
- de signalen zijn aan
aanraakt
Loading...
+ 30 hidden pages