Operatortoestel voor Ericsson MX-ONE™ Telephony System en Ericsson MD110
Gebruikershandleiding
Afbeelding voorpagina
Plaats de afbeelding rechtstreeks op de pagina, zonder rekening te houden met de tekstdoorloop. Selecteer Graphics > Properties en voer de volgende instellingen in:
Index .............................................................. 97
Inhoudsopgave
3Dialog 4224 Operator
Inhoudsopgave
Dialog 4224 Operator4
Welkom
Welkom
Welkom bij de gebruikershandleiding van de Ericsson Dialog 4224 Operator. In deze handleiding worden de functies van het toestel
beschreven die beschikbaar zijn wanneer dit is aangesloten op
Ericsson MX-ONE™ Telephony System of Ericsson MD110.
Dit toestel en de functies ervan zijn ontwikkeld voor optimaal
gebruiksgemak onder diverse omstandigheden.
De beschikbaarheid van de functies die in deze handleiding worden
beschreven hangt af van de versie en configuratie van de centrale
waarop uw telefoontoestel is aangesloten. Ook is het mogelijk dat
uw toestel anders is geprogrammeerd. Raadpleeg de systeembeheerder als u hierover meer informatie wenst.
In sommige landen worden voor bepaalde functies afwijkende codes
gebruikt. In deze handleiding worden deze functies beschreven
met de gebruikelijke code.
De meest actuele versie van deze gebruikershandleiding kan
tevens worden gedownload van:
Opmerking: de Dialog 4224 Operator is een systeemtelefoontoestel. U kunt dit dus uitsluitend gebruiken in
combinatie met een Ericsson-centrale die dit toesteltype
ondersteunt.
5Dialog 4224 Operator
Welkom
Copyright
Alle rechten voorbehouden. Volledige of gedeeltelijke reproductie
van deze publicatie, opslag in een elektronisch zoeksysteem of
bekendmaking in enige vorm of op welke wijze dan ook, elektronisch,
mechanisch, via fotokopie, opname of anderszins, is niet toegestaan
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever, tenzij
in overeenstemming met de volgende voorwaarden.
Wanneer deze publicatie toegankelijk wordt gemaakt via Ericssonmedia, geeft Ericsson toestemming om kopieën van de inhoud van
dit bestand te downloaden en af te drukken, echter uitsluitend voor
eigen gebruik en niet voor verspreiding. Volledige of gedeeltelijke
aanpassing of wijziging van deze publicatie of gebruik ervan voor
commerciële doeleinden is niet toegestaan. Ericsson kan niet aansprakelijk worden gesteld voor enige schade voortvloeiend uit het
gebruik van een onwettig gewijzigde of aangepaste publicatie.
Garantie
ERICSSON BIEDT GEEN ENKELE GARANTIE VOOR DIT
MATERIAAL, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE
GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID
VOOR EEN BEPAALD DOEL. Ericsson kan niet aansprakelijk
worden gesteld voor fouten in deze documentatie, noch voor
incidentele of gevolgschade in verband met de uitrusting, de
werking of het gebruik van dit materiaal.
Conformiteitsverklaring
Bij dezen verklaart Ericsson Enterprise AB dat dit toestel voldoet
aan de vereisten en voorwaarden zoals gesteld in Europese Richtlijn
1999/5/EG betreffende radioapparatuur en telecommunicatieeindapparatuur.
Details vindt u op: http://www.ericsson.com/sdoc
Dialog 4224 Operator6
Belangrijke informatie voor de gebruiker
Belangrijke informatie voor de
gebruiker
Veiligheidsvoorschriften
Bewaar deze instructies.
Lees deze veiligheidsvoorschriften voordat u de toestellen
gaat gebruiken.
Opmerking: neem tijdens het gebruik van uw telefoon-
toestel of aangesloten apparatuur altijd een aantal algemene
voorzorgsmaatregelen in acht om het risico van brand,
elektrische schokken en ander persoonlijk letsel zo veel
mogelijk te beperken.
•Volg de instructies in de gebruikershandleiding of andere documentatie
van de apparatuur.
•Installeer apparatuur altijd op een locatie en in een omgeving waarvoor
deze is ontworpen.
•Telefoontoestellen die zijn aangesloten op het elektriciteitsnet: gebruik
deze alleen met het aangegeven voltage. Als u niet zeker bent van het
stroomtype binnen het gebouw, neemt u contact op met de gebouwbeheerder of het lokale energiebedrijf.
•Telefoontoestellen die zijn aangesloten op het elektriciteitsnet: plaats de
voedingskabel van het telefoontoestel niet op een plek waar deze kan
worden blootgesteld aan mechanische druk om schade aan de kabel te
voorkomen. Als de voedingskabel of de stekker beschadigd is, moet u
het toestel loskoppelen van het elektriciteitsnet en contact opnemen met
gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
•Hoofdtelefoons die met deze apparatuur worden gebruikt, moeten
voldoen aan EN/IEC 60950-1 (voor Australië AS/NZS 60950: 2000).
•Verander niets aan de apparatuur zonder voorafgaande goedkeuring van
de partij die verantwoordelijk is voor conformiteit. Ongeoorloofde veranderingen kunnen het recht van de gebruiker tot het gebruik van de
apparatuur tenietdoen.
•Gebruik het toestel niet om een gaslek te melden terwijl u zich in de buurt
van het lek bevindt.
•Mors geen vloeistof op het toestel en gebruik de apparatuur niet in de
buurt van water, zoals in de buurt van een badkuip, een wasbak of een
keukenaanrecht, in een vochtige kelder of in de buurt van een zwembad.
•Plaats geen voorwerp in de apparatuursleuven dat geen onderdeel vormt
van het toestel of van een aanvullend product.
•Demonteer het toestel niet. Neem contact op met een gekwalificeerd
servicebureau wanneer onderhoud of reparatie is vereist.
7Dialog 4224 Operator
Belangrijke informatie voor de gebruiker
Ô
Automatisch
beantwoorden
•Gebruik een telefoontoestel (met uitzondering van draadloze toestellen)
niet tijdens onweer.
Het telefoontoestel weggooien
U mag het telefoontoestel nooit met het huisvuil weggooien. Houd u aan de
plaatselijke regelgeving voor het verwijderen van elektrische apparat.
De opzet van deze gebruikershandleiding
In het eerste deel van deze gebruikershandleiding maakt u kennis
met de apparatuur en krijgt u meer uitleg over de indeling van de
Dialog 4224 Operator.
In het hoofdgedeelte van deze handleiding worden alle operatorfuncties van het toestel behandeld, zoals het beantwoorden en doorverbinden van gesprekken.
In deze sectie worden de volgende conventies gebruikt:
Handelingen worden weergegeven in een vet lettertype en in
de marge links van de tekst vindt u een afbeelding van de desbetreffende toets.
Bijvoorbeeld:
Druk hierop.
Vervolgens wordt aangegeven hoe het systeem reageert, met behulp
van verklarende tekst en, indien van toepassing, een afbeelding van
het scherm.
Dialog 4224 Operator8
Beschrijving
Beschrijving
Het toestel
De Dialog 4224 Operator maakt gebruik van geavanceerde digitale
technologie, ISDN-communicatieprincipes en gedistribueerd
beheer van opgeslagen programma’s.
Hierdoor is deze console de perfecte keuze voor een organisatie die
weet hoeveel een snelle en nauwkeurige afhandeling van informatie
waard is.
Het toestel bestaat uit twee onderdelen:
•Scherm, dat gespreksinformatie weergeeft met behulp van
alfanumerieke tekens.
•Hoorn of hoofdtelefoon (optie).
De hoorn is standaard uitgerust met een functie voor slechthorenden.
9Dialog 4224 Operator
Beschrijving
Dialog 4224 Operator
1
23
24
22
20
19
18
2
21
34
6
7
8
9
10
14
15
17
25
26
5
11
12
13
14
15
16
Dialog 4224 Operator10
1Scherm
5x40 tekens. Zie ‘Scherminformatie’ op pagina 15.
2On/Off
Hiermee schakelt u het operatortoestel in of uit. Wordt ook gebruikt
om verdere oproepen naar het toestel te verhinderen. Zie ‘To es t el
in-/uitschakelen’ op pagina 20.
Opmerking: als alle operatortoestellen zijn uitgeschakeld,
schakelt de centrale over op nachtdienst.
3Meter
Hiermee schakelt u het meten van de gespreksduur in voor een
uitgaand gesprek via een buitenlijn. Zie ‘Terugbelgesprek van een
gemeten gesprek’ op pagina 55.
4Serial
Deze toets kunt u gebruiken wanneer een externe beller met verschillende personen na elkaar wil spreken. Het gesprek gaat automatisch terug naar het operatortoestel zodra de interne partij ophangt.
Zie ‘Seriegesprekken’ op pagina 56.
5Page
Hiermee krijgt u toegang tot de oproepfuncties. Zie ‘Pieper’ op
pagina 44 en ‘Naar een pieper’ op pagina 80.
Beschrijving
6Alarm
Hiermee bevestigt u alarmsignalen van het systeem. Het toetslampje knippert langzaam bij alarmsignalen en brandt onafgebroken
wanneer het alarm is bevestigd. Zie ‘Alarm’ op pagina 84.
7Automatisch beantwoorden
Modus Automatisch beantwoorden. Gesprekken worden automatisch
doorgeschakeld in de volgorde waarin ze worden ontvangen, zonder
dat iemand op de toets ANS/EXT hoeft te drukken. Het toetslampje
brandt onafgebroken wanneer automatisch beantwoorden is ingeschakeld. Zie ‘Handmatig of automatisch beantwoorden’ op
pagina 22.
8Automatisch doorverbinden
Modus Automatisch doorverbinden. Gesprekken worden automatisch
doorverbonden na het laatst ingevoerde cijfer, zonder dat iemand
op de toets ANS/EXT hoeft te drukken. Het toetslampje brandt
onafgebroken wanneer automatisch doorverbinden is ingeschakeld.
Zie ‘Handmatig of automatisch doorverbinden’ op pagina 22.
9Aanhoudend belsignaal
Modus Aanhoudend belsignaal. Inkomende gesprekken worden
aangeduid met herhaalde belsignalen. Het toetslampje brandt
onafgebroken wanneer aanhoudend belsignaal is ingeschakeld.
11Dialog 4224 Operator
Beschrijving
10Flash
Hiermee maakt u een tijdsonderbreking op een verbonden buitenlijn.
U kunt dit bijvoorbeeld gebruiken om een signaal te zenden naar een
telefoniste of naar andere centrales.
11Lustoetsen met meeluisterfunctie
Hiermee kunt u individuele gesprekken in de wacht zetten, gesprekken
bij een bezette buitenlijn in de wachtrij plaatsen of assisteren bij
oproepen en conferentiegesprekken. Het toetslampje knippert langzaam wanneer deze functie is ingeschakeld en snel wanneer een
vooraf ingestelde tijd voor een gesprek in de wacht is verlopen. Zie
‘In de wacht zetten met de lustoetsen (Lus 1–4)’ op pagina 48.
12Monitor Loop
Hiermee kunt u toezicht houden op een gesprek in de wacht. Druk
nogmaals op deze toets om opnieuw verbinding te krijgen met het
gesprek waarbij u meeluistert, bijvoorbeeld tijdens het opbouwen
van gesprekken, zoals oproepen, internationale gesprekken, interlokale gesprekken of gesprekken van persoon tot persoon. Het
toetslampje knippert langzaam wanneer de meeluisterfunctie is
ingeschakeld. Zie ‘In de wacht zetten met de toets Monitor Loop’
op pagina 48.
13Spraak
Hiermee kunt u met beide partijen tegelijk spreken. Zie ‘Aankondigen’
op pagina 49, ‘Gespreksduur meten’ op pagina 53 en ‘Assistentie’
op pagina 60.
De omstandigheden waarin u de spraaktoetsen kunt gebruiken, zijn:
•Handmatig begin van belsignaal.
•Splitsing van een gesprek en mogelijkheden voor tussenkomst.
•Bellen van een toestel in gereserveerde toestand.
•Aankondiging van een gesprek op een toestel.
•Controle van de verbinding met een bezet toestel.
14Toets voor vrijgeven, links/Toets voor vrijgeven, rechts
Vrijgeven, links
Hiermee verbreekt u de verbinding van de bronpartij en wist u de
linkerzijde van het scherm (middelste regel). Wordt ook gebruikt om
het laatste doorverbonden gesprek terug te halen of om een gesprek
in de wacht te zetten.
Vrijgeven, rechts
Hiermee verbreekt u de verbinding van de bestemmingspartij en
wist u de rechterzijde van het scherm (middelste regel). Wordt ook
gebruikt om het laatste doorverbonden gesprek terug te halen of
om een gesprek in de wacht te zetten.
Dialog 4224 Operator12
15Spraaktoets, links/Spraaktoets, rechts
Spraak, links
Hiermee kunt u spreken met de bronpartij.
Spraak, rechts
Hiermee kunt u spreken met de bestemmingspartij.
16 Microfoon
Niet gebruikt.
17ANS/EXT
Hiermee neemt u inkomend gesprekken aan en verbindt u deze
door. De toets wordt ook gebruikt om een automatisch belsignaal
te starten en een gesprek in de wacht te zetten.
18Headset
Hiermee schakelt u tussen de hoorn en de hoofdtelefoon. Het toetslampje brandt onafgebroken wanneer gesprekken worden doorverbonden met de hoofdtelefoon. Zie ‘Accessoires’ op pagina 87.
Opmerking: de hoofdtelefoon is een optie.
19Announce
Hiermee begint u een doorverbinding met aankondiging of plaatst u
een gesprek bij een bezet toestel of een bezette buitenlijn in de
wachtrij.
Beschrijving
20Mute
Tijdens een gesprek: druk hierop om de microfoon in of uit te
schakelen.
Wanneer het toestel in de ruststand staat of overgaat: druk hierop
om het belsignaal uit te schakelen.
21Volumeregeling
Hiermee kunt u het volume regelen.
22Luidspreker voor belsignaal
23Hoorn
Is standaard uitgerust met een functie voor slechthorenden.
Houd rekening met het volgende: de hoorn kan in het
luistergedeelte kleine metalen objecten aantrekken en
vasthouden.
13Dialog 4224 Operator
Beschrijving
24Spreekknop
Deze bevindt zich op de hoorn. U kunt deze knop op twee manieren
gebruiken:
Ingedrukt houden: verbinding met verbonden partij(en) maken.
Loslaten: verbinding met verbonden partij(en) verbreken.
Opmerking: de spreekknop kan worden geblokkeerd of
vrijgegeven door de kleine knop naar voren of naar achteren
te duwen.
25Uittrekbaar blad voor persoonlijke telefoonlijst (optie)
Zie ‘Accessoires’ op pagina 87.
26Naamkaart
Gebruik DCM (Designation Card Manager) om uw eigen naamkaarten te maken en af te drukken. DCM wordt meegeleverd op de
Enterprise Telephone Toolbox-cd-rom en kan tevens worden gedownload van:
Neem voor meer informatie contact op met uw Ericsson Enterprise
certified sales partner.
Dialog 4224 Operator14
Beschrijving
Scherminformatie
De schermcodes geven aan welke functie het toestel momenteel
uitvoert. Het scherm bevat 5x40 tekens.
C = 00
I = 00
DIVERTED
EMERGENCY
INTERNAL
PRIVATE TRK
PUBLIC TRK
RECALL
REROUTED
1234
5
6
8
7
9
10
De bovenste regel (1–4)
Deze regel toont de volgende informatie:
1 Wachtrij-informatie
Algemene operatorwachtrij, twee cijfers
Individuele operatorwachtrij, twee cijfers
2 Type inkomend gesprek
Doorgeschakeld gesprek
Noodoproep (intern)
Intern gesprek
Oproep van eigen netwerklijn
Oproep van openbare lijn
Terugbelgesprek
Teruggevoerd gesprek
11
METER
PAGING
SERIAL
3 Gemeten gesprek, oproep- of seriegesprek
Gemeten gesprek
Oproepgesprek
Seriegesprek
15Dialog 4224 Operator
Beschrijving
BLOCKED
EXG EMER.
NIGHT SERV.
OFF DUTY
abc
ABSENT
ANSWER
BLOCKED
BUSY
CONFER.
CONGEST.
C.WAITING
DATA EXT
DTMF-TONE
EXTENSION
FREE
FORWARD TO TRUNK
INCOMING
INTERCEPT
ISDN EXT
L.LOCKED
LOCAL
4 Status van toestel of centrale
Toestel is geblokkeerd
Centrale staat in noodstand
Centrale staat in nachtdienst
Toeste l s t a a t uit
De tweede regel (5)
Deze regel toont de volgende informatie:
•De bron (linkerkant) geeft de details van de eerste verbinding:
meestal een inkomend gesprek dat de operator moet doorverbinden, soms een uitgaand gesprek wanneer dit door de
operator is aangegaan.
•De bestemming (rechterkant) geeft de details van de tweede
verbinding weer. Dit is meestal het toestel waarmee een inkomend
gesprek is verbonden.
Identiteit van de lijn, TRK is de standaardinstelling (kan worden
gewijzigd door uw systeembeheerder)
Gebelde partij is afwezig
Gesprek is beantwoord
Gebelde partij of lijn is geblokkeerd
Gebelde partij is bezet
Conferentiegesprek
Overbelast
Wachttoon
Toestel voor dataverkeer
Modus Kiezen tijdens gesprek
Spraaktoestel
Gebelde partij is vrij
Gebelde partij heeft externe volgstand ingeschakeld
Inkomend gesprek
Interceptiegesprek
ISDN-terminal
Lijn vergrendeld
Lokale modus
Dialog 4224 Operator16
Beschrijving
MEMBER
NO DIST
NO RESP
OPERATOR
OUTGOING
RECALL
RESERVED
SPEECH
TEST
TRANSFER
TRK
UNAVAIL
VACANT
WAIT
<-
->
<-->
Lid van een conferentiegesprek
Niet storen
Geen antwoord
Operator
Uitgaande buitenlijn
Terugbelgesprek
Gereserveerd
Spraakmodus
Te st m od u s
Doorgezet gesprek
Externe lijn
Niet-beschikbaar nummer
Nummer dat niet in gebruik is
Wachten
Het toestel is verbonden met de linkerzijde
Het toestel is verbonden met de rechterzijde
Het toestel is verbonden met beide zijden
De derde regel (6–7)
Deze regel toont de volgende informatie:
6 Identiteit van de partij aan de bronzijde
1–19 cijfersNummer (toestel of operator)
9 cijfersGegevens van buitenlijn
7 Identiteit van de partij aan de bestemmingszijde
1–19 cijfersNummer (toestel of operator)
17Dialog 4224 Operator
Beschrijving
De vierde regel (8–9)
Deze regel toont de volgende informatie:
Opmerking: de naam wordt alleen weergegeven als deze
werd ontvangen van de bellende of gebelde partij.
8 Naam van de partij aan de bronzijde en 9 de bestemmingszijde
1–19 tekensNaam
De vijfde regel (10–11)
Deze regel toont de volgende informatie:
Opmerking: naamweergave functioneert alleen als uw
centrale is uitgerust met deze functie en als het toestel of
de groep een naam toegewezen heeft gekregen.
10 Gekozen nummer, naam en nummer van doorgeschakeld
toestel, aantal tikken, afwezigheidsinformatie, enzovoort
1–19 tekens,
Naam en nummer van doorgeschakeld toestel
1–10 cijfers
1–19 cijfersGekozen nummer
ACCEPTED
C.WAIT PERMIT
CONGESTION
MISCALL
REJECTED
RESTRICTED
Geaccepteerd
Wachttoon is toegestaan
Overbelast
Gemist gesprek. Gekozen procedure heeft verkeerde indeling
Geweigerd gesprek
Beperkt toegankelijk
Dialog 4224 Operator18
15:25
3:25 AM
3:25 PM
ALARM:n
EXG SERV
NO ALARM
Beschrijving
11 Systeemtijd, alarmklasse of onderhoudsstatus
Systeemtijd in 24-uursnotatie
Systeemtijd (AM) in 12-uursnotatie
Systeemtijd (PM) in 12-uursnotatie
Alarmklasse, n=2, 3 of 4
Centrale in onderhoud
Geen alarm in logboek
19Dialog 4224 Operator
Het toestel gereedmaken voor gebruik
Het toestel gereedmaken voor
gebruik
Toestel in-/uitschakelen
Het toestel moet eerst worden ingeschakeld om gesprekken te
kunnen ontvangen.
Opmerking: er is wel een mogelijkheid om, terwijl het toestel
uitgeschakeld is, gesprekken te ontvangen die binnenkomen
op het individuele nummer van de operator. Neem hiervoor
desgewenst contact op met uw systeembeheerder.
Als het toestel is uitgeschakeld, wordt op de bovenste regel van het
scherm
OFF DUTY weergegeven.
Als het toestel in nachtdienst staat, wordt op de bovenste regel van
het scherm
Het toestel inschakelen of omschakelen naar dagdienst:
NIGHT SERV weergegeven.
=
Druk hierop.
(Druk nogmaals op deze toets om het toestel weer uit te schakelen.)
Als een inkomend gesprek niet binnen een vooraf ingestelde tijd wordt
beantwoord, wordt het toestel automatisch uitgeschakeld.
Dialog 4224 Operator20
Ô
A
A
anhoudend
belsignaal
Het toestel gereedmaken voor gebruik
Belsignaal
Het toestel maakt voor de aankondiging van inkomende gesprekken
gebruik van verschillende geluidssignalen.
•Eén belsignaal, dit geeft aan dat het toestel een intern gesprek
ontvangt. Dit wordt gebruikt voor norma al e n druk telefoonverkeer.
•Twee belsignalen, dit geeft aan dat het toestel een extern gesprek
of een terugbelgesprek ontvangt. Dit wordt gebruikt voor normaal
en druk telefoonverkeer.
•Aanhoudend belsignaal, dit geeft aan dat een noodoproep of
een normaal gesprek niet binnen de vooraf ingestelde tijd is
beantwoord.
Opmerking: het volume van het belsignaal kan niet worden
gewijzigd.
Normaal gesproken wordt een gesprek slechts een keer door het
toestel aangekondigd. Als u wilt kunnen rondlopen binnen gehoorsafstand van het toestel, kunt u op het toestel de modus Aanhoudend
belsignaal instellen.
Druk hierop.
Het toetslampje gaat branden om aan te geven dat het toestel in
de modus Aanhoudend belsignaal staat.
Terugkeren naar normale belsignalen:
ÕÔ
anhoudend
belsignaal
Druk hierop.
21Dialog 4224 Operator
Het toestel gereedmaken voor gebruik
n
n
Ô
ÕÔ
Automatisch
beantwoorden
Automatisch
beantwoorden
Handmatig of automatisch beantwoorden
Het toestel kan zowel in een automatische als in een handmatige
modus worden gebruikt. In de automatische modus worden gesprekken direct beantwoord zonder dat u op een toets hoeft te
drukken.
Automatisch beantwoorden activeren:
Druk hierop.
Het toetslampje gaat branden om aan te geven dat gesprekken
automatisch worden beantwoord.
Terugkeren naar handmatig beantwoorden:
Druk hierop.
Opmerking: als het toestel is ingesteld op automatisch
beantwoorden, hoeft u niet op de toets ANS/EXT te drukken
om gesprekken te beantwoorden.
Ô
ÕÔ
Automatisch
doorverbinde
Automatisch
doorverbinde
Handmatig of automatisch doorverbinden
Inkomende gesprekken kunnen automatisch of handmatig worden
doorverbonden. Bij automatisch doorverbinden worden de gesprekken doorgezet naar het gewenste toestelnummer zonder dat
u op een toets hoeft te drukken.
Automatisch doorverbinden activeren:
Druk hierop.
Het toetslampje gaat branden om aan te geven dat gesprekken
automatisch worden doorverbonden.
Terugkeren naar handmatig doorverbinden:
Druk hierop.
In deze handleiding worden de operatorfuncties beschreven die
beschikbaar zijn wanneer het toestel is geprogrammeerd voor
handmatig doorverbinden.
Opmerking: als het toestel is ingesteld op automatisch
doorverbinden, hoeft u niet op de toets ANS/EXT te drukken
om gesprekken door te verbinden.
Dialog 4224 Operator22
Het toestel gereedmaken voor gebruik
Taalinstelling (optie)
U kunt een van de volgende talen selecteren voor de scherminformatie op uw toestel.
Opmerking: de cijfers 5 tot en met 9 zijn standaard geprogrammeerd voor Engels. U kunt deze cijfers op uw locatie
wijzigen in andere talen.
Een nieuwe taal selecteren:
*08*To ets di t i n .
( 0– 4) #Voer de taalcode in en sluit af met #.
Volume van hoorn en hoofdtelefoon
Met de volumetoetsen kunt u het volume van de hoorn of de
hoofdtelefoon aanpassen tijdens een gesprek.
ìDruk hierop om het volume te wijzigen.
Het volumeniveau wordt opgeslagen.
Het volumeniveau kan voor slechthorenden extra worden versterkt.
Het niveau wijzigen:
ê
*5
Houd deze toetsen gelijktijdig meer dan 1 seconde
ingedrukt.
U hoort een toonsignaal en op het scherm wordt
(instelmodus) weergegeven.
Setting Mode
Ò <SpraakDruk hierop om het volumeniveau in te stellen of terug te
zetten op het standaardniveau.
Als het toetslampje brandt, is het volumeniveau verhoogd. Als het
toetslampje niet brandt, is de standaardvolume ingesteld.
#Druk hierop om het instellen te beëindigen.
Wanneer extra versterkt volume is ingesteld, gaat het toetslampje
van Lijn 1 uit.
Opmerking: een wijziging in het volumeniveau is ook van
toepassing op de hoofdtelefoon die op de hoofdtelefoonaansluiting is aangesloten.
23Dialog 4224 Operator
Het toestel gereedmaken voor gebruik
Belsignaal met melodie
Als u het belsignaal door een eigen melodie wilt vervangen als uw
toestel overgaat, kunt u een melodie programmeren voor interne
gesprekken en een andere melodie voor terugbelgesprekken.
ê
*7Houd deze toetsen gelijktijdig ingedrukt om de melodiemodus
te activeren.
Melody Mode
Als er een opgeslagen en geactiveerde melodie voor interne
gesprekken (< Spraak) of terugbelgesprekken (Flash) is, gaat het
bijbehorende toetslampje branden.
In de melodiemodus kunt u:
•nieuwe melodieën programmeren;
•opgeslagen melodieën wijzigen of wissen;
•opgeslagen melodieën activeren of deactiveren.
#Druk hierop om de melodiemodus te verlaten.
Opmerking: als u niet binnen 30 seconden op een toets
drukt, wordt de melodiemodus automatisch geannuleerd.
Dialog 4224 Operator24
Het toestel gereedmaken voor gebruik
Een nieuwe melodie programmeren, een huidige
melodie wijzigen of wissen
Ô AlarmDruk hierop.
Program Melody
Druk op de toets voor het gewenste gesprekstype.
Als er al een melodie is geprogrammeerd, wordt deze afgespeeld
en worden de laatste 19 noten of tekens daarvan weergegeven.
Ò <SpraakDruk hierop voor interne gesprekken
of
Ô Flashdruk hierop voor terugbelgesprekken.
De huidige melodie bewerken:
ìDruk hierop om de cursor te verplaatsen naar rechts van de
positie die moet worden bewerkt.
Houd deze toets ingedrukt om naar het begin of het einde te gaan.
ê
Druk hierop om de noot links van de cursor te wissen.
Houd deze toets ingedrukt om alle noten te wissen.
Zie ‘Noten invoeren’ op pagina 27 als u een nieuwe melodie of
nieuwe noten wilt invoeren.
De huidige melodie opslaan:
ÑÒ <SpraakDruk hierop voor interne gesprekken
of
ÖÔ Flashdruk hierop voor terugbelgesprekken.
ÕÔ AlarmDruk hierop.
De huidige melodie wordt opgeslagen.
Opmerking: de melodie is niet geactiveerd. Zie ‘Een
opgeslagen melodie activeren of deactiveren’ op
pagina 26.
25Dialog 4224 Operator
Het toestel gereedmaken voor gebruik
De huidige melodie wissen:
ê
Houd deze toets ingedrukt totdat er geen noten meer worden
weergegeven.
ÑÒ <SpraakDruk hierop voor interne gesprekken
of
ÖÔ Flashdruk hierop voor terugbelgesprekken.
ÕÔ AlarmDruk hierop.
Een opgeslagen melodie activeren of deactiveren
Een opgeslagen melodie die u wilt horen wanneer u een inkomend
gesprek ontvangt, moet worden geactiveerd in de melodiemodus.
Activeren (in de melodiemodus):
ÑÒ <SpraakDruk hierop voor interne gesprekken
of
ÖÔ Flashdruk hierop voor terugbelgesprekken.
Het bijbehorende toetslampje gaat branden:
< Spraak = interne gesprekken;
Flash = terugbelgesprekken.
Opmerking: als u wilt terugkeren naar een normaal belsignaal maar de opgeslagen melodie wilt behouden, drukt
u nogmaals op de toets voor het gewenste gesprekstype.
Wanneer het toetslampje niet brandt, is de opgeslagen
melodie gedeactiveerd.
#Druk hierop om de melodiemodus te verlaten.
Dialog 4224 Operator26
Het toestel gereedmaken voor gebruik
Noten invoeren
In de melodiemodus gebruikt u het toetsenbord voor het invoeren van
noten, pauzes, enzovoort. Er kunnen maximaal 40 noten worden
geprogrammeerd voor inkomende gesprekken en 20 noten voor
terugbelgesprekken.
De toetsen gebruikt u als volgt:
Druk hierop om noten in te voeren (1–9).
Opmerking: als u de toets lang indrukt, krijgt u een lange
toon (deze wordt weergegeven met een hoofdletter); +c en
+d geven een octaaf hoger aan.
*Druk hierop om een korte pauze in te voegen (p).
Houd de toets ingedrukt voor een lange pauze (P). Druk nogmaals
op de toets voor een langere pauze (pp...p).
0Druk hierop om de ingevoegde noot een octaaf te verhogen.
A + wordt weergegeven voor de noot om aan te geven dat de noot
een octaaf hoger is.
Voorbeeld: 30 voor +e
#Druk hierop om de toonhoogte van de ingevoegde noot te
verhogen of te verlagen.
Druk eenmaal voor een hogere toonhoogte, tweemaal voor een
lagere toonhoogte en driemaal voor een normale toonhoogte.
ìDruk hierop om de cursor naar links of rechts te verplaatsen.
Houd deze toets ingedrukt om naar het begin of het einde te gaan.
ÁDruk hierop om de ingevoerde noten te beluisteren.
ê
Druk hierop om de noot links van de cursor te wissen.
Houd deze toets ingedrukt om alle noten te wissen.
Voorbeeld van een melodie:
Thema van James Bond voor interne gesprekken:
C d d D D pp C C C C #d #d #D #D pp D D D ##A G pppp G F G
Voer de noten in.
Grijs cijfer = Houd de toets lang ingedrukt.
Opmerking: de toets
wordt ingedrukt na de noot, maar wordt vóór de noot
weergegeven.
# (voor een hogere of lagere toon)
27Dialog 4224 Operator
Het toestel gereedmaken voor gebruik
Wanneer u de eerste 19 posities hebt ingevoerd, wordt het volgende
op het scherm weergegeven (alleen de 19 laatst ingevoerde posities
worden weergegeven):
Program Intern
<CpFpGp+dP+cp#aapgfP
Wanneer u alle noten hebt ingevoerd, wordt het volgende op het
scherm weergegeven (alleen de 19 laatst ingevoerde posities worden
weergegeven):
Program Callback
<GpGpgab+CbpaA
Opmerking: de lagere toon A (
als bA, dus b wordt gebruikt om zowel de noot b als het
teken dat het een lagere toon betreft, weer te geven.
##A) wordt weergegeven
Schermcontrast
U kunt het schermcontrast aanpassen.
ê
*5
Houd deze toetsen gelijktijdig ingedrukt totdat u een belsignaal
hoort.
Op het scherm wordt
Setting Mode weergegeven.
ÕÔ AlarmDruk hierop.
ìDruk herhaaldelijk hierop om het contrast aan te passen.
#Druk hierop om op te slaan en af te sluiten.
Opmerking: als u het menu wilt verlaten zonder de
wijzigingen op te slaan, drukt u op
van de toetsen voor aanpassen drukt.
# voordat u op een
Dialog 4224 Operator28
Het toestel gereedmaken voor gebruik
n
Schermverlichting
U kunt het schermverlichtingsniveau aanpassen.
*5Houd deze toetsen gelijktijdig ingedrukt totdat u een bel-
signaal hoort.
Op het scherm wordt
Druk hierop.
Setting Mode weergegeven.
Ô
ê
Automatisch
beantwoorde
ìDruk herhaaldelijk hierop om het schermverlichtingsniveau
aan te passen.
#Druk hierop om op te slaan en af te sluiten.
Opmerking: als u het menu wilt verlaten zonder de
wijzigingen op te slaan, drukt u op
de toetsen voor aanpassen drukt
# voordat u op een van
29Dialog 4224 Operator
Inkomende gesprekken
Inkomende gesprekken
Normale inkomende gesprekken
Het toestel laat een belsignaal horen om aan te geven dat er een
gesprek binnenkomt. Op het scherm wordt het aantal gesprekken
weergegeven dat op de algemene en persoonlijke lijnen op beantwoording wacht, het type inkomend gesprek en de gegevens van
de externe lijn of naam en nummer van het intern bellende toestel.