Yamaha MD4 User Manual [nl]

Nederlandstalige Handleiding
NL
Yamaha Speciale Informatie
De MD4 kan nu stereo opnemen op MiniDisc
Dankzij de wijzigingen in de MD standaard in Augustus 1996 kan de MD4 nu zowel opnemen op MiniDiscs als MD DATA discs. MD DATA discs worden gebruikt als opslagmedium voor computers, en de MD4 maakt hier gebruik van om 4-tracks op te nemen en af te spelen. MiniDiscs, die soms ook MD discs genoemd worden, worden alleen in de muziek toegepast. Op pag. 2 van de Nederlandstalige handleiding staat dat de MD4 MiniDiscs alleen kan afspelen. Met de nieuwe standaard is het nu echter ook mogelijk om stereo op te nemen op de MiniDiscs, en alle 2TR en MONO mode functies werken nu bij het opnemen op MiniDiscs.
MiniDiscs die zijn opgenomen op de MD4 kunnen worden afgespeeld op een normaal MiniDisc deck.
MiniDisc opnamen die zijn gemaakt op een normaal MiniDisc deck kunnen worden ge-edit op de MD4. MiniDiscs die echter zijn gekopieerd van een commerciële CD echter niet, dankzij het SCMS beschermingssysteem.
Als een opneembare MiniDisc wordt ingeladen in een MD4 wordt automatisch de 2TR recording mode geselecteerd. Om daarna weer 4-tracks op te nemen op de MD4 met een MD DATA disc moet u de recording mode terugzetten op 4TR. De recording mode wordt niet opgeslagen als u de MD4 uitzet, en staat bijhet aanzetten van de MD4 dus altijd automatisch weer op 4TR.
Dit nieuwe kenmerk is al ingebouwd op alle MD4’s die gebouwd zijn na September ‘96. Bij MD4’s die het volgende serienummer dragen moet de volgende procedure worden uitgevoerd om dit kenmerk te activeren.
Serienummer MN0000- MO0000-
Juli ‘96 Aug. ‘96
1. Doe de MD4 uit.
2. Hou de [TIME DISPLAY] en [REC] knoppen ingedrukt terwijl u de MD4 aanzet.
TEST MODE verschijnt in de display.
3. Druk op de [ENTER] knop.
MODE SET verschijnt in de display.
4. Druk op de [ADJUST] knop, [UTILITY] knop, [DATA] knop, en als laatste op de LAST REC SEARCH [OUT] knop.
MODE SET OK verschijnt in de display.
5. Doe de MD4 uit, wacht vijf sekonden, en doe hem weer aan.
De nieuwe functie is nu klaar om gebruikt te worden. Eenmaal geaktiveerd is de nieuwe functie altijd beschikbaar . Deze procedure hoeft slechts één
keer uitgehaald te worden.
Uitleg van de grafische symbolen
CAUTION
RISK OF ELECTRIC SHOCK
DO NOT OPEN
OPGEPAST: OM HET RISICO VAN EEN ELECTRISCHE
CAUTION: TO REDUCE THE RISK OF
SCHOK TE VERMINDEREN; NIET DE ACHTERKANT VERWIJ-
ELECTRIC SHOCK, DO NOT REMOVE
DEREN. ER KUNNEN DOOR DE GEBRUIKER GEEN
COVER (OR BACK). NO USER-SERVICEABLE
PARTS INSIDE. REFER SERVICING TO
ONDERDELEN VERVANGEN WORDEN, LAAT ONDERHOUD
QUALIFIED SERVICE PERSONNEL
OVER AAN ERKEND YAMAHA PERSONEEL
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Het uitroepteken in een gelijkbenige driehoek is bedoeld om u te wijzen op de aanwezigheid van belangrijke bedienings- en onderhoudsinstructies in de handleiding van het produkt.
De bliksemflits met pijlpunt in een gelijkbenige driehoek is bedoeld om u te wijzen op de aanwezigheid van niet geïsoleerde "gevaarlijke" voltages in het instrument die u een schok kunnen geven.
1. Lees instructies - alle veiligheids- en bedienings­instructies moeten gelezen worden alvorens het instru­ment te gebruiken.
2. Bewaar de instructies - de veiligheids- en bedienings­instructies moeten goed bewaard worden voor de toekomst.
3. Hou rekening met de waarschuwingen - u moet rekening houden met alle gegeven waarschuwingen in de handleiding.
4. Volg instructies - u moet alle bedienings- en gebruiksinstructies opvolgen.
5. W ater en vocht - het apparaat mag nooit gebruikt worden in de nabijheid van water - bijvoorbeeld bij een badkuip, wasbak, in een natte kelder of in een zwembad, of iets dergelijks.
6. Karretjes en standaards - het apparaat mag alleen gebruikt worden met een kar of standaard die wordt aangeraden door de fabrikant.
6a. Een apparaat en kar combinatie
moet voorzichtig vervoerd worden. Snelle stops, overdre­ven zwaar en ongelijke opstellingen kunnen de kar doen omvallen.
7. Muur- of plafond montage - het apparaat mag op een muur of plafond gemonteerd worden, maar dan wel volgens de regels van de fabrikant.
8. Ventilatie - het apparaat moet zo worden opgesteld dat de lokatie of positie niet in de weg zit van de ventilatie. Zet het apparaat dehalve niet op een bed, sofa, tapijt of dergelijke lokatie, daar een dergelijke ondergrond de ventilatie openingen kan blokkeren; bouw het apparaat ook niet in een boekenkast of andere kast daar dit de luchtstroom kan blokkeren.
9. Warmte - het apparaat moet ver weg geplaatst worden van warmtebronnen zoals radiators, ovens of dergelijke
apparatuur (incl. versterkers) die warmte produceren.
10. Voeding - het apparaat zou alleen in een stopcontact gestopt moeten worden van het type dat omschreven wordt in de handleiding of degene die gemarkeerd staat op het apparaat zelf.
11. Aarde of polarisatie - u moet voorbereidingen treffen zodat de aarde van het apparaat niet wordt omzeild.
12. Bescherming van het stroomsnoer - u moet de stroomsnoeren op zo’n plek leggen dat u er niet op gaat staan, geen voorwerpen op rusten, in het bijzonder op de punten waar snoeren vastzitten aan pluggen en het punt waar ze het apparaat verlaten.
13. Schoonmaken - het apparaat mag alleen worden schoongemaakt op de manier die wordt aangeraden door de fabrikant.
14. Ongebruikte momenten - als u het apparaat lange tijd niet gebruikt moet u de stekker uit het stopcontact halen.
15. Object en vloeistoffen - let er op dat er geen vloeistoffen of voorwerpen in het apparaat kunnen binnendringen door de openingen van het apparaat.
16. Reparatie - het apparaat moet van service voorzien door erkend Yamaha personeel wanneer:
A. het stroomsnoer- of de stekker stuk is; of B. voorwerpen of vloeistoffen in het apparaat zijn
gevallen; of C. het apparaat in de regen heeft gestaan; of D. het apparaat niet normaal meer functioneert, of een
merkbare verandering heeft ondergaan qua bediening; of
E. het apparaat is gevallen, of de behuizing stuk is.
17. Service - de gebruiker kan geen enkel onderhoud aan het apparaat plegen dan de degene die vermeld staat in de handleiding.
iv
Belangrijk
Lees het Volgende Voordat U de MD4 Gaat Gebruiken
Waarschuwing
Plaats de MD4 niet op een plek waar hij wordt blootgesteld aan extreme hitte of direct zonlicht. Hierdoor zou brand uit kunnen breken.
Plaats de MD4 niet op overdreven stoffige of vochtige plek. Hierdoor zou brand uit kunnen breken, of zou u een schok kunnen krijgen.
Steek het stroomsnoer alleen in een stopcontact dat wordt aangegeven in deze Nederlandse Handleiding of volgens de markeringen op het instrument. Een verkeerd stopcontact kan
brand en/of elektrische schokken veroorzaken.
Steek nooit meerdere instrumenten in hetzelfde stopcontact. Als het stopcontact dit niet aankan kan deze brand of elektrische schokken veroorzaken. Het beïnvloedt ook de prestaties van het instrument.
Plaats geen zware voorwerpen op het stroomsnoer. Een beschadigd snoer kan brand en/of elektrische schokken veroorzaken.
Als het stroomsnoer beschadigd is (als er een gat in zit, of iets uit de kabel steekt) moet u een vervanging vragen bij uw dealer. Gebruik u de MD4 toch kan dit brand veroorzaken.
Haal het snoer met de plug uit het stopcontact. Trek nooit aan het snoer. Beschadigen van het snoer kan schokken en/of brand veroorzaken.
Plaats geen kleine metalen voorwerpen op de MD4. Metalen voorwerpen in de MD4 kunnen brand en/of elektrische schokken veroorzaken.
Blokkeer de ventilatie gaten niet. De MD4 is uitgerust met ventilatie gaten om te voorkomen dat de temperatuur al te zeer stijgt. Geblokkeerde ventilatie gaten kunnen brand veroorzaken. U kunt de MD4 niet modificeren. Dit kan elektrische schokken en brand veroorzaken.
De werktemperatuur van de MD4 ligt tussen 5 en 35 graden C.
Voorzorgsmaatregelen
Zet alle audio apparatuur en luidsprekers uit tijdens het aansluiten van de MD4. Zie de handleidingen van alle gebruikte apparatuur. Gebruik de juiste kabels en sluit aan zoals staat vermeld in de handleidingen.
De MD4 is een precisie instrument. Ga voorzichtig met de MD4 om. Ga voorzichtig met de MD DATA disks om.
Als u iets abnormaals bespeurt - zoals rook, vreemde geur of geluid - moet u de MD4 onmiddelijk uitzetten. Haal de stekker uit het stopcontact. Constateert u hierop dat de abnormaliteit verdwenen is, moet u naar uw dealer gaan. Gebruikt u de MD4 toch, kan deze elektrische schokken of brand veroorzaken.
Als u de MD4 lange tijd niet gebruikt (omdat u bijvoorbeeld op vakantie gaat) moet u de stekker uit het stopcontact halen. Doet u dit niet kan er brand ontstaan.
Gebruik geen benzine, verdunner , oplosmiddel of chemische reinigers om de MD4 schoon te maken.
Gebruik alleen een schone, droge doek om de MD4 schoon te maken.
MD4 - Nederlandse Handleiding
v
Interferentie
De MD4 maakt gebruik van hoog-frequente digitale elektronica die interferentie kan veroorzaken op radio’s en televisies die te dicht in de buurt staan. Als er interferentie optreedt moet u de voornoemde apparatuur verplaatsen.
Copyright
© Yamaha Corporation. Alle rechten zijn voorbehouden. Er mag geen gedeelte van de Nederlandse Handleiding worden gereproduceerd of uitgegeven in wat voor vorm dan ook, of op wat voor manier dan ook zonder toestemming van de Yamaha Corporation.
Handelsmerk
MD DATA en MiniDisc zijn handelsmerken van de Sony Corporation. Alle andere handelsmerken zijn eigendom van de respectievelijke handelsmerk eigenaren.
Inhoud van het Pakket
Het MD4 pakket zou de volgende onderdelen moeten bevatten. Controleer dit eerst. MD4 Multitrack Recorder Stroomsnoer MD DATA disc Deze handleiding Neem contact op met uw Yamaha dealer als er iets ontbreekt.
Bewaar Deze Handleiding Goed Om Later Nog Eens Wat
Op Te Zoeken
MD4 - Nederlandse Handleiding
vi
Inhoudsopgave
1. Welkom Bij de MD4.................................... 1
MD4 Kenmerken ....................................................................................................1
Mixer ............................................................................................................1
Recorder........................................................................................................1
Discs kopen voor de MD4 ......................................................................................2
MD4 TOC ...............................................................................................................2
2. Door de MD4 Wandelen ............................. 3
De Bovenkant..........................................................................................................3
Input Kanalen..........................................................................................................4
Master Sectie...........................................................................................................5
Display ....................................................................................................................6
Disc Transport Sectie ..............................................................................................8
Aansluitingen aan de Bovenkant ............................................................................10
Aansluitingen aan de Voorkant ...............................................................................11
Achterkant...............................................................................................................11
3. De Eerste Sessie........................................... 12
Snel-Start Systeem ..................................................................................................12
Stroomsnoer Aansluiten ..........................................................................................13
De MD4 Aanzetten .................................................................................................13
Een Disc Laden .......................................................................................................13
De Eerste Track Opnemen ......................................................................................13
Naar de Eerste Track luisteren ......................................................................14
Overdubben.............................................................................................................15
Mixen ......................................................................................................................16
Een Overzicht van Multitrack Opnemen ................................................................17
Algemeen Multitrack Opnemen ...................................................................17
Geavanceerd Multitrack Opnemen...............................................................17
Over Afluisteren ......................................................................................................18
4. Opname & Mix Technieken ......................... 19
Een Nieuwe Song Opnemen ...................................................................................19
Zoeken naar het Blanco Begin......................................................................19
De Recording Mode Instellen.......................................................................19
Opnemen.......................................................................................................19
Naam geven aan Discs & Songs .............................................................................20
Manual Punch In/Out (met de hand in/uitprikken) .................................................21
De REC knop................................................................................................21
De REC SELECT knoppen ..........................................................................22
Een Voetschakelaar gebruiken ......................................................................22
Auto Punch In/Out (Automatisch in/uitprikken) ....................................................22
Instellen van In/Out Punten “tijdens het spelen”..........................................24
Een Andere Manier van In/Oupunten Instellen ............................................24
Auto Punch Oefenen.....................................................................................25
Auto Punch echt uitvoeren ...........................................................................26
MD4 - Nederlandse Handleiding
Auto Punch met een Voetschakelaar.............................................................27
De Pre-Roll & Post-Roll Tijden Instellen.....................................................28
Ping-Pong Opnamen ...............................................................................................29
Ping-Pong Voorbereiden ...............................................................................30
Ping-Pong Oefenen.......................................................................................30
Ping-Pong Echt Uitvoeren ............................................................................30
De Ping-Pong Handeling Controleren ..........................................................31
Ping-Pong met Overdub..........................................................................................31
Pitch (toonhoogte)...................................................................................................32
Pitch Afstellen...............................................................................................32
Pitch Resetten (herstellen) ............................................................................32
Voetschakelaar Gebruiken.......................................................................................33
Effecten Gebruiken .................................................................................................34
Effecten Gebruiken In de Mix ......................................................................34
Effecten Gebruiken Tijdens het Opnemen....................................................35
Effecten Gebruiken Tijdens Ping-Pongen ....................................................35
5. Snel Zoek Functies ...................................... 36
Songs Zoeken..........................................................................................................36
Zoeken m.b.v. Tijd ..................................................................................................36
Zoeken voor de laatste Rec IN en OUT Punten......................................................36
Zoeken naar Makers (markeringspunten) ...............................................................36
Markers Invoegen ...................................................................................................37
Markers Indicators ........................................................................................37
Markers Afstellen....................................................................................................38
Markers Wissen.......................................................................................................39
vii
6. Herhalen, Cue Lijst & Program Afspelen ..... 40
Één Song Herhalen .................................................................................................40
Alle Songs Herhalen ...............................................................................................40
A-B Herhaling.........................................................................................................41
Cue Lijst Afspelen & Kopiëren...............................................................................42
Program Afspelen....................................................................................................43
7. Songs & Tracks Editten ................................ 44
Een Song Kopiëren .................................................................................................44
Een Song Verdelen ..................................................................................................45
Songs Combineren ..................................................................................................46
Track-naar-Track Kopiëren.....................................................................................47
Tracks Wissen .........................................................................................................48
Songs Wissen ..........................................................................................................48
MD4 & MIDI................................................... 49
De MD4 Gebruiken In een Gesynchroniseerd MIDI Systeem ...............................49
Over T empo Mappen ..............................................................................................49
Een Gesynchroniseerd MIDI Systeem Opzetten ....................................................50
MTC Gebruiken ......................................................................................................51
De MD4 instellen voor MTC........................................................................51
De MIDI Sequencer Instellen .......................................................................51
MIDI Kabels Opmerking..............................................................................51
MD4 - Nederlandse Handleiding
viii
MIDI Clock Gebruiken ...........................................................................................52
De MIDI Sequencer Instellen .......................................................................52
Meter Wijzigingen Toevoegen aan een Tempo Map ....................................52
Tempo Wijzigingen Toevoegen aan een Tempo Map...................................53
Stappen Toevoegen in een Tempo Map ........................................................54
Stappen Wissen in een Tempo Map ..............................................................54
Tempo Map Bewaren (Save) ........................................................................55
Tempo Map Laden (Load) ............................................................................55
Tempo Map Lijst.....................................................................................................56
9. MD4 Toepassingen ...................................... 57
One-Take Opnamen ................................................................................................57
MIDI Home Studio .................................................................................................58
De MD4 Gebruiken met een Sub-Mixer.................................................................59
Een Stereo Geluidsbron Opnemen..........................................................................60
10 Een Stapje Verder.. ..................................... 61
AUX RETURN.......................................................................................................61
EQ.............. .............................................................................................................61
Markers ...................................................................................................................61
Pitch............ ............................................................................................................62
Afluisteren...............................................................................................................62
Mixen ......................................................................................................................63
11. V&A Gedeelte............................................ 64
Troubleshooting (‘in de problemen’) ............... 66
Appendix......................................................... 67
MD4 Transport Modes ............................................................................................67
Display Meldingen..................................................................................................68
Signaalbaan .............................................................................................................69
Specificaties ............................................................................................................70
Recorder........................................................................................................70
Mixer ............................................................................................................70
Algemeen......................................................................................................70
Blokschema.............................................................................................................71
Afmetingen .............................................................................................................71
Trefwoorden.................................................... 72
Index ............................................................... 75
MIDI Implementation Chart
MD4 - Nederlandse Handleiding
Welkom Bij de MD4
1
Dank u wel voor het kiezen voor de Yamaha MD4 Multitrack MD Recorder. De MD4 is ‘s werelds eerste multitrack recorder die gebruik maakt van het MiniDisc Formaat, met zijn superieure geluidskwaliteit en snelle zoek mogelijkheden. Lees deze Nederlandse Handleiding goed door om alles uit de MD4 te halen.
MD4 Kenmerken
Mixer
Het mixer gedeelte is een vier kanalen input, uit vier groepen bestaande anologe mixer.
De input kanalen bevatten continue variabele GAIN knoppen, die zowel microfoon als lijn niveau signalen aankunnen.
Drie bands EQ (High, Mid en Low) op ieder kanaal biedt flexibele toonkleur mogelijkheden.
Aux send met stereo return voor een externe effects processor.
Flexibele afluistering van Group, CUE en Stereo bussen.
Direct outputs om aan te sluiten op een ander mengpaneel.
Stereo sub inputs voor mixer cascading (het aansluiten van meerdere mengpanelen).
Welkom Bij de MD4
1
Recorder
Het recorder gedeelte is een viertrack recorder gebaseerd op MD DATA audio formaat, hetgeen een aantal voordelen biedt t.o.v. tape multitrackers. Bij een op tape gebaseerde recorder moet je bijvoorbeeld altijd één spoor vrij houden voor ping-pongen. De MD4 kan echter opnemen op vier tracks en dan nog ping-pongen (m.a.w. vier -track afspelen én ping-pongen). Dit is mogelijk omdat de MD4 tegelijkertijd een track kan afspelen en opnemen. Dit kenmerk maakt het u makkelijker de tracks van te voren te plannen.
Superieure geluidskwaliteit die niet beïnvloedt wordt door herhaaldelijk overdubben en pingpongen. Geen wow en flutter en toonhoogte variaties.
Opnametijd: 37 minuten bij vier tracks, 74 minuten stereo, 148 minuten mono.
Vier tracks afspelen en ping-pongen.
Snel zoeken naar de Song Start, Song End, Laatste Record IN/OUT punten, Direct Time Locate en acht markeringspunten per song.
Precieze punch in/out met 11-milliseconden precisie.
Onder editten is inbegrepen Songs Combineren, Songs Verdelen en cue lijst-stijl afspelen.
Titels voor Discs en Songs, voor betere identificatie.
Herhaal mode voor één Song, alle Songs, A-B en Auto Punch oefening.
FF CUE en Review kan op 2X of 4X de normale afspeel snelheid.
Variabele toonhoogte van ±6,5%.
Duidelijk FLD (Fluoriscerende display) toont signaalniveaus, mode status en T otale-, Overblijvende­en Reeds Gebruikte tijd.
MTC (MIDI Timecode) of MIDI Clock (met Tempo Map) output voor synchronisatie met een MIDI gebaseerd systeem.
Zie voor meer vragen en antwoorden het V&A gedeelte op pag. 64.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Welkom Bij de MD4
2
Discs Kopen Voor de MD4
Het is belangrijk dat u de juiste discs koopt voor uw MD4. De MD4 maakt gebruik van MD DA T A discs voor het opnemen en afspelen. MiniDiscs kan de MD4 alleen afspelen, niet opnemen.
MD DATA discs worden gebruikt als opslagmedia voor computers. De MD4 maakt gebruik van het MD DA TA audio formaat. MiniDiscs worden ook wel eens MD discs genoemd, al wor­den ze alleen gebruikt voor muziek.
MD DATA
Type Logo Omschrijving
MD DATA discs zijn bedoeld om computer data op te slaan. U kunt ze kopen in de computer winkel. Dit is het soort disc dat u moet kopen voor de MD4. Hou er rekening mee dat er twee soorten te koop zijn;
back only
(her-beschrijfbaar). U moet het rewritable type kopen.
(alleen afspelen) en
play-
rewritable
MiniDiscs worden gebruikt voor muziek. Er
MiniDisc
zijn twee soorten verkrijgbaar: (alleen afspelen) en (opneembaar). De MD4 kan deze disken alleen afspelen.
recordable
playback only
MD4 TOC
TOC verwijst naar het Table Of Contents gedeelte van een disc. De TOC bevat informatie over wat er is opgenomen op de disc, de disc titel, song titels e.d. De TOC EDIT indicator gaat branden als de TOC moet worden ge-update, hetgeen meestal moet gebeuren na een nieuwe opname op edit. U moet de TOC update’n voordat u de disc eruit haalt of de MD4 uitzet. Daarbij is het sowieso een goed idee de TOC herhaaldelijk te update’n voor het geval de stroom uitvalt. Update u de TOC niet, kan de data kwijtraken. Zelfs als u iets op de juiste wijze hebt opgenomen, en u zet de MD4 uit, het snoer valt eruit of de stroom valt uit, is die opname kwijt.
N.B. Als u op de EJECT knop drukt terwijl de TOC EDIT zichtbaar is in de display, komt de disc er niet uit. Druk eerst op [TOC WRITE] om de TOC te update’n, en haal dan de disc er uit.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Door de MD4 Wandelen
2
In dit hoofdstuk ‘wandelen’ we door de MD4, en identificeren we de verschillende onderdelen zodat u bekend kunt raken met uw nieuwe recorder.
De Bovenkant
Door de MD4 Wandelen
3
De individuele gedeelten van de MD4 worden uitgelegd op de volgende pagina’s.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Door de MD4 Wandelen
4
Input Kanalen
11
1 GAIN Knop
11
22
2 EQ Knoppen
22
Met deze draaiknop kunt u de gevoeligheid afstellen van de MIC/LINE input zodat het kanaal zowel microfoon als line niveau signalen aankan.
Met deze draaiknoppen kunt u de high, middle en low frequentie band onafhankelijk boosten (op-peppen) of cutten (afknijpen). Een rechte instelling (geen cut of boost) wordt bereikt door de knop in het midden te zetten.
HIGH ±12 dB op 12kHz - shelving type MID ±12 dB op 1 kHz - peaking type LOW ±12 dB op 80 Hz - shelving type
33
3 AUX knop
33
Met deze draaiknop kunt u het input kanaal signaal naar de AUX SEND output sturen, om geprocesseerd te worden door een externe effect processor.
44
4 GROUP ASSIGN schakelaars
44
Met deze knoppen kunt u het input kanaal signaal toewijzen (m.a.w. sturen) aan de recorder tracks. Deze werken i.s.m. de P AN knop. Als de GROUP ASSIGN knop [1­2] aanstaat, en de PAN knop in het midden staat, wordt het signaal gelijk verdeeld naar Track 1 en 2 gestuurd. Staat de PAN knop volkomen naar links (L/ODD) wordt het signaal alleen naar track 1 gestuurd. Staat de PAN knop helemaal naar rechts, wordt het signaal alleen naar track 2 gestuurd. Ditzelfde principe geldt voor GROUP ASSIGN schakelaar [3-4].
55
5 PAN Knop
55
De draaiknop heeft twee functies: hij wordt in samenwerking met de GROUP AS­SIGN knoppen ge-bruikt om het input kanaal signaal toe te wijzen aan de even/ oneven tracks. Bij het mixen kunt u met deze knop het stereobeeld van het kanaal bepalen.
66
6 Ingangsbron keuzeschakelaar
66
Met deze knop kunt u de signaal bron van het input kanaal bepalen; MIC/LINE input of PB (disc afspeel signaal).
77
7 Fader
77
Deze fader heeft twee functies: Bij het opnemen bepaalt hij het niveau van het signaal dat wordt opgenomen op de track. Bij het mixen bepaalt hij het volume van de track t.o.v. de andere tracks. De beste positie van een fader ligt tussen de 7-8 markering.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Master Gedeelte
11
1 AUX RETURN GROUP ASSIGN schakelaars
11
Met deze schakelaars kunt u de Aux Return signalen verwijzen naar de recorder tracks. Het linkersignaal wordt naar de buses 1 en 3 gestuurd, terwijl het rechtersignaal naar de buses 2 en 4 wordt gestuurd. Een Aux Return signaal is normaal gesproken het signaal dat terugkomt van een stereo effect processor. Houd er rekening mee dat Aux Return signalen altijd naar de Stereo bus worden gestuurd om gemixed te worden, onafhankelijk van deze schakelaar instellingen.
22
2 AUX RETURN LEVEL knop
22
Met deze draaiknop kunt u het niveau van de Aux Return signalen instellen die naar de Stereo bus worden gestuurd om gemixed te worden. Hij wordt ook gebruikt in samenwerking met de AUX RETURN GROUP ASSIGN schakelaars om het niveau af te stellen van het Aux Return signaal die aan recorder tracks zijn toegewezen.
33
3 MONITOR SELECT Schakelaars
33
Deze schakelaars stellen de signaal bron van de MONITOR OUT en koptelefoon af.
Door de MD4 Wandelen
5
GROUP - Met deze schakelaars kunt u de Group buses als monitor bron selecteren.
Zo kunt u de signalen van de tracks afluisteren. Als alleen de [1-3] of [2-4] schakelaar is ingedrukt, is het signaal mono. Druk beide knoppen in om stereo af te luisteren.
STEREO - Deze schakelaar selecteert de Stereo bus als monitor bron. Zo kunt u
het STEREO OUT signaal afluisteren, een situatie die voorkomt tijdens het mixen.
CUE - Met deze schakelaar kunt u de CUE bus selecteren als monitor bron. Zo kunt
u de track signalen beluisteren, wat handig is bij het inprikken.
44
4 MONITOR LEVEL knop
44
Met deze draaiknop kunt u het niveau van het monitor signaal dat naar de MONI­TOR OUT en de koptelefoon wordt gestuurd afstellen.
55
5 STEREO FADER
55
Met deze fader kunt u het niveau afstellen van het stereosignaal dat naar de STEREO OUT wordt gestuurd. Deze fader klinkt optimaal tussen 7-8.
66
6 STEREO SUB IN GROUP ASSIGN schakelaars
66
Met deze schakelaars wijst u de Stereo Sub In signalen toe aan de recorder tracks. Het linker-kanaal signaal gaat naar Bus 1 en 3, en het rechter naar 2 en 4. De Stereo Sub In signalen zijn meestal afkomstig van een andere mixer. Stereo Sub In signalen worden altijd naar de Stereo Bus gestuurd, hoe deze schakelaars ook worden ingesteld.
77
7 STEREO SUB IN LEVEL knop
77
Met deze draaiknop kunt u het niveau van de Stereo Sub In afstellen die tijdens het mixen naar de Stereo Bus wordt gestuurd. Hij wordt ook gebruikt i.s.m. de STEREO SUB IN GROUP ASSIGN schakelaars om het niveau van de Stereo Sub In af te stellen die is toegewezen aan de recorder tracks.
88
8 CUE LEVEL knoppen
88
Deze knoppen stellen het niveau van de CUE af voor iedere track. T ijdens opnamen, of als er geen disc inzit, is de CUE bron het signaal dat is toegewezen aan een track. Tijdens het afspelen is de CUE bron het afspeel signaal van de disc.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Door de MD4 Wandelen
6
Display
N.B. Om het goed uit te leggen staan in de bovenstaande illustratie bijna alle beschikbare
indicators. Tijdens normale bediening staan er echter niet zoveel indicators tegelijk
in de display.
11
1 Status Indicators
11
Deze indicators tonen de huidige bedieningsmode.
Indicator Betekenis
Normaal afspelen Cue of review
Afspelen is gepauzeerd
Rehearse (oefening) pause mode
Bezig met oefenen
Record Pause mode
Opname is bezig
22
2 Disc Type indicators
22
Deze indicators tonen het type disc dat is geladen.
33
3 MASTER en MTC indicators
33
Deze indicators gaan branden als MIDI synchronisatie wordt gebruikt. MASTER verschijnt als de MD4 MIDI Clock genereert en MTC verschijnt als hij MIDI Timecode genereert.
44
4 Pitch Indicators
44
Deze indicators tonen de huidige Pitch mode: FIX (fixed) of VARI (variabel).
55
5 TOC EDIT indicator
55
De TOC EDIT indicator gaat branden als de TOC ge-update moet worden, meestal na een nieuw opname of edit.
MD4 - Nederlandse Handleiding
66
6 Time Counter mode
66
Deze indicators geven de Time Counter (lett. tijd teller) mode aan.
Display
7
ELAPSE - Deze mode geeft de tijdpositie aan in een song. REMAIN - Deze mode geeft de resterende tijd aan van een song, of de resterende disc tijd bij
het opnemen van een nieuwe song.
TOTAL - Deze mode toont de tijdpositie van de gehele disc.
77
7 Titel en functie display
77
Disc titels, song titels, functies, meldingen en andere informatie verschijnen hier.
88
8 Time counter (lett. tijdteller)
88
De time counter toont de disc tijd in minuten, sekonden en frames.
99
9 Track Level meters
99
Deze track level meters tonen group signaal niveaus van -39dB tot -3dB in 9 stappen. Een CLIP indicator waarschuwt voor mogelijke vervorming bij te hoge signalen. Als er geen disc is geladen tonen de meters group signaal niveaus.
00
0 Stereo Level Meters
00
Deze meters tonen de STEREO OUT signalen van -20db tot +12dB in 9 stappen.
AA
A Markers
AA
Deze indicators tonen de status van de Start, End markers en de acht tussenliggende markers. Als een song is opgenomen worden Start en End makers automatisch opgenomen. U kunt zelf 8 markers extra toevoegen per song tijdens het opnemen of tijdens het afspelen. Als een song op een mark punt staat (gestopt, speelt, pause of opneemt) knippert de marker. Als het begin van een Song is gelokaliseerd knippert de Start marker. Als het eind van een Song is gelokaliseerd knippert de End marker.
bb
b Repeat mode indicators
bb
Deze indicators geven de Repeat modes aan.
REPEAT 1 - De huidige song wordt herhaaldelijk afgespeeld (One Song Repeat). REPEAT ALL - Alle songs wordt herhaaldelijk afgespeeld (All Song Repeat). REPEAT MEMO A-MEMO B - Het gedeelte tussen memo punten A en B worden herhaald
(A-B repeat).
REPEAT Auto Punch I/O - Auto Punch In/Out wordt herhaald.
CC
C AUTO PUNCH, PRE, IN, OUT & POST indicators
CC
De AUTO PUCH indicator toont dat de AUTO PUNCH In/Out functie aanstaat. De IN en OUT indicators branden als de LAST REC IN en OUT punten zijn ingesteld. Als een song op of achter het PRE, IN, OUT of POST punt staat, knippert de corresponderende indicator.
PRE - Deze indicator knippert als een song op het Pre-Roll punt staat. IN - Deze indicator brandt als het LAST REC IN punt is ingesteld en knippert als een song is
gepositioneerd op of achter het gespecificeerde IN punt.
OUT - Deze indicator gaat branden als het LAST REC OUT punt is ingesteld en knippert als
een song is gepositioneerd op of achter het gespecificeerde OUT punt.
POST - Deze indicator knippert als de song is gepositioneerd op het Post-Roll punt.
DD
D Track Record Indicators
DD
Deze indicators tonen welke tracks zijn geselecteerd om opgenomen te worden.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Door de MD4 Wandelen
8
Disc Transport Gedeelte
11
1 AUTO PUCH I/O knop
11
Met deze knop kunt u de Auto Puch In/Out functie aanzetten.
22
2 UTILITY knop
22
Met deze knop krijgt u toegang tot de volgende functies: Rec Mode, Text, PrePost Roll, OffLinePunch, Track Erase, Song Erase, Song Copy, Song Divide, Song Combine, Cue List, PRG Play en MIDI Sync.
33
3 ADJUST knop
33
Met deze knop kunt u de positie van de markers en de LAST REC IN en OUT punten herstellen.
44
4 PITCH knop
44
Met deze knop kunt u de Pitch mode instellen: FIX (fixed) of VARI (variabel).
55
5 TIME DISPLAY knop
55
Met deze knop kunt u de Time Counter mode instellen: ELAPSE, REMAIN of TOTAL.
66
6 SELECT knop
66
Met deze knop kunt u items in de display selecteren.
77
7 REPEAT knop
77
Met deze knop kunt u One Song, All Song, A-B en Auto Punch Rehearse Repeat modes selecteren. U kunt hiermee ook de A-B Repeat mode annuleren.
88
8 MEMO A/B knoppen
88
Met deze knoppen kunt u de A en B punten van de A-B repeat ingeven.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Display
99
9 CLEAR knop
99
Met deze knop kunt u funkties annuleren, en lettertekens wissen in disc- en songtitels.
00
0 REC SELECT knoppen
00
Met deze knoppen kunt u de tracks selecteren die u wilt opnemen.
AA
A MARK SEARCH KNOPPEN
AA
Met deze knoppen kunt u de song markers lokaliseren.
BB
B MARK knop
BB
Met deze knop kunt u markers maken tijdens het opnemen of tijdens het afspelen.
CC
C LAST SEARCH IN/OUT knoppen
CC
Met deze knoppen kunt u de laatste REC IN en OUT punten lokaliseren.
DD
D SONG SEARCH knoppen
DD
Met deze knoppen kunt u naar songs zoeken.
EE
E Disc Transport knoppen
EE
REHE
in oefenmode, en branden tijdens het oefenen.
- Met deze knop gaat u naar de Rehearse (oefen) mode. De REHE indicators knipperen
9
REC - Met deze knop gaat u naar de Record mode. De REC indicators knipperen in Record
mode, en branden tijdens het opnemen.
PLAY - Met deze knop start u het normale afspelen, oefenen en opnemen. Hij kan ook het
oefenen en opnemen annuleren. In dat geval gaat het afspelen verder op het punt waar de [PLA Y] knop wordt ingedrukt. De PLAY indicators branden tijdens het afspelen, en knipperen tijdens het pauzeren.
REVIEW - Met deze knop start u de review (m.a.w. het terug luisteren van de song in hogere
snelheid). Één druk op de knop speelt de song 2x sneller af, twee drukken 4x. De review snelheid wordt getoond in de display: REV X2 of REV X4. U kunt heen-en-weer springen tussen de twee review speeds door op de [REVIEW] knop te drukken. Review kan worden begonnen vanuit stop, pause of afspeel omstandigheden.
FF CUE - Met deze knop start u de FF CUE (m.a.w. het vooruit luisteren van de song in hogere
snelheid). Één druk op de knop speelt de song 2x sneller af, twee drukken 4x. De review snelheid wordt getoond in de display: FF X2 of FF X4. U kunt heen-en-weer springen tussen de twee review speeds door op de [FF CUE] knop te drukken. Review kan worden begonnen vanuit stop, pause of afspeel omstandigheden. Tijdens gebruik van de review of FF CUE functie stopt de time counter zo nu en dan. Dit is geen probleem.
STOP/TOC WRITE - Met deze knop kunt u het afspelen, review, cue, rehearsal en opnemen
stoppen. Hij wordt ook gebruikt bij het schrijven van TOC data naar disc als de MD4 niet loopt.
FF
F ENTER knop
FF
Met deze knop kunt u functies instellen.
G G
G DATA -/+ knoppen
G G
Met deze knop kunt u parameters instellen.
HH
H EJECT knop
HH
Met deze knop kunt u de disc eruit halen.
N.B. Als u op de eject knop drukt terwijl T OC EDIT in de display staat, komt de disc er niet uit. Druk op [TOC WRITE] om de TOC te update’n, en haal dan de disc eruit.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Door de MD4 Wandelen
10
Aansluitingen Op de Bovenkant
11
1 STEREO SUB IN
11
Op deze phone jacks kunt u een andere mixer aansluiten zodat u meer input kanalen hebt. De stereo signalen van de andere mixer kunnen vervolgens in de stereo mix van de MD4 gevoegd worden of worden opgenomen op de MD4 tracks. Sluit deze aan op de stereo outputs van de andere mixer.
22
2 STEREO OUT
22
Deze phone jacks kunnen worden aangesloten op een stereo master recorder om de uiteindelijke mix op op te nemen. De master recorder zou een DAT recorder of cassettedeck kunnen zijn. Sluit deze aan op de master recorder stereo inputs.
33
3 MONITOR OUT
33
Deze phone jacks sturen de monitor signalen naar een stereo monitor versterker en luidsprekers. Dit zou een monitor versterker en luidsprekers of een hi-fi systeem kunnen zijn. Sluit deze aan op de stereo inputs van de versterker. Het MONIT OR OUT signaal is hetzelfde als het koptele­foon signaal.
44
4 TRACK DIRECT OUTs
44
Deze phone jacks worden gebruikt om het disc afspeel signaal naar een andere mixer te sturen. Dit is handig als u de MD4 gebruikt i.s.m. een grotere mixer. Sluit deze aan op de line inputs van de andere mixer . Als er geen disc is geladen komt uit de DIRECT OUT het group signaal.
55
5 MIC/LINE INPUTs
55
Op deze 1/4-inch phone jacks kunt u microfoons, elektronische instrumenten en andere line niveau bronnen aansluiten op de MD4.
66
6 AUX RETURN
66
Deze 1/4 -inch phone jacks worden gebruikt om het geprocesseerde stereo signaal van een externe effect processor op terug te sturen. Het geprocesseerde signaal kan dan in de stereo mix van de MD4 worden gemixt of worden opgenomen op de MD4 tracks. Sluit deze aan op de stereo outputs van de effect processor.
77
7 AUX SEND
77
Deze 1/4-inch phone jack wordt gebruikt om het Aux Send signaal naar een externe effect processor te sturen. Sluit deze aan op de input van de effect processor.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Display
Aansluitingen Op de Voorkant
11
1 PHONES
11
Hier kunt u een koptelefoon op aansluiten om af te luisteren. Het koptelefoon signaal is hetzelfde als het MONITOR OUT signaal.
22
2 PUNCH I/O
22
Hier kunt u een los verkrijgbare voetschakelaar op aansluiten , zoals de Yamaha FC5, zodat u met uw voet het afspelen, oefenen, opnemen of inprikken kunt regelen.
11
Achterkant
OPGEPAST
OM EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN MOET U DE PLUG ER VOLLEDIG INSTEKEN.
11
1 STROOM IN
11
Hier moet u het meegeleverde stroomsnoer op aansluiten.
22
2 AAN/UIT knop
22
Hier kunt u de MD4 aan- en uitzetten.
33
3 MIDI OUT
33
Via deze aansluiting kunt u MTC (MIDI Timecode) of MIDI Clock naar een MIDI sequencer sturen om te synchronizeren. Sluit deze aan op de MTC of MIDI IN aansluiting van uw MIDI sequencer.
MD4 - Nederlandse Handleiding
De Eerste Sessie
12
3
De Eerste Sessie
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u uw eerste sessie moet opnemen en mixen. Als dit de eerste keer is dat u met een multitrack recorder werkt, raden we u aan om met dit hoofdstuk te beginnen en alle procedures goed door te nemen. Als u dit hoofdstuk doorgewerkt hebt, kunt u verder gaan met de opvolgende hoofdstukken, die de meer geavanceerde MD4 functies uitleggen en waarbij een algemene kennis noodzakelijk is omtrent de MD4 en multitrack recording technieken.
Snel Start Systeem
De volgende illustratie toont de algemene apparatuur die noodzakelijk is om te beginnen met opnemen met de MD4.
Master Recorder
Monitors
Gitaar Processor
Monitor Versterker
Sluit aan op een geschikt stopcontact
Koptelefoon
De microfoon, synthesizer en gitaar zijn voorbeelden van klankbronnen die kunnen worden aangesloten op de MD4. Om af te luisteren kunt u zowel een koptelefoon gebruiken als een monitor versterker en luidsprekers. Ook zou u gebruik kunnen maken van uw normale hi-fi installatie. De master recorder wordt gebruikt om de mix op op te nemen.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Het Stroomsnoer Aansluiten
Stroomsnoer Aansluiten
1. Sluit het meegeleverde stroomsnoer aan op de AC IN op de achterkant.
2. Steek de andere kant van het snoer in een geschikt stopcontact.
MD4 Aanzetten
1. Druk op de POWER knop achterop de MD4. De display wordt verlicht.
Om de MD4 uit te zetten moet u nog een keer op de POWER knop drukken.
Een Disc Laden
1. Druk op de EJECT knop om het disc compartiment te openen.
2. Doe de disc in het compartiment met de pijl naar voren.
De disc moet zonder tegenstand in het compartiment schuiven en op zijn plaats klikken. Als dit niet het geval is moet u kijken of u de disc misschien hebt omgedraaid (pijl moet naar voren).
3. Doe het disc compartiment dicht.
Als een disc is geladen, leest de MD4 de TOC om te zien wat de disc bevat. Als het een nieuwe disc is verschijnt [BLANK DISC]. Als de disc songs bevat verschijnt de disc titel een aantal sekonden en scrollt vervolgens uit de display. Daarna wordt het aantal songs op de disc getoond, bijvoorbeeld [TOTAL 004].
13
De eerste Track Opnemen
1. Sluit een geluidsbron aan op MIC/LINE INPUT 1.
2. Als u een line-niveau geluidsbron gebruikt moet u de GAIN knop op LINE zetten (volledig naar rechts). Als u een microfoon aansluit moet u de GAIN in het midden zetten. Later in deze procedure gaan we de GAIN knop nog afstellen.
3. Zet de ingangskeuze schakelaar van Input Kanaal 1 op MIC/LINE.
4. Zet de GROUP ASSIGN [1-2] schakelaar op Input Kanaal 1.
Dit wijst het signaal van Kanaal 1 toe aan Tracks 1 en 2.
De volgende tabel toont de verhoudingen tussen Groups en Tracks.
Toegewezen aan Bestemming Tracks
Group 1 Track 1 Group 2 Track 2 Group 3 Track 3 Group 4 Track 4
5. Zet de PAN knop op L/ODD
Deze instelling stuurt het signaal alleen naar Track 1.
MD4 - Nederlandse Handleiding
De Eerste Sessie
14
De volgende tabel toont de verhoudingen tussen de PAN knop en de Groep/Tracks.
GROUP ASSIGN PAN Bestemming Groep/Track
6. Druk op de MONITOR SELECT [1-3] schakelaar.
Dit zet de monitor source op Track 1.
7. Zet de MONITOR LEVEL knop in het midden.
8. Zet de fader van Kanaal 1 op 7-8.
Nu moet u de geluidsbron kunnen horen. Als dit niet het geval is moet u de voor gaande stappen controleren..
9. Druk op de REC SELECT knop [1].
Een cirkel knippert rond track indicator 1.
10. Druk op de [REC] knop.
De REC indicator knippert, om de Record Pause mode aan te geven. Track 1 meter moet nu uitslaan.
11. Stel nu de GAIN knop van kanaal 1 zo in dat het hardste gedeelte van het geluid niet verder uitslaat dan -3. Als de meter verder uitslaat dan -3 in CLIP moet u de GAIN knop iets terug zetten.
Het is belangrijk dat u het niveau goed instelt om een goed geluid te krijgen. Te lage niveaus maken niet 100% gebruik van de dynamiek van de MD4, te hoge niveaus kunnen vervorming veroorzaken.
Tip: Als het niveau van het geluid te veel variëert, en u geen optimale GAIN instelling kunt maken, kunt u het signaal corrigeren met een externe compressor.
De MD4 is nu klaar om op te nemen. U hoeft alleen nog op de [PLAY] knop te drukken om te beginnen met opnemen. Zorg er dus voor dat uw geluidsbron er klaar voor is. Wilt u de Record Pause mode annuleren dan moet u op de [STOP] knop drukken.
12. Druk op de [PLAY] knop om te beginnen met opnemen.
Het opnemen begint en de time counter toont de opgenomen tijd.
13. Druk op [STOP] om te stoppen met opnemen.
U heeft nu uw eerste track opgenomen.
Luisteren Naar de Eerste Track
1. Druk op de LAST REC SEARCH [IN] knop.
Dit brengt u terug naar het punt waar de opname begon. Bij de eerste opname is dit altijd 00:00.00.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Overdubben
2. Druk op de MONITOR SELECT [1-3] switch.
3. Druk op de [CUE] MONITOR SELECT switch.
4. Zet de CUE LEVEL 1 in het midden.
5. Druk op de [PLAY] knop om te beginnen met afspelen.
Nu moet u af kunnen luisteren wat u hebt opgenomen. Stel het CUE LEVEL 1 naar wens in. Als u niets hoort moet u de voorgaande stappen controleren.
Overdubben
Overdubben is een techniek die we gebruiken om nieuwe tracks op te nemen terwijl we luisteren naar de tracks die al opgenomen zijn. De volgende overdub procedure kan gebruikt worden om Tracks 2, 3 en 4 op te nemen.
1. Zet de fader van het input kanaal dat we eerder hebben opgenomen op nul, en zet de GROUP ASSIGN schakelaars op OFF.
2. Druk op de [REC SELECT] knop van de track die we net hebben opgenomen zodat de track niet overschreven kan worden.
De knipperende cirkel rond de track indicator verdwijnt.
15
3. Druk op de LAST REC SEARCH [IN] knop.
Dit brengt u terug naar het punt waar de opname begon.
4. Sluit een geluidsbron aan op MIC/LINE INPUT 2, 3 of 4.
5. Als u een line-niveau geluidsbron op wilt nemen moet u de GAIN knop op LINE (volledig naar rechts) zetten. Als u een microfoon aansluit moet de GAIN knop in het midden. Later stellen we de GAIN knop nog beter af.
6. Druk op de [GROUP ASSIGN] schakelaar van het gebruikte kanaal.
Selecteer Group 2, 3 of 4. We hebben al op Track 1 opgenomen, dus Group 1 kan niet gebruikt worden.
7. Wijs met de PAN knop het signaal aan de even/oneven group toe.
8. Druk op de [GROUP] MONITOR SELECT schakelaar van gebruikte group.
Dit zet de monitor source op de tracks die opgenomen gaat worden.
9. Zet de kanaal fader op het 7-8 punt.
Nu moet u de geluidsbron kunnen horen.
10. Druk op de [REC SELECT] knop van de track die u wilt opnemen.
Rondom het nummer van de geselecteerde track knippert een cirkel.
11. Druk op de [REC] knop.
De REC indicators knipperen om de Record Pause mode aan te geven. De meter slaat uit.
N.B. U kunt op de [REHE] knop drukken om de overdub te oefenen.
12. Zet de GAIN knop op het input kanaal zodat het hardste signaal de -3 positie bereikt. Als de meter boven de -3 positie naar CLIP uitslaat moet u de GAIN knop iets terugzetten.
13. Druk op de [PLAY] knop om te beginnen met opnemen (of oefenen).
Opnemen of oefenen begint en de time counter geeft de opgenomen tijd aan.
14. Gebruik de CUE LEVEL knoppen die corresponderen met de eerder opgenomen
MD4 - Nederlandse Handleiding
De eerste Sessie
16
tracks, en wat u nu gaat opnemen.
15. Druk op de [STOP] knop om de opname (of oefening) te stoppen.
16. Druk op de LAST REC SEARCH [IN] knop.
Dit brengt u terug naar het punt waar de opname (of oefening) startte.
17. Druk op de [PLAY] knop om af te spelen wat u zojuist hebt opgenomen.
Als u zojuist de overdub hebt geoefend is er niets om af te spelen.
18. Stel het afluisterniveau van de tracks af met de CUE level knoppen.
Afmixen
Het afmixen is de laatste techniek in een multitrack opname. Op dit punt gaat u de geluiden van alle tracks, met EQ en effecten, mixen in een gebalanceerde stereo mix en neemt u deze op op een stereo master recorder, zoals een DAT, MiniDisc of cassette recorder.
1. Zorg er voor dat alle [GROUP ASSIGN] schakelaars uitstaan, inclusief de MONITOR SELECT [GROUP] schakelaars.
2. Zet de input select schakelaar bij ieder kanaal op PB.
3. Zet de PAN knop van ieder input kanaal in het midden.
4. Zet de fader van ieder input kanaal en de STEREO fader op 7-8.
5. Druk op de MONITOR SELECT [STEREO] schakelaar en zet de MONITOR LEVEL knop in het midden.
6. Lokaliseer het begin van de song met de Song Search knoppen.
Als het LAST REC IN punt nog steeds 00:00.00 is kunt u de LAST REC SEARCH [IN] knop gebruiken. Ook kunt u gebruik maken van de MARK SEARCH knoppen.
7. Druk op de [PLAY] knop om te beginnen met afspelen.
U kunt nu alle vier de tracks af horen spelen. Als dit niet het geval is moet u de voorgaande stappen controleren.
8. Mix en stel uw muziek als volgt af:
Balans niveaus - balanceer de niveaus van de vier tracks met de input channel faders. Pan - Stel het stereobeeld van de geluiden af met de PAN knoppen. EQ - Kleur het geluid met de drie-band equalizer voor iedere track. Effecten - Voeg effecten van een externe effect processor in met de AUX SEND en AUX
RETURN functies. Zie Effecten Toevoegen op pag. 34 voor meer informatie. Zie Mixen op pag. 63 voor een gedetailleerd overzicht in mix technieken.
9. Neem de Uiteindelijke Mix op op een stereo master recorder.
We zijn er! U heeft uw eerste sessie afgerond op de MD4.
MD4 - Nederlandse Handleiding
De eerste Sessie
Een Overzicht van Multitrack Opnemen
In dit gedeelte worden de fundamentele principes van multitrack opnamen beschreven.
Algemeen Multitrack’en
Afluisteren - Hiermee bedoelen we het luisteren naar een geluid op het moment dat het wordt
opgenomen, of het luisteren naar opgenomen geluiden tijdens het opnemen van nieuwe tracks. Zie Over Afluisteren op pag. 18 voor meer informatie.
De Eerste Track Opnemen - de eerste track die wordt opgenomen is meestal de drumtrack.
Een drumtrack opnemen vóór andere instrumenten zorgt voor goeie timing en inzet. Als uw song begint met meerdere instrumenten op de eerste tel is het misschien een goed idee om een tijdelijke metronoom op te nemen op een andere track, die later gewist kan worden. Zie De Eerste Track Opnemen op pag. 13 voor meer informatie.
Overdubben - Dit is de techniek waarbij nieuwe geluiden aan lege tracks worden toegevoegd
terwijl we luisteren naar de andere, al opgenomen, tracks. Het is een belangrijk gegeven dat songs altijd track-voor-track worden opgenomen. Deze techniek wordt gebruikt in de meeste moderne studio opnamen. Zie Overdubben op pag. 15 voor meer informatie.
17
Afmixen - Dit is de laatste techniek bij multitrack opnamen. Op dit punt gaat u de geluiden
van alle tracks, met EQ en effecten, mixen in een gebalanceerde stereo mix en neem u deze op op een stereo master recorder, zoals een DAT, MiniDisc of cassette recorder. Zie Afmixen op pag. 16 voor meer informatie.
Gavanceerd Multitrack’en
One Take Opnamen - Met deze techniek kunt u alle tracks in één opname registreren. Dit is
handig bij live opnamen en bij het opnemen van bands die met alle leden tegelijk willen opnemen. Inprik en ping-pong technieken kunnen later worden gebruikt om gedeelten toe te voegen of correcties aan te brengen. Zie One Take Opnamen op pag. 57 voor meer informatie.
In/Uitprikken - Met deze techniek kunt u bepaalde gedeelten op een track opnieuw opnemen.
Het wordt vaak gebruikt om een niet geheel perfecte gitaarsolo of zang gedeelte opnieuw op te nemen. Het prikken kan geoefend worden alvorens de prik daadwerkelijk op te nemen. Prikken kan met de hand of automatisch op de MD4, wat handig is als u moet zingen of spelen en tegelijkertijd de MD4 moet bedienen. Zie Handmatig In/Uitprikken op pag. 21 voor meer informatie.
Ping-Pong - Met deze techniek kunt u meerdere tracks mengen en op één track opnemen. Dit
wordt gedaan om tracks vrij te maken, die dan weer opgenomen kunnen worden. Dit betekent dat, alhoewel de MD4 een vier-track recorder is, er m.b.v . de ping-pong techniek toch meerdere tracks kunnen worden opgenomen. Ook kunt u ping-pong opnamen met overdub opnamen combineren. U kunt bijvoorbeeld Tracks 1 en 2 mixen naar Track 4, samen met een binnenkomend signaal van Input Kanaal 3. Ping-pong kan worden geoefend alvorens de take daadwerkelijk op te nemen. Zie Ping-Pong Opnamen op pag. pag. 29 voor meer informatie.
Synchronisatie - Met deze techniek kunt u de MD4 en een MIDI sequencer samen laten
werken als één opname unit: de MD4 voor akoestische geluiden en de MIDI sequencer voor MIDI instrumenten. Zie MD4 & MIDI op pag. 49 voor meer informatie.
MD4 - Nederlandse Handleiding
De Eerste Sessie
18
Over Afluisteren
De MD4 is uitgerust met een flexibel afluister systeem, waarmee u signalen op verschillende punten kunt afluisteren. U kunt geluiden afluisteren met een koptelefoon, aangesloten op de PHONES jack, of met een monitor versterker en luidsprekers, aangesloten op de MONITOR OUT jacks. Met de MONITOR SELECT schakelaars kunt u de monitor bron selecteren en met de MONITOR LEVEL knop het volume afstellen.
GROUP - Met deze schakelaars selecteert u de Group bus als monitor bron. Hiermee kunt u
signalen afluisteren die zijn toegewezen aan de input kanalen, AUX RETURN of de STEREO SUB IN naar tracks om opgenomen te worden. Gebruik deze schakelaars om af te luisteren wat opgenomen gaat worden. Als u bijvoorbeeld geluiden van drie input kanalen tegelijkertijd op één track opneemt, moet u naar de mix van de drie geluiden luisteren om een goede balans te kunnen maken. Dit kunt u doen met de GROUP schakelaars.
Als alleen de [1-3] of [2-4] MONITOR SELECT GROUP schakelaar is ingedrukt, staat het afluister signaal op mono. Dit zorgt er voor dat het signaal dat afgeluisterd wordt zowel in de linker- als rechter luidspreker hoorbaar is. Dus zelfs als u een enkele group afluistert, hoort u het geluid door beide luidsprekers. Als u zowel de [1-3] als de [2-4] indrukt staat het afluister signaal op stereo. Zo kunt u dus stereo signalen afluisteren op Groepen 1 en 2, of groepen 3 en
4.
STEREO - Met deze schakelaar selecteert u de Stereo bus als afluisterbron. Hierdoor kunt u de
STEREO OUT signalen afluisteren, hetgeen meestal gebeurt tijdens het afmixen. Het kan ook gebruikt worden om signalen af te luisteren die niet opgenomen hoeven te worden op de MD4, zoals een MIDI toongenerator die wordt aangestuurd door een MIDI sequencer. In dit geval wordt de toongenerator alleen afgeluisterd terwijl andere geluiden worden opgenomen op de MD4. Vervolgens worden tijdens het afmixen de toongenerator geluiden gemengd met de opgenomen geluiden van de MD4, en samen afgeleverd bij de stereo master recorder.
CUE - Met deze schakelaar selecteert u de CUE bus als monitor bron. Hierdoor kunt u track
signalen afluisteren. In tegenstelling tot andere afluisterbronnen verandert de CUE afluisterbron zodra de MD4 gaat oefenen of opnemen. Tijdens normaal afspelen bijvoorbeeld kunt u met CUE de geluiden horen die zijn opgenomen op disc. Als er niets is opgenomen valt er natuurlijk niets af te luisteren. Als u echter begint met oefenen of opnemen, kunt u met CUE de geluiden afluisteren die zijn toegewezen aan de tracks die opgenomen moeten worden. Het nut van deze toepassing is nu misschien niet helemaal duidelijk, maar wordt wel duidelijk in de in/uitprik en ping-pong opname gedeelten.
N.B. Alhoewel het mogelijk is om de GROUP, STEREO en CUE tegelijk af te luisteren, is het mogelijk dat een bepaald signaal op twee punten afgeluisterd wordt in de signaalketen. Het is daarom beter in het begin eerst gebruik te maken van één afluisterbron per keer.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Opname en Mix Technieken
Opname & Mix Technieken4
In dit hoofdstuk worden MD4 opname- en mix technieken uitgelegd.
Het Opnemen Van een Nieuwe Song
Met de NEW REC functie kunt u nieuwe songs opnemen op disc. Songs worden om de beurt opgenomen zoals hieronder getoond wordt. Als u bij een nieuwe disc op de [REC] knop drukt, gaat u naar de New Record mode. Bij een disc die echter al een aantal songs bevat, moet u eerst het Blank Top (leeg begin) gedeelte van een disc lokaliseren, zoals hieronder wordt uitgelegd.
Leeg GedeelteSong 1 Song 2 Song 3 Leeg Gedeelte
Blank Top (leeg begin)
Zoeken Naar de Blank Top (leeg begin)
Om de Blank Top te vinden moet u herhaaldelijk op de knop drukken tot BLANK TOP verschijnt in de display. Als de BLANK TOP is gelokaliseerd, kunt u een nieuwe song opnemen
Aangezien niets is opgenomen bij de BLANK TOP, kunt u niet gebruik maken van de Play, Review en FF CUE functies. Druk op de knop als u terug wilt keren naar de vorige song.
19
Als er nog lege ruimte is op de disc is het mogelijk op te nemen na het einde van een song. Dit betekent dat songs langer gemaakt kunnen worden. Op het punt waar het lege gedeelte begint, verschijnt NEW REC in de display. Om in/uit te prikken kunt u in de REMAIN Time Counter mode zien hoeveel tijd er nog over is, inclusief het lege gedeelte. Bij het oefenen stopt de MD4 altijd aan het einde van een song.
Als u een song hebt gewist tussen twee andere songs in, is er een leeg gedeelte op de disc. Zoeken naar de Blank T op lokaliseert het grootste lege gedeelte en die wordt vervolgens gebruikt voor de nieuwe song. REMAIN (overblijvende) tijd wordt automatisch getoond.
Als u over een bestaande song heen schrijft is de totaal opgenomen tijd even groot als de totale tijd van de overschreven song. Als de volgende bestaande song echter wordt gewist is de totale tijd van de nieuwe opname de som van beide songs. Bijvoorbeeld Song 1 is drie minuten en Song 2 is twee minuten. Het wissen van Song 2 biedt 5 minuten extra opnametijd.
De Opname Mode Instellen
In de volgende tabel worden de drie MD4 opname modes getoond. Songs op dezelfde disc kunnen worden opgenomen in verschillende modes, maar u kunt de mode niet wijzigen tijdens het opnemen. Door deze modes gebruikt u de discruimte efficiënt. Audio kwaliteit is hetzelfde in alle drie de modes.
Rec Mode Gebruikte Tracks Opname Tijd (in minuten)
N.B. Al lijkt de 2TR Recording mode op de stereo mode die gebruikt wordt door Mini-Discs, kunnen MD DA TA discs opgenomen in 2TR mode niet afgespeeld worden op MiniDisc Spelers.
1. Om de Recording mode in te stellen moet u op de [UTILITY] knop drukken en met de en knoppen de Rec Mode functie selecteren.
MD4 - Nederlandse Handleiding
Loading...
+ 63 hidden pages