Yamaha CLP-S408, CLP-430, CLP-S406, CLP-465GP, CLP-470 User Manual [nl]

...
GEBRUIKERSHANDLEIDING
CLP-470
CLP-440
CLP-430
CLP-S408
CLP-S406
CLP-465GP
BELANGRIJK
— Controleer uw stroomvoorziening —
Controleer of de netspanning overeenkomt met het voltage dat op het naamplaatje staat dat u kunt vinden op het onderpaneel. In sommige regio's kan een voltageschakelaar aanwezig zijn op het achterpaneel van het hoofdtoetsenbord bij de voedingskabel. Zorg ervoor dat de voltageschakelaar is ingesteld op het juiste voltage. De voltageschakelaar staat op 240 V als het instrument vanuit de fabriek wordt verzonden. U kunt de instelling wijzigen met een platkopschroevendraaier. Hiervoor draait u de schakelaar totdat het juiste voltage bij het pijltje verschijnt.
NL
234

VOORZICHTIG

LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U VERDERGAAT
* Lees dit zorgvuldig door voordat u verdergaat.
WAARSCHUWING
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om ernstig of zelfs dodelijk letsel als gevolg van elektrische schokken, kortsluiting, beschadiging, brand of andere gevaren te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
Spanningsvoorziening/netsnoer
• Plaats het netsnoer uit de buurt van warmtebronnen zoals verwarmingen en kachels, buig of beschadig het snoer niet, plaats er geen zware voorwerpen op en zorg dat niemand op het snoer kan trappen, erover kan struikelen of voorwerpen erover kan rollen.
• Gebruik het instrument uitsluitend op de voorgeschreven elektrische spanning. De vereiste spanning wordt vermeld op het naamplaatje van het instrument.
• Gebruik uitsluitend het meegeleverde netsnoer met stekker.
• Controleer de elektrische stekker regelmatig en verwijder vuil of stof dat zich erop heeft verzameld
Niet openen
• Dit instrument bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Maak het instrument nooit open en probeer niet de inwendige onderdelen te demonteren of te wijzigen. Als het instrument defect lijkt, stopt u onmiddellijk met het gebruik ervan en laat u het instrument nakijken door bevoegd Yamaha­servicepersoneel.
Waarschuwing tegen water
• Stel het instrument niet bloot aan regen en gebruik het niet in de buurt van water of in een vochtige omgeving. Plaats nooit voorwerpen (zoals vazen, flessen of glazen) die vloeistof bevatten op het instrument. Wanneer een vloeistof, zoals water, in het instrument lekt, schakelt u het instrument onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Laat het instrument vervolgens nakijken door bevoegd Yamaha­servicepersoneel.
• Steek/verwijder nooit een stekker in/uit het stopcontact wanneer u natte handen hebt.
Als u onregelmatigheden opmerkt
• Als een van de volgende storingen optreedt, schakelt u de POWER-schakelaar onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Laat het instrument vervolgens nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Het netsnoer of de stekker raakt versleten of beschadigd.
• Het instrument verspreidt een ongebruikelijke geur of er komt rook uithet instrument.
• Er is een voorwerp gevallen in het instrument.
• Het geluid valt plotseling weg tijdens het gebruik van het instrument.
Waarschuwing tegen brand
• Plaats geen brandende voorwerpen, zoals kaarsen, op het apparaat. Een brandend voorwerp kan omvallen en brand veroorzaken.
DMI-3 1/2
LET OP
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om lichamelijk letsel bij uzelf en anderen of beschadiging van het instrument en andere eigendommen te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
Volg altijd de hierna vermelde algemene
• Sluit het instrument niet via een verdeelstekker aan op het stopcontact. Dit kan leiden tot een verminderde geluidskwaliteit of oververhitting in het stopcontact.
• Trek altijd aan de stekker en nooit aan het snoer wanneer u de stekker verwijdert uit het instrument of het stopcontact. Het snoer kan beschadigd raken als u eraan trekt.
• Verwijder de stekker uit het stopcontact tijdens onweer of als u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
Montage
• Lees zorgvuldig de meegeleverde montagevoorschriften. Als u het instrument niet in de juiste volgorde monteert, kan dit schade aan het instrument of zelfs persoonlijk letsel veroorzaken.
Locatie
• Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar het per ongeluk kan omvallen.
• Transporteer of verplaats het instrument altijd met ten minste twee personen. Als u het instrument alleen probeert op te tillen kan u uw rug bezeren, ander letsel veroorzaken of het instrument zelf beschadigen.
• Verwijder alle aangesloten kabels alvorens het instrument te verplaatsen.
• Let erop tijdens het opstellen van het instrument dat het te gebruiken stopcontact gemakkelijk bereikbaar is. Als er een storing optreedt of het instrument niet correct werkt, schakelt u de POWER-schakelaar onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Ook wanneer de POWER­schakelaar is uitgeschakeld, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom naar het instrument. Verwijder de stekker uit het stopcontact als u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
Aansluitingen
• Schakel de stroomtoevoer naar alle onderdelen uit voordat u het instrument aansluit op andere elektronische componenten. Stel alle volumeniveaus in op het laagste niveau voordat u de stroomtoevoer naar alle onderdelen in- of uitschakelt.
• Zorg dat het volume van alle componenten is ingesteld op het laagsteniveau en voer het volume tijdens het bespelen van het instrument geleidelijk op tot het gewenste niveau.
Zorgvuldig behandelen
• Steek geen vinger of hand in de openingen van de toetsenklep of het instrument. Let er ook op dat uw vingers niet bekneld raken onder de toetsenklep.
• Steek nooit papieren, metalen of andere voorwerpen in de openingen van de toetsenklep, het paneel of het toetsenbord en laat geen voorwerpen vallen in deze openingen. Dit kan lichamelijk letsel bij u of anderen, schade aan het instrument of andere eigendommen of een verstoring van de werking veroorzaken.
• Leun niet op het instrument, plaats er geen zware voorwerpen op en ga voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
• Gebruik het instrument/apparaat of een hoofdtelefoon niet te lang op een hoog of oncomfortabel geluidsniveau, aangezien dit permanent gehoorverlies kan veroorzaken. Consulteer een KNO-arts als u ruis in uw oren of gehoorverlies constateert.
Bank gebruiken (indien meegeleverd)
• Plaats het instrument niet in een onstabiele positie waarin het per ongeluk kan omvallen.
• Ga niet onzorgvuldig om met de bank en ga nooit op de bank staan. Gebruik van de bank als opstapje of voor enig ander onjuist doel kan leiden tot ongevallen en letsel.
• Ter voorkoming van ongevallen en letsel mag er slechts één persoon tegelijk op de bank zitten.
• Probeer niet de bankhoogte aan te passen terwijl u op de bank zit. Dit kan ertoe leiden dat te grote krachten op het stelmechanisme worden uitgeoefend, waardoor het mechanisme beschadigd kan raken en zelfs persoonlijk letsel kan ontstaan.
• Als de schroeven van de bank door langdurig gebruik losraken, draait u de schroeven op gezette tijden opnieuw aan met het meegeleverde gereedschap.
Yamaha is noch aansprakelijk voor ontstane schade door oneigenlijk gebruik of modificatie van het instrument, noch voor verlies of beschadiging van gegevens.
Schakel het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
DMI-3 1/2
5

LET OP

Volg de hierna beschreven richtlijnen om te voorkomen dat het instrument beschadigd of defect raakt, of dat gegevens of andere eigendommen beschadigd raken.
Behandeling en onderhoud
• Gebruik het instrument niet in de nabijheid van een tv, radio, stereoapparatuur, mobiele telefoon of andere elektrische apparaten. Het instrument, de tv of radio kan dan ongewenste geluiden veroorzaken.
• Stel het instrument niet bloot aan extreme schokken of stof, extreem koude of warme omstandigheden (zoals direct zonlicht, verwarmingsbron of een auto in de zon) om vervorming van het paneel, schade aan de interne onderdelen en instabiele werking te voorkomen. (Getest werkingstemperatuurbereik: 5° – 40°C)
• Plaats geen kunststof, plastic of rubberen voorwerpen op het instrument, aangezien het paneel en het toetsenbord hierdoor kunnen verkleuren.
• Bij een model met een gepolitoerde afwerking kan het stoten van metalen, porseleinen of andere harde voorwerpen tegen het oppervlak van het instrument ervoor zorgen dat de afwerking barst of schilfert. Wees voorzichtig.
• Bij extreme schommelingen in temperatuur of vochtigheid kan zich condens verzamelen op het oppervlak van het instrument. Als dit vocht niet wordt verwijderd, kan het worden geabsorbeerd door houten onderdelen, die daardoor beschadigd kunnen raken. Veeg vocht altijd onmiddellijk weg met een zachte doek.
Data opslaan
• Opgeslagen data kunnen verloren gaan ten gevolge van een storing of foutieve handelingen. Bewaar belangrijke data op een USB-opslagapparaat of extern apparaat zoals een computer (pagina 42).
• Het is verstandig om belangrijke data op twee USB-opslagapparaten op te slaan, om dataverlies als gevolg van beschadigde datadragers te voorkomen.
Informatie
Auteursrechten
• Het kopiëren van commercieel verkrijgbare muziekdata, inclusief maar niet beperkt tot MIDI-data en/of audiodata, is ten strengste verboden, behalve voor persoonlijk gebruik.
• Dit product bevat en gaat vergezeld van computerprogramma's en inhoud waarvan Yamaha alle auteursrechten heeft of waarvoor Yamaha over de licenties beschikt om gebruik te mogen maken van de auteursrechten van derden. Onder dergelijk materiaal waarop auteursrechten rusten, vallen, zonder enige beperkingen, alle computersoftware, stijlfiles, MIDI-files, WAVE-data, bladmuziek en geluidsopnamen. Elk ongeautoriseerd gebruik van dergelijke programma's en inhoud, anders dan persoonlijk gebruik van de koper, is volgens de desbetreffende wettelijke bepalingen niet toegestaan. Elke schending van auteursrechten heeft strafrechtelijke gevolgen. MAAK, DISTRIBUEER OF GEBRUIK GEEN ILLEGALE KOPIEËN.
Functies/data die bij het instrument worden geleverd
• Enkele vooraf ingestelde songs zijn ingekort of bewerkt en zijn derhalve niet precies hetzelfde als het origineel.
Deze handleiding
• De afbeeldingen en displayteksten in deze handleiding zijn uitsluitend bedoeld ter instructie en kunnen enigszins afwijken van wat u op het instrument ziet.
• Windows is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft Corporation® in de Verenigde Staten en andere landen.
• Apple, Mac en Macintosh zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de VS en andere landen.
• De namen van bedrijven en producten die in deze handleiding worden genoemd, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
6
LET OP
U hebt een Yamaha Clavinova aangeschaft, waarvoor onze hartelijke dank. Wij adviseren u deze
handleiding zorgvuldig te lezen zodat u optimaal gebruik kunt maken van de geavanceerde en handige
functies van de Clavinova. Daarnaast raden wij u aan deze gebruikershandleiding op een veilige en
handige plaats te bewaren om deze later te kunnen raadplegen.

Meegeleverde accessoires

Gebruikershandleiding (dit boek)
50greatsforthePiano'(bladmuziek)'
My Yamaha Product User Registration
U hebt de product-id op dit blad nodig bij het invullen van het gebruikersregistratieformulier.
Netsnoer
Bank
In sommige landen wordt een bank meegeleverd. In de Benelux wordt geen bank meegeleverd. Deze is optioneel verkrijgbaar.

Handleidingen

Voor dit instrument bestaan de volgende documenten en instructiehandleidingen.
Meegeleverde documenten
Gebruikershandleiding (dit boek)
In deze handleiding wordt beschreven hoe u de Clavinova gebruikt.
•Inleiding
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de Clavinova instelt voor gebruik. Het instellen is heel eenvoudig; u kunt direct beginnen met spelen.
• Geavanceerde functies
In dit gedeelte worden handige functies beschreven die u kunnen helpen bij het oefenen, zoals het afspelen van de vooraf ingestelde songs, uw eigen spel opnemen en meer.
• Gedetailleerde instellingen
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de veelzijdige functies van de Clavinova nauwkeurig kunt instellen.
•Appendix
In dit gedeelte vindt u naslagmateriaal, zoals een overzicht van displayberichten, een overzicht van de voices en andere informatie.
Pictogrammen in deze handleiding
Vo or b e e l d
470 440 430 S408 S406 465GP
Dit geeft aan dat de betreffende functie alleen op bepaalde modellen beschikbaar is. Deze pictogrammen geven aan dat de functie beschikbaar is op de modellen CLP-470/440/430/ 465GP, maar niet op de modellen CLP-S408/S406.
Online materiaal
(te downloaden van internet)
MIDI Data Format
Dit document bevat zowel de MIDI-data-indeling als het MIDI-implementatieoverzicht.
MIDI Basics (alleen in het Engels, Frans, Duits en Spaans)
Als u meer wilt weten over MIDI en het gebruik er van, leest u dit boek over de basisbeginselen van MIDI.
Dit instructiemateriaal kan worden gedownload van de Yamaha Manual Library. Ga naar de Yamaha Manual Library en typ de modelnaam van uw instrument (bijvoorbeeld CLP-470) in het tekstvak Modelnaam om naar de handleidingen te zoeken.
Yamaha Manual Library (voor het downloaden van handleidingen)
http://www.yamaha.co.jp/manual/
Meegeleverde accessoires
7

Belangrijkste kenmerken

Zuivere CF-sampling voor superieur geluid
Voor de pianosamples op dit instrument is een CFIIIS grote concertvleugel gebruikt met een onberispelijke geluidskwaliteit en optimale stemming. Vervolgens is onze unieke zuivere CF-sampletechniek gebruikt om alle geluiden te samplen. Het resultaat is dat elke noot een frisse aanslag heeft met een magnifiek uitgebalanceerde, heldere, egale en geconcentreerde totaalklank.
AWM dynamische stereosampling
Deze digitale piano beschikt over de originele AWM stereosampling-toongeneratortechnologie van Yamaha die zorgt voor de rijke, authentieke voices en het ongeAvenaarde, realistische geluid. AWM (Advanced Wave Memory) is een samplingsysteem dat authentieke geluiden van akoestische instrumenten produceert. Hiervoor wordt het geluid van het betreffende instrument opgenomen met digitale technologie en wordt een digitale filtertechnologie toegepast op de opgenomen audiosamples.
De voices GRAND PIANO 1-3 beschikken over meerdere wavesamples voor verschillende aanslagen (dynamische sampling). Afhankelijk van de snelheid of kracht waarmee u de toetsen aanslaat, worden verschillende samples gebruikt. Deze voice geeft daardoor een detailleerde dynamiek en benadert het geluid van een echte akoestische piano.
De CLP-470/440/S408/S406 produceert een rijk, luxe geluid met sustainsampling. Hierbij worden samples gebruikt van de zangbodem en de resonantie van de snaren zoals deze klinken wanneer het demperpedaal wordt ingedrukt. Het instrument beschikt ook over toets-los-sampling en snaarresonantie. Toets-los-sampling geeft samples van de zeer delicate geluiden die ontstaan als toetsen worden losgelaten. Snaarresonantie, het rijke harmonische meetrillen van de snaren van een akoestische vleugel, is ook realistisch gesimuleerd.
Zeer geavanceerde aanslag en expressie: Graded Hammer 3 (GH3)-toetsenbord (CLP430/465GP) en Graded Hammer 3 (GH3)-toetsenbord met toetsbedekking van kunstivoor (CLP-440/S406)
Graded Hammer-toetsenborden hebben natuurlijke toetsgewichten als van een vleugel (zwaarder in het lage bereik en lichter in het hoge bereik), waardoor het instrument een aangename bespeelbaarheid heeft die onvergelijkbaar is met conventionele elektronische pianos.' Het Graded Hammer-toetsenbord kan ook uitstekend legato worden bespeeld (zonder pedaalbediening) en beschikt over technieken voor herhaalde aanslagen, zoals bij een vleugel. De bovenkant van de toetsen van de CLP-440/S406 is voorzien van kunstivoor, wat de gematigd hygroscopische eigenschappen van echt ivoor nabootst en zorgt voor een minder glad oppervlak, soepele toetsbewegingen en een warme en uitnodigende kleur.
NW-toetsenbord (Natural Wood) met toetsbedekking van kunstivoor en Linear Graded Hammer (CLP-470/S408)
Naast de kenmerken van het GH3-toetsenbord met de bovenkant van kunstivoor, wordt voor de CLP-470/S408 echt hout gebruikt voor de binnenkant van de witte toetsen (NW-toetsenbord) en wordt de functie Linear Graded Hammer gebruikt, waarbij het gewicht van de hamer per toets verschilt, zoals bij een akoestische piano. Hierdoor wordt de toetsaanslag zwaarder dan die van conventionele elektronische piano's en wordt het gevoel van een vleugel benaderd.
Audio in een USB-flashgeheugen afspelen en opnemen
Audiobestanden (.wav) die zijn opgeslagen op een USB-opslagapparaat, zoals een USB-flashgeheugen, kunnen worden afgespeeld op het instrument. Aangezien u uw spel kunt opslaan als audiodata op een USB-flashgeheugen, kunt u uw eigen spel beluisteren op een draagbare muziekspeler, waarbij de data worden overgedragen via de computer.
8
Belangrijkste kenmerken

Inhoudsopgave

VOORZICHTIG...........................................................4
LET OP..........................................................................6
Meegeleverde accessoires..............................................7
Handleidingen ..............................................................7
Belangrijkste kenmerken..............................................8
Inleiding
Bedieningspaneel en aansluitingen ...........................10
Aan de slag – de Clavinova bespelen als piano ..........12
Toetsenklep..............................................................................12
Muziekstandaard.....................................................................13
Muzieksteunen ........................................................................14
Klep ...........................................................................................14
Het instrument aanzetten ......................................................15
Het volume instellen – [MASTER VOLUME] ...................16
Een hoofdtelefoon gebruiken ................................................17
De luidsprekers in-/uitschakelen ..........................................17
De pedalen gebruiken.............................................................18
De aanslaggevoeligheid instellen – [TOUCH]....................19
De metronoom gebruiken – [METRONOME] ..................20
Onderhoud..................................................................21
Opgenomen data verwijderen (MIDI-opname)................. 37
De aanvankelijke instellingen zoals voice en tempo na de
opname wijzigen (MIDI-opname) ....................................... 38
Werken met songbestanden.......................................40
Een MIDI-song naar een audiosong converteren
tijdens het afspelen ................................................................. 41
Gebruikerssongs in het instrument kopiëren naar
een USB-opslagapparaat ........................................................ 42
Een songbestand op het USB-opslagapparaat
verwijderen .............................................................................. 43
Het USB-opslagapparaat formatteren ................................. 44
Aansluitingen .............................................................45
Connectoren............................................................................ 45
Een USB-opslagapparaat aansluiten .................................... 47
Aansluiten op een computer ................................................. 48
Externe MIDI-apparaten aansluiten .................................... 50
Gedetailleerde instellingen
Functieparameters – diverse handige instellingen....51
Functiemodus – basisbediening ........................................... 52
Functieparameters – details .................................................. 53
De standaardfabrieksinstellingen herstellen .......................61
Geavanceerde functies
Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen
(Voices) .......................................................................22
Voices selecteren .....................................................................22
Luisteren naar de voice-demosongs .....................................22
Het geluid verbeteren en aanpassen –
[BRILLIANCE]/[REVERB]/[EFFECT] ...............................24
Transponering – [TRANSPOSE]..........................................25
Twee voices stapelen (dual-modus) .....................................26
Het toetsenbordbereik splitsen en twee verschillende
voices spelen (splitmodus).....................................................27
Songs afspelen.............................................................29
Songs die compatibel zijn met dit instrument ....................29
Songs afspelen..........................................................................30
Nuttige afspeelfuncties ...........................................................32
Een partij met één hand spelen –
functie Part Cancel (MIDIsongs) ........................................32
A-B Repeat (herhaling) (MIDI-songs).................................33
Uw spel opnemen........................................................34
Snel opnemen zonder een partij toe te wijzen
(MIDI-/audio-opname) .........................................................34
Specifieke partijen van uw spel
opnemen (MIDI-opname).....................................................36
Appendix
Overzicht van berichten .............................................62
Problemen oplossen ...................................................63
Overzicht van vooraf ingestelde voices......................64
Overzicht van standaardinstellingen.........................67
De Clavinova monteren ............................................. 69
Voorzorgsmaatregelen voor montage .................................69
Montage van de CLP-470 ...................................................... 70
Montage van de CLP-440/430 ..............................................73
Montage van de CLP-S408 ....................................................76
Montage van de CLP-S406 ....................................................80
Montage van de CLP-465GP................................................. 84
Specificaties ................................................................87
Index ...........................................................................89
Inhoudsopgave
9

Inleiding

7

Bedieningspaneel en aansluitingen

In de afbeeldingen wordt het paneel van de CLP-470 weergegeven.
6
2345 89)
A
A-1 B-1 C0 D0 E0 F0 G0 A0 B0 C1 D1 E1 F1 G1 A1 B1 C2 D2 E2 F2 G2 A2 B2 C3 D3 E3
1 [ ] Aan-/uitknop....................................... pagina 15
2 Schuifregelaar [MASTER VOLUME].......... pagina 16
Met deze schuifregelaar stelt u het volume in.
3 Knop [DEMO] .............................................pagina 23
Van elke voice kan een voorbeeld worden afgespeeld.
4 Knop [TRANSPOSE]................................... pagina 25
U kunt de toonhoogte van het complete toetsenbord naar boven of beneden aanpassen, zodat de toonhoogte overeenkomt met die van een ander instrument of een zanger terwijl u dezelfde toetsen blijft bespelen. U hoeft niet te transponeren.
5 Knop [REC].................................................. pagina 34
Met deze knop neemt u uw eigen spel op.
6 Knoppen [RIGHT], [LEFT]......................... pagina 29
Met deze knoppen kunt u desgewenst de linker- en rechterhandpartijen in- of uitschakelen, zodat u de overeenkomstige partij (de partij die is uitgezet) op het toetsenbord kunt oefenen.
7 Knoppen [PLAY/PAUSE], [STOP] .............. pagina 30
Met deze knoppen regelt u het afspelen van de vooraf ingestelde songs en uw eigen opgenomen spel.
8 Knop [SONG SELECT]............................................pagina 30
Met deze knop selecteert u een song om af te spelen of op te nemen.
9 Knop [FILE]................................................. pagina 40
Met deze knop beheert u songbestanden, kunt u songs kopiAren naar een USB-opslagapparaat en een USB-opslagapparaat formatteren.
) Knoppen [TEMPO/FUNCTION],
[TEMPO/FUNCTION
Met deze knoppen wijzigt u het songtempo (snelheid) en selecteert u andere handige functies.
! Knop [METRONOME]................................ pagina 20
Met deze knop schakelt u de metronoom in en uit.
TS] ................ pagina 20,52
@ Display..........................................................pagina 15
LET OP
Zet het instrument niet uit als knipperende streepjes worden weergegeven op de display. De streepjes geven aan dat een bewerking wordt uitgevoerd. Als u het instrument uitzet tijdens een bewerking, kunnen de data beschadigd raken.
# Knoppen [-/NO], [+/YES]
Met deze knoppen stelt u waarden in of voert u bewerkingen op bestanden uit. Als u beide knoppen tegelijk indrukt, herstelt u de standaardinstellingen voor bepaalde functies, zoals Transpose en Tempo.
$ Voice-knoppen .............................................pagina 22
Met deze knoppen selecteert u voices.
% Knop [VARIATION]
(CLP-470/440/S408/S406)............................pagina 22
Met deze knop kunt u een andere versie van de geselecteerde voice met een ander geluid activeren.
^ Knop [SPLIT]
(CLP-470/440/S408/S406)............................pagina 27
Met deze knop speelt met u verschillende voices op het linker­en rechterhandgedeelte van het toetsenbord.
& Knoppen [BRILLIANCE], [REVERB],
[EFFECT] .....................................................pagina 24
Met deze knoppen past u de helderheid van het geluid aan en voegt u reverbeffecten toe aan het geluid.
* Knop [TOUCH] ...........................................pagina 19
Met deze knop past u de aanslagreactie aan.
( Knop [I. A. CONTROL]...............................pagina 16
Met deze knop stelt u de geluidskwaliteit in afhankelijk van het mastervolume.
A Aansluiting [USB TO DEVICE] ..................pagina 47
Hiermee kunt u een USB-opslagapparaat aansluiten op het instrument, zodat u in het instrument opgeslagen data kunt kopiAren naar het apparaat of op het apparaat opgeslagen data kunt afspelen.
7
!
@
Inleiding
10
Bedieningspaneel en aansluitingen
(CLP-470/440/S408/S406)
$
% ^
&
$
#
&
% ^
*(
F3 G3 A3 B3 C4 D4 E4 F4 G4 A4 B4 C5 D5 E5 F5 G5 A5 B5 C6 D6 E6 F6 G6 A6 B6 C7
Toetsenklep (pagina 12)
Aansluitingen [PHONES], schakelaar [SPEAKER] (pagina 17)
CLP-470/440/430
Muziekstandaard (pagina 13)
I/O-aansluitingen (pagina 45)
(CLP-470/440) Muzieksteunen (pagina 14)
Aansluitingen [PHONES], schakelaar [SPEAKER] (pagina 17)
CLP-S408/S406
Toetsenklep (pagina 12)
I/O­aansluitingen (pagina 45)
Muziekstandaard (pagina 13)
1
Pedalen (pagina 18)
CLP-465GP
Muziekstandaard (pagina 13)
Klep (pagina 14)
Muzieksteunen (pagina 14)
I/O-aansluitingen (pagina 45)
Aansluitingen [PHONES] (pagina 17)
Pedalen (pagina 18)
Peda len (pagina 18)
Toetsenklep (pagina 12)
[AC IN]-aansluiting (pagina 15)
Inleiding
Bedieningspaneel en aansluitingen
11

Aan de slag – de Clavinova bespelen als piano

Dankzij de volledige set pedalen en het expressieve toetsenbord kan dit instrument worden bespeeld als een echte akoestische piano. In dit gedeelte leest u hoe u het instrument eenvoudig instelt en bespeelt. U leest ook hoe u de ingebouwde metronoom kunt gebruiken tijdens het oefenen. We hebben een boek met 50 tophits voor de piano meegeleverd aan de hand waarvan u het instrument kunt leren kennen.
Toetsenklep
LET OP
• Houd de klep met beide handen vast als u deze opent of sluit. Laat de klep pas los als deze volledig geopend of gesloten is. Let op dat er geen vingers (van u of van anderen, vooral die van kinderen) knel komen te zitten tussen de klep en de kast.
• Leg geen metalen voorwerpen of papier op de toetsenklep. Kleine voorwerpen die op de klep worden gelegd, kunnen in de kast schuiven als de klep wordt geopend en kunnen er mogelijk niet meer worden uitgehaald. Dit kan elektrische schokken, kortsluiting, brand of ernstige schade aan het instrument veroorzaken.
LET OP
• Haal een eventueel aangesloten USB-opslagapparaat uit de aansluiting [USB TO DEVICE] voordat u de toetsenklep sluit. Als u de toetsenklep sluit terwijl het apparaat nog is aangesloten, kan het apparaat beschadigd raken.
• (CLP-S408/S406) Als u het instrument vervoert, bedekt u het hele toetsenbord met de beschermende doek (pagina 76, 80) voordat u de toetsenklep sluit. De doek beschermt het toetsenbord tegen krassen.
470 440 430 S408 S406 465GP
De toetsenklep openen
Til de klep een klein stukje op en schuif de klep helemaal naar binnen, zodat de knoppen van het paneel en het toetsenbord zichtbaar zijn. U kunt nu het paneel gebruiken om een voice te selecteren of een song op te nemen of af te spelen, en spelen op het toetsenbord.
De toetsenklep sluiten
Trek de klep naar u toe en laat deze voorzichtig over de toetsen zakken.
Let op dat uw vingers niet klem komen te zitten tijdens het openen en sluiten van de klep.
U kunt de toetsenklep ook zo openen dat alleen het toetsenbord zichtbaar is. De knoppen van het paneel zijn dan verborgen, zodat het net voelt alsof u op een echte akoestische piano speelt.
470 440 430 S408 S406 465GP
De toetsenklep openen
1. Houd de voorste rand van de toetsenklep met beide handen vast en
klap de toetsenklep voorzichtig open.
2. Sluit de rand van de toetsenklep. (Vouw de rand naar beneden zodat
deze tegen de klep rust.)
De toetsenklep sluiten
1. Als de muziekstandaard is uitgevouwen, vouwt u deze in.
2. Vouw de rand van de toetsenklep open.
3. Houd de toetsenklep met beide handen vast en laat deze voorzichtig
over de toetsen zakken.
Inleiding
12
Aan de slag – de Clavinova bespelen als piano
Muziekstandaard
470 440 430 S408 S406 465GP
De muziekstandaard opzetten
1. Trek de muziekstandaard omhoog en zover mogelijk naar u toe.
2. Klap de twee metalen steuntjes aan de achterkant van de
muziekstandaard naar beneden.
3. Laat de muziekstandaard zakken totdat deze tegen de
metalen steuntjes rust.
De muziekstandaard neerklappen
1. Trek de muziekstandaard zover mogelijk naar u toe.
2. Klap de twee metalen steuntjes aan de achterkant van de
muziekstandaard omhoog.
3. Laat de muziekstandaard nu voorzichtig naar beneden
zakken.
LET OP
Probeer de muziekstandaard niet in een halfopgezette positie te gebruiken. Laat de muziekstandaard bij het opzetten of neerklappen pas los wanneer de standaard helemaal omhoog staat of helemaal vlak ligt.
470 440 430 S408 S406 465GP
De muziekstandaard openvouwen
Vouw bij het openen van de toetsenklep de muziekstandaard open.
De muziekstandaard dichtvouwen
Vouw bij het sluiten van de toetsenklep de muziekstandaard dicht.
Inleiding
Aan de slag – de Clavinova bespelen als piano
13
Muzieksteunen
1
2
1
3
2
470 440 430 S408 S406 465GP
Deze steunen dienen om de bladzijden van muziekboeken op hun plaats te houden.
Openen Sluiten
Klep
470 440 430 S408 S406 465GP
LET OP
• Controleer of het uiteinde van de steun goed in de uitsparing in de klep valt. Als de steun niet goed in de uitsparing valt, kan de klep dichtvallen, waardoor beschadiging of verwonding kan ontstaan.
• Let erop dat u of anderen niet tegen de steun stoten terwijl de klep openstaat. De steun kan dan uit de uitsparing in de klep worden gestoten, waardoor de klep kan dichtvallen.
• Let op dat er geen vingers (van u of van anderen, vooral die van kinderen) knel komen te zitten als u de klep opent of sluit.
De klep openen
1. Til de rechterkant van de klep (gezien vanaf de
toetsenbordkant van het instrument) op en houd deze omhoog.
2. Zet de klepsteun op en laat de klep langzaam zo zakken dat
het uiteinde van de steun in de uitsparing in de klep valt.
De klep sluiten
1. Houd de klepsteun vast en til de klep iets omhoog.
2. Houd de klep omhoog en klap de steun neer.
3. Laat de klep langzaam zakken.
Inleiding
14
Aan de slag – de Clavinova bespelen als piano
Het instrument aanzetten
1. Sluit het netsnoer aan.
Steek eerst de steker van het netsnoer in de AC-aansluiting op de Clavinova en steek vervolgens de stekker van het netsnoer in een passend stopcontact. In sommige gebieden wordt een verloopstekker meegeleverd om ervoor te zorgen dat de stekker in het stopcontact past. Raadpleeg de montage­instructies op pagina 69 voor meer informatie over het aansluiten van het netsnoer.
1-1 1-2
De vorm van de stekker kan per land verschillen.
WAARSCHUWING
Controleer of het instrument geschikt is voor de netspanning in uw gebied (de vereiste netspanning wordt vermeld op het naamplaatje op het onderpaneel). In sommige gebieden kan het instrument zijn voorzien van een voltageschakelaar op de bodemplaat, bij de AC IN-aansluiting. Controleer of de voltageschakelaar is ingesteld op de juiste netspanning. Als het instrument op een verkeerde netspanning wordt aangesloten, kan dit ernstige beschadiging van de interne elektronica tot gevolg hebben en zelfs schokken veroorzaken.
Gebruik uitsluitend het netsnoer dat bij het instrument wordt geleverd. Als het meegeleverde netsnoer is zoekgeraakt of is beschadigd en moet worden vervangen, neemt u contact op met uw Yamaha-leverancier. Het gebruik van een ongeschikt netsnoer kan brand of schokken veroorzaken.
Het soort netsnoer dat bij het instrument wordt geleverd, kan per land verschillen. (In sommige gebieden wordt een verloopstekker meegeleverd om ervoor te zorgen dat de stekker in het stopcontact past.) Verander de stekker die bij het instrument wordt geleverd NIET. Als de stekker niet in het stopcontact past, laat dan een geschikt stopcontact plaatsen door een erkende installateur.
2. Zet het instrument aan.
Druk op de aan-/uitknop [ ] rechts van het toetsenbord om het instrument aan te zetten De display midden op het bedieningspaneel en de POWER-indicator, links onder het toetsenbord, lichten op.
POWER-indicator
Aan-/uitknop
Display
Geeft standaard het tempo aan.
POWER-indicator
Als u de toetsenklep sluit zonder het instrument uit te zetten, blijft de POWER-indicator branden, om aan te geven dat het instrument nog aan staat.
Als u het instrument wilt uitzetten, drukt u nogmaals op de aan-/uitknop. De display en de POWER-indicator gaan uit.
LET OP
Zelfs als het instrument uit staat, staat er nog een minimale hoeveelheid stroom op het instrument. Trek de stekker uit het stopcontact als u het instrument gedurende lange tijd niet gebruikt of als het onweert.
Inleiding
Aan de slag – de Clavinova bespelen als piano
15
Het volume instellen – [MASTER VOLUME]
d
U stelt het volume in met de schuifregelaar [MASTER VOLUME] links op het paneel. Speel op het toetsenbord om daadwerkelijk geluid te maken terwijl u het volume instelt.
Het geluid wordt zachter.
MASTER VOLUME: Het volumeniveau van het totale toetsenbordgeluid.
LET OP
Zelfs als het instrument uit staat, staat er nog een minimale hoeveelheid stroom op het instrument. Trek de stekker uit het stopcontact als u het instrument gedurende lange tijd niet gebruikt of als het onweert.
OPMERKING
Als u de schuifregelaar [MASTER VOLUME] verschuift, heeft dit ook effect op het geluidsniveau van de aansluitingen [PHONES] en de AUX OUT­aansluiting.
Het geluid wor harder.
I.A. Control (Intelligente akoestische regeling)
Intelligente akoestische regeling is een functie waarmee de geluidskwaliteit automatisch wordt aangepast en ingesteld overeenkomstig het totaalvolume van het instrument. Zelfs bij een laag volume zijn zowel hoge als lage geluiden goed hoorbaar dankzij deze functie.
Druk op de knop [I.A. Control] om deze functie in of uit te schakelen. Als de functie is ingeschakeld, brandt het lampje. Intelligente akoestische regeling heeft alleen invloed op het geluid uit de luidsprekers van het instrument.
De diepte van intelligente akoestische regeling instellen
U kunt de diepte van intelligente akoestische regeling instellen door de knop [I. A. CONTROL] ingedrukt te houden en tegelijk de knoppen [-/NO] [+/YES] te gebruiken. Het bereik is van -3 tot 3. Hoe hoger de waarde, des te duidelijker hoge en lage tonen hoorbaar zijn als het volume laag staat. De huidige diepte-instelling wordt weergegeven op de display zolang de knop [I.A. CONTROL] wordt ingedrukt. U kunt de standaardinstelling (0) herstellen door de knop [I.A. CONTROL] ingedrukt te houden terwijl u de knoppen [-/NO] en [+/YES] beide indrukt.
Inleiding
16
Aan de slag – de Clavinova bespelen als piano
Een hoofdtelefoon gebruiken
Sluit een hoofdtelefoon aan op een van de aansluitingen [PHONES]. Er zijn twee aansluitingen [PHONES] beschikbaar. U kunt twee standaardhoofdtelefoons aansluiten. (Als u slechts aan hoofdtelefoon gebruikt, maakt het niet uit welke aansluiting u gebruikt.)
Onderaanzicht
LET OP
Gebruik een hoofdtelefoon niet gedurende een langere periode op een hoog volume. Uw gehoor kan hierdoor beschadigd raken.
Optionele hoofdtelefoon
HPE-160 Yamaha-hoofdtelefoon
De ophangbeugel voor de hoofdtelefoon gebruiken
U kunt de hoofdtelefoon aan het instrument hangen. Bevestig de ophangbeugel voor de hoofdtelefoon met de twee meegeleverde schroeven van 4 x 10 mm, zoals in de afbeelding.
LET OP
Hang niets anders aan de beugel dan een hoofdtelefoon. Als u dat wel doet, kan het instrument of de beugel beschadigd raken.
De luidsprekers in-/uitschakelen
470 440 430 S408 S406 465GP
Met de schakelaar [SPEAKER] zet u de interne luidsprekers aan of uit.
NORMAL .....De luidsprekers geven geluid zolang er geen hoofdtelefoon is
aangesloten.
ON .................De luidsprekers geven altijd geluid.
OFF................ De luidsprekers geven geen geluid.
Standaard­stereo­steekplug
Inleiding
Aan de slag – de Clavinova bespelen als piano
17
De pedalen gebruiken
De Clavinova heeft drie pedalen: het demperpedaal (rechts), het sostenutopedaal (midden) en het softpedaal (links). Met de pedalen kunt u een verscheidenheid aan expressieve effecten produceren, net als met de pedalen van een akoestische piano.
Demperpedaal (rechts)
Als u dit pedaal indrukt, blijft het geluid klinken, zelfs als u de toetsen loslaat. Als u dit pedaal gebruikt in combinatie met een van de Grand Piano-voices, wordt een speciaal resonantie-effect toegevoegd, waarmee het rijke, resonerende geluid van de kast en zangbodem van een echte akoestische piano wordt gereproduceerd. De diepte van dit resonantie-effect kunt u instellen met parameters in de modus Function (pagina 51).
Half-pedaaleffect
Dit instrument beschikt ook over een half-pedaaleffect waarmee u halfdempertechnieken kunt gebruiken, waarbij het demperpedaal ergens tussen volledig en helemaal niet wordt ingedrukt. In deze positie (op een echte piano) zorgen de dempervilten voor een gedeeltelijk dempen van de snaren. Met de half-pedaalfunctie op de Clavinova kunt u het dempen nauwkeurig en expressief regelen en subtiele nuances aanbrengen in uw spel. Bovendien kunt u nauwkeurig het punt bepalen waarop druk op het pedaal invloed heeft op het dempen. (Raadpleeg het gedeelte over parameters voor de modus Function op pagina 51).
GP Responsive-demperpedaal
Dit speciale pedaal (alleen op de CLP-470/S408) is ontworpen om geavanceerde drukgevoeligheid te bieden. Als u dit pedaal indrukt, lijkt het sterk op het gevoel van het pedaal van een echte vleugel. U kunt beter voelen waar het half-pedaalpunt zit en kunt het half-pedaaleffect beter toepassen dan bij andere pedalen. Het drukgevoel is afhankelijk van de omgeving waarin het instrument staat. Het is daarom wenselijk om het halfpedaalpunt in te stellen (pagina 51).
470 440 430 S408 S406 465GP
Als u hier op het demperpedaal drukt, krijgen de noten die u speelt voordat u het pedaal loslaat, een langere sustain en blijven ze langer klinken.
OPMERKING
De pedalen zijn bij levering bedekt met kunststof hoezen. Als het instrument is voorzien van een GP Responsive-demperpedaal, verwijdert u de hoes van het demperpedaal voor optimaal gebruik van het pedaaleffect.
Sostenutopedaal (midden)
Als u een noot of akkoord op het toetsenbord speelt en het sostenutopedaal indrukt, terwijl u de toetsen ingedrukt houdt, blijven de noten klinken zolang het pedaal ingedrukt blijft. De voices Organ, String en Choir zullen continu doorklinken, zolang het sostenutopedaal ingedrukt blijft. Alle daaropvolgende noten blijven niet doorklinken.
Als u hier op het sostenutopedaal drukt terwijl u een noot ingedrukt houdt, wordt de noot aangehouden zolang het pedaal ingedrukt blijft.
Softpedaal (links)
Het softpedaal vermindert het volume en wijzigt de klankkleur van de gespeelde noten enigszins terwijl het pedaal wordt ingedrukt. Het softpedaal heeft geen invloed op de noten die al worden gespeeld of noten die blijven klinken vanwege sustain op het moment dat het pedaal wordt ingedrukt. Druk op het pedaal vlak voordat u de noten speelt die u zachter wilt laten klinken.
Inleiding
18
Aan de slag — de Clavinova bespelen als piano
OPMERKING
Het midden- en linkerpedaal kunnen ook aan het starten en onderbreken van songs worden toegewezen (functie PLAY/ PAUSE) in de modus Function (pagina 51).
OPMERKING
Wanneer u de voice Jazz Organ selecteert, wordt de ROTARY SP van het gedeelte [EFFECT] (pagina 25) automatisch geselecteerd en regelt u met het linkerpedaal de rotary speed van de rotary speaker.
De aanslaggevoeligheid instellen – [TOUCH]
[-/NO][+/YES] [TOUCH]
Met de knop [TOUCH] kunt u kiezen uit vier instellingen voor aanslaggevoeligheid. Selecteer de instelling die past bij uw speelstijl en voorkeur.
HARD ........... De toetsen moeten vrij stevig worden ingedrukt om het maximale
volume te produceren.
MEDIUM .....Produceert een redelijk normale'aanslagreactie.'
SOFT............. Maximale geluidssterkte kan worden bereikt met een vrij lichte
toetsaanslag.
FIXED...........Alle noten worden met hetzelfde volume afgespeeld, ongeacht hoe
krachtig de toetsaanslag is. (Er branden geen lampjes.) Het vaste volume kan worden gewijzigd.
Het volume instellen als FIXED is geselecteerd
Het volume in de modus FIXED kan worden gewijzigd met de knoppen [-/NO][+/YES] terwijl u de knop [TOUCH] ingedrukt houdt. Het volumebereik is van 1 tot 127. Het huidige volumeniveau wordt weergegeven op de display zolang de knop [TOUCH] wordt ingedrukt. De standaardinstelling (64) kan worden hersteld door de knoppen [-/NO] en [+/YES] beide tegelijk in te drukken terwijl u de knop [TOUCH] ingedrukt houdt.
Vol um e
OPMERKING
Deze instelling heeft geen invloed op het speelgewicht van het toetsenbord.
Standaardinstelling: MEDIUM
OPMERKING
De geselecteerde aanslaggevoeligheid wordt de algemene instelling voor alle voices. De instellingen voor de aanslaggevoeligheid hebben mogelijk echter weinig of geen effect bij bepaalde voices die normaal gesproken niet reageren op de dynamiek van het toetsenbord. (Zie het overzicht van vooraf ingestelde voices op pagina 64.)
OPMERKING
Het aanslagvolume dat is ingesteld in de modus FIXED, wordt de algemene instelling voor alle voices.
Bereik: 1 (minimumvolume) – 127 (maximumvolume)
Standaardinstelling: 64
Inleiding
Aan de slag — de Clavinova bespelen als piano
19
De metronoom gebruiken – [METRONOME]
Dit instrument beschikt over een ingebouwde metronoom (een apparaat dat een exact tempo aanhoudt). Dit is een handig hulpmiddel bij het oefenen.
12
[TEMPO/FUNCTION TS]
[-/NO][+/YES]
1. Start de metronoom.
U zet het metronoomgeluid aan door op de knop [METRONOME] te drukken.
Het tempo instellen
Druk op de knop [TEMPO/FUNCTION]. Het lampje gaat branden. Het tempo van de metronoom kan worden ingesteld van 5 tot 500 tellen per minuut met de knoppen [TEMPO/FUNCTION TS]. De standaardinstelling (120) kan worden hersteld door de knoppen [T] and [S] tegelijk in te drukken.
De maatsoort instellen
De telindicator knippert in het huidige tempo.
OPMERKING
Het volume van de metronoom kan worden ingesteld in de modus Function (pagina 51).
OPMERKING
De standaardinstellingen voor tempo en maatsoort voor MIDI­songs worden bepaald door de songs. Wanneer u een MIDI-song selecteert, wordt de instelling hier genegeerd en worden het oorspronkelijke tempo en de oorspronkelijke maatsoort van de geselecteerde song gebruikt.
De maatsoort (tel) van de metronoom stelt u in door de knop [METRONOME] ingedrukt te houden en tegelijk te drukken op de knoppen [-/NO]/[+/YES]. U kunt de tel instellen op een waarde tussen 0 en 15. De huidige instelling wordt weergegeven op de display zolang u de knop [METRONOME] ingedrukt houdt. De eerste tel wordt geaccentueerd door een belgeluid en de rest door klikgeluiden. Als de maatsoort is ingesteld op 0, hoort u op elke tel het tikken van de metronoom. U kunt de standaardinstelling (0) herstellen door de knop [METRONOME] ingedrukt te houden en de knoppen [-/NO] en [+/YES] beide tegelijk in te drukken.
2. Stop de metronoom.
U zet de metronoom uit door op de knop [METRONOME] te drukken.
Inleiding
20
Aan de slag — de Clavinova bespelen als piano
Te l

Onderhoud

U houdt de Clavinova in optimale conditie als u regelmatig het hierna beschreven onderhoud pleegt.
Onderhoud van het instrument en de bank
• Gebruik bij het schoonmaken van het instrument een zachte, droge of licht bevochtigde doek.
LET OP
Gebruik geen verfverdunners, oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of met chemicaliën geïmpregneerde schoonmaakdoekjes..
Bij een model met een gepolitoerde afwerking neemt u stof en vuil voorzichtig af met een zachte doek. Wrijf niet te hard, aangezien ook kleine vuildeeltjes krassen kunnen veroorzaken in de afwerking van het instrument. U kunt het oppervlak van het instrument glanzend houden door het in te wrijven met een zachte doek met in de winkel verkrijgbare piano polisher. Wrijf na met een schone doek. Lees de gebruiksaanwijzing voordat u een piano polisher gebruikt.
• Draai de schroeven van het instrument en de bank regelmatig aan.
Hoogte van de bank instellen
De hoogte van de bank kan worden ingesteld door te draaien aan de hendel. Als u rechtsom draait, wordt de bank hoger. (De hendel wordt stevig vastgedraaid voor transport.)
Pedalen reinigen
Net als bij een akoestische piano kunnen de pedalen na verloop van tijd dof worden. Poets in dat geval het pedaal met een speciaal polijstmiddel voor pianopedalen. Lees de gebruiksaanwijzing voordat u het polijstmiddel gebruikt.
Stemmen
In tegenstelling tot een akoestische piano hoeft het instrument niet te worden gestemd. Het blijft altijd perfect op toon.
Ve r vo e r
U kunt het instrument samen met andere accessoires vervoeren. U kunt het instrument in zijn geheel (gemonteerd) vervoeren of demonteren en de onderdelen apart vervoeren. Vervoer het toetsenbord horizontaal. Zet het toetsenbord niet tegen een wand en zet het niet op zijn kant. Stel het instrument niet bloot aan overmatige trillingen of schokken. Controleer na het vervoer van het gemonteerde instrument of alle schroeven nog goed vastzitten.
LET OP
(CLP-S408/S406) Als u het instrument vervoert, bedekt u het hele toetsenbord met de beschermende doek pagina 76, 80) voordat u de toetsenklep sluit. De doek beschermt het toetsenbord tegen krassen.
Inleiding
Aan de slag — de Clavinova bespelen als piano
21

Geavanceerde functies

Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen (Voices)

Naast de bijzonder realistische pianogeluiden kunt u ook de geluiden van andere muziekinstrumenten selecteren en spelen (Voices), zoals een orgel of een strijkinstrument.
Voices sele cteren
[VARIATION] (CLP-470/440/S408/S406)Voiceknoppen
Selecteer de gewenste voice door op een van de voiceknoppen te drukken. Speel iets op het toetsenbord en luister naar het geluid.
[VARIATION]
470 440 430 S408 S406 465GP
Hiermee kunt u een andere versie van de geselecteerde voice oproepen. Als u op
OPMERKING
Het volume van de voice is afhankelijk van hoe hard u op het toetsenbord speelt, maar voor sommige voices is er weinig effect. Raadpleeg 'Aanslagreactie' in het overzicht van vooraf ingestelde voices (pagina 64).
[VARIATION] of de geselecteerde voice drukt, wordt de variatie in- en uitgeschakeld. Het lampje gaat branden wanneer [VARIATION] is ingeschakeld. Raadpleeg het overzicht met vooraf ingestelde voices op pagina 64 voor meer informatie over de karakteristieken van elke variatie.
Luisteren naar de voice-demosongs
Luister naar de demosongs voor elke voice om vertrouwd te raken met de diverse voices. Raadpleeg het overzicht met vooraf ingestelde voices op pagina 64 voor meer informatie over de kenmerken van elke vooraf ingestelde voice.
c: Meegeleverd —: Niet meegeleverd
Voi ce Titel Componist CLP-470/440/S408/S406 CLP-430/465GP
GRAND PIANO1 Valse op.34-1 “Valse Brillante” F. F. Chopin cc
GRAND PIANO2 Intermezzo, 6 Stücke, op.118-2 J. Brahms cc
HARPSICHORD
PIPE ORGAN/PIPE ORGAN1
PIPE ORGAN2 Triosonate Nr.6, BWV.530 c
De bovengenoemde demonstratiesongs zijn korte, gearrangeerde uittreksels van de oorspronkelijke composities. Alle andere songs zijn van Yamaha (© 2011 Yamaha Corporation).
Concerto a cembalo obbligato, 2 violini, viola e continuo No.7, BWV.1058
Herr Christ, der ein'ge Gottes-Sohn, BWV.601
J. S. Bach
cc
cc
Geavanceerde functies
22
Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen (Voices)
23213
1. Druk op de knop [DEMO] om de demomodus op te roepen.
De indicatoren voor de voiceknop knipperen om de beurt.
2. Selecteer een songs en begin met afspelen.
Druk op een van de voiceknoppen om het afspelen van alle songs te starten, te beginnen bij de corresponderende voicedemosong, met de voice die gewoonlijk met deze knop wordt geselecteerd. Als u korte tijd wacht voordat u op een knop drukt, begint de GRAND PIANO 1-demosong met afspelen.
3. Stop de voicedemo en sluit de demomodus af.
Druk op de knop [DEMO] of [STOP]. Als u een demosong tijdelijk wilt stoppen tijdens het afspelen, drukt u op de knop [PLAY/PAUSE].
Luisteren naar de pianodemo's (samplingtechnologieën)
U kunt pianodemo's afspelen waarin u de geavanceerde samplingtechnologieën voor de pianovoice kunt horen.
Nadat u op de knop [DEMO] hebt gedrukt, drukt u op de knop [VARIATION]. Druk vervolgens op de voiceknop die is toegewezen aan een bepaalde pianodemo (zie onder) die u wilt horen. De demosongs zijn als volgt aan de voiceknoppen toegewezen.
470 440 430 S408 S406 465GP
Modus:
Een modus is een status waaronder een bepaalde functie kan worden uitgevoerd. In de demomodus kunt u demonstratiesongs afspelen.
OPMERKING
U kunt de demomodus niet oproepen tijdens een songopname (pagina 34) of tijdens bestandsbewerkingen (pagina 40).
OPMERKING
MIDI-ontvangst is niet mogelijk in de demomodus. Demosongdata worden niet overgebracht via de MIDI-aansluitingen.
OPMERKING
Het tempo van demosongs kan niet worden aangepast. De functie Part Cancel (Partijen annuleren) (pagina 32) en A-B Repeat (A-B herhalen) (pagina 33) zijn niet beschikbaar in de demomodus.
OPMERKING
Voor een uitleg over elke terminals en door details over de voices waarop de sampling kan worden toegepast, raadpleegt u het overzicht met vooraf ingestelde voices op pagina 64. Raadpleeg pagina 51 om de diepte van het samplingeffect op de voices op te geven.
Pianodemo (samplingtechnologie) Voicek nop
Stereosampling GRAND PIANO1
Monosampling GRAND PIANO2
Sustain Sampling met GRAND PIANO3
zonder GRAND PIANO4
Toets-los-sampling met E.PIANO1
zonder E.PIANO2
Snaarresonantie met HARPSICHORD
zonder PIPE ORGAN
Als u het afspelen wilt stoppen, drukt u op de knop [DEMO] of [STOP].
Geavanceerde functies
Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen (Voices)
23
Het geluid verbeteren en aanpassen – [BRILLIANCE]/[REVERB]/[EFFECT]
[−/NO] [+/YES]
[BRILLIANCE]
Deze knop kan worden gebruikt om de klankkleur of het timbre van het uitgangsgeluid te wijzigen. Druk een paar keer op de knop [BRILLIANCE] totdat de indicator die correspondeert met het gewenste type, gaat branden. Als twee naast elkaar gelegen indicatoren gaan branden, wordt het type geselecteerd dat tussen de twee aangegeven typen ligt. Als bijvoorbeeld zowel NORMAL als MELLOW brandt, wordt een klankinstelling tussen NORMAL en MELLOW geselecteerd. Deze parameter is van invloed op het totale geluid van het instrument.
BRIGHT.......... Heldere klank
NORMAL........ Standaardklank
MELLOW........ Zachte, warme klank
[REVERB]
Met deze knop kunt u diverse digitale reverbeffecten selecteren die een extra diepte en expressie aan het geluid toevoegen en een realistische akoestische ambiance creëren. Druk een paar keer op de knop [REVERB] totdat de indicator die correspondeert met het gewenste type, gaat branden. Er wordt geen effect geproduceerd als alle indicatoren uit zijn. U kunt ook de reverbdiepte aanpassen (zie onder).
[REVERB]
[BRILLIANCE]
[EFFECT]
Standaardinstelling: NORMAL
OPMERKING
Als BRILLIANCE is ingesteld op BRIGHT, klinkt het totale geluid enigszins harder. Als MASTER VOLUME op een hoog niveau is ingesteld, kan het geluid vervormd raken. Als dit het geval is, verlaagt u het niveau voor MASTER VOLUME.
Off ....................Wanneer er geen reverbeffect is geselecteerd, brandt er geen
REVERB-indicator. De voices van GRAND PIANO1 – GRAND PIANO4 hebben een akoestische-pianoachtig zangbodemresonantie-effect, ook wanneer de reverb is uitgeschakeld.
ROOM ............... Met deze instelling wordt een continu reverbeffect aan het geluid toegevoegd
dat lijkt op de akoestische nagalm die u in een kamer zou horen.
HALL 1 ............Voor een 'groter' geluid gebruikt u de instelling HALL 1. Dit effect bootst
de natuurlijke akoestiek van een kleine concertzaal na.
HALL 2 ............Voor een echt ruimtelijk reverbgeluid gebruikt u de instelling HALL 2. Dit
effect bootst de natuurlijke akoestiek van een grote concertzaal na.
STAGE .............Hiermee wordt de reverb van een podiumomgeving gesimuleerd.
De reverbdiepte aanpassen
De reverbdiepte voor de geselecteerde voice kan worden aangepast door de knop [REVERB] ingedrukt te houden en gelijktijdig op de knop [-/NO] of [+/YES] te drukken. Het dieptebereik loopt van 0 tot en met 20. De huidige diepte-instelling verschijnt op de display wanneer u de knop [REVERB] ingedrukt houdt. De standaardinstelling kan worden ingetrokken door de knop [REVERB] ingedrukt te houden en gelijktijdig op de knoppen [-/NO] en [+/YES] te drukken.
Geavanceerde functies
24
Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen (Voices)
Standaardinstelling:
Het standaardreverbtype (inclusief Off) en de diepte-instellingen zijn voor elke voice verschillend.
Instelbereik: 0 (geen effect) – 20 (maximale reverbdiepte)
[EFFECT]
Met deze knop kunt u een effect selecteren om het geluid te verbeteren en er meer diepte en animatie aan te geven. Druk een paar keer op de knop [EFFECT] totdat de indicator gaat branden die met het gewenste type correspondeert. Er wordt geen effect geproduceerd als alle indicatoren uit zijn. U kunt ook uitsluitend de effectdiepte aanpassen (zie onder).
Off Als er geen effect is geselecteerd, brandt er geen
EFFECT-indicator.
CHORUS.................. Een licht zwevend, verbredend effect
PHASER ................... Voegt een breed, uitgestrekt effect aan het geluid toe.
TREMOLO............... Tremolo-effect
ROTARY SP............. Voegt het vibrato-effect van een draaiende luidspreker toe.
Standaardinstelling:
De standaardinstellingen voor effecttype (inclusief Off) en
-diepte zijn voor elke voice verschillend.
OPMERKING
Als u ROTARY SP selecteert, wordt door het indrukken en loslaten van het linkerpedaal geschakeld tussen snelle/langzame rotatie van roterende luidspreker.
De effectdiepte aanpassen
De effectdiepte voor de geselecteerde voice kan worden aangepast door de knop
Instelbereik: 0 (geen effect) – 20 (maximale effectdiepte)
[EFFECT] ingedrukt te houden en op de knop [-/NO] of [+/YES] te drukken. Het dieptebereik loopt van 0 tot en met 20. De huidige diepte-instelling verschijnt op de display wanneer de knop [EFFECT] wordt ingedrukt. De standaardinstelling kan worden teruggezet door de knop [EFFECT] ingedrukt te houden en gelijktijdig op de knoppen [-/NO] en [+/YES] te drukken.
Transponering – [TRANSPOSE]
U kunt de toonhoogte van het instrument transponeren (zowel bij het spelen op het toetsenbord als bij het afspelen van songs) zodat deze overeenkomt met de toonhoogte van een ander instrument of een vocalist zonder dat u op het toetsenbord van toonsoort hoeft te veranderen. Transponering kan worden gedaan met eenheden van een halve toon. Als u bijvoorbeeld de transponeerwaarde instelt op 5, krijgt u bij het spelen van de toets C de toonhoogte F. Op deze manier kunt u de song spelen in C-majeur, terwijl de Clavinova de song naar F transponeert.
[-/NO][+/YES][TRANSPOSE]
De transponeerwaarde instellen
De transponeerwaarde kan worden ingesteld met intervallen van een halve toon door op de knoppen [-/NO] of [+/YES] te drukken terwijl u de knop [TRANSPOSE] ingedrukt houdt. De standaardinstelling (0) kan worden teruggezet door gelijktijdig op de knoppen [-/NO] en [+/YES] te drukken terwijl u de knop [EFFECT] ingedrukt houdt.
Transponeren: De toonsoort van een song veranderen. Op de Clavinova verschuift u door middel van transponeren de toonhoogte van het hele
Transposition
Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen (Voices)
toetsenbord.
Instelbereik: -12 halve tonen (een octaaf omlaag) – 12 halve tonen (een octaaf omhoog)
Standaardinstelling: 0 (normale toonhoogte)
Geavanceerde functies
25
Transponeren in- en uitschakelen
Telkens wanneer u op de knop [TRANSPOSE] drukt, wordt transponeren in- of uitgeschakeld. Als het lampje knippert, is de functie ingeschakeld. Als de functie is uitgeschakeld of als de transponeerwaarde 0 is, knippert het lampje niet.
OPMERKING
Het afspelen van audiosongs kan niet worden getransponeerd.
Twee voices stapelen (dual-modus)
Met deze functie kunt u twee verschillende voices tegelijk stapelen en afspelen. U kunt voices van twee verschillende categorieën of twee verschillende voices van dezelfde categorie stapelen en een samengestelde voice maken met meer kleur en structuur.
21
1. Roep de dual-modus op.
Druk gelijktijdig op twee voiceknoppen. De voice-indicatoren van beide geselecteerde voices gaan branden wanneer de dual-modus actief is. Speel iets op het toetsenbord en luister naar het resulterende geluid.
Voice 1/ Voice 2
Volg ens de pr ior ite it va n
Prioriteit van voicenummers
12
34567
voicenummers zoals rechts weergegeven wordt het lagere voicenummer aangeduid als voice 1 en de andere voice als voice 2.
8 91011
12 13 14
De functiemodus geeft toegang tot een aantal andere functies in de dual-modus, zoals instelling van volumebalans of octaafinstelling (pagina 51).
2. Sluit de dual-modus af en ga terug naar de normale
speelmodus.
Als u wilt teruggaan naar de normale speelmodus met één voice, drukt u op een willekeurige voiceknop.
OPMERKING
(CLP-470/440/S408/S406)
De dual-modus en de splitmodus (pagina 27) kunnen niet tegelijk worden opgeroepen.
(CLP-470/440/S408/S406) [VARIATION] in de dual-modus
De indicator van de knop [VARIATION] gaat branden wanneer de variatie is ingeschakeld voor één of beide voices in de dual-modus. Terwijl de dual-modus wordt opgeroepen, kan de knop [VARIATION] worden gebruikt om de variatie voor beide voices in of uit te schakelen. Als u de variatie wilt in- of uitschakelen voor slechts een van de voices, houdt u de voiceknop voor de andere voice ingedrukt en drukt u op de knop van de voice waarboor u de variatie wilt wijzigen.
[REVERB] in de dual-modus
Er wordt automatisch een optimaal reverbtype voor de combinatie van voices toegewezen.
[EFFECT] in de dual-modus
Afhankelijk van de omstandigheden krijgt één effecttype voorrang boven het andere. Als u de effectdiepte wilt wijzigen, drukt u op de knop [-/NO] of [+/YES] terwijl u de knop [EFFECT] ingedrukt houdt. Dit wordt alleen op voice 1 toegepast. De diepte kan ook worden gewijzigd in de functiemodus (pagina 51).
Geavanceerde functies
26
Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen (Voices)
Het toetsenbordbereik splitsen en twee verschillende voices spelen (splitmodus)
470 440 430 S408 S406 465GP
In de splitmodus kunt u twee verschillende voices op het toetsenbord spelen, de ene met de linkerhand en de andere met de rechterhand. U kunt bijvoorbeeld met de linkerhand een baspartij spelen met de voice Wood Bass of Electric Bass, en een melodie met de rechterhand.
Voiceknoppen [SPLIT]
1. Roep de splitmodus op.
Druk op de [SPLIT] knop zodat de indicator oplicht. Aanvankelijk wordt de standaardinstelling (WOOD BASS) geselecteerd voor de voice van de linkerhand.
De functiemodus (pagina 51) biedt toegang tot een aantal andere splitmodusfuncties zoals de instelling voor de volumebalans of het octaaf.
2. Geef het splitpunt
(de grens tussen het rechter- en linkerhandbereik) op.
Houd de knop [SPLIT] ingedrukt en druk tegelijk op de toets waaraan u het splitpunt wilt toewijzen. U kunt ook de knop [SPLIT] ingedrukt houden en tegelijk zo vaak op de knoppen [-NO]/[+/YES] te drukken als nodig is om het splitpunt te wijzigen.
A -1 C1 C2 C3 C4 C5 C6 C7
F 2 (standaardinstelling)
OPMERKING
De dual-modus (pagina 26) en de splitmodus kunnen niet tegelijk worden opgeroepen.
OPMERKING
De toets die wordt aangewezen als 'splitpunt' maakt onderdeel uit van het linkerhandbereik.
OPMERKING
Het splitpunt kan ook worden gewijzigd in de functiemodus (pagina 51).
OPMERKING
Het standaardsplitpunt kan worden teruggezet door de knop [SPLIT] ingedrukt te houden en tegelijkertijd op de knoppen [-/NO] en [+/YES] te drukken.
Geavanceerde functies
Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen (Voices)
27
De naam van de huidige splitpunttoets verschijnt op de display terwijl de knop [SPLIT] wordt ingedrukt.
Voorbeeld van een splitpunttoetsdisplay
De hoge balk geeft de verhoogde noot aan
De lage balk geeft de verlaagde noot aan
3. Selecteer een voice voor de rechterhand.
Druk op een voiceknop. Als u de variatie voor de splitvoice van de rechterhand in of uit wilt schakelen, drukt u op de knop [VARIATION] of op de momenteel geselecteerde voiceknop.
4. Selecteer een voice voor de linkerhand.
Druk op de corresponderende voiceknop terwijl u de knop [SPLIT] ingedrukt houdt. (De indicator van de linkervoiceknop blijft branden zolang de knop [SPLIT] ingedrukt is.) Als u de variatie voor de splitvoice van de linkerhand wilt in- of uitschakelen, houdt u de knop [SPLIT] ingedrukt en drukt u op de knop [VARIATION] of de momenteel geselecteerde voiceknop. Speel iets op het toetsenbord en luister naar het resulterende geluid.
5. Verlaat de splitmodus en ga terug naar de normale
speelmodus.
Druk nogmaals op de knop [SPLIT] zodat de indicator uit gaat.
OPMERKING
[VARIATION] in de splitmodus Gewoonlijk gaat de voice-indicator van de rechtervoice branden in de splitmodus. De [VARIATION] kan worden gebruikt om de variatie voor de rechtervoice naar wens in of uit te schakelen. Terwijl de knop [SPLIT] wordt vastgehouden, brandt echter de voice-indicator van de linkervoice. In deze situatie wordt met de knop [VARIATION] de variatie voor de linkervoice in- of uitgeschakeld.
[REVERB] in de splitmodus
Er wordt automatisch een optimaal reverbtype voor de splitvoices toegewezen.
[EFFECT] in de splitmodus
Afhankelijk van de omstandigheden krijgt één effecttype voorrang boven het andere. Als u de effectdiepte wilt wijzigen, drukt u op de knop [-/NO] of [+/YES] terwijl u de knop [EFFECT] ingedrukt houdt. Dit wordt alleen op de rechtervoice toegepast. De diepte kan ook worden gewijzigd in de functiemodus (pagina 51).
Geavanceerde functies
28
Diverse muziekinstrumentgeluiden spelen (Voices)

Songs afspelen

Dit instrument kan vooraf ingestelde songs, gebruikerssongs (die u hebt opgenomen) of commercieel verkrijgbare songs afspelen. Naast het luisteren naar deze songs kunt u tijdens het afspelen ook op het toetsenbord spelen. De songs bevinden zich in het interne geheugen en op het externe USB-opslagapparaat dat is aangesloten op de [USB TO DEVICE]-aansluiting.
MIDI-songs en audiosongs
Op dit instrument kunt u twee soorten songs opnemen en afspelen: MIDI-songs en audiosongs. Een MIDI-song bestaat uit informatie van uw spel op het toetsenbord en is geen opname van het werkelijke geluid. De spelinformatie betreft welke toetsen worden bespeeld met
OPMERKING
Voor een algemeen overzicht van MIDI en hoe u dit effectief kunt gebruiken, raadpleegt u 'MIDI Basics' (te downloaden vanaf de Yamaha-website).
welke timing en welke sterkte, net als in bladmuziek. Op basis van de opgenomen spelinformatie laat de toongenerator (van de Clavinova, enz.) het corresponderende geluid horen. Een MIDI-song maakt gebruik van een kleine hoeveelheid datacapaciteit in vergelijking tot een audio-opname en u kunt er gemakkelijk wijzigingen in aanbrengen, bijvoorbeeld in de voice. Een audiosong is een opname van het gespeelde geluid zelf. Deze data worden op dezelfde manier opgenomen als bij het opnemen van cassettebanden of voicerecorders, enz. Deze data kunnen worden afgespeeld op een draagbare muziekspeler, enz., waardoor u anderen gemakkelijk uw spel kunt laten horen.
Songs die compatibel zijn met dit instrument
Songs bevinden zich op een van de vier verschillende geheugenlocaties of 'stations' op dit instrument. De vier lampjes (PRESET / USER MIDI / USB MIDI / USB AUDIO) boven de knop [SONG SELECT] geven deze stations aan.
Station Songnummer Songtype
PRESET 001–050
USER MIDI U.01– U.10
001–xxx
USB MIDI U.00–U.99
001–xxx
USB AUDIO A.00–A.99
001–xxx
Songnummers; [xxx] geeft een nummer aan.
Vooraf ingestelde song (MIDI)
50 vooraf ingestelde pianosongs in het instrument. Deze corresponderen met de nummers in het boek '50 greats for the Piano' dat is meegeleverd voor uw gemak en luisterplezier.
Gebruikerssongs in het instrument (MIDI)
MIDI-songs die op het instrument zijn opgenomen met de opnamefunctie (pagina 34). Op dit instrument kunnen maximaal 10 songs (U.01– U.10) worden opgenomen.
Externe songs op het instrument (MIDI)
MIDI-songs die vanaf een computer zijn overgezet (pagina 49). Er kunnen maximaal 999 songs (001– 999) worden overgezet (opgeslagen) naar dit instrument.
Gebruikerssongs op het USB-opslagapparaat (MIDI)
MIDI-songs die zijn opgenomen en opgeslagen op een USB-opslagapparaat met de opnamefunctie (pagina 34). U kunt maximaal 100 songs (U.00– U.99) afspelen.
Externe songs op het USB-opslagapparaat (MIDI)
Commercieel verkrijgbare MIDI-songs of MIDI-songs die zijn bewerkt op een computer, enz., en opgeslagen op het USB­opslagapparaat. U kunt maximaal 999 songs (001–999) afspele
Gebruikerssongs op het USB-opslagapparaat (Audio)
Dit zijn audiosongs die zijn opgeslagen op het USBopslagapparaat door ze met dit instrument op te nemen (pagina 34) of te converteren van MIDI-data (pagina 41) . U kunt maximaal 100 songs (A.00– A.99) afspelen.
Externe songs op het USB-opslagapparaat (Audio)
Commercieel verkrijgbare songs, enz., opgeslagen op het USB-opslagapparaat. U kunt maximaal 999 songs (001–
999) afspelen.
n.
OPMERKING
Songs die op dit instrument worden opgenomen, worden gebruikerssongs genoemd. Songs die op andere manieren zijn gemaakt dan door dit instrument, worden externe songs genoemd. Op het USB-opslagapparaat worden gebruikerssongs opgenomen in de map.
Geavanceerde functies
Songs afspelen
29
Loading...
+ 66 hidden pages