Samenvatting van de netwerkinstallatie van de EX Print Server11
Vereisten voor de instelling van de netwerkserver12
Windows-netwerken12
AppleTalk-netwerken12
UNIX-netwerken13
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN14
Toegangs- en beheerniveaus14
Gebruikers en groepen14
EX Print Server-afdrukverbindingen17
WebTools18
Aanvullende beveiligingsfuncties20
E-mailtoegang tot de EX Print Server beheren20
IP-adressen en -poorten en MAC-adressen beperken20
LDAP-authenticatie20
De netwerkkabel aansluiten op de EX Print Server21
Achterpaneel van de EX Print Server21
Ethernetverbinding21
Over Instelling22
Instelling vanaf het bedieningspaneel van de digitale pers22
Instelling vanaf een netwerkcomputer22
INHOUD4
DE EX PRINT SERVERINSTELLENVANAFHETBEDIENINGSPANEELVANDE
DIGITALEPERS23
De EX Print Server instellen vanaf het bedieningspaneel van de digitale pers23
Toegang krijgen tot opties van Instelling24
Informatie over de instellingeninterface van het bedieningspaneel van de digitale pers26
Soorten instellingenschermen26
Opslaan wijz. bezig27
Menutabbladen28
Tabblad Hoofd28
Tabblad Info29
Tabblad Scan30
Tabblad Kalibreren30
Tabblad Instelling30
Opties voor Printerinstellingen31
Algemene instellingen31
Wachtrijen inschak.32
PostScript/PCL-instellingen34
VDP-instellingen34
Instelling oorspronkelijke documenten34
Takenlogboek instellen35
Opties voor Netwerkinstellingen36
Poortinstellingen36
TCP/IP-instellingen38
802.1x-authenticatie-instellingen44
AppleTalk-instellingen45
Service-opties46
SMB (Windows Setup), LPD- en Web instellen46
Poort 9100- en FTP-instellingen47
LDAP-instellingen48
SNMP-instellingen50
Scaninstelling52
E-mailinstelling53
SLP-instelling55
INHOUD5
DE FIERY CONTROLLERINSTELLENVANAFEENNETWERKCOMPUTER56
Configure vanaf een netwerkcomputer openen56
BESCHRIJVINGVANDEOPTIESVAN INSTELLING57
Opties van Instelling57
WEBTOOLSCONFIGUREREN60
De EX Print Server en computers configureren voor WebTools60
DE FIERY CONTROLLERBEHEREN61
Beheerdersfuncties61
Wachtwoorden instellen 62
Wachtwoorden vanaf het bedieningspaneel van de digitale pers62
Wachtwoorden op een netwerkcomputer63
Het Windows XP-systeemwachtwoord wijzigen63
Systeemsoftware bijwerken64
De EX Print Server wissen64
Externe verbinding met de EX Print Server65
Instellingen van de EX Print Server herstellen66
De standaardinstellingen van de EX Print Server herstellen66
De configuratie van de EX Print Server opslaan en herstellen66
USB-afdrukken67
E-mailadresboeken beheren68
VDP-zoekpad71
Courante algemene zoekpaden instellen71
Gebruikers toestaan om een zoekpad voor één taak te definiëren72
De configuratiepagina afdrukken73
Optimale prestaties van de EX Print Server onderhouden73
INHOUD6
De EX Print Server afsluiten, rebooten en opnieuw opstarten74
De EX Print Server afsluiten74
De EX Print Server rebooten of opnieuw starten75
PROBLEMENOPLOSSEN76
Problemen met de EX Print Server oplossen76
Runtime-foutberichten76
Kan geen verbinding met de EX Print Server maken met hulpprogramma’s77
Kan geen verbinding met de EX Print Server maken met Command WorkStation 78
INDEX79
INLEIDING
INLEIDING7
In dit document wordt beschreven hoe u netwerkservers en gebruikerscomputers instelt voor
gebruik met de Xerox EX Print Server, ondersteund door Fiery, voor de Xerox 700 Digital
Color Press, zodat gebruikers ernaar kunnen afdrukken als een hoogwaardige netwerkprinter.
Raadpleeg de documentatie bij deze producten voor algemene informatie over het gebruik van
de digitale pers, de computer, de software of het netwerk.
De juiste instelling van de netwerkomgeving vereist de aanwezigheid en de actieve
medewerking van de netwerkbeheerder. Gedetailleerde instructies voor de configuratie van
netwerken vallen buiten het bestek van dit document. Raadpleeg uw netwerkdocumentatie
voor meer informatie.
Voor meer informatie over ondersteunde besturingssystemen en systeemvereisten raadpleegt
u Welk om .
Terminologie en conventies
Dit document gebruikt de volgende terminologie en conventies.
Term of conventieVerwijst naar
AeroEX Print Server (in illustraties en voorbeelden)
Digitale persXerox 700 Digital Color Press
EX Print ServerXerox EX Print Server, ondersteund door Fiery, voor de Xerox 700
Mac OSApple Mac OS X
Titels in cursiefAndere documenten in dit pakket
WindowsMicrosoft Windows 2000, Windows XP, Windows Server 2003,
Digital Color Press
Windows Vista
Onderwerpen waarvoor aanvullende informatie beschikbaar is door
de Help te openen in de software
Tips en informatie
Belangrijke informatie
Belangrijke informatie over problemen die u of anderen
lichamelijke schade kunnen toebrengen
INLEIDING8
Over dit document
Dit document behandelt de volgende onderwerpen:
• Netwerkconnectoren op de EX Print Server
• Specifieke informatie voor de EX Print Server voor het installeren van netwerkservers
OPMERKING: Raadpleeg uw netwerkdocumentatie voor meer informatie over netwerkservers.
• Beveiliging van het systeem met niveaus en wachtwoorden
• De EX Print Server instellen vanaf het bedieningspaneel van de digitale pers
• De EX Print Server instellen vanaf een netwerkcomputer
• De EX Print Server zo instellen dat gebruikers toegang hebben tot WebTools
• De EX Print Server beheren
• Problemen oplossen
Op pagina 61 wordt een overzicht gegeven van beheerdersfuncties die in andere documentatie
worden beschreven.
AANSLUITENOPHETNETWERK9
AANSLUITENOPHETNETWERK
Dit hoofdstuk beschrijft de fasen van de installatie van de EX Print Server.
EX Print Server op het netwerk
Wanneer de EX Print Server is aangesloten op een netwerk, werkt deze als een netwerkprinter.
De EX Print Server ondersteunt de volgende netwerkprotocollen (regels waarmee computers
op een netwerk met elkaar kunnen communiceren):
• AppleTalk, Bonjour
• TCP/IP, met inbegrip van de protocollen BOOTP, DHCP, FTP, HTTP, IMAP, IPP, IPv4,
IPv6, LDAP, LPD, NBT, POP3, Port 9100, SMB, SMTP, SNMP, SNTP en SSL/TLS
Deze protocollen kunnen tegelijkertijd op dezelfde kabel worden gebruikt. Computers die
andere protocollen gebruiken, kunnen afdrukken via een server die een van de ondersteunde
protocollen gebruikt. De EX Print Server herkent de protocollen automatisch en behandelt
alle verbindingen tegelijkertijd.
AANSLUITENOPHETNETWERK10
Fasen van de installatie op het netwerk
De installatie kan worden uitgevoerd door een netwerk- of afdrukbeheerder. Bij een
succesvolle installatie doorloopt u de volgende fasen:
1 De netwerkomgeving configureren
Configureer de netwerkservers om de gebruikers toegang te geven tot de EX Print Server
als een netwerkprinter. Raadpleeg pagina 12 voor informatie over het configureren van
netwerkservers in Windows- en UNIX-netwerkomgevingen wanneer deze specifiek
betrekking hebben op de EX Print Server. Raadpleeg de documentatie van uw netwerk voor
meer informatie over het gebruik van uw netwerk.
2 De EX Print Server fysiek aansluiten op een werkend netwerk
Maak een netwerkknooppunt voor de EX Print Server. Zorg voor een kabel en leid deze
naar de plaats waar de EX Print Server wordt geïnstalleerd, en sluit de kabel aan op de
netwerkaansluiting van de EX Print Server. Zie pagina 21 voor meer informatie.
3 De EX Print Server instellen
Configureer de EX Print Server voor uw afdruk- en netwerkomgeving (zie pagina 23
en pagina 56).
4 Gebruikerscomputers voorbereiden op het afdrukken
Installeer de bestanden die nodig zijn om af te drukken, installeer gebruikerssoftware en
verbind de gebruikerscomputers met het netwerk. De installatie van de software wordt
beschreven in Afdrukken uit Windows en Afdrukken uit Mac OS.
5 De EX Print Server beheren
Controleer en onderhoud de systeemprestaties en los mogelijke problemen op (zie “De Fiery
Controller beheren” op pagina 61).
Netwerkserver configureren
Netwerkserver
Aansluiting
EX Print Server
AANSLUITENOPHETNETWERK11
Samenvatting van de netwerkinstallatie van de EX Print Server
Configureer de netwerkserver voor EX Print Serverafdrukwachtrijen en EX Print Server-gebruikers.
Maak een netwerkknooppunt klaar. Sluit de
EX Print Server aan op het netwerk. Als u de Fiery
Advanced Controller Interface gebruikt, moet u deze op het
netwerk aansluiten.
EX Print Server instellen
Clientcomputers instellen
Configureer standaardinstellingen voor de opties in
de instellingenmenu’s.
Op computers waarop gebruikers afdrukken naar de
EX Print Server:
• Installeer de juiste printerbestanden en maak verbinding
met een of meer afdrukverbindingen.
• Installeer hulpprogramma’s en een internetbrowser op
de computers waar de gebruikers deze zullen gebruiken.
• Controleer de EX Print Server in de lijst met printers.
EX Print Server beschikbaar op het netwerk
AANSLUITENOPHETNETWERK12
Vereisten voor de instelling van de netwerkserver
Dit gedeelte verstrekt basisinformatie over het configureren van de EX Print Server en zijn
gebruik op het netwerk. Het geeft geen uitleg over de algemene netwerkfuncties voor
afdrukken. Het beperkt zich tot informatie die specifiek is voor de EX Print Server. De juiste
instelling van de netwerkomgeving vereist de aanwezigheid en de actieve medewerking van de
netwerkbeheerder. Gedetailleerde instructies voor de configuratie van netwerken vallen buiten
het bestek van dit document. Raadpleeg uw netwerkdocumentatie voor meer informatie.
Configureer het netwerk en de servers en zorg dat er een actieve netwerkverbinding is
voor u de netwerkinstellingen van de EX Print Server in Instelling configureert. Dit geeft de
EX Print Server de mogelijkheid om op het netwerk naar zones, servers en wachtrijen op
servers te zoeken.
Telkens als u de configuratie van de EX Print Server, de digitale pers of het netwerk op uw
locatie verandert, moet u de instellingen aanpassen aan de gewijzigde omgeving. Voor het
wijzigen van netwerk- of poortinstellingen kan het nodig zijn dat u ook andere opties in
Instelling wijzigt.
Windows-netwerken
• De EX Print Server heeft een geldig IP-adres, subnetmasker en adres van de gateway nodig.
U kunt deze gegevens handmatig invoeren of het DHCP- of het BOOTP-protocol gebruiken
om de adressen dynamisch toe te wijzen. Zorg dat de naam en het adres van de
EX Print Server zijn opgenomen in een DNS-database (Domain Name Server) of een
database met hostnamen die door uw systeem wordt gebruikt.
Als er meerdere EX Print Server-afdrukverbindingen worden gepubliceerd (bijvoorbeeld
zowel de afdrukwachtrij als de blokkeringswachtrij), kunt u een printer definiëren voor elke
afdrukverbinding, zodat de gebruikers direct naar elke verbinding kunnen afdrukken.
• Configureer de EX Print Server met de juiste Windows-domeinnaam.
Dit is vooral belangrijk voor Windows-afdrukken, ook wel SMB-afdrukken genoemd.
Om Microsoft Active Directory te gebruiken, moet u de EX Print Server aan een domein
toewijzen.
Als u de EX Print Server aan een werkgroep toewijst, kunt u Active Directory niet gebruiken.
AppleTalk-netwerken
AppleShare-servers hebben geen speciale configuratie nodig.
U moet Bonjour op de EX Print Server activeren om Mac OS X-computers toegang te geven
tot Bonjour-printers.
AANSLUITENOPHETNETWERK13
UNIX-netwerken
• Wanneer u een UNIX-werkstation configureert met het LPR-protocol en verbinding maakt
met de EX Print Server via een TCP/IP-netwerk, kunt u rechtstreeks afdrukken naar de
EX Print Server.
• UNIX-werkstations kunnen alleen worden ingesteld door een beheerder met rechten op het
’root’-niveau. Na de eerste configuratie kunnen UNIX-gebruikers afdruktaken verzenden naar
een benoemde printer.
• De EX Print Server is een printercontroller die ondersteuning biedt voor LPR-protocollen.
• De EX Print Server heeft een externe printernaam die u moet gebruiken om ermee te kunnen
communiceren.
Ongeacht het UNIX-systeem dat u gebruikt, moet u tijdens de configuratie van het netwerk
voor de EX Print Server een van de volgende namen gebruiken voor de externe printer
(of het bestand
print
hold
rp in het bestand /etc/printcap):
Computers in een TCP/IP-netwerk kunnen rechtstreeks naar de EX Print Server afdrukken
als een externe printer, of kunnen afdrukken naar Windows 2000/Server 2003- of UNIXwerkstations die als afdrukserver zijn ingesteld.
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN14
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN
Als voorbereiding op het afdrukken op uw locatie moet u de EX Print Server configureren
(“Instelling”) om de netwerkomgeving op te geven en te bepalen welke soorten afdruktaken
u zult uitvoeren. Voordat u met de instelling begint, moet u beslissen welke toegangsniveaus
u wilt implementeren, zoals wachtwoorden en andere beveiligingsfuncties van de
EX Print Server. Omdat veel van deze beveiligingsfuncties aan elkaar gekoppeld zijn, moet
u de informatie in dit hoofdstuk aandachtig lezen om een doeltreffend beveiligingssysteem te
plannen en de instelling vervolgens in die zin uitvoeren.
Toegangs- en beheerniveaus
Tijdens het configureren van de EX Print Server in Instelling implementeert u een bepaald
beheerniveau door de volgende elementen te configureren:
• Gebruikers en groepen
•Afdrukverbindingen
• Toegang tot WebTools
Gebruikers en groepen
U kunt WebTools Configure gebruiken om gebruikers te maken, wachtwoorden toe te wijzen
aan gebruikers, groepen met specifieke privileges te maken en gebruikers aan groepen toe te
wijzen. Verscheidene groepen zijn standaard ingesteld en u kunt nieuwe groepen maken. Alle
gebruikers in een groep hebben dezelfde rechten.
U kunt niet alleen de gebruikers die u hebt gemaakt, toewijzen aan een groep, maar ook
gebruikers toevoegen uit de algemene adreslijst van uw organisatie, indien u LDAP-services
hebt ingeschakeld op de EX Print Server.
Het volgende onderwerp is een overzicht dat is ontwikkeld om u te helpen een
beveiligingsstrategie voor te bereiden. Raadpleeg de Help van WebTools Configure voor meer
informatie, inclusief specifieke procedures.
Gebruikersauthenticatie
De term “gebruikersauthenticatie” betekent dat de EX Print Server controleert of de gebruiker
die een taak verzendt, bij een groep hoort en of de groep afdrukprivileges heeft (“Afdrukken in
zwart-wit” of “Afdrukken in kleur en zwart-wit”).
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN15
De EX Print Server verplicht standaard geen gebruikersauthenticatie. Zelfs als u
wachtwoorden toewijst en gebruikers en de gebruikers toewijst aan groepen, wordt er geen
authenticatie uitgevoerd tenzij u het selectievakje Gebruikers toestaan om af te drukken
zonder authenticatie uitschakelt (in Configure > Gebruikers en groepen). Als deze optie is
geselecteerd, kan iedereen afdrukken naar de EX Print Server.
Als u wilt dat gebruikers hun gebruikersnaam en wachtwoord invoeren (als u het selectievakje
Gebruikers toestaan om af te drukken zonder authenticatie hebt uitgeschakeld), moet de
gebruikers deze informatie invoeren in het printerstuurprogramma wanneer deze afdrukken.
Gebruikers moeten ook hun gebruikersnaam en wachtwoord opgeven als deze bestanden
maken vanaf het printerstuurprogramma om deze later af te drukken (zoals een e-mailbijlage
die zal worden verzonden naar de EX Print Server).
Omdat taken die via FTP worden verzonden, geen printerstuurprogramma vereisen, kunt u
opgeven dat FTP-taken worden geverifieerd (zie Configure > Netwerk > Services > FTP >
Wachtwoord vereisen voor afdrukken).
Het Mac OS X-printerstuurprogramma ondersteunt geen authenticatie over het netwerk zoals
domein\LDAP-gebruiker. Alleen lokale gebruikers van EX Print Server worden ondersteund.
In het veld voor de gebruikersnaam wordt door het Mac OS X-printerstuurprogramma
automatisch de aanmeldnaam van het besturingssysteem ingevuld (die de gebruiker kan
bewerken). Het Mac OS X-printerstuurprogramma vereist standaard de gebruikersnaam
“admin” zonder wachtwoord.
Wachtwoorden
Wanneer u een nieuwe gebruiker maakt in WebTools Configure > Gebruikers en groepen,
wijst u een wachtwoord toe aan de gebruiker. In andere gebieden van het systeem kunt u ook
wachtwoorden voor de volgende gebieden instellen.
• Standaardbeheerder in de beheerdersgroep
• Standaardoperator in de operatorgroep
• Windows-systeemwachtwoord
OPMERKING: Het beheerderswachtwoord en het operatorwachtwoord staan los van het
systeemwachtwoord van Windows.
Het beheerderswachtwoord is standaard ingesteld op de EX Print Server. Wijzig het
beheerderswachtwoord regelmatig om de EX Print Server te beschermen tegen willekeurige of
opzettelijke wijzigingen van de instellingen. Raadpleeg “Wachtwoorden instellen” op
pagina 62 voor meer informatie.
Gebruikers in de beheerdersgroep en de operatorgroep hebben rechten naast de expliciete
rechten die u instelt wanneer u groepen maakt. In de volgende secties vindt u voorbeelden van
deze privileges.
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN16
Beheerdersrechten
Gebruikers in de beheerdersgroep hebben het hoogste beheerniveau. De beheerdersrechten
omvatten:
• De EX Print Server configureren met de WebTool Configure of met het bedieningspaneel
van de digitale pers
• Groepen toevoegen en verwijderen
• Gebruikers toevoegen en verwijderen
• Wachtwoorden voor gebruikers instellen en wijzigen
• Het takenlogboek verwijderen, afdrukken, exporteren of weergeven
• Printtaken van gebruikers verwijderen, weergeven en wijzigen
• Alle taakgegevens van de EX Print Server wissen
• Scantaken starten en opslaan naar een postvak
• In zwart-wit of kleur afdrukken
• Afdrukverbindingen publiceren
• Lettertypen verwijderen
• Afdruktaken beheren met de hulpmiddelen voor taakbeheer
• Afdrukinstellingen vervangen
• Standaardinstellingen voor afdrukopties bepalen
• De EX Print Server kalibreren
Operatorrechten
Gebruikers in de operatorgroep beheren afdruktaken via de hulpmiddelen voor taakbeheer,
inclusief:
• Het takenlogboek weergeven
• Printtaken van andere gebruikers verwijderen, weergeven en wijzigen
• In zwart-wit of kleur afdrukken
Gastrechten (geen wachtwoord)
Een gebruiker heeft geen wachtwoord nodig om zich vanuit de hulpmiddelen voor taakbeheer
aan te melden als gastgebruiker.
Een gastgebruiker kan de status van actieve taken bekijken, maar kan geen wijzigingen
aanbrengen in taken of in de status van de EX Print Server.
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN17
EX Print Server-afdrukverbindingen
De EX Print Server ondersteunt drie afdrukverbindingen: blokkeringswachtrij,
afdrukwachtrij en directe verbinding. U activeert of “publiceert” deze afdrukverbindingen
voor de gebruikers op het netwerk wanneer u de printerinstellingen configureert. Alle
gepubliceerde verbindingen worden constant gecontroleerd op de aanwezigheid van taken.
Via de afdrukwachtrij en de directe verbinding hebben gebruikers meer directe toegang tot
de EX Print Server dan via de blokkeringswachtrij. Publiceer de afdrukwachtrij en de directe
verbinding daarom niet in omgevingen waarin een maximale controle vereist is.
U kunt ook de wachtrij Afgedrukt inschakelen. Dit is een opslaggebied voor de meest recente
taken uit de afdrukwachtrij. Via de wachtrij Afgedrukt kunnen gebruikers deze taken
opnieuw afdrukken met de taakbeheerhulpprogramma’s (bijvoorbeeld: Command
WorkStation).
OPMERKING: Als u de hulpprogramma’s en WebTools wilt gebruiken, moet u ten minste één
afdrukverbinding inschakelen.
Blokkeringswachtrij
Taken die naar de blokkeringswachtrij zijn verzonden, worden op de vaste schijf van de
EX Print Server geplaatst zodat deze later kunnen worden afgedrukt of meerdere malen
kunnen worden afgedrukt. Aangezien de blokkeringswachtrij een opslagruimte is, kunnen
de daar opgenomen taken alleen worden afgedrukt met behulp van de hulpmiddelen voor
taakbeheer.
Afdrukwachtrij
De afdrukwachtrij is de standaardwachtrij van de EX Print Server. Taken die naar de
afdrukwachtrij zijn verzonden, worden verwerkt en afgedrukt in de volgorde waarin deze zijn
ontvangen. Taken waaraan een operator een bepaalde prioriteit heeft toegekend via de
hulpmiddelen voor taakbeheer en taken die via de directe verbinding zijn verzonden, hebben
prioriteit boven taken die naar de afdrukwachtrij zijn verzonden.
Directe verbinding
Met de directe verbinding worden taken direct naar de EX Print Server verzonden, maar
alleen wanneer de EX Print Server niet actief is. Als de EX Print Server bezig is, blijft de
taak aanwezig op de computer van de gebruiker totdat de EX Print Server klaar is. Vervolgens
wordt de taak verwerkt zodra de vorige taak is beëindigd en voordat de volgende taak in de
wachtrij wordt verwerkt.
In de meeste gevallen worden taken die via de directe verbinding worden verzonden, niet
opgeslagen op de vaste schijf van de EX Print Server en deze kunnen dus niet worden
geselecteerd voor opnieuw afdrukken, verplaatsen of verwijderen. De directe verbinding biedt
dus enige beveiliging voor vertrouwelijke bestanden. Taken die naar de directe verbinding zijn
verzonden, verschijnen wel in het takenlogboek. Dit is uitsluitend om administratieve
redenen.
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN18
Sommige soorten van taken die worden afgedrukt naar de directe verbinding, veroorzaken het
opslaan van tijdelijke bestanden op de vaste schijf van de EX Print Server, maar verschijnen
niet in een van de andere taakbeheerhulpprogramma’s. Het gaat hier om de volgende soorten
taken:
•PDF-taken
•TIFF-taken
• Taken met instellingen voor elk van de volgende afdrukopties:
– Afdrukken in omgekeerde volgorde (voor grote taken)
– Booklet Maker
– Gemengde media
– Scheidingen combineren
OPMERKING: Lettertypen kunnen alleen naar de EX Print Server worden gedownload, als
de directe verbinding is gepubliceerd.
WebTools
De EX Print Server kan toegang tot het internet of een intranet ondersteunen met behulp van
WebTools vanaf Windows- en Mac OS-computers. Raadpleeg “WebTools configureren” op
pagina 60 om het gebruik van WebTools in te schakelen.
Begin
Begin biedt actuele informatie over de taken die worden verwerkt en afgedrukt op de
EX Print Server. U hebt geen wachtwoord nodig om deze WebTool te gebruiken. Raadpleeg
Hulpprogramma’s voor meer informatie.
Downloads
Met Downloads kunnen gebruikers installatieprogramma’s voor printerstuurprogramma’s en
andere software rechtstreeks downloaden van de EX Print Server. U hebt geen wachtwoord
nodig om deze WebTool te gebruiken. Raadpleeg Afdrukken uit Windows, Afdrukken uit
Mac OS en Hulpprogramma’s voor meer informatie.
Documenten
Met Documenten kunnen gebruikers taken in hun postvakken op de EX Print Server openen,
beheren en wijzigen, en taken naar de EX Print Server verzenden. Raadpleeg de Help van
WebTools Documenten voor meer informatie.
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN19
Scaninstellingen
Met Scaninstellingen kunt u scansjablonen definiëren vanaf een externe computer. Deze
scansjablonen zijn toegankelijk vanaf de digitale pers wanneer u een bestand scant. De
beheerder heeft volledige toegang tot alle scansjablonen. Daarnaast kan de beheerder nieuwe
scansjablonen in Scaninstellingen maken en scansjablonen importeren en exporteren.
Raadpleeg Hulpprogramma’s voor meer informatie over scannen. Raadpleeg de Help van
WebTools Scaninstellingen voor informatie over Scaninstellingen.
Configure
Met Configure kunt u opties van de EX Print Server bekijken en wijzigen vanaf een
computer. Voor deze functie is het beheerderswachtwoord nodig. Raadpleeg pagina 56 voor
meer informatie.
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN20
Aanvullende beveiligingsfuncties
Naast de traditionele beveiligingsfuncties zoals wachtwoorden, kunt u de volgende functies
gebruiken om de veiligheid van de EX Print Server te verzekeren:
•E-mailtoegang
• IP-adressen en -poorten en MAC-adressen
• LDAP-authenticatie
E-mailtoegang tot de EX Print Server beheren
Omdat u gebruikers toestemming kunt geven bestandsbijlagen in e-mailberichten die zijn
verzonden naar de EX Print Server af te drukken, accepteert de EX Print Server alleen geldige
bijlagen (bijvoorbeeld: PostScript- of PDF-bestanden). Normaal moeten via e-mail verzonden
virussen door de ontvanger worden uitgevoerd. Bijlagen die geen geldige bestanden zijn,
worden door de EX Print Server geweigerd.
Omdat bestandstypen zoals .bat, .vbs en .exe schadelijke virusactiviteiten kunnen starten,
verwerkt de EX Print Server deze bestandstypen niet. De EX Print Server negeert ook e-mails
in RTF- (Rich Text Format) of HTML- (Hypertext Markup Language) indeling en alle
JavaScript-code die in e-mails voorkomt.
Op de EX Print Server kunt u lijsten van geautoriseerde e-mailadressen definiëren. Elke
e-mail die de EX Print Server ontvangt van een e-mailadres dat niet op deze lijst voorkomt,
wordt verwijderd. Zie pagina 68 voor meer informatie.
IP-adressen en -poorten en MAC-adressen beperken
Om ongeoorloofde verbindingen met de EX Print Server te beperken, kunt u alleen
gebruikers toelaten met IP-adressen of MAC-adressen die binnen een bepaald bereik vallen.
U kunt onnodige poorten sluiten om ongewenste toegang via het netwerk te weigeren.
Opdrachten of taken die door een ongeoorloofd IP-adres worden verstuurd, worden door
de EX Print Server genegeerd.
LDAP-authenticatie
Wanneer u LDAP-communicatie activeert om namen en andere informatie van mensen van
uw organisatie op te vragen, kunt u het soort van authenticatie instellen. Raadpleeg de Help
van WebTools Configure voor meer informatie.
Dit gedeelte toont een illustratie van het achterpaneel van de EX Print Server en geeft
informatie over het aansluiten van de EX Print Server op het netwerk.
Achterpaneel van de EX Print Server
1
2
3
4
5
Ethernetverbinding
Voor ethernetverbindingen ondersteunt de EX Print Server Unshielded Twisted Pairbekabeling (UTP) voor de volgende netwerksnelheden:
• 1000BaseT: Categorie 5e of hoger (4 paar/8 draden, korte lengte)
INSTELLINGVANDE FIERY CONTROLLERVOORBEREIDEN22
VERBINDINGMAKENMETHETNETWERK
1 Schakel de digitale pers en de EX Print Server uit.
Zie pagina 74 voor meer informatie over de correcte procedures.
2 Sluit de gekruiste scannerkabel van de EX Print Server aan op de scannerpoort op de
digitale pers.
3 Sluit de netwerkkabel van het netwerk aan op de juiste netwerkconnector (RJ-45) aan
de achterkant van de EX Print Server.
4 Schakel de EX Print Server en de digitale pers in.
Over Instelling
In Instelling configureert u de EX Print Server voor communicatie met andere apparaten en
het beheren van afdruktaken. Voer Instelling uit wanneer u de EX Print Server de eerste keer
aanzet nadat nieuwe systeemsoftware is geladen, of telkens als serversoftware opnieuw wordt
geïnstalleerd. Wanneer de netwerk- of gebruikersafdrukomgeving verandert, moet u de opties
aanpassen.
OPMERKING: U kunt de functies van Instelling niet uitvoeren vanuit Command WorkStation,
Macintosh Edition.
Instelling vanaf het bedieningspaneel van de digitale pers
Voer Printerinstellingen, Netwerkinstellingen en Serverinstellingen uit, in deze volgorde. Na
de eerste instelling kunt u instellingsopties wijzigen vanaf het bedieningspaneel van de digitale
pers (pagina 24) of vanaf een netwerkcomputer (pagina 56). De meeste instellingsopties kunt
u met een van deze methoden instellen.
Als u de overige instellingenmenu’s niet configureert, worden de standaardinstellingen
gebruikt door de EX Print Server. Het is beter dat u de juiste instellingen voor de
afdrukomgeving op uw locatie opgeeft.
Instelling vanaf een netwerkcomputer
Gebruik Configure (pagina 56) om de EX Print Server in te stellen vanaf een
netwerkcomputer. Open Configure vanuit WebTools of Command WorkStation,
Windows Edition.
DE EX PRINT SERVERINSTELLENVANAFHETBEDIENINGSPANEELVANDEDIGITALE
PERS
23
DE EX PRINT SERVERINSTELLENVANAFHETBEDIENINGSPANEELVAN
DEDIGITALEPERS
Instellen wordt aanbevolen wanneer u de EX Print Server de eerste keer aanzet nadat nieuwe
systeemsoftware is geïnstalleerd. Als u bepaalde instellingsopties niet configureert, gebruikt
de EX Print Server de standaardinstellingen. Zorg dat de instellingen aangepast zijn aan de
afdrukomgeving op uw locatie.
De EX Print Server instellen vanaf het bedieningspaneel van de
digitale pers
Met Instelling kunt u de EX Print Server configureren om met andere apparaten te
communiceren en verzonden afdruktaken te beheren.
Instelling bevat de volgende groepen opties:
• Printerinstellingen om systeeminstellingen op te geven, afdruktaken en wachtrijen
te beheren en standaardinstellingen voor PostScript- en PCL-instellingen te kiezen
• Netwerkinstellingen om actieve netwerksystemen op te geven die afdruktaken doorgeven
aan de EX Print Server
• Service-instellingen om netwerkservices zoals e-mailafdrukken en Windows-afdrukken
(SMB) in te schakelen
De resterende opdrachten in het hoofdvenster van Instelling zijn administratieve
onderwerpen. Zie pagina 61 voor meer informatie.
1 Knop Services
DE EX PRINT SERVERINSTELLENVANAFHETBEDIENINGSPANEELVANDEDIGITALE
PERS
Toegang krijgen tot opties van Instelling
Wanneer u opties van Instelling wilt openen, moet u controleren of er niemand bezig is met
afdrukken naar de EX Print Server.
TOEGANGTOT INSTELLINGKRIJGENWANNEERDE EX PRINT SERVERNIETACTIEFIS
1 Druk op de knop Services op het digitale pers.
24
1
Services
Language
Job Status
Machine Status
Energy Saver
DE EX PRINT SERVERINSTELLENVANAFHETBEDIENINGSPANEELVANDEDIGITALE
PERS
25
2 Druk op de knop All Services (Alle services) op het bedieningspaneel van de digitale pers en
druk vervolgens op de knop Web Applications (Webtoepassingen).
1 Knop All Services
(Alle services)
2 Tab naar het menu Instelling
3 Knop Aanmelden/Afmelden
2
1
3
3 Zorg dat de EX Print Server niet actief is.
Controleer of Niet actief wordt weergegeven linksboven in het tabblad Hoofd. Als Afdrukken
of Verwerken wordt weergegeven, is de EX Print Server een taak aan het verwerken en moet
u wachten tot het systeem klaar is en de status Niet actief heeft.
4 Druk op het tabblad Instelling.
5 Druk op het veld Wachtwoord en gebruik het toetsenbord op het bedieningspaneel van de
digitale pers om het beheerderswachtwoord te typen.
6 Druk op Opslaan en vervolgens op Aanmelden.
7 Druk op de knop voor de instellingen die u wilt openen.
8 Voer Printerinstellingen, Netwerkinstellingen en Serverinstellingen uit, in deze volgorde.
De beschrijving van de opties voor Instelling begint op pagina 31.
9 Wijzig het beheerderswachtwoord om uw instellingen tegen ongeoorloofde wijzigingen
te beschermen.
Zie pagina 62 voor meer informatie.
DE EX PRINT SERVERINSTELLENVANAFHETBEDIENINGSPANEELVANDEDIGITALE
PERS
Informatie over de instellingeninterface van het bedieningspaneel
van de digitale pers
Wanneer u de instellingen uitvoert vanaf het bedieningspaneel van de digitale pers, kunt u
de menu’s achter elkaar selecteren en informatie invoeren over de EX Print Server en uw
netwerk- en afdrukomgeving.
Wanneer u een functie uitvoert van het bedieningspaneel van de digitale pers die u om het
beheerderswachtwoord vraagt, moet u het wachtwoord onmiddellijk opgeven. Als u dit niet
doet, keert het bedieningspaneel van de digitale pers terug naar Niet actief en moet u opnieuw
beginnen.
Sommige menu’s die u ziet, worden weergegeven in het overzicht van het bedieningspaneel,
een gids op hoog niveau voor Instelling die u kunt afdrukken vanaf het bedieningspaneel van
de digitale pers.
HETOVERZICHTVANHETBEDIENINGSPANEELAFDRUKKEN
1 Druk op de knop Services op het digitale pers.
26
2 Druk op All Services (Alle services) en druk vervolgens op Web Applications
(Webtoepassingen).
3 Druk op Info.
4 Druk op Overzicht bed. paneel.
5 Druk op Ja in het bevestigingsscherm.
Soorten instellingenschermen
Er zijn verschillende soorten instellingsopties:
Meerkeuzevragen
Tweevoudige vragen
Opties voor
gegevensinvoer
Een lijst met de keuzemogelijkheden wordt weergegeven.
Druk op de pijl naast de lijst en kies de instelling.
Deze opties schakelen een functie in of uit. Druk op het
selectievakje naast de optie om deze in te schakelen. Druk hier
opnieuw op om de optie uit te schakelen.
U moet de informatie voor uw locatie opgeven (bijvoorbeeld
de printernaam of het IP-adres). Voer informatie in met het
toetsenbord op het bedieningspaneel van de digitale pers.
Loading...
+ 58 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.