Wolf Garten LOOPO M1000, LOOPO M2000, LOOPO M1500 User manual

Loopo M1000 / M1500 / M2000
www.WOLF-Garten.com
NL
Uw veiligheid is belangrijk voor ons -
Lees alle veiligheidswaarschuwingen in de handleiding aan­dachtig en wees extra voorzichtig door kinderen en huisdieren weg te houden van het gazon wanneer de Robotmaaier aan het werk is.
Veiligheid .....................
2
Installatie ....................
Snelle naslag ................
13
53
Veiligheid
BELANGRIJK! LEES DIT ZORGVULDIG VOOR HET GEBRUIK EN BEWAAR DE GIDS OM HEM LATER TE KUNNEN
RAADPLEGEN.
Definities waarschuwingsplaatjes
Veiligheidswaarschuwingen en voorzorgsmaatregelen
Veiligheidsfuncties
Laat de maaier niet door kinderen gebruiken of bedienen. Kinderen moeten altijd onder toezicht staan.
2 3
Definities waarschuwingsplaatjes
1 2 3 4 5 6 7
1. Dit is een gevaarlijk, aangedreven gereedschap. Wees voorzichtig wanneer u met de maaier werkt en volg alle veiligheidsinstructies en waarschuwingen.
2. Lees de veiligheidshandleiding aandachtig voor u uw maaier gebruikt.
3. Pas op voor voorwerpen die tijdens de werking worden weggeslingerd.
4. Blijf tijdens het gebruik op een veilige afstand van de maaier. Houd mensen en in het bijzonder kinderen, huisdieren en omstanders weg van de plaats waar de maaier aan het werk is.
5. LET OP – Raak het draaiende mes niet aan. Houd uw handen en voeten uit de buurt en probeer niet om de maaier op te tillen.
6. Activeer de veiligheidssleutel voor u aan de maaier werkt of hem optilt (zie sectie 3B.).
7. Rijd nooit op de maaier.
Ruim de maaier of een onderdeel ervan nooit op als niet­gesorteerd huishoudelijk afval. Ze moeten gescheiden opgehaald worden.
Dit product voldoet aan de relevante richtlijnen van de EU.
Dit symbool betekent dat de voeding dubbel geïsoleerd is.
Veiligheidswaarschuwingen en voorzorgsmaatregelen
A. Voor u begint
1. Lees deze veiligheidshandleiding aandachtig door voor u de
maaier gebruikt, om vertrouwd te raken met zijn bedieningen en correcte gebruik.
2. Laat de machine nooit gebruiken door kinderen,
personen met een fysieke, zintuiglijke of geestelijke beperking, personen met een gebrek aan kennis en ervaring en personen die niet vertrouwd zijn met de gebruiksinstructies. Plaatselijke reglementen kunnen leeftijdsbeperkingen opleggen aan de gebruiker. U bent verantwoordelijk voor ongevallen of schade aan andere personen of hun eigendom.
3. Het is uw verantwoordelijkheid om uw buren te informeren
over de risico's. U moet hen verbieden uw gazon te betreden terwijl de maaier aan het werk is.
4. Als uw gazon aan de straat en/of het gazon van de buren
grenst, moet u tijdens de werking van de maaier aanwezig zijn om te beletten dat mensen op uw gazon komen. Ofwel moet u uw gazon buurt van de
beveiligen/omheinen zodat mensen niet in de
maaier kunnen komen terwijl hij werkt.
B. Voorbereidingen
1. Zorg voor een correcte plaatsing van de perimeterdraad,
volgens de instructies.
2. Inspecteer het terrein waar de maaier wordt gebruikt
regelmatig. Verwijder alle stenen, takken, draden en vreemde voorwerpen.
3. Controleer regelmatig visueel of het mes niet versleten
of beschadigd is. Vervang een versleten of beschadigd mes (Artikelnr. MRK7003A /MRK7003W).
4 5
C. Bediening
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSWAARSCHUWING!
Laat de maaier niet zonder toezicht werken als u weet dat er huisdieren, kinderen of mensen in de buurt zijn. Maai nooit terwijl mensen (vooral kinderen) of huisdieren in de buurt zijn.
1. Gebruik de maaier niet wanneer een veiligheidsvoorziening
of een onderdeel beschadigd, versleten of defect is.
2. Houd handen en voeten uit de buurt van de messen en
andere bewegende onderdelen.
3. Zet de veiligheidsschakelaar altijd uit voor u de maaier optilt
of afstellingen wilt uitvoeren.
4. Til de maaier nooit op en draag hem nooit terwijl de motor werkt.
5. Raak het mes niet aan voor het volledig tot stilstand is gekomen.
6. Gebruik de maaier niet voor een ander doel dan het maaien
van het gazon.
7. Laat alle beveiligingen, schermen, veiligheidsvoorzieningen
en sensoren op hun plaats. Herstel of vervang beschadigde onderdelen, inclusief de veiligheidsplaatjes.
8. Programmeer de wekelijkse maaibeurten op momenten
waarop niemand op het gras is.
9. Sluit een beschadigd stroomsnoer niet aan op het stopcontact
en raak het niet aan voor de stekker uit het stopcontact is genomen, om een elektrische schok te voorkomen.
10. Houd het verlengsnoer weg van het mes, zodat de maaier
het niet beschadigt. Een beschadigd stroomsnoer kan een elektrische schok veroorzaken.
11. Als het stroomsnoer tijdens het gebruik wordt beschadigd
of in de war raakt, moet u het afkoppelen door de stekker uit het stopcontact te halen.
12. In het geval van een ongeluk of een defect terwijl de maaier
aan het werk is, moet u onmiddellijk op de rode STOP knop drukken.
D. Transport
Binnen het werkgebied:
13. Druk op STOP om de maaier te stoppen.
14. Gebruik de afstandsbediening.
(verkrijgbaar als accessoire of via de mobiel plaats naar de andere te laten rijden.
15. Als er een niveauverschil is, zet u de
veiligheidsschakelaar uit en draagt u de maaier aan de draaggreep.
Voor lange afstanden: Zet de veiligheidsschakelaar uit voor u uw maaier over lange
afstanden vervoert.
e app) om de maaier van de ene
BELANGRIJK! Het is aanbevolen dat u de oorspronkelijke verpakking bewaart voor het geval u de maaier zou moeten verzenden.
6 7
E. Werken met de afstandsbediening
(met de hand maaien)
1. Maai alleen bij daglicht of goed kunstlicht en maai niet als het
gras nat is.
2. Bedien de maaier niet op blote voeten of met open
sandalen aan. Draag altijd stevig schoeisel en een lange broek; zorg dat u op hellingen altijd stabiel staat.
3. Wees zeer voorzichtig wanneer u de maaier naar u toe draait.
4. Schakel altijd de motor in volgens de instructies en houd uw
voeten goed uit de buurt van het mes.
5. Maai niet handmatig op een helling van meer dan 15 graden of
waar u niet stevig kunt staan.
F. Accu’s
1. Open of beschadig de accu niet.
2. De accu bevat elektrolyt. Ga bij een lek van elektrolyt uit
de accu als volgt te werk:
• Contact met de huid: was de zones die in contact geweest zijn onmiddellijk met water en zeep.
• Contact met de ogen: onmiddellijk gedurende 15 minuten met veel water spoelen, zonder te wrijven.
• Zoek medische hulp.
3. Zorg dat de accu met de door de fabrikant geadviseerde lader wordt opgeladen. Een verkeerd gebruik kan leiden tot elektrische schok, oververhitting of lekkage van bijtende vloeistof uit de accu.
G. Onderhoud en speciale instructies
1. Zet de veiligheidsschakelaar altijd uit voor u blokkeringen verwijdert, de maaier inspecteert/schoonmaakt of eraan werkt, of wanneer u de machine op schade onderzoekt nadat ze een vreemd voorwerp heeft geraakt. Probeer te herstellen of af te stellen terwijl hij werkt.
2. Als de maaier abnormaal trilt, moet u hem uitschakelen, de veiligheidsschakelaar uitzetten en het mes op beschadigingen controleren. Vervang een versleten of beschadigd mes (Artikelnr. MRK7003A/MRK7003W) om een goede balans te behouden. Raadpleeg de onderhoudsdienst als de trillingen aanhouden.
3. Gebruik zware veiligheidshandschoenen wanneer u het mes nakijkt of vervangt.
4. Voer nooit onderhoud uit terwijl u blootsvoets bent of open sandalen draagt. Draag altijd geschikte werkschoenen en een lange broek.
5. Vervang versleten of beschadigde onderdelen voor uw veiligheid.
nooit de maaier
6. Gebruik uitsluitend origineel gereedschap en originele accessoires. Het is niet toegestaan het oorspronkelijke ontwerp van de maaier te wijzigen. Alle aanpassingen zijn op uw eigen risico.
7. Gebruik uitsluitend vervangende messen van het juiste type (Artikelnr. MRK7003A/MRK7003W).
8. Volg de instructies van de fabrikant voor het onderhoud/de service/het schoonmaken van de maaier.
8 9
9. Zorg dat alle moeren, bouten en schroeven goed vastzitten, zodat de machine veilig werkt.
WAARSCHUWING!
Als er gevaar op onweer is, moet u de perimeterdraad afkoppelen van het basisstation / de perimeterschakelaar en de stekker van de voeding uit het 230/120 V stopcontact halen.
H. Levenseinde van het product
1. De maaier en zijn accessoires moeten op het einde van hun levenscyclus apart gescheiden opgehaald worden om te voorkomen dat elektrisch en elektronisch afval worden gestort en om de kwaliteit van het milieu te beschermen.
2. Gooi de maaier of een onderdeel ervan (met inbegrip van de voeding en het basisstation) nooit weg als niet-gesorteerd huishoudelijk afval – ze moeten gescheiden opgehaald worden.
3. Informeer bij uw plaatselijke dealer over de beschikbare systemen voor de inlevering en de ophaling.
4. Verbrand de accu niet en doe gebruikte accu’s niet bij uw huishoudelijke afval.
5. De accu moet worden ingezameld, zodat hij gerecycled of op een milieuvriendelijke manier verwerkt kan worden.
Veiligheidsfuncties
WAARSCHUWING!
Uw maaier is van verscheidene ingebouwde beveiligingen voorzien. De maaier is echter een gevaarlijk toestel met een scherp mes dat personen die ermee in contact komen ernstig kan verwonden. Daarom is het volstrekt verboden het gazon te betreden terwijl de maaier aan het werk is. Als alternatief moet u de maaier uitschakelen wanneer mensen (vooral kinderen) en huisdieren op het gazon verblijven.
A. Kinderslot
Het kinderslot voorkomt dat de maaier onvoorzien gaat werken als toevallig een knop wordt ingedrukt. U moet twee knoppen in de juiste volgorde indrukken om de machine te starten. U moet het kinderslot activeren als kinderen jonger dan 6 jaar in contact kunnen komen met de maaier.
B. Diefstalbeveiliging / Veiligheidssleutel
De diefstalbeveiliging/veiligheidssleutel verhindert het gebruik of het verrijden van de maaier, tenzij na het invoeren van een geldige code. De maaier zal u vragen een code van vier cijfers als persoonlijke veiligheidscode in te voeren. Het is stellig aanbevolen deze functie te activeren om te voorkomen dat kinderen of mensen die de maaier niet kennen of niet mogen gebruiken de maaier inschakelen.
10 11
C. Tilsensor
Als de maaier wordt opgetild terwijl het mes draait, zal het mes onmiddellijk stoppen.
D. Kantelsensor
Als de maaier naar een verticale stand wordt gekanteld, zal het mes onmiddellijk stoppen.
E. Bumpersensor
Tijdens de werking detecteert uw maaier obstakels op zijn weg. Als de maaier op een obstakel stoot, stopt het mes onmiddellijk, stopt de beweging in de richting van het obstakel en zal de maaier achteruit rijden.
F. Noodstopknop
Een druk op STOP tijdens de werking brengt de maaier en de messen onmiddellijk tot stilstand.
G. Veiligheidsschakelaar
Door het uitschakelen van de veiligheidsschakelaar zal voorkomen worden dat de maaier werkt. U moet de schakelaar uitzetten voor u de maaier optilt en voor u met onderhoud begint.
H. Basisstation/perimeter-schakelaar en
perimeter-draad
De maaier kan niet werken zonder een geïnstalleerde en via het basisstation/perimeterschakelaar geactiveerde perimeterdraad. Als het signaal van de perimeterdraad uitvalt, stopt de maaier met werken.
Aan de slag. Ik kan niet wachten om uw gazon te maaien.
Nooit meer zelf het gras maaien
Proficiat met uw aankoop! Nog heel even en u kunt kennismaken met uw beste teamspeler. U zult weldra op uw nieuwe vriend kunnen rekenen om uw gazon perfect te maaien.
De maaier zal op vooraf bepaalde dagen en uren automatisch uit zijn basisstation vertrekken, uw gazon maaien en naar het basisstation terugkeren om zich op te laden.
Een vooraf geïnstalleerde perimeterdraad bepaalt de grenzen (als een "virtueel hek") voor uw maaier. Hij rijdt langs de rand van het gazon en rond voorwerpen die u wilt beschermen.
De maaier beweegt willekeurig binnen de door de perimeterdraad afgebakende werkzone. De willekeurige beweging zorgt voor een perfecte maaibeurt van de volledige oppervlakte van uw gazon.
Hij richt zich op de perimeterdraad, voor een nauwkeurige, foutloze afwerking van de randen.
Consistent maaien geeft een mooi gazon, en dat is net wat een robotmaaier doet.
Na een snelle en eenvoudige installatie kunt u van uw vrije tijd genieten terwijl uw nieuwe vriend voor uw gazon zorgt.
14 15
Wat gaan we nu doen?
Een correcte installatie van uw maaier zal een optimaal resultaat garanderen. U moet het volgende doen om uw maaier voor te bereiden om perfect voor u te werken:
Ken uw gazon
Wat voor gazon heeft u?
Instellen en testen
Setup en proefrit
Inschakelen
Steek de stekker van de
voeding in het stopcontact
Aan de slag
Kies de plaats van het
basisstation
Plaats de draad
Bepaal de "virtuele omheining"
Wat zit er in de doos
Het product
Uw nieuwe robotmaaier
Basisstation met verlengsnoer
Het basisstation laadt de maaier op. Het laagspanningsnoer van 15 m verbindt het basisstation met de voeding
GEBRUIKERSGIDS
Voeding
De voeding voor het opladen van uw maaier
Gebruikersgids
16 17
Perimeterdraad
Bakent het werkgebied van uw maaier af
Mesgereedschap
Om de messen veilig te verwijderen
Extra aansluitconnector
Om de perimeterdraad op het basisstation aan te sluiten
Hulpstuk maaihoogte
Om de maaihoogte gemakkelijker aan te passen
Draadconnectors
Om de perimeterdraad te repareren als hij onderbroken is
RoboRuler
Om de afstand van de perimeterdraad tot de rand van het gazon te meten
Haringen voor het basisstation (x4)
Om het basisstation aan de grond te bevestigen
Draadpennen
Om de draad aan de grond te bevestigen
Klaar? Aan de slag...
Ken uw gazon
Een goed begrip van uw gazon zal onnodige vergissingen voorkomen en de installatie gemakkelijker en eenvoudiger maken.
Als u uw gazon kent, kunt u ook delen van deze handleiding overslaan omdat ze niet relevant zijn voor uw gazon.
Hoe ziet uw gazon eruit?
Type A
Alleen basiszone
Uw gazon is een doorlopende zone en overal breed genoeg om de maaier te laten passeren (op het smalste punt ten minste 2 m breed).
Basiszone
Type B
Basiszone + subzone
Uw gazon bestaat uit meer dan één zone. De verschillende zones zijn met een smalle doorgang (1-2 m breed) met elkaar verbonden. De maaier kan tussen de zones rijden om het volledige gazon te maaien.
18 19
Basiszone
Subzone
Basiszone
Aparte zone
Type C
Basiszone + aparte zone
Uw gazon bestaat uit één of meer zones die niet met elkaar verbonden zijn (gescheiden door een omheining, een voetpad, een pad of een andere hindernis). De maaier kan niet tussen deze zones rijden.
Type D
Basiszone + subzone + aparte zone
Subzone
Basiszone
Aparte zone
Sommige delen van uw gazon zijn met door een smalle doorgang (tot 2 m breed) en sommige delen zijn volledig van de basiszone gescheiden door een omheining, een pad en de maaier naar het andere deel rijden.
de basiszone verbonden
of een andere hindernis
kan niet van het ene
Aan de slag
Kies de locaties voor het basisstation en de voeding
Het basisstation laadt uw maaier op en het begin en eind van de perimeterdraad worden erop aangesloten. In deze stap van de installatie bepaalt u de beste plaats voor het basisstation.
Het basisstation zal later worden geïnstalleerd, nadat de
TIP
perimeterdraad geplaatst is.
Beslis welk installatietype het juiste voor u is
Het basisstation kan op twee manieren worden geïnstalleerd:
Binnen het gazon Interne installatie
20 21
Bij een hoek Externe installatie
Volg deze eenvoudige richtlijnen om uw basisstation te plaatsen
Overweging A
Maximaal 15 meter van een stopcontact.
Voeding
Basisstation
15 m Verlengsnoer (laagspanning)
Overweging B
Minimaal 1,5 m rechte draad voor het basisstation en minimaal 10 cm achter het basisstation, zodat de maaier vlot in en uit kan rijden.
Min. 10 cm
Min. 1,5 m
22 23
Loading...
+ 55 hidden pages