WHIRLPOOL WDWG 75148 EU User Manual [nl]

1
2
3
De duur van het programma wordt op het display weergegeven.
Snelgids
DANK U WEL VOOR UW AANKOOP VAN EEN WHIRLPOOL PRODUCT
Voor verdere assistentie kunt u het apparaat registeren op
www.whirlpool.eu/register
Lees de instructies aandachtig voordat u het apparaat gebruikt.
Voordat u de wasmachine in gebruik neemt, moeten de transportschroeven verwijderd worden. Kijk voor meer gedetailleerde instructies over het verwijderen ervan in de Installatiegids.
BEDIENINGSPANEEL
1. Aan/Uit-Toets
2. Programmakeuzetoets
3. Start/Pauze-toets
4. Temperatuurtoets
5. Bonte FreshCare+-toets
6. Toets Alleen drogen/
Toetsvergrendeling
7. Toets Droogmodus
8. Display
9. Toets Startvertrager
10. Toets Centrifugeren
21
3410
PROGRAMMATABEL
Max belading 7 Kg Stroomverbruik in uitgeschakelde modus is 0,5 W / in ingeschakelde modus 8,0 W.
Programma
GEMENGDE WAS
KATOEN 2
SYNTHETISCH 3
SNEL 30’
SPORT
WAS & DROOG 45’ 30°C 1400
WAS & DROOG 90’ 30°C 1200 2 2 -
CENTRIFUGE & WATE
RAFVOER *
SPOELEN & CENTRI
FUGE
WITTE WAS
ECO KATOEN
WOL
FIJNE WAS
COLOURS 15° 15°C 1000 4,5 4,5 -
Dosering nodig Dosering optioneel
Het is aan te raden om voor wasprogramma’s met temperaturen boven 50°C poederwasmiddel in plaats va n vloeibaar wasmid del te gebruiken, en de aa nwijzingen op de verp akking van het wasmiddel op te volgen.
Voor alle Testinstellingen
1) Het programma te sten in overeenstemmi ng met de norm EN 50229 (Wassen): k ies het “ ” programm a op een temperatuur v an 60°C.
2) Lang katoe nprogramma: stel he t “ “programma i n op een temperatuur v an 40°C.
3) Programma s yntetisch lang: stel he t programma in op “ “, met een temper atuur van 40°C. Het progr amma testen in overeens temming met de norm EN 50229 (D rogen): selectee r het
wasprogramma “ ” en stel het dro ogniveau “ ” in voor beide ladingen. De eerste keer moet het drogen worden uitgevoerd met de nominale lading.
Beschikbare
tempera-
turen
- 40°C
- 60°C
- 60°C
- 30°C
- 40°C
- 90°C
- 60°C
- 40°C
- 30°C
Max. cen­trifugeer-
snelheid
(rpm)
1000
1400
1200
800 - 3,5 - -
600
- 1400 7 5 - - - - -
- 1400 7 5 - -
1400
1400
800
Drogen
0
Max. lading voor wascy-
clus (kg)
4,5 4,5
7 5 -
4,5 4,5 -
4 4 -
1 1 -
7 5
7 5 -
2 2 -
1 1 -
DISPLAYINDICATORS
5
Wasfase
Geeft de wasfase van de cyclus aan
Droogfase FreshCare+ geactiveerd Toetsblokkering geactiveerd Alleen drogen Timer droogmodus Automatische niveaus drogen Startvertrager geactiveerd Deur vergrendeld
9
Max. lading voor droog-
cyclus (kg)
* Selecteer het programma en stel de centrifugeersnelheid in op “0” om alleen te legen.
De cyclusduu r die op het display of in de ha ndleiding staat aange geven is een geschatte tijd die wordt berekend voor standaard condities. De werkelijke cyclustijd kan afwijken vanwege een aantal verschillende factoren, zoals de temperatuur en druk van het toevoerwater, de omgevingstemperatuur, hoeveelheid wasmiddel, afmeting en soort waslading, het evenwicht van de lading en eventuele extra geselecteerde functies.
6th Sense - de sensortechnologie past het water- en energieverbruik en de programmaduur aan uw was aan.
8
Duur (Mi-
nuten)
6
7
Wasmiddel en nabehandelings-
Voor-
was
(90°)
producten
Hoofdwas
1 2 3
-
Wasver-
zachter
Aanbevolen was-
middel
del
-
-
-
-
-
- -
-
-
-
Vloei-
was-
middel
Poeder-
wasmid-
NL
baar
PRODUCTBESCHRIJVING
1. Werkblad
2. Wasmiddeldoseerbakje
3. Bedieningspaneel
4. Deurknop
5. Deur
7. Verstelbare pootjes (4)
WASMIDDELDOSEERBAKJE
1.
2.
7.
Vak 1: Voorwasmiddel (poeder) Vak 2: Wasmiddel voor hoofdwas (poeder
3.
of vloeibaar) Vak 3: Wasversterkers (wasverzachter, enz.)
De wasverzachter mag het opschrift ‘MAX’
4.
niet overschrijden. ! Gebruik waspoeder voor witte katoenen
5.
was, voor de voorwas en voor het wassen op temperaturen van meer dan 60°C.
6.
! Volg de aanwijzingen op de wasmiddelverpakking.
PROGRAMMA 'S
Om het juiste programma voor uw soort wasgoed te kiezen, altijd de instructies op de waslabels van het wasgoed in acht nemen. De waarde gegeven in het symbool met de wasmachine is de maximumtemperatuur die mogelijk is om dit kledingstuk te wassen.
Gemengde Was
voor het wassen van licht tot normaal vervuilde veerkrachtige kleding van katoen, linnen, synthetische weefsels en gemengde weefsels.
Katoen
voor het wassen van normaal tot zwaar vervuilde handdoeken, ondergoed, tafel- en bedlinnen enz. van veerkrachtig katoen en linnen.
Synthetisch
voor het wassen van normaal vervuilde kleding van synthetische weefsels (zoals polyester, polyacryl, viscose, enz.) of katoen/synthetische weefsels.
Snel 30’
voor het snel wassen van licht vervuilde kleding: deze cyclus duurt maar 30 minuten, en bespaart tijd en energie. Maximum lading 3,5 kg.
Sport
Voor licht bevuilde sportkleding (joggingpakken, shorts, enz.). Voor de beste resultaten, raden we aan de maximale belading aangegeven in de‘‘PROGRAMMATABEL‘‘ niet te overschrijden. We raden aan vloeibaar wasmiddel te gebruiken en de hoeveelheid voor een halve lading in te brengen.
Was & Droog 45’
voor het snel wassen en dro gen van licht vervuild katoen en synth etische kleding. Met deze cyclus wordt een waslading tot 1 kg in maar 45 minuten gewassen.
Was & Droog 90’
voor het snel wassen en drogen van katoen en synthetische kleding. Met deze cyclus wordt een waslading tot 2 kg in maar 90 minuten gewassen.
Centrifuge & Waterafvoer
centrifugeert de waslading en leegt daarna het water. Voor veerkrachtige kleding.
Spoelen & Centrifuge
spoelt en centrifugeert daarna. Voor veerkrachtige kleding.
Witte Was
Normaal tot sterk vervuilde en stevige katoenen en linnen was, zoals handdoeken, ondergoed, tafellakens enz. Alleen wanneer de temperatuur ingesteld is op 90°C voorziet de cyclus een voorwas vooraleer de hoofdwas te starten. In dat geval wordt aanbevolen het wasmiddel zowel tijdens de voorwas als tijdens de hoofdwas toe te voegen.
Eco Katoen voor het wassen van normaal vervuilde kleding. Bij 40 °C en 60 °C is dit het standaard katoenprogramma en het meest doeltreend wat betreft water- en energieverbruik.
Wol
Alle kledingstukken in wol kunnen gewassen worden met het programma “Wol”, zelfs degenen met het label “alleen handwas”.. Voor de beste resultaten, gebruik aangewezen wasmiddelen en overschrijdt het max. aantal kg was niet in de trommel.
Fijne Was voor het wassen van bijzonder jne kleding. Bij voorkeur voor het wassen de kleding binnenstebuiten doen.
Colours 15°
Deze cyclus helpt de kleuren te beschermen door te wassen in koud water (15°C) en verbruikt minder energie om het water te verwarmen, terwijl toch bevredigende resultaten verkregen worden. Geschikt voor licht bevuilde stoen zonder vlekken. Deze cyclus biedt wasresultaten vergelijkbaar met gemengde was op 40°C aan slechts 15°C.
Indicator deur vergrendeld als het symbool uit is, is de deur vergrendeld. Om schade te voorkomen, wacht tot het symbool aangaat voordat u de deur opent. Om de deur te openen terwijl een cyclus bezig is, drukt u op de toets “Start/Pauze” ; als het symbool brandt, kan de deur worden geopend.
EERSTE GEBRUIK
Na de installatie en voor u de wasautomaat in gebruik neemt, dient u een wascyclus uit te voeren met wasmiddel maar zonder wasgoed, op het programma (60°).
DAGELIJKS GEBRUIK
Bereid het wasgoed voor volgens de aanbevelingen in het deel ‘TIPS EN ADVIEZEN’.
- Druk op de ON/OFF-toets ; het controlelampje van de “Start/ Pauze”-toets wordt groen en knippert langzaam.
- Open de deur. Laad het wasgoed in en zorg ervoor nooit de laadhoeveelheid te overschrijden die staat aangegeven in de programmatabel.
- Trek het bakje naar buiten en doe het wasmiddel in de speciale bakjes, zoals aangegeven in het deel ‘WASMIDDELLADE’.
- Sluit de deur.
- Kies met de PROGRAMMAKNOP het gewenste programma; hiermee zijn een temperatuur en een centrifugesnelheid verbonden die gewijzigd kunnen worden. Op het display verschijnt de duur van de cyclus.
- De machine geeft automatisch de standaardwaarden voor temperatuur en centrifugeersnelheid voor de geselecteerde cyclus weer, of de meest recent gebruikte instellingen als ze compatibel zijn met de geselecteerde cyclus.
- Selecteer desgewenst de droogcyclus.
- Selecteer de gewenste opties.
- Druk op de “Start/Pauze”-toets om de wascyclus te starten; het relatieve indicatielampje gaat continu branden en de deur wordt vergrendeld (symbool uit).
EEN LOPEND PROGRAMMA ONDERBREKEN
Om de wascyclus te pauzeren, drukt u nogmaals op de “Start/Pauze”­toets ; het indicatielampje knippert. Als het symbool brandt, kan de deur worden geopend. Om de wascyclus te starten vanaf het punt waarop deze werd onderbroken, drukt u nogmaals op de “Start/Pauze”­toets .
OPEN DE DEUR ALS DAT NODIG IS
Zodra een cyclus begint, wordt het symbool uitgeschakeld om aan te geven dat de deur niet kan worden geopend. Terwijl een wascyclus loopt, blijft de deur op slot. Om de deur te openen terwijl een cyclus aan de gang is, bijvoorbeeld om kleding toe te voegen of te verwijderen, drukt u op de “Start/Pauze”-toets om de cyclus te pauzeren; het indicatielampje knippert. Als het symbool brandt, kan de deur worden geopend. Druk nogmaals op de “Start/Pauze”-toets om de cyclus voort te zetten.
WIJZIGEN VAN EEN WASPROGRAMMA TERWIJL HET BEZIG IS
Om een wascyclus te wijzigen terwijl deze bezig is, pauzeert u de wasmachine met de “Start/Pauze”-toets (het relatieve indicatielampje knippert), selecteert u vervolgens de gewenste cyclus en drukt u nogmaals op de “Start/Pauze”-toets . ! Om een reeds begonnen cyclus te annuleren, houdt u de ON/OFF­toets ingedrukt. De cyclus wordt gestopt en de machine wordt uitgeschakeld.
PROGRAMMAEINDE
Dit wordt aangegeven door het woord “END” op het display; wanneer het symbool aangaat, kan de deur worden geopend. Open de deur, laad het wasgoed uit en schakel de machine uit. Als u niet op de ON/OFF-toets
drukt, wordt de wasmachine na ongeveer een half uur automatisch uitgeschakeld. Draai de waterkraan dicht, open de deur en maak de wasmachine leeg. Laat de deur op een kier staan om de trommel te laten drogen.
OPTIES
! Als de geselecteerde optie niet compatibel is met de programma-
instelling, zal dit gebrek aan compatibiliteit aangegeven worden door een zoemer en zal het relatieve lampje knipperen. ! Als de geselecteerde optie niet compatibel is met een andere eerder ingestelde optie, zal alleen de meest recente selectie actief blijven.
FreshCare+
Deze optie vergroot de wasprestaties door stoom te genereren wat de verspreiding van vieze geuren in de machine voorkomt. Na de stoomfase zal de wasmachine de trommel langzaam laten draaien. De optie FreshCare+ start na het einde van de cyclus en duurt maximaal 6 uren. De functie kan op elk moment onderbroken worden door te drukken op een willekeurige toets van het bedieningspaneel of door de knop te draaien. Wacht ongeveer 5 minuten vooraleer de deur te openen.
Start selectie
Voor het instellen van het gekozen tijdstip voor het starten op een later tijdstip de toets indrukken, om de gewenste uitsteltijd in te stellen.
60°
40°
60°
40°
Snelgids
Wanneer deze functie wordt ingeschakeld gaat het h. symbool op het display branden. Om de uitgestelde start te annuleren opnieuw de toets indrukken totdat de waarde “0” op het display wordt weergegeven.
Temperatuur Elk programma heeft zijn eigen temperatuur. Als u die temperatuur wilt veranderen, druk op de toets “Temperatuur” op de display.
Centrifugeren
Elk programma heeft zijn eigen centrifugesnelheid. Als u die snelheid wilt veranderen, druk op de toets “Centrifuge” . De waarde verschijnt op de display.
Het drogen instellen
De eerste keer dat u op de toets drukt zal het apparaat automatisch het maximale droogniveau selecteren dat past bij het geselecteerde programma. Elke volgende keer dat u op de toets drukt zal het niveau dalen, waarna ook de droogtijd, totdat het zal worden uitgesloten, aangegeven do or “OFF”. Het is mogelijk het drogen in te stellen: A- Aan de hand van het gewenste droogniveau: Kast : geschikt voor wasgoed dat direct in de kast kan worden gelegd, zonder te worden gestreken. Hanger : ideaal voor die kledingstukken die geen volledige droging nodig hebben. Strijk : geschikt voor wasgoed dat naderhand moet worden gestreken. De overgebleven vochtigheid zal de vouwen verzachten en het verwijderen ervan vergemakkelijken. B - Op tijdsbasis: van 210 tot 30 minuten. Als in een uitzonderlijk geval de lading wasgoed voor wassen en drogen meer is dan het toegestane maximum (zie Programmatabel), dan voert u eerst het wassen uit. Aan het einde hiervan verdeelt u de lading en laadt u één gedeelte in de trommel. Volg nu de aanwijzingen voor het uitvoeren van “Alleen drogen”. Herhaal deze handelingen met de rest van de lading. Aan het einde van de droogcyclus wordt altijd een afkoeltijd ingezet.
Alleen drogen
Druk op de toets als u het wasgoed alleen wilt drogen. Nadat u het gewenste programma heeft geselecteerd, dat compatibel is met het te behandelen wasgoed, kunt u op de toets drukken. Hiermee sluit u de wasfase uit en wordt de droogcyclus gestart met de maximaal voorziene droogtegraad die bij het gekozen programma kan worden uitgevoerd. Het is mogelijk de droogtegraad of de droogtijd te wijzigen door op de toets drogen te drukken.
. De waarde verschijnt
NL
De pomp reinigen
De wasautomaat is voorzien van een zelfreinigende pomp en hoeft dus niet te worden onderhouden. Het kan echter gebeuren dat kleine voorwerpen (muntjes, knopen) in het voorvakje dat de pomp beschermt en zich aan de onderkant ervan bevindt, terechtkomen. ! Verzekert u zich ervan dat de wascyclus klaar is en trek de stekker uit het stopcontact.
Toegang tot het voorvakje:
1. draai het deksel van de afvoerpomp los door hem linksom te draaien: het is normaal dat er een beetje water wegstroomt;
2. maak de binnenkant goed schoon;
3. schroef het deksel er weer op;
De watertoevoerslang controleren Controleer minstens een keer per jaar de slang van de watertoevoer. De slang moet worden vervangen als er scheuren of barsten te zien zijn: gedurende het wassen kan de hoge waterdruk onverwachts breuken veroorzaken. ! Gebruik nooit tweedehands slangen.
BALANCEERSYSTEEM VAN DE LADING
Om overmatige trillingen te vermijden verdeelt de automaat de lading voor het centrifugeren op een gelijkmatige manier. Dit gebeurt door de trommel te laten draaien op een snelheid die iets hoger ligt dan de wassnelheid. Als na herhaaldelijke pogingen de lading nog steeds niet goed is gebalanceerd, zal de wasautomaat de centrifuge op een lagere snelheid uitvoeren dan die voorzien was. Als de lading zeer uit balans is zal de wasautomaat een verdeling uitvoeren in plaats van een centrifuge. Teneinde een betere distributie van de waslading en een juiste balancering te bereiken raden wij u aan kleine en grote kledingstukken te mengen.
TRANSPORT EN BEHANDELING
De wasmachine nooit optillen door het aan het werkblad vast te houden.
Trek de stekker uit het stopcontact en sluit de waterkraan. Controleer of de deur van de wasmachine en het wasmiddelbakje goed dicht zitten. Koppel de toevoerslang los van de waterkraan en verwijder de afvoerslang van uw aftappunt. Verwijder al het restwater uit de slangen, en zet ze zo vast dat ze niet beschadigd kunnen raken tijdens het vervoer. De transportschroeven opnieuw vastzetten. Volg de instructies voor het verwijderen van de transportschroeven in de INSTALLATIEGIDS in omgekeerde volgorde.
TOETSBLOKKERING
voor het vergrendelen van het bedieningspaneel de toets ongeveer 3 seconden ingedrukt houden, het symbool op het display brandt, om aan te geven dat het controlepaneel is vergrendeld (met uitzondering van de -toets). Dit voorkomt onbedoelde wijzigingen aan programma’s, vooral met kinderen bij de machine. Wanneer er een poging wordt gedaan om het bedieningspaneel te gebruiken gaat het symbool op het display knipperen. Voor het ontgrendelen van het bedieningspaneel de toets ongeveer 3 seconden ingedrukt houden.
HINTS EN TIPS
Sorteer het wasgoed op
Soort stof/waslabel (katoen, gemengde vezels, synthetische stoen, wol, handwas artikelen). Kleur (gekleurde en witte artikelen scheiden, nieuwe gekleurde artikelen apart wassen). Fijne was (kleine artikelen – zoals panty's en artikelen met haken – zoals bh's – in een kledingzak of kussensloop met rits wassen).
MAAK ALLE ZAKKEN LEEG
Voorwerpen als munten of aanstekers kunnen uw wasgoed en de trommel beschadigen.
ONDERHOUD EN REINIGING
Schakel de machine uit en koppel hem los van het elektriciteitsnet voor alle reinigings- en onderhoudswerkzaamheden. Gebruik geen brandbare vloeistoen voor het reinigen van de wasautomaat.
Water en elektrische stroom afsluiten Draai de waterkraan na elke gebruik dicht. Hiermee beperkt u slijtage van de waterinstallatie van de wasmachine en voorkomt u lekkage. Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de wasmachine gaat schoonmaken en gedurende onderhoudswerkzaamheden. De wasautomaat schoonmaken De buitenkant en de rubberen onderdelen kunnen met een spons en een lauw sopje worden schoongemaakt. Gebruik nooit schuurmiddelen of oplosmiddelen. De wasmiddellade schoonmaken Maak de lade onder stromend water schoon; deze reiniging moet regelmatig worden uitgevoerd. De deur en de trommel verzorgen Laat de deur altijd op een kier staan om nare luchtjes te vermijden.
Loading...
+ 4 hidden pages