Whirlpool HUDSON 1600, PRESTIGE 2486E, AWO 6448, WAK ECO 4590, WAECO 8770 BK, WAK 3471, AWOE 9147, AWOD 8451, AWO 9676 GREEN, WAK ECO 4580, WAK 3673, WAKE 843, WAK ECO 4570, WAK 2770, WAK 3473, WAK 3470, WAK ECO 3570, WAK 3462, EXCELLENCE 2460, EXCELLENCE 2489E, NEWPORT 1600, PARIS 1400, BA 7011 WA AB, PURE 10140, NEWPORT 1400, PORTLAND 1600, PURE 3486, PORTLAND 1400, PRESTIGE 3486, NEW YORK 1400, MEMPHIS 3476, MEMPHIS 3576, LONDON 1400, MEMPHIS 3487, KOBLENZ 4570, KOBLENZ 4590, DENVER 1600, HAMPTON 1400, AWO 6566, WAK 2570 INSTRUCTION FOR USE [nl]
GEBRUIKSOMSCHRIJVING
Deze wasmachine is uitsluitend bestemd voor het
wassen en centrifugeren van in de machine wasbaar
wasgoed, in hoeveelheden die gebruikelijk zijn in
particuliere huishoudens.
Houd u aan de instructies in deze gebruiksaanwijzing,
•
de installatiehandleiding en de programmatabel
wanneer u de wasmachine gebruikt.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing, de
•
programmatabel en de installatiehandleiding; als u
de wasmachine aan iemand anders doorverkoopt,
geef hem of haar dan ook de gebruiksaanwijzing, de
programmatabel en de installatiehandleiding.
VOORDAT U DE WASMACHINE IN GEBRUIK NEEMT
Gebruik alleen nieuwe slangen om de
1.Verwijderen van de verpakking en inspectie
Controleer na het uitpakken of de wasmachine
•
niet beschadigd is. Gebruik de wasmachine in
geval van twijfel niet. Neem in dat geval contact
op met de klantenservice of uw plaatselijke
leverancier.
Bewaar het verpakkingsmateriaal (plastic zakken,
•
polystyreen enz.) buiten bereik van kinderen; het
kan een bron van gevaar vormen.
Indien het apparaat voor aflevering is
•
blootgesteld aan lage temperaturen, laat het
apparaat dan eerst even op kamertemperatuur
komen voordat u het in gebruik neemt.
2.Verwijderen van de
transportschroeven
De wasmachine is uitgerust met transportschroeven
•
om mogelijke interne schade tijdens het vervoer te
voorkomen. Voordat u de wasmachine in gebruik
neemt, moeten de transportschroeven verwijderd
worden.
Dek de openingen af met de 4 bijgesloten plastic
•
doppen.
3.Installeren van de wasmachine
Verwijder de beschermende folie van het
•
regelpaneel (indien aanwezig op uw model).
Verplaats het apparaat zonder dit aan het bovenblad
•
op te tillen.
Plaats de wasmachine op een stabiele en vlakke
•
ondergrond, zo mogelijk in de hoek van een vertrek.
Controleer of alle pootjes stevig op de vloer rusten
•
en controleer of de wasmachine exact horizontaal
staat (gebruik hiervoor een waterpas).
Bij houten of zogenaamde “zwevende” vloeren
•
(bijvoorbeeld bepaalde parket- of
laminaatvloeren) moet het apparaat op een stevig
aan de vloer bevestigde hardboard plaat van 60 x
60 cm en met een minimale dikte van 3 cm
worden geplaatst.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen in de
•
onderkant van de wasmachine (indien aanwezig
op uw model) niet worden geblokkeerd door
tapijt of ander materiaal.
4.Watertoevoer
Sluit de watertoevoerslang(en) op de waterleiding aan
•
volgens de voorschriften van het Waterleidingbedrijf.
Voor modellen met één toevoerklep: koud water
•
Voor modellen met twee toevoerkleppen: koud
•
EN warm water, of alleen koud water (zie de
aparte Installatiehandleiding).
Waterkraan:schroefdraadaansluiting
•
Waterdruk
•
(stroomdruk):100-1000 kPa (1-10 bar).
voor slang van 3/4
•
wasmachine aan te sluiten op de watertoevoer.
Oude slangen mogen niet meer worden gebruikt
en moeten worden weggegooid.
Voor modellen met warmwatertoevoer: de
•
temperatuur van de warmwatertoevoer mag niet
hoger zijn dan 60°C.
5.Afpompen
Sluit de afvoerslang aan op de sifon of haak hem
•
met het elleboogstuk aan de rand van een
wasbak of badkuip.
Als de wasmachine op een ingebouwd
•
afpompsysteem is aangesloten, dient u zich ervan
te verzekeren dat dit systeem is uitgerust met
een ventiel, zodat er niet tegelijkertijd water aanen afgevoerd kan worden (sifoneffect).
6.Elektrische aansluiting
Elektrische aansluitingen moeten tot stand
•
worden gebracht door een bevoegd technicus en
in overeenstemming met de instructies van de
fabrikant en plaatselijke veiligheidsvoorschriften.
Gegevens met betrekking tot spanning,
•
stroomverbruik en beveiligingsvereisten vindt u
op de binnenkant van de deur.
Het apparaat moet op het elektriciteitsnet te
•
worden aangesloten door middel van een
stopcontact dat overeenkomstig de geldende
voorschriften geaard is. De wasmachine moet
volgens de wet geaard zijn. De fabrikant
aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor
schade aan voorwerpen of voor letsel aan
personen of dieren die/dat veroorzaakt is door
het niet in acht nemen van deze voorschriften.
Gebruik geen verlengkabels of meervoudige
•
stopcontacten.
Haal altijd de stekker uit het stopcontact of
•
koppel het apparaat van het elektriciteitsnet
voordat u onderhouds- of
reinigingswerkzaamheden uitvoert.
Na de installatie moeten de stekker of de
•
afkoppeling van het elektriciteitsnet via een
tweepolige schakelaar altijd toegankelijk zijn.
Gebruik de wasmachine niet als deze tijdens
•
transport is beschadigd. Stel in dat geval de
klantenservice op de hoogte.
Het netsnoer mag alleen door de een medewerker
•
van de klantenservice worden vervangen.
Gebruik het apparaat uitsluitend voor
•
huishoudelijke doelen.
Minimale afmetingen behuizing:
Breedte: 600 mm
Hoogte: 850 mm
Diepte: 600 mm
NL 1
VOORZORGSMAATREGELEN EN
AANBEVELINGEN
1.Veiligheidsvoorschriften
De wasmachine is alleen geschikt voor gebruik
•
binnenshuis.
Bewaar geen brandbare vloeistoffen in de buurt
•
van het apparaat.
Kinderen moeten onder toezicht staan om er zeker
•
van te zijn dat ze niet met het apparaat spelen.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door
•
personen (waaronder kinderen) met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke
vermogens, of gebrek aan ervaring en kennis,
tenzij ze onder toezicht staan of instructies met
betrekking tot het gebruik van het apparaat
hebben gekregen van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Gebruik de wasmachine niet bij temperaturen van
•
onder de 5°C.
Als u een droger bovenop uw wasmachine wilt
•
plaatsen, neem dan eerst contact op met de
klantenservice of met uw speciaalzaak om te
verifiëren of dit mogelijk is. Dit is alleen
toegestaan als de droger door middel van een
daarvoor bestemde stapelset op de wasmachine
wordt bevestigd; deze set is verkrijgbaar bij de
klantenservice of uw speciaalzaak.
Laat de wasmachine niet aangesloten op het
•
elektriciteitsnet wanneer u deze niet gebruikt.
Draai de kraan dicht als u het apparaat niet gebruikt.
•
Haal altijd de stekker uit het stopcontact of koppel
•
het apparaat van de elektriciteit voordat u
onderhouds- of reinigingswerkzaamheden uitvoert.
Open de deur nooit met kracht en ga er niet op
•
staan.
Zo nodig kan het netsnoer vervangen worden door
•
een identiek snoer dat verkrijgbaar is via de
klantenservice. Het netsnoer mag uitsluitend worden
vervangen door een gekwalificeerde elektricien.
2.Verpakking
Het verpakkingsmateriaal is volledig recyclebaar,
•
en draagt het recyclingsymbool . Voor de
verwerking dienen de plaatselijke voorschriften
te worden nageleefd.
3.De verpakking en oude apparaten als
afval verwerken
De wasmachine is gemaakt met herbruikbare
•
materialen. De wasmachine moet worden
verwerkt als afval in overeenstemming met de
plaatselijke voorschriften.
Verwijder voordat u het apparaat afdankt alle
•
wasmiddelresten en snijd de elektriciteitskabel
door zodat het apparaat onbruikbaar wordt.
Dit apparaat is voorzien van het merkteken
•
volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake
Afgedankte Elektrische en Elektronische
Apparatuur (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat dit product op de
juiste manier als afval wordt verwerkt, helpt u
mogelijk schadelijke gevolgen voor het milieu en
de gezondheid te voorkomen, die veroorzaakt
zouden kunnen worden door onjuiste
verwerking van dit product als afval.
Het symbool op het product, of op de
documenten die bij het product geleverd
worden, geeft aan dat dit apparaat niet mag
worden behandeld als huishoudelijk afval. In
plaats daarvan dient het ingeleverd te worden bij
een speciaal inzamelpunt voor de recycling van
elektrische en elektronische apparatuur.
Het afdanken moet worden uitgevoerd in
overeenstemming met de plaatselijke
milieuvoorschriften voor afvalverwerking.
Voor nadere informatie over behandeling,
terugwinning en recycling van dit apparaat kunt u
contact opnemen met de betreffende instantie in uw
woonplaats, uw vuilnisophaaldienst of de winkel waar
u het product hebt gekocht.
4.Vorst
Plaats de wasmachine niet in ruimtes waar het kan
vriezen. Als dit toch moet, zorg er dan voor dat de
wasmachine volledig wordt leeggepompt na iedere
wasbeurt:
Verwijder de toevoerslang(en) van de kraan en
•
laat het water volledig weglopen.
Verwijder de afvoerslang uit de sifon of de
•
wasbak en laat het water volledig weglopen.
Laat het restwater in de machine weglopen door
•
de instructies in het hoofdstuk “Afvoeren van
restwater” te volgen; kantel het apparaat met
twee personen voorover om het restwater
volledig weg te laten lopen.
5.Tips voor het besparen van energie
Het waterverbruik van uw wasmachine is zo zuinig
mogelijk; in bepaalde programma's kunt het water
daardoor niet zien door het glas in de deur wanneer
de machine in werking is.
Gebruik energie, water, wasmiddel en tijd op de
•
beste manier, door de trommel altijd zo vol
mogelijk te laden.
Overschrijd de op de verpakking aangegeven
•
dosering wasmiddel niet.
De ecobal - een speciaal systeem in de afvoer -
•
voorkomt dat er wasmiddel uit de trommel
verloren gaat, om verspreiding van wasmiddel in
het milieu te voorkomen.
Gebruik “Voorwas” (indien beschikbaar op uw
•
model) alleen voor sterk vervuilde was! Bespaar
wasmiddel, tijd, water en energieverbruik door
“Voorwas” niet te selecteren voor licht tot
normaal vervuilde was.
Behandel vlekken eerst met een vlekkenmiddel of
•
maak ingedroogde vlekken nat voor het wassen, om
niet op hoge temperatuur te hoeven wassen.
Bespaar energie door op 60° C te wassen in
•
plaats van 95° C, of op 40° C in plaats van 60° C.
Bespaar energie en tijd door een hoge
•
centrifugeersnelheid in te stellen zodat er minder
water in het wasgoed achterblijft, voordat u een
wasdroger gaat gebruiken.
6.EG-conformiteitsverklaring
De wasmachine voldoet aan de volgende
•
Europese normen:
2006/95/EC Laagspanningsrichtlijn
2004/108/EC Richtlijn m.b.t. Elektromagnetische
compatibiliteit
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden
voor schade aan wasgoed die veroorzaakt is door
ongeschikte of onjuiste wasinstructies die vermeld
zijn in het artikel of het kledingstuk.
NL 2
BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE
Afhankelijk van het model:
Werkblad
1.
Bedieningspaneel
2.
Doseerbakje wasmiddel
3.
Serviceplaatje (aan de binnenkant van de deur)
4.
Deur
5.
Toegang tot de pomp met filter en noodslang (indien aanwezig) achter de plint
6.
Verstelbare pootjes
7.
DEUR
Open de deur door de handgreep vast te pakken en aan de deur te trekken. Sluit de deur door hem dicht
te drukken tot hij klikt, zonder te veel kracht te gebruiken.
VOOR HET EERSTE WASPROGRAMMA
Om eventueel restwater te verwijderen dat door de fabrikant is gebruikt om de machine te testen, raden
wij u aan een kort wasprogramma zonder wasgoed uit te voeren.
Draai de kraan open.
1.
Sluit de deur.
2.
Doe een klein beetje wasmiddel (maximaal 1/3 van de hoeveelheid die aanbevolen wordt door de
3.
fabrikant voor licht vervuild wasgoed) in het bakje voor hoofdwasmiddel van de wasmiddellade.
Selecteer en start het programma “Synthetica” op 60°C (zie de aparte programmatabel).
4.
NL 3
VOORBEREIDING VAN HET WASGOED
1.Sorteer het wasgoed op...
• Textielsoort / symbool op het etiket
Katoen, gemengde weefsels, easy care/
synthetische weefsels, wol, textiel dat met de
hand gewassen moet worden.
•Kleur
Scheid bonte en witte was. Was gekleurd
wasgoed de eerste keer apart.
•Afmeting
Was stukken van verschillende afmetingen samen
voor betere wasresultaten en een optimale
verdeling van de belading in de trommel.
•Fijne was
Was kleine stukken (bijv. nylon kousen, ceintuurs
e.d.) en wasgoed met haakjes (bijv. bh's) in een
waszak of een kussensloop met rits. Haal de
ringen van de gordijnen of doe de gordijnen met
ringen in een katoenen zak.
2.Maak alle zakken leeg
Muntstukken, veiligheidsspelden e.d. kunnen het
wasgoed, de trommel en het waterreservoir
beschadigen.
3.Sluitingen
Doe ritssluitingen, knopen of haken dicht; knoop
de uiteinden van ceintuurs bijeen.
Behandeling van vlekken
Bloed, melk, eieren enz. worden in het algemeen
•
verwijderd door de automatische enzymenfase
van het programma.
Voeg voor wijn-, koffie-, thee-, gras-,
•
fruitvlekken enz. een vlekkenmiddel toe aan het
wasmiddelbakje van de wasmiddellade.
Behandel hardnekkige vlekken indien nodig
•
vooraf met een vlekkenmiddel.
Verven en bleken
Gebruik alleen verf en bleekmiddelen die geschikt
•
zijn voor wasmachines.
Volg de aanwijzingen van de fabrikant op.
•
Plastic en rubberen onderdelen van de
•
wasmachine kunnen gevlekt raken door verf of
bleekmiddelen.
Wasgoed in de machine doen
Open de deur.
1.
Plaats de stukken wasgoed één voor één in de
2.
trommel zonder de machine te overladen. Houd
u aan de maximale belading die te vinden is in de
programmatabel.
Opmerking:
gestopt, wordt het wasgoed minder goed
gewassen en kreukt het meer.
Sluit de deur.
3.
als de wasmachine te vol wordt
WASMIDDEL EN NABEHANDELINGSPRODUCTEN
Gebruik geen vloeibare wasmiddelen wanneer u de
Bewaar wasmiddelen en nabehandelingsproducten op een droge plaats, buiten
het bereik van kinderen!
De keuze van het wasmiddel is
afhankelijk van:
De textielsoort (katoen, easy care/synthetisch,
•
tere weefsels, wol).
Opmerking:
wasmiddelen voor wol en kledingstukken die
gemaakt zijn van microvezels (zoals sport- of
zwemkleding).
De kleur.
•
De wastemperatuur.
•
De hoeveelheid en het soort vuil.
•
Opmerkingen:
Witte resten op donkere weefsels zijn het gevolg
•
van onoplosbare verbindingen in fosfaatvrije
waspoeders. Als u deze resten ziet, de stukken
schudden of borstelen of een vloeibaar
wasmiddel gebruiken.
Gebruik alleen wasmiddelen en
•
nabehandelingsproducten die bedoeld zijn voor
apparaten voor huishoudelijk gebruik.
Let erop of ontkalkingsmiddelen, textielverf en
•
bleekmiddelen voor de voorwas (indien
beschikbaar op uw model), als u ze gebruikt,
geschikt zijn voor de wasmachine.
Ontkalkingsmiddelen kunnen producten
bevatten die uw wasmachine kunnen aantasten.
Gebruik geen oplosmiddelen (bijv. terpentine,
•
benzine). Was geen stoffen in de wasmachine die
behandeld zijn met oplosmiddelen of
ontvlambare vloeistoffen.
Gebruik geen vloeibaar wasmiddel voor de
•
hoofdwas wanneer u de functie “Voorwas” heeft
geactiveerd (indien aanwezig op uw model).
gebruik alleen speciale
•
functie “Startselectie” (indien beschikbaar op uw
model) gebruikt.
Dosering
Volg de aanwijzingen op de verpakking van het
wasmiddel. De dosering is afhankelijk van:
de hoeveelheid en het soort vuil
•
de grootte van de was -
•
volledige belading: volg de aanwijzingen van de
fabrikant op.
- halve belading: 3/4 van de hoeveelheid voor een
volledige belading.
- kleine belading (ca. 1 kg): 1/2 van de
hoeveelheid voor een volledige belading.
Als er geen instructies op de verpakking van het
wasmiddel staan met betrekking tot de belading:
fabrikanten van wasmiddelen houden meestal als
aanbeveling 4,5 kg wasgoed voor normaal
wasmiddel en 2,5 kg wasgoed voor een
fijnwasmiddel aan.
de waterhardheid bij u in de buurt (vraag
•
hieromtrent informatie bij het
waterleidingbedrijf). Bij zacht water heeft u
minder wasmiddel nodig dan bij hard water.
Opmerking:
Een te hoge dosering wasmiddel kan tot sterke
schuimvorming leiden. Het wasgoed wordt
hierdoor minder goed gewassen.
Als de wasmachine te veel schuim detecteert,
centrifugeert het apparaat mogelijk niet, of duurt het
programma langer en wordt er meer water gebruikt
(zie ook de opmerkingen over schuimvorming in het
hoofdstuk “Het oplossen van problemen”).
Bij te weinig wasmiddel wordt het wasgoed op den
duur grauw, en ontstaan er afzettingen op het
verwarmingselement, de trommel en de slangen.
NL 4
Loading...
+ 7 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.