Weslo WETL30708.0 Owner's Manual

Page 1
Modelnr. WETL30708.0 Serienr.
Schrijf het serienummer hierboven voor verdere raadpleging.
Sticker met
serienummer
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op uw volledige tevredenheid. Mocht u nog vragen hebben, mochten sommige onderdelen ontbreken of beschadigd zijn neem dan contact op met de win­kel waar u dit produkt hebt ge­kocht.
GEBRUIKSAANWIJZING
Bezoek onze website: www.iconsupport.eu
OPGELET
Page 2
INHOUD
E STICKER MET WAARSCHUWING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
D
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
E LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
D
PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
RECYCLING INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
DE STICKER MET WAARSCHUWING
De sticker(s) met waarschuwing hier getoond zijn op de aangegeven plaatsen geplakt. Bel,
wanneer een sticker ontbreekt of niet lees­baar is, het nummer op de kaft van deze handleiding en vraag voor een vervangsti­cker. Plak de sticker op de aangegeven plaats. Opmerking: De sticker(s) worden niet op
ware groote weergegeven.
WESLO is een merk van ICON IP, Inc.
2
Page 3
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING: Lees alle belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in
deze handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u deze gebruikt om het risico van
rnstig letsel te verminderen. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het
e gebruik van dit produkt.
1. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefenprogramma begint. Dit is bij­zonder belangrijk voor mensen boven de 35 of mensen met al bestaander gezondheid­sproblemen.
2. Het is de verantwoordelijkheid van de eige­naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge­bruikers van de loopband voldoende op de hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en waarschuwingen.
3. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven is.
4. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond met minstens 2,4 m ruimte rondom ruimte achter de loopband en 0,6 m ruimte aan ie­dere kant van de loopband. Zorg ervoor dat de loopband geen luchtopeningen, luchtroos­ters blokkeert. Leg een kleed onder de loop­band om de vloer te beschermen.
5. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de loopband niet in een garage, op een overdekt terras of bij water.
6. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen gebruikt worden of waar zuurstof wordt toe­gevoegd.
7. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en huisdieren bij de loopband vandaan.
11. Steek de stekker alleen in een geaard stop­contact (zie pagina 15). Geen elk ander appa­raat moet zich op dezelfde groep bevinden.
12. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, ge­bruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
13. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van­daan.
14. Loop nooit op de loopband wanneer de elec­triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loop­band niet wanneer het electrische snoer of stekker beschadigd is. Gebruik de loopband niet als hij niet goed werkt. (Zie PROBLEMEN OPLOSSEN op pagina 22 als de loopband niet goed werkt.)
15. Lees de noodstopprocedure grondig door en test de procedure voordat u de loopband ge­bruikt (raadpleeg HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op pagina 17).
16. Start de loopband nooit wanneer u op de band staat. Houdt u altijd vast aan de hand­leuningen wanneer u de loopband gebruikt.
17. De loopband kan een hoge snelheid bereiken. Stel de snelheid geleidelijk bij om schok­kende versnellingen te voorkomen.
18. Laat de loopband nooit alleen als het oefen­toestel ingeschakeld is. Verwijder altijd de sleutel en trek de stekker uit het stopcontact als u de loopband niet gebruikt.
8. De loopband kan alleen door mensen die min­der dan 120 kg wegen worden gebruikt.
9. Laat nooit meer dan een persoon op de loop­band.
10. Draag geschikte kleding wanneer u de loop­band gebruikt. Draag geen losse kleding die in de loopband verstrikt kan raken. Sportkleding voor mannen en vrouwen aan­bevolen. Gebruik de loopband nooit op blote
voeten, op sokken of op sandalen. Draag al­tijd sportschoenen.
19. De polssensor is geen medisch instrument. Bepaalde factoren zoals bewegingen, kunnen de juistheid van de metingen aantasten. De polssensor dient slechts om een algemene hartslag te meten, als hulpmiddel bij uw oe­feningen.
20. Voltooi eerst de montage van de loopband vo­ordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst. (Zie MONTAGE op pagina 6 en DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pagina
20.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen.
3
Page 4
21. Bij het vouwen of verschuiven van de loop­band dient u erop te letten dat de opbergver-
rendeling het onderstel stevig in de opslag-
g stand houdt.
22. Verander de hellingstand van de loopband
iet door voorwerpen onder de loopband te
n plaatsen.
23. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
24. Steek nooit iets in welke opening dan ook voor dan loopband.
GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
25. na gebruik van de loopband uit het stopcon-
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
tact. Eveneens de stekker uit het stopcontact trekken vóór het schoonmaken van de loop­band, voor het plegen van onderhoud en voor het bijregelen zoals beschreven is in deze handleiding. Verwijder nooit de motorkap ten­zij een technicus dat aangeeft. Ander onder­houd dan datgene wat vermeld staat in deze handleiding moet door een technicus uitge­voerd worden.
26. Deze loopband is alleen voor huiselijk gebruik bedoeld. Gebruik de loopband niet commer­cieel of voor verhuur.
4
Page 5
VOORDAT U BEGINT
Dank u dat u heeft gekozen voor de nieuwe WESLO
OMPACT SL loopband. Deze COMPACT SL loop-
C band biedt een reeks functies die zijn ontwikkeld om uw oefeningen effectiever te maken. Als u geen oefe­ningen doet, kunt u deze unieke loopband opvouwen,
aardoor deze minder dan de helft van de ruimte in-
w neemt van andere loopbanden.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig door voordat u de loopband begint te gebruiken.
Accessoire Houder
Handleuning
Opslagvergrendeling
®
Raadpleeg de kaft van deze handleiding mocht u nog
ragen hebben nadat u de handleiding hebt
v doorgelezen. Voordat u met ons contact opneemt, schrijf het modelnummer en serienummer even op. De plaats waar u beide stickers kunt vinden wordt op de
aft van de handleiding aangegeven.
k
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de tekening hieronder en de verschillende onderdelen.
Bedieningspaneel
Polssensor
Sleutel/Klip
Staander
Loopband
Voetkussentje
Bijstelbouten van de Ruststandrol
Reset/Off
Stroomonderbreker
Platform van het Kussen
Hellingspen
5
Page 6
MONTAGE
5/16" Sterring
(2)–6
M10 Sterring (8)–2
M4.2 x 19mm
Schroef (10)–6
M5 Sterring (12)–2
M10 Plat
Tussenring
(16)–4
M8 x 16mm Bout
(17)–6
M5 x 16mm
Schroef (13)–2
M4.2 x 19mm
Tekschroef (14)–4
M10 x 53mm
Hechtbout (18)–4
M10 x 110mm
Hechtbout (15)–2
M10 Tussenring
(4)–2
#10 x 1" Tekschroef
(43)–2
Montage moet door twee personen worden uitgevoerd. Plaats de loopband op een open plek en verwijder het verpakkingsmateriaal. Gooi het verpakkingsmateriaal niet weg tot u de loopband volledig heeft gemon- teerd. Opmerking: De onderkant van de loopriem van de loopband is bedekt met een smeermiddel voor een goede werking. Tijdens het vervoer kan een klein beetje smeermiddel aan de bovenkant van de loopriem of de verpakkingsdoos terecht zijn gekomen. Dit is normaal en heeft geen invloed op de werking van de loopband. Als
r zich smeermiddel op de bovenkant van de loopriem bevindt, kunt u deze eenvoudigweg afvegen met een
e zachte doek en een reiniger zonder schuurmiddel.
Voor de montage hebt u een zeskantsleutel , een phillips schroevendraaier , rubber hamer , en engelse sleutels nodig hebben , en Draadknipper .
Gebruik de onderstaande tekeningen om te weten hoe u de hardware moet monteren. Het nummer tussen haak­jes onder elke tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN achterin deze hand­leiding. Het getal achter de haakjes is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Opmerking: Als een onder-
deel zich niet in het onderdelenzakje bevindt, kijk dan of het is bevestigd aan een van de onderdelen die gemonteerd moet worden. Om schade aan plastic onderdelen te vermijden, moet u geen elektrisch ge­reedschap bij het monteren gebruiken. Er is mogelijk extra hardware meegeleverd.
6
Page 7
1. Zorg dat het snoer niet op het stopcontact is aangesloten.
icht de Basis (101) zoals wordt weergegeven.
R
evestig vier Basisvoeten (100) aan de Basis
B (101) in de weergegeven richtingen met vier M4,2 x 19mm Tekschroeven (14).
1
14
00
1
14
100
14
100
101
14
100
2. Stel vast wat de Rechter staander (98), die een vierkant groot gat heeft in de weergegeven lo­catie.
Richt de Rechter staander (98) uit met de Basis (101) zoals is afgebeeld. Bevestig de Rechter staander aan de Basis met twee M10 x 53mm Hechtbouten (18), twee M10 Platte tussenringen (16); draai de hechtbouten nog niet helemaal
vast.
2
98
Groot
gat
101
16
18
7
Page 8
. Richt de Linker staander (96) uit met de Basis
3
(101) zoals is afgebeeld. Bevestig de Linker staander aan de Basis met twee M10 x 53mm Hechtbouten (18), twee M10 Platte tussenringen
16); draai de hechtbouten nog niet helemaal
(
vast.
3
101
96
16
18
4. Til de Staanders (96, 98) met de hulp van een tweede persoon zo omhoog dat de Basis (101) plat op de vloer staat zoals is afgebeeld. Plaats vervolgens de voorkant van het Onderstel (67) tussen de Staanders.
Zie de inzettekening. Plaats de draadband in het onderste uiteinde van de Rechter staander (98). Draai de draadband rond het onderste uiteinde van de Draadkoker (97). Zoek vervol­gens het tegenovergestelde einde van de draad­band dat uitsteekt uit de bovenkant van de Rechter staander. Trek aan de draadband tot de Draadkoker helemaal door de Rechter staander is geleid.
4
Draad
band
97
Draad
band
96
98
98
Draad
band
67
97
101
8
Page 9
5. Laat een tweede persoon het Onderstel (67) op­tillen en vasthouden tot stap 6 is voltooid.
oud een tussenstuk van de Staander (54)
H tussen de rechter Staander (98) en het
nderstel (67) zoals afgebeeld. Bevestig de
O Rechter staander aan het Onderstel met twee M10 x 110mm Hechtbouten (15), een M10 Tussenring (4), en een M10 Sterring (8); draai
de hechtbout nog niet helemaal vast. Zorg dat u de Draadkoker (97) niet beklemd.
5
8
9
67
54
4
15
6. Houd het overgebleven Tussenstuk van de staander (54) tussen de Linker staander (96) en het Onderstel (67). Bevestig de Linker staander aan het Onderstel met twee M10 x 110mm Hechtbouten (15), twee M10 Tussenringen (4), en twee M10 Sterringen (8); draai de hecht-
bout niet helemaal vast.
97
6
96
67
54
8
4
15
8
9
Page 10
7. Laat een tweede persoon het Onderstel (67) op-
tillen en vasthouden tot stap 8 is voltooid.
laats vervolgens het cilindereind van de
P Gasveer (1) bij de beugel op de Basis (101).
Zie de twee kleine inzettekeningen. Gebruik uw vingernagel of het eind van een schroeven­draaier om het eind van de Gasveerpen (7) in te drukken om het los te maken van de Gasveer (1). Draai vervolgens de Gasveerpen en trek het uit de Gasveer. Zorg dat u de Gasveerpen niet
kwijtraakt.
7
67
7
Zie de onderste tekening. Druk het eind van de cilinder van de Gasveer (1) op de bal op de beugel. Plaats vervolgens het uiteinde van de Gasveerpen (7) door de twee kleine gaten in het eind van de Gasveer. Draai vervolgens de Gasveerpen tot deze vast klikt op de Gasveer.
8. Breng de Gasveer (1) naar een verticale positie.
Verwijder de Gasveerpen (7) uit het verhoogde eind van de Gasveer zoals beschreven in stap 7. Indien nodig draait u de Gasveer om het eind van de Gasveer te laten uitlijnen met de bal op de beugel van het Onderstel (67).
Druk het eind van de Gasveer (1) op de bal op de beugel. Opmerking: Het kan nodig zijn om
het Onderstel naar voren of achteren te ver­schuiven als u de Gasveer op de bal drukt.
101
1
8
7
Cilinder
7
1
67
Beugel
Beugel
7
7
Beugel
Gaten
1
Zie de onderste tekening. Plaats de Gasveerpen (7) in de twee aangegeven kleine gaten in het einde van de Gasveer (1). Draai dan de Gasveerpen totdat deze vast klikt in de Gasveer. Opmerking: Er zijn extra Gasveerpennen meegeleverd.
Laat het Onderstel (67) naar de vloer zakken.
Gaten
1
7
10
Page 11
9. Zoek de Rechter kap van de handleuning (95) en de Linker kap van de handleuning (93). Schuif het uiteinde van de Rechter handleuning
94) door het gat in de kap van de Linker han-
( dleuning en schuif het uiteinde van de Linker
andleuning (92) door het gat in de kap van de
h Linker handleuning.
Bevestig de Kappen van de Handleuningen (93,
95) aan de Handleuningen (92, 94) met twee M4,2 x 19mm Schroeven (10) op de aangegeven locatie.
9
Gat
95
Gat
10
3
9
10
92
94
10. Plaats het Bedieningspaneel (52) naar beneden gericht op een zacht ondervlak om krassen op het Bedieningspaneel te voorkomen. Houd de Rechter handleuning (94) in de buurt van het Bedieningspaneel zoals afgebeeld. Plaats de bedrading van het bedieningspaneel in het grote gat aan de zijkant van de Rechter handleuning en uit het gat aan de bovenkant zoals wordt weergegeven.
10
94
Groot
gat
Bedieningspaneel-
bedrading
52
11
Page 12
11. Bevestig de Rechter Handleuning (94) aan het Bedieningspaneel (52) met een M5 x 16mm Schroef (13), een M5 Sterring (12), en twee
4.2 x 19mm Schroeven (10). Zorg dat
M
bedrading niet beklemd raakt. Draai alle drie
e schroeven vaster voordat u ze echt vast
d draait. Draait de M5 x 16mm Schroef vast en draai dan de M4.2 x 19mm Schroeven. Draai de schroeven niet te vast aan.
Bevestig de Linker Handleuning (92) op dezelfde wijze aan de andere kant van het Bedieningspaneel (52). Opmerking: Er is geen
bedrading aan de linkerkant van het Bedieningspaneel.
11
92
1
12
12
94
3
41
10
13
41
10
Verwijder de plastic riempjes van de Rechter handleuning (94) en de Linker handleuning (92). Indien nodig drukt u de M8 Kooibeugels (41) op zijn plaats.
12. Zorg dat een tweede persoon het Bedieningspaneel (52) vasthoudt in de buurt van het Rechter Staander (98) en de Linker Staander (niet afgebeeld).
Verbind de Draadkoker (97) met de Bedieningspaneelbedrading. Zie de inzetteken-
ing. De connectoren zouden makkelijk samen moeten glijden en op hun plaats moeten klikken. Als dit niet gebeurt, dient u
een van de verbindingsstukken te draaien en het nog eens te proberen. ALS DE VERBIND-
INGSSTUKKEN NIET GOED ZIJN VERBON­DEN, KAN HET BEDIENINGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN ALS DE STROOM WORDT AANGEZET. Verwijder de draadband
uit de Draadkoker (97). Plaats de aangegeven connectoren en overmatige bedrading in de Rechter Staander (98).
Zorg dat een tweede persoon het Bedieningspaneel (52) vasthoudt aan de bovenkant van de Rechter Staander (98) en de Linker Staander (niet afgebeeld). Zorg dat
bedrading niet beklemd raakt.
12
97
52
Bedieningspan-
eelbedrading
Draad
band
98
52
Bedieningspaneel-
bedrading
97
12
Page 13
13. Bevestig het Bedieningspaneel (52) aan de Staanders (96, 98) met zes M8 x 16mm Bouten (17) en zes 5/16" Sterringen (2). Draai alle zes
de bouten aan voordat u ze vastdraait.
3
1
2
5
17
2
17
96
2
2
17
2
98
14. Breng de Staanders (96, 98) omlaag met behulp van een tweede persoon, zoals afgebeeld.
Zie de inzettekening. Plaats de Staanders (96,
98) zodat het Onderstel (67) zich in het midden bevindt tussen de Staanders.
Draai de M10 x 53mm Hechtbouten (18) en de M10 x 110mm Hechtbout (15) stevig aan, aan elke kant van de loopband (alleen één kant is afgebeeld). Draai de M10 x 110mm Hecht-
bouten niet te vast aan.
14
96
Zij aanzicht
96, 98
Boven aanzicht
67
15
18
98
13
Page 14
15. Bevestig de Vergrendelingsbehuizing (62) aan de linker Staander (96) met twee #10 x 1" Tekschroeven (43). Zorg dat de Vergrendel-
ngsbehuizing is gericht zoals staat afge-
i beeld. Draai de schroeven niet te vast aan.
15
43
16. Plaats de loopband in de opslagpositie (zie DE LOOPBAND VOUWEN EN VERPLAATSEN op pagina 20).
Bevestig de Hellingspennen (24) op het gewen­ste hellingsniveau (zie DE HELLING VAN DE LOOPBAND VERANDEREN op pagina 19).
De loopband omlaag brengen (zie DE LOOP­BAND OMLAAG BRENGEN VOOR GEBRUIK op pagina 21).
17. Zorg dat alle delen goed vastzitten voordat u de loopband gebruikt. Opmerking: Er kan extra hardware zijn meegeleverd. Berg de inbussleutels goed op; de grote inbussleutel wordt gebruikt om de loopband mee af te stellen (zie paginaʼs 23 en 24). Plaats een mat onder de loopband om de vloer of het vloerkleed te beschermen.
16
24
62
96
24
14
Page 15
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
DE AL INGESMEERDE LOOPBAND
Uw loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK: Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult u de loopband beschadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. BELANGRIJK: Als het
snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fa­brikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het stopcontact van de loopband. Bekijk tekening 2. Steek het snoer in een goed geinstalleerd en geaard stopcontact die overeenkomt met alle plaatselijke regelingen. BELANGRIJK: De loopband kan niet
op een stopcontact met onderbreker van de grondfout circut gebruikt worden.
1
2
Stopcontact van de
Loopband
Stopcontact
GEVAAR: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.
Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is. Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de stekker niet in het stopcontact past.
15
Page 16
BEDIENINGSPANEEL
Sleutel
DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN
De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het engels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw taal op het bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van verschillende functies om het meest doeltreffend te oe­fenen. U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest de snelheid van de loopband veranderen door een druk op een toets. Het bedieningspaneel zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback geven. U kunt zelfs uw hartslag meten met de ingebouwde handgreep me polssensor.
Klip
Het bedieningspaneel heeft ook vier snelheidsoefenin­gen. Elke oefening beheert automatisch de snelheid van de loopband als het u door een effectieve oefening begeleidt.
Om het apparaat aan te zetten kijkt u op pagina 17. Voor het gebruik van de handmatige modus, kijkt u op pagina 17. Voor gebruik van een snelheidsoe­fening, kijkt u op pagina 19.
BELANGRIJK: Als er een doorzichtig stuk plastic op het bedieningspaneel ligt, verwijder dan het plastic. Om schade aan de loopband te vermijden, gebruik altijd propere schoenen als u de loopband gebruikt. Als u de loopband voor het eerst ge­bruikt, controleer of de band recht loopt en cen­treer de loopband als dat nodig is (zie pagina 24).
16
Page 17
HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN
BELANGRIJK: Laat, wanneer de loopband aan
oude temperaturen bloodgesteld is gewesst, de
k loopband tot kamertemperatuur komen voordat u
e elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet kunt u
d het bedieningspaneel of andere elektrische compo­nenten beschadigen.
Steek het snoer in (zie pag­ina 15). Zoek vervolgens naar de [RESET/OFF] stroomonderbreker op het onderstel van de loopband bij het snoer. Plaats de stroomonderbreker in de reset positie.
Ga vervolgens op de voetbalken van de loopband staan. Zoek naar de klip dat aan de sleutel vastzit (raadpleeg tekening op pagina 16) en schuif de klip in de band van uw kleding. Steek dan de sleutel in het be­dieningspaneel. De display zullen gaan branden. BE-
LANGRIJK: In geval van nood kan de sleutel uit het bedieningspaneel getrokken worden zodat de loop­band tot stilstand komt. Test de klip door een paar stapjes naar achteren te nemen. Stel de klip wat bij wanneer de sleutel niet uit het bedieningspaneel getrokken wordt.
Reset
Positie
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE GEBRUIKEN
. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
1
steken.
Zie HOE APPARAAT AAN TE ZETTEN hierboven.
2. Kies de handmatige instelling.
Als u de sleutel invoert, wordt de handmatige modus geselecteerd. Indien u een snelheidsoe­fening heeft geselecteerd, dient u de handmatige modus opnieuw te selecteren door herhaaldelijk te drukken op de toets Selecteer Oefening [WOKROUT SELECT] tot alleen nullen op de dis­play verschijnen.
3. Start de loopband.
Om de loopband te starten, drukt u op de toets START of op de toets Digitale Snelheidstoename [DIGITAL SPEED]. De loopband begint te bewegen met 2 Km/u. Tijdens de oefening kunt u de snelheid van de loopband naar wens aanpassen door de toetsen Digitale Snelheidstoename en Snelheidsafname in te drukken. Steeds als u een toets indrukt zal de snelheidsinstelling met 0,1 Km/u wijzigen; als u een toets ingedrukt houdt, ve­randert de snelheid met stapjes van 0,5 Km/u.
Om de loopband te stoppen, drukt u op de toets STOP. De tijd zal op de display knipperen. Om de loopband opnieuw te starten, drukt u op de toets Start of op de toets Snelheidstoename.
17
Page 18
4. Volg uw vooruitgang met de displays.
De display linksonder—Terwijl u
oefent, worden op de display linksonder de verlopen tijd [TIME]en de
ewandelde [DIST.] of
g gelopen afstand getoond.
sleutel in het bedieningspaneel terwijl u de toets
top ingedrukt houdt en laat dan de toets Stop
S weer los. Er verschijnt een “M” voor metrische kilo­meters of een “E” voor Engelse mijlen op de bovenste display. Druk op de toets Digitale Snelheidstoename om naar wens de meeteenheid te wijzigen. Als de gewenste meeteenheid is gese-
ecteerd, kunt u de sleutel eruit halen en weer
l terugplaatsen.
De display rechtsonder—Op de
display rechtsonder wor­den de snelheid van de loopband en het aantal verbrande calorieën bij benadering getoond. Op de display wordt ook uw hartslag getoond als u de handgreep met possen­sor vasthoudt (zie stap 5).
De bovenste display— Op de bovenste display verschijnt de verlopen tijd [TIME], de afstand [DIST.] die u hebt gelopen of gewandeld, de snelheid [SPEED] van de loopband of het aan­tal verbrande calorieën [CALS.]. Druk meerdere keren op de [DISPLAY MODE] toets totdat de bovenste display de informatie aangeeft die u het meest wilt zien. Opmerking: Als er informatie wordt getoond op de bovenste display, dan verschijnt dezelfde informatie niet meer op de displays recht­sonder of linksonder.
Om de displays te resetten, druk op de Stoptoets, verwijder de sleutel en steek de sleutel opnieuw in het toestel bedieningspaneel.
5. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Voordat u de handsen­soren gebruikt, verwijder het plastic laagje van de metalen contactpunten. Zorg ervoor dat uw han­den proper zijn.
Om uw hartslag te meten, ga op de voetrails
staan en houd de metalen contactpunten vast— beweeg uw handen niet. Als uw hartslag wordt
gedetecteerd, dan zal het kleine hartsymbool op de display rechtsonder beginnen te flikkeren. Er zullen een of twee streepjes verschijnen en dan zal uw hartslag worden getoond. Voor een juiste hart-
slagmeting houd de contactpunten ongeveer 15 seconden vast.
6. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan­neer u klaar bent met uw oefening.
Ga op de voetbalken staan en druk op de Stop toets en stel de helling van de loopband tot de laagste stand. Trek vervolgens de sleutel uit het bedieningspaneel en bewaar het op een veilige plaats.
Metal
Contactpunt
Let op: Het bedien­ingspaneel kan de snel­heid en de afstand in kilometers of mijlen weergeven. Om te zien welke meeteenheid is geselecteerd, verwijdert u de sleutel, steekt u de
Wanneer u klaar bent met de loopband te ge­bruiken, plaats de stroomonderbreker in de “off” positie en neem het snoer uit het stopcontact. BE-
LANGRIJK: Als u dit niet doet kunnen de elek­trische onderdelen te snel slijten.
18
Page 19
HET GEBRUIK VAN EEN SNELHEIDSOEFENING
1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel teken.
s
ie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
Z pagina 17.
2. Selecteer een van de vier snelheidsoefeningen.
Als u een snelheidsoe­fening heeft gese­lecteerd, drukt u her­haaldelijk op de toets Selecteer Oefening [WORKOUT SELECT] tot het nummer van de gewenste oefening verschi­jnt in de bovenste display. De maximum snelhei­dsinstelling van de geselecteerde oefening verschi­jnt in de rechteronderdisplay.
Elke oefening is verdeeld in 30 1-minuut seg­menten. Voor elk segment is één snelheidsin­stelling geprogrammeerd. Opmerking: Dezelfde snelheid kan worden geprogrammeerd voor opeenvolgende onderdelen.
3. Druk op de toets Start of de toets Digitale snel-
heidstoename om met de oefening te beginnen.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband au­tomatisch de eerste snelheid van het workout in­stellen. Houdt u vast aan de handleuningen en begin te oefenen.
Als het eerste gedeelte van de oefening is beëindigd, zal een reeks geluidjes te horen zijn. Als een andere snelheid is geprogrammeerd voor het volgende onderdeel, dan zal bovendien de snelheid knipperen in de display om u te waarschuwen. Echter, als het volgende onderdeel van de oefening begint, zal de loopband zich au­tomatisch aanpassen aan de snelheid voor het vol­gende onderdeel.
Om de oefening tijdelijk te stoppen, drukt u op de toets STOP. De tijd zal op de display knipperen. Om de oefening weer te starten, drukt u op de
oets START of op de toets Digitale snelheidstoe-
t name. De loopband begint bij ongeveer 2 km/uur
e bewegen. Als het volgende onderdeel van de
t oefening begint, zal de loopband zich automatisch aanpassen aan de snelheid voor dat onderdeel.
4. Volg uw vooruitgang met de displays.
Zie stap 4 op pagina 18
5. Uw hartslag meten als u dat wilt.
Zie stap 5 op pagina 18.
6. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan­neer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 6 op pagina 18.
DE HELLING VAN DE LOOPBAND VERANDEREN
Om de intensiteit van uw oefening te variëren kunt u de helling van de loopband aanpassen. De loopband kent drie verschillende standen. Voordat u de helling
verandert moet u wel eerst de sleutel verwijderen en de stekker uit het stopcontact trekken. Klap ver-
volgens de loopband in (zie pagina 20).
Verwijder om de helling aan te passen de pen voor de helling uit het rechter been voor de helling. Stel het been voor de helling op de gewenste hoogte en steek de pen weer volledig in. Stel het linker been voor de helling op dezelfde manier bij. OPGELET: Voordat u
de loopband gebruikt, zorg ervoor dat beide hellingstelpoten op dezelfde hoogte staan en beide hellingspennen volledig in de hellingstelpoten zit­ten.
Als u de hellingstelpoten hebt bijgesteld, laat de loop­band dan zakken (raadpleeg pagina 21).
De oefening zal op deze wijze doorgaan tot u 30 minuten heeft gelopen of gerend. De loopband zal vertragen tot deze halt houdt.
Indien de snelheidsinstelling voor het huidige on­derdeel te hoog of te laag staat, dan kunt u de in­stelling overschrijven door te drukken op de digi­tale snelheidstoetsen [DIGITAL SPEED], als
echter het volgende onderdeel van de oefening begint, dan zal de loopband zich automatisch aanpassen aan de snelheidsinstelling voor het volgende onderdeel.
19
Hellings
pen
Hellings
pen
Hellingstel-
poot
Page 20
DE LOOPBAND VOUWEN EN VERPLAATSEN
DE LOOPBAND VOUWEN VOOR OPSLAG
Verwijder de sleutel en trek het stroomsnoer uit het
topcontact. OPGELET: U moet op veilige wijze 20 kg
s kunnen optillen, om de loopband omhoog te brengen neer te laten of te verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de locatie die wordt aangegeven door de pijl aan de rechterkant. OPGELET: Om de kans op mogelijk let­sel te verlagen, dient u het onderstel niet op te tillen bij de plastic voetleuningen. Zorg dat u uw benen buigt en houd uw rug recht als u het onderstel omhoog houdt. Til het onderstel tot ongeveer halver-
wege de verticale positie.
2. Breng uw rechterhand naar de weergegeven stand en houd de loopband stevig vast. Trek de vergrendelknop naar links met uw linkerhand en houd deze vast. Til het onderstel omhoog tot het gat in de vergrendelplaat is uit­gelijnd met de vergrendelpen. Laat de vergrendelknop
langzaam los; zorg dat de vergrendelpen geheel in de vergrendelplaat is ingebracht.
Onderstel
Plaats een mat onder de loopband om de vloer of het vloerkleed te beschermen. Houd de loopband uit direct zonlicht. Laat de loopband niet in de opslag­positie in temperaturen boven de 30° C.
DE LOOPBAND VERPLAATSEN
Voordat u de loopband verplaatst dient u de loopband in de opslagpositie te zetten, zoals hierboven beschreven. Zorg
dat de vergrendelknop in de opslagpositie is vergren­deld.
1. Houd één handgreep vast en zet een voet tegen een van
de wielen.
2. Kantel de loopband naar achteren tot het vrij op de wie-
len rolt. Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste locatie. Om het risico op letsel te vermin-
deren dient u uitermate voorzichtig te zijn bij het ver­plaatsen van de loopband. Verplaats de loopband niet over een ongelijk oppervlak.
Onderstel
Vergrendelpen
Vergrendel
knop
Vergrendel
plaat
Handleuning
Wiel
3. Plaats een voet tegen een van de wielen en breng de loopband voorzichtig omlaag tot deze in de opslagpositie staat.
20
Page 21
DE LOOPBAND OMLAAG BRENGEN VOOR GEBRUIK
. Houd de loopband met uw rechterhand vast zoals is
1
afgebeeld. Trek de Vergrendelknop naar links en houd deze vast. Draai het onderstel naar beneden tot het voor­bij de vergrendelpen is. Laat de vergrendelknop langzaam los.
2. Houd het metalen onderstel stevig met beide handen
vast en breng het naar omlaag op de vloer. OPGELET: Houd niet alleen de plastic grijprails vast en laat het onderstel niet op de grond vallen. Buig uw knieën en houd uw rug recht.
Onderstel
Vergrendel
pen
Vergrendel
knop
Onderstel
21
Page 22
PROBLEMEN OPLOSSEN
e meeste problemen met de loopband kunnen met de onderstaande stappen worden opgelost. Zoek het
D symptoom dat van toepassing is en volg de vermelde stappen. Als u verdere hulp nodig heeft, raadpleegt u de omslag van deze handleiding.
PROBLEEM: Het apparaat gaat niet aan
OPLOSSING: a. Zorg dat het snoer in een goed geaard stopcontact is gestoken (zie pagina 15). Als u een ver-
lengsnoer nodig heeft, gebruik dan alleen een 3-aansluiting, 1 mm langer is dan 1,5 meter. BELANGRIJK: De loopband is niet geschikt voor stopcontacten
die met RCD zijn uitgerust.
b. Steek de sleutel in het bedieningspaneel nadat u het snoer in het stopcontact heeft gestoken.
c. Controleer de reset/off stroomonderbreker die
zich op het onderstel van de loopband bevindt naast het snoer. Als de schakelaar zoals afge­beeld, uitsteekt, dan is de stroomonderbreker af­gegaan. Om de stroomonderbreker opnieuw in te stellen, wacht u vijf minuten en drukt u de schakelaar weer in.
PROBLEEM: De stroom gaat uit tijdens gebruik
OPLOSSING: a. Controleer de reset/off stroomonderbreker (zie bovenstaande tekening). Als de stroomonder-
breker is uitgeschakeld, wacht u vijf minuten en drukt u de schakelaar weer in.
b. Zorg dat het snoer is aangesloten op het stopcontact. Als het is aangesloten op het stopcon-
tact, haal het snoer er dan uit, wacht vijf minuten en steek het weer in het stopcontact.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Plaats de sleutel terug in het bedieningspaneel.
c
Doorge­slagen
2
(maat 14) snoer dan niet
Reset Positie
d. Als de loopband nog steeds niet werkt, raadpleegt u de omslag van deze handleiding.
PROBLEEM: De displays van het bedieningspaneel werken niet goed
OPLOSSING: a. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel en
NEEM HET SNOER UIT HET STOPCONTACT.
Verwijder de vier #10 x 1" Schroeven (75) en ver­wijder voorzichtig de Motorkap (72).
a
75
75
72
75
75
22
Page 23
Zoek de Sensorschroef (55) en de Magneet (49) aan de linkerkant van de Katrol (58). Draai de
mm
Katrol tot de Magneet is uitgelijnd met de
ensorschroef. Zorg dat het gat tussen de
S
Magneet en de Sensorschroef ongeveer 3 mm
s. Indien nodig maakt u de M4 x 13mm
i
3
9
2
55
Tekschroef (29) losser, beweegt u de Sensorschroef lichtjes en maakt u de Schroef weer vast. Laat de loopband een paar minuten draaien om te controleren of de snelheid juist wordt afgelezen en bevestig de Motorkap (niet afge­beeld) weer.
PROBLEEM: De loopband vertraagt als u erop loopt
OPLOSSING: a. Als u een verlengsnoer nodig heeft, gebruik dan alleen een 3-aansluiting, 1 mm
snoer dan niet langer is dan 1,5 meter.
58
49
Boven
2
(maat 14)
aan-
zicht
b. Als de loopband te strak is gezet, dan zal de
werking van de loopband verslechteren en kan de loopband beschadigd raken. Verwijder de
b
5–7 cm
sleutel en TREK DE STEKKER UIT HET STOP- CONTACT. Draai beide bijstelbouten van de ruststandrol een kwartslag naar links met de in­bussleutel. Als de loopband goed vastzit moet u elke rand van de loopband 5 tot 7 cm van het loopoppervlak kunnen optillen. Zorg ervoor dat de loopband in het midden zit. Haal dan de
Bijstelbouten van de ruststandrol
stekker uit het stopcontact. Plaats de sleutel en laat de loopband een paar minuten lopen. Herhaal tot de loopband goed vastzit.
c. Als de loopband nog steeds vertraagt als erop wordt gelopen, raadpleegt u de omslag van
deze handleiding.
23
Page 24
RICHTLIJNEN VOOR OEFENEN
Vet verbranden—Om op doeltreffende wijze vet te
WAARSCHUWING:
oordat u begint met dit of een ander oefenin-
V genprogramma, dient u een arts te consulte­ren. Dit is vooral belangrijk voor personen boven de 35 jaar of personen met bestaande gezondheidsproblemen.
De polssensor is geen medisch apparaat. Diverse factoren kunnen invloed hebben op nauwkeurigheid van de hartslagwaarden. De polssensor is alleen bedoeld als hulpmiddel bij de oefening voor het bepalen van de hart­slag over het algemeen.
Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw oefe­ningenprogramma. Voor meer gedetailleerde oefening­informatie, dient u een erkend boek te kopen of uw arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding en voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle resul­taten.
INTENSITEIT VAN OEFENINGEN
Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren van oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel bij het bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag gebruiken als gids voor het vinden van het juiste intensiteitni­veau. De grafiek hieronder toont de aanbevolen hart­slagen voor het verbranden van vet en voor een aero­bic oefening.
verbranden moet u gedurende een aanhoudende pe­riode oefeningen doen op een laag intensiteitniveau. Tijdens de eerste minuten van de oefening gebruikt uw lichaam koolhydraatcalorieën voor de energie. Pas na de eerste minuten van de oefening gebruikt uw li­chaam opgeslagen vetcalorieën voor de energie. Als het uw doel is om vet te verbranden dient u de intensi­teit van de oefening aan te passen tot uw hartslag zich bij het laagste nummer in uw trainingszone bevindt. Voor maximale vetverbranding, dient u te oefenen met uw hartslag in het middelste nummer van uw training­zone.
Aerobic-oefening—Als het uw doel is om uw hart en vaatsysteem te versterken dan moet u een aerobic-oe­fening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote hoe­veelheden zuurstof vereist gedurende langere perio­den. Voor een aerobic-oefening past u de intensiteit van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is van het hoogste nummer van uw trainingzone.
RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING
Warming up—Start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt dat u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoorstro­ming verhoogt in voorbereiding op de training.
Trainingszone-oefening—Oefen gedurende 20 tot 30 minuten met uw hartslag in uw trainingszone. (Gedurende de eerste weken van uw oefeningenpro­gramma, dient u uw hartslag niet langer dan 20 minu­ten in uw trainingszone te houden.) Adem regelmatig en diep bij het uitvoeren van de oefening – houd niet uw adem in.
Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt u uw leeftijd onderaan de grafiek (leeftijden worden af­gerond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie getal­len boven uw leeftijd bepalen uw ʻtrainingszoneʼ. Het laagste nummer is uw hartslag voor het verbranden van vet, het middelste nummer is uw hartslag voor het maximaal verbranden van vet en het hoogste nummer is de hartslag voor de aerobic-oefening.
Afkoelen—Eindig met 5 tot 10 minuten stretchen. Strekken verhoogt de flexibiliteit van de spieren en helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren dient u drie trainingen per week te doen, met ten minste één rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden regelmatig oefeningen doen, kunt u, als u dat wenst, tot vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het da­gelijks regelmatig oefeningen doen en hier plezier in hebben, de sleutel tot uw succes is.
25
Page 25
PROBLEEM: De loopband zit niet in het midden en slipt als er op wordt gelopen
OPLOSSING: a. Als de loopband zich niet in het midden begeeft
ient u eerst de sleutel te verwijderen en dan DE
d
SNOER UIT HET STOPCONTACT TE HALEN.
ls de loopband naar links is verschoven,
A
kunt u de inbussleutel gebruiken om de linker bi­jstelbout van de ruststandrol een halve slag naar rechts te draaien; als de loopband naar rechts is verschoven kunt u de linker bijstelbout van de ruststandrol een halve slag naar links draaien. Zorg dat u de loopband niet te vast draait. Haal dan de stekker uit het stopcontact. Plaats de sleutel en laat de loopband een paar minuten lopen. Herhaal tot de loopband goed in het midden zit.
b. Als de loopband slipt als erop wordt gelopen,
dient u eerst de sleutel te verwijderen en dan DE
SNOER UIT HET STOPCONTACT TE HALEN.
Draai beide bijstelbouten van de ruststandrol een kwartslag naar rechts met de inbussleutel. Als de loopband goed vastzit moet u elke rand van de loopband 5 tot 7 cm van het loopopper­vlak kunnen optillen. Zorg ervoor dat de loop­band in het midden zit. Steek dan de stekker in het stopcontact. Plaats de sleutel en laat de loopband een paar minuten lopen. Herhaal tot de loopband goed vastzit.
a
b
24
Page 26
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. WETL30708.0 R0608A
De GEDETAILLEERDE TEKENING voor verdere raadpleging van deze handleiding bekijken om de onderdelen die hieronder opgesomd staan, te kunnen vinden.
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
11Gasveer 265/16" Sterring 32M10 x 51mm Bout 42M10 Tussenring 52M10 Slotmoer 61M4 Aardingbout 72Gasveerpen 8 2 M10 Sterring 92M10 x 47mm Bout
10 15 M4.2 x 19mm Schroef 11 1 4 mm Inbussleutel 12 2 M5 Sterring 13 2 M5 x 16mm Schroef 14 10 M4.2 x 19mm Tekschroef 15 2 M10 x 110mm Hechtbout 16 4 M10 Plat Tussenring 17 6 M8 x 16mm Bout 18 4 M10 x 53mm Hechtbout 19 5 M8 Slotmoer 20 1 Vergrendelplaat 21 4 Plastic vergrendeling 22 2 M8 Flensmoer 23 2 M10 Slotmoer 24 2 Hellingspen 25 2 #8 x 3/4" Schroef 26 2 Moer van het inzetstuk 27 2 Motorbout 28 2 M8 x 35mm Bout 29 3 M4 x 13mm Tekschroef 30 12 M5 x 25mm Schroef 31 4 M8 x 30mm Bout 32 4 M4.2 x 13mm Riemgeleiderschroef 33 2 Bout van de ruststandrol 34 2 M8 x 20mm Bout 35 2 M8.4 Sterring 36 2 M6 Sterring 37 2 Tussenring van de roller 38 8 M4 x 13mm Schroef 39 3 M4.2 Sterring 40 1 M8 x 98mm Bout 41 6 M8 Kooibeugel 42 4 U-moer 43 2 #10 x 1" Tekschroef 44 1 Rechter Beugel van de ruststandrol 45 1 M4.2 x 10mm Aardingschroef 46 2 M4.2 x 10mm Schroef 47 2 Rechter oppervlakkussen 48 1 5 mm Inbussleutel 49 1 Magneet 50 1 Linker voetleuning 51 2 Isolator
52 1 Bedieningspaneel 53 2 Riemgeleider 54 2 Tussenstuk van de staander 55 1 Sensorschroef 56 1 Klem van de sensorschroef 57 2 Onderstelkap 58 1 Aandrijfrol/Katrol 59 1 Aandrijfriem 60 1 Filter 61 4 Draadband 62 1 Vergrendelingsbehuizing 63 1 M4 Moer 64 1 Rechter voetleuning 65 1 Loopoppervlak 66 1 Loopband 67 1 Onderstel 68 1 Linker Beugel van de ruststandrol 69 1 Ruststandrol 70 1 Rechterachtervoet 71 1 Linkerachtervoet 72 1 Motorkap 73 1 Dwarsstang van het bediening-
spaneel 74 1 6 mm Inbussleutel 75 4 #10 x 1" Schroef 76 1 Controller 77 1 Elektronische plaat 78 1 Transformator 79 1 Grondbedrading met sticker 80 1 Motortussenstuk 81 1 Aandrijfmotor 82 2 Motorisolator 83 1 Motorbeugel 84 1 Stroomsnoeradapter 85 1 Stroomsnoer 86 1 Onderpan 87 1 Controller Aardingsdraad 88 1 Ontvanger 89 1 Reset/Off Stroomonderbreker 90 1 Doorvoerhuls van de Onderpan 91 2 Kapje van de handleuning 92 1 Linker handleuning 93 1 Kapje van de linkerhandleuning 94 1 Rechter handleuning 95 1 Kapje van de rechterhandleuning 96 1 Linker staander 97 1 Draadkoker 98 1 Rechter staander 99 2 Doorvoerhuls
100 4 Basisvoet
26
Page 27
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
101 1 Basis
02 4 Wieltussenstuk
1 103 2 Wiel
04 1 Sleutel/clip
1 105 16 8" Draadband 106 1 Vergrendelwaarschuwingssticker
*–4" Groene draad, F/R *–4" Zwarte draad, M/V
Opmerking: Specificaties kunnen zonder opgave van redenen gewijzigd zijn. Kijk op de achterkant van deze ge­bruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen. *Betekent onderdeel niet getoond.
*–6" Rode draad, M/V * *–10" Witte draad, 2F * *–8" Blauwe draad, 2F *–4" Blauwe draad, M/V *–4" Zwarte draad, 2F *–Gebruiksaanwijzing
6" Witte draad, 2F
10" Blauwe draad, 2F
27
Page 28
30
30
14
55
42
42
50
29
51
47
21
32
53
19
29
57
56
59
31
57
58
65
14
53
32
19
42
42
21
47
51
29
66
67
64
33
36
38
39
19
71
70
19
36
44
68
69
39
38
31
19
40
33
30
30
30
30
30
30
30
31
31
28
28
37
37
10
61
106
30
11
48
49
74
26
26
25
20
3
23
23
3
24
24
GEDETAILLEERDE TEKENING A—Modelnr. WETL30708.0 R0808A
28
Page 29
72
84
85
81
34
34
35
22
83
80
35
22
27
82
79
87
88
89
14
90
86
14
14
14
6
63
38
39
76
38
38
77
46
78
38
60
99
75
75
75
75
GEDETAILLEERDE TEKENING B—Modelnr. WETL30708.0 R0808A
29
Page 30
17
10
13
41
41
2
17
10
95
94
9
2
10
93
41
13
91
10
17
2
17
2
17
91
2
97
98
96
15
54
15
54
100
16
18
100
18
100
14
101
97
9
102
103
105
99
5
5
4
4
12
12
14
14
14
16
100
102
102
102
103
9
10
10
43
62
7
1
8
8
GEDETAILLEERDE TEKENING C—Modelnr. WETL30708.0 R0808A
30
Page 31
73
104
10
10
10
45
52
GEDETAILLEERDE TEKENING D—Modelnr. WETL30708.0 R0808A
31
Page 32
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen te bestellen, bekijk dan de kaft van deze handleiding. Zorg ervoor dat u de volgende infor­matie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
• het modelnummer en serienummer van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
• de naam van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
• het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE TE­KENING aan het eind van deze handleiding)
RECYCLING INFORMATIE
Dit elektronisch product mag niet bij het gemeentelijk afval worden ge­gooid. Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet wor­den gerecycled aan het einde van de levenscyclus.
Gebruik recycling installaties die bevoegd zijn voor het verwerken van dit soort afval in uw streek. Zo zult u het milieu helpen beschermen en de Europese nor­men voor milieubescherming helpen verbeteren. Als u meer informatie nodig hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem contact op met uw plaatse­lijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
Onderdeel Nr. 266723 R0808A Gedrukt in China © 2008 ICON IP, Inc.
Loading...