Weslo WETL28131 Owner's Manual

Page 1
Modelnummer WETL28131 Serienummer
Sticker
met serien­ummer
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op uw volledige tevredenheid. Mocht u nog vragen hebben, mochten sommige onderdelen ontbreken of beschadigd zijn neem dan contact op met de winkel waar u dit product hebt gekocht.
GEBRUIKSAANWIJZING
WAARSCHUWING
Fitness Product HC
lasse
K
Page 2
INHOUD
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
GEBRUIK EN BIJSTELLEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .9
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .16
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laataste Pagina
Opgelet: U vindt een GEDETAILLEERDE TEKENING en een LIJST MET ONDERDELEN in het midden van deze handleiding.
WESLO is een merk van ICON IP, Inc.
2
Page 3
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING: Lees de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen en infor-
matie door voordat u de loopband gaat gebruiken om het risico op brandwonden, brand, electrische schok of persoonlijk letsel te verminderen.
Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
1. naar zich te ervan te overtuigen dat alle ge­bruikers van de loopband voldoende op de hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en waarschuwingen.
2. Gebruik de loopband alleen zoals voorge­schreven.
3. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de loopband niet in een garage, op een overdekt terras of bij water.
4. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond met minstens 2,5 m ruimte rondom ruimte achter de loopband en 0,5 m ruimte aan ie­dere kant van de loopband. Zorg ervoor dat de loopband geen luchtopeningen, luchtroos­ters blokkeert. Leg een kleed onder de loop­band om de vloer te beschermen.
5. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen gebruikt worden of waar zuurstof wordt toe­gevoegd.
6. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en huisdieren bij de loopband vandaan.
De loopband kan alleen door mensen die min-
7. der dan 113 kg wegen worden gebruikt.
8. Laat nooit meer dan een persoon op de loop­band.
Draag geschikte kleding wanneer u de loop
9. band gebruikt. Draag geen losse kleding die in de loopband verstrikt kan raken. Sportkleding voor mannen en vrouwen aan bevolen.
de loopband nooit op blote voeten, op sokken of op sandalen.
10. Voltooi eerst de montage van de loopband voordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst. (Zie MONTAGE op pagina 6 en DE LOOP BAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op pa­gina 14.) U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen.
Draag altijd sportschoenen. Gebruik
-
-
-
Steek het elektriciteitssnoer alleen in een ge-
11. aard stopcontact (zie pagina 9). Geen elk ander apparaat moet zich op dezelfde groep bevinden.
12. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, ge­bruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
13. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes van­daan.
14. Verander de hellingstand van de loopband niet door voorwerpen onder de loopband te plaatsen.
15. Loop nooit op de loopband wanneer de elec­triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loopband niet wanneer het electrische snoer of stekker beschadigd is. Gebruik de loopband niet als hij niet goed werkt. (Zie VOORDAT U BEGINT op pagina 5 als de loopband niet goed werkt.)
16. Start de loopband nooit wanneer u op de band staat. Houdt u altijd vast aan de hand­leuningen wanneer u de loopband gebruikt.
17. De loopband kan een hoge snelheid bereiken. Stel de snelheid geleidelijk bij om schok­kende versnellingen te voorkomen.
18. De pols-sensor is geen medisch instrument. Verschillende factoren zoals beweging van de gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de metingen beïnvloeden. De pols-sensor is al leen als hulpmiddel bedoeld voor algemene hartslag meting.
Laat de loopband nooit zonder toezicht rond
19. draaien. Haal altijd de sleutel, trek de stekker uit het stopcontact, en druk de on/off (aan/uit) knop in de off positie wanneer u de loopband niet gebruikt. (Zie de tekening op pagina 5 om de aan/uit knop te vinden.)
Zorg ervoor dat de sluitknop volledig geslo
20. ten is voordat u de loopband inklapt of ver­plaatst.
-
-
-
3
Page 4
21. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
Steek nooit iets in welke opening dan ook.
22.
23.
GEVAAR: Trek de stekker altijd di-
rect na gebruik van de loopband uit het stop contact. Eveneens de stekker uit het stop­contact trekken vóór het schoonmaken van de loopband, voor het plegen van onderhoud
-
en voor het bijregelen zoals beschreven is in deze handleiding. Verwijder nooit de motor­kap tenzij een technicus dat aangeeft. Ander onderhoud dan datgene wat vermeld staat in deze handleiding moet door een technicus uitgevoerd worden.
24. Deze loopband is alleen voor huiselijk ge­bruik bedoeld. Gebruik de loopband niet commercieel of voor verhuur.
WAARSCHUWING: Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefen-
programma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezond­heidsproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik. ICON is niet verantwoordelijk voor persoon­lijk letsel of schade door het gebruik van dit produkt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
De hieronder weergegeven sticker bevindt zich op uw loopband. De vertaling van de engelse sticker is als volgt:
GEVAAR: Bescherm uzelf en andere gebruikers tegen het risico van ernstig letsel. Lees deze handleiding en:
• Ga altijd op de zijrails staan bij het starten en stoppen van de loopband.
• Stel de snelheid geleidelijk bij.
• Houdt U tijdens het gebruik van de loopband vast aan de handleuningen om te voorkomen dat U valt draag ook altijd de veiligheidsklip.
• Stop wanneer u zich niet goed voelt, duizelig of kortademig wordt.
• Sluit de sluitknop goed voordat u de loopband verplaatst of opbergt.
• Plaats de hellling van de loopband in de laagste stand voordat U de loopband opvouwt.
• Laat kinderen niet in de buurt van of op de loopband spelen.
• Haal de sleutel uit het apparaat wanneer U deze niet gebruikt. Blijf met uw kleding, uw vingers en hoofdhaar uit de buurt van de lopende band.
• Probeer nooit tijdens het gebruik de loopband te repareren of bij te stellen.
• Draag altijd sportschoenen wanneer U op de loopband oefent.
4
Page 5
VOORDAT U BEGINT
Fijn dat u de nieuwe WESLO®CADENCE 90 gekozen hebt. De CADENCE 90 loopband combineerd unieke technologie met een nieuw ontwerp om om u de beste oefening aan te bieden binnen het gemak en de pri­vacy van uw eigen huis. En wanneer u de loopband niet gebruikt kunt u de CADENCE 90 loopband inklap­pen zodat hij minder ruimte in beslag neemt dan an­dere loopbanden.
Lees deze handleiding voor uw eigen welzijn zorg­vuldig door voordat u de loopband gebruikt. Mocht
Accessoire Houder
Handleuning
Sluitknop
u nog vragen hebben, neem dan contact op met de winkel waar u dit product hebt gekocht. Om u beter van dienst te kunnen zijn, zorg ervoor dat u het model­en serienummer bij de hand hebt voordat u belt. Het modelnummer van de loopband is WETL28131. Het serienummer bevindt zich op een sticker op de loop­band (zie kaft van deze handleiding).
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de te­kening hieronder en de verschillende onderdelen.
Boekenhouder
Bedieningspaneel
Sleutel/Klip
Staander
Loopband
Voetkussentje
ACHTERKANT
Bijstelbouten voor de Achterroller
RECHTERKANT
Aan/uit Knop
Stroomonderbreker
Regelbaar Kussen
5
Page 6
MONTAGE
De montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren. Plaats de loopband op een open plek en
verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft. Opgelet: De onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het vervoer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking be­vindt. Dit is normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de bovenkant van de loopband bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.
Tijdens de montage zult u de meegeleverde inbussleutels , uw eigen kruiskopschroevendraaier , knijptang en neuspunt combinatietang nodig hebben.
Raadpleeg de TEKENING OM ONDERDELEN TE HERKENNEN in het midden van deze handleiding als hulp bij het identificeren van de onderdelen. Opgelet: De elementen en andere kleine onderdelen zijn in aparte zakken verpakt. Open de zakken met onderdelen pas wanneer dat wordt aangegeven.
1. Zorg ervoor dat het snoer uit het stopcontact getrok-
ken is.
Open onderdeelzak A.
toond is, met de aangegeven kleine gaten aan de bo­venkant (alleen een klein gat is aangegeven). Plaats een Wiel (63) in ieder Huizing van het Wiel (62) en schuif de Huizings van het Wiel op de einden van de Basis met de bout gaten.
Maak een Wiel (63) aan iedere Huizing van het Wiel (62) vast met een 2 1/2" Bout (61) en een Wielmoer (4).
ervoor dat de Wielmoeren zich aan de aangegeven kanten bevinden. Draai de Bouten nog niet te vast.
Schuif twee Kapjes van de Basis (75) op de andere ein­den van de Basis (79) (alleen een Kap van de Basis is getoond). Maak de vier Kussens van de Basis (73) aan de Kapjes van de Basis en de Huizings van het Wiel (62) vast met vier 1 1/4" Tek Schroeven (9).
2. Tiil de Basis (79) rechtop en plaats het bij het Onderstel
(96) van de loopband zoals aangegeven. Zorg ervoor dat
de Wieltjes (63) zich in de getoonde positie bevinden.
Zoek naar de Rechter Staander (104), de een groot rond gat in de aangegeven plaats heeft. Voer de Draadhar­nas (65) in de het gat en uit de bovenkant van de Rechter Staander. Zorg ervoor dat er twee U-Moeren (74) aan de onderkant van de Rechter Staander zitten (zie tekening 2a). Plaats de Rechter Staander tegen de Basis (79) zoals aangegeven. Zorg ervoor dat de
Rechter Staander geplaats is zoals aangegeven zodat de zwenkgaten in de aangegeven positie be­vinden. Draai handmatig twee 3" Bouten (58) met twee
5/16" Sterringen (57) in de onderkant van de Basis en de onderkant van de Rechter Staander.
Maak de Linker Staander (47) aan de Basis (79) op de­zelfde manier vast. Opgelet: Er is geen draadharnas in de Linker Staander.
Plaats de Basis (79) zoals ge-
Zorg
1
voor Bout
2
47
2a
Gat
75
104
61
60
73
73
63
57
Zwenk-
gaten
79
62
60
63
64
73
Klein Gat
58
79
104
96
64
60
62
63
61
63
58
57
Rond
Gat
65
Met de hulp van de tweede persoon, til de Staanders (47, 104) rechtop.
74
6
Page 7
3. Open onderdeelzak B. Houdt een Tussenstuk van de
Staander (59) tegen een kant van het Onderstel (96) zoals aangegeven. Steek een 3 1/2" Bout (54) in het aangegeven gat in het Tussenstuk van de Staander en het Onderstel. Draai een 3/4" Tek Schroef (9) in het Tussenstuk van de Staander. Verwijder de 3 1/2" Bout. Herhaal deze procedure voor de andere kant van het Onderstel.
Laat een tweede persoon het linker eind van het Onderstel (96) optillen. Steek een 3 1/2" Bout (54) met een 3/8" Sterring (55) in de Rechter Staander (104) en het rechter Tussenstuk van de Staander (59), en draai de bouten vast. deze stap voor de linkerkant van het Onderstel.
Draai de Bout niet te vast. Herhaal
3
9
96
59
104
55
54
Gat
4. Maak de Huizing van het Slot (46) aan de Linker
Staander (47) vast met twee 3/4" Schroeven (38). Zorg ervoor dat het grote gat in de Huizing van het Slot aan de getoonde kant zit.
Draai de Sluitknop (48) los van de Sluitpen (52). Zorg er­voor dat de Kraag van de Sluitpen (49) en de Veer (50) op de Sluitpen zitten. Steek de Sluitpen in het Slot (46) en draai de Sluitknop op de Sluitpen vast.
5. Voer de Draadharnas (65) vanuit het grote gat in de vier-
kante houder op de Rechter Handleuning (65). (Opgelet: Gebruik een neuspunt buigtang om de Draadharnas uit het gat te trekken). Verwijder de plastic verbindingen van de houder.
Steek een houder van de Rechter Handleuning (40) in de bovenkant van de Rechter Staander (104). Maak de Rechter Handleuning zoals getoond vast met twee 1" Bouten (43), twee 1/4" Tussenringen (44), twee 1/4" Sterringen (45), een 5/16” Tussenring (125) en een 4" Bout (117).
Draai de bouten nog niet vast.
4
47
48
Groot Gat
38
46
5
65
Bracket
40
50
49
52
Large
Hole
43
44
45
104
Zie tekening 5a. Steek de nylon verbinding door het aan­gegeven gat in de Rechter Handleuning (40).
Zie tekening 5b. Kijk even in de Rechter Handleuning (40) en zorg ervoor dat de Draadharnas (65) aan de aan gegeven kant bevestigd is. Maak de nylon verbinding vast en snij het overschot af.
Maak de Linker Handleuning (niet getoond) op dezelfde manier vast. Opgelet: Er is geen draadharnas in de Linker Staander.
7
43
-
5a
Verbinding
40
5b
40
125
117
Verbinding
65
45
44
Page 8
6. Maak het eind van de geaarde draad aan het kleine gat
in de zijkant van de Rechter Handleuning (40) vast met een Zilvere Geaarde Schroef (66).
Open onderdeelzak C. Maak de Dwarsstang (39) aan de Rechter Handleuning (40) en de Linker Handleuning (131) vast met twee Schroeven van de Dwarsstang (37).
Draai de Schroeven van de Dwarsstang nog niet te
Zorg ervoor dat het rechthoekige gat in de
vast.
Dwarstang aan de aangegeven kant zit.
7. Plaats de Basis van het Bedieningspaneel (67) op de
Rechter Handleuning (40) en de Linker Handleuning (niet getoond).
Steek de Draadharnas (65) door de twee aangegeven plastic verbindingen van de Basis van het Bedieningspa­neel (67). Raak de Rechter Handleuning (40) even aan om statische elektriciteit te ontladen. Bekijk tekening 7a. Zoek naar de connector aan het einde van de Draadharnas. Steek de connector in het rode contact­punt onder het Bedieningspaneel
moet makkelijk in het contacpunt schuiven en vast zitten. Als de connector niet makkelijk in het contactpunt
schuift en niet vast blijft zitten draai de connector dan en steek deze weer in. WANNEER DE CONNECTORS
NIET GOED ZIJN VERBONDEN KAN HET BEDIE­NINGSPANEEL BESCHADIGD WORDEN ALS DE STROOM INGESCHAKELD WORDT.
Zoek naar de 3/4" Schroeven (38); zorg ervoor dat u de 3/4" Schroeven en de 1/2" Schroef (5) niet door el­kaar haalt. Maak de Basis van het Bedieningspaneel
(67) aan de Rechter Handleuning (40) en de Linker Handleuning (niet getoond) vast met acht 3/4" Schroeven (alleen vier Schroeven zijn getoond). Start eerst alle
acht Schroeven voordat ze vastgedraaid worden. Draai de Schroeven niet te vast.
(69). De connector
6
37
7
38
40
Geaarde Draad
66
40
39
Verbinding
37
7a
131
Gat
37
65
67
38
69
65
Draai de Schroeven van de Dwarsstang (37).
Druk de Draadharnas (65) in de gleuf aan de achterkant
8.
van de Basis van het Bedieningspaneel (67). Opgelet: Het kan zijn dat de Draadharnas van een kleine cilinder is voorzien zodat het niet in het spoor terechtkomt. Druk zoveel mogelijk draad in het spoor.
Steek het overschot van de Draadharnas (65) in het grote gat in de zijkant van de Rechter Handleuning (40).
Maak de plastic verbinding goed vast zodat de Draadharnas niet glijdt. Snij vervolgens de einden van
de plastic verbinding af.
Maak het Toegangsdeurtje (84) aan de Basis van het Bedieningspaneel (67) vast met de 1/2" Schroef (5).
Draai de gebruikte bouten in stap 5 vast (maar niet te vast). Met de hulp van een tweede persoon, laat de staanders neer en draai de bouten in stap 2 goed vast.
9. Zorg ervoor dat alle onderdelen goed zijn vastgedraaid voordat u de loopband gebruikt. Opgelet: Het kan
zijn dat er extra onderdelen zijn. Bewaar de meegeleverde inbussleutels op een veilige plaats. De grote sleutel is voor het bijstellen van de band (zie pagina 17). Plaats een matje onder de loopband om uw vloer te beschermen.
8
67
40
65
Verbinding
84
5
Spoor
8
Page 9
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
DE PERFORMANT LUBE®LOOPBAND
Uw loopband bevat een band die met PERFORMANT LUBE®is behandeld. BELANGRIJK: Behandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult u de loopband be schadigen.
-
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd.
Het apparaat wordt met twee snoeren geleverd. Gebruik het snoer die in uw stopcontact past. Steek het in tekening 1 aan­gegeven uiteinde van het snoer in het contactpunt van de ellip­tische crosstrainer. Licht vervolgens het flapje van het dosje met ferriet op en klem het rond het snoer vast. Het dosje met ferriet kan niet op het snoer schuiven. Maak de inbegrepen plastic verbinding achter het dosje met ferriet vast en snij de uiteinden van de verbinding af. Steek de stekker in een geaard stopcontact zoals aangegeven in tekening 2.
Als het snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fabrikant aanbevolen snoer.
1
2
Stopcontact van de
loopband
Dosje met Ferriet
Plastic
Verbinding
Flapje
Stopcontact
OPGELET: Een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok lei-
den. Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed ge­aard is. Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monte­ren als de stekker niet in het stopcontact past.
9
Page 10
Sticker
Sleutel
WAARSCHUWING: Lees de
volgende voorzorgsmaatregelen door voordat u het bedieningspaneel gebruikt.
Sta nooit op de loopband wanneer u deze in
• gebruikt neemt.
• Draag altijd de klip (zie tekening hierboven) wanneer u de loopband gebruikt.
• Stel de snelheid geleidelijk bij om schok­kende versnellingen te voorkomen.
• Houdt het bedieningspaneel droog om het risico van een electrische schok te voorko­men. Zorg ervoor dat u geen vloeistof op het bedieningspaneel morst en gebruik alleen maar sluitbare flessen.
WAARSCHUWINKEN
De sticker op het bedieningspaneel is in het Engels. Het meegeleverde blad met stickers bevat dezelfde in-
Klip
formatie in vijf verschillende talen. Zoek naar de sticker met Nederlandse opschrift. Plak de sticker op de aan­gegeven plaats.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van verschillende functies om het meest doeltreffend te oe­fenen. U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest de snelheid en de hellingstand van de loopband veran­deren door een druk op een toets. De display zullen tij dens uw oefening continu informatie weergeven. U kunt zelfs uw hartslag meten met de ingebouwde hart­slagsensor of borstriem.
Er bestaan ook nog vijf voorafingestelde programma’s. Ieder programma verandert automatisch de snelheid en de helling van de loopband tijdens uw oefening.
Om het controlepaneel handmatig te bedienen, volg de stappen beginnende op bladzijde
geprogrammeerd programma te gebruiken,
zijde 13.
11.
Om een voor
zie blad-
-
-
10
Page 11
HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN
Opgelet: Het kan zijn dat er op het bedieningspaneel een plastic vel zit.
De stekker in het stopcontact steken (zie pagina
1
Zoek naar de aan/uit
2
knop aan de rechter­kant van de loopband bij de rechter staander. Zorg ervoor dat de knop aan is.
Ga op de voetenkussentjes van de loopband
3
staan. Zoek naar de klip die aan de sleutel vast zit (zie tekening op pagina 10) en maak de klip aan de tailleband van uw kleding vast. Steek vervol­gens de sleutel in het bedieningspaneel. Even na­dien zullen de piste en de displays gaan branden.
Test de klip door voorzichtig een paar stappen achteruit te zetten totdat de sleutel uit het be­dieningspaneel wordt getrokken. Als de sleu­tel niet uit het bedieningspaneel komt, stel dan de lengte van de klip bij.
Aan
Positie
9).
Druk op de Start toets of de Snelheid [SPEED]
3
toets om de loopband te starten.
ss
Direct nadat u op de toets drukt zal de loop­band met een snelheid­van 1 mijl per uur (mph) beginnen te draaien. Houdt u vast aan de handleuningen vast en begin te oefenen. U kunt tijdens uw oefening de snelheid van de loopband veranderen als u dat wilt door op de Snelheid toetsen te drukken. Iedere keer als de toets wordt ingedrukt zal de snelheid van de loopband 0,1 mph veranderen. Wanneer u de toets ingedrukt houdt zal de snelheid van de loopband 0,5 mph veranderen.
Druk op de Stop toets om de loopband te stoppen. De Tijd/Tempo display zal opflikkeren. Druk op de Start toets of de Snelheid sstoets om de loopband weer opnieuw in gang te zetten.
Opgelet: Bekijk tijdens de eerste paar minuten de ligging van de band en stel deze bij mocht het nodig zijn (zie pagina 17).
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE GEBRUI­KEN
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
1
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN hier­boven.
De handmatige instelling kiezen.
2
De handmatige instelling wordt gekozen en de Handmatige indicator [MANUAL CONTROL] zal gaan branden wan­neer u de sleutel in het bedieningspaneel steekt. Druk meerdere keren op de Programma toets om de handmatige instelling weer te kiezen wanneer een programma gekozen is.
De hellingstand van de loopband veranderen
4
zoals gewenst.
Druk op de helling toet­sen om de Hellingstand van de loopband te ver­anderen. Leder keer als de toets wordt ingedrukt zal de helling van de loopband 0,5% veranderen.
Bekijk uw vordering op de piste en de vier dis-
5
.
plays
De piste—De piste in
het midden van het be dieningspaneel geeft een afstand van 400 meter (1/4 mijl) aan. De indicators rond de piste zullen gaan branden wanneer u op de loopband loopt totdat de hele piste verlicht is. De piste zal daan doven en de indicators zullen opnieuw gaan branden.
-
1
1
Page 12
Helling display—Dit dis-
play geeft het hellingni­veau aan van de loop band.
-
lorieën
VET VERBRUIKEN op pagina 18). De display zal telkens na een paar seconden van het ene num mer naar het andere overgaan zoals door de indi­cators op de display wordt aangegeven
[FAT] en calorieën [CALORIES] aan. (Zie
-
Tijd/Tempo display— wanneer u de handma­tige of de iFIT.com instel­ling heeft gekozen, deze display geeft de verlopen tijd [TIME] en uw tempo [PACE] aan (het tempo is in minuten per mijl gemeten). De display zal tel­kens na een paar seconden van het ene nummer naar het andere overgaan zoals door de indica­tors op de display wordt aangegeven. De display zal wanneer een voorafingesteld programma ge­kozen is de overblijvende tijd van het programma en uw tempo aangeven.
De Afstand display— Deze display geeft de gelopen afstand [DIS­TANCE] aan.
De Snelheid display— Deze display geeft de snelheid [SPEED] van de loopband aan.
Opgelet: Het bediening­spaneel kan de snelheid en afstand in mijlen of ki­lometers aangeven. De letters "MPH" of "KPH" zullen op de Snelheid display verschijnen en de gekozen eenheid aan geven. Druk om van eenheid te veranderen de Stop toets terwijl u de sleutel in het bedieningspa­neel steekt. De Snelheid geven (voor engelse mijlen) of een “M” aangeven (voor kilometers). Druk op de Snelheid om van de ene naar de andere eenheid over te schakelen. Wanneer u de gewenste eenheid hebt gekozen haal dan de sleutel uit en steek deze weer in.
display zal een “E” aan
Indicator
ss
-
toets
Hartslag display—De display geeft uw hartslag aan wanneer u de pols­sensor (zie stap 6) ge­bruikt.
Uw hartslag meten als u dat wilt.
6
Om uw hartslag te meten moet u eerst op de voetrails gaan staan en uw duim op de pols-sensor plaatsen. Druk niet
te hard met uw duim of u zult de bloedsomloop in uw duim belemmeren en geen pols uitslag krijgen. De hartvormige indicator in
de Hartslag display zal wanneer uw pols gemeten wordt met iedere hartslag beginnen te flikkeren, en uw hartslag zal dan worden aangegeven. Houdt uw duim ongeveer 15 seconden op de pols­sensor voor de beste meting.
Haal uw duim een paar seconden van de pols­sensor af wanneer uw hartslag niet wordt aange­geven of wanneer uw hartslag te hoog of te laag schijnt de zijn. Vergeet niet dat u stil moet staan wanneer u uw hartslag wilt meten.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
7
neer u uw oefening voltooid hebt.
Zorg ervoor dat wanneer het programma eindigt de helling van de loopband op de laagste stand staat
-
. Stel de helling in de laagste stand voor­dat u de loopband inklapt. U kunt als u dit niet doet de loopband voor altijd beschadigen.
Haal vervolgens de sleutel uit het bedieningspa­neel en bewaar deze op een veilige plek.
Plaats de aan/uit toets in de uit positie wanneer u met de loopband klaar bent.
Pulse Sensor
De Vet Calorieën/Calo­rieën display—Deze
display geeft bij benade­ring de verbruikte
vet ca-
12
Page 13
HOE VOORAF INGESTELDE PROGRAMMA’S TE GEBRUIKEN
De sleutel goed in het bedieningspaneel ste-
1
ken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op pagina 11.
Een van de drie vooraf ingestelde programma’s
2
kiezen.
De handmatige instelling wordt gekozen wanneer de sleutel in het bedie­ningspaneel wordt ge­stoken. Druk om een voorafingesteld pro­gramma te kiezen meer­dere keren de Programma toets totdat een van de vijf programma indicators begint te branden. Opgelet: De diagrammen naast de programma in­dicators geven aan hoe de snelheid en de helling van de loopband tijdens de programma’s zullen veranderen.
Ieder programma bevat 20 of 30 segmenten, ieder een minuut lang. Ieder segment heeft een eigen snelheidsinstelling en een eigen hellingsin­stelling. De snelheid voor het eerste segment verschijnt in de linker kolom van de display. De snelheid instellingen voor de vijf volgende segmenten verschijnen op de vijf opeenvolgende kolommen rechts. Opgelet: Een streepje in de kolom geeft een snelheidsin stelling aan van 1 mph of 1,5 mph. Twee streep­jes geven een snelheid van 2 mph of 2,5 mph aan. Drie streepjes geven een snelheid van 3 mph of 3,5 mph aan, etc. Belangrijk: Het kan zijn al
geven twee opeenvolgende kolommen de­zelfde aantal streepjes aan dat de geprogram­meerede snelheid anders is.
Op de Start-toets of de Snelheidsstoets druk-
3
ken om het programma te starten.
Wanneer u op de toets drukt zal de linker kolom beginnen te flikkeren en de loopband zal automa­tisch de snelheid en de helling voor het eerste segment instellen. Houdt u vast aan de handleu ningen en begin te oefenen.
Programma Indicator
Huidige Segment
-
U zult aan het eind van het eerste segment een
aantal tonen horen en alle snelheidsinstellingen zullen met een kolom naar links verschuiven
Snelheid display en/of de Helling display zal beginnen de flikkeren om u aan te duiden dat de snelheid en/of de helling van de loopband gaat veranderen. De snelheid voor het tweede
segment zal dan in de linker kolom verschijnen en de snelheid en helling zullen autmatisch worden ingesteld.
Het programma gaat door totdat de snelheidsin­stellingen voor het laatste segment worden weer­gegeven in de kolom voor het linker kolom en er geen tijd resteert. De loopband komt dan lang­zaam tot stilstand.
U kunt wanneer de snelheids- of de hellingsinstel­ling op enig moment tijdens het programma te hoog of te laag is deze handmatig bijstellen door op de Snelheids of Hellingstoetsen te drukken.
Hoe de loopband dan ook zal wanneer het vol­gend segment van het programma start auto­matisch de snelheid en de helling voor het vol­gende segment instellen.
Druk op de Stop-toets om het programma tijdelijk te stoppen. De Tijd/Tempo zal opflikkeren. Druk op de Start-toets of the Snelheid sstoets om het programma weer op te starten. De loopband zal met een snelheid van 1 mph beginnen te draaien. De loopband zal bij het begin van de volgende pe­riode de snelheid autmatisch bijstellen.
Uw vordering op de vier displays volgen.
. De
4
Zie stap 5 op pagina 11.
Het meten van uw hartslag als u dat wilt.
5
Zie stap 6 op pagina 12.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
6
neer u klaar bent met uw oefening.
Zorg ervoor dat wanneer het programma eindigt de helling van de loopband op de laagste stand staat.
het bedieningspaneel en bewaar het op een vei­lige plaats.
Plaats de aan/uit toets in de uit positie wanneer u met de loopband klaar bent.
-
Verwijder vervolgens de sleutel van
13
Page 14
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
De stekker uit het stopcontact. WAARSCHUWING: U moet zeker 20 kg kunnen tillen om de loopband te kunnen uitklap­pen, inklappen of verplaatsen.
1. Houdt de loopband vast op de rechts aangegeven plaatsen.
WAARSCHUWING: Buig door uw knieën en houdt uw rug recht om persoonlijk letsel te vermijden. Zorg ervoor dat u de kracht van uw benen gebruikt in plaats van uw rug om de loopband te tillen.
2. Plaats uw rechterhand zoals aangegeven en houdt de loop­band goed vast. Trek, met gebruik van uw linker hand, de sluitknop naar links en houdt deze vast. Til de loopband op tot het onderstel voorbij de sluitpin is. Laat de sluitknop lang­zaam los.
goed vast zit.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedekking te beschermen. Houdt de loopband uit direct zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving waar de tem­peratuur hoger dan 30° C.
Zorg ervoor dat het onderstel door de sluitpin
Til de loopband half omhoog.
Onderstel
Vergrendeld
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Voordat u de loopband kunt verplaatsen moet u eerst de loop­band inklappen zoals hierboven is beschreven. Zorg ervoor dat
het onderstel door de sluitpin goed vast zit.
1. Pak de uiteinden van de leuningen vast. Plaats een voet op
het onderstel zoals aangegeven.
2. Kantel de loopband tot deze vrij kan rollen op de voorwieltjes.
Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste plaats.
Wees heel voorzichtig tijdens het verplaatsen van de loopband zodat u het risico op persoonlijk letsel voor komt. Verplaats de loopband niet over een oneffen onder­grond.
Plaats weer een voet op het onderstel en kantel de loopband
3.
tot deze weer rechtop staat.
-
Sluitknop
Sluitpin
Onderstel
Voorwieltjes
14
Page 15
HOE DE LOOPBAND UIT TE KLAPPEN
1. Houdt het uiteinde van de loopband vast zoals aangegeven. Trek de sluitknop naar links en houd hem in die positie vast. Scharnier de loopband omlaag totdat het frame voorbij de pen op de sluitknop is. Laat voorzichtig de sluitknop los.
2. Houdt de loopband met beide handen goed vast en laat de
loopband op de vloer zakken. Laat de loopband niet op de
grond vallen. Buig door uw knieën en houdt u rug recht om het risico op persoonlijk letsel te vermijden.
Sluitknop
15
Page 16
PROBLEMEN OPLOSSEN
U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen. Zoek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben, neem dan contact op met onze klantendienst.
PROBLEEM: De stroom is niet ingeschakeld
OPLOSSING:
PROBLEEM: Stroomuitval tijdens gebruik
OPLOSSING: a. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer van de loopband (zie tekening c. boven). Als de
a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangestoken in een geaard stopcontact. (Zie pagina 9).
Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 meter of korter.
BELANGRIJK: De loopband is niet voor een GFCI stopcontact bedoeld.
b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich volledig in het bedie-
ningspaneel zit.
c. Controleer de stroomonderbreker bij het snoer
op het onderstel van de loopband. Als de knop uitsteekt zoals aangegeven is de stroomonder­breker doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk de schakelaar opnieuw in om de stroomonder­breker opnieuw in werking te stellen (te resetten).
d. Bekijk de aan/uit knop die zich bij het electrici-
teitsnoer van de loopband bevindt. De knop moet zich in de aan positie bevinden.
stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de schakelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt,
haal hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact.
c
Doorgeslagen
d
Positie
Resten
Aan
PROBLEEM:
OPLOSSING:
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspaneel.
d. Zorg ervoor dat de aan/uit knop zich in de aan positie bevindt (zie d. boven).
e. Als de loopband nog niet wil draaien, bel dan onze klantendienst.
De displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren
a. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT. Draai de
Schroeven voor Kap (2) van de Kap (1) los en ver­wijder de kap.
a
2
1
16
Page 17
Zoek de Sensor (16) en de Magneet (10) aan de linkerkant van de Katrol (101). Draai de Katrol zo­danig dat de Magneet gelijk staat met de Sensor.
Zorg ervoor dat de afstand tussen de Magneet en de Sensor ongeveer 3 mm is. Draai, indien
nodig, de Schroef (78) wat los en verplaats de Sensor enigszins. Draai de Schroef weer vast. Maak de Kap (niet getoond) weer vast en laat de loopband een paar minuten draaien om de snel­heidsmeting na te kijken.
PROBLEEM: De loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
3 mm
16
78
Zicht van
boven
101
10
OPLOSSING:
PROBLEEM: De loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en
a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loop-
band minder en kan zelfs beschadigd worden. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en DE STEK- KER UIT HET STOPCONTACT. Draai met de meegeleverde sleutel beide bouten van de achter­roller een 1/4 slag tegen de klok in. Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 8 à 10 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loop­band een paar minuten draaien. Herhaal deze han­deling tot de loopband goed ligt.
c. Bel onze klantendienst wanneer de loopband blijft vertragen.
DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT wanneer de loopband niet goed in het midden ligt. Als de loopband naar links is verschoven, draai met de meegeleverde sleutel de linker bout van de achter­roller een 1/2 slag met de klok mee. Als de loop- band naar rechts is verschoven, draai dan de bout van de achterroller een 1/2 slag tegen de klok in. Zorg ervoor dat u de band niet te strak aan draait. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
-
b
8 à 10 cm
Bijstelbouten voor de Achterroller
a
Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel en
b.
HAAL DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT
wanneer de loopband slipt. Draai met de meegele­verde sleutel beide bouten van de achterroller een 1/4 slag met de klok mee. Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u de loopband 8 à 10 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
17
b
Page 18
RICHTLIJNEN VOOR UW CONDITIE
eerste paar minuten begint uw lichaam vet als energie
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezondheidsproblemen. Lees alle instructies door voor gebruik.
De pols-sensor is geen medisch instrument. Verschillende factoren zoals beweging van de gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van de hartslag metingen beïnvloeden. De pols-sen­sor is alleen als hulpmiddel bedoeld voor al­gemene hartslag meting.
De volgende richtlijnen zullen u helpen met het uitvoe ren van uw oefenprogramma. Voor meer informatie raadpleeg een goed boek of raadpleeg uw huisarts.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardivascu­lair systeem te verbeteren dan is de juiste intensiteit het middel. U kunt het juiste intensiteitsniveau bepalen door uw hartslag als leidraad te gebruiken. De diagram hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan voor vet verbranding en voor een aerobic oefening.
-
te verbruiken. Stel de snelheid en de helling van de loopband bij todat uw hartslag rond het laagste getal van uw trainingszone ligt als u vet wilt verbranden.
Stel voor maximale vet verbranding, de snelheid en helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het middelste getal van uw trainingszone ligt.
Aerobic oefening
Uw oefening moet aerobic zijn als het uw doel is uw cardiovasculair systeem te verbeteren. Een aerobic oe­fening is een activiteit met een hogere zuurstof toevoer voor een langere tijd. Deze hogere intensiteit vraagt een grotere prestatie van uw hart om bloed naar uw spieren te pompen. Het vereist ook een grotere presta-
­tie van uw longen om het bloed van zuurstof te voor-
zien. Stel de snelheid en de helling van de loopband bij totdat uw hartslag rond het hoogste getal van uw trai­ningszone ligt als u een aerobic oefening wilt uitvoeren.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Iedere oefening moet uit de volgende drie onderleden bestaan:
Opwarming—Begin iedere oefening met een opwarm­fase door 5 à 10 minuten de spieren te strekken en wat lichte oefeningen te doen. Een juiste opwarmoefe­ning verhoogt uw lichaamstemperatuur , uw hartslag en bevordert uw bloedsomloop als voorbereiding op uw oefening.
Om de juiste harstlag meting te berekenen moet u eerst onder de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie ge­tallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw trainingszone aan. De twee laagste getallen zijn voor vet verbranding aanbevolen. Het hoogste getal is voor aerobic oefeningen aanbevolen.
Gebruik de pols-sensor op het bedieningspaneel om uw hartslag tijdens het oefenen te meten.
Vet verbruiken
Om effectief vet te verbranden moet U voor een lan gere tijd op een betrekkelijke lage intensiteit oefenen. Tijdens de eerste minuten van uw oefening gebruikt uw lichaam makkelijke bereikbare koolhydraten. Pas na de
-
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensi­teit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hart­slag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60 minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken van uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten). diep en regelmatig adem. Houdt nooit uw adem in.
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10 mi nuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van uw spieren bevorderen en problemen helpen voorkomen na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet u 3 keer per week oefenen met minstens een dag rust tussen de oefendagen. Na een paar maanden kunt u als u dat wilt 5 keer per week oefenen. Om succes te hebben is het belangrijk om plezierig en regelmatig te oefenen.
18
Haal
-
Page 19
VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN
De juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond. Strek u langzaam, vermijdt krachtige inspan ning.
1. Tenen aanraken
Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel mogelijk en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees, achterkant van knieen en rug.
2. Kniepees strekken
Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar u toe en leg deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover mo­gelijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en ont­span. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,onderrug en lies.
3. Kuit/achillespees strekken
Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Om uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste been. Spieren: kuiten, achillespees en enkels.
4. Dijspier strekken
3
1
2
4
-
Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren.
5. Binnendij strekken
Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen. Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3 keer. Spieren: dijspier en heupspieren.
5
19
Page 20
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. WETL28131 R0904A
Onder- Aantal deelnr.
1 1 Kap 2 3 1 Linker Voetkussentje 4 5 5 1/2” Schroef 6 4 Isolator 7 4 Loopoppervlak
8 2 Rubberen Element
9 15 3/4” Tek Schroef 10 1 Magneet 11 1 Sensorklip 12 1 Tussenring van de
13 1 Ster-tussenring van
14 2 Plastic Tussenstuk 15 1 Scharniermoer van
16 1 Sensor 17 1 Motor 18 1 Katrol/Vliegwiel/
19 1 Riem van de Motor
20* 1 Montage van Motor
21 1 Bout van de Motor 22 1 Ster-tussenring van
23 2 Plastic Tussenring 24 1 Moer van de Motor 25 1 Scharnierbout van
26 1 Beugel voor
27 14 Schroef voor
28 29 1 Contactpunt 30 31 1 Aan/Uit Knop 32 1 Controller 33 1 Hellingpoot 34 1 Choke 35 36
37 2 Dwarsstang Schroef 38 39 1 Dwarsstang 40 Rechter Handleuning 41 0 42 4 Kooibeugels 43 44 45 4 1/4” Stertussenring 46 1 Sluiting Huls 47 1 Linker Staander 48 1 Sluitknop 49 1 Tussenring van de
50 1 Veer 51 1 Sluitpenklem
Beschrijving
4 Schroef voor Kap
2 Loopband geleider
Schroef
van de Kap
Motor
de Motor
de Motor
Ventilator
de Motor
de Motor
Elektronica
Elektronica
1 Filter
Stroomonderbreker
1
Plastic Tussenstuk
4
Schakelbord met
1
Electronica
3/4” Schroef
13
1” Bout
4
1/4” Tussenring
2
Sluitpen
Onder- Aantal deelnr.
52 4 Kooibeugels
53*
54 2 3 1/2” Bout 55 56 1 Rechter Staander 57 4 5/16” Ster-tussenring 58 4 3” Bout 59 2 Tussenstuk voor de
60 2 1 1/4” Tek Schroef 61 2 2 1/2” Bout 62 2 Huizings van het Wiel 63 2 Wiel 64 2 Moer voor Wiel 65 1 Draadharnas 66 2 Zilveren Geaarde
67 1 Basis van het
68 1 Boeklens 69 1 Bedieningspaneel 70 1 Plastic Bevestiging 71 1 Sleutel/Klip 72 1 Sticker van het
73 4 Kussen voor de Basis 74 4 U-vormige beugel 75 2 Kapje van Basis 76 1 Pakking van de
77 1 Aarde-kabel van het
78 10 Schroef 79 1 Basis 80 1 Filter Draad 81 1 Onderkap 82 1 Dosje met Ferriet 83 84 1 Toegangsdeurtje 85 86 3 Verbinding 87 1 8” Kabelbevestiging 88 1 Aarde-kabel 89 1 Bout van het
90 91 2 Achterwiel 92 4 Plastic Klem 93
94 3 Pakkingring roller-
95 3 Bijstelbout van de
96 97 1 Achteroller 98 1 Linker Bescherm-
99 1 Loopband 100 1 Loopoppervlak 101 1 Wieltje/Katrol 102 1 Waarschuwingssti-
Beschrijving
1 Montage van Sluitpen
2 3/8” Ster-tussenring
Staander
Schroef
Bedieningspaneel
Bedieningspaneel
Staander
Onderstel
1 Elektriciteitssnoer
Verbindingsklip
3
Achterwiel Moer van Hellingpoot
4
Rechter Bescherm-
1
kapje
verstelling
Roller Onderstel
1
kapje
cker
Onder- Aantal deelnr.
103 1 Bijstelbout van de
104 1 Rechter Staander 105
106 1 Schakelhuls van
107 1 Draad van Controller
108 1 Inbussleutel 109 2 Scharnierbout van
110 2 Schroef van Achter
111 1 Achter Onderkap 112 2 Moer van helling-
113 2 Bout van helling-
114 1 Stopknop van de
115 1 Hellingmotor 116 1 Draad van Helling 117 2 4” Bout 118 3 Ster-tussenring 119 2 Isolator Klem 120 2 Middengedeelte
121 2 Schuimrubber
122 2 Schuimrubber
123 1 Plug van Onderkap 124 1 Rechter Voetkus-
125 2 5/16” Tussenring 126 1 Kleine Bout 127 128 1 Kleine Stertussenring 129 130 1 Optische Plaat 131 1 Linker Handleuning
# 1 10” Groene Draad,
#
# 1 4” Groene Draad,
#
# 1 4” Blauwe Draad, 2
# 1 8” Witte Draad, 2
#
# 1 4” Zwarte Draad, 2
# 1 Gebruikersaanwijzing
* Inclusief alle meegeleverde delen. # Deze onderdelen woorden niet getoond.
Beschrijving
Voorste Roller
2 Houder van Element
van de Kap
Motor
van de Motor
Helling
Onderkap
motor
motor
Helling
Isolator
Dwarsstang
Handleuning
sentje
1 Optische schakelaar
Kleine moer
1
Vrouwelijk/Ring 8” Groene Draad,
1
Vrouwelijk/Ring
Vrouwelijk/Ring 6” Blauwe Draad, 2
1
Vrouwelijke
Vrouwelijke
vrouwelijke 6” Witte Draad, 2
1
vrouwelijke
vrouwelijke
Page 21
Moer voor Wiel (64)–2
1/2” Silver Screw (48)–1
1” Bout (43)–4
Zilveren Geaarde
Schroef (66)–1
3/4” Tek Schroef (9)–2
3 1/2” Bout (54)–2
3/4” Schroef (38)–10
Dwarsstang Schroef
(37)–2
Spacer Screw (60)–2
1/4” Tussenring (44)–4
1/4” Ster-tussenring
(45)–4
3/8” Ster-tussenring
(55)–2
1” Tek Screw (58)–4
2 1/2” Bout (61)–2
3” Bout (58)–4
4” Bout (117)–2
1/2” Schroef (5)–1
5/16” Ster-tussenring
(57)–4
1 1/4” Tek Schroef (60)–4
5/16” Tussenring (125)–2
TEKENING OM ONDERDELEN TE HERKENNEN
Haal deze kaart uit de handleiding en gebruik ze om de kleine onderdelen te identificeren tijdens de montage. Bewaar deze GEDETAILLEERDE TEKE­NING/LIJST MET ONDERDELEN voor verdere raadpleging.
Page 22
44
44
59
59
1
2
2
2
2
3
6
7
4
5
105
9
16
11
78
10
96
7
6
95
94
92
93
97
6
7
4
6
81
9
59
124
82
83
9
73
60
75
73
60
75
48
8
27
9
29
30
27
28
13
9
15
14
8
19
21
22
24
20*
80
39
37
27
38
38
34
37
36
78
35
25
14
18
17
26
78
131
27
32
31
43
44
45
42
43
45
44
38
47
38
40
65
67
53*
52
54
49
50
55
57
58
79
9
51
74
65
76
78
77
62
58
57
74
55
54
64
61
63
78
88
43
38
38
38
42
45
44
45
44
43
71
66
38
69
68
38
5
38
84
104
9
85
86
87
5
101
38
70
38
99
100
105
103
94
56
7
72
12
106
23
108
107
46
98
95
94
92
102
92
92
109
110
111
89
91
90
33
109
90
91
89
116
117
117
118
119
120
120
119
61
62
63
64
121
121
123
122
122
125
125
60
73
73
60
126
127
128
129
130
115
113
114
113
112
112
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr. WETL28131 R0904A
Page 23
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen voor uw loopband te bestellen, neem dan a.u.b. contact op met de winkel waar u dit ap­paraat hebt gekocht.
Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand hebt wanneer u onderdelen wilt bestellen:
• het MODELNUMMER van het product (WETL28131)
• de NAAM van het product (WESLO®CADENCE 90 loopband)
• het SERIENUMMER van het product (zie de kaft van de handleiding)
• het NUMMER VAN HET ONDERDEEL en de BESCHRIJVING van het onderdeel in het midden van deze handleiding.
Onderdeel Nr 202749 R0904A Gedrukt in Canada © 2004 ICON Health & Fitness, Inc.
Loading...