Diese Bedienungsanleitung gehört zu diesem Produkt. Sie enthält
wichtige Hinweise zur Inbetriebnahme und Handhabung. Achten Sie
hierauf, auch wenn Sie dieses Produkt an Dritte weitergeben.
Heben Sie deshalb diese Bedienungsanleitung zum Nachlesen auf!
Eine Auflistung der Inhalte finden Sie in dem Inhaltsverzeichnis mit Angabe
der entsprechenden Seitenzahlen auf Seite 8.
G
The present operating manual forms part of this product. It contains
important information on how to put the product into operation and
assemble it. Please note it duly even if you pass it on to third people.
So keep this operating manual for your future reference.
You will find the contents listed up in the index which indicates the respective page numbers on page 33.
F
Le mode d’emploi suivant correspond au produit mentionné ci-dessus. Il comporte des instructions importantes relatives à sa mise en
service et son maniement! Il faut respecter ces instructions, même si
ce produit est transmis à une tierce personne!
Gardez donc ce mode d’emploi pour toute consultation ultérieure!
Vous trouverez une liste du contenu dans la table des matières page 62
avec indication des pages correspondantes à consulter.
O
Deze gebruiksaanwijzing hoort bij dit product. Ze bevat belangrijke
aanwijzingen m.b.t. inwerkingstelling en hantering. Gelieve hiermee
rekening te houden, zelfs indien u het product aan derden doorgeeft.
U dient deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig te bewaren voor latere raadpleging!
Een lijst met alle onderwerpen met de bijbehorende bladzijden vindt u in de
inhoudsopgave op pagina 86.
100 %
RecyclingPapier.
Chlorfrei
gebleicht.
100 %
recycling
paper.
Bleached without
chlorine.
100%
papier
recyclé.
Blanchi
sans
chlore.
D Impressum
Diese Bedienungsanleitung ist eine Publikation der Conrad Electronic GmbH.
Alle Rechte einschließlich Übersetzung vorbehalten. Reproduktionen jeder Art, z. B.
Fotokopie, Mikroverfilmung, oder die Erfassung in elektronischen Datenverarbeitungsanlagen, bedürfen der schriftlichen Genehmigung des Herausgebers.
Nachdruck, auch auszugsweise, verboten.
Diese Bedienungsanleitung entspricht dem technischen Stand bei Drucklegung.
Änderung in Technik und Ausstattung vorbehalten.
Copyright 2005 by Conrad Electronic GmbH. Printed in Germany.
G Imprint
These operating instructions are published by Conrad Electronic GmbH, KlausConrad-Str. 1, 92240 Hirschau/Germany
No reproduction (including translation) is permitted in whole or part e.g. photocopy, microfilming or storage in electronic data processing equipment, without the
express written consent of the publisher.
The operating instructions reflect the current technical specifications at time of
print. We reserve the right to change the technical or physical specifications.
Copyright 2005 by Conrad Electronic GmbH. Printed in Germany.
F Note de l´éditeur
Cette notice est une publication de la société Conrad Electronic GmbH, KlausConrad-Str. 1, 92240 Hirschau/Allemagne.
Tous droits réservés, y compris traduction. Toute reproduction, quel que soit le
type, par exemple photocopies, microfilms ou saisie dans des traitements de texte
electronique est soumise à une autorisation préalable écrite de l`éditeur.
Impression, même partielle, interdite.
Cette notice est conforme à la règlementation en vigueur lors de l´impression.
Données techniques et conditionnement soumis à modifications sans aucun préalable.
Copyright 2005 par Conrad Electronic GmbH. Imprimé en Allemagne.
BEDIENUNGSANLEITUNG
D
MODE D’EMPLOI
F
OPERATING INSTRUCTIONS
G
GEBRUIKSAANWIJZING
O
D Digital-Multimeter
M-3890DT
Digital Multimeter
G
M-3890DT
Multitesteur numérique
F
M-3890DT
Digitale multimeter
O
M-3890DT
Version 03/05
Seite 4 - 29
Page 30 - 55
Page 56 - 82
Pagina 83 - 107
100 %
Recyclingpapier.
Chloorvrij
gebleekt.
O Impressum
Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van Conrad Electronic Ned BV.
Alle rechten, inclusief de vertaling, voorbehouden. Reprodukties van welke aard
dan ook, fotokopie, microfilm of opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, alleen met schriftelijke toestemming van de uitgever.
Nadruk, ook in uittreksel, verboden.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische eisen bij het ter perse gaan.
Wijzigingen in techniek en uitrusting voorbehouden.
Copyright 2005 by Conrad Electronic Ned BV. Printed in Germany.
3
Einführung
109
D
Sehr geehrter Kunde,
wir bedanken uns für den Kauf des Digital-Multimeters M-3890DT.
Mit diesem Multimeter haben Sie ein Messgerät nach dem neuesten Stand der Tech-
nik erworben.
Der Aufbau entspricht DIN VDE 0411 = EN 61010. Darüber hinaus ist es EMV-geprüft
und entspricht somit den Anforderungen der geltenden europäischen und nationalen
Richtlinien.
Die Konformität wurde nachgewiesen; die entsprechenden Erklärungen und Unterlagen sind beim Hersteller hinterlegt.
Um diesen Zustand zu erhalten und einen gefahrlosen Betrieb sicherzustellen müssen Sie als Anwender diese Bedienungsanleitung beachten!
Bei Fragen wenden Sie sich an unsere Technische Beratung
Deutschland: Tel. 0180/5 31 21 16 oder 09604/40 88 47
Fax 09604/40 88 44
e-mail: tkb@conrad.de
Mo. - Fr. 8.00 bis 18.00 Uhr
Die Bestimmungsgemäße Verwendung dieses Multimeters umfasst:
• Messung von Widerständen bis 40 Mohm und Durchgangsprüfung (< 80 Ohm
akustisch).
• Diodentest.
• Messung von Gleichspannung bis max. 1000 V,
• Messung von Wechselspannung bis max. 750 V,
• Messung von Frequenzen bis 4 MHz
• hFE-Transistortest für NPN und PNP- Typen,
• Ausgabe von C-MOS- Signalen im Bereich von 1 Hz bis 10 KHz,
• Auswerten von Logic-Pegeln
• Kapazitätsmessung bis 200 µF
• Temperaturmessung von –40°C bis 1200 °C (mit passendem K-Typ-Thermofühler)
• Messung von Gleich- und Wechselströmen in 3 Bereichen von 0 bis 400 µA, 0 bis
400 mA und 0 bis 20 A.
Das Messgerät darf im geöffneten Zustand, mit geöffnetem Batteriefach bzw. bei
fehlendem Batteriefachdeckel, nicht betrieben werden. Eine Messung in Feuchträumen oder im Aussenbereich bzw. unter widrigen Umgebungsbedingungen ist nicht
zulässig.
Widrige Umgebungsbedingungen sind:
- Nässe oder hohe Luftfeuchtigkeit,
- Staub und brennbare Gase, Dämpfe oder Lösungsmittel,
- starke Vibrationen,
- starke Magnetfelder, wie in der Nähe von Maschinen und Lautsprechern,
- Gewitter bzw. Gewitterbedingungen wie starke elektrostatische Felder usw.
Eine andere Verwendung als zuvor beschrieben, führt zur Beschädigung dieses Produktes, außerdem ist dies mit Gefahren wie z.B. Kurzschluß, Brand, elektrischer
Schlag etc. verbunden. Das gesamte Produkt darf nicht geändert bzw. umgebaut
werden! Die Sicherheitshinweise sind unbedingt zu beachten!
5
Meettoleranties
7
Einstellelemente
(Abbildung siehe Ausklappseite)
Multimeter
(1) USB-Schnittstelle (Typ B) unter dem Gehäusedeckel
(1a) Multifunktions-LCD-Anzeige (LCD = Flüssigkristallanzeige)
(2) "Power"-Schalter zum Ein- und Ausschalten.
(3) "Range"-Taster zur manuellen Messbereichswahl, deaktiviert AUTO-Range;
Unterfunktion MIN/MAX-Speicheranzeige
(4) "REL"-Taster zur Differenzmessung; Unterfunktion: Auslesen (RCL = Recall =
zurückholen) der integrierten Speicherplätze.
(5) "BLUE"-Taste leitet die Unterfunktionen ein.
(6) "HOLD"-Taste zum "Festhalten" des momentanen Messwertes im linken Sub-
display. Unterfunktion: "MEM"-Speicherplätze belegen.
(7) "DC/AC"-Taste zur Umschaltung von Gleich- und Wechselgrößen im Span-
nungs- und Strombereich und Umschaltung Widerstands-Durchgangsprüfung.
(8) Bereichswahlschalter für alle Messbereiche.
(9) Anschlussbuchse für Kapazitätsmessung, "S/O"- (Signal-Output) Signalgenera-
tor und Temperaturmessung
(10) Anschlussbuchse für "hFE" Transistortest.
(11) Anschlussbuchse "20A" (Stromanschluss für den 20 A-Messbereich; bei DC =
"+").
(12) Anschlussbuchse "mA" (Stromanschluss für den 400µA- und 400 mA Messbe-
reich; bei DC = "+").
(13) Anschlussbuchse "V/Ω" (= "+").
(14) Anschlussbuchse "COM" (Common = Masse = "-").
(15) Skala für Bargraph (16)
(16) Analoger Bargraph (ähnlich Zeigerinstrument)
(17) Anzeigebereich der verschiedenen Messfunktionen
(18) Auto-Range-Symbol
(19) "Minus"-Symbol, Vorzeichen bei negativem Messwert
(20) "BLUE"-Symbol zeigt die Möglichkeit an, die Unterfunktionen (blaue Beschrif-
tung) der Tasten "REL", "RANGE" und "HOLD" zu aktivieren
(21) Erweiterter Funktions-Anzeigebereich
Weergave van de nauwkeurigheid in ± (% van de aflezing (= reading = rdg) + weergavefouten in digits (= dgt = aantal kleinste posities)). Nauwkeurigheid geldt 1 jaar bij
een temperatuur van +23°C ±5° en bij een rel. luchtvochtigheid van minder dan 75%,
niet condenserend.
De multimeter moet enkel af en toe gereinigd resp. de batterij of een zekering vervangen
worden en is onderhoudsvrij. Bij het eigenmachtig uitvoeren van reparaties of indien u
de multimeter ombouwt zal evenwel elk recht op garantie vervallen. Het vervangen van
de batterij en de zekering(en) staat beschreven bij "Inwerkingstelling en hantering". Voor
het reinigen van de multimeter resp. het displayvenster maakt u het best gebruik van
een schoon en droog antistatisch schoonmaakdoekje zonder pluisjes.
Wenk!
Gebruik voor de reiniging geen schoonmaakmiddelen die koolstof bevatten,
noch benzine, alcohol of iets dergelijks, daar deze producten het oppervlak van
de multimeter aantasten. De dampen van dergelijke middelen zijn daarenboven
explosief en schadelijk voor de gezondheid.
Gebruik voor de reiniging ook geen scherpe werktuigen zoals schroevendraaiers of staalborstels e.d.
Gelieve de technische veiligheid van de multimeter en de meetsnoeren regelmatig te controleren. Kijk de behuizing en de isolatie enz. geregeld op beschadigingen na.
Gelieve volgende veiligheidsaanwijzingen nauwgezet op te volgen indien u de
multimeter wilt reinigen:
Bij het openen van deksels of het verwijderen van onderdelen
kunnen, behalve wanneer dit met de hand mogelijk is, elementen
blootgelegd worden die onder spanning staan.
Vooraleer de multimeter gerepareerd wordt moeten alle aangesloten draden van het apparaat verwijderd worden.
De multimeter mag enkel gerepareerd worden door een vakman
die vertrouwd is met de daaraan verbonden gevaren en de daarvoor geldende voorschriften.
Verwijderen
Wanneer de digitale multimeter ondanks intacte voeding (9 Volt blokbatterij) niet
meer functioneert en ook niet meer gerepareerd kan worden, moet u het apparaat
volgens de geldende wettelijke bepalingen voor afvalverwerking in te leveren.
Verhelpen van storingen
U heeft met de digitale multimeter M-3890D een product verworven, dat volgens de
nieuwste technische inzichten vervaardigd werd. Desalniettemin kunnen er proble-
9
• Dieses Gerät ist gemäß DIN 57 411 / VDE 0411 (Schutzmaßnahmen für elektronische Meßgeräte) bzw. IEC 1010 gebaut und geprüft und hat das Werk in sicherheitstechnisch einwandfreien Zustand verlassen.
Um diesen Zustand zu erhalten und einen gefahrlosen Betrieb sicherzustellen,
muss der Anwender die Sicherheitshinweise und Warnvermerke beachten ("Achtung!" und "Hinweis!"), die in dieser Gebrauchsanweisung enthalten sind. Folgende Symbole gilt es zu beachten:
= Achtung! Berührungsgefährliche Spannungen!
Lebensgefahr!
= Hinweis! Lesen Sie die Gebrauchsanweisung!
= Schutzklasse 2 (doppelte Isolierung)
CAT II= Das Messgerät darf nur in Installationen der Überspannungskatego-
rie II nach IEC 664 verwendet werden, sofern die Spannung im Messkreis 750 V ACrms oder 1000 VDC nicht überschreitet.
= Erdpotential
= Geprüfte Sicherheit
= Dieses Gerät ist CE-geprüft und erfüllt somit die erforderlichen EMV-
und Sicherheitsrichtlinien
Messgeräte und Zubehör sind kein Spielzeug und gehören nicht in Kinderhände!
In gewerblichen Einrichtungen sind die Unfallverhütungsvorschriften des
Verbandes der gewerblichen Berufsgenossenschaften für elektrische
Anlagen und Betriebsmittel zu beachten.
In Schulen und Ausbildungseinrichtungen, Hobby- und Selbsthilfewerkstätten ist der Umgang mit Messgeräten durch geschultes Personal verantwortlich zu überwachen.
Stellen Sie vor jeder Spannungsmessung sicher, daß sich das Messgerät nicht im Strommessbereich befindet.
M
i
*
Ga voor de meting van wisselstromen als volgt te werk:
- Verbind de zwarte meetdraad met de COM bus (14) en
de rode meetdraad met de mA bus (12).
- Wilt u stromen tot max. 4 mA meten, zet dan de keuze-
schakelaar voor het bereik (8) op positie µA
voor stromen tot max. 400 mA op positie mA
- Druk op de "DC/AC" toets (7) om naar het AC bereik
over te schakelen; drukt u de toets opnieuw in schakelt
u weer terug naar het DC bereik.
- Verbind nu beide meetstiften in serie met het meetobject (generator, schakeling, enz.); de meetwaarde wordt
op het hoofddisplay (25) weergegeven. Op het linker
subdisplay (22) verschijnt de meetwaarde met een vertraging van 1 sec. Op het rechter subdisplay (23) wordt de frequentie in khz aangeduid (0,5 khz = 500 Hertz).
o resp.
o.
Lieferumfang
Multimeter M-3890DT
BDlockbatterie 9V
Batteriehülse aus Kunststoff
Sicherheitsmessleitungen rot und schwarz
Bedienungsanleitung
Handhabung, Inbetriebnahme
Meet geen stromen in stroomkringen met spanningen groter dan
250 V. U mag in geen geval stromen van meer dan 400 mA
meten.
m) Stroommeting in het 20 A bereik
In dit bereik is een stroommeting tot 20 A DC/AC mogelijk. Het stroommeetbereik is
beveiligd en derhalve beschermd tegen overbelasting.
Ga voor de meting van gelijkstromen als volgt te werk:
- Verbind de zwarte meetdraad met de COM bus (14) en
de rode meetdraad met de 20 A bus (11).
-Zet de keuzeschakelaar voor het bereik (8) op
positie A
-Verbind nu beide meetstiften in serie met het
meetobject (batterij, schakeling, enz.); de
betreffende polariteit van de meetwaarde wordt
samen met de momentele meetwaarde op het
hoofddisplay (25) weergegeven.
Ga voor de meting van wisselstromen als volgt te werk:
- Verbind de zwarte meetdraad met de COM bus (14) en de rode meetdraad met de
20 A bus (11).
- Zet de keuzeschakelaar voor het bereik (8) op positie A
o.
o.
a) Einbau der Batterie - Batteriewechsel
Lassen Sie Batterien nicht offen herumliegen, es besteht die
Gefahr, daß diese von Kindern oder Haustieren verschluckt werden. Suchen Sie im Falle eines Verschluckens sofort einen Arzt
auf!
Damit Ihr Multimeter einwandfrei funktioniert, muß es mit einer alkalischen 9V-Blockbatterie (Typ 6LR61 oder MN1604 oder 6F22 oder 006P) bestückt werden. Wenn das
Batteriewechselsymbol (27) in der Anzeige erscheint, müssen Sie einen Batteriewechsel durchführen. Hierzu gehen Sie wie folgt vor:
- Trennen Sie Ihr Messgerät vom Messkreis, entfernen Sie alle Messleitungen und
schalten Sie es aus (Betriebsschalter (2)).
- Klappen Sie den Aufstellbügel auf und schrauben mit einem geeigneten Schraubendreher (Kreuzschlitz) die kleine rückseitige Befestigungsschraube des Batteriefachdeckels heraus und heben Sie diesen vorsichtig ab.
- Trennen Sie die verbrauchte Batterie vom Anschlussclip und entfernen Sie sie aus
der Kunststoffhülse.
- Ersetzen Sie die Batterie durch eine Neue gleichen Typs. Achten Sie auf die richtige Polung (+ und -).
- Nach erfolgtem Batteriewechsel unbedingt Kunststoffhülse wieder über die Batterie schieben.
- Verschließen und verschrauben Sie das Gehäuse sorgfältig.
- Achten Sie darauf, dass beim Verschließen die Leitungen des Anschlussclips (rot
und schwarz) nicht gequetscht werden.
102
11
100
na elkaar met de rode meetstift aftasten. De multimeter zal een van de drie volgende bereiken op het hoofddisplay weergeven:
• Ligt het meetniveau hoger dan 70% van het opgeslagen uitgangsniveau wordt "Hi"
weergegeven;
• Ligt het meetniveau lager dan 30% van het opgeslagen uitgangsniveau wordt "Lo"
weergegeven;
• Ligt het meetniveau tussen 31% en 69% van het opgeslagen uitgangsniveau
wordt "- - -" weergegeven;
j) Capaciteitsmeting
Waarschuwing!
U mag de max. toegelaten ingangsgrootheden nooit overschrijden. Bij het kortsluiten van condensatoren kunnen zich energierijke ontladingen voordoen. U mag schakelingen of schakelonderdelen in geen geval aanraken wanneer u daarin spanningen meet
van meer dan 25 V ACrms of 35 V DC.
Ga voor de meting van de capaciteit van condensatoren als volgt te werk:
- Verwijder alle meetsnoeren van de multimeter en zet de keuzeschakelaar voor het
bereik (8) op positie Cap.
- U kan enkel metingen aan aansluitbus (9) uitvoeren. Let bij unipolaire condensatoren (gepoolt) op de juiste polariteit ("+" en "-").
Wenk!
Houd er rekening mee, dat de multimeter ca. 2-3 seconden nodig heeft om de weer-
gave te stabiliseren. Op het rechter subdisplay wordt de momentele meetwaarde
met een vertraging van 1 sec. weergegeven ("pseudo-Hold"). Ontlaad voor het begin
van de meting alle te meten condensatoren.
13
i
Schmelzsicherungen weisen eine Auslösecharakteristik von >1,5 auf; die 15ASicherung für den 20A- Messbereich benötigt demnach einen Auslösestrom von
ca. 22,5 A; bei diesem Strom löst die Sicherung zuverlässig aus und verhindert
so einen Messgerätedefekt. Desweiteren ist aber der 20 A-Messbereich weiterhin voll nutzbar.
Schließen Sie das Gehäuse wieder sorgfältig, wie unter "Batteriewechsel"
beschrieben.
c) Anschluss der Messleitungen
Verwenden Sie für Ihre Messungen stets nur die beiliegenden Messleitungen. Achten
Sie vor jedem Anschluss auf den Zustand der Anschlussstecker bzw. Messspitzen
sowie auf die unbeschädigte Isolation.
Diese Messleitungen sind zugelassen für Spannungen bis max. 1200 V der Überspannungskategorie II. Ihr Messgerät ist für Spannungen bis max. 1000 VDC bzw.
750VACrms ausgelegt. Seien Sie besonders Vorsichtig mit Spannungen größer 25 V
Wechsel- bzw. 35 V Gleichspannung.
Überschreiten Sie niemals die max. Eingangsgrößen, da sonst
durch Beschädigung des Messgerätes für Sie Lebensgefahr
besteht.
d) Aufstellen des Messgerätes
An der Geräterückseite befindet sich ein ausklappbarer Aufstellbügel. Damit können
Sie das Messgerät in eine Schräglage bringen, welche Ihnen das Ablesen erleichtert.
e) Inbetriebnahme
Einstellelement Bereichswahlschalter (8)
Über den Bereichswahlschalter (8) können alle Messbereiche des Multimeters angewählt werden. Drehen Sie
dazu den Bereichswahlschalter in den gewünschten
Messbereich.
98
Ga voor de frequentiemeting als volgt te werk:
- Verbind de zwarte meetdraad met de COM bus (14) en
de rode meetdraad met de VΩ bus (13) van de multimeter.
- Zet de keuzeschakelaar voor het bereik (8) op positie
Freq.
- Verbind beide meetstiften met het meetobject (generator, schakeling enz.).
- De momentele meetwaarde wordt op het hoofddisplay
(25) weergegeven. Op het rechter subdisplay (23) wordt
de spanning van het meetsignaal tot max. 3 V (signaalspanning) aangeduid. Het linker subdisplay (22) vertoont de frequentie met een vertraging van 1 sec.
g) hFE transistortest
De transistorfitting is niet beveiligd tegen overbelasting.
De 8-polige fitting is geschikt voor NPN en PNP transistoren. De blauwe tekst
(rechts) duidt de aansluitbezetting voor NPN transistoren aan, de grijze tekst (links)
voor PNP transistoren.
Ga voor de meting van de versterking van een transistor als volgt te werk:
- Verwijder alle meetsnoeren van de multimeter en zet de
keuzeschakelaar voor het bereik (8) op positie hFE.
- Steek vervolgens de spanningsloze transistoraansluitingen (B)Basis, (E)Emitter en (C)Collector met de juiste
polen in de bussen van de fitting. De pinbezetting van
de verschillende transistoren kan u opzoeken in een
transistorhandboek.
- Op het display (25) wordt nu de versterkingsfactor (hFE
waarde) weergegeven; het rechter subdisplay (23) geeft
de meetwaarde 1 sec. later weer. De hFE meetwaarde
is niet helemaal juist. Hij geeft enkel aan of de transistor
wel of niet werkt. De daadwerkelijke versterking van een transistor is afhankelijk
van zijn werkstroom. Deze multimeter kan een basisstroom tot en met 1000 µA
leveren bij een Uce van 2,8 V. De collectorstroom die bij de meting vloeit wordt
geregistreerd en daaruit de hFE waarde berekend.
- Er kunnen geen FET´s of unipolaire transistoren resp. ingebouwde transistoren
gemeten worden.
15
f) Tasten- und Sonderfunktionen
n PWR (= Power)
Betriebsschalter rastend; gedrückt ➝ Ein
n REL (= Relative)
Differenzwertanzeige zu einem frei definierbaren Bezugswert.
Diese Funktion ist nicht im Messbereich "S/O" und "Logic" möglich. Funktionsbeispiel:
Sie messen z.B. eine Referenzspannung und möchten den Spannungsunterschied
bei verschiedenen Lasten ermitteln: drücken Sie bei Spannungsmessung im Leerlauf
der Referenzspannung die Taste "REL"; der momentane Messwert wird als Referenz
gespeichert und es erscheint nun im linken Subdisplay (22) die Differenzanzeige; wird
nun die Last verringert oder erhöht, so ändert sich diese Anzeige (+ =mehr als Referenz, - = weniger als Referenz). Ein erneutes Betätigen schaltet diese Funktion wieder ab.
n RANGE (= Bereich)
zum Abschalten der automatischen Bereichswahl (Auto-Range). Beim ersten
Drücken wird der momentane Range (Bereich) festgehalten; im Display verschwindet die Anzeige "AUTO". Jedes weitere Drücken schaltet in den nächst höheren
Messbereich (z.B. 4V ➝ 40V usw.). Bei Bereichsende beginnt diese wieder beim
kleinsten Messbereich. Zum Zurückschalten in die "Auto-Range"-Funktion halten
Sie diese Taste ca. 2 Sek. lang gedrückt; AUTO-erscheint wieder im Display. Diese Funktion ist nur in den Messbereichen Ω, V, Freq, Cap, µA und mA möglich.
n HOLD (= Festhalten)
Mit Hold wird bei Betätigung der momentane Messwert festgehalten und im linken
Subdisplay (22) angezeigt. Diese Funktion ist nicht bei Messbereich "S/O" und
"Logic" möglich. Ein erneutes Betätigen schaltet diese Funktion wieder ab.
n BLUE (= Blau)
Leitet die Blau hinterlegten Unterfunktionen "MIN/MAX", "MEM" und "RCL" der
Tasten "RANGE", "HOLD" und "REL" ein.
n DC/AC
Umschaltung von DC (Gleichgrößen) auf AC (Wechselgrößen) und im Ω-Bereich
auf akustische Durchgangsprüfung.
n MIN/MAX (= Minimalwert / Maximalwert)
Um zu dieser Unterfunktion zu kommen, müssen Sie die Taste "BLUE" drücken; es
erscheint das Displaysymbol "BLUE". Nun kann diese Funktion durch Drücken der
Taste "RANGE" aktiviert werden. "MIN/MAX" speichert bei aktivierter Funktion den
kleinsten (MIN) und den größten (MAX) Messwert ab. Der "MIN"- Messwert wird im
linken Subdisplay (22) angezeigt und durch Drücken der "MIN/MAX"-Taste auf
96
c) Diodetest
Ga voor de diodetest als volgt te werk:
- Verbind de zwarte meetdraad met de COM bus (14) en
de rode meetdraad met de VΩ bus (13) van de multimeter.
- Zet de keuzeschakelaar voor het bereik (8) op positie
.
- Controleer de doorgang van de meetsnoeren door bei-
de meetstiften met elkaar te verbinden. Vervolgens
moet er een waarde van 0 verschijnen.
- Verbind beide meetstiften met het meetobject (diode).
Indien u een diode in doorlaatrichting test (rode meet-
draad aan de anode = kant van de diode zonder ringmarkering), zal u een spanning vanaf ca. 0,6 V (siliciumdiode) meten indien het diodetraject niet defect is. Meet u daarentegen de blokkeerrichting (rode meetdraad
aan de kathode = kant van de diode met ringmarkering), verschijnt op het display
"OL". Wordt er een "spanningswaarde" weergegeven, heeft u het meetobject verkeerd aangesloten of het meetobject is defect.
- Op het rechter subdisplay wordt met woorden de staat van de diode met betrekking tot de doorlaatspanning van een SI-halfgeleidertraject (silicium-PN-overgang)
weergegeven (bAd = defect of ander diodetype! / good = OK / OPEn = blokkeerrichting of defect, polen omruilen en opnieuw meten).
d) Gelijkspanningsmeting
Waarschuwing!
U mag de max. toegelaten ingangsgrootheden nooit overschrijden, ook niet bij de meting van rimpelspanningen (b.v. bromspanning). Max. 1000 V.
U mag schakelingen of schakelonderdelen in geen geval aanraken
wanneer u daarin spanningen meet van meer dan 25 V ACrms of
35 V DC.
Ga voor de gelijkspanningsmeting als volgt te werk:
- Verbind de zwarte meetdraad met de COM bus (14) en
de rode meetdraad met de VΩ bus (13) van de multimeter.
- Zet de keuzeschakelaar voor het bereik (8) op positie V
o.
- Verbind beide meetstiften met het meetobject (batterij,
schakeling enz.).
- De betreffende polariteit van de meetwaarde wordt
samen met de momentele meetwaarde op het hoofddisplay (25) weergegeven. Op het subdisplay verschijnt
de meetwaarde 1 sec later.
a) Widerstandsmessung
Achtung!
Vergewissern Sie sich, dass alle zu messenden Schaltungsteile, Schaltungen
und Bauelemente sowie andere Messobjekte unbedingt Spannungslos sind.
Zur Widerstandsmessung und akustischer Durchgangsprüfung gehen Sie wie
folgt vor:
- Verbinden Sie die schwarze Messleitung mit der
COM-Buchse (14) und die rote Messleitung mit der
VΩ-Buchse (13) bis diese plan am Messgerät aufliegen.
- Stellen Sie den Bereichswahlschalter (8) auf Position
und wählen einen passenden Messbereich.
- Überprüfen Sie die Messleitungen auf Durchgang,
indem Sie die beiden Messspitzen miteinander verbinden. Daraufhin muss sich ein Widerstandswert von
ca. 0 Ohm einstellen.
- Im Hauptdisplay wird der momentane Messwert und 1 Sek. verzögert im rechten
Subdisplay dargestellt (pseudo-Hold-Funktion)
- Verbinden Sie nun die beiden Messspitzen mit dem Messobjekt. Der Messwert
wird, sofern das Messobjekt nicht hochohmig oder unterbrochen ist, im HauptDisplay (25) angezeigt.
Hinweise!
Wenn Sie eine Widerstandsmessung durchführen, achten Sie darauf, dass die Messpunkte, welche Sie mit den Messspitzen zum
Messen berühren, frei von Schmutz, Öl, Lötlack oder ähnlichem
sind. Solche Umstände können das Messergebnis verfälschen.
Sobald "OL" (für Overflow = Überlauf) im Display erscheint, haben
Sie den Messbereich überschritten bzw. der Messkreis ist unterbrochen.
b) Akustische Durchgangsprüfung
Messbereich wählen
- Drücken Sie die Taste "DCΩ/AC " (7) um in den akustischen Durchgangsprüfbereich umzuschalten. In der Anzeige erscheint . Der Messwert ist in der
Hauptanzeige (25) und 1 Sek. verspätet im linken Subdisplay (22) sichtbar. Das
rechte Subdisplay (23) zeigt in Klartext ob ein Durchgang vorhanden (Short) oder
nicht vorhanden (OPEn) ist. Als Durchgang wird ein Messwert < 80 Ohm erkannt;
hierbei ertönt ein akustischer Piepston.
17
94
toets opnieuw ingedrukt wordt, wordt de functie gedeactiveerd. Deze functie is niet
mogelijk in het meetbereik "S/O" en "Logic".
n MEM (= Memory)
Om deze tweede functie op te kunnen roepen, moet eerst de toets "BLUE" ingedrukt worden; op het display verschijnt het symbool "BLUE". Activeer nu de MEM
functie door de toets "HOLD" in te drukken.
Bij deze functie kan u tot en 10 meetwaarden opslaan.
Ga hiervoor b.v. bij een spanningsmeting als volgt te werk:
Terwijl u een spanning meet drukt u op de toets "BLUE"; het gelijknamige symbool
verschijnt op het display. Drukt u nu op de toets "MEM" wordt de momentele
meetwaarde in geheugenplaats 0 opgeslagen. Elke keer de toets opnieuw ingedrukt wordt, wordt de volgende geheugenplaats uitgekozen (max. tot plaats 9).
Indien alle geheugenplaatsen vol zijn, begint de multimeter weer bij geheugenplaats 0 en worden de geheugenplaatsen opnieuw genut. Deze functie is niet
mogelijk in het meetbereik "S/O" en "Logic". De meetwaarden blijven opgeslagen
tot u de multimeter uitschakelt.
n RCL (= Recall)
Deze functie haalt opgeslagen meetwaarden uit het geheugen.
Ga hiervoor als volgt te werk:
Druk eerst op de toets "BLUE" opdat deze tweede functie opgeroepen kan worden; op het display verschijnt het symbool "BLUE". Activeer nu de RCL functie
door de toets "REL" in te drukken.
Elke keer u de "REL" toets indrukt worden de meetwaarden weergegeven die
voordien via de "MEM" functie opgeslagen werden, te beginnen met de meetwaarde in geheugenplaats 0. Deze functie is niet mogelijk in het meetbereik "S/O"
en "Logic".
Uitvoeren van metingen
Waarschuwing!
U mag in geen geval de max. toegelaten ingangsgrootheden overschrijden in de overspanningscategorie II (huishoudelijke en
industriële toepassingen). De frequentie van de wisselgrootheden
mag 500 Hz niet overschrijden! U mag schakelingen en schakelonderdelen in geen geval aanraken indien daarin spanningen groter dan 25 V ACrms of 35 V DC kunnen optreden! Levensgevaar!
Controleer vóór elke meting de aangesloten meetsnoeren op
beschadigingen zoals insnijdingen, scheuren of builen. Defecte
meetsnoeren moet u direct verwijderen en door nieuwe meetkabels vervangen; Defecte meetsnoeren mogen in geen geval aangesloten worden! Levensgevaar!
Der Gleichspannungsbereich "V DC" weist einen Eingangswiderstand von ca. 10
MOhm auf. Sobald bei der Gleichspannung ein Minus "-" vor dem Messwert
erscheint, ist die gemessene Spannung negativ (oder die Messleitungen sind vertauscht).
Hinweis: Dadurch, dass der Messeingang sehr empfindlich ist, kann es sein,
dass bei freiliegenden Messleitungen (nicht mit einem Messobjekt verbunden)
irgendwelche Messwerte ("Phantommesswerte") angezeigt werden. Diese
"Erscheinung" ist normal und verschwindet, sobald Sie Ihre Messung durchführen.
e) Wechselspannungsmessung
Achtung!
Überschreiten Sie auf keinen Fall die max. zulässigen Eingangs-
größen, auch nicht bei der Messung von überlagerten Gleichspannungen (z.B. Brummspannungen). Max. 750 V ACrms.
Berühren Sie keine Schaltungen oder Schaltungsteile, wenn Sie
höhere Spannungen als 25 V ACrms oder 35 V DC darin messen.
Zur Messung von Wechselspannungen gehen Sie wie folgt vor:
- Verbinden Sie die schwarze Messleitung mit der COM-
Buchse (14) und die rote Messleitung mit der VΩ-Buch-
se (13) bis diese plan am Messgerät aufliegen,
- Stellen Sie den Bereichswahlschalter (8) auf Position
V
o.
- Drücken Sie die DC/AC-Taste (7) um in den AC-Bereich
zu wechseln.
- Verbinden Sie nun die beiden Messspitzen mit dem
Messobjekt (Generator, Schaltung usw.),
- Der augenblickliche Messwert wird in der Haupt-Displayanzeige (25) angezeigt. Im
rechten Subdisplay (23) wird die Frequenz der Wechselspannung
(Kilo-Hertz = 500 Hertz) angezeigt. Das linke Subdisplay (22) zeigt die Spannung
als "dB"-Wert (=Dezibel, 1 mW an 600 Ohm).
Der Wechselspannungsmessbereich "V~" weist einen Eingangswiderstand von ca.
10 Mohm auf.
19
92
Volgende metingen zijn mogelijk (met de wijzers van de klok mee):
= Weerstandsmeting / akoest. doorgangstest (tweede functie in het weer-
standsbereik die via toets (7) geactiveerd wordt)
= Diodetest
V
o= Spanningsmeting; wisselspanning tot max. 750 Vrms, gelijkspanning tot
max. 1000 V
Freq= Frequentiemeting tot max. 4 MHz
hFE= Meting van de hFE parameter (versterkingsfactor) van transistoren
S/O= CMOS signaalgenerator van 1 Hz tot 10 kHz
Logic= Logic-test met "Lo", "- - -" (Pass) en "High" aanduiding
Cap= Capaciteitsmeting tot 200 µF
Temp= Temperatuurmeting van –40°C tot +1200°C
µA
o= Stroommeetbereik tot 400 µA DC/AC
mA
o = Stroommeetbereik tot 400 mA DC/AC
A
o= Stroommeetbereik tot max. 20 A DC/AC
Aansluitingsoverzicht voor de afzonderlijke meetbereiken
Messwert 1 Sek. verspätet an. Der hFE-Messwert ist nicht absolut genau. Er sagt
lediglich aus, ob der Transistor arbeitet oder nicht. Die Tatsächliche Verstärkung
eines Transistors hängt von seinem Arbeitsstrom ab. Dieses Multimeter kann einen
Basisstrom bis zu 1000µA, bei einer Uce von 2,8 V liefern. Der bei der Messung
fließende Kollektorstrom wird erfasst und daraus der hFE-Wert errechnet.
- Es können keine FET´s oder unipolaren Transistoren bzw. eingebaute Transistoren
gemessen werden.
h) CMOS-Signalausgang
Achtung!
Überschreiten Sie auf keinen Fall die max. zulässigen Eingangs-
größen. Berühren Sie keine Schaltungen oder Schaltungsteile,
wenn Sie höhere Spannungen als 25 V ACrms oder 35 V DC darin
messen.
Im Multimeter befindet sich ein Signalgenerator, der an der S/O-Anschlussbuchse (9)
fest eingestellte Frequenzen mit einer Spannung von max. 3 V liefert.
Zur Verwendung des DMM als Signalgenerator gehen Sie wie folgt vor:
- Entfernen Sie alle Messleitungen vom Multimeter und stellen Sie den Bereichswahlschalter (8) auf Position S/O.
- Stecken Sie den optional erhältlichen Signal-Adapter (K-Typ-Sockel mit Krokodilklemmen; erhältlich unter B/N 12 12 22) in die Anschlussbuchse (9).
- Im Hauptdisplay (25) erscheint die momentane Ausgangsfrequenz. Das rechte
Subdisplay (23) zeigt die externe Eingangsgleichspannung in Volt an (max. 25 V !).
- Durch Drücken der Taste "BLUE" (5) wird die Ausgangsfrequenz in fest eingestellten Stufen aufwärts geändert. Die Einstellung hat eine Endlosfunktion und beginnt
beim letzten Wert wieder von vorne.
i) Logik-Test
Achtung!
Überschreiten Sie auf keinen Fall die max. zulässigen Eingangs-
größen. Berühren Sie keine Schaltungen oder Schaltungsteile,
wenn Sie höhere Spannungen als 25 V ACrms oder 35 V DC darin
messen.
Diese Messfunktion dient zur Ermittlung von Logikpegeln in Digitalschaltungen.
- Verbinden Sie die schwarze Messleitung mit der COM-Buchse (14) und die rote
Messleitung mit der VΩ-Buchse (13) bis diese plan am Messgerät aufliegen,
- Stellen Sie den Bereichswahlschalter (8) auf Position Logic. Im Hauptdisplay
erscheint "rdy", was soviel bedeutet wie ready = bereit.
90
Indien u lekkende of beschadigde batterijen aanraakt kan dit verwondingen van de
huid tot gevolg hebben. U dient in dergelijke situaties in ieder geval beschermende
handschoenen te gebruiken.
Let erop, dat de batterij niet kortgesloten wordt.
U mag batterijen niet opladen of in het vuur werpen. Er bestaat explosiegevaar.
Laat geen lege batterijen achter in het batterijvak omdat zelfs lekvrije batterijen kunnen corroderen waardoor chemicaliën vrijkomen die schadelijk zijn voor de gezondheid resp. schade veroorzaken aan het batterijvak.
Haal de batterij uit het batterijvak indien u het meetapparaat langere tijd niet
gebruikt.
Milieuwenk!
De gebruiker is wettelijk verplicht alle lege batterijen en accu´s
(gaande van knoopcellen tot loodaccu´s) in te leveren; het afvoeren van lege batterijen via het gewone huisvuil is verboden.
Uw lege batterijen en accu´s kan u zowel in onze vestigingen of in
de centrale in Boekelo (NL) of Hirschau (D) kosteloos inleveren
alsook bij de gemeentelijke recyclingcentra die verplicht zijn de
batterijen terug te nemen.
Gelieve een steentje bij te dragen om het milieu te beschermen!
b) Vervangen van de zekering
Bij het vervangen van de zekering(en) dient u erop te letten, dat er
enkel zekeringen van het aangeduide type en met de opgegeven
nominale stroomsterkte gebruikt worden. Het gebruik van opgelapte zekeringen of het overbruggen van de zekeringhouder is niet
toegestaan.
Voor de vervanging van de zekering(en) moet u het batterijvakdeksel verwijderen
zoals uitgelegd bij "Plaatsen en vervangen van de batterij".
Wip de defecte zekering met een kleine schroevendraaier eruit en vervang ze door
een intacte zekering van hetzelfde type.
• F1: snelle 800 mA zekering voor het mA/µA meetbereik links (gebruikelijke aanduiding: 250V/F800mA)
• F2: supersnelle 15 A zekering voor het 20 A meetbereik rechts (gebruikelijke aanduiding: GBB 15A/250V).
i
Smeltzekeringen branden door bij het 1,5-voudige van de nominale stroom; de
15 A zekering voor het 20 A meetbereik zal dus doorbranden bij ca. 22,5 A; bij
deze stroom brandt de zekering in ieder geval door om een defect aan uw apparaat te voorkomen. Het 20 A meetbereik kan volledig genut worden.
23
Hinweis!
Beachten Sie, daß das Multimeter ca. 2-3 Sekunden benötigt, um die Anzeige zu
stabilisieren. Im rechten Subdisplay wird der momentane Messwert um 1 sek. verzögert dargestellt ("pseudo-Hold"). Entladen Sie vor Messbeginn alle zu messenden
Kondensatoren.
k) Temperaturmessung
Achtung!
Überschreiten Sie auf keinen Fall die max. zulässigen Eingangsgrößen.
Berühren Sie keine Schaltungen oder Schaltungsteile, wenn höhere Spannungen als 25 V ACrms oder 35 V DC darin vorkommen können.
Temperaturmessungen können nur an der Anschlussbuchse (9) und nur mit K-TypThermofühlern durchgeführt werden. Die Temperaturen dürfen nur am Fühler angelegt werden; Das Messgerät ist nur bei einer Umgebungstemperatur von 23°C
(+/- 5°C) spezifiziert (garantierte Genauigkeit).
Zur Messung von Temperaturen gehen Sie wie folgt vor:
- Entfernen Sie alle Messleitungen vom Multimeter und
stellen Sie den Bereichswahlschalter (8) auf Position
Temp.
- Stecken Sie den Stecker des optional erhältlichen KTyp-Thermofühlers polungsrichtig (schmale Kontaktzunge = +) in die Cap-Anschlussbuchse (9); hierbei
werden die beiden inneren Öffnungen verwendet.
- Im Hauptdisplay (25) wird nun die Temperatur in "°C"
(Celsius) angezeigt; dieser Wert wird um 1 Sek. verzögert im linken Subdisplay (22) dargestellt. Das rechte
Subdisplay (23) zeigt den Temperaturwert in der Einheit
"°F" (= Fahrenheit).
l) Strommessung im µA- und mA- Bereich
Im µA- Messbereich ist eine Strommessung bis 400µA und im mA- Messbereich ist
diese bis 400 mA möglich. Beide Strommessbereiche sind abgesichert und somit
gegen Überlastung geschützt.
Zur Messung von Gleichströmen gehen Sie wie folgt vor:
- Verbinden Sie die schwarze Messleitung mit der COM-Buchse (14) und die rote
Messleitung mit der mA-Buchse (12).
- Wenn Sie Ströme bis max. 4 mA messen wollen, stellen Sie den Bereichswahlschalter (8) auf Position µA
o bzw. bis max. 400 mA auf Position mA o.
- Verbinden Sie nun die beiden Messspitzen in Reihe mit dem Messobjekt (Batterie,
Schaltung usw.); die jeweilige Polarität des Messwertes wird zusammen mit dem
augenblicklichen Messwert im Hauptdisplay(25) angezeigt.
88
•Vóór elke verandering van het meetbereik moeten de meetstiften van het
meetobject verwijderd worden.
Wees vooral voorzichtig bij het werken met spanningen die groter zijn
dan 25 V wisselspanning (AC) resp. 35 V gelijkspanning (DC)! Reeds bij
deze spanningen kan u een levensgevaarlijke elektrische schok verkrijgen indien u elektrische geleiders aanraakt.
Controleer uw multimeter resp. de meetsnoeren vóór elke meting op
beschadiging(en). Verricht in geen geval metingen indien de beschermende isolatie beschadigd is of scheuren vertoont.
Om elektrische schokken te voorkomen mag u tijdens de meting de
meetstiften en de te meten aansluitpunten in geen geval aanraken, ook
niet indirect.
Gebruik de multimeter nooit kort vóór, tijdens of kort na een onweersbui
(blikseminslag! / energierijke overspanningen!). Let erop, dat uw handen,
schoenen, kleding, de grond, de multimeter resp. de meetsnoeren, schakelingen en schakelonderdelen, enz. absoluut droog zijn.
Wanneer kan worden aangenomen dat een veilig gebruik van de multimeter niet meer mogelijk is, dient u het toestel buiten werking te stellen en
tegen onopzettelijk gebruik te beveiligen.
Er mag worden aangenomen, dat een veilig gebruik van de multimeter
niet meer mogelijk is indien
- er beschadigingen aan het apparaat zichtbaar zijn,
- het apparaat niet meer functioneert en
- na lange opslag onder ongunstige omstandigheden of
- na zware transportbelastingen.
Schakel de multimeter nooit onmiddellijk in nadat het toestel van een
koude naar een warme ruimte werd gebracht. Het condensatiewater dat
hierbij ontstaat kan onder bepaalde omstandigheden een defect aan uw
multimeter veroorzaken. Schakel het apparaat niet direct in, maar laat de
multimeter eerst op kamertemperatuur komen.
U mag verpakkingsmateriaal niet achteloos laten rondslingeren. Plasticfolies, kunststoffen zakken, onderdelen uit piepschuim, enz. zijn gevaarlijk speelgoed voor kinderen.
Gelieve tevens de veiligheidsaanwijzingen in de afzonderlijke hoofdstukken van deze gebruiksaanwijzing nauwgezet op te volgen.
F
F
I
.
.
- Verbinden Sie nun die beiden Messspitzen in Reihe mit dem Messobjekt (Generator, Schaltung usw.), der Messwert wird nun im Hauptdisplay (25) angezeigt. Im
linken Subdisplay (22) erscheint der Messert um 1 Sek. verzögert, im rechten Subdisplay (23) wird die Frequenz in khz angezeigt (0,5 khz = 500 Hertz)
Messen Sie keine Ströme in Stromkreisen, in welchen Spannungen >250V auftreten können. Messen Sie auf keinen Fall Ströme
über 20 A. Messen Sie nur in Stromkreisen, die selbst mit max.
20 A abgesichert sind.
Messungen von Strömen gleich 20A dürfen max. 30s lang und nur
in Intervallen von 15 Minuten durchgeführt werden (Abkühlphase
für den Shunt (Messwiderstand)).
Datenübertragung zu einem Computer
Im Messgerät ist an der Gehäuseoberseite (1), unter einer abnehmbaren Abdeckung
eine USB-Schnittstelle (Universal-Serial-Bus Typ B) integriert. Zur Datenübertragung
benötigen Sie einen Personal-Computer (PC) auf dem das Betriebssystem
Windows98
Um das Messgerät am PC (Win98) anzumelden gehen Sie wie folgt vor:
- starten Sie den Computer; wenn dieser Betriebsbereit ist, verbinden Sie das Messgerät mittels eines USB-Verbindungskabels (Typ A ➝ Typ B, nicht im Lieferumfang
enthalten) mit der USB-Schnittstelle des Computers. Das Messgerät muss ebenfalls
eingeschaltet sein!
- Der Computer erkennt das Messgerät und der Hardware-Assistent sucht nun nach
neuen Treibern; folgen Sie den Bildschirmanweisungen mit >> Weiter<<;
- Der Hardware-Assistent gibt Ihnen ein Suchverfahren vor, daß sie nur durch
>>Weiter<< bestätigen brauchen.
- Folgen Sie dann nur mehr den Bildschirmanweisungen bis die Installation erfolgreich abgeschlossen ist.
- Nun benötigen Sie nur noch eine Software wie z.B. Laborsoftware (optional erhältlich), um Daten vom Messgerät am PC zu verarbeiten.
Hinweis!
USB ist eine neuere Generation der Seriellen Schnittstelle. Der PC braucht beim
An- oder Abstecken nicht mehr "heruntergefahren", sondern kann ohne bedenken in Betrieb mit einem Gerät verbunden werden. Ebenso kann es unter
Betrieb entfernt werden.
®
oder höher installiert ist.
25
86
(20) "BLUE" symbool duidt de mogelijkheid aan om de tweede functies (blauwe
schrift) van de toetsen "REL", "RANGE" en "HOLD" te activeren.
(21) Geavanceerde functieweergaven.
(22) Linker subdisplay onderaan.
(23) Rechter subdisplay onderaan.
(24) Functieweergaven voor de subdisplays.
(25) Hoofddisplay (3
3
/4-cijferig, max. weergave 3999).
(26) Functieweergaven voor het hoofddisplay.
(27) Batterijsymbool; duidt aan dat de batterij onmiddellijk vervangen moet worden.
Bij schade ten gevolge van niet-naleving van deze gebruiksaanwijzing vervalt het recht op garantie! Voor gevolgschade die uit
een schadegeval voortvloeit zijn wij niet aansprakelijk!
Bij materiële schade of persoonlijke ongelukken, die door onoordeelkundig gebruik of niet-naleving van de veiligheidsaanwijzingen werden veroorzaakt, zijn wij niet aansprakelijk. In dergelijke
gevallen vervalt elk recht op garantie.
• Deze digitale multimeter werd geconstrueerd en getest overeenkomstig DIN 57
411 / VDE 0411 (beschermende maatregelen voor elektronische meetapparatuur)
27
Dennoch kann es zu Problemen oder Störungen kommen.
Deshalb möchten wir Ihnen hier beschreiben, wie Sie mögliche Störungen leicht
selbst beheben können:
Beachten Sie unbedingt die Sicherheitshinweise!
FehlerMögliche Ursache
Das Multimeter funktioniert nicht. Ist die Batterie verbraucht?
Kontrollieren Sie den Batteriezustand.
Keine Strommessung möglich.Ist die Sicherung für den 400 mA- oder 20A-
Strommessbereich defekt?
Kontrollieren Sie die Sicherung (Sicherungswechsel)
Keine Wertanzeige bei hFE Sind die Anschlussbeinchen ausreichen lang
oder Cap-Messung?(mind. 6 mm) ?
Wurden die richtigen Messbuchsen gewählt?
Andere Reparaturen als zuvor beschrieben sind ausschließlich durch einen
autorisierten Fachmann durchzuführen.
U mag de multimeter niet in werking stellen als het apparaat of het batterijvak geopend zijn of als het deksel van het batterijvak ontbreekt. U mag geen metingen uitvoeren in vochtige ruimtes, in de open lucht en bij ongunstige omgevingsomstandigheden.
Ongunstige omgevingsomstandigheden zijn:
- nattigheid of hoge luchtvochtigheid,
- aanwezigheid van stof, brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen,
- sterke trillingen,
- sterke magneetvelden zoals die kunnen voorkomen in de buurt van machines of
luidsprekers,
- onweer resp. weersomstandigheden waarbij sterk elektrostatische velden kunnen
optreden, enz.
Een ander gebruik dan hier beschreven heeft de beschadiging van de multimeter tot
gevolg. Dit is bovendien met gevaren verbonden zoals b.v. kortsluitingsgevaar,
brandgevaar, elektrische schokken, enz.
Het volledige product mag niet worden aangepast of omgebouwd!
U dient te allen tijde de veiligheidsaanwijzingen in acht te nemen!
Productbeschrijving
De digitale multimeter (afgekort DMM) heeft een goed leesbaar 33/4-cijferig multifunctioneel display met twee kleine subdisplays en een geïntegreerde bargraph. Op
het display worden bovendien alle meetbereiken, voortekens en speciale functies
weergegeven.
De afzonderlijke meetbereiken worden gekozen aan de hand van een draaischakelaar waarbij de automatische bereikskeuze "Auto-Range" actief is. Hierbij wordt telkens het passende meetbereik automatisch ingesteld.
Verdere bijkomende functies zijn:
• "MIN/MAX" voor het vastleggen van de minimale en maximale meetwaarde,
• "HOLD" voor het "invriezen" van een meetwaarde,
• "REL" voor de meting van de relatieve waarde,
• "MEM" voor de opslag van max. 10 meetwaarden in het geheugen,
• "RCL" om het geheugen met de opgeslagen meetwaarden zo vaak u wilt op te
roepen (multimeter moet aan zijn),
• Een uitschakelfunctie (Auto-Power-Off) schakelt de DMM automatisch uit indien
het apparaat ca. 30 min. niet gebruikt wordt om batterijcapaciteit te sparen,
• en een geïntegreerde USB-interface (Universal Serial Bus) voor de overdracht van
gegevens naar een PC.
Achtung!
Überschreiten Sie auf keinen Fall die max. zulässigen Eingangsgrößen. Berühren Sie keine Schaltungen oder Schaltungsteile,
wenn darin höhere Spannungen als 25 V Acrms oder 35 V DC
anliegen können! Lebensgefahr!
29
31
• Measuring frequencies up to 4 MHz,
• Testing hFE transistors for NPN and PNP types,
• Emitting C-MOS- signals in the range of from 1 Hz to 10 KHz,
• Evaluating logic levels,
• Measuring capacitances up to 200 µF
• Measuring temperatures of from –40 °C to 1,200 °C (using a suitable K type thermosensor)
• Measuring direct currents and alternating currents in 3 ranges of from 0 to 400 µA,
0 to 400 mA, and 0 to 20 A.
Do not operate the measuring instrument in an open condition, with the battery compartment opened , and with the battery compartment lid missing. It is inadmissible to
make measurements in damp rooms or the outdoor area or under infavourable
ambient conditions.
Infavourable ambient conditions are:
- Moisture or high humidity of air,
- Dust and combustible gases, vapours or solvents,
- Heavy vibrations,
- Strong magnetic fields, e.g. in the vicinity of machines and loudspeakers,
- Thunderstorms or thunderstorm conditions such as electrostatic fields, etc.,
Any use other than the one described above damages the measuring instrument.
Moreover, this involves dangers, such as e.g. short-circuit, burns, electric shocks,
etc. No part of the product may be modified or rebuilt.
Observe the safety instructions and technical data.
Product description
The digital Multimeter (hereinafter called DMM) has a contrasty 3 3 /4 digit multifunctional display with two small sub-displays and an integrated bar display. In addition,
the display indicates all measuring ranges, signs, and specific functions.
The individual measuring ranges are selected via a rotary switch in which the "AutoRange" automatic range selection is active. The respective measuring range which
applies is always adjusted here.
More extra functions are:
• "MIN/MAX" for retaining the minimum and maximum value measured,
• "HOLD" for "freezing" values measured,,
• "REL" for performing a reference value measurement,
• "MEM" , an integrated measured-data memory for a maximum of 10 values measured,
FonctionPlageRésolutionPrécision
Capacité
Fréquence
Température-40°C
Générateur Signal MOS complémentaire, 13 niveaux de
de signaux frequence de 1 Hz à 10 kHz, 3 V max.
Logic--- = 31 à 69%250 Vrms
•)))Continuité sonore<80 Ω250 Vrms
hFECourant de baseca. 1000 µApar un
4 nF1 pF
40 nF10 pF
400 nF100 pF± (2,0% + 5dgt)
4 µF1 nF
40 µF10 nF
200 µF100 nF± (5,0% + 5dgt)
4 kHz1 Hz
40 kHz10 Hz
400 kHz100 Hz
4 MHz1 kHz
~+200°C
+200°C
~+1200°C
Trois niveaux logiquesLo = 0 à 30%
Courant de test1,5 mA
Tension de mesure 2,0 VDC max.
Plage de test0 bis 1000Non protégé
Vce (Uce)2,8 V DC max.fucible !
1°C± (3,0% + 5dgt)<25Vrms / 30 VDC
± (0,1% + 1dgt)250 Vrms
± (3,0% + 2dgt)
Hi = 70 à 100%
Résistance d’entrée/
protection de surcharg
<25Vrms / 30 VDC
<25Vrms / 30 VDC
250 Vrms
Attention !
Ne dépassez en aucun cas les grandeurs d’entrées maximales. Ne touchez pas
aux circuits et aux parties des circuits si ceux-ci sont susceptibles de présenter des tension supérieures à 25 V ACrms ou 35 V DC. Danger de mort !
82
80
Caractéristiques techniques et
tolérances de mesure
(15) Scale for bar graph (16)
(16) Analog bar graph (similar to a needle instrument)
(17) Range of display of the various measuring functions
(18) Auto Range symbol
(19) "Minus" symbol, the sign of a negative value measured
(20) "BLUE" symbol, indicates the possible activation of the sub-functions (blue
inscription of the keys "REL", "RANGE", and "HOLD".
(21) Extended function display range.
(22) Left-hand sub-display
(23) Right-hand sub-display
(24) Function display range for the sub-displays
(25) Main display (3
3
/4digit, max. value displayed 3999)
(26) Function display range for the main display
(27) Battery symbol; if this symbol appears the battery needs exchanging immedia-