Toshiba SATELLITE PRO L350 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding

TOSHIBA Satellite L350/Satellite Pro L350/ Satellite L350D/ Satellite Pro L350D-serie

computers.toshiba-europe.com
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
© 2009 by TOSHIBA Corporation. Alle rechten voorbehouden. Krachtens de auteurswetten mag deze handleiding op geen enkele wijze worden verveelvoudigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TOSHIBA. Met betrekking tot het gebruik van de informatie in deze handleiding wordt geen octrooirechtelijke aansprakelijkheid aanvaard.
TOSHIBA Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/ Satellite Pro L350D-serie Draagbare personal computer Gebruikershandleiding
Eerste editie oktober 2009 Het auteursrecht voor muziek, films, computerprogramma's, databases en
ander auteursrechtelijk beschermd intellectueel eigendom berust bij de maker of de copyrighthouder. Auteursrechtelijk beschermd materiaal kan uitsluitend voor privé- of huiselijk gebruik worden verveelvoudigd. Andere toepassingen dan hierboven zijn vermeld (met inbegrip van conversie naar digitale indeling, verandering, overdracht van gekopieerd materiaal en distributie via een netwerk) zonder toestemming van de copyrighthouder vormen schendingen van het auteursrecht en kunnen strafrechtelijk of middels een actie tot schadevergoeding worden vervolgd. Houd u aan de auteurswetten wanneer u deze handleiding of delen ervan verveelvoudigt.
Afwijzing van aansprakelijkheid
Deze handleiding is zorgvuldig geverifieerd en nagekeken. De instructies en beschrijvingen in deze handleiding waren correct voor de draagbare personal TOSHIBA Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/ Satellite Pro L350D-serie-computers op het tijdstip waarop deze handleiding ter perse ging. Erop volgende computers en handleidingen kunnen echter zonder kennisgeving worden gewijzigd. TOSHIBA aanvaardt dientengevolge geen aansprakelijkheid voor schade die direct of indirect voortvloeit uit fouten of omissies in de handleiding, of uit discrepanties tussen computer en handleiding.
Handelsmerken
IBM is een gedeponeerd handelsmerk en IBM PC en PS/2 zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation.
Intel, Intel SpeedStep, Intel Core en Intel Centrino zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation of haar dochtermaatschappijen in de Verenigde Staten en andere landen/regio's.
AMD, het AMD Arrow-logo, AMD Athlon, AMD Turion, Radeon en combinaties hiervan, en ATI Mobility Radeon™ zijn handelsmerken van Advanced Micro Devices, Inc.
Windows en Microsoft zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Photo CD is een handelsmerk van Eastman Kodak. Memory Stick is een gedeponeerd handelsmerk van Sony Corporation.
Gebruikershandleiding i
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Gefabriceerd onder licentie van Digital Theater Systems, Inc. Amerikaanse patent- nummers 5.451.942; 5.956.674; 5.974.380; 5.978.762; 6.226.616;
6.487.535 en andere Amerikaanse en wereldwijd uitgegeven en aangevraagde patenten. "DTS" en "DTS Digital Surround" zijn gedeponeerde handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. Copyright 1996, 2003 Digital Theater Systems, Inc. Alle rechten voorbehouden.
In deze handleiding wordt mogelijk verwezen naar andere handelsmerken en gedeponeerde handelsmerken die hierboven niet zijn genoemd.
Informatie over Macrovision
Voor RTLA (Restricted Technology License Agreement)
Dit product bevat auteursrechtenbeschermingstechnologie die wordt beschermd door Amerikaanse en wereldwijde patenten, waaronder patentnummers 5,315,448; 5,583,936; 6,636,549; 7,050,698, en andere intellectuele eigendomsrechten. Het gebruik van de kopieerbeschermingstechnologie van Macrovision in het product moet zijn toegestaan door Macrovision. Terugwerkend construeren of demonteren is verboden. De beschikbare auteursrechtenbeschermingstechnologie is afhankelijk van het door u aangeschafte model.
Veiligheidsinstructies
Houd u aan de volgende veiligheidsrichtlijnen om uzelf en de computer optimaal te beschermen.
Tijdens het gebruik van de computer
Laat de portable tijdens gebruik niet lange tijd achtereen op uw lichaam rusten. Bij intensief gebruik kan er zich warmte in de basis opbouwen. Langdurig contact met de huid kan een onaangenaam gevoel of zelfs brandwonden veroorzaken.
Probeer niet de computer zelf te repareren. Volg de installatie-
instructies nauwgezet.
Draag een accu niet in uw zak, handtas of een andere houder waar
metalen objecten (zoals sleutels) de aansluitpunten van de accu kunnen kortsluiten. Hierdoor kunnen extreem hoge temperaturen ontstaan, met het risico van brandwonden.
Zorg dat er geen voorwerpen op het snoer van de netadapter liggen en
dat het snoer niet op een locatie ligt waar erover kan worden gestruikeld of erop kan worden getrapt.
Plaats de netadapter op een positie met voldoende ventilatie,
bijvoorbeeld op een bureaublad of op de vloer, wanneer u de computer op de netvoeding gebruikt of de accu oplaadt. Bedek de netadapter niet met papier of andere voorwerpen die afkoeling belemmeren, en gebruik de netadapter niet terwijl deze in een draagtas zit.
Gebruikershandleiding ii
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Gebruik uitsluitend de netadapter en accu's die zijn goedgekeurd voor
gebruik met deze computer. Gebruik van een ander type accu of netadapter resulteert in brand- of ontploffingsgevaar.
Controleer alvorens de computer op een voedingsbron aan te sluiten of
de spanningsspecificatie van de netadapter overeenkomt met die van de beschikbare voedingsbron. 115 V/60 Hz in het merendeel van Noord- en Zuid-Amerika en een aantal landen in het Verre Oosten (zoals Taiwan). 100 V/50 Hz in het oosten van Japan en 100 V/60 Hz in het westen van Japan. 230 V/50 Hz in de meeste landen van Europa, het Midden Oosten en het Verre Oosten.
Als u de netadapter met een verlengsnoer gebruikt, zorg dan dat de
totale stroomsterkte van de op het verlengsnoer aangesloten apparaten niet hoger is dan de stroomspecificatie van het verlengsnoer.
Om de stroomvoorziening naar de computer stop te zetten schakelt u
de computer uit, verwijdert u de accu en verwijdert u de stekker van de netadapter uit het stopcontact.
Tijdens onweer dient u geen kabels aan de computer te koppelen of
ervan te ontkoppelen, of onderhouds- of configuratiewerkzaamheden op de computer uit te voeren. Hierdoor loopt u het risico van een elektrische schok.
Plaats de computer op een vlak oppervlak wanneer u ermee gaat
werken.
EU-verklaring van overeenstemming
Dit product en (indien van toepassing) de meegeleverde accessoires zijn voorzien van het CE-keurmerk en voldoen daarom aan de toepasselijke, geharmoniseerde Europese normen die worden vermeld in de Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG, de EMC-richtlijn 2004/108/EG en/of de R&TTE-richtlijn 1999/5/EG.
TOSHIBA Europe GmbH, Hammfeldamm 8, 41460 Neuss, Duitsland, is verantwoordelijk voor de toekenning van het CE-keurmerk. Fabrikant: Toshiba Corporation, 1-1 Shibaura 1-chome, Minato-ku, Tokio, 105-8001, Japan
U vindt de volledige officiële CE-verklaring voor de EU op de volgende webpagina: http://epps.toshiba-teg.com.
Overeenstemming met CE-richtlijnen
Dit product is voorzien van het CE-keurmerk in overeenstemming met de relevante Europese richtlijnen, met name de richtlijn voor elektromagnetische compatibiliteit 2004/108/EC voor de notebooks en elektronische accessoires, zoals de meegeleverde netadapter, de richtlijn voor radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur 1999/5/EC in het geval van geïmplementeerde accessoires voor telecommunicatie en de laagspanningsrichtlijn 2006/95/EC voor de meegeleverde netadapter.
Gebruikershandleiding iii
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Dit product en de oorspronkelijke opties zijn ontworpen conform de relevante EMC- (Elektromagnetische compatibiliteit) en veiligheidsnormen. TOSHIBA garandeert echter niet dat dit product nog steeds aan deze EMC-normen voldoet indien kabels of opties van andere leveranciers zijn aangesloten of geïmplementeerd. In dat geval moeten de personen die deze opties/kabels hebben geïmplementeerd/aangesloten, ervoor zorgen dat het systeem (pc plus opties/kabels) nog steeds aan de vereiste normen voldoet. Ter voorkoming van EMC-problemen moeten in het algemeen de volgende richtlijnen in acht worden genomen:
Alleen opties met het CE-keurmerk mogen worden aangesloten/
geïmplementeerd.
Alleen hoogwaardige afgeschermde kabels mogen worden
aangesloten.
Werkomgeving
Dit product is ontworpen conform de EMC-voorschriften (elektromagnetische compatibiliteit) voor zogenoemde "commerciële, licht­industriële en woonomgevingen".
TOSHIBA keurt het gebruik van dit product in andere werkomgevingen dan de hiervoor genoemde "commerciële, licht-industriële en woonomgevingen" af.
De volgende omgevingen zijn bijvoorbeeld niet veroorloofd:
industriële omgevingen (bijvoorbeeld omgevingen waar een
netspanning van 380 V (drie fasen) wordt gebruikt)
omgevingen met medische apparatuur
auto’s
vliegtuigen
Gevolgen van het gebruik van dit product in niet-geoorloofde werkomgevingen vallen niet onder de verantwoordelijkheid van TOSHIBA. Mogelijke gevolgen van het gebruik van dit product in niet-geoorloofde werkomgevingen zijn onder andere:
storing van de werking van andere apparaten of machines in de
nabijheid;
storing van de werking van dit product, mogelijk resulterend in
gegevensverlies, als gevolg van storingen die worden gegenereerd door andere apparaten of machines in de nabijheid.
TOSHIBA beveelt gebruikers dan ook met klem aan de elektromagnetische compatibiliteit van dit product vóór gebruik naar behoren te testen in alle niet-geoorloofde omgevingen. In het geval van auto's of vliegtuigen
moet de fabrikant van de vliegmaatschappij om toestemming worden gevraagd voordat u dit product gebruikt.
Verder is het in verband met algemene veiligheidsoverwegingen verboden dit product te gebruiken in omgevingen met ontploffingsgevaar.
Gebruikershandleiding iv
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Modemwaarschuwing
Verklaring van overeenstemming
De apparatuur is goedgekeurd (conform Commissiebesluit "CTR21") voor aansluiting van één toestel op het PSTN (Public Switched Telephone Network: openbaar geschakeld telefoonnetwerk) in alle Europese landen.
Als gevolg van variaties tussen de individuele PSTN’s in verschillende landen/regio's biedt deze goedkeuring niet per se een garantie voor storingsvrije werking op elke telefoonaansluiting.
Wend u in het geval van problemen in eerste instantie tot uw leverancier.
Verklaring netwerkcompatibiliteit
Dit product is ontworpen voor gebruik met de volgende netwerken en is compatibel met deze netwerken. Het is getest en voldoet aan de aanvullende voorschriften in EG 201 121.
Duitsland ATAAB AN005, AN006, AN007, AN009,
Griekenland ATAAB AN005, AN006 en GR01, 02, 03, 04 Portugal ATAAB AN001, 005, 006, 007, 011 en P03,
Spanje ATAAB AN005, 007, 012 en ES01 Zwitserland ATAAB AN002
Alle overige landen/ regio's
Voor elk netwerk zijn specifieke switchinstellingen of een specifieke softwareconfiguratie vereist; raadpleeg de relevante paragrafen in de gebruikershandleiding voor meer informatie.
De hookflash-functie is onderhevig aan afzonderlijke nationale goedkeuring. Deze functie is niet getest op conformiteit met nationale voorschriften, en correcte werking van deze functie op nationale netwerken kan niet worden gegarandeerd.
AN010 en DE03, 04, 05, 08, 09, 12, 14, 17
04, 08, 10
ATAAB AN003, 004
Gebruikershandleiding v
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
De volgende informatie is alleen bestemd voor lidstaten van de EU:
Verwijdering van producten
Het symbool van een doorgekruiste prullenbak geeft aan dat producten afzonderlijk moeten worden ingezameld en gescheiden van huishoudelijk afval moeten worden verwerkt. Interne batterijen en accu's kunnen met het product worden weggegooid. Ze worden gescheiden door het recyclingcentrum.
De zwarte balk geeft aan dat het product op de markt is gebracht na 13 augustus 2005.
Door producten en batterijen gescheiden in te zamelen, draagt u bij aan de juiste afvalverwerking van producten en batterijen en helpt u mogelijk schadelijke gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid voorkomen.
Zie voor meer informatie over de inzameling en het hergebruik van afval in uw land onze website (http://eu.computers.toshiba-europe.com) of neem contact op met uw gemeente of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Verwijdering van batterijen en/of accu's
Het symbool van een doorgekruiste prullenbak geeft aan dat batterijen en/ of accu's afzonderlijk moeten worden ingezameld en gescheiden van huishoudelijk afval moeten worden verwerkt.
Als de batterij of accu meer lood (Pb), kwik (Hg) en/of cadmium (Cd) bevat
Pb, Hg, Cd
dan de waarden die zijn gedefinieerd in de richtlijn inzake batterijen en accu's (2006/66/EC), worden de chemische symbolen voor lood (Pb), kwik (Hg) en/of cadmium (Cd) weergegeven onder het symbool van de doorgekruiste prullenbak.
Door producten en batterijen afzonderlijk in te leveren, helpt u producten en batterijen op de juiste wijze weg te gooien. Ook draagt u eraan bij de negatieve gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid te voorkomen.
Zie voor meer informatie over de inzameling en het hergebruik van afval in uw land onze website (http://eu.computers.toshiba-europe.com) of neem contact op met uw gemeente of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Afhankelijk van het land of de regio waar u dit product hebt aangeschaft, is dit symbool mogelijk niet aanwezig.
Gebruikershandleiding vi
ENERGY STAR
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
®
Program
Uw computermodel voldoet mogelijk aan de EnergyStar het aangeschafte model hieraan voldoet, is de computer voorzien van het ENERGY STAR
®
-logo en is de volgende informatie van toepassing.
®
-richtlijnen. Als
TOSHIBA neemt deel aan het ENERGY STAR®-programma van de Environmental Protection Agency (EPA). Deze computer voldoet aan de nieuwste ENERGY STAR
®
-richtlijnen voor energiebesparing. Uw computer wordt geleverd met de energiebeheeropties vooraf geconfigureerd waardoor de computer de meest stabiele gebruiksomgeving en optimale systeemprestaties biedt in zowel de netvoedingsmodus als de accumodus.
Om energie te besparen, wordt uw computer in de energiebesparende slaapstand gezet die het systeem en het beeldscherm uitschakelt als er gedurende 15 minuten in de netvoedingsmodus geen activiteiten hebben plaatsgevonden. TOSHIBA raadt aan deze en andere energiebesparende instellingen ingeschakeld te laten, zodat de computer zo zuinig mogelijk werkt. U kunt de slaapstand uitschakelen door op de aan/uit-knop te drukken.
Volgens de EPA verbruikt een computer die voldoet aan de nieuwe ENERGY STAR
®
-specificaties tussen de 20% en 50% minder energie, afhankelijk van het gebruik. Als alle huishoudens en bedrijven in de V.S. oude computers zouden vervangen door nieuwe ENERGY STAR® modellen, zouden ze in vijf jaar meer dan 1,8 miljard dollar aan energiekosten besparen en broeikasgasemissies voorkomen equivalent aan meer dan 2,7 miljoen auto's.
Als elke computer die het komend jaar door het bedrijfsleven zou worden aangeschaft, zou voldoen aan de nieuwe ENERGY STAR
®
-vereisten, zouden bedrijven meer dan 210 miljoen dollar besparen tijdens de gebruiksduur van deze modellen. Dat is equivalent aan het verlichten van ongeveer 13 miljoen vierkante meter kantoorruimte in de V.S. per jaar.
Bezoek http://www.energystar.gov of
http://www.energystar.gov/powermanagement
voor meer informatie over het ENERGY STAR
®
Program.
REACH - verklaring van overeenstemming
De nieuwe chemische verordening van de Europese Unie (EU), REACH (Registration, Evaluation, Authorization and Restriction of Chemicals), is op 1 juni 2007 van kracht geworden. Toshiba voldoet aan alle REACH­vereisten en verplicht zich klanten informatie te geven over de chemische stoffen in onze producten in overeenstemming met de REACH­verordening. Raadpleeg de volgende website
http://www.toshiba-europe.com/computers/info/reach voor informatie over
de aanwezigheid in onze artikelen van stoffen die voorkomen op de kandidatenlijst volgens artikel 59(1) van verordening (EC) Nr 1907/2006 ("REACH") in een concentratie van meer dan 0,1 % gewicht per gewicht.
Gebruikershandleiding vii
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
De volgende informatie is alleen bedoeld voor Turkije:
Voldoet aan EEE-wetgeving: Toshiba voldoet aan alle vereisten van
Turkse wet 26891 "Beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur".
Het aantal mogelijk uitvallende pixels van uw beeldscherm is
gedefinieerd volgens de norm ISO 13406-2. Als er minder pixels uitvallen dan volgens deze norm is toegestaan, wordt dit niet gezien als defect of storing.
Een accu is een verbruiksproduct, omdat de levensduur van de accu
afhankelijk is van het gebruik van uw computer. Als de accu helemaal niet kan worden opgeladen, is er sprake van een defect of storing. De veranderingen in de gebruikstijd van de accu zijn geen defect of storing.
GOST
Standaards voor optische stations
TOSHIBA Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/ Satellite Pro L350D-serie computers worden geleverd met een van de volgende stations voorgeïnstalleerd: CD-RW/DVD-ROM, DVD Super Multi (±R DL).
Het station is van een van de volgende etiketten voorzien: CLASS 1 LASER PRODUCT LASER KLASSE 1 LUOKAN 1 LASERLAITE APPAREIL A LASER DE CLASSE1 KLASS 1 LASER APPARAT Voor verzending wordt gecontroleerd of de Klasse 1-laser voldoet aan de
Chapter 21-standaards van het Department of Health and Human Services (DHHS 21 CFR) van de Verenigde Staten.
Voor elk ander land wordt gecontroleerd of het station voldoet aan de standaards IEC825 and EN60825 voor Klasse 1-laserproducten.
Gebruikershandleiding viii
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Veiligheidsinstructies voor optisch schijfstation
Dit station gebruikt een lasersysteem. Lees met het oog op een veilig
en correct gebruik van dit product eerst deze gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan de
laserstraal wordt voorkomen.
CD-RW-/DVD-ROM-station
Toshiba Samsung TS-L462D/TS-L463A
Location of the required label
PRODUCT IS CERTIFIED BY THE MANUFACTURER TO COMPLY WITH DHHS RULES 21 CFR SUBCHAPTER J APPLICABLE AT THE DATE OF MANUFACTURE.
MANUFACTURED
Toshiba Samsung Strage Technology Korea corporation 416, Maetan-3Dong, Yeongtong-Gu Suwon City, Gyeonggi-Do, 443-742, Korea
Gebruikershandleiding ix
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
TEAC DW-224E/DW-224S
Location of the required label
PRODUCT IS CERTIFIED BY THE MANUFACTURER TO COMPLY WITH DHHS RULES 21 CFR SUBCHAPTER J APPLICABLE AT THE DATE OF MANUFACTURE.
TEAC CORPORATION 1-47 OCHIAI, TAMA-SHI, TOKYO, JAPAN
DVD Super Multi-station (±R DL)
MANUFACTURED
Panasonic Communications UJ870AB/UJ870EB UJ880AD/UJ880ED UJ890AD/UJ890ED
Location of the required label
COMPLIES WITH FDA RADIATION PERFORMANCE STANDARDS, 21 CFR SUBCHAPTER J.
MANUFACTURED
Panasonic Communications Co., Ltd. 1-62, 4-Chome Minoshima Hakata-ku Fukuoka, Japan
Gebruikershandleiding x
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
TOSHIBA Samsung Storage Technology TS-L633A/TS-L633P TS-L633C/TS-L633Y
Location of the required label
PRODUCT IS CERTIFIED BY THE MANUFACTURER TO COMPLY WITH DHHS RULES 21 CFR CHAPTER 1, SUBCHAPTER J, APPLICABLE AT THE DATE OF MANUFACTURE.
MANUFACTURED
Toshiba Samsung Storage Technology Korea Corporation 14F Digital Empire II, 486 Sin-dong, Youngtong-gu, Suwon-si, Gyeonggi-Do, Korea, 443-734
Hitachi-LG Data Storage GSA-T50F/GSA-T50N GT20N/GT20F
Location of the required label
COMPLIES WITH FDA RADIATION PERFORMANCE STANDARDS, 21 CFR SUBCHAPTER J.
MANUFACTURED
Hitachi-LG Data Storage, Inc. 22-23, Kaigan 3-chome, Minato-Ku, Tokyo, 108-0022 Japan
Gebruikershandleiding xi
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Internationale voorzorgsmaatregelen
LET OP: de apparatuur bevat een
lasersysteem en wordt geclassificeerd als een KLASSE 1 LASERPRODUCT. Om te zorgen dat u dit product correct gebruikt, dient u de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Als u problemen met dit model mocht ondervinden, moet u contact opnemen met de dichtstbijzijnde erkende servicedienst. Probeer niet de kast te openen. Doet u dit wel, dan loopt u het risico van directe blootstelling aan de laserstraal.
VORSICHT: Dieses Gerät enthält ein Laser-System und ist als „LASERSCHUTZKLASSE 1 PRODUKT“ klassifiziert. Für den richtigen Gebrauch dieses Modells lesen Sie bitte die Bedienungsanleitung sorgfältig durch und bewahren diese bitte als Referenz auf. Falls Probleme mit diesem Modell auftreten, benachrichtigen Sie bitte die nächste „autorisierte Service-Vertretung“. Um einen direkten Kontakt mit dem Laserstrahl zu vermeiden darf das Gerät nicht geöffnet werden.
ADVARSEL: Denne mærking er anbragt udvendigt på apparatet og indikerer, at apparatet arbejder med laserstråler af klasse 1, hviket betyder, at der anvendes laserstrlier af svageste klasse, og at man ikke på apparatets yderside kan bilve udsat for utilladellg kraftig stråling.
APPARATET BOR KUN ÅBNES AF FAGFOLK MED SÆRLIGT KENDSKAB TIL APPARATER MED LASERSTRÅLER!
Indvendigt i apparatet er anbragt den her gengivne advarselsmækning, som advarer imod at foretage sådanne indgreb i apparatet, at man kan komme til at udsatte sig for laserstråling.
Gebruikershandleiding xii
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
OBS! Apparaten innehåller laserkomponent som avger laserstråining överstigande gränsen för laserklass 1.
VAROITUS. Suojakoteloa si saa avata. Laite sisältää laserdiodin, joka lähetää näkymätöntä silmilie vaarallista lasersäteilyä.
LET OP: HET GEBRUIK VAN REGELAARS, INSTELLINGEN OF PROCEDURES DIE NIET IN DE GEBRUIKERSHANDLEIDING ZIJN VERMELD, KAN RESULTEREN IN BLOOTSTELLING AAN GEVAARLIJKE STRALING.
VORSICHT: DIE VERWENDUNG VON ANDEREN STEUERUNGEN ODER EINSTELLUNGEN ODER DAS DURCHFÜHREN VON ANDEREN VORGÄNGEN ALS IN DER BEDIENUNGSANLEITUNG BESCHRIEBEN KÖNNEN GEFÄHRLICHE STRAHLENEXPOSITIONEN ZUR FOLGE HABEN.
Gebruikershandleiding xiii

Inhoud

Hoofdstuk 1 Inleiding
Controlelijst van apparatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1
Voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3
Speciale voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-9
TOSHIBA Value Added Package . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-11
Hulpprogramma's en toepassingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-12
Opties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-14
Hoofdstuk 2 Rondleiding
Voorkant met gesloten beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-1
Linkerkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-2
Rechterkant. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-4
Achterkant. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-5
Onderkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-5
Voorkant met geopend beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-7
Functieknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-8
Systeemlampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-9
Toetsenbordlampjes. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-10
Optisch schijfstation . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-11
Netadapter. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-12
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Hoofdstuk 3 Aan de slag
De netadapter aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-2
Het beeldscherm openen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-4
De computer inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-5
Voor het eerst opstarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-5
De computer uitschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-5
Computer opnieuw opstarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-9
Opties voor systeemherstel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-10
Gebruikershandleiding xiv
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Hoofdstuk 4
Basisbeginselen
Het touchpad gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-1
Schijfstations voor optische media gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-2
CD's/DVD's beschrijven op een
DVD Super Multi-station (+-R DL) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-7
TOSHIBA Disc Creator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-11
TOSHIBA DVD-speler . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-12
Behandeling van schijven/diskettes. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-13
De webcam gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-14
De microfoon gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16
TOSHIBA-gezichtsherkenning gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16
Modem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-20
Draadloze communicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-23
LAN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-24
De computer reinigen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-26
De computer verplaatsen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-26
Warmteverspreiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-27
Hoofdstuk 5 Het toetsenbord
Typemachinetoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-1
Functietoetsen: F1 … F9 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-1
Softkeys: FN-toetscombinaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-2
Speciale Windows-toetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-4
ASCII-tekens genereren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-4
Hoofdstuk 6 Stroomvoorziening en spaarstanden
Stroomvoorzieningsomstandigheden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-1
Voedingslampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-2
Accutypen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-3
Onderhoud en gebruik van de accu-eenheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-5
De accu-eenheid vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-11
De computer opstarten met een wachtwoord . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-14
Spaarstanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-15
Hoofdstuk 7 HW Setup en wachtwoorden
HW Setup. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7-1
Gebruikershandleiding xv
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Hoofdstuk 8
Optionele apparaten
Express-kaart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-2
Sleuf voor meerdere digitale mediakaarten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-3
Geheugenuitbreiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-6
Extra accu-eenheid (6 cellen en 9 cellen). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-9
Extra netadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-9
USB-diskettestation . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-9
Externe monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-10
HDMI . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-11
Beveiligingsslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-12
Hoofdstuk 9 Problemen oplossen
Handelwijze bij probleemoplossing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9-1
Controlelijst voor hardware en systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9-3
TOSHIBA-ondersteuning . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9-16
Hoofdstuk 10 Juridische verklaring
CPU*1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-1
Hoofdgeheugen*2 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-2
Gebruiksduur van de accu*3 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-3
Capaciteit vaste schijf en externe vaste schijf*4 . . . . . . . . . . . . . . . 10-3
LCD*5. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-3
Graphics Processing Unit (GPU)*6 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-3
Draadloos LAN*7 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-4
Niet-toepasselijke pictogrammen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-4
Kopieerbeveiliging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-4
Afbeeldingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-4
Helderheid LCD-scherm en vermoeidheid van de ogen . . . . . . . . . 10-4
Bijlagen A Specificaties
Bijlagen B Beeldschermcontroller
Bijlagen C Draadloos LAN
Bijlagen D Het netsnoer en de voedingsaansluitingen
Bijlagen E Als uw computer wordt gestolen
Woordenlijst
Index
Gebruikershandleiding xvi
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Voorwoord
Gefeliciteerd met uw nieuwe computer uit de Satellite L350/ Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie. Deze krachtige, lichtgewicht notebook staat garant voor hoge prestaties en jarenlang betrouwbaar computergebruik.
In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u de Satellite L350/ Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie-computer gebruiksklaar maakt en ermee aan de slag gaat. Verder wordt gedetailleerde informatie gegeven over het configureren van de computer, elementaire bewerkingen en onderhoud, het gebruik van optionele apparaten en probleemoplossing.
Als u nog nooit een computer hebt gebruikt of nog nooit met een portable hebt gewerkt, lees dan eerst de hoofdstukken Inleiding en Rondleiding om uzelf vertrouwd te maken met de voorzieningen, onderdelen en accessoires van de computer. Lees vervolgens Aan de slag voor stapsgewijze instructies voor het gebruiksklaar maken van de computer.
Als u een ervaren computergebruiker bent, dient u dit voorwoord te lezen om inzicht te krijgen in de indeling van deze handleiding. Blader daarna de handleiding door om ermee vertrouwd te raken. Besteed met name aandacht aan paragraaf Speciale voorzieningen van de inleiding om kennis te maken met de voorzieningen die bijzonder of uniek zijn voor deze computer. Lees ook HW Setup en wachtwoorden zorgvuldig door. Als u een ExpressCard wilt installeren of externe apparaten zoals een printer wilt aansluiten, leest u hoofdstuk 8, Optionele apparaten.
Inhoud van de handleiding
Deze handleiding bestaat uit de volgende hoofdstukken, bijlagen, een woordenlijst en een index.
In hoofdstuk 1, Inleiding, vindt u een overzicht van de voorzieningen, mogelijkheden en opties van de computer.
In hoofdstuk 2, Rondleiding, worden de onderdelen van de computer geïdentificeerd en kort toegelicht.
In hoofdstuk 3, Aan de slag, wordt een kort overzicht gegeven van het gebruik van de computer.
Gebruikershandleiding xvii
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Hoofdstuk 4, Basisbeginselen, bevat tips voor het onderhoud van de computer en het gebruik van het touchpad, het optische station, het externe diskettestation, draadloos LAN, LAN, audio-/ videobedieningsknoppen en het interne modem.
In hoofdstuk 5, Het toetsenbord, worden speciale toetsenbordfuncties beschreven zoals de geïntegreerde numerieke toetsen en de sneltoetsen.
Hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, verschaft details over de voedingsbronnen en energiebesparingsmodi van de computer.
In hoofdstuk 7, HW Setup en wachtwoorden, wordt uitgelegd hoe u de computer configureert met het programma HW Setup. Verder leest u hier hoe u een wachtwoord instelt.
Hoofdstuk 8, Optionele apparaten, beschrijft welke optionele hardware beschikbaar is.
Hoofdstuk 9, Problemen oplossen, verschaft nuttige informatie over het uitvoeren van diagnostische tests en suggesties voor de beste handelwijze als de computer niet correct lijkt te werken.
Hoofdstuk 10, Juridische verklaring, bevat wettelijke voetnoten met betrekking tot uw computer.
De bijlagen verschaffen technische informatie over de computer. De Woordenlijst bevat definities van algemene computertermen en
acroniemen die in de tekst worden gebruikt. Met behulp van de Index kunt u snel informatie in deze handleiding
opzoeken.
Conventies
In deze handleiding worden de volgende notatieconventies gebruikt voor het beschrijven, identificeren en markeren van termen en bedieningsprocedures.
Afkortingen
Wanneer een afkorting voor het eerst wordt gebruikt, of indien dat nodig is voor de duidelijkheid, wordt deze gevolgd door een verklaring tussen haakjes. Bijvoorbeeld: ROM (Read Only Memory). Acroniemen worden tevens gedefinieerd in de Woordenlijst.
Pictogrammen
Pictogrammen identificeren poorten, regelaars en andere delen van de computer. Het paneel met systeemlampjes gebruikt tevens pictogrammen ter aanduiding van de onderdelen waarover het informatie verschaft.
Gebruikershandleiding xviii
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Toetsen
De toetsenbordtoetsen worden in de tekst gebruikt ter beschrijving van een aantal computerbewerkingen. De toetsopschriften die op het toetsenbord te zien zijn, worden in een ander lettertype gedrukt. ENTER duidt bijvoorbeeld de Enter-toets aan.
Gebruik van toetsen
Voor sommige bewerkingen moet u tegelijkertijd twee of meer toetsen indrukken. Dergelijke bewerkingen worden aangeduid door een plusteken (+) tussen de toetsopschriften. Zo betekent CTRL + C dat u op C moet drukken terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. Als er drie toetsen worden gebruikt, houdt u de eerste twee ingedrukt en drukt u tegelijkertijd op de derde.
ABC Wanneer u in een procedure een handeling moet uitvoeren
(bijvoorbeeld een pictogram aanklikken of tekst invoeren), wordt de pictogramnaam of de te typen tekst in het links weergegeven lettertype gedrukt.
Beeldscherm
ABC De namen van vensters en pictogrammen, en door de
computer gegenereerde tekst die op het beeldscherm verschijnt, worden in het links weergegeven lettertype afgebeeld.
Mededelingen
Mededelingen worden in deze handleiding gebruikt om u attent te maken op belangrijke informatie. Elk type mededeling wordt aangeduid zoals hieronder wordt geïllustreerd.
Attentie! In dit soort mededelingen wordt u gewaarschuwd dat incorrect gebruik van apparatuur of het negeren van instructies kan resulteren in gegevensverlies of beschadiging van de apparatuur.
Opmerking. Een opmerking is een tip of aanwijzing die u helpt de apparatuur optimaal te gebruiken.
Duidt op een potentieel gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming van de instructies kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Terminologie
Deze term wordt in dit document als volgt gedefinieerd:
Start Het woord "Start" verwijst naar de knop " "
in Windows
Gebruikershandleiding xix
®
7.
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Algemene voorzorgsmaatregelen
TOSHIBA-computers bieden optimale veiligheid en optimaal gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer verder te beperken.
Lees de onderstaande algemene aanwijzigen en let op de waarschuwingen die in de handleiding worden gegeven.
Zorg voor afdoende ventilatie
Zorg er altijd voor dat er afdoende ventilatie beschikbaar is voor de
computer en de netadapter en dat deze apparaten zijn beschermd tegen oververhitting als de stroom wordt ingeschakeld of als een netadapter wordt aangesloten op een stopcontact (zelfs als de computer in de slaapstand staat). Let hierbij op het volgende:
Dek de computer of netadapter nooit met een voorwerp af.
Plaats de computer of netadapter nooit in de buurt van een
warmtebron, zoals een elektrische deken of een verwarmingstoestel.
Bedek of blokkeer de luchtopeningen niet, met inbegrip van de
openingen op de onderzijde van de computer.
Plaats de computer voor gebruik altijd op een harde, vlakke
ondergrond. Als u de computer gebruikt op een tapijt of een ander zacht materiaal, kunnen de ventilatieopeningen worden geblokkeerd.
Zorg altijd voor voldoende ruimte rondom de computer.
Oververhitting van de computer of de netadapter kan resulteren in
systeemstoringen, schade aan computer of netadapter of brand, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Gebruikershandleiding xx
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Een gebruiksvriendelijke omgeving inrichten
Plaats de computer op een egaal oppervlak dat groot genoeg is voor de computer en eventuele andere apparaten die u nodig hebt, zoals een printer.
Laat voldoende ruimte vrij rondom de computer en andere apparatuur voor een adequate ventilatie. De apparaten kunnen anders oververhit raken.
Houd uw computer in optimale werkconditie door de werkplek niet bloot te stellen aan:
stof, vocht en direct zonlicht;
apparatuur met sterke magnetische velden, zoals stereoluidsprekers
(andere dan die op de computer zijn aangesloten) of een hoofdtelefoon;
plotselinge veranderingen in temperatuur of vochtigheid, en
warmtebronnen zoals radiatoren en airconditioningroosters;
Vermijd extreme hitte, koude of vochtigheid.
vloeistoffen en bijtende chemicaliën;
Blessures door overbelasting
Lees de instructiehandleiding met betrekking tot veiligheid en gebruikomstandigheden. Hierin wordt toegelicht hoe u hand- en
polsblessures als gevolg van langdurig toetsenbordgebruik kunt voorkomen.
Letsel door verhitting van computeroppervlakken
Vermijd langdurig lichamelijk contact met de computer. Indien de
computer gedurende een langere periode is gebruikt, kan het oppervlak zeer heet worden. Zelfs als de computer niet heet aanvoelt, kan langdurig lichamelijk contact - bijvoorbeeld wanneer u de computer op uw schoot of uw handen op de polssteun laat rusten - resulteren in rode plekken op de huid.
De metalen plaat die de interfacepoorten ondersteunt, kan heet
worden. Vermijd daarom rechtstreeks contact met deze plaat na langdurig computergebruik.
Het oppervlak van de netadapter kan bij gebruik heet worden, maar dit
is normaal. Als u de netadapter wilt vervoeren, koppelt u deze los en laat u deze eerst afkoelen.
Plaats de netadapter niet op materiaal dat hittegevoelig is, deze kan
namelijk schade veroorzaken.
Schade door druk of stoten
Zorg dat de computer niet wordt blootgesteld aan zware druk of harde stoten aangezien hierdoor computeronderdelen beschadigd kunnen raken of andere storingen kunnen ontstaan.
Gebruikershandleiding xxi
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-serie
Oververhitting van de ExpressCard
Sommige ExpressCards kunnen bij langdurig gebruik heet worden, wat kan leiden tot instabiliteit in de werking van het apparaat in kwestie. Ook dient u voorzichtig te zijn wanneer u een ExpressCard verwijdert die lange tijd is gebruikt.
Mobiele telefoons
Let erop dat het gebruik van mobiele telefoons kan leiden tot storingen in het audiosysteem. Hoewel de werking van de computer hierdoor niet wordt beïnvloed, verdient het aanbeveling om tijdens telefoongesprekken een afstand van minimaal 30 cm in acht te nemen tussen de computer en de mobiele telefoon.
Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort
Alle belangrijke informatie voor veilig en juist gebruik van deze computer wordt beschreven in de bijgesloten Instructiegids voor veiligheid en comfort. Lees deze gids voordat u de computer gebruikt.
Gebruikershandleiding xxii
Inleiding
Dit hoofdstuk bevat een controlelijst van de apparatuur en beschrijft de voorzieningen, opties en accessoires van de computer.
Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht, functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt dat niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd.

Controlelijst van apparatuur

Verwijder de computer voorzichtig uit de verpakking. Berg de doos en het verpakkingsmateriaal op voor toekomstig gebruik.
Hardware
Controleer of u de volgende items hebt:
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/Satellite Pro L350D-
serie Draagbare personal computer
Universele netadapter en netsnoer
Modulaire kabel (geleverd bij sommige modellen)
Reinigingsdoek (geleverd bij sommige modellen)
Bij de computer wordt een reinigingsdoek geleverd waarmee u stof
en vingerafdrukken van het toetsenbord en de handpalmsteun van uw computer kunt vegen.
Bij het afvegen van het toetsenbord, de handpalmsteun en het scherm
dient u voorzichtig te werk te gaan zonder grote druk uit te oefenen.
Gebruik de reinigingsdoek niet wanneer deze vuil of nat is.
Gebruik de doek niet wanneer deze is doorweekt met water,
schoonmaakmiddelen of vluchtige organische oplosmiddelen.
Het verdient aanbeveling de doek uit te wassen als deze vuil is.
Gebruik hierdoor een mild wasmiddel en spoel de doek goed uit. Laat de doek volledig aan de lucht drogen voordat u de computer er weer mee schoonmaakt.
Inleiding
Hoofdstuk 1
Gebruikershandleiding 1-1
Software
Windows 7
De volgende software is vooraf geïnstalleerd:
Windows
Modemstuurprogramma (kan alleen worden gebruikt voor
modemmodellen)
Schermstuurprogramma's voor Windows
LAN-stuurprogramma
Stuurprogramma voor het aanwijsapparaat
TOSHIBA-gezichtsherkenning (is op sommige modellen vooraf
geïnstalleerd)
Geluidsstuurprogramma voor Windows
Stuurprogramma voor draadloos LAN (kan alleen worden gebruikt
voor modellen met draadloos LAN)
TOSHIBA Assist
TOSHIBA ConfigFree
TOSHIBA Disc Creator
TOSHIBA DVD-speler
TOSHIBA Gebruikershandleiding
TOSHIBA Value Added Package
TOSHIBA Bulletin Board
TOSHIBA ReelTime
TOSHIBA Service Station
7
Inleiding
Documentatie
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/
Satellite Pro L350D-serieDraagbare personal computer ­Gebruikershandleiding
Satellite L350/Satellite Pro L350/Satellite L350D/
Satellite Pro L350D-serie Draagbare personal computer - Aan de slag
Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort (onderdeel van de
gebruikershandleiding)
Garantie-informatie
Neem onmiddellijk contact op met uw dealer als een of meer items ontbreken of beschadigd zijn.
Gebruikershandleiding 1-2

Voorzieningen

Deze computer biedt de volgende voorzieningen en voordelen:
Processor*1
Ingebouwd De computer is uitgerust met één processor. Het
Geheugen*2
Sleuven In de twee geheugensleuven van alle modellen
Inleiding
type processor varieert en is afhankelijk van het model. U kunt als volgt controleren welk type processor er in uw model is opgenomen: open het TOSHIBA-hulpprogramma PC Diagnostic Tool door te klikken op Start Alle
programma's TOSHIBA Utilities (Hulpprogramma's) PC Diagnostic Tool.
kunnen PC2-5300 geheugenmodules van 512 GB, 1 GB of 2 MB worden geïnstalleerd.
PC2-6400 geheugenmodules van 512 MB, 1 GB, 2 GB of 4 GB kunnen alleen worden geïnstalleerd in de twee geheugensleuven van de hieronder vermelde modellen:
Mobile Intel
Mobile Intel® GL40 Express-chipset
Mobile Intel
De maximale grootte en snelheid van het systeemgeheugen zijn afhankelijk van het aangeschafte model.
®
GM45 Express-chipset
®
PM45 Express-chipset
De PC2-6400 geheugenmodule werkt op de GL40 Express-chipset met de snelheid van een PC2-5300 geheugenmodule.
De maximale hoeveelheid geheugen die in Mobile Intel® GL40 Express­chipsetmodellen kan worden geïnstalleerd is 4 GB.
Gebruikershandleiding 1-3
Video RAM*6 Afhankelijk van het gekochte model.
Mobile Intel Mobile Intel Mobile Intel
®
GM45 Express-chipset:
®
GL40 Express-chipset:
®
PM45 Express-chipset:
Video-RAM wordt gedeeld met hoofdgeheugen, waarbij de verdeling afhangt van de Dynamic Video Memory Technology.
Inleiding
Model met Mobile Intel Mobile Intel
®
PM45 Express Chipset in grafische
®
GM45 Express-chipset/
chip van ATI Mobility Radeon™ HD4530. Extern 256 MB.
®
Model met Mobile Intel Mobile Intel
®
PM45 Express-chipset in grafische
GM45 Express-chipset/
chip van ATI Mobility Radeon™ HD4570. Extern 512 MB.
Model met Mobile Intel Mobile Intel
®
PM45 Express-chipset in grafische
®
GM45 Express-chipset/
chip van ATI Mobility Radeon™ HD4650. Extern 1 GB.
ATI Radeon™ 3100 grafisch model: ATI Radeon™ HD 3200 grafisch model: De video-RAM-capaciteit wordt gedeeld met het hoofdgeheugen. De verhouding is afhankelijk van ATI HyperMemory™.
Voor gebruikers van een 32-bits versie van Windows: als uw computer is geconfigureerd met twee geheugenmodules van 2 GB, wordt het geheugen mogelijk weergegeven als slechts ongeveer 3 GB (afhankelijk van de hardwarespecificaties van de computer).
Dit is juist omdat het besturingssysteem gewoonlijk het beschikbare geheugen weergeeft in plaats van het fysieke geheugen (RAM) dat in de computer is ingebouwd. Verschillende systeemonderdelen (zoals de GPU van de grafische adapter en PCI-apparaten zoals draadloos LAN enzovoort) vereisen eigen geheugenruimte. Omdat een 32-bits besturingssysteem niet meer dan 4 GB geheugen kan adresseren, overlappen deze systeembronnen het fysieke geheugen. Het is een technische beperking dat het overlapte geheugen niet beschikbaar is voor het besturingssysteem. Ook al geeft een aantal hulpmiddelen het werkelijke fysieke geheugen van uw computer weer, het beschikbare geheugen voor het besturingssysteem blijft maar 3 GB.
Gebruikershandleiding 1-4
Schijven
Inleiding
Vaste-schijfstation (HDD)*4
De computer heeft een of twee geïntegreerde vaste-schijfstations van 2 1/2" voor niet-vluchtige opslag van gegevens en software (afhankelijk van het door u aangeschafte model). De volgende grootten zijn beschikbaar:
120 GB
160 GB
200 GB
250 GB
300 GB
320 GB
400 GB
500 GB
Mogelijk worden er ook nog vaste schijven van andere grootten ingevoerd.
Raadpleeg de paragraaf Juridische verklaring in hoofdstuk 10 voor meer informatie over de uitsluiting van aansprakelijkheid met betrekking tot de vaste-schijfcapaciteit.
Gebruikershandleiding 1-5
Inleiding
DVD Super Multi­station (±R DL)
Sommige modellen zijn uitgerust met een volledige Super Multi DVD-stationsmodule (±R DL) waarmee u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's/DVD's kunt vastleggen en CD’s/DVD's kunt afspelen. De maximale leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM’s en 24-speed voor CD-ROM’s. De maximale schrijfsnelheid is 24-speed voor CD-R, 16-speed voor CD-RW, 8-speed voor DVD-R, 6-speed voor DVD-RW, 5-speed voor DVD-RAM, 8-speed voor DVD+R, 8-speed voor DVD+RW, 4-speed voor DVD+R DL en 4-speed voor DVD-R DL. Dit station ondersteunt de volgende indelingen:
DVD-ROM
DVD-Video
DVD-R
DVD-RW
DVD+R
DVD+RW
DVD-RAM
DVD+R DL
DVD-R DL
CD-DA
CD-Text
CD-ROM Mode 1, Mode 2
CD-ROM XA Mode 2 (Form1, Form2)
CD-R
CD-RW
CD-G (alleen audio-CD)
Photo CD (single/multi-session)
Enhanced CD (CD-EXTRA)
Adresseringsmethode 2
Toetsenbord
Ingebouwd 104 of 105 toetsen, compatibel met uitgebreid
toetsenbord van IBM
. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord,
voor meer informatie.
Gebruikershandleiding 1-6
®
en de toetsen en
Inleiding
Aanwijsapparaat
Ingebouwd Met het touchpad en de bedieningsknoppen in
de polssteun kunt u de schermaanwijzer verplaatsen.
Voeding
Accu-eenheid*3 De computer wordt van stroom voorzien door
één oplaadbare lithium-ion accu-eenheid.
RTC-batterij De computer heeft een interne batterij voor de
interne RTC (Real Time Clock) en kalender.
Netadapter De universele netadapter voorziet het systeem
van stroom en laadt de accu’s op wanneer deze opraken. De adapter wordt geleverd met een verwisselbaar netsnoer. Aangezien de netadapter universeel is, ondersteunt hij netspanningen tussen 100 en 240 volt.
Poorten
Hoofdtelefoon Voor aansluiting van een stereohoofdtelefoon. Microfoon Voor aansluiting van een microfoon. Externe monitor 15-pins, analoge VGA-poort.
Universal Serial Bus (USB 2.0)
HDMI Op deze HDMI-aansluiting kunt u externe
Drie USB-poorten (Universal Serial Bus) voor serie-aansluiting van USB-apparaten op uw computer.
weergave- en audioapparaten aansluiten. (Aanwezig op sommige modellen.)
Sleuven
Sleuf voor meerdere digitale mediakaarten
ExpressCard-sleuf Via een ExpressCard-sleuf kunt u een
Gebruikershandleiding 1-7
Hiermee kunt u gemakkelijk gegevens overbrengen van apparaten, zoals digitale camera’s en PDA’s (Personal Digital Assistants) die gebruikmaken van flash-geheugen (SD/ SDHC/MS/MS Pro/MMC-geheugenkaarten). (Aanwezig op sommige modellen.)
ExpressCard™/34 of Expres Card™/54 installeren om de functionaliteit uit te breiden. Raadpleeg hoofdstuk 8, Optionele apparaten, voor meer informatie.
Inleiding
Multimedia
Webcam Foto's of videobeelden opnemen/verzenden met
deze geïntegreerde webcam. (Aanwezig op sommige modellen.)
Geluidssysteem Het Windows-compatibele geluidssysteem
bestaat uit een interne luidspreker en aansluitingen voor een externe microfoon en een koptelefoon. Het systeem bevat ook een volumeregelaar.
Communicatie
LAN De computer is uitgerust met een LAN-kaart die
Draadloos LAN*7 Bij andere LAN-systemen wordt een minikaart
Modem Het ingebouwde modem voorziet in gegevens-
Schakelaar voor draadloze communicatie
Ethernet LAN (10 Mbit/s, 10BASE-T) of Fast Ethernet LAN (100 Mbit/s, 100BASE-TX) ondersteunt. In sommige landen is deze kaart standaard geïnstalleerd.
voor een draadloos LAN geleverd, gebaseerd op Direct Sequence Spread Spectrum/Orthogonal Frequency Division Multiplexing radiotechnologie die voldoet aan de standaard IEEE 802.11 (revisie A, B, G en concept N).
Zoeken op meerdere kanalen. (Aanwezig op sommige modellen.)
en faxcommunicatie. Het modem ondersteunt V.90 (V.92). De snelheid van gegevens- en faxverzending is afhankelijk van analoge­telefoonlijnomstandigheden. Het modem heeft een modempoort voor aansluiting op een telefoonlijn. In sommige landen is de modem standaard geïnstalleerd. Alleen in de V.S. en Canada wordt zowel V.90 als V.92 ondersteund. Alleen V.90 is beschikbaar in andere regio's. (Aanwezig op sommige modellen.)
Met deze schakelaar schakelt u de RF­transmissiefunctie voor draadloze apparatuur (draadloos LAN) in en uit. (Aanwezig op sommige modellen.)
Beveiliging
Sleuf beveiligingsslot Hiermee kan de computer door middel van een
beveiligingsslot aan een bureau of ander groot voorwerp worden verankerd.
Gebruikershandleiding 1-8
Software
Besturingssysteem Windows
TOSHIBA­hulpprogramma’s
Plug en Play Wanneer u een extern apparaat op de computer

Speciale voorzieningen

De volgende functies zijn ofwel uniek voor TOSHIBA-computers ofwel geavanceerde functies, waardoor de computer handiger is in gebruik. Als u toegang wilt tot de opties voor energiebeheer, klikt u op Start
Configuratiescherm Systeem en Beveiliging Energiebeheer.
Sneltoetsen Door middel van deze toetscombinaties kunt u
Beeldscherm automatisch uitschakelen
Vaste schijf automatisch uitschakelen
Systeem in automatische (zuinige) slaapstand
Inleiding
7 is beschikbaar. Raadpleeg de paragraaf over vooraf geïnstalleerde Software aan het begin van dit hoofdstuk.
Een aantal hulp- en stuurprogramma’s is vooraf geïnstalleerd om het gebruik van de computer te vergemakkelijken. Raadpleeg de paragraaf
Hulpprogramma's en toepassingen in dit
hoofdstuk.
aansluit of een onderdeel installeert, stelt de Plug en Play-capaciteit het systeem in staat om de verbinding te herkennen en automatisch de nodige configuratiewijzigingen aan te brengen.
de systeemconfiguratie direct vanaf het toetsenbord wijzigen zonder een systeemconfiguratieprogramma te hoeven uitvoeren.
Met deze functie wordt de stroom naar het interne beeldscherm automatisch stopgezet als het toetsenbord of aanwijsapparaat een bepaalde tijd niet is gebruikt. De stroomvoorziening wordt hersteld zodra een toets wordt ingedrukt of het aanwijsapparaat wordt gebruikt. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer).
Met deze functie wordt de stroom naar de vaste schijf automatisch stopgezet als een bepaalde tijd lang geen activiteit op de vaste schijf heeft plaatsgevonden. De stroomvoorziening wordt hersteld zodra de vaste schijf wordt gebruikt. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer).
Met deze functie wordt het systeem automatisch in de slaapstand of in de zuinige slaapstand gezet als een bepaalde tijd niets is ingevoerd of geen hardwareactiviteit heeft plaatsgevonden. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer).
Gebruikershandleiding 1-9
Inleiding
Wachtwoord voor opstarten
Er zijn twee niveaus van wachtwoordbeveiliging: supervisor en gebruiker. Hierdoor kunt u voorkomen dat onbevoegden uw computer gebruiken.
Directe beveiliging Met een sneltoets kunt u het scherm leegmaken
en de computer blokkeren.
Intelligente stroomvoorziening
Een microprocessor in de intelligente stroomvoorziening van de computer detecteert de acculading en berekent de resterende accucapaciteit. De microprocessor beschermt de elektronische onderdelen tevens tegen abnormale omstandigheden, zoals extreme spanningspieken van een netadapter. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer).
Energiebesparingsmodus
Met deze functie kunt u de computer zo configureren dat de accu langer meegaat. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer).
In-/uitschakelen via LCD
Met deze functie wordt de stroom naar de computer uitgeschakeld wanneer de LCD wordt gesloten, en weer ingeschakeld zodra de LCD wordt geopend. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer).
Automatische zuinige slaapstand bij lage acculading
Als de acculading zover is gedaald dat u de computer niet meer kunt gebruiken, wordt automatisch de zuinige slaapstand geactiveerd en wordt het systeem afgesloten. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer).
Warmteverspreiding De CPU heeft een interne temperatuursensor ter
bescherming tegen oververhitting. Als de interne temperatuur van de een bepaald niveau bereikt, wordt de ventilator ingeschakeld of wordt de CPU-verwerkingssnelheid verlaagd. Dit kan worden opgegeven in Power Options (Energiebeheer).
Maximale prestaties
Eerst wordt de ventilator ingeschakeld en vervolgens wordt zo nodig de CPU­verwerkingssnelheid verlaagd.
Optimaal accugebruik
Eerst wordt de processorsnelheid verlaagd en dan zo nodig de ventilator aangezet.
Gebruikershandleiding 1-10
Zuinige slaapstand Met deze functie kunt u de stroom uitschakelen
zonder dat u de software moet afsluiten. De inhoud van het hoofdgeheugen wordt op de vaste schijf opgeslagen, en wanneer u de computer weer aanzet, kunt u uw werk hervatten op de plaats waar u was opgehouden. Raadpleeg de paragraaf De computer
uitschakelen in hoofdstuk 3,
meer informatie
Slaapstand Als u uw werk moet onderbreken, kunt u de
computer uitschakelen zonder de software te hoeven sluiten. De gegevens worden bewaard in het hoofdgeheugen van de computer. Wanneer u de computer weer aanzet, kunt u uw werk hervatten op de plaats waar u was opgehouden.

TOSHIBA Value Added Package

In deze paragraaf worden de functies van de TOSHIBA-componenten beschreven die vooraf zijn geïnstalleerd op de computer.
TOSHIBA Power Option
TOSHIBA Button Support
TOSHIBA Zooming Met dit hulpprogramma kunt u de pictogrammen
TOSHIBA PC Diagnostic Tool
TOSHIBA Flash Cards Dit hulpprogramma ondersteunt de volgende
TOSHIBA Power Option voorziet u van extra functies voor het beheer van de stroomvoorziening.
Met dit hulpprogramma kunt u de volgende knoppen van de computer gebruiken.
Knop Dempen
CD/DVD-knop
U kunt instellen welke toepassing met de knop wordt gestart.
op het bureaublad vergroten of verkleinen en het zoompercentage instellen voor specifieke toepassingen.
TOSHIBA PC Diagnostic Tool toont gegevens over de standaardconfiguratie van het systeem en biedt de mogelijkheid de functionaliteit van bepaalde ingebouwde hardwareapparaten te testen.
functies.
Sneltoetsfunctie
Functie voor het starten van het TOSHIBA-
hulpprogramma.
Inleiding
Aan de slag, voor
Gebruikershandleiding 1-11
Inleiding
Als u uw computer start of activeert, kan het even duren voordat de
TOSHIBA Flash Cards beschikbaar worden en worden de Flash Cards mogelijk meerdere keren weergegeven voordat deze volledig zijn geactiveerd. De sneltoetsfuncties worden beschikbaar als de TOSHIBA Flash Cards volledig actief zijn.
Als uw systeem bezet is en u het bericht
(Reageert niet)
Cards volledig zijn geactiveerd voordat u doorgaat met het gebruik van het hulpprogramma en de sneltoetsen.
ziet, dient u te wachten tot de TOSHIBA Flash
[Not Responding]
TOSHIBA Accessibility (Toegankelijkheid)
Het hulpprogramma TOSHIBA Accessibility (Toegankelijkheid) biedt ondersteuning voor gebruikers met bewegingsbeperkingen wanneer ze de TOSHIBA-sneltoetsfuncties willen gebruiken. Met dit hulpprogramma kunt u de FN- toets vastzetten. U drukt dan eenmaal op de Fn­toets, laat de toets los en drukt op een van de functietoetsen ("F"-toetsen) om de functie ervan te activeren. De FN-toets blijft in dit geval actief totdat een andere toets wordt ingedrukt.

Hulpprogramma's en toepassingen

In dit gedeelte worden vooraf geïnstalleerde hulpprogramma’s beschreven en wordt toegelicht hoe u de programma’s start. Raadpleeg de onlinehandleiding, de Help of de readme.txt-bestanden bij de verschillende hulpprogramma's voor informatie over bewerkingen.
TOSHIBA Assist TOSHIBA Assist is een grafische
gebruikersinterface waarmee u gemakkelijk toegang tot Help en services kunt verkrijgen.
Hulpprogramma HW Setup
TOSHIBA DVD-speler Deze software wordt aangeboden voor het
Als u het hulpprogramma wilt starten, klikt u op de knop Start van Windows, wijst u Alle programma's aan, klikt u op TOSHIBA en op Utilities (Hulpprogramma's) en selecteert u het pictogram HWSetup.
afspelen van DVD-video. (Deze software is voorgeïnstalleerd op modellen
met CD-RW/DVD-ROM-stations of DVD Super Multi-stations (±R DL).)
Gebruikershandleiding 1-12
Inleiding
TOSHIBA Disc Creator
U kunt CD's/DVD's in verschillende indelingen maken: audio-CD's die op een gewone stereo­CD-speler kunnen worden afgespeeld, en data­CD's/-DVD's voor het opslaan van de bestanden en mappen op uw vaste schijf. Deze software kan alleen worden gebruikt op modellen met een CD-RW/DVD-ROM-station en een DVD Super Multi-station (±R DL).
U kunt TOSHIBA Disc Creator als volgt starten via de menubalk:
Start Alle programma's TOSHIBA CD&DVD Applications Disc Creator
TOSHIBA ConfigFree ConfigFree is een programmapakket waarmee
communicatieapparaten en netwerkverbindingen op simpele wijze kunnen worden beheerd. Met ConfigFree kunt u tevens communicatieproblemen opsporen en profielen maken, waarmee u eenvoudig schakelt tussen locaties en communicatienetwerken.
U start ConfigFree als volgt via de taakbalk:
Start Alle programma's TOSHIBA ConfigFree
TOSHIBA­gezichtsherkenning
TOSHIBA-gezichtsherkenning controleert aan de hand van een gezichtsherkenningsbibliotheek de gezichtsgegevens van gebruikers als deze zich aanmelden bij Windows. Als de verificatie is gelukt, worden gebruikers automatisch bij Windows aangemeld. Ze hoeven dan geen wachtwoord of iets dergelijks in te voeren en kunnen zich dus gemakkelijker aanmelden.
Windows Mobility Center
In dit gedeelte wordt Windows Mobility Center beschreven.
Mobility Center is een hulpprogramma voor een snelle toegang tot verscheidene instellingen via één venster. Het besturingssysteem biedt standaard maximaal zeven tegels en er worden nog eens twee tegels toegevoegd aan uw Mobility Center.
Computer vergrendelen: dit kan worden
gebruikt om uw computer te vergrendelen zonder dat u de computer hoeft uit te schakelen. Dit is dezelfde functie als de vergrendel knop onder in het rechterdeelvenster van het menu Start.
TOSHIBA Assist: deze functie kan worden
gebruikt om TOSHIBA Assist te openen als dit programma al is geïnstalleerd op uw computer.
Gebruikershandleiding 1-13

Opties

Inleiding
U kunt uw computer nog krachtiger en gebruikersvriendelijker maken door een aantal opties toe te voegen. De volgende opties zijn beschikbaar:
Geheugenuitbreiding In de twee geheugensleuven van alle modellen
kunnen PC2-5300 geheugenmodules van 512 GB, 1 GB of 2 MB worden geïnstalleerd.
PC2-6400 geheugenmodules van 512 MB, 1 GB, 2 GB of 4 GB kunnen alleen worden geïnstalleerd in de twee geheugensleuven van de hieronder vermelde modellen:
®
Mobile Intel
GM45 Express-chipset
Mobile Intel® GL40 Express-chipset
®
Mobile Intel
PM45 Express-chipset
De maximale geheugengrootte en snelheid van het systeem zijn afhankelijk van het model dat u hebt aangeschaft.
Accu-eenheid Er kan een extra accu-eenheid met 6 cellen of
9 cellen worden aangeschaft bij uw TOSHIBA­leverancier. Deze eenheid is identiek aan de eenheid waarmee uw computer is geleverd. U kunt deze als reserve-exemplaar of ter vervanging gebruiken.
Netadapter Als u de computer regelmatig op verschillende
locaties gebruikt, is het wellicht een goed idee om voor elke locatie een extra netadapter te kopen: u hoeft de adapter dan niet telkens mee te nemen.
USB FDD Het USB-diskettestation ondersteunt diskettes
van 1,44 MB en 720 KB en wordt aangesloten op een USB-poort van de computer. In Windows
7 kunt u diskettes van 720 KB niet formatteren, maar kunt u wel eerder geformatteerde diskettes lezen en beschrijven.
Beveiligingsslot U kunt een beveiligingskabel aan de computer
bevestigen om de computer te beschermen tegen diefstal.
De PC2-6400 geheugenmodule werkt op de GL40 Express-chipset met de snelheid van een PC2-5300 geheugenmodule.
Gebruikershandleiding 1-14
Rondleiding
In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer geïdentificeerd. Maak uzelf vertrouwd met elk onderdeel voordat u met de computer aan de slag gaat.

Voorkant met gesloten beeldscherm

De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het beeldscherm gesloten.
Beeldschermvergrendeling
Logo op voorrand*
Rondleiding
Hoofdstuk 2
Volumeregelaar
Schakelaar voor draadloze communicatie*
Kaart voor meerdere digitale media*
*Afhankelijk van het gekochte model
Voorkant van de computer met gesloten beeldscherm
Logo op voorrand Logo op voorrand geeft het serienummer aan van
de computer die u hebt aangeschaft. (Afhankelijk van het gekochte model.)
Schakelaar voor draadloze communicatie
Gebruikershandleiding 2-1
Schuif deze schakelaar naar de rechterkant van de computer om de functie voor draadloze communicatie in te schakelen. Schuif de schakelaar naar de linkerkant van de computer om de functie uit te schakelen.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Hoofdtelefoonaansluiting
Microfoonaansluiting
Rondleiding
Zet de schakelaar in vliegtuigen en ziekenhuizen op uit. Controleer het lampje voor draadloze communicatie. Het lampje gaat uit wanneer de functie voor draadloze communicatie is uitgeschakeld.
Sleuf voor meerdere digitale mediakaarten
Vergrendelingssch uif voor het beeldscherm
Microfoonaansluiting
Hoofdtelefoonaansluiting
Volumeregelaar Gebruik deze regelaar om het volume van de

Linkerkant

De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer.
Hiermee kunt u gemakkelijk gegevens overbrengen van apparaten, bijvoorbeeld digitale camera's en PDA's, die gebruikmaken van een flash-geheugen (SD/SDHC/MS/MS Pro/MMC-geheugenkaarten).
(Aanwezig op sommige modellen) Deze vergrendelingsschuif zet het LCD-scherm vast
wanneer dit gesloten is. Duw de vergrendelingsschuif opzij om het beeldscherm te openen.
Op de standaard 3,5-mm mini-microfoonbus kan een monomicrofoon of ander apparaat voor audio­invoer worden aangesloten.
Op de standaard 3,5-mm mini­hoofdtelefoonaansluiting kan een stereohoofdtelefoon (minimaal 16 ohm) of ander apparaat voor audio-uitvoer worden aangesloten. Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, wordt de interne luidspreker automatisch uitgeschakeld.
systeemluidspreker en hoofdtelefoon af te stemmen.
Luchtopening
LAN-poort
Sleuf voor ExpressCard*
Poort externe monitor
*Afhankelijk van het gekochte model
Linkerkant van de computer
Gebruikershandleiding 2-2
USB-poorten
HDMI-uitgang*
Rondleiding
Poort externe monitor
Op deze 15-pins poort kunt u een externe monitor aansluiten.
Luchtopening Voorziet in de luchtcirculatie voor de ventilator.
Blokkeer nooit de ventilatieopening. Zorg dat er geen voorwerpen in deze openingen terechtkomen. Een speld of soortgelijk voorwerp kan de elektronica van de computer beschadigen.
HDMI-uitgang Op de HDMI-uitgang kunt u een HDMI-kabel met
een type A stekker aansluiten. Via één HDMI-kabel kunt u beeld, geluid en bedieningssignalen verzenden en ontvangen.
(Aanwezig op sommige modellen.)
LAN-poort Via deze poort kunt u de computer op een LAN
aansluiten. De adapter heeft ingebouwde ondersteuning voor Ethernet LAN (10 Mbit/s, 10BASE-T) of Fast Ethernet LAN (100 Mbit/s, 100BASE-TX). Het LAN heeft twee lampjes. Zie hoofdstuk 4, Basisbeginselen, voor meer informatie.
Universal Serial Bus-poorten (USB 2.0)
De twee USB 2.0-compatibele poorten ondersteunen gegevensoverdrachtssnelheden die 40 maal hoger zijn dan met de USB 1.1-norm. (De poorten ondersteunen tevens USB 1.1.)
Zorg dat er geen voorwerpen in de USB-connectoren terechtkomen. Een speld of soortgelijk voorwerp kan de schakelingen van de computer beschadigen.
Niet alle functies van alle USB-apparaten zijn getest. Het is mogelijk dat sommige functies niet correct werken.
ExpressCard-sleuf Aan de linkerkant van de computer bevindt zich een
ExpressCard-sleuf waarin u een extra ExpressCard kunt installeren.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Steek geen vreemde voorwerpen in de ExpressCard-sleuf. Een speld of soortgelijk voorwerp kan de schakelingen van de computer beschadigen.
Gebruikershandleiding 2-3

Rechterkant

De volgende afbeelding illustreert de rechterkant van de computer.
Rondleiding
Sleuf beveiligingsslot
USB-poort
Universal Serial Bus-poorten (USB 2.0)
Optisch schijfstation
Rechterkant van de computer
De USB 2.0-compatibele poort ondersteunt gegevensoverdrachtsnelheden die 40 maal hoger zijn dan met de USB 1.1-norm. (De poort
DC IN 19V
ondersteunt tevens USB 1.1.)
Zorg dat er geen voorwerpen in de USB-connectoren terechtkomen. Een speld of soortgelijk voorwerp kan de schakelingen van de computer beschadigen.
Niet alle functies van alle USB-apparaten zijn getest. Het is mogelijk dat sommige functies niet correct werken.
Optisch schijfstation
CD-RW-/DVD-ROM-station of DVD Super Multi­station.
DC IN 19 V Hierop wordt de netadapter aangesloten. Gebruik
alleen het model netadapter dat bij de computer is geleverd. Gebruik van de verkeerde adapter kan resulteren in beschadiging van de computer.
Sleuf beveiligingsslot
Aan deze sleuf kan een beveiligingskabel worden bevestigd. Met de optionele beveiligingskabel kunt u de computer aan een bureau of ander groot voorwerp verankeren en tegen diefstal beschermen.
Gebruikershandleiding 2-4

Achterkant

De volgende afbeelding illustreert de achterkant van de computer.
*Afhankelijk van het gekochte model
Modempoort In regio's waarin standaard een intern modem is

Onderkant

De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg dat het beeldscherm gesloten is voordat u de computer ondersteboven zet.
Modempoort*
De achterzijde van de computer
geïnstalleerd, beschikt u over een modempoort waarmee u het modem via een modulaire kabel rechtstreeks op een telefoonlijn kunt aansluiten. In sommige verkoopgebieden wordt de modem niet ondersteund.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Vergrendeling accu-eenheid
Accu-eenheid
Rondleiding
Accu-ontgrendelingsschuif
Afdekplaatje geheugensleuven
De onderkant van de computer
Gebruikershandleiding 2-5
Rondleiding
Accu-eenheid De accu-eenheid voorziet de computer van stroom
wanneer de netadapter niet is aangesloten. In de paragraaf Accu-eenheid in hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, wordt
toegelicht hoe u toegang krijgt tot de accu-eenheid. U kunt aanvullende accu-eenheden aanschaffen bij uw TOSHIBA-leverancier en zo de gebruiksduur van de computer verlengen.
Ontgrendelingsschuif accuhouder
Duw deze schuif opzij om de accu-eenheid te ontgrendelen. Deze schuif kan alleen worden verplaatst als u de computer ondersteboven zet.
Vergrendeling accu-eenheid
Zet de accuvergrendeling in de ontgrendelde stand om de accu-ontgrendelingsschuif vrij te geven.
Afdekplaatje geheugensleuven
Dit klepje dekt de twee connectors voor geheugenmodules af. Eén van de modules is vooraf geïnstalleerd.
Gebruikershandleiding 2-6

Voorkant met geopend beeldscherm

De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het beeldscherm geopend. U opent het beeldscherm door dit omhoog te kantelen en op een aangename kijkhoek te plaatsen.
Ingebouwde microfoon*
Functieknop*
Lampje van webcam*
Rondleiding
Webcam*
Beeldscherm
Aan/uit-knop
Stereoluidspreker (links)
*Aanwezig op sommige modellen
De voorkant met geopend beeldscherm
Touchpad
Systeemlampjes
Stereoluidspreker (rechts)
Touchpadbedieningsknoppen
Beeldscherm*5 Het LCD-kleurenscherm geeft tekst en afbeeldingen
met hoog contrast weer. Het LCD-scherm van de computer is een 17-inch WXGA+-scherm met 1440 horizontale × 900 verticale pixels. De computer heeft een TFT-scherm (Thin-Film Transistor). Raadpleeg bijlage B,
Beeldschermcontroller.
Als de computer op netspanning wordt gebruikt, ziet het scherm er iets helderder uit als bij gebruik van de accu. Het lagere helderheidsniveau dient om accu-energie te besparen.
Stereoluidspreker Via de luidspreker kunt u het geluid horen dat door
uw software wordt gegenereerd, en de geluidssignalen die door het systeem worden gegenereerd, bijvoorbeeld als de accu bijna leeg is.
Gebruikershandleiding 2-7
Rondleiding
Touchpad Hiermee verplaatst u de aanwijzer en selecteert of
activeert u items op het scherm. U kunt het touchpad zo instellen dat u hiermee andere muisfuncties kunt uitvoeren, zoals schuiven, selecteren en dubbelklikken.
Touchpadbediening sknoppen
Systeemlampjes Aan de hand van vijf LEDs kunt u de status van
Functieknop Met deze zes knoppen kunt u audio en video
Aan/uit-knop Druk op de aan/uit-knop om de computer in en uit te
Werken als de linker- en rechtermuisknop van een externe muis.
DC IN, voeding, hoofdaccu, stations en verschillende digitale mediakaarten controleren. Zie de paragraaf over de systeemlampjes voor meer informatie.
bedienen, toepassingen uitvoeren en toegang krijgen tot hulpprogramma's. Details vindt u in de paragraaf Functieknop.
(Aanwezig op sommige modellen.)
schakelen. Het lampje van de aan/uit-knop geeft de status aan.
Webcam Foto's of videobeelden opnemen/verzenden met
Webcamlampje Het webcamlampje brandt blauw wanneer de
Ingebouwde microfoon
Ga voorzichtig om met de computer om krassen of beschadiging van het oppervlak te voorkomen.

Functieknop

Sommige modellen zijn uitgerust met zes knoppen.
Beschikbaar voor gebruik: Dempen, CD/DVD, Afspelen/Pauze, Stop, Vorige, Volgende.
Met deze knoppen kunt u audio en video bedienen, toepassingen uitvoeren en toegang krijgen tot hulpprogramma's. Raadpleeg paragraaf Functieknop in hoofdstuk 4, Basisbeginselen voor meer informatie.
deze geïntegreerde webcam. (Aanwezig op sommige modellen.)
webcamsoftware wordt gebruikt. (Aanwezig op sommige modellen.) Voor opname van monogeluid in uw toepassingen. (Aanwezig op sommige modellen.)
Gebruikershandleiding 2-8
Rondleiding
Knop Dempen Druk op deze knop om het geluid uit te schakelen.
CD/DVD -knop Met een druk op deze knop start u een toepassing
waarmee u Windows Media Player/DVD-speler kunt gebruiken.
Afspelen/Pauze­knop
Druk op deze knop om te beginnen met het afspelen van een audio-CD, DVD-film of digitale audiobestanden. Deze knop fungeert tevens als pauzeknop.
Stop Druk op deze knop om de weergave te stoppen.
Knop Vorige Druk op deze knop om naar het vorige nummer of
Knop Volgende Druk op deze knop om naar volgende vorige

Systeemlampjes

De volgende afbeelding illustreert de systeemlampjes die branden terwijl verschillende computerbewerkingen worden uitgevoerd.
hoofdstuk of de vorige gegevens te gaan.
nummer of hoofdstuk of de volgende gegevens te gaan.
Kaart voor meerdere digitale media
Vaste schijf/optisch station
Voeding
DC-IN
Systeemlampjes
Hoofdaccu
Gebruikershandleiding 2-9
Rondleiding
DC-IN Het DC IN-lampje brandt groen als via de
netadapter gelijkstroom (DC) wordt geleverd. Als er problemen zijn met de uitgangsspanning van de adapter of met de stroomvoorziening, brandt dit lampje niet.
Voed ing Het aan/uit-lampje brandt groen als de computer
aan is. Als u de computer uitschakelt in de slaapstand, knippert dit lampje oranje. Als de computer wordt uitgeschakeld, brandt dit lampje niet.
Hoofdaccu Het lampje van de hoofdaccu geeft de lading van
de accu aan. Groen betekent dat de accu volledig is geladen, terwijl oranje betekent dat de accu wordt geladen. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden.
Vaste schijf/ optisch station
Het lampje HDD/ODD brandt groen wanneer de computer een schijfstation of optisch station leest.
Kaart voor meerdere digitale media

Toetsenbordlampjes

Op de onderstaande afbeeldingen wordt de positie van het lampje CAPS LOCK aangeduid. Als het lampje CAPS LOCK brandt, is de functie voor
hoofdlettervergrendeling ingeschakeld.
CAPS LOCK-lampje
CAPS LOCK Dit lampje brandt groen als de
Het lampje van de kaartsleuf voor meerdere digitale media brandt groen wanneer de computer
toegang tot de kaart voor meerdere digitale media heeft.
CAPS LOCK-lampje
hoofdlettervergrendeling is ingeschakeld voor lettertoetsen.
Gebruikershandleiding 2-10

Optisch schijfstation

Er is een CD-RW/DVD-ROM-station of DVD Super Multi-station (±R DL) geconfigureerd in uw computer. Zodra de computer toegang verkrijgt tot een CD/DVD, gaat het lampje op het station branden.
Regiocodes voor DVD-stations en media
Optische schijfstations en de bijbehorende media worden vervaardigd conform de specificaties van zes verkoopregio's. Om problemen bij het afspelen van DVD-video's te voorkomen dient u bij de aanschaf van DVD­Video-schijven te controleren of de schijven geschikt zijn voor de regio van uw station.
Code Regio 1 Canada, Verenigde Staten 2 Japan, Europa, Zuid-Afrika, Midden-Oosten 3 Zuidoost-Azië, Oost-Azië 4 Australië, Nieuw-Zeeland, Stille-Oceaaneilanden, Midden-
Amerika, Zuid-Amerika, Caraïbisch gebied
5 Rusland, Indisch subcontinent, Afrika, Noord-Korea,
Mongolië
6 China
Rondleiding
Beschrijfbare schijven
In deze paragraaf worden de verschillende soorten beschrijfbare CD's en DVD's beschreven. Controleer de specificaties van uw station om te zien welke typen schijven het kan beschrijven. Gebruik TOSHIBA Disc Creator voor het beschrijven van CD's. Raadpleeg hoofdstuk 4,
Basisbeginselen.
CD's
CD-R-schijven kunnen slechts eenmaal worden beschreven. De
opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
CD-RW- ofwel CD-Rewritable-schijven kunnen meer dan één keer
worden beschreven.
DVD's
DVD-R's, DVD+R's, DVD-R DL- en DVD+R DL-schijven kunnen slechts
één keer worden beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
DVD-RW-, DVD+RW- en DVD-RAM-schijven kunnen meermaals
worden beschreven.
Gebruikershandleiding 2-11
DVD Super Multi-station (±R DL)
In de module voor het DVD Super-Multi-station van volledige grootte kunt u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's vastleggen en CD's/ DVD's van 12 cm of 8 cm afspelen.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de buitenrand.
DVD schrijven 8-speed (maximaal)
DVD-R schrijven 8-speed (maximaal)
DVD-RW schrijven 6-speed (maximaal)
DVD+R schrijven 8-speed (maximaal)
DVD+RW schrijven 8-speed (maximaal)
DVD+R DL schrijven 4-speed (maximaal)
DVD-R DL schrijven 4-speed (maximaal)
DVD-RAM schrijven 5-speed (maximaal)
CD lezen 24-speed (maximaal)
CD-R schrijven 24-speed (maximaal)
CD-RW schrijven 16-speed (maximaal, ultra-speed schijven)

Netadapter

De netadapter zet wisselstroom om in gelijkstroom en vermindert de spanning die aan de computer wordt geleverd. De netadapter kan zich automatisch aanpassen aan elke spanning tussen 100 en 240 volt en aan een frequentie van 50 of 60 hertz, waardoor u de computer in praktisch elk land kunt gebruiken.
Om de accu op te laden sluit u de netadapter eenvoudig aan op een voedingsbron en op de computer. Zie hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en
spaarstanden voor meer informatie.
Rondleiding
De netadapter (2-pins stekker)
Gebruikershandleiding 2-12
Rondleiding
De netadapter (3-pins stekker)
Afhankelijk van het model wordt er een 2- of 3-pins adapter/
voedingskabel bij de computer geleverd.
Gebruik geen verloopstekker van 3-pins naar 2-pins.
Het meegeleverde netsnoer voldoet aan de veiligheidsregels en -
voorschriften in de regio waarin het product wordt verkocht en mag niet buiten deze regio worden gebruikt. Voor gebruik van de adapter/ computer in andere regio's dient u een netsnoer aan te schaffen dat voldoet aan de veiligheidsregels en -voorschriften in die regio.
Gebruik altijd de TOSHIBA-netadapter die bij uw computer is geleverd of gebruik een andere netadapter die door TOSHIBA wordt aanbevolen om het risico van brand of andere schade aan de computer te vermijden. Het gebruik van een incompatibele netadapter kan leiden tot brand of schade aan de computer, mogelijk met ernstig letsel tot gevolg. TOSHIBA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die is veroorzaakt door het gebruik van een incompatibele adapter.
Gebruikershandleiding 2-13
Aan de slag
Dit hoofdstuk bevat basisinformatie om met de computer aan de slag te gaan. De volgende onderwerpen worden behandeld:
Zorg dat u de bijgesloten Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort hebt gelezen om deze computer veilig en juist te gebruiken. De handleiding is bedoeld om u comfortabeler en productiever met laptops te laten werken. Als u de aanbevelingen in deze gids volgt, verkleint u de kans op pijnlijk of blijvend letsel aan uw handen, armen, schouders of nek.
De netadapter aansluiten
Het beeldscherm openen
De stroom inschakelen
Voor het eerst opstarten
De computer uitschakelen
Computer opnieuw opstarten
Opties voor systeemherstel
Als u een onervaren computergebruiker bent, volgt u de stappen in de verschillende paragrafen van dit hoofdstuk voordat u met de computer aan de slag gaat.
Lees in elk geval de paragraaf Windows 7 installeren, waarin wordt beschreven wat u moet doen wanneer u de computer voor het eerst inschakelt.
Gebruik een programma voor viruscontrole en zorg ervoor dat dit
regelmatig wordt bijgewerkt.
Formatteer opslagmedia nooit zonder eerst de inhoud ervan te
controleren. Tijdens het formatteren gaan alle opgeslagen gegevens verloren.
Het is verstandig om af en toe een back-up van de interne vaste schijf
of een ander primair opslagapparaat te maken op externe media. Algemene opslagmedia zijn niet duurzaam of stabiel op de lange termijn en onder bepaalde omstandigheden kan dit resulteren in gegevensverlies.
Aan de slag
Hoofdstuk 3
Gebruikershandleiding 3-1

De netadapter aansluiten

Sluit de netadapter aan wanneer u de accu moet opladen of via de netvoeding wilt werken. Dit is tevens de snelste manier om met de computer aan de slag te gaan, omdat de accu-eenheid eerst moet worden opgeladen voordat u de computer hiermee van stroom kunt voorzien.
De netadapter kan worden aangesloten op een stopcontact dat tussen 100 en 240 volt en 50 of 60 hertz levert. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, voor informatie over het opladen van
de accu-eenheid met de netadapter.
Gebruik altijd de TOSHIBA-netadapter die bij uw computer is geleverd of gebruik een andere netadapter die door TOSHIBA wordt aanbevolen om het risico van brand of andere schade aan de computer te vermijden. Het gebruik van een incompatibele netadapter kan leiden tot brand of schade aan de computer, mogelijk met ernstig letsel tot gevolg. TOSHIBA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die is veroorzaakt door het gebruik van een incompatibele adapter.
Sluit de netadapter nooit aan op een stopcontact dat niet
overeenstemt met de spanning en frequentie die op het voorschriftetiket van het apparaat zijn vermeld. Als u dat niet doet, kunnen er brand of elektrische schokken optreden met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Gebruik of koop altijd netsnoeren die overeenstemmen met de
wettelijke specificaties en voorschriften met betrekking tot spanning en frequentie die gelden in het land van gebruik. Als u dat niet doet, kunnen er brand of elektrische schokken optreden met mogelijk ernstig letsel tot gevolg.
Het meegeleverde netsnoer voldoet aan de veiligheidsregels en -
voorschriften in de regio waarin het product wordt verkocht en mag niet buiten deze regio worden gebruikt. Voor gebruik in andere regio's dient u een netsnoer aan te schaffen dat voldoet aan de veiligheidsregels en -voorschriften in die regio.
Gebruik geen verloopstekker van 3-pins naar 2-pins.
Wanneer u de netadapter op de computer aansluit, dient u altijd de
stappen precies in de hier beschreven volgorde uit te voeren. Het aansluiten van het netsnoer op een stopcontact moet de laatste stap zijn. Anders kan de gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter onder stroom komen te staan, waardoor u het risico van een elektrische schok of persoonlijk letsel loopt. Raak voor de veiligheid geen metalen onderdelen aan.
Plaats de computer of netadapter nooit op een houten oppervlak,
meubelstuk of een ander oppervlak dat door verhitting beschadigd kan raken. Tijdens normaal gebruik zal de temperatuur aan de onderkant van de computer en de buitenkant van de netadapter namelijk stijgen.
Plaats de computer of netadapter altijd op een vlak en hard,
warmtebestendig oppervlak.
Raadpleeg de bijgesloten Instructiegids voor veiligheid en comfort voor gedetailleerde voorzorgsmaatregelen en hanteringsinstructies.
Aan de slag
Gebruikershandleiding 3-2
Aan de slag
1. Sluit het netsnoer aan op de netadapter.
Het netsnoer aan op de netadapter aansluiten
2. Sluit de gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter aan op de DC IN 19V-aansluiting aan de rechterzijde van de computer.
DC IN-aansluiting
De adapter op de computer aansluiten
3. Sluit het netsnoer aan op een stopcontact. De lampjes voor accu en DC IN op de voorzijde van de computer moeten nu gaan branden.
Gebruikershandleiding 3-3

Het beeldscherm openen

Het LCD-scherm kan in een aantal standen worden gezet voor optimaal kijkgemak.
U opent het beeldscherm door de vergrendeling naar rechts te schuiven en het paneel omhoog te tillen naar de beste kijkhoek.
Wanneer u het scherm opent, dient u de onderkant stevig vast te houden en de monitor langzaam omhoog te tillen.
Wanneer u het beeldscherm opent, dient u dit niet te forceren voorbij
het punt waarbij dit nog gemakkelijk gaat.
Let op dat u het beeldscherm niet te ver opent aangezien dit de
scharnieren van het scherm kan overbelasten en beschadigen.
Druk of duw niet op het beeldscherm.
Til de computer niet op aan het beeldscherm.
Klap het beeldscherm niet dicht als er pennen of soortgelijke
voorwerpen tussen het beeldscherm en het toetsenbord zijn achtergebleven.
Wanneer u het beeldscherm open- of dichtklapt, moet u een hand op
de polssteun plaatsen om de computer op zijn plaats te houden en gebruikt u de andere hand om het beeldscherm voorzichtig open of dicht te klappen (gebruik niet te veel kracht bij het open- of dichtklappen van het beeldscherm).
Aan de slag
Het beeldscherm openen
Gebruikershandleiding 3-4

De computer inschakelen

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer inschakelt
Nadat u de computer voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u hem niet uit te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd en gestart
1. Als het externe diskettestation is aangesloten, controleer dan of dit leeg is. Als het station een diskette bevat, druk dan op de uitwerpknop en verwijder de diskette.
2. Open het beeldscherm.
3. Houd de aan/uit-knop van de computer twee à drie seconden ingedrukt.
Aan/uit-knop
Aan de slag
.
De stroom inschakelen

Voor het eerst opstarten

Wanneer u de computer voor het eerst inschakelt, verschijnt eerst het opstartscherm van Windows
Volg de aanwijzingen op het scherm.
7.

De computer uitschakelen

U kunt de computer uitschakelen in een van de volgende drie modi: afsluitmodus, zuinige slaapstand of slaapstand.
Afsluitmodus (opstartmodus)
Wanneer u de computer uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen gegevens opgeslagen; bij het opstarten van de computer wordt het hoofdscherm van het besturingssysteem weergegeven.
1. Als u gegevens hebt ingevoerd, slaat u deze op op de vaste schijf of een diskette.
2. Controleer of er geen schijfactiviteit meer plaatsvindt en verwijder vervolgens eventuele CD's/DVD's of diskettes.
Gebruikershandleiding 3-5
Controleer of het schijflampje uit is. Als u de computer uitzet terwijl er nog schijfactiviteit plaatsvindt, loopt u het risico dat gegevens verloren gaan of de schijf beschadigd raakt.
3. Klik op de knop Start van Windows en vervolgens op Afsluiten.
4. Schakel eventuele randapparaten uit.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Zuinige slaapstand
De sluimerstand zorgt ervoor dat de inhoud van het geheugen wordt opgeslagen wanneer de computer wordt uitgeschakeld. De volgende keer dat de computer wordt aangezet, wordt de vorige toestand hersteld. De status van randapparaten wordt niet door de sluimerfunctie opgeslagen.
Wanneer de slaapstand wordt geactiveerd, wordt de inhoud van het
geheugen op de vaste schijf opgeslagen. Als u de accu verwijdert of de netadapter loskoppelt voordat het opslagproces is voltooid, gaan gegevens verloren. Wacht tot het Schijf-lampje uitgaat.
Wanneer de computer in de sluimerstand staat, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan gaan de gegevens verloren.
Aan de slag
Voordelen van de
De voordelen van de sluimerstand zijn:
Wanneer de computer automatisch wordt afgesloten omdat de accu
bijna leeg is, worden gegevens op de vaste schijf opgeslagen.
Als u de computer wilt kunnen afsluiten in de zuinige slaapstand, moet u de zuinige slaapstand op het tabblad Slaapstand van Energiebeheer inschakelen. Anders wordt de computer in de slaapstand uitgeschakeld. Als de accu leeg raakt, gaan de gegevens die in de slaapstand zijn opgeslagen, verloren.
Na het inschakelen van de computer kunt u direct naar uw vorige
werkomgeving terugkeren.
De functie bespaart stroom doordat het systeem wordt afgesloten
wanneer er geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld via de sluimerstandfunctie van het systeem.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Gebruikershandleiding 3-6
sluimerstand
Aan de slag
Sluimerstand activeren
Voer de volgende stappen uit om de sluimerstand in te schakelen. Windows 7
1. Klik op de knop Start van Windows.
2. Wijs naar .
3. Selecteer Slaapstand.
Automatische sluimerstand
De computer wordt automatisch in de sluimerstand gezet wanneer u op de aan/uit-knop drukt of het scherm sluit. Eerst dient u echter de juiste instellingen te definiëren door de volgende stappen uit te voeren.
1. Open Configuratiescherm.
2. Open Hardware en geluid en vervolgens Energiebeheer.
3. Selecteer Choose what the power button does (Kies wat de aan/uit- knop doet).
4. Schakel de gewenste instellingen voor de zuinige slaapstand in voor When I press the power button (Als ik op de energiebesparingsknop druk) en When I close the lid (Als ik het deksel sluit).
5. Klik op de knop Save changes (Wijzigingen opslaan).
U kunt de zuinige slaapstand ook inschakelen door op FN + F4 te drukken. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
Gegevensopslag in de sluimerstand
Zodra u de computer in de sluimerstand afsluit, worden de gegevens uit het geheugen op de vaste schijf opgeslagen, wat enkele ogenblikken zal duren. Gedurende deze tijd brandt het schijf lampje.
Nadat u de computer hebt uitgeschakeld en de geheugeninhoud op de vaste schijf is opgeslagen, dient u eventuele randapparaten uit te schakelen.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Gebruikershandleiding 3-7
Slaapstand
In de slaapstand blijft de computer ingeschakeld maar worden de CPU en alle andere apparaten in de slaapstand gezet.
De computer uitschakelen op plaatsen waar elektronische apparaten worden bestuurd of bediend.
Als u de computer moet uitschakelen aan boord van een vliegtuig of op plaatsen waar elektronische apparaten worden bestuurd of bediend, dient u de computer altijd helemaal uit te schakelen of in de zuinige slaapstand te zetten in plaats van in de slaapstand en dient u alle apparaten voor draadloze communicatie uit te schakelen. In de slaapstand kan het besturingssysteem van de computer zichzelf namelijk activeren om voorgeprogrammeerde taken uit te voeren of niet-opgeslagen gegevens op te slaan en zo luchtvaart- of andere systemen verstoren, wat mogelijk ernstig letsel kan veroorzaken.
Vergeet niet uw gegevens op te slaan voordat u de computer in de
slaapstand zet.
Wanneer de computer in de slaapstand staat, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan bestaat het risico dat de computer of de module schade oploopt.
Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de slaapstand
staat (tenzij de computer op een stopcontact is aangesloten). In dat geval zullen gegevens in het geheugen verloren gaan.
Aan de slag
Voordelen van de slaapstand
De slaapstand biedt de volgende voordelen:
De vorige werkomgeving wordt sneller hersteld dan bij de zuinige
slaapstand.
De functie bespaart energie doordat het systeem wordt uitgeschakeld
wanneer er geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld voor de slaapstand.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
De slaapstand inschakelen
U kunt de slaapstand ook inschakelen door op FN + F3 te drukken. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord
U kunt de slaapstand op een van de volgende drie manieren activeren:
1. Klik op de knop Start van Windows, wijs aan en klik vervolgens op Slaapstand.
2. Sluit het beeldscherm. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Zie Power Options (Energiebeheer) in het Control Panel (Configuratiescherm).
3. Druk op de aan/uit-knop. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Zie Power Options (Energiebeheer) in het Control Panel (Configuratiescherm).
Gebruikershandleiding 3-8
, voor meer informatie.
Wanneer u de computer weer inschakelt, kunt u uw werk hervatten op het punt waar u was opgehouden toen u de computer afsloot.
Wanneer de computer in de slaapstand wordt uitgeschakeld, gaat het
aan/uit-lampje oranje branden.
Als u de computer via de accu gebruikt, kunt u de bedrijfstijd verlengen
door in de slaapstand af te sluiten. De slaapstand verbruikt meer energie.
Beperkingen van de slaapstand
In de volgende omstandigheden werkt de slaapstand niet:
De computer wordt onmiddellijk na het afsluitproces weer aangezet.
Geheugenschakelingen zijn blootgesteld aan statische elektriciteit of
elektrische ruis.

Computer opnieuw opstarten

In bepaalde omstandigheden moet u de computer opnieuw instellen (ofwel een reset uitvoeren), bijvoorbeeld:
als u bepaalde computerinstellingen hebt gewijzigd;
als er een fout optreedt en de computer niet reageert op
toetsenbordopdrachten.
Als u de computer opnieuw moet opstarten, zijn er drie manieren om dit te doen:
1. Klik op Start en vervolgens bij de energiebeheerknoppen ( ) op de pijltoets ( ), en selecteer Opnieuw opstarten in het menu.
2. Druk tegelijkertijd (eenmaal) op CTRL, ALT en DEL om het menuvenster weer te geven, klik vervolgens op de pijlknop in de rechterbenedenhoek en selecteer Opnieuw opstarten.
3. Druk op de Aan/uit-knop en houd deze knop circa 5 seconden ingedrukt. Als de computer zichzelf heeft uitgeschakeld wacht u 10 tot 15 seconden voordat u de computer weer inschakelt door de aan/uit­knop in te drukken.
Aan de slag
Gebruikershandleiding 3-9

Opties voor systeemherstel

Op de vaste schijf is een verborgen partitie gereserveerd voor de opties voor systeemherstel. In deze partitie worden bestanden opgeslagen waarmee het systeem in geval van een probleem kan worden hersteld.
Opties voor systeemherstel
De functie met opties voor systeemherstel is geïnstalleerd op de vaste schijf wanneer deze uit de fabriek wordt geleverd. Het menu met opties voor systeemherstel bevat enkele functies waarmee opstartproblemen kunnen worden opgelost, een diagnose kan worden uitgevoerd of het systeem kan worden hersteld.
Zie voor meer informatie over Opstarten herstellen de paragraaf Windows Help en ondersteuning.
Bij het oplossen van problemen kunnen de opties voor systeemherstel kunnen ook handmatig worden uitgevoerd.
1. Schakel de computer uit.
2. Houd de F8-toets ingedrukt en schakel de computer weer in.
3. Het menu Advanced Boot Options (Geavanceerde opstartopties) wordt weergegeven. Selecteer met de pijltoetsen Repair Your Computer (Uw computer repareren) en druk op ENTER.
4. Volg vanaf dit punt de instructies op het scherm.
Aan de slag
De vooraf geïnstalleerde software herstellen
Afhankelijk van het door u aangeschafte model worden er verschillende manieren aangeboden
om de vooraf geïnstalleerde software te herstellen:
Optische herstelschijven maken en de vooraf geïnstalleerde software
hiervandaan herstellen
De vooraf geïnstalleerde software herstellen vanaf de herstelpartitie op
de vaste schijf
Herstelschijven bestellen bij TOSHIBA en de vooraf geïnstalleerde
software hiervandaan herstellen*
* Deze service is niet gratis.
Gebruikershandleiding 3-10
Aan de slag
Optische herstelschijven maken
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u herstelschijven maakt.
Sluit altijd de netadapter aan wanneer u herstelschijven maakt.
Sluit alle andere softwareprogramma's behalve de schrijfsoftware voor
herstelschijven.
Voer geen programma's uit die de processor zwaar belasten, zoals
een schermbeveiliging.
Zorg dat de computer met een volledige stroomvoorziening werkt.
Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
Schrijf niet naar de schijf wanneer de viruscontrolesoftware wordt
uitgevoerd. Wacht tot het programma klaar is en schakel vervolgens de anti-virussoftware uit en andere programma's die automatisch bestanden controleren op de achtergrond.
Gebruik geen hulpprogramma's, ook geen hulpprogramma's voor
snelle toegang tot de vaste schijf. Doet u dit toch, dan loopt u het risico van storingen of gegevensverlies.
Gebruik tijdens het (her)schrijven van de schijf niet de afsluit-/
afmeldprocedure of de (zuinige) slaapstand.
Plaats de computer op een vlak, horizontaal oppervlak en vermijd
plaatsen waar trillingen waarneembaar zijn, zoals auto's, treinen en vliegtuigen.
Plaats uw computer niet op een onstabiele tafel of een ander onstabiel
oppervlak.
Er wordt een herstelimage van uw computer opgeslagen op de vaste schijf. U kunt deze image gebruiken om hersteldiscs op DVD te maken, en wel als volgt:
1. Selecteer een van de lege DVD's.
2. De toepassing biedt u de mogelijkheid een schijftype te kiezen om een herstel-DVD te creëren, bijvoorbeeld DVD-R, DVD-RW, DVD+R en DVD+RW.
3. Schakel uw computer in en open Windows
4. Plaats het (eerste) lege medium in de lade van het optische station.
5. Dubbelklik op het pictogram van Recovery Media Creator op het bureaublad van Windows 7 of selecteer de toepassing in het menu Start.
6. Kies nadat Recovery Media Creator is gestart het schijftype en de titel die u naar de schijf wilt kopiëren. Klik vervolgens op de knop Branden.
7.
De vooraf geïnstalleerde software herstellen vanaf de herstelpartitie op de vaste schijf
Een deel van de totale ruimte op de vaste schijf wordt als verborgen herstelpartitie geconfigureerd. In deze partitie worden bestanden opgeslagen waarmee voorgeïnstalleerde software in geval van een probleem kan worden hersteld.
Gebruikershandleiding 3-11
Aan de slag
Wanneer u uw vaste schijf opnieuw gebruiksklaar maakt, dient u geen partities te wijzigen, te verwijderen of toe te voegen op een andere manier dan weergegeven in de handleiding. Anders gaat ruimte voor software mogelijk verloren.
Bovendien kunt u mogelijk uw computer niet meer opnieuw installeren als u een partitieprogramma van derden gebruikt om partities op uw vaste schijf opnieuw te configureren.
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt
de vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren gaan.
Vergeet niet de netadapter aan te sluiten. U hebt anders mogelijk niet
genoeg accuvermogen tijdens de herstelprocedure.
Als u het geluid hebt gedempt door op FN + ESC te drukken, dient u deze functie uit te schakelen, zodat geluiden hoorbaar zijn voordat u het herstelproces start. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
1. Schakel de computer uit.
2. Schakel de computer in en druk op de toets F8 als het TOSHIBA­scherm herhaaldelijk wordt weergegeven.
3. Het menu Advanced Boot Options (Geavanceerde opstartopties) wordt weergegeven. Selecteer met de pijltoetsen Repair Your Computer (Uw computer repareren) en druk op ENTER.
4. Selecteer de gewenste toetsenbordindeling en druk vervolgens op Next (Volgende).
5. Voor de herstelprocedure dient u zich aan te melden als bevoegd gebruiker met voldoende rechten.
6. Klik op TOSHIBA HDD Recovery (TOSHIBA harde-schijfherstel) op het scherm System Recovery Options (Opties voor systeemherstel).
7. Volg de aanwijzingen op het scherm van het dialoogvenster TOSHIBA HDD Recovery (TOSHIBA harde-schijfherstel).
De computer wordt hersteld naar de fabrieksstand.
Stel uw BIOS in op standaard voordat u de fabrieksinstellingen gaat herstellen!
Gebruikershandleiding 3-12
Aan de slag
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met een door uzelf gemaakte herstelschijf
Als de vooraf geïnstalleerde bestanden zijn beschadigd, kunt u de door uzelf gemaakte herstelschijven gebruiken om de fabrieksinstellingen van de computer te herstellen. Volg voor dit herstel de onderstaande stappen:
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt
de vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren gaan.
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt
de vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren gaan.
U kunt de opties voor systeemherstel niet gebruiken als u de vooraf
geïnstalleerde software herstelt zonder de opties voor systeemherstel.
Als u het geluid hebt gedempt door op FN + ESC te drukken, dient u deze functie uit te schakelen, zodat geluiden hoorbaar zijn voordat u het herstelproces start. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
1. Plaats de herstelschijf in het station voor optische media en schakel de computer uit.
2. Houd de toets F12 ingedrukt en zet de computer aan. Laat wanneer het scherm met het
3. Selecteer met de cursortoetsen DVD in het menu. Raadpleeg voor meer informatie de paragraaf Opstartprioriteit in hoofdstuk 7, HW Setup
en wachtwoorden.
4. Er verschijnt een menu. Volg de aanwijzingen op het scherm.
TOSHIBA-logo verschijnt, de toets F12 los.
Herstelschijven bestellen bij TOSHIBA*
U kunt productherstelschijven voor uw notebook bestellen bij de TOSHIBA Europe Backup Media Online Shop.
1. Bezoek https://backupmedia.toshiba.eu op internet.
2. Volg de aanwijzingen op het scherm.
U ontvangt de herstelschijven binnen twee weken na het plaatsen van uw bestelling.
Gebruikershandleiding 3-13
Basisbeginselen
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de basisbediening, zoals het gebruik van het touchpad, optische schijfstations, bediening van audio/video, de webcam, de microfoon, het interne modem, draadloze communicatie en het LAN. Verder worden tips gegeven voor het onderhoud van de computer, diskettes en CD's/DVD's.

Het touchpad gebruiken

U gebruikt het touchpad door eenvoudig uw vingertop op het touchpad te plaatsen en te schuiven in de richting waarin u de schermaanwijzer wilt verplaatsen.
De twee knoppen onder het touchpad worden op dezelfde wijze gebruikt als de knoppen op een muis.
Druk op de linkerknop om een menuoptie te selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software.
U kunt de functies die doorgaans met de linkerknop van de muis worden uitgevoerd, ook activeren door zachtjes op het touchpad te tikken.
Klikken: één keer op het touchpad tikken. Dubbelklikken: twee keer tikken Slepen en neerzetten: tik op het touchpad om het onderdeel dat u wilt
Basisbeginselen
Hoofdstuk 4
verplaatsen te selecteren. Laat uw vinger na de tweede tik op het touchpad staan en verplaats het materiaal.
Gebruikershandleiding 4-1
Bedieningsknoppen voor touchpad
Touchpad
Touchpad en touchpadbesturingsknoppen

Schijfstations voor optische media gebruiken

Alle andere optische stations functioneren op dezelfde manier. Het station ondersteunt een snelle uitvoering van CD- en DVD-programma's. U kunt CD's/DVD's gebruiken zonder adapter. Zodra de computer toegang verkrijgt tot een CD/DVD, gaat het lampje op het station branden.
Met de toepassing TOSHIBA DVD-speler kunt u DVD-Video discs bekij­ken (model met CD-RW/DVD-ROM-station of met DVD Super Multi-sta­tion (±R DL))
Raadpleeg echter ook de paragraaf CD's/DVD's beschrijven op een DVD
Super Multi-station (+-R DL) voor voorzorgsmaatregelen voor het schrijven
naar CD's/DVD's.
Basisbeginselen
Schijven laden
Als u CD's/DVD's wilt laden, dient u de volgende stappen uit te voeren en de bijbehorende afbeeldingen te raadplegen.
1. a. Zorg dat de computer is ingeschakeld en druk op de uitwerpknop om de lade een stukje te openen.
Uitwerpknop
De uitwerpknop indrukken
Gebruikershandleiding 4-2
Basisbeginselen
b. U kunt de lade niet met de uitwerpknop openen wanneer de
stroom van het station is uitgeschakeld. In dat geval kunt u de lade openen door een dun voorwerp (ongeveer 15 mm lang) zoals een rechtgebogen paperclip in het ejectgaatje rechts van de ejectknop te steken.
Diameter 1,0 mm
Uitwerpgaatje
De lade door middel van het ejectgaatje openen
2. Trek de lade voorzichtig uit totdat deze volledig is geopend.
De lade opentrekken
Gebruikershandleiding 4-3
Basisbeginselen
3. Leg de CD/DVD met het opschrift omhoog in de lade.
Een CD/DVD in de lade plaatsen
Wanneer de lade volledig is uitgeschoven, steekt de rand van de computer iets uit over de CD-/DVD-lade. Wanneer u de CD/DVD in de lade plaatst, moet u de schijf dus schuin houden. Controleer altijd of de CD/DVD goed vlak in de lade ligt, zoals geïllustreerd in de bovenstaande afbeelding.
Raak de laserlens niet aan. Hierdoor kunt u de uitlijning van de toetsen
verstoren.
Zorg dat er geen stof, vuil of voorwerpen in het station terechtkomen.
Controleer alvorens het station te sluiten of de achterkant van de lade vrij is van ongerechtigheden.
4. Druk voorzichtig in het midden van de CD/DVD tot deze vastklikt. De
CD/DVD moet onder de bovenkant van de as liggen, vlak op het ladeoppervlak.
5. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt. Duw
zachtjes tot de lade zich vergrendelt.
Als de CD/DVD niet goed op zijn plaats ligt wanneer de lade wordt gesloten, is de CD/DVD mogelijk beschadigd. Bovendien kan het dan gebeuren dat de lade niet volledig wordt geopend wanneer u op de uitwerpknop drukt.
Gebruikershandleiding 4-4
De lade sluiten
Schijven verwijderen
Voer de volgende stappen uit en raadpleeg de bijbehorende afbeelding om de CD/DVD te verwijderen.
Druk niet op de uitwerpknop terwijl er activiteit op het station plaatsvindt. Wacht tot het lampje van het optische station uitgaat voor u de lade opent. Neem de CD/DVD pas uit de lade nadat de schijf is opgehouden met draaien.
1. Druk op de ejectknop om de lade een stukje te openen. Trek de lade
voorzichtig open.
Basisbeginselen
Wanneer de lade een stukje wordt geopend, moet u even wachten tot
de CD/DVD is opgehouden met draaien voordat u de lade volledig kunt opentrekken.
Als u de lade handmatig wilt openen door middel van het gaatje naast
de ejectknop, dient u de computer eerst uit te schakelen. Als de CD/ DVD nog draait terwijl u de lade opent, kan de CD/DVD van de as vliegen en letsel veroorzaken.
2. De CD/DVD steekt iets uit over de zijkanten van de lade, zodat u hem
kunt pakken. Til de CD/DVD voorzichtig uit de lade.
Gebruikershandleiding 4-5
Een CD/DVD verwijderen
3. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt. Duw
zachtjes tot de lade zich vergrendelt.
Functieknop
In deze paragraaf wordt een knopfunctie beschreven. Sommige modellen zijn uitgerust met zes knoppen.
Basisbeginselen
Functieknop
Pictogram Functieknop DVD *CD/geen
Dempen Dempen Dempen
CD/DVD DVD-speler starten Windows Media Player
starten
Afspelen/
Afspelen/pauze Afspelen/pauze
pauze Stop Stop Stop Vorige Vorig hoofdstuk Vorige nummer Volgende Volgend hoofdstuk Volgende nummer
*Windows Media Player 12
Gebruikershandleiding 4-6
Basisbeginselen

CD's/DVD's beschrijven op een DVD Super Multi-station (+-R DL)

Sommige modellen zijn voorzien van een DVD Super Multi-station (±R DL) op volledig formaat, waarmee gegevens naar CD-R/-RW of DVD-R/-RW/ +R/+RW/-RAM/+R DL/-R DL kunnen worden geschreven. De volgende toepassingen voor schrijven worden meegeleverd: TOSHIBA Disc Creator en Corel DVD MovieFactory voor TOSHIBA, een product van Corel Corporations.
Belangrijk bericht (DVD Super Multi-station (±R DL))
Lees dit gedeelte vóór het beschrijven van CD-R/RW-schijven of DVD-R/
-RW/+R/+RW/-RAM/+R DL/-R DL-schijven grondig door en volg alle instellingsinstructies en gebruiksaanwijzingen.
Doet u dit niet, dan kan het gebeuren dat het DVD Super Multi-station (+-R DL) niet correct werkt en krijgt u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten, gegevensverlies of andere schade.
Voordat u gaat schrijven of herschrijven
Op grond van TOSHIBA’s beperkte compatibiliteitstests worden de
volgende fabrikanten van CD-R-/CD-RW-schijven en DVD-R-/+R/-RW/ +RW-RAM/+R DL/-R DL-schijven aanbevolen. TOSHIBA staat echter niet in voor de werking, kwaliteit of prestaties van enigerlei schijven. De schijfkwaliteit kan het schrijf- of herschrijfproces beïnvloeden.
.
CD-R:
TAIYO YUDEN CO., LTD. MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD. Ricoh Co., Ltd.
CD-RW: (high-speed, multispeed)
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD.
CD-RW: (Ultra-Speed)
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD.
DVD-R:
DVD-specificaties voor DVD-R-schijven voor algemene versie 2.0 Matsushita Electric Industrial Co., Ltd.
TAIYO YUDEN CO., LTD. Hitachi Maxell Ltd.
DVD+R:
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD. Ricoh Co., Ltd.
Gebruikershandleiding 4-7
Basisbeginselen
DVD-RW:
DVD-specificaties voor DVD-RW-schijven voor algemene versie 2.0 MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD.
Victor Company of Japan, LTD
DVD+RW:
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD.
DVD-RAM:
DVD-specificaties voor DVD-RAM-schijven voor versie 2.0, versie 2.1 of versie 2.2 Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. Hitachi Maxell Ltd.
DVD+R DL:
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD. Ricoh Co., Ltd.
DVD-R DL:
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD.
DVD-R voor Labelflash™:
FUJIFILM Corporation.
DVD+R voor Labelflash™:
FUJIFILM Corporation.
Dit DVD Super Multi-station (+-R DL) kan geen schijven gebruiken die sneller kunnen worden beschreven dan 8x (DVD-R, DVD+R en DVD+RW), 6x (DVD-RW), 5x (DVD-RAM) en 4x (DVD-R DL en DVD+R DL).
Controleer of de disc van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd is.
Is dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het (her)schrijven. Controleer de schijf op vuil of beschadiging voor u deze gebruikt.
Hoe vaak een CD-RW, DVD-RW, DVD+RW of DVD-RAM kan worden
beschreven, is afhankelijk van de schijfkwaliteit en de manier waarop de schijf wordt gebruikt.
Er bestaan twee soorten DVD-R's: voor authoring en voor algemeen
gebruik. Gebruik geen zogeheten authoring-schijven. Alleen schijven voor algemeen gebruik kunnen met een computerstation worden beschreven.
Alleen Format 1 wordt ondersteund voor DVD-R DL. Daarom kunt u
niets extra schrijven. Als uw gegevens minder dan DVD-R (SL) zijn, raden wij aan DVD-R (SL)-schijven te gebruiken.
U kunt DVD-RAM-schijven gebruiken die u uit hun omhulsel kunt
verwijderen en DVD-RAM-schijven die geen omhulsel bevatten. U kunt schijven met een capaciteit van 2,6 Gb enkelzijdig of 5,2 GB dubbelzijdig niet gebruiken.
Gebruikershandleiding 4-8
Basisbeginselen
DVD-R/-R DL/-RW-schijven en DVD+R/+R DL/+RW-schijven kunnen
wellicht niet worden gelezen op andere DVD-spelers of andere DVD­ROM-stations voor computers.
Gegevens die naar een CD-R, DVD-R of DVD+R zijn geschreven,
kunnen niet gedeeltelijk of volledig worden verwijderd.
Gegevens die van een CD-RW, DVD-RW, DVD+RW of DVD-RAM zijn
verwijderd (gewist), kunnen niet worden hersteld. Controleer de inhoud van een schijf zorgvuldig voordat u deze verwijdert. Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet de gegevens van het verkeerde station verwijdert.
Bij het schrijven naar een DVD-R/-R DL/-RW, DVD+R/+R DL/+RW of
DVD-RAM is schijfruimte nodig voor bestandsbeheer, wat inhoudt dat schijven mogelijk niet tot de maximale capaciteit kunnen worden beschreven.
Aangezien de disc is gebaseerd op de DVD-standaard, wordt deze
aangevuld met dummygegevens als er minder dan 1 GB aan gegevens naartoe worden geschreven. Zelfs als u een kleine hoeveelheid gegevens schrijft, kan het even duren om de schijf met dummygegevens te vullen.
Een DVD-RAM die met FAT32 is geformatteerd, kan onder Windows
2000 alleen met een DVD-RAM-stuurprogramma worden gelezen.
Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven
kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet naar het verkeerde station schrijft.
Vergeet niet de netadapter aan te sluiten voordat u begint met schrijven
of herschrijven.
Als u wilt overschakelen naar de (zuinige) slaapstand, moet u eerst
controleren of het schrijven naar DVD-RAM is voltooid. Het schrijven is voltooid wanneer u de DVD-RAM-schijf kunt uitwerpen.
Sluit alle softwareprogramma's behalve de schrijfsoftware.
Voer geen programma's uit die de processor belasten, zoals een
schermbeveiliging.
Gebruik de computer met volledige stroomvoorziening. Gebruik geen
energiebesparingsfuncties.
Schrijf niet terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot de viruscontrole
is beëindigd en schakel vervolgens de anti-virussoftware (en eventuele op de achtergrond uitgevoerde bestandscontroleprogramma's) uit.
Gebruik geen hulpprogramma's voor vaste schijven, met inbegrip van
hulpprogramma's voor snelle schijftoegang. Doet u dit toch, dan loopt u het risico van storingen en gegevensverlies.
Schrijf vanaf de vaste schijf van de computer naar de CD/DVD. Probeer
niet te schrijven vanaf gedeelde apparaten zoals een LAN-server of andere netwerkapparaten.
Schrijven met andere software dan TOSHIBA Disc Creator wordt niet
aangeraden.
Gebruikershandleiding 4-9
Schrijven of herschrijven
Neem het volgende in acht wanneer u een CD-R/RW, DVD-R/-R DL/-RW/
-RAM of DVD+R/+R DL/+RW beschrijft of herschrijft.
Vermijd de volgende handelingen:
Wisselen van gebruiker in het besturingssysteem Windows
Gebruik van de computer voor andere functies, zoals het gebruik
van een muis of touchpad en het sluiten/openen van het LCD­scherm;
Communicatietoepassingen starten (bijvoorbeeld een
modemprogramma);
Handelingen waardoor de PC wordt blootgesteld aan schokken of
trillingen;
Het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparatuur,
zoals Secure Digital(SD), Secure Digital High Capacity(SDHC), Memory Stick(MS), Memory Stick Pro(MS Pro), MultiMediaCard(MMC), ExpressCard, USB-apparaat, externe monitor of een optisch digitaal apparaat.
Muziek of spraak reproduceren via de Audio/Video-
bedieningsknoppen.
Het openen van het optische schijfstation.
Gebruik tijdens het (her)schrijven niet de afsluit-/afmeldprocedure en de
(zuinige) slaapstand.
Zorg ervoor dat het schrijven of herschrijven is voltooid voordat u
overschakelt naar de (zuinige) slaapstand. Het schrijfproces is voltooid als u de lade van het DVD Super Multi-station (±R DL) kunt openen.
Plaats de PC op een vlak, horizontaal oppervlak en vermijd plaatsen
waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto's, treinen en vliegtuigen. Gebruik geen instabiele plekken zoals een wankele tafel.
Houd mobiele telefoons en andere draadloze-communicatieapparaten
uit de buurt van de computer.
Kopieer gegevens altijd vanaf de vaste schijf naar de optische schijf.
Gebruik geen functies voor knippen en plakken. In het geval van schrijffouten gaan de originele gegevens verloren.
Basisbeginselen
7.
Afwijzing van aansprakelijkheid (DVD Super Multi-station (±R DL))
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
Beschadiging van CD-R/RW-schijven of DVD-R/-R DL/-RW/+R/+R DL/
+RW/DVD-RAM-schijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces.
Wijziging of verlies van de opgenomen inhoud van CD-R-/CD-RW-
schijven of DVD-R/-R DL/-RW/+R/+R DL/+RW/DVD-RAM-schijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces, of hieruit voortvloeiende winstderving of bedrijfsonderbreking of verlies van vastgelegde gegevens.
Schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers.
Gebruikershandleiding 4-10
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de gebruikte apparaten. Het is dan ook raadzaam om ten minste twee kopieën te maken van belangrijke gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud onverhoopt wordt veranderd of verloren gaat.

TOSHIBA Disc Creator

Opmerking: let op de volgende beperkingen wanneer u TOSHIBA Disc Creator gebruikt:
TOSHIBA Disc Creator kan niet worden gebruikt voor het maken van
DVD-video.
TOSHIBA Disc Creator kan niet worden gebruikt voor het maken van
DVD-audio.
U kunt met de functie 'Audio CD' van TOSHIBA Disc Creator geen
muziek opnemen op DVD-R, DVD-R DL, DVD-RW, DVD+R, DVD+R DL of DVD+RW.
Gebruik 'Disc Backup' (functie voor schijf-back-ups) van TOSHIBA Disc
Creator niet om auteursrechtelijk beschermde DVD-video's en DVD­ROM's te kopiëren.
U kunt geen back-up maken van DVD-RAM-schijven met de functie
'Disc Backup' van TOSHIBA Disc Creator.
U kunt geen back-ups maken van een CD-ROM of CD-R of CD-RW op
een DVD-R, DVD-R DL of DVD-RW met de functie 'Disc Backup' van TOSHIBA Disc Creator.
U kunt geen back-up maken van een CD-ROM of CD-R of CD-RW op
een DVD+R, DVD+R DL of DVD+RW met de functie 'Disc Backup' van TOSHIBA Disc Creator.
U kunt geen back-up maken van een DVD-ROM, DVD Video, DVD-R,
DVD-R DL, DVD-RW, DVD+R, DVD+R DL of DVD+RW op CD-R of CD-RW met de functie 'Disc Backup' van TOSHIBA Disc Creator.
TOSHIBA Disc Creator kan niet in pakketindeling opnemen.
U kunt de functie 'Disc Backup' van TOSHIBA Disc Creator mogelijk
niet gebruiken om een back-up te maken van een DVD-R, DVD-R DL, DVD-RW, DVD+R, DVD+R DL of DVD+RW die is gemaakt met andere software op een andere optische mediarecorder.
Als u gegevens toevoegt aan een DVD-R/-DVD-R DL- of DVD+R-/
DVD+R DL-schijf waarop al gegevens zijn opgenomen, kunnen de toegevoegde gegevens in bepaalde omstandigheden niet worden gelezen. Gegevens kunnen bijvoorbeeld niet worden gelezen onder een 16-bits besturingssysteem, zoals Windows 98SE en Windows Me, terwijl u in Windows NT4 Service Pack 6 of later nodig hebt en in Windows 2000 Service Pack 2. In bepaalde DVD-ROM-stations en DVD-ROM/CD-R/-RW-stations kunnen toegevoegde gegevens bovendien helemaal niet worden gelezen, ongeacht het besturingssysteem.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding 4-11
TOSHIBA Disc Creator biedt geen ondersteuning voor het opnemen op
DVD-RAM - hiervoor dient u Windows Verkenner of een ander soortgelijk programma te gebruiken.
Wanneer u een back-up maakt van een DVD, controleer dan of het
bronstation het opnemen naar DVD-R, DVD-R DL, DVD-RW, DVD+R, DVD+R DL of DVD+RW ondersteunt - als dit niet het geval is, wordt er mogelijk geen goede back-up van de bronschijf gemaakt.
Wanneer u een back-up maakt van een DVD-R, DVD-R DL, DVD-RW,
DVD+R, DVD+R DL of DVD+RW, dient u hetzelfde type schijf te gebruiken.
Gegevens die naar een CD-RW, DVD-RW of DVD+RW zijn geschreven, kunnen niet gedeeltelijk worden verwijderd.
Gegevensverificatie
Om te controleren of het schrijf-/herschrijfproces naar CD/DVD correct verloopt, voert u de volgende stappen uit voordat u gegevens naar een data-CD of -DVD schrijft:
1. Geef het dialoogvenster Instellingen op een van de volgende twee manieren weer:
Klik op de knop Recording settings (Opname-instellingen) ( )
voor schrijven op de hoofdwerkbalk in de modus Data CD/DVD (Gegevensschijf).
Selecteer Setting for writing (Instellen op schrijven) → Data CD/
DVD (Gegevens CD/DVD) in het menu Setting (Instelling).
2. Schakel het selectievakje
3. Selecteer de modus File open (Bestand openen) of Full compare (Volledige vergelijking).
4. Klik op OK.
Verify written data
(Gegevens controleren) in.
Basisbeginselen
Meer informatie over TOSHIBA Disc Creator
Raadpleeg de Help-bestanden voor meer informatie over TOSHIBA Disc Creator.

TOSHIBA DVD-speler

Wanneer u de TOSHIBA DVD-speler gebruikt, dient u rekening te houden met de volgende beperkingen:
Opmerkingen betreffende het gebruik
Er kunnen frames wegvallen, het geluid kan overslaan en het geluid en
beeld kunnen niet meer synchroon lopen tijdens de weergave van bepaalde DVD-Video-titels.
Sluit alle andere toepassingen af en voer geen andere bewerkingen uit
tijdens het afspelen van DVD Video. Het afspelen kan in sommige situaties worden gestopt of niet goed functioneren.
Gebruikershandleiding 4-12
Basisbeginselen
Niet-voltooide DVD's die zijn gemaakt op thuis-DVD-recorders zijn
mogelijk niet afspeelbaar op de computer.
Gebruik DVD-Videoschijven met een regiocode die ofwel "gelijk is aan
de standaardinstelling af fabriek" of "ALLE".
Speel geen DVD-Video af terwijl u met een ander programma een
televisieprogramma kijkt of opneemt. Hierdoor kunnen fouten ontstaan in de weergave van DVD-Video of de opname van het televisieprogramma. Als een voorgeprogrammeerde opname start tijdens DVD-Video-weergave, kan dit fouten veroorzaken in de weergave van de DVD-Video of de opname van het televisieprogramma. Bekijk DVD-Video wanneer er geen opname is geprogrammeerd.
De hervattingsfunctie kan niet worden gebruikt met bepaalde schijven
in de TOSHIBA DVD-speler.
Het verdient aanbeveling de netadapter aan te sluiten tijdens het
afspelen van DVD-Video. Energiebesparende functies kunnen een vloeiende weergave verstoren. Zet wanneer u een DVD-Video afspeelt op de accu het energiebeheer op "High performance" (Hoge prestaties).
Screensavers worden niet weergegeven wanneer u een film afspeelt
met de TOSHIBA DVD-speler. De computer gaat ook niet in de (energiezuinige) slaapstand en wordt niet uitgeschakeld wanneer u de TOSHIBA DVD-speler gebruikt.
Configureer de functie Beeldscherm automatisch uitschakelen niet
zodanig dat deze wordt uitgevoerd terwijl de TOSHIBA DVD-speler actief is.
Schakel niet over naar de (zuinige) slaapstand wanneer u de TOSHIBA
DVD-speler gebruikt.
Vergrendel de computer niet met het Windows-logo ( ) + L-toetsen of de toetsen FN + F1 wanneer u de TOSHIBA DVD-speler gebruikt.

Behandeling van schijven/diskettes

In deze paragraaf vindt u tips voor het beschermen van de gegevens die u op CD of DVD hebt opgeslagen.
Ga voorzichtig om met schijven en diskettes. Door de volgende eenvoudige richtlijnen in acht te nemen kunt u de levensduur van uw media verlengen en de erop opgeslagen gegevens beschermen:
CD/DVD
1. Bewaar uw CD's/DVD's in hun originele houders om ze te beschermen en schoon te houden.
2. Buig een CD/DVD niet.
3. Beschadig het oppervlak van een CD/DVD niet door er bijvoorbeeld een etiket op te plakken of erop te schrijven.
Gebruikershandleiding 4-13
4. Houd een CD/DVD bij de rand of bij het gat in het midden vast. Vingerafdrukken op het oppervlak van een CD/DVD kunnen de schijf onleesbaar maken.
5. Stel de schijven niet bloot aan direct zonlicht, extreme hitte of extreme koude. Plaats geen zware voorwerpen op uw CD's/DVD's.
6. Als uw CD's/DVD's stoffig of vuil raken, kunt u ze afnemen met een schone, droge doek. Veeg vanuit het midden van de CD/ DVD naar
buiten (niet in een cirkel). Gebruik zo nodig een doek die is bevochtigd met water of een neutraal schoonmaakmiddel. Gebruik geen wasbenzine, verdunningsmiddel of soortgelijke schoonmaakmiddelen.

De webcam gebruiken

Sommige modellen worden geleverd met ingebouwde webcam. In deze paragraaf wordt het gebundelde hulpprogramma voor webcams beschreven. Hiermee kunnen foto's en videobeelden worden vastgelegd. De webcam wordt automatisch ingeschakeld als Windows wordt opgestart.
Verwijder het beschermende plastic laagje voordat u de webcam gebruikt.
Basisbeginselen
Ingebouwde microfoon
Webcamlampje
Webcam
Webcamlens
Gebruikershandleiding 4-14
Basisbeginselen
TOSHIBA Web Camera Application (Webcameratoepassing) gebruiken
TOSHIBA Web Camera Application is voorgeconfigureerd om te starten wanneer u Windows starten, gaat u naar Start Alle programma's TOSHIBA Utilities (Hulpprogramma's) Web Camera Application.
Cameraresolutie
7 inschakelt; als u het programma opnieuw moet
Instelling vastleggen
Voorbeeldgebied openen/sluiten
Stilstaand beeld vastleggen
Opgenomen bestand verwijderen
Video opnemen
De software gebruiken
Opgenomen bestand verwijderen
Kies een miniatuur van een opgenomen bestand en klik op deze knop om dit bestand van de harde schijf te verwijderen.
Voorbeeldgebied openen/sluiten
Klik hier om het voorbeeldgebied te openen. Klik opnieuw om het voorbeeldgebied te sluiten.
Video opnemen Klik om te beginnen met opnemen. Klik
nogmaals om te stoppen met opnemen en een voorbeeld van de video te zien.
Foto's vastleggen Klik om een foto vast te leggen en een voorbeeld
van de vastgelegde foto te bekijken in het voorbeeldgebied.
Cameraresolutie Kies een resolutie voor voorbeeld, vastleggen en
opnemen.
Gebruikershandleiding 4-15
Basisbeginselen
Instellingen vastleggen

De microfoon gebruiken

U kunt de ingebouwde microfoon of een externe microfoon die u aansluit op de microfoonaansluiting, gebruiken om monogeluid op te nemen in toepassingen. Deze kan ook worden gebruikt om spraakopdrachten te geven aan toepassingen die dergelijke functies ondersteunen. (Sommige modellen zijn voorzien van een ingebouwde microfoon)
Aangezien de computer een microfoon en luidspreker heeft, kan in bepaalde omstandigheden akoestische terugkoppeling ("feedback") optreden. Akoestische terugkoppeling ontstaat wanneer geluid uit de luidspreker in de microfoon wordt opgevangen en versterkt naar de luidspreker wordt teruggezonden, vanwaar het weer wordt teruggestuurd naar de microfoon.
Deze terugkoppeling treedt herhaalde malen op en veroorzaakt een harde, hoge toon. Het gaat hier om een algemeen verschijnsel dat in elk geluidssysteem voorkomt wanneer de microfooninvoer naar de luidspreker wordt uitgevoerd (doorvoer) terwijl de luidspreker te hard staat of zich te dicht bij de microfoon bevindt. U kunt de doorvoer regelen door het volume van de luidspreker aan te passen of met de functie Dempen in het deelvenster Hoofdvolume. Raadpleeg de Windows-documentatie voor informatie over het gebruik van het deelvenster Hoofdvolume (Master Volume).
Open het dialoogvenster Capture Settings (Instellingen vastleggen).
Kies op het tabblad Basic (Basis) een locatie voor het opslaan van foto's en video's en selecteer Capture Format (Vastleggingsformaat) en Video Quality (videokwaliteit).

TOSHIBA-gezichtsherkenning gebruiken

TOSHIBA-gezichtsherkenning gebruikt een gezichtsherkenningsbibliotheek om de gezichtsgegevens van gebruikers te verifiëren als deze zich aanmelden bij Windows. Op deze manier hoeft de gebruiker geen wachtwoord in te voeren, wat het aanmeldproces eenvoudiger maakt. Deze software is op sommige modellen voorgeïnstalleerd.
Opmerking over het gebruik
Met de TOSHIBA-gezichtsherkenningsfunctie kan niet worden
gegarandeerd dat de identificatie van een gebruiker juist is. Wijzigingen aan het uiterlijk van een geregistreerde gebruiker zoals haardracht, het dragen van een pet of een bril kunnen gevolgen hebben voor het slagingspercentage van de gezichtsherkenning wanneer deze veranderingen plaatsvinden na registratie van de gebruiker.
Met de TOSHIBA-gezichtsherkenningsfunctie kan een gezicht dat lijkt
op het gezicht van een andere gebruiker ten onrechte worden herkend.
Gebruikershandleiding 4-16
TOSHIBA-gezichtsherkenning is niet geschikt voor voor streng
beveiligde toepassingen; het is geen geschikte vervanger voor wachtwoorden van Windows. Gebruik de wachtwoorden die u hebt ingesteld voor Windows als beveiliging zeer belangrijk is.
Scherpe achtergrondverlichting en/of schaduw kunnen tot gevolg
hebben dat een geregistreerde gebruiker niet wordt herkend. Meld u in dat geval aan met uw wachtwoord voor Windows. Als de herkenning van een gebruiker herhaaldelijk mislukt, dient u de documentatie van uw computer te raadplegen voor tips om de prestaties van de gezichtsherkenningsfunctie te verbeteren.
Afwijzing van aansprakelijkheid
TOSHIBA garandeert niet dat de technologie voor het hulpprogramma voor gezichtsherkenning volledig veilig of foutloos werkt. TOSHIBA garandeert niet dat het hulpprogramma voor gezichtsherkenning onbevoegde gebruikers altijd de toegang weigert. TOSHIBA is niet aansprakelijk voor fouten of beschadigingen die het gevolg kunnen zijn van het gebruik van de software of het gezichtsherkenningshulpprogramma.
TOSHIBA EN ZIJN DOCHTERONDERNEMINGEN EN LEVERANCIERS ZIJN NIET AANSPRAKELIJK VOOR SCHADE AAN OF VERLIES VAN PROGRAMMA'S, GEGEVENS, NETWERKSYSTEMEN OF VERWISSELBARE OPSLAGMEDIA, WINSTDERVING OF BEDRIJFSSCHADE DIE VOORTVLOEIT UIT OF HET GEVOLG IS VAN HET GEBRUIK VAN HET PRODUCT, OOK AL IS TOSHIBA OP DE HOOGTE GESTELD VAN DE MOGELIJKHEID DAARVAN.
Basisbeginselen
De gegevens voor gezichtsherkenning registreren
Maak een foto voor gezichtsherkenningsdoeleinden en registreer de vereiste gegevens als u zich aanmeld. Volg de hierna genoemde stappen om de vereiste gegevens bij het aanmelden te registreren:
1. U start dit programma als volgt: klik op Start Alle programma's
TOSHIBA Utilities (Hulpprogramma's) Face Recognition (Gezichtsherkenning).
Voor een aangemelde gebruiker waarvan het gezicht niet is
geregistreerd, wordt het venster Registration (Registratie) wordt weergegeven.
Voor een aangemelde gebruiker waarvan het gezicht al is
geregistreerd, wordt het venster Management (Beheer) weergegeven.
2. Klik in het venster Management (Beheer) op de knop Register (Registreren). Het venster Registration (Registratie) wordt weergegeven.
Als u wilt oefenen, klik dan in het venster Registration (Registratie)
op de knop Next (Volgende).
Als u niet wilt oefenen, klik dan in het venster Registration
(Registratie) op de knop Skip (Overslaan).
3. Klik op de knop Next (Volgende) als u de gids wilt starten.
Gebruikershandleiding 4-17
Basisbeginselen
4. Maak eerst een foto terwijl u uw hoofd iets naar links en naar rechts beweegt.
5. Maak vervolgens een foto terwijl u uw hoofd omlaag en omhoog beweegt.
Klik op de knop Back (Terug) als u de gids nog een keer wilt
uitvoeren.
6. Klik op de knop Next (Volgende) als u de opnameprocedure voor de foto wilt starten. Houd uw gezicht zo dat het binnen het gezichtvormige kader valt.
7. Zodra u uw gezicht in de juiste positie houdt, start de opname. Beweeg uw hoofd iets naar links en naar rechts, en beweeg het vervolgens omhoog en omlaag.
8. De opname stopt nadat u uw hoofd een aantal keren naar links en rechts, en omlaag en omhoog hebt bewogen. Als de registratie is geslaagd, wordt in het venster het volgende bericht weergegeven:
'Registration successful. Now we’ll do
the verification test. Click the Next button.' (Registratie voltooid. We voeren nu een verificatietest uit. Klik op de knop Volgende).
Klik op de knop Next (Volgende) om de verificatietest uit te voeren.
9. Voer de verificatietest uit. Kijk naar het venster, net als bij de registratie.
Klik op de knop Back (Terug) als de verificatie mislukt en registreer
uzelf opnieuw. Zie stap 8 vanaf stap 6.
10. Klik op de knop Next (Volgende) als de verificatie is voltooid en registreer een account.
11. Registreer de account. Vul de velden in voor de accountregistratie.
Vul alle velden in.
Klik op de knop OK als u klaar bent.
12. Het venster Management (Beheer) wordt weergegeven. De naam van de geregistreerde account wordt weergegeven. Als u erop klikt, wordt de foto die u van uw gezicht hebt gemaakt links weergegeven.
De gegevens voor gezichtsherkenning verwijderen
Afbeeldingsgegevens, accountgegevens en gegevens uit de persoonlijke record die zijn aangemaakt bij de registratie verwijderen. Voer de hierna beschreven stappen uit als u de gegevens voor gezichtsherkenning wilt verwijderen:
1. U start dit programma als volgt: klik op Start Alle programma's
TOSHIBA Utilities (Hulpprogramma's) Face Recognition (Gezichtsherkenning). Het venster Management (Beheer) wordt
weergegeven.
2. Selecteer de gebruiker die is verwijderd uit het venster Management (Beheer).
Gebruikershandleiding 4-18
Basisbeginselen
3. Klik op de knop Delete (Verwijderen). 'You are about to
delete the user data. Would you like to continue?
verwijderen. Wilt u doorgaan?) wordt weergegeven op het scherm.
Als u niet wilt dat de gegevens worden verwijderd, klik dan op de
knop No (Nee). U keert dan terug naar het venster Management (Beheer).
Als u op de knop Yes (Ja) klikt, wordt de geselecteerde gebruiker uit
het venster Management (Beheer) verwijderd.
' (U staat op het punt om de gebruikersgegevens te
Het Help-bestand openen
Verdere informatie over dit hulpprogramma vindt u in het Help-bestand.
U start het Help-bestand als volgt: klik op Start Alle programma's
TOSHIBA Utilities (Hulpprogramma's) Face Recognition Help
(Help gezichtsherkenning).
Aanmelden bij Windows via TOSHIBA-gezichtsherkenning
In deze sectie wordt beschreven hoe u zich kunt aanmelden bij Windows via TOSHIBA-gezichtsherkenning. Er zijn twee verificatiemodi beschikbaar.
Venster 1:N Mode Login (Aanmelding via 1:N-modus): als standaard
de tegel voor gezichtsherkenning wordt geselecteerd, kunt u zich aanmelden zonder toetsenbord of muis.
Venster 1:1 Mode Login (Aanmelding via 1:1-modus): deze modus is
vrijwel hetzelfde als de 1:N-modus. Voordat het venster Display Captured Image (Opgeslagen afbeelding weergeven) wordt weergegeven, verschijnt echter eerst het venster Select Account (Account selecteren). U dient de gebruikersaccount te selecteren die moet worden geverifieerd voordat het verificatieproces kan worden gestart.
Venster 1:N Mode Login (Aanmelding via 1:N-modus)
1. Schakel de computer in.
2. Het venster Select Tiles (Tegels selecteren) wordt weergegeven.
3. Selecteer Start face recognition (Start gezichtsherkenning).
4. 'Please face the camera' (Draai uw gezicht naar de camera) wordt weergegeven
5. De verificatie wordt uitgevoerd. Als de verificatie is voltooid, verschijnen langzaam de afbeeldingsgegevens die zijn vastgelegd in stap 4 over elkaar heen.
Als er een fout optreedt tijdens de verificatie, keert u terug naar het
venster Select Tiles (Tegels selecteren).
6. Het welkomstscherm van Windows wordt weergegeven en u wordt automatisch aangemeld bij Windows.
Gebruikershandleiding 4-19

Modem

Basisbeginselen
Venster 1:1 Mode Login (Aanmelding via 1:1-modus)
1. Schakel de computer in.
2. Het venster Select Tiles (Tegels selecteren) wordt weergegeven.
3. Selecteer Start face recognition (Start gezichtsherkenning).
4. Het venster Select Account (Account selecteren) wordt weergegeven.
5. Selecteer de account en klik op de pijlknop.
6. 'Please face the camera' (Draai uw gezicht naar de camera) wordt weergegeven
7. De verificatie wordt uitgevoerd. Als de verificatie is voltooid, verschijnen langzaam de afbeeldingsgegevens die zijn vastgelegd in stap 6 over elkaar heen.
Als er een fout optreedt tijdens de verificatie, keert u terug naar het
venster Select Tiles (Tegels selecteren).
8. Het welkomstscherm van Windows wordt weergegeven en u wordt automatisch aangemeld bij Windows.
Als de verificatie is voltooid, maar er treedt vervolgens een
verificatiefout op bij de aanmelding bij Windows, dan wordt u gevraagd uw accountgegevens te verstrekken.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van het aangeschafte model. In deze paragraaf wordt beschreven hoe u het interne modem aan een telefoonaansluiting koppelt en ervan ontkoppelt.
Spraakfuncties worden niet door de interne modem ondersteund. De data­en faxfuncties worden wel ondersteund.
Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
Sluit de modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Hierdoor zal het
modem schade oplopen.
Regioselectie
Telecommunicatievoorschriften variëren per regio, en u moet er dus voor zorgen dat de modeminstellingen correct zijn voor de regio waarin u het modem gaat gebruiken.
Om een regio te selecteren voert u de volgende stappen uit.
1. Klik in Windows
TOSHIBA aan, wijs Networking (Netwerk) aan en klik op Modem Region Select (Modemregioselectie).
Gebruikershandleiding 4-20
7 op start, wijs Alle programma's aan, wijs
Als in het hulpprogramma voor de modem van het Configuratiescherm een functie voor regio-/landselectie beschikbaar is, dient u deze niet te gebruiken. Als u het land/de regio in het Configuratiescherm wijzigt, wordt deze wijziging mogelijk niet doorgevoerd.
2. Het pictogram voor regioselectie wordt weergegeven op de taakbalk van Windows.
Het pictogram Regioselectie (Windows 7)
3. Klik met de primaire knop op het pictogram om een lijst van ondersteunde regio's weer te geven. U ziet tevens een submenu met telefoonlocatie-informatie. Naast de geselecteerde regio en de geselecteerde telefoonlocatie staat een kruisje.
4. Selecteer een regio uit het regiomenu of een telefoonlocatie uit het submenu.
Wanneer u op een regio klikt, wordt dit de regioselectie van het
modem en wordt automatisch de nieuwe telefoonlocatie ingesteld.
Wanneer u een telefoonlocatie selecteert, wordt automatisch de
corresponderende regio geselecteerd en wordt dit de huidige regio­instelling van het modem.
Het menu met eigenschappen
Klik met de secundaire knop op het pictogram om het volgende menu weer te geven.
Basisbeginselen
De menulijst (Windows 7)
Instelling
U kunt de volgende instellingen in- of uitschakelen:
AutoRun Mode
Het hulpprogramma voor regioselectie wordt automatisch gestart wanneer u het besturingssysteem start.
Open the Dialing Properties dialog box after selecting region.
Het dialoogvenster met kiesopties wordt automatisch geopend nadat u de regio hebt geselecteerd.
Location list for region selection.
Gebruikershandleiding 4-21
Er wordt een submenu met informatie over telefoonlocaties weergegeven.
Dialoogvenster openen als modem en huidige telefoonlocatie niet overeenkomen
Er verschijnt een waarschuwingsvenster als de huidige instellingen voor het regionummer en de telefoonlocatie incorrect zijn.
Modemselectie
Als de computer de interne modem niet herkent, wordt er een dialoogvenster weergegeven. Selecteer de COM-poort die u voor de modem wilt gebruiken.
Kiesopties
Als u Dialing Properties selecteert, worden de kiesopties weergegeven.
Als u de computer in Japan gebruikt, bent u wettelijk verplicht Japan als regio te selecteren. Het is niet toegestaan de modem in Japan met een andere selectie te gebruiken.
Aansluiten
Om de kabel van de interne modem aan te sluiten, voert u de volgende stappen uit.
1. Steek één uiteinde van de modemkabel in de modempoort.
2. Steek het andere uiteinde van de modemkabel in een telefoonaansluiting.
Basisbeginselen
Modempoort
Telefoonaansluiting
De interne modem aansluiten
U dient niet aan de kabel te trekken of de computer te verplaatsen terwijl de kabel is aangesloten.
Gebruikershandleiding 4-22
Loskoppelen
Voer de volgende stappen uit om de kabel van de interne modem te los te koppelen.
1. Knijp het palletje op de connector in de telefoonaansluiting in en trek de connector eruit.
2. Koppel de kabel op dezelfde manier los van de computer.

Draadloze communicatie

De functie voor draadloze communicatie van de computer ondersteunt draadloze LAN-apparaten.
Draadloos LAN
Het draadloze LAN is compatibel met andere LAN-systemen die zijn gebaseerd op de Direct Sequence Spread Spectrum/Orthogonal Frequency Division Multiplexing-radiotechnologie die voldoet aan de IEEE802.11-norm voor draadloos LAN (Revisie A, B of G of concept N).
Beveiliging
Schakel de coderingsfunctie in. Doet u dat niet, dan is uw computer via
het draadloze LAN toegankelijk voor buitenstaanders, wat kan leiden tot onwettige binnendringing, afluisterpraktijken en verlies of vernietiging van opgeslagen gegevens. TOSHIBA raadt u daarom met klem aan de coderingsfunctie in te schakelen.
TOSHIBA is niet verantwoordelijk voor onrechtmatige toegang tot
gegevens via het draadloos LAN of voor beschadiging van die gegevens.
Basisbeginselen
Schakelaar voor draadloze communicatie
U kunt de RF-transmissiefuncties (draadloos LAN) in- en uitschakelen met deze schakelaar (op sommige modellen aanwezig). Als de schakelaar op uit staat, kunnen geen gegevens worden verzonden of ontvangen. Schuif de schakelaar naar rechts om de functie voor draadloze communicatie in te schakelen en naar links om de functie uit te schakelen.
Zet de schakelaar in vliegtuigen en ziekenhuizen op uit. Controleer het lampje. Het lampje brandt niet wanneer de functie voor draadloze communicatie is uitgeschakeld.
Schakel de computer uit als u een vliegtuig betreedt. Lees de regels van de vliegmaatschappij voordat u aan boord uw computer gebruikt.
Gebruikershandleiding 4-23
Basisbeginselen
Lampje voor draadloze communicatie
Het draadloze-communicatielampje geeft de status van de draadloze­communicatiefuncties aan.
Status van het lampje Betekenis Lampje uit Schakelaar voor draadloze communicatie staat
op uit.
Lampje aan Schakelaar voor draadloze communicatie staat
Als u draadloos LAN hebt uitgeschakeld via de taakbalk, start de computer dan opnieuw op of voer de onderstaande stappen uit om ervoor te zorgen dat het systeem draadloos LAN weer herkent. Klik op Start
Configuratiescherm Systeem en beveiliging Systeem Apparaatbeheer Netwerkadapters. Klik vervolgens met de
rechteraanwijzer op het draadloze apparaat en kies vervolgens Inschakelen.
Er kan mogelijk geen netwerkverbinding tot stand worden gebracht met een opgegeven netwerknaam via de functie voor ad hoc-netwerk.
Als dit het geval is, moet het nieuwe netwerk(*) worden geconfigureerd voor alle computers die zijn aangesloten op hetzelfde netwerk om zo de netwerkverbindingen opnieuw tot stand te brengen.
* Let erop dat u de nieuwe netwerknaam gebruikt.
op aan. Het draadloos LAN is ingeschakeld door een toepassing.
LAN
De computer heeft ingebouwde ondersteuning voor Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) of Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX) (afhankelijk van het door u aangeschafte model). In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer koppelt aan en ontkoppelt van een LAN.
Installeer of verwijder geen optionele geheugenmodule zolang Activering op LAN is ingeschakeld.
De functie Activering op LAN werkt niet zonder de netadapter. Laat de netadapter aangesloten als u deze functie gebruikt.
Gebruikershandleiding 4-24
De LAN-kabel aansluiten
De computer moet correct worden geconfigureerd voordat u verbinding met een LAN maakt. Als u zich bij een LAN aanmeldt terwijl de standaardinstellingen van de computer van kracht zijn, kunnen storingen in het LAN optreden. Vraag de LAN-beheerder naar de juiste configuratieprocedures.
Als u Fast Ethernet LAN (100 Mbit/s, 100BASE-TX) gebruikt, dient u de computer aan te sluiten met een kabel uit categorie 5 (CAT5) of hoger.
Gebruikt u Ethernet LAN (10 Mbit/s, 10BASE-T), dan sluit u de computer aan met een kabel uit categorie 3 (CAT3) of hoger.
Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel aan te sluiten.
1. Schakel de computer en alle erop aangesloten externe apparaten uit.
2. Koppel één uiteinde van de kabel aan de LAN-aansluiting. Duw voorzichtig tot de vergrendeling vastklikt.
Basisbeginselen
LAN-poort
De LAN-kabel aansluiten
3. Koppel het andere uiteinde van de kabel aan een LAN-hubconnector. Raadpleeg de LAN-beheerder voordat u de kabel op een hub aansluit.
Wanneer de computer gegevens met het LAN uitwisselt, brandt het LAN­actief-lampje oranje. Wanneer de computer op een LAN-hub is aangesloten maar geen gegevens uitwisselt, brandt het verbindingslampje groen.
De LAN-kabel loskoppelen
Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel te ontkoppelen.
Controleer of het LAN-actief-lampje (het oranje lampje) uit is voordat u de computer loskoppelt van het LAN.
1. Knijp het palletje op de connector in de LAN-poort van de computer in en trek de connector eruit.
2. Ontkoppel de kabel op dezelfde wijze van de LAN-hub. Raadpleeg de LAN-beheerder voordat u de kabel van de hub ontkoppelt.
Gebruikershandleiding 4-25

De computer reinigen

Om een lange gebruiksduur en storingsvrij gebruik te waarborgen dient u de computer stofvrij te houden en voorzichtig te zijn met vloeistoffen in de buurt van de computer.
Mors geen vloeistoffen in de computer. Als de computer toch nat wordt,
schakelt u onmiddellijk de stroom uit; laat de computer volledig drogen voordat u hem weer aanzet.
Reinig de computer met een licht (met water) bevochtigde doek. Voor
het beeldscherm kunt u een glasreinigingsmiddel gebruiken. Sproei een kleine hoeveelheid reinigingsmiddel op een zachte, schone doek en veeg het scherm hiermee voorzichtig af.
Sproei schoonmaakmiddel nooit rechtstreeks op de computer en laat er geen vloeistof inlopen. Gebruik nooit bijtende chemicaliën om de computer te reinigen.

De computer verplaatsen

De computer is een robuust apparaat. Wanneer u de computer verplaatst, dient u echter enkele eenvoudige voorzorgsmaatregelen te treffen om te zorgen dat het systeem probleemloos blijft werken.
Controleer of alle schijfactiviteiten zijn beëindigd voordat u de computer
verplaatst. Controleer of het schijflampje en het lampje voor het externe apparaat uit zijn.
Als er een CD/DVD in het station zit, verwijdert u deze. Controleer of de
stationslade goed dicht zit.
Schakel de computer uit.
Koppel de netadapter en alle randapparaten los voordat u de computer
verplaatst.
Sluit het beeldscherm. Til de computer niet op aan het beeldscherm.
Sluit alle poortafdekkingen.
Gebruik een draagtas wanneer u de computer vervoert.
Houd de computer goed vast tijdens het dragen, zodat deze niet kan
vallen of iets kan raken.
Til de computer niet op aan uitstekende delen.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding 4-26

Warmteverspreiding

De CPU heeft een interne temperatuursensor ter bescherming tegen oververhitting. Als de interne temperatuur van de een bepaald niveau bereikt, wordt de ventilator ingeschakeld of wordt de CPU­verwerkingssnelheid verlaagd. U kunt opgeven of u de CPU-temperatuur wilt regelen door eerst de ventilator aan te zetten en dan zo nodig de CPU­verwerkingssnelheid te verlagen, of vice versa. Of door eerst de CPU­snelheid te verlagen en vervolgens, indien nodig, de ventilator in te schakelen. Deze functies worden via de energiebesparingsopties bediend.
Zodra de CPU-temperatuur tot een normaal niveau is gedaald, wordt de ventilator uitgeschakeld en gaat de CPU weer op standaardsnelheid werken.
Als de CPU-temperatuur met een van beide instellingen een onaanvaardbaar hoog niveau bereikt, wordt het systeem automatisch uitgezet om beschadiging te voorkomen. In dat geval zullen gegevens in het geheugen verloren gaan.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding 4-27
Het toetsenbord
Het aantal toetsen op uw toetsenbord is afhankelijk van de toetsenbordindeling waarmee uw computer is geconfigureerd. Er zijn toetsenborden voor verschillende talen beschikbaar.
Er zijn vier soorten toetsenbordtoetsen: typemachinetoetsen, functietoetsen, zogenoemde "softkeys" en speciale Windows-toetsen.

Typemachinetoetsen

De typemachinetoetsen produceren de hoofdletters en kleine letters, cijfers, leestekens en speciale symbolen die op het scherm verschijnen.
Er zijn echter enkele verschillen tussen het gebruik van een typemachine en het gebruik van een computertoetsenbord:
Letters en cijfers die met de computer zijn geproduceerd, verschillen
van breedte. Spaties, die door een "spatieteken" worden gecreëerd, kunnen ook variëren, al naar gelang uitlijning en andere factoren.
Op computers zijn de kleine letter l (el) en het cijfer 1 (één) niet
verwisselbaar.
De hoofdletter O en de 0 (nul) zijn niet verwisselbaar.
CAPS LOCK, de functietoets voor hoofdlettervergrendeling, is alleen
van invloed op de lettertoetsen, niet (zoals op typemachines) op de cijfer- en symbooltoetsen.
De SHIFT-toetsen, de TAB-toets en de BACK SPACE-toets hebben
dezelfde functie als de gelijknamige typemachinetoetsen, maar hebben bovendien speciale computerfuncties.
Het toetsenbord
Hoofdstuk 5

Functietoetsen: F1 … F9

De functietoetsen, niet te verwarren met de FN-toets, zijn de 9 toetsen boven aan het toetsenbord. Deze toetsen zijn donkergrijs, maar werken anders dan de andere donkergrijze toetsen.
Gebruikershandleiding 5-1
F1 tot en met F9 worden functietoetsen genoemd, omdat u hiermee geprogrammeerde functies kunt uitvoeren. Als u pictogramtoetsen in combinatie met de FN-toets gebruikt, worden specifieke functies op de computer uitgevoerd. Zie de paragraaf Softkeys: FN-toetscombinaties in dit hoofdstuk. De werking van individuele toetsen is afhankelijk van de software die u gebruikt.

Softkeys: FN-toetscombinaties

De toets FN (functie) is een bijzondere toets die alleen op Toshiba­computers aanwezig is en die in combinatie met andere toetsen "softkeys" vormt. Softkeys zijn toetscombinaties die specifieke voorzieningen activeren, uitschakelen of configureren.
In sommige softwareprogramma’s werken softkeys niet naar behoren of werken ze in het geheel niet. De softkey-instellingen worden niet hersteld door de functie Hervatten.
Sneltoetsen
Met sneltoetsen (FN + een functietoets of de ESC-toets) kunt u bepaalde computerfuncties in- en uitschakelen.
Geluid dempen Als u in een Windows-omgeving op FN + ESC
drukt, wordt het geluid in- of uitgeschakeld. Wanneer u op deze sneltoets drukt, wordt de huidige instelling als pictogram weergegeven.
Het toetsenbord
Vergrendeling Met FN + F1 schakelt u de modus "Lock computer"
(Computer vergrendelen) in. Als u uw bureaublad wilt herstellen, dient u zich opnieuw aan te melden.
Energieplan Met FN + F2 kunt u de energie-instellingen wijzigen
Slaapstand Met FN + F3 zet u het systeem in de slaapstand.
Slaapstand Met FN + F4 zet u het systeem in de zuinige
slaapstand.
Gebruikershandleiding 5-2
Het toetsenbord
Uitvoer Met FN + F5 wijzigt u het actieve beeldscherm.
Helderheid verlagen
Met FN + F6 wordt de helderheid van het beeldscherm van de computer stapsgewijs verlaagd.
Helderheid verhogen
Met FN + F7 wordt de helderheid van het beeldscherm van de computer stapsgewijs verhoogd.
Draadloos Met FN + F8 schakelt u tussen de actieve draadloze
apparaten als de schakelaar voor draadloze communicatie is ingeschakeld.
Als er geen apparaat voor draadloze communicatie is geïnstalleerd, wordt geen dialoogvenster weergegeven.
Touchpad Als u op FN + F9 drukt, wordt de touchpadfunctie in-
of uitgeschakeld.
Zoomen Wanneer u op FN + SPACE drukt, wijzigt de
resolutie van het scherm.
TOSHIBA­hulpprogramma Zoom (verkleinen)
Gebruikershandleiding 5-3
Druk op FN + 1 om pictogrammen op het bureaublad of de tekengrootte binnen een van de ondersteunde toepassingsvensters te verkleinen.
Het toetsenbord
TOSHIBA­hulpprogramma Zoom (vergroten)
FN-plaktoets
Met het hulpprogramma Toshiba Accessibility (Toegankelijkheid) kunt u de FN-toets vergrendelen, zodat u deze toets bij het gebruik van toetscombinaties niet ingedrukt hoeft te houden. In plaats hiervan drukt u eenmaal op de toets, laat deze los en drukt vervolgens op een "F-nummertoets".
Klik als u het hulpprogramma Toshiba Accessibility wilt starten, op Start
Alle programma's → TOSHIBA → Utilities (Hulpprogramma's) Accessibility (Toegankelijkheid).

Speciale Windows-toetsen

Het toetsenbord is voorzien van twee toetsen die in Windows speciale functies hebben: de ene activeert het menu Start en de andere heeft dezelfde functie als de secundaire muisknop.
Druk op FN + 2 om pictogrammen op het bureaublad of de tekengrootte binnen een van de ondersteunde toepassingsvensters te vergroten.
Deze toets activeert het Windows-menu Start.
Deze toets heeft dezelfde functie als de secundaire muisknop.

ASCII-tekens genereren

Niet alle ASCII-tekens kunnen via het gewone toetsenbord worden gegenereerd. U kunt deze tekens echter door middel van hun ASCII-codes genereren.
Voer de volgende stappen uit met de geïntegreerde numerieke toetsen ingeschakeld:
1. Houd ALT ingedrukt.
2. Typ de ASCII-code met behulp van de geïntegreerde numerieke toetsen.
3. Laat ALT los. Het ASCII-teken verschijnt op het scherm.
Als de geïntegreerde numerieke toetsen zijn uitgeschakeld, voert u de volgende stappen uit:
1. Houd ALT + FN ingedrukt.
2. Typ de ASCII-code met behulp van de geïntegreerde numerieke toetsen.
3. Laat Alt + Fn los. Het ASCII-teken verschijnt op het scherm.
Gebruikershandleiding 5-4
Stroomvoorziening en spaarstanden
Hoofdstuk 6
Stroomvoorziening en spaarstanden
De computer kan via de netadapter of via de interne accu van stroom worden voorzien. In dit hoofdstuk leest u hoe u deze energiebronnen optimaal gebruikt en hoe u de accu oplaadt en vervangt. Verder worden tips gegeven voor het besparen van accu-energie en krijgt u informatie over spaarstanden.

Stroomvoorzieningsomstandigheden

De bedrijfscapaciteit en de energiestatus van de accu in de computer worden beïnvloed door de stroomvoorzieningsomstandigheden: of er een netadapter is aangesloten, of er een accu is geïnstalleerd en wat het ladingsniveau van de accu is.
Netadapter aangesloten
Accu volledig opgeladen
Accu gedeeltelijk opgeladen of leeg
Geen accu geïnstalleerd
Stroom ingeschakeld Stroom uitgeschakeld
• In werking
• Lampje: Accu groen
DC IN groen
• In werking
• Snel opladen
• Lampje: Accu oranje
DC IN groen
• In werking
• Geen lading
• Lampje: Accu uit
DC IN groen
(buiten werking)
• Lampje: Accu groen
DC IN groen
• Wordt snel opgeladen
• Lampje: Accu knippert oranje
DC IN groen
• Geen lading
• Lampje: Accu uit
DC IN groen
Gebruikershandleiding 6-1
Netadapter niet aangesloten
Stroom ingeschakeld Stroom
Acculading is boven activeringsniveau voor lage acculading
Acculading is onder activeringsniveau voor lage acculading
Accu is leeg Computer wordt in
Geen accu geïnstalleerd
• In werking
• Lampje: Accu uit
• DC IN uit
• In werking
• Lampje: Accu knippert oranje
• DC IN uit
sluimerstand gezet of afgesloten (afhankelijk van de instelling in het hulpprogramma Toshiba Energiebeheer)
• Buiten werking
• Lampje: Accu uit
DC IN uit
Tabel met stroomomstandigheden
Stroomvoorziening en spaarstanden
uitgeschakeld (buiten werking)

Voedingslampjes

Het accu-, DC IN- en Aan/uit-lampje op het paneel met systeemlampjes attenderen u op de bedrijfscapaciteit en de accu-energiestatus van de computer.
Accu-lampje
Controleer het Accu-lampje om de status van de accu-eenheid te bepalen. Let daarbij op de volgende indicaties:
Lampje knippert oranje
Lampje brandt oranje
Lampje brandt groen
Lampje brandt niet In alle andere omstandigheden is het lampje
Gebruikershandleiding 6-2
Lading hoofdaccu is onder activeringsniveau lage acculading.
Geeft aan dat de netadapter is aangesloten en dat de accu wordt opgeladen.
Geeft aan dat de netadapter is aangesloten en dat de accu volledig is opgeladen.
uit.
Stroomvoorziening en spaarstanden
Als de accu tijdens het opladen te heet wordt, wordt het opladen stopgezet en gaat het Accu-lampje uit. Zodra de accu een normale temperatuur heeft bereikt, wordt verder gegaan met opladen. Dit gebeurt ongeacht of de computer in- of uitgeschakeld is.
DC IN-lampje
Aan de hand van het DC IN-lampje kunt u de stroomvoorzieningsstatus met de netadapter controleren:
Lampje brandt groen
Lampje brandt niet In alle andere omstandigheden is het lampje uit.
Geeft aan dat de netadapter is aangesloten en de computer van stroom voorziet.
Aan/uit-lampje
Controleer het Aan/uit-lampje om de status van de accu-eenheid te bepalen. Let daarbij op de volgende indicaties:
Lampje brandt groen
Lampje knippert oranje
Lampje brandt niet
Geeft aan dat de computer van stroom wordt voorzien en is ingeschakeld.
Geeft aan dat de computer is uitgeschakeld terwijl deze in de slaapstand stond.
In alle andere omstandigheden is het lampje uit.

Accutypen

De computer bevat twee verschillende soorten accu’s:
Accu: 6 of 9 cellen, afhankelijk van het model
RTC-batterij (batterij voor de realtime klok)
Accu
De verwisselbare lithium-ion accu-eenheid, in deze handleiding kortweg "accu" genoemd, is de voornaamste energiebron van de computer wanneer het netsnoer niet is aangesloten. U kunt extra accu-eenheden kopen voor langdurig computergebruik zonder netstroom.
De accu-eenheid bestaat uit een lithium-ion-batterij. Indien de batterij onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt, bestaat ontploffingsgevaar. Houd u bij het afdanken van de accu aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften. Gebruik alleen accu's die door TOSHIBA zijn aanbevolen.
De accu laadt de RTC-batterijen op. De accu handhaaft de toestand van computer wanneer u de slaapstand of de zuinige slaapstand activeert.
Gebruikershandleiding 6-3
Stroomvoorziening en spaarstanden
Wanneer de computer wordt uitgeschakeld in de zuinige slaapstand of de slaapstand en de netadapter niet is aangesloten, levert de accu-eenheid stroom, zodat de gegevens en programma’s in het geheugen behouden blijven. Als de accu-eenheid leeg is, functioneren de zuinige slaapstand en de slaapstand niet en gaan alle gegevens in het geheugen verloren.
Een van de volgende berichten wordt weergegeven wanneer u de computer uitschakelt:
De firmware heeft vastgesteld dat er een CMOS-accufout is opgetreden. <F1> om door te gaan.
De firmware heeft vastgesteld dat er een CMOS-accufout is opgetreden. <F1> om door te gaan, <F2> voor setup.
Om de maximale capaciteit van de accu-eenheid te handhaven, dient u de computer ten minste eenmaal per maand op accu-energie te gebruiken tot de accu totaal leeg is. Raadpleeg Gebruiksduur van de accu verlengen in dit hoofdstuk voor procedures. Als de computer langer dan een maand continu via de netadapter op netstroom wordt gebruikt, bestaat het risico dat de accucapaciteit wordt aangetast. De accu zal dan niet langer efficiënt functioneren, zelfs als de verwachte gebruiksduur nog niet is verstreken. Bovendien kunt u er niet langer op vertrouwen dat het acculampje gaat branden ter aanduiding van een laag accu-energieniveau.
RTC-batterij
De RTC-batterij (Real Time Clock) levert stroom voor de interne realtime klok en kalender. Deze batterij handhaaft tevens de systeemconfiguratie.
Als de RTC-batterij leeg is, gaan deze gegevens verloren en werken de realtime klok en kalender niet meer. Een van de volgende berichten wordt weergegeven wanneer u de computer uitschakelt:
De firmware heeft vastgesteld dat er een
CMOS-accufout is opgetreden.<F1> om door te gaan
De firmware heeft vastgesteld dat er een
CMOS-accufout is opgetreden. <F1> om door te gaan, <F2> voor setup
De RTC-batterij van de computer is een lithium-ion batterij en dient uitsluitend door uw dealer of een TOSHIBA-servicevertegenwoordiger te worden vervangen. Indien de batterij onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt, bestaat ontploffingsgevaar. Houd u bij het afdanken van de accu aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften
Gebruikershandleiding 6-4
Stroomvoorziening en spaarstanden

Onderhoud en gebruik van de accu-eenheid

De accu-eenheid is een essentieel onderdeel van de draagbare computer. Door de eenheid naar behoren te gebruiken en te onderhouden zorgt u ervoor dat deze langer stroom levert en langer meegaat. Volg de aanwijzingen in dit gedeelte zorgvuldig ter waarborging van veilig gebruik en maximale prestaties.
Voorzorgsmaatregelen
Verkeerde behandeling van accu's kan resulteren in ernstig of dodelijk letsel of materiële schade. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht:
Gevaar: duidt op een dreigend gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming van de veiligheidsinstructie in ernstig of dodelijk letsel kan resulteren.
Waarschuwing: duidt op een potentieel gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming van de veiligheidsinstructie in ernstig of dodelijk letsel kan resulteren.
Let op: duidt op een potentieel gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming van de veiligheidsinstructie in lichte verwondingen of lichte schade aan eigendommen kan resulteren.
Opmerking: verschaft belangrijke informatie.
Gevaar
1. Probeer niet om een gebruikte accu-eenheid te verbranden of te verwarmen, bijvoorbeeld in een magnetronoven. Hierdoor kan de accu-eenheid ontploffen en persoonlijk letsel veroorzaken.
2. Probeer een accu-eenheid nooit te openen, te repareren of anderszins aan te passen. Hierdoor zal de accu-eenheid oververhit raken en vlam vatten. Lekken van bijtende alkalineoplossing of andere elektrolytische stoffen veroorzaakt brand of verwondingen, mogelijk resulterend in ernstig of dodelijk letsel.
3. Houd metalen voorwerpen uit de buurt van de accupolen ter voorkoming van kortsluiting. Kortsluiting kan brand veroorzaken of de accu-eenheid anderszins beschadigen en in verwondingen resulteren. Wanneer u de accu-eenheid opbergt, dient u deze altijd in plastic te wikkelen en de polen met isolatieband te bedekken om kortsluiting te voorkomen.
4. Prik nooit in de accu-eenheid met spijkers of andere scherpe voorwerpen. Sla nooit met een hamer of een ander voorwerp op de accu-eenheid. Ga niet op de accu staan.
5. Probeer nooit om de accu-eenheid op te laden op een andere manier dan in de gebruikershandleiding is beschreven. Koppel de accu­eenheid nooit aan een contactdoos of aan het aanstekercontact in een auto. Hierdoor kan de eenheid barsten of vlam vatten.
Gebruikershandleiding 6-5
Stroomvoorziening en spaarstanden
6. Gebruik uitsluitend de accu-eenheid die bij de computer of ander apparaat werd geleverd, of een accu-eenheid die door de fabrikant van de computer of het apparaat is goedgekeurd voor gebruik. Voltage en polariteit variëren per accu-eenheid. Gebruik van een incorrecte accu kan resulteren in beschadiging van de accu-eenheid of in rookontwikkeling of brand.
7. Stel een accu-eenheid nooit bloot aan warmte door deze bijvoorbeeld in de buurt van een radiator op te bergen. Door blootstelling aan warmte kan de accu-eenheid vlam vatten, ontploffen of lek raken, en zodoende ernstig of dodelijk letsel teweegbrengen. Verder kan de eenheid bij blootstelling aan warmte defect raken, waardoor gegevens verloren kunnen gaan.
8. Stel de accu-eenheid nooit bloot aan abnormale schokken, trillingen of druk. Hierdoor zal het interne beschermende apparaat van de accu-eenheid defect raken, waardoor de eenheid oververhit of lek kan raken, vlam kan vatten of ontploffen, met ernstig of dodelijk letsel als gevolg.
9. Laat een accu-eenheid nooit vochtig worden. Een vochtige accu­eenheid zal oververhit raken, vlam vatten of barsten, en zodoende ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Waarschuwing
1. Vermijd contact tussen de bijtende elektrolytvloeistof uit een batterij en uw ogen, huid of kleding. Indien u toch elektrolytvloeistof in uw ogen krijgt, dient u onmiddellijk uw ogen te wassen met veel stromend water en medische hulp te zoeken om schade aan de ogen te voorkomen. Als elektrolytische vloeistof in contact komt met uw huid, dient u de huid onmiddellijk onder stromend water af te spoelen. Als elektrolytische vloeistof op uw kleren terechtkomt, dient u deze direct uit te trekken teneinde contact met uw huid of ogen te voorkomen.
2. Schakel de computer onmiddellijk uit, ontkoppel de netadapter en verwijder de accu-eenheid als de eenheid een van de volgende verschijnselen vertoont: vreemde geur, extreme hitte, verkleuring of vervorming. Laat de computer vervolgens nakijken door een Authorized Toshiba Service Center voordat u er weer mee aan de slag gaat. Als u deze waarschuwing negeert, zal de accu-eenheid mogelijk rook gaan afgeven, vlam vatten of barsten.
3. Zorg dat de accu-eenheid correct in de computer is geïnstalleerd voordat u probeert de eenheid op te laden. Onjuiste installatie kan resulteren in beschadiging van de accu-eenheid of in rookontwikkeling of brand.
4. Houd de accu-eenheid buiten het bereik van baby's en kinderen. De accu kan letsel veroorzaken.
Gebruikershandleiding 6-6
Loading...