Gebruikershandleiding voor de Toshiba P300/P300D-serie draagbare
personal computer
Eerste editie, februari 2008
Eigendom en auteursrecht van muziek, video's, computerprogramma's,
databases etc. zijn beschermd onder de auteursrechtelijke wetgeving.
Deze auteursrechtelijk beschermde materialen mogen uitsluitend worden
gekopieerd voor persoonlijk gebruik thuis. Indien u buiten de
bovengenoemde beperking om deze materialen kopieert of bewerkt
(hieronder valt tevens het transformeren van gegevensindelingen),
via internet verzendt of verspreidt zonder toestemming van de houder
van het auteursrecht, kan dit leiden tot schadeclaims en/of strafrechtelijke
vervolging wegens schending van het auteursrecht of de persoonlijke
rechten van de auteur. Houd u daarom aan de auteurswetten wanneer
u dit product gebruikt om auteursrechtelijk beschermde werken te kopiëren
of andere bewerkingen uit te voeren.
Houd er rekening mee dat u de auteursrechtelijk beschermde rechten van
de eigenaar kunt schenden als u de functies voor het schakelen tussen
beeldschermmodi (zoals breedbeeld of zoomen) van dit product gebruikt
om beelden/video vergroot weer te geven in een café of hotel met als doel
winst te maken of deze beelden aan het publiek aan te bieden.
Dit product gebruikt een technologie voor copyrightbeveiliging die wordt
beschermd door octrooien in de Verenigde Staten en andere intellectuele
eigendomsrechten. Gebruik van deze technologie is alleen toegestaan met
toestemming van Macrovision en is uitsluitend bedoeld voor privé-gebruik
en weergave voor een beperkt publiek, tenzij Macrovision toestemming
heeft verleend voor andere gebruiksmogelijkheden. Terugwerkend
construeren of demonteren is verboden.
Afwijzing van aansprakelijkheid
Deze handleiding is zorgvuldig gevalideerd en nagekeken.
De aanwijzingen en beschrijvingen waren correct voor draagbare personal
computers uit de TOSHIBA A60-serie P300/P300D-serieop het tijdstip
waarop deze handleiding ter perse ging. Navolgende computers en
handleidingen kunnen echter zonder kennisgeving worden gewijzigd.
TOSHIBA aanvaardt dientengevolge geen aansprakelijkheid voor schade
die direct of indirect voortvloeit uit fouten of omissies in de handleiding,
of uit discrepanties tussen computer en handleiding.
Gebruikershandleidingii
Handelsmerken
Microsoft, Windows en Windows Vista zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
DirectX, ActiveDesktop, DirectShow en Windows Media zijn gedeponeerde
handelsmerken van Microsoft Corporation.
Intel, Intel Core, Celeron, Centrino en Pentium zijn handelsmerken
of gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation.
AMD, het AMD Arrow-logo, AMD Athlon, AMD Turion, Radeon en
combinaties hiervan, en ATI Mobility Radeon zijn handelsmerken van
Advanced Micro Devices, Inc.
Adobe en Photoshop zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken
van Adobe Systems Incorporated.
Bluetooth is een gedeponeerd handelsmerk in eigendom van de eigenaar
en wordt door TOSHIBA onder licentie gebruikt.
ConfigFree is een handelsmerk van TOSHIBA Corporation.
Het HD DVD-logo is een handelsmerk van DVD Format/Logo Licensing
Corporation.
DVD MovieFactory is een handelsmerk van Ulead Systems, Inc.
BizCard is een handelsmerk van NewSoft Technology Corporation.
Dolby is een gedeponeerd handelsmerk van Dolby Laboratories.
ExpressCard is een handelsmerk van PCMCIA.
HDMI, het HDMI-logo en High-Definition Multimedia Interface zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
Labelflash is een handelsmerk van YAMAHA CORPORATION.
Memory Stick, Memory Stick PRO en i.LINK zijn gedeponeerde
handelsmerken en i.LINK is een handelsmerk van Sony Corporation.
MultiMediaCard en MMC zijn handelsmerken van MultiMediaCard
Association.
Photo CD is een handelsmerk van Eastman Kodak.
Secure Digital en SD zijn handelsmerken van SD Card Association.
xD-Picture Card is een handelsmerk van Fuji Photo Film, Co., Ltd.
Wi-Fi is een gedeponeerd handelsmerk van de Wi-Fi Alliance.
In deze handleiding wordt mogelijk verwezen naar andere handelsmerken
en gedeponeerde handelsmerken die hierboven niet zijn vermeld.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingiii
Veiligheidsinstructies
Volg de onderstaande veiligheidsinstructies om uzelf en uw computer
te beschermen.
Tijdens het gebruik van de computer
Laat de draagbare computer tijdens gebruik niet lange tijd achtereen
op uw lichaam rusten. Bij intensief gebruik kan er zich warmte in de basis
opbouwen. Langdurig contact met de huid kan een onaangenaam gevoel
of zelfs brandwonden veroorzaken.
■ Probeer niet de computer zelf te repareren. Volg de installatie-
instructies nauwgezet.
■ Draag een accu niet in uw zak, handtas of een andere houder waar
metalen objecten (zoals sleutels) de accucontactpunten kunnen
kortsluiten. Hierdoor kunnen extreem hoge temperaturen ontstaan,
met het risico van brandwonden.
■ Zorg dat er geen voorwerpen op het snoer van de netadapter rusten
en dat het snoer niet op een locatie ligt waar regelmatig mensen lopen
of staan.
■ Plaats de netadapter op een positie met voldoende ventilatie,
bijvoorbeeld op een bureaublad of op de vloer, wanneer u de computer
op de netvoeding gebruikt of de accu oplaadt. Bedek de netadapter niet
met papier of andere voorwerpen die afkoeling belemmeren, en gebruik
de netadapter niet terwijl deze in een draagtas zit.
■ Gebruik uitsluitend de netadapter en accu's die zijn goedgekeurd
voor gebruik met deze computer. Gebruik van een ander type accu
of netadapter resulteert in brand- of ontploffingsgevaar.
■ Controleer alvorens de computer op een voedingsbron aan te sluiten
of de spanningsspecificatie van de netadapter overeenkomt met
die van de beschikbare voedingsbron. 115 V/60 Hz in het merendeel
van Noord- en Zuid-Amerika en een aantal landen in het Verre Oosten
(zoals Taiwan). 100 V/50 Hz in het oosten van Japan en 100 V/60 Hz
in het westen van Japan. 230 V/50 Hz in de meeste landen van Europa,
het Midden Oosten en het Verre Oosten.
■ Als u de netadapter met een verlengsnoer gebruikt, zorg dan dat de
totale stroomsterkte van de op het verlengsnoer aangesloten apparaten
niet hoger is dan de stroomspecificatie van het verlengsnoer.
■ Om de stroomvoorziening naar de computer stop te zetten schakelt
u de computer uit, verwijdert u de accu en verwijdert u de stekker
van de netadapter uit het stopcontact.
■ Tijdens onweer dient u geen kabels aan de computer te koppelen
of ervan te ontkoppelen, of onderhouds- of configuratiewerkzaamheden
op de computer uit te voeren. Hierdoor loopt u het risico van een
elektrische schok.
■ Plaats de computer op een vlak oppervlak wanneer u ermee gaat
werken.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingiv
Conformiteitverklaring EU
Overeenstemming met CE-richtlijnen
Dit product draagt het CE-keurmerk in overeenstemming met de richtlijn
voor radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur 1999/5/EC
die naleving van de richtlijn voor Elektromagnetische Compatibiliteit
2004/108/EC en de laagspanningsrichtlijn 2006/95/EC omvat.
De verantwoording voor de toewijzing van CE-keurmerken ligt bij TOSHIBA
EUROPE GmbH, Hammfelddamm 8, 41460 Neuss, Duitsland, telefoon
+49-(0)-2131-158-01.
Raadpleeg voor een exemplaar van de betreffende CE-verklaring van
overeenstemming de volgende website: http://epps.toshiba-teg.com.
Dit product en de meegeleverde accessoires zijn ontworpen conform
de relevante EMC-normen (elektromagnetische compatibiliteit). Toshiba
garandeert echter niet dat dit product nog steeds aan deze EMC-normen
voldoet indien kabels of accessoires van andere leveranciers of
distributeurs zijn aangesloten of geïmplementeerd. Ter voorkoming van
EMC-problemen moeten in het algemeen de volgende richtlijnen in acht
worden genomen:
■ Alleen accessoires met het CE-keurmerk mogen worden
aangesloten/geïmplementeerd
■ Alleen hoogwaardige afgeschermde gegevenskabels mogen worden
aangesloten.
P300/P300D-serie
Werkomgeving
Dit product is ontworpen conform de EMC-voorschriften
(elektromagnetische compatibiliteit) voor zogenoemde "commerciële,
licht-industriële en woonomgevingen". De volgende omgevingen
zijn niet goedgekeurd:
In de volgende omgevingen kan het gebruik van dit product worden beperkt:
■ Industriële omgevingen (bijvoorbeeld omgevingen waar krachtstroom
van 380 V (drie fasen) wordt gebruikt).
■ Omgevingen met medische apparatuur: Dit product is niet
gecertificeerd als een medisch product volgens Richtlijn 93/42/EEG
voor medische producten, maar kan wel in kantooromgevingen worden
gebruikt waar het gebruik niet beperkt is. Schakel de draadloze LANof Bluetooth-hardware in dergelijke omgevingen uit zolang deze
voorziening niet officieel wordt ondersteund door de directie van
de desbetreffende medische faciliteit.
Gebruikershandleidingv
■ Voertuigomgevingen: lees de handleiding van de fabrikant van het
voertuig voor beperkingen in gebruik.
■ Vliegtuigomgevingen: volg de aanwijzingen van het vliegtuigpersoneel
voor beperkingen in gebruik.
Gevolgen van het gebruik van dit product in werkomgevingen die niet
zijn goedgekeurd of waarin het gebruik is beperkt, vallen niet onder
de verantwoordelijkheid van Toshiba Corporation. Mogelijke gevolgen
van het gebruik van dit product in dergelijke werkomgevingen zijn:
■ Storing van de werking van andere apparaten of machines
in de nabijheid.
■ Storing van de werking van dit product, mogelijk resulterend in
gegevensverlies, als gevolg van storingen die worden gegenereerd
door andere apparaten of machines in de nabijheid.
Verder is het in verband met algemene veiligheidsoverwegingen verboden
dit product te gebruiken in omgevingen met ontploffingsgevaar.
Modemwaarschuwing
Verklaring van overeenstemming
De apparatuur is goedgekeurd (conform raadsbesluit 98/482/EC "TBR 21") voor aansluiting van één toestel op het PSTN (Public Switched
Telephone Network: openbaar geschakeld telefoonnetwerk) in alle
Europese landen.
Als gevolg van variaties tussen de individuele PSTN’s in verschillende
landen/regio's biedt deze goedkeuring niet per se een garantie voor
storingsvrije werking op elke telefoonaansluiting.
Wend u in het geval van problemen in eerste instantie tot uw leverancier.
P300/P300D-serie
Netwerkcompatibiliteit
Dit product is ontworpen voor gebruik met de volgende netwerken
en is compatibel met deze netwerken. Het is getest en voldoet aan
de aanvullende voorschriften in EG 201 121.
DuitslandATAAB AN005, AN006, AN007, AN009, AN010 en
SpanjeATAAB AN005, 007, 012 en ES01
ZwitserlandATAAB AN002
Alle overige
landen/regio's
Gebruikershandleidingvi
10
ATAAB AN003, 004
Voor elk netwerk zijn specifieke switchinstellingen of een specifieke
softwareconfiguratie vereist; raadpleeg de relevante gedeelten van
de gebruikershandleiding voor nadere informatie.
De hookflash-functie is onderhevig aan afzonderlijke nationale
goedkeuring. Deze functie is niet getest op conformiteit met nationale
voorschriften, en correcte werking van deze functie op nationale netwerken
kan niet worden gegarandeerd.
GOST
ENERGY STAR
Uw computermodel voldoet mogelijk aan de ENERGY STAR®-richtlijnen.
Als het aangeschafte model hieraan voldoet, is de computer voorzien van
het ENERGY STAR
TOSHIBA neemt deel aan het ENERGY STAR
Environmental Protection Agency (EPA). Deze computer voldoet aan de
nieuwste ENERGY STAR
wordt geleverd met de energiebeheeropties vooraf geconfigureerd
waardoor de computer de meest stabiele gebruiksomgeving en optimale
systeemprestaties biedt in zowel de netvoedingsmodus als de accumodus.
Om energie te besparen, wordt uw computer in de energiebesparende
slaapstand gezet die het systeem en het beeldscherm uitschakelt als er
gedurende 15 minuten in de netvoedingsmodus geen activiteiten hebben
plaatsgevonden. TOSHIBA raadt u aan deze en andere
energiebesparende functies actief te laten, zodat uw computer functioneert
met optimale energiebesparing. U kunt de slaapstand uitschakelen door
op de aan/uit-knop te drukken. Producten die voldoen aan de ENERGY
®
STAR
strenge richtlijnen voor energiebesparing die zijn opgesteld door de EPA
(VS) en de Europese Commissie. Volgens de EPA verbruikt een computer
die voldoet aan de nieuwe ENERGY STAR
en 50% minder energie, afhankelijk van het gebruik. Ga naar
http://www.eu-energystar.org of http://www.energystar.gov voor meer
informatie over het ENERGY STAR Program.
P300/P300D-serie
®
Program
®
-logo en is de volgende informatie van toepassing.
®
-richtlijnen voor energiebesparing. Uw computer
-richtlijnen voorkomen CO2-uitstoot omdat ze voldoen aan de
®
Program van de
®
-specificaties tussen de 20%
Gebruikershandleidingvii
P300/P300D-serie
De volgende informatie is alleen bedoeld voor lidstaten
van de EU:
Het symbool geeft aan dat dit product niet als huishoudelijk afval
mag worden behandeld. Zorg ervoor dat dit product op correcte
wijze wordt weggegooid. Doet u dit niet, dan kan dit gevaar
opleveren voor het milieu en de gezondheid van de mens.
Neem voor meer informatie over de recyclage van dit product
contact op met uw gemeentekantoor, uw vuilnisdienst of de
winkel waar u het product hebt gekocht.
Afhankelijk van in welk land of welke regio u dit product hebt aangeschaft,
is dit symbool mogelijk niet aanwezig.
Veiligheidsinstructies voor optisch schijfstation
Vergeet niet de internationale voorzorgsmaatregelen aan het einde van
deze paragraaf te lezen.
Gebruikershandleidingviii
Hitachi-LG Data Storage
DVD Super Multi GSA-T40F/GSA-T40N
■ Het DVD Super Multi-station gebruikt een lasersysteem. Lees met het
oog op een veilig en correct gebruik van dit product eerst deze
gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd
in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig
kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt
u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan
de laserstraal wordt voorkomen.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingix
Panasonic
DVD Super Multi UJ-870B
■ Het DVD Super Multi-station gebruikt een lasersysteem. Lees met het
oog op een veilig en correct gebruik van dit product eerst deze
gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd
in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig
kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt
u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan
de laserstraal wordt voorkomen.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingx
Pioneer
DVD Super Multi DVR-KD08
■ Het DVD Super Multi-station gebruikt een lasersysteem. Lees met het
oog op een veilig en correct gebruik van dit product eerst deze
gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd
in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig
kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt
u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan
de laserstraal wordt voorkomen.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingxi
TOSHIBA SAMSUNG OPSLAGTECHNOLOGIE
CD-RW/DVD-ROM-station TS-L462D
■ Het CD-RW/DVD-ROM-station gebruikt een lasersysteem. Lees met
het oog op een veilig en correct gebruik van dit product eerst deze
gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd
in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig
kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt
u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan
de laserstraal wordt voorkomen.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingxii
TOSHIBA SAMSUNG OPSLAGTECHNOLOGIE
8 x DVD-RW-station TS-L632H
■ Dit DVD-RW-station maakt gebruik van een lasersysteem. Om ervoor
te zorgen dat dit product correct wordt gebruikt, dient u deze
handleiding zorgvuldig door te lezen en te bewaren, zodat u deze later
nog eens kunt raadplegen. Als het apparaat ooit moet worden
gerepareerd, dient u contact op te nemen met een Authorized Toshiba
Service Center - zie de serviceprocedure.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing. Dit om directe blootstelling aan de laserstraal
te voorkomen.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingxiii
TOSHIBA
HD DVD-ROM-station SD-L802B
■ Dit HD DVD-ROM-station maakt gebruik van een lasersysteem.
Om ervoor te zorgen dat dit product correct wordt gebruikt, dient
u deze handleiding zorgvuldig door te lezen en te bewaren, zodat
u deze later nog eens kunt raadplegen. Als het apparaat ooit moet
worden gerepareerd, dient u contact op te nemen met een Authorized
Toshiba Service Center - zie de serviceprocedure.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing. Dit om directe blootstelling aan de laserstraal
te voorkomen.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingxiv
TOSHIBA
HD DVD-RW-station SD-L912A
■ Dit DVD-RW-station maakt gebruik van een lasersysteem. Om ervoor
te zorgen dat dit product correct wordt gebruikt, dient u deze
handleiding zorgvuldig door te lezen en te bewaren, zodat u deze later
nog eens kunt raadplegen. Als het apparaat ooit moet worden
gerepareerd, dient u contact op te nemen met een Authorized Toshiba
Service Center - zie de serviceprocedure.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Open nooit de behuizing. Dit om directe blootstelling aan de laserstraal
te voorkomen.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingxv
Internationale voorzorgsmaatregelen
CAUTION: This appliance contains a laser
system and is classified as a "CLASS 1
LASER PRODUCT." To use this model
properly, read the instruction manual
carefully and keep this manual for your
future reference. In case of any trouble
with this model, please contact your
nearest "AUTHORIZED service station."
To prevent direct exposure to the laser
beam, do not try to open the enclosure.
VORSICHT: Dieses Gerät enthält ein
Laser-System und ist als
"LASERSCHUTZKLASSE 1 PRODUKT"
klassifiziert. Für den richtigen Gebrauch
dieses Modells lesen Sie bitte die
Bedienungsanleitung sorgfältig durch und
bewahren diese bitte als Referenz auf.
Falls Probleme mit diesem Modell
auftreten, benachrichtigen Sie bitte die
nächste "autorisierte Service-Vertretung".
Um einen direkten Kontakt mit dem
Laserstrahl zu vermeiden darf das Gerät
nicht geöffnet werden.
ADVARSEL: Denne mærking er anbragt
udvendigt på apparatet og indikerer, at
apparatet arbejder med laserstråler af
klasse 1, hviket betyder, at der anvendes
laserstrlier af svageste klasse, og at man
ikke på apparatets yderside kan bilve
udsat for utilladellg kraftig stråling.
APPARATET BOR KUN ÅBNES AF
FAGFOLK MED SÆRLIGT KENDSKAB
TIL APPARATER MED LASERSTRÅLER!
Indvendigt i apparatet er anbragt den her
gengivne advarselsmækning, som advarer
imod at foretage sådanne indgreb i
apparatet, at man kan komme til at udsatte
sig for laserstråling.
P300/P300D-serie
Gebruikershandleidingxvi
Belangrijke mededeling
Auteursrechtelijk beschermd materiaal zoals - maar niet alleen - muziek,
video, computerprogramma's en databases zijn beschermd onder de
auteursrechtelijke wetgeving. Tenzij u specifiek toestemming hebt volgens
het auteursrecht dat van toepassing is, mag u auteursrechtelijk beschermd
materiaal zonder de toestemming van de eigenaar van de auteursrechten
niet kopiëren, bewerken, toewijzen, overdragen of gebruiken. Overtreding
van dit verbod kan resulteren in gerechtelijke vervolging.
■ Telefoneer niet tijdens onweer (behalve als u een draadloze telefoon
gebruikt). Bliksem kan elektrische schokken veroorzaken.
■ Gebruik de telefoon niet om een gaslek te rapporteren in de nabijheid
van het lek.
■ Gebruik alleen het in deze handleiding vermelde netsnoer.
■ Vervang de accu uitsluitend door een accu van hetzelfde type of
van een gelijkwaardig, door de fabrikant aanbevolen type.
■ Houd u bij het afdanken van gebruikte accu's aan de voorschriften
van de fabrikant.
Gebruik alleen de accu-eenheid die bij de computer is geleverd of een
optionele, door de fabrikant aanbevolen accu-eenheid. Gebruik van de
verkeerde accu kan resulteren in beschadiging van de computer.
TOSHIBA aanvaardt in een dergelijk geval geen aansprakelijkheid voor
eventuele schade.
P300/P300D-serie
OBS! Apparaten innehåller
laserkomponent som avger laserstråining
överstigande gränsen för laserklass 1.
VAROITUS. Suojakoteloa si saa avata.
Laite sisältää laserdiodin, joka lähetää
näkymätöntä silmilie vaarallista
lasersäteilyä.
CAUTION: USE OF CONTROLS OR
ADJUSTMENTS OR PERFORMANCE OF
PROCEDURES OTHER THAN THOSE
SPECIFIED IN THE OWNER’S MANUAL
MAY RESULT IN HAZARDOUS
RADIATION EXPOSURE.
VORSICHT:
ANDEREN STEUERUNGEN ODER
EINSTELLUNGEN ODER DAS
DURCHFÜHREN VON ANDEREN
VORGÄNGEN ALS IN DER
BEDIENUNGSANLEITUNG
BESCHRIEBEN KÖNNEN GEFÄHRLICHE
STRAHLENEXPOSITIONEN ZUR FOLGE
HABEN.
DIE VERWENDUNG VON
Gebruikershandleidingxvii
P300/P300D-serie
Algemene voorzorgsmaatregelen
TOSHIBA-computers bieden optimale veiligheid en optimaal
gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap
voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen
nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer
verder te beperken.
Lees de onderstaande algemene aanwijzigen en let op de waarschuwingen
die in de handleiding worden gegeven.
Een gebruiksvriendelijke omgeving inrichten
Plaats de computer op een egaal oppervlak dat groot genoeg is voor
de computer en eventuele andere apparaten die u nodig hebt, zoals
een printer.
Laat voldoende ruimte vrij rondom de computer en andere apparatuur voor
een adequate ventilatie. De apparaten kunnen anders oververhit raken.
Houd uw computer in optimale werkconditie door de werkplek niet bloot
te stellen aan:
■ stof, vocht en direct zonlicht;
■ apparatuur met sterke magnetische velden, zoals luidsprekers (andere
dan die op de computer zijn aangesloten) of een hoofdtelefoon;
■ plotselinge veranderingen in temperatuur of vochtigheid, en
warmtebronnen zoals radiatoren en airconditioningroosters;
■ extreme hitte, koude of vochtigheid;
■ vloeistoffen en bijtende chemicaliën.
Blessures door overbelasting
Lees de instructiehandleiding met betrekking tot veiligheid en
gebruikomstandigheden. Hierin wordt toegelicht hoe u hand- en
polsblessures als gevolg van langdurig toetsenbordgebruik kunt
voorkomen. Hoofdstuk 3, Aan de slag, bevat eveneens informatie over
het inrichten van de werkplek, de lichaamshouding en de verlichting,
met behulp waarvan u lichamelijke overbelasting kunt reduceren.
Gebruikershandleidingxviii
Letsel door verhitting van computeroppervlakken
■ Vermijd langdurig lichamelijk contact met de computer. Indien de
computer gedurende een langere periode is gebruikt, kan het oppervlak
zeer heet worden. Zelfs als de computer niet heet aanvoelt,
kan langdurig lichamelijk contact - bijvoorbeeld wanneer u de computer
op uw schoot of uw handen op de polssteun laat rusten - resulteren
in rode plekken op de huid.
■ De metalen plaat die de interfacepoorten ondersteunt, kan heet
worden. Vermijd daarom rechtstreeks contact met deze plaat na
langdurig computergebruik.
■ Het oppervlak van de netadapter kan bij gebruik heet worden,
maar dit is normaal. Als u de netadapter wilt vervoeren, koppelt u deze
los en laat u deze eerst afkoelen.
■ Plaats de netadapter niet op materiaal dat hittegevoelig is,
deze kan namelijk schade veroorzaken.
Schade door druk of stoten
Zorg dat de computer niet wordt blootgesteld aan zware druk of harde
stoten, hierdoor kunnen onderdelen van de computer worden beschadigd
of storingen optreden.
Oververhitting van de ExpressCard
Sommige PC-kaarten en ExpressCards kunnen bij langdurig gebruik
heet worden, wat kan leiden tot fouten of instabiliteit in de werking van het
apparaat in kwestie. Ga ook voorzichtig te werk bij het verwijderen van
een PC-kaart of ExpressCard die langdurig is gebruikt.
P300/P300D-serie
Mobiele telefoons
Let erop dat het gebruik van mobiele telefoons kan leiden tot storingen
in het audiosysteem. Hoewel de werking van de computer hierdoor niet
wordt beïnvloed, verdient het aanbeveling om tijdens telefoongesprekken
een afstand van minimaal 30 cm in acht te nemen tussen de computer
en de mobiele telefoon.
Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort
Alle belangrijke informatie voor veilig en juist gebruik van deze computer
wordt beschreven in de bijgesloten Instructiegids voor veiligheid en
comfort. Lees deze gids voordat u de computer gebruikt.
Bijlage D Het netsnoer en de voedingsaansluitingen
Bijlage E Juridische verklaring
Bijlage F Als uw computer wordt gestolen
Woordenlijst
Index
Gebruikershandleidingxxii
Voorwoord
Gefeliciteerd met uw nieuwe computer uit de P300/P300D-serie.
Deze krachtige, hoogpresterende notebook staat garant voor
jarenlang betrouwbaar computergebruik en biedt uitstekende
uitbreidingsmogelijkheden, bijvoorbeeld voor multimedia-apparaten.
In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u uw computer uit de TOSHIBA
A60-serie P300/P300D-seriegebruiksklaar maakt en ermee aan de slag
gaat. Verder wordt gedetailleerde informatie gegeven over het configureren
van de computer, elementaire bewerkingen en onderhoud, het gebruik van
optionele apparaten en probleemoplossing.
Als u nog nooit een computer hebt gebruikt of nog nooit met een draagbare
computer hebt gewerkt, lees dan eerst de hoofdstukken
en
Rondleiding
onderdelen en accessoires van de computer. Lees vervolgens
voor stapsgewijze instructies voor het gebruiksklaar maken van de computer.
Als u een ervaren computergebruiker bent, dient u dit voorwoord te lezen
om inzicht te krijgen in de indeling van deze handleiding. Blader daarna
de handleiding door om ermee vertrouwd te raken. Besteed met name
aandacht aan de paragraaf Specificaties in de Inleiding om kennis te
maken met de voorzieningen die bijzonder of uniek zijn voor de computers.
Als u ExpressCards gaat installeren of externe apparaten zoals een
monitor gaat aansluiten, dient u hoofdstuk 8, Optionele apparaten te lezen.
P300/P300D-serie
Inleiding
om uzelf vertrouwd te maken met de voorzieningen,
Aan de slag
Inhoud van de handleiding
Deze handleiding bestaat uit de volgende negen hoofdstukken,
vijf bijlagen, een woordenlijst en een index.
Hoofdstuk 1, Inleiding, biedt een overzicht van de voorzieningen,
mogelijkheden en opties van de computer.
In hoofdstuk 2, Rondleiding, worden de onderdelen van de computer
geïdentificeerd en kort toegelicht.
In hoofdstuk 3, Aan de slag, wordt beknopt uitgelegd hoe u met de
computer aan de slag kunt gaan en worden tips gegeven over veiligheid
en het inrichten van uw werkplek.
In hoofdstuk 4, Basisbeginselen, staan instructies voor het gebruik van de
volgende apparaten: touchpad, geluidssysteem, optische stations, modem,
draadloze communicatie en LAN. U krijgt ook tips voor het onderhoud van
de computer en het omgaan met CD's/DVD’s.
Gebruikershandleidingxxiii
In hoofdstuk 5, Het toetsenbord, worden speciale toetsenbordfuncties,
waaronder sneltoetsen, beschreven.
In hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, vindt u informatie over
de voedingsbronnen en energiebesparingsmodi van de computer.
In hoofdstuk 7, HW Setup, wordt uitgelegd hoe u de computer configureert
met het programma HW Setup.
Hoofdstuk 8, Optionele apparaten, beschrijft welke optionele hardware
beschikbaar is.
Hoofdstuk 9, Problemen oplossen, verschaft nuttige informatie over het
uitvoeren van diagnostische tests en suggesties voor de beste handelwijze
als de computer niet correct lijkt te werken.
De Bijlagen verschaffen technische informatie over de computer.
De Woordenlijst bevat definities van algemene computertermen en
acroniemen die in de tekst worden gebruikt.
Met behulp van de Index kunt u snel informatie in deze handleiding
opzoeken.
Conventies
In deze handleiding worden de volgende notatieconventies gebruikt
voor het beschrijven, identificeren en markeren van termen
en bedieningsprocedures.
Afkortingen
Wanneer een afkorting voor het eerst wordt gebruikt, wordt deze gevolgd
door een verklaring (al dan niet tussen haakjes). Bijvoorbeeld: ROM (Read
Only Memory). Acroniemen worden tevens gedefinieerd in de Woordenlijst.
P300/P300D-serie
Pictogrammen
Pictogrammen identificeren poorten, regelaars en andere delen van de
computer. Het paneel met systeemlampjes gebruikt tevens pictogrammen
ter aanduiding van de onderdelen waarover het informatie verschaft.
Toetsen
De toetsenbordtoetsen worden in de tekst gebruikt ter beschrijving van een
aantal computerbewerkingen. De toetsopschriften die op het toetsenbord te
zien zijn, worden in een ander lettertype gedrukt. Enter duidt bijvoorbeeld
de Enter-toets aan.
Gebruikershandleidingxxiv
Gebruik van toetsen
Voor sommige bewerkingen moet u tegelijkertijd twee of meer toetsen
indrukken. Dergelijke bewerkingen worden aangeduid door een
plusteken (+) tussen de toetsopschriften. Zo betekent Ctrl + C dat
uopC moet drukken terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. Als er drie toetsen
worden gebruikt, dient u de eerste twee toetsen ingedrukt te houden
en tegelijkertijd op de derde toets te drukken.
P300/P300D-serie
ABCAls in procedures een actie moet worden
uitgevoerd, zoals het klikken op een pictogram
of het invoeren van tekst, wordt de naam van het
pictogram of wordt de tekst die moet worden
ingevoerd, weergegeven in het lettertype dat hier
links is afgebeeld.
Beeldscherm
ABC
De namen van vensters en pictogrammen, en
door de computer gegenereerde tekst die op
het beeldscherm verschijnt, worden in het links
weergegeven lettertype gedrukt.
Mededelingen
Mededelingen worden in deze handleiding gebruikt om u attent te maken
op belangrijke informatie. Elk type mededeling wordt aangeduid zoals
hieronder wordt geïllustreerd.
Attentie! In dit soort mededelingen wordt u gewaarschuwd dat incorrect
gebruik van apparatuur of het negeren van instructies kan resulteren in
gegevensverlies of beschadiging van de apparatuur.
Opmerking. Een opmerking is een tip of aanwijzing die u helpt de
apparatuur optimaal te gebruiken.
Duidt op een potentieel gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming van
de instructies kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Terminologie
Deze term is in dit document als volgt gedefinieerd:
StartHet woord "Start" verwijst naar de knopin
Microsoft
Gebruikershandleidingxxv
®
Windows Vista™.
Inleiding
Dit hoofdstuk bevat een controlelijst van de apparatuur en beschrijft
de voorzieningen, opties en accessoires van de computer.
Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht,
functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt
dat niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd.
Controlelijst van apparatuur
Verwijder de computer voorzichtig uit de verpakking. Berg de doos en het
verpakkingsmateriaal op voor toekomstig gebruik.
Hardware
Controleer of u de volgende items hebt:
■ P300/P300D-serie Draagbare personal computer
■ Universele netadapter en netsnoer
■ Modulaire kabel voor modem (geleverd bij sommige modellen)
Inleiding
Hoofdstuk 1
U moet de accu installeren voordat u deze computer kunt gebruiken.
Raadpleeg de paragraaf De accu-eenheid installeren in hoofdstuk 3,
Aan de slag.
Software
Microsoft® Windows Vista™
De volgende software is vooraf geïnstalleerd:
■ Microsoft
■ Microsoft Internet Explorer
■ TOSHIBA Value Added Package
■ TOSHIBA Hardware Setup
■ TOSHIBA Supervisor Password
■ TOSHIBA Assist
■ TOSHIBA ConfigFree
Gebruikershandleiding1-1
®
Windows Vista™
Inleiding
■ TOSHIBA DVD-speler*
■ TOSHIBA HD DVD-speler* (alleen HD DVD-model)
■ TOSHIBA-hulpprogramma voor vingerafdrukken* (alleen voor
Er is mogelijk andere software vooraf geïnstalleerd, afhankelijk
van het gekochte model.
* De beschikbaarheid van deze software is afhankelijk van het
aangeschafte model.
®
voor TOSHIBA*
Documentatie
■
P300/P300D-serie Gebruikershandleiding voor de personal computer
■ P300/P300D-serie Aan de slag
■ Garantie-informatie
■ Instructiehandleiding voor veiligheid en comfort
Als een of meer items ontbreken of beschadigd zijn, neemt u onmiddellijk
contact op met uw dealer.
Voorzieningen
Ga naar de website voor uw gebied voor de configuratiegegevens van het
model dat u hebt aangeschaft.
Processor
Ingebouwd Afhankelijk van het gekochte model.
Ga naar de website voor uw gebied voor de
configuratiegegevens van het model dat u hebt
aangeschaft.
ChipsetAfhankelijk van het gekochte model.
■ Mobile Intel
chipset
of
■ AMD RS690M-chipset
Gebruikershandleiding1-2
®
PM965/GM965/GL960 Express-
Geheugen
Inleiding
SleuvenPC2-5300 (PM965/GM965/RS690M)/PC2-4200
(GL960) 512 MB, 1024 MB of 2048 MB. In de
geheugensleuf kunnen geheugenmodules van
maximaal 2 GB worden geïnstalleerd voor een
systeemgeheugen van maximaal 4 GB
(PM965/GM965/M690G) of 2 GB (GL960),
afhankelijk van het model dat u hebt gekocht.
Afwijzing van
aansprakelijkheid met
betrekking tot het
hoofdgeheugen
Een deel van het hoofdgeheugen van de
computer kan worden gebruikt door het grafische
systeem om de grafische prestaties te
verbeteren. Dit vermindert de hoeveelheid
hoofdgeheugen die voor andere
computeractiviteiten beschikbaar is.
De hoeveelheid hoofdgeheugen die wordt
toegewezen om de graphics te ondersteunen,
hangt af van het grafische systeem, de gebruikte
toepassingen, de grootte van het
systeemgeheugen en andere factoren.
Voor PC's die zijn geconfigureerd met 4 GB
systeemgeheugen is de totale geheugenruimte
voor computeractiviteiten aanzienlijk kleiner en
varieert deze per model en systeemconfiguratie.
Als uw computer is geconfigureerd met twee geheugenmodules van 2 GB,
wordt het geheugen mogelijk weergegeven als maar 3 GB (afhankelijk van
de hardwarespecificaties van de computer).
Dit is juist omdat het besturingssysteem gewoonlijk het beschikbare
geheugen weergeeft in plaats van het fysieke geheugen (RAM) dat in
de computer is ingebouwd.
Verschillende systeemonderdelen (zoals de GPU van de grafische adapter
en PCI-apparaten zoals draadloos LAN, enz.) vereisen eigen
geheugenruimte. Omdat een 32-bits besturingssysteem niet meer dan
4 GB geheugen kan adresseren, overlappen deze systeembronnen
het fysieke geheugen. Het is een technische beperking dat het overlapte
geheugen niet beschikbaar is voor het besturingssysteem.
Ook al geven een aantal hulpmiddelen het werkelijke fysieke geheugen
van uw computer weer, het beschikbare geheugen voor het
besturingssysteem blijft maar 3 GB.
Gebruikershandleiding1-3
Video-RAMAfhankelijk van het gekochte model.
Mobile Intel® GM965 Express-chipset/Mobile
®
Intel
GL960 Express-chipset-model:
De video-RAM-capaciteit wordt gedeeld met het
hoofdgeheugen en de verhouding kan worden
geregeld met de Dynamic Video Memorytechnologie.
®
Mobile Intel
®
Intel
GM965 Express-chipset/Mobile
PM965 Express-chipset-model in grafische
chip van ATI Mobility Radeon™ HD 3470:
Extern 64/128/256 MB.
Mobile Intel® GM965 Express-chipset/Mobile
®
Intel
PM965 Express-chipset-model in grafische
chip van ATI Mobility Radeon™ HD 3650:
Extern 256/512 MB.
AMD M690G-chipset-model:
De video-RAM-capaciteit wordt gedeeld met het
hoofdgeheugen en de verhouding kan worden
geregeld met ATI HyperMemory(TM).
AMD M690G-chipset-model in grafische chip
van ATI Mobility Radeon™ HD 3470:
Extern 64/128/256 MB.
AMD M690G-chipset-model in grafische chip
van ATI Mobility Radeon™ HD 3650:
Extern 256/512 MB.
Inleiding
Voeding
Accu-eenheid De computer wordt van stroom voorzien door
een oplaadbare lithium-ion accu-eenheid.
RTC-batterij De computer bevat een interne batterij voor de
interne RTC (Real Time Clock) en kalender.
Netadapter De universele netadapter voorziet het systeem
Gebruikershandleiding1-4
van stroom en laadt de accu’s op wanneer deze
opraken. De adapter wordt geleverd met een
verwisselbaar netsnoer.
Aangezien de netadapter universeel is,
ondersteunt hij netspanningen tussen 100
en 240 volt; de uitgangsstroom varieert echter
al naar gelang het model. Gebruik van het
verkeerde model netadapter kan resulteren in
beschadiging van de computer. Raadpleeg het
gedeelte Netadapter in Hoofdstuk 2, Rondleiding.
Stations/schijven
Inleiding
Vrijwaringsverklaring
vaste schijf
1 Gigabyte (GB) is 109 = 1.000.000.000 bytes,
genoteerd als een macht van 10. Het
besturingssysteem van de computer gebruikt
echter het binaire talstelsel en definieert de
opslagcapaciteit dus als volgt: 1 GB = 230 =
1.073.741.824 bytes. Hierdoor wordt een lagere
opslagcapaciteit weergegeven. De beschikbare
opslagcapaciteit is minder als er op het product
een of meer besturingssystemen zijn vooraf
geïnstalleerd, zoals Microsoft Windows, en/of een
of meer toepassingen zijn vooraf geïnstalleerd.
De werkelijke capaciteit na formatteren kan per
model verschillen.
Vaste schijf Afhankelijk van het gekochte model.
■ 120 GB
■ 160 GB
■ 200 GB
■ 250 GB
■ 320 GB
■ 400 GB
■ 500 GB
Wellicht komen in de toekomst andere vaste
schijven beschikbaar.
Computers in deze serie kunnen worden geconfigureerd met een
ingebouwd optisch station. In de volgende tabel worden de beschikbare
optische stations beschreven.
Gebruikershandleiding1-5
Inleiding
DVD Super Multistation (met
ondersteuning voor
DVD±R DL)
Sommige modellen zijn uitgerust met een
DVD Super Multi-stationsmodule van volledige
grootte waarmee u zonder adapter gegevens
op herschrijfbare CD's/DVD's kunt vastleggen
en CD’s/DVD's van 12 cm of 8 cm kunt lezen.
De maximale leessnelheid is 8-speed voor
DVD-ROM's en 24-speed voor CD-ROM's.
De maximale schrijfsnelheid is 24-speed voor
CD-R's, 16-speed voor CD-RW's, 8-speed voor
DVD-R's en 6-speed voor DVD-RW's. De
maximale snelheid is 8-speed voor DVD+R's,
8-speed voor DVD+RW's, 4-speed voor
DVD+R(DL)-schijven en 4-speed voor
DVD-R(DL)-schijven.
DVD-RAM's worden geschreven op maximaal
5-speed.
■ DVD-ROM
■ DVD-Video
■ DVD-R
■ DVD-RW
■ DVD+R
■ DVD+RW
■ DVD-RAM
■ DVD+R DL
■ DVD-R DL
■ CD-DA
■ CD-Text
■ Photo CD (single/multi-session)
■ CD-ROM Mode 1, Mode 2
■ CD-ROM XA Mode 2 (Form 1, Form 2)
■ Enhanced CD (CD-EXTRA)
■ CD-G (alleen audio-CD)
■ Adresseringsmethode 2
Gebruikershandleiding1-6
Inleiding
HD DVD-ROMSommige modellen zijn uitgerust met een
HD DVD-ROM-stationsmodule van volledige
grootte waarin u CD's en DVD's zonder adapter
kunt lezen. Het station leest DVD-ROM’s op
maximaal 8x-speed, CD-ROM’s op maximaal
24x-speed en HD DVD's op maximaal 1x-speed.
De schrijfsnelheid voor CD-R’s is maximaal
16x-speed, voor CD-RW’s 10x-speed, voor
DVD-R’s en DVD+R’s 4x-speed, voor DVD-RW’s
en DVD+RW’s 4x-speed, voor DVD-R (Dual
Layer) 2x-speed, voor DVD+R (Double Layer)
2,4x-speed en voor DVD-RAM 3x-speed. Het
station ondersteunt de volgende indelingen:
■ CD-R
■ CD-RW
■ DVD-ROM
■ DVD-Video
■ CD-DA
■ CD-Text
■ Photo CD (single/multi-session)
■ CD-ROM Mode 1, Mode 2
■ CD-ROM XA Mode 2 (Form 1, Form 2)
■ Enhanced CD (CD-EXTRA)
■ Adresseringsmethode 2
■ DVD-R
■ DVD-R (Dual Layer):
■ DVD-RW
■ DVD+R
■ DVD+R (Double Layer)
■ DVD+RW
■ DVD-RAM
■ HD DVD-ROM
Gebruikershandleiding1-7
Inleiding
HD DVD-RW-stationSommige modellen zijn uitgerust met een
HD DVD-R-stationsmodule van volledige grootte
waarin u CD's of DVD's zonder adapter kunt
lezen. Het station leest DVD-ROM’s op maximaal
8x-speed, CD-ROM’s op maximaal 24x-speed
en HD DVD's op maximaal 1x-speed.
De schrijfsnelheid voor CD-R’s is maximaal
16x-speed, voor CD-RW’s 4x-speed, voor
DVD-R’s en DVD+R’s 4x-speed, voor DVD-RW’s
en DVD+RW’s 4x-speed, voor DVD-R (Dual
Layer) 2x-speed, voor DVD+R (Double Layer)
2,4x-speed en voor DVD-RAM 3x-speed,
HD DVD-R en HD DVD-RW op 1x-speed. Het
station ondersteunt de volgende indelingen:
■ CD-R
■ CD-RW
■ DVD-ROM
■ DVD-Video
■ CD-DA
■ CD-Text
■ CD-DA
■ CD-Text
■ Photo CD (single/multi-session)
■ CD-ROM Mode 1, Mode 2
■ CD-ROM Mode 1, Mode 2
■ CD-ROM XA Mode 2 (Form 1, Form 2)
■ Enhanced CD (CD-EXTRA)
■ Adresseringsmethode 2
■ DVD-R
■ DVD-R (Dual Layer):
■ DVD-RW
■ DVD+R
■ DVD+R (Double Layer)
■ DVD+RW
■ DVD-RAM
■ HD DVD-ROM
■ HD DVD-R
■ HD DVD-RW
Gebruikershandleiding1-8
Inleiding
Beeldscherm
Het LCD-scherm van de computer ondersteunt videobeelden met hoge
resolutie. Het scherm kan in diverse standen worden gezet voor maximaal
comfort en optimale leesbaarheid.
Ingebouwd 17-inch WXGA+, 16 miljoen kleuren, met
de volgende resolutie: 1440 horizontale ×
900 verticale pixels
Grafische controller Grafische controller voor optimale
beeldschermprestaties. Raadpleeg voor meer
informatie het gedeelte Beeldschermcontroller en
videomodi in bijlage B, Beeldschermcontroller en
videomodi.
Toetsenbord
Ingebouwd TOSHIBA Vista-toetsenbord, 104 of 105 toetsen
met numeriek toetsenbord, compatibel
met uitgebreid IBM-toetsenbord, vaste
cursorbesturingstoetsen en de toetsen
en. Zie hoofdstuk 5, Het toetsenbord,
voor meer informatie.
Aanwijsapparaat
Ingebouwd touchpad Met het touchpad en de besturingsknoppen in de
polssteun kunt u de schermaanwijzer verplaatsen
en door de inhoud van vensters schuiven.
Poorten
Externe monitor Op deze 15-pins poort kunt u een extern
beeldscherm aansluiten.
HDMIOp deze HDMI-aansluiting kunt u externe
weergave- en audioapparaten aansluiten.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Tv-outDe 4-pens S-Video-poort is compatibel met de
Gebruikershandleiding1-9
De USB 2.0-compatibele poorten van de computer
ondersteunen gegevensoverdrachtsnelheden die
veertigmaal hoger liggen dan die van de USB 1.1norm. (De poorten ondersteunen tevens USB 1.1.)
gegevensoverdracht vanaf externe apparaten
zoals digitale videocamera’s.
PAL- of NTSC-standaard voor tv en ondersteunt
Macrovision 7.02-kopieerbeveiliging.
Inleiding
Infraroodontvangstvenster
Dit venster ontvangt signalen van de
afstandsbediening die bij uw computer wordt
geleverd.
Sleuven
ExpressCard De ExpressCard-uitbreidingssleuf biedt ruimte
aan twee standaardmodules: een
ExpressCard/34-module en een ExpressCard/54module. Een ExpressCard is een kleine,
modulaire, toevoegbare kaart met een PCI
Express- en Universal Serial Bus (USB)-interface.
Sleuf voor meerdere
digitale mediakaarten
Biedt ondersteuning voor een SD-/SDHCgeheugenkaart, MMC-, MEMORY STICK-,
MEMORY STICK PRO- en xD-Picture-kaart.
Multimedia
WebcameraFoto's of videobeelden opnemen/verzenden met
deze geïntegreerde webcam.
(aanwezig op sommige modellen)
Geluidssysteem Het Windows
Aansluiting voor
hoofdtelefoon
(S/P DIF)
Microfoonaansluiting Op de 3,5-mm mini-microfoonaansluiting kan een
luidsprekers en aansluitingen voor een externe
microfoon en hoofdtelefoon.
Via deze bus worden analoge audiosignalen
uitgevoerd. Deze bus kan ook worden gebruikt
als S/P DIF-bus en voor aansluiting van optische
digitale apparatuur.
drie-aderige miniplug voor mono-microfooninvoer
worden aangesloten.
®
Sound System bestaat uit
Communicatie
Modem De functie voor interne modem is niet op alle
Gebruikershandleiding1-10
modellen beschikbaar. Waar aanwezig voorziet
deze in gegevens- en faxcommunicatie.
Raadpleeg bijlage E. De snelheid van
gegevensverzending en faxcommunicatie is
afhankelijk van de omstandigheden van de
analoge telefoonlijn. De computer heeft een
modempoort voor aansluiting op een telefoonlijn.
V.90 en V.92 worden uitsluitend in de VS, Canada
en Australië ondersteund. In andere gebieden is
V.90 beschikbaar.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Inleiding
LAN De computer is voorzien van een LAN-kaart die
Fast Ethernet LAN (100 Mbit/s, 100BASE-TX) of
Gigabit Ethernet LAN (1 Gbit/s, 1000BASE-T)
ondersteunt. In sommige landen is de modem
standaard geïnstalleerd.
(afhankelijk van het gekochte model)
Draadloos LAN Als deze functie aanwezig is, worden de
standaarden A, B, G en N (concept) ondersteund.
Deze functie is echter ook compatibel met andere
LAN-systemen die zijn gebaseerd op de Direct
Sequence Spread Spectrum/Orthogonal
Frequency Division Multiplexing-radiotechnologie
die voldoet aan de IEEE 802.11-standaard.
■ Automatische selectie van de
verzendsnelheid in het verzendbereik 54, 48,
36, 24, 18, 12, 9 en 6 Mbit/s. (IEEE 802.11a/g)
■ Automatische selectie van verzendsnelheid
in het verzendbereik 11, 5,5, 2 en 1 Mbit/s
(IEEE 802.11b)
■ Zwerven (roaming) over meerdere kanalen
■ Kaartenergiebeheer
■ WEP-gegevenscodering (WEP = Wired
Equivalent Privacy), gebaseerd op 128-bits
coderingsalgoritme.
■ AES-gegevenscodering (AES = Advanced
Encryption Standard), gebaseerd op het 128bits coderingsalgoritme.
BluetoothSommige computers in deze serie hebben
Bluetooth-functies. De draadloze Bluetoothtechnologie maakt kabels tussen elektronische
apparaten zoals computer en printers overbodig.
Bluetooth zorgt voor snelle, betrouwbare en
veilige draadloze communicatie in een kleine
ruimte. (Aanwezig op sommige modellen.)
Schakelaar voor
draadloze
communicatie
Met deze schakelaar zet u de Wireless LANen de Bluetooth-functies aan en uit.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Gebruikershandleiding1-11
Beveiliging
Inleiding
Sleuf beveiligingsslot Hierop kan een optioneel veiligheidsslot op de
WachtwoordWachtwoordbeveiliging voor opstarten
Speciale voorzieningen
De volgende functies zijn ofwel uniek voor Toshiba-computers ofwel
geavanceerde functies, waardoor de computer handiger is in gebruik.
Sneltoetsen Door middel van deze zogeheten hotkeys kunt u
Instant Security
(directe beveiliging)
Beeldscherm
automatisch
uitschakelen
Vaste schijf
automatisch
uitschakelen
Automatische
slaapstand/zuinige
slaapstand
*1
*1
*1
computer worden aangesloten om deze aan een
bureau of ander groot voorwerp te verankeren.
Wachtwoordbeveiliging voor harde schijf
Wachtwoordarchitectuur met twee niveaus
Vingerafdrukverificatie (niet op alle modellen
beschikbaar)
de systeemconfiguratie snel wijzigen zonder een
systeemconfiguratieprogramma te hoeven
gebruiken.
Met de sneltoets Fn + F1 kunt u het scherm
leegmaken en de computer blokkeren. Hierdoor
zijn uw gegevens beveiligd.
Met deze functie wordt de stroom naar het interne
beeldscherm automatisch stopgezet als het
toetsenbord een bepaalde tijd niet is gebruikt.
De stroomvoorziening wordt hersteld zodra
een toets wordt ingedrukt of het aanwijsapparaat
wordt gebruikt.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Met deze functie wordt de stroom naar de vaste
schijf automatisch stopgezet als gedurende een
bepaalde tijd geen activiteit op de vaste schijf heeft
plaatsgevonden. De stroomvoorziening wordt
hersteld zodra de vaste schijf wordt gebruikt.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Met deze functie wordt het systeem automatisch
in de (zuinige) slaapstand gezet als een bepaalde
tijd lang geen invoer of hardwareactiviteit heeft
plaatsgevonden.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Gebruikershandleiding1-12
Inleiding
Intelligente
stroomvoorziening
Een microprocessor in de intelligente
*1
stroomvoorziening van de computer detecteert
de acculading en berekent de resterende
accucapaciteit. De microprocessor beschermt de
elektronische onderdelen tevens tegen ongewone
omstandigheden, zoals extreme spanningspieken
vanuit een voedingsbron.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Energiebesparings-
*1
modus
Met deze voorziening kunt u accuenergie
besparen.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
In-/uitschakelen
via LCD
*1
Met deze functie wordt de stroom naar de
computer uitgeschakeld wanneer de LCD wordt
gesloten, en weer ingeschakeld zodra de LCD
wordt geopend.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Automatische zuinige
slaapstand bij lage
acculading
*1
Als de acculading zover is gedaald dat u de
computer niet meer kunt gebruiken, wordt
automatisch de slaapstand geactiveerd en wordt
het systeem afgesloten.
Dit kan worden opgegeven in Power Options
(Energiebeheer).
Zuinige slaapstand Met deze functie kunt u de stroom uitschakelen
zonder de software te hoeven sluiten. De inhoud
van het hoofdgeheugen wordt op de vaste schijf
opgeslagen zodat u uw werk kunt hervatten op de
plaats waar u was opgehouden wanneer u de
computer weer aanzet. Raadpleeg het gedeelte
De computer uitschakelen in hoofdstuk 3, Aan de
slag, voor meer informatie.
Sleep Mode
(Slaapstand)
Als u uw werk moet onderbreken, kunt u de
computer uitschakelen zonder de software te
hoeven sluiten. De gegevens worden in het
hoofdgeheugen van de computer bewaard zodat
u uw werk kunt hervatten op de plaats waar u was
opgehouden wanneer u de computer weer
aanzet.
*1 Klik op , Control Panel (Configuratiescherm), System and
Maintenance (Systeem en onderhoud) en klik vervolgens op Power
Options (Energiebeheer).
Gebruikershandleiding1-13
TOSHIBA Value Added Package
In dit gedeelte worden de functies van TOSHIBA Component beschreven
die vooraf zijn geïnstalleerd op de computer.
TOSHIBA Power
Saver
TOSHIBAhulpprogramma
Zoom
TOSHIBA PC
Diagnostic Tool
TOSHIBAflashkaarten
TOSHIBA
Components
Common Driver
TOSHIBA
Accessibility
(Toegankelijkheid)
TOSHIBA Button
Support
TOSHIBA Power Saver voorziet u van de functies
voor het beheer van de stroomvoorziening.
Met dit hulpprogramma kunt u de pictogrammen
op het bureaublad vergroten of verkleinen en het
zoompercentage instellen voor specifieke
toepassingen.
TOSHIBA PC Diagnostic Tool toont gegevens
over de configuratie van de computer en biedt
de mogelijkheid de functionaliteit van bepaalde
ingebouwde apparaten te testen.
Dit hulpprogramma ondersteunt de volgende
functies.
■ Sneltoetsfunctie
■ Functie voor het starten van het TOSHIBA-
hulpprogramma.
TOSHIBA Components Common Driver bevat de
module die nodig is voor het hulpprogramma dat
TOSHIBA biedt.
Het hulpprogramma TOSHIBA Accessibility biedt
ondersteuning voor gebruikers met
bewegingsbeperkingen wanneer ze de
TOSHIBA-sneltoetsfuncties willen gebruiken. Met
dit hulpprogramma kunt u de Fn-toets vastzetten.
U drukt dan eenmaal op de Fn-toets, laat de toets
los en drukt op een van de functietoetsen
(F-toetsen) om de functie ervan te activeren.
De Fn-toets blijft in dit geval actief totdat
een andere toets wordt ingedrukt.
Met dit hulpprogramma kunt u de knoppen van
de computer gebruiken.
U kunt instellen welke toepassing met de knop
wordt gestart.
Inleiding
Gebruikershandleiding1-14
Hulpprogramma's en toepassingen
In dit gedeelte worden vooraf geïnstalleerde hulpprogramma’s beschreven
en wordt toegelicht hoe u de programma’s start. Raadpleeg de
onlinehandleiding, Help of readme-bestanden bij elk hulpprogramma
voor informatie over bewerkingen.
TOSHIBA Assist TOSHIBA Assist is een grafische
gebruikersinterface waarmee u gemakkelijk
toegang tot Help en services kunt verkrijgen.
HW Setup Met dit programma kunt u uw hardware-
instellingen aanpassen aan uw werkwijzen
en de randapparaten die u gebruikt. U start het
hulpprogramma door te dubbelklikken op
TOSHIBA Assist op het bureaublad. Klik
vervolgens op het tabblad OPTIMIZE
(OPTIMALISEREN) en klik op TOSHIBA
Hardware Settings (TOSHIBA-hardware-
instellingen).
Wachtwoord voor
opstarten
TOSHIBA Disc
Creator
Er zijn twee niveaus voor het beveiligen van
wachtwoorden beschikbaar om ongeoorloofd
gebruik van uw computer te voorkomen.
Als u een supervisorwachtwoord wilt instellen,
dubbelklikt u op TOSHIBA Assist op het
bureaublad. Klik op het tabblad SECURE
(BEVEILIGING) en start het hulpprogramma
Supervisor Password.
Als u een gebruikerswachtwoord wilt instellen,
klikt u op het tabblad SECURE (Beveiliging) in
TOSHIBA Assist en start u het hulpprogramma
User Password. Op het tabblad Password
(Wachtwoord) kunt u een gebruikerswachtwoord
instellen.
U kunt CD's/DVD's in verschillende indelingen
maken: audio-CD's die op een gewone stereoCD-speler kunnen worden afgespeeld, en dataCD's voor het opslaan van de bestanden en
mappen op uw vaste schijf. Deze software kan
alleen worden gebruikt op modellen met een
CD-RW/DVD-ROM-station, een DVD Super
Multi-station of een HD DVD-station.
Inleiding
Gebruikershandleiding1-15
Inleiding
TOSHIBA DVD-RAM
Utility
TOSHIBA DVD-RAM-hulpprogramma biedt de
functie Fysiek formatteren en een
schrijfbeveiligingsfunctie voor DVD-RAM.
Dit hulpprogramma maakt deel uit van de module
TOSHIBA Disc Creator.
U start TOSHIBA DVD-RAM-hupprogramma door
te klikken op , Alle programma's, TOSHIBA,
CD&DVD-toepassingen te selecteren en op
DVD-RAM-hulpprogramma te klikken.
Geluiddemper voor
cd/dvd-station
Met dit hulpprogramma kunt u de leessnelheid
van het CD-station configureren. U kunt de
normale modus of de stille modus configureren.
In de normale modus werkt het station op
maximale snelheid voor een snelle toegang tot
gegevens en in de stille modus kunt u op single
speed geruislozer naar CD's luisteren. Het heeft
geen invloed op het DVD-station.
Ulead DVD
MovieFactory
voor TOSHIBA
®
U kunt digitale video's bewerken en een DVDvideo maken. De Label Flash-functie wordt
tevens ondersteund.
(Afhankelijk van
configuratie)
De beschikbaarheid van de Label Flash-functie is afhankelijk van het
aangeschafte model.
Hulpprogramma voor
vingerafdrukken
(Afhankelijk van
configuratie)
Op dit product is een vingerafdrukhulpprogramma
geïnstalleerd waarmee vingerafdrukken kunnen
worden vastgelegd en herkend. (afhankelijk van
het gekochte model.) Als u de id en het
wachtwoord vastlegt in het apparaat voor
vingerafdrukverificatie, hoeft u het wachtwoord niet
meer via het toetsenbord in te voeren. Houd
eenvoudig uw vinger tegen de vingerafdruksensor,
waarna de volgende functies worden
ingeschakeld:
■
Aanmelden bij Windows en toegang tot een
beveiligde webpagina via IE (Internet Explorer).
■ Bestanden en mappen kunnen worden
gecodeerd/gedecodeerd, zodat andere
gebruikers er geen toegang toe hebben.
■ De wachtwoordbeveiliging van de
schermbeveiliging uitschakelen bij terugkeer
uit de energiebesparende stand (slaapstand).
■ Verificatie tijdens de systeemstart en
de functie Single Touch Boot.
■ Opstartbeveiliging en functie voor
enkelvoudige aanmelding.
Gebruikershandleiding1-16
Inleiding
TOSHIBA DVD-speler
(Afhankelijk van
configuratie)
TOSHIBA HD DVD
PLAYER
(Afhankelijk van
configuratie)
TOSHIBA ConfigFree
TOSHIBAgezichtsherkenning
(Afhankelijk van
configuratie)
Presto! BizCard 5
(Afhankelijk van
configuratie)
De DVD-speler wordt gebruikt om DVD-video’s
af te spelen. Het programma bestaat uit een
interface met functies op het scherm.
De HD DVD-speler wordt gebruikt om HD DVDvideo’s af te spelen. Het programma bestaat
uit een interface met functies op het scherm.
(Aanwezig op sommige modellen.)
ConfigFree bestaat uit een reeks hulpprogramma's
waarmee u verbindingen met communicatieapparaten en netwerken beheert. Met ConfigFree
kunt u tevens communicatieproblemen opsporen
en profielen maken, waarmee u eenvoudig
schakelt tussen locaties en
communicatienetwerken.
U voert ConfigFree uit door te klikken op ,
All Programs (Alle programma's), TOSHIBA,
Networking (Netwerken) te selecteren en
vervolgens te klikken op ConfigFree.
TOSHIBA-gezichtsherkenning gebruikt
een gezichtsherkenningsbibliotheek om de
gezichtsgegevens van gebruikers te verifiëren
als deze zich aanmelden bij Windows. Als de
verificatie geslaagd is, wordt de gebruiker
automatisch aangemeld bij Windows. Op deze
manier hoeft de gebruiker geen wachtwoord
in te voeren, wat het aanmeldproces
eenvoudiger maakt.
Presto! BizCard houdt namen, bedrijven,
postadressen, telefoon-/faxnummers,
e-mailadressen en meer bij. Scan gewoon
uw visitekaartjes en presto! BizCard slaat
automatisch de gegevens en de afbeelding
van elk kaartje op. Er zijn verschillende
weergavemodi beschikbaar waarmee
u eenvoudig kaartjes kunt zoeken, bewerken,
maken en sorteren. U kunt informatie delen
met bureaubladagenda's, contactmanagers,
PIM's (personal information managers) en PDA's
(personal digital assistants). Ook kunt u idbadges, postetiketten en stickers afdrukken.
Gebruikershandleiding1-17
Inleiding
Opties
Windows Mobility
Center
U kunt uw computer nog krachtiger en gebruikersvriendelijker maken door
een aantal opties toe te voegen. Raadpleeg hoofdstuk 8, Optionele
apparaten, voor meer informatie. De volgende opties zijn beschikbaar:
Geheugenuitbreiding Er kunnen twee geheugenmodules in de
In dit gedeelte wordt Windows Mobility Center
beschreven. Mobility Center is een hulpprogramma
voor een snelle toegang tot verscheidene mobielepc-instellingen in één venster. Er zijn maximaal acht
tegels beschikbaar voor de standaardinstelling van
het besturingsstysteem. Er worden echter twee
aanvullende groepen toegevoegd aan het
Mobiliteitscentrum.
Als u het pakket "TOSHIBA Extended Tiles for
Windows Mobility Center" installeert, worden
de volgende functies toegevoegd.
■ Computer vergrendelen:
Vergrendel uw computer zonder deze uit te
schakelen. Dit is dezelfde functie als de
vergrendelknop onder in het
rechterdeelvenster van het menu Start.
■ TOSHIBA Assist:
Open TOSHIBA Assist als dit programma
al is geïnstalleerd op uw computer.
computer worden geïnstalleerd.
Gebruik alleen PC5300*-compatibele DDRII-geheugenmodules.
Neem contact op met uw TOSHIBA-dealer voor nadere informatie.
* De beschikbaarheid van DDRII is afhankelijk van het aangeschafte
model.
Accu-eenheid U kunt een extra accu-eenheid aanschaffen bij
uw TOSHIBA-dealer. U kunt deze als reserveexemplaar gebruiken, zodat u langer met
uw computer kunt werken.
NetadapterIndien u uw computer vaak op verschillende
plekken gebruikt, is het wellicht handig om een
extra netadapter per werkplek aan te schaffen,
zodat u deze niet hoeft mee te nemen.
Gebruikershandleiding1-18
Rondleiding
In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer
beschreven. Maak uzelf vertrouwd met elk onderdeel voordat u met de
computer aan de slag gaat.
Voorkant met gesloten beeldscherm
De volgende afbeelding geeft de voorkant van de computer weer,
met het beeldscherm gesloten.
DC-IN-
Schakelaar voor
draadloze
communicatie
lampje
Aan/uit
-lampje
Accu-
lampje
Rondleiding
Hoofdstuk 2
Schijf
LED
Lampje voor kaartsleuf
voor meerdere digitale
media
on
off
Lampje voor
draadloze
activiteit
Infrarood-
ontvangst-
venster
Voorkant van de computer met gesloten beeldscherm
Schakelaar voor
draadloze
communicatie
Sleuf voor
meerdere
digitale
mediakaarten
Microfoonaansluiting
Aansluiting
voor hoofd-
telefoon
(S/P DIF)
Met de schakelaar voor draadloze communicatie
wordt de zender/ontvanger van het draadloze
netwerk ingeschakeld.
Volumeregelaar
Zet de schakelaar in vliegtuigen en ziekenhuizen op uit. Controleer het
lampje voor draadloze activiteit. Het lampje brandt niet wanneer de functie
voor draadloze communicatie is uitgeschakeld.
DC-IN-lampjeHet DC-IN-lampje brandt wanneer de computer is
aangesloten op de netadapter, die op zijn beurt
aan een voedingsbron is gekoppeld.
Gebruikershandleiding2-1
Rondleiding
Aan/uit-lampjeHet aan/uit-lampje brandt blauw als de computer
aan is. Als u bij Turn Off Computer (Computer
uitschakelen) klikt op Sleep Mode (Slaapstand),
knippert dit lampje oranje (één seconde aan, twee
seconden uit) terwijl de computer in de
slaapstand wordt gezet.
Accu-lampjeHet accu-lampje toont het ladingsniveau van
de accu: blauw betekent volledig opgeladen,
oranje betekent dat de accu wordt opgeladen
en knipperend oranje betekent dat de accu
bijna leeg is. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden.
Lampje voor schijfHet lampje voor de schijf geeft aan dat de vaste
schijf of het optische schijfstation wordt gebruikt.
Lampje voor
kaartsleuf voor
meerdere digitale
media
Lampje voor kaartsleuf voor meerdere digitale
mediakaarten gaat branden als er toegang tot
de kaartsleuf voor meerdere digitale
mediakaarten wordt gezocht.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Lampje voor
draadloze activiteit
Geeft aan of het draadloze LAN of Bluetooth
actief is.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Infraroodontvangstvenster
Sommige modellen zijn met een
infraroodontvangstvenster uitgerust.
Dit is een sensorvenster dat signalen van
de afstandsbediening ontvangt die bij de
computer is geleverd.
Sleuf voor meerdere
digitale mediakaarten
Biedt ondersteuning voor een SD-/SDHCgeheugenkaart, MMC-, MEMORY STICK-,
MEMORY STICK PRO- en xD-Picture-kaart.
Microfoonaansluiting Op de 3,5-mm mini-microfoonaansluiting kan een
drie-aderige miniplug voor mono-microfooninvoer
worden aangesloten.
Aansluiting voor
hoofdtelefoon
(S/P DIF)
Via deze bus worden analoge audiosignalen
uitgevoerd. Deze bus kan ook worden gebruikt
als S/P DIF-bus en voor aansluiting van optische
digitale apparatuur.
VolumeregelaarGebruik deze regelaar om het volume van de
stereoluidsprekers of hoofdtelefoon in te stellen.
Gebruikershandleiding2-2
Linkerkant
De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer.
externe monitor
Rondleiding
LuchtopeningenPoort voor
Universal Serial
Bus (USB 2.0)
Sleuf voor
ExpressCard
HDMI-
poort
LANpoort
i.LINK
(IEEE 1394a)-
poort
Poort voor externe
monitor
TV Out-
poort
Linkerkant van de computer
Op deze 15-pins poort kunt u een extern
beeldscherm aansluiten.
LuchtopeningenDe luchtopeningen dienen om de CPU
te beschermen tegen oververhitting.
U mag de luchtopeningen niet blokkeren. Zorg er ook voor dat er
geen voorwerpen, zoals spelden of soortgelijke voorwerpen, in de
luchtopeningen terechtkomen die de schakelingen van de computer
kunnen beschadigen.
Universal Serial Bus
(USB 2.0)
De Universal Serial Bus-poort, die voldoet aan
de USB 2.0-standaard, is aanwezig. De poorten
met het pictogram ( ) bieden de USB-functie
voor slapen en laden.
ExpressCard-sleufIn deze sleuf kunt u een ExpressCard plaatsen.
Een ExpressCard is een kleine, modulaire,
uitbreidingskaart met een PCI Expressen Universal Serial Bus (USB)-interface.
De maximale overdrachtssnelheid is 2,5 Gbps.
ExpressCard/34- en Express-kaart/54-typen
worden ondersteund.
TV Out-poortSluit een 4-pens S- videokabel aan op deze
poort om een NTSC- of PAL-televisiesignaal
uit te voeren.
HDMI-poortMet deze poort kunt u een digitale
verbinding maken met een HDTVof thuisbioscoopontvanger.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Gebruikershandleiding2-3
Rondleiding
LAN-poortVia deze poort kunt u de computer op een LAN
i.LINK-poort
(IEEE1394a)
Rechterkant
De volgende afbeelding illustreert de rechterkant van de computer.
* Hier wordt de modempoort afgebeeld.
USB-
poorten
Aansluiting
voor modem of
FM-antenne*
aansluiten. De adapter heeft een ingebouwde
voorziening voor ondersteuning van Fast
Ethernet LAN of Gigabit Ethernet. (afhankelijk
van het aangeschafte model). Zie hoofdstuk 4,
Basisbeginselen, voor meer informatie.
Op deze poort kunt u een extern apparaat
aansluiten, bijvoorbeeld een digitale
videocamera, voor snelle gegevensoverdracht.
(Aanwezig op sommige modellen.)
ODD-
lampje
Rechterkant van de computer
Eject-
knop
Noodeject-
gaatje
Beveili-
gingsslot
Gelijkstroomin-
gang (19 V)
ODD-lampjeHet ODD-lampje brand oranje wanneer de
computer toegang heeft tot het optische station.
EjectknopDruk op deze knop om de stationslade te openen.
BeveiligingsslotAan deze poort kan een beveiligingskabel worden
bevestigd. Met de optionele beveiligingskabel
kunt u de computer aan een bureau of ander
groot voorwerp verankeren en tegen diefstal
beschermen.
Universal Serial Buspoorten (USB 2.0)
De Universal Serial Bus-poort, die voldoet aan
de USB 2.0-standaard, is aanwezig. De poorten
met het pictogram ( ) bieden de USB-functie
voor slapen en laden.
Gebruikershandleiding2-4
Rondleiding
Achterkant
De volgende afbeelding geeft het achterpaneel van de computer weer.
Modemaansluiting Met de modemaansluiting kunt u de modem door
Aansluiting
voor FM-antenne
NoodejectgaatjeDruk op deze knop om de stationslade handmatig
Gelijkstroomingang
(19 V)
middel van een modulaire kabel direct met een
telefoonlijn verbinden.
(Afhankelijk van het gekochte model.)
■ Bij onweer dient u de modemkabel uit de
telefoonaansluiting te verwijderen.
■ Sluit de modem niet op een digitale
telefoonlijn aan. Hierdoor zal het modem
schade oplopen.
Hier kunt u een FM-antenne op aansluiten.
(Afhankelijk van het gekochte model.)
te openen indien het station op onverklaarbare
wijze blokkeert of niet meer reageert.
Op deze ingang wordt de netadapter
aangesloten. Gebruik alleen het model
netadapter dat bij de computer is geleverd.
Gebruik van een verkeerd model netadapter kan
resulteren in beschadiging van de computer.
Achterkant van de computer
Gebruikershandleiding2-5
Onderkant
De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg dat
het beeldscherm gesloten is voordat u de computer ondersteboven zet.
Luchtope-
ningen
Geheugenmodule en afdek-
plaatje voor
draadloos LAN
Afdekplaatje
vaste schijf
Rondleiding
Vergrendeling accuhouder
Vergrendeling van
de accu-eenheid
De onderkant van de computer
Accu-eenheid
LuchtopeningenDe luchtopeningen dienen om de CPU te
beschermen tegen oververhitting.
Geheugenmodule
en afdekplaatje voor
draadloos LAN
Dit plaatje beschermt twee connectoren voor
geheugenmodules - een of twee modules zijn
vooraf geïnstalleerd. Raadpleeg de paragraaf
Geheugenuitbreiding in hoofdstuk 8, Optionele
apparaten.
Afdekplaatje vaste
Dit plaatje beschermt de vaste schijf.
schijf
Vergrendeling van
de accu-eenheid
Duw deze schuif opzij, zodat de accu-eenheid
verwijderd kan worden.
Accu-eenheid De accu-eenheid voorziet de computer
van stroom wanneer de netadapter niet is
aangesloten. Raadpleeg hoofdstuk 6
Stroomvoorziening en spaarstanden voor
uitgebreide informatie over de accu-eenheid.
Vergrendeling
accuhouder
Duw deze schuif opzij en houd de schuif vast om
de accu-eenheid vrij te geven. Raadpleeg
hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden,
voor uitgebreide informatie over het verwijderen
van de accu-eenheid
Gebruikershandleiding2-6
Voorkant met geopend beeldscherm
Deze paragraaf beschrijft de voorkant van de computer met geopend
beeldscherm. Raadpleeg de desbetreffende illustratie voor details. Als
u het beeldscherm wilt openen, tilt u de voorkant van het scherm omhoog.
Zet het scherm in een stand waar u er goed zicht op hebt.
De voorkant van de computer met geopend beeldscherm
* Aanwezig op sommige modellen.
Wees voorzichtig met uw computer om krassen of andere schade
te voorkomen.
Luidsprekers
Via de luidsprekers kunt u het geluid horen dat
door uw software wordt gegenereerd, en de
geluidssignalen die door het systeem worden
gegenereerd, bijvoorbeeld als de accu bijna leeg is.
BeeldschermDe LCD toont contrastrijke tekst en afbeeldingen.
Raadpleeg bijlage B, Beeldschermcontroller en
videomodi. Als de computer door de netadapter
wordt gevoed, ziet het scherm er minder helder
uit dan bij gebruik van de accu. Het lagere
helderheidsniveau dient om accu-energie te
besparen.
Lampje van
webcamera
Het lampje van de webcamera geeft aan of de
webcamera werkt of niet. (Aanwezig op sommige
modellen.)
Gebruikershandleiding2-7
Rondleiding
WebcameraMaak een foto of verzend de afbeelding naar
internetcontactpersonen. (Aanwezig op sommige
modellen.)
Ingebouwde
microfoon
De microfoon wordt gebruikt met de webcamera
om te praten met andere webcameragebruikers
en om berichten op te nemen op Windows Media.
Aan/uit-knopSchakelt de computer in en uit en stelt de
(zuinige) slaapstand in en uit.
Knop Dempen of knop
met aan-/uitlampje
Afhankelijk van het gekochte model, drukt
u op deze knop om het geluid te dempen
of om de verlichting van het TouchPad, het logo
en de knoppen in of uit te schakelen.
CD/DVD-knopAls u op deze knop drukt, wordt er een
toepassingsprogramma gestart waarmee
u CD's of DVD's kunt afspelen. De gestarte
toepassing verschilt per model: Windows
Media Player/TOSHIBA DVD PLAYER/
TOSHIBA HD DVD PLAYER.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop Afspelen/Pauze Druk op deze knop om te beginnen met het
afspelen van een audio-CD, DVD-film of digitaal
audiobestand. Deze knop fungeert tevens als
pauzeknop.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop StopHiermee wordt het afspelen van de CD,
DVD of digitale audio stopgezet.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop VorigeHiermee gaat u terug naar het vorige nummer,
hoofdstuk of digitale bestand. Zie hoofdstuk 4,
Basisbeginselen, voor meer informatie.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Knop Volgende
Hiermee gaat u vooruit naar het volgende nummer,
hoofdstuk of digitale bestand. Zie hoofdstuk 4,
Basisbeginselen
, voor meer informatie.
(Aanwezig op sommige modellen.)
TouchPad Met het touchpad in het midden van de polssteun
kunt u de schermaanwijzer verplaatsen.
Gebruikershandleiding2-8
Rondleiding
Sensor voor
vingerafdrukken
Bedieningsknoppen
voor touchpad
Optisch station
Voor de aansturing van de optische schijf wordt een ATAPIinterfacecontroller gebruikt. Zodra de computer toegang krijgt tot een
optische schijf, gaat het lampje op het station branden.
Wanneer u gewoon uw vinger over de sensor
voor vingerafdrukken haalt, worden de volgende
functies ingeschakeld: Aanmelden bij Windows
en toegang tot een beveiligde webpagina via IE
(Internet Explorer), bestanden en mappen
kunnen worden gecodeerd/gedecodeerd en
toegang tot deze bestanden en mappen door
derden wordt voorkomen. Bij terugkeer uit de
energiebesparende stand (slaapstand) kan de
schermbeveiliging met wachtwoordbeveiliging
worden uitgeschakeld. Verificatie tijdens de
systeemstart en de functie Single Touch Boot.
Verificatie van gebruikerswachtwoord en
vasteschijfwachtwoord terwijl de computer wordt
opgestart. Raadpleeg de paragraaf De sensor
voor vingerafdrukken gebruiken (de sensor voor
vingerafdrukken is meegeleverd bij sommige
modellen) in Hoofdstuk 4, Basisbeginselen.
(Aanwezig op sommige modellen.)
Hiermee kunt u menuopties selecteren en
bewerkingen uitvoeren op tekst en afbeeldingen
die u met de schermaanwijzer hebt geselecteerd.
Raadpleeg de paragraaf Touchpad gebruiken in
Hoofdstuk 4, Basisbeginselen.
Regiocodes voor DVD-station en media
Optische schijfstations en de bijbehorende media worden vervaardigd
conform de specificaties van zes verkoopgebieden. Om problemen
bij het afspelen van DVD-video's te voorkomen dient u bij de aanschaf
van DVD-Video-schijven te controleren of de schijven geschikt zijn voor
de regio van uw station.
In dit gedeelte worden de functies en het gebruik van HD DVD en HD DVDmedia beschreven.
Samenvatting
Met HD DVD kunnen gebruikers genieten van video, concerten en ander
beeldinhoud, dankzij de grote hoeveelheid opslagruimte en audio en video
van hoge kwaliteit. Op HD DVD kunnen ook lange video's worden
opgeslagen indien dit wordt gecombineerd met de nieuwste technologieën
voor videocompressie.
De opslagcapaciteit en gegevensoverdrachtssnelheid van HD DVD zijn
hoger dan die van standaard-DVD, met twee soorten indelingen voor
alleen-lezen schijven van 15 GB (enkelzijdig, enkellaags) en 30 GB
(enkelzijdig, dubbellaags).
■ Niet-voltooide DVD's die zijn gemaakt op thuis-DVD-recorders
zijn mogelijk niet afspeelbaar op de computer.
■ Als u een niet-voltooide DVD-R DL-schijf in de computer plaatst,
voltooit Windows Vista de schijf mogelijk automatisch zodat
de schijf niet meer kan worden beschreven.
Opmerkingen betreffende het gebruik
■
Het is mogelijk dat er op een later tijdstip nieuwe functies worden
toegevoegd omdat HD DVD een nieuwe indeling is. Daarom moet de koper
weten dat er na de aankoop mogelijk software-updates en andere updates
dienen te worden uitgevoerd. Zorg ervoor dat u de gebruikersregistratie
voltooit zodat u updates van producten tijdig ontvangt.
■ Dit product kan DVD's en CD's in bestaande indelingen afspelen.
Het is echter mogelijk dat de weergave niet mogelijk is met bepaalde
software. Dit product kan geen schijven in de Blu-ray DISC™-indeling
afspelen.
■ HD DVD is een nieuwe standaard die gebruik maakt van nieuwe
technologieën. Daarom kunnen er mogelijk problemen optreden met
betrekking tot de aansluiting, compatibiliteit of werking met bepaalde
schijven en andere digitale apparaten. Het HD DVD-ROM-logo geeft
aan dat dit station voldoet aan de fysieke standaard voor HD DVD,
maar duidt niet op compatibiliteit met de HD DVD-Video-standaard.
Dit apparaat ondersteunt geen geavanceerde functies van de HD DVDVideo-standaard, zoals wordt gedefinieerd door het DVD Forum,
waaronder beeld-in-beeld en functies voor netwerkdownload. Bij
bepaalde HD DVD-inhoud zijn schermbewegingen mogelijk niet
vloeiend en kunnen de prestaties afnemen.
■ Tijdens de weergave van inhoud met een hoge bitsnelheid kunnen
frames wegvallen, kan het geluid overslaan of kunnen de
computerprestaties afnemen.
■ Als u HD DVD-inhoud op een extern beeldscherm wilt weergeven, moet
dit scherm een HDCP-compatibele HDMI™- of DVI-ingang bevatten.
Rondleiding
Gebruikershandleiding2-10
■ Sluit de netadapter van de computer aan wanneer u een HD DVD
afspeelt.
■ De CVE-kracht wordt grotendeels gebruikt voor de HD DVD-weergave
wanneer u een HD DVD afspeelt, zodat u alle andere toepassingen
dient af te sluiten.
■ Dolby Digital-audio wordt alleen ondersteund door het
besturingssysteem Microsoft
inhoud met een hoge samplingfrequentie van 48 kHz of meer wordt
verlaagd bij uitvoer via de ingebouwde luidsprekers of de
hoofdtelefoonaansluiting
■ Dit apparaat ondersteunt AACS (Advanced Access Content System),
de nieuwste technologie voor kopieerbeveiliging. De AACS-code
die in dit apparaat is ingebouwd, moet worden vernieuwd als
u ononderbroken wilt genieten van HD DVD. Hiervoor is een
internetverbinding vereist.
■ Bezoek de AACS-website (http://www.aacsla.com/home) voor meer
informatie over AACS-codes.
®
Windows®. De samplingfrequentie van
Beschrijfbare schijven
In deze paragraaf worden de verschillende soorten beschrijfbare CD's
beschreven. Controleer in de specificaties voor uw station welke
schijftypen kunnen worden beschreven. Raadpleeg hoofdstuk 4,
Basisbeginselen.
Rondleiding
CD's
■ CD-R-schijven kunnen slechts eenmaal worden beschreven.
De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
■ CD-RW- ofwel CD-Rewritable-schijven kunnen meer dan één keer
worden beschreven. Gebruik multispeed CD-RW's (1x, 2x of 4x) of
high-speed 4- tot 10-speed schijven. De schrijfsnelheid van ultra-speed
CD-RW's is maximaal 24-speed. (Ultra-speed wordt alleen ondersteund
door het DVD-ROM- en CD-R/RW-station.)
DVD's
■ DVD-R's, DVD+R's, DVD-R DL- en DVD+R DL-schijven kunnen slechts
één keer worden beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet
worden gewist of veranderd.
■ DVD-RW-, DVD+RW- en DVD-RAM-schijven kunnen meermaals
worden beschreven.
HD DVD's (die alleen worden ondersteund door het HD DVD-RW-station)
■ HD DVD-R-schijven kunnen slechts eenmaal worden beschreven.
De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
■ HD DVD-RW-schijven kunnen meerdere malen worden beschreven.
Gebruikershandleiding2-11
DVD Super Multi-station (met ondersteuning voor DVD±R DL)
In de DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder
adapter gegevens op beschrijfbare CD's/DVD's vastleggen en CD’s/DVD’s
van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) lezen.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan
de buitenrand.
De netadapter zet wisselstroom om in gelijkstroom en reduceert de
spanning die aan de computer wordt geleverd. De netadapter kan zich
automatisch aanpassen aan elke spanning tussen 100 en 240 Volt en aan
een frequentie van 50 of 60 Hertz, waardoor u de computer in praktisch elk
land of gebied kunt gebruiken.
Als u de accu wilt opladen, dient u de netadapter op een voedingsbron
en op de computer aan te sluiten. Zie hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en
spaarstanden, voor meer informatie.
Rondleiding
De netadapter
■ Gebruik alleen de netadapter die bij de computer is geleverd of een
equivalente optionele adapter. Gebruik van een onjuiste netadapter
kan leiden tot beschadiging van de computer. TOSHIBA aanvaardt in
een dergelijk geval geen aansprakelijkheid voor eventuele schade.
■ Gebruik alleen de netadapter die bij de computer is geleverd, of een
equivalente, compatibele netadapter. Gebruik van andere typen
netadapters (mogelijk met een andere spanning) kan resulteren in
beschadiging van de computer, storingen en/of gegevensverlies.
TOSHIBA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade,
computerstoringen of gegevensverlies veroorzaakt door het gebruik
van een incompatibele adapter.
Gebruikershandleiding2-14
Gebruik alleen de netadapter die als accessoire is meegeleverd. Andere
netadapters hebben een ander voltage en een andere uitgangspolariteit,
en kunnen heet worden, rook produceren of zelfs beschadigingen of brand
veroorzaken.
Afstandsbediening (geleverd bij sommige modellen)
Met een afstandsbediening, die bij sommige modellen is geleverd,
kunt u een aantal functies van de computer op afstand bedienen.
De afstandsbediening kan worden gebruikt in combinatie met Media
Center voor het afspelen van CD's, DVD's en video's, en voor het bekijken
van foto's.
Met de afstandsbediening kunt u het afspelen van een film via Media
Center regelen.
Gebruiksmogelijkheden voor de afstandsbediening:
■ Alle schermen in Media Center navigeren en bedienen.
■ De video bedienen.
■ De computer in de slaapstand zetten en er weer uit halen.
Slanke afstandsbediening
Rondleiding
CD/DVD/HD
DVD Menu
Volume +
Volume -
OK
Dempen
Back
Start
Rewind
Terugspelen
Knop CD/DVD/HD
DVD
Knop
DVD
LCD-helderheid
verlagen
Stop
Met een druk op deze knop start u een toepassing
waarmee u Windows Media Player/DVD Video
LCD-
helderheid
verhogen
Voeding
Lampje aan/uit
Pijlen
Verde re
bijzonderheden
Snel
Afspelen/Pauze
Overslaan
Player/HD DVD Video Player kunt gebruiken.
Gebruikershandleiding2-15
Rondleiding
Helderheid verlagenHiermee wordt de helderheid van het LCD-
scherm stapsgewijs verlaagd.
Helderheid verhogen Hiermee wordt de helderheid van het LCD-
scherm stapsgewijs verhoogd.
Voed ingHiermee wordt het besturingssysteem gestart
of afgesloten. Deze knop werkt net als de aan/uitknop van uw computer. De slaapstand werkt
standaard net zo als het uitschakelen van uw
computer. Als u de instelling wilt wijzigen, klikt
uop Start J Control panel
(Configuratiescherm) J System and
Maintenance (Systeem en onderhoud) J
Power Options (Energiebeheer) J en Choose
what the Power button does (Kies wat de
aan/uit-knop doet). U kunt kiezen uit de
volgende vier opties: Do nothing (Niets doen),
Sleep (Slaapstand), Hibernate (Zuinige
slaapstand) en Shut down (Uitschakelen).
Volu m e +Hiermee verhoogt u het volume tijdens het
bekijken van DVD's of het terugspelen van CD's.
Volu m e - Hiermee verlaagt u het volume tijdens het
bekijken van DVD's of het terugspelen van CD's.
DVD-menuHiermee opent u het hoofdmenu van een DVD-
film, indien beschikbaar.
PijlenHiermee beweegt u de cursor voor navigatie
binnen de Media Center-vensters.
OKHiermee selecteert u de gewenste actie of
schermoptie. Dezelfde functie als ENTER.
Lampje aan/uitDruk op deze knop om de verlichting van de
lampjes in of uit te schakelen.
DempenHiermee schakelt het geluid van de computer uit.
BackHiermee wordt het vorige scherm weergegeven.
Meer informatieVia deze knop krijgt u meer informatie.
Gebruikershandleiding2-16
Rondleiding
StartHiermee opent u Media Center in het
RewindHiermee spoelt u het medium (video, DVD,
Afspelen/pauzeHiermee speelt u het geselecteerde medium af.
Snel vooruitspoelenHiermee spoelt u het medium (video, DVD,
TerugspelenHiermee springt het medium terug (zeven
StopHiermee stopt u het medium dat op dat moment
OverslaanHiermee springt het medium vooruit
hoofdscherm.
muziek, enzovoort) terug.
Deze knop fungeert tevens als pauzeknop.
muziek, enzovoort) vooruit.
seconden bij video's, één muzieknummer of één
DVD-hoofdstuk per keer).
speelt.
(30 seconden bij video's, één muzieknummer
of één DVD-hoofdstuk).
Gebruik van de afstandsbediening
Sommige computers worden geleverd met een afstandsbediening,
waarmee een aantal functies van de computer op afstand kan worden
bediend.
■ De afstandsbediening is speciaal ontworpen voor deze computer.
■ De afstandsbediening ondersteunt mogelijk een aantal toepassingen
niet.
Gebruiksbereik van de afstandsbediening
Richt de afstandsbediening op de computer en druk op een toets.
De werkzame hoek en afstand staan hierna beschreven.
Afstand
HoekTussen ongeveer 30 graden horizontaal en
Gebruikershandleiding2-17
Binnen 5 meter van het infraroodontvangstvenster.
ongeveer 15 graden verticaal loodrecht op het
infraroodontvangstvenster.
Rondleiding
30 graden
15 graden
(verticaal)
Infraroodontvangstvenster
Afstandsbediening
Gebruiksbereik van de afstandsbediening
5 m
30 graden
Zelfs binnen de effectieve afstand zoals hierboven beschreven, kan in
de volgende gevallen de afstandsbediening niet of niet goed werken.
■ Wanneer tussen het infraroodontvangstvenster van de computer
en de afstandsbediening een obstakel staat.
■ Wanneer direct zonlicht of sterk fluorescerend licht op het
infraroodontvangstvenster valt.
■ Als het infraroodontvangstvenster of het infrarood straaldeel van
de afstandsbediening vuil is.
■ Wanneer er in de buurt van uw computer wordt gewerkt met andere
computers die een infraroodafstandsbediening gebruiken.
■ Als de batterijen bijna leeg zijn.
Plaatsen/Verwijderen van batterijen
Zorg dat u de meegeleverde batterijen van het type CR2016 plaatst
voordat u de afstandsbediening gebruikt. De procedure voor het plaatsen
en verwijderen van de batterijen verschilt per type afstandsbediening.
Controleer het type en plaats of verwijder dan de batterijen volgens
de instructies.
Bewaar de batterij voor de afstandsbediening buiten het bereik van
kinderen.
Een kind kan stikken als het een batterij inslikt. Mocht dit gebeuren,
waarschuw dan direct een arts.
Gebruikershandleiding2-18
Rondleiding
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht wanneer u de batterij
van de afstandsbediening gebruikt.
■ Gebruik geen andere batterijen dan de aangegeven batterijen.
■ Plaats de batterijen met de positieve (+) en negatieve pool (-)
in de juiste richting.
■ De batterij niet herladen, verhitten, uit elkaar halen of kortsluiten,
of aan vuur blootstellen.
■ Gebruik geen batterijen waarvan de houdbaarheidsdatum is verstreken
of die geheel leeg zijn.
■ Gebruik geen verschillende soorten batterijen of oude en nieuwe
batterijen door elkaar.
■ Vervoer de batterij niet samen met metalen kettingen, haarspelden
of metalen onderdelen.
■ Bij het opbergen of weggooien van batterijen dient u de polen (+ en -)
met isolatietape te bedekken om kortsluiting te voorkomen.
Bij het niet naleven van deze voorzorgsmaatregelen kan verhitting,
lekkage of ontploffing voorkomen. Hierdoor kunnen brandwonden of ander
letsel ontstaan. Wanneer de huid of kleding aan batterijvloeistoffen wordt
blootgesteld, moet u die onmiddellijk wassen met schoon water. Wanneer
batterijvloeistof in de ogen komt, moet u onmiddellijk spoelen met schoon
water en een arts consulteren. Raak de batterijvloeistof op instrumenten of
apparaten niet met blote handen aan. Veeg de vloeistof af met een doek of
papieren handdoek.
Het soort batterij dat kan worden gebruikt voor
de afstandsbediening
Wanneer de meegeleverde batterijen leeg zijn, vervangt u deze door
de juiste batterijen. U kunt batterijen van het type CR2016 gebruiken.
Andere soorten batterijen mogen niet worden gebruikt.
De batterijen plaatsen
1. Open de batterijklep aan de achterzijde van de afstandsbediening.
Batterijklep
Open de batterijklep
Gebruikershandleiding2-19
Rondleiding
2. Plaats de batterijen met de polariteiten in de juiste positie. Druk de
batterij naar beneden tot het klemmetje en duw de batterij naar voren,
zodat deze in de batterijhouder past.
AccuKlemmetje
De batterijen plaatsen
3. Sluit de batterijklep Sluit de klep goed tot het klikt.
De batterijklep sluiten
De batterijen vervangen
Wanneer de batterijen in de afstandsbediening bijna leeg zijn, is het mogelijk
dat de afstandsbediening niet goed of alleen op korte afstand van de
computer werkt. In dat geval dient u de batterijen te vervangen door nieuwe.
Slanke afstandsbediening
1. Open de batterijklep aan de achterzijde van de afstandsbediening.
2. Houd het klemmetje ingedrukt en schuif de batterij uit de batterijhouder.
AccuKlemmetje
De batterijen verwijderen
3. Plaats de batterij op de juiste plaats. Plaats de batterijen met
de polariteiten in de juiste positie. Druk de batterij naar beneden
tot het klemmetje en duw de batterij naar voren, zodat deze
in de batterijhouder past.
4. Sluit de batterijklep Sluit de klep goed tot het klikt.
Gebruikershandleiding2-20
De slanke afstandsbediening plaatsen
Een slanke afstandsbediening in het apparaat plaatsen
Volg de onderstaande stappen als u de slanke afstandsbediening
wilt plaatsen.
1. Zorg ervoor dat de ExpressCard-sleuf leeg is.
2. Zorg dat de voorkant naar boven wijst en plaats de slanke
afstandsbediening.
Slanke
afstandsbediening
De slanke afstandsbediening in het apparaat plaatsen
3. Duw de kaart voorzichtig aan tot deze vastzit.
Rondleiding
Een slanke afstandsbediening verwijderen
Volg de onderstaande stappen als u de slanke afstandsbediening
wilt verwijderen.
1. Druk de slanke afstandsbediening licht in om de kaart een stukje
uit te schuiven.
2. Trek de slanke afstandsbediening uit de sleuf.
Gebruikershandleiding2-21
Aan de slag
Dit hoofdstuk verschaft basisinformatie aan de hand waarvan u met uw
computer aan de slag kunt. De volgende onderwerpen worden behandeld:
Lees ook de handleiding Veiligheidsinstructies. In deze gids wordt
productaansprakelijkheid toegelicht.
■ De accu-eenheid installeren
■ De netadapter aansluiten
■ Het beeldscherm openen
■ De computer inschakelen
■ Windows Vista™ installeren
■ De computer uitschakelen
■ Computer opnieuw opstarten
■ Opties voor systeemherstel
■ De vooraf geïnstalleerde software herstellen
Lees in elk geval de paragraaf Windows ® Vista installeren.
Aan de slag
Hoofdstuk 3
De accu-eenheid installeren
Om een accu te installeren voert u de volgende stappen uit.
■ De accu-eenheid bestaat uit een lithium-ion-batterij. Indien de batterij
onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt, bestaat
ontploffingsgevaar. Houd u bij het afdanken van de accu aan de
plaatselijke verordeningen of voorschriften. Gebruik alleen accu's
die door TOSHIBA zijn aanbevolen.
■ Raak de ontgrendelingsschuif van de accuhouder niet aan wanneer
u de computer vasthoudt. Als u de schuif per ongeluk opzij duwt,
komt de accu te vallen en kunt u zich bezeren.
■ Druk niet op de Aan/uit-knop voordat u de accu-eenheid installeert.
1. Schakel de computer uit.
2. Ontkoppel alle kabels van de computer.
Gebruikershandleiding3-1
Aan de slag
3. Plaats de accu-eenheid. De accu-ontgrendelingsschuif klikt op zijn
plaats.
4. Zet de vergrendeling van de accu-eenheid vast om ervoor te zorgen
dat de accu op zijn plaats wordt vastgezet. Als u de accu later wilt
verwijderen, moet u eerst deze vergrendeling opheffen.
Vergren-
deling
van de
accu-
eenheid
Raadpleeg het gedeelte De accu-eenheid verwijderen in hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, voor informatie over het verwijderen
van de accu-eenheid.
De netadapter aansluiten
Sluit de netadapter aan wanneer u de accu moet opladen of via de
netvoeding wilt werken. Dit is tevens de snelste manier om met de
computer aan de slag te gaan, omdat de accu-eenheid eerst moet worden
opgeladen voordat u de computer hiermee van stroom kunt voorzien.
De netadapter kan worden aangesloten op elke voedingsbron van 100 tot
240 V en 50 of 60 Hz. Raadpleeg hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en
spaarstanden, voor informatie over het opladen van de accu-eenheid met
de netadapter.
Gebruik alleen de netadapter die als accessoire is geleverd. Andere
netadapters hebben een ander voltage en andere uitgangspolariteit,
en kunnen heet worden, rook produceren of zelfs beschadigd raken
of brand veroorzaken.
De accu-eenheid vastzetten
Accuontgrendelingsschuif
Gebruikershandleiding3-2
Aan de slag
■ Gebruik alleen de netadapter die bij de computer is geleverd, of een
soortgelijke, compatibele netadapter. Gebruik van een incompatibele
adapter kan resulteren in beschadiging van de computer. TOSHIBA
aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die is veroorzaakt door
het gebruik van een incompatibele adapter.
Wanneer u de netadapter op de computer aansluit, dient u de stappen exact
■
in de hier beschreven volgorde uit te voeren. Het aansluiten van het
netsnoer op een stopcontact moet de laatste stap zijn. Als u deze handeling
in een eerder stadium verricht, kan de gelijkstroomuitgangsstekker van de
netadapter onder stroom komen te staan, waardoor u het risico van een
elektrische schok of persoonlijk letsel loopt. Raak voor de veiligheid geen
metalen onderdelen aan.
1. Sluit het netsnoer aan op de netadapter.
Het netsnoer aansluiten op de netadapter
2. Plaats de gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter in de
gelijkstroomingang (DC IN 19V) op de achterkant van de computer.
De adapter op de computer aansluiten
3. Sluit het netsnoer op een wandcontactdoos aan.
Gebruikershandleiding3-3
Het beeldscherm openen
Het LCD-scherm kan in een aantal standen worden gezet voor optimaal
kijkgemak.
1. Kantel het scherm omhoog en zet het in de stand waar u er het beste
zicht op hebt.
Wees voorzichtig wanneer u het beeldscherm opent en sluit. Als u het te
ruw opent of dichtklapt, bestaat het risico dat u de computer beschadigt.
Aan de slag
Het beeldscherm openen
De computer inschakelen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer inschakelt.
Nadat u de computer voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u hem niet uit
te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd. Raadpleeg de
paragraaf Windows Vista™ installeren.
Houd de Aan/uit-knop van de computer twee tot drie seconden ingedrukt.
Gebruikershandleiding3-4
Windows Vista™ installeren
Wanneer u de computer voor het eerst inschakelt, verschijnt het
opstartscherm van Microsoft
Volg de aanwijzingen op het scherm.
Lees de Licentie-overeenkomst voor eindgebruikers van
Windows zorgvuldig door.
De computer inschakelen
®
Windows Vista™.
Aan de slag
De computer uitschakelen
U kunt de computer uitschakelen in een van de volgende modi:
afsluitmodus (ofwel opstartmodus), zuinige slaapstand of slaapstand.
Afsluitmodus (opstartmodus)
Wanneer u de computer uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen
gegevens opgeslagen; bij het opstarten van de computer wordt het
hoofdscherm van het besturingssysteem weergegeven.
1. Als u gegevens hebt ingevoerd, slaat u deze op op de vaste schijf.
2. Controleer of er geen schijfactiviteit meer plaatsvindt en verwijder
vervolgens eventuele schijfmedia (CD/DVD).
Controleer of de lampjes van de schijf en het optische station uit zijn.
Als u de computer uitzet terwijl er nog schijfactiviteit plaatsvindt, loopt u het
risico dat gegevens verloren gaan of de schijf beschadigd raakt.
3. Klik op en vervolgens op de pijl op de knop voor energiebeheer
. Selecteer Shut Down (Afsluiten) in het menu.
4. Schakel eventuele randapparaten uit.
Gebruikershandleiding3-5
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even
tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Sleep Mode (Slaapstand)
Als u uw werk moet onderbreken, kunt u de computer uitschakelen zonder
de software te hoeven sluiten. De gegevens worden in het hoofdgeheugen
van de computer bewaard. Wanneer u de computer weer aanzet, kunt u uw
werk hervatten op de plaats waar u was opgehouden.
■ Wanneer de netadapter is aangesloten, wordt de computer in de
slaapstand gezet conform de instellingen in het dialoogvenster Power
Options (Energiebeheer).
■ Als u de computer uit de slaapstand wilt halen, drukt u op de Aan/uit-
knop of op een willekeurige toets. Laatstbeschreven handeling werkt
alleen als de optie Wake-up on Keyboard is ingeschakeld in HW Setup.
■ Als de computer automatisch in de slaapstand wordt gezet terwijl een
netwerktoepassing actief is, wordt deze toepassing mogelijk niet
hersteld wanneer de computer uit de slaapstand wordt gehaald.
■ Als u wilt voorkomen dat de computer automatisch in de slaapstand
wordt gezet, schakelt u de slaapstand uit in Power Options
(Energiebeheer). Hierna voldoet de computer echter niet langer
aan de Energy Star-richtlijnen.
■ Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer
in de slaapstand te zetten.
■ Wanneer de computer in de slaapstand staat, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch,
dan bestaat het risico dat de computer of de module schade oploopt.
■ Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de slaapstand
staat (tenzij de computer op een stopcontact is aangesloten). In dat
geval zullen gegevens in het geheugen verloren gaan.
Aan de slag
Voordelen van de slaapstand
De slaapstand biedt de volgende voordelen:
■ De vorige werkomgeving wordt sneller hersteld dan met de slaapstand.
■ De functie bespaart energie door het systeem af te sluiten wanneer
geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer
ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de slaapstandfunctie
van het systeem.
■ U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Gebruikershandleiding3-6
Aan de slag
De slaapstand inschakelen
U kunt de slaapstand op een van de volgende drie manieren activeren:
■ Klik op Start en vervolgens op de aan/uit-knop () bij de knoppen
voor energiebeheer ().
Let erop dat deze functie moet worden ingeschakeld via Energiebeheer
(klik hiervoor op Control Panel (Configuratiescherm)
System and Maintenance (Systeem en onderhoud) Power
Options (Energiebeheer)).
■ Klik op, klik op de aan/uit-knop bij de knoppen voor
energiebeheer of klik op de pijl en selecteer Sleep
(Slaapstand) in het menu.
■ Sluit het venster met beeldscherminstellingen. Deze functie moet
ingeschakeld zijn. Zie Power Options (Energiebeheer) (klik hiervoor
opControl Panel(Configuratiescherm)System and
Maintenance (Systeem en onderhoud) Power Options
(Energiebeheer)).
Wanneer u de computer opnieuw inschakelt, kunt u uw werk hervatten
op het punt waar u was opgehouden toen u de computer afsloot.
U kunt de slaapstand ook activeren door op Fn + F3 te drukken.
Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
■ Wanneer de computer in de slaapstand wordt afgesloten, gaat het
aan/uit-lampje oranje knipperen.
■ Als u de computer via de accu gebruikt, kunt u de gebruiksduur
verlengen door af te sluiten in de zuinige slaapstand, aangezien
de slaapstand meer energie gebruikt.
Beperkingen van de slaapstand
In de volgende omstandigheden werkt de slaapstand niet:
■ De computer wordt onmiddellijk na het afsluitproces weer aangezet.
■ Geheugenschakelingen zijn blootgesteld aan statische elektriciteit
of elektrische ruis.
Zuinige slaapstand
De zuinige slaapstand zorgt ervoor dat de inhoud van het geheugen wordt
opgeslagen wanneer de computer wordt uitgeschakeld. De volgende
keer dat de computer wordt aangezet, wordt de vorige toestand hersteld.
De status van randapparaten wordt bij het inschakelen van de zuinige
slaapstand niet opgeslagen.
Gebruikershandleiding3-7
Aan de slag
■ Sla uw gegevens op. Wanneer de zuinige slaapstand wordt
geactiveerd, wordt de inhoud van het geheugen op de vaste schijf
opgeslagen. U kunt uw gegevens voor de zekerheid echter het beste
handmatig opslaan.
■ Als u de accu verwijdert of de netadapter ontkoppelt voordat het
opslagproces is voltooid, gaan gegevens verloren. Wacht tot het
schijflampje uitgaat.
■
Wanneer de computer in de slaapstand is, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch,
dan gaan de gegevens verloren.
Voordelen van de slaapstand
De slaapstand biedt de volgende voordelen.
■ Wanneer de computer automatisch wordt afgesloten omdat de accu
bijna leeg is, worden gegevens op de vaste schijf opgeslagen.
■ Na het inschakelen van de computer kunt u direct naar uw vorige
werkomgeving terugkeren.
■ De functie bespaart stroom doordat het systeem wordt afgesloten
wanneer er geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen
invoer ontvangt in de tijdsduur die op het tabblad Zuinige slaapstand
van het onderdeel Systeem is ingesteld.
■ U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
De zuinige slaapstand starten
U kunt de zuinige slaapstand ook activeren door op Fn + F4 te drukken.
Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
Voer de volgende stappen uit om de slaapstand in te schakelen:
1. Klik op .
2. Klik op de pijl bij de knoppen voor energiebeheer .
3. Selecteer Hibernate(Zuinige slaapstand) in het menu.
Automatische slaapstand
Wanneer u op de aan/uit-knop drukt of het beeldscherm sluit, wordt de
computer automatisch in de zuinige slaapstand gezet. Eerst dient u echter
de juiste instellingen te definiëren door de volgende stappen uit te voeren.
1. Open het Configuratiescherm.
2. Open System and Maintenance (Systeem en onderhoud) en
vervolgens Power Options(Energiebeheer).
3. Selecteer Kies wat de aan/uit-knop doet.
4. Activeer de gewenste slaapstandinstelling voor Als ik op de Aan/uit-knop druk en Als ik het scherm sluit.
5. Klik op de knop Save changes (Wijzigingen opslaan).
Gebruikershandleiding3-8
Gegevensopslag in de zuinige slaapstand
Zodra u de computer in de zuinige slaapstand afsluit, worden de gegevens
uit het geheugen op de vaste schijf opgeslagen, wat enkele ogenblikken zal
duren. Gedurende deze tijd brandt het schijflampje.
Nadat u de computer hebt uitgeschakeld en het geheugen op de vaste
schijf is opgeslagen, dient u eventuele randapparaten uit te schakelen.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even
tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Computer opnieuw opstarten
In bepaalde omstandigheden moet u het systeem opnieuw instellen
(ofwel een reset uitvoeren), bijvoorbeeld: Bijvoorbeeld:
■ als u bepaalde computerinstellingen hebt gewijzigd;
■ als er een fout optreedt en de computer niet reageert op
toetsenbordopdrachten.
■ Er zijn drie manieren om de computer opnieuw in te stellen:
1. klik op en vervolgens op de pijl bij de knoppen voor
energiebeheer en selecteer Restart (Opnieuw opstarten) in het menu.
2. Druk op Ctrl + Alt + Del om het menuvenster weer te geven
en selecteer vervolgens Restart (Opnieuw opstarten) in de opties
voor Shut Down(Afsluiten).
3. Druk op de Aan/uit-knop en houd deze knop circa 5 seconden
ingedrukt. Als de computer zichzelf heeft uitgeschakeld, wacht u 10 tot
15 seconden voordat u de computer weer inschakelt door op
de aan/uit-knop te drukken.
Aan de slag
Opties voor systeemherstel en de vooraf geïnstalleerde
software herstellen
Opties voor systeemherstel
Een verborgen partitie van circa 1,5 GB op de vaste schijf is toegewezen
voor de opties voor systeemherstel.
Deze partitie herstelt bestanden die kunnen worden gebruikt om het
systeem te herstellen in geval van problemen.
De opties voor systeemherstel worden onbruikbaar zodra deze partitie
is verwijderd.
De functie System Recovery Options (Opties voor systeemherstel)
is geïnstalleerd op de vaste schijf waneer deze door de fabriek
wordt geleverd. Het menu voor systeemherstel bevat opties waarmee
opstartproblemen kunnen worden gerepareerd, een diagnose kan
worden uitgevoerd of het systeem kan worden hersteld.
Gebruikershandleiding3-9
Aan de slag
Raadpleeg Windows Help en ondersteuning voor meer informatie over
Opstartherstel.
Bij het oplossen van problemen kunnen de opties voor systeemherstel
kunnen ook handmatig worden uitgevoerd.
Ga hierbij als volgt te werk: Volg de aanwijzingen op het scherm.
1. Schakel de computer uit.
2. Schakel de computer in en druk op de toets F8 als het TOSHIBAscherm herhaaldelijk wordt weergegeven.
3. Het menu Advanced Boot Options(Geavanceerde opstartopties)
wordt weergegeven.
Selecteer Uw computer repareren met behulp van de pijltoetsen
en druk op ENTER.
4. Volg de aanwijzingen op het scherm.
De Windows Vista®-functie voor volledige back-up van de pc kan alleen
worden gebruik in Windows Vista
®
Business Edition en Ultimate Edition.
De vooraf geïnstalleerde software herstellen
Afhankelijk van het gekochte model worden er verschillende manieren
geboden om de vooraf geïnstalleerde software te herstellen:
■ Optische herstelschijven maken
■ De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de gemaakte
herstelschijven.
■ De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de herstelschijf
■ De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de bijgeleverde
DVD-ROM Productherstel (optioneel).
Gebruikershandleiding3-10
Optische herstelschijven maken
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u herstelschijven maakt.
■ Vergeet niet de netadapter aan te sluiten wanneer u herstelschijven
maakt.
■ Sluit alle softwareprogramma's behalve de Herstelschijf maken.
■ Voer geen programma's uit die de processor zwaar belasten, zoals
een schermbeveiliging.
■ Zorg dat de computer met een volledige stroomvoorziening werkt.
■ Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
■ Schrijf niet naar de schijf terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot
het programma klaar is en schakel vervolgens de anti-virussoftware uit
en andere programma's die automatisch bestanden controleren op de
achtergrond.
■ Gebruik geen hulpprogramma's, met inbegrip van hulpprogramma's
voor snelle schijftoegang. Doet u dit toch, dan loopt u het risico van
storingen of gegevensverlies.
■ Gebruik tijdens het (her)schrijven van de schijf niet de afsluit-
/afmeldprocedure of de slaapstand/sluimerstand.
■ Plaats de computer op een vlak, horizontaal oppervlak en vermijd
plaatsen waar trillingen waarneembaar zijn, zoals auto's, treinen en
vliegtuigen.
■ Plaats uw computer niet op een onstabiele tafel of een ander onstabiel
oppervlak.
Er wordt een herstelimage van de software op uw computer opgeslagen op
de vaste schijf, en deze kan worden gekopieerd naar een DVD door middel
van de volgende stappen:
1. Zorg dat u een lege DVD hebt.
2. De toepassing biedt u de mogelijkheid om uit een groot aantal
verschillende media te kiezen waarnaar de herstelimage kan worden
gekopieerd, zoals DVD-R, DVD-RW, DVD+R, DVD+RW.
Sommige van de bovenstaande media zijn mogelijk niet compatibel
met het optische schijfstation van uw computer. Daarom dient u, voordat
u verder gaat, te controleren of het optische schijfstation het lege
medium ondersteunt dat u hebt gekozen.
3. Schakel uw computer in en wacht totdat het Windows Vista®besturingssysteem op de vaste schijf op de gebruikelijke manier
is opgestart.
4. Plaats het eerste lege medium in de lade van het optische schijfstation.
5. Dubbelklik op het pictogram voor het maken van herstelschijven
op het bureaublad van Windows Vista
in het menu Start.
6. Kies nadat de toepassing is gestart het type medium en de titel die
u naar het medium wilt kopiëren. Klik vervolgens op de knop Maken.
7. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Uw herstelschijven worden gemaakt.
®
of selecteer de toepassing
Aan de slag
Gebruikershandleiding3-11
Aan de slag
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de gemaakte
herstelschijven
Als de vooraf geïnstalleerde bestanden zijn beschadigd, kunt
u de gemaakte herstelschijven gebruiken om de fabrieksinstellingen
van de computer te herstellen. Volg de onderstaande stappen als u deze
herstelbewerking wilt uitvoeren:
Als u het geluid hebt gedempt door op Fn + ESC te drukken, schakel
het geluid dan in, zodat geluiden hoorbaar zijn voordat u het herstelproces
start. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt
de vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop
verloren gaan.
1. Plaats de herstelschijf in het optische station en schakel
de computer uit.
2. Houd de toets F12 op het toetsenbord ingedrukt en schakel de
computer in. Wanneer het scherm met het TOSHIBA-logo verschijnt,
laat u de toets F12 los.
3. Gebruik de cursortoetsen om het CD-ROM-pictogram te selecteren
in het menu. Raadpleeg het gedeelte Opstartprioriteit in hoofdstuk 7,
HW Setup & BIOS Setup voor meer informatie.
4. Er wordt een menu weergegeven waarin u de instructies moet
uitvoeren.
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de herstelschijf
Op uw gegevensstation vindt u mogelijk de map "HDDRecovery".
Deze map bevat bestanden waarmee u uw systeem kunt herstellen
naar de oorspronkelijk geïnstalleerde fabrieksstand.
Als u vervolgens uw vaste schijf opnieuw gebruiksklaar maakt, dient u geen
partities te wijzigen, verwijderen of toe te voegen op een andere manier
dan wordt vermeld in de handleiding. Als u dit wel doet, is er mogelijk geen
ruimte beschikbaar voor de vereiste software.
Bovendien kunt u mogelijk uw computer niet installeren als u een
partitieprogramma van derden gebruikt om partities op uw vaste schijf
opnieuw te configureren.
Als u het geluid hebt gedempt door op Fn + ESC te drukken, schakel het
geluid dan in, zodat geluiden hoorbaar zijn voordat u het herstelproces
start. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, van de onlinehandleiding
voor meer informatie.
Vergeet niet de netadapter aan te sluiten. U hebt anders mogelijk niet
genoeg accuvermogen tijdens de herstelprocedure.
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt de
vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren
gaan.
Gebruikershandleiding3-12
Aan de slag
1. Schakel de computer uit.
2. Schakel de computer in en druk op de toets F8 als het TOSHIBAscherm herhaaldelijk wordt weergegeven.
3. Het menu Advanced Boot Options(Geavanceerde opstartopties)
wordt weergegeven. Selecteer Uw computer repareren met behulp
van de pijltoetsen en druk op ENTER.
4. Selecteer de gewenste toetsenbordindeling en druk vervolgens
op Next (Volgende).
5. Voor de herstelprocedure dient u zich aan te melden als bevoegd
gebruiker met voldoende rechten.
6. Klik op TOSHIBA HDD Recovery (TOSHIBA harde-schijfherstel) op het
scherm System Recovery Options (Opties voor systeemherstel).
7. Volg de aanwijzingen op het scherm van het dialoogvenster TOSHIBA
HDD Recovery (TOSHIBA harde-schijfherstel).
De computer wordt hersteld naar de fabrieksstand.
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de bijgeleverde
DVD-ROM Productherstel (optioneel)
Als de vooraf geïnstalleerde bestanden beschadigd zijn, gebruikt
u de DVD-ROM Productherstel om de bestanden te herstellen.
Als u het besturingssysteem en alle vooraf geïnstalleerde software wilt
herstellen, dient u de volgende stappen uit te voeren.
Als u het geluid hebt gedempt door op Fn + ESC te drukken, schakel het
geluid dan in, zodat geluiden hoorbaar zijn voordat u het herstelproces
start. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, van de onlinehandleiding
voor meer informatie.
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt de
vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren
gaan.
1. Plaats de productherstel-DVD in het optische station en schakel de
computer uit.
2. Schakel de computer in terwijl u F12 op het toetsenbord ingedrukt
houdt. Wanneer het scherm met het TOSHIBA-logo verschijnt, laat
udetoets F12 los.
3. Gebruik de cursortoetsen om het CD-ROM-pictogram te selecteren in
het menu. Raadpleeg het gedeelte Opstartprioriteit in hoofdstuk 7,
HW Setup & BIOS Setup van de onlinehandleiding voor meer
informatie.
4. Er wordt een menu weergegeven waarin u de instructies moet
uitvoeren.
5. Als de computer is geleverd met extra software geïnstalleerd, kan
deze software niet worden hersteld met de DVD-ROM Productherstel.
Installeer deze toepassingen (bijvoorbeeld Works Suite, spelletjes enz.)
apart vanaf andere media.
Gebruikershandleiding3-13
Basisbeginselen
In dit hoofdstuk worden de grondbeginselen van computergebruik
toegelicht. Zo wordt ingegaan op het gebruik van het touchpad, optische
stations, geluidssysteem, modem, draadloos LAN en LAN. Verder worden
tips gegeven voor het onderhoud van de computer.
Touchpad gebruiken
U gebruikt het touchpad door eenvoudig uw vingertop op het touchpad
te plaatsen en te schuiven in de richting waarin u de schermaanwijzer
wilt verplaatsen.
Basisbeginselen
Hoofdstuk 4
TouchPad
TouchPad-
besturingsknoppen
Touchpad en besturingsknoppen
De twee knoppen onder het touchpad worden op dezelfde wijze gebruikt
als de knoppen op een muis. Druk op de linkerknop om een menuoptie te
selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer
hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie
weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software.
Gebruikershandleiding4-1
Basisbeginselen
Druk niet te hard op het touchpad en gebruik geen spitse voorwerpen
zoals ballpoints. Hierdoor kan het touchpad beschadigd raken.
Sommige functies kunt u activeren door het touchpad zachtjes aan te
tikken in plaats van op een besturingsknop te drukken.
Klikken:tik één keer op het touchpad.
Dubbelklikken: tik twee keer op het touchpad.
Slepen en neerzetten: 1. Houd de linkerbesturingsknop ingedrukt en
beweeg de cursor om het te verplaatsen item te
verslepen.
2. Til uw vinger op om het item op de gewenste
plaats te zetten.
Schuiven: Verticaal: schuif uw vinger aan de rechterkant
van het touchpad omhoog of omlaag.
Horizontaal: schuif uw vinger aan de onderkant
van het touchpad naar links of rechts.
De sensor voor vingerafdrukken gebruiken
(de sensor voor vingerafdrukken is meegeleverd
bij sommige modellen)
Op dit product is een vingerafdrukhulpprogramma geïnstalleerd waarmee
vingerafdrukken kunnen worden vastgelegd en herkend. Als u de id en
het wachtwoord vastlegt in het apparaat voor vingerafdrukverificatie,
hoeft u het wachtwoord niet meer via het toetsenbord in te voeren. Houd
eenvoudig uw vinger tegen de vingerafdruksensor , waarna de volgende
functies worden ingeschakeld:
■ Aanmelden bij Windows en toegang tot een beveiligde webpagina
via IE (Internet Explorer).
■ Bestanden en mappen kunnen worden gecodeerd/gedecodeerd, zodat
andere gebruikers er geen toegang toe hebben.
■ Bij terugkeer uit de energiebesparende stand (slaapstand) kan een
schermbeveiliging met wachtwoordbeveiliging worden uitgeschakeld.
■ Functie voor opstartbeveiliging en functie voor enkelvoudige
aanmelding.
■ Verificatie van gebruikerswachtwoord en vasteschijfwachtwoord terwijl
de computer wordt opgestart.
Als u uw vinger langs de sensor haalt, leest deze uw vingerafdruk.
Gebruikershandleiding4-2
Uw vinger laten lezen
Als u de volgende stappen uitvoert wanneer u uw vingers over de sensor
haalt voor vingerafdrukregistratie of -verificatie om zo fouten te voorkomen:
1. Plaats het eerste vingerkootje op dezelfde hoogte als het midden
van de sensor Raak de sensor zachtjes aan en beweeg uw vinger
horizontaal naar u toe.
2. Terwijl u de sensor zachtjes aanraakt, beweegt u uw vinger naar
u toe tot het sensoroppervlak zichtbaar wordt.
3. Zorg dat het midden van de vingerafdruk zich op de sensor bevindt
wanneer u uw vinger langs de sensor haalt.
Beweeg uw vinger over de herkenningssensor
■ Houd uw vinger niet stijf en druk niet te hard op de sensor:
De vingerafdruk wordt mogelijk niet correct gelezen als het midden
van uw vingertop de sensor niet raakt of als u te hard drukt.
Zorg dat het midden van de vingertop de sensor raakt voordat
u uw vinger over de sensor beweegt.
■ Controleer waar het midden van de krul op de vingerafdruk
zich bevindt:
De vingerafdruk van de duim bevat een grotere krul, zodat de kans
op afwijkingen en vervormingen groter is. Hierdoor wordt de registratie
moeilijker en zal het verificatiepercentage afnamen. Controleer altijd
waar het midden van de krul in de vingerafdruk zich bevindt, voordat
u uw vinger over het midden van de sensor haalt.
■ Als de vingerafdruk niet wordt gelezen:
Er kunnen verificatiefouten optreden als u uw vinger te snel of te
langzaam over de sensor haalt. Volg de instructies op het scherm
om de snelheid van de beweging aan te passen.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding4-3
Basisbeginselen
Aandachtspunten met betrekking tot de sensor voor vingerafdrukken
Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dit leiden tot (1) beschadiging
of storing van de sensor, of (2) problemen met de vingerafdrukherkenning
of een lager herkenningspercentage.
■ Kras of duw niet met uw nagels of andere harde of scherpe voorwerpen
op de sensor.
■ Drukt niet hard op de sensor.
■ Raak de sensor niet aan met een natte vinger of natte voorwerpen.
Houd het sensoroppervlak droog en vrij van waterdamp.
■ Raak de sensor niet aan met een vuile vinger. Kleine vuildeeltjes
op een smerige vinger kunnen krassen op de sensor veroorzaken.
■ Plak geen stickers op de sensor en schrijft er niet op.
■ Raak de sensor niet aan met een vinger of een voorwerp met
opgebouwde statische elektriciteit.
Let op het volgende voordat u uw vinger op de sensor plaatst voor opslag,
registratie of herkenning van de vingerafdruk.
■ Was uw handen en droog ze grondig.
■ Verwijder statische elektriciteit van uw vingers door een metalen
oppervlak aan te raken. Statische elektriciteit is een gangbare oorzaak
van sensorstoringen, met name bij droog weer.
■ Reinig de sensor met een pluisvrije doek. Gebruik geen
reinigingsmiddel om de sensor te reinigen.
■ Vermijd het volgende wanneer u uw vingerafdruk vastlegt of wilt laten
herkennen aangezien dit kan leiden tot fouten in de opslag of een
afname in het herkenningspercentage.
■ Weke of gezwollen vinger (bijvoorbeeld nadat u een bad hebt
genomen)
■ Verwonde vinger
■ Natte vinger
■ Vuile of vettige vinger
■ Zeer droge huid op de vinger
Doe het volgende als u het slagingspercentage van de
vingerafdrukherkenning wilt verbeteren.
■ Let twee of meer vingers vast.
■ Leg aanvullende vingers vast als de herkenning vaak mislukt
met de opgeslagen vingers.
■ Controleer de staat van uw vingers. Het herkenningspercentage
neemt af bij veranderingen in de vinger, zoals verwondingen of ruwe,
zeer droge, natte, vuile, vettige, weke of gezwollen vingers. Ook als
de vingerafdruk is verzwakt of als de vinger dunner of dikker wordt,
kan het herkenningspercentage afnemen.
■ De vingerafdruk van elke vinger is verschillend en uniek. Let erop
dat u alleen de geregistreerde of opgeslagen vingerafdruk(ken)
voor identificatie gebruikt.
Gebruikershandleiding4-4
■
Controleer de positie en de snelheid van uw vinger tijdens het bewegen.
■ Er kunnen maximaal 30-34 vingerafdrukgegevens worden opgeslagen.
■ De vingerafdrukgegevens worden opgeslagen in het niet-vluchtige
geheugen van de sensor voor vingerafdrukken. Het wordt aangeraden
om vingerafdrukgegevens te verwijderen met behulp van het menu
Delete (Verwijderen) in Fingerprint Software Management
(Vingerafdrukbeheer) voordat u de computer weggooit.
De vingerafdrukgegevens verwijderen
Opgeslagen vingerafdrukgegevens worden opgeslagen in het niet-vluchtige
geheugen in de vingerafdruksensor. Als u de pc aan een ander geeft of
weggooit, wordt aanbevolen de volgende bewerkingen uit te voeren.
1. Klik op Start, wijs All Programs(Alle programma's) aan en
vervolgens TrueSuite Access Manager en klik hierop.
2. Het scherm voor de TrueSuite Access Manager-vingerafdruksoftware
wordt weergegeven.
3. Voer uw Windows-wachtwoord in en klik op Next (Volgende)
om het Control Center te openen. U kunt ook de vinger waarvan
de gegevens zijn opgeslagen langs de sensor halen om het
Control Center te openen.
4. Klik op Delete All Fingerprints (Alle vingerafdrukken verwijderen).
Beperkingen van de sensor voor vingerafdrukken
■ De sensor voor vingerafdrukken vergelijkt en analyseert de unieke
eigenschappen van een vingerafdruk.
■ Er wordt een waarschuwing weergegeven als de herkenning afwijkend
is of binnen een bepaalde tijd niet is geslaagd.
■ Het herkenningspercentage kan per gebruiker verschillen.
■ Toshiba garandeert niet dat de technologie voor
vingerafdrukherkenning foutloos is.
■ Toshiba garandeert niet dat de sensor voor vingerafdrukken de
opgeslagen gebruiker altijd herkent of onbevoegde gebruikers altijd
de toegang weigert. Toshiba is niet aansprakelijk voor fouten of
beschadigingen die het gevolg kunnen zijn van het gebruik van
de software of het hulpprogramma voor vingerafdrukherkenning.
Basisbeginselen
Aandachtspunten met betrekking tot het hulpprogramma voor
vingerafdrukken
■ Als de bestandscoderingsfunctie EFS (Encryption File System) van
Windows Vista™ wordt gebruikt om een bestand te coderen, kan het
bestand niet worden gecodeerd met de coderingsfunctie van deze
software.
■ U kunt een reservekopie maken van de vingerafdrukgegevens of de
informatie die is opgeslagen in de Password Bank.
■ Gebruik het menu Import/Export (Importeren/Exporteren) in Fingerprint
Software Management (Vingerafdrukbeheer).
Gebruikershandleiding4-5
■
Raadpleeg tevens het
vingerafdrukken voor meer informatie. U opent het Help-bestand als volgt:
■ Klik op Start, wijs All Programs (Alle programma's) aan en
vervolgens TrueSuite Access Manager en klik op Document.
■ Klik op Start, wijs All Programs(Alle programma's) aan
en vervolgens TrueSuite Access Manager en klik hierop.
Het hoofdscherm wordt weergegeven. Klik in de rechterbovenhoek
van het scherm op Help.
Help
-bestand in het hulpprogramma voor
Configuratieprocedure
Voer de volgende stappen uit als u voor het eerst vingerafdrukverificatie
gebruikt.
Registratie van vingerafdrukken
Sla de vereiste verificatiegegevens op met de Fingerprints Enrollment
Wizard (Wizard voor vastlegging van vingerafdrukken).
■ De vingerafdrukverificatie gebruikt dezelfde aanmeldings-id
en hetzelfde wachtwoord dat u Windows gebruikt. Als u geen
aanmeldingswachtwoord voor Windows hebt ingesteld, doet
u dat voorafgaand aan de registratie.
■
Er kunnen maximaal 30-34 vingerafdrukpatronen worden geregistreerd.
1. Klik op Start, wijs All Programs(Alle programma's) aan en
vervolgens TrueSuite Access Manager en klik hierop. U kunt ook
dubbelklikken op het pictogram in de taakbalk.
2. Het scherm Enter Windows Password (Windows-wachtwoord invoeren)
wordt weergegeven. Voer een wachtwoord in het veld Enter Windows
Password (Windows-wachtwoord invoeren) in. Klik op Next
(Volgende).
3. Het scherm van het Control Center wordt weergegeven. Klik
op het pictogram voor niet-opgeslagen vingers boven de vinger.
4. Het venster Fingerprint Enrollment (Vingerafdruk vastleggen)
wordt weergegeven. Bevestig het bericht en klik op Volgend e.
5. Het venster Scanning Practice (Scanoefening) wordt weergegeven.
U kunt nu oefenen en uw vinger over de sensor halen. Wanneer
u klaar bent met oefenen, klikt u op Volgende .
6. Het scherm Fingerprint Image Capture (Afbeelding vingerafdruk
vastleggen) wordt weergegeven. Volg de instructies op het scherm
en beweeg dezelfde vinger die u hebt geselecteerd in het Control
Center (met goede afbeeldingen) drie keer langs de sensor zodat
er een vingerafdruksjabloon kan worden gemaakt.
7. Ingeval van een verwonde vinger of een verificatiefout wordt
aanbevolen ook andere vingerafdrukken te registreren. Het volgende
bericht wordt weergegeven:
least two fingerprint images.]
minste twee afbeeldingen van uw vingerafdruk vast te leggen) Klik op
OK en herhaal stap 3, 4, 5 en 6 met een andere vinger.
[We recommended enrolling at
(Wij raden u aan om ten
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding4-6
Basisbeginselen
Aanmelden bij Windows via vingerafdrukverificatie
In plaats van de gebruikelijke Windows-aanmelding met een id
en een wachtwoord, kunt u zich ook bij Windows aanmelden
via vingerafdrukverificatie.
Dit is met name handig als de pc door veel gebruikers wordt gebruikt
aangezien hierbij de gebruikersselectie kan worden overgeslagen.
Procedure voor vingerafdrukverificatie
1. Start de computer op.
2. Het venster Logon Authorization wordt weergegeven. Haal een van
de geregistreerde vingers over de sensor. Als de verificatie is gelukt,
wordt de gebruiker aangemeld bij Windows.
■ Als de vingerafdrukverificatie mislukt, dient u zich aan te melden
met het Windows-wachtwoord.
■ Meld u aan met het Windows-wachtwoord als de vingerafdrukverificatie
vijfmaal mislukt. Als u zich wilt aanmelden met het Windowswachtwoord, voert u dit wachtwoord op de gebruikelijke manier in het
welkomstscherm
■ Er wordt een waarschuwing weergegeven als de verificatie afwijkend
is of binnen een bepaalde tijd niet is geslaagd.
in.
Vingerafdrukverificatie tijdens het opstarten van het systeem
Algemeen
Het systeem voor vingerafdrukverificatie kan worden gebruikt als
vervanging van het wachtwoordverificatiesysteem via het toetsenbord
tijdens het opstarten.
Als u het vingerafdrukverificatiesysteem niet wilt gebruiken tijdens het
opstarten, maar liever een wachtwoord invoert met behulp van het
toetsenbord, drukt u op de toets BACKSPACE wanneer het venster
Fingerprint System Boot Authentication (Vingerafdrukverificatie bij
opstarten) wordt weergegeven. Het scherm waarin u een wachtwoord met
het toetsenbord kunt invoeren wordt nu weergegeven.
■
U moet een gebruikerswachtwoord registreren voordat u
opstartbeveiliging via vingerafdrukken en de aanvullende functie,
enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken, kunt gebruiken. Registreer
het gebruikerswachtwoord met behulp van TOSHIBA HW Setup.
■ Als de vingerafdrukverificatie vaker dan vijfmaal mislukt, moet
u het gebruikers- of supervisorwachtwoord handmatig invoeren
om de computer te starten.
■ Haal uw vinger langzaam en met een constante snelheid langs
de sensor. Als het verificatiepercentage hierdoor niet toeneemt,
pas dan de snelheid aan.
■ Als er wijzigingen zijn in de omgeving of instellingen die te maken
hebben met verificatie, moet u de verificatiegegevens opgeven, zoals
het gebruikerswachtwoord of het wachtwoord voor de vaste schijf.
Gebruikershandleiding4-7
Basisbeginselen
De instellingen voor vingerafdrukverificatie tijdens
het opstarten inschakelen
U moet uw vingerafdruk vastleggen met TrueSuite Access Manager
voordat u de opstartbeveiliging via vingerafdrukken kunt inschakelen
en configureren.
Controleer of uw vingerafdruk is vastgelegd voordat u de instellingen
configureert.
1. Haal uw vinger over de sensor voor vingerafdrukken. U kunt ook
uw Windows-wachtwoord invoeren en op Next (Volgende) klikken.
2. Klik op Settings (Instellingen).
3. Het scherm Administrator Settings(Beheerdersinstellingen) wordt
weergegeven. Zet een vinkje in "Enable Pre-OS Fingerprint
Authentication" (Opstartbeveiliging via vingerafdrukverificatie
inschakelen) en klik op OK.
De gewijzigde configuratie voor opstartbeveiliging via vingerafdrukken
wordt toegepast wanneer u het systeem opnieuw opstart.
De functie voor enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken
Algemeen
Via deze functie kan de gebruiker zowel de verificatie van het
gebruikerswachtwoord (en desgewenst het wachtwoord voor de vaste schijf)
uitvoeren als hij zich aanmeldt bij Windows met slechts één
vingerafdrukverificatie tijdens het opstarten. De gebruiker moet het
gebruikerswachtwoord en het aanmeldingswachtwoord voor Windows
registreren voordat de opstartbeveiliging via vingerafdrukken en de functie
voor enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken kunnen worden gebruikt.
Registreer uw gebruikerswachtwoord met behulp van TOSHIBA HW Setup.
Er is slechts één vingerafdrukverificatie vereist ter vervanging van het
gebruikerswachtwoord (en het wachtwoord voor de vaste schijf, indien
geselecteerd) en het wachtwoord voor de Windows-aanmelding.
De functie voor enkelvoudige aanmelding via
vingerafdrukken inschakelen
U moet uw vingerafdruk vastleggen met het programma TrueSuite Access
Manager voordat u enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken kunt
inschakelen en configureren. Controleer of de vingerafdruk is geregistreerd
voordat u de instellingen configureert.
1. Haal uw vinger over de sensor voor vingerafdrukken. U kunt ook uw
Windows-wachtwoord invoeren en op Next (Volgende) klikken.
2. Klik op Settings (Instellingen).
3. Het scherm Administrator Settings(Beheerdersinstellingen)
wordt weergegeven. Zet een vinkje in "Enable Pre-OS Fingerprint
Authentication" (Opstartbeveiliging via vingerafdrukverificatie
inschakelen).
Gebruikershandleiding4-8
4. Zet vervolgens een vinkje in "Enable Single Sign-On Fingerprint
Authentication" (Enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukverificatie
inschakelen) en klik op OK.
De gewijzigde configuratie voor opstartbeveiliging via vingerafdrukken
wordt toegepast wanneer u het systeem opnieuw opstart.
Beperkingen van het hulpprogramma voor vingerafdrukken
TOSHIBA garandeert niet dat de technologie voor het
vingerafdrukhulpprogramma volledig veilig of foutloos werkt. TOSHIBA
garandeert niet dat het vingerafdrukprogramma onbevoegde gebruikers
altijd de toegang weigert. TOSHIBA is niet aansprakelijk voor fouten of
beschadigingen die het gevolg kunnen zijn van het gebruik van de software
of het hulpprogramma voor vingerafdrukken.
Functie voor USB-slaapstand en laden
Uw computer kan de USB-poort van stroom (5 V gelijkstroom) voorzien,
zelfs als de computer is uitgeschakeld. Met uitgeschakeld wordt bedoeld
dat de computer in de slaapstand of de sluimerstand staat of volledig is
uitgeschakeld.
Deze functie kan alleen worden gebruikt voor poorten die de functie voor
laden via USB in slaapstand ondersteunen (hierna "compatibele poorten"
genoemd).
Compatibele poorten zijn USB-poorten met het symbool ( ).
U kunt de functie "Laden via USB in slaapstand" gebruiken om bepaalde
externe USB-compatibele apparaten op te laden, zoals mobiele telefoons
of draagbare digitale muziekspelers.
De functie "Laden via USB in slaapstand" werkt echter mogelijk niet bij
bepaalde externe apparaten, zelfs als deze compatibel zijn met de USBspecificatie. Zet in die gevallen de computer aan om het apparaat op te
laden.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding4-9
Basisbeginselen
■ De functie "Laden via USB in slaapstand" werkt alleen voor
compatibele poorten. Deze functie is standaard uitgeschakeld.
U schakelt de functie in door in HW Setup [Disabled] (Uitgeschakeld)
te veranderen in [Enabled] (Ingeschakeld).
■ Als de functie "Laden via USB in slaapstand" in HW Setup is ingesteld
op [Enabled] (Ingeschakeld), krijgen compatibele USB-poorten stroom
(5 V gelijkstroom), zelfs als de computer is uitgeschakeld.
Er wordt ook stroom (5 V) geleverd aan externe apparaten die op
de compatibele USB-poorten zijn aangesloten. Sommige externe
apparaten kunnen echter niet alleen via USB-stroom (5 V) worden
opgeladen.
Neem voor de specificaties van de externe apparaten contact op met
de fabrikant van het apparaat of raadpleeg de specificaties van het
apparaat voordat u dit gebruikt.
■ Externe apparaten opladen via de functie 'USB-slaapstand en laden'
duurt langer dan wanneer u de eigen lader van het apparaat gebruikt.
■ Als externe apparaten zijn aangesloten op compatibele poorten terwijl
de netadapter niet op de computer is aangesloten, zal de accu van de
computer leeg raken, zelfs als de computer is uitgeschakeld. Daarom
raden wij aan de netadapter op de computer aan te sluiten wanneer
u de functie voor laden via USB in slaapstand gebruikt.
■ Externe apparaten die stroom (5 V) krijgen via de USB-poorten
van de computer, kunnen altijd worden gebruikt.
■ Als de externe apparaten die op de compatibele poorten zijn
aangesloten, te veel stroom trekken, kan de toevoer van USB-stroom
(5 V) uit veiligheidsoverwegingen worden gestopt.
Metalen paperclips of haarspelden genereren warmte als ze in contact
komen met een USB-poort. Voorkom daarom dat USB-poorten in contact
komen met metalen voorwerpen, bijvoorbeeld wanneer u de computer in
een tas draagt.
De functie voor laden via USB in slaapstand in-/uitschakelen
U kunt de functie voor laden via USB in slaapstand in- en uitschakelen
in HW Setup. Raadpleeg Functie voor USB-slaapstand en laden
in hoofdstuk 7, HW Setup.
Gebruikershandleiding4-10
De webcamera gebruiken
In deze paragraaf wordt het gebundelde hulpprogramma voor webcams
beschreven. Hiermee kunnen foto's en videobeelden worden vastgelegd.
De webcamera wordt automatisch ingeschakeld als Windows wordt
opgestart.
Verwijder het plastic beschermfolie voordat u de webcamera gaat
gebruiken.
Basisbeginselen
Ingebouwde microfoon*
Lampje van webcamera*
Lens van de webcam*
* Aanwezig op sommige modellen
Gebruikershandleiding4-11
De software gebruiken
De software voor de webcamera is vooraf geconfigureerd om te worden
gestart als u Windows Vista inschakelt; als u de software opnieuw moet
starten, gaat u naar Start All Programs (Alle programma's) Camera
Assistant Software (Software camerahulp) Camera Assistant
Software (Software camerahulp).
Foto's
vastleggen
EffectenDempen
Foto's vastleggenKlik hier als u een voorbeeld van de vastgelegde
Video opnemenKlik hier als u video wilt opnemen. Klik opnieuw
Audio opnemenKlik hier om te beginnen met opnemen. Klik
FunctieToegang tot extra functies: About, Player,
AboutHier worden de gegevens van de
PlayerHiermee speelt u videobestanden af.
EffectenKies beelden die moeten worden weergegeven
Video opnemenAudio
opnemen
Functie
Weergavevenster
Cameraresolutie
foto wilt zien; u kunt de foto ook per e-mail
verzenden.
om te beginnen met opnemen. Klik nogmaals om
te stoppen met opnemen en een voorbeeld van
de video te zien.
nogmaals om te stoppen en te luisteren naar een
voorbeeld van de audio.
Effecten, Eigenschappen, Instellingen en Help.
softwarefabrikant weergegeven.
op het vastlegscherm.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding4-12
Basisbeginselen
EigenschappenKies het tabblad Options (Opties) voor
InstellingenKies het tabblad Options (Opties) om de positie
HelpHier worden de Help-bestanden voor de software
De microfoon gebruiken
De computer heeft een ingebouwde microfoon waarmee u monogeluid
voor uw toepassingen kunt opnemen. Deze kan ook worden gebruikt
om spraakopdrachten te geven aan toepassingen die dergelijke functies
ondersteunen. (Sommige modellen zijn voorzien van een ingebouwde
microfoon)
Omdat de computer een ingebouwde microfoon en luidspreker heeft,
kan er onder bepaalde omstandigheden "rondzingen" optreden.
Rondzingen doet zich voor wanneer het geluid van de luidspreker door
de microfoon wordt opgevangen en versterkt wordt doorgegeven naar de
luidspreker, die het geluid verder versterkt naar de microfoon doorgeeft.
Dit rondzingen herhaalt zich en veroorzaakt een hard, hoogtonig geluid.
Dit is een veelvoorkomend verschijnsel dat zich voordoet in elk
geluidssysteem wanneer het in de microfoon ingesproken geluid naar
de luidspreker wordt doorgegeven en de luidspreker te hard staat of zich
te dicht bij de microfoon bevindt. U kunt de doorvoer regelen door het
volume van de luidspreker aan te passen of met de functie Dempen in
het deelvenster Hoofdvolume. Raadpleeg de Windows-documentatie
voor informatie over het gebruik van het deelvenster Hoofdvolume
(Master Volume).
omdraaien, zoomen, knippersnelheid,
nachtmodus en compensatie
achtergrondverlichting; wijzig de kleurinstellingen
in het tabblad Image (Afbeelding); wijzig de
lichtomstandigheden in het tabblad Profiles (Profielen).
van het hulpprogramma te wijzigen; kies het
tabblad Picture (Afbeelding) om de opties voor
afbeeldingsuitvoer zoals grootte, exportbestand
en opslagpad te selecteren; kies het tabblad
Video voor video-uitvoerinstellingen zoals
framesnelheid, grootte, compressie en
framesnelheid, grootte, opnamecompressor
en opslagpad te kiezen; kies het tabblad Audio
om audioapparaat, audiocompressor, volume
en opslagpad te wijzigen.
weergegeven.
Gebruikershandleiding4-13
Het optische station gebruiken
De tekst en afbeeldingen in dit gedeelte hebben in principe betrekking op
het optische station. Alle andere optische stations functioneren echter op
dezelfde manier. Het station ondersteunt een snelle uitvoering van CD- en
DVD-programma's. U kunt CD's van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch)
zonder adapter gebruiken. Voor het aansturen van CD/DVD wordt een
ATAPI-interface-controller gebruikt. Zodra de computer toegang verkrijgt
tot een CD/DVD, gaat het lampje op het station branden.
Raadpleeg ook het gedeelte CD's/DVD's schrijven met het DVD Super
Multi-station of het HD DVD-ROM-station met ondersteuning voor DVD±R
DL voor voorzorgsmaatregelen wanneer u CD's/DVD's beschrijft.
Schijven laden
Voer de volgende stappen uit en raadpleeg de bijbehorende afbeeldingen
om een schijf te laden.
1. a. Zorg dat de computer is ingeschakeld en druk op de uitwerpknop
om de lade een stukje te openen.
Basisbeginselen
Ejectknop
De uitwerpknop indrukken
Gebruikershandleiding4-14
Basisbeginselen
b. U kunt de lade niet met de ejectknop openen als het station geen
stroom krijgt. In dat geval kunt u de lade openen door een dun
voorwerp (ongeveer 15 mm lang) zoals een rechtgebogen paperclip
in het ejectgaatje rechts van de ejectknop te steken.
De lade door middel van het ejectgaatje openen
2. Trek de lade voorzichtig uit totdat deze volledig is geopend.
De lade opentrekken
Gebruikershandleiding4-15
Basisbeginselen
3. Leg de schijf met het label omhoog in de lade.
Een schijf plaatsen
Wanneer de lade volledig is uitgeschoven, steekt de rand van de computer
iets uit over de lade. Wanneer u de schijf in de lade plaatst, moet u de
schijf daarom schuin houden. Zorg na het plaatsen van de schijf echter dat
deze plat ligt (zie de vorige afbeelding).
■ Raak de laserlens niet aan. Hierdoor kunt u de uitlijning van de toetsen
verstoren.
■ Zorg dat er geen stof, vuil of voorwerpen in het station terechtkomen.
Controleer alvorens het station te sluiten of de achterkant van de lade
vrij is van ongerechtigheden.
4. Druk voorzichtig in het midden van de schijf tot deze vastklikt. De schijf
moet onder de bovenkant van de as liggen, vlak op het ladeoppervlak.
5. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt.
Duw zachtjes tot de lade zich vergrendelt.
Als de schijf niet goed zit wanneer de lade gesloten is, bestaat het risico
dat de schijf beschadigd raakt. Bovendien kan het dan gebeuren dat de
lade niet volledig wordt geopend wanneer u op de ejectknop drukt.
Gebruikershandleiding4-16
De lade sluiten
Schijven verwijderen
Als u de schijf wilt verwijderen, voert u de volgende stappen uit en
raadpleegt u de volgende afbeelding.
Druk niet op de uitwerpknop terwijl de computer toegang heeft tot het
schijfstation. Wacht tot het lampje van het optische stations uitgaat voor u
de lade opent. Neem de schijf pas uit de lade nadat deze is opgehouden
met draaien.
1. Druk op de ejectknop om de lade een stukje te openen. Trek de lade
voorzichtig open.
■ Wanneer de lade een stukje wordt geopend, moet u even wachten tot
de schijf is opgehouden met draaien voordat u de lade volledig
opentrekt.
■ Als u de lade handmatig wilt openen door middel van het gaatje naast
de ejectknop, dient u de computer eerst uit te schakelen. Als de schijf
nog draait terwijl u de lade opent, kan de schijf van de as vliegen en
letsel veroorzaken.
Basisbeginselen
2. De schijf steekt iets uit over de zijkanten van de lade, zodat u deze kunt
pakken. Pak de schijf voorzichtig aan de randen uit de lade.
Gebruikershandleiding4-17
Basisbeginselen
Een schijf verwijderen
3. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt.
Duw zachtjes tot de lade zich vergrendelt.
CD's/DVD's schrijven met het DVD Super Multi-station of het
HD DVD-ROM-station met ondersteuning voor DVD±R DL
Op sommige modellen in deze serie kunt u CD's/DVD's schrijven met het
DVD Super Multi-station of het HD DVD-ROM-station (met ondersteuning
voor DVD±R DL).
Met het DVD Super Multi-station of het HD DVD-ROM-station kunt u
gegevens schrijven naar CD-R-/RW-schijven en naar DVD-R-/RW-/+R-/
+RW-/RAM-schijven. De volgende schrijftoepassingen zijn vooraf
geïnstalleerd: TOSHIBA Disc Creator en TOSHIBA Direct Disc Writer.
Ulead Movie Factory voor TOSHIBA.
Belangrijk bericht (DVD Super Multi-station of HD DVD-ROM-station
met ondersteuning voor DVD±R DL)
Lees deze paragraaf vóór het beschrijven van CD-R-/RW-schijven
of DVD-R-/RW-/+R-/+RW-/-RAM-schijven grondig door en volg alle
configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dit niet, dan kan het
gebeuren dat het DVD Super Multi-station of het HD DVD-ROM-station niet
correct werkt en krijgt u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten,
gegevensverlies of materiële schade.
Gebruikershandleiding4-18
Voordat u gaat schrijven of herschrijven
■ Op grond van TOSHIBA’s beperkte compatibiliteitstests worden de
volgende fabrikanten van CD-R-/CD-RW-schijven en DVD-R-/
DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW- en DVD-RAM-schijven aanbevolen.
TOSHIBA staat echter niet in voor de werking, kwaliteit of prestaties
van enigerlei schijven. De schijfkwaliteit kan het schrijf- of
herschrijfproces beïnvloeden.
DVD-specificaties voor beschrijfbare schijven
voor algemeen gebruik, versie 2.0
TAIYO YUDEN Co., Ltd.
Matsushita Electric Industrial Co., Ltd.
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO, LTD.
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO, LTD.
Ricoh Co., Ltd.
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO, LTD.
DVD-specificaties voor herschrijfbare schijven
voor versie 1.1 of versie 1.2
Victor Company of Japan, Ltd. (JVC)
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO, LTD.
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO, LTD.
DVD-specificaties voor DVD-RAM voor versie
2.0, 2.1 of 2.2
Hitachi Maxell Ltd.
Matsushita Electric Industrial Co., Ltd.
Basisbeginselen
Dit station is niet geschikt voor schijven die schrijfsnelheden van 8-speed
of hoger (DVD-R, DVD+R, DVD+RW) of schrijfsnelheden van 6-speed of
hoger (DVD-RW) ondersteunen.
■
Controleer of de disc van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd is. Is
dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het (her)schrijven.
Controleer de schijf op vuil of beschadiging voor u deze gebruikt.
■ Hoe vaak een CD-RW, DVD-RW, DVD+RW of DVD-RAM kan worden
beschreven, is afhankelijk van de schijfkwaliteit en de manier waarop
de schijf wordt gebruikt.
Gebruikershandleiding4-19
Basisbeginselen
■ Er bestaan twee soorten DVD-R's: voor authoring en voor algemeen
gebruik. Gebruik geen zogeheten authoring-schijven. Alleen schijven
voor algemeen gebruik kunnen met een computerstation worden
beschreven.
■ Alleen Format 1 wordt ondersteund voor DVD-R DL. Daarom kunt
u niets extra schrijven. Als uw gegevens minder dan 4,7 GB zijn,
raden wij aan DVD-R (SL)-schijven te gebruiken.
■ U kunt DVD-RAM-schijven gebruiken die u uit hun omhulsel kunt
verwijderen en DVD-RAM-schijven die geen omhulsel bevatten.
U kunt schijven met een capaciteit van 2,6 GB enkelzijdig of 5,2 GB
dubbelzijdig niet gebruiken.
■ DVD-R-/RW-schijven en DVD+R-/+RW-schijven kunnen wellicht niet
worden gelezen op andere DVD-spelers of andere DVD-ROM-stations
voor computers.
■ Gegevens die naar een CD-R, DVD-R of DVD+R zijn geschreven,
kunnen niet gedeeltelijk of volledig worden verwijderd.
■ Gegevens die van een CD-RW, DVD-RW, DVD+RW of DVD-RAM zijn
gewist, kunnen niet worden teruggehaald. Controleer de inhoud van
een schijf zorgvuldig voordat u deze verwijdert. Als er meerdere
stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven kunnen schrijven,
dient u op te letten dat u niet de gegevens van het verkeerde station
verwijdert.
■ Bij het schrijven naar een DVD-R/-RW, DVD+R/+RW of DVD-RAM is
schijfruimte nodig voor bestandsbeheer, wat inhoudt dat schijven
mogelijk niet tot de maximale capaciteit kunnen worden beschreven.
■ De schijf functioneert volgens de DVD-norm en wordt mogelijk
opgevuld met dummygegevens als er gegevens naar worden
geschreven die minder dan 1 GB in beslag nemen. Zelfs als u een
kleine hoeveelheid gegevens schrijft, kan het even duren om de schijf
met dummygegevens te vullen.
■ Een DVD-RAM die met FAT32 is geformatteerd, kan onder Windows
2000 alleen met een DVD-RAM-stuurprogramma worden gelezen.
■ Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven
kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet naar het verkeerde
station schrijft.
■ Vergeet niet de netadapter aan te sluiten voordat u begint met schrijven
of herschrijven.
■ Als u wilt overschakelen naar de (zuinige) slaapstand, moet u eerst
controleren of het schrijven naar DVD-RAM is voltooid. Het schrijven
is voltooid wanneer u de DVD-RAM-schijf kunt uitwerpen.
■ Sluit alle softwareprogramma's behalve de schrijfsoftware.
■ Voer geen programma's uit die de processor belasten, zoals een
schermbeveiliging.
■ Gebruik de computer met het energiebeheerschema High
Performance (Hoge prestaties). Gebruik geen
energiebesparingsfuncties.
Gebruikershandleiding4-20
■ Schrijf niet terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot de viruscontrole
is beëindigd en schakel vervolgens de antivirussoftware (en eventuele
op de achtergrond uitgevoerde bestandscontroleprogramma's) uit.
■ Gebruik geen hulpprogramma's voor vaste schijven, met inbegrip van
hulpprogramma's voor snelle schijftoegang. Doet u dit toch, dan loopt
u het risico van storingen en gegevensverlies.
■ Schrijf vanaf de vaste schijf van de computer naar de CD/DVD. Probeer
niet te schrijven vanaf gedeelde apparaten zoals een LAN-server of
andere netwerkapparaten.
■ Schrijven met andere software dan TOSHIBA Disc Creator wordt niet
aangeraden.
Schrijven of herschrijven
Neem de volgende punten in acht wanneer u CD-R-/RW-schijven, DVD-R-/
RW-/RAM-schijven of DVD+R-/+RW-schijven beschrijft of herschrijft.
■ Vermijd de volgende handelingen tijdens het schrijf-/herschrijfproces:
■ Wisselen van gebruiker in het besturingssysteem Windows® Vista.
Gebruik van de computer zoals het hanteren van het aanwijsapparaat
■
(muis of touchpad) en het sluiten/openen van het LCD-scherm.
■ communicatietoepassingen starten (bijvoorbeeld een
modemprogramma);
■ handelingen waardoor de pc wordt blootgesteld aan schokken
of trillingen;
■ het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten
■ gebruik van de audio-/videobedieningsknoppen om geluid te
reproduceren.
het openen van het DVD Super Multi-station of HD DVD-ROM-station.
■
■ Gebruik tijdens het schrijven of herschrijven niet de afsluit-/
afmeldprocedure en (zuinige) slaapstand.
■ Zorg ervoor dat het schrijven of herschrijven is voltooid voordat
u overschakelt naar de (zuinige) slaapstand. Het schrijven is voltooid
als u de lade van het DVD Super Multi-station of HD DVD-ROM-station
kunt openen.
■ Plaats de PC op een vlak, horizontaal oppervlak en vermijd plaatsen
waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto's, treinen en
vliegtuigen. Gebruik geen instabiele plekken zoals een wankele tafel.
■ Houd mobiele telefoons en andere draadloze-communicatieapparaten
uit de buurt van de computer.
■ Kopieer altijd gegevens van de vaste schijf naar de CD-R/-RW-,
DVD-R/-RW/-RAM- of DVD+R/+RW-schijf. Gebruik geen functies voor
knippen en plakken. In het geval van schrijffouten gaan de originele
gegevens verloren.
Basisbeginselen
Gebruikershandleiding4-21
Basisbeginselen
Vrijwaringsverklaring (DVD Super Multi-station of HD DVD-ROMstation met ondersteuning voor DVD±R DL)
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
■ beschadiging van CD-R-/RW-schijven of DVD-R-/RW-/+R-/+RW-/RAM-
schijven als gevolg van het (her)schrijfproces;
■ Wijzigingen of verlies van de opgenomen inhoud van de CD-R/RW-
of DVD-R/-RW/+R/+RW/-RAM-schijf als gevolg van het schrijf- of
herschrijfproces, of eventuele hieruit voortvloeiende winstderving
of bedrijfsschade.
■ schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers. Hedendaagse optische stations zijn
onderhevig aan dusdanige technologische beperkingen dat er
onverwachte schijf- of herschrijffouten kunnen optreden als gevolg van
de schijfkwaliteit of problemen met de gebruikte apparaten. Het is dan
ook raadzaam om ten minste twee kopieën te maken van belangrijke
gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud onverhoopt wordt
veranderd of verloren gaat.
CD's/DVD's/HD DVD's beschrijven met HD DVD-RW-stations
Het optische station dat in deze computer is geïnstalleerd, kan niet
meerdere sessies op HD DVD-RW-schijven schrijven. Nadat er eenmaal
op een schrijf is geschreven, wordt deze afgesloten. Als een schijf
eenmaal is afgesloten, kan deze niet meer worden beschreven, ongeacht
hoeveel van de totale schijfcapaciteit is gebruikt.
Met het HD DVD-RW-station kunt u gegevens schrijven naar CD-R,
CD-RW, DVD-R, DVD-R (Dual Layer), DVD-RW, DVD+R, DVD+R (Double
Layer), DVD-RAM, HD DVD-R of HD DVD-R (Dual Layer). Deze computer
is voorzien van TOSHIBA Disc Creator en Ulead
waardoor CD's, DVD's en HD DVD-media kunnen worden beschreven.
Raadpleeg voor meer informatie over TOSHIBA Disc Creator en Ulead
DVD MovieFactory
desbetreffende software. Raadpleeg de HD DVD-handleiding voor
informatie over het openen van de onlinehandleiding of online Help.
®
, de onlinehandleiding of online Help van de
®
DVD MovieFactory®
®
■ Raadpleeg Beschrijfbare schijven in hoofdstuk 2 voor meer informatie
over de typen beschrijfbare CD's, DVD's en HD DVD's die door deze
computer worden ondersteund.
■ Schakel de stroom niet uit als de computer het station gebruikt om het
risico te vermijden dat er gegevens verloren gaan.
■ CD-R/RW's zijn niet toegankelijk met de optie CD/DVD maken in Media
Center.
■ Gebruik de functie TOSHIBA Disc Creator die op uw computer is
geïnstalleerd als u gegevens naar CD-R/-RW-media wilt schrijven.
Gebruikershandleiding4-22
Wanneer u media beschrijft met behulp van een optisch station, moet
u de netadapter altijd aansluiten op een stopcontact. Als gegevens worden
weggeschreven bij gebruik van de accu-eenheid, kan het schrijfproces
mislukken omdat de accu bijna leeg is. Dit kan resulteren in gegevensverlies.
Belangrijk bericht
Lees deze paragraaf grondig door voordat u media gaat beschrijven
die door het HD DVD-RW-station worden ondersteund en volg alle
configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dit niet, dan kan het
gebeuren dan het HD DVD-RW-station niet correct werkt en krijgt
u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten, wat kan leiden
tot gegevensverlies of schade aan station of media.
Juridische verklaring
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
■ Schade aan CD-R, CD-RW, DVD-R, DVD-R (Dual Layer), DVD-RW,
DVD+R, DVD+R (Double Layer), DVD+RW, DVD-RAM. HD DVD-R.
HD DVD-R(Dual Layer) of HD DVD-RW als gevolg van het
(her)schrijfproces.
■ Wijzigingen of verlies van de opgenomen inhoud van CD-R, CD-RW,
DVD-R,DVD-R (Dual Layer), DVD-RW, DVD+R, DVD+R (Double
Layer),DVD+RW, DVD-RAM. HD DVD-R. HD DVD-R(Dual Layer)
of HD DVD-RW als gevolg van het (her)schrijfproces, of eventuele
hieruit voortvloeiende winstderving of bedrijfsschade.
■ schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers.
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige
technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten
kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de
gebruikte apparaten. Met het oog hierop is het verstandig twee of meerdere
kopieën te maken van belangrijke gegevens voor het geval de opgenomen
gegevens ongewild worden gewijzigd of verloren gaan.
Basisbeginselen
Voordat u gaat schrijven of herschrijven
■ Op basis van beperkte compatibiliteitstests van TOSHIBA' raden wij
de onderstaande fabrikanten aan van CD-R, CD-RW, DVD-R, DVD-R
(Dual Layer), DVD-RW, DVD+R, DVD+R (Double Layer), DVD+RW,
DVD-RAM. HD DVD-R. HD DVD-R(Dual Layer) of HD DVD-RW. Houd
er echter rekening mee dat de kwaliteit van de schijf van invloed is op
het slagingspercentage van schrijf- of herschrijfbewerkingen. TOSHIBA
garandeert in geen geval de werking, kwaliteit of prestaties van
schijven.
Gebruikershandleiding4-23
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.