Toshiba EQUIUM A110, SATELLITE A110 User Manual [nl]

Page 1
Gebruikershandleiding
A110 Series
Choose freedom.
computers.toshiba-europe.com
Page 2
Copyright
A110-serie
© 2006 by TOSHIBA Corporation. Alle rechten voorbehouden. Onder de auteurswetten mag deze handleiding op geen enkele wijze worden verveelvoudigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TOSHIBA. Met betrekking tot het gebruik van de informatie in deze handleiding wordt geen octrooirechtelijke aansprakelijkheid aanvaard.
Gebruikershandleiding voor de A110-serie draagbare Personal Computer
Eerste druk mei 2006 Eigendom en auteursrecht van muziek, video, computerprogramma's,
databases en dergelijke worden beschermd door de auteurswetten. Deze auteursrechtelijk beschermde materialen mogen uitsluitend worden gekopieerd voor persoonlijk gebruik thuis. Indien u buiten de bovengenoemde beperking om deze materialen kopieert of bewerkt (hieronder valt tevens het transformeren van gegevensindelingen), via internet verzendt of verspreidt zonder toestemming van de houder van het auteursrecht, kan dit leiden tot schadeclaims en/of strafrechtelijke vervolging wegens schending van het auteursrecht of de persoonlijke rechten van de auteur. Houd u daarom aan de auteurswetten wanneer u dit product gebruikt om auteursrechtelijk beschermde werken te kopiëren of andere bewerkingen uit te voeren. Let erop dat u de onder het auteursrecht geldende rechten van de eigenaar kunt schenden als u wisselt tussen de schermmodi (bijv. Wide-modus, Wide Zoom-modus etc.) of dit product gebruikt om vergrote afbeeldingen/video's weer te geven in een horecagelegenheid of hotel met als doel winst te maken of dit materiaal aan het publiek te tonen.
Afwijzing van aansprakelijkheid
Deze handleiding is zorgvuldig gevalideerd en nagekeken. De aanwijzingen en beschrijvingen waren correct voor draagbare personal computers uit de A110-serie op het tijdstip waarop deze handleiding ter perse ging. Navolgende computers en handleidingen kunnen echter zonder kennisgeving worden gewijzigd. TOSHIBA aanvaardt dientengevolge geen aansprakelijkheid voor schade die direct of indirect voortvloeit uit fouten of omissies in de handleiding, of uit discrepanties tussen computer en handleiding.
Handelsmerken
IBM is een gedeponeerd handelsmerk en IBM PC, OS/2 en PS/2 zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation.
Celeron, Intel, Intel SpeedStep, Pentium, Intel Core en Centrino zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation of haar dochtermaatschappijen in de Verenigde Staten en andere landen.
MS-DOS, Microsoft, Windows en DirectX zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Gebruikershandleiding ii
Page 3
Centronics is een gedeponeerd handelsmerk of Centronics Data Computer Corporation. Photo CD is een handelsmerk van Eastman Kodak.
Bluetooth is een handelsmerk in eigendom van de eigenaar en wordt door TOSHIBA onder licentie gebruikt.
iLink is een handelsmerk van Sony Corporation. TruSurround XT, WOW HD, Circle Surround Xtract, SRS en het -symbool
zijn handelsmerken van SRS Labs, Inc. De technologieën TruSurround XT, WOW HD, Circle Surround Xtract,
TruBass, SRS 3D, Definition en FOCUS worden gebruikt onder licentie van SRS Labs, Inc.
In deze handleiding wordt mogelijk verwezen naar andere handelsmerken en gedeponeerde handelsmerken die hierboven niet zijn vermeld.
Informatie over Macrovision
In dit product is kopieerbeveiligingstechnologie verwerkt die is beschermd door methoden en aanvragen van bepaalde Amerikaanse patenten en andere intellectuele eigendomsrechten van Macrovision Corporation, en andere rechthebbenden. Gebruik van deze techniek is alleen toegestaan met toestemming van Macrovision Corporation en is uitsluitend bedoeld voor privégebruik en weergave voor een beperkt publiek, tenzij Macrovision Corporation toestemming heeft verleend voor andere gebruiksmogelijkheden. Terugwerkend construeren of demonteren is verboden.
A110-serie
Veiligheidsinstructies
Volg de onderstaande veiligheidsinstructies om uzelf en uw computer te beschermen.
Tijdens het gebruik van de computer
Laat de portable tijdens gebruik niet lange tijd achtereen op uw lichaam rusten. Bij intensief gebruik kan er zich warmte in de basis opbouwen. Langdurig contact met de huid kan een onaangenaam gevoel of zelfs brandwonden veroorzaken.
Probeer niet de computer zelf te repareren. Volg de installatie-
instructies nauwgezet.
Draag een accu niet in uw zak, handtas of een andere houder waar
metalen objecten (zoals sleutels) de accucontactpunten kunnen kortsluiten. Hierdoor kunnen extreem hoge temperaturen ontstaan, met het risico van brandwonden.
Zorg dat er geen voorwerpen op het snoer van de netadapter rusten en dat het snoer niet op een locatie ligt waar regelmatig mensen lopen of staan.
Plaats de netadapter op een positie met voldoende ventilatie,
bijvoorbeeld op een bureaublad of op de vloer, wanneer u de computer op de netvoeding gebruikt of de accu oplaadt. Bedek de netadapter niet met papier of andere voorwerpen die afkoeling belemmeren, en gebruik de netadapter niet terwijl deze in een draagtas zit.
Gebruikershandleiding iii
Page 4
A110-serie
Gebruik uitsluitend de netadapter en accu's die zijn goedgekeurd voor
gebruik met deze computer. Gebruik van een ander type accu of netadapter resulteert in brand- of ontploffingsgevaar.
Controleer alvorens de computer op een voedingsbron aan te sluiten of
de spanningsspecificatie van de netadapter overeenkomt met die van de beschikbare voedingsbron.
115 V/60 Hz in het merendeel van Noord- en Zuid-Amerika en een aantal landen in het Verre Oosten (zoals Taiwan).
100 V/50 Hz in het oosten van Japan en 100 V/60Hz in het westen van Japan.
230 V/50 Hz in de meeste landen van Europa, het Midden Oosten en het Verre Oosten.
Als u een verlengsnoer met netadapter gebruikt, zorg er dan voor dat de
totale ampèrewaarde van de producten die erop worden aangesloten de ampèrewaarde van het verlengsnoer zelf niet overschrijdt.
Tijdens onweer dient u geen kabels aan de computer te koppelen of
ervan te ontkoppelen, of onderhouds- of configuratiewerkzaamheden op de computer uit te voeren. Hierdoor loopt u het risico van een elektrische schok.
Plaats de computer op een vlak oppervlak wanneer u ermee gaat werken.
Probeer niet om gebruikte accu's te verbranden. Ze kunnen ontploffen.
Houd u bij het afdanken van accu's en batterijen aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften.
Houd de computer tijdens vliegreizen als handbagage bij u. U kunt de
computer tijdens de veiligheidscontrole door een röntgenapparaat laten scannen, maar neem de notebook nooit met u mee door een metaaldetectiepoortje. Zorg bij handmatige inspectie dat u een opgeladen accu paraat hebt, voor het geval u wordt verzocht de computer in te schakelen.
Als u reist met de vaste schijf uit de computer verwijderd, dient u het
schijfstation in een niet-geleidend materiaal (bijvoorbeeld een doek of papier) te wikkelen. Houd er rekening mee dat u bij handmatige inspectie mogelijk zal worden gevraagd de schijf in de computer te installeren. U kunt de vaste schijf tijdens de veiligheidscontrole door een röntgenapparaat laten scannen, maar neem de schijf nooit met u mee door een metaaldetectiepoortje.
Plaats de computer onderweg niet in een bagagevak of –rek waar hij
heen en weer kan schuiven. Laat de computer niet vallen en vermijd tevens andere mechanische schokken.
Houd de computer, accu en vaste schijf stof- en vochtvrij en vermijd
blootstelling aan extreme temperaturen en direct zonlicht.
Als u de computer verplaatst naar een omgeving met een aanzienlijk
hogere of lagere temperatuur en/of vochtigheidsgraad, kan zich condensatie in of op de computer vormen. Wacht in dat geval tot het vocht is verdampt voordat u de computer weer in gebruik neemt.
Gebruikershandleiding iv
Page 5
A110-serie
Ontkoppel kabels door aan de connector of de snoerontspanningslus te
trekken, niet aan de kabel zelf. Trek de connector recht uit om te voorkomen dat de connectorpennen verbogen raken. Zorg bij het aansluiten van een kabel dat u de connector in de juiste stand en recht insteekt.
Alvorens de computer schoon te maken dient u deze uit te schakelen,
de stekker uit het stopcontact te verwijderen en de accu te verwijderen.
Hanteer computeronderdelen voorzichtig. Houd een onderdeel zoals
een geheugenmodule bij de randen vast, niet bij de pennen.
Neem bij het gebruik van telefoonapparatuur in combinatie met uw computer elementaire veiligheidsvoorschriften in acht om het risico van brand, elektrische schokken en persoonlijk letsel te beperken. Bijvoorbeeld:
Gebruik dit product niet in de buurt van water, bijvoorbeeld bij een badkuip, wasbak of gootsteen, in een vochtige kelder of bij een zwembad.
Telefoneer niet tijdens onweer (behalve als u een draadloze telefoon
gebruikt). Bliksem kan elektrische schokken veroorzaken.
Gebruik de telefoon niet om een gaslek te rapporteren in de nabijheid
van het lek.
Gebruik alleen het in deze handleiding vermelde netsnoer.
Vervang de accu uitsluitend door een accu van hetzelfde type of van
een gelijkwaardig, door de fabrikant aanbevolen type.
Houd u bij het afdanken van gebruikte accu's aan de voorschriften van
de fabrikant.
Gebruik alleen No.26 AWG of grotere snoeren voor de
telecommunicatielijn om het risico op brand te verlagen.
Gebruik alleen de accu-eenheid die bij de computer is geleverd of een optionele, door de fabrikant aanbevolen accu-eenheid. Gebruik van de verkeerde accu kan resulteren in beschadiging van de computer.
TOSHIBA aanvaardt in een dergelijk geval geen aansprakelijkheid voor eventuele schade.
Gebruikershandleiding v
Page 6
Conformiteitverklaring EU
Overeenstemming met CE-richtlijnen
Dit product is voorzien van het CE-keurmerk in overeenkomst met de relevante Europese richtlijnen, met name de richtlijn omtrent elektromagnetische compatibiliteit (89/336/EEG) voor de notebook en de elektronische accessoires, waaronder de meegeleverde netadapter, de richtlijn omtrent radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur (1999/5/EG) in het geval van geïmplementeerde telecommunicatieaccessoires en laagspanningsrichtlijn (73/23/EEG) voor de meegeleverde netadapter.
Het toekennen van het CE-keurmerk valt onder de verantwoordelijkheden van TOSHIBA EUROPE GmbH,
Hammfelddamm 8, 41460 Neuss, Duitsland, tel. +49-(0)-2131-158-01. Raadpleeg voor een exemplaar van de betreffende CE-verklaring van
overeenstemming de volgende website: http://epps.toshiba-teg.com. Dit product en de meegeleverde accessoires zijn ontworpen conform de
relevante EMC -normen (Elektromagnetische compatibiliteit) en veiligheidsnormen. Toshiba garandeert echter niet dat dit product nog steeds aan deze EMC-normen voldoet indien kabels of accessoires van andere leveranciers of distributeurs zijn aangesloten of geïmplementeerd. Ter voorkoming van EMC-problemen moeten in het algemeen de volgende richtlijnen in acht worden genomen:
Alleen accessoires met het CE-keurmerk mogen worden aangesloten/
geïmplementeerd. Alleen hoogwaardige afgeschermde kabels mogen worden aangesloten.
A110-serie
De volgende informatie is alleen bedoeld voor lidstaten van de EU:
Het symbool geeft aan dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Zorg ervoor dat dit product op correcte wijze wordt weggegooid. Doet u dit niet, dan kan dit gevaar opleveren voor het milieu en de gezondheid van de mens. Neem voor meer informatie over de recyclage van dit product contact op met uw gemeentekantoor, uw vuilnisdienst of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Afhankelijk van in welk land of welke regio u dit product hebt aangeschaft, is dit symbool mogelijk niet aanwezig.
Gebruikershandleiding vi
Page 7
Veiligheidsinstructies voor optische schijfstations
Vergeet niet de internationale voorzorgsmaatregelen aan het einde van deze paragraaf te lezen.
Het optische station dat in deze computer wordt gebruikt, is uitgerust met een laserapparaat. Op het oppervlak van het station is een classificatielabel met de volgende zin aangebracht.
CLASS 1 LASER PRODUCT LASER KLASSE 1 LUOKAN 1 LASERLAITE APPAREIL A LASER DE CLASSE 1 KLASS 1 LASER APPARAT
De fabrikant van het station met het bovenstaande etiket certificeert dat het station op de fabricagedatum voldeed aan de voorschriften voor laserproducten conform artikel 21 van de Amerikaanse Code of Federal Regulations (Department of Health & Human Services, Food and Drug Administration).
In andere landen voldoet het station aan de IEC 825 - en EN60825-voorschriften voor laserproducten van klasse 1.
Deze computer is uitgerust met een van de optische stations in de volgende lijst, al naar gelang het model.
Fabrikant Typ e
TOSHIBA Samsung Storage Technology CD-RW/DVD-ROM TS-L462C Panasonic Communications Co., LTD. CD-RW/DVD-ROM UJDA 770 TEAC Corporation CD-RW/DVD-ROM DW-224E Pioneer Corporation DVD-Super Multi DVR-K16 NEC Corporation DVD-Super Multi ND-7550A Hitachi LG Data Storage, Inc. DVD-Super Multi GMA-4082N Panasonic Communications Co., LTD. DVD-Super Multi UJ-850B
A110-serie
Gebruikershandleiding vii
Page 8
Internationale voorzorgsmaatregelen
Dit station gebruikt een lasersysteem. Lees met het oog op een veilig
en correct gebruik van dit product eerst deze gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze handleiding altijd in de nabijheid van het product, zodat u deze handleiding eenvoudig kunt naslaan. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan de
laserstraal wordt voorkomen.
Positie van het vereiste etiket
Zie het voorbeeld hieronder. De positie van het etiket en de fabricage­informatie kunnen variëren.
A110-serie
LET OP: Dit apparaat bevat een lasersysteem en is geclassificeerd als een "LASERPRODUCT KLASSE 1". Om te zorgen dat u dit product correct gebruikt, dient u de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Wend u in geval van problemen met dit model tot het dichtstbijzijnde "Authorized Toshiba Service Center". Open nooit de behuizing, zodat rechtstreekse blootstelling aan de laserstraal wordt voorkomen.
Gebruikershandleiding viii
Page 9
A110-serie
VORSICHT: Dieses Gerät enthält ein Laser­System und ist als "LASERSCHUTZKLASSE 1 PRODUKT" klassifiziert. Für den richtigen Gebrauch dieses Modells lesen Sie bitte die Bedienungsanleitung sorgfältig durch und bewahren diese bitte als Referenz auf. Falls Probleme mit diesem Modell auftreten, benachrichtigen Sie bitte die nächste "autorisierte Service-Vertretung". Um einen direkten Kontakt mit dem Laserstrahl zu vermeiden darf das Gerät nicht geöffnet werden.
ADVARSEL: Denne mærking er anbragt udvendigt på apparatet og indikerer, at apparatet arbejder med laserstråler af klasse 1, hviket betyder, at der anvendes laserstrlier af svageste klasse, og at man ikke på apparatets yderside kan bilve udsat for utilladellg kraftig stråling.
APPARATET BOR KUN ÅBNES AF FAGFOLK MED SÆRLIGT KENDSKAB TIL APPARATER MED LASERSTRÅLER!
Indvendigt i apparatet er anbragt den her gengivne advarselsmækning, som advarer imod at foretage sådanne indgreb i apparatet, at man kan komme til at udsætte sig for laserstråling.
OBS! Apparaten innehåller laserkomponent som avger laserstråining överstigande gränsen för laserklass 1.
VAROITUS. Suojakoteloa si saa avata. Laite sisältää laserdiodin, joka lähetää näkymätöntä silmilie vaarallista lasersäteilyä.
LET OP: HET GEBRUIK VAN REGELAARS, INSTELLINGEN OF PROCEDURES DIE NIET IN DE GEBRUIKERSHANDLEIDING ZIJN VERMELD, KAN RESULTEREN IN BLOOTSTELLING AAN GEVAARLIJKE STRALING.
VORSICHT: DIE VERWENDUNG VON ANDEREN STEUERUNGEN ODER EINSTELLUNGEN ODER DAS DURCHFÜHREN VON ANDEREN VORGÄNGEN ALS IN DER BEDIENUNGSANLEITUNG BESCHRIEBEN KÖNNEN GEFÄHRLICHE STRAHLENEXPOSITIONEN ZUR FOLGE HABEN.
Gebruikershandleiding ix
Page 10
Modemwaarschuwing
Verklaring van overeenstemming
De apparatuur is goedgekeurd (conform Commissiebesluit "CTR21") voor aansluiting van één toestel op het PSTN (Public Switched Telephone Network: openbaar geschakeld telefoonnetwerk) in alle Europese landen.
Als gevolg van variaties tussen de individuele PSTN’s in verschillende landen/regio's biedt deze goedkeuring niet per se een garantie voor storingsvrije werking op elke telefoonaansluiting.
Wend u in het geval van problemen in eerste instantie tot uw leverancier.
Netwerkcompatibiliteit
Dit product is ontworpen voor gebruik met de volgende netwerken en is compatibel met deze netwerken. Het is getest en voldoet aan de aanvullende voorschriften in EG 201 121.
Duitsland ATAAB AN005, AN006, AN007, AN009, AN010 en
DE03, 04, 05, 08, 09, 12, 14, 17 Griekenland ATAAB AN005, AN006 en GR01, 02, 03, 04 Portugal ATAAB AN001, 005, 006, 007, 011 en P03, 04, 08, 10 Spanje ATAAB AN005, 007, 012 en ES01 Zwitserland ATAAB AN002 Noorwegen ATAAB AN002, 005, 007 en NO 01, 02 Alle overige
landen/regio's
Voor elk netwerk zijn specifieke switchinstellingen of een specifieke softwareconfiguratie vereist; raadpleeg de relevante gedeelten van de gebruikershandleiding voor nadere informatie.
De hookflash-functie is onderhevig aan afzonderlijke nationale goedkeuring. Deze functie is niet getest op conformiteit met nationale voorschriften, en correcte werking van deze functie op nationale netwerken kan niet worden gegarandeerd.
ATAAB AN003, 004
A110-serie
Belangrijke mededeling
Auteursrechtelijk beschermd materiaal zoals - maar niet alleen - muziek, video, computerprogramma's en databases zijn beschermd onder de auteursrechtelijke wetgeving. Tenzij u specifiek toestemming hebt volgens het auteursrecht dat van toepassing is, mag u auteursrechtelijk beschermd materiaal zonder de toestemming van de eigenaar van de auteursrechten niet kopiëren, bewerken, toewijzen, overdragen of gebruiken.
Overtreding van dit verbod kan resulteren in gerechtelijke vervolging.
Gebruikershandleiding x
Page 11
Algemene voorzorgsmaatregelen
TOSHIBA - computers bieden optimale veiligheid en optimaal gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer verder te beperken.
Lees de onderstaande algemene aanwijzigen en let op de waarschuwingen die in de handleiding worden gegeven.
Blessures door overbelasting
Lees de Instructiegids voor veiligheid en comfort zorgvuldig. Hierin wordt toegelicht hoe u hand- en polsblessures als gevolg van langdurig toetsenbordgebruik kunt voorkomen. Hoofdstuk 3, Aan de slag, bevat eveneens informatie over het inrichten van de werkplek, de lichaamshouding en de verlichting, met behulp waarvan u lichamelijke overbelasting kunt reduceren.
Letsel door verhitting van computeroppervlakken
Vermijd langdurig lichamelijk contact met de onderkant van de
computer. Indien de computer gedurende een langere periode is gebruikt, kan het oppervlak zeer heet worden. Zelfs als de computer niet heet aanvoelt, kan langdurig lichamelijk contact (bijvoorbeeld wanneer u de computer op uw schoot laat rusten) resulteren in rode plekken op de huid.
Als de computer lange tijd is gebruikt, dient u direct contact met de
metalen plaat die de I/O-poorten ondersteunt, te vermijden. Deze plaat wordt heet na langdurig computergebruik.
Het oppervlak van de netadapter kan tijdens het gebruik heet worden.
Dit duidt niet op een storing. Als u de netadapter wilt vervoeren, koppelt u deze los en laat u deze eerst afkoelen.
Plaats de netadapter niet op materiaal dat hittegevoelig is. Het
materiaal kan beschadigd raken.
A110-serie
Schade door druk of stoten
Zorg dat de computer niet wordt blootgesteld aan zware druk of harde stoten. Door extreme druk of stoten kunnen computeronderdelen beschadigd
raken of kunnen er storingen ontstaan.
Oververhitting van PC-kaarten
Sommige PC-kaarten kunnen bij langdurig gebruik heet worden. Oververhitting van een PC-kaart kan resulteren in fouten of onstabiele werking van de PC-kaart. Ga ook voorzichtig te werk bij het verwijderen van een PC-kaart die langdurig is gebruikt.
Gebruikershandleiding xi
Page 12
Mobiele telefoons
Het gebruik van mobiele telefoons kan storing veroorzaken in het audiosysteem. Hoewel de werking van de computer hierdoor niet wordt beïnvloed, verdient het aanbeveling om tijdens telefoongesprekken een afstand van minimaal 30 cm te handhaven tussen de computer en de mobiele telefoon.
LCD
Na verloop van tijd en afhankelijk van het gebruik van de computer, neemt de helderheid van het LCD-scherm af. Dit is een bekend kenmerk van de LCD-technologie. Maximale helderheid is alleen beschikbaar wanneer de computer op netvoeding wordt gebruikt. Het beeldscherm wordt gedimd wanneer computer op accu-energie wordt gebruikt. Het is niet mogelijk de helderheid van het scherm te vergroten.
Overeenstemming met CE-richtlijnen
Dit product en de meegeleverde accessoires zijn ontworpen conform de relevante EMC -normen (Elektromagnetische compatibiliteit) en veiligheidsnormen. TOSHIBA garandeert echter niet dat dit product nog steeds aan deze EMC-normen voldoet indien kabels of accessoires van andere leveranciers of distributeurs zijn aangesloten of geïmplementeerd. Ter voorkoming van EMC-problemen moeten in het algemeen de volgende richtlijnen in acht worden genomen:
Alleen accessoires met het CE-keurmerk mogen worden aangesloten/
geïmplementeerd. Alleen hoogwaardige afgeschermde kabels mogen worden aangesloten.
A110-serie
Werkomgeving
Dit product is ontworpen conform de EMC-voorschriften (elektromagnetische compatibiliteit) voor zogenoemde “commerciële, licht-industriële en woonomgevingen”.
De volgende omgeving is niet goedgekeurd:
Industriële omgevingen (bijvoorbeeld omgevingen waar krachtstroom
van 380 V (drie fasen) wordt gebruikt).
In de volgende omgevingen kan het gebruik van dit product worden beperkt:
Omgevingen met medische apparatuur: Dit product is niet
gecertificeerd als een medisch product volgens Richtlijn 93/42/EEG voor medische producten, maar kan wel in kantooromgevingen worden gebruikt waar het gebruik niet beperkt is. Schakel draadloze LAN-apparatuur en Bluetooth-apparatuur in dergelijke omgevingen uit zolang deze functie niet officieel wordt ondersteund door de provider in de desbetreffende medische omgeving.
Voertuigomgevingen: lees de handleiding van de fabrikant van het
voertuig voor beperkingen in gebruik.
Vliegtuigomgevingen: volg de aanwijzingen van het vliegtuigpersoneel
voor beperkingen in gebruik.
Gebruikershandleiding xii
Page 13
Gevolgen van het gebruik van dit product in niet-geoorloofde werkomgevingen vallen niet onder de verantwoordelijkheid van Toshiba Corporation. Mogelijke gevolgen van het gebruik van dit product in dergelijke werkomgevingen zijn onder andere:
storing van de werking van andere apparaten of machines in de nabijheid;
storing van de werking van dit product, mogelijk resulterend in
gegevensverlies, als gevolg van storingen die worden gegenereerd door andere apparaten of machines in de nabijheid.
Verder is het in verband met algemene veiligheidsoverwegingen verboden dit product te gebruiken in omgevingen met ontploffingsgevaar.
Aansluiting op een netwerk (waarschuwing Klasse A)
Als dit product netwerkcapaciteit heeft en op een netwerk wordt aangesloten, dienen stralingslimieten voor klasse A in acht te worden genomen (in overeenkomst met technische conventies). Dit betekent dat als u het product in een huishoudelijke omgeving gebruikt, storing op andere apparaten in de nabije omgeving kan optreden. Gebruik dit product daarom niet in dergelijke omgevingen (bijvoorbeeld in een huiskamer); doet u dit wel, dan kunt u verantwoordelijk worden gehouden voor hieruit voortvloeiende storing.
Informatie over het veilig beschrijven van optische schijven
Zelfs als de software geen problemen meldt, dient u altijd te controleren of de gegevens correct zijn opgeslagen op beschrijfbare optische media (CD-R, CD-RW en dergelijke).
A110-serie
Wireless LAN en uw gezondheid
Net als andere radioapparaten stralen Wireless LAN-producten hoogfrequente (HF) elektromagnetische energie uit. Het intensiteitsniveau van de EMF-energie die door draadloze LAN-apparaten wordt uitgestraald, is echter aanzienlijk lager dan dat van andere draadloze apparaten zoals mobiele telefoons.
Aangezien Wireless LAN-producten voldoen aan de richtlijnen zoals gedefinieerd in HF-veiligheidsnormen en -aanbevelingen, is TOSHIBA van mening dat Wireless LAN veilig is voor gebruik door klanten. Deze normen en aanbevelingen vertegenwoordigen de consensus van de wetenschappelijke wereld en zijn geformuleerd door panels en commissies van wettenschappers op basis van alle actuele onderzoeksliteratuur.
In sommige situaties of omgevingen kan het gebruik van draadloze LAN-producten worden beperkt door de eigenaar van het gebouw of door de verantwoordelijke medewerkers van de organisatie. Dit kan bijvoorbeeld van toepassing zijn in de volgende situaties:
gebruik van draadloze LAN-apparatuur in een vliegtuig of
in andere omgevingen waar het risico van storing voor andere
apparaten of diensten als schadelijk wordt aangemerkt.
Als u niet zeker weet welk beleid in een bepalde organisatie of omgeving (bijvoorbeeld een luchthaven) van toepassing is op het gebruik van draadloze apparaten, dient u om toestemming te vragen voordat u het Wireless LAN-apparaat inschakelt.
Gebruikershandleiding xiii
Page 14
Veiligheidsinstructies voor draadloze producten
Als uw computer een draadloze functie heeft, dient u alle veiligheidsinstructies zorgvuldig te lezen en te begrijpen voordat u probeert deze functie te gebruiken. Deze handleiding bevat de veiligheidsinstructies die u in acht moet nemen om mogelijk risico op persoonlijk letsel of beschadiging van uw draadloze producten te voorkomen.
Beperking van aansprakelijkheid
Toshiba is niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van een aardbeving of bliksem, onopzettelijk ontstane brand, acties van derden, andere ongevallen, opzettelijke of onopzettelijke fouten van de gebruiker, misbruik of gebruik onder abnormale omstandigheden.
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor incidentele schade (winstderving, bedrijfsonderbreking, enzovoort) ten gevolge van het gebruik of disfunctioneren van het product.
Toshiba is niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van het niet in acht nemen van de inhoud van de instructiehandleiding.
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van foutieve bediening of vastlopen ten gevolge van het gebruik in combinatie met producten die niet aan ons bedrijf zijn gerelateerd.
Beperkingen van gebruik
Gebruik de draadloze producten niet voor het besturen van de volgende apparatuur:
Apparatuur die rechtstreeks verband houdt met de instandhouding van
levensfuncties, waaronder:
Medische apparatuur zoals ademhalingssystemen, uitrusting voor
de operatiekamer, enzovoort.
Uitlaatsystemen voor gassen, bijvoorbeeld gifgassen, en
uitlaatsystemen voor rook.
Apparatuur die dient te worden geïnstalleerd in overeenstemming
met verschillende wettelijke voorschriften, zoals brandveiligheidsvoorschriften of bouwvoorschriften, enzovoort.
Apparatuur die in relatie staat tot de bovengenoemde functies.
die verband houden met de veiligheid van mensen of die van grote
invloed zijn op het veilig onderhouden van openbare functies, enzovoort. De apparatuur is niet ontworpen noch vervaardigd voor deze doeleinden.
Apparatuur voor controle van luchtverkeer, treinverkeer,
wegverkeer, scheepvaartverkeer, enzovoort.
Apparatuur voor gebruik in kerncentrales, enzovoort.
Apparatuur die in relatie staat tot de bovengenoemde functies.
A110-serie
Gebruikershandleiding xiv
Page 15
A110-serie
Waarschuwing
Schakel draadloze producten UIT als u zich in een drukke omgeving, bijvoorbeeld een volle forenzentrein, bevindt.
Houd dit product op ten minste 22 cm afstand van een pacemaker. Radiogolven kunnen de werking van een pacemaker beïnvloeden en
daarmee leiden tot ademhalingsproblemen. Schakel draadloze producten UIT als u zich in een medische faciliteit of in
de nabijheid van medische elektrische apparatuur bevindt. Breng medische elektrische apparatuur niet in de nabijheid van het product.
Radiogolven kunnen de werking van medische elektrische apparatuur beïnvloeden en daarmee leiden tot ongevallen ten gevolge van disfunctioneren.
Schakel draadloze producten UIT als u zich in de nabijheid van een automatische deur, een brandalarminstallatie of andere apparatuur voor automatische controle bevindt.
Radiogolven kunnen de werking van apparatuur voor automatisch beheer beïnvloeden en daarmee leiden tot ongevallen ten gevolge van disfunctioneren.
Schakel draadloze producten NIET in als u zich in een vliegtuig bevindt of op plaatsen waar radiostoring wordt gegenereerd of kan worden gegenereerd.
Radiogolven kunnen storingen veroorzaken op apparatuur, zoals apparatuur die aan boord van vliegtuigen wordt gebruikt als gevolg waarvan een ongeluk kan optreden.
U dient te letten op mogelijke radiostoringen en andere kwesties die zich als het gevolg van het gebruik van dit product kunnen optreden. Schakel de schakelaar voor draadloze communicatie UIT als enige invloed merkbaar is.
Radiogolven kunnen de werking van andere apparatuur beïnvloeden en daarmee leiden tot ongevallen ten gevolge van disfunctioneren.
Als u het product in de auto gebruikt, dient u bij de leverancier van de auto te informeren of de auto voorzien is van voldoende elektromagnetische compatibiliteit (EMC).
Radiogolven veroorzaakt door het product kunnen de rijvaardigheid beïnvloeden.
Afhankelijk van het model auto kan het product in zeldzame gevallen invloed hebben op de elektronische apparatuur in de auto, indien aanwezig.
Opmerking
Gebruik dit product niet in de volgende omgevingen: In de nabijheid van een magnetronoven of andere apparatuur die een
magnetisch veld genereert. In de nabijheid van plaatsen of apparaten die statische elektriciteit of
radiostoring genereren. Op plaatsen waar het product onbereikbaar is voor radiogolven
(afhankelijk van de omgeving).
Gebruikershandleiding xv
Page 16

Inhoud

Hoofdstuk 1 A110 - voorzieningen
Voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1
Speciale voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-8
Hulpprogramma's . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-10
Opties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-13
Hoofdstuk 2 Rondleiding
Voorkant met gesloten beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-1
Rechterkant. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2-3
Linkerkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-4
Achterkant. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2-5
Onderkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2-6
Voorkant met het beeldscherm geopend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-7
Toetsenbordlampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-10
Optisch station . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-10
Hoofdstuk 3 Aan de slag
Uw werkplek inrichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-1
de netadapter aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-4
Het beeldscherm openen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-6
De stroom inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-6
De computer voor het eerst opstarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3-7
De computer uitschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3-7
Computer opnieuw opstarten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-11
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de schijf
Productherstel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-12
Gebruikershandleiding xvi
Page 17
A110-serie
Hoofdstuk 4
Grondbeginselen
Touchpad gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-1
Het interne modem gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-2
LAN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-6
Draadloos LAN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-7
Schijfstations voor optische media gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . .4-8
CD's beschrijven met een CD-RW-/DVD-ROM-station . . . . . . . . .4-13
CD’s/DVD’s schrijven naar een DVD Super Multi-station met
ondersteuning van ±R Double Layer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-15
TOSHIBA Disc Creator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-19
TOSHIBA Direct Disc Writer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-21
Bij gebruik van WinDVD Creator 2 Platinum . . . . . . . . . . . . . . . . .4-21
Behandeling van schijven/diskettes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-24
Diskettes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-25
Tv-uit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4-25
Meerdere beeldschermen instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-25
De computer reinigen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-26
De computer verplaatsen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-27
Hoofdstuk 5 Het toetsenbord
Typemachinetoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-1
Functietoetsen F1 ... F12 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-2
Softkeys: Fn-toetscombinaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-2
Sneltoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-3
Speciale Windows-toetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-4
Geïntegreerde numerieke toetsen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5-5
ASCII-tekens genereren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-6
Hoofdstuk 6 Stroomvoorziening en spaarstanden
Omstandigheden bij stroomvoorziening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-1
Voedingslampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-2
Accutypen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-3
Onderhoud en gebruik van de accu-eenheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-5
De accu-eenheid vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-11
TOSHIBA Password-hulpprogramma. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-13
Spaarstanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6-14
Uit/Inschakelen via LCD. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-14
Systeem op stand-by/in slaapstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6-15
Hoofdstuk 7 HW Setup
HW Setup starten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7-1
Het HW Setup-venster . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7-1
Gebruikershandleiding xvii
Page 18
A110-serie
Hoofdstuk 8
Optionele apparaten
PC-kaart. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8-2
SD-IO-/SD-(miniSD met adapter)/MMC-/MS-/MS
Pro-/xD-geheugenkaarten (optioneel) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8-4
Geheugenuitbreiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-7
Extra accu-eenheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8-10
Extra netadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8-10
Externe monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-10
Televisie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8-10
i.LINK (IEEE1394a) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8-14
Beveiligingsslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8-16
Hoofdstuk 9 Probleemoplossing
Handelwijze bij probleemoplossing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9-1
Controlelijst voor hardware en systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .9-3
TOSHIBA-ondersteuning . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9-18
Hoofdstuk 10 Vrijwaringsverklaringen
CPU . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10-1
Hoofdgeheugen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10-2
Levensduur accu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10-2
Capaciteit van vaste schijf. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-3
LCD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10-3
Draadloos LAN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10-3
Niet-toepasselijke pictogrammen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-3
Kopieerbeveiliging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10-3
SRS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10-4
Afbeeldingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10-4
LCD-scherm en vermoeidheid van de ogen. . . . . . . . . . . . . . . . . .10-4
Bijlage A Specificaties
Bijlage B Weergavemodi
Bijlage C Het netsnoer en de voedingsaansluitingen
Bijlage D Als uw computer wordt gestolen
Woordenlijst
Gebruikershandleiding xviii
Page 19
Voorwoord
Gefeliciteerd met uw nieuwe computer uit de A110-serie. Deze krachtige, hoogpresterende notebook staat garant voor jarenlang betrouwbaar computergebruik en biedt uitstekende uitbreidingsmogelijkheden, bijvoorbeeld voor multimedia-apparaten.
In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u uw computer uit de A110-serie gebruiksklaar maakt en ermee aan de slag gaat. Verder wordt gedetailleerde informatie gegeven over het configureren van de computer, elementaire bewerkingen en onderhoud, het gebruik van optionele apparaten en probleemoplossing.
Als u nog nooit een computer hebt gebruikt of nog nooit met een draagbare computer hebt gewerkt, lees dan eerst de hoofdstukken
Rondleiding
en onderdelen en accessoires van de computer. Lees vervolgens voor stapsgewijze instructies voor het gebruiksklaar maken van de computer.
Als u een ervaren computergebruiker bent, dient u dit voorwoord te lezen om inzicht te krijgen in de indeling van deze handleiding. Blader daarna de handleiding door om ermee vertrouwd te raken. Besteed met name aandacht aan de paragraaf Speciale voorzieningen in de A110 -
voorzieningen om kennis te maken met de voorzieningen die uniek zijn
voor de computer.
Inhoud van de handleiding
om uzelf vertrouwd te maken met de voorzieningen,
A110 - voorzieningen
Aan de slag
Deze handleiding bestaat uit tien hoofdstukken, vier bijlagen en een woordenlijst.
Hoofdstuk 1, A110 - voorzieningen, is een overzicht van de speciale voorzieningen, hulpprogramma's en opties van de computer.
In hoofdstuk 2, Rondleiding, worden de onderdelen van de computer geïdentificeerd en kort toegelicht.
Gebruikershandleiding xix
Page 20
A110-serie
In hoofdstuk 3, Aan de slag, wordt beknopt uitgelegd hoe u met de computer aan de slag kunt gaan en worden tips gegeven over veiligheid en het inrichten van uw werkplek. Lees in elk geval de gedeelten over het installeren van het besturingssysteem en het herstellen van de vooraf geïnstalleerde software.
Hoofdstuk 4, Grondbeginselen, staat vol met instructies over het gebruik van de volgende apparaten: TouchPad, de optische schijfstations, de interne modem, het LAN en het draadloze LAN. Verder worden tips gegeven voor het onderhoud van de computer, diskettes en DVD's/ CD-ROM's.
Hoofdstuk 5, Het toetsenbord, beschrijft speciale toetsenbordfuncties zoals de geïntegreerde numerieke toetsen en de sneltoetsen.
Hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, geeft uitvoerige informatie over de stroomvoorzieningen van de computer.
Hoofdstuk 7, HW Setup, geeft een overzicht van het hulpprogramma TOSHIBA HW Setup.
Hoofdstuk 8, Optionele apparaten, beschrijft welke optionele hardware beschikbaar is.
Hoofdstuk 9, Probleemoplossing, verschaft nuttige informatie over het uitvoeren van diagnostische tests en suggesties voor de beste handelwijze als de computer niet correct lijkt te werken.
In hoofdstuk 10, Vrijwaringsverklaringen, vindt u informatie over de vrijwaringsverklaringen met betrekking tot de computer.
De Bijlagen verschaffen technische informatie over de computer. De Woordenlijst bevat definities van algemene computertermen en
acroniemen die in de tekst worden gebruikt.
Conventies
In deze handleiding worden de volgende notatieconventies gebruikt voor het beschrijven, identificeren en markeren van termen en bedieningsprocedures.
Afkortingen
Wanneer een afkorting voor het eerst wordt gebruikt, wordt deze gevolgd door een verklaring (al dan niet tussen haakjes). Bijvoorbeeld: ROM (Read Only Memory). Acroniemen worden tevens gedefinieerd in de Woordenlijst.
Pictogrammen
Pictogrammen identificeren poorten, regelaars en andere delen van de computer. Het paneel met systeemlampjes gebruikt tevens pictogrammen ter aanduiding van de onderdelen waarover het informatie verschaft.
Gebruikershandleiding xx
Page 21
Toetsen
De toetsenbordtoetsen worden in de tekst gebruikt ter beschrijving van een aantal computerbewerkingen. De toetsopschriften die op het toetsenbord te zien zijn, worden in een ander lettertype gedrukt. Enter duidt bijvoorbeeld de Enter-toets aan.
Gebruik van toetsen
Voor sommige bewerkingen moet u tegelijkertijd twee of meer toetsen indrukken. Dergelijke bewerkingen worden aangeduid door een plusteken (+) tussen de toetsopschriften (+). Zo betekent Ctrl + C dat u op C moet drukken terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. Als er drie toetsen worden gebruikt, dient u de eerste twee toetsen ingedrukt te houden en tegelijkertijd op de derde toets te drukken.
DISCCOPY A: B: Als in procedures een actie moet worden
Beeldscherm
ABC
A110-serie
uitgevoerd, zoals het klikken op een pictogram of het invoeren van tekst, wordt de naam van het pictogram of wordt de tekst die moet worden ingevoerd, weergegeven in het lettertype dat hier links is afgebeeld.
De namen van vensters en pictogrammen, en door de computer gegenereerde tekst die op het beeldscherm verschijnt, worden in het links weergegeven lettertype gedrukt.
Mededelingen
Mededelingen worden in deze handleiding gebruikt om u attent te maken op belangrijke informatie. Elk type mededeling wordt aangeduid zoals hieronder wordt geïllustreerd.
Attentie! In dit soort mededelingen wordt u gewaarschuwd dat incorrect gebruik van apparatuur of het negeren van instructies kan resulteren in gegevensverlies of beschadiging van de apparatuur.
Opmerking. Een opmerking is een tip of aanwijzing die u helpt de apparatuur optimaal te gebruiken.
Controlelijst van apparatuur
Verwijder de computer voorzichtig uit de verpakking. Berg de doos en het verpakkingsmateriaal op voor toekomstig gebruik. Controleer of u de volgende items hebt:
Gebruikershandleiding xxi
Page 22
Hardware
Software
A110-serie
Draagbare personal computer uit de A110-serie
Universele netadapter en netsnoer
USB-diskettestation (geleverd bij sommige modellen)
modulaire kabel voor modem (geleverd bij sommige modellen)
Microsoft® Windows® XP Home Edition
De volgende software die vooraf is geïnstalleerd op uw vaste schijf:
®
Microsoft
Windows® XP Home Edition
DVD-videospeler
TOSHIBA Disc Creator
TOSHIBA Direct Disc Writer
TOSHIBA Power Saver
TOSHIBA ConfigFree
TOSHIBA Assist
TOSHIBA Controls
TOSHIBA PC Diagnostic Tool
TOSHIBA Aanraken en starten
TOSHIBA TouchPad On/Off
TOSHIBA Zooming
Hulpprogramma TOSHIBA SD-geheugenkaart formatteren*
TOSHIBA Acoustic Silencer
TOSHIBA HW Setup
TOSHIBA Accessibility (Toegankelijkheid)
TOSHIBA Virtual Sound
TOSHIBA-sneltoetsprogramma
TOSHIBA Hulpprogramma voor supervisorwachtwoord
DVD-RAM-stuurprogramma
InterVideo WinDVD Creator 2 Platinum
On line handleiding
Schijf Productherstel
* De beschikbaarheid van deze software is afhankelijk van het
aangeschafte model.
Het systeem functioneert wellicht niet correct als u gebruik maakt van stuurprogramma's die niet zijn geïnstalleerd of gedistribueerd door TOSHIBA.
Gebruikershandleiding xxii
Page 23
Documentatie
Dit is de documentatie die bij uw computer wordt geleverd:
A110-serie
Gebruikershandleiding voor de A110-serie Personal Computer
A110 - Aan de slag
Instructiegids voor veiligheid en comfort
Garantie-informatie
Als een of meer items ontbreken of beschadigd zijn, neemt u onmiddellijk contact op met uw dealer.
Gebruikershandleiding xxiii
Page 24
A110 - voorzieningen
Dit hoofdstuk beschrijft de speciale voorzieningen, opties en accessoires van de computer.
De basisvoorzieningen worden in een aparte publicatie beschreven.
Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht, functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt dat niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd.

Voorzieningen

Dankzij de geavanceerde LSI- en CMOS-technologie (Large Scale Integration en Complementary Metal-Oxide Semiconductor) van TOSHIBA is de computer uit de A110-serie compact, licht van gewicht, uiterst betrouwbaar en energiezuinig. Deze computer biedt de volgende voorzieningen en voordelen:
Hoofdstuk 1
Processor
Afhankelijk van het gekochte model:
®
Core™ Duo-processor
Intel Intel® Core™ Solo-processor
®
Celeron® M
Intel
Vrijwaringsverklaring (CPU)
Raadpleeg hoofdstuk 10, Vrijwaringsverklaringen, voor meer informatie over de vrijwaringsverklaring met betrekking tot de CPU.
Gebruikershandleiding 1-1
Page 25
Chipset
A110 - voorzieningen
Mobile Intel® 945GM Express-chipset of ATI RADEON
®
XPRESS 200M
ENE CB714 CardBus-controller voor het model met een kaartsleuf voor meerdere digitale media
ENE CB1410 CardBus-controller VIA6311S IEEE1394a-controller Realtek ALC861 voor audio-codec Realtek RTL8100CL voor 10/100-Mbps
LAN-controller
Geheugen
Het grafische systeem in uw computer kan een deel van het hoofdgeheugen van de computer gebruiken om de grafische prestaties te verbeteren. Dit vermindert de hoeveelheid systeemgeheugen die voor andere computeractiviteiten beschikbaar is. De hoeveelheid systeemgeheugen die wordt toegewezen om de grafische prestaties te verbeteren, hangt af van het grafische systeem, de gebruikte toepassingen, de grootte van het systeemgeheugen en andere factoren.
Sleuf Twee DDRII SO-DIMM, van maximaal 4 GB met
L2-cache Afhankelijk van het gekochte model. Video-RAM Afhankelijk van het gekochte model:
®
Intel
945GM Express-chipset en van maximaal
2 GB met ATI RADEON
®
Xpress 200M-chipset, kunnen via de sleuf voor geheugenuitbreiding worden toegevoegd.
De hoeveelheid systeemgeheugen die u maximaal kunt toevoegen, hangt af van het aangeschafte model.
Mobile Intel
®
945GM Express-chipset, maximaal
128 MB gedeeld met hoofdgeheugen.
®
ATI R A D E ON
XPRESS 200M maximaal 64 MB gedeeld met hoofdgeheugen (voor hoofdgeheugen van 256 MB), maximaal 128 MB gedeeld met hoofdgeheugen (voor hoofdgeheugen van 512 MB of 756 MB), maximaal 256 MB gedeeld met hoofdgeheugen (voor hoofdgeheugen van meer dan 1 GB).
Gebruikershandleiding 1-2
Page 26
BIOS
Voeding
A110 - voorzieningen
1 MB Flash ROM voor systeem-BIOS Wachtstand naar geheugen of vaste schijf Verschillende sneltoetsfuncties voor
systeembeheer Volledige ACPI 1.0b-functionaliteit
Accu-eenheid Lithium-Ion smart accu-eenheid (4 cellen) van
14,4 V * 2000 mAh* Lithium-Ion smart accu-eenheid (6 cellen) van
10,8 V * 4000 mAh Lithium-Ion smart accu-eenheid (8 cellen) van
14,4 V * 4300 mAh Oplaadtijd tot 100% accucapaciteit is circa 12 uur
of meer (met systeem ingeschakeld). Oplaadtijd tot 100% accucapaciteit is circa 4 uur
(met systeem uitgeschakeld). De ontlaadtijd in de stand-by-stand bedraagt circa
1,5 dag voor de accu met 8 cellen, 1 dag voor de accu met 6 cellen en 0,75 dagen voor de accu met 4 cellen.
Ontladingstijd in afsluitmodus is circa 1 maand. * De beschikbaarheid van deze accu is
afhankelijk van het aangeschafte model.
Vrijwaringsverklaring (levensduur accu)
Raadpleeg hoofdstuk 10, Vrijwaringsverklaringen, voor meer informatie over de vrijwaringsverklaring met betrekking tot de levensduur van de accu-eenheid.
RTC-batterij De computer heeft een interne batterij voor de
RTC (Real Time Clock), de kalender en de informatie voor het instellen. Zonder externe voedingsbron gaat deze batterij gemiddeld een maand mee.
Netadapter De universele netadapter voorziet het systeem
van stroom en laadt de accu’s op wanneer deze opraken. De adapter wordt geleverd met een verwisselbaar netsnoer.
Diskettestations
Extern USB-diskettestation (hangt af van het gekochte model)
Gebruikershandleiding 1-3
Page 27
A110 - voorzieningen
TouchPad
Met het touchpad en de besturingsknoppen in de polssteun kunt u de schermaanwijzer verplaatsen.
Beeldscherm
15,4-inch TFT LCD-beeldscherm met een van de volgende resoluties:
WXGA, 1280 horizontale x 800 verticale pixels
WXGA-CSV, 1280 horizontale x 800 verticale
pixels
Vrijwaringsverklaring (LCD)
Raadpleeg hoofdstuk 10, Vrijwaringsverklaringen, voor meer informatie over de vrijwaringsverklaring met betrekking tot de LCD.
Stations/schijven
Vaste schijf Afhankelijk van het gekochte model zal een van
de volgende stations worden geïnstalleerd: 40,0 miljard bytes (37,26 GB) 60,0 miljard bytes (55,88 GB) 80,0 miljard bytes (74,52 GB) 100,0 miljard bytes (93,16 GB) 120,0 miljard bytes (111,78 GB) 2,5-inch vaste schijf Seriële ATA 1.0
Gebruikershandleiding 1-4
Page 28
A110 - voorzieningen
Vrijwaringsverklaring (capaciteit van de vaste schijf)
Raadpleeg hoofdstuk 10, Vrijwaringsverklaringen, voor meer informatie over de vrijwaringsverklaring met betrekking tot de capaciteit van de vaste schijf.
CD-RW-/DVD-ROM­station
Sommige modellen zijn uitgerust met een CD-RW-/DVD-ROM-module van volledige grootte waarmee u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's/CD-RW's kunt vastleggen en CD’s/DVD's van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) cm kunt lezen. De maximale leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM's en 24-speed voor CD-ROM's. De maximale schrijfsnelheid is 24-speed voor CD-R's en 24-speed voor CD-RW's. Dit station ondersteunt de volgende indelingen:
DVD-ROM DVD-video
CD-R CD-RW
CD-DA CD-Text
Photo CD (single/multi-session)
CD-ROM Mode1, Mode2
CD-ROMXA Mode2 (Form1, Form2)
Enhanced CD (CD-EXTRA)
Gebruikershandleiding 1-5
Page 29
A110 - voorzieningen
DVD Super Multi­station met ondersteuning voor dubbellaags R
Sommige modellen zijn uitgerust met een DVD Super Multi-station met (±R Double Layer-module die dubbellaags schijven ondersteunt) van volledige grootte waarmee u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's/DVD's kunt vastleggen en CD's/DVD's van 12cm of 8cm kunt lezen. De maximale leessnelheid is 8-speed voor DVD-ROM's en 24-speed voor CD-ROM's. De maximale schrijfsnelheid is 24-speed voor CD-R's, 10-speed voor CD-RW's, 8-speed voor DVD-R's, 4-speed voor DVD-RW's, 4-speed voor DVD+RW's, 8-speed voor DVD+R's, 2,4-speed voor DVD+R's (Double Layer), 2-speed voor DVD-R's (Dual Layer) en 5-speed voor DVD-RAM's. Dit station ondersteunt dezelfde indelingen als het CD-RW/DVD-ROM-station en tevens:
DVD-ROM DVD-video
DVD-R DVD-RW
DVD+R DVD+RW
DVD-RAM DVD+R (Double Layer)
CD-R CD-RW
CD-DA CD-Text
DVD-R (Dual Layer)
Photo CD (single/multi-session)
CD-ROM Mode1, Mode2
CD-ROMXA Mode2 (Form1, Form2)
Enhanced CD (CD-EXTRA)
Computers in deze serie kunnen worden geconfigureerd met meerdere typen optische schijfstations. Wend u tot uw dealer voor meer informatie over de beschikbare optische schijfstations. Raadpleeg hoofdstuk 4,
Grondbeginselen, voor meer informatie over het gebruik van het optische
schijfstation.
Sleuven (afhankelijk van de configuratie)
PC-kaart Geschikt voor één type II-apparaat.
Kaart voor meerdere digitale media (SD-IO/ SD (mini-SD met adapter)/MMC/MS/MS Pro/xD)
Gebruikershandleiding 1-6
Door middel van deze sleuf kunt u gemakkelijk gegevens overbrengen van apparaten, bijvoorbeeld digitale camera’s en PDA’s (Personal Digital Assistants), die gebruikmaken van flashgeheugen.
U kunt ook een geheugenmodule in deze sleuf plaatsen.
Page 30
A110 - voorzieningen
Poorten (afhankelijk van configuratie)
Externe monitor De 15-pens analoge VGA-poort ondersteunt
VESA DDC2B-compatibele functies.
Universal Serial Bus De computer heeft drie USB 2.0-compatibele
i.LINK (IEEE1394a) Deze poort ondersteunt snelle, rechtstreekse
Tv-out De 4-pens S-Video-poort is compatibel met de
Universal Serial Bus-poorten, die gegevensoverdrachtsnelheden ondersteunen die ruim 40 maal hoger zijn dan met USB 1.1 (eveneens door deze computer ondersteund).
gegevensoverdracht vanaf externe apparaten zoals digitale videocamera’s.
PAL-of NTSC-standaard voor tv en ondersteunt Macrovision 7.02-kopieerbeveiliging.
Multimedia
Geluidssysteem Het geïntegreerde, Windows®-compatibele
geluidssysteem biedt ondersteuning voor zowel interne luidsprekers als aansluitingen voor een externe microfoon en hoofdtelefoons.
Hoofdtelefoonaanslui­ting
Microfoonaansluiting Op de standaard 3,5-mm mini-microfoonbus kan
Er is een standaard 3,5-mm stereobus voor aansluiting van een externe hoofdtelefoon of luidsprekers.
een monomicrofoon worden aangesloten.
Communicatie (afhankelijk van de configuratie)
Modem De ingebouwde modem voorziet in gegevens-en
faxcommunicatie. Het ondersteunt de V.90-of V.92-standaarden (afhankelijk van de regio) en heeft een modempoort voor aansluiting op een telefoonlijn. De snelheid van gegevens-en faxverzending is afhankelijk van de omstandigheden van de analoge telefoonlijn.
LAN De computer heeft ingebouwde ondersteuning
voor Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX).
Draadloos LAN De computer heeft een ingebouwde
mini-PCI-kaart voor draadloos LAN die compatibel is met andere LAN-systemen die het volgende ondersteunen: 802.11a/b/g draadloze LAN-module. Tevens ondersteunt de kaart frequentiebandselectie (2,4 of 5 GHz) en zwerven ("roaming") over meerdere kanalen.
Gebruikershandleiding 1-7
Page 31
Beveiliging
Beveiligingsslot

Speciale voorzieningen

De volgende functies zijn ofwel uniek voor Toshiba-computers ofwel geavanceerde functies, waardoor de computer handiger is in gebruik.
Sneltoetsen Door middel van deze toetscombinaties kunt u de
Beeldscherm automatisch uitschakelen
Automatisch uitschakelen van vasteschijfstation
Systeem stand-by/in slaapstand
Geïntegreerde numerieke toetsen
A110 - voorzieningen
Wachtwoordbeveiliging voor opstarten Wachtwoordarchitectuur met twee niveaus
Hiermee kan de computer door middel van een optioneel beveiligingsslot aan een bureau of ander groot, zwaar voorwerp worden verankerd.
systeemconfiguratie snel wijzigen zonder een systeemconfiguratieprogramma te hoeven gebruiken.
Met deze functie wordt de stroom naar het interne beeldscherm automatisch stopgezet als het toetsenbord of aanwijsapparaat een bepaalde tijd niet is gebruikt. De stroomvoorziening wordt hersteld zodra een toets wordt ingedrukt of het aanwijsapparaat wordt gebruikt. U kunt de tijdlimiet opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Met deze functie wordt de stroom naar de vaste schijf automatisch stopgezet als een bepaalde tijd lang geen vasteschijfactiviteit heeft plaatsgevonden. De stroomvoorziening wordt hersteld zodra de vaste schijf wordt gebruikt. U kunt de tijdlimiet opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Met deze functie wordt het systeem automatisch op stand-by of in de slaapstand gezet als een bepaalde tijd lang geen invoer of hardwareactiviteit heeft plaatsgevonden. U kunt de tijdlimiet opgeven en een keuze maken uit System Standby en System Hibernate in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Het toetsenbord heeft tien geïntegreerde numerieke toetsen. Raadpleeg het gedeelte
numerieke toetsen toetsenbord
de geïntegreerde numerieke toetsen.
in hoofdstuk 5,
, voor informatie over het gebruik van
Geïntegreerde
Het
Gebruikershandleiding 1-8
Page 32
A110 - voorzieningen
wachtwoord voor opstarten
Er zijn twee niveaus van wachtwoordbeveiliging: supervisor en gebruiker. Hierdoor kunt u voorkomen dat onbevoegden uw computer gebruiken.
Battery Save Mode (energiebesparings­modus)
Met deze voorziening kunt u accu-energie besparen. U kunt het niveau van het energiebeheer opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Instant Security (directe beveiliging)
Een sneltoetsfunctie waarmee u het scherm kunt leegmaken en de wachtwoordbeveiliging kunt activeren om zodoende uw gegevens veilig te stellen.
In-/uitschakelen via LCD (Panel power on/ off)
Met deze functie wordt de stroom naar de computer uitgeschakeld wanneer de LCD wordt gesloten, en weer ingeschakeld zodra de LCD wordt geopend. U kunt deze instelling opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Low Battery Automatic Hibernation (automatische slaapstand bij lage acculading)
Als de acculading zover is gedaald dat u de computer niet meer kunt gebruiken, wordt automatisch de slaapstand geactiveerd en wordt het systeem afgesloten. U kunt deze instelling opgeven in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Slaapstand Met deze functie kunt u de stroom uitschakelen
zonder de software te hoeven sluiten. De inhoud van het hoofdgeheugen wordt op de vaste schijf opgeslagen. Wanneer u de computer weer aanzet, kunt u uw werk hervatten op de plaats waar u was opgehouden. Raadpleeg het gedeelte
De computer uitschakelen in hoofdstuk 3, Aan de slag, voor meer informatie.
Stand-by In de stand-bymodus blijft de computer
ingeschakeld maar worden de processor en alle andere apparaten feitelijk in een 'sluimerstand' gezet. Wanneer de computer in de stand­bymodus staat, knippert het Aan/uit-lampje oranje. De computer wordt op stand-by gezet ongeacht de instelling voor de slaapstand. Raadpleeg het gedeelte De computer
uitschakelen in hoofdstuk 3, Aan de slag, voor
meer informatie.
Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer in de
stand-bymodus te zetten.
Wanneer de computer in de stand-bymodus staat, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan bestaat het risico dat de computer of de module schade oploopt.
Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de stand-bymodus
is. In dat geval zullen gegevens in het geheugen verloren gaan.
Gebruikershandleiding 1-9
Page 33

Hulpprogramma's

In dit gedeelte worden vooraf geïnstalleerde hulpprogramma’s beschreven en wordt toegelicht hoe u de programma’s start. Raadpleeg de on line handleiding, Help of readme-bestanden bij elk hulpprogramma voor informatie over de exacte bediening.
A110 - voorzieningen
TOSHIBA Power Saver
TOSHIBA Assist TOSHIBA Assist is een grafische
TOSHIBA PC Diagnostic Tool
TOSHIBA Controls (optioneel)
TOSHIBA Power Saver biedt de configuratieoptie om energie te besparen als de computer op de accu of de netvoeding werkt. U kunt TOSHIBA Power Saver als volgt starten:
Als het Configuratiescherm in de categorieweergave is geopend:
Start Instellingen Configuratiescherm Prestaties en onderhoud TOSHIBA Power Saver
Als het Configuratiescherm in de klassieke weergave is geopend:
StartConfiguratiescherm TOSHIBA Power Saver
gebruikersinterface waarmee u gemakkelijk toegang tot Help en services kunt verkrijgen.
TOSHIBA PC Diagnostic Tool geeft gegevens weer over de configuratie van de computer en biedt de mogelijkheid om een aantal ingebouwde apparaten te testen.
U kunt de TOSHIBA PC Diagnostic Tool als volgt starten:
Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's PC Diagnostic Tool
Met dit hulpprogramma kunt u de audio-/ videobedieningsknoppen van de computer configureren en de toepassingen voor het afspelen van audio en video instellen.
Knoppen
Knop voor het toewijzen van internettoepassingen of -functies en de CD/ DVD-knop.
De standaardinstellingen zijn standaardbrowser en CD/DVD.
Media Apps
Hiermee kunt u een toepassing selecteren voor het afspelen van audio en video.
Gebruikershandleiding 1-10
Page 34
A110 - voorzieningen
DVD-videospeler De DVD-speler heeft een scherminterface
en-functies voor het afspelen van DVD-videoschijven. Klik op Start, wijs Alle programma's aan, wijs InterVideo WinDVD aan en klik op InterVideo WinDVD.
TOSHIBA ConfigFree ConfigFree is een programmapakket waarmee
communicatieapparaten en netwerkverbindingen op simpele wijze kunnen worden beheerd. Met ConfigFree kunt u tevens communicatieproblemen opsporen en profielen maken, waarmee u eenvoudig schakelt tussen locaties en communicatienetwerken.
U start ConfigFree door in Windows op Start te klikken, achtereenvolgens Alle programma's, TOSHIBA en Networking aan te wijzen en op ConfigFree te klikken.
TOSHIBA TouchPad On/Off
Als u in een Windows drukt, wordt de touchpadfunctie in- of
®
-omgeving op Fn + F9
uitgeschakeld. Wanneer u op deze sneltoetsen drukt, wordt de huidige instelling veranderd en als pictogram op het scherm weergegeven.
TOSHIBA Disc Creator
U kunt CD's/DVD's in verschillende indelingen maken: audio-CD's die op een gewone stereo­CD-speler kunnen worden afgespeeld, en data­CD's voor het opslaan van de bestanden en mappen op uw vaste schijf. Deze software kan alleen worden gebruikt op modellen met een CD-RW/DVD-ROM-station of een DVD Super Multi-station dat dubbellaags DVD±R ondersteunt.
TOSHIBA Direct Disc Writer
TOSHIBA Direct Disc Writer is het pakketschrijfprogramma waarmee bestanden en/ of mappen via een stationsletter naar een DVD+RW-, DVD-RW- of CD-RW-schijf kunnen worden weggeschreven, op dezelfde manier als u gegevens naar een diskettestation of station met een verwisselbaar medium kopieert.
Gebruikershandleiding 1-11
Page 35
A110 - voorzieningen
TOSHIBA Touch and Launch
Het hulpprogramma TOSHIBA Touch and Launch vergemakkelijkt diverse touchpadtaken. Het is handig in de volgende omstandigheden:
voor het openen van een bestand waarvan
het bureaubladpictogram achter een venster schuilgaat;
Voor het openen van een pagina in het menu
Favorieten van Internet Explorer.
voor het weergeven van een lijst met actieve vensters en het activeren van een ander venster.
Verder biedt dit hulpprogramma de volgende functies door aanpassing van de instellingen:
een bestand openen dat in een vooraf
gedefinieerde map is opgeslagen;
snel uw veelgebruikte toepassingen starten.
TOSHIBA Zooming Met dit hulpprogramma kunt u de pictogrammen
op het bureaublad of die in het toepassingsvenster vergroten of verkleinen.
TOSHIBA Hardware Setup
Met dit programma kunt u uw hardware­instellingen aanpassen aan uw werkwijzen en de randapparaten die u gebruikt. Open het hulpprogramma door achtereenvolgens te klikken op Start, Configuratiescherm en Printers en andere hardware en het pictogram TOSHIBA HW Setup te selecteren.
TOSHIBA Accessibility (Toegankelijkheid)
Met dit hulpprogramma kunt u de Fn-toets vergrendelen: u drukt eenmaal op de Fn-toets, laat de toets los en drukt op een F-cijfertoets. De Fn-toets blijft actief tot een andere toets wordt ingedrukt.
TOSHIBA Virtual Sound
TOSHIBA Virtual Sound werkt als een audiofilter dat de functies SRS TruSurround XT, SRS WOW HD en SRS Circle Surround Xtract gebruikt van SRS Labs, Inc. in de Verenigde Staten. Het audiofilter verbetert de geluids- en muziekkwaliteit van uw computer.
De functie inschakelen
U schakelt het audiofilter in door de volgende stappen uit te voeren.
1. Selecteer Start en wijs achtereenvolgens Alle
programma's, TOSHIBA, Utilities en Virtual Sound aan.
2. Het instellingenvenster van TOSHIBA Virtual
Sound wordt weergegeven.
3. Klik op "On" (aan) in Basic Settings
(basisinstellingen).
Gebruikershandleiding 1-12
Page 36
A110 - voorzieningen

Opties

Geluiddemper voor cd/dvd-station
WinDVD Creator 2 Platinum
TOSHIBA­sneltoetsprogramma
TOSHIBA SD­geheugenkaart formatteren (optioneel)
U kunt uw computer nog krachtiger en gebruikersvriendelijker maken door een aantal opties toe te voegen. De volgende opties zijn beschikbaar:
Geheugenmodules Er kunnen twee geheugenmodules in de
Met dit hulpprogramma kunt u de leessnelheid van het CD-station configureren. U kunt kiezen tussen de normale modus, waarin het station op maximale snelheid werkt voor een snelle gegevenstoegang, en de stille modus, waarin het station op enkele snelheid werkt voor audio-CD's, waardoor het station minder geluid maakt. Het heeft geen invloed op het DVD-station.
U kunt digitale video bewerken en een DVD-video maken.
Met dit programma kunt u de systeemconfiguratie snel wijzigen via het toetsenbord, zonder een systeemconfiguratieprogramma te hoeven gebruiken.
Met het TOSHIBA-hulpprogramma Opstartbare SD-kaart kunt u een opstartbare SD-geheugenkaart maken.
Met dit hulpprogramma kunt u een SD-geheugenkaart formatteren met de SD-standaardindeling.
computer worden geïnstalleerd.
Gebruik alleen PC4200- of PC5300*-compatibele DDRII-geheugenmodules. Neem contact op met uw TOSHIBA-dealer voor meer informatie
* De beschikbaarheid van DDRII is afhankelijk van het aangeschafte model.
Accu-eenheid U kunt een extra accu-eenheid aanschaffen bij uw
Accu-eenheid met hoge capaciteit
Netadapter Als u de computer regelmatig op verschillende
USB-diskettestation
Gebruikershandleiding 1-13
TOSHIBA-dealer. U kunt deze als reserve­exemplaar gebruiken, zodat u langer met uw computer kunt werken.
U kunt een extra accu-eenheid aanschaffen bij uw TOSHIBA-dealer. U kunt deze als reserve­exemplaar gebruiken, zodat u langer met uw computer kunt werken.
locaties gebruikt, is het wellicht een goed idee om voor elke locatie een extra netadapter te kopen: u hoeft de adapter dan niet telkens mee te nemen.
Hiermee kunt u een diskettestation op de computer aansluiten door middel van een USB-kabel.
Page 37
Rondleiding
In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer beschreven. Maak uzelf vertrouwd met elk onderdeel voordat u met de computer aan de slag gaat.
Bepaalde soorten notebookchassis zijn ontworpen om alle mogelijke configuraties voor een volledige productserie te huisvesten. Uw geselecteerde model heeft mogelijk niet alle voorzieningen en specificaties die corresponderen met de pictogrammen of schakelaars op het notebookchassis, tenzij u voor al deze voorzieningen hebt gekozen.

Voorkant met gesloten beeldscherm

De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het beeldscherm gesloten.
Hoofdstuk 2
5 76 8 1092 31 4 11
1. DC-IN-lampje
2. Aan/uit-lampje
3. Accu-lampje
4. Lampje voor vaste schijf
5. Lampje voor kaartsleuf voor meerdere digitale media*
Voorkant van de computer met gesloten beeldscherm
* De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van het aangeschafte model.
Gebruikershandleiding 2-1
6. Kaartsleuf voor meerdere digitale media*
7. Schakelaar voor draadloze communicatie
8. Draadloze-communicatielampje
9. Microfoonaansluiting
10. Hoofdtelefoonaansluiting
11. Volumeregelaar
Page 38
Rondleiding
DC-IN-lampje Het DC-IN-lampje brandt wanneer de computer is
aangesloten op de netadapter, die op zijn beurt aan een voedingsbron is gekoppeld.
Aan/uit-lampje Bij normaal gebruik brandt het aan/uit-lampje
groen of blauw (afhankelijk van het gekochte model). Het lampje knippert oranje wanneer het systeem in de stand-bymodus staat en het lampje is uit wanneer de computer is uitgeschakeld of in de slaapstand staat.
Accu-lampje Het Accu-lampje geeft het ladingsniveau van de
accu aan. Het lampje brand groen of blauw (afhankelijk van het gekochte model) als de accu volledig geladen is. Het lampje brandt oranje wanneer de accu door de netadapter wordt opgeladen. Het knippert oranje wanneer de accu bijna leeg is.
Lampje voor vaste schijf
Het lampje voor de vaste schijf geeft aan of de vaste schijf wordt gebruikt. Telkens wanneer de computer een programma uitvoert, een bestand opent of een andere functie verricht waarbij de vaste schijf wordt gebruikt, gaat dit lampje branden.
Lampje voor kaartsleuf voor meerdere digitale media
Het Lampje voor de sleuf voor meerdere digitale mediakaarten gaat branden als er toegang tot een geplaatste mediakaart wordt gezocht.
(De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van het aangeschafte model.)
Sleuf voor meerdere digitale mediakaarten
Met de sleuf voor meerdere digitale mediakaarten kunt u mediakaarten van digitale fotocamera’s en verschillende soorten draagbare gegevensapparaten gebruiken.
(De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van het aangeschafte model.)
Schakelaar voor draadloze communicatie
Met de schakelaar voor draadloze communicatie wordt de zender/ontvanger van het draadloze netwerk ingeschakeld. Het draadloze­communicatielampje brandt ten teken dat de draadloze netwerkfunctie is ingeschakeld.
Draadloze-
Geeft aan of de draadloze apparaten actief zijn.
communicatielampje
Microfoonaansluiting Op de 3,5-mm mini-microfoonbus kan een
standaard drie-aderige miniplug voor niet­stereofonische microfooninvoer worden aangesloten.
Gebruikershandleiding 2-2
Page 39
Rondleiding
Hoofdtelefoonaanslui­ting
Volumeregelaar Gebruik deze regelaar om het volume van de

Rechterkant

De volgende afbeelding illustreert de rechterkant van de computer.
Optisch station De computer is uitgerust met een optisch-
Lampje voor optisch schijfstation
Op de hoofdtelefoonbus kunt u een stereohoofdtelefoon of andere audio­uitvoerapparatuur zoals externe luidsprekers aansluiten. Als u een hoofdtelefoon of een ander apparaat op deze bus aansluit, worden de interne luidsprekers automatisch uitgeschakeld.
stereoluidsprekers of hoofdtelefoon in te stellen.
1
1. Optisch station 2. Lampje voor optisch schijfstation
Rechterkant van de computer
2
stationsmodule van volledige grootte waarin u schijven van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) zonder adapter kunt uitvoeren. Raadpleeg het gedeelte Optisch station in dit hoofdstuk voor technische specificaties voor elk station en hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor informatie over het gebruik van het station en het omgaan met schijven.
Dit lampje geeft aan wanneer het optische schijfstation wordt gebruikt.
Gebruikershandleiding 2-3
Page 40

Linkerkant

De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer.
Rondleiding
1 3 4 5 62
1. RGB-monitorpoort
2. Luchtopeningen
3. TV-uit-poort (S-Video)
Linkerkant van de computer
4. i.LINK-poort (IEEE1394a)
5. Universal Serial Bus-poort (USB)
6. PC-kaartsleuf
RGB-monitorpoort Via deze 15-pens poort kunt u een extern
beeldscherm op de computer aansluiten.
Luchtopeningen De luchtopeningen dienen om de CPU te
beschermen tegen oververhitting.
Om oververhitting van de CPU te voorkomen dient u ervoor te zorgen dat de luchtopening niet worden geblokkeerd.
TV Out-poort
Sluit een 4-pens S-videokabel aan op deze poort om een NTSC-of PAL-televisiesignaal uit te voeren.
i.LINK-poort (IEEE1394a)
Op deze poort kunt u een extern apparaat aansluiten, bijvoorbeeld een digitale videocamera voor snelle gegevensoverdracht.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van het aangeschafte model.
Universal Serial Bus­poort (USB)
Via de Universal Serial Bus-poorten (compatibel met USB 2.0 en 1.1) kunt u USB-apparaten zoals toetsenborden, muizen, vaste schijven, scanners en printers op de computer aansluiten.
PC-kaartsleuf
De PC-kaartsleuf biedt ruimte voor één PC-kaart van 5 mm (Type II). U kunt elke standaard-PC-kaart installeren, bijvoorbeeld een SCSI-adapter, Ethernet­adapter of flash-geheugenkaart.
Gebruikershandleiding 2-4
Page 41

Achterkant

In de volgende afbeelding ziet u het achterkant van de computer.
Rondleiding
1
2
1. Modemaansluiting
2. Beveiligingsslot
3. LAN-poort
4. USB-poorten (Universal Serial Bus)
5. Gelijkstroomingang (19 V)
De achterkant van de computer
3 4 5
Modemaansluiting In regio’s waar standaard een interne modem
wordt geïnstalleerd, kunt u met een modemkabel via deze aansluiting het modem rechtstreeks aansluiten op een telefoonlijn.
Beveiligingsslot U kunt een optionele beveiligingskabel op deze
aansluiting bevestigen om uw computer aan een bureau of ander groot voorwerp te verankeren en tegen diefstal te beschermen.
LAN-poort Via deze poort kunt u de computer op een LAN
aansluiten. De adapter heeft ingebouwde ondersteuning voor Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX). De LAN-status wordt aangegeven met twee lampjes op de bus.
USB-poorten (Universal Serial Bus)
Via de Universal Serial Bus-poorten (compatibel met USB 2.0 en 1.1) kunt u USB-apparaten zoals toetsenborden, muizen, vaste schijven, scanners en printers aansluiten op de computer.
Gelijkstroomingang
Op de DC-IN-poort sluit u de netadapter aan.
(19 V)
Gebruikershandleiding 2-5
Page 42

Onderkant

De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg dat het beeldscherm gesloten is voordat u de computer ondersteboven zet.
Rondleiding
1
2
5
4
3
1. Geheugenuitbreidingssleuf
2. Ventilatieopening
3. Accuvergrendelingsschuif
Geheugenuitbreiding ssleuf
De onderkant van de computer
In deze sleuf kunt u een geheugenmodule installeren om het computergeheugen uit te
4. Accu-eenheid
5. Vergrendeling van de accu-eenheid
breiden. Raadpleeg de paragraaf
Geheugenuitbreiding in hoofdstuk 8, Optionele apparaten.
Ventilatieopening De luchtopening dient om de CPU te beschermen
tegen oververhitting.
Om oververhitting van de CPU te voorkomen dient u ervoor te zorgen dat de luchtopening niet wordt geblokkeerd.
Accuvergrendelingss chuif
Als de vergrendeling van de accu-eenheid in de ontgrendelde stand staat, kunt u deze schuif opzij duwen om de accu-eenheid te verwijderen.
Accu-eenheid De accu-eenheid voorziet de computer van
stroom wanneer de netadapter niet is aangesloten. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, voor
uitgebreide informatie over de accu-eenheid.
Vergrendeling van de accu-eenheid
Als u deze vergrendeling naar de vergrendelstand schuift, kan de accu-eenheid niet worden losgemaakt, zelfs niet als u de accuvergrendelingsschuif open probeert te zetten.
Gebruikershandleiding 2-6
Page 43

Voorkant met het beeldscherm geopend

De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het beeldscherm geopend. Als u het beeldscherm wilt openen dient u de vergrendelingsschuif op de voorkant van het beeldscherm naar rechts te duwen en het scherm omhoog te kantelen. Zet het scherm in een stand waar u er goed zicht op hebt.
1
Rondleiding
5
6 7
8
9
10
2
11
3
4
1. Beeldscherm
2. TouchPad
3. Bedieningsknoppen voor touchpad
4. Linker en rechter luidspreker
5. Aan/uit-knop
6. Internet-knop*
De voorkant met geopend beeldscherm
7. Knop Media Player*
8. Knop Afspelen/Pauze*
9. Knop Stop*
10. Knop Volgende*
11. Knop Vorige*
* De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van het aangeschafte model.
Beeldscherm Op het LCD-scherm worden contrastrijke tekst en
afbeeldingen weergegeven met een resolutie van 1280 x 800 pixels. Raadpleeg bijlage B,
Weergavemodi voor meer informatie. Als de
computer door de accu wordt gevoed, ziet het scherm er minder helder uit dan bij gebruik van de netadapter. Dit is normaal en zo ontworpen om accuenergie te besparen.
Gebruik een schermbeveiligingsprogramma (screen saver) als u niet met de computer werkt om de levensduur van het beeldscherm te verlengen.
Gebruikershandleiding 2-7
Page 44
Rondleiding
TouchPad Het TouchPad-aanwijsapparaat bevindt zich in
het midden van de polssteun en kan worden gebruikt om de schermaanwijzer te verplaatsen. Raadpleeg de paragraaf Het interne modem
gebruiken in Hoofdstuk 4, Grondbeginselen.
Bedieningsknoppen voor touchpad
Met de besturingsknoppen onder het TouchPad kunt u menuopties selecteren en bewerkingen uitvoeren op tekst en afbeeldingen die u met de schermaanwijzer hebt geselecteerd.
Linker en rechter luidspreker
De computer heeft twee luidsprekers voor weergave van stereogeluid.
Aan/uit-knop Druk op de Aan/uit-knop om de computer in en uit
te schakelen. De Aan/uit-knop bevat een lampje dat groen of blauw brandt (afhankelijk van het gekochte model) als het systeem is ingeschakeld.
Internet-knop (optioneel)
Druk op de Internet-knop om uw standaardwebbrowser te openen.
De instelling van de knop kan worden gewijzigd via de eigenschappen van TOSHIBA Controls. U gaat als volgt naar het eigenschappenvenster van TOSHIBA Controls: klik op Start,
Configuratiescherm en vervolgens op het TOSHIBA Controls-pictogram.
CD/DVD-knop (optioneel)
Als u op deze knop drukt terwijl de stroom is uitgeschakeld, wordt # Player gestart. Nadat Player is gestart, gaat het Aan/uit-lampje aan en worden de audiobedieningsknoppen ingeschakeld. Het heeft nu geen zin om nogmaals op deze knop te drukken. Als u op deze knop drukt terwijl de computer is ingeschakeld of in de stand-bymodus staat, wordt afhankelijk van de geladen media Windows Media
®
Player of
WinDVD gestart. De instelling van de knop kan worden gewijzigd
via de eigenschappen van TOSHIBA Controls. U gaat als volgt naar het eigenschappenvenster van TOSHIBA Controls: klik op Start,
Configuratiescherm en vervolgens op het TOSHIBA Controls-pictogram.
Knop Afspelen/Pauze (optioneel)
Druk op deze knop om te beginnen met het afspelen van een audio-CD, DVD-film of digitale audiobestanden. Deze knop fungeert tevens als pauzeknop.
Knop Stop (optioneel) Hiermee wordt het afspelen van de CD, DVD of
digitale audio stopgezet.
Gebruikershandleiding 2-8
Page 45
Rondleiding
Knop Volgende (optioneel)
Knop Vorige (optioneel)
Als in Windows® Media Player de optie Willekeurig (Random) of Willekeurige volgorde (Shuffle) is geselecteerd, gaat u naar een willekeurige selectie wanneer u Volgende of Vorige selecteert.

Toetsenbordlampjes

Cursormodus Numerieke
Cursormodus
Numerieke modus Als het lampje van de numerieke modus groen
Caps Lock Het Caps Lock-lampje gaat branden wanneer u
Hiermee gaat u vooruit naar het volgende nummer, hoofdstuk of digitale bestand. Zie hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor meer informatie.
Hiermee gaat u terug naar het vorige nummer, hoofdstuk of digitale bestand. Zie hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor meer informatie.
modus
Als het lampje van de cursormodus groen brandt, kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen (de toetsen met de lichtgrijze opschriften) als cursortoetsen gebruiken. Raadpleeg de paragraaf
Geïntegreerde numerieke toetsen
5,
Het toetsenbord
brandt, kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen (de toetsen met de lichtgrijze opschriften) gebruiken om cijfers in te voeren. Raadpleeg de paragraaf Geïntegreerde numerieke toetsen in hoofdstuk 5, Het toetsenbord.
op de toets Caps Lock drukt. In dat geval wordt bij het indrukken van een lettertoets een hoofdletter weergegeven.
Caps Lock
in hoofdstuk
.

Optisch station

Afhankelijk van de configuratie bevat de computer een CD-RW/ DVD-ROM-station of een enkellaags of dubbellaags DVD Super Multi­station dat ±R Double Layer ondersteunt. Voor het aansturen van deze optische stations wordt een ATAPI-interface-controller gebruikt. Zodra de computer toegang verkrijgt tot een schijf, gaat het lampje op het station branden.
Gebruikershandleiding 2-9
Page 46
Regiocodes voor DVD-stations en media
Het schijfstation en de media worden vervaardigd conform de specificaties van zes verkoopgebieden. Om problemen bij het afspelen van DVD-video's te voorkomen dient u bij de aanschaf van DVD-Video-schijven te controleren of de schijven geschikt zijn voor de regio van uw station.
Code Regio 1 Canada, Verenigde Staten 2 Japan, Europa, Zuid-Afrika, Midden-Oosten 3 Zuidoost-Azië, Oost-Azië 4 Australië, Nieuw Zeeland, Stille-Oceaaneilanden, Midden-
Amerika, Zuid-Amerika, Caribisch gebied
5 Rusland, Indisch subcontinent, Afrika, Noord-Korea, Mongolië 6 China
Beschrijfbare schijven
In deze paragraaf worden de verschillende soorten beschrijfbare schijven beschreven. Controleer de specificaties van uw station om te zien welke typen schijven het kan beschrijven. Gebruik TOSHIBA Disc Creator voor het beschrijven van CD's. Raadpleeg hoofdstuk 4, Grondbeginselen.
CD's
CD-R-schijven kunnen slechts eenmaal worden beschreven.
De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
CD-RW- ofwel CD-Rewritable-schijven kunnen meer dan één keer
worden beschreven. Gebruik multispeed CD-RW's (1x, 2x of 4x) of high-speed schijven (4x tot 10x). De schrijfsnelheid van ultra-speed CD-RW's is maximaal 24-speed.
Rondleiding
DVD's
DVD-R's en DVD+R's kunnen slechts één keer worden beschreven.
De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
DVD-RW-, DVD+RW- en DVD-RAM-schijven kunnen meermaals
worden beschreven.
CD-RW-/DVD-ROM-station
In de CD-RW-/DVD-ROM-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's vastleggen en CD’s/DVD’s van 12 cm of 8 cm lezen zonder een adapter te gebruiken.
Gebruikershandleiding 2-10
Page 47
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de rand.
DVD lezen 8-speed (maximaal) CD lezen 24-speed (maximaal) CD-R schrijven 24-speed (maximaal) CD-RW schrijven 24-speed (maximaal, ultra-speed media)
DVD Super Multi-station met ondersteuning voor dubbellaags ±R
In de DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte (die een ±R Double Layer-module ondersteunt) kunt u zonder adapter gegevens op herschrijfbare schijven vastleggen en schijven van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) lezen zonder een adapter te gebruiken.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de rand.
DVD lezen 8-speed (maximaal) DVD-R schrijven 8-speed (maximaal) DVD-RW schrijven 4-speed (maximaal) DVD+R schrijven 8-speed (maximaal) DVD+RW schrijven 4-speed (maximaal) DVD-RAM schrijven 5-speed (maximaal) CD lezen 24-speed (maximaal) CD-R schrijven 24-speed (maximaal) CD-RW schrijven 10-speed (maximaal, ultra-speed media) DVD+R (DL) schrijven 2,4-speed (maximaal) DVD-R(DL) schrijven 2-speed (maximaal)
Rondleiding
Dit station is niet compatibel met schijven die schrijven met 8-speed of sneller (bij DVD-R's en DVD+R's met Single Layer), 4-speed of sneller (bij DVD+RW's en DVD-RW's), 5-speed (bij DVD-RAM's) of ultra-speed of sneller (bij CD-RW's).
Netadapter
De netadapter zet wisselstroom om in gelijkstroom en vermindert de spanning die aan de computer wordt geleverd. De netadapter kan zich automatisch aanpassen aan elke spanning tussen 100 en 240 Volt en aan een frequentie van 50 of 60 Hertz, waardoor u de computer in praktisch elk land of gebied kunt gebruiken.
Om de accu op te laden sluit u de netadapter eenvoudig aan op een voedingsbron en op de computer. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, voor meer informatie.
Gebruikershandleiding 2-11
Page 48
Rondleiding
De netadapter
Gebruik van de verkeerde adapter kan resulteren in beschadiging van de computer. TOSHIBA aanvaardt in een dergelijk geval geen aansprakelijkheid voor eventuele schade. De nominale uitvoer voor de computer bedraagt 19 Volt.
Gebruik alleen de netadapter die bij de computer is geleverd of een netadapter die door TOSHIBA is gecertificeerd.
Gebruikershandleiding 2-12
Page 49
Aan de slag
Dit hoofdstuk verschaft basisinformatie aan de hand waarvan u met uw computer aan de slag kunt. De volgende onderwerpen worden behandeld:
Uw werkplek inrichten - met het oog op uw gezondheid en veiligheid
Lees ook de Instructiegids voor veiligheid en comfort. In deze gids wordt productaansprakelijkheid toegelicht.
de netadapter aansluiten
Het beeldscherm openen
De stroom inschakelen
De computer voor het eerst opstarten
De computer uitschakelen
Computer opnieuw opstarten
De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de schijf
Productherstel.
Lees in elk geval het gedeelte De computer voor het eerst opstarten zorgvuldig door; hierin wordt beschreven welke handelingen u moet uitvoeren wanneer u de computer voor het eerst inschakelt.
Hoofdstuk 3

Uw werkplek inrichten

Het is voor uzelf en voor de computer belangrijk om een comfortabele werkplek in te richten. Een slechte werkomgeving of ongunstige werkgewoonten kunnen resulteren in ongemak of ernstige RSI-blessures aan handen of polsen of andere gewrichten. Ook voor het functioneren van de computer is het van belang dat de omgeving in orde is. In dit gedeelte komen de volgende onderwerpen aan de orde:
Algemene omstandigheden
Plaatsing van de computer en de randapparaten
Gebruikershandleiding 3-1
Page 50
Stoel en werkhouding
Verlichting
Werkgewoonten
Algemene omstandigheden
Een werkomgeving waarin u zich prettig voelt, is in het algemeen ook geschikt voor de computer. Lees echter het volgende om te controleren of uw werkplek aan de eisen voldoet.
Zorg voor voldoende ventilatie door genoeg ruimte vrij te laten rond de
computer.
Zorg dat het netsnoer is aangesloten op een gemakkelijk toegankelijk
stopcontact dicht bij de computer.
De omgevingstemperatuur moet tussen 5 en 30° C liggen en de
relatieve vochtigheid tussen 20 en 80 procent.
Vermijd plaatsen waar plotselinge of extreme temperatuurs-of
vochtigheidsveranderingen kunnen optreden.
Houd de computer stof- en vochtvrij en vermijd blootstelling aan direct
zonlicht.
Houd de computer uit de buurt van warmtebronnen, bijvoorbeeld
elektrische kachels. Houd vloeistoffen of bijtende chemische stoffen uit de buurt van de computer.
Sommige componenten in de computer, zoals opslagmedia, kunnen
beschadigen door magneten. Houd de computer uit de buurt van magnetische voorwerpen. Wees voorzichtig met voorwerpen die sterke magnetische velden genereren, bijvoorbeeld stereoluidsprekers. Wees tevens voorzichtig met metalen voorwerpen (bijvoorbeeld armbanden): dergelijke voorwerpen kunnen per ongeluk worden gemagnetiseerd.
Houd mobiele telefoons uit de buurt van de computer.
Laat genoeg ventilatieruimte vrij. Zorg dat er zich rond de in- en laten
van het systeem geen obstakels bevinden.
Aan de slag
Plaatsing van de computer
Plaats de computer en randapparaten zodanig dat comfort en veiligheid gewaarborgd zijn.
Plaats de computer op een vlak oppervlak, op een hoogte en afstand
die voor u comfortabel zijn. Het beeldscherm mag niet hoger zijn dan op oogniveau, om vermoeide ogen te voorkomen.
Plaats de computer zodanig dat deze direct vóór u staat wanneer u
werkt en zorg dat u voldoende ruimte hebt om eventuele andere apparaten te bedienen.
Zorg voor voldoende ruimte achter de computer, zodat u de stand van
het beeldscherm naar wens kunt bijstellen. Het scherm moet zo staan dat u er optimaal zicht op hebt, met minimale reflectie.
Als u een papierstandaard gebruikt, dient u deze op ongeveer dezelfde
hoogte en afstand te zetten als de computer.
Gebruikershandleiding 3-2
Page 51
Stoel en werkhouding
De hoogte van uw stoel in verhouding tot de computer en het toetsenbord, en de steun die de stoel biedt, zijn belangrijke factoren bij het verminderen van de werkbelasting.
Onder ooghoogte
Voetsteun
Plaats uw stoel zodanig dat het toetsenbord zich ter hoogte van uw
ellebogen of iets lager bevindt. U moet gemakkelijk kunnen typen met uw schouders ontspannen.
Uw knieën moeten iets hoger zijn dan uw heupen. Gebruik zo nodig
een voetsteun om uw knieën omhoog te brengen en de druk op de achterkant van uw dijen te verminderen.
Zorg dat de rugleuning van de stoel uw onderrug steunt.
Zit rechtop, zodat uw knieën, heupen en ellebogen een hoek van
ongeveer 90 graden vormen wanneer u werkt. Buig niet te ver voorover en leun niet te ver naar achteren.
Werkhouding en plaatsing van de computer
Aan de slag
Hoeken van
90°
Verlichting
Juiste verlichting kan de leesbaarheid van de monitor verbeteren en vermoeidheid van de ogen verminderen.
Plaats de computer op een positie waar het scherm geen zonlicht of fel
kunstlicht kan weerkaatsen. Gebruik vensters van getint glas of zonneschermen om weerkaatsing zoveel mogelijk te reduceren.
Plaats de computer niet vóór een fel licht dat direct in uw ogen kan
schijnen.
Gebruik zo mogelijk zachte, indirecte verlichting op uw werkplek.
Gebruik een lamp om uw documenten of bureau te verlichten, maar zorg dat het licht niet in uw ogen schijnt of door het scherm wordt weerkaatst.
Gebruikershandleiding 3-3
Page 52
Werkgewoonten
Om ongemak of spierblessures te voorkomen is het van essentieel belang dat u uw werkzaamheden afwisselt.
Neem, als het mogelijk is, verschillende taken op in de planning voor uw werkdag. Als u lange periodes achter de computer moet zitten, kunt u overbelasting voorkomen en uw efficiëntie verbeteren door uw dagelijkse routine te doorbreken.
Verander regelmatig van houding.
Sta nu en dan op en strek uw spieren of doe een paar oefeningen.
Oefen en strek een aantal maal per dag uw handen en polsen.
Kijk regelmatig weg van de computer en richt uw ogen een aantal
Neem regelmatig korte pauzes in plaats van een of twee lange pauzes,
Laat uw ogen regelmatig testen en ga direct naar een dokter als u
Controleer elke twee maanden of de luchtinlaat- en
Er is een aantal boeken verkrijgbaar over ergonomie en RSI (Repetitive Strain Injuries) of RSS (Repetitive Stress Syndrome). Voor nadere informatie over deze onderwerpen of over oefeningen voor RSI-gevoelige lichaamsdelen zoals handen en polsen kunt u terecht bij uw bibliotheek of boekhandel. Raadpleeg ook de Instructiegids voor veiligheid en comfort bij de computer.
Aan de slag
Zit in een ontspannen houding. Goede plaatsing van uw stoel en apparatuur (zie de aanwijzingen eerder in dit hoofdstuk) kan spierklachten in schouders en nek verminderen en rugpijn helpen voorkomen.
seconden (bijvoorbeeld 30 seconden om het kwartier) op een voorwerp in de verte.
bijvoorbeeld twee of drie minuten per half uur.
vermoedt dat u last hebt van een RSI-blessure.
luchtuitlaatopeningen voor de ventilator (zie gedeelten 2-4 en 2-6) vrij zijn. Maak deze zo nodig schoon.

de netadapter aansluiten

Sluit de netadapter aan wanneer u de accu moet opladen of via de netvoeding wilt werken. Dit is tevens de snelste manier om met de computer aan de slag te gaan, omdat de accu-eenheid eerst moet worden opgeladen voordat u de computer hiermee van stroom kunt voorzien. De netadapter kan worden aangesloten op elk stopcontact dat tussen 100 en 240 volt, en 50 of 60 hertz levert. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Stroomvoorziening en spaarstanden, voor informatie over het opladen van
de accu-eenheid met de netadapter.
Gebruik van de verkeerde adapter kan resulteren in beschadiging van de computer. TOSHIBA aanvaardt in een dergelijk geval geen aansprakelijkheid voor eventuele schade. De nominale uitvoer voor de computer bedraagt 19 Volt.
Gebruikershandleiding 3-4
Page 53
Aan de slag
1. Sluit het netsnoer aan op de netadapter.
Het netsnoer aan op de netadapter aansluiten
2. Koppel de gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter aan de DC IN-gelijkstroomingangspoort op de achterkant van de computer.
De adapter op de computer aansluiten
3. Sluit het netsnoer op een wandcontactdoos aan. De accu- en DC IN-lampjes op de voorzijde van de computer moeten gaan branden.
Als u de netadapter wilt ontkoppelen, kunt u de omgekeerde procedure uitvoeren van het aansluiten van de netadapter. Houd een deel van de gelijkstroomuitgangsstekker vast en trek er vervolgens aan als u de gelijkstroomuitgangsstekker uit het stopcontact wilt halen.
Gebruikershandleiding 3-5
Page 54

Het beeldscherm openen

Het LCD-scherm kan in een aantal standen worden gezet voor optimaal kijkgemak.
1. Druk op de schermvergrendeling op de voorkant van de computer.
2. Kantel het scherm omhoog en zet het in de stand waar u er het beste zicht op hebt.
Wees voorzichtig wanneer u het beeldscherm opent en sluit. Als u het te ruw opent of dichtklapt, bestaat het risico dat u de computer beschadigt.

De stroom inschakelen

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer inschakelt.
Nadat u de computer voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u hem niet uit te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd. Raadpleeg de paragraaf De computer voor het eerst opstarten in dit hoofdstuk.
Aan de slag
Het beeldscherm openen
1. Controleer of het USB-diskettestation leeg is als er een dergelijk station is aangesloten. Als het station een diskette bevat, dient u op de uitwerpknop te drukken en de diskette te verwijderen.
2. Open het beeldscherm.
3. Druk op de Aan/uit-knop van de computer en laat deze weer los.
De stroom inschakelen
Gebruikershandleiding 3-6
Page 55

De computer voor het eerst opstarten

Aan de slag
Wanneer u de computer voor het eerst inschakelt, verschijnt het opstartscherm van Windows Tijdens de configuratie kunt u op de knop Ter ug klikken om terug te keren naar het vorige scherm.
Vergeet niet om de Windows door te lezen.

De computer uitschakelen

U kunt de computer bij het uitschakelen in een van deze drie modi zetten: afsluitmodus (ofwel opstartmodus), slaapstand of stand-bymodus.
Afsluitmodus (opstartmodus)
Wanneer u de computer uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen gegevens opgeslagen; bij het opstarten van de computer wordt het hoofdscherm van het besturingssysteem weergegeven.
1. Als u gegevens hebt ingevoerd, dient u deze op de vaste schijf, op beschrijfbare optische media of op een diskette op te slaan.
2. Controleer of er geen schijfactiviteit meer plaatsvindt en verwijder vervolgens de optische schijf of diskette.
Controleer of het vaste-schijflampje en het lampje van het optische schijfstation uit zijn voordat u de computer uitschakelt. Als u de computer
uitzet terwijl er nog schijfactiviteit plaatsvindt, loopt u het risico dat gegevens verloren gaan of de schijf beschadigd raakt.
3. Klik op Start en vervolgens op Afsluiten. Klik in het venster Afsluiten op Uitschakelen.
4. Schakel eventuele randapparaten uit.
®
XP. Volg de aanwijzingen op elk scherm.
®
gebruiksrechtovereenkomst zorgvuldig
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Slaapstand
De slaapstand zorgt ervoor dat de inhoud van het geheugen wordt opgeslagen wanneer de computer wordt uitgeschakeld. De volgende keer dat de computer wordt aangezet, wordt de vorige toestand hersteld. De status van randapparaten wordt bij het inschakelen van de slaapstand niet opgeslagen.
1. Wanneer de slaapstand wordt geactiveerd, wordt de inhoud van het geheugen op de vaste schijf opgeslagen. Als u de accu verwijdert of de netadapter ontkoppelt voordat het opslagproces is voltooid, gaan gegevens verloren. Wacht tot het vaste-schijflampje uit is.
2. Wanneer de computer zich in de slaapstand bevindt, dient u geen geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch, dan gaan de gegevens verloren.
Gebruikershandleiding 3-7
Page 56
Aan de slag
Voordelen van de slaapstand
De voordelen van de slaapstand zijn:
De computer kan zo worden ingesteld dat gegevens automatisch
worden opgeslagen op de vaste schijf indien de computer wordt afgesloten vanwege een bijna lege accu.
De computer kan alleen in de slaapstand worden gezet als de slaapstand op twee plaatsen in Power Options is ingeschakeld: op het tabblad Hibernate en op het tabblad Basic Setup van TOSHIBA Power Saver. Anders wordt de computer in de stand-bymodus afgesloten wanneer de accu bijna leeg is. Als de accu leeg raakt, gaan de gegevens die in de stand-bymodus zijn opgeslagen, verloren.
Na het inschakelen van de computer kunt u direct naar uw vorige
werkomgeving terugkeren.
De functie bespaart stroom doordat het systeem wordt afgesloten
wanneer er geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die op het tabblad Slaapstand van het onderdeel Systeem is ingesteld.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Slaapstand activeren
U kunt de slaapstand ook activeren door op Fn + F4 te drukken. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbordvoor meer informatie.
Als u de slaapstand wilt inschakelen, dient u de volgende stappen uit te voeren.
1. Klik op Start.
2. Selecteer Afsluiten.
3. Open het dialoogvenster gaat u naar stap 4. Ga naar stap 5 als
4. Druk op de Shift-toets. Het item Stand-by verandert in Slaapstand.
5. Selecteer Slaapstand.
Afsluiten
. Als
Slaapstand
Slaapstand
niet wordt weergegeven,
wordt weergegeven.
Automatische slaapstand
De computer wordt automatisch in de slaapstand gezet wanneer u op de Aan/uit-knop drukt of het scherm sluit. Eerst dient u echter de juiste instellingen te definiëren door de volgende stappen uit te voeren.
1. Open Configuratiescherm.
2. Open Prestaties en onderhoud en vervolgens Energiebeheer.
3. Open het tabblad Slaapstand.
4. Selecteer Slaapstand inschakelen en klik op OK.
5. Open Toshiba Power Saver.
6. Selecteer het tabblad Setup Action.
7. Activeer de gewenste slaapstandinstelling voor When I press the power button en When I close the lid of my portable computer.
8. Klik op OK.
Gebruikershandleiding 3-8
Page 57
Gegevensopslag in de slaapstand
Zodra u de computer in de slaapstand afsluit, worden de gegevens in het geheugen op de vaste schijf opgeslagen, wat enkele ogenblikken zal duren. Nu gaat het vaste-schijflampje aan.
Nadat de computer alle gegevens heeft opgeslagen op de vaste schijf en volledig is uitgeschakeld, kunt u eventuele randapparaten uitschakelen.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Stand-bymodus
In de stand-bymodus blijft de computer ingeschakeld maar worden de CPU en alle andere apparaten in een sluimerstand gezet.
Als er gedurende circa 15 à 30 minuten geen activiteit (inclusief de
Wilt u de computer weer in gebruik nemen, dan drukt u op de Aan/uit-
Als de computer automatisch op stand-by wordt gezet terwijl een
Schakel de stand-bymodus uit in het hulpprogramma TOSHIBA Power
Aan de slag
ontvangst van e-mail) op de computer plaatsvindt terwijl de netadapter is aangesloten, wordt de computer automatisch in de stand-bymodus gezet. Deze functie is de standaardinstelling van het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
knop.
netwerktoepassing actief is, wordt deze toepassing mogelijk niet hersteld wanneer de computer uit de Stand-by-modus wordt gehaald.
Saver als u wilt voorkomen dat de computer automatisch naar de stand-bymodus schakelt. Door deze functie uit te schakelen is de computer echter niet langer compatibel met de Energy Star-richtlijnen.
Voorzorgsmaatregelen voor de Stand-by-modus
Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer in de
stand-bymodus te zetten.
Verwijder/installeer geen geheugen en verwijder geen
voedingscomponenten:
Verwijder/installeer geen geheugenmodules. Doet u dit toch, dan
bestaat het risico dat de computer of de module schade oploopt.
Verwijder de accu-eenheid niet.
In de bovenstaande gevallen gaan de gegevens die werden bewaard in de stand-bymodus verloren.
Als u de computer meeneemt aan boord van een vliegtuig of in een
ziekenhuis, dient u de computer af te sluiten in de slaapstand of afsluitmodus om verstoring van radiosignalen te voorkomen.
Gebruikershandleiding 3-9
Page 58
Aan de slag
Voordelen van stand-by
De voordelen van de Stand-bymodus zijn:
De vorige werkomgeving wordt sneller hersteld dan met de slaapstand.
De functie bespaart energie door het systeem af te sluiten wanneer geen
hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Systeem stand-by.
U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Stand-by inschakelen
U kunt de stand-bymodus ook activeren door op Fn + F3 te drukken. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbordvoor meer informatie.
U kunt de stand-bymodus op een van de volgende drie manieren activeren:
1. Klik op Start, vervolgens op Afsluiten en daarna op Stand-by.
2. Sluit het venster met beeldscherminstellingen. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Raadpleeg het tabblad Setup Action in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver in het Configuratiescherm.
3. Druk op de Aan/uit-knop. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Raadpleeg het tabblad Setup Action van het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver in het Configuratiescherm.
Wanneer u de computer opnieuw inschakelt, kunt u uw werk hervatten op het punt waar u was opgehouden toen u de computer afsloot.
Wanneer de computer in de Stand-by-modus wordt afgesloten, gaat
het Aan/uit-lampje oranje branden.
Als u de computer via de accu gebruikt, kunt u de bedrijfstijd verlengen
door in de slaapstand af te sluiten. De stand-bymodus verbruikt meer accu-energie bij het uitschakelen van de computer.
Beperkingen van stand-by
In de volgende omstandigheden werkt Stand-by niet:
De computer wordt onmiddellijk na het afsluitproces weer aangezet.
Geheugenschakelingen zijn blootgesteld aan statische elektriciteit of
elektrische ruis.

Computer opnieuw opstarten

In bepaalde omstandigheden moet u het systeem opnieuw instellen (ofwel een reset uitvoeren), bijvoorbeeld: Bijvoorbeeld:
als u bepaalde computerinstellingen hebt gewijzigd;
als er een fout optreedt en de computer niet reageert op
toetsenbordopdrachten.
Gebruikershandleiding 3-10
Page 59
Aan de slag
Er zijn drie manieren om de computer opnieuw in te stellen:
1. Selecteer Opnieuw opstarten in het dialoogvenster Afsluiten.
2. Als de computer reeds is ingeschakeld, drukt u op Ctrl + Alt + Del.
3. Druk op de Aan/uit-knop om de computer uit te schakelen en druk nogmaals op de Aan/uit-knop om de computer opnieuw op te starten.
Gebruik stap 3 alleen als het besturingssysteem is vastgelopen en u niets anders kunt doen. Als u stap 3 uitvoert, gaan alle niet-opgeslagen gegevens verloren en loopt u het risico dat kritieke bestanden beschadigd raken.

De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de schijf Productherstel.

Als vooraf geïnstalleerde bestanden beschadigd zijn, gebruikt u de Herstel­CD om de bestanden te herstellen. Als u het besturingssysteem en alle vooraf geïnstalleerde software wilt herstellen, dient u de volgende stappen uit te voeren.
Wanneer u het Windows®-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt de vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren gaan.
1. Plaats de schijf Productherstel in het station en schakel de computer uit.
2. Schakel de computer in. Als het bericht In Touch with Tomorrow TOSHIBA wordt weergegeven, drukt u op F12 om het opstartmenu weer te geven.
3. Gebruik de pijltoets omhoog of omlaag om het CD-ROM-/ DVD-ROM-station te selecteren.
4. Volg de aanwijzingen op het scherm.
TOSHIBA-hulpprogramma’s en -stuurprogramma’s herstellen
Als Windows naar behoren werkt, kunnen stuurprogramma’s of toepassingen afzonderlijk worden hersteld. De map C:\TOOLSCD bevat de stuurprogramma's en toepassingen van uw computer. Als systeemstuurprogramma's of -toepassingen op een of andere manier zijn beschadigd, kunt u de meeste van deze componenten opnieuw installeren vanuit deze map.
Maak voor het gemak een kopie van deze map op een extern medium.
Gebruikershandleiding 3-11
Page 60
Grondbeginselen
In dit hoofdstuk worden de grondbeginselen van computergebruik toegelicht; zo wordt ingegaan op het gebruik van het touchpad, optische schijfstations, het interne modem, LAN en draadloos LAN. Verder worden tips gegeven voor het onderhoud van de computer en voor bescherming tegen oververhitting.

Touchpad gebruiken

Om het touchpad te gebruiken plaatst u uw vingertop eenvoudig op het touchpad en schuift u deze in de richting waarin u de schermaanwijzer wilt verplaatsen.
Hoofdstuk 4
2
1
1. TouchPad-besturingsknoppen 2. TouchPad
Touchpad en besturingsknoppen
De twee knoppen onder het touchpad worden op dezelfde wijze gebruikt als de knoppen op een standaardmuis.
Gebruikershandleiding 4-1
Page 61
Grondbeginselen
Druk op de linkerknop om een menuoptie te selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software.
Druk niet te hard op het touchpad en gebruik geen spitse voorwerpen zoals ballpoints. Hierdoor kan het touchpad beschadigd raken.
Het touchpad heeft dezelfde functies als een muis met twee knoppen en een scrollwiel. Sommige functies kunt u activeren door het touchpad zachtjes aan te tikken in plaats van op een knop te drukken.
U kunt de bewerkingen van het aanwijsapparaat aanpassen in het venster Eigenschappen voor Muis. Open het Configuratiescherm, selecteer het pictogram Muis en druk op Enter om het venster Eigenschappen voor Muis te openen.
Klikken: Klik eenmaal op de linkerbesturingsknop of tik eenmaal
Dubbelklikken: Klik tweemaal op de linkerbesturingsknop of tik
Schuiven Verticaal: schuif uw vinger aan de rechterkant van het
op het touchpad.
tweemaal op het touchpad.
touchpad omhoog of omlaag. Horizontaal: schuif uw vinger aan de onderkant van het
touchpad naar links of rechts.

Het interne modem gebruiken

In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het modem installeert en het gebruikt om verbinding te maken met andere computersystemen. Raadpleeg de on line Help van de computer en de on line Help bij uw modemsoftware voor meer informatie.
Het interne modem biedt geen ondersteuning voor de spraakfuncties die in de on line Help worden beschreven. De data- en faxfuncties worden wel ondersteund.
Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
Sluit de modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Hierdoor zal het
modem schade oplopen.
Gebruikershandleiding 4-2
Page 62
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Neem bij het gebruik van uw telefoonapparatuur fundamentele veiligheidsvoorschriften in acht om het risico van brand, elektrische schokken en persoonlijk letsel te beperken. Bijvoorbeeld:
1. Gebruik dit product niet in de buurt van water, bijvoorbeeld bij een badkuip, wasbak of gootsteen, in een vochtige kelder of bij een zwembad.
2. Telefoneer niet tijdens onweer (behalve als u een draadloze telefoon gebruikt). Bliksem kan elektrische schokken veroorzaken.
3. Gebruik de telefoon niet om een gaslek te rapporteren in de nabijheid van het lek.
4. Gebruik alleen het in deze handleiding vermelde netsnoer.
Regioselectie
Telecommunicatievoorschriften variëren per land/regio, en u moet er dus voor zorgen dat de modeminstellingen correct zijn voor het land/de regio waarin u het modem gaat gebruiken.
1. Open de toepassing Modem Region Select. U vindt deze toepassing in het menu Programma's, TOSHIBA Networking.
Als in het hulpprogramma voor de modem van het Configuratiescherm een functie voor regio-/landselectie beschikbaar is, dient u deze niet te gebruiken. Als u het land/de regio in het Configuratiescherm wijzigt, wordt deze wijziging mogelijk niet doorgevoerd.
Grondbeginselen
2. Het pictogram Region Selection wordt weergegeven op de Windows-taakbalk.
Het pictogram Regioselectie
3. Klik met de primaire knop op het pictogram om een lijst van ondersteunde regio's weer te geven. U ziet tevens een submenu met telefoonlocatie-informatie. Naast de geselecteerde regio en de geselecteerde telefoonlocatie staat een kruisje.
4. Selecteer een regio uit het regiomenu of een telefoonlocatie uit het submenu.
Wanneer u op een regio klikt, wordt dit de regioselectie van het
modem en wordt automatisch de nieuwe telefoonlocatie ingesteld.
Wanneer u een telefoonlocatie selecteert, wordt automatisch de
corresponderende regio geselecteerd en wordt dit de huidige regio­instelling van het modem.
Gebruikershandleiding 4-3
Page 63
Het menu met eigenschappen
Klik met de secundaire knop op het pictogram om het volgende menu weer te geven.
Instellingen
U kunt de volgende instellingen in- of uitschakelen:
AutoRun Mode
Het hulpprogramma voor regioselectie wordt automatisch gestart wanneer u het besturingssysteem start.
Dialoogvenster Keuze-opties openen na selectie van de regio.
Het dialoogvenster Keuze-opties wordt automatisch geopend nadat u de regio hebt geselecteerd.
Grondbeginselen
Het menu Eigenschappen
Location list for region selection.
Er wordt een submenu met informatie over telefoonlocaties weergegeven.
Dialoogvenster openen als modem en huidige telefoonlocatie niet overeenkomen.
Er verschijnt een waarschuwingsvenster als de huidige instellingen voor het regionummer en de telefoonlocatie incorrect zijn.
Modemselectie
Als de computer de interne modem niet herkent, wordt er een dialoogvenster weergegeven. Selecteer de COM-poort die u voor de modem wilt gebruiken.
Kiesopties
Als u deze optie selecteert, worden de keuze-opties weergegeven.
Als u de computer in Japan gebruikt, bent u verplicht Japan als regio te selecteren. Het is niet toegestaan de modem in Japan met een andere selectie te gebruiken.
Gebruikershandleiding 4-4
Page 64
Aansluiten
Grondbeginselen
Voer de volgende stappen uit om de modemkabel aan te sluiten.
Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
Sluit de modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Hierdoor zal het
modem schade oplopen.
1. Steek één uiteinde van de modemkabel in de modempoort.
2. Steek het andere uiteinde van de modemkabel in een telefoonaansluiting.
De interne modem aansluiten
U dient niet aan de kabel te trekken of de computer te verplaatsen terwijl de kabel is aangesloten.
Als u gebruikmaakt van een opslagapparaat (bijvoorbeeld een optisch station of een vaste schijf die aan een 16-bits PC-kaart is gekoppeld), is de modemsnelheid mogelijk laag of kan de communicatiesessie worden onderbroken.
Als het modem traag werkt of de communicatie tijdens modemgebruik wordt onderbroken, dient u de CPU-snelheid in te stellen op Maximum via het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver.
Gebruikershandleiding 4-5
Page 65
Loskoppelen
Voer de volgende stappen uit om de modemkabel te ontkoppelen.
1. Knijp het palletje op de connector in de telefoonaansluiting in en trek de connector eruit.
2. Koppel de kabel op dezelfde manier los van de computer.
LAN
De computer is uitgerust met netwerkhardware die ondersteuning biedt voor Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX).
Installeer of verwijder geen optionele geheugenmodule zolang Activering op LAN is ingeschakeld.
Activering op LAN werkt niet op accu-energie. Bij gebruik van deze functie dient de computer altijd aangesloten te zijn op de netadapter.
De LAN-kabel aansluiten
De computer moet correct worden geconfigureerd alvorens verbinding met een LAN te maken. Als u zich bij een LAN aanmeldt terwijl de standaardinstellingen van de computer van kracht zijn, kunnen storingen op het LAN optreden. Vraag de LAN-beheerder naar de juiste configuratieprocedures.
Grondbeginselen
Gebruikt u Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T), dan kunt u de computer aansluiten met een CAT5-of een CAT3-kabel.
Als u Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX) gebruikt, kunt u een CAT5-kabel gebruiken.
Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel aan te sluiten.
1. Schakel de computer en alle erop aangesloten externe apparaten uit.
2. Koppel één uiteinde van de kabel aan de LAN-aansluiting. Duw voorzichtig tot de vergrendeling vastklikt.
De LAN-kabel aansluiten
3. Koppel het andere uiteinde van de kabel aan een LAN-hubconnector. Raadpleeg de LAN-beheerder voordat u de kabel op een hub aansluit.
Gebruikershandleiding 4-6
Page 66
De LAN-kabel ontkoppelen
Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel los te koppelen.
1. Knijp het palletje op de connector in de LAN-aansluiting van de computer in en trek de connector eruit.
2. Koppel de kabel op dezelfde wijze los van de LAN-hub. Raadpleeg de LAN-beheerder voordat u de kabel van de hub loskoppelt.

Draadloos LAN

Het draadloze LAN is compatibel met andere LAN-systemen die voldoen aan de IEEE-normen 802.11a+b of 802.11g voor draadloos LAN.
Deze voorziening ondersteunt de volgende functies:
Automatische selectie van de verzendsnelheid in het verzendbereik
54, 24, 12 en 6 Mbit/s.
AES-gegevenscodering (AES = Advanced Encryption Standard), gebaseerd op het 128-bits coderingsalgoritme (Revisie G, A/G combo type.)
Ontwaken bij LAN-activiteit werkt niet in een draadloos LAN.
Frequentiebandselectie (5 GHz en 2,4 GHz)
Zwerven (roaming) over meerdere kanalen
Kaartenergiebeheer
WPA-gegevenscodering (Wi-Fi Protected Access)
Grondbeginselen
Beveiliging
1. TOSHIBA raadt met klem aan de WPA-coderingsfunctie in te schakelen. Uw computer kan anders via de draadloze LAN-verbinding toegankelijk zijn voor buitenstaanders, wat bijvoorbeeld kan leiden tot diefstal of verlies van de opgeslagen gegevens. De eigenaar van een internetverbinding is bovendien verantwoordelijk voor alle browser-, download- en uploadactiviteiten die via deze verbinding verlopen. Een niet-beveiligd, draadloos netwerk dat direct op het internet is aangesloten, staat derhalve open voor misbruik door anderen.
2. TOSHIBA is niet verantwoordelijk voor onrechtmatige toegang tot uw gegevens via de draadloze LAN-verbinding of voor eventuele beschadiging van die gegevens.
Schakelaar voor draadloze communicatie
U kunt de functie voor draadloze apparaten in- of uitschakelen met de schakelaar voor draadloze communicatie. Als de schakelaar op uit staat, kunnen geen gegevens worden verzonden of ontvangen. Schuif de schakelaar naar voren om de functie in te schakelen en naar achteren om de functie uit te schakelen.
Gebruikershandleiding 4-7
Page 67
Zet de schakelaar in vliegtuigen en ziekenhuizen op uit. Controleer aan de hand van het Draadloze-communicatie-lampje of de functie voor draadloze communicatie uit is (het lampje brandt in dat geval niet).
Draadloze-communicatie-lampje
Dit lampje geeft de status van de draadloze-communicatiefuncties aan.
Status van het lampje Aanduiding
Lampje uit Schakelaar voor draadloze communicatie staat
op uit.
Lampje brandt Schakelaar voor draadloze communicatie staat
op aan.

Schijfstations voor optische media gebruiken

De illustraties in deze paragraaf stroken wellicht niet helemaal met uw station, maar het gebruik is voor alle optische schijfstations identiek. Het station van volledige grootte voorziet in snelle uitvoering van schijfprogramma’s. U kunt schijven van 12 cm (4,72 inch) of 8 cm (3,15 inch) zonder adapter gebruiken. Voor schijfstationsaansturing wordt een ATAPI-interfacecontroller gebruikt. Zodra de computer toegang krijgt tot een schijf, gaat het lampje op het station branden.
Grondbeginselen
Gebruik het programma WinDVD om DVD-video's te bekijken.
Raadpleeg bij gebruik van een CD-RW-/DVD-ROM-station tevens de paragraaf CD's beschrijven met een CD-RW-/DVD-ROM-station voor voorzorgsmaatregelen bij het beschrijven van CD's.
Raadpleeg bij gebruik van een DVD Super Multi-station dat dubbellaags DVD±R's ondersteunt tevens de paragraaf CD’s/DVD’s schrijven naar een
DVD Super Multi-station met ondersteuning van ±R Double Layer voor
voorzorgsmaatregelen bij het beschrijven van CD's.
Gebruikershandleiding 4-8
Page 68
Optische schijven laden
Voer de volgende stappen uit om schijven te laden.
1. Schakel de stroom in.
2. a. Druk op de uitwerpknop om de lade een stukje te openen.
Uitwerpknop
b.
U kunt de lade niet met de uitwerpknop openen wanneer de stroom van de computer is uitgeschakeld. In dat geval kunt u de lade openen door een dun voorwerp (ongeveer 15 mm lang) zoals een rechtgebogen paperclip in het ejectgaatje rechts van de ejectknop te steken
Grondbeginselen
De uitwerpknop indrukken
.
De lade door middel van het ejectgaatje openen
Gebruikershandleiding 4-9
Page 69
Grondbeginselen
3. Trek de lade voorzichtig uit totdat deze volledig is geopend.
De lade opentrekken
4. Plaats de schijf met het label omhoog in de lade.
Een schijf plaatsen
Zorg dat u de lens of het gebied eromheen niet aanraakt. Hierdoor kunt u storingen teweegbrengen in de werking van het station.
5. Druk voorzichtig in het midden van de schijf tot deze vastklikt. De schijf moet onder de bovenkant van de as liggen, vlak op het ladeoppervlak.
6. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt. Duw zachtjes tot de lade vastklikt.
Als de schijf niet goed zit wanneer de lade gesloten is, bestaat het risico dat de schijf beschadigd raakt. Bovendien kan het dan gebeuren dat de lade niet volledig wordt geopend wanneer u op de ejectknop drukt.
Gebruikershandleiding 4-10
Page 70
Optische schijven verwijderen
Voer de volgende stappen uit om de schijf te verwijderen.
Druk niet op de uitwerpknop terwijl de computer toegang heeft tot het schijfstation. Wacht tot het opent. Neem de schijf pas uit de lade nadat deze is opgehouden met draaien.
1. Druk op de ejectknop om de lade een stukje te openen. Trek de lade voorzichtig open.
Wanneer de lade een stukje wordt geopend, moet u even wachten tot de schijf is opgehouden met draaien voordat u de lade volledig opentrekt.
Als u de lade handmatig wilt openen door middel van het gaatje naast
de ejectknop, dient u de computer eerst uit te schakelen. Als de schijf nog draait terwijl u de lade opent, kan de schijf van de as vliegen en letsel teweegbrengen.
De schijflade sluiten
optisch-stations
Grondbeginselen
lampje uitgaat voordat u de lade
2. De schijf steekt iets uit over de zijkanten van de lade, zodat u hem kunt pakken. Til de schijf voorzichtig uit de lade.
Een schijf verwijderen
3. Duw zachtjes tegen het midden van de lade tot deze dichtklikt. Duw zachtjes tot de lade zich vergrendelt.
Gebruikershandleiding 4-11
Page 71
Knoppen
Grondbeginselen
De functies en toepassingen voor de Internet-knop en de CD/DVD-knop kunnen via de eigenschappen van TOSHIBA Controls worden toegewezen.
CD-/DVD-bedieningsknoppen (optioneel)
Windows-modus
Pictogram AV-knop DVD (WinDVD5) CD (WMP10*)
CD/DVD Detecteert en
activeert medium Afspelen/pauze Afspelen/pauze Afspelen/pauze
Stop Stop Stop
Vorige Vorig hoofdstuk Vorig nummer
Volgende Volgend hoofdstuk Volgend nummer
* Windows Media Player 10
Gebruikershandleiding 4-12
Detecteert en activeert medium
Page 72
Grondbeginselen
Als in Windows® Media Player de optie Willekeurig (Random) of Willekeurige volgorde (Shuffle) is geselecteerd, gaat u naar een willekeurige selectie wanneer u Volgende of Vorige selecteert.

CD's beschrijven met een CD-RW-/DVD-ROM-station

Met het CD-RW-/DVD-ROM-station kunt u gegevens schrijven naar to CD-R-/CD-RW-schijven. De volgende schrijftoepassingen zijn vooraf geïnstalleerd.
TOSHIBA Disc Creator/TOSHIBA Direct Disc Writer.
Belangrijk bericht
Lees deze paragraaf vóór het beschrijven van CD-R-/CD-RW-schijven grondig door en volg alle configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dit niet, dan kan het gebeuren dat het CD-RW-/DVD-ROM-station niet correct werkt en krijgt u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten, gegevensverlies of andere schade.
Afwijzing van aansprakelijkheid
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
beschadiging van CD-R-/RW-schijven als gevolg van het
(her)schrijfproces;
wijziging of verlies van de opgenomen inhoud van CD-R-/CD-RW-
schijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces, of hieruit voortvloeiende winstderving of bedrijfsonderbreking;
schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers.
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de gebruikte apparaten. Het is dan ook raadzaam om ten minste twee kopieën te maken van belangrijke gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud onverhoopt wordt veranderd of verloren gaat.
CD-R-schijven kunnen slechts eenmaal worden beschreven. Herschrijfbare CD's (CD-RW's) kunnen meer dan één keer worden beschreven.
Gebruikershandleiding 4-13
Page 73
Voordat u gaat schrijven of herschrijven
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het schrijven en herschrijven van gegevens.
De volgende fabrikanten van CD-R- en CD-RW-media worden
aanbevolen. De kwaliteit van media kan het schrijf- of herschrijfproces beïnvloeden.
CD-R: TAIYOYUDEN CO., LTD.
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO. LTD RICOH Co., Ltd. Hitachi Maxell Ltd.
CD-RW: MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO. LTD
RICOH Co., Ltd.
TOSHIBA heeft de werking van CD-R's en CD-RW's van bovenstaande fabrikanten bevestigd. De werking van andere media kan niet worden gegarandeerd.
Herschrijfbare CD's (CD-RW's) kunnen ongeveer duizendmaal worden
beschreven. Het werkelijke aantal hangt af van de kwaliteit van de media en het gebruik ervan.
Vergeet niet de netadapter aan te sluiten wanneer u begint met
schrijven of herschrijven.
Sluit alle softwareprogramma's behalve de schrijfsoftware.
Voer geen programma's uit die de CPU belasten, bijvoorbeeld
schermbeveiliging.
Zorg dat de computer met een volledige stroomvoorziening werkt.
Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
Schrijf niet terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot het programma klaar is en schakel vervolgens de anti-virussoftware uit en andere programma's die automatisch bestanden controleren op de achtergrond.
Gebruik geen hulpprogramma's voor vaste schijven, ook geen
programma's die de toegangssnelheid tot schijven vergroten, aangezien deze tot een instabiele werking kunnen leiden en gegevens kunnen beschadigen.
Schrijf vanaf de vaste schijf van de computer naar de CD. Probeer niet
te schrijven vanaf gedeelde apparaten zoals een LAN-server of andere netwerkapparaten.
Schrijven met andere software dan TOSHIBA Disc Creator wordt niet
aanbevolen. De werking in combinatie met andere software kan derhalve niet worden gegarandeerd.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-14
Page 74
Schrijven of herschrijven
Houd u aan de volgende richtlijnen/voorschriften bij het schrijven van gegevens naar een CD-R of CD-RW.
Kopieer gegevens altijd vanaf de vaste schijf naar de CD. Maak niet
gebruik van de Windows-functie knippen-en-plakken aangezien de originele gegevens verloren gaan als er zich een fout voordoet.
Vermijd de volgende handelingen:
het wisselen van gebruikers in het besturingssysteem Windows XP;
Bedien de computer voor elke functie, waaronder het gebruik van
een muis of TouchPad, en het openen/sluiten van het LCD-scherm.
het starten van communicatietoepassingen (bijvoorbeeld een
modemprogramma);
handelingen waardoor de PC wordt blootgesteld aan schokken of
trillingen;
Installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten zoals
PC-kaarten, USB-apparaten, een extern beeldscherm, i.LINK-apparaten of optische digitale apparaten.
Het openen van het optische schijfstation.
Controleer of de schijven van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd
zijn. Is dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het schrijf­of herschrijfproces.
Plaats de PC op een vlak, horizontaal oppervlak en vermijd plaatsen
waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto's, treinen en vliegtuigen. Gebruik geen instabiele plekken zoals een wankele tafel.
Houd mobiele telefoons en andere draadloze-communicatieapparaten
uit de buurt van de computer.
Grondbeginselen

CD’s/DVD’s schrijven naar een DVD Super Multi-station met ondersteuning van ±R Double Layer

Met het DVD Super Multi-station met ondersteuning van ±R Double Layer kunt u gegevens schrijven naar CD-R-/CD-RW-schijven en naar DVD-R-/ DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW- en DVD-RAM-schijven. De volgende schrijftoepassingen zijn vooraf geïnstalleerd. TOSHIBA Disc Creator/TOSHIBA Direct Disc Writer. InterVideo WinDVD Creator 2 Platinum, een product van InterVideo, Inc.
Belangrijk bericht
Lees deze paragraaf vóór het beschrijven van CD-R-/CD-RW-schijven of DVD-R-/DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW- of DVD-RAM-schijven grondig door en volg alle configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dit niet, dan kan het gebeuren dat het DVD Super Multi-station met ondersteuning van ±R Double Layer niet correct werkt en krijgt u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten, gegevensverlies of materiële schade.
Gebruikershandleiding 4-15
Page 75
Afwijzing van aansprakelijkheid
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
beschadiging van CD-R-/RW-schijven of DVD-R-/RW-/+R-/+RW-/
RAM-schijven als gevolg van het (her)schrijfproces;
Wijziging of verlies van de opgenomen inhoud van CD-R-/CD- RW-
schijven, DVD-R-/DVD-RW-schijven of DVD+R-/DVD+RW-/DVD­RAM-schijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces, of hieruit voortvloeiende winstderving of bedrijfsonderbreking.
schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers.
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de gebruikte apparaten. Het is dan ook raadzaam om ten minste twee kopieën te maken van belangrijke gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud onverhoopt wordt veranderd of verloren gaat.
Voordat u gaat schrijven of herschrijven
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het schrijven en herschrijven van gegevens.
Op grond van TOSHIBA’s beperkte compatibiliteitstests worden de
volgende fabrikanten van CD-R-/CD-RW-schijven en DVD-R-/ DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW- en DVD-RAM-schijven aanbevolen. TOSHIBA staat echter niet in voor de werking, kwaliteit of prestaties van enigerlei schijven. De schijfkwaliteit kan het schrijf- of herschrijfproces beïnvloeden.
CD-R: TAIYOYUDEN CO., LTD.
MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO. LTD RICOH Co., Ltd. Hitachi Maxell Ltd.
CD-RW: MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO. LTD
RICOH Co., Ltd.
DVD-R: DVD-specificaties voor beschrijfbare schijven
voor algemene versie 2.0
TAIYOYUDEN CO., LTD. Matsushita Electric Industrial Co., Ltd.
DVD-RW: DVD-specificaties voor herschrijfbare schijven,
Versie 1.1 of Versie 1.2
VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED MITSUBISHI KAGAK MEDIA Co., Ltd
DVD+R: MITSUBISHI KAGAK MEDIA Co., Ltd
RICOH Co., Ltd.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-16
Page 76
Grondbeginselen
DVD+RW: MITSUBISHI KAGAK MEDIA Co., Ltd
RICOH Co., Ltd.
*DVD-RAM: DVD-specificaties voor DVD-RAM Disc voor
versie 2.0, versie 2.1 of versie 2.2
Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. Hitachi Maxell Ltd. *Het DVD Multi-station en het DVD Super
Multi-station ondersteunen DVD-RAM.
DVD+R
MITSUBISHI KAGAK MEDIA Co., Ltd
(Double Layer):
DVD-R
MITSUBISHI KAGAK MEDIA Co., Ltd
(Double Layer):
Controleer of de disc van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd is. Is dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het (her)schrijven. Controleer de schijf op vuil of beschadiging voor u deze gebruikt.
Hoe vaak een CD-RW of DVD-RW/DVD+RW/DVD-RAM kan worden
beschreven, is afhankelijk van de schijfkwaliteit en de manier waarop de schijf wordt gebruikt.
Er bestaan twee soorten DVD-R's: voor authoring en voor algemeen gebruik. Gebruik geen zogeheten authoring-schijven. Alleen schijven voor algemeen gebruik kunnen met een computerstation worden beschreven.
Alleen Format 1 wordt ondersteund voor DVD-R DL. Daarom kunt u
niets extra schrijven. Als uw gegevens minder dan DVD-R (SL) zijn, raden wij aan DVD-R (SL)-schijven te gebruiken.
U kunt DVD-RAM-schijven gebruiken die u uit hun omhulsel kunt
verwijderen en DVD-RAM-schijven die geen omhulsel bevatten. U kunt schijven met een capaciteit van 2,6 Gb enkelzijdig of 5,2 GB dubbelzijdig niet gebruiken.
DVD-R's, DVD+R's, DVD-RW's, DVD+RW's en DVD-RAM's kunnen
wellicht niet worden gelezen op bepaalde DVD-spelers of op DVD-ROM-stations voor computers.
Gegevens die naar een CD-R-, DVD-R- of DVD+R-schijf zijn
geschreven, kunnen niet gedeeltelijk of volledig worden verwijderd.
Gegevens die van een CD-RW-, DVD-RW-, DVD+RW- of
DVD-RAM-schijf zijn gewist, kunnen niet worden teruggehaald. Controleer de inhoud van een schijf zorgvuldig voordat u deze verwijdert. Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet de gegevens van het verkeerde station verwijdert.
Bij het schrijven naar een DVD-R/DVD+R/DVD-RW/DVD+RW is
schijfruimte nodig voor bestandsbeheer, wat inhoudt dat schijven mogelijk niet tot de maximale capaciteit kunnen worden beschreven.
Gebruikershandleiding 4-17
Page 77
Grondbeginselen
De schijf functioneert volgens de DVD-R/-RW-norm en wordt opgevuld
met dummygegevens als er gegevens naar worden geschreven die minder dan 1 GB in beslag nemen. Zelfs als u een kleine hoeveelheid gegevens schrijft, kan het even duren om de schijf met dummygegevens te vullen.
Er zijn twee soorten DVD-R/+R/-RW/+RW/-RAM-schijven verkrijgbaar:
data en video. U gebruikt een videodisc om videogegevens op te slaan. U kunt videodiscs gebruiken in een DVD-recorder en in het DVD-ROM-station van uw computer. U kunt datadiscs niet gebruiken in een DVD-recorder.
Een DVD-RAM die met FAT32 is geformatteerd, kan onder Windows
2000 alleen met een DVD-RAM-stuurprogramma worden gelezen.
Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet naar het verkeerde station schrijft.
Vergeet niet de netadapter aan te sluiten voordat u begint met schrijven
of herschrijven.
Als u wilt overschakelen naar stand-by of de slaapstand, moet u eerst
controleren of het schrijven naar DVD-RAM is voltooid. Het schrijven is voltooid wanneer u de DVD-RAM-schijf kunt uitwerpen.
Sluit alle softwareprogramma's behalve de schrijfsoftware.
Voer geen programma's uit die de processor belasten, zoals een
schermbeveiliging.
Zorg dat de computer met een volledige stroomvoorziening werkt.
Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
Schrijf niet terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot het programma klaar is en schakel vervolgens de anti-virussoftware uit en andere programma's die automatisch bestanden controleren op de achtergrond.
Gebruik geen hulpprogramma's voor vaste schijven, ook geen programma's die de toegangssnelheid tot schijven vergroten, aangezien deze tot een instabiele werking kunnen leiden en gegevens kunnen beschadigen.
Schrijf vanaf de vaste schijf van de computer naar de CD. Probeer niet
te schrijven vanaf gedeelde apparaten zoals een LAN-server of andere netwerkapparaten.
Schrijven met andere software dan TOSHIBA Disc Creator of InterVideo
WinDVD Creator 2 Platinum is niet getest. De werking in combinatie met andere software kan derhalve niet worden gegarandeerd.
Schrijven of herschrijven
Neem de volgende punten in acht wanneer u CD-R-/CD-RW-schijven, DVD-R-/DVD-RW-/DVD-RAM-schijven of DVD+R-/DVD+RW-schijven beschrijft of herschrijft.
Vermijd de volgende handelingen tijdens het schrijf-/herschrijfproces:
het wisselen van gebruikers in het besturingssysteem Windows XP;
Gebruik van de computer zoals het hanteren van het aanwijsapparaat (muis of touchpad) en het sluiten/openen van het LCD-scherm.
Gebruikershandleiding 4-18
Page 78
Grondbeginselen
Communicatietoepassingen starten (bijvoorbeeld een
modemprogramma).
Handelingen waardoor de pc wordt blootgesteld aan schokken of
trillingen.
Installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten zoals
PC-kaarten, USB-apparaten, een extern beeldscherm, i.LINK-apparaten of optische digitale apparaten.
Muziek of spraak reproduceren via de Audio/Video-bedieningsknoppen.
Open het station.
Gebruik tijdens het (her)schrijven niet de afsluit-/afmeldprocedure en de
stand-by-modus/slaapstand.
Zorg ervoor dat het (her)schrijven is voltooid voordat de stand-bymodus
of slaapstand wordt ingeschakeld. Het schrijfproces is voltooid als u de lade van het station kunt openen.
Plaats de PC op een vlak, horizontaal oppervlak en vermijd plaatsen
waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto's, treinen en vliegtuigen. Gebruik geen instabiele plekken zoals een wankele tafel.
Houd mobiele telefoons en andere draadloze-communicatieapparaten
uit de buurt van de computer.
Kopieer gegevens altijd vanaf de vaste schijf naar de CD. Maak niet
gebruik van de Windows-functie knippen-en-plakken aangezien de originele gegevens verloren gaan als er zich een fout voordoet.

TOSHIBA Disc Creator

Opmerking: let op de volgende beperkingen wanneer u TOSHIBA Disc Creator gebruikt:
TOSHIBA Disc Creator kan niet worden gebruikt voor het maken van
DVD-video.
TOSHIBA Disc Creator kan niet worden gebruikt voor het maken van
DVD-audio.
De functie Audio CD van TOSHIBA Disc Creator kan niet worden gebruikt voor het opnemen van muziek op DVD-R/-RW of DVD+R/+RW.
Gebruik de functie Disc Backup van TOSHIBA Disc Creator niet om
DVD-Video en DVD-ROM te kopiëren waar copyright op rust.
Met de functie Disc Backup van TOSHIBA Disc Creator kunt u geen
back-up maken van DVD-RAM-media. U kunt de inhoud van een CD-ROM of CD-R/RW niet naar een
DVD-R/DVD-RW of DVD+R/DVD+RW kopiëren met de functie Disc Backup van TOSHIBA Disc Creator.
U kunt de inhoud van een DVD-ROM, DVD-video-schijf, DVD-R/
DVD-RW of DVD+R/DVD+RW niet naar een CD-R/CD-RW kopiëren met TOSHIBA Disc Creator.
TOSHIBA Disc Creator kan niet in pakketindeling opnemen.
Gebruikershandleiding 4-19
Page 79
Met de functie Disc Backup van TOSHIBA Disc Creator kunt u wellicht
geen back-up maken van een DVD-R-/-RW of DVD+R/+RW die met andere software op een andere DVD-R/-RW- of DVD+R/+RW-recorder is gemaakt.
Als u gegevens toevoegt aan een DVD-R of DVD+R waarop reeds gegevens zijn opgenomen, kunnen de toegevoegde gegevens in bepaalde omstandigheden niet worden gelezen. Het kan niets lezen vanuit 16-bits besturingsystemen zoals Windows 98 Tweede Editie en Windows ME. In Windows NT4 hebt u Service Pack 6 of later nodig om gegevens te kunnen lezen en in Windows 2000 hebt u hiervoor Service Pack 2 of later nodig. Sommige optische stations kunnen geen toegevoegde gegevens lezen, ongeacht welk besturingssysteem wordt gebruikt.
Opname op DVD-RAM-schijven wordt niet ondersteund door TOSHIBA
Disc Creator. Als u op een DVD-RAM wilt opnemen, dient u Verkenner of een ander hulpprogramma te gebruiken.
Controleer alvorens een back-up van een DVD te maken of het
bronstation ondersteuning biedt voor opnemen op DVD-R-/RW- of DVD+R-/+RW-schijven. Is dit niet het geval, dan wordt de DVD mogelijk niet correct gekopieerd.
Wanneer u een back-up maakt van een DVD-R, DVD-RW, DVD+R of
DVD+RW, dient u hetzelfde type schijf te gebruiken.
Gegevens die naar een CD-RW, DVD-RW of DVD+RW zijn
geschreven, kunnen niet gedeeltelijk worden verwijderd.
Gegevensverificatie
Om te controleren of het schrijf-/herschrijfproces correct verloopt, voert u de volgende stappen uit voordat u gegevens naar een data-CD of-DVD schrijft.
1. Geef het dialoogvenster Instellingen op een van de volgende twee manieren weer:
Klik op de instelknop ( ) voor het schrijven op de belangrijkste
werkbalk in de modus Gegevens CD/DVD.
Selecteer Instellen op schrijven Gegevens CD/DVD in het
instelmenu.
2. Schakel het selectievakje Gegevens controleren in
3. Selecteer de modus Bestand openen of Volledige vergelijking.
4. Klik op OK.
Grondbeginselen

TOSHIBA Direct Disc Writer

Opmerking: let op de volgende beperkingen wanneer u TOSHIBA Direct Disc Writer gebruikt:
Deze software ondersteunt uitsluitend herschrijfbare schijven
(DVD+RW, DVD-RW en CD-RW). Niet-herschrijfbare schijven zoals DVD+R's, DVD-R's en CD-R's worden niet ondersteund.
Gebruikershandleiding 4-20
Page 80
Het formatteren en beschrijven van DVD-RAM-schijven wordt niet
ondersteund door TOSHIBA Direct Disc Writer. Deze functies worden uitgevoerd door het DVD-RAM-stuurprogramma. Als het TOSHIBA Direct Disc Writer-formatteringsmenu wordt weergegeven wanneer u een DVD-RAM-schijf in het station plaatst en in Windows Verkenner met de rechtermuisknop op het stationspictogram klikt, kunt u de schijf met "DVDForm" formatteren. U kunt DVDForm uitvoeren door in Windows op de knop Start te klikken en in het menu Start achtereenvolgens Alle programma's, DVD-RAM, DVD-RAM Driver en DVDForm te selecteren.
Gebruik geen schijven die zijn geformatteerd met andere
pakketschrijfsoftware dan TOSHIBA Direct Disc Writer. Gebruik schijven die met TOSHIBA Direct Disc Writer zijn geformatteerd, niet met andere pakketschrijfsoftware. Formatteer schijven waarmee u niet bekend bent vóór gebruik met de optie “Full Format”.
Pas de functies voor knippen en plakken niet toe op bestanden en
mappen. Een geknipt bestand of geknipte map kan verloren gaan als het schrijven mislukt door een schijffout.
Wanneer u de Setup-bestanden voor het programma naar een met
TOSHIBA Direct Disc Writer geformatteerde schijf schrijft en Setup vanaf deze schijf start, kan een fout optreden. Kopieer de bestanden in dat geval naar de vaste schijf en start Setup.

Bij gebruik van WinDVD Creator 2 Platinum

Grondbeginselen
Met WinDVD Creator Platinum kunt u via i.LINK (IEEE1394a) video op uw digitale camcorder opnemen. Soms hapert de geluidsweergave enigszins. Probeer in dergelijke gevallen het volgende:
®
1. Klik op de Windows
-knop Start en selecteer de optie
Configuratiescherm.
2. Klik in het Configuratiescherm op het pictogram Prestaties en onderhoud.
3. Klik in het venster Prestaties en onderhoud op het pictogram Systeem.
4. Klik in het venster Systeemeigenschappen op de tab Geavanceerd.
5. Klik op het pictogram Instellingen in de sectie Prestaties.
6. Klik in het venster Instellingen voor prestaties op de tab Geavanceerd.
7. Klik op het pictogram Wijzigen in de sectie Virtueel geheugen.
8. Selecteer de knop Aangepaste grootte in het venster Virtueel geheugen.
9. Geef veel hogere waarden op voor Begingrootte en Maximale grootte.
10. Klik op de knop Instellen in het venster Virtueel geheugen.
11. Klik op OK in het venster Virtueel geheugen.
Gebruikershandleiding 4-21
Page 81
Een DVD-video maken
Vereenvoudigde stappen om een DVD-video te maken van videogegevens die zijn vastgelegd met een DV-camera:
1. Klik achtereenvolgens op Start Alle programma's InterVideo WinDVD Creator 2 InterVideo WinDVD Creator om WinDVD Creator te starten.
2. Klik op de knop Capture en neem de videogegevens via IEEE1394a over van de DV-camcorder.
3. Klik op de knop (videobibliotheek) naar de edit-strook.
4. Klik op de knop Make Movie bovenaan.
5. Dubbelklik op de pijlknop rechts, in het midden van de rechterkant.
6. Plaats een lege DVD-R/+R of een gewiste DVD-RW/+RW in het station.
7. Klik op Start om de schijf op te nemen.
8. De lade gaat open zodra de opname is voltooid.
Edit
en sleep de videoclips van het tabblad
Meer informatie over InterVideo WinDVD Creator
Raadpleeg de on line Help voor extra informatie over InterVideo WinDVD Creator.
Informatie.
Belangrijke informatie over het gebruik
Houd rekening met de volgende beperkingen wanneer u een video-DVD maakt:
1. Digitale video bewerken
Meld u aan met beheerdersrechten om WinDVD Creator te kunnen
gebruiken.
Zorg dat de computer op de netadapter werkt wanneer u WinDVD
Creator gebruikt.
Zorg dat de computer met een volledige stroomvoorziening werkt.
Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
U kunt een voorbeeld weergeven terwijl u een DVD bewerkt. Als echter
een andere toepassing actief is, worden voorbeelden mogelijk niet correct weergegeven.
WinDVD Creator kan geen video op een externe monitor weergeven als
de computer is geconfigureerd voor simultaanweergave.
Met WinDVD Creator kunt u geen auteursrechtelijk beschermde inhoud
bewerken of afspelen.
Wijzig de beeldscherminstellingen niet terwijl u WinDVD Creator
gebruikt.
Schakel de stand-by-modus/slaapstand niet in terwijl u WinDVD
Creator gebruikt.
Gebruik WinDVD Creator niet direct nadat u de computer hebt
ingeschakeld. Wacht tot alle schijfactiviteit is gestopt.
Grondbeginselen
Video Library
Gebruikershandleiding 4-22
Page 82
Grondbeginselen
Als u opneemt naar een DV-camera, laat de camera dan gedurende
enkele seconden opnemen voor u de daadwerkelijke gegevens opneemt om ervoor te zorgen dat alle gegevens worden vastgelegd.
Deze versie ondersteunt geen CD-recorder-, JPEG-, DVD-audio-,
mini-DVD- en video-CD-functies.
Sluit alle andere programma’s terwijl u video opneemt op DVD of
videoband.
Voer geen programma's uit die de CPU belasten, zoals een
schermbeveiliging.
Voer geen communicatietoepassingen uit, zoals die voor een modem of
een LAN.
2. Voor u de video opneemt op DVD
Wanneer u op een DVD opneemt, dient u alleen schijven te gebruiken
die door de stationsfabrikant zijn aanbevolen.
Stel het actieve station niet in op een langzaam apparaat zoals een
vaste schijf van het type USB 1.1. Als u dit doet, zal het beschrijven van de DVD mislukken.
Vermijd de volgende handelingen:
Gebruik van de computer zoals het hanteren van het
aanwijsapparaat (muis of touchpad) en het sluiten/openen van het LCD-scherm.
Handelingen waardoor de computer wordt blootgesteld aan
schokken of trillingen.
gebruik van de modusknop of audio-/videobedieningsknoppen om
geluid te reproduceren.
het DVD-station openen;
installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten zoals
PC-kaarten, USB-apparaten, een extern beeldscherm, i.LINK-apparaten of optische digitale apparaten.
Controleer de schijf nadat u belangrijke gegevens hebt opgenomen.
Een DVD-R/DVD+R/DVD-RW kan niet in VR-indeling worden
beschreven.
U kunt maximaal 2 uur aan videogegevens in DVD-video-indeling naar
een DVD-R/DVD+R/DVD-RW/DVD+RW schrijven.
Met WinDVD Creator kunt u niet naar DVD-audio-, video-CD-, of
mini-DVD-indelingen exporteren. WinDVD Creator kan DVD-RAM/+RW-schijven in de VR-indeling
schrijven, maar de schijf kan alleen worden afgespeeld op uw computer.
Wanneer u naar een DVD schrijft, heeft WinDVD Creator voor elk uur
video minstens 2 GB schijfruimte nodig.
Als u een DVD helemaal vol maakt, worden de hoofdstukken mogelijk
niet in de juiste volgorde afgespeeld.
Gebruikershandleiding 4-23
Page 83
3. Over Disc Manager
WinDVD Creator kan één afspeellijst op een schijf bewerken.
In WinDVD Creator wordt mogelijk een andere miniatuur weergegeven
dan u oorspronkelijk op de DVD-RAM-recorder hebt ingesteld.
Met Disc Manager kunt u gegevens in de volgende indelingen
bewerken: DVD-VR op DVD-RAM, DVD+VR op DVD+RW en DVD-video op DVD-RW.
4. Over opgenomen DVD’s
DVD-R's, DVD+R's, DVD-RW's, DVD+RW's en DVD-RAM's kunnen
wellicht niet worden gelezen op bepaalde DVD-spelers of op DVD-ROM-stations voor PC's.
Als u een opgenomen schijf afspeelt op uw computer, gebruik dan de
toepassing WinDVD.
Als u een vaak gebruikte herschrijfbare schijf gebruikt, is een volledige
formattering wellicht niet mogelijk. Gebruik een nieuwe schijf.

Behandeling van schijven/diskettes

In dit gedeelte treft u tips aan voor het beschermen van de gegevens die u op schijven of diskettes hebt opgeslagen.
Ga voorzichtig om met schijven en diskettes. Door de volgende eenvoudige richtlijnen in acht te nemen kunt u de levensduur van uw media verlengen en de erop opgeslagen gegevens beschermen:
1. Bewaar diskettes in hun originele houders om ze te beschermen en schoon te houden.
2. Buig de schijf niet.
3. Beschadig het oppervlak van een schijf niet door er bijvoorbeeld een etiket op te plakken of erop te schrijven.
4. Houd een schijf bij de rand of bij het gat in het midden vast. Vingerafdrukken op het oppervlak van een CD/DVD kunnen de schijf onleesbaar maken.
5. Stel schijven niet bloot aan direct zonlicht, extreme hitte of koude, en plaats geen zware voorwerpen op de schijven.
6. Als uw schijven stoffig of vuil raken, kunt u ze afvegen met een schone, droge doek. Veeg vanuit het midden naar buiten (niet in een cirkel). Gebruik zo nodig een doek die is bevochtigd met water of een neutraal schoonmaakmiddel. Gebruik geen benzine, verdunningsmiddel of soortgelijke schoonmaakmiddelen.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-24
Page 84

Diskettes

Tv-uit

Grondbeginselen
1. Bewaar diskettes in hun originele houders om ze te beschermen en schoon te houden. Maak een vuile diskette schoon met een zachte doek die is bevochtigd met water. Gebruik geen schoonmaakmiddelen.
2. Duw het metalen schuifje van een diskette niet opzij en raak het magnetische oppervlak niet aan. Vingerafdrukken kunnen het correct aflezen van gegevens op de diskette verhinderen.
3. Buig diskettes niet en stel deze niet bloot aan direct zonlicht of extreme temperaturen; als u dit voorschrift niet in acht neemt, kunnen gegevens verloren gaan.
4. Plaats geen zware voorwerpen op uw diskettes.
5. Eet, rook of gum niet in de nabijheid van uw diskettes. Vreemde deeltjes kunnen het magnetische oppervlak van de diskette beschadigen.
6. Magnetische energie kan de gegevens op uw diskettes vernietigen. Houd uw diskettes daarom uit de buurt van voorwerpen die magnetische velden genereren, zoals luidsprekers, radio's en tv's.
Via de tv-uit-poort kunt u de computer op een tv aansluiten. Gebruik een 4­pens S-Video-kabel. Zie voor meer informatie bijlage B, Weergavemodi.
TV Out-poort

Meerdere beeldschermen instellen

U kunt de computer configureren voor het gebruik van meerdere beeldschermen, zodat het bureaublad in feite over twee monitors wordt verdeeld.
In het venster Eigenschappen voor Beeldscherm kunt u de relatieve posities van de twee beeldschermen (wanneer deze als een uitgebreid bureaublad zijn geconfigureerd) preciezer aanpassen. In dit venster kunt u de twee beeldschermen in een horizontale, verticale of diagonale configuratie plaatsen, zoals in de volgende afbeelding wordt aangegeven.
Gebruikershandleiding 4-25
Page 85
Grondbeginselen
Als er geen extern beeldscherm aangesloten zal zijn wanneer u de computer de volgende keer gebruikt, dient u eventuele kloonscherminstellingen of instellingen voor een uitgebreid bureaublad uit te schakelen alvorens de computer af te sluiten.
Kloonscherminstellingen zijn instellingen waar meer dan één apparaat is geselecteerd en tegelijk van toepassing is.

De computer reinigen

Om een lange levensduur en storingsvrij gebruik te waarborgen dient u de computer stofvrij te houden en voorzichtig te zijn met vloeistoffen in de buurt van de computer.
Mors geen vloeistoffen in de computer. Als de computer toch nat wordt,
schakelt u onmiddellijk de stroom uit; laat de computer volledig drogen voordat u hem weer aanzet.
Reinig de computer met een licht (met water) bevochtigde doek. Voor
het beeldscherm kunt u een glasreinigingsmiddel gebruiken. Sproei een kleine hoeveelheid reinigingsmiddel op een zachte, schone doek en veeg het scherm hiermee voorzichtig af.
Sproei schoonmaakmiddel nooit rechtstreeks op de computer en laat er geen vloeistof inlopen. Gebruik nooit bijtende chemicaliën om de computer te reinigen.
Gebruikershandleiding 4-26
Page 86

De computer verplaatsen

De computer is een robuust apparaat. Wanneer u de computer verplaatst, dient u echter enkele eenvoudige voorzorgsmaatregelen te treffen om te zorgen dat het systeem probleemloos blijft werken.
Zorg dat alle schijfactiviteit is gestopt voordat u de computer verplaatst.
Controleer het vaste-schijf-lampje en het lampje voor het optische station op de computer.
Als het schijfstation een schijf bevat, verwijdert u deze.
Als het optische schijfstation een schijf bevat, verwijdert u deze. Zorg
tevens dat de lade van het schijfstation goed is gesloten.
Schakel de computer uit.
Ontkoppel alle randapparaten alvorens de computer te verplaatsen.
Sluit het beeldscherm. Til de computer niet op aan het scherm of aan
de achterkant (waar de interfacepoorten zich bevinden).
Sluit alle poortafdekkingen.
Ontkoppel de netadapter als deze is aangesloten.
Gebruik een draagtas wanneer u de computer vervoert.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding 4-27
Page 87
Het toetsenbord
Het toetsenbord van de computer is compatibel met een uitgebreid toetsenbord met 101/102 toetsen. Door bepaalde toetsen tegelijkertijd in te drukken kunt u alle functies uitvoeren die op een toetsenbord met 101/102 toetsen beschikbaar zijn.
Het aantal toetsen op uw toetsenbord is afhankelijk van de toetsenbordindeling waarmee uw computer is geconfigureerd. Er zijn toetsenborden voor verschillende talen beschikbaar.
Er zijn vijf soorten toetsenbordtoetsen: typemachinetoetsen, geïntegreerde numerieke toetsen, functietoetsen, zogenoemde “softkeys” en cursorbesturingstoetsen. De typemachinetoetsen en de geïntegreerde numerieke toetsen zijn grijs. De overige toetsen zijn donkergrijs.

Typemachinetoetsen

De typemachinetoetsen produceren de hoofd- en kleine letters, cijfers, leestekens en speciale symbolen die op het scherm worden weergegeven.
Er zijn echter enkele verschillen tussen het gebruik van een typemachine en het gebruik van een computertoetsenbord:
Letters en cijfers die met de computer zijn geproduceerd, verschillen
van breedte. Spaties, die door een spatieteken worden gecreëerd, kunnen ook variëren, al naar gelang uitlijning en andere factoren.
Op computers zijn de kleine letter l (el) en het cijfer 1 (één) niet
verwisselbaar.
Hoofdletter O en 0 (nul) zijn niet verwisselbaar.
Caps Lock, de functietoets voor hoofdlettervergrendeling, is alleen van
invloed op de lettertoetsen, niet (zoals op typemachines) op de cijfer- en symbooltoetsen.
De Shift- of hoofdlettertoetsen, de Ta b-toets en de toets BkSp
(backspace- ofwel correctietoets) hebben dezelfde functie als de gelijknamige typemachinetoetsen maar hebben bovendien speciale computerfuncties.
Hoofdstuk 5
Gebruikershandleiding 5-1
Page 88

Functietoetsen F1 ... F12

De functietoetsen, niet te verwarren met de Fn-toets, zijn de 12 toetsen boven aan het toetsenbord. Deze toetsen zijn donkergrijs, maar werken anders dan de andere donkergrijze toetsen.
F1 tot en met F12 worden aangeduid als functietoetsen, omdat u hiermee geprogrammeerde functies kunt uitvoeren. Als u pictogramtoetsen in combinatie met de Fn-toets gebruikt, worden specifieke functies op de computer uitgevoerd. Zie de paragraaf Softkeys: Fn-toetscombinaties in dit hoofdstuk. De werking van individuele toetsen is afhankelijk van de software die u gebruikt.

Softkeys: Fn-toetscombinaties

De toets Fn (functie) is een bijzondere toets die alleen op TOSHIBA-computers aanwezig is en die in combinatie met andere toetsen “softkeys” vormt. Softkeys zijn toetscombinaties die specifieke voorzieningen activeren, uitschakelen of configureren.
In sommige softwareprogramma’s werken softkeys niet naar behoren of werken ze in het geheel niet. De softkey-instellingen worden niet hersteld door de stand-bymodus.
Het toetsenbord
Emulatietoetsen
Het is mogelijk dat uw softwaretoepassing een toets vereist die niet op het toetsenbord voorkomt. Door de Fn-toets in combinatie met een van de volgende toetsen in te drukken emuleert u de functies van het uitgebreide toetsenbord.
Druk op Fn + F10 of Fn + F11 om de geïntegreerde numerieke toetsen te activeren. De grijze toetsen met witte cijfers worden hierdoor cijfertoetsen (Fn + F11) of cursorbesturingstoetsen (Fn + F10). Raadpleeg de paragraaf
Geïntegreerde numerieke toetsen in dit hoofdstuk voor meer informatie
over het gebruik van deze toetsen. Standaard zijn beide functies bij het opstarten van de computer uitgeschakeld.
Druk op Fn + F12 (ScrLock) om de cursor op een bepaalde regel te vergrendelen. Bij het opstarten is deze functie standaard uitgeschakeld.
Gebruikershandleiding 5-2
Page 89
Met Fn + Enter emuleert u de Enter-toets op het numerieke toetsenblok van het uitgebreide toetsenbord.
Met Fn + Ctrl emuleert u de rechter Ctrl-toets van het uitgebreide toetsenbord.

Sneltoetsen

Het toetsenbord
Fn + ESC Geluid dempen: hiermee schakelt u het volume
Fn + F1 Directe beveiliging: hiermee wordt het scherm
Fn + F2 Energiebesparingsmodi: hiermee worden de
Fn + F3 Stand-by: hiermee wordt het systeem in de
Fn + F4 Slaapstand: hiermee wordt het systeem in de
Fn + F5 Beeldschermselectie: hiermee kunt u van
De standaardresolutie voor de simultaanmodus is WXGA (1280 x 800). Als u een RGB-monitor aansluit die deze resolutie niet ondersteunt, dient u de resolutie te wijzigen in het onderdeel Beeldscherm van het Configuratiescherm.
Fn + F6 Helderheid verlagen Fn + F7 Helderheid verhogen Fn + F8 Draadloos apparaat in-/uitschakelen: met deze
Fn + F9 Touchpad aan/uit
in of uit.
leeggemaakt en de schermbeveiliging geactiveerd. U kunt het bureaublad weer herstellen door op een willekeurige toets te drukken of het touchpad aan te raken.
energiebesparingsmodi weergegeven, waarna u wijzigingen in de energie-instellingen kunt aanbrengen.
stand-bymodus gezet.
slaapstand gezet.
beeldscherm wisselen.
sneltoets kunt u heen en weer schakelen tussen actieve draadloze apparaten indien de schakelaar voor draadloze communicatie is ingeschakeld.
Gebruikershandleiding 5-3
Page 90
Het toetsenbord
Fn + F10 Cursortoetsenblok aan/uit: met deze sneltoets
schakelt u het geïntegreerde cursortoetsenblok in en uit. Zie hoofdstuk 3 voor meer informatie.
Fn + F11 Numeriek toetsenblok aan/uit:met deze
Fn + F12 Scroll Lock aan/uit
Fn + spatiebalk Resolutie wijzigen: hiermee doorloopt u de
Fn + 1Uitzoomen: hiermee kunt u de pictogrammen op
Fn + 2
Voordat u Fn + 1 en Fn + 2 gebruikt, dient u het TOSHIBA-hulpprogramma Zooming te installeren. De zoomfunctie is alleen beschikbaar in Microsoft Internet Explorer, Microsoft Office, Windows Media Player en Adobe Reader, en voor de pictogrammen op het bureaublad.
sneltoets schakelt u het geïntegreerde numerieke toetsenblok in en uit. Zie hoofdstuk 3 voor meer informatie.
beschikbare resoluties, van de huidige resolutie tot 800 × 600 en 1024 ×768 en weer terug naar de oorspronkelijke resolutie.
het bureaublad of in het toepassingsvenster verkleinen. Druk op 1 terwijl u Fn ingedrukt houdt.
Inzoomen: hiermee kunt u de pictogrammen op het bureaublad of in het toepassingsvenster vergroten. Druk op 2 terwijl u Fn ingedrukt houdt.

Speciale Windows-toetsen

Het toetsenbord is voorzien van twee toetsen die in Windows XP speciale functies hebben. De ene activeert het menu Start en de andere heeft dezelfde functie als de secundaire muisknop.
Deze toets activeert het Windows-menu Start.
Deze toets heeft dezelfde functie als de secundaire muisknop.

Geïntegreerde numerieke toetsen

In plaats van een apart numeriek toetsenblok heeft het toetsenbord van uw computer geïntegreerde numerieke toetsen.
De toetsen met de witte opschriften in het midden van het toetsenbord zijn de geïntegreerde numerieke toetsen. Het toetsenbord heeft dezelfde functies als het numerieke toetsenblok.
Gebruikershandleiding 5-4
Page 91
De geïntegreerde numerieke toetsen inschakelen
U kunt de geïntegreerde numerieke toetsen gebruiken voor het invoeren van cijfers of voor cursor- en paginabesturing.
Cursormodus
Om de cursormodus te activeren drukt u op Fn + F10 (het lampje van de cursormodus gaat branden). Nu is cursor- en paginabesturing mogelijk
met de toetsen die in de volgende afbeelding worden geïllustreerd. Druk nogmaals op Fn + F10 om de geïntegreerde numerieke toetsen uit te schakelen.
Numerieke modus
Om de numerieke modus te activeren drukt u op Fn + F11 (het lampje van de numerieke modus gaat branden). Nu kunt u cijfers invoeren met de toetsen die hieronder worden geïllustreerd. Druk nogmaals op Fn + F11 om de geïntegreerde numerieke toetsen uit te schakelen.
Het toetsenbord
De geïntegreerde numerieke toetsen (VS)
Gebruikershandleiding 5-5
Page 92
Het toetsenbord
Tijdelijk het gewone toetsenbord gebruiken (geïntegreerde numerieke toetsen aan)
Tijdens het gebruik van de geïntegreerde numerieke toetsen kunt u tijdelijk met het gewone toetsenbord werken zonder de geïntegreerde numerieke toetsen uit te schakelen:
1. Houd Fn ingedrukt en druk op een andere toets. Alle toetsen werken alsof de geïntegreerde numerieke toetsen zijn uitgeschakeld.
2. Typ hoofdletters door Fn + Shift ingedrukt te houden en op een lettertoets te drukken.
3. Laat Fn los om de geïntegreerde numerieke toetsen weer in gebruik te nemen.
Tijdelijk de geïntegreerde numerieke toetsen gebruiken (geïntegreerde numerieke toetsen uit)
Tijdens het gebruik van het gewone toetsenbord kunt u tijdelijk met de geïntegreerde numerieke toetsen werken zonder deze in te schakelen:
1. Druk op Fn en houd deze toets ingedrukt.
2. Controleer de toetsenbordlampjes. Door op Fn te drukken activeert u de laatst gebruikte modus van de geïntegreerde numerieke toetsen. Als het lampje van de numerieke modus brandt, kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen voor het invoeren van cijfers gebruiken. Brandt het lampje van de cursormodus, dan kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen gebruiken voor cursor- en paginabesturing.
3. Laat Fn los om het gewone toetsenbord weer in gebruik te nemen.
Tijdelijk van modus wisselen
Als de numerieke modus actief is, kunt u tijdelijk naar de cursormodus overschakelen door op een Shift-toets te drukken.
Is de cursormodus actief, dan kunt u tijdelijk naar de numerieke modus overschakelen door op een Shift-toets te drukken.

ASCII-tekens genereren

Niet alle ASCII-tekens kunnen via het gewone toetsenbord worden gegenereerd. U kunt deze tekens echter door middel van hun ASCII-codes genereren.
Voer de volgende stappen uit met de geïntegreerde numerieke toetsen ingeschakeld:
1. Houd Alt ingedrukt.
2. Typ de ASCII-code met behulp van de geïntegreerde numerieke toetsen.
3. Laat Alt los; het ASCII-teken verschijnt op het scherm.
Als de geïntegreerde numerieke toetsen zijn uitgeschakeld, voert u de volgende stappen uit:
1. Houd Alt + Fn ingedrukt.
2. Typ de ASCII-code met behulp van de geïntegreerde numerieke toetsen.
3. Laat Alt + Fn los; het ASCII-teken verschijnt op het scherm.
Gebruikershandleiding 5-6
Page 93
Hoofdstuk 6
Stroomvoorziening en spaarstanden
De computer kan via de netadapter of via de interne accu van stroom worden voorzien. In dit hoofdstuk leest u hoe u deze energiebronnen optimaal gebruikt en hoe u de accu oplaadt en vervangt. Verder worden tips gegeven voor het besparen van accu-energie en krijgt u informatie over spaarstanden.

Omstandigheden bij stroomvoorziening

De bedrijfscapaciteit en de energiestatus van de accu in de computer worden beïnvloed door de stroomvoorzieningsomstandigheden: of er een netadapter is aangesloten, of er een accu is geïnstalleerd en wat het ladingsniveau van de accu is.
Stroom ingeschakeld Stroom uitgeschakeld
(buiten werking)
Netadapter aangesloten
Accu volledig opgeladen
Accu gedeelte­lijk opgeladen
Geen accu geïn­stalleerd of accu leeg
• In werking
• Geen lading
• Lampje:
• In werking
• Opladen
• Lampje:
• In werking
• Geen lading
• Lampje:
Accu DC IN
Accu DC IN
Accu DC IN
blauw/groen
blauw/groen
oranje
blauw/groen
uit blauw/groen
• Geen lading
• Lampje:
• Opladen
• Lampje:
• Geen lading
• Lampje:
Accu DC IN
Accu DC IN
Accu DC IN
blauw/groen
blauw/groen
oranje
blauw/groen
uit
blauw/groen
Gebruikershandleiding 6-1
Page 94
Netadapter niet aange­sloten
Stroomvoorziening en spaarstanden
Stroom ingeschakeld Stroom uitgeschakeld
(buiten werking)
Accucapaciteit is boven active­ringsniveau lage acculading
Accucapaciteit is onder active­ringsniveau lage acculading
Accu leeg Computer wordt in slaap-
Geen accu geïn­stalleerd
* Het lampje is afhankelijk van het gekochte model.
• In werking
• Lampje:Accu uit DC IN
• In werking
• Alarm klinkt (deze functie is afhankelijk van de confi­guratie van de computer)
• Lampje:
stand gezet of afgesloten (afhankelijk van de instel­ling in de TOSHIBA Power Saver)
• Buiten werking
• Lampje:Accu uit
uit
Accu
knippert
oranje DC IN
DC IN uit
uit

Voedingslampjes

Zoals in de vorige tabel wordt aangegeven, maken het Accu-, DC IN- en Aan/uit-lampje u attent op de bedrijfscapaciteit en de accu-energiestatus
van de computer.
Accu-lampje
Aan de hand van het Accu-lampje kunt u de status van de accu controleren. De accustatus wordt als volgt aangeduid:
Knipperend oranje De accu is bijna leeg. De netadapter moet
worden aangesloten om de accu op te laden.
Lampje brandt oranje
Lampje brandt blauw/groen
Lampje brandt niet In alle andere omstandigheden is het lampje uit.
Gebruikershandleiding 6-2
Geeft aan dat de netadapter is aangesloten en dat de accu wordt opgeladen.
Geeft aan dat de netadapter is aangesloten en dat de accu volledig is opgeladen.
Page 95
DC IN-lampje
Aan de hand van het DC IN-lampje kunt u de stroomvoorzieningsstatus voor de aangesloten netadapter controleren:
Lampje brandt blauw/groen
Lampje brandt niet Geeft aan dat de netadapter niet is
Aan/uit-lampje
Aan de hand van het Aan/uit-lampje kunt u de algemene stroomvoorzieningsstatus controleren:
Lampje brandt blauw/groen
Knipperend oranje Geeft aan dat de computer van stroom wordt
Lampje brandt niet In alle andere omstandigheden is het lampje uit.

Accutypen

Stroomvoorziening en spaarstanden
Geeft aan dat de netadapter is aangesloten en de computer van stroom voorziet.
aangesloten.
Geeft aan dat de computer van stroom wordt voorzien en is ingeschakeld.
Het aan/uit-lampje bevindt zich in de aan/uit­knop (afhankelijk van het gekochte model) en op de voorzijde van de computer.
voorzien en zich in de stand-bymodus bevindt.
De computer heeft twee typen accu’s (batterijen):
Accu-eenheid
RTC-batterij (batterij voor de realtime klok)
Accu-eenheid
De verwisselbare lithium-ion accu-eenheid, in deze handleiding ook wel kortaf “accu” genoemd, is de voornaamste energiebron van de computer wanneer de netadapter niet is aangesloten.
U kunt extra accu-eenheden kopen voor langdurig computergebruik zonder netstroom.
De accu heeft een beperkte levensduur. Als de bedrijfstijd van een accu zelfs na volledig opladen afneemt, dient u de accu te vervangen.
Gebruikershandleiding 6-3
Page 96
RTC-batterij
Stroomvoorziening en spaarstanden
De accu-eenheid bestaat uit een lithium-ion-batterij. Indien de batterij
onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt, bestaat ontploffingsgevaar. Houd u bij het afdanken van de accu aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften. Gebruik alleen accu's die door TOSHIBA zijn aanbevolen.
Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de stand-by-
modus staat. In deze modus worden er gegevens in het geheugen opgeslagen. Als de stroomtoevoer naar de computer uitvalt, gaan de gegevens verloren.
Accutype (afhankelijk van het gekochte model):
4 cellen-PA3451U-1BRS,PA3451U-1BAS* 6 cellen-PA3465U-1BRS,PA3465U-1BAS 8 cellen-PA3457U-1BRS,PA3457U-1BAS
* De beschikbaarheid van deze accu is afhankelijk van het aangeschafte model.
De RTC- ofwel Real Time Clock-batterij voorziet de interne realtime klok en kalender van stroom en handhaaft de systeemconfiguratie. Deze batterij handhaaft tevens de systeemconfiguratie.
Als de RTC-batterij leeg is, gaan deze gegevens verloren en werken de realtime klok en kalender niet meer. In dat geval ziet u het volgende bericht wanneer u de computer weer inschakelt:
ERROR 0271:Check date and time settings. WARNING 0251:System CMOS checksum bad - Default configuration used. Press <F1> to resume, <F2> to Setup.
De RTC-batterij van de computer is een lithiumbatterij die uitsluitend mag worden vervangen door uw leverancier of een TOSHIBA-servicevertegenwoordiger. Indien de batterij onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt, bestaat ontploffingsgevaar. Houd u bij het afdanken van de accu aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften.
Gebruikershandleiding 6-4
Page 97
Stroomvoorziening en spaarstanden
Als dit foutbericht wordt weergegeven, verdient het aanbeveling de volgende procedure uitvoeren.
1. Sluit de netadapter aan en laad de accu gedurende 24 uur op.
2. Druk op F2 om het BIOS Setup-menu te openen.
3. Stel de juiste datum en tijd in.
Als het foutbericht wordt weergegeven nadat u de bovenstaande handelingen hebt verricht, neemt u dan contact op met uw TOSHIBA-dealer.

Onderhoud en gebruik van de accu-eenheid

De accu-eenheid is een essentieel onderdeel van de draagbare computer. Door de eenheid naar behoren te gebruiken en te onderhouden zorgt u ervoor dat deze langer stroom levert en langer meegaat. Volg de aanwijzingen in dit gedeelte zorgvuldig ter waarborging van veilig gebruik en maximale prestaties.
Voorzorgsmaatregelen
Verkeerde behandeling van accu's kan resulteren in ernstig of dodelijk letsel of materiële schade.
Neem het volgende advies in acht: Gevaar: duidt op een dreigend gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming
van de veiligheidsinstructie in ernstig of dodelijk letsel kan resulteren. Waarschuwing: duidt op een potentieel gevaarlijke situatie die bij
veronachtzaming van de veiligheidsinstructie in ernstig of dodelijk letsel kan resulteren.
Let op: duidt op een potentieel gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming van de veiligheidsinstructie in lichte verwondingen of lichte schade aan eigendommen kan resulteren.
Opmerking: verschaft belangrijke informatie.
Gevaar
1. Probeer niet om een gebruikte accu-eenheid te verbranden of te verwarmen, bijvoorbeeld in een magnetronoven. Hierdoor kan de accu-eenheid ontploffen en persoonlijk letsel veroorzaken.
2. Probeer een accu-eenheid nooit te openen, te repareren of anderszins aan te passen. Hierdoor zal de accu-eenheid oververhit raken en vlam vatten. Lekken van bijtende alkalineoplossing of andere elektrolytische stoffen veroorzaakt brand of verwondingen, mogelijk resulterend in ernstig of dodelijk letsel.
3. Houd metalen voorwerpen uit de buurt van de accupolen ter voorkoming van kortsluiting. Kortsluiting kan brand veroorzaken of de accu-eenheid anderszins beschadigen en in verwondingen resulteren. Wanneer u de accu-eenheid opbergt, dient u deze altijd in plastic te wikkelen en de polen met isolatieband te bedekken om kortsluiting te voorkomen.
Gebruikershandleiding 6-5
Page 98
Stroomvoorziening en spaarstanden
4. Prik nooit in de accu-eenheid met spijkers of andere scherpe voorwerpen. Sla nooit met een hamer of een ander voorwerp op de accu-eenheid. Ga niet op de accu staan.
5. Probeer de accu-eenheid nooit op te laden op een andere wijze dan wordt beschreven in de gebruikershandleiding. Koppel de accu-eenheid nooit aan een contactdoos of aan het aanstekercontact in een auto. Hierdoor kan de eenheid barsten of vlam vatten.
6. Gebruik uitsluitend de accu-eenheid die bij de computer of ander apparaat werd geleverd, of een accu-eenheid die door de fabrikant van de computer of het apparaat is goedgekeurd voor gebruik. Voltage en polariteit variëren per accu-eenheid. Gebruik van een incorrecte accu kan resulteren in beschadiging van de accu-eenheid of in rookontwikkeling of brand.
7. Stel een accu-eenheid nooit bloot aan warmte door deze bijvoorbeeld in de buurt van een radiator op te bergen. Door blootstelling aan warmte kan de accu-eenheid vlam vatten, ontploffen of lek raken, en zodoende ernstig of dodelijk letsel teweegbrengen. De werking van de accu­eenheid kan hierdoor tevens geheel of gedeeltelijk worden onderbroken, hetgeen kan leiden tot gegevensverlies.
8. Stel de accu-eenheid nooit bloot aan abnormale schokken, trillingen of druk. Het inwendige beschermingsgedeelte van de accu-eenheid kan hierdoor worden aangetast, waardoor de accu-eenheid oververhit raakt, explodeert, ontvlamt of bijtende vloeistoffen lekt. Dit kan resulteren in ernstig of dodelijk letsel.
9. Laat een accu-eenheid nooit vochtig worden. Een vochtige accu­eenheid zal oververhit raken, vlam vatten of barsten, en zodoende ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Waarschuwing
1. Vermijd contact tussen de bijtende elektrolytvloeistof uit een batterij en uw ogen, huid of kleding. Indien u toch elektrolytvloeistof in uw ogen krijgt, dient u onmiddellijk uw ogen te wassen met veel stromend water en medische hulp te zoeken om schade aan de ogen te voorkomen. Als elektrolytische vloeistof in contact komt met uw huid, dient u deze onmiddellijk onder stromend water af te spoelen. Als elektrolytische vloeistof op uw kleren terechtkomt, dient u deze direct uit te trekken teneinde contact met uw huid of ogen te voorkomen.
2. Schakel de computer onmiddellijk uit, ontkoppel de netadapter en verwijder de accu-eenheid als de eenheid een van de volgende verschijnselen vertoont: vreemde geur, extreme hitte, verkleuring of vervorming. Laat de computer vervolgens nakijken door een Authorized Toshiba Service Center voordat u er weer mee aan de slag gaat. Als u deze waarschuwing negeert, zal de accu-eenheid mogelijk rook gaan afgeven, vlam vatten of barsten.
3. Zorg dat de accu-eenheid correct in de computer is geïnstalleerd voordat u probeert de eenheid op te laden. Onjuiste installatie kan resulteren in beschadiging van de accu-eenheid of in rookontwikkeling of brand.
4. Houd de accu-eenheid buiten het bereik van baby's en kinderen. De accu kan letsel veroorzaken.
Gebruikershandleiding 6-6
Page 99
Stroomvoorziening en spaarstanden
Let op
1. Gebruik de accu-eenheid nooit als het oplaadvermogen is aangetast, of als een bericht is verschenen met de waarschuwing dat de accu­eenheid niet meer kan worden opgeladen. Als u een lege of aangetaste accu-eenheid blijft gebruiken, kan gegevensverlies optreden.
2. Gooi accu-eenheden nooit samen met het gewone afval weg. Retourneer ze aan uw TOSHIBA-dealer of een ander recyclingbedrijf voor hergebruik en om schade aan het milieu te voorkomen. Dek de contactpunten af met isolatietape om kortsluiting te voorkomen, anders kan de batterij ontvlammen of scheuren.
3. Gebruik alleen accu-eenheden die door TOSHIBA zijn aanbevolen.
4. Controleer altijd of de accu-eenheid correct is geïnstalleerd en stevig vastzit. Is dit niet het geval, dan kan de accu-eenheid uit de computer vallen en letsel teweegbrengen.
5. Laad de accu-eenheid op bij een omgevingstemperatuur tussen 5º en 30º Celcius Als u de accu-eenheid bij hogere of lagere temperaturen oplaadt, kan elektrolytische vloeistof ontsnappen en kunnen de werking en de levensduur van de eenheid achteruitgaan.
6. Vergeet niet de resterende accucapaciteit te controleren. Als de accu of de batterij van de klok helemaal leeg zijn, werkt de stand-bymodus niet en gaan de gegevens die zich in het geheugen bevinden verloren. De computer geeft ook mogelijk een verkeerde datum en tijd weer. Sluit in dat geval de netadapter aan om de accu/batterij op te laden.
7. Installeer of verwijder de accu-eenheid nooit voordat de computer is uitgeschakeld en de netadapter is ontkoppeld. Verwijder nooit de accu als de computer zich in de stand-bymodus bevindt omdat er dan gegevens verloren gaan.
Opmerking
1. Verwijder de accu-eenheid nooit terwijl de functie Activering op LAN ingeschakeld is. Doet u dit toch, dan gaan de gegevens verloren. Schakel de functie Activering op LAN uit alvorens de accu-eenheid te verwijderen.
2. Om te zorgen dat de accu zijn maximale capaciteit behoudt, dient u de computer ten minste eenmaal per week op accu-energie te gebruiken totdat de accu totaal leeg is. Raadpleeg het gedeelte Levensduur
verlengen van dit hoofdstuk voor procedures. Als de computer geruime
tijd (langer dan een week) continu via de netadapter op netstroom wordt gebruikt, bestaat het risico dat de accucapaciteit wordt aangetast. De accu zal dan niet langer efficiënt functioneren, zelfs als de verwachte levensduur nog niet is verstreken. Bovendien kunt u er niet langer op vertrouwen dat de Accu-lampje gaat branden ter aanduiding van een laag accu-energieniveau.
3. Na het opladen van de accu-eenheid dient u de netadapter niet langer dan enkele uren achtereen aangesloten te laten wanneer de computer uit staat. Als u doorgaat met opladen terwijl de accu-eenheid reeds volledig is opgeladen, kan de accu beschadigd raken.
Gebruikershandleiding 6-7
Page 100
De accu’s opladen
Als de lading in de accu-eenheid opraakt, gaat het Accu-lampje oranje knipperen om aan te geven dat er slechts acculading voor enkele minuten resteert. Als u de computer blijft gebruiken terwijl het Accu-lampje knippert, wordt de slaapstand geactiveerd (zodat u geen gegevens verliest) en wordt de computer automatisch afgesloten.
U moet een accu-eenheid opladen wanneer deze leeg raakt.
Procedures
Om een accu-eenheid op te laden terwijl deze in de computer is geïnstalleerd, steekt u het ene uiteinde van de netadapter in de gelijkstroomingang (DC IN) en het andere uiteinde in een functionerend stopcontact.
Tijdens het opladen van de accu brandt het Accu-lampje oranje.
Laad de accu-eenheid alleen op via de computer terwijl deze is aangesloten op het elektriciteitsnet. Probeer de accu-eenheid niet met een andere lader op te laden.
Tijd
In de volgende tabel wordt aangegeven hoe lang het duurt om een lege accu volledig op te laden.
Oplaadtijd (uren)
Stroomvoorziening en spaarstanden
Type accu/batterij Stroom ingeschakeld Stroom uitgeschakeld
Accu-eenheid circa 12 of langer circa 4 of langer RTC-batterij circa 24 circa 24 op netvoeding
of accu-eenheid
De oplaadtijd wanneer de computer aan is, wordt beïnvloed door de omgevingstemperatuur, de temperatuur van de computer en de manier waarop u de computer gebruikt.
Als u intensief gebruik maakt van externe apparaten, wordt de accu tijdens gebruik wellicht nauwelijks opgeladen. Raadpleeg ook de paragraaf
Bedrijfstijd van de accu maximaliseren.
Accu: aanwijzingen voor het opladen
In de volgende omstandigheden kan het gebeuren dat de accu niet direct wordt opgeladen:
De accu is extreem heet of koud. Om te zorgen dat de accu maximaal
wordt opgeladen, dient u bij een kamertemperatuur van 10° tot 30°C op te laden.
De accu is praktisch leeg. Laat de netadapter enkele minuten
aangesloten; hierna begint het opladen.
Gebruikershandleiding 6-8
Loading...