
FormNo.3449-121RevB
HDXSD2000seriezitmaaiervan
132cm
Modelnr.:77292TE—Serienr.:410000000enhoger
Registreeruwproductopwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
*3449-121*

DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese
richtlijnen;zievoordetailsdeaparteproductspecieke
conformiteitsverklaring.
Raadpleegdemeegeleverdedocumentatievande
motorfabrikant.
Bruto-ennettokoppel:Hetbruto-ennettokoppel
vandezemotorisdoordemotorfabrikantin
laboratoriumomstandighedengemetenvolgens
standaardJ1940ofJ2723vandeSocietyof
AutomotiveEngineers(SAE).Omdatbijde
conguratierekeningisgehoudenmetdeveiligheids-,
emissie-engebruiksvoorschriften,zaldemotorvan
dittypemaaiersindepraktijkveelminderkoppel
hebben.Raadpleegdemeegeleverdedocumentatie
vandemotorfabrikant.
g233855
Figuur1
Modelnr.:
Inleiding
Dezemaaitractormetdraaiendemessenis
bedoeldvoorprofessioneelgebruik.Demachineis
voornamelijkontworpenvoorhetmaaienvangras
opgoedonderhoudenparticuliereofcommerciële
gazons.Ditproductgebruikenvooranderedoeleinden
danhetbedoeldegebruikkangevaarlijkzijnvooru
ofvooromstanders.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet
hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruiken
enonderhoudenenomschadeaandemachineen
letseltevoorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhet
juisteenveiligegebruikvandemachine.
Ganaarwww.T oro.comvoordocumentatieover
productveiligheidenbedieningsinstructies,informatie
overaccessoires,hulpbijhetvindenvaneendealer
ofomuwproductteregistreren.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet
eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice
vanToro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummeren
hetserienummervanhetproducttevermelden.De
locatievanhetplaatjemethetmodelnummeren
hetserienummervanhetproductisaangegevenop
Figuur1.Ukuntdenummersnotereninderuimte
hieronder.
Belangrijk:Ukuntmetuwmobielapparaat
deQR-code(indienaanwezig)ophetplaatje
methetserienummerscannenomtoegangte
krijgentotdegarantie,onderdelenenandere
productinformatie.
Serienr.:
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische
informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie
aandiebijzondereaandachtverdient.
Hetveiligheidssymbool(Figuur2)komtzowel
indezehandleidingalsopdemachinevoorom
belangrijkeveiligheidsberichtenteidenticerendie
umoetopvolgenomongevallentevoorkomen.Het
symboolzalverschijnenmethetwoordGevaarof
Waarschuwing.
•Gevaar:eendirectgevaarlijkesituatiedie,als
dezenietwordtvoorkomen,altijdzalleidentot
dedoodofernstigletsel.
•Waarschuwing:eenmogelijkgevaarlijkesituatie
die,alsdezenietwordtvoorkomen,kanleidentot
dedoodofernstigletsel.
•Waarschuwing:eenmogelijkgevaarlijkesituatie
die,alsdezenietwordtvoorkomen,kanleidentot
lichtofmiddelmatigletsel.
sa-black
Figuur2
Veiligheidssymbool
©2021—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.T oro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS

Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Algemeneveiligheid...........................................4
Hellingsindicator................................................5
Veiligheids-eninstructiestickers........................6
Algemeenoverzichtvandemachine.......................12
Bedieningsorganen..........................................12
Specicaties....................................................14
Werktuigen/accessoires...................................14
Voorgebruik........................................................15
Veiligheidsinstructiesvoorafgaandaanhet
werk..............................................................15
Brandstofbijvullen............................................16
Dagelijksonderhouduitvoeren.........................17
Eennieuwemachineinrijden............................17
Deomkantelbeveiliging(rolbeugel)
gebruiken......................................................17
Hetveiligheidssysteemgebruiken....................18
Bestuurdersstoelinstellen................................19
Deachtersteschokdempersinstellen...............20
Werktuigenenaccessoiresgebruiken..............21
Tijdensgebruik....................................................21
Veiligheidtijdenshetwerk.................................21
Plaatsnemenindebestuurderspositie..............24
Parkeerremgebruiken......................................24
Demesschakelaar(aftakas)bedienen..............25
Degashendelbedienen....................................25
Dechokebedienen..........................................26
Startenvandemotor........................................27
Demotorafzetten.............................................27
Derijhendelsgebruiken....................................28
Metdemachinerijden.......................................28
Zijafvoergebruiken...........................................29
Demaaihoogteinstellen...................................29
Antiscalpeerrollenafstellen...............................30
Tipsvoorbedieningengebruik.........................31
Nagebruik...........................................................31
Veiligheidnahetwerk.......................................31
Debrandstofafsluitklepgebruiken.....................32
Devrijgavehendelsvandeaandrijfwielen
gebruiken......................................................32
Demachinetransporteren................................33
Onderhoud..............................................................36
Veiligheidbijonderhoud....................................36
Aanbevolenonderhoudsschema.........................36
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud...........37
Deafdekkingvanhetmaaidek
losmaken......................................................37
Hetplaatmetaalschermverwijderen..................38
Smering...............................................................38
Demachinesmeren..........................................38
Onderhoudmotor................................................39
Veiligheidvandemotor.....................................39
Onderhoudvanhetluchtlter............................39
Motorolieverversen..........................................40
Onderhoudvandebougie(s)............................43
Hetkoelsysteemreinigen.................................44
Hetmotorschermreinigen................................44
Vonkenvangercontroleren................................44
Hetemissie-luchtinlaatltervervangen.............44
Onderhoudbrandstofsysteem.............................45
Brandstofltervervangen..................................45
Onderhoudvandebrandstoftank......................45
Onderhoudelektrischsysteem............................46
Veiligheidvanhetelektrischsysteem................46
Onderhoudvandeaccu....................................46
Onderhoudvandezekeringen..........................48
Onderhoudaandrijfsysteem................................48
Veiligheidsgordelcontroleren...........................48
Deknoppenvanderolbeugel
controleren....................................................48
Desporingafstellen..........................................49
Debandenspanningcontroleren.......................50
Dewielmoerencontroleren...............................50
Onderhoudenremmen........................................50
Deparkeerremafstellen...................................50
Onderhoudriemen..............................................52
Riemencontroleren..........................................52
Drijfriemvanmaaidekvervangen.....................52
Dedrijfriemvandehydraulischepomp
vervangen.....................................................53
Onderhoudbedieningsysteem............................54
Destandvandebedieningshendel
afstellen........................................................54
Rijhendelmechanismeafstellen........................54
Onderhoudhydraulischsysteem.........................56
Veiligheidvanhethydraulischesysteem...........56
Specicatieshydraulischevloeistof..................56
Hetpeilvandehydraulischevloeistof
controleren....................................................56
Hydraulischevloeistofverversenenlters
vervangen.....................................................56
Hydraulischesysteemontluchten.....................58
Onderhoudvanhetmaaidek................................59
Veiligheidvandemessen.................................59
Onderhoudvandemaaimessen.......................59
Schuinstandvanhetmaaidek
(breedterichting)endemesstand
instellen.........................................................62
Maaidekverwijderen.........................................63
Grasgeleidervervangen...................................64
Reiniging.............................................................65
Deonderkantvanhetmaaidekreinigen............65
Deveringreinigen............................................65
Afvalafvoeren..................................................65
Stalling....................................................................66
Veiligheidtijdensopslag...................................66
Reinigenenopslaan.........................................66
Problemen,oorzaakenremedie.............................68
Schema's................................................................71
3

Veiligheid
Dezemachineisontworpenvolgensnorm
ENISO5395.
Algemeneveiligheid
Ditproductkanhandenofvoetenafsnijden
envoorwerpenuitwerpen.Volgaltijdalle
veiligheidsinstructiesopomernstigofmogelijk
dodelijkletseltevoorkomen.
•LeesdezeGebruikershandleidingenzorgervoor
datudezebegrijptvoordatudemotorstart.
•Houdomstandersenkinderenuitdebuurt.
•Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangendemachinenietgebruikenofer
onderhoudswerkzaamhedenaanverrichten.Laat
enkelmensendieverantwoordelijkengetraindzijn
endiebovendienvertrouwdzijnmetdeinstructies
enfysiekertoeinstaatzijndemachinebedienen
oferonderhoudswerkzaamhedenaanverrichten.
•Houdderolbeugelaltijdindevolledigomhoog
geklapteenvergrendeldestandendoede
veiligheidsgordelom.
•Gebruikdemachinenietindebuurtvansteile
hellingen,greppels,oevers,waterofandere
gevaren,ofophellingensteilerdan15°.
•Houdhandenenvoetenuitdebuurtvande
bewegendeonderdelenvandemachine.
•Gebruikdemachinenietalserschermen,veilig-
heidsschakelaarsofanderebeveiligingsmiddelen
ontbrekenofalsdezenietnaarbehorenwerken.
•Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.Laatdemachine
afkoelenvoordatudezeafstelt,vultmetbrandstof,
reinigt,staltoferonderhoudswerkzaamhedenaan
verricht.
4

Hellingsindicator
Figuur3
Umagdezepaginakopiërenvoorpersoonlijkgebruik.
1.Demaximalehellingshoekwaarbijudemachinemaggebruikenis15graden.Gebruikhethellingsschemaomdehellingshoek
tebepalenvoordatudemachinebedient.Gebruikdemachinenietophellingenvanmeerdan15graden.Langsde
betreffendelijnvandeaanbevolenhellingshoekvouwen.
2.Lijndezeranduitmeteenverticaaloppervlak,bijvoorbeeldeenboom,gebouwofhek.
3.Voorbeeldvanhetvergelijkenvandehellingshoekmetdegevouwenrand
5
g011841

Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen
bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen
stickers.
Merktekenvanfabrikant
1.GeeftaandathetmesonderdeelvaneenorigineleToro
maaimachineis.
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu.
decaloemmarkt
decal106-5517
106-5517
1.Waarschuwing–Raakhetheteoppervlaknietaan.
decalbatterysymbols
1.Risicovanexplosie6.Houdomstandersuitde
2.Nietroken.Geenopen
vuurofvonken
3.Risicovanbijtende
vloeistof/chemische
brandwonden
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde
Gebruikershandleiding.
buurtvandeaccu.
7.Draagoogbescherming;
explosievegassenkunnen
blindheidenanderletsel
veroorzaken.
8.Accuzuurkanblindheid
ofernstigebrandwonden
veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater
spoelenensnelarts
raadplegen.
10.Bevatlood;niet
weggooien
93-7818
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleidingvoor
instructiesomdemesbout/moervasttezettenmeteen
torsievan115tot149N·m.
decal93-7818
decal107-3069
107-3069
1.Waarschuwing–Erisgeenomkantelbeveiligingalsde
rolbeugelomlaagisgeklapt.
2.Omlichamelijkofdodelijkletseltevoorkomenals
demachineomkantelt,moetuderolbeugelinde
omhooggeklapteenvergrendeldepositiehoudenende
veiligheidsgordelomdoen.Klapderolbeugeluitsluitend
omlaagalsditabsoluutnoodzakelijkis;alsderolbeugel
omlaagisgeklapt,magudeveiligheidsgordelnietomdoen.
3.LeesdeGebruikershandleiding;rijlangzaamenvoorzichtig.
6

decal112-3858
112-3858
1.Leesde
Gebruikershandleiding.
3.Verwijderhetsleuteltje
voordatudemaaihoogte
afstelt.
2.LeesdeGebruikers-
4.Maaihoogte-instellingen
handleidingvoordatu
onderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
112-9028
1.Waarschuwing–Blijfopafstandvanbewegendedelen;
zorgdatallebeschermendedelenophunplaatszijn.
decal116-8588
116-8588
1.LeesdeGebruikershandleiding.
2.Draaidevrijgaveknoplos,verschuifdeknopenzetdeze
vast.
3.Duwdemachine.
decal112-9028
decal109-6014
109-6014
1.Geleidingtractieriem
116-5610
1.Urenteller4.Neutraalstand
2.Aftakasschakelaar
3.Parkeerrem6.Accu
decal116-5610
5.Dodemansknop
decal117-1 194
117-1194
1.Geleidingvandrijfriem
2.Motor
7

117-3848
1.Gevaaropweggeslingerdeobjecten–Houdomstanders
opeenafstand.
2.Machinekanvoorwerpenuitwerpen,omhooggebrachte
grasgeleider–Gebruikdemachinenooitzonderdat
degrasgeleider,deafsluitervandeafvoerofhet
grasopvangsysteemisgemonteerd.
3.Handenofvoetenkunnenwordengesneden/geamputeerd,
maaimes–Blijfuitdebuurtvanbewegendedelen;houd
allebeschermendedelenophunplaats.
126-4363
1.Ledematenkunnenwordengesneden/geamputeerd
enwordengegrepen,ventilator,riem.Zetdemotor
afenverwijderhetsleuteltjevoordatuafstellingen
uitvoert,servicewerkzaamhedenverrichtofdemachine
schoonmaakt.
decal117-3848
decal126-7816
126-7816
1.Maaihoogte
decal126-4363
1.Handremvrijgesteld2.Handremingeschakeld
8
decal126-8172
126-8172

decal126-9939
126-9939
1.Leesde
Gebruikershandleiding.
1.LeesdeGebruikershand-
leidingalvorensonderhoudswerkzaamhedenuit
tevoeren.
2.Bedrijfsuren
3.Oliepeil
2.Vullentotdeonderkant
vandevulbuis;
waarschuwing:detank
niettevolgieten.
decal145-3668
145-3668
1.Brandstof–vol3.Brandstof–leeg
2.Brandstof–50%
decal136-9024
136-9024
4.Smeerpunt
1.Aftakas–uitschakelen2.Aftakas–inschakelen
5.Peilvandehydraulische
vloeistof
6.Bandenspanning
Symbolenaftakasschakelaar
decalptosymbols
decaltransportlock
Transportvergrendeling
1.Maaihoogte
2.Omhoogtrekkenomde
transportvergrendelingte
ontgrendelen.
9

decal126-6194
126-6194
126-6183
decal126-6183
1.Tractiebediening4.Neutraalstand
2.Snel
3.Langzaam
1.Tractiebediening4.Neutraalstand
5.Achteruit
2.Snel
5.Achteruit
3.Langzaam
136-1305
1.Snel4.Choke
2.Continusnelheidsregeling5.Werkverlichting(optioneel)
3.Langzaam6.Aansluitpunt
10
decal136-1305

decal136-1720
136-1720
1.Vergrendeld
2.Ontgrendeld
132-0871
Opmerking:Dezemachinevoldoetaandetestsdiedestatischebreedte-enlengtestabiliteitmetenendiestandaardzijninde
sector.Demaximaleaanbevolenhellingshoekwordtvermeldopdesticker.Raadpleegdeinstructiesvoorgebruikvandemachineop
hellingenindeGebruikershandleidingendeomstandighedenwaarinudemachinezougebruikenomnategaanofudemachine
opeenbepaaldedagenophetterreininkwestiekuntgebruiken.Veranderingeninhetterreinkunnentotgevolghebbendatde
machineandersreageertophellingen.
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding;alle
bestuurdersmoeteninstructiehebbenontvangenvoordatzij
demachinegebruikeñ;draaggehoorbescherming.
2.Gevaar:handenkunnenwordengesneden/geamputeerd
–Blijfuitdebuurtvanbewegendedelen;houdalle
beschermendedelenophunplaats.
3.Gevaaropweggeslingerdeobjecten–Houdomstandersop
eenafstand.
4.Kantelgevaar–Gebruikgeendubbeleoprijplaatbijhetladen
opeenaanhanger;gebruikéénenkeleoprijplaatdiebreed
genoegisvoordemachineendieeenhellingshoekheeft
vanminderdan15graden;rijachteruitdeoprijplaatopenrij
vooruitdeoprijplaataf.
5.Gevaaromoverredenteworden–Vervoergeenpassagiers;
kijkachteromalsuachteruitrijdt.
6.Kantelgevaar–Gebruikdemachinenietindebuurtvansteile
hellingenofhellingenvanmeerdan15°;gebruikdemachine
enkelophellingenvanminderdan15°.
decal132-0871
11

Algemeenoverzicht
vandemachine
Bedieningspaneel
g271171
Figuur5
Figuur4
1.Hefpedaalmaaihoogtedek7.Schokbreker
2.Maaihoogtestanden8.Veiligheidsgordel
3.Transportvergrendeling
4.Bedieningsorganen
5.Rijhendels
6.Rolbeugel
9.Brandstoftankdop
10.Parkeerremhendel
11.Maaidek
12.Zwenkwiel
Bedieningsorganen
Zorgdatuvertrouwdbentmetallebedieningsorganen
voordatudemotorstartendemachinegebruikt.
1.Plaatsvooroptioneel
aansluitpunt
2.Chokeknop6.Contactschakelaar
3.Gashendel
g227688
4.Urenteller
5.Aftakasschakelaar
7.Locatievanschakelaar
vooroptionele
verlichtingsset
Contactschakelaar
Decontactschakelaar,waarmeeudemotorstarten
afzet,heeft3standen:UIT,LOPENenSTART.Zie
Startenvandemotor(bladz.27).
Chokeknop
Gebruikdechokeknopomeenkoudemotortestarten.
Gashendel
Degashendelregelthetmotortoerentalenzorgtvoor
eencontinuverstelbareregelingvanLANGZAAMtot
SNEL(Figuur5).
Maaimesschakelaar(aftakas,PTO)
Metdemaaimesschakelaar,aangeduidmethet
aftakassymbool(PTO),schakeltudeaandrijvingnaar
demaaimessenaanofuit(Figuur5).
Urenteller
Deurentellerregistreerthetaantalurendatde
motorinbedrijfisgeweest.Deurentellerwerktals
demotorloopt.Gebruikdezetijdenomregelmatig
onderhoudswerkzaamhedenteplannen(Figuur6).
12

Figuur6
Accu-indicatielampje
Alsuhetcontactsleuteltjegedurendeeenpaar
secondenindestandAANzet,wordtdeaccuspanning
weergeveninhetgebiedwaarnormaaldeuren
wordenweergegeven.
Hetacculampjewordtingeschakeldwanneerde
contactschakelaarisingeschakeldenwanneerde
ladingzichonderhetjuistebedrijfsniveaubevindt
(Figuur6).
g187133
Rijhendels
1.Symbolen
veiligheidssysteem
2.Urenteller
3.Acculampje
Indicatorsveiligheidssysteem
Erstaansymbolenopdeurentellerdiemeteen
zwartedriehoekaangevendathetveiligheidssysteem
juistaangebrachtis(Figuur6).
Derijhendelswordengebruiktomdemotorvooruiten
achteruittelatenrijdenenombochtennaarlinksof
naarrechtstemaken(Figuur4).
Vergrendeldeneutraalstand
Zetderijhendelsvanuithetmiddennaarbuitennaar
deVERGRENDELDENEUTRAALSTANDwanneerude
machineverlaat(Figuur25).Zetderijhendelsaltijdin
deVERGRENDELDENEUTRAALST ANDalsudemachine
stoptofonbeheerdachterlaat.
Parkeerremhendel
Alsudemotorafzet,moetudeparkeerreminwerking
stellenomtevoorkomendatdemachineperongeluk
inbewegingkomt.
Brandstofklep
Sluitdebrandstofafsluitklepwanneerudemachine
transporteertofstalt;zieDebrandstofafsluitklep
gebruiken(bladz.32).
13

Specicaties
Opmerking:Specicatiesenontwerpkunnenzondervoorafgaandekennisgevingwordengewijzigd.
Breedte:
Zondermaaidek124cm
Geleideromhoog
Geleideromlaag
Lengte:
Lengte208cm
Hoogte:
Rolbeugel–omhoogRolbeugel–omlaag
179cm125cm
Gewicht:
144cm
171cm
Gewicht
391tot434kg
Werktuigen/accessoires
EenselectievandoorT orogoedgekeurdewerktuigenenaccessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetde
machineomdemogelijkhedendaarvanteverbeterenenuittebreiden.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealerofeenerkendeT orodistributeur,ofbezoekwww.Toro.comvooreenlijstvanallegoedgekeurde
werktuigenenaccessoires.
Omdebesteprestatiesteverkrijgenenerzekervantezijndatdemachinealtijdveiligkanwordengebruikt,
moetutervervanginguitsluitendorigineleToroonderdelenenaccessoiresgebruiken.Gebruiktervervanging
nooitonderdelenenaccessoiresvananderefabrikanten,omdatditgevaarlijkkanzijn.Ditkanertoeleiden
datdegarantieophetproductkomttevervallen.
14

Gebruiksaanwijzing
enhet/dewerktuig(en)uitindieniemandhet
werkgebiedbetreedt.
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande
machine.
Voorgebruik
Veiligheidsinstructies
voorafgaandaanhetwerk
Algemeneveiligheid
•Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangendemachinenietgebruikenof
eronderhoudswerkzaamhedenaanverrichten.
Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisen
stellenaandeleeftijdvandegenediemetde
machinewerkt.Deeigenaarisverantwoordelijk
voordeinstructievanallebestuurdersentechnici.
•Controleerdeomgevingwaarudemachinegaat
gebruiken.Verwijderallevoorwerpendiede
werkingvandemachinekunnenbeïnvloedenof
diedoordemachinekunnenwordenuitgeworpen.
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,en
weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
•Controleerdeaanwezigheidengoedewerkingvan
dedodemansinrichtingen,veiligheidsschakelaars
enschermen.Gebruikdemachineuitsluitendals
dezenaarbehorenwerkt.
•Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.Laatdemachine
afkoelenvoordatudezeafstelt,vultmetbrandstof,
reinigt,staltoferonderhoudswerkzaamhedenaan
verricht.
•Controleervoordatubeginttemaaiendemachine
omzekertezijndatdemaai-eenhedengoed
werken.
•Inspecteerhetterreinomnategaanwelke
accessoiresenwerktuigennodigzijnomde
machineveiligengoedtegebruiken.
•Draaggeschiktekledingenuitrusting,
zoalsoogbescherming,eenlangebroek,
stevigeschoenenmeteengripvastezoolen
gehoorbescherming.Draaglanghaarnietlosen
draaggeenlossekledingofjuwelen.
•Vervoergeenpassagiersopdemachine.
•Houomstandersenhuisdierentijdenshetwerkuit
debuurtvandemachine.Schakeldemachine
•Gebruikdemachineniettenzijalleschermenen
veiligheidsvoorzieningenzoalsdegeleidersende
volledigegrasvangerophunplaatszittenengoed
werken.Vervangversletenofkapotteonderdelen
indiennodig.
Brandstofveiligheid
•Brandstofisuiterstontvlambaarenzeerexplosief.
Brandofexplosievanbrandstofkanbrandwonden
bijuofanderenenmateriëleschadeveroorzaken.
–Omtevoorkomendateenstatischeladingde
brandstofdoetontbranden,verwijdertude
machinevandetruckofaanhangerentanktu
opdegrond,uitdebuurtvanallevoertuigen.
Indienditnietmogelijkis,plaatsdaneen
draagbaarbrandstofvatopdegrond,uitde
buurtvanallevoertuigen,envuldit;tankde
machinevervolgensbijuithetbrandstofvatin
plaatsvanmeteenvulpistoolvaneenpomp.
–Vuldebrandstoftankopeenhorizontaal
oppervlakenindeopenluchtwanneerde
motorkoudis.Eventueelgemorstebrandstof
opnemen.
–Rooknietalsuomgaatmetbrandstof,en
houdbrandstofuitdebuurtvanopenvuuren
vonken.
–Alsdemotordraaitofheetis,magde
brandstoftankdopnietwordenverwijderd
enmagdetanknietmetbrandstofworden
bijgevuld.
–Probeerdemotorniettestartenalsu
brandstofmorst.Zorgervoordatergeen
ontstekingsbronnenindebuurtzijntotdatde
brandstofdampenvolledigzijnverdwenen.
–Brandstofineengoedgekeurdvatofbliken
buitenbereikvankinderenbewaren.
•Brandstofisschadelijkofdodelijkbijinname.
Langdurigeblootstellingaandampenkanleiden
toternstigletselenziekte.
–Voorkomdatudampenlangetijdinademt.
–Houduwhandenengezichtuitdebuurtvanhet
vulpistoolendeopeningvandebrandstoftank.
–Houdbrandstofuitdebuurtvanogenenhuid.
•Slademachineendebrandstofhoudernietop
opplaatsenwaaropenvlammen,vonkenof
waakvlammen(bv.vaneenboilerofandere
toestellen)aanwezigkunnenzijn.
•Gebruikdemachineuitsluitendalshetcomplete
uitlaatsysteemisgemonteerdennaarbehoren
werkt.
15

•Houdhetvulpistoolincontactmetderandvande
benzinetankofhetvattothettankenvoltooidis.
Gebruikgeenvergrendelingvoorhetvulpistool.
•Alsubrandstofmorstopuwkledingdientuzich
onmiddellijkomtekleden.
•Gietdebrandstoftankniettevol.Plaatsde
brandstofdopterugenmaakhemstevigvast.
•Verwijdergrasenvuilvandemaai-eenheid,de
geluiddemper,deaandrijvingen,degrasvangeren
demotorombrandtevoorkomen.Veeggemorste
olieenbrandstofop.
Brandstofbijvullen
Aanbevolenbrandstof
•Gebruikvoordebesteresultatenuitsluitend
schone,verse(minderdan30dagenoud),
loodvrijebenzinemeteenoctaangetalvan87of
hoger(indelingsmethode(R+M)/2).
•Ethanol:benzinemetmaximaal10vol.%ethanol
of15vol.%MTBE(methyltertiairebutylether)is
geschikt.EthanolenMTBEzijnverschillende
stoffen.Benzinemet15%ethanol(E15)per
volumeisnietgoedgekeurdvoorgebruik.Gebruik
nooitbenzinediemeerdan10%ethanolper
volumebevat,zoalsE15(bevat15%ethanol),
E20(bevat20%ethanol),ofE85(bevattot85%
ethanol).Hetgebruikvanniet-goedgekeurde
benzinekanleidentotverminderdeprestaties
en/ofmotorschadediemogelijknietgedektwordt
doordegarantie.
•Geenbenzinegebruikendiemethanolbevat.
•Tijdensdewintergeenbrandstofbewaren
indebrandstoftankofinvaten,tenzijueen
brandstofstabilisatorgebruikt.
•Mengnooitoliedoorbenzine.
Gebruikvanstabilizer/conditioner
Gebruikvanstabilizer/conditionerindemachinebiedt
devolgendevoordelen:
•Houdtbrandstoflangerverswanneerdezewordt
gebruiktvolgensdevoorschriftenvandefabrikant
vandestabilisator.
•Houdtdemotortijdenshetgebruikschoon.
•Voorkomtharsachtigeafzettingeninhet
brandstofsysteem,dietotstartproblemenkunnen
leiden
Belangrijk:Gebruiknooitbrandstofadditieven
diemethanolofethanolbevatten.
Voegdejuistehoeveelheidstabilizer/conditioner
aandebrandstoftoe.
Opmerking:Stabilizer/conditionerwerkt
hetbestalsdezemetversebenzinewordt
gemengd.Gebruikaltijdstabilizer/conditioner
omhetrisicovanharsachtigeafzettingeninhet
brandstofsysteemzokleinmogelijktehouden.
Brandstoftankvullen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Zetdemotorafenverwijderhetsleuteltje.
4.Reinighetgebiedronddedopvande
brandstoftank.
16

5.Vuldetanktotaandeonderkantvandevulbuis
(Figuur7).
Opmerking:Vuldebrandstoftankniet
helemaalvol.Ditgeeftdebrandstofindetank
ruimteomuittezetten.
Deomkantelbeveiliging
(rolbeugel)gebruiken
WAARSCHUWING
Omlichamelijkofdodelijkletseltevoorkomen
alsdemachineomkantelt:laatderolbeugel
volledigomhooggeklaptenvergrendeld,en
doedeveiligheidsgordelom.
Controleerofdestoelgoedopdemachine
isbevestigd.
WAARSCHUWING
Erisgeenomkantelbeveiligingalsde
rolbeugelomlaagisgeklapt.
•Klapderolbeugeluitsluitendomlaagals
ditabsoluutnoodzakelijkis.
•Doedeveiligheidsgordelnietomalsde
rolbeugelomlaagisgeklapt.
Figuur7
Dagelijksonderhoud
uitvoeren
Voerelkedag,voordatudemachinestart,de
dagelijkseproceduresuitbeschreveninOnderhoud
(bladz.36).
Eennieuwemachine
•Rijlangzaamenvoorzichtig.
•Klapderolbeugelomhoogzodraderuimte
dittoelaat.
•Letgoedopdatervoldoenderuimte
bovendemachineis(denkaantakken,
deuropeningen,elektrischekabels)
voordatuondereenobjectrijdtenzorg
ervoordatuditnietraakt.
g036751
Derolbeugelomlaagklappen
Belangrijk:Klapderolbeugeluitsluitendomlaag
alsditabsoluutnoodzakelijkis.
1.Omderolbeugelomlaagtebrengen,moetu
voorwaartsedrukuitoefenenophetbovenste
gedeeltevanderolbeugel.
2.Trekdebeideknoppenuitendraaize90°zodat
zenietmeeringeschakeldzijn(Figuur8).
3.Klapderolbeugelomlaag(Figuur8).
inrijden
Eennieuwemotorheefttijdnodigomvolvermogen
teontwikkelen.Maai-eenhedenenaandrijfsystemen
hebbenmeerwrijvingalszijnieuwzijn,waardoor
demotorextrawordtbelast.Houderrekeningmee
dateennieuwemachineeeninrijperiodevan40
tot50bedrijfsurennodigheeftomvolvermogente
ontwikkelenvoordebesteprestaties.
17

Hetveiligheidssysteem
gebruiken
WAARSCHUWING
Niet-aangeslotenofbeschadigde
interlockschakelaarskunnenonverwachte
gevolgenhebbenopdewerkingvan
demachine.Ditkanlichamelijkletsel
veroorzaken.
•Laatdeinterlockschakelaarsongemoeid.
•Controleerelkedagdewerkingvan
deinterlockschakelaarsenvervang
beschadigdeschakelaarsvoordatude
machineweeringebruikneemt.
Werkingvanhetveiligheidssysteem
Hetveiligheidssysteemisbedoeldomstartenvande
motoralleenmogelijktemakenwanneer:
Figuur8
1.Rolbeugelomhoog4.Draaideknopvande
2.Knopvanderolbeugel
vergrendeld
3.Trekdeknopvande
rolbeugelnaarbuiten.
rolbeugel90graden.
5.Knopvanderolbeugel
ontgrendeld
6.Rolbeugelingeklapt
Derolbeugelomhoogklappen
Belangrijk:Doealtijddeveiligheidsgordelomals
derolbeugelomhoogisgeklapt.
1.Klapderolbeugeluitnaardebedrijfsstanden
draaiaandeknoppentotzegedeeltelijkinde
groevengaan(Figuur8).
2.Brengderolbeugelvolledigomhoogterwijlu
tegenhetbovenstegedeeltevanderolbeugel
duwt.Hierdoorklikkendepennenophun
plaatszodradeopeningenmetdepennenzijn
uitgelijnd(Figuur8).
g036746
•deparkeerreminwerkingisgesteld;
•demesschakelaar(aftakas)isuitgeschakeld;
•derijhendelsindevergrendeldeNEUTRAALST AND
staan;
Hetveiligheidssysteemzorgtervoordatdemotor
wordtuitgeschakeldwanneerderijhendelsuit
deVERGRENDELDENEUTRAALSTANDwordengezet
alsdeparkeerreminwerkingisgesteldofalsu
debestuurdersstoelverlaatterwijldeaftakasis
ingeschakeld.
Deurentellerisvoorzienvanindicatorenom
degebruikersopdehoogtetestellenalshet
veiligheidssysteemindejuistestandstaat.Alshet
veiligheidssysteemindejuistestandstaat,wordteen
indicatorweergegevenophetscherm.
3.Drukopderolbeugelencontroleerofbeide
pennenopdehunplaatszitten.
g187670
Figuur9
1.Indicatorenverschijnenalshetveiligheidssysteemzichin
dejuistestandbevindt.
18

Hetveiligheidssysteemtesten
Bestuurdersstoelinstellen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Controleerdewerkingvanhetveiligheidssysteem
telkensvoordatudemachineingebruikneemt.Als
hetveiligheidssysteemnietwerktzoalshieronder
wordtbeschreven,moetuhetdirectlatenrepareren
dooreenerkendeservicedealer.
1.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerremin
werkingenschakeldemesschakelaar(aftakas)
IN.Probeerdemotortestarten;demotormag
nunietgaandraaien.
2.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerremin
werkingenschakeldemesschakelaar(aftakas)
UIT.Beweegeenvanbeiderijhendelsuitde
VERGRENDELDENEUTRAALST AND.Probeerde
motortestarten;demotormagnunietgaan
draaien.Herhaalvoordeandererijhendel.
3.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerremin
werking,schakeldemesschakelaarUITenzetde
rijhendelsindevergrendeldeNEUTRAALSTAND.
Startnudemotor.Laatdemotorlopenenzet
deparkeerremvrij,schakeldemesschakelaar
(aftakas)inenkomietsovereinduitde
bestuurdersstoel.Demotormoetafslaan.
Ukuntdestoelnaarvorenennaarachteren
verschuiven.Destandvandestoelmoetzozijn
datudemachinehetbestkuntbedienenendatu
comfortabelzit(Figuur10).
g027632
Figuur10
4.Neemplaatsopdestoel,steldeparkeerremin
werking,schakeldemesschakelaar(aftakas)
UITenzetderijhendelsindeVERGRENDELDE
NEUTRAALSTAND.Startnudemotor.Alsdemotor
loopt,centreertueenvanbeiderijhendelsen
beweegtudeze(vooruitofachteruit).Demotor
moetnustoppen.Herhaaldezeprocedurebijde
andererijhendel.
5.Neemplaatsopdestoel,schakeldeparkeerrem
uit,schakeldemesschakelaar(aftakas)UIT
enzetderijhendelsindeVERGRENDELDE
NEUTRAALSTAND.Probeerdemotortestarten;de
motormagnunietgaandraaien.
19

Deachtersteschokdempersinstellen
UkuntdeMyRide™veringnaaruwvoorkeurinstellen
zodatuprettigencomfortabelkuntrijden.Ukuntde
2achtersteschokbrekersverstellenenzodevering
sneleneenvoudiginstellen.Steldeveringinzodat
dievooruhetmeestcomfortabelis.
Desleuvenvoordeachtersteschokdempershebben
inklikpuntenomdeinstellingaantegeven.Ukunt
deachtersteschokdempersechteroveralinde
sleuvenzetten,nietalleenindeinklikpunten.De
onderstaandetekeningtoontdepositiesvooreen
hardeofzachteveringinstelling,endebijbehorende
inklikpuntenFiguur11
g227752
Figuur11
1.Hardstevering3.Inklikpuntenindesleuven
2.Zachtsevering
Opmerking:Zorgervoordatdeachterste
schokdemperslinksenrechtsaltijdhetzelfdezijn
ingesteld.
Steldeachtersteschokdempersin(Figuur12).
g227753
g227751
Figuur12
20

Werktuigenenaccessoires
gebruiken
GebruikuitsluitenddoorT orogoedgekeurde
werktuigenenaccessoires.
Indienermeerdanéénmontagesetvooraccessoires
(d.w.z.emmersetofuniverselemontageset)wordt
gemonteerdopeenvande4positiesinFiguur13
moeteenvoorballastsetgemonteerdworden.Neem
contactopmetuwservicedealeroverdevoorballast
set.
Figuur13
1.Monteereenvoorballastsetindien2ofmeermontagesets
vooraccessoiresopdezepositieszijngemonteerd.
Tijdensgebruik
Veiligheidtijdenshetwerk
Algemeneveiligheid
•Deeigenaar/gebruikerisverantwoordelijkvoor
ongelukkendiepersoonlijkletselofmateriële
schadekunnenveroorzaken,enhijdientzulke
ongelukkentevoorkomen.
•Geefuwvolledigeaandachtalsudemachine
gebruikt.Zorgervoordatumetnietsandersbezig
bentwaardoorukuntwordenafgeleid,anders
kunnenerletselsontstaanofkaneigendom
wordenbeschadigd.
•Gebruikdemachinenietalsuziek,moeofonder
deinvloedvanalcoholofdrugsbent.
•Contactmethetmeskanleidentoternstig
lichamelijkletsel.Zetdemotoraf,verwijderhet
contactsleuteltjeenwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.Wanneerudesleutel
naarUITdraait,moetdemotorafslaanenmoet
hetmesstoppen.Alsditniethetgevalis,mag
udemachinenietverdergebruikenenmoetu
contactopnemenmeteenerkendeservicedealer.
•Gebruikdemachineuitsluitendalshetzichtgoed
isenbijgeschikteweersomstandigheden.Gebruik
demachinenietalserkansopbliksemis.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
demaai-eenheden.Blijfuitdebuurtvande
afvoeropening.
•Maainietalsdegrasgeleiderindegehevenstand
staat,verwijderdisofgewijzigdis,tenzijeen
grasvangerofmulchsetgemonteerdisengoed
werkt.
•Maaiuitsluitendindeachteruitstand,alsdat
striktnoodzakelijkis.Kijkaltijdnaarbenedenen
achteromvoordatuachteruitrijdt.
•Weesuiterstvoorzichtigbijhetnaderenvanblinde
hoeken,struiken,bomenenandereobjectendie
hetzichtkunnenbelemmeren.
•Stopdemaaimessenalsunietdaadwerkelijk
maait.
•Alsdemaaimachinetocheenvoorwerpraakten
beginttetrillen,moetumeteendemotorafzetten,
decontactsleutelverwijderen(indiendemachine
g037417
hiermeeisuitgerust)enwachtentotdatalle
bewegendeonderdelentotstilstandzijngekomen
voordatudemachineopbeschadigingcontroleert.
Voerallenoodzakelijkereparatiesuitvoordatude
machineweeringebruikneemt.
•Verminderuwsnelheidenweesvoorzichtig
alsueenbochtmaaktofwegenenvoetpaden
oversteektmetdemachine.Verleenaltijd
voorrang.
•Doehetvolgendevoordatudebestuurdersstoel
verlaat:
–Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
–Schakeldeaftakasuitenlaatdewerktuigen
zakken.
–Steldeparkeerreminwerking.
–Zetdemotorafenverwijderhetsleuteltje.
–Wachttotallebewegendeonderdelentot
stilstandzijngekomen.
•Laatdemotorenkeldraaieningoed
verluchteomgevingen.Uitlaatgassenbevatten
koolstofmonoxide,datdodelijkisbijinademing.
•Alsudemachineverlaat,laatdezedanniet
draaien.
•Bevestigmateriaaldatwordtgesleeptuitsluitend
aanhetsleeppuntaandemachine.
•Gebruikdemachineniettenzijalleschermenen
veiligheidsvoorzieningenzoalsdegeleidersende
volledigegrasvangerophunplaatszittenengoed
21

werken.Vervangversletenofkapotteonderdelen
indiennodig.
•GebruikalleendoorT orogoedgekeurde
accessoiresenwerktuigen.
•Dezemachinesteltdegebruikerblootaan
geluidsniveausvanmeerdan85dBA.Bij
langdurigeblootstellingkanditleidentot
gehoorbeschadiging.
Figuur14
1.Draaggehoorbescherming.
•Verwijdergrasenvuilvandemaai-eenheid,de
aandrijvingen,degeluiddemperendemotorom
brandtevoorkomen.
•Startdemotorenzorgerhierbijvoordatuw
voetenuitdebuurtvandemessenzijn.
•Letopdeuitworpvandemaaierenrichtdezeuit
debuurtvanmensen.Zorgtdathetafgevoerde
materiaalniettegeneenmuurofobstakelkomt
omdathetmateriaalnaaruterugkanketsen.
•Stopdemessen,verminderdesnelheidvande
machineenweesvoorzichtigwanneerueen
oppervlakzondergrasoversteektofwanneerude
machinetransporteertvanennaarhetwerkgebied.
•Veranderdesnelheidvandetoerenregelaarniet
enlaatdemotorhetmaximaletoerentalniet
overschrijden.
•Kinderenkomenvaaknaardemachineenhet
maaienkijken.Gaernooitvanuitdatkinderenop
deplaatsblijvenwaaruzevoorlaatstzag.
•Houdkinderenuitdebuurtvanhetwerkgebied
enplaatszeondertoezichtvaneenandere
verantwoordelijkevolwassenedandebediener
vandemaaier.
•Weesalertenschakeldemachineuitalskinderen
hetwerkgebiedbetreden.
•Voordatudemachineachteruitrijdtofdraait,moet
unaarbenedenenrondukijkenofergeenkleine
kinderenindebuurtzijn.
•Vervoergeenkinderenopdemachine,zelfs
wanneerdemessennietbewegen.Kinderen
kunnenvandemachinevallenenkunnenernstig
letseloplopenofuverhindereninhetveilig
gebruikenvandemachine.Alseenkindin
hetverledenopeenmaaierheeftmeegereden,
kanhetinhetmaaigebiedverschijnenzonder
waarschuwing,enkandanoverredenwordendoor
demaaier,bijhetvooruit-ofachteruitrijden.
Beschermingvanderolbeugel
•Derolbeugeliseenintegraleveiligheidsvoorzie-
ning.Verwijdergeenonderdelenvanderolbeugel
vandemachine.
•Zorgdatudeveiligheidsgordeldraagtendezein
eennoodgevalsnelkuntlosmaken.
•Houdderolbeugelindevolledigomhooggeklapte
envergrendeldestandendoealtijdde
veiligheidsgordeomwanneerderolbeugel
omhooggeklaptis.
•Controleerzorgvuldigopobjectenbovenhethoofd
voordatuhieronderrijdt,enraakdezeniet.
•Vervangbeschadigdeonderdelenvande
g229846
rolbeugel.Umagdezenietreparerenof
aanpassen.
•Erisgeenomkantelbeveiligingalsderolbeugel
omlaagisgeklapt.
•Wielendieoverrandenofoversteileoeversheen
komenofinwaterkomen,kunnentotgevolg
hebbendatdemachineomkantelt,hetgeenernstig
ofdodelijkletselkanveroorzaken.
•Doedeveiligheidsgordelnietomalsderolbeugel
omlaagisgeklapt.
•Klapderolbeugeluitsluitendomlaagalsdit
absoluutnoodzakelijkis;klaphemomhoogzodra
deruimtedittoelaat.
•Indiendemachineomkantelt,moetudemachine
naareenerkendeservicedealerbrengenomde
rolbeugeltelateninspecteren.
•GebruikuitsluitenddoorTorogoedgekeurde
accessoiresenwerktuigenvoorderolbeugel.
Demachineveiliggebruikenop
hellingen
•Hetmaaienophellingeniseenbelangrijke
factorbijongelukkenwaarbijdecontroleoverde
machinewordtverlorenofdezeomkantelt.Dit
kanernstigofdodelijkletselveroorzaken.De
bestuurderisverantwoordelijkvooreenveilig
gebruikvandemachineophellingen.Gebruik
vandemachineophellingenvereistaltijdextra
voorzichtigheid.Doehetvolgendevoordatude
machineopeenhellinggaatgebruiken:
–Leesdeinstructiesvoorgebruikopeenhelling
indehandleidingenopdemachine,enzorg
datudezeinstructiesbegrijpt.
–Gebruikeenhellingsindicatoromde
hellingshoekbijbenaderingtebepalen.
–Gebruikdemaaimachinenooitophellingen
vanmeerdan15°.
–Onderzoekdetoestandvanhetwerkgebied
opdiedagomtebepalenofdemachine
22

veiligkanwordengebruiktopdehelling.
Gebruikuwgezondverstandenuw
beoordelingsvermogenwanneerudit
onderzoekuitvoert.Veranderingeninhet
terrein,zoalsdevochtigheidsgraad,kunnen
snelvaninvloedzijnopdemanierwaaropde
machinereageertopeenhelling.
•Spoorgevarenonderaandehellingop.Gebruik
demachinenietindebuurtvansteilehellingen,
greppels,oevers,waterofanderegevaren.
Demachinekanplotselingomslaanalseen
wieloverderandkomtofalsderandinstort.
Houdeenveiligeafstand(tweemaaldebreedte
vandemachine)tussendemachineen
landschapselementendiegevaarlijkkunnenzijn.
Gebruikeenloopmaaierofeenhandtrimmerom
grastemaaienopdezeplaatsen.
•Vermijdstarten,stoppenofbochtenmakenop
hellingen.Vermijdplotseveranderingenvan
snelheidofrichting;verandertraagengeleidelijk
vanrichting.
•Gebruikeenmachinenooitinomstandigheden
waarbijutwijfeltovertractie,sturenofstabiliteit.
Denkeraandatdemachinetractiekanverliezen
doordatubergafwaarts,opnatgrasofdwarsop
eenhellingmaait.Alsdeaandrijfwielentractie
verliezen,kunnenzegaanslippenenkuntu
nietmeerremmenofsturen.Demachinekan
schuiven,zelfsalsdeaandrijfwielennietdraaien.
1.Veiligezone–Gebruikde
machineindezezoneop
hellingenvanminderdan
15°ofvlakkegebieden.
2.Gevarenzone–Gebruik
eenloopmaaieren/ofeen
handtrimmerophellingen
vanmeerdan15°eninde
buurtvansteilehellingen
ofwater.
3.Water
g221745
Figuur15
4.W=breedtevande
machine
5.Houdeenveiligeafstand
(tweemaaldebreedte
vandemachine)
tussendemachineen
landschapselementendie
gevaarlijkkunnenzijn.
•Verwijderofletopobstakelsalssloten,gaten,
geulen,hobbels,stenenofandereverborgen
gevaren.Inhooggraszijnobstakelsniet
altijdzichtbaar.Demachinekanomslaanop
oneffenhedeninhetterrein.
•Weesextravoorzichtigwanneerudemachine
gebruiktmetaccessoiresofwerktuigenzoals
grasopvangsystemen.Dezekunnendemachine
minderstabielmaken,waardoorudecontroleover
demachinekuntverliezen.Volgdeinstructies
voorgebruikvancontragewichtenop.
•Laathetmaaidekindienmogelijkneeropdegrond
wanneerudemachineopeenhellinggebruikt.
Alsuhetmaaidekomhoogbrengtophellingen,
kandemachineonstabielworden.
23

Plaatsnemeninde
bestuurderspositie
Gebruikhetmaaidekalsopstapjeomde
bestuurderspositietebereiken(Figuur16).
Dehandremuitschakelen
Figuur16
1.Staphier.
Parkeerremgebruiken
Steldeparkeerremaltijdinwerkingwanneerude
machinestoptofdezeonbeheerdachterlaat.
Dehandreminschakelen
Parkeerdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
g029797
Figuur18
g192635
Figuur17
g036754
24

Demesschakelaar(aftakas)
Degashendelbedienen
bedienen
Demesschakelaar(aftakas)startenstoptde
maaimesseneneventuelebekrachtigdewerktuigen.
Messchakelaar(aftakas)
inschakelen
Opmerking:Demesschakelaar(aftakas)
inschakelenmethalfgasofminderzorgtvoor
overmatigeslijtageaandeaandrijfriemen.
Figuur19
Degashendelheefttweestanden:SNELenLANGZAAM
(Figuur21).
GebruikaltijddestandSNELwanneerudeaftakas
inschakelt.
g008946
Figuur21
g008945
Messchakelaar(aftakas)
uitschakelen
g009174
Figuur20
25

Dechokebedienen
Gebruikdechokeomeenkoudemotortestarten.
1.Trekdeknopvandechokeomhoogomdeze
inteschakelenvoordatudecontactschakelaar
inschakelt(Figuur22).
2.Drukdeknopvandechokeomlaagomdeze
weeruitteschakelennadatdemotorisgestart
(Figuur22).
Figuur22
1.AAN2.UIT
g008959
26

Startenvandemotor
Demotorafzetten
Opmerking:Alsdemotorwarmofheetis,hoeftu
dechokeniettegebruiken.
Belangrijk:Steldestartmotortelkensnietlanger
dan5secondeninwerking.Alsudestartmotor
langerdan5secondeninwerkingstelt,kan
dezewordenbeschadigd.Alsdemotornietwil
starten,moetu10secondenwachtenvoordatu
destartmotoropnieuwinwerkingstelt.
VOORZICHTIG
Kinderenofomstanderskunnenletsel
oplopenalszijdemachineverplaatsenof
proberentebedienenterwijldezeonbeheerd
staat.
Verwijderaltijdhetsleuteltjeenstelde
parkeerreminwerkingwanneerudemachine
onbeheerdachterlaat.
Figuur23
g227548
g036839
Figuur24
Belangrijk:Zorgervoordatdebrandstofaf-
sluitklepisgeslotenvoordatudemachine
transporteertofstaltomdaterbrandstofkan
lekkenuitdemachine.Steldeparkeerremin
werkingvoordatudemachinetransporteert.Zorg
ervoordatuhetsleuteltjeverwijdertomdatde
kansbestaatdatdebrandstofpompinwerking
blijftwaardoordeaccukanontladen.
27

Derijhendelsgebruiken
WAARSCHUWING
Demachinekanzeersnelronddraaien.De
bestuurderkandecontroleoverdemachine
verliezen.Ditkanleidentotlichamelijkletsel
enschadeaandemachine.
•Weesvoorzichtigalsueenbochtmaakt.
•Verminderdesnelheidvandemachine
voordatueenscherpebochtmaakt.
Vooruitrijden
Opmerking:Demotorslaatafalsude
tractiebedieningbeweegtterwijldeparkeerremin
werkingisgesteld.
Omdemachinetestoppen,duwtuderijhendelsnaar
deNEUTRAAL-stand.
1.Zetdeparkeerremvrij.
2.Zetderijhendelsindemiddelste,ontgrendelde
stand.
3.Omvooruitterijden,duwtuderijhendels
langzaamnaarvoren(Figuur26).
g004532
Figuur25
1.Rijhendels–
VERGRENDELDE
NEUTRAALSTAND
2.Centraleontgrendelde
stand
3.Vooruit
4.Achteruit
5.Voorzijdevandemachine
Metdemachinerijden
Deaandrijfwielendraaienonafhankelijkenworden
aangedrevendoorhydraulischemotorenopelkeas.U
kuntdewielenaandeenezijdeachteruitlatendraaien
entegelijkdieaandeanderezijdevooruit,waardoor
demachineomzijnasdraaitinplaatsvaneenbocht
temaken.Zoisdemachineveelwendbaarder,maar
hetkanwattijdvergeneerugewendbentaande
manierwaaropdemachinebeweegt.
Metdegashendelregeltudesnelheidvandemotor,
oftewelhettoerental(inomwentelingenperminuut).
ZetdegashendelopSNELomdebesteprestatieste
verkrijgen.Laatdemotortijdenshetmaaienaltijdvol
gasdraaien.
g008952
Figuur26
Achteruitrijden
1.Zetderijhendelsindemiddelste,ontgrendelde
stand.
2.Omachteruitterijden,trektuderijhendels
langzaamnaarachteren(Figuur27).
28

Demaaihoogteinstellen
Detransportvergrendeling
gebruiken
Detransportvergrendelingheeft2standenenwordt
gebruiktincombinatiemethetmaaidekpedaal.Er
iseenVERGRENDELDEeneenONTGRENDELDEstand
voordetransportstandvanhetmaaidek(Figuur28).
g008953
Figuur27
Zijafvoergebruiken
Hetmaaidekisuitgerustmeteenscharnierende
grasgeleider,diehetmaaiselzijwaartsenomlaag
naarhetgazonafvoert.
GEVAAR
Alsdegrasgeleider,afsluitervandeafvoer
ofdegrasvangernietopdejuisteplaats
zijngemonteerd,kunnenuofanderen
inaanrakingkomenmethetmaaimesof
uitgeworpenvoorwerpen.Contactmet
hetdraaiendemaaimesenuitgeworpen
voorwerpenkanlichamelijkofdodelijkletsel
veroorzaken.
•Verwijderdegrasgeleidernooitvanhet
maaidekomdathiermeehetmaaisel
wordtafgevoerdnaarhetgazon.Een
beschadigdegrasgeleidermoetdirect
wordenvervangen.
•Steeknooituwhandenofvoetenonderhet
maaidek.
•Probeernooithetafvoersysteemofde
maaimessentereinigenzondereerstde
messchakelaar(aftakas)UITteschakelen,
hetcontactsleuteltjeopUITtedraaienen
hetsleuteltjeuithetcontacttenemen.
•Controleerofdegrasgeleideromlaagstaat.
1.Knopvan
transportvergrendeling
2.VERGRENDELDEstand
–Hetmaaidekis
vergrendeldinde
transportstand.
g037050
Figuur28
Standentransportvergrendeling
3.ONTGRENDELDEstand
–Hetmaaidekis
nietvergrendeldinde
transportstand.
29

Depenvoordemaaihoogte
instellen
Steldemaaihoogteinvan38tot127mminstappen
van6mmdoordemaaihoogtepeninverschillende
openingenteplaatsen.
1.Zetdetransportvergrendelinginde
VERGRENDELDEstand.
2.Traphetmaaidekpedaalinenbrenghet
maaidekomhoogtotdeTRANSPORTST AND(ditis
tevensdemaaihoogtestandvan127mm),zie
Figuur29.
3.Verwijderdepenuitdemaaihoogtebeugel
(Figuur29).
4.Kiesdeopeningindemaaihoogtebeugel
dieovereenkomtmetdegewenste
maaihoogtestand,ensteekdependaarin
(Figuur29).
5.Traphetmaaidekpedaalin,trekdeknopvan
detransportvergrendelingomhoogenlaathet
maaideklangzaamzakken.
Antiscalpeerrollenafstellen
Alsudemaaihoogtewijzigt,steldandehoogtevan
deantiscalpeerrollenin.
Opmerking:Steldeantiscalpeerrollenzoafdatze
degrondnietrakenopnormale,vlakkemaaiterreinen.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Steldeantiscalpeerrollenafzoalswordtgetoond
inFiguur30.
Figuur29
1.Maaidekpedaal3.Penvoordemaaihoogte
2.Maaihoogte-openingen4.Knopvan
transportvergrendeling
g192815
Figuur30
1.Antiscalpeerrol4.Flensmoer
2.Afstandsstuk
3.Lagerbus
g036745
1.Flensmoer4.Antiscalpeerrol
2.Bout
3.Lagerbus
5.Bout
g036848
Figuur31
5.Afstandsstuk
30

Tipsvoorbedieningen
gebruik
Gebruikvandesnel-standvande
gashendel
Vooreenoptimaalmaairesultaateneenmaximale
luchtcirculatiemoetudegashendelopSNELzetten.
Omhetgrasgoedtemaaienisluchtnodig;zet
demaaihoogtedusniettelaagenzorgervoordat
hetmaaidekniethelemaaldoorongemaaidgrasis
omgeven.Probeeraltijdéénzijkantvanhetmaaidek
vrijvanongemaaidgrastehouden,zodatluchtinhet
maaidekkanwordengezogen.
Wanneerueengazonvoorde
eerstekeermaait
Laathetgrasietslangerdannormaalomte
voorkomendatoneffenhedeninhetgrasvolledig
wordenweggemaaid.Inhetalgemeenkanhetbest
devoorheengebruiktemaaihoogtewordengekozen.
Alsugrasvanmeerdan15cmlanggaatmaaien,
kuntuhetbestintweekeermaaienomeengoed
maairesultaatteverkrijgen.
Eenlageremaaisnelheid
gebruiken
Omdemaairesultatenteverbeteren,moetuin
bepaaldeomstandighedenbijeenlagererijsnelheid
maaien.
Grasniettekortafmaaien
Wanneeruoponeffenhedenmaait,moetude
maaihoogtehogerzettenomeengolvendgazonte
voorkomen.
Demachinestoppen
Alsudemachinetijdenshetmaaienmoetstoppen,
kanereenkluitmaaiselopuwgazonachterblijven.
Omdittevoorkomenkuntunaareenreedsgemaaid
oppervlakgaanmetdemesseningeschakeld,ofu
kunthetmaaidekuitschakelenterwijluvooruitgaat.
Onderkantvanhetmaaidek
schoonhouden
Verwijdernaelkgebruikmaaiselenvuilvande
onderkantvanhetmaaidek.Alszichgrasenvuilin
hetmaaidekophopen,leidtdatuiteindelijktoteen
onbevredigendmaairesultaat.
Eénderdevandelengtevanhet
grasafmaaien
Aanbevolenwordtnietmeerdanongeveeréénderde
vandelengtevanhetgrasaftemaaien.Meer
afmaaienwordtafgeraden,tenzijhetgrasdunis,ofin
delateherfst,wanneerhetgraslangzamergroeit.
Maairichtingafwisselen
Maaiafwisselendinverschillenderichtingen,zodat
hetgrasrechtopblijftstaan.Ditzorgtookvooreen
betereverspreidingvanhetmaaisel,watdevertering
enbemestingtengoedekomt.
Metdejuisteregelmaatmaaien
Hettempowaarmeehetgrasgroeit,varieertper
jaargetijde.Omdezelfdemaaihoogtetebehouden,
moetuinhetvroegevoorjaarvakermaaien.Alsde
groeisnelheidindezomerafneemt,maaituminder
vaak.Alsulangeretijdniethebtkunnenmaaien,
maaitueerstopeenhogemaaihoogte.Maai2dagen
lateropeenlageremaaihoogte.
Onderhoudvandemaaimessen
Zorggedurendehethelemaaiseizoenvooreen
scherpmaaimes.Eenscherpmessnijdthetgras
goedafzonderhettescheurenoftekwetsen.
Doorscheurenenkwetsenwordthetgrasbruin
aanderanden,waardoorhetlangzamergroeiten
gevoeligerisvoorziekten.Controleernaelkgebruik
ofdemaaimessenscherpzijnenofzeversletenof
beschadigdzijn.Vijlregelmatigkerveneninkepingen
wegenslijpdemessenindienditnodigis.Alseen
mesbeschadigdofversletenis,moetuditonmiddellijk
vervangendooreenorigineelToromes.
Nagebruik
Veiligheidnahetwerk
Algemeneveiligheid
•Steldeparkeerreminwerking,zetdemotor
af,verwijderhetcontactsleuteltjeenwacht
totdatallebewegendeonderdelentotstilstand
zijngekomenvoordatudebestuurderspositie
verlaat.Laatdemachineafkoelenvoordatu
dezeafstelt,vultmetbrandstof,reinigt,staltofer
onderhoudswerkzaamhedenaanverricht.
31

•Verwijdergrasenvuilvandemaai-eenheid,de
geluiddemper,deaandrijvingen,degrasvangeren
demotorombrandtevoorkomen.Veeggemorste
olieenbrandstofop.
Devrijgavehendelsvande
aandrijfwielengebruiken
•Sluitdebrandstoftoevoerafenverwijder
hetsleuteltjevoordatudemachinestaltof
transporteert.
Debrandstofafsluitklep
gebruiken
Sluitdebrandstofafsluitkleptijdenstransport,
onderhoudenopslag(Figuur32).
Controleerofdebrandstofafsluitklepgeopendisalsu
demotorstart.
WAARSCHUWING
Handenkunnenklemrakenindedraaiende
onderdelenonderhetmaaidek.Ditkantot
ernstigletselleiden.
Zetdemotoraf,verwijderhetsleuteltje
enlaatallebewegendedelentotstilstand
komenvoordatudevrijgaveventielenvande
aandrijfwielenaanraakt.
WAARSCHUWING
Deaandrijfeenhedenvandemotorende
hydrauliekkunnenzeerheetworden.Een
hetemotorofhydraulischeaandrijfeenheid
aanrakenkanernstigebrandwonden
veroorzaken.
g036849
Laatdemotorendehydraulische
aandrijfeenhedenvolledigafkoelenvoordat
udevrijgaveventielenvandeaandrijfwielen
aanraakt.
Figuur32
1.AAN2.UIT
Devrijgavehendelsvandeaandrijfwielenbevinden
zichlinksenrechtsonderhetmaaidek.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
g008948
3.Ganaardeomloophendelsachterdestoel,
benedenaandelinker-enrechterkantvanhet
frame.
4.Omdemachineteduwen,moetubeide
omloophendelsnaarachterenbrengenen
vergrendelen(Figuur33).
5.Zetdeparkeerremvrijvoordatudemachine
gaatduwen.
32

Figuur33
1.Voorzijdevandemachine
2.Draaideomloop-vrijgaveknoplinksomomdezeloste
zetten.
3.Standvanhendelvoorhetgebruikvanmachine
4.Trekdehendelindezerichtingomdemachineteduwen.
5.Standvanhendelvoorhetduwenvanmachine
6.Draaideomloop-vrijgaveknoprechtsomomdezevastte
zetten.
7.Motor
8.Vrijgavehendel
Demachinetransporteren
Gebruikeenaanhangerofvrachtwagenvoorzwaar
vervoeromdemachinetetransporteren.Gebruik
altijdeenoprijplaatoverdevolledigebreedte.
Zorgervoordatdeaanhangerofvrachtwagenis
voorzienvanallebenodigderemmen,verlichting
enaanduidingendiewettelijkvereistzijn.Lees
aandachtigalleveiligheidsinstructies.Metbehulpvan
dezeinformatiekuntuvoorkomendatomstandersof
uzelfletseloplopen.Raadpleegdelokalevereisten
inzakeaanhangwagensendebevestigingvan
machines.
WAARSCHUWING
Rijdenopdewegzonderrichtingaanwijzers,
verlichting,reectorenofeenbordmetde
aanduiding'Langzaamrijdendvoertuig'is
gevaarlijkenkanleidentotongelukkendie
lichamelijkletselveroorzaken.
g035062
Rijdnietmetdemachineopdeopenbareweg.
Eenaanhangerkiezen
WAARSCHUWING
Alseenmachinewordtgeladenopeen
aanhangerofeenvrachtwagen,wordtde
kansvergrootdatdemachinekantelt.Dit
kanernstiglichamelijkletselofdedood
veroorzaken(Figuur34).
6.Omdemachineinteschakelen,moetude
omloophendelsnaardeVOORSTEstandbrengen
envergrendelen(Figuur33).
•Gebruikéénoprijplaatoverdevolledige
breedte.Gebruikgeenafzonderlijke
oprijplatenvoorelkekantvandemachine.
•Zorgervoordatdehoekvandeoprijplaat
endegrondofvandeoprijplaatende
aanhangerofvrachtwagennietgroteris
dan15graden.
•Zorgervoordatdeoprijplaatminstens
4keerzolangisalsdeafstandvande
laadbakvandevrachtwagenofaanhanger
totdegrond.Hierdoorisdehoekdiede
oprijplaatmaaktnietgroterdan15graden
opeenvlakkeondergrond.
33

Demachineladen
WAARSCHUWING
Alseenmachinewordtgeladenopeen
aanhangerofeenvrachtwagen,wordtde
kansvergrootdatdemachinekantelt.Dit
kanernstiglichamelijkletselofdedood
veroorzaken.
•Gazeervoorzichtigtewerkalsueen
machineeenhellingbaanop-/afrijdt.
•Rijdemachineachteruitopdeoprijplaat
enrijervooruitaf.
•Umagnietabruptversnellenofvertragen
alsudemachineeenhellingbaanopofafrijdt,omdatandersdemachinekan
kantelenofudecontroleoverdemachine
kuntverliezen.
1.Alsueenaanhangergebruikt,bevestig
dezedanaanhetsleepvoertuigensluitde
veiligheidskettingenaan.
1.Oprijplaatovervolledige
breedteinopslagstand.
2.Zijaanzichtvanoprijplaat
overvolledigebreedtein
laadstand
3.Nietgroterdan15graden6.Aanhanger
Figuur34
4.Dehellingbaanisminstens
4keerzolangals
deafstandvande
aanhangwagenofde
laadbaktotdegrond
5.H=Afstandvan
delaadbakvande
vrachtwagenofaanhanger
totdegrond.
2.Sluitindienvantoepassingderemmenen
verlichtingvandeaanhangeraan.
3.Laatdeoprijplaatzakken;zorgdatde
g027996
hellingshoekvandeoprijplaattenopzichtevan
degrondnietgroterisdan15graden(Figuur
34).
4.Rijdemachineachteruitopdeoprijplaat(Figuur
35).
g028043
Figuur35
1.Rijdemachineachteruit
opdeoprijplaat.
2.Rijdemachinevooruitde
oprijplaataf.
5.Zetdemotoraf,verwijderhetsleuteltjeenstel
deparkeerreminwerking.
6.Zetdemachinevastbijdevoorstezwenkwielen
enhetachterframe;gebruikhierbijspanbanden,
kettingen,kabelsoftouwen(Figuur36).
Raadpleegdelokalevereisteninzakede
bevestigingvanmachines.
34

Figuur36
1.Bevestigingspunten
Demachinevandeaanhanger
rijden
1.Laatdeoprijplaatzakken;zorgdatde
hellingshoekvandeoprijplaattenopzichtevan
degrondnietgroterisdan15graden(Figuur
34).
2.Rijdemachinevooruitdeoprijplaataf(Figuur
35).
g227761
35

Onderhoud
Veiligheidbijonderhoud
•Alsuhetsleuteltjeinhetcontactlaat,bestaat
dekansdatiemanddemotorperongelukstart
waardooruenandereomstandersernstigletsel
kunnenoplopen.Verwijderhetsleuteltjeuithet
contactvoordatuonderhoudswerkzaamheden
uitvoertaandemachine.
•Doehetvolgendevoordatudebestuurdersstoel
verlaat:
–Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
–Schakeldeaandrijvingenuit.
–Steldeparkeerreminwerking.
–Zetdemotorafenverwijderhetsleuteltje.
–Laatdeonderdelenvandemachineafkoelen
voordatuonderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
•Laatpersoneeldatnietbekendismetde
instructies,nooitonderhoudswerkzaamhedenaan
demachineuitvoeren.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
bewegendeonderdelenofheteoppervlakken.
Stelindienmogelijkdemachinenietafterwijlde
motorloopt.
•Haalvoorzichtigdedrukvanonderdelenmet
opgeslagenenergie.
•Controleerdewerkingvandeparkeerrem
regelmatig.Indiennodigmoetudezeafstellenen
eenonderhoudsbeurtgeven.
•Knoeinooitmetdeveiligheidsvoorzieningen.
Controleerregelmatigofzegoedwerken.
•Verwijdergrasenvuilvandemaai-eenheid,de
geluiddemper,deaandrijvingen,degrasvangeren
demotorombrandtevoorkomen.
•Verwijdergemorsteolieofbrandstofenmet
brandstofdoortrokkenrommel.
•Vertrouwnietopeenhydraulischsysteemof
mechanischekrikomdemachineteondersteunen;
ondersteundemachinealtijdmetkriksteunen.
•Zorgervoordatalleonderdeleningoede
staatverkerenenallebevestigingselementen
stevigvastzitten,inhetbijzonderhet
bevestigingsmateriaalvandemaaimessen.
Vervangversletenofbeschadigdestickers.
•Maakdekabellosvandeminpoolvandeaccu
voordatudemachinerepareert.
•Omveiligeenoptimaleprestatiesteverkrijgen,
moetutervervangingalleenorigineleT oro
onderdelenenaccessoiresgebruiken.Gebruikter
vervangingnooitonderdelenenaccessoiresvan
anderefabrikanten,omdatditgevaarlijkkanzijn.
Ditkanertoeleidendatdegarantieophetproduct
komttevervallen.
Aanbevolenonderhoudsschema
OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Nadeeerste75uren
Bijelkgebruikofdagelijks
Omde25bedrijfsuren
Omde50bedrijfsuren
Omde100bedrijfsuren
•Filtersenvloeistofvanhethydraulischesysteemvervangen.
•Controleerhetveiligheidssysteem(interlock).
•VoorKawasakimotoren–controleerhetmotoroliepeil.
•Luchtinlaatroosterreinigen.
•Reinighetmotorschermendeomgevingvandemotor.
•Reinighetgebiedrondhetuitlaatsysteemvandemotor.
•Controleerdeveiligheidsgordel
•Deknoppenvanderolbeugelcontroleren.
•Hetpeilvandehydraulischevloeistofindeexpansietankcontroleren.
•Controleerdemaaimessen.
•Hetmaaidekreinigen.
•Smeerdeassenvandevoorstezwenkwielen.(ditmoetvakergebeurenalsde
machinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Smeerhetdraaipuntvandespanpoelievandepompmetvet.
•Controleerdevonkenvanger(indienaanwezig).
•Debandenspanningcontroleren.
•Alleriemenopslijtageenscheurtjescontroleren.
•VoorKawasakimotoren–verversdemotorolie(ditmoetvakergebeurenalsde
machinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•VoorKawasakimotoren–debougievervangen,reinigenenafstellen.
36

OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Omde200bedrijfsuren
Omde250bedrijfsuren
Omde500bedrijfsuren
Maandelijks
Jaarlijksofvóórstalling
•VoorKawasakimotoren—Hetmotorolieltervervangen(ditmoetvakergebeuren
alsdemachinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•VoorKawasakimotoren–vervanghetprimaireluchtlter(ditmoetvakergebeuren
alsdemachinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•VoorKawasakimotoren–controleerhetveiligheidslter(ditmoetvakergebeuren
alsdemachinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Nadeeerstevervangbeurt–vervangdeltersenvloeistofvanhethydraulische
systeemwanneeruMobil115W50vloeistofgebruikt.(Vakervervangenalsde
machinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden)
•VoorKawasakimotoren–vervanghetveiligheidslter(ditmoetvakergebeurenals
demachinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
•Hetemissie-luchtinlaatltervervangen.
•Brandstofltervervangen(vakerinstofge,vuileomstandigheden).
•Controleerdeafstellingvandeparkeerrem.
•Nadeeerstevervangbeurt–vervangdeltersendevloeistofvanhethydraulische
systeemalsuToro®HYPR-OIL™500vloeistofgebruikt.(V akervervangenalsde
machinewordtgebruiktinstofgeofvuileomstandigheden)
•Controleerofdeaccuopgeladenis.
•Werkbeschadigdeoppervlakkenbij.
•Controleerallebovenstaandeonderhoudsproceduresvoordatudemachineopslaat.
Belangrijk:RaadpleegdeGebruikershandleidingvandemotorvoorverdereonderhoudsprocedures.
VOORZICHTIG
Alsuhetsleuteltjeinhetcontactlaat,bestaatdekansdatiemanddemotorperongelukstart
waardooruenandereomstandersernstigletselkunnenoplopen.
Zetdemotorafenhaalhetsleuteltjeuithetcontactvoordatuonderhouduitvoert.
Procedures
voorafgaandeaan
onderhoud
Deafdekkingvanhet
maaideklosmaken
Zetdebovensteboutvandeafdekkinglosomde
afdekkingvanhetmaaideklostemakenentoegang
tekrijgentotdebovenkantvanhetmaaidek(Figuur
37).Draainadeonderhoudswerkzaamhedendebout
vastomdeafdekkingopnieuwtemonteren.
1.Bout
Figuur37
2.Afdekking
g193016
37

Hetplaatmetaalscherm
Smering
verwijderen
Zetde4boutenlosenverwijderhet
plaatmetaalschermombijdemaaierriemen
endespilassentekomen(Figuur38).Bevestignade
onderhoudswerkzaamhedenhetplaatmetaalscherm
weerterugendraaideboutenweervast.
Demachinesmeren
Onderhoudsinterval:Omde25bedrijfsuren—Smeer
deassenvandevoorste
zwenkwielen.(ditmoetvaker
gebeurenalsdemachinewordt
gebruiktinstofgeofvuile
omstandigheden).
Omde50bedrijfsuren—Smeerhetdraaipunt
vandespanpoelievandepompmetvet.
Smeerdemachinevakeralszewordtgebruiktin
stofgeofvuileomstandigheden.
Typevet:nr.2vetoplithium-ofmolybdeenbasis
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldemesschakelaaruiten
steldeparkeerreminwerking;zieDehandrem
inschakelen(bladz.24).
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Reinigdesmeernippelsmeteendoek.
Figuur38
1.Plaatmetaalscherm2.Bout
Opmerking:Verwijderindiennodigverfvan
devoorkantvandetting(s).
g192921
4.Smeer1of2pompslagenvetinhetdraaipunt
vandespanpoelievandepomp(Figuur39).
5.Smeerdeassenvandevoorstezwenkwielen
(Figuur39).
Figuur39
1.Draaipuntvanspanpoelie
vanpomp
2.Asvanzwenkwiel
g188563
6.Veegovertolligvetweg.
38

Onderhoudmotor
Veiligheidvandemotor
•Houduwhanden,voeten,gezicht,andere
lichaamsdelenenkledinguitdebuurtvande
geluiddemperenandereheteoppervlakken.Laat
deonderdelenvandemotorafkoelenvoordatu
onderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
•Veranderdesnelheidvandetoerenregelaarniet
enlaatdemotorhetmaximaletoerentalniet
overschrijden.
Onderhoudvanhet
luchtlter
Onderhoudsinterval:Omde250bedrijfsuren—Voor
Kawasakimotoren–vervang
hetprimaireluchtlter(ditmoet
vakergebeurenalsdemachine
wordtgebruiktinstofgeofvuile
omstandigheden).
Omde250bedrijfsuren—VoorKawasaki
motoren–controleerhetveiligheidslter(dit
moetvakergebeurenalsdemachinewordt
gebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
Omde500bedrijfsuren—VoorKawasaki
motoren–vervanghetveiligheidslter(ditmoet
vakergebeurenalsdemachinewordtgebruikt
instofgeofvuileomstandigheden).
Opmerking:Hetluchtltermoetvakereen
onderhoudsbeurtkrijgenalsdemachinewordt
gebruiktinbuitengewoonvuileofstofge
omstandigheden.
Filtersverwijderen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
g001883
Figuur40
1.Luchtlterbehuizing4.Luchtlterdeksel
2.Voorlter5.Veiligheidslter
3.Vergrendeling
4.Reinigdebinnenkantvanhetluchtlterdeksel
metperslucht.
5.Schuifhetvoorltervoorzichtiguitde
luchtlterbehuizing(Figuur40).
Opmerking:Zorgervoordatunietmethet
ltertegendezijkantvandeluchtlterbehuizing
stoot.
6.Verwijderhetveiligheidslteruitsluitendalsudit
gaatvervangen.
Delterscontroleren
1.Controleerhetveiligheidslter.Alshetvuilis,
vervangtuhetveiligheids-enhetvoorlter.
Belangrijk:Probeerhetveiligheidslterniet
tereinigen.Alshetveiligheidsltervuilis,
betekentditdathetvoorlterisbeschadigd.
2.Inspecteerhetlterelementopbeschadiging
dooreenfellelichtbronopdebuitenkantvanhet
lterterichtenenerdoorheentekijken.Alshet
voorltervuil,verbogenofbeschadigdis,moet
uhetvervangen.
Opmerking:Gateninhetlterzijnherkenbaar
alslichteplekken.Umaghetvoorlterniet
reinigen.
3.Maakdesluitingenophetluchtlterlosentrek
hetluchtlterdekselvandeluchtlterbehuizing
(Figuur40).
Filtersmonteren
Belangrijk:Umagdemotornooitlatenlopen
zonderdatbeideluchtltersenhetdekselzijn
gemonteerdombeschadigingvandemotorte
voorkomen.
1.Alsunieuweltersplaatst,moetuelklter
controlerenoptransportschade.
39

Opmerking:Eenbeschadigdltermagniet
wordengebruikt.
2.Alsuhetbinnensteltervervangt,schuifhet
danvoorzichtigindelterbehuizing(Figuur40).
3.Schuifhetvoorlterophetveiligheidslter
(Figuur40).
deolieviscositeitveranderenomaantepasenaande
atmosferischeomstandigheden.20W-50motorolie
gebruikeninhogereomgevingstemperaturenkanhet
olieverbruikverminderen.
Hetmotoroliepeilcontroleren
Opmerking:Zorgervoordathetvoorlter
volledigopzijnplaatszitdooropdebuitenrand
teduwentijdensdemontage.
Belangrijk:Druknietophetzachtemidden
vanhetlter.
4.Plaatshetluchtlterdekselenmaakdesluitingen
vast(Figuur40).
Motorolieverversen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Omde100bedrijfsuren(ditmoetvaker
gebeurenalsdemachinewordtgebruiktin
stofgeofvuileomstandigheden).
Omde200bedrijfsuren—VoorKawasaki
motoren—Hetmotorolieltervervangen(dit
moetvakergebeurenalsdemachinewordt
gebruiktinstofgeofvuileomstandigheden).
Motorolietype
Typeolie:Reinigingsolie(APIonderhoudsclassicatie
SF,SG,SH,SJofSL)
Opmerking:Controleerhetoliepeilalsdemotor
koudis.
Belangrijk:Alserteveelofteweinigoliezitin
hetcartervandemotorenulaatdemotortoch
draaien,kuntudezebeschadigen.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
Opmerking:Zorgdatdemotoruitgeschakeld
iszodatdeolietijdheeftgekregenomwegte
lopennaardeopvangbak.
3.Omtevoorkomendatervuil,maaisel,enz.in
demotorterechtkomt,moetudeomgeving
vandevuldop/peilstokreinigenvoordatudeze
verwijdert(Figuur42).
Carterinhoud:1,8literzonderhetolielter;2,1liter
methetolielter
Viscositeit:zieonderstaandetabel.
Figuur41
Opmerking:Hoewel10W-40motorolieaanbevolen
isvoordemeesteomstandigheden,moetumisschien
g037096
40

3.Schakeldemesschakelaar(aftakas)uitenstel
deparkeerreminwerking.
4.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
g036856
5.Laatdeolieuitdemotorlopen(Figuur43).
g036856
Figuur42
Motorolieverversen
Opmerking:Geefdeafgewerkteolieafbijeen
inzamelcentrum.
1.Startdemotorenlaatdezevijfminutenlopen.
Opmerking:Warmeoliekanbeterafgetapt
worden.
2.Parkeerdemachinezodatdeaftapkantiets
lagerstaatdandeanderekantzodatalleolie
kanweglopen.
g311705
g027734
Figuur43
41

6.Gietlangzaamongeveer80%vande
gespeciceerdeolieindevulbuisenvoeg
langzaamderestvandeolietoetothetpeilde
markeringVolbereikt(Figuur44).
g036856
Figuur44
7.Startdemotorenrijdnaareenvlakgebied.
8.Controleerhetoliepeilopnieuw.
Motorolieltervervangen
1.Laatdeolieuitdemotorlopen;raadpleeg
Motorolieverversen(bladz.41).
2.Vervanghetmotorolielter(Figuur45).
g235264
g027477
Figuur45
Opmerking:Controleerofdepakkingvanhet
olieltercontactmaaktmetdemotorendraai
hetolielternog¾slagextravast.
3.Vulhetcartermethetjuistetypenieuweolie;zie
Motorolietype(bladz.40).
42

Onderhoudvande
bougie(s)
Alsdeisolatorlichtbruinofgrijsis,werktdemotor
naarbehoren.Eenzwartelaagopdeisolatorduidt
meestalopeenvuilluchtlter.
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
Controleerofdeelektrodenafstandtussendecentrale
elektrode-endemassa-elektrodecorrectisvoordatu
debougiemonteert.Gebruikeenbougiesleutelvoor
het(de)monterenvandebougieeneenvoelermaat
omdeelektrodenafstandtemetenenaftestellen.
Monteereennieuwebougieindienditnodigis.
Typebougie:NGK
Elektrodenafstand:0,75mm
®
BPR4ESofgelijkwaardig
Bougieverwijderen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Maakdeomgevingvandeonderkantvande
bougieschoonomtevoorkomendatervuilen
rommelindemotorterechtkomt.
Steldeafstandinop0,75mm.
g206628
Figuur47
Bougie(s)monteren.
4.Zoekenverwijderdebougie(s)zoalswordt
getoondinFiguur46.
Figuur46
Debougie(s)controleren
g027661
Figuur48
g036857
g027478
Belangrijk:Maakdebougie(s)nietschoon.
Verwijdereenbougiealtijdalsdeze:eenzwarte
laagheeft,alsdeelektrodenversletenzijn,alser
eenvettigelaagopligtofalsdebougiescheuren
vertoont.
43

Hetkoelsysteemreinigen
Vonkenvangercontroleren
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderhetluchtltervandemotor.
4.Verwijderhetmotorscherm.
5.Omtevoorkomendatvuilindeluchtinlaatkomt,
plaatsdeluchtlteropdelterbasis.
6.Verwijdervuilengrasvandeonderdelen.
7.Verwijderdeluchtlterenplaatshet
motorscherm.
8.Deluchtltermonteren.
Hetmotorschermreinigen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Bijelkgebruikofdagelijks
Verwijdervoorelkgebruikeventuelegrasresten,vuil
ofandereverontreinigingvanhetmotorscherm,de
uitlaatvandemotorendeomgevingvandemotor.
Ditdraagtbijtoteenadequatekoelingeneencorrect
motortoerentalenverkleintdekansdatdemotor
oververhitraaktenmechanischeschadeoploopt.
Voormachinesmeteen
vonkenvanger
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren
WAARSCHUWING
Heteonderdelenvanhetuitlaatsysteem
kunnenbrandstofdampenontsteken,zelfs
nadatudemotorhebtafgezet.Hetedeeltjes
dietijdenshetgebruikvandemotoruitde
uitlaatkomen,kunnenontvlambaarmateriaal
ontsteken,waardoorlichamelijkletselof
materiëleschadekanontstaan.
Vulgeenbrandstofbijenlaatdemotorniet
lopentotdatdevonkenvangerisgeplaatst.
1.Parkeerdemaaimachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Wachttotdegeluiddemperisafgekoeld.
4.Alsuscheurenzietinhetschermofindelassen
moetudevonkenvangervervangen.
5.Alshetschermverstoptraakt,verwijderdan
devonkenvangerenschuddedeeltjeseruit.
Reinighetschermmeteenstaalborstel(laathet
schermindiennodigwekeninoplosmiddel).
6.Plaatsdevonkenvangerterugopdeuitlaat.
Hetemissie-luchtinlaatlter
vervangen
Onderhoudsinterval:Omde500bedrijfsuren
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderhetltervandeontluchtingsslang.
4.Brengeennieuwlteraaninhetuiteindevan
deontluchtingsslang.
44

Onderhoud
brandstofsysteem
GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenisbrandstof
uiterstontvlambaarenzeerexplosief.Brand
ofexplosievanbrandstofkanbrandwonden
bijuofanderenenmateriëleschade
veroorzaken.
ZieBrandstofveiligheid(bladz.15)vooreen
volledigelijstvanvoorzorgsmaatregelenmet
betrekkingtotbrandstof.
Brandstofltervervangen
Onderhoudsinterval:Omde500bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)(vakerinstofge,vuileomstandigheden).
Belangrijk:Plaatsdebrandstoeidingenen
bevestigzemetplastickabelbinders.Volghierbij
defabrieksmontageomervoortezorgendat
debrandstoeidinggeencontactkanmaken
metonderdelendiedezemogelijkkunnen
beschadigen.
Hetbrandstoflterbevindtzichbijdemotor,links
vooraanaandemotor.
g033082
Figuur49
6.Opendebrandstofafsluitklep.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Laatdemotorafkoelen.
4.Sluitdebrandstofafsluitkleponderdestoel.
5.Brandstofltervervangen(Figuur49).
Opmerking:Zorgervoordatdemarkeringen
ophetlterderichtingvandebrandstofstroom
volgen.
Onderhoudvande
brandstoftank
Probeerdebrandstoftanknietzelfaftetappen.
Laateenerkendeservicedealerdebrandstoftank
aftappenenonderdelenvanhetbrandstofsysteem
eenonderhoudsbeurtgeven.
45

Onderhoudelektrisch
systeem
Veiligheidvanhet
elektrischsysteem
•Maakdekabellosvandeminpoolvandeaccu
voordatudemachinerepareert.
•Laaddeaccuopineenopen,goedgeventileerde
ruimte,uitdebuurtvanvonkenenopenvuur.Haal
deopladeruithetstopcontactvoordatudeaccu
aan-ofloskoppelt.Draagbeschermendekleding
engebruikgeïsoleerdgereedschap.
Onderhoudvandeaccu
Onderhoudsinterval:Maandelijks
Accuverwijderen
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.VerwijderdeaccuzoalsgetoondinFiguur50.
g036853
WAARSCHUWING
Accupolenofmetalengereedschappen
kunnenkortsluitingmakenmetmetalen
onderdelenvandemachine,waardoor
vonkenkunnenontstaan.Hierdoorkunnen
accugassentotontplofngkomenen
lichamelijkletselveroorzaken.
•Zorgervoordatbijhetverwijderenof
installerenvandeaccudeaccupolen
nietinaanrakingkomenmetmetalen
onderdelenvandemachine.
•Voorkomdatmetalengereedschappen
kortsluitingveroorzakentussende
accupolenenmetalenonderdelenvande
machine.
WAARSCHUWING
Deaccukabelsonjuistafkoppelenkanschade
aandemachineendekabelstotgevolg
hebbenenvonkenveroorzaken.Hierdoor
kunnenaccugassentotontplofngkomenen
lichamelijkletselveroorzaken.
•Maakaltijddeminkabel(zwart)vandeaccu
losvoordatudepluskabel(rood)losmaakt.
•Sluitaltijddepluskabel(rood)vandeaccu
aanvoordatudeminkabel(zwart)aansluit.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
g036855
Figuur50
Accuopladen
WAARSCHUWING
Bijhetopladenproduceertdeaccugassen
dietotontplofngkunnenkomen.
Rooknooitindebuurtvandeaccuenzorg
ervoordatergeenvonkenofvlammenvlakbij
deaccukomen.
Belangrijk:Zorgervoordatdeaccualtijd
vollediggeladenis(soortelijkgewicht1,265).Dit
isvooralbelangrijkombeschadigingvandeaccu
tevoorkomenbijtemperaturenbeneden0°C.
1.Verwijderdeaccuvanhetchassis;raadpleeg
Accuverwijderen(bladz.46).
2.Laaddeaccu10tot15minutenopbij25tot
30Aof30minutenbij10A.
Opmerking:Deaccunietteveropladen.
3.Zodradeaccuvolledigisopgeladen,haalt
udeacculaderuithetstopcontactenmaakt
46

uvervolgensdeoplaadkabelslosvande
accuklemmen(Figuur51).
4.Monteerdeaccuindemachineensluitde
accukabelsaan;zieDeaccuplaatsen(bladz.
47).
Opmerking:Gebruikdemachinenooit
wanneerdeaccuislosgekoppeld;ditkan
beschadigingenaanhetelektrischesysteemtot
gevolghebben.
Deaccuplaatsen
1.Plaatsdeaccuineenbakmetdeaccupolenvan
dehydraulischetankweg(Figuur50).
2.Bevestigdepluskabel(rood)aandepluspool
(+)vandeaccu.
3.Bevestigdeminkabel(zwart)enaardingsdraad
aandeminpool(-)vandeaccu.
Opmerking:VoorMyRidemachines:zorgdat
deaardingskabelniettegendebalansarmof
deondersteschokdemperbevestigingschuurt
(Figuur53).
Figuur51
1.Pluspool(+)vandeaccu3.Rode(+)oplaadkabel
2.Minpool(–)vandeaccu4.Zwarte(–)oplaadkabel
g000960
g236732
Figuur52
1.Zorgdatdeaardingskabel
niettegendeonderste
schokdemperbevestiging
schuurt.
2.Zorgdatdeaardingskabel
niettegendebalansarm
schuurt.
3.Aardingskabel
4.Bevestigdekabelsmet2bouten,2ringenen
2borgmoeren(Figuur50).
5.Schuifhetrodestofkapjevoordeaccupoolop
depluspool(+)vandeaccu.
6.Zetdeaccuvastmetderubberenband(Figuur
50).
47

Onderhoudvande
Onderhoud
zekeringen
Deelektrischeinstallatieisbeveiligddoormiddelvan
zekeringen.Hetbehoeftgeenonderhoud.Alser
echtereenzekeringdoorbrandt;controleerdanhet
onderdeelenhetcircuitopeenstoringofkortsluiting.
Dezekeringenbevindenzichopderechter
bedieningseenheidnaastdestoel(Figuur53).
1.Omeenzekeringtevervangen,trektude
zekeringeruitomdezeteverwijderen.
2.Monteereennieuwezekering(Figuur53).
aandrijfsysteem
Veiligheidsgordel
controleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Controleerdeveiligheidsgordelopslijtageen
snedenencontroleerdejuistewerkingvanhet
terugtreksysteemendesluiting.Vervangde
veiligheidsgordelalsdezeisbeschadigd.
Deknoppenvande
rolbeugelcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
WAARSCHUWING
Omlichamelijkofdodelijkletseltevoorkomen
alsdemachineomkantelt:laatderolbeugel
volledigomhooggeklaptenvergrendeld,en
doedeveiligheidsgordelom.
g036858
Figuur53
1.Zekeringdeksel
2.Zekeringhouder
3.Brandstofklep
Controleerofdestoelgoedopdemachine
isbevestigd.
•Controleerofzoweldemontagematerialenalsde
knoppeningoedestaatverkeren.
•Zorgervoordatdeknoppenvolledigophunplaats
zittenenderolbeugelomhoogisgeklapt.
Opmerking:Debovenstelusvanderolbeugel
moetmogelijknaarvorenwordengeduwdofnaar
achterenwordengetrokkenomervoortezorgen
datbeideknoppenindejuistestandklikken
(Figuur54enFiguur55).
48

Figuur54
1.Rolbeugelomhoog4.Draaiderolbeugelknop
2.Knopvanderolbeugel
vergrendeld
3.Trekderolbeugelknopuit
endraaideze90graden.
5.Rolbeugelknop
6.Rolbeugelingeklapt
Desporingafstellen
1.Schakeldemesschakelaar(aftakas)uit.
2.Rijdnaareenopen,vlakgebiedenzetde
rijhendelsindeVERGRENDELDENEUTRAALST AND.
3.ZetdegashendelhalverwegetussenLANGZAAM
enSNEL.
4.Zetbeiderijhendelsvooruittotaandeaanslag
indeT-sleuf.
5.Controleerdesporingvandemachine.
6.Alsdemachinenaarrechtsspoort,steekdan
eeninbussleutelvan3/16"doordeopening
indeafdekplaatrechtsvooraanendraaide
stelschroefvandesporinglinks-ofrechtsomom
hetbereikvandehendelaftestellen(Figuur56).
7.Alsdemachinenaarlinksspoort,steekdan
eeninbussleutelvan3/16"doordeopening
indeafdekplaatrechtsvooraanendraaide
stelschroefvandesporinglinks-ofrechtsomom
hetbereikvandehendelaftestellen(Figuur56).
8.Rijmetdemachineencontroleerofzerecht
spoort.
g036746
90graden.
ontgrendeld
9.Stelnetzolangaftotdatudegewenstesporing
verkrijgt.
Figuur55
1.Ingeschakeld2.Deelsuitgetrokken–
gebruikdemachineniet
metderolbeugelindeze
stand.
g035859
Figuur56
g034593
1.Toegangsgatinvoorste
afdekplaat
49
Rechterrijhendelafgebeeld
2.Stelschroefvoorsporing

Debandenspanning
Onderhoudenremmen
controleren
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren/Maan-
delijks(houdhierbijdekortste
periodeaan)
Dejuistebandenspanningindevoor-enachterbanden
is0,9bar.Eenongelijkebandenspanningkan
leidentotonregelmatigemaairesultaten.De
bandenspanningkanhetbestbijkoudebanden
wordengecontroleerd.
Figuur57
Dewielmoerencontroleren
Controleerdewielmoerenendraaizevastmeteen
torsievan122tot136N∙m.
Deparkeerremafstellen
Onderhoudsinterval:Omde500bedrijfsuren
Opmerking:Voerdezeprocedureuitwanneeru
eenonderdeelvanderemverwijdertofvervangt.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Steldemachinezoindatzemetdehandkan
wordenvoortgeduwd.ZieDevrijgavehendels
vandeaandrijfwielengebruiken(bladz.32).
4.Brengdeachterzijdevandemachineomhoog
enondersteundemachinemetassteunen.
g001055
WAARSCHUWING
Ondersteuneenmachinemethetoogop
service-ofonderhoudswerkzaamheden
nietalleenmeteenmechanischeof
hydraulischekrik.Ditkangevaarlijkzijn
omdateenmechanischeofhydraulische
krikeenmachinemogelijknietvoldoende
ondersteuntofslechtfunctioneert,
waardoordemachinekanvallen.Ditkan
ernstigletselveroorzaken.
Vertrouwnooituitsluitendopeen
mechanischeofhydraulischekrikom
hetmaaidekopteheffen.Gebruikgoede
assteunenofgelijkwaardigemiddelen
omdemachineteondersteunen.
5.Schakeldeparkeerreminenuitencontroleer
dewielenomnategaanofderemmenin-en
uitgeschakeldworden.
6.Indienafstellingnodigis,moetudeparkeerrem
uitschakelen.Verwijderdegaffelpenuitdeas
vanderemkoppeling(Figuur58).
50

Figuur58
1.Borgpen3.Asvanremkoppeling
2.Parkeerrem
7.Controleerdelengtevandebeideverenzoals
wordtgetoondinFiguur59.Alsafstellingnodig
is,draaidebovenstemoerdanrechtsomomde
veerkortertemakenennaarlinksomdeveer
langertemaken.
9.Draaideasvanderemkoppelingtothetuiteinde
opéénlijnligtmetdeopeningindehendel.
•Kortdekoppelingindoorrechtsomte
draaien.
•Verlengdekoppelingdoorlinksomte
draaien.
10.Brengdeasvanderemkoppelingaaninde
openingindeparkeerremenbevestigmetde
gaffelpen.Herhaalstap5enstelafindiennodig.
11.Alsdeafstellingvoltooidis,verwijdert
udekriksteunofhetsoortgelijke
ondersteuningsmechanismeomdemachinete
latenzakken.
g036752
12.ZetdemaaimachineindeBEDRIJFSSTAND.
ZieDevrijgavehendelsvandeaandrijfwielen
gebruiken(bladz.32).
Figuur59
1.Bovenstemoer3.44mm
2.Veer
8.Duwdeparkeerremhendelhelemaalnaarvoren
ennaarbeneden.
g036100
51

Onderhoudriemen
Riemencontroleren
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren
Vervangderiemalsdezeversletenis.Eenaantal
indicatiesvaneenversletenriem:eengierend
geluidtijdenshetdraaienvanderiem,demessen
dieslippentijdenshetmaaien,gerafelderandenen
schroeiplekkenenscheurenopderiem.
Drijfriemvanmaaidek
vervangen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
10.Bevestigdenieuweriemronddepoeliesvan
hetmaaidekendekoppelingspoelieonderde
motor(Figuur61).
3.Brenghetmaaidekomlaagnaareenmaaihoogte
van7,6cm.
4.Draaideboutopelkvanderiemkappenlos.
5.Draaideondersteboutloswaarmeede
afdekkingvanhetmaaidekisbevestigdaanhet
maaidek;zieDeafdekkingvanhetmaaidek
losmaken(bladz.37).
6.Verwijderhetplaatmetaalscherm,zieHet
plaatmetaalschermverwijderen(bladz.38).
7.Verwijderdeaandrijfriemkappenende
bijbehorendebouten(Figuur60).
Figuur60
g036861
Figuur61
1.Koppelingspoelie3.Veerbelastespanpoelie
2.Aandrijfriemvanmaaidek
g027729
4.Veer
8.Haaldeveerspanningvandeveerbelaste
spanpoelie.ZieFiguur62.
Opmerking:Gebruikdeveerverwijderaar
(Toroonderdeelnr.92-5771)omdeveervande
maaidekstangteverwijderen(Figuur62).
9.Verwijderderiemvandemaaidekpoeliesende
koppelingspoelie.
Figuur62
1.Veerverwijderaar(T oro
onderdeelnummer
92-5771)
2.Spanpoelieveer5.Aandrijfriemvanmaaidek
3.Maaidekstang
52
4.Armvanspanpoelie
g028279

11.Monteerdespanpoelieveer(Figuur61).
Opmerking:Steekdeuiteindenvandeveerin
deankergroeven.
12.Plaatsdedrijfriemkappenendebijbehorende
bouten(Figuur63).
Figuur63
g036860
Figuur64
1.Aanslagvankoppeling
6.Haaldespanpoelieveervandestang(Figuur
65).
7.Verwijderdeouderiemvandeaandrijfpoelies
vandehydraulischepompendemotorpoelie.
g027730
8.Bevestigdenieuweriemronddemotorpoelieen
de2poeliesvandehydraulischepomp(Figuur
65).
13.Monteerhetplaatmetaalscherm,zieHet
plaatmetaalschermverwijderen(bladz.38).
14.Draaideondersteboutvastwaarmeede
afdekkingvanhetmaaidekisbevestigdaanhet
maaidek;zieDeafdekkingvanhetmaaidek
losmaken(bladz.37).
Dedrijfriemvande
hydraulischepomp
vervangen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderderiemvanhetmaaidek;zieDrijfriem
vanmaaidekvervangen(bladz.52).
Figuur65
1.Spanpoelie4.Aandrijfriemvanpomp
2.Stangvanspanpoelieveer
3.Motorpoelie6.Linkerpoelievan
5.Rechterpoelievan
hydraulischepomp
hydraulischepomp
g036859
4.Hefdemachineopenplaatsdezeop
kriksteunen.
5.Verwijderdeaanslagvandekoppeling(Figuur
64).
9.Monteerdeaanslagvandekoppeling(Figuur
64).
10.Plaatsdedrijfriemvanhetmaaidek;zie
Onderhoudriemen(bladz.52).
53

Onderhoud
bedieningsysteem
Hoekvanrijhendelsverstellen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
Destandvande
bedieningshendelafstellen
Alsdeuiteindenvandehendelselkaarraken,
raadpleegdanRijhendelmechanismeafstellen(bladz.
54).
Dehoogteinstellen
Ukuntderijhendelshogeroflagerafstellen,voor
meercomfort.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderhetbevestigingsmateriaalwaarmee
derijhendelisbevestigdaandeschachtvande
bedieningsarm.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderdebovensteboutwaarmeede
rijhendelsisbevestigdaandeschachtvande
bedieningsarm.
4.Draaideondersteboutlostotdatuderijhendels
naarvorenofnaarachterenkuntbewegen.
Draaidemoerenaanomderijhendelvastte
zettenindenieuwestand.
5.Stelvervolgensookdeandererijhendelaf.
Figuur66
1.Bouten3.Rijhendel
2.Sleufopening4.Schachtvande
bedieningsarm
4.Zetderijhendelsindevolgendegroep
openingen.Zetdehendelvastmethet
bevestigingsmateriaal.
5.Stelvervolgensookdeandererijhendelaf.
g009195
Figuur67
Rijhendelmechanisme
afstellen
g035858
Demechanismenvandepompbedieningbevinden
zichaanbeidezijdenvandemachineonderde
stoel.Draaiaandeeindmoermeteendopsleutelvan
½"omdemachinenauwkeurigaftestellenzodat
dezenietbeweegtindeneutraalstand.Eventuele
aanpassingenmoetalleenvoordeneutraalstand
wordenuitgevoerd.
54

WAARSCHUWING
Demotormoetlopenendeaandrijfwielen
draaienopdatudezeafstellingkuntuitvoeren.
Contactmetbewegendeonderdelenof
heteoppervlakkenkanlichamelijkletsel
veroorzaken.
Houduwvingers,handenenkledinguitde
buurtvandraaiendeonderdelenenhete
oppervlakken.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Drukhetmaaidekpedaalin,verwijderde
maaihoogtepenenlaathetmaaidekneerop
degrond.
4.Brengdeachterkantvandemachineomhoogen
plaatsdezeopassteunen(ofeengelijkwaardige
ondersteuning),nethooggenoegomde
aandrijfwielenvrijtelatenronddraaien.
5.Verwijderdeelektrischeaansluitingvande
veiligheidsschakelaardiezichonderhet
onderstekussenvandestoelbevindt.
Opmerking:Deschakelaarmaaktonderdeel
uitvandestoelconstructie.
6.Koppeltijdelijkeenstartkabelaanopdepolen
vandeconnectorvandehoofdkabelboom.
draaientotdewielenlichtjesgaankruipeninde
achteruitstand(Figuur68).
g036753
Figuur68
1.Moer4.Aanslagplaatjevan
neutraalstand
2.Vasteplaat5.Lipjesrakenhet
aanslagplaatjevande
neutraalstand
3.Bedieningsplaat
12.ZetderijhendelsindeACHTERUITSTANDenoefen
lichtedrukuitopdehendelzodatdeverende
hendelsterugduwenindeneutraalstand.
7.Startdemotor,laatdezeopvolgaslopenen
schakeldeparkeerremuit.
Opmerking:Zorgdatdeparkeerremin
werkingisgesteldenderijhendelsnaarbuiten
staanvoordatudemotorstart.Uhoeftnietop
destoeltezitten.
8.Laatdemachineminimaal5minutendraaien
metderijhendelsopvolledigesnelheid
vooruitomdehydraulischevloeistofop
bedrijfstemperatuurtebrengen.
Opmerking:Derijhendelsmoeteninde
neutraalstandstaanalsuafstellingswerkzaamhedenuitvoert.
9.ZetderijhendelsindeNEUTRAALSTAND.
10.Zorgdatdelipjesvandebedieningsplaatde
aanslagplaatjesvandeneutraalstandvande
hydraulischeeenhedenraken.
11.Pasdelengtevandepompbedieningsstang
aandoordemoerindejuisterichtingte
Opmerking:Dewielenmoetenophouden
metdraaienoflangzaamkruipeninde
achteruitstand.
Opmerking:Mogelijkmoetudekapvan
hetrijhendelmechanismeverwijderenomde
toegangtevergemakkelijken.
13.Schakeldemachineuit.
14.Maakdeverbindingsdraadlosvandestekker
vandekabelboomensluitdestekkeraanop
destoelschakelaar.
15.Haaldeassteunenweg.
16.Brenghetmaaidekomhoogenplaatsde
maaihoogtepen.
17.Controleerenzorgdatdemachinenietkruiptin
deneutraalstandalsdeparkeerremvrijisgezet.
55

Onderhoudhydraulisch
systeem
Veiligheidvanhet
hydraulischesysteem
•Waarschuwonmiddellijkeenartsalser
hydraulischevloeistofisgeïnjecteerdindehuid.
Geïnjecteerdevloeistofmoetbinnenenkeleuren
operatiefwordenverwijderddooreenarts.
•Controleerofallehydraulischeslangenen
leidingeningoedestaatverkerenenalle
hydraulischeaansluitingenenttingsstevig
vastzittenvoordatudrukzetophethydraulische
systeem.
•Houdlichaamenhandenuitdebuurtvankleine
lekgatenofspuitmondenwaaruitonderhogedruk
hydraulischevloeistofontsnapt.
g037051
Figuur69
1.Motor2.Expansietank
•Ukuntlekkeninhethydraulischesysteem
opsporenmetbehulpvankartonofpapier.
•Hefalledrukinhethydraulischesysteemop
veiligewijzeop,voordatuwerkzaamhedengaat
verrichtenaanhethydraulischesysteem.
Specicatieshydraulische
vloeistof
Hydraulischevloeistof:T oro
hydraulischevloeistofofMobil115W-50olie.
Belangrijk:Gebruikdeaanbevolenvloeistof.
Anderevloeistoffenkunnenhethydraulische
systeembeschadigen.
Inhoudvanhethydraulischesysteem(metlters
verwijderd):4,45liter
®
HYPR-OIL
Hetpeilvande
hydraulischevloeistof
controleren
Hydraulischevloeistof
verversenenlters
vervangen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste75uren—Filters
envloeistofvanhethydraulische
systeemvervangen.
Omde250bedrijfsuren—Nadeeerste
™
500
vervangbeurt–vervangdeltersenvloeistof
vanhethydraulischesysteemwanneeruMobil
115W50vloeistofgebruikt.(Vakervervangen
alsdemachinewordtgebruiktinstofgeofvuile
omstandigheden)
Omde500bedrijfsuren—Nadeeerste
vervangbeurt–vervangdeltersendevloeistof
vanhethydraulischesysteemalsuToro
HYPR-OIL
vervangenalsdemachinewordtgebruiktin
stofgeofvuileomstandigheden)
Omdehydraulischevloeistoftevervangenmoetende
lterswordenverwijderd.Vervangbeidetegelijkertijd;
zieSpecicatieshydraulischevloeistof(bladz.56)
voordeaanbevolenvloeistof.
™
500vloeistofgebruikt.(Vaker
®
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Laatdehydraulischevloeistofafkoelen.
Controleerhetoliepeilterwijldevloeistofkoudis.
2.Controleerdeexpansietankenvulindiennodig
bijmetToro
vloeistoftotdemarkeringFULLCOLD.
®
HYPR-OIL
™
500hydraulische
Laatalleluchtuithetsysteemnadatudenieuwe
ltershebtgemonteerdendenieuwevloeistofhebt
toegevoegd.ZieHydraulischesysteemontluchten
(bladz.58).Herhaalhetontluchtingsprocestotde
vloeistofnahetontluchtenopdeFULLCOLD-streep
blijft.Alsdezeprocedurenietgoedwordt
uitgevoerd,kanditleidentotonherstelbare
schadeaanhettransaxle-aandrijfsysteem.
56

Filtersvanhethydraulische
Filtersvanhethydraulische
systeemverwijderen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Laatdemotorafkoelen.
4.Zoekhetlterendebeschermingenopelk
transaxle-aandrijfsysteem(Figuur70).
5.Verwijderde3schroevenwaarmeede
lterbeschermingenzijnbevestigd(Figuur70).
systeemmonteren
1.Brengeendunlaagjehydraulischevloeistofaan
opderubberenpakkingvanelklter.
2.Draaihetlterrechtsomtotdatderubberen
pakkingcontactmaaktmethetltertussenstuk
enzethetltervervolgensnogeenextra¾tot
volledigeslagvast.
3.Herhaalvoorhetanderelter.
4.Monteerdelterbeschermingenterugopde
plaatswaarudezeeerderhebtverwijderd.
5.Gebruikdedrieschroevenomde
lterbeschermingentemonteren.
6.Controleerofdeontluchtingspluggenzijn
verwijderdvoordatuvloeistofgaatbijvullen.
7.Gietlangzaamdegespeciceerdevloeistofin
deexpansietanktotdatervloeistofuit1vande
openingenvoordeontluchtingspluggenkomt.
8.Monteerdeontluchtingsplug.
9.Draaideplugvastmeteentorsievan20N·m.
10.Gaverdermethetvullenvandeexpansietank
totervloeistofuitdeandereontluchtingsplug
vandetweedetransmissiekomt.
Figuur70
Rechterkantgetoond
1.Transaxle-aandrijving
2.Filter
3.Filterbescherming
6.Maakdeomgevingvandelterszorgvuldig
schoon.
4.Schroeven
5.Ontluchtingsplug
Belangrijk:Zorgervoordatergeenvuilin
hethydraulischesysteemterechtkomtom
verontreinigingtevoorkomen.
7.Plaatseenopvangbakonderhetlteromde
vloeistofdieweglooptoptevangenzodra
hetlterendeontluchtingspluggenworden
verwijderd.
8.Verwijderdeontluchtingsplugopelke
transmissie
11.Monteerdetegenoverliggendeontluchtingsplug.
12.Draaideplugvastmeteentorsievan20N·m.
g017444
13.Gaverdermethetvullenvandeexpansietank
totdevloeistofdemarkeringFULLCOLDbereikt
indeexpansietank.
14.GanaarHydraulischesysteemontluchten
(bladz.58).
Belangrijk:AlsudeprocedureHydraulisch
systeemontluchtennietuitvoertnadatde
lterszijnvervangenendevloeistofis
ververst,kanditleidentotonherstelbare
schadeaanhettransaxlesysteem.
9.Schroefhetlterlosomhetteverwijderenen
laatdevloeistofuithetaandrijfsysteemlopen.
10.Herhaaldezeprocedurevoorbeidelters.
57

Hydraulischesysteem
ontluchten
1.Brengdeachterkantvandemachineomhoogen
plaatsdezeopassteunen(ofeengelijkwaardige
ondersteuning)totdatdeaandrijfwielenvrij
kunnenronddraaien.
Figuur72
1.Opkrikpunten
g017625
Figuur71
g027477
2.Startdemotor,zetdegashendelophalfgasen
zetdeparkeerremvrij.
A.Zetdeomloophendelsindestandomde
machineteduwen.Zetdeomloopkleppen
openenlaatdemotorlopen;beweegde
rijhendelslangzaam5of6keernaarvoren
ennaarachteren.
B.Zetdeomloophendelsindestandomde
machinetebedienen.
C.Zetdeomloopklepdichtenlaatdemotor
lopen;beweegderijhendel5of6keer
langzaamnaarvorenennaarachteren.
D.Zetdemotorafencontroleerhet
vloeistofpeilindeexpansietank.Voegde
aanbevolenvloeistoftoetothetpeilde
markeringFULLCOLDvandeexpansietank
bereikt.
3.Herhaalstap2totdatalleluchtuithetsysteem
isverwijderd.
Opmerking:Alsdetransaxlezonder
abnormalegeluidenwerktenbijeennormaal
toerentalsoepelnaarvorenennaarachteren
kanbewegen,zitergeenluchtmeerin.
58

4.Controleervoordelaatstekeerhetvloeistofpeilin
deexpansietank.Vulbijmetdegespeciceerde
vloeistoftotdathetpeildeFULLCOLD-streepop
deexpansietankbereikt.
Onderhoudvanhet
maaidek
Veiligheidvandemessen
•Controleeropgezettetijdendemaaimessenop
slijtageofbeschadigingen.
•Weesvoorzichtigalsudemessencontroleert.
Omwikkeldemaaimessenofdraag
handschoenenenweesvoorzichtigalsu
onderhoudswerkzaamhedenaandemaaimessen
verricht.Demaaimessenmogenalleenworden
vervangenofgeslepen,probeerzenooitrechtte
makenoferaantelassen.
•Letopdatbijmachinesmetmeerderemaaimessen
anderemessenkunnengaandraaiendoordatu
éénmesdraait.
•Vervangversletenofbeschadigdemessenen
boutenaltijdalscompletesetomeengoede
balanstebehouden.
Onderhoudvande
maaimessen
Vóórcontroleenonderhoudvan
demaaimessen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetsleuteltjeenmaak
debougiekabelslos.
Demaaimessencontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Controleerdesnijranden(Figuur73).
2.Alsderandennietscherpzijnofbramen
vertonen,moetuhetmaaimesverwijderenen
slijpen;zieDemaaimessenslijpen(bladz.61).
3.Controleerdemessen,inhetbijzonderhet
gebogendeel.
4.Alsuscheuren,slijtageofgroefvormingindit
deelconstateert,moetudirecteennieuwmes
monteren(Figuur73).
59

Figuur73
g006530
1.Snijrand3.Slijtage/groefvorming
2.Gebogendeel4.Scheur
Controleopkrommemessen
Opmerking:Demachinemoetopeenegaal
oppervlakstaanvoordevolgendeprocedure.
1.Zethetmaaidekopdehoogstemaaipositie.
2.Trekdikkehandschoenenofandereadequate
handbeschermingaanendraailangzaamhet
mesineenstanddiemetingmogelijkmaaktvan
deafstandtussendemaairandenhetegale
oppervlakwaaropdemachinestaat(Figuur74).
Figuur74
1.Maaidek3.Mes
2.Asbehuizing
g014973
Figuur75
1.Mes,inmeetstand
2.Vlakkeondergrond
3.Gemetenafstandtussenmesendeondergrond(A)
4.Draaihetzelfdemes180graden,zodatde
maairandaandeanderekantnuindezelfde
standstaat(Figuur76).
g014974
Figuur76
1.Mes,eerdergemetenkant
2.Eerdergebruiktemeetstand
g014972
3.Anderekantvanmesdieinmeetstandwordtgebracht
5.Meetdeafstandtussenhetuiteindevanhetmes
endevlakkeondergrond(Figuur77).
3.Meetdeafstandtussenhetuiteindevanhetmes
endevlakkeondergrond(Figuur75).
Opmerking:Despelingmagnietmeerdan
3mmbedragen.
60

Figuur77
1.Mesaananderezijde,inmeetstand
2.Vlakkeondergrond
3.Tweedegemetenafstandtussenmesenoppervlak(B)
g014973
A.AlshetverschiltussenAenBgroterisdan
3mm,vervangdanhetmesdooreennieuw
mes;zieMaaimessenverwijderen(bladz.
61)enMaaimessenmonteren(bladz.62).
Opmerking:Alseenkrommesis
vervangendooreennieuwmesende
afstandnogaltijdgroterisdan3mm,dan
ishetmogelijkdatdemesasverbogen
is.Neemcontactopmeteenerkende
onderhoudsdealervoorservice.
B.Gaalshetverschilbinnendegrenzenligt
doormethetvolgendemes.
6.Herhaaldezeprocedureopelkmes.
Maaimessenverwijderen
Vervangmessendieeenvastvoorwerphebben
geraaktofuitbalansofkromzijn.
1.Houddespilasvastmeteensleutel.
2.Verwijderdemesbout,deklemringenhetmes
vandespilas(Figuur78).
g017443
Figuur78
1.Vleugelvanhetmes4.Mesbout
2.Mes5.Maai-as
3.Klemring
Demaaimessenslijpen
1.Gebruikeenvijlomdesnijrandenaanbeide
uiteindenvanhetmesteslijpen(Figuur79).
Opmerking:Houddaarbijdeoorspronkelijke
hoekinstand.
Opmerking:Hetmesblijftinbalansalsuvan
beidesnijrandendezelfdehoeveelheidmateriaal
verwijdert.
g000552
Figuur79
1.Onderoorspronkelijkehoekslijpen.
2.Controleerdebalansvanhetmesmeteen
mesbalans(Figuur80).
Opmerking:Alshetmeshorizontaalblijft,is
hetinbalansengeschiktvoorgebruik.
Opmerking:Alshetmesnietinbalansis,
moetuwatmetaalafvijlenvanhetuiteindevan
devleugel(Figuur79).
61

Figuur80
1.Mes2.Mesbalans
3.Herhaalditindiennodigtotdathetmesinbalans
is.
Maaimessenmonteren
1.Monteerhetmesopdeas(Figuur78).
Belangrijk:Hetgebogendeelvanhetmes
moetnaardebinnenzijdevandemaaikast
wijzenomeengoedemaaikwaliteitte
garanderen.
2.Monteerdeklemringendemesbout(Figuur78).
Opmerking:Monteerdekegelvandeklemring
zodatdezenaardekopvandeboutwijst.
3.Draaidemesboutvastmeteentorsievan115
tot150N·m.
4.Zethetmaaidekindevergrendelde
transportstand.
5.Draaidemessenvoorzichtigheenenweer.
g000553
6.Meetdeafstandtussendemespuntenhet
vlakkeoppervlak(Figuur81).Alsdeafstanden
meerdan5mmverschillen,steldande
schuinstandaf;gadoormetdezeprocedure.
g229303
Schuinstandvanhet
maaidek(breedterichting)
endemesstandinstellen
Controleerofhetmaaidekhorizontaalstaattelkens
wanneerudemaaierinstalleertofwanneerueen
ongelijkemaaiplekinuwgrasziet.
Voordatuhetmaaidekhorizontaalafsteltmoetu
eerstcontrolerenoferverbogenmaaimessenzijn,
eneventueelverbogenmaaimessenverwijderenen
vervangen;leesOnderhoudvandemaaimessen
(bladz.59)voordatuditdoet.
Stelhetmaaidekeerstlinks/rechtshorizontaal,endan
kuntuvoor/achterafstellen.
Eisen:
•Demachinemoetopeenegaalvlakstaan.
•Allebandenmoetendejuistespanninghebben,
zieDebandenspanningcontroleren(bladz.50).
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Controleerdebandenspanningvande
aandrijfbanden.ZieDebandenspanning
controleren(bladz.50).
Figuur81
1.Maaimessenevenwijdig
2.Uiteindevanmes
7.Controleerdeschuinstandvandemaaimessen
indelengterichting(Figuur82).Zorgdatde
voorstemespuntlagerzitdandeachterste;
ziedetabelmetblokhoogteenschuinte.Als
instellingvereistis,gaatuverdermetdeze
procedure.
3.Meetvanafhetuiteinde
vanhetmestothetplatte
oppervlakhier.
g229305
62

Figuur82
12.Draaihetmaaimesvoorzichtigindwarsrichting
horizontaal(Figuur81).
13.Draaideborgmoeren(Figuur84)inde4hoeken
losencontroleerofhetmaaidekstevigopalle
4blokjesrust.
14.Trekdemaaidekhangersstrakenzorgdathet
maaidekpedaalnaarachterenisgedrukttegen
deaanslag.
15.Draaide4borgmoerenvast.
g229304
1.Messeninlengterichting
2.Uiteindevanmes
3.Meetvanafhetuiteinde
vanhetmestothetplatte
oppervlakhier.
8.Zetdeantiscalpeerrollenindebovenste
openingofverwijderzegeheelvoordeze
afstelprocedure.
9.Plaats2blokjes(zieonderstaandetabel)onder
deachtersterandvandemaaikast;1blokjeaan
elkekantvanhetmaaidek(Figuur83).
10.Zetdemaaihoogtehendelinstandvan76mm.
11.Plaats2blokjesonderelkekantvande
voorsterandvanhetmaaidek,maarnietonder
debeugelsvandeantiscalpeerrollenofde
lasnaden.
Figuur84
1.Borgmoeren3.Maaidekdrager
2.Hefarmvanmaaidek
4.Ketting
16.Zorgervoordatdeblokjesstevigonder
derandvanhetmaaidekzittenendatalle
bevestigingsboutenvastgedraaidzijn.
17.Gaverdermethetafstellenvanhetmaaidek
doordeschuinstandvanhetmaaimesinde
lengterichtingtecontroleren.
18.Controleerdehorizontalestandvandemessen
enherhaalindiennodigdeprocedureomhet
maaidekhorizontaaltestellen.
g035851
1.Blokjes–7,3cm2.Lasnaden
Tabelblokhoogteenschuinte
Maaidekmaat
Allemaaidekken
Blokhoogte
7,3cm4,8tot6,4mm
Onderaanzicht
Figuur83
g038090
Maaidekverwijderen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetsleuteltjeenmaak
debougiekabelslos.
3.Plaatsdemaaihoogtepenindemaaihoogtestand
Schuinte
van7,6cm.
4.Verwijderdedrijfriemkappen.
5.Zetdespanpoelievanhetmaaideklosen
verwijderdemaaidekriem;zieOnderhoud
riemen(bladz.52).
63

6.Verwijderdeboutenenmoerenvandevoorkant
vandeplaatonderdevoetsteun.
7.Verwijderenbewaardeboutenenmoerenaan
beidezijdenvandemachine(Figuur85).
Figuur85
1.Verwijderdezemoerenenbouten.
2.Verwijderdezemoerenenbouten.
g015594
Figuur86
g036866
1.Bout
2.Afstandsstuk6.Grasgeleider
3.Borgmoer7.J-vormighaakuiteindevan
4.Veer
5.Gemonteerdeveer
veer
8.Schuifhetmaaideknaarrechtsuitdemachine.
Grasgeleidervervangen
WAARSCHUWING
Alsdeuitworpopeningnietafgedektis,kan
demachinevoorwerpenuitwerpennaaru
ofnaaromstanders;ditkanernstigletsel
veroorzaken.Daarnaastkuntuookincontact
komenmethetmes.
Gebruikdemachinenooitzondermulchplaat,
grasgeleiderofgrasvanger.
1.Verwijderdeborgmoer,bout,veeren
afstandsstukwaarmeedegrasgeleidervastzit
opdedraaibeugels(Figuur86).
2.Verwijdereenbeschadigdeofversleten
grasgeleider(Figuur86).
3.Plaatshetafstandsstukendeveeropde
grasgeleider.
4.Plaats1J-vormighaakuiteindevandeveer
achterderandvanhetmaaidek.
Opmerking:Zorgervoordat1J-vormig
haakuiteindevandeveerisgemonteerdachter
derandvanhetmaaidekvoordatudebout
monteertzoalswordtaangegeveninFiguur86.
5.Monteerdeboutendemoer.
6.Plaats1J-vormighaakuiteindevandeveerom
degrasgeleider(Figuur86).
Belangrijk:Degrasgeleidermoetkunnen
draaien.Klapdegeleiderhelemaalomhoog
encontroleerofdezevolledigomlaagdraait.
64

Reiniging
Deonderkantvanhet
maaidekreinigen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenstelde
parkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Brenghetmaaidekomhooginde
TRANSPORTSTAND.
Deveringreinigen
Reinigdeveringmetperslucht.
Opmerking:Maakdeschokdempersnietschoon
metwateronderdruk(Figuur87).
Figuur87
Afvalafvoeren
Motorolie,accu's,hydraulischevloeistofen
motorkoelvloeistofverontreinigenhetmilieu.Verwijder
dezestoffenvolgensdeplaatselijkevoorschriften.
g195820
65

Stalling
Veiligheidtijdensopslag
•Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.Laatdemachine
afkoelenvoordatudezeafstelt,reinigt,staltofer
onderhoudswerkzaamhedenaanverricht.
•Umagdemachineofdebrandstofnietbewarenin
denabijheidvaneenopenvuur,nochdebrandstof
binnenshuisofineenafgeslotenaanhanger
aftappen.
•Slademachineendebrandstofhoudernietop
opplaatsenwaaropenvlammen,vonkenof
waakvlammen(b.v .vaneenboilerofandere
toestellen)aanwezigkunnenzijn.
Reinigenenopslaan
1.Schakeldemesschakelaar(aftakas)uitenstel
deparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijdermaaisel,vuilenvetvandebuitenkant
vandegehelemachine,metnamevandemotor
enhethydraulischesysteem.Vuilenkafvan
debuitenkantvandecilinder,dekoelribben
vandecilinderkopenhetventilatorbehuizing
verwijderen.
Belangrijk:Ukuntdemachinemeteenmild
reinigingsmiddelenwaterwassen.Wasde
machinenooitmeteenhogedrukreiniger.
Gebruiknietteveelwater,vooralnietinde
buurtvanhetbedieningspaneel,demotor,
dehydraulischepompenendeaccu.
4.Controleerdewerkingvandeparkeerrem;zie
Deparkeerremafstellen(bladz.50).
5.Geefhetluchtltereenonderhoudsbeurt;zie
Onderhoudvanhetluchtlter(bladz.39).
6.Smeerdemachine;zieSmering(bladz.38).
7.Verversdeolieinhetcarter;zieMotorolie
verversen(bladz.40).
8.Controleerdebandenspanning;zieDe
bandenspanningcontroleren(bladz.50).
9.Vervanghethydraulischelter;zieHydraulische
vloeistofverversenenltersvervangen(bladz.
56).
10.Laaddeaccuop;zieAccuopladen(bladz.46).
11.Schraapdikaangekoektgrasenvuilvan
deonderkantvandemaaimachine.Spoel
vervolgensdemachineschoonmeteen
tuinslang.
Opmerking:Laatdemachinelopenmetde
aftakasingeschakeldendemotorophoog
stationairgedurende2tot5minutennahet
wassen.
12.Controleerdestaatvandemaaimessen;
raadpleegOnderhoudvandemaaimessen
(bladz.59).
13.Wanneerdemachinelangerdan30dagenniet
wordtgebruikt,moetdezewordenvoorbereidop
stalling.Demachinewordtalsvolgtvoorbereid
opstalling:
A.Voegeenstabilizer/conditionerop
aardoliebasistoeaandebrandstofinde
tank.Volgdemengvoorschriftenvande
fabrikantvandestabilizerop.Gebruik
geenstabilizeropalcoholbasis(ethanolof
methanol).
Opmerking:Stabilizer/conditionerwerkt
hetbestalshetmetversebrandstofwordt
gemengdenaltijdwordtgebruikt.
B.Laatdemotorvijfminutenlopen
omdestabilizer/conditionerdoorhet
brandstofsysteemteverspreiden.
C.Zetdemotoraf,laatdezeafkoelenenlaat
debrandstoftankleeglopen.
D.Motoropnieuwstartenenlatenlopentotdat
dezeafslaat.
E.Umoetbrandstofopdejuistewijze
afvoeren.Voerdebrandstofafvolgensde
plaatselijkgeldendevoorschriften.
Belangrijk:Bewaarbrandstofdie
stabilizer/conditionerbevatnietlanger
danaanbevolendoordefabrikantvan
destabilizer.
14.Verwijderdebougie(s)encontroleerdestaat
ervan;zieOnderhoudvandebougie(s)(bladz.
43).Nadatdebougie(s)uitdecilinderis(zijn)
verwijderd,gietu30ml(2eetlepels)motorolie
indebougie-opening.Gebruikdestartmotor
omdemotortelatendraaienenzodeolieover
decilinderwandteverspreiden.Monteerde
bougie(s).Debougiekabelnietopdebougie(s)
drukken.
15.Controleerallebouten,schroevenenmoeren
endraaidezevast.Repareerofvervang
beschadigdedelen.
16.Werkallekrassenenbeschadigingenvandelak
bij.Bijwerklakisverkrijgbaarbijeenerkende
servicedealer.
66

17.Staldemachineineenschone,drogegarage
ofopslagruimte.Verwijderhetsleuteltjeuithet
contactenbewaarhetbuitenhetbereikvan
kinderenenonbevoegdepersonen.Dekde
machineafomdezetebeschermenenschoon
tehouden.
67

Problemen,oorzaakenremedie
ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Demotorraaktoververhit.
Destartmotorslaatnietaan.
Demotorstartniet,startmoeilijkofslaat
af.
1.Demotoristezwaarbelast.1.Derijsnelheidverminderen.
2.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.2.Hetcarterbijvullenmetolie.
3.Dekoelribbenenluchtkanalenonder
deventilatorbehuizingvandemotor
zijnverstopt.
4.Hetluchtlterisvuil.4.Hetluchtlterelementreinigenof
5.Vuil,waterofoudebrandstofinhet
brandstofsysteem.
1.Deaftakasisingeschakeld.1.Schakeldeaftakasuit.
2.Deparkeerremisuitgeschakeld.
3.Derijhendelsstaannietinde
VERGRENDELDENEUTRAALSTAND.
4.Uzitnietopdebestuurdersstoel.
5.Deaccuisleeg.5.Accuopladen.
6.Deelektrischeaansluitingenzijn
gecorrodeerdofzittenlos.
7.Eenvandezekeringenisdoorgebrand.7.Dezekeringvervangen.
8.Eenvanderelaisofschakelaarsis
defect.
1.Debrandstoftankisleeg.1.Debrandstoftankvullen.
2.Debrandstofafsluitklepisgesloten.2.Opendebrandstofafsluitklep.
3.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.3.Hetcarterbijvullenmetolie.
4.Degashendelstaatnietindejuiste
stand.
5.Erzitvuilinhetbrandstoflter .5.Brandstofltervervangen.
6.Erbevindtzichvuil,waterofoude
brandstofinhetbrandstofsysteem.
7.Hetluchtlterisvuil.
8.Destoelschakelaarwerktnietgoed.
9.Deelektrischeverbindingenzijn
gecorrodeerd,zittenlosofzijndefect.
10.Relaisofschakelaarisbeschadigd.
11.Debougieisvuilofde
elektrodenafstandisnietcorrect
afgesteld.
12.Debougiekabelisnietaangesloten.
3.Dekoelribbenenluchtkanalen
ontstoppen.
vervangen.
5.Neemcontactopmeteenerkende
ServiceDealer.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Zetderijhendelsnaarbuiteninde
vergrendeldeNEUTRAALSTAND.
4.Gaopdebestuurdersstoelzitten.
6.Controleerofdeelektrische
aansluitingengoedcontactmaken.
8.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
4.Steldegashendelinhalverwegede
LANGZAMEendeSNELLEstand.
6.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
7.Reinigofvervanghet
luchtlterelement.
8.Controleerdeindicatorvoorde
stoelschakelaar.Vervangdestoel
indienditnodigis.
9.Controleerofdeelektrische
aansluitingengoedcontactmaken.
Reinigdeaansluitpolengrondigmet
eenspeciaalreinigingsmiddel,breng
speciaalsmeermiddelaanensluitde
connectorenweeropdejuistewijze
aan.
10.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
11.Bougieafstellenofvervangen.
12.Controleerdeaansluitingvande
bougiekabel.
68

ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Demotorverliestvermogen.
(metbeiderijhendelsvolledigvooruit).
Demachinerijdtniet.
1.Demotoristezwaarbelast.1.Derijsnelheidverminderen.
2.Hetluchtlterisvuil.2.Reinighetluchtlterelement.
3.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.3.Hetcarterbijvullenmetolie.
4.Dekoelribbenenluchtkanalenboven
demotorzijnverstopt.
5.Deventilatieopeninginde
brandstoftankdopisverstopt.
6.Erzitvuilinhetbrandstoflter .6.Brandstofltervervangen.
7.Erbevindtzichvuil,waterofoude
brandstofinhetbrandstofsysteem.
1.Desporingmoetafgesteldworden1.Steldesporingaf Demachinetrektnaarlinksofnaarrechts
2.Debandenvandeaandrijfwielen
hebbennietdejuistespanning.
1.Deomloopkleppenzijnnietgoed
gesloten.
2.Depompriemisversleten,losofstuk.
3.Deaandrijfriemvandepompisvande
poelieaf.
4.Deveervandespanpoelieiskapotof
ontbreekt.
5.Hetpeilvandehydraulischevloeistof
staattelaagofdehydraulische
vloeistofisteheet.
4.Dekoelribbenendeluchtkanalen
ontstoppen.
5.Brandstoftankdopreinigenof
vervangen.
7.Neemcontactopmeteenerkende
ServiceDealer.
2.Brengdeaandrijfbandenopdejuiste
spanning.
1.Sluitdeomloopkleppen.
2.Riemvervangen.
3.Riemvervangen.
4.Veervervangen.
5.Dereservoirsbijvullenmet
hydraulischevloeistofofde
hydraulischevloeistoflatenafkoelen.
Demachinetriltabnormaal.
Demaaihoogteisongelijk.
1.Hetmaaimes(demaaimessen)is(zijn)
verbogenofnietinbalans.
2.Debevestigingsboutvanhetmaaimes
zitlos.
3.Debevestigingsboutenvandemotor
zittenlos.
4.Demotorpoelie,spanpoelieof
mespoeliezitlos.
5.Demotorpoelieisbeschadigd.5.Neemcontactopmeteenerkende
6.Mesasverbogen.6.Neemcontactopmeteenerkende
7.Demotorophangplaatzitlosofis
versleten.
1.Maaimes(sen)bot.1.Mes(sen)slijpen.
2.Maaimes(sen)verbogenofnietin
balans.
3.Hetmaaidekstaatniethorizontaal.3.Maaidekhorizontaalstelleneninde
4.Eenantiscalpeerwiel(indienaanwezig)
isnietcorrectafgesteld.
5.Deonderkantvanhetmaaidekisvuil.5.Reinigdeonderkantvanhetmaaidek.
6.Debandenspanningisnietcorrect.6.Bandenopjuistespanningbrengen.
7.Mesasverbogen.7.Neemcontactopmeteenerkende
1.Nieuwemaaimes(sen)monteren.
2.Debevestigingsboutvanhetmaaimes
vastdraaien.
3.Debevestigingsboutenvandemotor
vastdraaien.
4.Desbetreffendepoelievastzetten.
servicedealer.
servicedealer.
7.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
2.Nieuwemaaimes(sen)monteren.
correcteschuinstandstellen.
4.Hoogtevanantiscalpeerwielafstellen.
servicedealer.
Messendraaienniet.
1.Detractieriemisversleten,losofstuk.1.Eennieuwedrijfriemmonteren.
2.Dedrijfriemzitnietopdepoelie.2.Drijfriemmonterenenassenen
3.
Deschakelaarvandeaftakas(PTO)of
deaftakkoppelingisdefect.
4.Dedrijfriemvanhetmaaidekis
versleten,losofstuk.
riemgeleidersopjuistestand
controleren.
3.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
4.Eennieuwedrijfriemmonteren.
69

ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Dekoppelinggrijptnietaan.
1.Eenzekeringisdoorgebrand.
2.Lagespanningbijdekoppeling.
3.Despoelisbeschadigd.3.Vervangdekoppeling.
4.Onvoldoendestroom4.Repareerofvervangdebedrading
5.Openingtussenrotor/armatuurte
groot.
1.Vervangdezekering.Controleerde
weerstandvandespoelen,ofdeaccu
isopgeladen,hetoplaadsysteemen
deaansluitingenvandebedradingen
vervangindiennodig.
2.Controleerdeweerstandvande
spoelen,ofdeaccuisopgeladen,het
oplaadsysteemendeaansluitingen
vandebedradingenvervang
onderdelenindiennodig.
vandekoppelingofhetelektrische
systeem.Reinigdecontactpuntenvan
deaansluitingen.
5.Verwijderhetopvulstukofvervangde
koppeling.
70

Schema's
Elektrischschema(Rev .A)
71
g037072

PrivacyverklaringEEA/VK
Toro'sgebruikvanuwpersoonlijkegegevens
TheT oroCompany(“Toro”)respecteertuwrechtopprivacy.Wanneeruonzeproductenkoopt,kunnenwebepaaldepersoonlijkeinformatieoveru
verzamelen,ofwelrechtstreeksviauofwelviauwplaatselijkT orobedrijfofdealer.Torogebruiktdezeinformatieomtevoldoenaancontractuele
verplichtingen–zoalshetregistrerenvanuwgarantie,hetbehandelenvanuwgarantieclaimofomcontactmetuoptenemeninhetgevalvan
terugroepacties–envoorlegitiemezakelijkedoeleinden–zoalsklanttevredenheidmeten,onzeproductenverbeterenofuproductinformatieverschaffen
dievanbelangkanzijn.Torokanuwinformatiedelenmetonzedochterondernemingen,verdelersofanderezakenpartnersinverbandmetdeze
activiteiten.Wekunnenookpersoonlijkeinformatievrijgevenvanrechtswegeofinverbandmetdeverkoop,aankoopoffusievaneenbedrijf.We
verkopenuwpersoonsgegevensnooitaananderebedrijvenvoormarketingdoeleinden.
Behoudvanuwpersoonlijkegegevens
Torobewaartuwpersoonlijkeinformatiezolangdezerelevantisvoordebovengenoemdedoeleindeneninovereenstemmingismetdewettelijke
vereisten.Gelievecontactoptenemenvialegal@toro.comvoormeerinformatieoverdebewaarperiodesdievantoepassingzijn.
Toro'sengagementinzakeveiligheid
UwpersoonlijkeinformatiekanbehandeldwordenindeVSofeenanderlanddatmogelijksoepeleredatabeschermingswettenheeftdanhetlandwaar
uverblijft.Indienweuwinformatieoverdragennaareenanderlanddanhetlandwaaruverblijft,nemenwijdewettelijkverplichtemaatregelenom
ervoortezorgendatdeinformatieopgepastewijzewordtbeschermdenveiligwordtbehandeld.
Toegangencorrectie
Uhebthetrechtomuwpersoonlijkegegevenstecorrigerenofteraadplegen,ofzichteverzettentegendeverwerkingvanuwgegevensofdezete
beperken.Omdezerechtenuitteoefenen,gelieveeene-mailtesturennaarlegal@toro.com.AlsuzichzorgenmaaktoverdemanierwaaropT orouw
informatieheeftbehandeld,vragenwijuomdezedirecttenaanzienvanonsteuiten.Europeseburgershebbenhetrechtomeenklachtintedienen
bijhungegevensbeschermingsautoriteit.
374-0282RevC