
FormNo.3433-828RevB
TimeCutter
®
MX4275Ten5075T
zitmaaier
Modelnr.:74690—Serienr.:400000000enhoger
Modelnr.:74694—Serienr.:400000000enhoger
Registreeruwproductopwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
*3433-828*

DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese
richtlijnen;zievoordetailsdeaparteproductspecieke
conformiteitsverklaring.
Bruto-ennettokoppel:Hetbruto-ennettokoppel
vandezemotorisdoordemotorfabrikantin
laboratoriumomstandighedengemetenvolgens
standaardJ1940ofJ2723vandeSocietyof
AutomotiveEngineers(SAE).Omdatbijde
conguratierekeningisgehoudenmetdeveiligheids-,
emissie-engebruiksvoorschriften,zaldemotorvan
dittypemaaiersindepraktijkveelminderkoppel
hebben.Raadpleegdemeegeleverdedocumentatie
vandemotorfabrikant.
Ganaarwww.Toro.comomdespecicatiesvanuw
typeteraadplegen.
Belangrijk:AlsueenmachinemeteenToro
motorgedurendeeenononderbrokenperiode
boven1.500mgebruikt,moetuervoorzorgen
datdesetvoorgrotehoogteisgemonteerd
zodatdemotorvoldoetaandeCARB-en
EPA-emissierichtlijnen.Desetvoorgrote
hoogtevergrootdemotorprestatiesenvoorkomt
vervuilingvandebougie,moeilijkstartenen
grotereemissies.Zodraudesethebtgemonteerd,
dientuhetlabelvoorgrotehoogteopde
machinetebevestigennaastdestickermethet
serienummer.Neemcontactopmeteenerkende
Toroservicedealeromdegeschiktesetvoor
grotehoogteenhetlabelvoorgrotehoogtevoor
uwmachineteverkrijgen.Omeendealerinuw
buurttevinden,kuntukijkenoponzewebsite
www.Toro.comofcontactopnemenmetonzeToro
CustomerCareDepartementophetnummerdat
isopgegevenindegarantieverklaringvoorhet
emissiecontrolesysteem.
Verwijderdesetvandemotorenzetdemotor
terugnaarzijnoriginelefabrieksinstellingalsu
demotorgebruiktonder1.500m.Gebruikgeen
motordiegeschiktisgemaaktvoorgebruikop
grotehoogteoplagerehoogtes;anderskande
motoroververhitrakenenwordenbeschadigd.
Indienunietzekerbentofuwmachinegeschikt
isgemaaktvoorgebruikopgrotehoogte,moetu
zoekennaarhetvolgendelabel.
Inleiding
Dezezitmaaiermetdraaiendemessenisbedoeld
voorgebruikdoorparticuliereninresidentiële
toepassingen.Demachineisvoornamelijkontworpen
voorhetmaaienvangrasopgoedonderhouden
gazons.Ditproductgebruikenvooranderedoeleinden
danhetbedoeldegebruikkangevaarlijkzijnvooru
ofvooromstanders.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet
hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruiken
enonderhoudenenomschadeaandemachineen
letseltevoorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhet
juisteenveiligegebruikvandemachine.
Ganaarwww.Toro.comvoordocumentatieover
productveiligheidenbedieningsinstructies,informatie
overaccessoires,hulpbijhetvindenvaneendealer
ofomuwproductteregistreren.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet
eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice
vanT oro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummeren
hetserienummervanhetproducttevermelden.De
locatievanhetplaatjemethetmodelnummeren
hetserienummervanhetproductisaangegevenop
Figuur1.Ukuntdenummersnotereninderuimte
hieronder.
Belangrijk:Ukuntmetuwmobielapparaatde
QR-codeophetplaatjemethetserienummer
(indienaanwezig)scannenomtoegangte
krijgentotdegarantie,onderdelenenandere
productinformatie.
©2020—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
Figuur2
decal127-9363
Figuur1
Onderdestoel
1.Plaatsvanmodelnummerenserienummer
Ukunthetmodelnummerenhetserienummernoteren
inderuimtehieronder:
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
g297763
GedruktindeVS

Modelnr.:
Serienr.:
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische
informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie
aandiebijzondereaandachtverdient.
Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Waarschuwingspictogram..................................4
Algemeneveiligheid...........................................4
Hellingsindicator................................................5
Veiligheids-eninstructiestickers........................6
Algemeenoverzichtvandemachine.......................10
Bedieningsorganen...........................................11
Voorgebruik........................................................12
Veiligheidsinstructiesvoorafgaandaanhet
werk..............................................................12
Voorhetstarten...............................................13
Brandstofveiligheid...........................................13
Brandstofbijvullen............................................14
Dagelijksonderhouduitvoeren.........................15
Eennieuwemachineinrijden............................15
Hetveiligheidssysteemgebruiken....................15
Bestuurdersstoelinstellen................................16
InstellenvandeMyRide™vering.....................16
Rijhendelsafstellen..........................................16
Zijuitworpgebruiken.........................................17
Tijdensgebruik....................................................19
Veiligheidtijdenshetwerk.................................19
Demesschakelaar(aftakas)bedienen..............22
Degashendelbedienen....................................22
Dechokebedienen...........................................22
Startenvandemotor........................................23
Demotorafzetten.............................................23
Derijhendelsgebruiken....................................24
Metdemachinerijden.......................................24
HetSmartSpeed
gebruiken......................................................25
Zijafvoergebruiken...........................................26
Demaaihoogteinstellen...................................26
Antiscalpeerrollenafstellen...............................27
Tipsvoorbedieningengebruik.........................27
Nagebruik...........................................................28
Veiligheidnahetwerk.......................................28
Machinemetdehandduwen............................30
Onderhoud..............................................................32
Aanbevolenonderhoudsschema.........................32
Veiligheidbijonderhoud....................................32
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud...........34
TM
besturingssysteem
Deafdekkingvanhetmaaidek
losmaken......................................................34
Smering...............................................................34
Delagerssmeren.............................................34
Onderhoudmotor................................................35
Veiligheidvandemotor.....................................35
Onderhoudvanhetluchtlter............................35
Motorolieverversen..........................................37
Onderhoudvandebougie................................39
Hetkoelsysteemreinigen.................................40
Onderhoudbrandstofsysteem.............................40
Brandstofltervandeslangvervangen.............40
Onderhoudelektrischsysteem............................41
Veiligheidvanhetelektrischsysteem................41
Onderhoudvandeaccu....................................41
Onderhoudaandrijfsysteem................................43
Bandenspanningcontroleren............................43
Elektrischeremvrijzetten.................................43
Desporingafstellen..........................................43
Onderhoudriemen..............................................44
Riemencontroleren..........................................44
Drijfriemvanmaaidekvervangen.....................44
Onderhoudvandemaaimachine..........................46
Veiligheidvandemessen.................................46
Onderhoudvandemaaimessen.......................46
Maaidekhorizontaalstellen..............................48
Maaidekverwijderen.........................................51
Hetmaaidekmonteren.....................................52
Grasgeleidervervangen...................................53
Reiniging.............................................................54
Deonderkantvanhetmaaidekreinigen............54
Afvalafvoeren..................................................54
Stalling....................................................................55
Veiligheidtijdensopslag...................................55
Reinigenenopslaan.........................................55
Opslagvandeaccu..........................................56
Problemen,oorzaakenremedie.............................57
Schema's................................................................59
3

Veiligheid
Dezemachineisontworpenvolgensnorm
ENISO5395:2013.
Waarschuwingspictogram
Algemeneveiligheid
Dezemachinekanhandenofvoetenafsnijdenen
voorwerpenuitwerpen.T oroheeftdezemaaier
ontworpenomonderredelijkeomstandigheden
veiligtewerken,hetnietopvolgenvande
veiligheidsaanwijzingenkanechterleidentotletsel
ofdedood.
Ditwaarschuwingspictogram(Figuur3)wordtzowel
indezehandleidingalsopdemachinegebruiktom
belangrijkeveiligheidsinformatieaantegeven.Deze
informatiemoetwordenopgevolgdomongelukken
tevoorkomen.
Ditpictogrambetekent:ATTENTIE!PASOP!HET
GAATOMUWVEILIIGHEID!
Figuur3
Waarschuwingspictogram
Ditpictogramstaatboveninformatiedieuwaarschuwt
overonveiligehandelingenofsituaties,enwordt
gevolgddoorhetwoordGEV AAR,WAARSCHUWING
ofVOORZICHTIG.
GEVAAR:eendirectgevaarlijkesituatiedie,alsdeze
nietwordtvoorkomen,altijdzalleidentotdedood
ofernstigletsel.
WAARSCHUWING:eenmogelijkgevaarlijkesituatie
die,alsdezenietwordtvoorkomen,kanleidentot
lichtofernstigletsel.
WAARSCHUWING:eenmogelijkgevaarlijkesituatie
die,alsdezenietwordtvoorkomen,kanleidentot
lichtofmiddelmatigletsel.
Erwordenindezehandleidingnogtweewoorden
gebruiktomuwaandachtopbijzondereinformatie
tevestigen.Belangrijkattendeertuopbijzondere
technischeinformatieenOpmerkingduidtalgemene
informatieaandiebijzondereaandachtverdient.
•Leesdeaanwijzingenenwaarschuwingen
metbetrekkingtotdemachine,motoren
hulpstukkenindegebruikershandleidingen
anderinstructiemateriaal,zorgdatuzebegrijpt,
envolgzeop.Allebestuurdersenmonteurs
moeteninstructieshebbenontvangen.Alsde
bestuurder(s)ofmonteur(s)dezehandleiding
nietkan/kunnenlezendanisdeeigenaar
verantwoordelijkvoorhetuitleggenvandeinhoud
daarvanaanhen.Dehandleidingismogelijk
beschikbaarinanderetalenoponzewebsite.
g000502
•Dezemachinemagalleenwordenbedienddoor
geïnstrueerde,verantwoordelijkebestuurders,
diedaartoefysiekinstaatzijnenbekendzijn
metdeveiligewerking,bedieningsorganen,
veiligheidspictogrammenengebruiksaanwijzing.
Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangen,demachinenooitgebruikenof
onderhoudswerkzaamhedendaaraanverrichten.
Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisen
stellenaandeleeftijdvandegenediemetde
machinewerkt.
•Gebruikdemachinenietindebuurtvanranden,
sloten,taluds,ofanderegevaren,ofophellingen
steilerdan15graden.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
bewegendeonderdelenvandemachine.
•Gebruikdemachinenooitmetbeschadigde
afschermingen,schermenendeksels.Verzeker
datdeveiligheidsafschermingen,schakelaars
enanderevoorzieningenaanwezigzijnenjuist
werken.
•Stopdemachine,schakeldemotoruit
enverwijderhetsleuteltjevoordatu
onderhoudswerkzaamhedenuitvoertaan
demachine,brandstofbijvultofverstoppingen
verwijdert.
4

Hellingsindicator
Figuur4
Umagdezepaginakopiërenvoorpersoonlijkgebruik.
1.Demaximalehellingshoekwaarbijudemachinemaggebruikenis15graden.Gebruikhethellingsschemaomdehellingshoek
tebepalenvoordatudemachinebedient.Gebruikdemachinenietophellingenvanmeerdan15graden.Langsde
betreffendelijnvandeaanbevolenhellingshoekvouwen.
2.Lijndezeranduitmeteenverticaaloppervlak,bijvoorbeeldeenboom,gebouwofhek.
3.Voorbeeldvanhetvergelijkenvandehellingshoekmetdegevouwenrand
5
g011841

Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen
bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen
stickers.
Sticker99-3943isuitsluitendvoormodellenmet
maaidekkenvan127cm.
decalbatterysymbols
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu.
1.Risicovanexplosie6.Houdomstandersuitde
2.Nietroken.Geenopen
vuurofvonken
3.Risicovanbijtende
vloeistof/chemische
brandwonden
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde
Gebruikershandleiding.
buurtvandeaccu.
7.Draagoogbescherming;
explosievegassenkunnen
blindheidenanderletsel
veroorzaken.
8.Accuzuurkanblindheid
ofernstigebrandwonden
veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater
spoelenensnelarts
raadplegen.
10.Bevatlood;niet
weggooien
Merktekenvanfabrikant
1.Ditmerktekengeeftaandathetmesonderdeelvaneen
origineleToromaaimachineis.
decal99-3943
99-3943
1.Geleidingvandrijfriem
2.Motor
Sticker105-7015isuitsluitendvoormodellenmet
maaidekkenvan107cm.
decaloemmarkt
93-7009
1.Waarschuwing–Gebruikdemaaimachinenietalsde
grasgeleideromhooggeklaptofverwijderdis;zorgervoor
datdegrasgeleiderisgemonteerd.
2.Handenofvoetenkunnenwordengesneden/geamputeerd,
maaimes–Blijfuitdebuurtvanbewegendeonderdelen.
decal93-7009
decal105-7015
105-7015
1.Geleidingvandrijfriem
6

Sticker112-9840isuitsluitendvoormodellenmet
maaidekkenvan127cm.
1.Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Maaihoogte
112-9840
121-2989
3.Verwijderhetsleuteltje
uithetcontactenlees
deinstructiesvoordatu
service-ofonderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
decal121-2989b
decal112-9840
1.Aftapplug
1.Demachinekan
voorwerpenuitwerpen
–Houdomstandersuitde
buurtvandemachine.
2.Demaaierkanvoorwerpen
uitwerpen,geopende
uitwerpplaat–Gebruik
demachinenietmeteen
openmaaidek;gebruik
eengrasvangerofeen
uitwerpplaat.
decal131-1097
131-1097
decal132-0872
132-0872
3.Handenofvoetenkunnen
wordengesneden–Blijfuit
debuurtvanbewegende
onderdelen.
4.Risicoomgegrepente
worden–Blijfuitdebuurt
vanbewegendedelenen
houdallebeschermende
delenophunplaats.
1.Omloophendel,hendelin
duwstand
2.Omloophendel,hendelin
gebruiksstand
7
1.Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Parkeerdemachine
opeenhorizontaal
oppervlakwanneeru
debrandstoftankvult.
decal138-2456
138-2456
3.Detankniettevolvullen.

decal139-2395
139-2395
1.Parkeerrem4.Neutraalstand
2.Snel
5.Achteruit
3.Langzaam6.Tractiebediening
decal139-2388
139-2388
1.Langzaam
3.Snel
2.Vervoeren
decal139-2391
139-2391
1.Snel
2.Langzaam
140-2748
decal140-2748
1.Tractiebediening4.Neutraalstand
2.Snel
3.Langzaam6.Parkeerrem
decal139-2394
139-2394
5.Achteruit
8

132-0869
Opmerking:Dezemachinevoldoetaandetestsdiedestatischebreedte-enlengtestabiliteitmetenendiestandaardzijninde
sector.Demaximaleaanbevolenhellingshoekwordtvermeldopdesticker.Raadpleegdeinstructiesvoorgebruikvandemachineop
hellingenindeGebruikershandleidingendeomstandighedenwaarinudemachinezougebruikenomnategaanofudemachine
opeenbepaaldedagenophetterreininkwestiekuntgebruiken.Veranderingeninhetterreinkunnentotgevolghebbendatde
machineandersreageertophellingen.
decal132-0869
1.Waarschuwing–Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Waarschuwing–Lees
deGebruikershandleiding
voordatuonderhoudswerkzaamhedenuitvoert;stel
deparkeerreminwerking,
verwijderhetsleuteltjeen
koppeldebougieaf.
3.Handenkunnenworden
gesneden/geamputeerd,
maaimes;risicoom
gegrepenteworden,
riem–Blijfuitdebuurtvan
bewegendedelen;houd
allebeschermendedelen
ophunplaats.
4.Machinekanvoorwerpen
uitwerpen–Houd
omstandersuitdebuurt;
raapafvalopvoordat
udemachinebegintte
gebruiken;zorgervoordat
degrasgeleideropzijn
plaatszit.
5.Kantelgevaar–Gebruik
geendubbeleoprijplaat
bijhetladenopeen
aanhanger;gebruikéén
enkeleoprijplaatdiebreed
genoegisvoordemachine
endieeenhellingshoek
heeftvanminderdan15°;
rijachteruitdeoprijplaatop
enrijvooruitdeoprijplaat
af.
6.Gevaaromoverredente
worden–Vervoergeen
passagiers;kijkachterom
alsuachteruitrijdt.
7.Kantelgevaar–Gebruik
demachinenietinde
buurtvansteilehellingen
ofhellingenvanmeerdan
15°;gebruikdemachine
enkelophellingenvan
minderdan15°.
9

Algemeenoverzicht
vandemachine
Figuur5
1.Motor4.Rijhendels
2.Bestuurdersstoel5.Voorstezwenkwiel8.Maaihoogtehendel11.Bedieningspaneel
3.Dopvanbrandstoftank6.SmartSpeed™hendel9.Grasgeleider
7.Maaidekpedaal(alleenvoor
machinesmetmaaidekken
van127cm)
10
g292025
10.Achteraandrijfwiel
12.MyRide™instelhendel

Bedieningsorganen
Parkeerstand
Zorgdatuvertrouwdbentmetallebedieningsorganen
voordatudemotorstartendemachinegebruikt.
Bedieningspaneel
Figuur6
1.Gashendel3.Aftakasschakelaar
2.Chokeknop4.Contactschakelaar
Zetderijhendelsvanuithetmiddennaarbuiteninde
PARKEERSTANDenverlaatdemachine(Figuur23).
ZetderijhendelsaltijdindePARKEERST ANDalsude
machinestoptofonbeheerdachterlaat.
MyRide™instelhendel
GebruikdeMyRide™instelhendelomdestoelvering
aftestellen(Figuur5).
SmartSpeed™bedieningssys-
teem
DehendelvanhetSmartSpeed™systeembevindt
zichonderdebestuurdersstoelengeeftudekeuzeuit
driesnelheidsbereiken:trimmen,slepenenmaaien
(Figuur5).
g293303
Brandstofvenstertje
Methetbrandstofvenstertjeaandelinkerkantvande
machinekuntunagaanoferzichbrandstofindetank
bevindt(Figuur7).
Contactschakelaar
Decontactschakelaar,waarmeeudemotorstarten
afzet,heeft3standen:UIT,LOPENenSTART(Figuur
6).ZieStartenvandemotor(bladz.23).
Gashendel
Degashendelregelthetmotortoerentalenzorgtvoor
eencontinuverstelbareregelingvanLANGZAAMtot
SNEL(Figuur6).
Chokeknop
Gebruikdechokeknopomeenkoudemotortestarten
(Figuur6).
Maaimesschakelaar(aftakas,PTO)
Metdemaaimesschakelaar,aangeduidmethet
aftakassymbool(PTO),schakeltudeaandrijvingnaar
demaaimessenaanofuit(Figuur6).
g292100
Figuur7
1.Brandstofvenstertje
Rijhendels
Derijhendelswordengebruiktomdemotorvooruiten
achteruittelatenrijdenenombochtennaarlinksof
naarrechtstemaken(Figuur5).
11

Maaihoogtehendel
Metdemaaihoogtehendelkuntuhetmaaidek
opheffenenneerlatenvanuitdebestuurdersstoel.
Alsudehendelomhoogzet,naarutoe,wordt
hetmaaidekopgehevenvandegrondenalsude
hendelomlaagzet,wegvanu,wordthetmaaidek
neergelaten.Demaaihoogtemaguitsluitendworden
ingesteldalsdemachinestilstaat(Figuur27).
Gebruiksaanwijzing
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande
machine.
Voorgebruik
Maaidekhefsysteemmet
voetpedaal
Alleenvoormachinesmetmaaidekkenvan127cm
Methetvoetbediendemaaidekhefsysteemkande
gebruikerhetmaaidekomhoogenomlaagbrengen
vanuitdebestuurdersstoel.Ukunthetvoetpedaal
gebruikenomhetmaaidekkortomhoogtebrengen
omobstakelstevermijden(Figuur5).
Werktuigen/accessoires
EenselectievandoorT orogoedgekeurdewerktuigen
enaccessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetde
machineomdemogelijkhedendaarvanteverbeteren
enuittebreiden.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealerofeenerkendeT orodistributeur,
ofbezoekwww.Toro.comvooreenlijstvanalle
goedgekeurdewerktuigenenaccessoires.
Omdebesteprestatiesteverkrijgenenerzeker
vantezijndatdemachinealtijdveiligkanworden
gebruikt,moetutervervanginguitsluitendoriginele
Toroonderdelenenaccessoiresgebruiken.Gebruik
tervervangingnooitonderdelenenaccessoiresvan
anderefabrikanten,omdatditgevaarlijkkanzijn.Dit
kanertoeleidendatdegarantieophetproductkomt
tevervallen.
Veiligheidsinstructies
voorafgaandaanhetwerk
•Inspecteerhetterreinomvasttestellenwelke
accessoiresenwerktuigennodigzijnomgoeden
veiligtewerken.Gebruikalleenaccessoiresen
hulpstukkendiegoedgekeurdzijndoorToro.
•Controleerhetgebiedwaardemachinewordt
ingezetenverwijderallestenen,speelgoed,
stokken,takken,draden,bottenenandere
materialen.Dezekunnenwordenweggeworpen
ofdewerkingvandemachinestoren,enkunnen
leidentotletselvandegebruikerofomstanders.
•Draaggeschiktepersoonlijkebeschermingsmid-
delenzoalseenveiligheidsbril,stevige,stroeve
schoenenengehoorbescherming.Draaglang
haarnietlosendraaggeenloszittendekledingof
sieradendieaangegrepenkunnenwordendoor
bewegendedelen.
VOORZICHTIG
Dezemachinesteltdegebruikerblootaan
geluidsniveausvanmeerdan85dBA.Bij
langdurigeblootstellingkanditleidentot
gehoorbeschadiging.
Draaggehoorbeschermingalsudeze
machinegebruikt.
•Controleerdeaanwezigheidendegoede
werkingvandedetectievandeaanwezigheid
vandebestuurder,veiligheidsschakelaarsen
afschermingenGebruikdemachinenietindien
dezenietgoedfunctioneren.
•Gebruikdemaaiernietindienermensen,speciek
kinderen,ofhuisdierenindebuurtzijn.Stopde
machineenhetwerktuigindieniemandindebuurt
komt.
•Gebruikdemachinenietzonderdathetgehele
grasopvangsysteem,degrasgeleider,enandere
veiligheidsvoorzieningenaanwezigzijnengoed
werken.Deonderdelenvandegrasvangerkunnen
slijtenofbeschadigdraken,waardoorbewegende
delenzichtbaarwordenofvoorwerpenkunnen
wordenuitgeworpen.Controleerregelmatigof
eronderdelenversletenzijnofhuntoestand
achteruitisgegaanenvervangdezeindiennodig
12

dooronderdelendiedoordefabrikantworden
aanbevolen.
Voorhetstarten
GEVAAR
Onderbepaaldeomstandighedenisbenzine
uiterstontvlambaarenzijndedampen
explosief.
Vuldebrandstoftankterwijldemachineopeen
horizontaaloppervlakstaat.ZieAanbevolen
brandstofindeSpecicatiesvoorinformatieoverde
benodigdebenzine.
Mengnooitoliedoorbenzine.
Gietdebrandstoftankniettevol.Vuldetanktot
aandeonderkantvandevulbuis.Deruimteindetank
geeftbenzinedekansomuittezetten.Alsdetankte
volwordtgevuld,kanditleidentotbrandstoekkage
ofschadeaandemotorofhetemissiesysteem.
Zorgdatubekendbentmetdebedieningsorganen,
hunplaats,functieenveiligheidsvereisten.
ZiehethoofdstukOnderhoudenvoerallevereiste
inspectiesenonderhouduit.
Brandstofveiligheid
Gabijzondervoorzichtigommetbrandstof.
Brandofexplosiekanbrandwondenbiju
ofanderenenschadeaaneigendommen
veroorzaken.
•Vuldebrandstoftankopeenhorizontaal
oppervlakindeopenluchtwanneer
demotorkoudis.Eventueelgemorste
benzineopnemen.
•Umagdebrandstoftanknooitbinnenshuis
ofingeslotenaanhangwagenvullenof
aftappen.
•Vuldebrandstoftankniethelemaalvol.
Vuldetanktotaandeonderkantvan
devulbuis.Deruimteindetankgeeft
benzinedekansomuittezetten.Alsde
tanktevolwordtgevuld,kanditleidentot
brandstoekkageofschadeaandemotor
ofhetemissiesysteem.
•Rooknooitwanneerumetbenzinebezig
bent,enhouddebrandstofwegvanopen
vuurofvonken.
•Bewaarbenzineineengoedgekeurdvatof
blikenbuitenbereikvankinderen.
•Vulbrandstofbijvoordatudemotorstart.
Verwijderdedopvandebrandstoftank
nooitenvuldetanknooitbijalsdemotor
looptofheetis.
•Alsubrandstofmorst,startdemotordan
niet.Verlaatdemorsplekenvoorkom
alleontstekingsbronnentotdatde
brandstofdampenvolledigzijnverdwenen.
•Gebruikhetvoertuiguitsluitendalshet
completeuitlaatsysteemisgemonteerden
naarbehorenwerkt.
13

GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenkantijdens
hettankenstatischeelektriciteitworden
ontladenwaardoorvonkenontstaandie
benzinedampentotontbrandingkunnen
brengen.Brandofexplosievanbenzine
kanbrandwondenofmateriëleschade
veroorzaken.
•Zetbenzinevatenaltijdopdegrondenuit
debuurtvanhetvoertuigalvorensdetank
bijtevullen.
•Benzinevatennietineenvrachtwagen
ofaanhangervullen,omdatbekledingof
kunststofbeplatinghetvatkanisoleren,
waardoordeafvoervanstatischelading
wordtbemoeilijkt.
•Alshetpraktischmogelijkis,kuntuhet
besteeenmachinemeteenbenzinemotor
eerstvandevrachtwagenofaanhanger
halenenbijtankenalsdemachinemetde
wielenopdegrondstaat.
•Alsditnietmogelijkis,verdienthetde
voorkeurdergelijkemachinesopeentruck
ofaanhangerbijtevullenuiteendraagbaar
vat,nietmetbehulpvaneenvulpistoolvan
eenpomp.
•Alsueenvulpistoolmoetgebruiken,dient
udevulpijpvoortdurendincontactmetde
randvandebrandstoftankofdeopening
vanhetvattehouden,totdatuklaarbent
metbijvullen.Gebruikgeenvergrendeling
vanhetvulpistool.
•Voorkomdeopbouwopenronddemotorvan
gras,bladeren,overmatigvetofolie,enandere
vervuilingdiezichhierkanopbouwen.
•Verwijdergemorsteolieenbrandstofenmet
brandstofdoortrokkenrommel.
•Laatdemachineafkoelenvoordatudemachine
binnenstalt.Staldemachinenietindebuurt
vanopenvuurofeengeslotenruimtemet
waakvlammenofverwarmingsapparatuur.
Brandstofbijvullen
Aanbevolenbrandstof
•Gebruikvoordebesteresultatenuitsluitend
schone,verse(minderdan30dagenoud),
loodvrijebenzinemeteenoctaangetalvan87of
hoger(indelingsmethode(R+M)/2).
•Ethanol:benzinemetmaximaal10vol.%ethanol
of15vol.%MTBE(methyltertiairebutylether)is
geschikt.EthanolenMTBEzijnverschillende
stoffen.Benzinemet15%ethanol(E15)per
volumeisnietgoedgekeurdvoorgebruik.Gebruik
nooitbenzinediemeerdan10%ethanolper
volumebevat,zoalsE15(bevat15%ethanol),
E20(bevat20%ethanol),ofE85(bevattot85%
ethanol).Hetgebruikvanniet-goedgekeurde
benzinekanleidentotverminderdeprestaties
en/ofmotorschadediemogelijknietgedektwordt
doordegarantie.
•Geenbenzinegebruikendiemethanolbevat.
•Tijdensdewintergeenbrandstofbewaren
indebrandstoftankofinvaten,tenzijueen
brandstofstabilisatorgebruikt.
WAARSCHUWING
Benzineisschadelijkofdodelijkbijinname.
Langdurigeblootstellingaandampenheeft
bijlaboratoriumdierenkankerveroorzaakt.
Onvoorzichtigheidkanleidentoternstigletsel
enziekte.
•Voorkomdatudampenlangetijdinademt.
•Houduwgezichtuitdebuurtvaneen
vulpijpendeopeningvaneentankofeen
blik.
•Houdzeuitdebuurtvanogenenhuid.
•Probeerbrandstofnooitmetuwmondover
tehevelen.
Voorkomenvanbrandgevaar:
•Mengnooitoliedoorbenzine.
Gebruikvanstabilizer/conditioner
Gebruikstabilizer/conditionerindemachineom
debrandstoflangerverstehouden;volgde
aanbevelingenvandefabrikantvandestabilizerop.
Belangrijk:Gebruiknooitbrandstofadditieven
diemethanolofethanolbevatten.
Voegdehoeveelheidstabilizer/conditionertoeaan
deversebrandstofvolgensdevoorschriftenvande
fabrikantvandestabilizer.
14

Brandstoftankvullen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
2.ZetderijhendelsinPARKEER.
3.Zetdemotorafenverwijderhetsleuteltje.
4.Reinighetgebiedronddedopvande
brandstoftank.
5.Vuldetanktotaandeonderkantvandevulbuis
(Figuur8).
Opmerking:Vuldebrandstoftankniet
helemaalvol.Ditgeeftdebrandstofindetank
ruimteomuittezetten.
tot50bedrijfsurennodigheeftomvolvermogente
ontwikkelenvoordebesteprestaties.
Hetveiligheidssysteem
gebruiken
WAARSCHUWING
Niet-aangeslotenofbeschadigde
interlockschakelaarskunnenonverwachte
gevolgenhebbenopdewerkingvan
demachine.Ditkanlichamelijkletsel
veroorzaken.
•Laatdeinterlockschakelaarsongemoeid.
•Controleerelkedagdewerkingvan
deinterlockschakelaarsenvervang
beschadigdeschakelaarsvoordatude
machineweeringebruikneemt.
Werkingvanhetveiligheidssys-
Figuur8
Dagelijksonderhoud
uitvoeren
Voerelkedag,voordatudemachinestart,de
dagelijkseproceduresuitbeschreveninOnderhoud
(bladz.32).
Eennieuwemachine
inrijden
Eennieuwemotorheefttijdnodigomvolvermogen
teontwikkelen.Maai-eenhedenenaandrijfsystemen
hebbenmeerwrijvingalszijnieuwzijn,waardoor
demotorextrawordtbelast.Houderrekeningmee
dateennieuwemachineeeninrijperiodevan40
teem
Hetveiligheidssysteemisbedoeldomstartenvande
motoralleenmogelijktemakenwanneer:
•demesschakelaar(aftakas)isuitgeschakeld;
•DerijhendelsstaaninPARKEER.
Hetveiligheidssysteemzorgtookdatdemotorwordt
gestoptwanneerderijhendelsnietinPARKEERstaan
enudebestuurdersstoelverlaat.
g293796
Hetveiligheidssysteemtesten
Controleerdewerkingvanhetveiligheidssysteem
telkensvoordatudemachineingebruikneemt.Als
hetveiligheidssysteemnietwerktzoalshieronder
wordtbeschreven,moetuhetdirectlatenrepareren
dooreenerkendeservicedealer.
1.Neemplaatsopdebestuurdersstoel,zetde
rijhendelsindePARKEERST ANDenzetde
messchakelaarAAN.Probeerdemotorte
starten;demotormagnunietgaandraaien.
2.Blijfzittenopdebestuurdersstoelenschakelde
messchakelaarindeUIT-stand.Zetéénvan
derijhendelsindemiddelste,onvergrendelde
stand.Probeerdemotortestarten;demotor
magnunietgaandraaien.Beweegnude
andererijhendel.
3.Blijfzittenopdebestuurdersstoel,zetde
messchakelaarUITenzetderijhendelsvastin
dePARKEERST AND.Startdemotor.Alsdemotor
loopt,schakeltudemesschakelaarinenkomtu
15

ietsovereinduitdebestuurdersstoel;demotor
moetstoppen.
4.Blijfzittenopdebestuurdersstoel,zetde
messchakelaarUITenzetderijhendelsvast
indePARKEERSTAND.Startdemotor.Als
demotorloopt,moetuderijhendelsinde
middelste,onvergrendeldestandzettenende
messchakelaarinschakelen.Komdaniets
overeinduitdebestuurdersstoel;demotormoet
stoppen.
Bestuurdersstoelinstellen
Ukuntdestoelnaarvorenennaarachteren
verschuiven.Destandvandestoelmoetzozijn
datudemachinehetbestkuntbedienenendatu
comfortabelzit(Figuur9).
3.Stapafdemachine.
4.Terwijluaanderechterkantvandemachine
staat,beweegtudeinstelhendelnaarlinksinde
richtingvanhet‘–’-symboolomdestoelvering
teverlagen.
Beweegdeinstelhendelnaarrechtsinde
richtingvanhet‘+’-symboolomdestoelvering
teverhogen.
g292102
Figuur10
Figuur9
InstellenvandeMyRide™
vering
UkuntdeMyRide™veringnaaruwvoorkeurinstellen
zodatuprettigencomfortabelkuntrijden.Stelde
veringinzodatdievooruhetmeestcomfortabelis.
Desleuvenvoordeaafstellingvandeveringhebben
inklikpuntenomdeinstellingaantegeven.
Deonderstaandetekeningtoontdepositiesvooreen
hardeofzachteveringinstelling,endebijbehorende
inklikpuntenFiguur10
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenzetde
rijhendelsnaarbuitenindePARKEERSTAND.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
1.MyRideinstelhendel
2.Stoelveringverlagen
3.Stoelveringverhogen
Rijhendelsafstellen
g027632
Dehoogteinstellen
Ukuntderijhendelshogeroflagerafstellen,voor
meercomfort(Figuur11).
g027252
Figuur11
Hoekvanrijhendelsverstellen
Ukuntdehoekvanderijhendelsnaarvorenof
achterenafstellen,voormeercomfort.
16

1.Verwijderdebovensteboutwaarmeede
rijhendelisbevestigdaandeschachtvande
bedieningsarm.
2.Draaideondersteboutlostotdatuderijhendels
naarvorenofnaarachterenkuntbewegen
(Figuur1 1).
3.Draaidemoerenaanomderijhendelvastte
zettenindenieuwestand.
4.Stelvervolgensookdeandererijhendelaf.
Zijuitworpgebruiken
Hetmaaidekendemaaimessendiewordengeleverd
metdemachinezijnontworpenomoptimalemulchenzijuitworpprestatiesteleveren.
Monteerhetbevestigingsmateriaalvandezakmet
losseonderdelenindelegeopeningennadatude
recyclerschottenhebtverwijderd.Hierdoorvoorkomt
udateropeningennietafgedektzijnwanneeruhet
maaidekgebruikt.
WAARSCHUWING
Hetmaaidekkanvoorwerpenuitwerpenuit
niet-afgedichteopeningen,waardooruen
anderenletselkunnenoplopen.
•Gebruikdemachinenooitzonderdatalle
openingeninhetmaaikastzijnafgedicht
metboutenenmoeren.
•Zorgervoordaterboutenenmoerenzijn
gemonteerdindemontageopeningenals
demulchplaatisverwijderd.
Machinesmeteenmaaidekvan
107cm
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenzetde
rijhendelsnaarbuitenindePARKEERSTAND.
g296990
Figuur12
1.Borgmoer–5/16"(4)3.Schot
2.Slotbout–5/16"x¾"(2)4.Gelastepen(2)
5.Verwijderde2slotboutenen2borgmoeren
waarmeehetschotbevestigdisaanhetmaaidek
enverwijderhetschot(Figuur12)
6.Zoekde2boutenindelosseonderdelenen
gebruikdeaanwezigeborgmoerenomde
bevestigingentemonterenindeopeningendie
wordengebruiktvoordegelastepennen(Figuur
12).Ditvoorkomtrondvliegendevoorwerpen.
Opmerking:Monteerdeboutnaarboven
wijzenddoordeonderkantvanhetmaaideken
gebruikeenbestaandeborgmoeromlangsde
bovenkantteborgen.
7.Monteerhetmaaidek;zieHetmaaidekmonteren
(bladz.52).
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderhetmaaidek;zieMaaidekverwijderen
(bladz.51).
4.Verwijderde2borgmoeren(5/16")vande
gelastepennenvanhetschot(Figuur12).
Machinesmeteenmaaidekvan
127cm
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak,schakeldeaftakasuitenzetde
rijhendelsnaarbuitenindePARKEERSTAND.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltje
enwachttotdatallebewegendeonderdelen
totstilstandzijngekomenvoordatude
bestuurderspositieverlaat.
3.Verwijderhetmaaidek;zieMaaidekverwijderen
(bladz.51).
17

4.Verwijderde3borgmoeren(5/16")vande
gelastepennenvanhetrechterschot(Figuur
13).
g297021
Figuur14
Figuur13
1.Borgmoer–5/16"(4)3.Slotbout–5/16"x¾"
2.Rechterschot
4.Gelastepen(3)
5.Verwijderde2slotboutenen2borgmoeren
waarmeehetrechterschotbevestigdisaanhet
maaidekenverwijderhetschot(Figuur13).
6.Zoekde3boutenindelosseonderdelenen
gebruikdeaanwezigeborgmoerenenmonteer
debevestigingenindeopeningendieworden
gebruiktvoordegelastepennen(Figuur13).Dit
voorkomtrondvliegendevoorwerpen.
Opmerking:Monteerdeboutnaarboven
wijzenddoordeonderkantvanhetmaaideken
gebruikeenbestaandeborgmoeromlangsde
bovenkantteborgen.
7.Verwijderde2borgmoeren(5/16")vande
gelastepennenvanhetlinkerschot(Figuur14).
1.Borgmoer–5/16"(3)3.Gelastepen(2)
2.Linkerschot
g297022
4.Slotbout–5/16"x¾"
8.Verwijderdeslotboutenborgmoerwaarmeehet
linkerschotbevestigdisaanhetmaaideken
verwijderhetschot(Figuur14).
9.Zoekde2boutenindelosseonderdelenen
gebruikdeaanwezigeborgmoerenomde
bevestigingenindeopeningentemonteren;
zieFiguur14.Ditvoorkomtrondvliegende
voorwerpen.
Opmerking:Monteerdeboutnaarboven
wijzenddoordeonderkantvanhetmaaideken
gebruikeenbestaandeborgmoeromlangsde
bovenkantteborgen.
10.Verwijderdemoervandestangvande
grasgeleideronderhetmaaidek(Figuur15).
18