Toro 71253 Operator's Manual [nl]

FormNo.3363-507RevA
WheelHorseXL440H gazontractor
Modelnr.:71253—Serienr.:310000001enhoger
Omuwproductteregistrerenofomeengebruikershandleidingofonderdelencatalogustedownloaden,gaatu naarwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijke
tekst(NL)
Inleiding
opeengevaarlijkesituatiediezwaarlichamelijk letselofdedoodtotgevolgkanhebbenwanneerde veiligheidsvoorschriftennietinachtwordengenomen.
Dezemaaitractormetdraaiendemessenisbedoeld voorgebruikdoorparticulieren.Demachineis voornamelijkontworpenvoorhetmaaienvangras opgoedonderhoudenparticulieregazons.De machineisnietontworpenvoorhetmaaienvan borsteliggrasofvoorgebruikindelandbouw.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruikenen onderhoudenenomschadeaandemachineenletselte voorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhetjuisteen veiligegebruikvandemachine.
UkuntrechtstreekscontactopnemenmetTorovia www.T oro.comvoorinformatieoverproductenen accessoires,omeendealertevindenofomuwproduct teregistreren.
Alsuservice,origineleToro-onderdelenofaanvullende informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice vanToroUdienthierbijaltijdhetmodelnummeren hetserienummervanhetproducttevermelden.De locatievanhetplaatjemethetmodelnummerenhet serienummervanhetproductisaangegevenopFiguur1. Ukuntdenummersnotereninderuimtehieronder.
Figuur1
1.Plaatsvanmodelnummerenserienummer
Modelnr.:
Serienr.:
Dezehandleidingnoemteenaantalmogelijkegevaren enbevateenaantalveiligheidsberichten(Figuur2) metdevolgendeveiligheidssymbolen,dieduiden
Figuur2
1.Veiligheidssymbool
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen. Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie aandiebijzondereaandachtverdient.
Inhoud
Inleiding.......................................................................2
Veiligheid.....................................................................3
Instructiesvoorveiligebedieningvan
(rijdende)maaimachinesmetzittende
bestuurder........................................................3
VeiligebedieningToro-zitmaaiers.........................5
Geluidsdruk.........................................................5
Geluidsniveau.......................................................5
Trilling.................................................................5
Hellingsindicator..................................................6
Veiligheids-eninstructiestickers...........................7
Algemeenoverzichtvandemachine..............................9
Bedieningsorganen...............................................9
Specicaties........................................................10
Gebruiksaanwijzing....................................................10
BenzineenOlie..................................................10
Parkeerremgebruiken.........................................11
Bestuurdersstoelinstellen...................................12
Gebruikvandekoplampen.................................12
Bedieningvandeaftakas.....................................12
Demaaihoogteinstellen.....................................12
Motorstarten.....................................................12
Motorafzetten...................................................13
Hetveiligheidssysteemgebruiken.......................13
Veiligheidssysteemtesten....................................14
Detractormetdehandduwen............................15
Vooruitenachteruitrijden...................................15
Detractorstoppen.............................................15
Tipsvoorbedieningengebruik...........................16
Onderhoud................................................................17
Aanbevolenonderhoudsschema.............................17
Smering..................................................................18
Tractorsmeren...................................................18
Onderhoudmotor..................................................18
©2009—TheToro®Company 8111LyndaleAvenueSouth Bloomington,MN55420
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS
Motorolieverversen/oliepeilcontroleren............18
Onderhoudvanhetluchtlter.............................20
Onderhoudvandebougie..................................21
Onderhoudbrandstofsysteem................................22
Brandstofaftappenuitdebrandstoftank.............22
Brandstofltervervangen...................................22
Onderhoudelektrischsysteem................................23
Onderhoudvandeaccu......................................23
Onderhoudvandezekering................................25
Onderhoudaandrijfsysteem....................................25
Transaxle-vloeistofcontroleren..........................25
Onderhoudkoelsysteem.........................................26
Hetkoelsysteemreinigen....................................26
Onderhoudenremmen...........................................26
Onderhoudvandeparkeerrem...........................26
Bandenspanningcontroleren..............................27
Onderhoudvandekoplampen............................27
Reiniging................................................................28
Onderkantvanmaaimachinewassen...................28
Stalling.......................................................................29
Problemen,oorzaakenremedie..................................30
Schema's....................................................................32
Veiligheid
Instructiesvoorveilige bedieningvan(rijdende) maaimachinesmetzittende bestuurder
Leesdezehandleidingenzorgervoordatudezebegrijpt voordatudetractoringebruikneemt.
DevolgendeinstructieszijnontleendaandeCENnorm EN836:1997.
Ditproductkanhandenofvoetenafsnijden envoorwerpenuitwerpen.Volgaltijdalle veiligheidsinstructiesopomernstigofmogelijkdodelijk letseltevoorkomen.
Instructie
Leesdezehandleidingaandachtigdoorvoordatu demaaimachinegaatgebruiken.Zorgervoordatu vertrouwdraaktmetbedieningsorganenenweethoe udemachinemoetgebruiken.
Udienteroptoeteziendatdemachinenietdoor kinderenwordtbediendofdoorvolwassenendie nietvandeinstructiesopdehoogtezijn.Voor debestuurderkaneenwettelijkeminimumleeftijd gelden.
Houdiedereenweguithetgebiedwaarinude machinegebruikt,metnamekinderenenhuisdieren.
Onthouddatdebestuurderverantwoordelijkisvoor ongevallenofschadeaananderepersonenofhun eigendommen.
Hetisniettoegestaanpassagierstevervoeren.
Elkebestuurdermoetervoorzorgendathijofzij professioneleenpraktischeinstructiekrijgt.Bijeen dergelijkeinstructiemoetdenadrukliggenop:
–zorgvuldigheidenconcentratiebijhetwerken
metzitmaaiers;
–alsdemachineopeenhellingbegintteglijden,
kandatnietmetderemwordengecorrigeerd. Debelangrijksteoorzakenvoorhetverliezenvan decontrolezijn:
◊onvoldoendegripvandewielen,
◊tesnelrijden,
◊onjuistgebruikvanderem,
◊hettypemachineisnietgeschiktvoorhet
speciekewerk,
3
◊zichonvoldoendebewustzijnvande
speciekeomstandighedenvanhetterrein, metnameophellingen,
◊onjuistebevestigingenverdelingvanlasten.
Vóóringebruikname
Draagtijdenshetmaaienaltijdeenlangebroeken stevigeschoenen.Draaggeenschoenenmetopen tenenenloopnietopblotevoeten.
Inspecteerhetterreinwaaropudemaaimachine gaatgebruikengrondigenverwijdereventuele voorwerpendiedoordemachinekunnenworden uitgeworpen.
Waarschuwing–Brandstofiszeerontvlambaar.
–Bewaarbrandstofuitsluitendintanksofblikken
diespeciaaldaarvoorbedoeldzijn.
–Vuldebrandstoftanknooitbinnenshuis;tijdens
hetbijvullennietroken.
–Vulbrandstofbijvoordatudemotorstart.Nooit
dedopvandebrandstoftankverwijderenof brandstofbijvullenalsdemotorlooptofheetis.
–Probeerdemotorniettestartenalserbrandstof
isgemorst.Verwijderdemachinedanuitde buurtvandeplekwaarisgemorst,envoorkom elkevormvanopenvuurofvonkentotdatde brandstofdampenvolledigzijnverdwenen.
–Zorgervoordatdeafsluitdoppenvan
brandstoftanksen-blikkenweergoedvastzitten.
Vervanggeluiddempersdiegebrekenvertonen.
Controleervóórhetgebruikdemessen, bevestigingsboutenenhetmaaimechanismealtijd opsporenvanslijtageofbeschadiging.Vervang versletenofbeschadigdemessenenboutenaltijdals completesetomeengoedebalanstebehouden.
Letopdatbijmachinesmetmeermaaimessen anderemessenkunnengaandraaiendoordatueen mesdraait.
Gebruiksaanwijzing
Laatdemotornooitineenafgeslotenruimtelopen, omdatzichdaargiftigekoolmonoxidedampen kunnenverzamelen.
Maaiuitsluitendbijdaglichtofgoedkunstlicht.
Allewerktuigkoppelingenuitschakelenenversnelling invrijschakelenvoordatudemotorstart.
Gebruikdemaaimachinenietopdevolgende hellingen:
–dwarsopeenhellingvanmeerdan10°;
–heuvelopwaartsopeenhellingvanmeerdan15°;
–hellingafwaartsopeenhellingvanmeerdan15°.
Denkeraandatelkehellinggevaarlijkis.Hetrijden opmetgrasbegroeidehellingenvereistbijzondere zorgvuldigheid.Omtevoorkomendatdemachine kantelt:
–nietplotselingstoppenofgaanrijdenbijhetop-
enafrijdenvanhellingen;
–laatdekoppelinglangzaamopkomen,laatde
machinealtijdindeversnellingrijden,vooral wanneerueenhellingafrijdt;
–houddesnelheidlaagbijhetrijdenophellingen
eninscherpebochten;
–letopbultenenkuilenenandereverborgen
gevaren;
–maainooitdwarsovereenhelling,tenzijde
maaimachinespeciaaldaarvoorisbedoeld.
Gazorgvuldigtewerkalsulastensleeptofzware werktuigengebruikt.
–Gebruikuitsluitendgoedgekeurde
trekstangbevestigingspunten.
–Beperkdebelastingtotwatuveiligkunt
beheersen.
–Maakgeenscherpebochten.Gazorgvuldigte
werkalsuachteruitrijdt.
–Gebruikcontragewicht(en)ofwielgewichten,
alsditindebedieningshandleidingwordt geadviseerd.
Bliksemkanernstigofdodelijkletselveroorzaken. Alsubliksemzietofdonderhoortinhetgebied, gebruikdemachinedanniet;gaschuilen.
Letophetverkeeralsuindebuurtvaneenweg werktofdezeoversteekt.
Zetdemaaimessenstilvoordatuandere oppervlakkendangrasveldenoversteekt.
Bijgebruikvanwerktuigennooitdeafvoeropening naaromstanderstoerichtenofpersonenindebuurt vandeinwerkingzijndemachinelatenkomen.
Gebruikdemachinenooitalsschermenofandere beveiligingsmiddelenzijnbeschadigdofontbreken.
Veranderdeinstellingenvandemotornieten voorkomoverbelastingvandemotor.Laatdemotor nietmeteentehoogtoerentallopenomdatditde kansopongevallenkanvergroten.
Voordatudebedieningspositieverlaat:
–aftakasuitschakelenenwerktuigenlatenzakken;
–versnellinginneutraalstandzettenenparkeerrem
inwerkingstellen;
4
–motorafzettenensleuteltjeuithetcontact
nemen.
Aandrijvingnaarwerktuigenuitschakelen,motor afzettenenbougiekabel(s)losmakenofsleuteltjeuit hetcontactnemen
–voordatuverstoppingenlosmaaktofhet
uitwerpkanaalontstopt;
–voordatudemaaimachinecontroleert,reinigtof
daaraanwerkzaamhedenverricht;
–alsueenvreemdvoorwerpraakt.Controleer
demaaimachineopbeschadigingenenvoeralle benodigdereparatiesuitvoordatudemachine weergebruikt:
–alsdemaaimachineabnormaaltrilt(direct
controleren).
Schakeldeaandrijvingnaardewerktuigenuitalsu demachinetransporteertofnietgebruikt.
Zetdemotorafenschakeldeaandrijvingnaarde werktuigenuit:
–vóórhetbijvullenvanbrandstof; –vóórverwijderingvandegrasvanger; –voordatudemaaihoogteinstelt,tenzijdievanaf
debestuurderspositiekanwordeningesteld.
Zetdegashendelterugterwijldemotoruitloopt.Als demachinemeteenbrandstofafsluitklepisuitgerust, draaidezedandichtalshetmaaiwerkvoltooidis.
ueenbetrouwbaremechanischevergrendeling gebruikt.
Veiligebediening Toro-zitmaaiers
Devolgendeparagraafbevatveiligheidsinstructiesdie speciekzijntoegesnedenopToro-productenenniet zijnopgenomenindeCEN-norm.
GebruikuitsluitenddoorTorogoedgekeurde werktuigen.Degarantiekankomentevervallenals udetractorgebruiktmetwerktuigendienietzijn goedgekeurd.
Geluidsdruk
Dezemachineoefenteengeluidsdrukvan91dBA uitophetgehoorvandebestuurder(meteen onzekerheidswaarde(K)van1dBA).Degeluidsdrukis vastgesteldvolgensdeproceduresinEN836.
Geluidsniveau
Dezemachineheefteengeluidsniveauvan100dBA meteenonzekerheidswaarde(K)van1dBA.Het geluidsniveauisvastgesteldvolgensdeproceduresin ISO11094.
Onderhoudenopslag
Draaiallemoeren,boutenenschroevenregelmatig strakaan,zodatdemachinesteedsveiligingebruikis.
Staldemachinenooitmetbrandstofindetankin eengebouwwaardampenopenvlammenofvonken kunnenbereiken.
Laatdemotorafkoelenvoordatudemachineineen afgeslotenruimtestalt.
Houddemotor,geluiddemper,accubehuizingende brandstofopslagplaatsvrijvanovertolligvet,grasen bladerenombrandgevaarteverminderen.
Controleerdegrasvangerregelmatigopslijtageen mankementen.
Vervangversletenofbeschadigdeonderdelenmet hetoogopeenveiliggebruik.
Alsdebrandstoftankmoetwordenafgetapt,dient ditbuitenplaatstevinden.
Letopdatbijmachinesmetmeermaaimessen anderemessenkunnengaandraaiendoordatueen mesdraait.
Alsudemachineparkeert,staltofonbewaakt achterlaat,moetuhetmaaiwerktuigneerlaten,tenzij
Trilling
Dezemachineheefteenmaximaaltrillingsniveauvan4.7
2
m/s
opdelinkerhanden6.7m/s elkmeteenonzekerheidswaarde(K)van2.7m/s gemetenwaardenzijnvastgesteldvolgensdeprocedures inEN836.
Dezemachineheefteenmaximaaltrillingsniveau van0.94m/s onzekerheidswaarde(K)van0.47m/s waardenzijnvastgesteldvolgensdeproceduresin EN836.
2
ophetgehelelichaam,meteen
2
opderechterhand,
2
.Degemeten
2
.De
5
Hellingsindicator
G011841
Figuur3
Dezepaginamagwordengekopieerdvoorpersoonlijkgebruik.
1.Demaximalehellingshoekwaarbijudemachineveiligkuntgebruikenis15graden.Gebruikhethellingsschemaomde hellingshoektebepalenvoordatudemachinebedient.Gebruikdemachinenietophellingenvanmeerdan15graden.Langs debetreffendelijnvandeaanbevolenhellingshoekvouwen.
2.Lijndezeranduitmeteenverticaaloppervlak,bijvoorbeeldeenboom,gebouwofhek.
3.Voorbeeldvanhetvergelijkenvandehellingshoekmetdegevouwenrand.
6
Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen stickers.
92-5730
1.Choke3.Continusnelheidsregeling
2.Snel
4.Langzaam
Merktekenvanfabrikant
1.Geeftaandathetmesonderdeelvaneenoriginele Toro-maaimachineis.
93-6676
1.Parkeerrem–Omdeparkeerreminwerkingtestellen, moetuhetrem-/koppelingspedaalintrappenende parkeerremhendelomhoogzetten;omdeparkeerremvrij tezetten,moetuhetrem-/koppelingspedaalintrappenen latenopkomen.
2.Rem—omdezeinwerkingtestellen,moetuhet rem-/koppelingspedaalintrappen.
3.Tractieaandrijving—Bovenkantvanhettractiepedaalnaar vorenenbenedentrappenomvooruitterijden;onderkant vanhettractiepedaalnaarachterenenbenedentrappen omachteruitterijden.
4.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding.
5.Waarschuwing–Omdevoorkomendatdetractoromslaat, wordtuaangeradendezeniettegebruikendwarsop hellingenvanmeerdan5graden,heuvelopwaartsop hellingenvanmeerdan10gradenofheuvelafwaartsop hellingenvanmeerdan15graden.
6.Demachinekanvoorwerpenuitwerpen–Houdomstanders opeenveiligeafstandvandemachine.
7.Machinekanvoorwerpenuitwerpen–Zorgervoordatde grasgeleideropzijnplaatszit.
8.Handenofvoetenkunnenwordengesneden/geamputeerd, maaimes–Blijfuitdebuurtvanbewegendeonderdelen.
9.Ledematenvanomstanderskunnenbekneldraken/worden afgesneden–Houdomstandersopeenveiligeafstandvan demachine.
7
99-2986
1.Ledematenvanomstanderskunnenbekneld raken/afgesnedenwordenbijhetachteruitrijden–Draai nooithetsleuteltjeomalserkinderenindebuurtzijn;houd kinderenopeenveiligeafstandvandemachine.
99-5340
1.KeyChoice-sleuteltje–Omdraaienalsuwiltmaaieninde achteruit-stand.
1.Trekdehendeluitomde machineteduwen.
2.Duwdehendelinomde machinetelatenrijden.
100-7449
3.Leesdeinstructiesvoordat uservice-ofonderhouds­werkzaamhedenuitvoert.
4.Umagdemachinenooit slepen.
1.Maaieninde achteruit-stand ingeschakeld
2.Motor–Stoppen
3.Motor–Lopen
107-4922
1.Waarschuwing—Omdevoorkomendatdetractoromslaat, wordtuaangeradendezeniettegebruikendwarsop hellingenvanmeerdan5graden,heuvelopwaartsop hellingenvanmeerdan10gradenofheuvelafwaartsop hellingenvanmeerdan15graden.
2.Uitschakelen
3.Inschakelen
4.Aftakasschakelaar
5.Parkeerrem
99-8141
4.Motor–Starten
5.Koplampen
8
Algemeenoverzicht vandemachine
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu
1.Explosiegevaar6.Houdomstandersop
2.Nietroken.Geenopen vuurofvonken.
3.Risicovanbijtende vloeistof/chemische brandwonden
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde Gebruikershandleiding.
veiligeafstandvande accu.
7.Draagoogbescherming; explosievegassenkunnen blindheidenanderletsel veroorzaken
8.Accuzuurkanblindheid ofernstigebrandwonden veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater spoelenensnelarts raadplegen.
10.Bevatlood;niet weggooien.
Bedieningsorganen
Zorgervoordatuvertrouwdbentmetalle bedieningsorganen(Figuur4)voordatudemotorstart endetractorgebruikt.
9
Figuur4
1.Stuurwiel
2.Lichtschakelaar–aan/uit
3.Contactschakelaar9.Gashendel
4.Koppelings-/rempedaal10.Openingmotorkap
5.Aftakas
6.Tractiepedaal
11.Lampje
12.KeyChoice®schakelaar
Specicaties
model
71253
Gewicht
168kg173cm140cm107cm
Lengte
Gebruiksaanwijzing
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande machine.
BenzineenOlie
Aanbevolenbenzine
Gebruikloodvrije,normalebenzinevoorautomobielen (octaangehalteminimaal85).Umagookgelode normalebenzinegebruikenalsergeengewoneloodvrije benzineverkrijgbaaris.
Belangrijk:Gebruiknooitmethanol,benzine diemethanolbevat,gasoholdiemeerdan10% ethanolbevat,benzine-additieven,superbenzineof wasbenzineomdatditkanleidentotschadeaan hetbrandstofsysteem.Geenoliebijdebenzine mengen.
7.Maaihoogtehendel
8.Parkeerremhendel
werktuig-in-achteruit
BreedteHoogte
Inbepaaldeomstandighedenisbenzineuiterst ontvlambaarenzeerexplosief.Brandof explosievanbenzinekanbrandwondenbijuof anderenenmateriëleschadeveroorzaken.
Vuldebrandstoftankindeopenlucht wanneerdemotorkoudis.Eventueel gemorstebenzineopnemen.
Vuldebrandstoftankniethelemaalvol.Vul debrandstoftanktotmaximaal6tot13mm vanafdeonderkantvandevulbuis.Ditgeeft debenzineruimteomuittezetten.
Alsuwerktmetbenzine,magunooitroken enmoetuuitdebuurtblijvenvanopenvuur ofplaatsenwaarbenzinedampendooreen vonktotontbrandingkunnenkomen.
Bewaarbenzineineengoedgekeurdvatof blikenbuitenbereikvankinderen.
Koopnooitmeerbenzinedanuin30dagen kuntopmaken.
...
10
...
Zetbenzinevatenaltijdopdegrondenuit debuurtvanhetvoertuigvoordatudetank bijvult.
Benzinevatennietineenvrachtwagen ofaanhangervullen,omdatbekledingof kunststofbeplatinghetvatkanisoleren, waardoordeafvoervanstatischelading wordtbemoeilijkt.
Alshetpraktischmogelijkis,kuntuhet besteeenmachinemeteenbenzinemotor eerstvandevrachtwagenofaanhangerhalen enbijtankenalsdemachinemetdewielen opdegrondstaat.
Alsditnietmogelijkis,moetudergelijke machinesopeentruckofeenaanhanger bijvoorkeuruiteendraagbaarvatbijvullen, nietmetbehulpvaneenvulpistoolvaneen pomp.
Alsueenvulpistoolmoetgebruiken,dient udevulpijpvoortdurendincontactmetde randvandebrandstoftankofdeopening vanhetvattehouden,totdathetbijvullen voltooidis.
Brandstoftankvullen
1.Steldeparkeerreminwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositie verlaat.
3.Reinigdeomgevingvandetankdopenverwijder detankdop.
4.Vuldebrandstoftankbijmetloodvrije,normale benzinetotmaximaal6tot13mmvanaf deonderkantvandevulinrichting.Vulde brandstoftankniethelemaalvol.
Opmerking:Deruimteindetankgeeftde benzinedekansomuittezetten.
5.Draaidetankdopstevigvast.
6.Eventueelgemorstebenzineopnemen.
Motoroliepeilcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Voordatudemotorstartendetractoringebruik neemt,moetuhetoliepeilinhetcartervandemotor controleren;zieOliepeilcontroleren.
Parkeerremgebruiken
Gebruikvanstabilizer/conditioner
Gebruikvanstabilizer/conditionerindetractorbiedt devolgendevoordelen:
Houdtdebenzineversgedurendeeenstallingvan maximaal90dagen.Voorlangerestallingwordt aanbevolenallebenzineuitdetankaftetappen.
Houdtdemotorschoontijdenshetgebruik
Voorkomtharsachtigeafzettingeninhet brandstofsysteem,dietotstartproblemenkunnen leiden.
Belangrijk:Gebruiknooitbrandstofadditieven diemethanolofethanolbevatten.
Voegdejuistehoeveelheidstabilizer/conditioneraan debenzinetoe.
Opmerking:Stabilizer/conditionerwerkthetbestals dezemetversebenzinewordtgemengd.Gebruikaltijd stabilizer/conditioneromhetrisicovanharsachtige afzettingeninhetbrandstofsysteemzokleinmogelijk tehouden.
Steldeparkeerremaltijdinwerkingwanneerude machinestoptofdezeonbeheerdachterlaat.
Parkeerreminwerkingstellen
1.Traphetrempedaalin(Figuur5)enhouddit ingetrapt.
Figuur5
1.Rempedaal2.Parkeerremhendel
2.Beweegdeparkeerremhendel(Figuur5)omhoogen neemuwvoetlangzaamvanhetrempedaal.
11
Opmerking:Hetrempedaalmoetindeingetrapte (vergrendelde)standblijvenstaan.
Parkeerremvrijzetten
1.Traphetrempedaalin(Figuur5).
Opmerking:Deparkeerremhendelmoetnu vrijkomen.
2.Laathetrempedaalnulangzaamopkomen.
Bestuurdersstoelinstellen
Ukuntdestoelnaarvorenennaarachterenverschuiven. Depositievandestoelmoetzozijndatudemachine optimaalkuntbedienenendatucomfortabelzit.
1.Tildestoelopendraaideinstelknoppenlos (Figuur6).
Figuur7
1.UIT–UITGESCHAKELD2.AAN–INGESCHAKELD
Aftakasuitschakelen.
1.Trapdekoppeling/hetrempedaalinomdetractor testoppen.
2.Zetdemaaikoppelingshendel(aftakas)opUIT (Figuur7).
Demaaihoogteinstellen
Metdemaaihoogtehendelsteltuhetmaaidekinopde gewenstemaaihoogte.Ukuntdemaaihoogteinstellen opéénvanzevenstandenvanongeveer38tot116mm.
Figuur6
1.Instelknoppen
2.Schuifdestoelindegewenstepositieendraaide knoppenweervast.
Gebruikvandekoplampen
Dekoplampenwordenbediendviaeen Aan-/Uit-schakelaarophetdashboard(Figuur4). Delampenwerkenalleenalsdemotorlooptende schakelaaropAanstaat.
Bedieningvandeaftakas
Metdemaaikoppelingshendel(aftakas)schakeltude aandrijvingnaardeelektrischekoppelinginofuit.
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
2.Schakeldeaftakasuit.
3.Steldeparkeerreminwerking.
4.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositie verlaat.
5.Trekaandemaaihoogtehendelenzetdezeinde gewenstestand(Figuur8).
Figuur8
1.Maaihoogtehendel
Aftakasinschakelen
1.Trapdekoppeling/hetrempedaalinomdetractor testoppen.
2.Zetdemaaikoppelingshendel(aftakas)opAAN (Figuur7).
Motorstarten
1.Neemplaatsopdebestuurdersstoel.
2.Steldeparkeerreminwerking;zieParkeerremin werkingstellen.
12
Opmerking:Demotorstartalleenwanneer udeparkeerreminwerkinghebtgesteldofhet rempedaalhelemaalingetrapthoudt.
3.Zetdemaaikoppelingshendel(aftakas)opUIT (Figuur7).
4.ZetdegashendelopChoke(Figuur9).
Motorafzetten
1.ZetdegashendelopSNEL(Figuur9).
2.DraaihetcontactsleuteltjeopUIT ,wachttotdat allebewegendeonderdelentotstilstandzijn gekomenenverwijderhetsleuteltjevoordatude bestuurderspositieverlaat.(Figuur10).
Hetveiligheidssysteem gebruiken
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Figuur9
1.Choke
2.Snel4.Gashendel
3.Langzaam
Opmerking:Alsdemotorheeftgelopenenwarm is,hoeftustap4nietuittevoeren.
5.Draaihetcontactsleuteltjenaarrechtsenhoudhet sleuteltjeopStart(Figuur10).Laathetsleuteltjelos zodrademotoraanslaat.
Figuur10
1.START
2.AAN
3.UIT
Niet-aangeslotenofbeschadigde interlockschakelaarskunnenonverwachte gevolgenhebbenopdewerkingvandemachine. Ditkanlichamelijkletselveroorzaken.
Laatdeinterlockschakelaarsongemoeid.
Controleerelkedagdewerkingvan deinterlockschakelaarsenvervang beschadigdeschakelaarsvoordatude tractorweeringebruikneemt.
Werkingvanhetveiligheidssysteem
Hetveiligheidssysteemisbedoeldomstartenvande motoralleenmogelijktemakenwanneer:
Debestuurderopdestoelzit.
Hetrempedaalisingetrapt.
Deaftakasisuitgeschakeld.
Hetveiligheidssysteemzorgtervoordatdemotorwordt gestoptwanneer:
Udebestuurdersstoelverlaatterwijlhetrempedaal nietisingetrapt.
Belangrijk:Alsdemotorna30seconden continustartennietaanslaat,moetuhet contactsleuteltjeopUITdraaienende startmotorlatenafkoelen;zieStoringen, OorzaakenRemedie.
6.Zodrademotorstart,zetudegashendellangzaam opSnel(Figuur9).Alsdemotorafslaatofhapert, moetudegashendelenkelesecondenopChoke zettenendaarnaweeropSnelzetten.Herhaaldit indiennodig.
Uopstaatvandestoelalsdeaftakasisingeschakeld.
Udemachineindeachteruitstandzetterwijlde aftakasisingeschakeld.
KeyChoice-schakelaarinstellenvoor Werkenindeachteruitstand.
Dankzijeeninterlockschakelaaropdetractorwordt deaftakasuitgeschakeldalsuachteruitrijdt.Alsude tractieschakelaarindeachteruitstandzetterwijlde aftakasisingeschakeld(datwilzeggenalsermaaimessen ofanderewerktuigeningebruikzijn),zaldemotor afslaan.Maaiuitsluitendindeachteruitstand,als
datstriktnoodzakelijkis.
13
Alsudeaftakasmoetgebruikenterwijluachteruitrijdt,
1
G006903
moetudeinterlockschakelaaruitzettenmetbehulpvan deKeyChoice-schakelaardiezichnaastdebeugelvan debestuurdersstoelbevindt(Figuur11).
Opmerking:Eenroodlampjeophetvoorste paneel(Figuur12)gaatbrandenomaantegeven datdeinterlockschakelaarisuitgezet.
Figuur11
1.KeyChoice-schakelaar
Wanneeruachteruitrijdtterwijldemaaimessen ofanderewerktuigeningebruikzijn,bestaat hetgevaardatueenkindofeenandere omstanderoverrijdt,meternstigletselofde doodtotgevolg.
Maaiuitsluitendindeachteruitstand,als datstriktnoodzakelijkis.
SteekhetKeyChoice-sleuteltjealleenin deKeyChoice-schakelaaralsditstrikt noodzakelijkis.
Kijkaltijdomlaagenachteromvóóren tijdenshetachteruitrijden.
GebruikdeKeyChoice-schakelaaralleen wanneeruerzekervanbentdatergeen kinderenofandereomstandersbinnenhet maaigebiedzullenkomen.
Letheelgoedopalsudeinterlockschakelaar hebtuitgezet:doorhetlawaaivandemotor merktumogelijknietdateenkindofandere omstanderzichinhetmaaigebiedbevindt.
Verwijderaltijdzowelhetcontactsleuteltje alshetKeyChoice-sleuteltjeenbewaar zeopeenveiligeplaatsbuitenhetbereik vankinderenofonbevoegdegebruikers, wanneerudetractoronbeheerdachterlaat.
1.Schakeldeaftakasin.
2.SteekhetKeyChoice-sleuteltjeindeschakelaar (Figuur11).
3.DraaihetKeyChoice-sleuteltjeom.
Figuur12
1.Lampjewerktuig-in-achteruit
4.ZetdetractieschakelaarindeAchteruitstanden maakuwwerkaf.
5.Schakeldeaftakasuitomdeinterlockinte schakelen.
6.VerwijderhetKeyChoice-sleuteltjeenbewaarditop eenveiligeplaatsbuitenhetbereikvankinderen.
Veiligheidssysteemtesten
Niet-aangeslotenofbeschadigde interlockschakelaarskunnenonverwachte gevolgenhebbenopdewerkingvandemachine. Ditkanlichamelijkletselveroorzaken.
Laatdeinterlockschakelaarsongemoeid.
Controleerelkedagdewerkingvan deinterlockschakelaarsenvervang beschadigdeschakelaarsvoordatude tractorweeringebruikneemt.
Vervangschakelaarsomdetweejaar ongeachtofzewelofnietnaarbehoren functioneren.
Controleerdewerkingvanhetveiligheidssysteem telkensvoordatudetractoringebruikneemt.Alshet veiligheidssysteemnietwerktzoalshieronderwordt beschreven,moetuhetdirectlatenreparerendooreen erkendeServiceDealer.Neemplaatsopdestoelen voerdevolgendecontrolesuit:
1.Steldeparkeerreminwerking.Schakeldeaftakas inendraaihetcontactsleuteltjeopSTART.De startmotormagnunietdraaien.
14
2.Schakeldeaftakasuitenzetdeparkeerrem vrij.DraaihetcontactsleuteltjeopSTART.De startmotormagnunietdraaien.
3.Zetderijsnelheidshendelindeneutraalstand,stel deparkeerreminwerking,schakeldeaftakasuit enstartdemotor.Alsdemotorloopt,zetude parkeerremvrijenkomtuietsovereinduitde bestuurdersstoel.Demotormoetafslaan.
4.Schakeldeaftakasuit,zethettractiepedaalinde neutraalstand,steldeparkeerreminwerkingen startdemotor.Terwijldemotorloopt,moetude aftakasinschakelen,dekoppelingintrappenenhet tractiepedaalindeachteruitstandzetten:demotor moetafslaan.
5.Schakeldeaftakasuit,zethettractiepedaalinde neutraalstandensteldeparkeerreminwerking. Startdemotor,schakeldeaftakasin,draaihet KeyChoice-sleuteltjeomenlaatditweerlos.Het lampjeWerken-in-achteruitmoetnuoplichten.
6.Schakeldeaftakasuit.Hetwaarschuwingslampje voorwerken-in-achteruitmoetnudoven.
Detractormetdehandduwen
Gebruikvandetractor
ZetdeaandrijfstandinstandInWerking.Hierdoor wordthetaandrijfsysteemingeschakeld(Figuur13).
Opmerking:Ukuntdetractoruitsluitendlatenrijden alsdeaandrijfhendelindestandInWerkingstaat.
Vooruitenachteruitrijden
Metdegashendelregeltudesnelheidvandemotor, oftewelhettoerental(inomwentelingenperminuut). ZetdegashendelopSNELomdebesteprestatieste verkrijgen.
Omvooruitofachteruitterijden:
1.Zetdeparkeerremvrij;zieParkeerremvrijzetten.
2.Zetuwvoetophettractiepedaalentrapde bovenkantvanhetpedaallangzaaminomvooruit terijdenoftrapdeonderkantvanhetpedaalinom achteruitterijden(Figuur14).
Opmerking:Hoeverderuhettractiepedaal intrapt(inbeiderichtingen),destesnellerzalde tractorindegewensterichtingrijden.
Belangrijk:Umoetdetractoraltijdmetdehand duwen.Umagdetractornooitslepen.Ditkan schadeaandetransaxleveroorzaken.
Detractorduwen
1.Schakeldeaftakasuit.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositie verlaat.
3.ZetdeaandrijfstanguitdestandDUWEN.
Opmerking:Hierdoorwordthetaandrijfsysteem uitgeschakeldenkunnendewielenvrijdraaien (Figuur13).
Figuur14
1.Tractiepedaal3.Achteruit
2.Vooruit
Opmerking:Omlangzamerterijden,laatuhet tractiepedaalopkomen.
Belangrijk:Omschadeaandetransmissiete voorkomen,moetualtijdeerstdeparkeerrem vrijzettenvoordatuhettractiepedaalbeweegt.
Opmerking:Omdetractorachteruittelaten rijdenterwijldeaftakasisingeschakeld,moetude interlockvoorW erken-in-achteruituitschakelenmet behulpvandeKeyChoice-schakelaardievooren onderdestoelzit.
1.InWerking
Figuur13
2.StandDUWEN
Detractorstoppen
1.Laathettractiepedaalopkomen.
2.Schakeldeaftakasuit.
15
3.DraaihetcontactsleuteltjeopUITomdemotor aftezetten.
4.Alsudetractoronbeheerdlaat,moetutevensde parkeerreminwerkingstellen;zieParkeerremin werkingstellen.
5.Verwijderhetsleuteltjeuithetcontact.
Kinderenofomstanderskunnenletseloplopen alszijdemachineverplaatsenofproberente bedienenterwijldezeonbeheerdstaat.
Verwijderaltijdhetcontactsleuteltjeenhet KeyChoice-sleuteltjeensteldeparkeerremin werkingwanneerudetractoronbeheerdlaat, ookalishetslechtsvooreenpaarminuten.
Tipsvoorbedieningen gebruik
Omdebesteresultatenteverkrijgen,moetude motorophetmaximaletoerentallatendraaien. Omhetgrasgoedaftemaaienisluchtnodig; zetdemaaihoogtedusniettelaagenzorgdatde maaimachineniethelemaaldoorongemaaidgras omgevenis.Umoetaltijdéénkantvandemachine vrijvanongemaaidgrastehouden,zodatluchtkan wordenaangezogen.
motoropvolgaslatenlopenterwijluderijsnelheid regelt.Umoetdetractortijdenshetmaaienlaten rijdenmeteensnelheidvan3,2tot5,6kmperuur.
Alshetgraslangerdannormaalisofalsheteen hoogvochtgehalteheeft,moetudemaaihoogte hogerdannormaalinstellen,hetgrasopdeze hoogtemaaienendaarnahetgrasopdelagere, normalehoogtemaaien.
Alsudetractormoetstoppentijdenshetmaaien, kanereenkluitmaaiselophetgazonterechtkomen. Omdittevoorkomen,moetualsvolgttewerkgaan:
–Schakelhetmaaimesinenrijnaareendeelvan
hetgazondatalisgemaaid.
–Omhetmaaiselgelijkmatigteverspreiden,zet
udemaaihoogteéénoftweestandenhogeren rijdtuvooruitmetdeingeschakeldemessen.
Gebruikdewasaansluitingommaaiselenvuilvan deonderkantvanhetmaaidekteverwijderen.Als zichgrasenvuilindemaaimachineverzamelt,leidt datuiteindelijktoteenonbevredigendmaairesultaat.
Zorgervoordatugedurendehetheleseizoensteeds meteenscherpmaaimesmaait.Eenscherpmes snijdthetgrasgoedafzonderhettescheurenof tekwetsen.Doorscheurenenkwetsenwordthet grasbruinaanderanden,waardoorhetlangzamer groeitengevoeligerisvoorziekten.Controleerom de30dagenofhetmesgoedscherpisenverwijder bramenmeteenvijl.
Laathetgrasietslangerdannormaal,omte voorkomendatoneffenhedeninhetgrasvolledig wordenweggemaaid.Alsugrasvanmeerdan 15cmlanggaatmaaien,kuntuhetbestintweekeer maaienomeengoedmaairesultaatteverkrijgen.
Aanbevolenwordtnietmeerdanongeveer1/3van delengtevanhetgrasaftemaaien.Meerafmaaien wordtafgeraden,tenzijhetgrasdunis,ofindelate herfst,wanneerhetgraslangzamergroeit.
Maaiafwisselendinverschillenderichtingen,zodat hetgrasrechtopblijftstaan.Ditzorgtookvooreen betereverspreidingvanhetmaaisel,watdevertering enbemestingtengoedekomt.
Hettempowaarmeehetgrasgroeit,varieertper jaargetijde.Omdezelfdemaaihoogtetebehouden, wateengoedegewoonteis,moetuinhetvroege voorjaarvakermaaien.Alsdegroeisnelheidinde zomerafneemt,maaitumindervaak.
Omdemaairesultatenteverbeteren,moetumaaien bijeenlagererijsnelheid.Omdebesteresultaten teverkrijgenopeengemiddeldegazon,moetude
16
Onderhoud
Opmerking:Bepaalvanuitdenormalebedieningspositiedelinker-enrechterzijdevandemachine.
Aanbevolenonderhoudsschema
OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Nadeeerste5bedrijfsuren
Bijelkgebruikofdagelijks
Omde25bedrijfsuren
Omde50bedrijfsuren
Omde100bedrijfsuren
Vóórdestalling
•Demotorolieverversen.
•Controleerhetmotoroliepeil.
•Hetveiligheidssysteemcontroleren.
•Oliepeilcontroleren.
•Accuzuurcontroleren.
•Deparkeerremcontroleren.
•Onderkantvanhetmaaidekschoonmaken.
•Tractorsmeren.Vakerinstofge,vuileomstandigheden.
•Schuimelementvanluchtlterreinigen.
•Onderhoudvandebougie.
•Controleerdebandenspanning.
•Demotorolieverversen.Ditmoetvakergebeurenalsdemachinewordtgebruikt onderzwarebelastingofbijhogetemperaturen.
•Olieltervervangen.
•Vervanghetpapierenlterelement.
•Bougievervangen.
•Brandstofltervervangen.
•Transaxle-vloeistofcontroleren
•Koelsysteemreinigen.
•Benzineaftappenuitdebrandstoftank.
•Allebovenstaandeonderhoudsproceduresuitvoeren.
•Beschadigdeoppervlakkenbijwerken.
•Bandenspanningcontroleren.
•Hetveiligheidssysteemcontroleren.
•Remmencontroleren.
•Bougiecontroleren.
•Accuzuurcontroleren.
•Accuopladenenkabelsloskoppelen.
•Alleriemenopslijtageenscheurtjescontroleren.
Belangrijk:Ziedegebruikershandleidingvandemotorvoorverdereonderhoudsprocedures.
Alsuhetsleuteltjeinhetcontactlaat,bestaatdekansdatiemanddemotorperongelukstartwaardoor uofandereomstandersernstigletselkunnenoplopen.
Haalhetsleuteltjeuithetcontactenmaakdebougiekabellosvoordatuonderhoudswerkzaamheden uitvoertaandemachine.Drukdekabelopzij,zodatdezenietonbedoeldcontactkanmakenmet debougie.
17
Smering
Onderhoudmotor
Tractorsmeren
Onderhoudsinterval:Omde25bedrijfsuren—Tractor
smeren.Vakerinstofge,vuile omstandigheden.
Methodevansmeren
1.Schakeldeaftakasuit.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
4.Reinigdesmeernippelsmeteendoek.
Opmerking:Indiennodigverfvandevoorkant vandenippelsafkrabben.
5.Zeteensmeerpistoolopelkesmeernippelenpomp hiervetin.
6.Veegovertolligvetweg.
Smeerpunten
Motorolieverversen/oliepeil controleren
Typeolie:Reinigingsolie(APIonderhoudsclassicatie SF,SG,SH,SJofhoger)
Carterinhoud:1400ccof1,4lalshetlternietis vervangen;1700ccof1,7lalshetlterisvervangen.
Viscositeit:zieonderstaandetabel.
Figuur16
Smeerdevoorwielenendeassenvande wielophangingentotdaterwatvetbijdelagersnaar buitenkomt(Figuur15).
Figuur15
Oliepeilcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Parkeerdetractoropeenhorizontaaloppervlak.
2.Schakeldeaftakasuit.
3.Steldeparkeerreminwerking.
4.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
5.Opendemotorkap.
6.Maakdeomgevingvandepeilstok(Figuur17) schoon,zodatergeenvuilindevulopeningkan komen,watinmotorschadekanresulteren.
18
Figuur17
1.Peilstok/vulopening2.Aftapplugcarterolie
7.Verwijderdepeilstokenveeghetmetalendeel schoon(Figuur18).
3.Schakeldeaftakasuit.
4.Steldeparkeerreminwerking.
5.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
6.Opendemotorkap.
7.Plaatseenopvangbakonderdeolieaftapplugen verwijderdeaftapplug(Figuur17).
8.Alsalleolieisafgetapt,kuntudeaftapplugweer terugplaatsen.
Opmerking:Geefdeoudeolieafbijeenerkend inzamelcentrum.
9.Vervanghetolielterindienditnodigis.Zie Olielterverversen.
10.Gietongeveer80%vandegespeciceerde hoeveelheidolielangzaamindevulbuis(Figuur17). Controleerhetoliepeil;zie4en5vanOliepeil controleren.
Figuur18
1.Oliepeilstok
2.Metalendeel
8.Draaidepeilstokhelemaalindevulbuis.
9.Peilstokopnieuweruitdraaienenoliepeilopmetalen deelcontroleren.Alshetoliepeiltelaagis,moetu langzaamnetgenoegolieindevulopeninggieten totdathetpeildeVol-markeringopdepeilstok bereikt
Belangrijk:Gietnietteveelolieinhetcarter; alsdemotordaarnagaatlopen,kandemotor schadeoplopen.
Olieverversen
Onderhoudsinterval:Nadeeerste5bedrijfsuren
Omde50bedrijfsurenDitmoet vakergebeurenalsdemachinewordt gebruiktonderzwarebelastingofbij hogetemperaturen.
1.Startdemotorenlaatdezevijfminutenlopen.
Opmerking:Warmeoliekanbeterafgetapt worden.
2.Parkeerdetractorzodatdelinkerkantietslagerstaat dandelinkerkant,zodatalleolieeruitkanlopen.
Olieltervervangen
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
Opmerking:Vervanghetolieltervakeralsde machinewordtgebruiktinzeerstofgeofzanderige omstandigheden.
1.Tapdemotorolieaf;zieOlieverversen/aftappen.
2.Verwijderhetoudelterenveegdepakkingvande ltertussenstuk(Figuur19)schoon.
Figuur19
1.Olielter
2.Pakking
3.Smeereendunlaagjeschoneolieopderubberen pakkingvanhetnieuweolielter(Figuur19).
4.Plaatshetnieuwelterophetltertussenstuk.
5.Draaihetolielterrechtsomtotdatderubberen pakkingcontactmaaktmethetltertussenstuk. Draaihetltervervolgensnogeenseen1/2tot3/4 slag(Figuur19).
3.Filtertussenstuk
19
6.Gietongeveer80%vandegespeciceerde hoeveelheidolielangzaamindevulopening (Figuur17).Controleerhetoliepeil;zie7en8van Oliepeilcontroleren.
7.Sluitdemotorkap.
Onderhoudvanhetluchtlter
Onderhoudsinterval:Omde25bedrijfsu-
ren—Schuimelementvanluchtlter reinigen.
Omde100bedrijfsuren—Vervang hetpapierenlterelement.
Opmerking:Hetluchtltermoetvakereen onderhoudsbeurtkrijgenalsdemachinewordtgebruikt inbuitengewoonstofgeofzanderigeomstandigheden.
Figuur21
1.Papierelement4.Lip
2.Schuimelement5.Sleuf
3.Luchtlterdeksel
Schuim-enpapierelementreinigen
Schuim-enpapierelementverwijderen
1.Schakeldeaftakasuit.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
4.Opendemotorkap.
5.Maakdeomgevingvanhetluchtlterschoonom tevoorkomendatvuilindemotorkomtenschade veroorzaakt.
6.Trekdehendelvanhetluchtlterdekselomhoogen draaidezeinderichtingvandemotor(Figuur20).
Figuur20
1.Luchtlterdeksel
2.Hendelvan luchtlterdeksel
Schuimelement:
1.Washetschuimlterinwarmwatermetvloeibare zeep.Alshetelementschoonis,moetuhetgrondig uitspoelen.
2.Schuimlterineenschonedoekwikkelenen droogknijpen.Geenoliesmerenophetelement.
Belangrijk:Vervanghetschuimelementalshet gescheurdofversletenis.
Papierelement:
1.Klophetelementvoorzichtigtegeneenvlak oppervlakomvuilenstofteverwijderen.
2.Reinigvoorzichtigderubberenafdichtingophet papierelementomtevoorkomendatervuilinde motorkomt.
3.Controleerhetlteropscheuren,eenvettig oppervlakofbeschadigingvanderubberen afdichting.
Belangrijk:Hetpapierlternooitreinigenmet persluchtofvloeistoffenzoalsoplosmiddelen, benzineofkerosine.Vervanghetpapierelement alshetisbeschadigdofnietgrondigkanworden gereinigd.
Schuimelementenpapierelement installeren
Opmerking:Verwijderhetluchtlterdeksel.
7.Schuifhetpapierelementenhetschuimelement voorzichtigvandeventilatorbehuizing(Figuur21).
Belangrijk:Motornooitlatenlopenzonderdathet completeluchtltergemonteerdis,daarandersde motorkanwordenbeschadigd.
1.Plaatshetschuimelementenhetpapierelementop deventilatorbehuizing.
20
Opmerking:Derubberenafdichtingmoetvlak tegendebodemvanhetluchtlteraanliggen.
2.Houddelipjesophetluchtlterdekselvoorde sleuvenvandeventilatorbehuizing(Figuur21).
3.Bevestigdehendelaanhetluchtlterdekselendruk dehendelomlaagomhetdekselvasttezettenop zijnplaats.
4.Sluitdemotorkap.
Onderhoudvandebougie
Onderhoudsinterval:Omde25bedrijfsu-
ren—Onderhoudvandebougie.
Omde100bedrijfsuren—Bougie vervangen.
GebruikeenChampionQC12YCbougieof equivalenttype.Controleerofdeafstandtussende centraleelektrodeendemassa-elektrode0,76mm bedraagtvoordatudebougiemonteert.Gebruikeen bougiesleutelvoorhet(de)monterenvandebougieen eenvoelermaatomdeelektrodenafstandtemetenen aftestellen.
Bougieverwijderen
1.Schakeldeaftakasuit.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
4.Opendemotorkap.
Bougiecontroleren
1.Bekijkdebinnenkantvandebougie(Figuur23). Alsdeisolatorlichtbruinofgrijsis,werktdemotor naarbehoren.Eenzwartelaagopdeisolatorduidt meestalopeenvuilluchtlter.
Figuur23
1.Centraleelektrodemet isolator
2.Massa-elektrode
3.Elektrodenafstand(nietop schaalweergegeven)
Belangrijk:Bougienooitschoonmaken. Bougiealtijdvervangenbijzwartelaagopde bougie,versletenelektroden,vettigelaagopde bougieofscheuren.
2.Controleerdeafstandtussendecentraleelektrode endemassa-elektrode(Figuur23).Verbuigde massa-elektrodeomdejuisteafstandintestellen indienditnodigis.
Bougiemonteren
1.Monteerdebougieendemetalenafdichtring.
5.Verwijderdebougiekabelvandebougie(Figuur22).
Figuur22
1.Bougiekabel
6.Maakdeomgevingvandebougieschoonomte voorkomendatervuilindemotorkomt,wat beschadigingkanveroorzaken.
7.Verwijderdebougieendemetalenafdichtring.
Opmerking:Controleerofdeelektrodenafstand correctis.
2.Draaidebougievastmeteentorsievan20Nm.
3.Sluitdebougiekabelaanopdebougie(Figuur22).
4.Sluitdemotorkap.
21
Onderhoud brandstofsysteem
Brandstofaftappenuitde brandstoftank
Onderhoudsinterval:Vóórdestalling
7.Trekdebrandstofslangvanhetbrandstoflter (Figuur24)enlaatdebenzineineenjerrycanof opvangbaklopen.
Opmerking:Omdatdetanknutochleegis,isdit eenuitstekendmomentomhetbrandstoflterte vervangen.
8.Steekdebrandstofslangophetlter.
9.Schuifdeslangklemdichttegenhetlteromde brandstofslangenhetltervasttezetten.
Inbepaaldeomstandighedenisbenzineuiterst ontvlambaarenzeerexplosief.Brandof explosievanbenzinekanbrandwondenbijuof anderenenmateriëleschadeveroorzaken.
Tapdebenzineafuitdebrandstoftank wanneerdemotorkoudis.Doeditbuiten opeenopenterrein.Eventueelgemorste benzineopnemen.
Rooknooitalsubenzineaftaptenblijfuitde buurtvanopenvuurofalsdekansbestaat datbenzinedampendooreenvonkkunnen ontbranden.
1.Parkeerdetractorzodatdelinkervoorkantietslager staatdanderechterkant,zodatalleolieuitdetank kanlopen.
2.Schakeldeaftakasuit.
3.Steldeparkeerreminwerking.
4.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
5.Opendemotorkapenganaardeplaatswaarhet luchtlterzit(Figuur24).
Brandstofltervervangen
Onderhoudsinterval:Omde100
bedrijfsuren—Brandstoflter vervangen.
Ukunthetbrandstoflter(Figuur24)hetbestvervangen alsdebrandstoftankleegis.Naverwijderingnooit eenvuilbrandstoflteropnieuwaandebrandstofslang monteren.
1.Schakeldeaftakasuitensteldeparkeerremin werking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
3.Opendemotorkap.
4.Drukdeuiteindenvandeslangklemmennaar elkaartoeenschuifzewegvanhetbrandstoflter (Figuur24).
5.Trekhetlteruitdebrandstofslangen.
6.Monteereennieuwbrandstoflterenschuifde slangklemmenterugtotdichtbijhetbrandstoflter.
7.Sluitdemotorkap.
Figuur24
1.Slangklem3.Brandstoflter
2.Brandstofslang
6.Drukdeuiteindenvandeslangklemnaarelkaartoe enschuifdeslangklemoverdebrandstofslanginde richtingvandebrandstoftank(Figuur24).
22
Onderhoudelektrisch systeem
Onderhoudvandeaccu
Houddeaccualtijdschoonenvollediggeladen. Gebruikeentissueomdeaccuendeaccubakschoonte maken.Alsdeaccupolenzijngeoxideerd,moetudeze schoonmakenmeteenoplossingvanvierdelenwater enééndeelzuiveringszout.Brengeenlaagjevetopde accupolenaanomcorrosietevoorkomen.
Accuspanningenamperage:12V ,155Akoudestart
Accuverwijderen
Figuur25
1.Minkabel(zwart)
2.Rubberenkapje5.Boutenvleugelmoer
3.Pluskabel(rood)
4.Accubak
Accupolenofmetalengereedschappenkunnen kortsluitingmakenmetmetalenonderdelen vandemachine,waardoorvonkenkunnen ontstaan.Hierdoorkunnenaccugassentot ontplofngkomen,waardoorlichamelijkletsel kanontstaan.
Zorgervoordatbijhetverwijderenof monterenvandeaccudeaccupolennietin aanrakingkomenmetmetalenonderdelen vandemachine.
Voorkomdatmetalengereedschappen kortsluitingveroorzakentussende accupolenenmetalenonderdelenvande machine.
1.Schakeldeaftakasuitensteldeparkeerremin werking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
3.Klapdezittingnaarvoren.Hieronderbevindtzich deaccu.
4.Maakdeminkabel(zwart)losvandeaccupool (Figuur25).
Eenverkeerdegeleidingvandeaccukabelskan schadeaandetractorendekabelstotgevolg hebbenenvonkenveroorzaken.Hierdoor kunnenaccugassentotontplofngkomen, waardoorlichamelijkletselkanontstaan.
altijd
Maak losvoordatudepluskabel(rood)losmaakt.
Sluit
5.Maakdeminkabel(zwart)losvandeaccupool. Schuifhetrubberenkapjevandepluskabel(rood) terugoverdekabel.Maakdepluskabel(rood)los vandeaccupool(Figuur25).
6.Verwijderdeaccubehuizingendeaccuuithetchassis (Figuur25).
altijddepluskabel(rood)vandeaccu
aanvoordatudeminkabel(zwart)aansluit.
deminkabel(zwart)vandeaccu
Accumonteren
1.Plaatsdeaccuindeaccubehuizingeninstalleerdeze inhetchassis(Figuur25).
2.Bevestigdepluskabel(rood)metbehulpvandebout endevleugelmoeraandepluspool(+)vandeaccu (Figuur25).
3.Schuifhetrubberenkapjeoverdeaccupoolheen.
4.Bevestigdeminkabel(zwart)metbehulpvande boutendevleugelmoeraandemin(–)poolvande accu(Figuur25).
Zuurpeilcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
23
1.Klapdezittingnaarvoren.Hieronderbevindtzich deaccu.
2.Kijkaandezijkantvandeaccu.Hetzuurpeilmoet totaandeBovenstestreepkomen(Figuur26).
Figuur26
1.Vuldoppen
2.Bovenstestreep
3.Onderstestreep
Opmerking:Hetzuurpeilmagnietbenedende Onderstestreepkomen(Figuur26).
3.Alshetzuurpeiltelaagis,moetubijvullenmetde vereistehoeveelheidgedistilleerdwater;zieAccu bijvullenmetwater.
3.Verwijderdevuldoppenvandeaccu(Figuur26).
4.Gietlangzaamgedistilleerdwaterinelkecelvan deaccutotdathetzuurpeildeBovenstestreep (Figuur26)opdeaccubehuizingbereikt.
Belangrijk:Deaccuniettevolvullen; uitgelopenaccuzuur(zwavelzuur)kanernstige corrosieenbeschadigingvanhetchassis veroorzaken.
5.Wachtnahetbijvullenvandeaccucellenvijftottien minuten.Vulindiennodiggedestilleerdwaterbij totdathetzuurpeildeBovenstestreep(Figuur26)op deaccubehuizingbereikt.
6.Plaatsdevuldoppenweeropdeaccu.
Accuopladen
Bijhetopladenproduceertdeaccugassendie totontplofngkunnenkomen.
Rooknooitindebuurtvandeaccu.Houd vonkenenopenvuuruitdebuurtvandeaccu.
Accuzuurbevatzwavelzuur;ditiseendodelijk gifdaternstigebrandwondenbijuenanderen kanveroorzaken.
Umagaccuzuurnooitinslikkenenmoet elkcontactmethuid,ogenofkleding vermijden.Draageenveiligheidsbrilen rubberhandschoenenomuwogenen handentebeschermen.
Vuldeaccualleenbijopplaatsenwaar schoonwateraanwezigisomindiennodig uwhuidaftespoelen.
Accubijvullenmetwater
Ukuntdeaccuhetbestbijvullenmetgedistilleerdwater voordatudetractorgaatgebruiken.Hetwatervermengt zichdangoedmethetaccuzuur.
1.Verwijderdeaccuuitdetractor,zieAccuverwijderen.
2.Maakdebovenkantvandeaccuschoonmeteen tissue.
Belangrijk:Zorgervoordatdeaccualtijdvolledig geladenis(soortelijkgewicht1,260),vooralbij temperaturenbeneden0°C,omschadeaandeaccu tevoorkomen.
1.Accuuithetchassisverwijderen,zieAccu verwijderen.
2.Controleerhetzuurpeil;zieZuurpeilcontroleren.
3.Zorgervoordatdevuldoppenopdeaccuzijn geplaatst,enlaaddeaccuéénuuropbij25–30Aof 6uurbij4–6A.Deaccunietteveropladen.
4.Zodradeaccuvolledigisopgeladen,haaltude opladeruithetstopcontact.
5.Daarnamaaktudeoplaadkabelslosvande accuklemmen(Figuur27).
Belangrijk:Vuldeaccunooitmetgedistilleerd wateralsdeaccunogindetractorzit.Erzou danaccuzuuropandereonderdelenkunnen komen,wattotcorrosiekanleiden.
24
1.Pluspoolvandeaccu
2.Minpoolvandeaccu
Figuur27
3.Rode(+)oplaadkabel
4.Zwarte(–)oplaadkabel
Onderhoud aandrijfsysteem
Transaxle-vloeistof controleren
Onderhoudsinterval:Omde100
bedrijfsuren—Transaxle-vloeistof controleren
HetvloeistofpeilmoetaltijdtotaandeVOL-markering opdepeilstokstaanalsdetransaxlekoudis.
6.Monteerdeaccuindetractorensluitdeaccukabels aan;zieAccumonteren.
Opmerking:Gebruikdetractornooitwanneerde accuislosgekoppeld;ditkanbeschadigingenaanhet elektrischesysteemtotgevolghebben.
Onderhoudvandezekering
Deelektrischeinstallatieisbeveiligddoormiddelvan 10Asteekzekeringen.
1.OmeenzekeringFiguur28)tevervangen,trektu dezeuitdehouder.
Opmerking:Detransaxleisindefabriekafgedicht zodatudeolieniethoefttecontrolerenofteverversen.
Typevloeistof:SAE20W-50motorolie (API-onderhoudsclassicatieSH/CDaanbevolen)
Vloeistofpeilcontroleren
1.Parkeerdetractoropeenhorizontaaloppervlak.
2.Schakeldeaftakasuitensteldeparkeerremin werking.
3.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
4.Reinigdeomgevingvandevulplug(Figuur29)zodat ergeenvuilinhetreservoirkankomenwanneeru vloeistofmoetbijvullen.
Figuur28
1.Zekering2.Zekeringhouder
2.Plaatsdezekeringindehouderendrukdezevast opzijnplaats.
Figuur29
1.Vulplug
5.Verwijderdevulplugencontroleerhetvloeistofpeil.
Opmerking:Hetpeilmagmaximaal32mmonder debovenkantvandevulopeningkomen(Figuur29). Zonodigvloeistofbijvullen.
6.Monteerdevulplug.
25
Onderhoudkoelsysteem
Onderhoudenremmen
Hetkoelsysteemreinigen
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
Verwijderelkedagmeteendrogeborstelgrasen aangekoektvuilvandemotor.
Belangrijk:Omverontreinigingvanhet brandstofsysteemtevoorkomen,magudemotor nietschoonmakenmetwater.
Onderhoudvandeparkeerrem
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Deparkeerrembevindtzichaanderechterkantvan deachteras,inhetachterwiel(Figuur30).Alsde parkeerremnietgoedwerkt,moetudezeafstellen.
Figuur30
1.Veervanremarm
Deparkeerremcontroleren
2.Stelmoervanderem
1.Parkeerdetractoropeenhorizontaaloppervlak.
2.Schakeldeaftakasuitensteldeparkeerremin werking.
3.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
4.ZetdeaandrijfstangindestandDuwen;zieTractor metdehandduwen.
5.Alsdeachterwielenblokkerenenslippenwanneeru detractornaarvorenduwt,hoeftudeparkeerrem nietaftestellen.Alsdewielendraaienenniet blokkeren,moetudeparkeerremafstellen;zie Parkeerremafstellen.
Parkeerremafstellen
1.Controleerdeparkeerremvoordatudezeafstelt;zie Remcontroleren.
2.Verwijderdeveervanderemarm(Figuur30).
3.Omderemaftestellen,verwijdertudepenendraait udestelmoervanderemietsjeslos(Figuur30).
4.Steekeen0,38mmvoelermaattussenderemschijf enderem-puck(Figuur30).
5.Draaidestelmoeraantotdatueenlichteweerstand voelttegendevoeleralsudezein-enuitschuift.
26
6.Monteereennieuwepenenbevestigdeveervande remarmopnieuw .
7.Controleeropnieuwdewerkingvanderem;zie Parkeerremcontroleren.
Belangrijk:Alsdeparkeerremisvrijgezet, moetendeachterwielenvrijkunnendraaienals udetractorduwt.Indienhetnietmogelijkis eenspelingvan38mmtekrijgenendewielen vrijtelatendraaien,moetuonmiddellijkcontact opnemenmeteenerkendeServiceDealer.
Bandenspanningcontroleren
Onderhoudsinterval:Omde25bedrijfsuren
Figuur32
1.Lamphouder
2.Reector
3.Lippen
4.Sleuven
5.Aansluitpolen
Dejuistebandenspanningvoordevoor-enachterbanden is138kPa(20psi).Controleerdebandenspanningbij hetventiel(Figuur31)omde25bedrijfsurenofjaarlijks, waarbijdekortsteperiodemoetwordenaangehouden. Debandenspanningkanhetbestbijkoudebanden wordengecontroleerd.
Figuur31
1.Ventiel
Onderhoudvandekoplampen
Indekoplampenziteengloeilampvoorautomobielen, nr.1156.
4.Drukendraaidelampzovermogelijklinksom (ongeveer1/4slag)enverwijderdezeuitde lamphouder(Figuur33).
Figuur33
1.Gloeilamp
2.Metalenpennen
3.Lamphouder
4.Sleuven
Gloeilampmonteren
1.Houddetweemetalenpennenopdezijkantvande lampvoetvoordesleuvenindelamphouder
2.Steekdelampvoetindehouder(Figuur33).
Gloeilampverwijderen
1.Opendemotorkap.
2.Maakdestekkerslosvanbeideaansluitpolenvande lamphouder.
3.Draaidelamphouder1/4slaglinksomenverwijder dezeuitdereector(Figuur32).
3.Drukdelampindehouderendraaidiezover mogelijkrechtsom.
4.Houddelippenvoordesleuveninde reector(Figuur32)steekdelamphouderinde reectorendraaideze1/4slagrechtsomtotde aanslag.
5.Verbinddestekkersmetdepolenvandelamphouder.
27
Reiniging
Onderkantvanmaaimachine wassen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Wasdeonderkantvandemaaikastomtevoorkomendat erzichgrasverzamelt.Hierdoorwordtgrasbeterjn gemaaktenhetmaaiselbeterverstrooid.
1.Parkeerdetractoropeenhorizontaaloppervlak.
2.Schakeldeaftakasuitensteldeparkeerremin werking.
3.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
4.Bevestigdesnelkoppeling(nietmeegeleverd)aan dewasaansluitingvandemaaimachineendraaide waterkraanhelemaalopen(Figuur34).
Eengebrokenofontbrekendewasaansluiting kanvoorwerpenuitwerpenofcontactmet hetmaaimesveroorzaken,waardooruen anderenletselkunnenoplopen.Contactmet hetmaaimesofuitgeworpenvoorwerpen kanernstiglichamelijkofdodelijkletsel veroorzaken.
Eengebrokenofontbrekende wasaansluitingmoetdirectworden vervangen,voordatudemachineopnieuw gebruikt.
Gateninhetmaaidekmoetendichtworden gemaaktmetboutenenmoeren.
Steeknooituwhandenofvoetenonderde machineofdooropeningenindemachine.
Figuur34
1.Wasaansluiting
2.Snelkoppeling(niet meegeleverd)
Opmerking:SmeervaselineopdeO-ringvande wasaansluitingomdekoppelinggemakkelijkerte bevestigenendeO-ringtebeschermen.
5.Zethetmaaidekindelaagstemaaistand.
6.Neemplaatsopdebestuurdersstoelenstartde motor.
7.Schakeldeaftakasinenlaatdemotorééntotdrie minutenlopen.
8.Schakeldeaftakasuit.
9.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
10.Verwijderhetcontactsleuteltje.
11.Draaidekraandichtenmaakdekoppelinglosvan dewasaansluitingendeslang.
3.Slang
12.Laatdemotoropnieuwééntotdrieminutenlopen omhetovertolligwaterteverwijderen.
28
Stalling
1.Schakeldeaftakasuitensteldeparkeerremin werking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand zijngekomenvoordatudebestuurderspositieverlaat.
3.Maaisel,vuilenvetvandebuitenkantvandehele tractorverwijderen,metnamevandemotor.Vuilen kafvandebuitenkantvandecilinder,dekoelribben vandecilinderkopendeventilatorbehuizing verwijderen.
Belangrijk:Ukuntdemachinemeteenmild reinigingsmiddelenwaterwassen.Gebruik hiervoornooiteenhogedrukreiniger.Daardoor kanhetelektrischesysteemwordenbeschadigd ofnoodzakelijkvetopwrijvingspuntenworden weggespoeld.Gebruiknietteveelwater,zeker nietindebuurtvanhetbedieningspaneel,de verlichting,demotorendeaccu.
4.Controleerdeparkeerrem;zieParkeerrem controleren.
5.Geefhetluchtltereenonderhoudsbeurt;zie Onderhoudvanhetluchtlter.
6.Smeerhetchassis;zieTractorsmeren.
7.Verversdeolieenvervanghetlter;zieMotoroliepeil controleren.
8.Controleerdebandenspanning;zieBandenspanning controleren.
9.Wanneerdetractorlangerdan30dagennietwordt gebruikt,moetdezealsvolgtwordenvoorbereid opstalling:
A.Voegeenstabilizer/conditioneropaardoliebasis
toeaandebrandstofindetankopbasisvande instructiesvandefabrikantervan.Gebruikgeen stabilizeropalcoholbasis(ethanolofmethanol).
F.Startdemotortotdatdezenietmeerstart.
G.Voerdegebruikteolieafvolgensdeplaatselijk
geldendevoorschriften.
Belangrijk:Benzinewaaraan stabilizer/conditioneristoegevoegd, nietlangerdan90dagenbewaren.
10.Verwijderencontroleerdebougie;zieOnderhoud vandebougie.Nadatdebougieuitdecilinderis (zijn)verwijderd,gietutweeeetlepelsmotorolieinde bougie-opening.Gebruikdeelektrischestartmotor omdemotortelatendraaienenzodeolieoverde cilinderwandteverspreiden.Monteerdebougie, maarsluitdekabelnietaanopdebougie.
11.Maakdeminkabelvandeacculos.Reinigdeaccuen deaccupolen.Controleerhetaccuzuurpeilenlaadde accuvolledigop;zieOnderhoudvandeaccu.Laat deminkabelloszittentijdensdestalling.
Belangrijk:Deaccumoetvolledigopgeladen zijn,omtevoorkomendatdezebevriesten beschadigdraaktbijtemperaturenbeneden 0°C.Eenvolledigopgeladenaccukandegehele winterwordenopgeslagenzonderdatdeze tussentijdshoefttewordenopgeladen.
12.Controleerallebouten,schroevenenmoerenen draaidezevast.Versletenofbeschadigdedelen reparerenofvervangen.
13.Werkallekrassenofafgebladderde metaaloppervlakkenbijmetlakdieverkrijgbaarisbij eenerkendeServiceDealer.
14.Staldetractorineenschone,drogegarageof opslagruimte.Verwijderhetcontactsleuteltjeenhet KeyChoice-sleuteltjeuitdetractorenbewaarzeop eengemakkelijkteonthoudenplaats.Dekdetractor afomdezetebeschermenenschoontehouden.
Opmerking:Stabilizer/conditionerwerkthet bestalshetmetversebenzinewordtvermengd enaltijdwordtgebruikt.
B.Laatdemotorvijfminutenlopenomdebrandstof
metdetoegevoegdestabilizer/conditionerdoor hetbrandstofsysteemteverspreiden.
C.Zetdemotoraf,laatdezeafkoelenentapde
brandstoftankaf;zieBrandstoftankaftappen.
D.Motoropnieuwstartenenlatenlopentotdat
dezeafslaat.
E.Bediendechokeofhulpstarter.
29
Problemen,oorzaakenremedie
ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Destartmotorslaatnietaan.
Demotorstartniet,startmoeilijkofslaat af.
1.Deaftakasisingeschakeld.1.Schakeldeaftakasuit.
2.Deparkeerremisnietinwerking.
3.Deaccuisleeg.3.Accuopladen.
4.Deelektrischeaansluitingenzijn gecorrodeerdofzittenlos.
5.Eenvandezekeringenisdoorgebrand.5.Dezekeringvervangen.
6.Eenvanderelaisofschakelaarsis defect.
1.Debestuurderzitnietopde bestuurdersstoel.
2.Debrandstoftankisleeg.
3.Hetluchtlterisvuil.3.Hetluchtlterelementreinigenof
4.Debougiekabelzitlosofisniet aangesloten.
5.Debougieisaangetast,vuil,ofde elektrodenafstandisnietcorrect afgesteld.
6.Dechokegaatnietdicht.
7.Erzitvuilinhetbrandstoflter.7.Brandstofltervervangen.
8.Hetstationairtoerentalistelaag ofhetmengselheeftnietdejuiste verhouding.
9.Vuil,waterofoudebrandstofinhet brandstofsysteem.
2.Steldeparkeerreminwerking.
4.Controlerenofdeelektrische aansluitingengoedcontactmaken.
6.Neemcontactopmeteenerkende ServiceDealer.
1.Plaatsnemenopdebestuurdersstoel.
2.Vuldetankmetbenzine.
vervangen.
4.Dekabelaansluitenopdebougie.
5.Nieuwebougiemeteencorrect afgesteldeelektrodenafstandplaatsen.
6.Degaskabelafstellen.
8.Neemcontactopmeteenerkende servicedealer.
9.Neemcontactopmeteenerkende ServiceDealer.
Demotorverliestvermogen.
Demotorraaktoververhit.
Demachinetriltabnormaal.
1.Demotoristezwaarbelast.1.Derijsnelheidverminderen.
2.Hetluchtlterisvuil.2.Hetluchtlterelementreinigen.
3.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.3.Hetcarterbijvullenmetolie.
4.Dekoelribbenenluchtkanalenonder deventilatorbehuizingvandemotor zijnverstopt.
5.Debougieisaangetast,vuil,ofde elektrodenafstandisnietcorrect afgesteld.
6.Deventilatieopeninginde brandstoftankdopisverstopt.
7.Erzitvuilinhetbrandstoflter.7.Brandstofltervervangen.
8.Vuil,waterofoudebrandstofinhet brandstofsysteem.
1.Demotoristezwaarbelast.1.Derijsnelheidverminderen.
2.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.2.Hetcarterbijvullenmetolie.
3.Dekoelribbenenluchtkanalenonder deventilatorbehuizingvandemotor zijnverstopt.
1.Maaimessenzijnverbogenofnietin balans.
2.Debevestigingsboutvanhetmaaimes zitlos.
3.Debevestigingsboutenvandemotor zittenlos.
4.Eenmotorpoelie,spanpoelieof mespoeliezitlos.
5.Demotorpoelieisbeschadigd.5.Neemcontactopmeteenerkende
4.Dekoelribbenenluchtkanalen ontstoppen.
5.Nieuwebougiemeteencorrect afgesteldeelektrodenafstandplaatsen.
6.Brandstoftankdopreinigenof vervangen.
8.Neemcontactopmeteenerkende ServiceDealer.
3.Dekoelribbenenluchtkanalen ontstoppen.
1.Nieuwemaaimessenmonteren.
2.Debevestigingsboutvanhetmaaimes vastdraaien.
3.Debevestigingsboutenvandemotor vastdraaien.
4.Desbetreffendepoelievastzetten.
ServiceDealer.
30
ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
Messendraaienniet.
Detractorrijdtniet.
Demachinemaaitongelijkmatig.
1.Dedrijfriemvandemaaimessenis versleten,losofstuk.
2.Dedrijfriemvanhetmaaimeszitniet opdepoelie.
1.Deaandrijfstangstaatindestand DUWEN.
2.Detractieriemisversleten,losofstuk.
3.Detractieriemzitnietopdepoelie.3.Neemcontactopmeteenerkende
1.Debandenspanningisnietcorrect.1.Debandenopdecorrectespanning
2.Hetmaaidekstaatniethorizontaal.2.Maaidekhorizontaalstelleneninde
3.Deonderkantvanhetmaaidekisvuil.
1.Eennieuwedrijfriemmonteren.
2.Dedrijfriemvanhetmaaimesmonteren encontrolerenofdespanpoelieende riemgeleidersdejuistepositiehebben.
1.DeaandrijfstanginstandInWerking zetten.
2.Neemcontactopmeteenerkende ServiceDealer.
ServiceDealer.
brengen.
correcteschuinstandstellen.
3.Onderkantvanhetmaaidek schoonmaken.
31
Schema's
Elektrischschema(Rev .A)
32
Opmerkingen:
33
Opmerkingen:
34
International Distributor List
Distributor: Country: Phone Number:
Atlantis Su ve Sulama Sisstemleri Lt Turkey 90 216 344 86 74 Balama Prima Engineering Equip Hong Kong 852 2155 2163 B-Ray Corporation Korea 82 32 551 2076 Casco Sales Company Puerto Rico 787 788 8383 Ceres S.A Costa Rica 506 239 1138 CSSC Turf Equipment (pvt) Ltd Sri Lanka 94 11 2746100 Cyril Johnston & Co Northern Ireland 44 2890 813 121 Equiver Mexico 52 55 539 95444 Femco S.A. Guatemala 502 442 3277 G.Y.K. Company ltd. Japan 81 726 325 861 Geomechaniki of Athens Greece 30 10 935 0054 Guandong Golden Star China 86 20 876 51338 Hako Ground and Garden Sweden 46 35 10 0000 Hako Ground and Garden Norway 47 22 90 7760 Hayter Limited (U.K.) United Kingdom 44 1279 723 444 Hydroturf Int. Co Dubai United Arab Emirates 97 14 347 9479 Hydroturf Egypt LLC Egypt 202 519 4308 Ibea S.p.A. Italy 39 0331 853611 Irriamc Portugal 351 21 238 8260 Irrigation Products Int'l Pvt Ltd India 86 22 83960789 Jean Heybroek b.v. Netherlands 31 30 639 4611 Lely (U.K.) Limited United Kingdom 44 1480 226 800 Maquiver S.A. Colombia 57 1 236 4079 Maruyama Mfg. Co. Inc. Japan 81 3 3252 2285 Metra Kft Hungary 36 1 326 3880 Mounteld a.s. Czech Republic 420 255 704 220 Munditol S.A. Argentina 54 11 4 821 9999 Oslinger Turf Equipment SA Ecuador 593 4 239 6970 Oy Hako Ground and Garden Ab Finland 358 987 00733 Parkland Products Ltd New Zealand 64 3 34 93760 Prochaska & Cie Austria 43 1 278 5100 RT Cohen 2004 Ltd Israel 972 986 17979 Riversa Spain 34 9 52 83 7500 Roth Motorgerate GmBh & Co Germany 49 7144 2050 Sc Svend Carlsen A/S Denmark 45 66 109 200 Solvert S.A.S France 33 1 30 81 77 00 Spypros Stavrinides Limited Cyprus 357 22 434131 Surge Systems India Limited India 91 1 292299901 T-Markt Logistics Ltd Hungary 36 26 525 500 Toro Australia Australia 61 3 9580 7355 Toro Europe BVBA Belgium 32 14 562 960
374-0102 Rev D
Toro Warranty
Voorwaarden en producten waarvoor de garantie geldt
The Toro® Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, geven de oorspronkelijke koper* krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie alle Toro producten die worden gebruikt voor normale huiselijke doeleinden*, te zullen repareren als deze materiaalgebreken en fabricagefouten vertonen. De volgende perioden zijn van toepassing vanaf de datum van de oorspronkelijke aankoop:
Producten
Motorgazonmaaiers 2 jaar garantie Riders Gazon - & Tuintractoren Elektrische trimmers en bladblazers Sneeuwruimers Zero Turn maaiers
* “Oorspronkelijke koper": de persoon die het Toro product oorspronkelijk heeft gekocht.
* “Normale huiselijke doeleinden”: gebruik van het product op het terrein dat bij uw huis hoort. Gebruik op meerdere locaties wordt beschouwd als commercieel gebruik. Hierop is de garantie voor commercieel gebruik van toepassing.
Garantieperiode
2 jaar garantie 2 jaar garantie 2 jaar garantie 2 jaar garantie 2 jaar garantie
Garantie voor commercieel gebruik
Toro Op consumentenproducten en werktuigen die worden gebruikt voor commerciële en institutionele doeleinden of worden verhuurd, wordt garantie verleend tegen materiaalgebreken en fabricagefouten gedurende de volgende perioden vanaf de datum van de oorspronkelijke aankoop:
Producten
Motorgazonmaaiers Riders Gazon - & Tuintractoren Elektrische trimmers en bladblazers Sneeuwruimers Zero Turn maaiers
Garantieperiode
90 dagen garantie 90 dagen garantie 90 dagen garantie 90 dagen garantie 90 dagen garantie 45 dagen garantie
Aanwijzingen voor aanvraag van garantieservice
Als u van mening bent dat een Toro product materiaalgebreken of fabricagefouten vertoont, moet u deze procedure volgen:
1. Neem contact op met de verkoper om het product te laten nakijken of te repareren. Als u om enige reden geen contact met de verkoper kunt opnemen, kunt u zich in verbinding stellen met een Erkende Service Dealer om het product door deze te laten nakijken of te repareren..
2. Breng het product met uw aankoopbewijs (kwitantie) naar de verkoper of de Service Dealer.
Als u om enige reden ontevreden bent over het onderzoek van de Service Dealer of de verleende hulp, verzoeken wij u contact op te nemen met deToro importeur of met ons op:
Customer Care Department, Consumer Division Toro Warranty Company 8111 Lyndale Avenue South Bloomington, MN 55420 -1196 Manager: Technical Product Support: 001 -952 -887 -8248
Zie bijgevoegde lijst met dealers
Plichten van de eigenaar
U dient uw Toro product te onderhouden zoals wordt beschreven in de gebruikershandleiding. Dit routineonderhoud is voor uw rekening, ongeacht of dit wordt uitgevoerd door de dealer of uzelf.
Zaken en gevallen die niet onder de garantie vallen
Buiten deze expliciete garantie vallen:
Kosten van gewoon onderhoud of onderdelen, zoals lters, brandstof,
smeermiddelen, afstelling van onderdelen, slijpen van maaimessen, afstelling van de rem en de koppeling.
Elk product of onderdeel dat is veranderd of verkeerd is gebruikt of moet
worden vervangen of worden gerepareerd als gevolg van normale slijtage, ongelukken of gebrekkig onderhoud.
Reparatie die noodzakelijk is omdat de verkeerde brandstof, is gebruikt, vuil
in het brandstofsysteem is terechtgekomen of het brandstofsysteem niet goed is voorbereid op een periode van buitengebruikstelling van langer dan drie maanden.
Motor en transmissie. Deze vallen onder de toepasselijke fabrieksgarantie
met aparte algemene voorwaarden.
Alle reparatiewerkzaamheden die onder deze garantie vallen, moeten worden uitgevoerd door een Erkende Toro Service Dealer, waarbij Toro goedgekeurde vervangingsonderdelen dienen te worden gebruikt.
Algemene voorwaarden
De koper wordt beschermd door de nationale wetgeving van elk land. De rechten waarover de koper beschikt op grond van deze wetgeving, worden niet beperkt door deze garantie.
374 -0112 Rev A
Loading...