
FormNo.3395-359RevB
TX1000Compacte
multifunctionelelader
Modelnr.:22327—Serienr.:315000001enhoger
Modelnr.:22327G—Serienr.:315000001enhoger
Modelnr.:22328—Serienr.:315000001enhoger
Registreeruwproductopwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
*3395-359*B

WAARSCHUWING
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Ditproductbevateenchemischestofof
chemischestoffenwaarvandeStaatCalifornië
weetdatzekanker,geboorteafwijkingen
enschadeaanhetvoortplantingssysteem
veroorzaken.
Deuitlaatgassenvandemotorvanditproduct
bevattenchemischestoffenwaarvanbekend
isdatzekanker,geboorteafwijkingenof
andereschadeaandevoortplantingsorganen
kunnenveroorzaken.
Alsdemachinezondereengoedwerkendevonkenvanger,
zoalsomschreveninsectie4442,ofeengoedonderhouden,
brandveiligemotorwordtgebruiktineenbosgebiedofop
eenmetdichtstruikgewasofgrasbegroeidterrein,handeltde
bestuurderinstrijdmetdebepalingenvansectie4442of4443
vandeW etopdeOpenbareHulpbronnen(PublicResources
Code)vandeStaatCalifornië.
DebijdezemotorgeleverdeGebruikershandleidingbevat
informatieoverhetEnvironmentalProtectionAgency(EPA)
indeVerenigdeStatenendeCaliforniaEmissionControl
Regulationvooremissiesystemen,onderhoudengarantie.
Bestelvervangonderdelenbijdefabrikantvandemotor.
Inleiding
Dezemachineiseencompactewerktuigdragerbedoeld
voorhetverplaatsenvanaardeenanderematerialenvoor
landschapsverzorgingandbouwwerkzaamheden.Hetis
bedoeldvoorgebruikincombinatiemetallerleiwerktuigen
voorhetuitvoerenvanspecialefuncties.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweethoeude
machineopdejuistewijzemoetgebruikenenonderhouden
enomschadeaandemachineenletseltevoorkomen.Ubent
verantwoordelijkvoorhetjuisteenveiligegebruikvande
machine.
Figuur1
1.Plaatsvanmodelnummerenserienummer
Modelnr.:
Serienr.:
Erwordenindezehandleidingeenaantalmogelijkegevaren
eneenaantalveiligheidsberichtengenoemdmetdevolgende
veiligheidssymbolen(Figuur2),dieduidenopeengevaarlijke
situatiediezwaarlichamelijkletselofdedoodtotgevolgkan
hebbenalsudeveiligheidsvoorschriftennietinachtneemt.
Figuur2
1.Veiligheidssymbool
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnischeinformatie
enOpmerkingduidtalgemeneinformatieaandiebijzondere
aandachtverdient.
Ukuntopwww.T oro.comrechtstreekscontactmetT oro
opnemenomtrainingsmaterialeneninformatieover
productveiligheidenaccessoiresteverkrijgen,eenverkoper
tevindenofuwproductteregistreren.
Alsuservice,origineleToro-onderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmeteen
erkendeservicedealerofmetdeklantenservicevanToro.U
dienthierbijaltijdhetmodelnummerenhetserienummer
vanhetproducttevermelden.Delocatievanhetplaatjemet
hetmodelnummerenhetserienummervanhetproductis
aangegevenopFiguur1.Ukuntdenummersnotereninde
ruimtehieronder.
©2015—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS

Inhoud
Veiligheid......................................................................4
Veiligebediening.....................................................4
Stabiliteitsgegevens..................................................7
Hellingsindicator....................................................8
Veiligheids-eninstructiestickers................................9
Algemeenoverzichtvandemachine................................13
Bedieningsorganen................................................13
Meldingen.........................................................16
Specicaties..........................................................17
Toebehoren/accessoires..........................................17
Gebruiksaanwijzing.......................................................18
Veiligheidstaatvoorop............................................18
Brandstofbijvullen.................................................18
Debrandstoftanksvullen.........................................19
Hetmotoroliepeilcontroleren..................................20
Hetpeilvandehydraulischevloeistof
controleren........................................................21
Dekoelvloeistofvandemotorcontroleren.................21
Hetbrandstofsysteemontluchten.............................22
Demotorstartenenstoppen....................................23
Demachinestoppen...............................................23
Eenniet-werkendemachinebewegen........................23
Werktuigengebruiken.............................................24
Demachinevastmakenvoortransport.......................26
Demachineomhoogbrengen..................................26
Onderhoud..................................................................27
Aanbevolenonderhoudsschema..................................27
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud......................28
Cilindervergrendelinggebruiken...............................28
Motorkapopenen...................................................28
Demotorkapsluiten...............................................29
Inspectieluikaandeachterzijdeopenen......................29
Hetvoorschermverwijderen....................................29
Zijschermenverwijderen.........................................29
Smering...................................................................30
Demachinesmeren................................................30
Onderhoudmotor.....................................................31
Onderhoudvanhetluchtlter..................................31
Motoroliepeilcontroleren........................................32
Onderhoudbrandstofsysteem.....................................34
Brandstoeidingenenaansluitingen
controleren........................................................34
Wateraftappenuitbrandstoflter/waterafschei-
der....................................................................34
Brandstoflterbuseninlineltervervangen................34
Brandstofaftappenuitdebrandstoftanks...................35
Onderhoudelektrischsysteem....................................35
Onderhoudvandeaccu...........................................35
Onderhoudvandezekeringen..................................36
Onderhoudaandrijfsysteem........................................37
Onderhoudvanderupsbanden................................37
Onderhoudkoelsysteem.............................................39
Onderhoudvanhetkoelsysteem...............................39
Onderhoudriemen....................................................40
Spanningvanderiemvandewisselstroomdy-
namo/ventilatorcontroleren................................40
Onderhoudbedieningsysteem.....................................41
Onderhoudhydraulischsysteem..................................41
Hydraulischltervervangen....................................41
Hydraulischevloeistofverversen..............................42
Hydraulischeleidingencontroleren...........................43
Reiniging..................................................................44
Vuilverwijderenvandetractie-eenheid......................44
Hetchassisreinigen................................................44
Stalling........................................................................45
Problemen,oorzaakenremedie......................................46
Schema's......................................................................50
3

Veiligheid
Onjuistgebruikofonderhouddoordegebruikerof
eigenaarkanletselveroorzaken.Omhetrisicovan
letseltevermijden,dientuzichaandevolgende
veiligheidsinstructiestehoudenenaltijdophet
veiligheidssymboolteletten,datbetekent:
V oorzichtig
persoonlijkeveiligheid.Niet-nalevingvandeinstructie
kanleidentotlichamelijkofdodelijkletsel.
Veiligebediening
Ditproductkanhandenofvoetenafsnijden.Volgaltijdalle
veiligheidsinstructiesopomernstigofmogelijkdodelijkletsel
tevoorkomen.
WAARSCHUWING
Deuitlaatgassenvandemotorbevatten
koolmonoxide,eenreukloos,dodelijkgif.
Laatdemotornietbinnenshuisofineenafgesloten
ruimtedraaien.
Instructie
•LeesofraadpleegdeGebruikershandleidingenander
instructiemateriaal.Alsdebestuurder(s)ofdemonteur(s)
detaalwaarindehandleidingisgeschreven,nietmachtig
is(zijn),moetdeeigenaarervoorzorgendatdezede
inhoudvanhetmateriaalbegrijpt(begrijpen).
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,enweet
hoeudemachineveiligkuntgebruiken.
•Allebestuurdersenmonteursmoeteninstructieshebben
ontvangen.Deeigenaarisverantwoordelijkvoorde
instructievandegebruikers.
•Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangen,demachinenooitgebruiken
ofonderhoudswerkzaamhedendaaraanverrichten.
Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisenstellenaan
deleeftijdvandegenediemetdemachinewerkt.
•Deeigenaar/gebruikerisverantwoordelijkvoor
ongelukken,letselvanhemzelf/haarzelfofvananderen,
enschadeaaneigendom,diehij/zijkanvoorkomen.
Vóóringebruikname
•Inspecteerhetterreinomvasttestellenwelkeaccessoires
enwerktuigennodigzijnomgoedenveiligtewerken.
Gebruikalleendoordefabrikantgoedgekeurde
accessoiresenwerktuigen.
•Draaggeschiktekledingenuitrusting,zoals
handschoenen,eenveiligheidsbril,eenlange
broek,stevigeschoenenmeteengripvastezoolen
gehoorbescherming.Bindlanghaarvastineenstaarten
draaggeensieraden.
,
W aar schuwing
of
Gev aar
–instructievoor
•Inspecteerhetterreinwaaropudemaaimachinegaat
gebruikenenverwijdereventuelevoorwerpendiedoorde
machinekunnenwordenuitgeworpen.
•Weesextravoorzichtigbijhethanterenvanbrandstof.
Dezestoffenzijnontvlambaarendedampenkunnentot
ontplofngkomen.
–Gebruikuitsluitendeengoedgekeurdvatofblik.
–Verwijdernooitdedopvandebrandstoftankenvul
nooitbrandstofbijterwijldemotorloopt.Laatde
motorafkoelenvoordatubrandstofbijvult.Niet
roken.
–Umagdebrandstoftanknooitbinnenshuisbijvullen
ofaftappen.
•Controleerofdedodemansknop,deveiligheidsschakelaars
endeveiligheidsschermenzijnbevestigdennaarbehoren
werken.Gebruikdemachineuitsluitendalsdezenaar
behorenwerkt.
Gebruiksaanwijzing
•Werkuitsluitendbijgoedlichtenblijfuitdebuurtvan
kuilenenverborgengevaren.
•Controleerofalleaandrijvingenindeneutraalstandstaan
endeparkeerreminwerkingisgesteldvoordatude
motorstart.Demotormaguitsluitendwordengestartals
debestuurderopdestoelzit.
•Verminderuwsnelheidenweesextravoorzichtigop
hellingen.Rijophellingenindeaanbevolenrichting.De
gazonomstandighedenkunnenvaninvloedzijnopde
stabiliteitvandemachine.
•Verminderuwsnelheidenweesvoorzichtigalsueen
bochtmaakt,wegenofvoetpadenoversteektofop
hellingenvanrichtingverandert.
•Gebruikdemachinenooitalsdeveiligheidsschermen
nietstevigophunplaatszitten.Zorgervoordatalle
interlockschakelaarszijnaangebracht,correctzijn
afgesteldennaarbehorenwerken.
•Verandernooitdestandvandetoerenregelaarvande
motorenlaatdemotorniettesneldraaien.
•Stopdemachineopeenhorizontaaloppervlak,brengde
werktuigenomlaag,schakeldehulphydrauliekuit,stelde
parkeerreminwerkingenzetdemotorafvoordatude
bestuurderspositieomwelkeredenookverlaat.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvanbewegende
werktuigen.
•Kijkachteromenomlaagvoordatuachteruitrijdtomer
zekervantezijndatdewegvrijis.
•Vervoergeenpassagiersenzorgervoordathuisdierenen
omstandersuitdebuurtblijven.
•Verminderuwsnelheidenweesvoorzichtigalsueen
bochtmaaktofwegenenvoetpadenoversteekt.
•Gebruikdemachinenietalsumoeofziekbent,ofonder
deinvloedvanalcoholofdrugsbent.
4

•Weesvoorzichtigalsudemachineinlaadtopeen
aanhangerofeenvrachtwagenofuitlaadt.
•Weesvoorzichtigbijhetnaderenvanblindehoeken,
struiken,bomen,enandereobjectendiehetzichtkunnen
belemmeren.
•Leesdehandleidingenvanallewerktuigen.
•Zorgervoordaterniemandinhetwerkgebiedisvoordat
udemachineingebruikneemt.Stopdemachineals
iemandhetwerkgebiedbinnenkomt.
•Umageentractie-eenheidmetdraaiendemotornooit
onbeheerdachterlaten.Brengaltijddearmenvandelader
omlaag,zetdemotoraf,steldeparkeerreminwerking
enverwijderhetcontactsleuteltjevoordatudemachine
verlaat.
•Overschrijdnooithetnominalewerkvermogen,omdatde
machineinstabielkanwordenwaardoorudecontrole
overdemachineverliest.
•Vervoergeenladingalsdearmenzijnopgeheven.Zorg
ervoordatdeladingtijdenshetvervoerdichtbijdegrond
is.
•Zorgervoordathetwerktuignietwordtoverbelast,en
houddeladingaltijdhorizontaalalsudearmenomhoog
brengt.Houtblokken,plankenenanderevoorwerpen
kunnenvandearmenvandeladerrollenenletsel
veroorzaken.
•Treknooithardaandebedieningshendels,gebruikeen
geleidelijkebeweging.
•Letophetverkeeralsuindebuurtvandeopenbareweg
werktofdezeoversteekt.
•Raakgeenonderdelenaandietijdenshetgebruikheet
kunnenworden.Laatdezeeerstafkoelenvoordatu
dezeafsteltofonderhouds-ofreparatiewerkzaamheden
uitvoert.
•Letopdatervoldoenderuimtebovendemachineis(denk
aantakken,deuropeningen,elektrischekabels)voordatu
ondereenobjectrijdt,enzorgervoordatuditnietraakt.
•Zorgervoordatudetractie-eenheidalleengebruiktin
gebiedenwaarergeenobstakelsdichtbijdebestuurder
zijn.Alsdebestuurdernietvoldoendeafstandhoudt
totbomen,murenenanderebarrièreskanditleidentot
letsel.Bediendemachinealleeningebiedenwaarer
voldoenderuimteisomdebestuurderdemachineveilig
kanmanoeuvreren.
•Voordatugraafwerkverricht,moetuaangevenwaar
zichinhetwerkgebiedondergrondseleidingenenkabels
bevinden;gaopdieplaatsennietgraven.
Zorgerookvoordatuzichbewustbentvandelocatie
vanobjectenenstructurendiemogelijknietaangegeven
zijn,zoalsondergrondseopslagtanks,puttenenseptische
systemen.
•Zorgdatuopdehoogtebentvandegemarkeerde
plaatsenopdemachinewaarlichaamsdelenbeklemd
kunnenrakenenhoudthandenenvoetenuitdebuurt
vandezeplaatsen.
•Voordatudetractie-eenheidmeteenwerktuigeraan
bedient,moetucontrolerenofhetwerktuigopdejuiste
wijzeisbevestigdenofheteenorigineelTorowerktuigis.
•Bliksemkanernstigofdodelijkletselveroorzaken.Alsu
bliksemzietofdonderhoortinhetgebied,gebruikde
machinedanniet;gaschuilen.
Werkenophellingen
Hellingenzijndebelangrijksteoorzaakdatdebestuurderde
machtoverdemachineverliestendezeomkantelt.Ditkan
leidentoternstigofdodelijkeletsel.Allehellingenvereisen
bijzonderevoorzichtigheid.
•Gebruikdemachinenietophellingenenheuvels
waarvandehellinghoekgroterisdandehoekendie
wordenaanbevoleninStabiliteitsgegevens(bladz.7)
enindeGebruikershandleidingvanhetwerktuig.Zieook
Hellingsindicator(bladz.8).
•Rijheuvelopwaartsenheuvelafwaartsmetde
zwarekantvandemachinenaarbovengericht.
Veranderingenindegewichtsverdeling.Meteenlegebak
isdeachterzijdevandemachinedezwarekant,terwijlmet
eenvollebakdevoorzijdedezwarekantis.Demeeste
anderewerktuigenzullenervoorzorgendathetgewicht
voornamelijkopdevoorkantvandemachinerust.
•Alsudearmenvandeladeromhoogbrengtopeen
helling,zalditinvloedhebbenopdestabiliteitvande
machine.Indienmogelijkmoetudearmenvandelader
omlaaghoudenalsuopeenhellingrijdt.
•Alsueenwerktuigopeenhellingverwijdert,zalde
achterkantvandemachinezwaarworden.Raadpleeg
Stabiliteitsgegevens(bladz.7)omtebepalenofhet
werktuigzonderenigrisicokanwordenverwijderdop
eenhelling.
•Verwijderobstakelszoalsstenen,boomtakken,en
dergelijkeuithetwerkgebied.Letopkuilen,vorenof
bulten,omdatdekansbestaatdatdemachineomslaatop
ongelijkterrein.Inhooggraszijnobstakelsnietaltijd
zichtbaar.
•GebruikuitsluitenddoorTorogoedgekeurdewerktuigen.
Werktuigenkunnenveranderingindestabiliteitende
gebruikseigenschappenbrengenendemachineminder
stabielmaken.Degarantiekankomentevervallenals
werktuigenwordengebruiktdienietzijngoedgekeurd.
•Gaopeenhellingaltijdlangzaamenbehoedzaamtewerk.
Verandernietplotselingdesnelheidofderijrichtingvan
demachine.
•Nietstartenofstoppenopeenhelling.Alsde
tractie-eenheidgripverliest,rijddehellingdanlangzaam
ineenrechtelijnaf.
•Maakgeenbochtenopeenhelling.Alsueenbochtmoet
maken,moetuditlangzaamdoenendezwarekantvan
demachineheuvelopwaartsgerichthouden.
•Werknietindebuurtvansteilehellingen,greppelsof
dijken.Demachinekanplotselingomslaanalseen
5

rupsbandoverderandvaneenklipofgreppelkomtof
alseenrandafbrokkelt.
•Zorgervoordatdeboutenenmoerenstevigzijn
vastgedraaid.Houddemachineingoedeconditie.
•Weesvoorzichtigalsuopnatgraswerkt.Alsdemachine
gripverliest,kandezegaanglijden.
•Parkeerdetractie-eenheidalleenopeenhellingofheuvel
nadatuhetwerktuigtotopdegrondheeftgebracht,de
parkeerreminwerkinghebtgesteldenderupsbanden
hebtvastgezet.
Onderhoudenopslag
•Schakeldehulphydrauliekuit,brenghetwerktuigomlaag,
steldeparkeerreminwerking,zetdemotorafenhaalhet
sleuteltjeuithetcontact.W achttotdatallebewegende
delentotstilstandzijngekomenendeeenheidisafgekoeld
voordatudezeafstelt,reinigtofrepareert.
•Verwijdergrasenvuilvandewerktuigen,deaandrijvingen,
degeluiddempersendemotorombrandtevoorkomen.
Neemgemorsteolieofbrandstofmeteenop.
•Laatdemachineeerstafkoelenvoordatudezeopslaat.
Parkeerdemachinenietindenabijheidvaneenopen
vuur.
•Umagbrandstofnietopslaanindenabijheidvaneen
openvuurofbinnenshuisaftappenuitdebrandstoftank.
•Parkeerdemachineopeenhorizontaaloppervlak.Laat
personeeldatnietbekendismetdeinstructies,nooit
onderhoudswerkzaamhedenaandemachineuitvoeren.
•Plaatsonderdelenopkriksteunenindienditnodigis.
•Haalvoorzichtigdedrukvanonderdelenmetopgeslagen
energie.
•Maakdeaccukabelslosvoordatureparatiewerkzaamhe-
denuitvoert.Maakeerstdeminpoolvandeacculosen
daarnadepluspool.Sluiteerstdepluspoolvandeaccu
aanendaarnademinpool.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvanbewegende
onderdelen.Stelindienmogelijkdemachinenietafterwijl
demotorloopt.
•Laaddeaccuopineenopen,goedgeventileerderuimte;
doeditnietindebuurtvanvonkenenopenvuur.Haal
deopladeruithetstopcontactvoordatudezeaansluitop
oflosmaaktvandeaccu.Draagbeschermendekledingen
gebruikgeïsoleerdgereedschap.
•Zorgervoordatalleonderdeleningoedestaatverkeren
enallebevestigingselementenstevigvastzitten.V ervang
versletenofbeschadigdestickers.
•Knoeinooitmetdeveiligheidsvoorzieningen.
•Houddemachinevrijvangras,bladeren,ofander
aangekoektvuil.Neemgemorsteolieofbrandstofmeteen
op.Laatdemachineafkoelenvoordatudezeopslaat.
•Weesextravoorzichtigbijhethanterenvanbrandstof.
Dezestoffenzijnontvlambaarendedampenkunnentot
ontplofngkomen.
–Gebruikuitsluitendeengoedgekeurdvatofblik.
–Verwijdernooitdedopvandebrandstoftankenvul
nooitbrandstofbijterwijldemotorloopt.Laatde
motorafkoelenvoordatubrandstofbijvult.Niet
roken.
–Vuldebrandstoftanknooitbinnenshuisbij.
–Slademachineofeenbrandstofvatnooitopineen
ruimtewaarinzicheenopenvuurbevindt,zoalseen
waakvlamvaneenboilerofeenfornuis.
–Vuleenvatnooitalsditzichineenvoertuig,
achterbakoflaadbakvaneenvrachtautobevindt,
maarzetditeerstopdegrond.
–Zorgervoordatdevulpijptijdenshetvullen
voortdurendincontactmetdetankis.
•Alsueenvoorwerpraakt,moetustoppenendemachine
controleren.V oerallenoodzakelijkereparatiesuitvoordat
udemachineweeringebruikneemt.
•GebruikaltijdorigineleToro-onderdelenzodatde
originelestandaardenwordengehandhaafd.
•Accuzuurisgiftigenkanbrandwondenveroorzaken.
Voorkomcontactmetdehuid,ogenenkleding.Bescherm
uwgezicht,ogenenkledingalsuwerkzaamhedenverricht
aandeaccu.
•Accugassenkunnenontploffen.Houdsigaretten,vonken
enopenvuuruitdebuurtvandeaccu.
•Houdlichaamenhandenuitdebuurtvankleinelekgaten
ofspuitmondenwaaruitonderhogedrukhydraulische
vloeistofontsnapt.Ukuntlekkeninhethydraulische
systeemopsporenmetbehulpvankartonofpapier;doe
ditnooitmetuwhanden.Hydraulischevloeistofdie
onderdrukontsnapt,kandoordehuidheendringenen
letselveroorzakenendientbinnenenkeleurenoperatief
tewordenverwijderddooreengespecialiseerdechirurg
omdatandersgangreenkanontstaan.
•Alshetvooronderhouds-ofreparatiewerkzaamheden
nodigisdatdelaadarmenomhoogstaan,kuntudearmen
indeopgehevenstandvergrendelenmetdehydraulische
cilindervergrendeling.
•Udienthetlaadarmventielmetdeventielvergrendeling
vandeladertevergrendelentelkenswanneerudemachine
totstilstandbrengtterwijldearmenzijnopgeheven.
6

Stabiliteitsgegevens
Devolgendetabelbevatdeaanbevolenmaximalehellingshoekvoordetractie-eenheidindeaangegevenstanden.Alsde
hellinghoekgroterisdandevermeldehellinghoek,kandemachineinstabielworden.Bijdegegevensindetabelwordtervan
uitgegaandatdearmenvandeladervolledigomlaagzijn.Alsdearmenvandeladeromhoogstaan,kanditdestabiliteit
beïnvloeden.
Degebruikershandleidingvanelkwerktuigvermeldtdriestabiliteitswaarden,éénperhellinghoek.Omtebepalenwatde
maximalehellingshoekisdieukuntnementerwijlhetwerktuiggemonteerdis,zoektudehellingshoekdieovereenkomt
metdestabiliteitswaardenvanhetwerktuig.Voorbeeld:AlsvanhetgemonteerdewerktuigopeenTXmodel22327de
waardevoor'Voorzijdeheuvelopwaarts''B'is,dewaardevoor'Achterzijdeheuvelopwaarts''D'isendewaardevoor'zijkant
heuvelopwaarts''C'is,kuntuvolgensdetabelvooruiteenhellingvan19°nemen,achterwaartseenhellingvan11°enzijwaarts
eenhellingvan11°nemen.
Model22327
Maximaalaanbevolenhellinghoekbij
gebruikmet:
Voorzijdeheu-
velopwaarts
Conguratie
Machinezonderwerktuig
Machinemeteenwerktuigwaaraaneenvandevolgendestabiliteitswaarden
perhellinghoekistoegekend:*
A
B
C16°17°11°
D
E
Model22328
15°19°16°
25°25°20°
19°20°15°
14°11°8°
5°5°5°
Maximaalaanbevolenhellingshoekbij
Voorzijdeheu-
velopwaarts
Achterzijde
heuvelop-
gebruikmet:
Achterzijde
heuvelop-
Zijkantheuvelopwaarts
waarts
Zijkantheuvelopwaarts
waarts
Conguratie
Machinezonderwerktuig
Machinemeteenwerktuigwaaraaneenvandevolgendestabiliteitswaarden
perhellinghoekistoegekend:*
A
B
C18°15°14°
D
E
16°19°19°
25°25°23°
21°19°18°
15°10°10°
5°5°5°
7

Hellingsindicator
Figuur3
Dezepaginamagwordengekopieerdvoorpersoonlijkgebruik.
1.RaadpleeghethoofdstukStabiliteitsgegevensomdemaximalehellingshoektebepalenwaarbijdemachineveiligkan
wordengebruikt.Gebruikdehellingsindicatoromdehellingshoektebepalenvoordatudemachineopeenhellinggaat
gebruiken.Gebruikdemachinenietophellingendiesteilerzijndandemaximalehellingshoekdieinhethoofdstuk
Stabiliteitsgegevensisaangegeven.Langsdebetreffendelijnvandeaanbevolenhellingshoekvouwen.
2.Lijndezeranduitmeteenverticaaloppervlak,bijvoorbeeldeenboom,gebouwofhek.
3.Voorbeeldvanhetvergelijkenvandehellingshoekmetdegevouwenrand.
8

Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderenbevindenzich
bijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenenstickers.
93-6681
1.Ledematenkunnenwordengesneden/geamputeerd,
ventilator–Blijfuitdebuurtvanbewegendeonderdelen.
93-7814
1.Risicoomgegrepenteworden,riem–Blijfuitdebuurtvan
bewegendeonderdelen.
93-9084
115-2047
1.Waarschuwing–raakhetheteoppervlaknietaan.
115-4855
1.Heetoppervlak/gevaarvoorbrandwonden–Draag
beschermendehandschoenenbijhethanterenvande
hydraulischekoppelingenenleesdeGebruikershandleiding
voormeerinformatieoverhethanterenvanhydraulische
onderdelen.
115-4858
1.Handenofvoetenkunnenbekneldraken–monteerde
vergrendelingvandecilinder.
1.Hefpunt
1.Motorkoelvloeistofonder
druk.
2.Explosiegevaar–Leesde
Gebruikershandleiding.
2.Bevestigingspunt
106-6755
3.Waarschuwing–Raakhet
heteoppervlaknietaan.
4.Waarschuwing–Leesde
Gebruikershandleiding.
115-4865
1.Motorkoelvloeistof
2.Leesde
Gebruikershandleiding.
117-2718
9

120-0625
1.Knelpunt,hand–houdhandenuitdebuurt.
130-2836
1.Beknellingsgevaar,gevaarvoorsnijwonden–Blijfuitde
buurtvandebakendehefarm.
131-0711
1.Ledematenkunnenbekneldraken–Blijfuitdebuurtvan
knelpuntenenbewegendeonderdelen.
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu
1.Knipperlichtsignaal–
temperatuurkoelvloeistof
motor
2.Ononderbroken
lichtsignaal–druk
motorolie
3.Knipperlichtsignaal–
gloeibougie
4.Ononderbroken
lichtsignaal–
waarschuwingaccu
5.Urenteller
1.Explosiegevaar6.Houdomstandersop
2.Geenvonkenofvuuren
nietroken.
3.Risicovanbijtende
vloeistof/chemische
brandwonden
130-7637
6.Motor–Starten
7.Parkeerremhendel
vrijgezet
8.Tractieneutraal
9.Hendelvoor
hulphydrauliekneutraal
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde
Gebruikershandleiding.
veiligeafstandvande
accu.
7.Draagoogbescherming;
explosievegassenkunnen
blindheidenanderletsel
veroorzaken.
8.Accuzuurkanblindheid
ofernstigebrandwonden
veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater
spoelenensnelarts
raadplegen.
10.Bevatlood;niet
weggooien.
1.Parkeerrem–inwerking
gesteld
131-0709
2.Parkeerrem–vrijgezet
10

131-0707
1.12Vstopcontact7.Werktuignaarvorenkantelen.
2.Hydraulischwerktuig–vooruit8.Werktuignaarachterenkantelen.
3.Hydraulischwerktuig–neutraal9.Werktuigneerlaten.
4.Hydraulischwerktuig–achteruit
5.Motortoerental–Snel11.Zethetwerktuigindezweefstand.
6.Motortoerental–Langzaam12.Hendelvergrendeling
10.Werktuigopheffen.
131-0708
1.Vooruit3.Achteruit
2.Rechtsaf4.Linksaf
11

131-0710
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding.7.Handenofvoetenkunnenwordengesnedenofgeamputeerd
2.Waarschuwing–Zorgervoordatuopgeleidbentvoorgebruik
vandemachinealvorensermeetewerken.
3.Waarschuwing–Draaggehoorbescherming.
4.Waarschuwing–Steldeparkeerreminwerking,laatdebak
neeropdegrond,zetdemotorafenverwijderhetsleuteltje
uithetcontactvoordatudemachineverlaat.
5.Gevaaropelektrocutie,elektrischeleidingen–Controleer
hetwerkterreinopelektrischeleidingenvoordatubegintte
werkenmetdemachine.
6.Ledematenkunnenbekneldraken–Blijfuitdebuurtvan
knelpunten;leesdeGebruikershandleidingvoordatuservice-
ofonderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
–Wachttotallebewegendedelentotstilstandzijngekomen
voordatuservicewerkzaamhedenuitvoert,blijfuitdebuurt
vanbewegendeonderdelenenhoudallebeschermende
delenophunplaats.
8.Ontplofngsgevaar;gevaarvoorelektrocutie–Belde
plaatselijkenutsbedrijvenvoordatuineengebiedbegintte
werken.
9.Gevaarvoorbeknelling–Blijfuitdebuurtvandebakalsu
demachinegebruikt;houdomstandersuitdebuurtvande
machine.
10.Kantelgevaar–Omhellingopwaartsen-afwaartsterijden,
moetudebakaltijdneerlaten;rijnooiteenhellingopmet
opgetildebak.
11.Kantelgevaar–Rijdniettesnelinbochten;kijkaltijdachteru
voordatuachteruitrijdtmetdemachine.
12

Algemeenoverzicht
vandemachine
Bedieningsorganen
Zorgervoordatuvertrouwdbentmetallebedieningsorganen
(Figuur5)voordatudemotorstartendemachinegebruikt.
Figuur5
1.Scherm6.Contactschakelaar
2.Stopcontact
3.Referentiebalk
4.Hendelvoor
hulphydrauliek
5.Gashendel
7.Tractiebediening
8.Hendelvoorladerarm/werktuigkanteling
9.Vergrendelinglader
Figuur4
1.Motorkap7.Bindoog
2.Koppelingen
hulphydrauliek
3.Montageplaat9.Bedieningspaneel
4.Rupsband
5.Armvanlader
6.Hefcilinder
8.Brandstofmeter
10.Schakelaarvergrendeling
11.Bestuurdersplatform
12.Parkeerrem
Contactschakelaar
Decontactschakelaarwaarmeeudemotorstartenafzet,
heeftdriestanden:UIT,LOPENenSTART.
Omdemotortestarten,draaituhetsleuteltjenaardestand
START.Alsuhetsleuteltjeloslaatalsdemotorstart,zaldit
automatischterugkerennaardestandLOPEN.
Omdemotoraftezetten,draaituhetsleuteltjenaardestand
UIT.
Gashendel
Zetdehendelnaarvorenomhetmotortoerentalteverhogen
ennaarachterenomhettoerentalteverlagen.
Referentiebalk
Gebruiktijdenshetrijdenmetdetractie-eenheidde
referentiebalkalshandgreepenhefboompuntomde
tractiebedieningendehendelvoordehulphydrauliekte
bedienen.Vooreensoepele,gecontroleerdebedieninghoudt
ualtijdbeidehandenopdereferentiebalktijdenshetbedienen
vandemachine.
hulphydrauliek
13

Tractiebediening
•Vooreenbochtnaarrechtsdraaitudetractiebediening
rechtsom(Figuur9).
Figuur6
1.Referentiebalk
2.Tractiebediening
Figuur9
•Omvooruitterijden,beweegtudetractiehendelnaar
voren(Figuur7).
Figuur7
•Omachteruitterijden,beweegtudetractiehendelnaar
achteren(Figuur8).
Belangrijk:Kijkbijhetachteruitrijdenaltijdachter
uenhouduwhandenopdereferentiebalk.
•Vooreenbochtnaarlinksdraaitudetractiebediening
linksom(Figuur10).
Figuur10
•Omtestoppen,laatudetractiebedieninglos(Figuur6).
Opmerking:Hoeverderudetractiebedieningineen
bepaalderichtingbeweegt,hoesnellerdemachineindie
richtinggaat.
Figuur8
14

Hendelvoordeladerarm/werktuigkanteling
•Omhetwerktuignaarvorentekantelen,beweegtude
hendellangzaamnaarrechts(Figuur11).
•Omhetwerktuignaarachterentekantelen,beweegtude
hendellangzaamnaarlinks(Figuur11).
•Omdearmenomlaagtebrengen,beweegtudehendel
langzaamnaarvoren(Figuur11).
•Omdearmenomhoogtebrengen,beweegtudehendel
langzaamnaarachteren(Figuur11).
•Omdearmenomlaagtebrengennaardezweefstand,
beweegtudehendelvolledignaarvoren(Figuur11).
Opmerking:Hiermeekunnenwerktuigenzoalsde
nivelleerschuifenhethydraulischebladdecontourenvan
degrondvolgen(bijvoorbeeldzwevenofschuiven).
Vergrendelinglader
Metdezevergrendelingkuntudehendelvoorde
laderarm/werktuigkantelingzovergrendelendatdeze
nietnaarvorenkanbewegen.Ditvoorkomtdatiemand
perongelukdearmenvandeladerneerlaattijdens
onderhoudswerkzaamheden.Udientdearmenvandelader
tevergrendelentelkenswanneerudemachinetotstilstand
brengtterwijldearmenzijnopgetild.
Omdevergrendelingaantebrengen,brengtude
vergrendelingomhooguitdeopeninginhetbedieningspaneel
endraaitudevergrendelingnaarlinks,voordehendel
vandeladerarm,enduwtudevergrendelingomlaaginde
vergrendeldestand(Figuur12).
Figuur11
1.Zweefstand
2.Laatdearmenvande
laderneer.
3.Hefdearmenvandelader
op.
4.Werktuignaarachteren
kantelen.
5.Werktuignaarvoren
kantelen.
Doordehendelnaareentussenliggendestand(bijvoorbeeld
naarvorenennaarlinks)tebewegen,kuntutegelijkertijdde
armenvandeladerbewegenenhetwerktuigkantelen.
Figuur12
Referentiebalkvanbedieningvanlader
Dereferentiebalkvandebedieningvandeladerhelpt
uwhandstabiliserenterwijludehendelvoorde
laderarm/werktuigkantelingbedient(Figuur4).
Hendelvoorhulphydrauliek
Omeenhydraulischwerktuignaarvorentelatenbewegen,
beweegtudehendelvoordehulphydraulieknaarvoren
(Figuur13).
Omeenhydraulischwerktuignaarachterentelatenbewegen,
beweegtudehendelvoordehulphydraulieknaarachteren
(Figuur13).
AlsudehendelloslaatterwijldezeindestandVOORUITof
ACHTERUITstaat,keertdehendelautomatischterugnaarde
NEUTRAALSTAND(Figuur13).
15

Figuur13
demachinetelatenkoelen.Controleerhetpeilvande
koelvloeistofalsdemotorhelemaalafgekoeldis.
Belangrijk:Schakeldemotornietuitomdatde
machinehierdoorzoukunnenoververhitraken.
1.Hydraulischestroom
vooruit
2.Hydraulischestroom
achteruit
3.Neutraalstand
Schakelaarvergrendeling
hulphydrauliek
Drukdeschakelaarvoorvergrendelingvandehulphydrauliek
inomdehendelvoorhulphydrauliekindestandVOORUIT
tevergrendelenenuwhandenvrijtehebbenvoorandere
bedieningsorganen(Figuur5).
Parkeerremhendel
Draaideparkeerremhendelnaarlinksomdeparkeerremin
werkingtestellen(Figuur14).
Opmerking:Detractie-eenheidkaneenstukjerollenvoor
deremmenaangrijpen.
Figuur15
Drukmotorolie
Alsdedrukvandemotorolietelaagwordt,blijfthetlampje
linksononderbrokenbranden(Figuur16).Alsditgebeurt,zet
demotordanonmiddellijkafencontroleerdeolie.Alshet
oliepeillaagis,vuldanoliebijen/ofcontroleeropmogelijke
lekkage.
Figuur16
Gloeibougie
Hetlampjerechtsknippertalsdegloeibougieszijnopgeladen
endemotoropwarmen(Figuur17).
Figuur14
Draaideparkeerremhendelnaarrechtsomdeparkeerrem
vrijtezetten.
Opmerking:Hetzoukunnendatudetractiebediening
moetafstellenomderempennenvrijtezettenendehendel
tedraaien.
Brandstofmeter
Debrandstofmetergeeftaanhoeveelbrandstoferinde
brandstoftankszit(Figuur4).
Meldingen
Temperatuurkoelvloeistofmotor
Alsdekoelvloeistofvandemotorteheetwordt,knipperthet
lampjelinksenklinkthetgeluidvandeclaxon(Figuur15).
Alsditgebeurt,moetudehulphydrauliekuitschakelenen
demachinehoogstationairlatenlopenomhetkoelsysteem
Figuur17
Indicatielampjeaccuspanning
Alsdeaccubijnaleegis,blijfthetlampjerechts
ononderbrokenbranden(Figuur18).Alsditgebeurt,zet
dandemotorafenlaaddeaccuopofvervangdeze.Zie
Onderhoudvandeaccu(bladz.35)
Figuur18
Urenteller
Deurentellergeefthetaantalurenweerdatdetractie-eenheid
inbedrijfisgeweestendevolgendeinformatie:
16