
FormNo.3364-621RevA
TX427Compactemultifunctionelelader
Modelnr.:22321—Serienr.:290000001enhoger
Modelnr.:22321G—Serienr.:290000001enhoger
Modelnr.:22322—Serienr.:290000001enhoger
Omuwproductteregistrerenofomeengebruikershandleidingofonderdelencatalogustedownloaden,gaatu
naarwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijke
tekst(NL)

Waarschuwing
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Deuitlaatgassenvandemotorvanditproduct
bevattenchemischestoffenwaarvanbekend
isdatzekanker,geboorteafwijkingenof
andereschadeaandevoortplantingsorganen
kunnenveroorzaken.
Omdatinsommigegebiedenvoorschriftenvande
plaatselijkeautoriteitenofnationaleoverheidvereisen
datdemotorvandezemachineisuitgerustmeteen
vonkenvanger,iseenvonkenvangeralsoptieleverbaar.
Alsueenvonkenvangernodigheeft,verzoekenwij
contactoptenemenmetuwErkendeToro-dealer.
DeorigineleToro-vonkenvangerszijngoedgekeurd
doordeUSDAForestryService.
Belangrijk:Gebruikvandemachineineen
bosgebiedofopeenmetdichtstruikgewasofgras
begroeidterreinzondereengoedfunctionerende
vonkenvangerofeenmotordienietisgebouwd
ofuitgerustmetvoorzieningenombrandte
voorkomen,isinstrijdmetdebepalingenvan
deWetopdeOpenbareHulpbronnen(Public
ResourceCode),Afdeling4442vandeStaat
Californië.Inanderelandenofstatenkunnen
soortgelijkewettenvankrachtzijn.
Alsuservice,origineleToro-onderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet
eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice
vanToro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummeren
hetserienummervanhetproducttevermelden.De
locatievanhetplaatjemethetmodelnummerenhet
serienummervanhetproductisaangegevenopFiguur1.
Ukuntdenummersnotereninderuimtehieronder.
Figuur1
1.Plaatsvanmodelnummerenserienummer
Modelnr.:
Serienr.:
Ditvonkontstekingssysteemisinovereenstemmingmet
deCanadeseICES-002.
Debijgevoegde
motor
wordtgeleverdominformatieteverstrekken
Bedieningshandleiding v an de
metbetrekkingtotdeAmerikaanseEnvironmental
ProtectionAgency(EPA)endeCaliforniaEmission
ControlRegulationbetreffendeuitlaatsystemen,
onderhoudenwaarborgen.Nieuweexemplaren
kuntubestellenviadefabrikantvandemotor.
Inleiding
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet
hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruikenen
onderhoudenenomletselenschadeaandemachinete
voorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhetjuisteen
veiligegebruikvandemachine.
UkuntrechtstreekscontactopnemenmetTorovia
www.T oro.comvoorinformatieoverproductenen
accessoires,omeendealertevindenofomuwproduct
teregistreren.
Dezehandleidingnoemteenaantalmogelijkegevaren
enbevateenaantalveiligheidsberichten(Figuur2)
metdevolgendeveiligheidssymbolen,dieduiden
opeengevaarlijkesituatiediezwaarlichamelijk
letselofdedoodtotgevolgkanhebbenwanneerde
veiligheidsvoorschriftennietinachtwordengenomen.
Figuur2
1.Veiligheidssymbool
Erwordenindezehandleidingnog2woordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische
informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie
aandiebijzondereaandachtverdient.
©2008—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
2
Allerechtenvoorbehouden
GedruktindeVS.

Inhoud
Inleiding.......................................................................2
Veiligheid.....................................................................4
Veiligebediening..................................................4
Geluidsdruk.........................................................7
Geluidsniveau.......................................................7
Trilling.................................................................7
Stabiliteitsgegevens...............................................7
Hellingsindicator..................................................9
Veiligheids-eninstructiestickers.........................10
Algemeenoverzichtvandemachine............................14
Bedieningsorganen.............................................14
Specicaties........................................................18
Werktuigen/Accessoires.....................................18
Gebruiksaanwijzing....................................................19
Brandstofbijvullen.............................................19
Motoroliepeilcontroleren...................................20
Hetpeilvandehydraulischevloeistof
controleren.....................................................20
Demotorstartenenstoppen..............................21
Demachinestoppen...........................................21
Eenniet-werkendemachineverplaatsen..............21
Cilindervergrendelinggebruiken.........................22
Werktuigengebruiken.........................................22
Demachinevastzettenvoortransport.................24
Detractie-eenheidheffen...................................24
Onderhoud................................................................25
Aanbevolenonderhoudsschema.............................25
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud................26
Motorkapopenen...............................................26
Demotorkapsluiten...........................................26
Inspectieluikaandeachterzijdeopenen...............26
Inspectieluikaandeachterzijdesluiten................27
Zijschermenverwijderen....................................27
Zijschermenmonteren.......................................27
Verwijderhetvoorscherm...................................27
Smering..................................................................28
Detractie-eenheidsmeren..................................28
Onderhoudmotor..................................................29
Onderhoudvanhetluchtlter.............................29
Motoroliepeilcontroleren...................................30
Onderhoudvandebougies.................................31
Onderhoudbrandstofsysteem................................32
Brandstofltervervangen...................................32
Brandstofaftappenuitdebrandstoftank.............32
Onderhoudelektrischsysteem................................33
Onderhoudvandeaccu......................................33
Onderhoudaandrijfsysteem....................................34
Onderhoudvanderupsbanden...........................34
Onderhoudriemen.................................................38
Aandrijfriemvervangen/controleren..................38
Onderhoudbedieningsysteem................................39
Uitlijningtractiebedieningafstellen.....................39
Deneutraalstandvandetractiebediening
afstellen..........................................................40
Desporingvandetractiebedieningindestand
volledigvooruitafstellen.................................40
Onderhoudhydraulischsysteem.............................41
Hydraulischltervervangen...............................41
Hydraulischevloeistofverversen.........................42
Hydraulischeleidingencontroleren.....................43
Reiniging................................................................43
Vuilverwijderenvandetractie-eenheid...............43
Hetchassisreinigen............................................43
Stalling.......................................................................45
Problemen,oorzaakenremedie..................................46
Schema's....................................................................47
3

Veiligheid
Onjuistgebruikofonderhouddoordegebruikerof
eigenaarkanletselveroorzaken.Omhetrisicovan
letseltevermijden,dientuzichaandevolgende
veiligheidsinstructiestehoudenenaltijdophet
veiligheidssymbool(
V oorzichtig
voorpersoonlijkeveiligheid.Niet-nalevingvande
instructiekanleidentotlichamelijkofdodelijk
letsel.
,
W aar schuwing
Veiligebediening
Ditproductkanhandenofvoetenafsnijden.Volgaltijd
alleveiligheidsinstructiesopomernstigofmogelijk
dodelijkletseltevoorkomen.
Deuitlaatgassenvandemotorbevatten
koolmonoxide,eenreukloos,dodelijkgif.
)teletten,datbetekent:
of
Gev aar
–instructie
Vóóringebruikname
•Inspecteerhetterreinomvasttestellenwelke
accessoiresenwerktuigennodigzijnomgoeden
veiligtewerken.Gebruikalleendoordefabrikant
goedgekeurdeaccessoiresenwerktuigen.
•Draaggeschiktekledingenuitrusting,zoalseenhelm,
eenveiligheidsbril,langebroek,veiligheidsschoenen
engehoorbescherming.Langhaar,lossekledingof
sieradenkunnenwordengegrependoorbewegende
onderdelen.
•Inspecteerhetterreinwaaropudemaaimachinegaat
gebruikenenverwijdereventuelevoorwerpendie
doordemachinekunnenwordenuitgeworpen.
•Weesextravoorzichtigalsuomgaatmetbenzineof
anderebrandstof.Dezestoffenzijnontvlambaaren
dedampenkunnentotontplofngkomen.
–Gebruikuitsluitendeengoedgekeurdvatofblik.
–Verwijdernooitdedopvandebrandstoftanken
vulnooitbrandstofbijwanneerdemotorloopt.
Laatdemotorafkoelenvoordatubrandstof
bijvult.Nietroken.
Laatdemotornietbinnenshuisofineen
afgeslotenruimtedraaien.
Instructie
•Leesofraadpleegdegebruikershandleidingenander
instructiemateriaal.Alsdebestuurder(s)ofde
monteur(s)detaalwaarindehandleidingis
geschreven,nietmachtigis(zijn),moetdeeigenaar
ervoorzorgendatdezedeinhoudvanhetmateriaal
begrijpt.
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,en
weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
•Allebestuurdersenmonteursmoeteninstructie
hebbenontvangen.Deeigenaarisverantwoordelijk
voordeinstructievandegebruikers.
•Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangen,demachinenooitgebruiken
ofonderhoudswerkzaamhedendaaraan
verrichten.Plaatselijkevoorschriftenkunneneen
minimumleeftijdsgrensvoordebedieningvande
machinestellen.
•Deeigenaar/gebruikerisverantwoordelijkvoor
ongelukken,letselvanhemzelf/haarzelfofvan
anderen,enschadeaaneigendom,diehij/zijkan
voorkomen.
–Umagdebrandstoftanknooitbinnenshuis
bijvullenofaftappen.
•Controleerofdedodemansknop,de
veiligheidsschakelaarsendeveiligheidsschermen
zijnbevestigdennaarbehorenwerken.Gebruikde
machineuitsluitendalsdezenaarbehorenwerkt.
Gebruiksaanwijzing
•Laatdemotornooitlopenineenafgeslotenruimte.
•Werkuitsluitendbijgoedlichtenblijfuitdebuurt
vankuilenenverborgengevaren.
•Controleerofalleaandrijvingenindeneutraalstand
zijnendeparkeerreminwerkingisgesteldvoordat
udemotorstart.Demotormaguitsluitendworden
gestartalsdebestuurderopdestoelzit.
•Verminderuwsnelheidenweesextravoorzichtigop
hellingen.Rijophellingenindeaanbevolenrichting.
Degazonomstandighedenkunnenvaninvloedzijn
opdestabiliteitvandemachine.
•Verminderuwsnelheidenweesvoorzichtigalsu
opeenhellingeenbochtmaaktofvanrichting
verandert.
•Gebruikdemachinenooitalsdeveiligheidsschermen
nietstevigophunplaatszitten.Zorgervoordatalle
interlockschakelaarszijnaangebracht,correctzijn
afgesteldennaarbehorenwerken.
•Verandernooitdestandvandetoerenregelaarvan
demotorenlaatdemotorniettesneldraaien.
4

•Stopdemachineopeenhorizontaaloppervlak,breng
dewerktuigenomlaag,schakeldehulphydrauliek
uit,steldeparkeerreminwerkingenzetdemotor
afvoordatudebestuurderspositieomwelkereden
ookverlaat.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
bewegendewerktuigen.
•Kijkachteromenomlaagvoordatuachteruitrijdtom
erzekervantezijndatdewegvrijis.
•Vervoergeenpassagiersenzorgervoordat
huisdierenenomstandersuitdebuurtblijven.
•Verminderuwsnelheidenweesvoorzichtigalsueen
bochtmaaktofwegenenvoetpadenoversteekt.
•Gebruikdemachinenietalsuonderdeinvloedvan
alcoholofdrugsbent.
•Weesvoorzichtigalsudemachineinlaadtopeen
aanhangerofeenvrachtwagenofuitlaadt.
•Weesvoorzichtigbijhetnaderenvanblindehoeken,
struiken,bomen,enandereobjectendiehetzicht
kunnenbelemmeren.
•Leesdehandleidingenvanallewerktuigen.
•Zorgervoordaterniemandinhetwerkgebiedis
voordatudemachineingebruikneemt.Stopde
machinealsiemandhetwerkgebiedbinnenkomt.
•Umageentractie-eenheidmetdraaiendemotornooit
onbeheerdachterlaten.Brengaltijddearmenvande
laderomlaag,zetdemotoraf,steldeparkeerremin
werkingenverwijderhetcontactsleuteltjevoordatu
demachineverlaat.
•Overschrijdnooithetnominalewerkvermogen,
omdatdemachineinstabielkanwordenwaardooru
decontroleoverdemachineverliest.
•Vervoergeenladingalsdearmenzijnopgeheven.
Zorgervoordatdeladingtijdenshetvervoerdicht
bijdegrondis.
•Zorgervoordathetwerktuignietwordtoverbelast,
enhouddeladingaltijdhorizontaalalsude
armenopheft.Houtblokken,plankenenandere
voorwerpenkunnenvandearmenvandelader
rollenenletselveroorzaken.
•Treknooithardaandebedieningshendels,gebruik
eengeleidelijkebeweging.
•Letophetverkeeralsuindebuurtvandeopenbare
wegwerktofdezeoversteekt.
•Raakgeenonderdelenaandietijdenshet
gebruikheetkunnenworden.Laatdezeeerst
afkoelenvoordatudezeafsteltofonderhouds-of
reparatiewerkzaamhedenuitvoert.
•Letopdatervoldoenderuimtebovendemachineis
(denkaantakken,deuropeningen,elektrischekabels)
voordatuondereenobjectrijdt,enzorgervoordat
udezenietraakt.
•Zorgervoordatudetractie-eenheidalleengebruikt
ingebiedenwaarergeenobstakelsdichtbijde
bestuurderzijn.Alsdebestuurdernietvoldoende
afstandhoudttotbomen,murenenanderebarrières
kanditleidentotletselalsdetractie-eenheidtijdens
gebruikachteruitrijdtterwijldebestuurderniet
voldoendeopdeomgevinglet.Bediendemachine
alleeningebiedenwaarervoldoenderuimteisom
debestuurderdemachineveiligkanmanoeuvreren.
•Voordatugraafwerkverricht,moetuaangevenwaar
zichinhetwerkgebiedondergrondseleidingenen
kabelsbevinden;gaopdieplaatsennietgraven.
•Zorgdatuopdehoogtebentvandegemarkeerde
plaatsenopdemachinewaarlichaamsdelenbeklemd
kunnenrakenenhoudthandenenvoetenuitde
buurtvandezeplaatsen.
•Voordatutractie-eenheidmeteenwerktuigeraan
bedient,moetucontrolerenofhetwerktuigopde
juistewijzeisbevestigd.
Werkenophellingen
Hellingenzijndebelangrijksteoorzaakdatdebestuurder
demachtoverdemachineverliestendezeomkantelt.
Ditkanleidentoternstigofdodelijkeletsel.Alle
hellingenvereisenbijzonderevoorzichtigheid.
•Gebruikdemachinenietophellingenen
heuvelswaarvandehellinghoekgroterisdande
hoekendiewordenaanbevoleninhethoofdstuk
Stabiliteitsgegevensenindegebruikershandleidingvoor
hetwerktuig.Zieook,bladz..
•Rijheuvelopwaartsenheuvelafwaartsmetde
zwarekantvandemachinenaarbovengericht.
Veranderingenindegewichtsverdeling.Meteenlege
emmerisdeachterzijdevandemachinedezware
kant,terwijlmeteenvolleemmerdevoorzijdede
zwarekantis.Demeesteanderewerktuigenzullen
ervoorzorgendathetgewichtvoornamelijkopde
voorkantvandemachinerust.
•Alsudearmenvandeladeropheftopeenhelling,
zalditinvloedhebbenopdestabiliteitvande
machine.Indienmogelijkmoetudearmenvande
laderomlaaghoudenalsuopeenhellingrijdt.
•Alsueenwerktuigopeenhellingverwijdert,zalde
achterkantvandemachinezwaarworden.Raadpleeg
hethoofdstukStabiliteitsgegevensomtebepalen
ofhetwerktuigzonderenigerisicokanworden
verwijderdopeenhelling.
•Verwijderobstakelszoalsstenen,boomtakken,enz.
uithetwerkgebied.Letopkuilen,vorenofbulten,
5

omdatdekansbestaatdatdemachineomslaatop
ongelijkterrein.Inhooggraszijnobstakelsniet
altijdzichtbaar.
•GebruikuitsluitenddoorTorogoedgekeurde
werktuigen.W erktuigenkunnenveranderinginde
stabiliteitendegebruikseigenschappenbrengenen
demachineminderstabielmaken.Degarantiekan
komentevervallenalswerktuigenwordengebruikt
dienietzijngoedgekeurd.
•Gaopeenhellingaltijdlangzaamenbehoedzaam
tewerk.Verandernietplotselingdesnelheidofde
rijrichtingvandemachine.
•Nietstartenofstoppenopeenhelling.Alsde
tractie-eenheidgripverliest,rijddehellingdan
langzaamineenrechtelijnaf.
•Maakgeenbochtenopeenhelling.Alsueenbocht
moetmaken,moetuditlangzaamdoenendezware
kantvandemachineheuvelopwaartsgerichthouden.
•Werknietindebuurtvansteilehellingen,greppels
ofdijken.Demachinekanplotselingomslaanals
eenrupsbandoverderandvaneenklipofgreppel
komtofalseenrandafbrokkelt.
•Werknietopnatgras.Alsdemachinegripverliest,
kandezegaanglijden.
•Parkeerdetractie-eenheidalleenopeenhellingof
heuvelnadatuhetwerktuigtotopdegrondheeft
gebracht,deparkeerreminwerkinghebtgestelden
derupsbandenhebtvastgezet.
Onderhoudenopslag
•Schakeldehulphydrauliekuit,brenghetwerktuig
omlaag,steldeparkeerreminwerking,zetdemotor
afenhaalhetsleuteltjeuithetcontact.Wachttotdat
allebewegendedelentotstilstandzijngekomen
voordatudemachineafstelt,reinigtofrepareert.
•Verwijdergrasenvuilvandewerktuigen,de
aandrijvingen,degeluiddempersendemotorom
brandtevoorkomen.Neemgemorsteolieof
brandstofmeteenop.
•Laatdemachineeerstafkoelenvoordatudeze
opslaat.Parkeerdemachinenietindenabijheidvan
eenopenvuur.
•Umagbrandstofnietopslaanindenabijheidvan
eenopenvuurofbinnenshuisaftappenuitde
brandstoftank.
•Parkeerdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
Laatpersoneeldatnietbekendismetdeinstructies,
nooitonderhoudswerkzaamhedenaandemachine
uitvoeren.
•Plaatsonderdelenopkriksteunenindienditnodigis.
•Haalvoorzichtigdedrukvanonderdelenmet
opgeslagenenergie.
•Maakdeaccukabelslosofverwijderdebougies
voordatureparatiewerkzaamhedengaatverrichten.
Maakeerstdeminpoolvandeacculosendaarnade
pluspool.Sluiteerstdepluspoolvandeaccuaanen
daarnademinpool.
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
bewegendeonderdelen.Stelindienmogelijkde
machinenietafterwijldemotorloopt.
•Laaddeaccuopineenopen,goedgeventileerde
ruimte;doeditnietindebuurtvanvonkenen
openvuur.Haaldeopladeruithetstopcontact
voordatudezeaansluitopoflosmaaktvandeaccu.
Draagbeschermendekledingengebruikgeïsoleerd
gereedschap.
•Zorgervoordatalleonderdeleningoedestaat
verkerenenallebevestigingselementenstevig
vastzitten.Vervangversletenofbeschadigdestickers.
•Alshetvooronderhouds-of
reparatiewerkzaamhedennodigisdatde
laadarmenomhoogstaan,kuntudearmeninde
opgehevenstandvergrendelenmetdehydraulische
cilindervergrendeling.
•Udienthetlaadarmventielmetde
ventielvergrendelingvandeladertevergrendelen
telkenswanneerudemachinetotstilstandbrengt
terwijldearmenzijnopgeheven.
•Zorgervoordatdeboutenenmoerenstevigzijn
vastgedraaid.Houddemachineingoedeconditie.
•Knoeinooitmetdeveiligheidsvoorzieningen.
•Houddemachinevrijvangras,bladeren,ofander
aangekoektvuil.Neemgemorsteolieofbrandstof
meteenop.Laatdemachineafkoelenvoordatudeze
opslaat.
•Weesextravoorzichtigalsuomgaatmetbenzineof
anderebrandstof.Dezestoffenzijnontvlambaaren
dedampenkunnentotontplofngkomen.
–Gebruikuitsluitendeengoedgekeurdvatofblik.
–Verwijdernooitdedopvandebrandstoftanken
vulnooitbrandstofbijwanneerdemotorloopt.
Laatdemotorafkoelenvoordatubrandstof
bijvult.Nietroken.
–Vuldebrandstoftanknooitbinnenshuisbij.
–Slademachineofeenbrandstofvatnooitopin
eenruimtewaarinzicheenopenvuurbevindt,
zoalseenwaakvlamvaneenboilerofeenfornuis.
6

–Vuleenvatnooitalsditzichineenvoertuig,
achterbakoflaadbakvaneenvrachtautobevindt,
maarzetditeerstopdegrond.
–Zorgervoordatdevulpijptijdenshetvullen
voortdurendincontactmetdetankis.
•Alsueenvoorwerpraakt,moetustoppenen
demachinecontroleren.Voerallenoodzakelijke
reparatiesuitvoordatudemachineweeringebruik
neemt.
•GebruikaltijdorigineleT oro-onderdelenzodatde
originelestandaardenwordengehandhaafd.
doordehuidheendringenenletselveroorzaken
endientbinnenenkeleurenoperatiefteworden
verwijderddooreengespecialiseerdechirurgomdat
andersgangreenkanontstaan.
Geluidsdruk
Dezemachineoefenteenmaximalegeluidsdrukvan
90dBAuitophetgehoorvandegebruiker,gebaseerd
opmetingenbijidentiekemachinesvolgensprocedures
zoalsvastgelegdinISO11201.
•Accuzuurisgiftigenkanbrandwondenveroorzaken.
Voorkomcontactmetdehuid,ogenenkleding.
Beschermuwgezicht,ogenenkledingalsu
werkzaamhedenverrichtaandeaccu.
•Accugassenkunnenontploffen.Houdsigaretten,
vonkenenopenvuuruitdebuurtvandeaccu.
•Houdlichaamenhandenuitdebuurtvankleine
lekgatenofspuitmondenwaaruitonderhogedruk
hydraulischevloeistofontsnapt.Ukuntlekkenin
hethydraulischesysteemopsporenmetbehulpvan
kartonofpapier;doeditnooitmetuwhanden.
Hydraulischevloeistofdieonderdrukontsnapt,kan
Geluidsniveau
Dezemachineheefteengeluidsniveauvan103dBA,
gebaseerdopmetingenbijidentiekemachinesvolgens
EN6395procedures.
Trilling
Dezemachineheefteenmaximaaltrillingsniveauvan1,1
2
m/s
opdehandenenarmen,gebaseerdopmetingen
bijidentiekemachinesvolgensEN1033procedures.
Stabiliteitsgegevens
Devolgendetabelbevatdeaanbevolenmaximalehellingshoekvoordetractie-eenheidindeaangegevenstanden.Als
dehellinghoekgroterisdandevermeldehellinghoek,kandemachineinstabielworden.Bijdegegevensindetabel
wordtervanuitgegaandatdearmenvandeladervolledigomlaagzijn.Alsdearmenvandeladeromhoogstaan,
kanditdestabiliteitbeïnvloeden.
Degebruikershandleidingvanelkwerktuigvermeldtdriestabiliteitswaarden,éénperhellingshoek.Omtebepalen
watdemaximalehellingshoekisdieukuntnementerwijlhetwerktuiggemonteerdis,zoektudehellingshoek
dieovereenkomtmetdestabiliteitswaardenvanhetwerktuig.Voorbeeld:Alshetwerktuigwerdgeplaatstop
eenTX427Tractie-eenheid,heeftheteenwaarde'Voorzijdeheuvelopwaarts''B',eenwaardevoor'Achterzijde
heuvelopwaarts''D'eneenwaardevoor'Zijkantheuvelopwaarts''C',dankanuvoorwaartsrijdenopeenhelling
van20°,achterwaartsopeenhellingvan12°ofzijwaartsopeenhellingvan14°,zoalsbeschrevenindevolgende
tabelvoortractie-eenheidTX427.
7

Modellen22321en22321G
Maximaalaanbevolenhellingshoekbij
gebruikmet:
Voorzijdeheu-
velopwaarts
Conguratie
Machinezonderwerktuig
Machinemeteenwerktuigwaaraaneenvandevolgendestabiliteitswaarden
perhellingshoekistoegekend:*
A
B
C17°17°14°
D
E
Model22322
11°21°19°
25°25°20°
20°20°18°
10°12°9°
5°5°5°
Maximaalaanbevolenhellingshoekbij
Voorzijdeheu-
velopwaarts
Achterzijde
heuvelop-
waarts
gebruikmet:
Achterzijde
heuvelop-
waarts
Zijkantheuvelopwaarts
Zijkantheuvelopwaarts
Conguratie
Machinezonderwerktuig
Machinemeteenwerktuigwaaraaneenvandevolgendestabiliteitswaarden
perhellingshoekistoegekend:*
A
B
C18°16°16°
D
E
12°20°23°
25°25°25°
22°22°22°
10°10°10°
5°5°5°
8

Hellingsindicator
9

Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurderen
bevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeofverdwenen
stickers.
93-6686
1.Hydraulischevloeistof
2.LeesdeGebruikershandleiding.
93-7814
1.Risicoomgegrepenteworden,riem–Blijfuitdebuurtvan
bewegendeonderdelen.
93-9084
1.Hefpunt
2.Bevestigingspunt
100-8821
1.Ledematenkunnenbekneldrakenenhandenworden
gesneden–Blijfopeenveiligeafstandvandevoorzijde
vandemachinealsdearmenvandeladerzijnopgeheven.
100-8822
1.Waarschuwing–Hetisniettoegestaanpassagierste
vervoeren.
100-4650
1.Handenkunnenbekneldraken–Houdomstandersopeen
veiligeafstandvandemachine.
2.Handenofvoetenkunnenbekneldraken–Houd
omstandersopeenveiligeafstandvandemachine.
115-4020
1.Rechtsaf
2.Vooruit
115-4855
1.Heetoppervlak/gevaarvoorbrandwonden-Draag
beschermendehandschoenenbijhethanterenvande
hydraulischekoppelingenenleesdeGebruikershandleiding
voormeerinformatieoverhethanterenvanhydraulische
onderdelen.
10
3.Achteruit
4.Linksaf

115-4856
1.Waarschuwing-leesdeGebruikershandleiding;maximaal
draagvermogenvan228kg;geenpassagiers.
115-4857
1.Brengdearmenvande
laderomlaag.
2.Bakleegstorten.5.Bakbovendegrondlaten
3.Laadarmenomhoog.
4.Bakophalen.
zweven.
115-4861
1.Hulphydrauliek3.Vooruit
2.Vergrendeldachteruit
(uitsparing)
115-4862
1.Laadvergrendelingopen2.Laadvergrendeling
4.Neutraal(uit)
gesloten
115-4858
1.Handenofvoetenkunnenbekneldraken-monteerde
vergrendelingvandecilinder.
115-4859
1.Uitgeschakeld3.Ingeschakeld
2.Parkeerrem
115-4882
1.Waarschuwing–Blijfopeenveiligeafstandvaneenhete
oppervlakken.
11

115-4848
107-9309
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleidingvoorinformatieoverhetopladenvandeaccu;bevatlood;nietweggooien.
2.LeesdeGebruikershandleiding.
115-4860
1.Waarschuwing-LeesdeGebruikershandleiding.
2.Waarschuwing-steldeparkeerreminwerking,zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeenbrengdearmenomlaag
voordatudemachineverlaat.
3.Ledematenkunnenbekneldraken–Monteerdevergrendelingvandecilinderenleesdeinstructiesvoordatuservice-of
onderhoudswerkzaamhedenuitvoert.
4.Handenofvoetenkunnenwordengesneden-Wachttotallebewegendedelentotstilstandzijngekomen,blijfuitdebuurtvan
bewegendeonderdelenenhoudallebeschermendedelenophunplaats.
5.Ledematenvanomstanderskunnenbekneldraken/wordenafgesneden–Houdomstandersopeenveiligeafstandvande
machine.
6.Explosiegevaarengevaarvoorelektrischeschok-nietgraveningebiedenmetondergrondsegas-ofelektriciteitsleidingen;neem
contactopmetdeplaatselijkenutsbedrijvenvoordatugaatgraven.
12

115-4863
1.LeesdeGebruikershandleiding,aan
deachterzijde.
2.Snel
3.Continusnelheidsregeling9.Brandstof15.Waarschuwing–Gebruikdeze
4.Langzaam
5.Gashendel11.Urenteller/toerenteller
6.AAN
7.Choke
8.UIT
10.Hydraulischevloeistoftemperatuur16.Gevaarvoorelektrischeschok,
12.Motor-Starten
13.Motor-Lopen
14.Motor-Afzetten
machineuitsluitendalsuhiervoor
instructiehebtontvangen.
bovengrondseelektrischeleidingen
–Blijfuitdebuurtvanbovengrondse
elektrischeleidingen.
17.Machinekankantelen-rijdde
tractie-eenheidmetdezwarekant
eerstheuvelop;nietrijdenmetde
armenomhoog.
18.Machinekankantelen-verminderuw
snelheidvoorueenbochtneemt,maak
geenbochtbijhogesnelheid,kijknaar
achterenenomlaagalsuachteruitrijdt.
13

Algemeenoverzicht
G006104
3
5
6
7
8 9 1012
11
41 2
vandemachine
1.Rupsband5.Armenvandelader9.Bevestigingsplaat
2.Afstellingrupsbanden
3.Hefcilinder
4.Cilindervergrendeling
6.Motorkap10.Bevestigingsogen14.Veiligheidsplaatvoor
7.Hydraulische
hulpkoppelingen
8.Kantelcilinder12.Inspectieluikachterzijde
Figuur3
13.Brandstoftank
achteruit
11.Schakelbord
Bedieningsorganen
Zorgervoordatuvertrouwdbentmetalle
bedieningsorganen(Figuur4)voordatudemotorstart
endemachinegebruikt.
Figuur4
1.Tractiebediening
2.Hefhendel
3.Hendelvoor
4.Referentiebalk10.Contactschakelaar
5.Gashendel
6.Chokehendel
laadarm/werktuig
hulphydrauliek
7.Brandstofmeter
8.Lampjetemperatuurvan
hydraulischevloeistof
9.Urenteller/toerenteller
11.Parkeerremhendel
12.Vergrendelingvanklep
vanlader
Contactschakelaar
Decontactschakelaarwaarmeeudemotorstartenafzet,
heeftdriestanden:stop,lopenenstart.
Omdemotortestarten,draaituhetsleuteltjeopStart.
Alsuhetsleuteltjeloslaatalsdemotorstart,zaldit
automatischterugkerennaarLopen.
Omdemotoraftezetten,draaituhetsleuteltjeopUit.
Gashendel
Zetdehendelnaarvorenomhetmotortoerentalte
verhogenennaarachterenomhettoerentalteverlagen.
Chokehendel
Voordatueenkoudemotorstart,moetudechokehendel
naarvorenbewegen.Nadatdemotorisgestart,kunt
umetbehulpvandechokedemotorregelmatiglaten
lopen.Zodraditmogelijk,moetudechokehendel
helemaalnaarachterenbewegen.
Opmerking:Alsdemotorwarmis,hoeftdechoke
nietofnauwelijkstewordengebruikt.
Referentiebalk
Gebruiktijdenshetrijdenmetdetractie-eenheidde
referentiebalkalshandgreepenhefboompuntomde
14

tractiebedieningendehefboomvoordehulphydrauliek
tebedienen.Vooreensoepele,gecontroleerdebediening
houdtualtijdbeidehandenopdereferentiebalktijdens
hetbedienenvandetractie-eenheid.
Tractiebediening
Figuur5
1.Referentiebalk(beweegtnietenbiedtdaardooreen
referentiepunteneenvastehandgreepdieukunt
vasthoudentijdenshetbedienenvandetractie-eenheid)
2.Tractiebediening(beweegtzodatudemachinekunt
bedienen)
Figuur8
•Vooreenbochtnaarlinksdraaitudetractiebediening
linksom(Figuur9).
Figuur9
•Omvooruitterijden,beweegtudetractiehendel
naarvoren(Figuur6).
Figuur6
•Omachteruitterijden,beweegtudetractiehendel
naarachteren(Figuur7).Kijkbijhet
achteruitrijdenaltijdnaarachterenenhouduw
handenopdereferentiebalk(Figuur6).
•Omtestoppen,laatudetractiebedieninglos
(Figuur5).
Opmerking:Hoeverderudetractiebedieningineen
bepaalderichtingbeweegt,hoesnellerdemachinein
dierichtinggaat.
Hefhendellaadarm/werktuig
Omhetwerktuignaarvorentekantelen,beweegtude
hendellangzaamnaarrechts(Figuur10).
Omhetwerktuignaarachterentekantelen,beweegtu
dehendellangzaamnaarlinks(Figuur10).
Omdearmenomlaagtebrengen,beweegtudehendel
langzaamnaarvoren(Figuur10).
Omdearmenomhoogtebrengen,beweegtudehendel
langzaamnaarachteren(Figuur10).
Ukuntdehendelookvolledignaarvorenineen
uitsparingduwen(Figuur10)zodathetwerktuigopde
grondrustendearmenzijnontlast.Hiermeekunnen
werktuigenzoalsdenivelleerschuifenhethydraulische
bladdecontourenvandegrondvolgen(bijvoorbeeld
zwevenofschuiven).
Figuur7
•Vooreenbochtnaarrechtsdraaitude
tractiebedieningrechtsom(Figuur8).
15

Figuur10
1.Armenvandelader
omlaagbrengen.
2.Armenvandelader
omhoogbrengen.
3.Werktuignaarachteren
kantelen
4.Werktuignaarvoren
kantelen
5.Zweefstand
Doordehendelnaareentussenliggendestand
(bijvoorbeeldnaarvorenennaarlinks)tebewegen,kunt
utegelijkertijddearmenvandeladerbewegenenhet
werktuigkantelen.
Hendelvoorhulphydrauliek
Omeenhydraulischwerktuigvooruittebedienen,draait
udehendelvoorhulphydraulieknaarachterenentrektu
dezeomlaagnaardereferentiebalk(Figuur12,nummer
1).
Omeenhydraulischwerktuigachteruittebedienen,
draaitudehydrauliekhendelnaarachterenenbeweegtu
dezedaarnanaarlinksindebovenstesleuf(Figuur12,
nummer2).
Alsudehendelloslaatterwijldezeindevooruitstand
staat,keertdehendelautomatischterugnaarde
neutraalstand(Figuur12,nummer3).Alsdehendelin
deachteruitstandstaat,blijftditzototudehendeluit
desleuftrekt.
Vergrendelingvanklepvanlader
Metdezevergrendelingkuntudehendelvoorde
laadarm/hetwerktuigzovergrendelendatdezeniet
naarvorenkanbewegen.Ditvoorkomtdatiemand
perongelukdearmenvandeladerneerlaattijdens
onderhoudswerkzaamheden.Udientdearmenvande
ladertevergrendelentelkenswanneerudemachinetot
stilstandbrengtterwijldearmenzijnopgeheven.
Omdevergrendelingaantebrengen,brengtu
devergrendelingomhooguitdeopeninginhet
bedieningspaneelendraaitudevergrendelingnaar
linksvoordehendelvandelaadarmenenduwtu
devergrendelingomlaagindevergrendeldestand
(Figuur11).
Figuur12
1.Hydraulischestroom
vooruit
2.Hydraulischestroom
achteruit
3.Neutraalstand
Parkeerremhendel
Omdeparkeerremintestellen,duwtuderemhendel
naarvorenennaarlinksenvervolgenstrektudezenaar
achteren(Figuur13).
Opmerking:Detractie-eenheidkaneenstukjerollen
voorderemmenaangrijpen.
1.Vergrendelingvanklep
vanlader
Figuur11
Figuur13
2.Hefhendel
laadarm/werktuig
Omderemvrijtezetten,duwtudehendelnaarvoren
endannaarrechtsindeinkeping.
16