
FormNo.3448-434RevA
323compactewerktuigdrager
Modelnr.:22318—Serienr.:409342969enhoger
Registreeruwproductopwww.T oro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
*3448-434*

DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese
richtlijnenwanneerdeCE-set22366gemonteerd
is;zievoordetailsdeaparteproductspecieke
conformiteitsverklaring.
Alsdemachinezondereengoedwerkende
vonkenvanger,zoalsomschreveninsectie4442,of
eengoedonderhouden,brandveiligemotorwordt
gebruiktineenbosgebiedofopeenmetdicht
struikgewasofgrasbegroeidterrein,handeltde
bestuurderinstrijdmetdebepalingenvansectie4442
of4443vandeWetopdeOpenbareHulpbronnen
(PublicResourcesCode)vandeStaatCalifornië.
DebijdezemotorgeleverdeGebruikershandleiding
bevatinformatieoverhetEnvironmentalProtection
Agency(EPA)indeVerenigdeStatenende
CaliforniaEmissionControlRegulationvoor
emissiesystemen,onderhoudengarantie.Bestel
vervangingsonderdelenbijdefabrikantvandemotor.
WAARSCHUWING
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Deuitlaatgassenvandemotorvan
ditproductbevattenchemische
stoffenwaarvanbekendisdatze
kanker,geboorteafwijkingenofandere
schadeaandevoortplantingsorganen
kunnenveroorzaken.
Accuklemmen,accupolenendergelijke
onderdelenbevattenlooden
loodverbindingen.Vandezestoffen
isbekenddatzekankerenschadeaan
devoortplantingsorganenveroorzaken.
Wasaltijduwhandennadatumetdeze
onderdeleninaanrakingbentgeweest.
Gebruikvanditproductkanleidentot
blootstellingaanchemischestoffen
waarvandeStaatCaliforniëweetdatze
kanker,geboorteafwijkingenenandere
schadeaanhetvoortplantingssysteem
veroorzaken.
Inleiding
Dezemachineiseencompactewerktuigdrager
bedoeldvoorhetverplaatsenvanaardeen
anderematerialenvoorlandschapsverzorgingand
bouwwerkzaamheden.Demachineisbedoeldvoor
gebruikincombinatiemetallerleiwerktuigenvoorhet
uitvoerenvanspecialefuncties.Ditproductgebruiken
vooranderedoeleindendanhetbedoeldegebruikkan
gevaarlijkzijnvooruofvooromstanders.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet
hoeuditproductopdejuistewijzemoetgebruikenen
onderhoudenenomletselenschadeaandemachine
tevoorkomen.Ubentverantwoordelijkvoorhetjuiste
enveiligegebruikvandemachine.
Ganaarwww.Toro.comvoordocumentatieover
productveiligheidenbedieningsinstructies,informatie
overaccessoires,hulpbijhetvindenvaneendealer
ofomuwproductteregistreren.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet
eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice
vanT oro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummeren
hetserienummervanhetproducttevermelden.De
locatievanhetplaatjemethetmodelnummeren
hetserienummervanhetproductisaangegevenop
Figuur1.Ukuntdenummersnotereninderuimte
hieronder.
Belangrijk:Ukuntmetuwmobielapparaatde
QR-codeophetplaatjemethetserienummer
(indienaanwezig)scannenomtoegangte
krijgentotdegarantie,onderdelenenandere
productinformatie.
©2021—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
1.Plaatsvanmodelnummerenserienummer
Modelnr.:
Serienr.:
2
g237186
Figuur1
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
GedruktindeVS
Allerechtenvoorbehouden

Erwordenindezehandleidingeenaantalmogelijke
gevareneneenaantalveiligheidsberichtengenoemd
metdevolgendeveiligheidssymbolen(Figuur2),
dieduidenopeengevaarlijkesituatiediezwaar
lichamelijkletselofdedoodtotgevolgkanhebbenals
udeveiligheidsvoorschriftennietinachtneemt.
Figuur2
Veiligheidssymbool
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische
informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie
aandiebijzondereaandachtverdient.
Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Algemeneveiligheid...........................................4
Veiligheids-eninstructiestickers........................5
Montage....................................................................8
Detoerentalhendelmonteren.............................8
Hetpeilvandevloeistoffenendedrukinde
bandencontroleren.........................................8
Deaccuopladen.................................................8
Algemeenoverzichtvandemachine.........................9
Bedieningsorganen...........................................9
Specicaties.....................................................11
Werktuigen/accessoires....................................11
Voorgebruik........................................................12
Veiligheidsinstructiesvoorafgaandaanhet
werk..............................................................12
Brandstofbijvullen............................................12
Dagelijksonderhouduitvoeren.........................13
Dedijsteunaanpassen.....................................13
Tijdensgebruik....................................................14
Veiligheidtijdenshetwerk.................................14
Motorstarten....................................................15
Metdemachinerijden.......................................15
Demotorafzetten.............................................16
Werktuigengebruiken.......................................16
Nagebruik...........................................................18
Veiligheidnahetwerk.......................................18
Eendefectemachineverplaatsen.....................18
Demachinetransporteren................................18
Demachineomhoogbrengen...........................20
Onderhoud..............................................................21
Veiligheidbijonderhoud...................................21
Aanbevolenonderhoudsschema.........................21
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud...........23
Decilindervergrendelingengebruiken..............23
Toegangkrijgentotinwendige
onderdelen....................................................23
Smering...............................................................24
Demachinesmeren..........................................24
Onderhoudmotor................................................25
Veiligheidvandemotor.....................................25
Onderhoudvanhetluchtlter............................25
Onderhouduitvoerenaandevande
koolstofhouder..............................................26
g000502
Demotorolieverversen.....................................27
Onderhoudvandebougie(s)............................28
Onderhoudbrandstofsysteem.............................29
Brandstofltervervangen..................................29
Brandstofaftappenuitdebrandstof-
tank(s)...........................................................30
Onderhoudelektrischsysteem............................30
Veiligheidvanhetelektrischsysteem................30
Onderhoudvandeaccu...................................30
Onderhoudaandrijfsysteem................................32
Bandenspanningcontroleren............................32
Dewielmoerencontroleren...............................32
Onderhoudhydraulischsysteem.........................33
Veiligheidvanhethydraulischesysteem...........33
Hydraulischedrukaaten.................................33
Specicatieshydraulischevloeistof..................33
Hetpeilvandehydraulischevloeistof
controleren....................................................34
Hydraulischltervervangen.............................34
Hydraulischevloeistofverversen......................35
Reiniging.............................................................35
Vuilverwijderen................................................35
Stalling....................................................................36
Veiligheidtijdensopslag...................................36
Stalling..............................................................36
Problemen,oorzaakenremedie.............................37
3

Veiligheid
Algemeneveiligheid
•Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvande
bewegendeonderdelenenwerktuigen.
•Gebruikdemachineenkelalsdeschermenen
anderebeveiligingsmiddelenaanwezigzijnen
naarbehorenwerken.
GEVAAR
Mogelijklopenerinuwwerkgebiedonder
grondleidingenvannutsbedrijven.Alsudeze
beschadigt,kandatelektrischeschokkenof
eenexplosieveroorzaken.
Zorgdatdeondergrondsekabelsen
leidingengemarkeerdwordenopde
locatieofinhetwerkgebiedenontwijkde
gemarkeerdegebieden.Neemcontactop
metdeplaatselijkemarkeringsdienstofhet
betreffendenutsbedrijfomdelocatietelaten
markeren(belbijvoorbeeldindeVerenigde
Staten811ofinAustralië1100voorde
nationalemarkeringsdienst).
Volgaltijdalleveiligheidsinstructiesopomernstigof
mogelijkdodelijkletseltevoorkomen.
•Vervoergeenladingalsdearmenzijnopgeheven;
zorgervoordatdeladingtijdenshetvervoerdicht
bijdegrondis.
•Hellingenzijndebelangrijksteoorzaakdatde
bestuurderdemachtoverdemachineverliest
endezeomkantelt.Ditkanleidentoternstig
ofdodelijkeletsel.Gebruikvandemachine
ophellingenofoneffenterreinvereistextra
voorzichtigheid.
•Rijdemachineheuvelopwaartsenheuvelafwaarts
methetzwareuiteindenaardetopvande
heuvelgerichtendeladingdichtbijdegrond.
Degewichtsverdelingverandertinfunctievande
werktuigen.Meteenlegebakisdeachterzijdevan
demachinedezwarekant,terwijlmeteenvolle
bakdevoorzijdedezwarekantis.Demeeste
anderewerktuigenzorgenervoordathetgewicht
voornamelijkopdevoorkantvandemachinerust.
•Zorgdatdeondergrondsekabels,leidingenen
andereobjectengemarkeerdwordenopdelocatie
ofinhetwerkgebiedengaopdezeplaatsenniet
graven.
•LeesdezeGebruikershandleidingenzorgervoor
datudezebegrijptvoordatudemotorstart.
•Geefuwvolledigeaandachtalsudemachine
gebruikt.Zorgervoordatumetnietsandersbezig
bentwaardoorukuntwordenafgeleid,anders
kanerletselontstaanofkaneigendomworden
beschadigd.
•Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangendemachinenooitgebruiken.
•Laatgeenomstandersofkinderenhetwerkgebied
betreden.
•Schakeldemachineuit,zetdemotor
afenverwijderhetsleuteltjevoordatu
onderhoudswerkzaamhedenuitvoert,bijtanktof
verstoppingenuitdemachineverwijdert.
Onjuistgebruikofonderhoudvandezemachine
kanletseltotgevolghebben.Omhetrisicoop
letselteverkleinen,dientuzichaandevolgende
veiligheidsinstructiestehoudenenaltijdophet
veiligheidssymbool
Voorzichtig,WaarschuwingofGevaar–instructie
voorpersoonlijkeveiligheid.Niet-nalevingvandeze
instructieskanleidentotlichamelijkofdodelijkletsel.
teletten,datbetekent
4

Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurder
enbevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeof
ontbrekendestickers.
decal98-4387
98-4387
1.Waarschuwing:draaggehoorbescherming.
decalbatterysymbols
Symbolenopaccu
Sommigeofallesymbolenstaanopdeaccu.
1.Explosiegevaar6.Houomstandersuitde
2.Geenvonkenofvuuren
nietroken
3.Risicovanbijtende
vloeistof/chemische
brandwonden
4.Draagoogbescherming.
5.Leesde
Gebruikershandleiding.
buurtvandeaccu.
7.Draagoogbescherming;
explosievegassenkunnen
blindheidenanderletsel
veroorzaken.
8.Accuzuurkanblindheid
ofernstigebrandwonden
veroorzaken.
9.Ogendirectmetwater
spoelenensnelarts
raadplegen.
10.Bevatlood;niet
weggooien
93-6686
1.Hydraulischevloeistof
2.Leesde
Gebruikershandleiding.
decal93-6686
decal98-8219
98-8219
1.Snel
2.Gashendel
3.Langzaam
94-2551
1.AAN3.UIT
2.Choke
decal94-2551
5
1.Hulphydrauliek
2.Vergrendeldachteruit
(uitsparing)
decal108-4723
108-4723
3.Neutraal(uit)
4.Vooruit

decal130-2837
130-2837
decal108-9716
1.Vervoergeenpassagiersindebak.
108-9716
1.Snel
2.Tractie-aandrijving
3.Langzaam
4.Langzaam
5.Snelheidvanwerktuig
6.Snel
130-2836
1.Beknellingsgevaarvanboven,handenkunnenworden
gesneden–Blijfuitdebuurtvanhetwerktuigendehefarm.
decal132-9051
132-9051
1.Bevestigingspunt
decal130-2836
decal133-8062
133-8062
1.LeesdeGebruikershandleiding.
decal139-8815
139-8815
6

decal144-2025
144-2025
1.Waarschuwing–LeesdeGebruikershandleiding.
2.Waarschuwing–Gebruikersdieneneenopleidingtekrijgen
8.Tractieaandrijving–achteruit
9.Bakkantelen–naarbeneden
voordatzedemachinegaanbedienen.
3.Waarschuwing–Houdomstandersopeenafstand.
4.Kantelgevaar–Stapnietvanhetbestuurdersplatformmetde
10.Bakkantelen–naarboven
11.Motor–Starten
ladinggeheven.Gebruikdemachinealtijdmetdezwarekant
vandemachinehellingopwaarts.
5.Hefarm–omlaag
12.Motor–Lopen
6.Hefarm–omhoog13.Motor–Afzetten
7.Tractieaandrijving–vooruit
7

Montage
Detoerentalhendel
monteren
1.Verwijderdemoerwaarmeedeboutende
borgringaandetoerentalhendelzijnbevestigd.
Gooidemoerweg.
Hetpeilvandevloeistoffen
endedrukindebanden
controleren
Voordatudemotorvoorheteerststart,dientuhetpeil
vandemotorolie,hetpeilvandehydraulischevloeistof
endedrukindebandentecontroleren.Bekijkde
volgendehoofdstukkenvoormeerinformatie:
2.Bevestigdehendelaandeklepvande
toerentalschakelaarmetdebout,borgringen
moer.GatewerkzoalsinFiguur3.
Figuur3
1.Toerentalhendel3.Moer
2.Kleptoerentalschakelaar
•Hetmotoroliepeilcontroleren(bladz.27)
•Hetpeilvandehydraulischevloeistofcontroleren
(bladz.34)
•Bandenspanningcontroleren(bladz.32)
Deaccuopladen
Laaddeaccuopenmonteerhem;zieDeaccu
opladen(bladz.31).
g230938
8

Algemeenoverzichtvandemachine
g362934
Figuur4
1.Contragewichten6.Cilindervergrendelingen
2.Montageplaat7.Motorkap
3.Kantelcilinder
4.Hydraulischehulpkoppelin-
gen
5.Armvanlader
Bedieningsorganen
Schakelbord
1.Tractiebedieningshendels
2.Kantelhendelwerktuig
3.Hendelvanlaadarm
4.Hendelvoor
hulphydrauliek
5.Hendeltoerentalschake-
laar
Figuur5
11.Wiel
12.Bestuurdersplatform
8.Brandstoftank
9.Hefcilinder
10.Sleepklep
13.Motor
14.Dijsteun
15.Bedieningspaneel
16.Hefpunt
17.Handgreep
Contactschakelaar
Decontactschakelaarwaarmeeudemotorstarten
uitzet,heeftdriestanden:UIT,LOPENenSTART.Zie
Motorstarten(bladz.15).
Gashendel
Zetdehendelnaarvorenomhetmotortoerental
teverhogenennaarachterenomhettoerentalte
verlagen.
Chokehendel
g005160
6.Gashendel
7.Chokehendel
8.Contactschakelaar
9.Urenteller/toerenteller
Voordatueenkoudemotorstart,moetude
chokehendelnaarvorenbewegen.Nadatdemotor
isgestart,kuntumetbehulpvandechokedemotor
regelmatiglatenlopen.Zodraditmogelijk,moetude
chokehendelhelemaalnaarachterenbewegen.
Opmerking:Alsdemotorwarmis,hoeftdechoke
nietofnauwelijkstewordengebruikt.
Tractiebedieningshendels
•Omvooruitterijdenbeweegtude
tractiebedieninghendelsnaarvoren.
•Omachteruitterijdenbeweegtude
tractiebedieninghendelsnaarachteren.
9

•Omtekerenbeweegtudehendelaandekant
waarunaartoewiltdraaienachteruitnaarde
NEUTRAALSTANDterwijludeanderehendel
ingeschakeldhoudt.
Opmerking:Hoeverderudetractiebedienings-
hendelsbeweegt(inbeiderichtingen),deste
snellerrijdtdemachineindegewensterichting.
•Omtevertragenoftestoppenbeweegtude
tractiebedieningshendelsnaardeNEUTRAALSTAND.
Kantelhendelwerktuig
•Omhetwerktuignaarvorentekantelen,beweegt
udehendellangzaamnaarvoren.
•Omhetwerktuignaarachterentekantelen,
beweegtudehendellangzaamnaarachteren.
Hendelvanlaadarm
•Omdearmenomlaagtebrengen,beweegtude
laadarmhendellangzaamnaarvoren.
•Omdearmenomhoogtebrengen,beweegtude
laadarmhendellangzaamnaarachteren.
Laadvergrendeling
Metdelaadvergrendelingkuntudehendelvoor
delaadarm/hetwerktuigzovergrendelendatdeze
nietnaarvorenkanbewegen.Ditvoorkomtdat
iemandperongelukdearmenvandeladerneerlaat
tijdensonderhoudswerkzaamheden.Bevestigde
armenvandeladermetdevergrendeling,naast
decilindervergrendelingen,steedswanneerude
machinemoetuitschakelenmetomhooggebrachte
armenvandelader.
Omdevergrendelinginteschakelentrektudeze
terugenhelemaalnaaronderentottegendehendels
(Figuur6).
Opmerking:Umoetdehendelsnaarachteren
bewegenomdelaadvergrendelinginofuitte
schakelen.
Figuur6
1.Laadvergrendeling
(ingeschakeld)
2.Laadvergrendeling
(uitgeschakeld)
Hendelvoorhulphydrauliek
•Omeenhydraulischwerktuignaarvorentelaten
bewegen,trektudehendelvoordehulphydrauliek
langzaamnaarbuitenenvervolgensnaar
beneden.
•Omeenhydraulischwerktuignaarachteren
telatenbewegen,trektudehendelvoor
dehulphydraulieklangzaamnaarbuitenen
vervolgensdruktuhemnaarboven.Dezestand
wordtookdeP ALSTANDgenoemdomdatde
aanwezigheidvandebestuurdernietvereistis.
Toerentalhendel
•BeweegdetoerentalhendelnaarVOREN
omdetractieaandrijving,laadarmenen
werktuigkantelingophogesnelheidteschakelen
endehulphydraulicaoplagesnelheid.
•BeweegdetoerentalhendelnaarACHTEREN
omdehulphydraulicaophogesnelheidte
schakelenendetractieaandrijving,laadarmenen
werktuigkantelingoplagesnelheid.
g005955
10

WAARSCHUWING
Specicaties
Alsudetoerentalhendelbeweegtterwijl
demachinebeweegt,zaldemachineofwel
plotselingstoppenofsnelversnellen.Alsu
demachinegebruiktmetdetoerentalhendel
ineentussenpositie,zaldemachine
onregelmatigwerkenenmogelijkbeschadigd
raken.Ukuntdecontroleoverdemachine
verliezenenuzelfofomstandersverwonden.
•Beweegdetoerentalhendelnietalsde
machineinbewegingis.
•Gebruikdemachinenietmetde
toerentalhendelineentussenpositie(een
anderestanddanvolledignaarvorenof
volledignaarachteren).
Urenteller/toerenteller
Alsdemotorisafgezet,verschijntopde
urenteller/toerentellerhetaantalurendatdemachine
inbedrijfisgeweest.Alsdemotorloopt,toontdeteller
hetmotortoerentalinomwentelingenperminuut(tpm).
Na150bedrijfsurenendaarnaomde100bedrijfsuren
(d.w.z.na150,250,350,etc.bedrijfsuren)verschijnt
ophetschermdemededelingCHGOILomueraan
teherinnerendatdeoliemoetwordenververst.
Omde100bedrijfsurenverschijntophetscherm
demededelingSVComueraanteherinnerendatu
andereonderhoudswerkzaamhedenmoetuitvoeren
opbasisvaneenonderhoudsschemavan100,200
of400bedrijfsuren.
Opmerking:Dezemededelingenverschijnen3
uurvoorhetonderhoudsintervalophetschermen
wordendaarnagedurende6uurmetregelmatige
tussenpozenherhaald.
Opmerking:Specicatiesenontwerpkunnen
zondervoorafgaandekennisgevingwordengewijzigd.
Breedte103cm
Lengte152cm
Hoogte125cm
Gewicht(zonderwerktuigen)876kg(1.931lb)
Gewichtvanhetachterste
contragewicht
Gewichtvandevoorste
contragewichten
Bedrijfscapaciteit–metbestuurder
van74,8kg,destandaardbaken
contragewichten
Kantelcapaciteit–metbestuurder
van74,8kg,destandaardbaken
contragewichten
Wielbasis71cm
Storthoogte(metstandaardbak)
Bereik–volledigomhooggebracht(met
standaardbak)
Hoogtetotscharnierpen(smallebakin
normalestand)
56kg(124lb)
227kg(475lb)
431kg(950lb)
Werktuigen/accessoires
EenselectievandoorT orogoedgekeurdewerktuigen
enaccessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetde
machineomdemogelijkhedendaarvanteverbeteren
enuittebreiden.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealerofeenerkendeT orodistributeur,
ofbezoekwww.Toro.comvooreenlijstvanalle
goedgekeurdewerktuigenenaccessoires.
Omdebesteprestatiesteverkrijgenenervoor
tezorgendatdeveiligheidscerticatenvande
machineblijvengelden,moetutervervanging
altijdorigineleonderdelenenaccessoiresvanT oro
aanschaffen.Gebruiktervervangingnooitonderdelen
enaccessoiresvananderefabrikanten,omdat
ditgevaarlijkkanzijnendeproductgarantiekan
tenietdoen.
75kg
120cm
66cm
168cm
11

Gebruiksaanwijzing
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bedieningspositiedelinker-enrechterzijdevande
machine.
Voorgebruik
ofinhetwerkgebiedengaopdezeplaatsenniet
graven.Letopdelocatievanongemarkeerde
objectenenstructuren,zoalsondergrondse
opslagtanks,puttenenseptischesystemen.
•Inspecteerhetterreinwaaropudemachinegaat
gebruikenenverwijderafval.
•Zorgervoordaterzichgeenomstandersinhet
werkgebiedbevindenvoordatudemachinestart.
Zetdemachineafalsiemandhetgebiedbetreedt.
Veiligheidsinstructies
voorafgaandaanhetwerk
Algemeneveiligheid
•Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangen,demachinenooitgebruikenof
onderhoudswerkzaamhedendaaraanverrichten.
Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisen
stellenaandeleeftijdvandegenediemetde
machinewerktofgebiedendatdegenediemetde
machinewerkteengecerticeerdeopleidingmoet
volgen.Deeigenaarisverantwoordelijkvoorde
instructievanallebestuurdersentechnici.
•Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidsstickers,en
weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
•Stelaltijddeparkeerreminwerking(indien
aanwezig),verwijderhetsleuteltje,wacht
totdatallebewegendeonderdelentotstilstand
zijngekomenenlaatdemachineafkoelen
voordatuzeafstelt,schoonmaakt,staltofer
onderhoudswerkzaamhedenaanverricht.
•Zorgervoordatuweethoeudemachineende
motorsnelkuntstoppen.
•Controleerofdedodemansknop,de
veiligheidsschakelaarsendeveiligheidsschermen
zijnbevestigdennaarbehorenwerken.Gebruik
demachineuitsluitendalsdezenaarbehoren
werken.
•Zorgdatuopdehoogtebentvandegemarkeerde
plaatsenopdemachineendewerktuigenwaar
lichaamsdelenbeklemdkunnenraken;houuw
handenenvoetenuitdebuurtvandezeplaatsen.
•Voordatudemachinemeteenwerktuigeraan
bedient,moetucontrolerenofhetwerktuigopde
juistewijzeisbevestigdenofheteenorigineel
Torowerktuigis.Leesaldehandleidingenvan
hetwerktuig.
•Inspecteerhetterreinomvasttestellenwelke
accessoiresenwerktuigenunodighebtomgoed
enveiligtewerken.
•Zorgdatdeondergrondsekabels,leidingenen
andereobjectengemarkeerdwordenopdelocatie
Brandstofveiligheid
•Weeszeervoorzichtigbijhetomgaanmet
brandstof.Brandstofisontvlambaarendedampen
kunnentotontplofngkomen.
•Doofallesigaretten,sigaren,pijpenenandere
ontstekingsbronnen.
•Gebruikuitsluitendeengoedgekeurdvatofblik
voordebrandstof.
•Wanneerdemotorlooptofheetis,magu
debrandstofdopnietverwijderenofbrandstof
toevoegen.
•Geenbrandstofbijvullenofaftappenineen
afgeslotenruimte.
•Bewaardemachineenhetbrandstofvatniet
opplaatsenwaaropenvlammen,vonkenof
waakvlammen(bv.vaneenboilerofeenander
toestel)aanwezigkunnenzijn.
•Probeerdemotorniettestartenalsubrandstof
hebtgemorst;voorkomelkevormvanopenvuur
ofvonkentotdatdebrandstofdampenvolledigzijn
verdwenen.
•Vuldehoudersnietineenvoertuig,opeen
vrachtwagenofopdelaadbakvaneenaanhanger
metkunststofbekleding.Plaatsvatendieuwilt
vullenaltijdopdegrond,uitdebuurtvanuw
voertuig.
•Verwijderdemachineuitdevrachtwagenofde
aanhangerenvuldetankpasalsdemachineop
degrondstaat.Alsditnietmogelijkis,ishetbeter
ombijtevullenuiteendraagbaarvatdanmet
behulpvaneenvulpistool.
•Houdhetvulpistoolvoortdurendincontactmetde
randvandebrandstoftankofdeopeningvande
brandstofhoudertotdathetbijvullenvoltooidis.
Vergrendelhetvulpistoolnietindeopenstand.
Brandstofbijvullen
Aanbevolenbrandstof
•Gebruikvoordebesteresultatenuitsluitend
schone,verse(minderdan30dagenoud),
12