In deze gebruikershandleiding vind je alles wat je moet weten over je nieuwe TomTom TRUCKER.
Welkom bij navigatie met TomTom
We raden je aan het hoofdstuk Starten te lezen als je snel de basisbeginselen wilt doornemen. Hier
worden de installatie en het inschakelen, instellen en plannen van je eerste route besproken.
Vervolgens wil je waarschijnlijk verbinding maken met TomTom Services. Je kunt hier alles over
lezen in het hoofdstuk Verbinding maken met TomTom Services. Je kunt TomTom Services zelfs
gebruiken op je dagelijkse routes. Dit helpt je om vertragingen te vermijden en je bestemming
sneller te bereiken.
Voor informatie over wat je op het scherm ziet, ga je naar:
Inhoud van het scherm
Aanrakingen gebruiken
Hoofdmenu
Tip: op tomtom.com/support vind je antwoorden op veelgestelde vragen. Selecteer je product-
model in de lijst of voer een zoekopdracht in.
Veel leesplezier en vooral veel plezier met je nieuwe TRUCKER!
6
In de auto installeren
Starten
Gebruik de meegeleverde houder om je TomTom TRUCKER in je voertuig te bevestigen. Lees de
instructies voor het positioneren van je navigatiesysteem voordat je je TRUCKER bevestigt.
Bevestig je TRUCKER als volgt:
1. Sluit de meegeleverde USB-kabel aan op de houder. Als de houder is ingebouwd in je TRUCKER,
sluit je de USB-kabel hierop aan.
Let op: gebruik UITSLUITEND de USB-kabel die werd meegeleverd bij je TRUCKER. Andere
USB-kabels werken mogelijk niet naar behoren.
2. Sluit de USB-kabel aan op de USB-auto-oplader en steek deze in de voedingsbron op het
dashboard.
3. Kies op de voorruit of een zijruit de beste egale plaats om je TomTom TRUCKER te bevestigen.
Tip: als de houder is geïntegreerd in je TRUCKER, kun je het navigatiesysteem eenvoudig
draaien. Druk op de knop aan de achterkant van het navigatiesysteem om de houder los te
maken. Schuif de houder vervolgens weg. Plaats de houder terug aan de andere kant van het
navigatiesysteem.
4. Zorg ervoor dat zowel de zuignap op de houder als de voorruit schoon en droog zijn.
5. Duw de zuignap van de houder stevig vast tegen de voorruit.
6. Draai vervolgens de rubberen greep bij de basis van de houder naar rechts totdat je voelt dat
deze vergrendeld is.
7. Als je houder niet is ingebouwd in je TRUCKER, plaats je je TRUCKER in de houder en zorg je
ervoor dat deze vastklikt.
Dashboardmontageschijven zijn als accessoire bij je TRUCKER verkrijgbaar. Voor meer informatie ga
je naar tomtom.com/accessories.
Het navigatiesysteem positioneren
Ga voorzichtig te werk bij het installeren van je TRUCKER. De TRUCKER mag het volgende niet
blokkeren of belemmeren:
Je zicht op de weg.
De bedieningselementen in je voertuig.
Je achteruitkijkspiegels.
De airbags.
Je moet je TRUCKER gemakkelijk kunnen aanraken zonder je ver uit te rekken of voorover te
leunen. In een auto kun je je TRUCKER bevestigen aan de voor- of zijruit, maar je kunt ook een
dashboardmontageschijf gebruiken om de houder aan het dashboard te bevestigen.
Het navigatiesysteem in- en uitschakelen
Het navigatiesysteem inschakelen
Druk op de Aan/Uit-knop totdat het navigatiesysteem wordt gestart. Als het navigatiesysteem was
uitgeschakeld, zie je de kaartweergave. Als het navigatiesysteem in de slaapstand stond, zie je het
laatste scherm dat je hebt bekeken.
7
De slaapstand inschakelen
Druk op de Aan/Uit-knop en laat deze weer los als je de slaapstand wilt inschakelen.
Je kunt ook langer dan twee seconden op de Aan/Uit-knop drukken, totdat de knoppen Slaapstand
en Schakel uit worden weergegeven. Selecteer Slaapstand als je de slaapstand wilt inschakelen.
Tip: als je de slaapstand wilt inschakelen wanneer de USB-kabel niet is bevestigd of het
navigatiesysteem van de houder wordt verwijderd, ga je naar Batterij-instellingen in het menu
Instellingen.
Het navigatiesysteem volledig uitschakelen
Als je het navigatiesysteem volledig wilt uitschakelen, ga je op een van de volgende manieren te
werk:
Houd de Aan/Uit-knop langer dan twee seconden ingedrukt, totdat de knoppen Slaapstand en
Schakel uit worden weergegeven. Selecteer Schakel uit als je het navigatiesysteem wilt
uitschakelen. Selecteer de knop voor het vorige scherm als je het navigatiesysteem niet wilt
uitschakelen.
Houd de Aan/Uit-knop langer dan vijf seconden ingedrukt, totdat het navigatiesysteem wordt
uitgeschakeld.
Veiligheidsmededeling
Sommige navigatiesystemen bevatten een GSM/GPRS-module die de werking van elektrische
apparaten kan verstoren. Denk hierbij aan pacemakers, gehoorapparaten en apparatuur in
vliegtuigen.
Storing met deze apparatuur kan de gezondheid van gebruikers schaden of levensbedreigende
situaties opleveren.
Als je navigatiesysteem beschikt over een GSM/GPRS-module gebruik deze dan niet in de nabijheid
van onbeschermde elektrische apparaten of op plaatsen waar het gebruik van mobiele telefoons
verboden is, zoals in ziekenhuizen en vliegtuigen.
Installatie
Opmerking: de taal die je kiest, wordt gebruikt voor alle tekst op het scherm. Je kunt de taal later
altijd wijzigen in Taal en eenheden van het menu Instellingen.
Als je je TomTom TRUCKER voor het eerst inschakelt, moet je een aantal vragen beantwoorden om
het navigatiesysteem in te stellen. Beantwoord de vragen door het scherm aan te raken.
GPS-ontvangst
Als je de TomTom TRUCKER voor het eerst start, kan het enkele minuten duren voordat je positie
wordt vastgesteld. Na deze eerste keer wordt je positie veel sneller gevonden.
Voor een goede satellietontvangst gebruik je je TRUCKER buitenshuis en houd je het recht. Grote
objecten, zoals hoge gebouwen, kunnen de ontvangst soms verstoren.
Belangrijk: QuickGPSFix bevat informatie over satellietposities, zodat je positie sneller kan worden
bepaald op je TRUCKER. QuickGPSfix-informatie wordt in realtime naar Always Connected-navigatiesystemen verzonden en naar Smartphone Connected-navigatiesystemen wanneer ze met
TomTom Services zijn verbonden via je smartphone. Je kunt QuickGPSFix ook updaten met MyDrive.
8
Informatie naar TomTom verzenden
Wanneer je je navigatiesysteem voor het eerst gebruikt of TRUCKER opnieuw hebt ingesteld, wordt
je door de TRUCKER gevraagd om toestemming te geven zodat het systeem wat informatie kan
verzamelen over je gebruik van het navigatiesysteem. De gegevens worden opgeslagen op de
TRUCKER totdat we ze ophalen. We gebruiken ze anoniem om onze producten en services te
verbeteren. Als je gebruikmaakt van onze services, gebruiken we ook informatie over je locatie om
de services aan je te leveren.
Je kunt op elk gewenst moment je toestemming voor het verzenden van deze gegevens intrekken
door het volgende te doen:
1. Selecteer de knop Instellingen in het hoofdmenu.
2. Selecteer Systeem.
3. Selecteer Je gegevens.
4. Selecteer de knop om het verzenden van informatie in of uit te schakelen.
Let op: als je ervoor kiest geen informatie over je locatie naar ons te verzenden, ontvang je onze
services niet meer. Dit komt doordat services de locatie van je navigatiesysteem naar TomTom
moeten verzenden om de verkeersinformatie te ontvangen voor de locatie waar je je bevindt. De
einddatum van je abonnement verandert niet, ook niet als je deze gegevens niet naar ons
verzendt.
Extra informatie
Wanneer je vermoedt dat je gegevens niet worden gebruikt voor het doel waarvoor je deze aan
TomTom hebt verstrekt, neem je contact met ons op via tomtom.com/support.
Ga voor de meest recente en meer gedetailleerde informatie naar tomtom.com/privacy.
Sleuf voor geheugenkaart
Bepaalde TomTom-navigatiesystemen hebben een sleuf voor geheugenkaarten die zich bevindt aan
de zijkant of de onderkant van het navigatiesysteem.
Voordat je de sleuf voor geheugenkaarten gebruikt, controleer je of je de nieuwste versie van de
applicatie hebt geïnstalleerd op je navigatiesysteem door op een computer verbinding te maken
met MyDrive.
Als je TRUCKER up-to-date is, kun je een geheugenkaart gebruiken als extra opslagruimte om extra
kaarten, tracks of routes toe te voegen aan je navigatiesysteem. Je kunt kaarten aanschaffen via
tomtom.com.
Navigatiesysteem start niet op
In enkele gevallen komt het voor dat je TomTom TRUCKER niet correct start of niet meer reageert
wanneer je het scherm aanraakt.
Controleer in dat geval eerst of de batterij is opgeladen. Voor het opladen van de batterij sluit je je
TRUCKER aan op de auto-oplader. Afhankelijk van het type navigatiesysteem kan het 3 - 5 uur duren
voordat de batterij volledig is opgeladen.
Als het probleem hiermee niet wordt opgelost, kun je het navigatiesysteem resetten. Houd hiertoe
de Aan/Uit-knop ingedrukt totdat de TRUCKER opnieuw wordt opgestart.
Je navigatiesysteem opladen
De batterij in je TomTom TRUCKER wordt opgeladen wanneer je het systeem aansluit op de
auto-oplader, op je computer of een USB-thuisoplader.
9
Je wordt gewaarschuwd wanneer het batterijniveau laag of kritiek is. Je verliest je verbinding met
sommige TomTom Services wanneer het batterijniveau laag is of de batterij bijna leeg is. Wanneer
de batterij leeg is, schakelt de TRUCKER over naar de slaapstand.
Let op: gebruik UITSLUITEND de USB-kabel die werd meegeleverd bij je TRUCKER. Andere
USB-kabels werken mogelijk niet naar behoren.
Omgaan met de TRUCKER
Het is belangrijk dat je zorgvuldig omgaat met je navigatiesysteem:
Open onder geen enkele voorwaarde de behuizing van je navigatiesysteem. Dit kan gevaarlijk
zijn en hierdoor vervalt je aanspraak op garantie.
Veeg het scherm van je navigatiesysteem af of droog het met een zachte doek. Gebruik geen
vloeibare schoonmaakmiddelen.
10
Informatie over TomTom Services
Verbinding maken met TomTom Services
TomTom Services geeft je realtime informatie over verkeer en flitsers op je route. Als je TomTom
Services op je TRUCKER wilt ontvangen, moet je aangemeld zijn op een MyTomTom-account en een
actief abonnement op TomTom Traffic en TomTom Flitsers hebben.
Je TRUCKER heeft een directe, permanente verbinding met TomTom Services. Deze navigatiesystemen worden 'Always Connected'-navigatiesystemen genoemd.
Ga naar tomtom.com/connect voor meer informatie.
Opmerking: TomTom Services zijn niet in alle landen of regio's beschikbaar en niet alle services
zijn beschikbaar in alle landen of regio's. Ga naar tomtom.com/services voor meer informatie
over de services die in elke regio beschikbaar zijn.
Always Connected-navigatiesystemen
Voer deze stappen uit als je TomTom Services wilt installeren op een TomTom TRUCKER die altijd
verbinding heeft:
Let op: wanneer je de TRUCKER voor de eerste keer start of na een reset, krijg je de mogelijkheid om TomTom Services te activeren wanneer je je TRUCKER instelt.
1. Selecteer TomTom Services in het hoofdmenu.
2. Als je hierom wordt gevraagd, selecteer je Ja als je ermee akkoord gaat dat er informatie wordt
verzonden naar TomTom.
Opmerking: je kunt TomTom Services alleen gebruiken als je ermee akkoord gaat dat er
informatie wordt verzonden naar TomTom.
3. Selecteer Traffic en Flitsers.
4. Maak een nieuw MyTomTom-account aan of meld je aan bij je MyTomTom-account.
Tip: als je al in het bezit bent van een TomTom-navigatiesysteem, raden we je aan om voor je
TRUCKER een nieuw MyTomTom-account te openen met een ander e-mailadres.
TomTom Services zijn nu beschikbaar.
11
De kaartweergave
Inhoud van het scherm
De kaartweergave wordt getoond wanneer je geen route hebt gepland. Je werkelijke locatie wordt
getoond zodra je TRUCKER je GPS-locatie heeft gevonden.
Je kunt de kaartweergave op dezelfde manier gebruiken als een traditionele papieren kaart. Je kunt
de kaart verplaatsen met behulp van aanrakingen en je kunt in- of uitzoomen met de zoomknoppen.
Belangrijk: alles op de kaart is interactief, met inbegrip van de route en de kaartsymbolen. Probeer
iets te selecteren en kijk wat er gebeurt!
Tip: als je een pop-upmenu wilt openen voor een item op de kaart, bijvoorbeeld een route of een
POI, selecteer je het item om het menu te openen. Als je een locatie op de kaart wilt selecteren,
selecteer je de locatie en houd je deze vast tot er een pop-upmenu wordt geopend.
Op de kaart worden je huidige locatie en veel andere locaties getoond, zoals je Mijn
plaatsen-locaties.
Als je geen route hebt gepland, wordt er uitgezoomd op de kaart zodat je het gebied rondom je
locatie kunt zien.
12
Als je een route hebt gepland, wordt de volledige route op de kaart weergegeven. Je kunt direct
vanaf de kaart tussenstops toevoegen aan je route. Wanneer je begint met rijden, wordt de
reisbegeleidingsweergave weergegeven.
1. De knop voor het vorige scherm. Met deze knop keer je terug naar een overzicht van de hele
route. Als er geen route is gepland, wordt je huidige locatie in het midden weergegeven.
2. Weergaveknop. Tik op de weergaveknop om te schakelen tussen de kaartweergave en de
reisbegeleidingsweergave. Wanneer tijdens het rijden de kaartweergave actief is, draait de
kleine pijl om je huidige rijrichting aan te geven, met het noorden boven.
3. Zoomknoppen. Selecteer de zoomknoppen als je wilt in- of uitzoomen.
4. Huidige locatie. Dit symbool geeft je huidige locatie aan. Selecteer het symbool om de locatie
aan Mijn plaatsen toe te voegen of zoek in de buurt van je huidige locatie.
Let op: als je TRUCKER je locatie niet met GPS of een andere methode kan vinden, wordt het
symbool grijs weergegeven.
5. Geselecteerde locatie. Druk op een locatie en houd deze ingedrukt als je een locatie wilt
selecteren op de kaart. Selecteer de knop voor het pop-upmenu als je opties wilt weergeven
voor de locatie, of selecteer de knop Rijd als je een route wilt plannen naar de locatie.
6. Hoofdmenuknop. Selecteer deze knop om het hoofdmenu te openen.
7. Kaartsymbolen. Op de kaart worden symbolen gebruikt voor je bestemming en je opgeslagen
plaatsen:
Je bestemming.
13
Je thuislocatie. Je kunt je thuislocatie instellen bij Mijn plaatsen.
Een tussenstop op je route.
Een locatie die is opgeslagen in Mijn plaatsen.
Selecteer een kaartsymbool om het pop-upmenu te openen en selecteer vervolgens de menuknop om een lijst weer te geven met acties die je kunt uitvoeren.
8. Verkeersinformatie. Selecteer het verkeersincident als je informatie over de vertraging wilt
bekijken.
Let op: verkeersinformatie is alleen beschikbaar als je TomTom TRUCKER beschikt over
TomTom Traffic.
9. Je route, mits je een route hebt gepland. Selecteer de route om deze te wissen, wijzig het
routetype, voeg een tussenstop toe of sla wijzigingen in je route op.
10. Flitsers op je route. Selecteer een flitser om informatie over die flitser weer te geven.
11. Routebalk. De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland.
De reisbegeleidingsweergave
De reisbegeleidingsweergave wordt gebruikt om je via de route naar je bestemming te leiden. De
reisbegeleidingsweergave wordt getoond wanneer je begint te rijden. Je ziet je huidige locatie en
details van de route, zoals 3D-gebouwen in bepaalde plaatsen.
Let op: 3D-gebouwen in de reisbegeleidingsweergave zijn niet op alle navigatiesystemen
beschikbaar.
De reisbegeleidingsweergave is doorgaans in 3D. Je kunt een 2D-kaart weergeven waarbij de kaart
meebeweegt in je reisrichting door de 2D- en 3D-standaardinstellingen te wijzigen.
Tip: wanneer je een route hebt gepland en de 3D-reisbegeleidingsweergave wordt weergegeven,
selecteer je de rijweergaveknop om over te schakelen naar de kaartweergave en de interactieve
functies te gebruiken.
14
Als je TRUCKER weer wordt gestart nadat het in de slaapstand heeft gestaan en je een route hebt
gepland, wordt de reisbegeleidingsweergave getoond, inclusief je huidige locatie.
1. Weergaveknop. Tik op de weergaveknop om te schakelen tussen de kaartweergave en de
reisbegeleidingsweergave.
2. Zoomknoppen. Selecteer de zoomknoppen als je wilt in- of uitzoomen.
Tip: op sommige systemen kun je ook een knijpbeweging maken om in en uit te zoomen.
3. Instructiekader. In dit kader wordt de volgende informatie getoond:
De richting van de volgende afslag.
De afstand tot de volgende afslag.
De naam van de volgende weg op je route.
Rijstrookadvies op sommige knooppunten.
Let op: selecteer het instructiekader om een lijst met stapsgewijze instructies voor je geplande route weer te geven.
4. Routesymbolen. Op je route worden symbolen gebruikt om je beginlocatie, je tussenstops en je
bestemming te tonen.
5. Hoofdmenuknop. Selecteer deze knop om het hoofdmenu te tonen.
6. Snelheidskader. In dit kader wordt de volgende informatie getoond:
De maximumsnelheid op jouw locatie.
Je huidige snelheid. Als je meer dan 5 km/u harder rijdt dan de maximumsnelheid, wordt
het snelheidskader rood. Als je minder dan 5 km/u harder rijdt dan de maximumsnelheid,
wordt het snelheidskader oranje.
De naam van de straat waar je rijdt.
15
7. Huidige locatie. Dit symbool geeft je huidige locatie aan. Selecteer het symbool of het
In het kader met aankomstinformatie wordt de volgende informatie
getoond:
De geschatte aankomsttijd op je bestemming.
Hoelang het duurt om vanaf de huidige locatie naar de bestemming
te rijden.
Vlak bij de bestemmingsmarkering wordt een knop van een
parkeergelegenheid getoond wanneer er in de buurt van je bestemming parkeergelegenheid is.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een
plusteken (+) of een minteken (-) en het tijdsverschil in hele en
halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Als je tussenstops aan je route hebt toegevoegd, selecteer je dit kader
om te schakelen tussen informatie over de volgende tussenstop en je
eindbestemming.
In het kader met aankomstinformatie kun je kiezen welke informatie
wordt weergegeven.
Verkeersstatus - als je TRUCKER geen verkeersinformatie ontvangt,
wordt er onder het kader met aankomstinformatie een verkeersymbool
met een kruis weergegeven.
Op de balk worden symbolen voor de volgende informatie gebruikt:
De volgende twee tussenstops op je route.
Tip: als je snel een tussenstop wilt verwijderen, selecteer je deze
in de routebalk en gebruik je het menu.
Benzinestations die zich op de route bevinden.
TomTom Traffic inclusief zware regenval of sneeuw.
TomTom Flitsers en Gevarenzones.
Stopplaatsen die op de route liggen.
Je kunt kiezen welke informatie wordt weergegeven op de route.
De symbolen staan in de volgorde waarin ze voorkomen op de route. Bij
verkeersincidenten geeft het symbool voor elk incident beurtelings het
type incident en de vertraging in minuten aan. Selecteer een symbool om
snelheidskader om het snelmenu te openen.
Let op: als je TRUCKER je locatie niet met GPS of een andere methode kan vinden, wordt het
symbool grijs weergegeven.
8. Routebalk. De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland.
Belangrijk: als je een grotere routebalk wilt zien met meer informatie over de route, wijzig je
de instelling voor Route-informatie.
De routebalk
De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland. Boven aan de routebalk bevindt
zich een kader met aankomstinformatie en daaronder een balk met symbolen.
Belangrijk: als je een grotere routebalk wilt zien met meer informatie over de route, wijzig je de
instelling voor Route-informatie.
Opmerking: de resterende afstand die wordt weergegeven met de routebalk is afhankelijk van de
totale lengte van je route.
16
meer informatie weer te geven over een vertraging, een incident of een
flitser. Als er een symbool boven op een ander symbool wordt
weergegeven en je de symbolen selecteert, wordt er ingezoomd op de
routebalk om elk symbool apart weer te geven. Vervolgens kun je een
van de symbolen selecteren.
De totale vertraging als gevolg van files, het weer en andere incidenten
op de route, inclusief informatie van IQ Routes, wordt boven de
symbolen weergegeven.
Zie Verkeersincidenten voor een volledige lijst met incidenttypen.
De onderzijde van de routebalk geeft je huidige locatie aan en toont de
afstand tot het volgende incident op je route. Daarnaast kun je ervoor
kiezen om de huidige tijd weer te geven door deze instelling in te
schakelen.
Tip: om de leesbaarheid van de routebalk te verbeteren, worden sommige incidenten mogelijk
niet weergegeven. Dit zijn altijd minder belangrijke incidenten die slechts weinig vertraging
veroorzaken.
Op de routebalk staan ook berichten over de status, bijvoorbeeld Zoeken naar snelste route of
Routevoorbeeld wordt weergegeven.
Afstanden en de routebalk
De resterende afstand die op de routebalk wordt weergegeven, is afhankelijk van de lengte van je
route of de resterende afstand op je route.
Bij resterende afstanden die langer zijn dan 50 km, wordt alleen de volgende 50 km we-
ergegeven. Het bestemmingspictogram wordt niet weergegeven.
Tip: je kunt op de routebalk scrollen om de hele route te bekijken.
Voor resterende afstanden tussen 10 km en 50 km wordt de volledige afstand weergegeven. Het
bestemmingspictogram wordt vast boven aan de routebalk weergegeven.
Voor resterende afstanden van minder dan 10 km wordt de volledige afstand weergegeven. Het
bestemmingspictogram verplaatst zich omlaag in de richting van de pijl naarmate je dichter bij
je bestemming komt.
De bovenste helft van de routebalk geeft twee keer zo veel van de afstand weer als de onderste
helft, zoals in de volgende voorbeelden:
Een resterende afstand van 50 km op de routebalk wordt opgedeeld in 34 km in de bovenste
helft en 16 km in de onderste helft.
Een resterende afstand van 10 km op de routebalk wordt opgedeeld in 6,6 km in de bovenste
helft en 3,3 km in de onderste helft.
De routebalk wordt tijdens de rit constant bijgewerkt.
Het snelmenu
Om het snelmenu te openen selecteer je het symbool voor de huidige locatie of het snelheidskader
in de reisbegeleidingsweergave.
Je kunt vervolgens een van de volgende dingen doen:
Een locatie markeren
Een nieuwe flitser melden
Een maximumsnelheid wijzigen
Een afgesloten weg vermijden
Je huidige locatie bekijken, of de lengte- en breedtegraad als je je niet op een weg met een
naam bevindt.
17
Zoek
Selecteer deze knop als je een adres, een plaats of een Nuttige Plaats wilt
zoeken en vervolgens een route wilt plannen naar die locatie.
Rijd naar huis
Selecteer deze knop om naar je thuislocatie te navigeren. Als deze knop
niet in je hoofdmenu staat, ga je naar Mijn plaatsen om je thuislocatie in
te stellen.
Rijd naar werk
Selecteer deze knop om naar je werklocatie te navigeren. Als deze knop
niet in je hoofdmenu staat, ga je naar Mijn plaatsen om je werklocatie in
te stellen.
Recente
bestemming
Selecteer deze knop om de lijst met je recente bestemmingen te openen.
Selecteer een recente bestemming om een route naar die bestemming te
plannen.
Huidige route
Selecteer deze knop om je geplande route te wissen of wijzigen.
Meld flitser
Selecteer deze knop om een flitser te melden.
Navigatieknoppen
Selecteer in de kaartweergave of de reisbegeleidingsweergave de hoofdmenuknop om het
hoofdmenu te openen.
In het hoofdmenu zijn de volgende navigatieknoppen beschikbaar:
Let op: niet alle functies worden ondersteund op alle systemen.
18
Mijn plaatsen
Selecteer deze knop om je opgeslagen plaatsen te tonen.
Mijn routes
Selecteer deze knop om je opgeslagen routes weer te geven.
Parkeren
Selecteer deze knop om parkeervoorzieningen te zoeken.
Benzinestation
Selecteer deze knop om benzinestations te zoeken.
Stembesturing
Selecteer deze knop om stembesturing te starten.
Tip: je kunt ook de activeerzin uitspreken om stembesturing te starten.
TomTom Services
Selecteer deze knop om de status van de internetverbinding te bekijken.
Selecteer deze knop om het menu Instellingen te openen.
Overige knoppen
Selecteer in de kaartweergave of de reisbegeleidingsweergave de hoofdmenuknop om het
hoofdmenu te openen.
Behalve de navigatieknoppen zijn in het hoofdmenuscherm de volgende knoppen beschikbaar:
19
Selecteer deze knop om het menu Help te openen. Het menu Help bevat
ondersteuning bij het gebruik van stembesturing als je navigatiesysteem
deze functie ondersteunt. In het menu vind je ook informatie over je
TRUCKER, zoals kaartinformatie, serienummer van het navigatiesysteem
en juridische informatie.
Selecteer deze knop om de volgorde van de knoppen te wijzen in het
hoofdmenu.
Selecteer deze knop om naar het vorige scherm te gaan.
Selecteer deze knop om terug te gaan naar de kaartweergave of de
reisbegeleidingsweergave.
Het symbool geeft de status van de Bluetooth-verbinding aan wanneer je
een smartphone gebruikt om verbinding te maken met TomTom Services.
Dit symbool geeft het energieniveau aan van de batterij van je TRUCKER.
Dit symbool geeft aan dat je TRUCKER is verbonden met TomTom
Services.
Dit symbool geeft aan dat je TRUCKER niet is verbonden met TomTom
Services.
Dit symbool geeft aan dat je TRUCKER is verbonden met je
MyDrive-account.
Dit symbool geeft aan dat je TRUCKER niet is verbonden met je
MyDrive-account.
Deze knop geeft aan dat je gesproken instructies zult horen. Selecteer de
knop om de gesproken instructies uit te schakelen. Je hoort nu geen
gesproken route-instructies meer, maar nog wel informatie zoals
verkeersinfo en waarschuwingsgeluiden.
Tip: je kunt selecteren welk type instructies je wilt horen. Selecteer
Stemmen in het menu Instellingen en selecteer de instructies die je wilt
horen.
Deze knop geeft aan dat je geen gesproken instructies zult horen.
Selecteer deze knop om gesproken instructies in te schakelen.
20
Deze knop geeft aan dat dagkleuren worden gebruikt. Selecteer de knop
om de helderheid van het scherm te dempen en de kaart in donkerdere
kleuren weer te geven.
Bij een nachtelijke rit of een route door een donkere tunnel is het voor de
bestuurder gemakkelijker het scherm te zien en wordt hij/zij minder snel
afgeleid wanneer de helderheid van het scherm gedempt is.
Tip: je navigatiesysteem schakelt automatisch tussen dag- en nachtkleuren, afhankelijk van het tijdstip. Als je deze functie wilt uitschakelen, selecteer je Uiterlijk in het menu Instellingen en schakel je
Schakel naar nachtkleuren als het donker wordt uit.
Deze knop geeft aan dat nachtkleuren worden gebruikt. Selecteer de knop
om de helderheid van het scherm te verhogen en de kaart in helderdere
kleuren weer te geven.
Dubbel tikken
Raak tweemaal snel achter elkaar het scherm aan met één vinger.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je wilt inzoomen op de
kaart.
Slepen
Plaats één vinger op het scherm en beweeg deze over het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je over de kaart wilt
scrollen.
Snel bewegen
Maak met het topje van één vinger een snelle beweging over het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je een flinke afstand
wilt overbruggen op de kaart.
Tip: snel bewegen werkt niet op alle systemen.
Volumebeheer
Selecteer in de kaartweergave of de reisbegeleidingsweergave de hoofdmenuknop om het
hoofdmenu te openen.
Selecteer de volumeregeling en verschuif deze om het volume van gesproken instructies en
waarschuwingen te wijzigen. Als de gesproken instructies zijn uitgeschakeld, wordt het volume van
de waarschuwingen toch gewijzigd.
Aanrakingen gebruiken
Gebruik aanrakingen om je TRUCKER te bedienen.
In deze gebruikershandleiding wordt steeds uitgelegd welke aanrakingen je moet gebruiken, maar
hier volgt alvast een complete lijst met alle aanrakingen die je kunt gebruiken.
21
Ingedrukt houden
Plaats gedurende meer dan 0,5 seconde één vinger op het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je het pop-upmenu voor
een locatie op de kaart wilt openen.
Pinch to Zoom
Raak het scherm aan met je duim en een vinger. Beweeg ze uit elkaar om
in te zoomen en beweeg ze naar elkaar toe om uit te zoomen.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je wilt in- of uitzoomen
op de kaart.
Tip: "Pinch to Zoom" werkt niet op alle systemen. Wanneer "Pinch to
Zoom" niet werkt op je TRUCKER, gebruik je de zoomknoppen om in en
uit te zoomen.
Tikken of
selecteren
Tik met één vinger op het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je een item wilt
selecteren in het hoofdmenu.
Tip: om een pop-upmenu te openen voor een item op de kaart,
selecteer je het item en houd je het vast totdat het menu wordt
geopend.
Tekst- en knopgrootten wijzigen
Je kunt de grootte van tekst en knoppen op het scherm wijzigen, zodat de tekst eenvoudiger te
lezen is en knoppen gemakkelijker te gebruiken zijn.
Let op: deze functie is alleen beschikbaar op navigatiesystemen met een scherm van 6 inch of
groter.
Als je de grootte van de tekst en de knoppen wilt wijzigen, selecteer je de knop Instellingen in het
hoofdmenu en vervolgens Uiterlijk en Grootte van tekst en knoppen. Je navigatiesysteem moet
opnieuw worden opgestart om de wijziging door te voeren.
De volgorde van de hoofdmenuknoppen veranderen
Om de volgorde van de hoofdmenuknoppen aan te passen aan jouw voorkeur, ga je als volgt te
werk:
1. Selecteer de hoofdmenuknop om het hoofdmenu te openen.
2. Houd de knop die je wilt verplaatsen twee seconden ingedrukt.
Tip: je kunt ook helemaal rechts van het hoofdmenu op de knop Wijzig drukken.
De menuknop wordt weergegeven met pijlen naar links en naar rechts.
3. Druk op de pijl naar links of rechts in het hoofdmenu om de knop naar een andere positie in het
menu te verplaatsen.
4. Selecteer en verplaats andere knoppen om ze in de gewenste volgorde te zetten.
5. Selecteer OK.
22
Info over TomTom Traffic
Verkeersinformatie
TomTom Traffic is een unieke TomTom-service die realtime verkeersinformatie biedt. Ga voor meer
informatie over TomTom Services naar tomtom.com/services.
In combinatie met IQ Routes helpt TomTom Traffic je bij het plannen van een optimale route naar
je bestemming, waarbij rekening wordt gehouden met de huidige lokale verkeersomstandigheden en
het weer.
Je TomTom TRUCKER ontvangt regelmatig informatie over de veranderende verkeerssituatie. Als er
files, zware regenval, sneeuw of andere incidenten worden gevonden op je huidige route, biedt je
TRUCKER aan je route opnieuw te plannen om te proberen vertragingen te voorkomen.
Om TomTom Services op je TRUCKER te krijgen, moet je verbonden zijn met TomTom Services en
aangemeld zijn bij een MyTomTom-account.
Let op: TomTom Services zijn niet op alle systemen beschikbaar.
Opmerking: TomTom Services zijn niet in alle landen of regio's beschikbaar en niet alle services
zijn beschikbaar in alle landen of regio's. Ga naar tomtom.com/services voor meer informatie
over de services die in elke regio beschikbaar zijn.
Informatie over RDS-TMC
Het Traffic Message Channel (TMC), ook wel bekend als RDS-TMC, zendt verkeersinformatie uit als
een radiosignaal en is in veel landen gratis beschikbaar.
De service TMC is geen TomTom-service, maar is beschikbaar bij gebruik van een
RDS-TMC-ontvanger voor verkeersinfo.
Opmerking: de RDS-TMC-ontvanger is niet beschikbaar in alle landen.
TomTom is niet verantwoordelijk voor de beschikbaarheid of kwaliteit van de via TMC
geleverde verkeersinformatie.
Het Traffic Message Channel (TMC) is niet in alle landen beschikbaar. Om de beschikbaarheid van
TMC-services in jouw land te controleren, ga je naartomtom.com/5826.
De routebalk
De routebalk wordt getoond wanneer je een route hebt gepland. Boven aan de routebalk bevindt
zich een kader met aankomstinformatie en daaronder een balk met symbolen.
Belangrijk: als je een grotere routebalk wilt zien met meer informatie over de route, wijzig je de
instelling voor Route-informatie.
Opmerking: de resterende afstand die wordt weergegeven met de routebalk is afhankelijk van de
totale lengte van je route.
23
In het kader met aankomstinformatie wordt de volgende informatie
getoond:
De geschatte aankomsttijd op je bestemming.
Hoelang het duurt om vanaf de huidige locatie naar de bestemming
te rijden.
Vlak bij de bestemmingsmarkering wordt een knop van een
parkeergelegenheid getoond wanneer er in de buurt van je bestemming parkeergelegenheid is.
Tip: als je bestemming in een andere tijdzone ligt, zie je een
plusteken (+) of een minteken (-) en het tijdsverschil in hele en
halve uren in het kader met aankomstinformatie. De geschatte
aankomsttijd is de lokale tijd op je bestemming.
Als je tussenstops aan je route hebt toegevoegd, selecteer je dit kader
om te schakelen tussen informatie over de volgende tussenstop en je
eindbestemming.
In het kader met aankomstinformatie kun je kiezen welke informatie
wordt weergegeven.
Verkeersstatus - als je TRUCKER geen verkeersinformatie ontvangt,
wordt er onder het kader met aankomstinformatie een verkeersymbool
met een kruis weergegeven.
Op de balk worden symbolen voor de volgende informatie gebruikt:
De volgende twee tussenstops op je route.
Tip: als je snel een tussenstop wilt verwijderen, selecteer je deze
in de routebalk en gebruik je het menu.
Benzinestations die zich op de route bevinden.
TomTom Traffic inclusief zware regenval of sneeuw.
TomTom Flitsers en Gevarenzones.
Stopplaatsen die op de route liggen.
Je kunt kiezen welke informatie wordt weergegeven op de route.
De symbolen staan in de volgorde waarin ze voorkomen op de route. Bij
verkeersincidenten geeft het symbool voor elk incident beurtelings het
type incident en de vertraging in minuten aan. Selecteer een symbool om
meer informatie weer te geven over een vertraging, een incident of een
flitser. Als er een symbool boven op een ander symbool wordt
weergegeven en je de symbolen selecteert, wordt er ingezoomd op de
routebalk om elk symbool apart weer te geven. Vervolgens kun je een
van de symbolen selecteren.
De totale vertraging als gevolg van files, het weer en andere incidenten
op de route, inclusief informatie van IQ Routes, wordt boven de
symbolen weergegeven.
Zie Verkeersincidenten voor een volledige lijst met incidenttypen.
De onderzijde van de routebalk geeft je huidige locatie aan en toont de
afstand tot het volgende incident op je route. Daarnaast kun je ervoor
kiezen om de huidige tijd weer te geven door deze instelling in te
schakelen.
Tip: om de leesbaarheid van de routebalk te verbeteren, worden sommige incidenten mogelijk
niet weergegeven. Dit zijn altijd minder belangrijke incidenten die slechts weinig vertraging
veroorzaken.
Op de routebalk staan ook berichten over de status, bijvoorbeeld Zoeken naar snelste route of
Routevoorbeeld wordt weergegeven.
24
De verkeerssituatie bekijken op de kaart
Verkeersincidenten worden op de kaart getoond. Als meerdere verkeersincidenten elkaar
overlappen, wordt het incident met de hoogste prioriteit getoond. Zo heeft een wegafsluiting een
hogere prioriteit dan wegwerkzaamheden of een afgesloten rijstrook.
Tip: selecteer een incident op de kaart voor meer gedetailleerde informatie.
1. Verkeersincident dat van invloed is op je route in jouw rijrichting.
Een symbool of nummer aan het begin van het incident geeft het type incident aan of de
vertraging in minuten (bijvoorbeeld vijf minuten).
De kleur van het incident geeft de snelheid van het verkeer aan ten opzichte van de toegestane
maximumsnelheid op die locatie, waarbij rood de laagste snelheid is. De strepen voor een file
bewegen om de snelheid van het verkeer aan te geven, indien van toepassing.
Zie Verkeersincidenten voor een volledige lijst met incidenttypen.
Tip: er worden weersymbolen op de kaart weergegeven bij slechte weersomstandigheden,
zoals zware regenval of sneeuw.
2. Verkeersincident op je route, maar in de tegengestelde rijrichting.
3. Verkeersincidenten op wegen die bij het huidige zoomniveau niet zichtbaar zijn.
De verkeerssituatie op je route bekijken
Informatie over verkeersincidenten op je route wordt getoond op de routebalk rechts van de kaart.
De routebalk bevat informatie over vertragingen terwijl je aan het rijden bent. Er worden symbolen
gebruikt om aan te geven waar elk verkeersincident zich bevindt op je route.
Let op: als je TRUCKER geen verkeersinformatie ontvangt, wordt er onder het kader met
aankomstinformatie een verkeersymbool met een kruis weergegeven.
25
Tip: om de leesbaarheid van de routebalk te verbeteren, worden sommige incidenten mogelijk
Wind
Regen
Mist
Sneeuw
IJsvorming
Stilstaand verkeer
Langzaam rijdend tot stilstaand verkeer
niet weergegeven. Dit zijn altijd minder belangrijke incidenten die slechts weinig vertraging
veroorzaken.
Selecteer een incident op de routebalk als je meer informatie wilt over dit incident. De kaart wordt
geopend terwijl er is ingezoomd op het incident. Er wordt ook een pop-upvenster geopend met
gedetailleerde informatie over het verkeersincident.
De getoonde informatie omvat het volgende:
Het type verkeersincident - algemeen, ongeluk, wegwerkzaamheden, gesloten rijstrook of
weersomstandigheden zoals zware regenval of sneeuw.
De ernst van het incident: langzaam rijdend verkeer, fileverkeer of stilstaand verkeer.
De vertraging.
De lengte van het incident.
Zie Verkeersincidenten voor een volledige lijst met incidenttypen.
Selecteer de knop voor het vorige scherm om terug te gaan naar de reisbegeleidingsweergave.
Verkeersincidenten
Verkeersincidenten en waarschuwingen worden getoond in de kaartweergave en op de routebalk.
Symbolen die in een cirkel worden weergegeven, zijn verkeersincidenten. Er wordt gecontroleerd of
er een snellere route beschikbaar is en je route wordt opnieuw gepland om verkeersincidenten te
vermijden.
Symbolen voor verkeersincidenten:
26
Langzaam rijdend verkeer
Onbekend ongeluk
Onbekend incident
Wegwerkzaamheden
Gesloten rijstrook
Wegafsluiting
Geavanceerd rijstrookadvies
Opmerking: geavanceerd rijstrookadvies is niet voor alle knooppunten of in alle landen bes-
chikbaar.
Geavanceerde rijstrookaanwijzingen helpen je je voor te bereiden op snelwegafritten en
knooppunten door je de juiste rijstrook voor je geplande route te tonen.
Zodra je een afrit of knooppunt nadert, wordt jouw rijstrook op het scherm en in het instructiekader getoond.
Tip: selecteer een willekeurige locatie op het scherm of druk op de knop voor het vorige scherm
als je de rijstrookafbeelding wilt sluiten.
Als je rijstrookafbeeldingen wilt uitschakelen, selecteer je de knop Instellingen in het hoofdmenu
en selecteer je vervolgens Uiterlijk. Schakel de instelling Toon afbeeldingen van snelwegafritten
uit.
27
Tijdgebonden maximumsnelheden
Sommige maximumsnelheden veranderen afhankelijk van het tijdstip op de dag. De maximumsnelheid bij scholen is bijvoorbeeld 40 km/u in de ochtend tussen 08:00 en 09:00 uur en in de middag
tussen 15:00 en 16:00 uur. Indien mogelijk, verandert de weergegeven maximumsnelheid in het
snelheidskader zodat de variabele maximumsnelheden worden weergegeven.
Sommige maximumsnelheden veranderen afhankelijk van de rijomstandigheden. De maximumsnelheid daalt bijvoorbeeld bij druk verkeer of bij slechte weersomstandigheden. Deze variabele
maximumsnelheden worden niet weergegeven in het snelheidskader. De snelheid die wordt
weergegeven in het snelheidskader is de maximumsnelheid die is toegestaan bij goede rijomstandigheden.
Belangrijk: de maximumsnelheid die wordt weergegeven in het snelheidskader is slechts een
indicatie. Je moet je altijd aan de actuele maximumsnelheid houden voor de weg waarop je rijdt en
voor de rijomstandigheden.
28
Over Mijn voertuig
Je voertuigtype instellen
Belangrijk: routeplanning voor een bepaald voertuigtype is alleen beschikbaar wanneer er een
vrachtwagenkaart is geïnstalleerd. Als er geen vrachtwagenkaart is geïnstalleerd, wordt er een
autoroute gepland.
Met Mijn voertuig kun je het voertuigtype waarmee je rijdt, uitkiezen zodat de geplande route
geschikt is voor jouw voertuig.
Voor elk voertuigtype kunnen afmetingen, gewicht en maximumsnelheid worden ingesteld. Routes
die worden gepland door je navigatiesysteem vermijden beperkingen voor het type voertuig en
houden rekening met de specifieke instellingen voor het voertuig. De volgende lijst geeft een paar
voorbeelden weer van routebeperkingen:
een route voor een bestelwagen kan anders zijn dan de route die voor een auto wordt berekend
op basis van beperkingen in gewicht of hoogte.
Het kan zijn dat een vrachtwagen slechts op bepaalde wegen door een stad mag rijden.
Een route die voor een groot voertuig wordt gepland, zoals een bus, vrachtwagen of anders,
maakt meestal gebruikt van grote wegen en gaat ervan uit dat je gemiddeld genomen langzamer rijdt. Er zullen ook routes worden gekozen zonder scherpe bochten.
Belangrijk: je moet alle verkeersborden in acht nemen, vooral de borden die betrekking hebben op
de afmetingen en het gewicht van je voertuig. We kunnen niet garanderen dat je deze onderweg
nooit zult tegenkomen en het negeren van dergelijke beperkingen kan gevaarlijk en illegaal zijn.
Je voertuigtype instellen
Je kunt je voertuigtype en specifieke instellingen opgeven, zodat de route die je systeem plant
geschikt is voor jouw voertuig. Als je je TRUCKER in een ander type voertuig wilt gebruiken, wijzig
je het voertuigtype en de instellingen.
Let op: op sommige navigatiesystemen wordt je gevraagd je voertuigprofiel in te stellen wanneer
je het systeem voor het eerst start.
1. Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Mijn voertuig.
Het scherm Mijn voertuig wordt weergegeven.
2. Selecteer Voertuigtype en vervolgens het type voertuig in de lijst die wordt weergegeven.
29
Het scherm Mijn voertuig wordt weergegeven met de instellingen voor het geselecteerde
voertuigtype.
3. Selecteer iedere instelling en voer de juiste waarde in voor jouw voertuigtype. Als een instelling
geen routebeperking is, zoals Maximumsnelheid, kun je deze op nul instellen.
Tip: voor de voertuigtypen Bus en Vrachtwagen zijn de afmetingen, het gewicht en de maximumsnelheid van tevoren al ingesteld. Pas de instellingen aan de werkelijke specificaties van
je voertuig aan.
Belangrijk: instellingen die op nul zijn gezet, worden niet gebruikt om beperkingen te bepalen
wanneer een route wordt gepland.
4. Als je voertuig een vrachtwagen is die gevaarlijke stoffen vervoert, selecteer je Gevaarlijke
stoffen en vervolgens het type gevaarlijke stoffen dat wordt vervoerd.
5. Ga terug naar de kaartweergave en plan een route.
Er wordt een route gepland die routebeperkingen vermijdt die van toepassing zijn op je voertuig.
Je kunt een alternatieve route vinden of het routetype veranderen voor alle voertuigtypen en
daarbij rekening houden met de specifieke instellingen voor het voertuig.
Een route plannen voor een bus of vrachtwagen
Wanneer je een route plant en Bus of Vrachtwagen als voertuigtype hebt opgegeven, wordt het
scherm Mijn voertuig weergegeven voordat je route wordt berekend. Controleer of je voertuiginstellingen juist zijn en selecteer de knop om door te gaan:
Er wordt een route gepland en je wordt naar de bestemming geleid. Zodra je begint te rijden,
wordt automatisch de reisbegeleidingsweergave getoond.
Routebeperkingen bekijken
Als je voertuigtype is ingesteld op Bus of Vrachtwagen, kun je tijdens het rijden routebeperkingen
zien in de reisbegeleidingsweergave en in de kaartweergave wanneer je een route hebt gepland.
Zoom in de kaartweergave in om de wegen met beperkte toegang te bekijken.
Wegen met beperkte toegang worden weergegeven met een kleur. Als je geplande route via een
weg met beperkte toegang loopt, dan wordt het beperkte deel gestippeld weergegeven.
30
Loading...
+ 87 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.