Dit apparaat is voorzien van het CE-keurmerk en voldoet aan alle geldende EU-normen.
Wijzigingen en drukfouten voorb eh oud en. Sta nd 09/10
Kopiëren en vermenigvuldigen uitsluitend met toestemming van de uitgever.
4
Geachte klant,
hartelijk dank voor uw keuze voor dit hoogwaardige product.
Wanneer uw DVB-ontvanger niet correct mocht functioneren, hoeft er niet altijd sprake te zijn
van een storing.
Stuur dit apparaat daarom niet meteen op maar neem eerst telefonisch contact op met uw
leverancier.
2 Afbeeldingen
Afstandsbediening
5
6
3 A.u.b. eerst lezen
> Voordat u het apparaat in gebruik neemt, verzoeken wij u te controleren
of de inhoud van de verpakking volledig is. Bij de levering behoren:
> Plaats de batterijen met de juiste polariteit in het batterijvakje van de afstandsbediening.
> Voordat u de ontvanger inschakelt verzoeken wij u de veiligheidsinstructies in hoofdstuk 3
te lezen.
> In de hoofdstukken 4 en 6 wordt de aansluiting en het aanpassen van de ontvanger aan de
buiteneenheid (schotel, LNB....) op het televisietoestel beschreven. Deze instellingen zijn
eenmalig en hoeven alleen te worden aangepast wanneer er iets aan de buiteneenheid
wordt veranderd of wanneer er aanvullende apparatuur wordt aangesloten.
> In het hoofdstuk 12 worden alle functies beschreven die voor dagelijks gebruik van
belang zijn zoals bijv. de programmakeuze en de volumeregeling.
> In hoofdstuk 7 vindt u informatie over het instellen van nieuwe programma's of hoe u de
volgorde van de kanalen kunt wijzigen.
> De technische gegevens vindt u hoofdstuk 13.
> In hoofdstuk 13 vindt u informatie over het verhelpen van problemen.
Belangrijke informatie over de bediening
Door het gebruik van een zgn. "On Screen Display" (informatie die op het beeldscherm wordt
weergegeven) wordt de bediening van de ontvanger vereenvoudigd en wordt het aantal
toetsen op de afstandsbediening vermindert. Alle functies worden op het beeldscherm
weergegeven en kunnen met behulp van de toetsen bediend en gekozen worden. Functies
die bij elkaar horen zijn in een "Menu" samengevat. De gekozen functie wordt met een kleur
geaccentueerd. Op de onderste regel worden met behulp van een gekleurde balk de
"Functietoetsen" rood, geel, groen en blauw weergegeven. Deze gekleurde balken geven
verschillende functies in de menu's aan die door indrukken van de gekleurde
toetsen ("Multifunctionele toets") op de afstandsbediening geactiveerd kunnen worden. Deze
"Functietoetsen" zijn alleen actief wanneer er een korte beschrijving op het bijbehorende veld
is aangegeven. Toetsbenamingen en begrippen die in het OSD-menu worden weergegeven
zijn in deze handleiding vet gedrukt.
Het programmanummer van het gekozen programma wordt bovendien op de display
weergegeven.
Informatie over afvalverwijdering
De verpakking van het apparaat bestaat volledig uit herbruikbaar materiaal. Lever deze
gescheiden in bij een inzamelpunt.
Let er op dat lege batterijen uit de afstandsbediening en elektronica-afval niet met het
huishoudelijk afval mag worden afgevoerd maar apart moet worden ingeleverd (retourneren
aan de vakhandel of bijzonder afval).
7
Waarschuwing! Belangrijke veiligheidsinstructies
LETOP: OM HET GEVAAR VOOR EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN,
MAG DE BEHUIZING NOOIT WORDEN GEOPEND. IN DE ONTVANGER BEVINDEN
ZICH GEEN ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER KUNNEN WORDEN
GEREPAREERD. INDIEN NODIG KUNT U CONTACT OPNEMEN MET EEN
GEKWALIFICEERD SERVICEDIENST
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES:
Deze ontvanger is vervaardigd in overeenstemming met internationale veiligheidsbepalingen.
Voor uw eigen veiligheid verzoeken wij u de veiligheidsvoorzieningen zorgvuldig door te
lezen voordat u de ontvanger in gebruik neemt.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die het gevolg is van onjuist
gebruik en het niet in acht nemen van de veiligheidsvoorzieningen.
1. Bij het opstellen van de ontvanger dient u er op te letten dat er rondom ruimte vrij blijft
van ca. 5 cm zodat de lucht vrij kan circuleren en de ontvanger niet oververhit raakt.
2. Stel de ontvanger niet op in een nauwe ruimte zoals bijv. een boekenkast. Let er op dat
de luchtcir culatie niet wordt beperkt. U dient er vooral op te letten dat de
ventilatieopeningen niet worden afgedekt met kranten, tafelkleden, gordijnen etc.
3. Plaats geen brandende voorwerpen, bijv. een kaars, op de ontvanger.
4. De ontvanger mag nooit worden blootgesteld aan vloeistoffen of spatwater. Plaats geen
voorwerpen op de ontvanger die gevuld zijn met vloeistoffen zoals bijv. een
bloemenvaas.
5. Trek de stekker niet uit het stopcontact om de ontvanger uit te schakelen.
6. De stroomkabel moet correct worden aangesloten. Raak de kabel of de stekker nooit
aan met vochtige of natte handen.
7. De ontvanger kan worden gebruikt bij een temperatuur van 5 tot 40 °C. Gebruik de
ontvanger uitsluitend in een gematigd klimaat, niet onder tropische omstandigheden.
8. De batterijen in de afstandsbediening mogen niet worden blootgesteld aan extreme hitte
zoals bijv. direct zonlicht of vuur.
Let bij het afvoeren van de batterijen op de geldende milieuvoorschriften.
CE-keurmerk voor de Europese markt
Het CE-keurmerk op deze ontvanger waarborgt dat het apparaat voldoet aan de EU-richtlijn
2004/108/EC en de richtlijn voor laagspanningsapparatuur 2006/95/EC.
Tijdelijk uitschakelen
Tijdens onweer of wanneer de ontvanger langere tijd niet wordt gebruikt (bijv. vakantie),
moet de steker uit het stopcontact worden verwijderd.
Afvoer van elektrische en elektronische apparaten
Dit symbool op een artikel of een verpakking geeft aan dat het niet met het huishoudelijk
afval mag worden afgevoerd. Het artikel moet worden ingeleverd bij een inzamelpunt voor
inname en hergebruik van oude elektrische en elektronische apparatuur. Door er voor te
zorgen dat het apparaat op de juiste manier wordt afgevoerd, draagt u bij aan het voorkomen
van schade aan milieu en gezondheid die kan ontstaan wanneer dit apparaat niet correct
wordt afgevoerd. Hergebruik van grondstoffen draagt bij aan de besparing van natuurlijke
bronnen. Voor meer informatie over de afvoer van dit apparaat kunt u contact opnemen met
de lokale instantie die verantwoordelijk is voor de afvalverwijdering in uw omgeving of met
de handelaar waar u dit apparaat heeft aangeschaft.
8
De DVB-ontvanger aansluiten op een satellietinstallatie
a. Aansluiting van de LNB met de LNB-ingang (LN B-in) van de DVB-ontvanger
b. Doorgeluste tuner voor het aansluiten van een analoge satellietontvanger
c. Aansluiting voor externe netvoeding/auto-adapter
d. Aansluitbus voor infrarode sensor met verlengkabel (bij verborgen installatie van de
ontvanger).
e. HDMI verbinding naar de televisie.
f. USB bus voor externe geheugenmedium
9
4. Aansluiting
De onderstaande verwijzingen a, b, c etc. hebben betrekking op de afbeelding op pagina 8.
4.1 Buiteneenheid
a Verbindt de LNB-ingang van de digitale ontvanger via een geschikt coaxkabel met
de LNB van uw buiteneenheid. Let op punt 6 “Instellingen”.
4.2 Doorgeluste tuner
b Sluit hier een analoge ontvanger aan. Het signaal van de LNB-ingang wordt via de
doorgeluste tuner naar de analoge ontvanger doorgeleid.
4.3 Aansluiten stroomvoorziening
c Netvoeding / auto-adapter
Verbindt de netvoeding of de auto-adapter – afhankelijk van de gewenste toepassing
– met de DC –ingangsbus van de ontvanger. Steek de stekker van de netvoeding in
een stopcontact of de auto-adapter in de sigarettenaansteker van de auto.
4.4 Gebruik van de infrarode sensor
d Verborgen installatie
Als de ontvanger op een plaats achter de televisie gemonteerd zal worden en er geen
zichtverbinding naar de geïntegreerde infrarode sensor bestaat, moet de extra
infrarode sensor geïnstalleerd en gericht worden. Plaats hiertoe de IR-verlenging in
de desbetreffende bus en plaats de sensor op een manier zodat een zichtverbinding
tussen afstandsbediening en de IR-sensor bestaat.
4.5 Aansluiten op een televisietoestel
e Via HDMI
De ontvanger werkt alleen met een televisie welke over een HDMI-aansluiting
beschikt. Verbindt een HDMI-kabel met de HDMI-uitgang van de ontvanger en met
de HDMI-ingang van uw televisie.
10
4.6 Aansluiten van een externe USB-geheugenmedium
> Verbindt een externe USB-geheugen, bijv. een externe harde schijf, via de USB-kabel
van het geheugenmedium met de USB-bus van de ontvanger.
LET OP: afhankelijk van het type apparaat moet het externe USB- apparaat bijkomend met
een extra netvoeding gevoed worden. Lees hiertoe de gebruiksaanwijzing van het USBapparaat welke u wilt aansluiten!
Opmerking: Bij USB-apparaten, vooral bij USB-sticks bestaan er vaak grote verschillen wat
betreft de lees- en schrijfsnelheid. Dit is vooral afhankelijk van de kwaliteit van het USBapparaat. Gebruik om die reden alleen een USB-stick van een merk met overeenkomstige
hoge snelheid en beschikbaar geheugen om fouten bij het opnemen of weergeven te
voorkomen.
Let er op dat de datadrager in het formaat FAT 32 geformatteerd is. Bovendien moet het
geheugenmedium zich eerst bij de ontvanger initialiseren. Dit kan ongeveer 20 seconden
duren.
5. Eerste installatie
Nadat u de veiligheidsinstructies gelezen en het apparaat volgens hoofdstuk 4 aangesloten
heeft, kan het apparaat ingeschakeld worden.
Het apparaat is vooraf door de fabrikant ingesteld op een ontvangst van de satelliet ASTRA
19,2 graad Oost en HOTBIRD 13 graad.
De ontvanger start met het programma “De eerste HD”, ontvangen via ASTRA 19,2 graad
Oost.
Voor het zoeken van programma’s moet u ook de paragraaf 6.2.2 lezen.
De programma’s in de programmalijst komen overeen met de zenders die via de
bovengenoemde satellieten ontvangen worden en verschijnen in de volgorde die vanaf
fabriek ingesteld is.
Schakel de ontvanger in via de rode powertoets op de afstandsbediening.
5.1 Menustructuur en bediening
Alle instellingen kunnen via het menu in het apparaat ingesteld worden. Door het drukken
van de toetsMENU op de afstandsbediening wordt het hoofdmenu geopend. Met de
pijltoetsen omhoog/omlaag/rechts/links kunt u de instellingen selecteren, welke u wilt
veranderen. Met toetsOK bevestigd u de invoer of u gaat verder naar een menu-item. Met
toets Exit gaat u steeds een stap terug of u beëindigd het menu of breekt een instelling af.
11
Het hoofdmenu is onderverdeeld in 6 submenu’s:
> Installatie (6. Hoofdstuk)
Hier kan het apparaat aan de aanwezige antenne aangepast en nieuwe
programma’s opgezocht worden.
> Programma’s bewerken (7. Hoofdstuk)
Hier kan de volgorde van de opgeslagen tv- en radiozenders naar wens verandert en
een nieuwe favorietenlijst aangemaakt worden.
> Gebruikersinstellingen (8. Hoofdstuk)
Hier kunnen gebruikers gedefinieerde instellingen uitg evoerd worden, bijv.
kinderslot inschakelen OSD weergave veranderen of de fabrieksinstelling activeren.
> Systeem (9. Hoofdstuk)
Hier kunnen individuele instellingen van het apparaat uitgevoerd worden, bijv.
beeldformaat, klok, timer of de systeeminformatie bekijken.
> USB (10. Hoofdstuk) Hier kunnen de bestanden op een geheugendrager beheerd worden of de software
updates via USB uitgevoerd worden.
> Games (11. Hoofdstuk)
Onder dit menu vindt u 2 games die u m.b.v. de numerieke toetsen op de
afstandsbediening kunt spelen.
12
6. Installatie
In het installatiemenu kunt u instellingen uitvoeren die voor een correcte DVB-S ontvangst
benodigd worden.
Druk op de Menu toets en selecteer met behulp van de pijltoetsen omhoog/omlaag de
menu-optie „Installatie“ en bevestig dit met OK.
Het menu „Installatie“ is opgedeeld in volgende submenu’s:
- 6.1. Antenne-instellingen
- 6.2. Sa tellietenlijst
- 6.3. Transponder lijst
- 6.4. M otor configuratie
- 6.5. USALS instelling
- 6.6. Zoeken
- 6.7. OTA (software update via satelliet)
6.1. Antenne instellingen
Met behulp van de antenne -instelling kunt u de satellietontvanger aanpassen aan de
aangesloten satellietantenne
.
> Selecteer via de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „Antenne-instellingen“ en bevestig
met OK, de optie antenne-instellingen wordt geopend.
Opmerking:
De ontvanger is reeds vanaf fabriek met de standaard parameters voor satellietinstallaties
en -posities ingesteld. Een verandering van de instellingen moet u alleen doorvoeren als u
andere satellietposities wilt ontvangen die nog niet in het apparaat opgeslagen zijn. Neem
hiertoe contact op met een vakman of uw installateur.
Uitvoering:
In de antenneconfiguratie moeten meerdere parameters voor de ontvangst ingesteld worden.
Hiertoe zijn de volgende gegevens nodig:
Satelliet satellietpositie volgens de richting van de antenne
LNB type LNB type van de vorig ingestelde satellietpositie
LNB Low LNB ZF- frequentie voor de Low band
LNB High LNB ZF- frequentie voor de High band
22KHz Tone 22 kHz signaal
DiSEqC 1_0 DiSEqC positie inst e lling
Ter controle wordt een aanduiding over de kwaliteit en de sterkte van het ontvangen signaal
in het onderste menugedeelte getoond.
13
6.1.1. Satelliet
Stel hier de satellietpositie in die u met u satelliet-installatie kunt ontvangen.
> Selecteer de optie „Satelliet“ met behulp van de pijltoetsen omhoog/omlaag
> Selecteer met behulp van de pijltoetsen links/rechts de satellieten welke u met uw
installatie kunt ontvangen.
of
> Druk op de OK toets. Er wordt een lijst met aanwezige satellieten geopend, die u via
de pijltoetsen omhoog/omlaag kunt kiezen. Bevestig vervolgens met OK.
Als een of meerdere satellieten niet in de lijst aanwezig zijn kunt u nieuwe satellietposities
onder de menu-optie “Satellietenlijst” (zie paragraaf 6.2) invoeren.
6.1.2. LNB type
Bij deze optie kunt u m.b.v. de pijltoetsen links/rechts het type LNB selecteren met welke
de satellietpositie ontvangen wordt.
6.1.3. LNB LO W / LNB Hi g h
Stel hier met behulp van de numerieke toetsen de voor deze LNB specifieke ZF-frequentie in
de high- en low band in.
6.1.4. 2 2 KHz
Met de 22 kHz-schakeling worden bij satellietinstallaties besturingen zoals Low- en High
band omschakeling gerealiseerd. Schakel met behulp van de pijltoetsen links/rechts het
22kHz-signaal aan, uit of op auto.
Deze functie kan alleen bij bepaalde LNB types geselecteerd worden.
6.1.5. DiSEqC instelling
In dit veld stelt u met behulp van de pijltoetsen links/rechts de satellietpositie in, die via
DiSEqC aangestuurd wordt. Deze instelling i s afhankelijk van uw satellietinstallatie en de
bijbehorende componenten.
6.2. Satellietenlijst
> Selecteer via de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „Satellietenlijst“ en bevestig met
OK, de satellietenlijst wordt geopend.
14
Met deze optie kunt een lijst inzien van de satellieten die op uw locatie te ontvangen zijn en
deze lijst bewerken. Dit is in het bijzonder van belang wanneer u een buiteninstallatie heeft
met motorbesturing of gebruik maakt van een installatie die door middel van een
multifeedhouder is uitgerust voor de ontvangst van meerdere satellieten. In de lijst kan
gericht naar satellietsignalen gezocht worden. Bovendien kunt u via de functietoetsen
satellieten toevoegen (gele), wissen (blauwe) of veranderen (groene). U kunt in de lijst
navigeren met de pijltoetsen omhoog/omlaag en de OK-toets. Voor het zoeken gebruikt u
de rode functietoets. Met Exit keert u terug naar het installatiemenu.
6.3. Transponder lijst
> Via de pijltoetsen omhoog/omlaag kunt u de optie „Transponderlijst“ selecteren.
Bevestig uw keuze met OK.
Met deze optie kunt u de Transponder beheren. U kunt een Transponder via de gele
functietoets toevoegen, via de groene wijzigen of via de blauwe functietoets wissen.
6.4. Motor configuratie
Kies deze optie om de automatische besturing voor een draaibare antennemotor te
configureren. De ontvanger is in de fabriek ingesteld voor gebruik met een niet-draaibare
buiteninstallatie.
Opmerk ing: om de instellingen voor de motor te wijzigen, moet onder de “Antenneinstellingen” (paragraaf 6.1) de regel “DiSEqC" verandert worden in DiSEqC 1.2.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie “Motor configuratie” en
bevestig met OK.
Er wordt een nieuw venter geopend waarin de basisinstellingen kunnen worden
geconfigureerd.
LET OP: om schade aan de buiteninstallatie te voorkomen mag de motor niet buiten
bepaalde grenzen worden bewogen. (Meer informatie hierover vindt u in de
documentatie van uw buiteninstallatie).
6.4.1. Oost-West- grenzen instellen
> 1. Ga met de pijltoetsen omhoog/omlaag naar de regel „Limiet instellen“.
> 2. Selecteer met de pijltoetsen links/rechts de West- grens.
> 3. Ga met de pijltoetsen omhoog/omlaag naar de regel “bewegen” en stuur met de pijltoetsen links/rechts de motor naar de West- grens.
15
> 4 Ga terug naar de regel voor de begrenzing van de Oostgrens en stel deze in.
> 5. Ga met de pijltoetsen omhoog/omlaag naar de regel „bewegen“ en stuur met de
pijltoetsen links/rechts de motor naar de Oostgrens.
6.4.2. Motor instelling
> 1. Met de rodefunctietoets wordt de satellietenlijst opgeroepen en met de groenefunctietoets de Transponderlijst. Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de
satelliet resp. de Transponder.
> 2. Op de regel „Bewegen“ kunt u de antenne naar de positie rijden op welke u de
satelliet kunt ontvangen.
> 3. Via de niveau- en kwaliteitsindicatie kan de antenne op de optimale positie
gedraaid worden.
> 4. Stel nu verdere satellieten in zoals beschreven vanaf punt 1.
6.5. USALS
Wanneer u gebruik maakt van een buiteninstallatie die is voorzien van USALS (Universal
satelliete Automatic Location System), moet u onder deze optie de bijbehorende instellingen
uitvoeren.
Om er voor te zorgen dat het USALS systeem correct werkt, moet u de coördinaten van uw
locatie (lengte- en breedtegraad) invoeren, zodat het systeem alle motorposities voor de
ontvangbare satellieten kan berekenen (verdere informatie vindt u in de handleiding van uw
buiteninstallatie).
> Voer met de cijfertoetsen op de afstandsbediening de lengte- en breedtegraad van
uw locatie in. Verder stelt u bij breedtegraad de instelling Noord of Zuid in resp. bij
lengtegraad de instelling Oost of West in. Bevestig de invoer met OK.
> Vervolgens selecteert u de regel.„GotoXX“ en bevestigt u met OK. Daardoor worden
de posities in de ontvanger opgeslagen.
6.6. Zenders zoeken
In de ontvanger zijn vanaf fabriek reeds diverse zenders opgeslagen. Verdere zenders
kunnen opgezocht en opgeslagen worden. Dit is vooral handig wanneer er nieuwe zenders
via satelliet uitzenden of als u andere zender die nog niet vanaf fabriek opgeslagen zijn wilt
bekijken.
16
Er zijn meerdere mogelijkheden om naar zenders te zoeken.
> Druk op de toetsMenu om het hoofdmenu te openen. Selecteer met de pijltoetsenomhoog/omlaag de optie “Installatie”.
> Markeer de regel „zoeken“ met de pijltoetsen omhoog/omlaag en bevestig met
OK.
Het zoekvenster wordt geopend.
6.6.1. Zoekopties
Hier kan ingesteld worden of het apparaat alleen naar Free to air-zenders (FTA), alleen naar
gecodeerde (Scrambled) of alle vrije en gecodeerde (All) zenders zal zoeken.
> Selecteer in het menu de regel „Zoekoptie“ en bevestig met OK.
> Onder zoekmodus kunt u nu met de pijltoetsen links/rechts instellen, naar welke
zenders gezocht zal worden (FTA, Scrambled of Alle).
De overige parameters zijn vanaf fabriek ingesteld en hoeven niet verandert te worden.
Opmerking: de zoekoptie kan in de menu’s „Satelliet scannen“ (6.6.2) en „Transponder
scannen“ (6.6.3) ook met de SUBT toets opgeroepen worden.
Met OK gaat u terug naar de menuoptie „Zoeken“.
6.6.2. Satelliet scannen
U kunt ook verschillende satellieten naar zenders doorzoeken.
> Selecteer hiertoe de optie satelliet scannen en bevestig met OK.
> Selecteer vervolgens met de pijltoetsen omhoog/omlaag de satellieten die u met
uw installatie kunt ontvangen.
> Druk op de rode functietoets, de zoekoptie wordt opgeroepen (meer hierover leest u in paragraaf 6.6.1.). Bevestig met OK.
De ontvanger start het zoeken. Als u het doorzoeken voortijdig wilt beëindigen, druk u op
Exit.
Na het doorzoeken worden de gevonden zenders weergegeven. U wordt gevraagd of u de
zenders wilt opslaan.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag OK om de zenders op te slaan of
annuleren om de zenders niet op te slaan. Bevestig met OK.
17
Alle nieuw gevonden zenders worden aan het einde van de totale lijst toegevoegd.
6.6.3. Transponder scannen
U heeft verder de mogelijkheid verschillende Transponder naar zenders te scannen.
> Selecteer hiertoe de optie „Transponder scannen“ en bevestig met OK.
> Selecteer vervolgens met de pijltoetsen omhoog/omlaag de Transponders, welke
u met uw installatie kunt ontvangen. Bovendien kunt u hier de satelliet wisselen door op
de Info toets te drukken en vervolgens de satelliet te selecteren.
> Druk nu op de rode functietoets, de zoekoptie wordt geopend (meer hiertoe leest u
in paragraaf 6.6.1.).
> Bevestig met OK.
De ontvanger start het zoeken. Als u het doorzoeken voortijdig wilt beëindigen, druk u op
Exit.
Na het doorzoeken worden de gevonden zenders weergegeven. U wordt gevraagd of u de
zenders wilt opslaan.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag OK om de zenders op te slaan of
annuleren om de zenders niet op te slaan. Bevestig met OK.
Alle nieuw gevonden zenders worden aan het einde van de totale lijst toegevoegd.
6.6.4. Handmat ig zenders opzoeken
U kunt handmatig naar zenders zoeken. Roep hiertoe het in het installatiemenu de
Transponderlijst op.
> Druk op gele functietoets.
> voer via de cijfertoetsen op de afstandsbediening de frequentie, de symbolrate en
de polarisatie in, druk vervolgens op OK. De Transponder wordt opgeslagen en u
gaat terug naar de Transponderlijst.
> Markeer nu de Transponder met behulp van de pijltoetsen omhoog/omlaag en druk
op de rode functietoets „Zoeken“.
> Stel in de zoekoptie in naar welke zenders u de Transponder wilt laten zoeken
(aanbevolen instelling “Alle”).
18
Na het doorzoeken worden de gevonden zenders weergegeven. U wordt gevraagd of u de
zenders wilt opslaan.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag OK om de zenders op te slaan of
annuleren om de zenders niet op te slaan. Bevestig met OK.
Alle nieuw gevonden zenders worden aan het einde van de zenderlijst opgeslagen. Met Exit
gaat u terug naar het installatiemenu.
6.7. Software update via satelliet (OTA)
Uw ontvanger beschikt over een update-functie van de besturingssoftware. Naast de
mogelijkheid om via de USB 2.0 poort up te daten, kan het software update ook via satelliet
(„OTA“, Over The Air) gedownload worden.
> Selecteer in het installatiemenu met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „OTA“
en druk op OK. Een menu wordt geopend in welke de satelliet, Transponder en PID van de
update-kanaal ingesteld kunnen worden.
!!LET OP:
Deze instellingen zijn vanaf fabriek reeds ingesteld en mogen niet verandert worden!!
> Selecteer in het OTA menu met de pijltoetsen omhoog/omlaag de menu-optie
„Update“ en druk op OK.
Op de ingestelde frequentie wordt nu gezocht naar een software-update. Als er een nieuwe
update beschikbaar is ontvangt de ontvanger automatisch de nieuwe besturingssoftware.
7. Zenders bewerken
Met deze optie kunt u de ontvangen tv- en radiozenders gemakkelijk bewerken.
> Selecteer in het hoofdmenu met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie zenders
bewerken. Hier zijn onderstaande opties zijn beschikbaar:
7.1. Zenders bewerken
7.1.1. Kanaal naam veranderen
7.1.2. Kanaal overslaan
7.1.3. Kanaal blokkeren
7.1.4. Kanaal wissen
7.2. Zenders verschuiven
7.3. Favorietenlijst maken
19
7.1. Zenders bewerken
> Selecteer de optie „Zenders bewerken“ met de pijltoetsen omhoog/omlaag op de
afstandsbediening en druk op OK.
Onder deze menuoptie kunt u nu de kanalen een andere naam geven, overslaan, blokkeren
of wissen.
7.1.1. Kanaal naam veranderen
> Navigeer met de pijltoetsen omhoog/omlaag door de zenderlijst. Markeer de
zender die u een andere naam wilt geven en druk op de groene functietoets.
Er wordt een venster geopend waarin u een nieuwe naam kunt invoeren met de
navigatietoetsen (pijltoetsen omhoog/omlaag/ links/rechts) en de OK toets op de
afstandsbediening.
Met de toets kunt u de invoer wissen.
Met de toets schakelt u tussen hoofd- en kleine .letters.
Met de toets wisselt u tussen hoofletters en extra tekens.
Met de toetsen navigeert u in de invoerregel..
> Na het veranderen van de naam zet u de cursor op het symbool en drukt u op
de OK toets van de afstandsbediening, de naamsverandering wordt opgeslagen.
> Om deze menuoptie te verlaten drukt u op Exit. Er verschijnt de vraag of u de
verandering wilt opslaan. Voor het opslaan drukt u op OK, anders kiest u annuleren.
U komt dan terug in het menu “Zenders bewerken”.
7.1.2. Kanaal overslaan
Met deze optie kunt u instellen of een kanaal bij het bladeren door de programma's – zowel
TV- als radioprogramma's - moet worden overgeslagen. Hier wordt een kanaal niet gewist
maar tijdelijk uit de zenderlijst verwijderd.
> Navigeer met de pijltoetsen omhoog/omlaag door de zenderlijst en markeer het
programma dat overgeslagen zal worden.
> Druk op de gele functietoets. Er verschijnt het symbool achter het geselecteerde programma.
20
Wanneer u nu met de pijltoetsen omhoog/omlaag door de programmatlijst bladert, wordt
het gemarkeerde kanaal overgeslagen. Dit kan, in tegenstelling tot het wissen van een
programma, heel eenvoudig weer ongedaan worden gemaakt door het kanaal weer in de
programmalijst op te nemen (op dezelfde manier als hierboven beschreven).
> Wanneer u dit menu wilt verlaten, drukt u op Exit. Er verschijnt de vraag of u de
verandering wilt opslaan. Voor het opslaan drukt u op OK, anders kiest u annuleren.
U komt dan terug in het menu “Zenders bewerken”.
7.1.3 Kanaal blokkeren
Met behulp van deze optie is het mogelijk om voor enkele zenders uit de lijst een
wachtwoord in te stellen.
> Navigeer met de pijltoetsen omhoog/omlaag door de zenderlijst. Markeer het
kanaal dat moet worden geblokkeerd.
> Druk op de rode functietoets. Achter het gemarkeerde kanaal verschijnt een
symbool met een hangslotje.
Dit kanaal is nu geblokkeerd voor TV resp. radio en kan alleen worden ingeschakeld door het
invoeren van het viercijferige wachtwoord.
> Wanneer u dit menu wilt verlaten, drukt u op Exit. Er verschijnt de vraag of u de
verandering wilt opslaan. Voor het opslaan drukt u op OK, anders kiest u annuleren.
U komt dan terug in het menu “Zenders bewerken”.
LET OP: deze optie is alleen werkzaam wanneer onder 8.2.3 “Kinderslot” de optie
"Zenders blokkeren" is geactiveerd.
7.1.4 Kanaal wissen
Wanneer u een kanaal uit de zenderlijst wilt verwijderen, handelt u als volgt:
> Navigeer met de pijltoetsen omhoog/omlaag door de zenderlijst.
> Om een programma te wissen markeert u het kanaal en drukt u op de blauwe
functietoets. Er verschijnt achter de zender het volgende symbool .
21
> Druk op Exit. Er verschijnt de vraag of u de verandering wilt opslaan. Voor het
opslaan drukt u op OK. De zender wordt nu uit de zenderlijst verwijdert.
!!LET OP: zodra u een kanaal heeft gewist, kan het pas weer worden ontvangen
wanneer via het installatiemenu naar nieuwe kanalen is gezocht!
> Druk anders op annuleren.
In beide gevallen gaat u terug naar de menu-optie “Kanalen bewerken”.
7.2 Kanaal verplaatsen
Met deze optie kunt u de positie van de kanalen binnen de zenderlijst veranderen.
> Kies de optie "Kanaal verplaatsen" met de pijltoetsen omhoog/omlaag op de
afstandsbediening en druk op OK.
> Navigeer nu met pijltoetsen omhoog/omlaag door de zenderlijst.
> Markeer het kanaal dat u in de lijst wilt verplaatsen met de rode functietoets. Er
verschijnt het volgende symbool achter het geselecteerde kanaal.
> Nu kunt u met de pijltoetsen omhoog/omlaag de nieuwe positie van het
geselecteerde kanaal kiezen.
> Bevestig de invoer met de rode functietoets. Het geselecteerde kanaal wordt nu
naar de nieuwe positie verplaatst
!!LET OP: door het verplaatsen van een kanaal, wordt de positie van alle andere
kanalen ook een plaats verschoven!!
> Druk op Exit om de menu -optie te verlaten. Er verschijnt de vraag of u de
verandering wilt opslaan. Voor het opslaan drukt u op OK of annuleren. Vervolgens
gaat u terug naar "Kanaal bewerken".
7.3. Favorietenlijst maken
Hier kunnen televisieprogramma’s aan een bepaalde genre toegewezen worden. Hiermede
kunt u programma’s in een favorietenlijst volgens genres in een overzicht bekijken. De keuze
voor een programma wordt daardoor vereenvoudigd. Uw ontvanger beschikt over 8
verschillende favorietenlijsten.
22
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de menu-optie „Favorietenlijst maken
en bevestig met OK.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag een programma welke u aan een
bepaalde genre wilt toewijzen.
> Selecteer met de pijltoetsen links/rechts een van de 8 genres.
> Druk nu op de rode functietoets. Het programma wordt toegevoegd aan de
favorietenlijst.
.
U kunt ook een programma aan meerdere genres toewijzen. Selecteer hiertoe gewoon en
andere genre en druk op de rode functietoets.
Als u een genre voor een programma weer wilt wissen, selecteert u opnieuw dit genre en
drukt u op de rode functietoets.
> Druk op Exit om de menu-optie te verlaten. Er verschijnt de vraag of u de
verandering wilt opslaan. Voor het opslaan drukt u op OK of annuleren. Vervolgens
gaat u terug naar "Kanaal bewerken".
8. Gebruikersinstellingen
Hier kunnen gebruikers gedefinieerde instellingen uitgevoerd worden, zoals bijv. het
kinderslot inschakelen, OSD weergave wijzigen of de fabrieksinstellingen activeren.
8.1. OSD instellingen
In dit menu kunt u de weergave voor het OSD (On Screen Display) uitvoeren
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie OSD instelling en bevestig
met OK.
Alle instellingen kunnen gewijzigd worden door het desbetreffende item met de pijltoetsen
omhoog/omlaag te selecteren en met de pijltoetsen links/rechts aan te passen. Met de
OK toets worden de instellingen opgeslagen.
8.1.1. Menutaal
> Selecteer hier de taal voor de menu’s.
8.1.2. Menutransparantie
Kies hier de transparantie voor de menuweergave. Hoe lager de waarde des te zwakker is
de menuweergave te zien (laagste waarde: transparant, hoogste waarde: niveau 7).
23
8.1.3. W eer gavenduur Info
Stel hier de seconden in voor de weergaventijd van de programma informatie (standaard
vanaf fabriek: 4 seconden).
8.2. Kinderslot
De ontvanger biedt de mogelijkheid programma’s en menu-instellingen met een pincode te
beveiligen. Dit is vooral nuttig, wanneer bijv. kinderen beschermd moeten worden tegen niet
voor jeugdigen bedoelde inhouden. Programma’s die met een pincode beveiligd moeten
worden, kunnen zoals in paragraaf 7.1.3 geblokkeerd worden.
Bij het oproepen van een geblokkeerd programma moet dan een viercijferige pincode
ingevoerd worden om het programma te bekijken.
Onder deze optie kunnen de functies geselecteerd worden die alleen door het invoeren van
een pincode oproepbaar zijn.
> Selecteer in het menu “Gebruikersinstellingen” de optie “Kinderslot” met de
pijltoetsen omhoog/omlaag.
> Geef een 4-cijferige pincode in via de cijfertoetsen op de afstandsbediening.
Standaard is dit ingesteld op pincode 0000.
U kunt alle instellingen veranderen, selecteer de gewenste optie met de pijltoetsen
omhoog/omlaag en pas deze aan met de pijltoetsen links/rechts.
8.2.1. Installatie blokkeren
> Schakel de pincode voor de optie installatie aan of uit.
8.2.2. Zender s bewerken blokkeren
> Schakel de pincode voor de optie zenders bewerken aan of uit.
8.2.3. Afzonderlijke zenders blokkeren
> Schakel de pincode voor de afzonderlijke zenders aan of uit.
Afzonderlijke zenders kunnen zoals onder 7.1.3 beschreven in de programmalijst
gemarkeerd worden dat deze beschermd is met een pincode.
8.2.4. Menu blokkeren
> Schakel de pincode aan of uit voor de complete menufunctie.
24
8.2.5. Apparaat blokkeren
> Schakel de pincode aan of uit voor de complete functie van het apparaat.
Als deze functie geactiveerd is moet de pincode bij de volgende start van het apparaat uit de
stand-by ingevoerd worden. Zonde pincode kan het apparaat niet gestart worden.
8.2.6. Systeem-instellingen blokkeren
> Schakel de pincode aan of uit voor de menu-opties “Gebruikersinstelling” en
“Systeem”.
8.2.7. Wachtwoord wijzigen
Vanaf fabriek is de pincode ingesteld op 0000. Deze pincode kunt u wijzigen.
> Selecteer de regel wachtwoord wijzigen met de pijltoetsen omhoog/omlaag.
> Bevestig met OK.
> Geef een nieuwe pincode via de cijfertoetsen op de afstandsbediening in.
> Herhaal de invoer.
> Het wachtwoord wordt automatisch opgeslagen.
Tip: bewaar de pincode voor de zekerheid op een veilige plaats.
Als u de pincode verloren of vergeten bent, kunnen de geblokkeerde functies niet meer
gekozen worden.
8.3. Fabrieksinstelling
U kunt alle instellingen, die u bij de ontvanger uitgevoerd heeft terugzetten in de originele
stand. Dit is vooral nuttig als de door u gemaakte instellingen niet optimaal functioneren.
Bovendien kunt u alle zenders wissen.
Opmerking: door het activeren van de fabrieksinstelling worden alle zenderinstellingen en
favorietenlijsten die u zelf heeft aangelegd gewist en door de fabrieksinstellingen
overschreven.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de menu-optie “Fabrieksinstelling” en
bevestig met OK.
> Er wordt een venster geopend, in welke u kunt kiezen of de ontvanger compleet in de
originele stand teruggezet moet worden of alleen de kanalen gewist zullen worden.
25
Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de gewenste functie en bevestig met
OK.
> Vervolgens moet u de viercijferige pincode invoeren via de cijfertoetsen op de
afstandsbediening.
> U wordt gevraagd om OK te dr ukken om verder te gaan of op annuleren om de
procedure af te breken.
> Als u met OK bevestigd heeft, wordt de ontvanger teruggezet in de fabriekstoestand
of alle zenders zijn gewist.
9. Systeem
Hier kunt u individuele instellingen uitvoeren, zoals bijv. beeldformaat, klok, timer beheren of
de systeeminformatie bekijken.
9.1. AV instelling
> Open het hoofdmenu via de menutoets op de afstandsbediening.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de menu-optie “Systeem” en ga naar
het veld „AV instelling“.
> Bevestig met OK.
U kunt alle instellingen in het volgende menu wijzigen door de desbetreffende optie met de
pijltoetsen omhoog/omlaag te selecteren en met de pijltoetsen links/rechts aan te
passen. Om het menu te verlaten drukt u op Exit. Als u de wijzigingen wilt opslaan,
selecteert u met de pijltoetsen links/rechts OK, anders kiest u annuleren. Bevestig met
OK.
9.1.1. Resolutie
Hier kunt u de resolutie overeenkomstig uw televisietoestel instellen. U kunt het formaat
eveneens via de toets V- FORMAT op de afstandsbediening veranderen (lees hiertoe
paragraaf 12.16.).
Volgende instellingen zijn beschikbaar:
480i (480 / 50 interlaced)
> Om de resolutie optimaal aan uw televisie aan te passen kiest u het formaat
overeenkomstig uw televisie. Lees hiertoe ook de technische gegevens van uw
televisie.
LET OP: niet alle televisietoestellen kunnen de beschikbare resoluties weergeven.
9.1.2. Beeldformaat
Sommige zenders sturen hun programma’s in het beeldschermformaat 16:9 en andere in
4:3. Om voor uw televisie het juiste formaat in te stellen kunt u hier overschakelen naar het
desbetreffende formaat.
> Selecteer het formaat overeenkomstig uw televisie.
Controleer de instelling ook in de gebruiksaanwijzing van uw televisie.
9.1.3. TV-beeldformaat
Hier kunt u instellen welk beeldformaat uw televisie ondersteund.
> Selecteer 16:9 of 4:3.
Meer informatie vindt u in de gebruiksaanwijzing van uw televisie.
9.1.4. Video modus
Onder deze menu-optie kunt u kiezen uit de verschillende kleur- en beeldmodi. Beschikbaar
zijn de volgende modi: RGB (standaardmodus), FBAS, S VIDEO en YUV/YCbCr.
> Selecteer de gewenste kleurenmodus.
9.1.5. Digitale audioformaat
> Selecteer het geluidsformaat overeenkomstig uw surroen installatie (indien
aanwezig).
Lees hiertoe ook de technische gegevens van uw surround- installatie.
9.2. Systeem instellingen
Bij deze menu-optie kunt u in de stand-by wijzigingen uitvoeren.
> Druk op de menutoets op de afstandsbediening. Het hoofdmenu wordt geopend.
27
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de menu-optie „Systeem“ en
vervolgens „Systeeminstellingen“.
> Bevestig met OK.
U kunt alle instellingen in het volgende menu wijzigen door de desbetreffende optie met de
pijltoetsen omhoog/omlaag te selecteren en met de pijltoetsen links/rechts aan te
passen. Om het menu te verlaten drukt u op Exit. Als u de wijzigingen wilt opslaan,
selecteert u met de pijltoetsen links/rechts OK, anders kiest u annuleren. Bevestig met
OK.
9.2.1 Energiebesparing modus
> Hier kunt u de energiebesparing aan of uit zetten. Bij het deactiveren wordt meer
stroom verbruikt in de stand-by. De inschakeltijd van de ontvanger is dan uit de
stand-by wel kort er.
9.2.2. Automatische PMT omschakeling
Digitale uitzendingen DVB bezitten een Program Map Table (PMT) waarin zich de voor het
programma bijbehorende video-, audio- en datastreams bevinden.
> Hier kunt u de automatische PMT omschakeling in- of uitschakelen.
9.2.3. 3 uur automatisch stand-by
Om milieuredenen kan zich de ontvanger na 3 uur automatisch in de stand-by-werking
schakelen, wanneer in deze periode geen bedieningsfunctie, zoals programmakeuze,
volume enz. uitgevoerd worden.
zetten.
LET OP: standaard is deze functie geactiveerd!
U kunt deze functie onder deze menu-optie deactiveren.
> Schakel de functie hier aan (Ja) of uit (Nee).
28
9.3. Klok instellen
Indien de ontvanger de klok niet automatisch instelt, kan deze hier handmatig ingesteld
worden.
> Open het hoofdmenu met de menutoets op de afstandsbediening
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de menu-optie „Systeem“ en ga naar
het veld “Klok instellen”.
> Bevestig met OK.
9.3.1. GMT tijdzone
> Selecteer met de pijltoetsen links/rechts de optie „GMT tijdzone“.
> Stel via de pijltoetsen links/rechts de tijdafwijking van de GMT tijd (tijdzone op
locatie) in .
Tip: in Duitsland bijv. is de t ijdafwijking + 1 uur.
9.3.2. Datum
Hier kunt u de actuele datum instellen.
> Markeer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de regel „Datum“.
> Druk op de OK toets.
> Nu kunt u via de cijfertoetsen op de afstandsbediening de actuele datum invoeren.
9.3.3. Klok instellen
Onder deze menu-optie kunt u de actuele tijd invoeren.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „actuele tijd“.
> Bevestig met OK.
> Nu kunt u via de cijfertoetsen op de afstandsbediening de actuele tijd invoeren.
9.3.4. Zomertijd
> Markeer de regel „Zomertijd“ en activeer of deactiveer met de pijltoetsen
links/rechts.
9.3.5. Datumformaat
> Verander in deze regel het formaat met welke de actuele datum weergegeven zal
worden.
Er kunnen tussen drie verschillende formaten voor de datumweergave gekozen worden, druk
hiertoe de pijltoetsen links/rechts om een formaat te kiezen.
Na het veranderen van de gewenste instellingen drukt u op de toets Exit. U wordt gevraagd
of de wijzigingen opgeslagen moeten worden. Selecteer met de pijltoetsen links/rechts
OK om op te slaan of kies annuleren. Bevestig uw keuze met OK. U gaat terug naar het
menu „System“.
29
9.4. Timer
Lees paragraaf 12.13 voor het instellen van de timer.
9.5. Systeminformation
Om de actuele versie van de besturingssoftware van de ontvanger te controleren kunt u
deze via deze menu-optie bekijken.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „Systeeminformatie“ en
bevestig met OK.
10. USB module
Uw ontvanger is op de achterzijde voorzien van een USB 2.0. poort, via welke een
geheugenapparaat zoals bijv. een USB stick of een externe harde schijf aangesloten kunnen
worden (voorwaarde apparaat: bestandsformaat FAT 32, snelheid bij externe harde schijven:
5400 omw/min).
Selecteer met de pijltoetsen de menu-optie „USB module“.
LET OP: afhankelijk van het type apparaat moet het externe USB- apparaat bijkomend met
een extra netvoeding gevoed worden. Lees hiertoe de gebruiksaanwijzing van het USBapparaat welke u wilt aansluiten!
Opmerking: Bij USB-apparaten, vooral bij USB-sticks bestaan er vaak grote verschillen wat
betreft de lees- en schrijfsnelheid. Dit is vooral afhankelijk van de kwaliteit van het USBapparaat. Gebruik om die reden alleen een USB-stick van een merk met overeenkomstige
hoge snelheid en beschikbaar geheugen om fouten bij het opnemen of weergeven te
voorkomen.
Let er op dat de datadrager in het formaat FAT 32 geformatteerd is. Bovendien moet het
geheugenmedium
De menu-optie USB is onderverdeelt in volgende punten:
- 10.1. Multimedia
- 10.2. Software upgrade
- 10.3. Database back-up
- 10.4. Databank actualiseren
- 10.5. PVR register selecteren
- 10.6. PVR preview
!!LET OP:
Verwijder niet het geheugenapparaat van de ontvanger, zolang het in gebruik is of een
bepaalde USB multimediafunctie actief is!!
30
10.1. Multimedia
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie Multimedia en druk op OK.
U kunt het multimedia menu ook via de MEDIA toets op uw afstandsbediening oproepen.
Er wordt een nieuw menu geopend.
Via de USB media-optie kunt u via de ontvanger muziek, afbeeldingen of films van het
aangesloten USB-apparaat bekijken.
!!LET OP: als het geheugenapparaat niet correct aangesloten is of er is een verkeerd
medium aangesloten, verschijnt het volgende bericht: USB niet gereed!
10.1.1. Film
Als u via uw ontvanger films, video’s of opnames wilt bekijken, verbindt u een USB-stick of
een externe harde schijf met de USB-poort van de ontvanger.
> Open het multimedia- menu en selecteer met de pijltoetsen links/rechts de menu optie „Film“.
> Bevestig met OK.
> Vervolgens kiest u de pad voor het bestand dat u wilt afspelen en drukt u op OK.
De film of de opname wordt in het voorbeeld-venster gestart.
> Door op OK te drukken schakelt u over op volledig beeld.
Boven links in de hoek verschijnt nu een venster in welke u 2 opties kunt kiezen.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag of de optie „Start hervatten“, dan
wordt de opname vanaf de positie verder weergegeven waar u de laatste keer het
bekijken heeft gestopt, of u kiest de regel “Start” om de weergave vanaf het begin te
starten.
> U kunt volledig beeld ook via de rode functietoets activeren..
Via het zwarte toetsenveld kunt u in de USB modus de speler bedienen.
De speler kan binnen een film voorwaarts en achterwaarts spoelen, of naar de volgende of
vorige film wisselen of de weergave pauzeren.
Het volume regelt u via pagina omhoog/omlaag- toetsen.
Bovendien heeft u tijdens de weergave nog de volgende functie: goto-functie. Hiermede kunt
u naar een bepaalde tijd in de weergave springen.
> Druk tijdens de weergave op de blauwe functietoets. Er verschijnt onderaan een
tijdsweergave.
> Stel met de pijltoetsen links/rechts en de cijfertoetsen op de afstandsbediening de tijd in naar welke in de weergave gesprongen moet worden.
> Bevestig met OK.
De weergave springt naar de ingevoerde tijd.
> Door op „STOP“ of Exit te drukken, wordt de videospeler verlaten en u gaat terug
naar het USB Media menu.
31
10.1.2. Muziek
Als u via de ontvanger muziek wilt horen, verbindt u een USB-stick of een externe harde
schijf met de USB-poort van uw ontvanger.
> Open het Multimedia menu en selecteer met de pijltoetsen links/rechts de menu optie „Muziek“, bevestig met OK.
> Vervolgens kiest u de pad voor het muziekbestand, welke u wilt beluisteren en drukt u
op de “Play” toets in het zwarte toetsenveld op de afstandsbediening.
> Via het zwarte toetsenveld kunt u in de USB modus de speler bedienen.
De speler kan binnen een titel voorwaarts en achterwaarts spoelen, of naar de volgende of
vorige titel wisselen of het afspelen pauzeren. Druk de STOP toets om het afspelen te
beëindigen.
Bovendien heeft u de onder paragraaf 10.1.1 beschreven goto-functie ter beschikking.
Met de Exit toets wordt de muziekspeler afgesloten en u gaat terug naar het Multimedia
menu.
10.1.3. Foto’s
Als u via uw ontvangeer foto’s wilt bekijken, verbindt u een USB-stick of een externe harde
schijf met de USB-poort van de ontvanger.
> Open het Multimedia menu en selecteer met de pijltoetsen links/rechts de menu optie „Foto’s“ en bevestig met OK.
> Vervolgens kiest u de pad voor de fotobestanden die u wilt bekijken. Op de rechter
beeldschermzijde worden voorbeelden van de foto’s weergegeven.
> Door op OK te drukken schakelt u over op volledig beeld. Via de toetsen
vorige/volgende titel op de afstandsbediening gaat u naar het vorige/volgende foto.
> Als u in het voorbeeldvenster een afbeelding selecteert en de op de Play-toets drukt
wordt een diashow gestart over de aanwezige foto’s in deze map.
> Voor het terugkeren naar het Multimedia menu drukt u op Exit evt. meerdere keren.
10.1.4. Bestand
Hier heeft u toegang op alle bestanden die op de USB-geheugendrager aanwezig zijn.
> Selecteer met de pijltoetsen links/rechts de menu-optie „Bestand“ en bevestig met
OK.
> Hier kunt u nu de pad naar het bestand kiezen.
32
10.1.5. Configuratie
> Selecteer met de pijltoetsen links/rechts de menu-optie „Configuratie“ en bevestig
met OK.
Dit menu is onderverdeeld in 3 submenu’s.
- 10.1.5.1 Systeem
- 10.1.5.2 Movie
- 10.1.5.3 Photo
10.1.5.1. Systeem
Hier kunt u diverse instellingen voor het Multimedia menu uitvoeren.
> Selecteer met de pijltoetsen links/rechts de menu-optie „Systeem“. Bevestig met
OK.
OSD ta al
> Ga met de pijltoetsen omhoog/omlaag naar de optie „OSD taal“.
> Met de pijltoetsen rechts/links kunt u nu de OSD taal voor het Multimedia menu
selecteren.
Beeldformaat
> Markeer de regel „Beeldformaat“ met de pijltoetsen omhoog/omlaag.
> Selecteer het beeldformaat voor he multimedia menu met de pijltoetsen links/rechts.
Meer informatie vindt u in paragraaf 9.1.2.
TV Format
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „TV formaat“.
> Via de pijltoetsen links/rechts kunt u nu het televisieformaat selecteren.
Resolutie
> Wissel met de pijltoetsen omhoog/omlaag naar de regel „Resolutie“.
> Met de pijltoetsen links/rechts kunt u nu de resolutie voor het multimedia menu
veranderen.
Meer informatie vindt u in paragraaf 9.1.1.
SPDIF/Digitale audioformaat
> Markeer de optie „SPDIF“ met de pijltoetsen omhoog/omlaag.
> Hier kunt u nu met de pijltoetsen links/rechts het digitale audioformaat instellen.
Meer informatie vindt u in paragraaf 9.1.5.
Voorbeeldvenster
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de regel “Voorbeeld”.
> Via de pijltoetsen links/rechts kunt u nu het voorbeeldvenster of bij het film-menu
activeren of deactiveren.
33
10.1.5.2. Film
> Selecteer met de pijltoetsen links/rechts de menu-optie „Film“ en bevestig met OK.
Hier kunt u verschillende instellingen voor de ondertiteling uitvoeren.
10.1.5.3. Foto
> Wissel met de pijltoetsen links/rechts naar de menu-optie „Foto“ en druk op OK.
> Hier kan met de pijltoetsen links/rechts de duur van de weergave voor een beeld
bij de diashow ingesteld worden.
10.1.6. USB apparaat
> Selecteer met de pijltoetsen links/rechts de optie “Apparaat” en druk op OK.
U krijgt nu informatie over de aangesloten USB geheugendrager.
10.2. Software Upgrade
Via de USB poort heeft u de mogelijkheid om de besturingssoftware van de ontvanger te
actualiseren. Hiertoe heeft u bepaalde software nodig, welke u onder www.TELESTAR.de
kunt downloaden. Deze kopieert u dan op een geheugenmedium en deze verbindt u via USB
met de ontvanger.
> Open het menu „USB module“ en selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de
menu-optie „Software upgrade“, bevestig met OK.
Vervolgens kiest u de pad voor het update-bestand.
> Druk op OK, de update wordt automatisch gestart. Na de update wordt de ontvanger
opnieuw opgestart.
Om de update te actualiseren, opent u na de software-actualisering de
fabrieksinstelling (paragraaf 8.3. in deze gebruiksaanwijzing).
LET OP:
De updateprocedure mag niet onderbroken of de USB stick afgekoppeld worden. Dit
zou de ontvanger kunnen beschadigen!
10.3. Database back-up
Als u de zelfgemaakte programmalijsten wilt bewaren kan dit eveneens via de USB poort.
Verbind een geschikt geheugenmedium via USB met uw ontvanger.
Open het USB menu en selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de menu-optie
„Database“ back-up, bevestig met OK.
Het opslaan gebeurt automatisch. Na een korte wachttijd toont de ontvanger de pad met de
opgeslagen zenderlijsten. De ontvanger maakt een nieuwe map aan met de naam
„DATABASE“, waar de opgeslagen zenderlijsten opgeslagen zijn.
Nadat het bestand opgeslagen is, gaat u automatisch ter ug naar het menu „USB module“.
34
10.4. Databank actualiseren
Onder deze menu-optie kunt u een opgeslagen zenderlijst (zie paragraaf 10.3) weer terug
kopiëren naar de ontvanger. Handel hiertoe als volgt:
> Open het menu „USB module“.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „Databank actualiseren“ en
bevestig met OK.
> Open de map op het geheugenmedium, in welke u de zenderlijst opgeslagen heeft.
Selecteer het bestand met de pijltoetsen omhoog/omlaag en bevestig met OK.
> De opgeslagen zenderlijst wordt nu automatisch gekopieerd.
Na het kopiëren komt u automatisch weer in het menu databank actualiseren. Dit kunt u
verlaten door meermaals op de Exit toets te drukken.
.
LET OP:
Koppel het geheugenmedium tijdens de kopieerprocedure beslist niet af van de
ontvanger.
10.5. PVR regi st er kiezen
Als u een harde schijf met meerdere partities op de ontvanger heeft aangesloten, kunt u
onder deze menu-optie het register selecteren in welke de via de PVR- functie van de
ontvanger gemaakte opnames opgeslagen zullen worden.
> Selecteer in de menu-optie „USB module“ met de pijltoetsen omhoog/omlaag de
optie „PVR register“, bevestig met OK.
> Er wordt een venster geopend in welke u met de pijltoetsen omhoog/omlaag de gewenste partitie kunt selecteren.
> Bevestig uw keuze met de rode functietoets, vervolgens verschijnt achter de
geselecteerde partitie een “vinkje”.
Bovendien kunt u in deze menu-optie een aangesloten USB-geheugenmedium formatteren.
> Druk op de blauwe functietoets.
> Er verschijnt de vraag of u de geheugendrager echt wilt formatteren. Voor het
formatteren kiest u met de pijltoetsen links/rechts OK, of u kiest annuleren.
Bevestig uw keuze met OK.
Let op!!! Alle gegevens op de datadrager worden bij het formatteren gewist!
> Ga met Exit terug naar de USB module.
10.6. PVR Voorbeeldvenster
In dit menu kunt u de opnames op de externe harde schijf, die via de ontvanger opgenomen
zijn, afspelen, een andere naam geven of wissen.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „PVR voorbeeldvenster“ en
druk op OK. U kunt deze optie ook via de PVR toets oproepen.
> Selecteer nu het register, waar u de gegevens opgeslagen heeft, druk op OK.
35
Opnames afspelen:
> Voor het afspelen van de opname markeert u de desbetreffende regel met de
pijltoetsen omhoog/omlaag. Vervolgens drukt u opOK, de opname wordt in het
voorbeeldvenster weergegeven. Druk op de rode functietoets om naar het volledig
beeld te schakelen.
> Via het USB bedieningsveld op de afstandsbediening kunt u naast de bediening via
de videorecorder of Dvd-speler, binnen de opname voorwaarts en achterwaarts
spoelen en het afspelen pauzeren.
Met de toetsen vorige/volgende titel kunt u tussen de afzonderlijke opnames
springen.
> Met de Exit toets of de rode functietoets gaat u terug naar het voorbeeldvenster.
> Met de Stop toets beëindigd u het afspelen.
Opnames wissen:
> Markeer de opname die u wilt wissen en druk op de blauwe functietoets.
> Selecteer bij de volgende vraag OK en bevestig vervolgens met OK. De
geselecteerde opname wordt nu gewist, druk meermaals op Exit op het menu te verlaten.
11. Games
In deze menu-optie bevinden zich 2 games die u met de pijltoetsen
omhoog/omlaag/links/rechts en de OK toets op de afstandsbediening kunt besturen.
> Selecteer in de menu-optie „Games“ met de pijltoetsen links/rechts de game welke
u wilt spelen en bevestig met OK.
> Om een spel te starten, drukt u de gele functietoets.
> Met de groene functietoets roept u de instellingen voor het spel op.
> Met de rode functietoets kunt u de game pauzeren en hervatten.
> Met de blauwe functietoets, wordt het actuele spel gestopt.
Met de toets Exit en vervolgens met op OK drukken kunt u een game altijd verlaten.
Opmerking: u kunt het game-menu ook via de GAME toets op de afstandsbediening
oproepen.
12. Bediening
Heeft u het apparaat via de netstekker aangesloten en met de LNB alsook met de televisie
verbonden, bevindt zich de ontvanger in de stand-by en kan ingeschakeld worden via de
aan/stand-by- toets op de afstandsbediening.
36
12.1. In- en uitschakelen
> Druk op de toets aan/stand-by op de afstandsbediening. Na ongeveer 10 seconden
is de ontvanger geladen en start bij het eerste programma.
> Door nogmaals op deze toets te drukken wordt de ontvanger uitgeschakeld.
12.2. Programmakeuze
12.2.1. Met behulp van de programma omhoog/omlaag-toetsen
> Schakel de programma’s met de pijltoetsen omhoog/omlaag op de ontvanger of op
de afstandsbediening telkens om één plaats omhoog of omlaag.
12.2.2. Met behulp van de cijfertoetsen
> Voer via de cijfertoetsen het gewenste programmanummer in.
Bijvoorbeeld:
1 voor programmaplaats 1
1 en 4 voor programmaplaats 14
2, 3 en 4 voor programmaplaats 234
Bij het invoeren van meerdere cijfers voor het nummer heeft u telkens na het invoeren van
één cijfer ca. 2 seconden de tijd om de resterende cijfers in te voeren.
Bij het invoeren van 1 of 2 cijfers kunt u vlugger verder schakelen door op de OK toets te
drukken.
12.2.3. Programmakeuze via zenderlijst
Om het zoeken naar programma’s gemakkelijker te maken, heeft de ontvanger een
zenderoverzicht.
> Druk bij een lopend programma op OK. Er verschijnt de lijst met zenders.
> Met de pijltoetsen omhoog/omlaag schakelt u telkens 1 plaats omhoog of omlaag
en met de pijltoetsen rechts/links schakelt u telkens 12 zenders. Kies het gewenste
programma en bevestig OK. De zenderlijst verlaat u met de OK toets of de Exit
toets.
Opmerking: het apparaat kan alleen dan de zenders weergeven indien de
satellietinstallatie voor de ontvangst correct op de satellietpositie gericht is.
Voor de meeste Duitstalige zenders is standaard de satellietpositie Astra 19,2 graden
Oost. Als u ook andere satellietposities met u ontvangstinstallatie kunt ontvangen,
moet u zoals in paragraaf 6.2.2 de zoekfunctie activeren.
37
12.2.4. Programmakeuze voor een uitgebreide zenderlijst
Door op de rode functietoets te drukken wordt de uitgebreide zenderlijst geopend. Hier kunt
u de zenderpositie bekijken en met de pijltoetsen omhoog/omlaag/links/rechts door de
zenders bladeren.
Hier zijn verdere opties beschikbaar om de zenders te sorteren:
> Druk in de uitgebreide zenderlijst op de rode functietoets. Nu kunnen de zenders
volgens de satelliet weergegeven worden.
> Door op de groene functietoets te drukken kunt u de zenders volgens het alfabet weergeven.
> Door op de gele functietoets te drukken zijn de zenders volgens satelliettransponder gesorteerd.
> Door op de blauwe functietoets te drukken kunnen de zenders volgens hun coderingssysteem gesorteerd worden.
> Met de toets FAV kunt u de zelf gemaakte favorietenlijst oproepen (meer hiertoe
vindt u in paragraaf 12.2.5 en 7.3.).
> Door op de toets Exit te drukken verlaat u de uitgebreide zenderlijst en gaat u terug naar de tv- of radiomodus.
12.2.5. Programma via de favorietenlijst oproepen
> Druk op de toets FAV. Er verschijnt de favorietenlijst.
Lees hiertoe ook paragraaf 7.3
> Selecteer nu met de pijltoetsen omhoog/omlaag een zender naar welke u wilt
kijken. Bevestig m et OK. Om een ander genre te kiezen drukt u op de rode functietoets en kiest u vervolgens een favorietenlijst, bevestig met OK.
> Om de favorietenlijst te verlaten drukt u op Exit of op OK.
12.3. Infobox
Na elke wisseling van een programma verschijnt kort de infobox met de
programmaeigenschappen zoals programmaplaats, programmanaam, titel van de
uitzending, titel van de volgende uitzending. Bijkomend worden nog extra
programmaeigenschappen weergegeven, zoals bijv. teletekst en of er EPI gegevens
beschikbaar zijn.
> De infobox kunt u eveneens met de Infotoets oproepen.
> Met de toets Exit wordt de infobox uitgeschakeld.
12.4. Verdere programma-informatie
> Door op de toets INFO te drukken verschijnt de infobox.
> Als u nu op de EPI toets drukt, wordt de actuele uitzending groen gemarkeerd. U
kunt nu ook via de pijltoetsen omhoog/omlaag de volgende uitzending markeren.
> Om extra informatie voor de geselecteerde uitzending te bekijken drukt u op OK.
> Om langere informatieteksten te lezen, navigeert u met de pijltoetsen
omhoog/omlaag.
> Door meermaals op Exit te drukken gaat u in de normale modus terug.
38
12.5. Transponder-informatie
> Door twee keer op de toets INFO te drukken worden de gegevens van de ingestelde
transponders en andere zendparameters weergegeven.
> Door op Exit te drukken gaat u terug naar de normale modus.
12.6. Volumeregeling
U kunt de geluidssterkte via de ontvanger regelen. Dit is eenvoudiger omdat alle belangrijke
functies op de afstandsbediening aanwezig zijn. Na het inschakelen van de ontvanger wordt
het geluid volgens de laatste instelling weergegeven.
> Regel het volume met de pijltoets rechts om luider te maken en met de pijltoets links zachter.
> Met de toets Ton aan/uit (Mute) wordt het geluid uitgeschakeld en met opnieuw op
deze toets te drukken weer ingeschakeld.
12.7. TV/Radio-omschakeling
De standaard –programmering is ingesteld op televisie- en radioprogramma’s.
> Schakel met de toets TV/Radio (blauwe functietoets) de ontvanger in de
radiowerking.
De ontvanger schakelt naar het voor het laatst beluisterde radioprogramma.
> Door opnieuw op de toets TV/Radio te drukken wordt teruggeschakeld naar het
actuele televisieprogramma.
> Radioprogramma’s worden net als televisieprogramma’s geselecteerd.
12.8. Dolby Digital (AC3 - werking)
De ontvanger kan Dolby Digital geluid ontvangen. Bij een uitzending met Dolby Digital geluid
(AC3), kan dit geactiveerd worden. Handel hiertoe als volgt:
> Druk op de Audio toets. De audio-instelling verschijnt, met de pijltoetsen omhoog/omlaag selecteert u de AC3 modus, bevestig met OK. Nu kan de
uitzending in 5.1-kanaals-Dolby-Digital-geluid beluistert worden.
> Bij de AC 3 instelling wordt het analoge geluid via de scart-bussen of de audio uitgang uitgeschakeld resp. zachter gezet.
12.9. Terug gaan naar het laatst ingestelde programma
> Door op de toets RCL te drukken wordt het voor het laatst ingestelde programma opgeroepen.
> Opnieuw op deze toets drukken voor het instellen van het vorige programma.
39
12.10. Teletekst
Indien uitgezonden, kunt u de geïntegreerde teletekst-decoder gebruiken om teletekst te
bekijken.
> Schakel het programma waarvan u de teletekst wilt bekijken in.
> Met de TXT toets schakelt u de teletekst in.
> Voer met de cijfertoetsen de gewenste pagina in. De gewenste pagina wordt
geopend.
Omdat teletekstpagina’s niet altijd tegelijkertijd uitgezonden worden kan het iets
duren. Meestal is pagina 100 de overzichtspagina.
> Gebruik de pijltoetsen omhoog/omlaag om een pagina vooruit of achteruit te lopen.
Met Exit wordt teletekst afgesloten.
.
12.11. Ondertiteling
Bepaalde zenders bieden voor diversen uitzendingen ondertiteling aan. Om deze in te
schakelen handelt u als volgt:
> Druk op de SUBTL toets. Wissel met de pijltoetsen omhoog/omlaag naar het veld
“Ondertiteling”, selecteer met de pijltoetsen links/rechts aan of uit.
> In de onderste regel kunt u de taal kiezen.
Opmerking:
Er zijn alleen die talen beschikbaar welke de zender aanbiedt. Denk er aan, dat deze functie
alleen beschikbaar is als er daadwerkelijk een ondertiteling uitgezonden wordt. De instelling
blijft na beëindiging van het programma niet behouden.
12.12. Op een externe harde schijf opnemen
Met de ontvanger is het mogelijk om uitzendingen op te nemen. U heeft hiertoe een
geheugenmedium nodig bijv. een USB- harde schijf of een USB-stick, welke in de USB-bus
op de achterzijde van de ontvanger ingestoken wordt. De opnames kunnen daarna
weergegeven worden. Denk er aan, dat de opname niet direct na het aansluiten van de
harde schijf of de USB-stick gestart kan worden, omdat het apparaat zich eerst op de
ontvanger initialiseren moet. Deze aanmelding kan ca. 20 seconden duren.
!!LET OP: afhankelijk van het apparaat moet een externe USB-apparaat extra via een
aparte netvoeding met stroom verzorgd worden. Lees hiertoe de gebruiksaanwijzing
van het USB-apparaat.
Opmerking: Bij USB-apparaten, vooral bij USB-sticks bestaan er vaak grote verschillen wat
betreft de lees- en schrijfsnelheid. Dit is vooral afhankelijk van de kwaliteit van het USBapparaat. Gebruik om die reden alleen een USB-stick van een merk met overeenkomstige
hoge snelheid en beschikbaar geheugen om fouten bij het opnemen of weergeven te
voorkomen.
Tip: De ontvanger maakt voor de opname een aparte map op het geheugenmedium aan.
Deze map krijgt de naam PVR RECORD. Alle gemaakte opnames bevinden zich in deze
map. Via de toets PVR heeft u toegang op het geheugenmedium waar u de pad voor deze
map kunt kiezen.
40
12.12.1. Directe opname
U kunt ook tijdens het bekijken van een uitzending opnemen
> Druk hiertoe op de Record toets. De opname wordt gestart. Boven links op het
scherm wordt de tijd die reeds opgenomen is met een rode punt aangegeven.
Opmerking: het kan ca. 5 sec. duren voordat de opname start.
> Om de opname te beëindigen drukt u op de Stop toets. De opname wordt in de map
PVR Record opgeslagen.
12.12.2. Timeshift
De TELEMINI HD beschikt bij de USB-opnamemodus over een zogenoemde Timeshiftfunctie. Bij deze functie wordt de weergave en opname gelijktijdig uitgevoerd. Dit is vooral
nuttig als u de uitzending stopt en op een latere tijdstip verder wilt bekijken. Het kan ca. 5
sec. duren voordat de opname start.
Voorwaarde is een aangesloten USB gegevensdrager op de USB-poort!
> Druk tijdens de uitzending op de TIMESHIFT toets. Het programma wordt gestopt.
Links boven op het scherm wordt de tijd die reeds opgenomen is met een rode punt
aangeduid.
> Om de uitzending verder te bekijken drukt u op Play.
> U kunt de uitzending dan vanaf die positie bekijken op welke u de Timeshift toets
ingedrukt heeft.
> Om de Timeshift-functie te beëindigen drukt u op de STOP toets.
12.13. Timer opname
Met de ontvanger kunt u net zoals met een video- of DVD recorderopnames programmeren
om uitzendingen op te nemen als u bijv. niet thuis bent.
Hiervoor zijn twee mogelijkheden beschikbaar.
U kunt de opname direct uit de Elektronische Programmagids EPG programmeren. Lees
hiertoe ook paragraaf 12.15. Dit is de snellere manier om een opname te programmeren.
U kunt de timer ook handmatig instellen om op te nemen naar een aangesloten USB
geheugendrager of een via scart aangesloten video-/DVD-recorder te activeren.
41
U heeft 8 timers ter beschikking.
> Druk op de toets Timer op de afstandsbediening..
> Er verschijnt een nieuw timer venster met de volgende instellingen, die met de
pijltoetsen links/rechts/omhoog/omlaag kunt selecteren.
Timer Nummer Kies hier één uit de 8 beschikbare timers met de pijltoetsen
links/rechts.
Timer instellen Schakel hier de timer aan of uit.
Timermodus Om de opname te programmeren kiest u hier de instelling duur (als u
inschakelen kiest wordt de ontvanger op het ingestelde tijdstip
ingeschakeld en bij de instelling uitschakelen wordt de ontvanger op de
ingestelde tijd uitgeschakeld).
Timer herhaling Hier st elt u of de ingeschakelde timer een keer, dagelijks of altijd op
een bepaalde dag uitgevoerd zal worden.
Starttijd Markeer de regel „Starttijd“ en bevestig met OK. Voer de datum en de
tijd in met behulp van de cijfertoetsen op de afstandsbediening, ob
welke de timer geactiveerd zal worden.
Stoptijd Hier moet u eveneens eerst met OK bevestigen voordat u de datum en
tijd invoert op welke de timer en de ontvanger uitgeschakeld zullen
worden.
TV/Radio Selecteer of u een radio- of een tv-programma wilt opnemen.
Programma Stelhier het programma in, welke u wilt opnemen. Kies met de
pijltoetsen links/rechts een zender voor het op te nemen programma. U kunt eveneens eerst met OK bevestigen en dan in het
venster met de pijltoetsen omhoog/omlaag een uitzending kiezen.
Opname instellen Om een opname te programmeren stelt u hier de optie “Opname” in.
> Na het uitvoeren van alle instellingen, beëindigd u het timermenu met de toets OK.
De instellingen worden opgeslagen en de timer is actief.
12.14. Elektronische programma informatie EPGI
Met behulp van de EPG-functie (Elektronische Programma Gids) is het mogelijk programmaaanbiedingen en de inhoud van verschillende programma’s op het scherm weer te geven.
Hiermede krijgt u snel een overzicht over de uitzendingen en de inhoud.
> Druk op de toets EPG op de afstandsbediening. Er verschijnt de elektronische
programmagids.
> Markeer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de uitzending voor meer informatie.
Om gedetailleerde informatie weer te geven drukt u op OK.
> Om een programma te wisselen waarvan u EPG-informatie wilt zien, gaat u met de
pijltoetsen links/rechts/omhoog/omlaag naar het punt programma. Druk op OK. Een
nieuw venster wordt geopend, in welke u met de pijltoetsen omhoog/omlaag een
programma kunt selecteren. Bevestig met OK. De EPG gegevens worden ingelezen.
42
> U kunt de EPG-gegevens van afzonderlijke programma’s voor de volgende 7 dagen
inzien. Om de datum te veranderen, kiest u met de pijltoetsen links/rechts/ omhoog/omlaag de optie Datum en bevestigd u met OK.
Druk op Exit om terug te gaan naar de normale tv-werking.
12.15. Timerprogrammering via EPG
In het EPG menu kunt u direct een opname programmeren, die dan op een aangesloten
USB apparaat opgenomen kan worden.
> Markeer in de EPG overzicht de uitzending die u wilt opnemen.
> Wissel vervolgens met de pijltoetsen links/rechts/omhoog/omlaag naar de regel
„Timer zetten“. De tijd van de voorgaande uitzending wordt in dit veld weergegeven.
Druk op OK. Er verschijnt het timervenster.
> In het timervenster markeert u met de pijltoetsen omhoog/omlaag de regel
„Opname-instellingen“ en zet u de instelling op “Opname”. Eventueel kunt u nog de
start- en stoptijd veranderen. Lees hiertoe paragraaf 12.13.
> Nadat u alle instelling uitgevoerd heeft drukt u op OK. Als u de uitzending waarvoor u
de timer ingesteld heeft, markeert, verschijnt een kloksymbool in de regel “Timer
zetten” links naast de timertijd.
> Om het EPG menu te beëindigen drukt u op Exit eventueel meermaals.
12.16. Beeldschermformaat instellen
Bij sommige zenders worden hun programma’s in het formaat 16:9 uitgezonden, andere in
het formaat 4:3. Om voor uw televisie het juiste formaat in te stellen kan het beeldformaat
omgeschakeld worden.
Met de 16:9 toets kunt u het beeldschermformaat instellen op 16:9, 4:3 of Auto. Het
ingestelde formaat wordt ook boven rechts op het scherm aangeduid. Lees hiertoe ook
paragraaf 9.1.2.
Naast de beeldweergave kunt u ook de resolutie individueel voor uw televisie instellen. Lees
hiertoe ook paragraaf 9.1.1.
> Om de resolutie aan te passen drukt u op de toets V-FORMAT zo vaak tot de
optimale resolutie ingesteld is. Lees ook de aanwijzingen en technische gegevens van uw
televisie.
LET OP: niet elke televisie kan alle beschikbare resoluties weergegeven.
43
12.17. Zoomfunctie
U kunt tijdens een lopende uitzending in het beeld inzoomen om bijvoorbeeld teksten en
invoegingen beter te kunnen lezen.
> Druk hiertoe de groene toets op de afstandsbediening. Er verschijnt een
loepsymbool.
> Selecteer met de pijltoetsen links/rechts/omhoog/omlaag het bereik welke u wilt vergroten.
> Door meermaals op de OK toets te drukken wordt de selectie stap voor stap vergroot.
Met Exit beëindigd u de zoomfunctie.
Opmerking: deze functie is niet beschikbaar bij HD uitzendingen.
12.18. Sleeptimer
De ontvanger beschikt over een sleeptimer. Hier kunt u een tijd instellen na welke de
ontvanger uitgeschakeld zal worden.
> Druk op de toets Sleeptimer op de afstandsbediening, er verschijnt een nieuw venster langs de bovenzijde van het beeldscherm. Hier kunt u de gewenste tijd
instellen. Met de pijltoetsen links/rechts kunt u de minuten telkens om 1
veranderen, met de pijltoetsen omhoog/omlaag telkens om 10 minuten.
> Het Sleeptimer- venster verdwijnt automatisch, echter kunt u deze ook met de
blauwe functietoets of met Exit beëindigen.
DiSEqC: DiSEqC 1.0 en DiSEqC 1.2
22 kHz-modulatie: 22 kHz +/- 4KH z Amplitude 0,6 V +/- 0,2 V
Demultiplex: volgens ISO 13818-1
USB weergave
Video Codec: MPEG 2
Audio Codec: MPEG 1 Layer 2
Aansluitingen
HDMI uitgang: HD Video/Audio
USB 2.0 Host
Verbruik: Max. 12 Watt tijdens bedrijf;
Max. 0,8 Watt in stand-by
Ingangsspanning: 100- 240V / 50/60 Hz wisselspanning
12 V via adapter
Afmetingen (bxhxd): 155 mm x 35 mm x 85 mm
45
14. Verhelpen van problemen
Probleem
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Geen beeld, geen geluid,
Geen netspanning
Controleer netkabel en stekker
- Antenne verdraaid of defect
- Antenne controleren
Antenne kan niet gedraaid
Motor niet geschikt voor
Gebruik een geschikte motor
Diverse programma’s
Verkeerde programmalijst
Kies een andere programmalijs t
Geluid OK, geen tv-beeld
Radiowerking ingeschakeld
Schakel over op
televisiewerking
Sommige programma’s tijdelijk
Storingen door DECT-telefoons
Vergroot de afstand tussen
Ontvanger kan niet bediend
Defecte gegevensstroming
Trek de netstekker voor 5 s,
USB functies laten zich niet
Geen USB-geheugenmedium
Sluit het USB apparaat opnieuw
Op het beeldscherm
- Sterke regen of sneeuw
- Verwijder de sneeuw
Geen beeld, geen geluid,
- Kortsluiting in de LNB toevoer
- Antenne verkeerd gericht
- Ontvanger uitschakele n,
Antenne opnieuw richten
display/ LED licht niet op
Geen ontvangst meer van
bepaalde programma’s
worden
verschijnen niet in de lijst
gestoord
worden
bedienen
- Programma wordt op een
andere transponder
uitgezonden
- Programma wordt niet meer
uitgezonden
DiSEqC 1.2
gekozen
(draadloze telefoons)
->apparaat blokkeert
aangesloten
- Zoekfunctie uitvoeren
ontvangststation en de
ontvanger
schakel het apparaat daarna
weer in
aan evtl. Voeding controleren
verschijnen soms vierkante
blokjes, stilstaand beeld, soms
een zwart beeldscherm of de
weergave “Geen signaal”
Display/LED branden
Dit apparaat is voorzien van het CE-keurmerk en voldoet aan alle geldende EU-normen.
Wijzigingen en drukfouten voorb eh oud en. Sta nd 09/10
Kopiëren en vermenigvuldigen uitsluitend met toestemming van de uitgever.
TELESTAR 2010
- Antenne verkeerd gericht
- Schotel te klein
- Obstakels tussen schotel en
satelliet
- Defecte of niet aangesloten
kabels
- Defecte LNB
- Buiteninstallatie niet juist op
de ontvanger ingesteld
- Antenne opnieuw richten
- Antenne opnieuw richten
- Verwijder de obstakels
kortsluiting verhelpen,
apparaat weer inschakele n.
- Alle kabels controleren
- LNB vervangen
- Instellingen corrigeren
-
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.