Telestar Telemini HD User guide [nl]

Bestnr. 94 33 82
TELESTAR
Telemini HD
Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, of op enige andere manier, zonde voorafgaande schriftelijke toestemming van CONRAD ELECTRONIC BENELUX B.V. Nadruk, ook als uittreksel is niet toegestaan. Druk- en vertaalfouten voorbehouden. Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische eisen bij het in druk gaan. Wijzigingen in de techn iek en uitvoer ing voor behouden. © Copyright 2014 by CONRAD ELECTRONIC BENELUX B.V. Internet: www.conrad.nl of www.conrad.be
2
Inhoud
2 Afbeeldingen 4 3 A.u.b. eerst lezen 6
4 Aansluiting 9
4.1 Buiteneenheid 9
4.2 Doorlussen tuner 9
4.3 Stroomverzorging aansluiten 9
4.4 Gebruik van de infrarode sensor 9
4.5 Aansluiten op een televisiet oestel 9
4.6 Aansluiten op een externe USB- medium 1ß 5 Eerste instellingen 10
5.1 Menustructuur en bediening 10 6 Installatie 12
6.1 Instellen antenne 12
6.1.1 Satelliet 13
6.1.2 Type LNB 13
6.1.3 LNB low / LNB high 13
6.1.4 22 kHz 13
6.1.5 DISEqC instelling 13
6.2 Satelliet lijst 13
6.3 Transponder lijst 14
6.4 Motor-configuratie 14
6.5 USALS 15
6.6 Programma zoeken 16
6.6.1 Zoek-optie 16
6.6.2 Satelliet scannen 16
6.6.3 Transponder scannen 17
6.6.4 Handmatig satelliet zoeken 17
6.7 Software update via satelliet (OTA) 18
7. Programma’s bewerken 18
7.1 Programma’s bewerken 19
7.1.1 Kanaal naam veranderen 19
7.1.2 Kanaal overslaan 19
7.1.3 Kanaal blokkeren 20
7.1.4 Kanaal wissen 20
7.2 Kanaal verschuiven 21
7.3 Favorietenlijst maken 21 8 Gebruiker instellingen 22
8.1 OSD instellingen 22
8.2 Kinderslot 23
8.2.1 Installatie blokker en 23
8.2.2 Programma’s bewerken blokkeren 23
8.2.3 Afzonderlijk programma blokkeren 23
8.2.4 Menu blokkeren 23
8.2.5 Apparaat blokkeren 24
8.2.6 Systeeminstellingen blok keren 24
8.2.7 Wachtwoord veranderen 24
8.3 Fabrieksinstelling 24
9. Systeem 25
9.1 AV instelling 25
9.1.1 Resolutie 25
9.1.2 Beeldformaat 26
9.1.3 TV-beeldformaat 26
3
9.1.4 Video modus 26
9.1.5 Digitale geluidsformaat 26
9.2 Systeeminstellingen 26
9.2.1 Stroombesparing modus 27
9.2.2 Autom. PMT omschakeling 27
9.2.3 3 uur autom. stand-by 27
9.3 Klok instellen 28
9.4 Timer 29
9.5 Systeeminformatie 29
10. USB-module 29
10.1 Multimedia 30
10.1.1 Film 30
10.1.2 Muziek 31
10.1.3 Foto’s 32
10.1.4 Bestanden 32
10.1.5 Configuratie 32
10.1.6 USB apparaat 33
10.2 Software upgrade 33
10.3 Database back-up 33
10.4 Databank actualiseren 34
10.5 PVR register selecteren 34
10.6 PVR vooraf bekijken 34 11 Games 35
12. Bediening 35
12.1 In- en uitschakelen 36
12.2 Programmakeuze 36
12.3 Infobox 37
12.4 Overige programma-informatie 37
12.5 Transponder informatie 38
12.6 Volumeregeling 38
12.7 TV/ radio- omschakeling 38
12.8 Dolby Digital (AC3 – werking) 38
12.9 Terug naar het laatste ingestelde programma 38
12.10 Teletekst 39
12.11 Ondertiteling 39
12.12 Opname op externe harde schijf 39
12.12.1 Directe opname 40
12.12.2 Timeshift 40
12.13 Timer opname 40
12.14 Elektronische programma informatie EPI 41
12.15 Timer programmeren via EPI 42
12.16 Beeldschermformaat instellen 42
12.17 Zoom 43
12.18 Sleeptimer 43 13 Technische gegevens 44 14 Verhelpen van problemen 45
Dit apparaat is voorzien van het CE-keurmerk en voldoet aan alle geldende EU-normen. Wijzigingen en drukfouten voorb eh oud en. Sta nd 09/10 Kopiëren en vermenigvuldigen uitsluitend met toestemming van de uitgever.
4
Geachte klant,
hartelijk dank voor uw keuze voor dit hoogwaardige product. Wanneer uw DVB-ontvanger niet correct mocht functioneren, hoeft er niet altijd sprake te zijn van een storing. Stuur dit apparaat daarom niet meteen op maar neem eerst telefonisch contact op met uw leverancier.
2 Afbeeldingen
Afstandsbediening
5
6
3 A.u.b. eerst lezen
> Voordat u het apparaat in gebruik neemt, verzoeken wij u te controleren of de inhoud van de verpakking volledig is. Bij de levering behoren:
1 ontvanger, 1 afstandsbediening, 1 handleiding, 1 garantiekaart, 2 batterijen (1,5V AAA), 1 stekkernetvoeding, 1 auto-adapter, 1 infrarode sensor, 1 HDMI verlengkabel (50cm).
> Plaats de batterijen met de juiste polariteit in het batterijvakje van de afstandsbediening. > Voordat u de ontvanger inschakelt verzoeken wij u de veiligheidsinstructies in hoofdstuk 3 te lezen. > In de hoofdstukken 4 en 6 wordt de aansluiting en het aanpassen van de ontvanger aan de
buiteneenheid (schotel, LNB....) op het televisietoestel beschreven. Deze instellingen zijn
eenmalig en hoeven alleen te worden aangepast wanneer er iets aan de buiteneenheid wordt veranderd of wanneer er aanvullende apparatuur wordt aangesloten. > In het hoofdstuk 12 worden alle functies beschreven die voor dagelijks gebruik van belang zijn zoals bijv. de programmakeuze en de volumeregeling. > In hoofdstuk 7 vindt u informatie over het instellen van nieuwe programma's of hoe u de volgorde van de kanalen kunt wijzigen. > De technische gegevens vindt u hoofdstuk 13. > In hoofdstuk 13 vindt u informatie over het verhelpen van problemen.
Belangrijke informatie over de bediening
Door het gebruik van een zgn. "On Screen Display" (informatie die op het beeldscherm wordt weergegeven) wordt de bediening van de ontvanger vereenvoudigd en wordt het aantal toetsen op de afstandsbediening vermindert. Alle functies worden op het beeldscherm weergegeven en kunnen met behulp van de toetsen bediend en gekozen worden. Functies die bij elkaar horen zijn in een "Menu" samengevat. De gekozen functie wordt met een kleur geaccentueerd. Op de onderste regel worden met behulp van een gekleurde balk de "Functietoetsen" rood, geel, groen en blauw weergegeven. Deze gekleurde balken geven verschillende functies in de menu's aan die door indrukken van de gekleurde toetsen ("Multifunctionele toets") op de afstandsbediening geactiveerd kunnen worden. Deze "Functietoetsen" zijn alleen actief wanneer er een korte beschrijving op het bijbehorende veld is aangegeven. Toetsbenamingen en begrippen die in het OSD-menu worden weergegeven zijn in deze handleiding vet gedrukt. Het programmanummer van het gekozen programma wordt bovendien op de display weergegeven.
Informatie over afvalverwijdering
De verpakking van het apparaat bestaat volledig uit herbruikbaar materiaal. Lever deze gescheiden in bij een inzamelpunt. Let er op dat lege batterijen uit de afstandsbediening en elektronica-afval niet met het huishoudelijk afval mag worden afgevoerd maar apart moet worden ingeleverd (retourneren aan de vakhandel of bijzonder afval).
7
Waarschuwing! Belangrijke veiligheidsinstructies
LETOP: OM HET GEVAAR VOOR EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN, MAG DE BEHUIZING NOOIT WORDEN GEOPEND. IN DE ONTVANGER BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER KUNNEN WORDEN GEREPAREERD. INDIEN NODIG KUNT U CONTACT OPNEMEN MET EEN GEKWALIFICEERD SERVICEDIENST
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES:
Deze ontvanger is vervaardigd in overeenstemming met internationale veiligheidsbepalingen. Voor uw eigen veiligheid verzoeken wij u de veiligheidsvoorzieningen zorgvuldig door te lezen voordat u de ontvanger in gebruik neemt. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die het gevolg is van onjuist gebruik en het niet in acht nemen van de veiligheidsvoorzieningen.
1. Bij het opstellen van de ontvanger dient u er op te letten dat er rondom ruimte vrij blijft van ca. 5 cm zodat de lucht vrij kan circuleren en de ontvanger niet oververhit raakt.
2. Stel de ontvanger niet op in een nauwe ruimte zoals bijv. een boekenkast. Let er op dat de luchtcir culatie niet wordt beperkt. U dient er vooral op te letten dat de ventilatieopeningen niet worden afgedekt met kranten, tafelkleden, gordijnen etc.
3. Plaats geen brandende voorwerpen, bijv. een kaars, op de ontvanger.
4. De ontvanger mag nooit worden blootgesteld aan vloeistoffen of spatwater. Plaats geen voorwerpen op de ontvanger die gevuld zijn met vloeistoffen zoals bijv. een bloemenvaas.
5. Trek de stekker niet uit het stopcontact om de ontvanger uit te schakelen.
6. De stroomkabel moet correct worden aangesloten. Raak de kabel of de stekker nooit aan met vochtige of natte handen.
7. De ontvanger kan worden gebruikt bij een temperatuur van 5 tot 40 °C. Gebruik de ontvanger uitsluitend in een gematigd klimaat, niet onder tropische omstandigheden.
8. De batterijen in de afstandsbediening mogen niet worden blootgesteld aan extreme hitte zoals bijv. direct zonlicht of vuur.
Let bij het afvoeren van de batterijen op de geldende milieuvoorschriften. CE-keurmerk voor de Europese markt Het CE-keurmerk op deze ontvanger waarborgt dat het apparaat voldoet aan de EU-richtlijn 2004/108/EC en de richtlijn voor laagspanningsapparatuur 2006/95/EC.
Tijdelijk uitschakelen
Tijdens onweer of wanneer de ontvanger langere tijd niet wordt gebruikt (bijv. vakantie), moet de steker uit het stopcontact worden verwijderd.
Afvoer van elektrische en elektronische apparaten
Dit symbool op een artikel of een verpakking geeft aan dat het niet met het huishoudelijk afval mag worden afgevoerd. Het artikel moet worden ingeleverd bij een inzamelpunt voor inname en hergebruik van oude elektrische en elektronische apparatuur. Door er voor te zorgen dat het apparaat op de juiste manier wordt afgevoerd, draagt u bij aan het voorkomen van schade aan milieu en gezondheid die kan ontstaan wanneer dit apparaat niet correct wordt afgevoerd. Hergebruik van grondstoffen draagt bij aan de besparing van natuurlijke bronnen. Voor meer informatie over de afvoer van dit apparaat kunt u contact opnemen met de lokale instantie die verantwoordelijk is voor de afvalverwijdering in uw omgeving of met de handelaar waar u dit apparaat heeft aangeschaft.
8
De DVB-ontvanger aansluiten op een satellietinstallatie
a. Aansluiting van de LNB met de LNB-ingang (LN B-in) van de DVB-ontvanger b. Doorgeluste tuner voor het aansluiten van een analoge satellietontvanger c. Aansluiting voor externe netvoeding/auto-adapter d. Aansluitbus voor infrarode sensor met verlengkabel (bij verborgen installatie van de ontvanger). e. HDMI verbinding naar de televisie. f. USB bus voor externe geheugenmedium
9
4. Aansluiting
De onderstaande verwijzingen a, b, c etc. hebben betrekking op de afbeelding op pagina 8.
4.1 Buiteneenheid a Verbindt de LNB-ingang van de digitale ontvanger via een geschikt coaxkabel met
de LNB van uw buiteneenheid. Let op punt 6 “Instellingen”.
4.2 Doorgeluste tuner b Sluit hier een analoge ontvanger aan. Het signaal van de LNB-ingang wordt via de
doorgeluste tuner naar de analoge ontvanger doorgeleid.
4.3 Aansluiten stroomvoorziening c Netvoeding / auto-adapter
Verbindt de netvoeding of de auto-adapter – afhankelijk van de gewenste toepassing – met de DC –ingangsbus van de ontvanger. Steek de stekker van de netvoeding in een stopcontact of de auto-adapter in de sigarettenaansteker van de auto.
4.4 Gebruik van de infrarode sensor d Verborgen installatie
Als de ontvanger op een plaats achter de televisie gemonteerd zal worden en er geen zichtverbinding naar de geïntegreerde infrarode sensor bestaat, moet de extra infrarode sensor geïnstalleerd en gericht worden. Plaats hiertoe de IR-verlenging in de desbetreffende bus en plaats de sensor op een manier zodat een zichtverbinding tussen afstandsbediening en de IR-sensor bestaat.
4.5 Aansluiten op een televisietoestel e Via HDMI
De ontvanger werkt alleen met een televisie welke over een HDMI-aansluiting beschikt. Verbindt een HDMI-kabel met de HDMI-uitgang van de ontvanger en met de HDMI-ingang van uw televisie.
10
4.6 Aansluiten van een externe USB-geheugenmedium > Verbindt een externe USB-geheugen, bijv. een externe harde schijf, via de USB-kabel
van het geheugenmedium met de USB-bus van de ontvanger. LET OP: afhankelijk van het type apparaat moet het externe USB- apparaat bijkomend met
een extra netvoeding gevoed worden. Lees hiertoe de gebruiksaanwijzing van het USB­apparaat welke u wilt aansluiten!
Opmerking: Bij USB-apparaten, vooral bij USB-sticks bestaan er vaak grote verschillen wat betreft de lees- en schrijfsnelheid. Dit is vooral afhankelijk van de kwaliteit van het USB­apparaat. Gebruik om die reden alleen een USB-stick van een merk met overeenkomstige hoge snelheid en beschikbaar geheugen om fouten bij het opnemen of weergeven te voorkomen.
Let er op dat de datadrager in het formaat FAT 32 geformatteerd is. Bovendien moet het geheugenmedium zich eerst bij de ontvanger initialiseren. Dit kan ongeveer 20 seconden duren.
5. Eerste installatie
Nadat u de veiligheidsinstructies gelezen en het apparaat volgens hoofdstuk 4 aangesloten heeft, kan het apparaat ingeschakeld worden. Het apparaat is vooraf door de fabrikant ingesteld op een ontvangst van de satelliet ASTRA 19,2 graad Oost en HOTBIRD 13 graad. De ontvanger start met het programma “De eerste HD”, ontvangen via ASTRA 19,2 graad Oost. Voor het zoeken van programma’s moet u ook de paragraaf 6.2.2 lezen. De programma’s in de programmalijst komen overeen met de zenders die via de bovengenoemde satellieten ontvangen worden en verschijnen in de volgorde die vanaf fabriek ingesteld is. Schakel de ontvanger in via de rode powertoets op de afstandsbediening.
5.1 Menustructuur en bediening
Alle instellingen kunnen via het menu in het apparaat ingesteld worden. Door het drukken van de toets MENU op de afstandsbediening wordt het hoofdmenu geopend. Met de pijltoetsen omhoog/omlaag/rechts/links kunt u de instellingen selecteren, welke u wilt veranderen. Met toets OK bevestigd u de invoer of u gaat verder naar een menu-item. Met toets Exit gaat u steeds een stap terug of u beëindigd het menu of breekt een instelling af.
11
Het hoofdmenu is onderverdeeld in 6 submenu’s:
> Installatie (6. Hoofdstuk)
Hier kan het apparaat aan de aanwezige antenne aangepast en nieuwe programma’s opgezocht worden.
> Programma’s bewerken (7. Hoofdstuk)
Hier kan de volgorde van de opgeslagen tv- en radiozenders naar wens verandert en een nieuwe favorietenlijst aangemaakt worden.
> Gebruikersinstellingen (8. Hoofdstuk)
Hier kunnen gebruikers gedefinieerde instellingen uitg evoerd worden, bijv. kinderslot inschakelen OSD weergave veranderen of de fabrieksinstelling activeren.
> Systeem (9. Hoofdstuk)
Hier kunnen individuele instellingen van het apparaat uitgevoerd worden, bijv. beeldformaat, klok, timer of de systeeminformatie bekijken.
> USB (10. Hoofdstuk) Hier kunnen de bestanden op een geheugendrager beheerd worden of de software updates via USB uitgevoerd worden.
> Games (11. Hoofdstuk)
Onder dit menu vindt u 2 games die u m.b.v. de numerieke toetsen op de afstandsbediening kunt spelen.
12
6. Installatie
In het installatiemenu kunt u instellingen uitvoeren die voor een correcte DVB-S ontvangst benodigd worden. Druk op de Menu toets en selecteer met behulp van de pijltoetsen omhoog/omlaag de menu-optie „Installatie“ en bevestig dit met OK. Het menu „Installatie“ is opgedeeld in volgende submenu’s:
- 6.1. Antenne-instellingen
- 6.2. Sa tellietenlijst
- 6.3. Transponder lijst
- 6.4. M otor configuratie
- 6.5. USALS instelling
- 6.6. Zoeken
- 6.7. OTA (software update via satelliet)
6.1. Antenne instellingen
Met behulp van de antenne -instelling kunt u de satellietontvanger aanpassen aan de aangesloten satellietantenne . > Selecteer via de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „Antenne-instellingen“ en bevestig met OK, de optie antenne-instellingen wordt geopend.
Opmerking: De ontvanger is reeds vanaf fabriek met de standaard parameters voor satellietinstallaties en -posities ingesteld. Een verandering van de instellingen moet u alleen doorvoeren als u andere satellietposities wilt ontvangen die nog niet in het apparaat opgeslagen zijn. Neem hiertoe contact op met een vakman of uw installateur.
Uitvoering: In de antenneconfiguratie moeten meerdere parameters voor de ontvangst ingesteld worden. Hiertoe zijn de volgende gegevens nodig:
Satelliet satellietpositie volgens de richting van de antenne LNB type LNB type van de vorig ingestelde satellietpositie LNB Low LNB ZF- frequentie voor de Low band LNB High LNB ZF- frequentie voor de High band 22KHz Tone 22 kHz signaal DiSEqC 1_0 DiSEqC positie inst e lling Ter controle wordt een aanduiding over de kwaliteit en de sterkte van het ontvangen signaal
in het onderste menugedeelte getoond.
13
6.1.1. Satelliet
Stel hier de satellietpositie in die u met u satelliet-installatie kunt ontvangen. > Selecteer de optie „Satelliet“ met behulp van de pijltoetsen omhoog/omlaag > Selecteer met behulp van de pijltoetsen links/rechts de satellieten welke u met uw
installatie kunt ontvangen. of > Druk op de OK toets. Er wordt een lijst met aanwezige satellieten geopend, die u via
de pijltoetsen omhoog/omlaag kunt kiezen. Bevestig vervolgens met OK. Als een of meerdere satellieten niet in de lijst aanwezig zijn kunt u nieuwe satellietposities
onder de menu-optie “Satellietenlijst” (zie paragraaf 6.2) invoeren.
6.1.2. LNB type
Bij deze optie kunt u m.b.v. de pijltoetsen links/rechts het type LNB selecteren met welke de satellietpositie ontvangen wordt.
6.1.3. LNB LO W / LNB Hi g h
Stel hier met behulp van de numerieke toetsen de voor deze LNB specifieke ZF-frequentie in de high- en low band in.
6.1.4. 2 2 KHz
Met de 22 kHz-schakeling worden bij satellietinstallaties besturingen zoals Low- en High band omschakeling gerealiseerd. Schakel met behulp van de pijltoetsen links/rechts het 22kHz-signaal aan, uit of op auto.
Deze functie kan alleen bij bepaalde LNB types geselecteerd worden.
6.1.5. DiSEqC instelling
In dit veld stelt u met behulp van de pijltoetsen links/rechts de satellietpositie in, die via DiSEqC aangestuurd wordt. Deze instelling i s afhankelijk van uw satellietinstallatie en de bijbehorende componenten.
6.2. Satellietenlijst > Selecteer via de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie „Satellietenlijst“ en bevestig met
OK, de satellietenlijst wordt geopend.
14
Met deze optie kunt een lijst inzien van de satellieten die op uw locatie te ontvangen zijn en deze lijst bewerken. Dit is in het bijzonder van belang wanneer u een buiteninstallatie heeft met motorbesturing of gebruik maakt van een installatie die door middel van een multifeedhouder is uitgerust voor de ontvangst van meerdere satellieten. In de lijst kan gericht naar satellietsignalen gezocht worden. Bovendien kunt u via de functietoetsen satellieten toevoegen (gele), wissen (blauwe) of veranderen (groene). U kunt in de lijst navigeren met de pijltoetsen omhoog/omlaag en de OK-toets. Voor het zoeken gebruikt u de rode functietoets. Met Exit keert u terug naar het installatiemenu.
6.3. Transponder lijst
> Via de pijltoetsen omhoog/omlaag kunt u de optie „Transponderlijst“ selecteren. Bevestig uw keuze met OK.
Met deze optie kunt u de Transponder beheren. U kunt een Transponder via de gele
functietoets toevoegen, via de groene wijzigen of via de blauwe functietoets wissen.
6.4. Motor configuratie
Kies deze optie om de automatische besturing voor een draaibare antennemotor te configureren. De ontvanger is in de fabriek ingesteld voor gebruik met een niet-draaibare buiteninstallatie. Opmerk ing: om de instellingen voor de motor te wijzigen, moet onder de “Antenne­instellingen” (paragraaf 6.1) de regel “DiSEqC" verandert worden in DiSEqC 1.2.
> Selecteer met de pijltoetsen omhoog/omlaag de optie “Motor configuratie” en bevestig met OK.
Er wordt een nieuw venter geopend waarin de basisinstellingen kunnen worden geconfigureerd.
LET OP: om schade aan de buiteninstallatie te voorkomen mag de motor niet buiten bepaalde grenzen worden bewogen. (Meer informatie hierover vindt u in de documentatie van uw buiteninstallatie).
6.4.1. Oost-West- grenzen instellen
> 1. Ga met de pijltoetsen omhoog/omlaag naar de regel „Limiet instellen“. > 2. Selecteer met de pijltoetsen links/rechts de West- grens. > 3. Ga met de pijltoetsen omhoog/omlaag naar de regel “bewegen” en stuur met de pijltoetsen links/rechts de motor naar de West- grens.
Loading...
+ 31 hidden pages