Stabila REC 310 Line User guide [nl]

33

2. Knop Geluidsvolume

De STABILA REC-210 Line is een eenvoudig te bedienen receiver waarmee u snel
laserlijnen kunt ontvangen.

NL

Onderdelen apparatuur

Met de receiver REC-210 Line kunnen uitsluitend pulsgemoduleerde laserstralen
van STABILA-lijnlaserapparaten worden ontvangen. De receiver functioneert niet
in combinatie met rotatielasers!
Wij hebben ons best gedaan, het gebruik en de werking van het apparaat zo
duidelijk en begrijpelijk mogelijk te verklaren. Mochten er bij u toch nog vragen
onbeantwoord blijven, kunt u te allen tijde gebruik maken van telefonische hulp
die u onder volgend nummer kunt bereiken: 0049 / 63 46 / 3 09-0

Handleiding

1. Knop AAN/ UIT

3

4

7

2

1

6

3. Knop Nauwkeurigheid

4. LCD-weergave

5. “Op lijn” markeringen

6. Laserontvangstvenster

7. Pieper

5

10

4

9. Schroefdraad van bevestigingsklem

10. Geleideopeningen

8.

Deksel van batterijvak

10

8

9

34

Geluidsniveau-instelling
Door achtereenvolgens te drukken op knop (2) kunt u het geluid instellen:
hard (a), zacht (b) of uit.
Als het geluid is gedempt, wordt de ontvangst van de laserstraal alleen
aangeduid door een kort piepen.

(a)

9 weergaveniveaus geven het verschil ten opzichte van het
midden van de laserlijn aan. De middelste streep duidt de
“op lijn” positie van de REC 210 Line aan. Naarmate de
afstand tot de “op lijn” positie groter wordt, wordt de pijl
groter.

Snel piepen =

te hoog / terug

Continu geluidssignaal

= “op lijn”

Langzaam piepen =

te laag / naar voren

50 mm

Inbedrijfstelling

Druk op de AAN/UIT-knop (1). Het inschakelen van het apparaat wordt bevestigd
door een geluidssignaal en doordat de display korte tijd licht geeft. Druk 1x kort op
de AAN/UIT-knop (1) om het apparaat uit te schakelen. Het apparaat schakelt zich
automatisch uit als het 30 minuten lang niet is gebruikt.

“Op lijn” alarmmodus :
In deze modus is het continue geluidssignaal gedempt als
de receiver “op lijn” is. Als u uit dit niveau naar een hoger
of lager gelegen niveau gaat, dan klinken de bijbehorende
geluidssignalen. De andere functies werken zoals
gebruikelijk. Druk gelijktijdig op de knoppen AAN/UIT
(knop 1) en Geluidsvolume (knop 2) om deze modus in
te schakelen. Ter bevestiging piept het apparaat 1x.
Het symbool “geluidsniveau” op de LCD knippert.

Geluidssignaal

Weergave

(b)

1

1

2

2