Lees de Belangrijke informatie voordat u de mobiele telefoon in gebruik neemt.
Bepaalde services en functies die in deze gebruikershandleiding worden beschreven, worden
niet in alle landen/regio's of door alle netwerken en/of serviceproviders in alle gebieden
ondersteund. Dit geldt ook voor het internationale GSM-alarmnummer 112. Neem contact op
met uw netwerkoperator of serviceprovider voor de beschikbaarheid van specifieke services of
functies en voor informatie over bijkomende toegangs- of gebruikskosten.
Een Android™-telefoon kan veel van dezelfde functies als een computer uitvoeren. U kunt
het echter ook beter aanpassen aan uw behoeften om de informatie te krijgen die u wilt,
en tegelijkertijd plezier maken. U kunt toepassingen toevoegen en verwijderen of ze beter
maken om de functionaliteit te verbeteren. In Android Market™ kunt u verschillende
toepassingen en games downloaden uit een continu groeiende verzameling. U kunt ook
toepassingen op uw Android™-telefoon integreren met uw persoonlijke gegevens en online
accounts. U kunt een back-up maken van uw telefooncontacten, op één plaats toegang
krijgen tot uw verschillende e-mailaccounts en agenda's, uw afspraken bijhouden en zoveel
sociaal netwerken als u wilt.
Android™-telefoons evolueren constant. Wanneer een nieuwe softwareversie verkrijgbaar
is en uw telefoon deze nieuwe software ondersteunt, kunt u uw telefoon bijwerken met
nieuwe functies en de laatste verbeteringen.
Op uw Android™-telefoon zijn vooraf Google™-services geïnstalleerd. Om het meeste te halen
uit Google™-services, moet u een Google™-account maken en u hiermee aanmelden wanneer
u uw telefoon voor de eerste keer opstart. U moet ook toegang tot het internet hebben om veel
functies in Android™ te gebruiken.
Toepassingen
Een toepassing is een telefoonprogramma dat u helpt om een taak uit te voeren. Er zijn
bijvoorbeeld toepassingen om gesprekken te voeren, foto's te maken en meer
toepassingen te downloaden.
Plaats het topje van uw vinger of een dun voorwerp stevig in de opening op de
onderkant van de telefoon, tussen de telefoon en de batterij-cover. Til vervolgens de
cover langzaam maar stevig op.
Gebruik geen scherpe voorwerpen. Deze kunnen onderdelen van de telefoon beschadigen.
U moet mogelijk vrij hard duwen wanneer u de cover verwijdert.
De SIM-kaart en geheugenkaart plaatsen
•
Verwijder het batterijklepje en plaats vervolgens de SIM-kaart en de geheugenkaart
in de relevante sleuven.
De geheugenkaart verwijderen
•
Verwijder de batterij-cover en de batterij en trek de geheugenkaart naar buiten om
deze te verwijderen.
Houd de aan-/uit-toets boven op de telefoon ingedrukt tot deze trilt.
2
Als uw scherm donker wordt, moet u kort op of drukken om het scherm te
activeren.
3
Sleep naar rechts over het scherm om het scherm te ontgrendelen.
4
Voer uw SIM-kaart en PIN in wanneer hierom wordt gevraagd en selecteer OK.
De PIN-code van uw SIM-kaart wordt aanvankelijk door uw netwerkoperator geleverd, maar u
kunt deze later wijzigen in het menu Instellingen. Als u een fout wilt corrigeren tijdens het
invoeren van de PIN-code van uw SIM-kaart, drukt u op .
De telefoon uitschakelen
1
Houd ingedrukt tot het optiemenu wordt geopend.
2
Tik in het optiemenu op Uitschakelen.
3
Tik op OK.
Schermvergrendeling
Wanneer uw telefoon is ingeschakeld en gedurende een bepaalde periode inactief is, wordt
het scherm verduisterd om batterijvermogen te sparen en wordt deze automatisch
vergrendeld. Deze vergrendeling verhindert ongewilde handelingen op het aanraakscherm
wanneer u uw telefoon niet gebruikt.
Het scherm activeren
•
Druk op of druk kort op .
Het scherm ontgrendelen
•
Sleep het pictogram
Het scherm handmatig vergrendelen
•
Wanneer het scherm actief is, drukt u kort op de
naar rechts over het scherm.
-toets.
Setuphandleiding
Wanneer u de telefoon voor de eerste keer start, legt een setuphandleiding de elementaire
telefoonfuncties uit en helpt deze u om belangrijke instellingen in te voeren. Stel uw telefoon
in om te werken volgens uw behoeften. Importeer uw oude contacten, selecteer u
telefoontaal, optimaliseer de instellingen voor uw draadloos netwerk en nog veel meer.
De setuphandleiding omvat het volgende:
•
Basisinstellingen van de telefoon, zoals taal, internet, tijd en datum.
•
Wi-Fi®-instellingen – maak uw verbinding sneller en verlaag de kosten voor uw
gegevensoverdracht.
Applicatie-instellingen – helpt u bij het instellen van uw e-mail, online serviceaccounts en
de overdracht van contacten.
U kunt ook de respectieve hoofdstukken raadplegen in de gebruikershandleiding op de
telefoon, die ook beschikbaar zijn op www.sonyericsson.com/support, voor meer hulp bij
de volgende zaken:
•
Info over de harde toetsen van uw telefoon
•
Tekst invoeren
•
Wi-Fi®
•
Sony Ericsson Sync
Voordat u contacten kunt importeren via een synchronisatieaccount, moet u eerst het
synchronisatieaccount instellen en een back-up van uw oude contacten maken. Als u de
bestaande contacten op uw geheugenkaart of SIM-kaart niet wilt synchroniseren, moet u de
contacten van de geheugenkaart of SIM-kaart importeren voordat u het synchronisatieaccount
instelt.
Als u dat verkiest, kunt u enkele stappen overslaan en de setuphandleiding laten openen vanuit
het toepassingsscherm of de instellingen wijzigen in het menu Instellingen.
De setuphandleiding openen
1
Tik vanuit de Startpagina op
2
Tik op Instellingengids.
.
Accounts en services
Meld u aan bij uw online serviceaccounts vanaf uw telefoon en gebruik een groot aanbod
aan services. Combineer services en haal er nog meer uit. Verzamel bijvoorbeeld contacten
uit uw Google™- en Facebook™-accounts en integreer ze in uw telefoonboek, zodat u
alles op één plaats hebt.
U kunt zich inschrijven voor online services vanaf uw telefoon of vanaf uw computer.
Wanneer u zich voor de eerste keer aanmeldt, wordt een account gemaakt met uw
gebruikersnaam, wachtwoord, instellingen en persoonlijke informatie. Wanneer u zich de
volgende keer aanmeldt, krijgt u een gepersonaliseerde weergave.
Google™-account
Een Google™-account is de sleutel tot uw Android™-telefoon. Gebruik Gmail™ om e-mails
te verzenden, Google Talk™ om met vrienden te chatten en Android Market™ om
toepassingen te downloaden.
Sony Ericsson-account
Sla uw telefooncontacten op een beveiligde Sony Ericsson-server, zodat u altijd een online
back-up hebt. U kunt uw telefoonagenda en internetfavorieten in uw Sony Ericssonaccount opslaan.
Exchange Active Sync-account
Synchroniseer uw telefoon met uw Exchange Active Sync-bedrijfsaccount. Op deze manier
hebt u uw bedrijfse-mail, contacten en agenda-events altijd bij u.
Facebook™ -account
Facebook™ verbindt u met uw vrienden, familie en collega's overal ter wereld. Meld u nu
aan om uw wereld met anderen te delen.
Het schermtoetsenblok, een dialoogvenster, een optiemenu of het meldingsvenster sluiten
Home
•
Naar de Startpagina of naar het scherm Toepassingen gaan vanuit een toepassing of scherm
•
Een venster openen dat u de laatst gebruikte toepassingen toont
Menu
•
Een lijst openen met opties die beschikbaar zijn op het huidige scherm of in de huidige toepassing
De batterij opladen
De batterij van de telefoon is bij aanschaf gedeeltelijk opgeladen. Het kan enkele minuten
duren voordat het batterijpictogram op het scherm wordt weergegeven wanneer u de
telefoon op een voedingsbron aansluit. U kunt de telefoon blijven gebruiken wanneer deze
wordt opgeladen.
De batterij wordt een klein beetje ontladen nadat deze volledig is opgeladen. Vervolgens wordt
de batterij weer opgeladen. Hiermee wordt de batterijduur vergroot. Dit kan ertoe leiden dat
laadstatus wordt weergegeven als een niveau onder de 100 procent.
De telefoon opladen met de lichtnetadapter
•
Sluit de telefoon met de USB-kabel en de lichtnetadapter aan op een stopcontact.
De telefoon opladen met een computer
•
Sluit de telefoon met de USB-kabel uit de telefoonkit aan op een USB-poort op een
computer.
Het aanraakscherm gebruiken
Wanneer uw telefoon is ingeschakeld en gedurende een bepaalde periode inactief is, wordt
het scherm verduisterd om batterijvermogen te sparen en wordt deze automatisch
vergrendeld. Deze vergrendeling verhindert ongewilde handelingen op het aanraakscherm
wanneer u uw telefoon niet gebruikt. U kunt ook persoonlijke vergrendelingen instellen om
uw abonnement te beschermen en ervoor te zorgen dat alleen u toegang hebt tot de inhoud
van de telefoon.
Het scherm van uw telefoon is van glas gemaakt. Raak het scherm niet aan als het glas gebarsten
of gebroken is. Repareer een beschadigd scherm niet zelf. Glazen schermen zijn gevoelig voor
vallen en mechanische schokken. Schade die het gevolg is van onvoldoende zorg wordt niet
gedekt door de garantieservice van Sony Ericsson.
Een item openen of markeren
•
Tik op het item.
Opties in- of uitschakelen
•
Tik op het toepasselijke selectievakje of in sommige gevallen op de rechterzijde van
de lijstoptie om een optie in of uit te schakelen.
Ingeschakeld selectievakje
Uitgeschakeld selectievakje
Ingeschakelde lijstoptie
Uitgeschakelde lijstoptie
Zoomen
Er zijn twee manieren om te zoomen. De zoomopties zijn afhankelijk van de toepassing die
u gebruikt.
Zoomen
•
Tik op of (indien beschikbaar) als u wilt in- of uitzoomen. U moet mogelijk
uw vinger op het scherm slepen (in een willekeurige richting) om de
zoompictogrammen weer te geven.
•
Raak een gebied aan op het scherm met twee vingers tegelijkertijd en breng ze
samen om uit te zoomen of spreid ze uit elkaar om in te zoomen. Herhaal deze
beweging om in of uit te blijven zoomen.
Wanneer u twee vingers op het scherm gebruikt om te zoomen, is het alleen mogelijk om te
zoomen als beide vingers zich binnen het zoombare gebied bevinden. Als u bijvoorbeeld op een
foto wilt inzoomen, zorgt u ervoor dat beide vingers zich binnen het fotokadergebied bevinden.
Bladeren
Blader door uw vinger omhoog of omlaag te bewegen op het scherm. Op sommige
webpagina's kunt u ook naar links en rechts bladeren.
Er worden geen items op het scherm geactiveerd door te slepen of te vegen.
Sleep met uw vinger in de richting waarin u op het scherm wilt bladeren.
Veeg om sneller te bladeren met uw vinger in de gewenste richting op het scherm.
Vegen
•
Veeg om sneller te bladeren met uw vinger in de gewenste richting op het scherm.
U kunt wachten tot het schuiven vanzelf stopt of het schuiven direct stoppen door
op het scherm te tikken.
Sensoren
De telefoon is uitgerust met een lichtsensor en nabijheidssensor. De lichtsensor detecteert
het niveau van het omgevingslicht en past de helderheid van het scherm
dienovereenkomstig aan. De nabijheidssensor zorgt ervoor dat het scherm wordt
uitgeschakeld wanneer uw gezicht het scherm raakt. Hiermee wordt voorkomen dat u
ongewenst telefoonfuncties activeert tijdens een gesprek.
Startpagina
De Startpagina van uw telefoon is het equivalent van het bureaublad op een computer. Het
is uw gateway tot de hoofdfuncties in uw telefoon. U kunt uw Startpagina aanpassen met
widgets, snelkoppelingen, achtergrond en andere items. De Startpagina strekt zich uit
buiten de normale schermbreedte, dus u moet naar links of rechts vegen om content in
één van de vier extensies van het scherm te bekijken.
toont in welk deel van de Startpagina u zich bevindt.
De items in de balk onderaan het scherm zijn altijd beschikbaar voor snelle toegang.
Ga naar de startpagina
•
Druk op .
Bladeren door de startpagina
•
Naar rechts of links vegen.
Een overzicht krijgen van alle widgets op een scherm
•
Breng uw vingers samen op een gebied van uw Startpagina, waaronder één van de
vier Startpagina-extensies. Alle widgets in verschillende gebieden van uw
Startpagina worden nu in één weergave getoond.
Wanneer alle Startpagina-widgets worden gecombineerd in één weergave, tikt u op een widget
om naar het gebied van de Startpagina te gaan waarin de widget zich bevindt.
Widgets
Widgets zijn kleine toepassingen die u direct op uw Startpagina kunt gebruiken. Met de
widget Muziekplayer kunt u bijvoorbeeld direct muziek afspelen en met de widget Sony
Ericsson Timescape™ worden inkomende berichten weergegeven.
Widgets toevoegen aan de startpagina
1
Druk vanuit uw Startpagina op
2
Tik op Toevoegen > Widgets.
3
Tik op een widget.
.
Uw startpagina organiseren
Wijzig hoe uw startpagina eruit ziet en wat u erop kunt openen. Wijzig bijvoorbeeld de
achtergrond, verplaats items, maak mappen en voeg snelkoppelingen toe naar contacten,
favorieten en meer.
Vervang de items onderaan de startpagina door de items die u het vaakst gebruikt.
Een snelkoppeling toevoegen aan de startpagina
1
Druk vanuit uw Startpagina op .
2
Tik op Toevoegen > Sneltoetsen.
3
Zoek en selecteer een snelkoppeling.
Voeg snelkoppelingen naar toepassingen rechtstreeks toe vanaf het scherm Toepassingen door
de toepassing aan te raken en ingedrukt te houden.
Voer een naam in voor de map, selecteer een pictogram en tik op Gereed.
Items toevoegen aan een map
•
Raak een item aan en houd het ingedrukt tot het groter wordt en de telefoon trilt.
Sleep het item vervolgens naar de map.
Een mapnaam wijzigen
1
Tik op de map om deze te openen.
2
Raak de titelbalk van de map aan en houd deze vast om het veld Mapnaam weer
te geven.
3
Voer de naam van de nieuwe map in en tik op Gereed.
Een item verplaatsen op de startpagina
1
Druk op
2
Raak een item aan en houd het ingedrukt tot het groter wordt en de telefoon trilt.
Sleep het item vervolgens naar de nieuwe locatie.
Laat een item boven een ander item los om een map te maken.
Een item verwijderen van de startpagina
•
Raak een item aan en houd het ingedrukt tot het groter wordt en de telefoon trilt.
Sleep het item vervolgens naar .
om uw Startpagina te openen.
De achtergrond van uw startpagina veranderen
Maak uw Startpagina persoonlijker met achtergronden. U kunt animaties gebruiken of een
foto die u hebt gemaakt. Ga naar Android Market™ en andere bronnen om bijvoorbeeld
live achtergronden te downloaden die wijzigen met de wijzigende uren van de dag.
De achtergrond voor uw startpagina wijzigen
1
Druk vanuit uw Startpagina op .
2
Tik op Achtergrond en selecteer vervolgens een achtergrond.
Toepassingen openen en gebruiken
Open applicaties op basis van snelkoppelingen op uw Startpagina of vanuit het scherm
Toepassingen.
Scherm Toepassingen
Het scherm Toepassingen dat u opent vanuit Startpagina bevat de toepassingen die vooraf
op uw telefoon zijn geïnstalleerd en de toepassingen die u downloadt.
Het scherm Toepassingen strekt zich uit buiten de normale schermbreedte. U moet dus
naar links en naar rechts vegen om alle content te bekijken.
Het scherm Toepassingen openen
•
Tik vanuit uw Startpagina op .
Bladeren door het scherm Toepassingen
•
Open het scherm Toepassingen en veeg naar links of rechts.
Een snelkoppeling naar een toepassing maken op de startpagina
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Raak een toepassing aan en houd deze ingedrukt tot deze op uw Startpagina
verschijnt en sleep het naar de gewenste locatie.
Toepassingen openen en sluiten
Een toepassing openen
•
Tik vanaf uw Startpagina of het scherm Toepassingen op de toepassing.
Een toepassing sluiten
•
Druk op .
Bepaalde toepassingen worden gepauzeerd wanneer u drukt op om af te sluiten. Andere
toepassingen kunnen actief blijven op de achtergrond. In het eerste geval kunt u de volgende
keer dat u de toepassing opent doorgaan waar u bent gestopt.
Het venster met onlangs gebruikte toepassingen
Vanuit dit venster kunt u onlangs gebruikte toepassingen weergeven en openen.
Het venster met onlangs gebruikte toepassingen openen
•
Houd de toets ingedrukt.
Toepassingenmenu
U kunt op elk moment een menu openen wanneer u een toepassing gebruikt door op de
toets op de telefoon te drukken. Afhankelijk van de toepassing die u gebruikt, ziet het
menu er anders uit.
Een menu in een toepassing openen
•
Druk tijdens het gebruik van de toepassing op
Niet in alle toepassingen is een menu beschikbaar.
.
Uw scherm Toepassingen organiseren
Verplaats de toepassingen op het scherm Toepassingen op basis van uw voorkeuren.
Uw toepassingen sorteren op het scherm Toepassingen
1
Open het scherm Toepassingen en tik op
2
Selecteer een sorteringsoptie.
Een toepassing verplaatsen op het scherm Toepassingen
1
Open het scherm Toepassingen en tik op
2
Raak een item aan en houd het ingedrukt tot het groter wordt en de telefoon trilt.
Sleep het item vervolgens naar de nieuwe locatie.
De statusbalk bovenaan het scherm toont wat er op uw telefoon plaatsvindt. Aan de
linkerkant krijgt u meldingen wanneer er iets nieuw of gaande is. Nieuwe berichten en
agendameldingen verschijnen bijvoorbeeld hier. Aan de rechterkant vindt u de
signaalsterkte, de batterijstatus en andere informatie.
Een meldingslampje geeft de batterijstatusinformatie en enkele meldingen weer. Een groen
knipperend lampje betekent bijvoorbeeld dat er een nieuw bericht of een gemiste oproep
is.
Het meldingslampje werkt mogelijk niet wanneer de batterij bijna leeg is.
Meldingen en lopende activiteiten controleren
U kunt de statusbalk omlaag slepen om het meldingsvenster te openen en meer informatie
te krijgen. Open bijvoorbeeld een nieuw bericht of bekijk een agenda-event vanuit het
meldingsvenster. U kunt ook actieve toepassingen openen, zoals de muziekplayer.
Het meldingsvenster openen
•
Sleep de statusbalk omlaag.
Het meldingsvenster sluiten
•
Sleep het tabblad onderaan het meldingsvenster omhoog.
Een actieve toepassing openen vanuit het meldingsvenster
12:45
3G
,.
QW E R T Y U I O P
ASDFGHJKL
ZXCVBNM
5
7
1
6432
•
Tik vanuit het meldingsvenster op het pictogram van de actieve toepassing om deze
te openen.
Het paneel Meldingen wissen
•
Tik in het paneel Meldingen op Wissen.
Menu Telefooninstellingen
Uw telefooninstellingen bekijken en wijzigen vanuit het menu Instellingen.
De telefooninstellingen openen
1
Tik vanuit de Startpagina op .
2
Tik op Instellingen.
Tekst invoeren
Het toetsenbord gebruiken
1
Tussen hoofdletters of kleine letters schakelen en caps lock inschakelen. Voor bepaalde talen wordt deze
toets gebruikt om extra tekens in de taal te gebruiken
2 Sluit de toetsenbordweergave
3 Geef getallen en symbolen weer. Houd het aangeraakt om smileys weer te geven
4 Een spatie invoeren
5 Open het menu met invoerinstellingen om bijvoorbeeld de Schrijftalen of de instellingen voor snelle
tekstinvoer te wijzigen
6 Voer een regelterugloop in of bevestig de tekstinvoer
7 Verwijder een teken vóór de cursor
Het toetsenbord weergeven om tekst in te voeren
•
Tik op een tekstinvoerveld.
Het toetsenbord verbergen
•
Druk op of tik op wanneer u tekst invoert.
Het liggende toetsenbord gebruiken
•
Draai de telefoon in de liggende stand wanneer u tekst invoert.
Het toetsenbord ondersteunt deze functie alleen als de liggende stand wordt ondersteund door
de toepassing die u gebruikt en als uw instellingen voor de schermstand zijn ingesteld op
automatisch.
Als u een teken wilt invoeren dat zichtbaar is op het toetsenbord, tikt u op dit teken.
•
Als u een tekenvariant wilt invoeren, raakt u een reguliere teken op het toetsenbord
aan en houdt u deze vast om een lijst met beschikbare opties weer te geven.
Selecteer vervolgens een optie in de lijst. Om bijvoorbeeld "é" in te voeren, raakt u
"e" aan en houd u het ingedrukt tot andere opties verschijnen. Sleep terwijl u uw
vinger op het toetsenbord houdt deze naar"é" en selecteer het.
Schakelen tussen hoofdletters en kleine letters
•
Tik voordat u een letter invoert op om naar hoofdletters te schakelen of vice
versa.
Caps Lock inschakelen
•
Tik voordat u een woord typt op of tot wordt weergegeven.
Cijfers of symbolen invoeren
•
Tik op wanneer u tekst invoert. Er wordt een toetsenbord met cijfers en symbolen
weergegeven.
Een smiley invoegen
1
Raak bij het invoeren van tekst aan en houd deze optie vast.
2
Selecteer een smiley.
Tekens verwijderen
•
Tik om de cursor te plaatsen na het teken dat u wilt verwijderden en tik vervolgens
.
op
Een regelterugloop invoeren
•
Tik wanneer u tekst invoert op om een regelterugloop in te voeren.
Tekst bewerken
1
Houd wanneer u tekst invoert het tekstveld ingedrukt tot het menu Tekst
bewerken wordt weergegeven.
2
Selecteer een optie.
Toetsenbordinstellingen
U kunt instellingen voor het toetsenbord selecteren, zoals de schrijftaal en automatische
voorspelling.
De toetsenbordinstellingen openen
•
Tik op wanneer u tekst invoert. Als u meer dan een schrijftaal hebt geselecteerd,
raakt u in plaats daarvan aan en houdt u deze optie ingedrukt.
De schrijftaal wijzigen
1
Wanneer u tekst invoert, tikt u op of raakt u aan en houdt u het ingedrukt als
u al meer dan één invoertaal hebt geselecteerd.
2
Tik op Schrijftalen en selecteer de schrijftalen die u wilt gebruiken.
Als u meer dan een invoertaal hebt geselecteerd, tikt u op
geselecteerde schrijftalen.
om te schakelen tussen de
Quicktext-instellingen
Bij het invoeren van tekst kunt u toegang krijgen tot een menu Instellingen Snelle tekst
dat u helpt om opties in te stellen voor tekstvoorspelling. U kunt bijvoorbeeld beslissen hoe
u wilt dat uw telefoon woordalternatieven presenteert en woorden corrigeert terwijl u typt
of of de tekstinvoertoepassing inschakelen om nieuwe woorden die u schrijft te onthouden.
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Datum en tijd > Datumnotatie
selecteren.
3
Selecteer een optie.
Instellingen voor beltonen
Een beltoon voor de telefoon instellen
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Geluid > Beltoon telefoon.
3
Selecteer een beltoon.
Aanraaktonen inschakelen
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Geluid.
3
Schakel de selectievakjes Aanraaktonen en Hoorbare selectie in.
Een beltoon voor meldingen selecteren
1
Tik vanuit uw Startpagina op
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Geluid > Beltoon voor
meldingen.
3
Selecteer een beltoon.
.
Het trilalarm instellen
1
Tik vanuit uw Startpagina op
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Geluid.
3
Selecteer Trillen en kies een optie.
.
Scherminstellingen
De schermhelderheid aanpassen
1
Tik vanuit uw Startpagina op
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Weergave > Helderheid.
3
Als u de helderheid wilt verlagen, sleept u de schuifregelaar naar links. Als u deze
wilt verhogen, sleept u de schuifregelaar naar rechts.
4
Tik op OK.
Het helderheidsniveau heeft een invloed op uw batterijprestaties. Voor tips over het verbeteren
van de batterijprestaties raadpleegt u Batterijprestaties op pagina 23.
Het scherm op trillen instellen
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Geluid.
3
Schakel het selectievakje Haptische feedback in. Het scherm trilt nu wanneer u op
zachte toetsen en op bepaalde toepassingen tikt.
De tijd aanpassen gedurende welke de telefoon niet is gebruikt voordat het scherm
wordt uitgeschakeld
1
Tik vanuit uw Startpagina op
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Weergave > Time-out
scherm.
3
Selecteer een optie.
.
.
Als u het scherm snel wilt uitschakelen, drukt u kort op de aan/uit-toets
Het scherm ingeschakeld houden terwijl de telefoon wordt opgeladen
1
Tik vanuit de Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Toepassingen >
Ontwikkeling.
3
Schakel het selectievakje Stand-by in.
Telefoontaal
U kunt een taal selecteren die wordt gebruikt op de telefoon.
De telefoontaal wijzigen
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Taal en toetsenbord > Taal
selecteren.
3
Selecteer een optie.
Als u de verkeerde taal kiest en de menuteksten niet meer kunt lezen, zoekt u en tikt u op het
pictogram Instellingen. Selecteer vervolgens de vermelding naast en selecteer de eerste
vermelding in de volgende menu. U kunt vervolgens de gewenste taal selecteren.
Vliegmodus
In de Vliegmodus worden de netwerk- en radio-ontvangers uitgeschakeld om storing van
gevoelige apparatuur te voorkomen. U kunt echter nog altijd games spelen, naar muziek
luisteren, video's bekijken en andere content, zolang deze content op uw geheugenkaart
wordt opgeslagen. U kunt ook op de hoogte worden gebracht door alarmen als alarmen
zijn geactiveerd.
Als u Vliegmodus inschakelt, reduceert dit het batterijverbruik.
De vliegmodus inschakelen
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Draadloos en netwerken.
3
Schakel het selectievakje Vliegmodus in.
U kunt ook
te openen, drukt u op de aan-/uit-toets en houd u deze vast .
Vliegmodus selecteren in het menu Telefoonopties. Om het menu Telefoonopties
Batterij
Uw Android™-telefoon houdt u verbonden en bijgewerkt, waar u ook bent. Dit beïnvloedt
de levensduur van de batterij van uw telefoon. Hieronder vindt u enkele tips voor het
verlengen van de levensduur van de batterij en toch verbonden en up-to-date te blijven.
Batterijprestaties
Stand-bytijd, een term die veel wordt gebruikt bij batterijprestaties, verwijst naar de tijd waarin
de telefoon met het netwerk is verbonden en niet wordt gebruikt. Hoe langer de telefoon in de
stand-bystand staat, des te langer de batterij meegaat.
Aan de hand van de volgende tips kunt u ervoor zorgen dat de batterij langer meegaat:
•
Laad de telefoon vaak op. Dit heeft geen invloed op de levensduur van de batterij.
•
Gegevens van het internet downloaden verbruikt veel energie. Wanneer u het internet niet
gebruikt, kunt u energie besparen door alle gegevensverbindingen via mobiele netwerken
uit te schakelen. U kunt dit doen vanuit de Draadloze en netwerkinstellingen. Bij deze
instelling kunt u niet verhinderen dat uw telefoon gegevens verzendt via andere draadloze
netwerken.
•
Schakel GPS, Bluetooth™ en Wi-Fi® uit wanneer u deze functies niet nodig hebt. U kunt
ze gemakkelijker in- en uitschakelen door de widget Energiebeheer aan uw Startpagina toe
te voegen. U hoeft 3G niet uit te schakelen.
Stel uw synchronisatietoepassingen (die worden gebruikt om uw e-mail, agenda en
contacten te synchroniseren) in op handmatig synchroniseren. U kunt de telefoon ook
automatisch laten synchroniseren, maar vergroot in dat geval het interval.
•
Controleer het menu batterijgebruik op de telefoon om te zien welke toepassingen de
meeste energie gebruiken. Uw batterij verbruikt meer energie wanneer u toepassingen voor
het streamen van video en muziek, zoals YouTube™, gebruikt. Bepaalde Android
Market™-toepassingen verbruiken ook meer energie.
•
Sluit toepassingen af die u niet gebruikt. Multitasken heeft namelijk een nadelige invloed op
de batterijprestaties.
•
Verlaag het helderheidsniveau van de schermweergave.
•
Schakel uw telefoon uit of gebruik Vliegmodus als u zich in een gebied zonder
netwerkdekking bevindt. Als u dit niet doet, zoekt de telefoon steeds opnieuw naar
beschikbare netwerken en dat kost energie.
•
Gebruik een headsetapparaat om naar muziek te luisteren. Dit verbruikt minder
batterijvermogen dan wanneer u naar muziek luistert via de luidsprekers van de telefoon.
Bezoek www.sonyericsson.com/support voor meer informatie over hoe u uw batterijprestaties
kunt maximaliseren.
Het menu batterijgebruik openen
1
Tik vanuit de Startpagina op .
2
Zoek en tik op Instellingen > Over de telefoon > Accugebruik om te zien welke
geïnstalleerde toepassingen het meeste batterijvermogen gebruiken.
De widget statusschakelaar aan uw startpagina toevoegen
1
Druk vanuit uw Startpagina op
2
Tik op Toevoegen > Widgets.
3
Selecteer de widget Status wijzigen. U kunt nu uw gegevensverbindingen
.
gemakkelijker in- en uitschakelen.
De widget Energiebeheer aan uw startpagina toevoegen
1
Druk vanuit uw Startpagina op .
2
Tik op Toevoegen > Widgets.
3
Selecteer de widget Energiebeheer. U kunt Wi-Fi™, Bluetooth en GPS nu
gemakkelijker in- en uitschakelen.
Status batterij-LED
Groen
Knippert roodHet batterijniveau is laag
OranjeDe batterij wordt opgeladen. Het batterijniveau ligt tussen laag en volledig opgeladen
Het batterijniveau controleren
1
Tik vanuit de Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Over de telefoon > Status.
De batterij is volledig opgeladen
Geheugen
U kunt inhoud opslaan op een geheugenkaart en in het telefoongeheugen. Muziek,
videoclips en foto's worden opgeslagen op de geheugenkaart. Toepassingen, contacten
en berichten worden opgeslagen in het telefoongeheugen.
Geheugenkaart
U moet de geheugenkaart mogelijk afzonderlijk aanschaffen.
De telefoon biedt ondersteuning voor microSD™-kaarten. Deze kaarten worden gebruikt
voor media-inhoud. Dit type kaart kan ook in andere compatibele apparaten worden
gebruikt als draadbare geheugenkaart.
Zonder geheugenkaart kunt u de camera niet gebruiken en kunt u geen muziekbestanden of
videoclips afspelen of downloaden.
De geheugenkaart formatteren
U kunt de geheugenkaart formatteren op uw telefoon, bijvoorbeeld om geheugen vrij te
maken. Dit betekent dat u alle gegevens op de kaart wist.
Alle content op de geheugenkaart wordt gewist wanneer u deze formatteert. Zorg dat u een backup maakt van alle zaken die u wilt behouden voordat u de geheugenkaart formatteert. Als u een
back-up wilt maken van uw content, kunt u deze kopiëren naar de computer. Zie voor meer
informatie het hoofdstuk Uw telefoon aansluiten op een computer op pagina 93.
De geheugenkaart formatteren
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Opslagruimte > SD-kaart
ontkoppelen.
3
Nadat u de geheugenkaart hebt ontkoppeld, tikt u op SD-kaart wissen.
Draagbare stereoheadset
Een headset gebruiken
1
Sluit een draagbare headset aan.
2
Als u een gesprek wilt beantwoorden, drukt u op de toets voor afhandeling van
gesprekken. Als u muziek beluistert, wordt de muziek onderbroken wanneer u een
gesprek ontvangt en hervat wanneer het gesprek is beëindigd.
3
Als u een gesprek wilt beëindigen, drukt u op de toets voor afhandeling van
gesprekken.
Als er geen draagbare headset bij de telefoon is geleverd, kunt u deze afzonderlijk aanschaffen.
Instellingen voor internet en berichten
Als u SMS- en MMS-berichten wilt verzenden en toegang wilt hebben tot internet, moet u
over een mobiele 2G/3G-gegevensverbinding beschikken en de juiste instellingen
configureren. Er zijn verschillende manieren om deze instellingen op te halen:
•
Voor de meeste mobiele telefoonnetwerken en operators worden de instellingen voor
internet en berichten vooraf op de telefoon geïnstalleerd. U kunt vervolgens direct internet
gebruiken en berichten verzenden.
In sommige gevallen hebt u de mogelijkheid om instellingen voor internet en berichten te
downloaden wanneer u de telefoon voor de eerste keer inschakelt. Het is ook mogelijk om
deze instellingen later te downloaden via het menu Instellingen.
•
U kunt op elk moment handmatig instellingen voor internet en berichten op uw telefoon
toevoegen en wijzigen. Neem contact op met uw netwerkoperator voor gedetailleerde
informatie over de instellingen voor internet en berichten.
Instellingen voor internet en berichten downloaden
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Sony Ericsson > Instellingen
downloaden.
De huidige APN (Access Point Name) weergeven
1
Tik vanuit de Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Draadloos en netwerken >
Mobiele netwerken.
3
Tik op Namen toegangspunten.
Als er meerdere verbindingen beschikbaar zijn, wordt de actieve netwerkverbinding aangegeven
met een gemarkeerde knop aan de rechterkant.
Internetinstellingen handmatig configureren
1
Tik vanuit de Startpagina op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken > Mobiele netwerken
.
> Namen toegangspunten.
3
Druk op
4
Tik op Nieuwe APN .
5
Tik op Naam en voer de naam in voor het netwerkprofiel dat u wilt maken.
6
Tik op APN en voer de naam van het toegangspunt in.
7
Tik op de verschillende items en voer alle overige informatie in die vereist is door uw
.
netwerkoperator.
8
Druk op
en tik op Opslaan.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor gedetailleerde informatie over de
netwerkinstellingen.
De standaardinstellingen voor internet herstellen
1
Tik vanuit de Startpagina op .
2
Tik op Instellingen > Draadloos en netwerken > Mobiele netwerken > APN's.
3
Druk op
4
Tik op Standaardinstellingen.
.
Gebruiksinformatie
Voor kwaliteitsdoeleinden verzamelt Sony Ericsson anonieme bugrapporten en statistieken
over uw telefoongebruik. Geen van de verzamelde informatie bevat persoonlijke gegevens.
De optie voor het verzenden van gebruikersinformatie wordt standaard niet geactiveerd.
Als u dat wilt, kunt u het echter activeren.
Gebruiksinformatie verzenden
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Sony Ericsson >
Gebruiksinfo.
3
Schakel het selectievakje Gebruiksinfo verzenden in.
Gegevensverkeer uitschakelen
U kunt alle gegevensverbindingen via 2G-/3G-netwerken uitschakelen met uw telefoon om
ongewenste downloads en synchronisaties te voorkomen. Neem contact op met uw
netwerkoperator als u gedetailleerde informatie nodig hebt over uw abonnement en de
kosten van gegevensverkeer.
Wanneer gegevensverkeer is uitgeschakeld, kunt u nog altijd Wi-Fi™- en Bluetooth™verbindingen gebruiken. U kunt ook MMS-berichten verzenden en ontvangen.
Alle gegevensverkeer uitschakelen
1
Tik vanuit uw Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Draadloos en netwerken >
Mobiele netwerken.
3
Schakel het selectievakje Gegevenstoegang aan uit.
Gegevensroaming
Afhankelijk van uw netwerkoperator is het mogelijk om mobiele gegevensverbindingen via
2G/3G tot stand te brengen buiten uw thuisnetwerk (roaming). Er kunnen kosten voor
gegevensoverdracht in rekening worden gebracht. Neem contact op met uw
netwerkoperator voor meer informatie.
Toepassingen kunnen soms de internetverbinding gebruiken in uw thuisnetwerk zonder dat
hiervan melding wordt gemaakt. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij het verzenden van zoek- en
synchronisatieverzoeken. Er kunnen extra kosten voor dataroaming van toepassing zijn. Neem
contact op met uw serviceprovider.
Gegevensroaming activeren
1
Tik vanuit de Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Draadloos en netwerken >
Mobiele netwerken.
3
Schakel het selectievakje Gegevensroaming in.
U kunt gegevensroaming niet activeren wanneer gegevensverbindingen zijn uitgeschakeld
Netwerkinstellingen
Uw telefoon schakelt automatisch tussen netwerken, afhankelijk van de beschikbaarheid.
Bij sommige netwerkoperators kunt u handmatig overschakelen naar een ander netwerk,
bijvoorbeeld als u naar het buitenland reist en gebruik wilt maken van een bepaald netwerk.
Alleen GSM-netwerken gebruiken
1
Tik vanuit de Startpagina op .
2
Zoek de volgende opties en tik erop: Instellingen > Draadloos en netwerken >
Mobiele netwerken.
3
Tik op Netwerkmodus.
4
Selecteer Alleen GSM.
Handmatig een ander netwerk selecteren
1
Tik vanuit de Startpagina op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken > Mobiele netwerken
> Mobiele providers.
3
Tik op Zoekmodus.
4
Tik op Handmatig selecteren wanneer een pop-upvenster verschijnt.
5
Selecteer een netwerk.
Als u handmatig een netwerk zoekt, wordt er op de telefoon niet naar andere netwerken gezocht,
zelfs wanneer u zich buiten het bereik van het geselecteerde netwerk begeeft.
De telefoon ondersteunt internationale alarmnummers, bijvoorbeeld 112 of 911. Dit houdt
in dat u deze nummers normaal vanuit elk land kunt bellen om een noodoproep te doen,
met of zonder SIM-kaart in het toestel, zolang u zich binnen het bereik van een netwerk
bevindt.
Een alarmnummer bellen
1
Tik vanuit uw Startpagina op Telefoon.
2
Voer het alarmnummer in en tik op Oproep. Als u een nummer wilt verwijderen, tikt
u op .
U kunt noodoproepen plaatsen zonder dat er een SIM-kaart is geplaatst.
Een noodnummer bellen terwijl de SIM-kaart is vergrendeld
1
Tik op Noodoproep.
2
Voer het alarmnummer in en tik op Oproep. Als u een nummer wilt verwijderen, tikt
u op
Afhandeling van oproepen
.
Een gesprek tot stand brengen
1
Tik vanuit uw Startpagina op
2
Voer het nummer van de ontvanger in en tik op Oproep. Als u een nummer wilt
verwijderen, tikt u op
Een gesprek beëindigen
•
Tik op Beëindigen.
Een internationaal gesprek voeren
1
Tik vanuit uw Startpagina op Telefoon.
2
Raak 0 aan en houd deze waarde vast tot er een plusteken (+) wordt weergegeven.
3
Voer de landcode, het netnummer (zonder de eerste 0) en het telefoonnummer in.
Tik vervolgens op Oproep.
Een gesprek beantwoorden
•
Sleep
Als u een normale hoofdtelefoon zonder microfoon gebruikt, moet u de hoofdtelefoon uit de
headsetaansluiting verwijderen voordat u de oproep kunt beantwoorden.
Een gesprek weigeren
•
Sleep
naar rechts over het scherm.
naar links over het scherm.
.
.
Het volume van de oorspeaker veranderen tijdens een oproep
Tik tijdens het gesprek op Toetsenblok. Er wordt een toetsenblok weergegeven.
2
Voer cijfers in.
De beltoon voor een inkomende oproep dempen
•
Druk op de volumetoets als u een oproep ontvangt.
Recente oproepen
In het oproeplogboek vindt u onlangs gemiste , ontvangen en gekozen oproepen.
Uw gemiste gesprekken weergeven
1
Als u een gemiste gesprek hebt, wordt
statusbalk omlaag.
2
Tik op Oproep gemist.
Een nummer uit uw oproeplogboek bellen
1
Tik vanuit de Startpagina op Telefoon > Gesprek.
2
Tik op
voordat u het belt, tikt u op het gewenste nummer, houdt u het ingedrukt en
selecteert u een optie.
naast het nummer dat u direct wilt bellen. Als u een nummer wilt bewerken
in de statusbalk weergegeven. Sleep de
Een nummer uit het oproeplogboek toevoegen aan uw contacten
1
Tik vanuit uw Startpagina op Telefoon > Gesprek.
2
Raak het nummer aan en houd het vast en tik op Toevoegen aan Contacten.
3
Tik op het gewenste contact of tik op Nieuw contact maken.
4
Bewerk de contactgegevens en tik op Gereed.
Voicemail
Als uw abonnement een voicemailservice omvat, dan kunnen bellers spraakberichten voor
u achterlaten, wanneer u gesprekken niet kunt beantwoorden. Uw
voicemailservicenummer wordt doorgaans op uw simkaart opgeslagen. Als dit niet het
geval is, kunt u het nummer krijgen bij uw serviceprovider en het handmatig invoeren.
Uw voicemailnummer invoeren
1
Tik vanuit de Startpagina op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Oproepinstellingen > Instellingen voor
voicemail > Voicemailnummer.
3
Voer uw voicemailnummer in.
4
Tik op OK.
Uw voicemailservice bellen
1
Tik vanuit uw Startpagina op Telefoon.
2
Raak 1 aan en houd deze waarde ingedrukt.
.
Meerdere gesprekken
Als u de wisselgespreksfunctie hebt geactiveerd, kunt u meerdere gesprekken tegelijk
verwerken. Als u de functie hebt geactiveerd, klinkt er een pieptoon wanneer u nog een
gesprek ontvangt.