Sony STR-LSA1 User Manual [nl]

FM Stereo
S200
TM
FM-AM Receiver
4-227-587-71(1)
Bruksanvisning
NL
SE
STR-LSA1
2000 Sony Corporation
WAARSCHUWING
Voorzorgsmaatregelen
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen.
Open nooit de behuizing, om gevaar voor elektrische schokken te vermijden. Laat reparaties aan de erkende vakhandel over.
Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
Veiligheid
Mocht er vloeistof of een voorwerp in de tuner/versterker terechtkomen, trek dan de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat eerst nakijken door een deskundige, alvorens het weer in gebruik te nemen.
Stroomvoorziening
• Controleer voor het aansluiten van de tuner/versterker eerst of de bedrijfspanning ervan wel overeenkomt met de plaatselijke netspanning. De bedrijfsspanning staat aangegeven op het naamplaatje aan de onderzijde van het apparaat.
• Zolang het netsnoer op het stopcontact is aangesloten, blijft er spanning op het apparaat staan, zelfs nadat het apparaat is uitgeschakeld.
• Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact wanneer u denkt de tuner/ versterker geruime tijd niet te zullen gebruiken. Om de aansluiting op het stopcontact te verbreken, mag u uitsluitend aan de stekker trekken; trek nooit aan het snoer.
• Indien het netsnoer vervangen moet worden, mag dit alleen uitgevoerd worden door een erkend onderhoudscentrum.
Bediening
Alvorens u enige aansluiting op de tuner/ versterker maakt, schakelt u eerst het apparaat uit en trekt u de stekker uit het stopcontact.
Reiniging
Gebruik voor het reinigen van de ombouw, het voorpaneel en de bedieningsorganen een zachte doek, licht bevochtigd met wat milde vloeibare zeep. Gebruik geen schuurspons, schuurmiddelen of vluchtige stoffen zoals spiritus of benzine.
De batterij in de afstandsbediening vervangen
Trek de batterijhouder uit de afstandsbediening en plaats er een nieuwe CR2025 lithiumbatterij in, met de + kant boven. Schuif dan de batterijhouder weer in de afstandsbediening.
CR2025 lithiumbatterij
1
2
1 Indrukken. 2 Uitschuiven.
Opstelling
• Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast.
• Zet de tuner/versterker op een goed geventileerde plaats, met rondom vrije luchtdoorstroming, om oververhitting van de inwendige onderdelen te voorkomen, in het belang van een langdurige betrouwbare werking.
• Plaats de tuner/versterker niet in de buurt van een warmtebron of in direct zonlicht. Vermijd tevens plaatsen met veel stof, vocht en mechanische trillingen of schokken.
• Een naamplaatje met de voornaamste gegevens bevindt zich aan de onderkant van het apparaat.
WAARSCHUWING
Bij onjuiste vervanging van de batterij zou deze kunnen ontploffen. Vervang de batterij slechts door een van hetzelfde of een gelijkwaardig type, zoals aanbevolen door de fabrikant. Gooi lege of gebruikte batterijen niet met het huisvuil weg, maar lever ze in als klein chemisch afval.
Mocht u na het doorlezen van de gebruiksaanwijzing nog vragen over of problemen met de tuner/versterker hebben, aarzel dan niet contact op te nemen met de dichtstbijzijnde Sony handelaar.
NL
2
Omtrent deze handleiding
De aanwijzingen in deze handleiding gelden voor het model STR-LSA1.

INHOUDSOPGAVE

Aansluiten van uw stereo-
Algemene opzet
• De aanwijzingen in de tekst beschrijven de bediening met de toetsen op de tuner/versterker zelf. U kunt echter ook de toetsen van de afstandsbediening gebruiken met dezelfde of soortgelijke namen als die op de tuner/versterker; waar de namen verschillen, wordt die op de afstandsbediening tussen haakjes vermeld. Bijvoorbeeld: Draai aan de VOLUME knop (of druk enkele malen op de VOL +/– toetsen van de afstandsbediening).
• In deze gebruiksaanwijzing zult u de onderstaande symbolen aantreffen:
Z Dit symbool verschijnt bij functies waarvoor u de
afstandsbediening nodig hebt.
z Dit symbool vestigt uw aandacht op handige tips,
die de bediening vergemakkelijken.
installatie 4
Uitpakken 4 Aansluiten van de antennes 5 Audio-componenten aansluiten 6 Aansluiten van de luidsprekers 7
Basisbediening 8
Voor u de tuner/versterker inschakelt 8 Keuze van de geluidsbron 8
Bedieningsorganen 10
Bedieningsorganen op het voorpaneel 10 Toetsen op de afstandsbediening 12
Bijregelen van de geluidsweergave 14
Instellen van de klankkleur-parameters 15
Radio-ontvangst 17
Handmatig afstemmen 18 Automatische afstemming 19 Geheugenafstemming 19
NL
Overige bedieningsfuncties 21
Naamgeving van voorkeurzenders en beeld/
geluidsbronnen 22 Opnemen 23 Instellen van de helderheid van het
uitleesvenster 23 Automatisch uitschakelen met de
sluimerfunctie 24 Andere instellingen via het Setup Menu 24 Betreffende het i.LINK systeem 26
Aanvullende informatie 28
Verhelpen van storingen 28 Technische gegevens 30 Mededelingen in het uitleesvenster 31
NL
3
Aansluiten van

Uitpakken

uw stereo­installatie
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u diverse geluidsbronnen aansluit op de tuner/versterker. Lees vooral de relevante paragrafen voor uw apparatuur alvorens u enig apparaat op de tuner/versterker gaat aansluiten.
Controleer of het onderstaande toebehoren compleet bij de tuner/versterker is meegeleverd.
• AM kaderantenne (1)
• Afstandsbediening (1)
Voor het gebruik van de bijgeleverde afstandsbediening
Bij aflevering is er al een batterij in de afstandsbediening aanwezig. Voor u de afstandsbediening kunt gebruiken, trekt u eerst het plastic isolatievel er uit, zodat de batterij stroom kan leveren.
Schade door batterijlekkage voorkomen
Verwijder de batterij uit de afstandsbediening wanneer u denkt deze voorlopig niet te gebruiken; dit om schade door eventuele batterijlekkage te voorkomen.
z
Wanneer de batterij te vervangen
Onder normale omstandigheden zal de batterij ongeveer 6 maanden meegaan. Als u de tuner/versterker niet langer op afstand kunt bedienen, vervangt u de batterij door een nieuwe.
Opmerkingen over de lithiumbatterij
• Houd de lithiumbatterij vooral buiten het bereik van kinderen. Mocht een kind de batterij inslikken, raadpleeg dan onmiddellijk een arts.
• Veeg de batterij voor het aanbrengen schoon met een droog doekje, om een optimaal contact te verzekeren.
• Let bij het inleggen van de lithiumbatterij goed op de juiste polariteit van plus en min.
• Pak de batterij nooit met een metalen tang of pincet vast, aangezien dit kortsluiting van de polen kan veroorzaken.
WAARSCHUWING
Bij misbruik kan de batterij ontploffen. Niet demonteren, opladen of in het vuur werpen.
Alvorens met aansluiten te beginnen
• Schakel eerst alle betrokken apparatuur uit, alvorens u
begint met het aansluiten ervan.
• Sluit de netsnoeren van de apparatuur pas op het
stopcontact aan nadat alle andere aansluitingen in orde zijn.
• Zorg dat alle aansluitingen stevig vast zitten, om brom
en andere bijgeluiden te voorkomen.
• Verwissel bij de audio-aansluitsnoeren links en rechts
niet, maar sluit elke gekleurde stekker aan op een stekkerbus van dezelfde kleur: wit (audio links) op wit en rood (audio rechts) op rood.
NL
4

Aansluiten van de antennes

Aansluiten van uw stereo-installatie
AM kaderantenne (bijgeleverd)
ANALOG IN
RL
i.LINK S200
v v
Antenne-aansluitingen
Verbind de met de
AM kaderantenne AM aansluitklemmen FM antenne 75 COAXIAL FM stekkerbus
Aansluiten van een FM antenne
Sluit via een 75-ohm coaxiaalkabel (niet bijgeleverd) een FM buitenantenne aan op de tuner/versterker, zoals hieronder aangegeven.
75
COAXIAL
FM
U
ANTENNA
+
RL
AM
+
IMPEDANCE
SPEAKERS
USE 4-16
Na het aansluiten van de antennes
Om het oppikken van stoorsignalen te voorkomen, mag u de AM kaderantenne niet te dicht bij de tuner/versterker of andere apparatuur zetten.
FM buitenantenne
Tuner/versterker
75
U
COAXIAL
FM
ANTENNA
AM
Aardleiding (niet bijgeleverd)
naar een aardpunt
Belangrijk
Als u de tuner/versterker aansluit op een buitenantenne, dient deze geaard te worden, ter bescherming tegen blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit aan op een gasleiding; gezien de kans op een gasexplosie is dit uiterst gevaarlijk.
NL
5

Audio-componenten aansluiten

Aansluiten van uw stereo-installatie
Cassettedeck
enz.
LINE OUT
LINE OUT
L
L
R
R
L
ANALOG IN
RL
Minidisc-
recorder
enz.*
i.LINK
;
i.LINK S200
v v
Compact disc
speler enz.*
i.LINKi.LINK
;
Vereiste aansluitsnoeren
i.LINK snoeren (niet bijgeleverd)
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
wit (L) wit (L) rood (R) rood (R)
+
75
COAXIAL
FM
U
ANTENNA
RL
AM
+
IMPEDANCE
SPEAKERS
USE 4-16
Het maakt niet uit welk apparaat u op welke i.LINK S200 stekkerbus
*
aansluit.
Stekkerbussen voor het aansluiten van uw i.LINK componenten
Sluit een aan op de
minidisc-recorder, compact i.LINK S200 stekkerbussen disc speler enz.
Betreffende de i.LINK aansluitingen
Let op dat er geen metalen voorwerp in een i.LINK S200 stekkerbus terechtkomt, want dat zou kortsluiting en defecten in de apparatuur kunnen veroorzaken.
Betreffende de los verkrijgbare i.LINK aansluitsnoeren
Gebruik voor deze aansluitingen altijd Sony i.LINK S200 aansluitsnoeren (4-polig – 4-polig).
i.LINK componenten die geschikt zijn voor aansluiting op deze tuner/versterker
Op deze tuner/versterker kunt u de volgende i.LINK componenten aansluiten.
• MDS-LSA1 minidisc-recorder
• CDP-LSA1 compact disc speler
z
Nadere bijzonderheden over het i.LINK aansluitsysteem
Zie de beschrijving onder “Betreffende het i.LINK systeem” op blz. 26.
Stekkerbussen voor het aansluiten van andere audio-apparatuur
Sluit een aan op de
Cassettedeck enz. ANALOG IN stekkerbussen
NL
6

Aansluiten van de luidsprekers

Vereiste aansluitsnoeren
Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd)
Eén per luidspreker
(+) (+) (–) (–)
ANALOG IN
RL
i.LINK S200
v v
Luidspreker-aansluitingen
Verbind de met de
Luidsprekers (4 tot 16 ohm) SPEAKERS stekkerbussen
Linker
luidspreker (L)
E
+
IMPEDANCE
USE 4-16
SPEAKERS
e
75
COAXIAL
FM
U
ANTENNA
Rechter
luidspreker (R)
E
+
RL
AM
e
Zorg dat de gestripte uiteinden van de luidsprekerdraden elkaar niet raken; laat ze niet zover uitsteken dat ze kortsluiting met andere aansluitpunten kunnen maken.
Aansluiten van uw stereo-installatie
Opmerkingen over het aansluiten van de luidsprekers
• Aan de luidsprekerkant stript u ongeveer 10 mm van de isolatie van het snoer en draait u de kerndraden ineen. Let bij elk snoer op dat u de draden niet verwisselt: sluit + aan op + en – op –. Als de draden verwisseld worden, zal bij weergave de positie van de muziekinstrumenten onduidelijk zijn, terwijl de lage tonen grotendeels zullen ontbreken.
• Als u voorluidsprekers gebruikt met een relatief gering maximaal ingangsvermogen, stel dan de geluidssterkte erg voorzichtig in, om overbelasting van de luidsprekers te vermijden.
Om kortsluiting van de luidsprekers te voorkomen
Kortsluiting in de luidsprekercircuits kan schade aan de tuner/versterker veroorzaken. Om dit te voorkomen, dient u bij het aansluiten van de luidsprekers de volgende aanwijzingen in acht te nemen.
Onjuist aangesloten luidsprekersnoeren
De draad van een luidsprekersnoer raakt een andere aansluitklem.
De gestripte uiteinden van de luidsprekerdraden raken elkaar, omdat er teveel van de isolatie is verwijderd.
NL
7

Basisbediening

?/1
?/1
i
I
VOLUME
JOG MENU

Voor u de tuner/versterker inschakelt

Aansluiten van uw stereo-installatie
In dit hoofdstuk wordt de basisbediening van de tuner/ versterker beschreven.
Aansluiten van het netsnoer
Alvorens u het netsnoer van deze tuner/versterker aansluit op het stopcontact:
• Sluit eerst de luidsprekers aan op de tuner/versterker (zie blz. 7).
Sluit ook de netsnoeren van uw audio-apparatuur aan op een wandstopcontact.
Betreffende de VOLUME regelaar
Om beschadiging van uw luidsprekers te voorkomen, draait u eerst de VOLUME regelaar van de tuner/ versterker geheel naar links, voor of vlak na u de tuner/ versterker inschakelt.

Keuze van de geluidsbron

Volg de onderstaande aanwijzingen om de geluidsbron (weergave-component) te kiezen. Nadat u al uw apparatuur op de tuner/versterker hebt aangesloten, is het aanbevolen deze instelling voor elke geluidsbron eenmaal te maken, om te zien of alles naar behoren werkt.
Instelknop
1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat de
naam van een geluidsbron in het uitleesvenster verschijnt. Draai vervolgens aan de instelknop (of druk enkele malen op de FUNCTION +/– toetsen van de afstandsbediening) om in te stellen op een van de geluidsbronnen (weergave-componenten) die u hebt aangesloten (zoals de minidisc-recorder of de compact disc speler).
3 Schakel de gekozen geluidsbron in en start de
weergave ervan.
4 Draai de VOLUME knop naar rechts (of druk enkele
malen op de VOL + toets van de afstandsbediening) om de geluidssterkte naar
NL
8
wens in te stellen.
z
Controleren welke geluidsbron er wordt weergegeven
Druk op de DISPLAY toets. Als de gekozen geluidsbron­component de CDP-LSA1 of de MDS-LSA1 is, licht de aanduiding “N N n n” enkele seconden lang op in het uitleesvenster van de gekozen component. Deze functie is vooral handig om te controleren welk apparaat u hoort als er twee of meer van dezelfde geluidsbron (bijvoorbeeld twee CD-spelers) op de tuner/versterker zijn aangesloten. Overigens werkt deze functie alleen voor Sony componenten. Zie voor nadere bijzonderheden blz. 24.
z
U kunt de CD-weergave beluisteren tijdens het opnemen van de CD op een minidisc (alleen met de CDP-LSA1 en de MDS-LSA1)
Hiervoor hoeft u tijdens het opnemen enkel voor de geluidsbron de minidisc-recorder te kiezen. Op deze wijze kunt u echter niet meeluisteren tijdens CD­synchroonopname met hoge snelheid.
z
De LINC tussen de tuner/versterker en de geluidsbron wordt
automatisch gelegd
De tuner/versterker opent automatisch een communicatie-LINC met het apparaat dat u als geluidsbron kiest. De LINC wordt ook weer automatisch verbroken wanneer u het apparaat (de tuner/ versterker of de geluidsbron) uitschakelt of wanneer u een andere geluidsbron kiest die niet via het i.LINK systeem is verbonden. Zie voor nadere bijzonderheden over “Een LINC leggen” blz. 27.
Het kiezen of veranderen van de geluidsbron lukt niet.
, De keuze van een geluidsbron is eventjes niet
mogelijk nadat de aansluiting van een component is veranderd. (Hierbij geeft het uitleesvenster “NEW CONNECT” aan.) Er verschijnt “FUNC. Locked” in het uitleesvenster van de tuner/ versterker wanneer u op dat moment probeert een geluidsbron te kiezen.
, De geluidsbron is niet om te schakelen terwijl een
component bezig is een “LINC” te leggen met de tuner/versterker; wanneer bijvoorbeeld de minidisc-recorder een “LINC” communicatiekanaal opent met de tuner/ versterker voor het opnemen van een radio­uitzending op minidisc. De aanduiding “FUNC. Locked” verschijnt in het uitleesvenster van de tuner/versterker wanneer u op dat moment probeert een geluidsbron te kiezen.
Er zijn nog andere omstandigheden waarbij het niet mogelijk is een geluidsbron te kiezen. Let in een dergelijk geval op de foutmelding die in het uitleesvenster verschijnt en lees dan de uitleg onder “Mededelingen in het uitleesvenster” op blz. 31.
Basisbediening
Als u na het volgen van de voorgaande aanwijzingen geen normale geluidsweergave hoort, neem dan de onderstaande lijst met controlepunten even door om te zien hoe u het probleem kunt verhelpen.
Er klinkt geen geluid, ongeacht welke geluidsbron wordt gekozen.
, Controleer of de tuner/versterker en de
aangesloten apparatuur naar behoren zijn ingeschakeld.
, Controleer of de volumeregelaar niet helemaal in
de – dB stand staat teruggedraaid.
, Controleer of alle luidsprekersnoer en naar behoren
zijn aangesloten.
, Druk op de MUTING toets van de
afstandsbediening om de geluiddemping uit te schakelen, zodat het “MUTING” dempingslampje op de tuner/versterker dooft.
Een bepaalde geluidsbron is niet te horen.
, Controleer of de stekker(s) van het aansluitsnoer
aan beide zijden, op de tuner/versterker en het weergave-apparaat zelf, stevig in de stekkerbussen zijn gestoken.
Eén van de luidsprekers geeft geen geluid.
, Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES
stekkerbus om te controleren of de hoofdtelefoon wel goed geluid geeft. Als ook bij de aangesloten hoofdtelefoon slechts via één kanaal geluid te horen is, kan er iets mis zijn met de aansluitingen van het weergave­apparaat op de tuner/versterker. Controleer dan of alle stekkers van het aansluitsnoer aan beide zijden, op de tuner/versterker en de geluidsbron zelf, stevig in de stekkerbussen zijn gestoken. Als de hoofdtelefoon wel via beide kanalen geluid geeft, kan er iets mis zijn met de aansluiting van de niet werkende luidspreker op de tuner/versterker. Controleer dan de aansluitingen van de luidspreker die geen geluid geeft.
De weergave van de linker en rechter luidsprekers klinkt niet evenwichtig.
, Druk enkele malen op de JOG MENU toets totdat
de aanduiding “Sound Menu” in het uitleesvenster verschijnt. Draai vervolgens aan de instelknop totdat de aanduiding “SP. Balance” oplicht en druk dan op de ENTER toets. Daarna kunt u de balans van de linker en rechter luidspreker regelen met de instelknop.
Doet zich een probleem voor dat hierboven niet vermeld staat, zie dan het hoofdstuk “Verhelpen van storingen” op blz. 28.
z
Als er een foutmelding in het uitleesvenster verschijnt
Zie het overzicht op blz. 31.
9
NL
Bedienings­organen
In dit hoofdstuk wordt de plaats en functie van de toetsen en regelaars op het voorpaneel en de bijgeleverde afstandsbediening beschreven.

Bedieningsorganen op het voorpaneel

1 Aan/uit-schakelaar (?/1)
Druk hierop om de tuner/versterker aan of uit te zetten. Om beschadiging van uw luidsprekers te voorkomen, draait u eerst de VOLUME regelaar van de tuner/ versterker geheel naar links, voor of vlak nadat u het apparaat inschakelt.
Spanningslampje (STANDBY)
Dit licht op wanneer de tuner/versterker is uitgeschakeld.
2 Afstandsbedieningssensor
Voor gebruik van de bijgeleverde afstandsbediening richt u die op deze sensor (
3 Sluimerfunctielampje (SLEEP)
Dit licht op bij gebruik van de sluimerfunctie voor automatisch uitschakelen van de tuner/versterker (zie blz. 24).
).
10
NL
4 Digitaalbufferlampje (H.A.T.S.)
Dit licht op bij gebruik van de H.A.T.S. (High-quality digital Audio Transmission System) weergavebuffer (zie blz. 25).
5 Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY)
Door meermalen indrukken van deze toets kunt u kiezen welke informatie er in het uitleesvenster verschijnt, als volgt:
Naam van de geluidsbron
Bij radio-ontvangst via de ingebouwde tuner
Naam van de voorkeurzender
of vaste informatiezendernaam
1) De naam van de geluidsbron of voorkeurzender verschijnt alleen als u een naam hebt ingevoerd voor de betreffende geluidsbron (zie blz. 22).
2) Als de naam niet bekend is, wordt de categorie van het apparaat aangegeven (bijv. “CD” of “MD”). Als ook de categorie niet bekend is, verschijnt de aanduiding “Unknown”.
3) De vaste zendernaam verschijnt alleen tijdens RDS ontvangst (zie blz. 18).
Als u op de DISPLAY toets drukt terwijl de Ping geluidsbron-identificatie is ingeschakeld, dan licht de aanduiding “N N n n” enkele seconden lang op in het uitleesvenster van de gekozen component (zie blz. 25).
v
v
Type geluidsbron
v
v
Afstemfrequentie
1)
2)
1)
3)
A
BECD GFHJKLI
STANDBY SLEEP H.A.T.S
?/1
DISPLAY
NM
6 Uitleesvenster
Hierin wordt allerlei nuttige informatie aangegeven.
7 Afstemband-keuzetoets (BAND/<)
Hiermee kiest u de FM of AM afstemband. Als u op deze toets drukt terwijl de tuner/versterker nog uit staat, wordt het apparaat automatisch ingeschakeld en afgestemd op de laatst ontvangen radiozender. Tevens kunt u met deze toets de cursor naar links verplaatsen bij het invoeren van een zelf gekozen naam voor een van uw geluidsbronnen of voorkeurzenders.
8 Afstemfunctie-keuzetoets (TUNE MODE/>)
Na keuze van de ingebouwde tuner kunt u hiermee de afstemfunctie kiezen. De afstemfunctie wordt als volgt in het uitleesvenster aangegeven:
Voor gebruik van Drukt u net zovaak op de TUNE
MODE toets tot u de aanduiding ziet:
Handmatige afstemming MANUAL Automatische afstemming AUTO Geheugenafstemming PRESET
Tevens kunt u met deze toets de cursor naar rechts verplaatsen bij het invoeren van een zelf gekozen naam voor een van uw geluidsbronnen of voorkeurzenders.
9 Instelknop
Draai hieraan om in te stellen op een geluidsbron, af te stemmen op een radiozender, uw voorkeurzenders vast te leggen, zelf gekozen namen in te voeren of instellingen te veranderen.
q; Instelfunctie-keuzetoets (JOG MENU)
Druk enkele malen op deze toets om de functie van de instelknop te kiezen. De functie van de knop wordt als volgt in het uitleesvenster aangegeven:
TUNE MODE JOG MENU
i
BAND
I
ENTER
VOLUME
MUTING
Voor Drukt u net zovaak op de JOG
MENU toets totdat u in het uitleesvenster ziet:
Keuze van een geluidsbron De naam van een geluidsbron Bijregelen van de weergave Het “Sound Menu” Andere instellingen Het “Setup Menu” Ontvangst van een radio-
uitzending*
Dit werkt alleen als er al is gekozen voor de ingebouwde tuner.
*
De zendernaam of afstemfrequentie
Wanneer de naam van een geluidsbron wordt aangegeven
Dan draait u aan de instelknop om in te stellen op de gewenste geluidsbron.
Wanneer het “Sound Menu” wordt aangegeven
Dan kunt u de instelknop en de ENTER toets gebruiken om de geluidsweergave bij te regelen (zie blz. 14).
Wanneer het “Setup Menu” wordt aangegeven
Dan kunt u de instelknop en de ENTER toets gebruiken om voorkeurzenders in het afstemgeheugen vast te leggen (zie blz. 19), om namen in te voeren voor de vastgelegde zenders of de aangesloten geluidsbronnen (zie blz. 22) of om andere instellingen te maken (zie blz. 24).
Wanneer er een zendernaam of afstemfrequentie verschijnt
Dan kunt u de instelknop gebruiken om in te stellen op een voorkeurzender (zie blz. 20) of om een andere zender te kiezen met handmatige afstemming (zie blz. 18) of automatisch afstemming (zie blz. 19).
qa Invoertoets (ENTER)
Druk hierop om een met de instelknop gekozen instelling vast te leggen.
qs Volumeregelaar (VOLUME)
Na het kiezen van de gewenste geluidsbron draait u hieraan om de geluidssterkte te regelen.
qd Dempingslampje (MUTING)
Dit lampje licht op wanneer de MUTING dempingstoets op de bijgeleverde afstandsbediening is ingedrukt.
Bedieningsorganen
qf Hoofdtelefoon-aansluiting (i)
Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten. Bij het aansluiten van een hoofdtelefoon wordt de weergave via de luidsprekers automatisch gedempt.
11
NL

Toetsen op de afstandsbediening

O
N M
Bedieningsorganen
L
K
J
SHIFT
DISPLAY
FM MODE
SLEEP
TUNER
BAND
PRESET
DIMMER
+
CD
NX x
.>
MD
N
.>
EQ
+
BASS
Xx
+
MID
+
TREBLE
AQP
RECEIVER
?/1
+
FUNCTION
+
VOL
MUTING
EQ
BANK
B
C
D
E
F
1 Aan/uit-toets (?/1)
Druk hierop om de tuner/versterker aan of uit te zetten. Bij uitschakelen van de tuner/versterker gaat het STANDBY spanningslampje op het voorpaneel branden. Om beschadiging van uw luidsprekers te voorkomen, draait u eerst de VOLUME regelaar van de tuner/ versterker geheel naar links, voor of vlak nadat u het apparaat inschakelt.
2 Geluidsbron-keuzetoetsen (FUNCTION +/–)
Druk enkele malen op deze toetsen om in te stellen op de geluidsbron die u wilt horen.
3 Stereo/mono-keuzetoets (FM MODE)
Als de “STEREO” aanduiding in het uitleesvenster knippert en de FM stereo uitzending niet erg helder klinkt, drukt u deze toets in. Dan geeft het uitleesvenster “MONO” aan en zult u geen stereo­effect meer horen, maar het geluid zal wel beter klinken.
4 Volumetoetsen (VOL +/–)
Druk op deze toetsen om de geluidssterkte te regelen.
5 Dempingstoets (MUTING)
Druk hierop om het geluid van de tuner/versterker te dempen. Wanneer het geluid gedempt is, licht het “MUTING” dempingslampje op de tuner/versterker op.
H
GI
6 Equalizer-keuzetoets (EQ BANK)
Druk enkele malen op deze toets om een equalizer­instelling uit het geheugen te kiezen.
7 Hogetonen-regeltoetsen (TREBLE +/–)
Na keuze van een vaste equalizer-instelling kunt u met deze toetsen de hoge tonen naar wens bijregelen.
8 Middentonen-regeltoetsen (MID +/–)
Na keuze van een vaste equalizer-instelling kunt u met deze toetsen de middentonen naar wens bijregelen.
9 Lagetonen-regeltoetsen (BASS +/–)
Na keuze van een vaste equalizer-instelling kunt u met deze toetsen de lage tonen naar wens bijregelen.
12
NL
q; Minidisc-bedieningstoetsen
Met deze toetsen kunt u een Sony minidisc-recorder bedienen.
Minidisc-weergavetoets (MD N)
Druk hierop om een minidisc weer te geven.
Minidisc-pauzetoets (MD X)
Druk hierop om de minidisc-weergave te pauzeren.
qg Sluimerfunctietoets (SLEEP)
Druk hierop om de tuner/versterker met de sluimerfunctie automatisch te laten uitschakelen. Bij gebruik van de sluimerfunctie licht het SLEEP indicatorlampje op de tuner/versterker op.
qh Lichtdimtoets (DIMMER)
Druk enkele malen op deze toets om de helderheid van het uitleesvenster naar wens in te stellen.
Minidisc-stoptoets (MD x)
Druk hierop om de minidisc-weergave te stoppen.
Minidisc-zoektoetsen (MD ./>)
Druk hierop om een muziekstuk op de minidisc op te zoeken.
Opmerking
Deze afstandsbediening verzendt Sony MD1 codes.
qa CD-bedieningstoetsen
Met deze toetsen kunt u de Sony compact disc speler bedienen die door de tuner/versterker wordt herkend als “CD1”.
CD-weergavetoets (CD N)
Druk hierop om een compact disc weer te geven.
CD-pauzetoets (CD X)
Druk hierop om de CD-weergave te pauzeren.
CD-stoptoets (CD x)
Druk hierop om de CD-weergave te stoppen.
CD-zoektoetsen (CD ./>)
Druk hierop om een muziekstuk op de compact disc op te zoeken.
qj Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY)
Druk enkele malen op deze toets om de gewenste informatie in het uitleesvenster te zien. Deze toets heeft dezelfde functie als de DISPLAY toets op de tuner/versterker zelf (5 op blz. 10).
Bedieningsorganen
Opmerking
Deze afstandsbediening verzendt Sony CD1 codes.
qs Voorkeurzendertoetsen (PRESET +/–)
Druk enkele malen op deze toetsen om af te stemmen op de gewenste voorkeurzender.
qd Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT)
Hiermee kiest u een groep voorkeurzenders in het afstemgeheugen.
qf Afstemband-keuzetoets (BAND)
Hiermee kiest u de FM of AM afstemband. Als u op deze toets drukt terwijl de tuner/versterker nog uit staat, wordt het apparaat automatisch ingeschakeld en afgestemd op de laatst ontvangen radiozender.
13
NL
Bijregelen van de
Het bijregelen van de geluidsweergave werkt via het Sound Menu. Voor de diverse instellingen omvat het Sound Menu de volgende submenu’s:
geluidsweergave
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u via het “Sound Menu” de equalizer-parameters en de luidsprekerbalans optimaal kunt instellen. De bijgeregelde equalizer­parameters kunnen in het klankbeeld­geheugen van de tuner/versterker worden bewaard zodat u ze kunt blijven gebruiken.
EQ BANK keuze-submenu
Negen verschillende klankbeeldinstellingen in het geheugen kunnen via dit submenu worden opgeroepen en geactiveerd. De mogelijkheden EQ1 t/m 5 bieden plaats aan vijf drie-bands equalizer-instellingen; de Parametric EQ1 t/m 3 dient voor drie parametrische equalizer-instellingen; en in EQ FLAT is voor een enkel vlak verlopend patroon.
EQ Control bijregel-submenu
Na keuze van een van de vijf drie-bands equalizer­instellingen van EQ1 t/m 5 via het EQ BANK submenu, kunt u de parameters voor de lage, hoge en middentonen hiervoor aanpassen via het EQ Control submenu. Dit EQ Control submenu is alleen toegankelijk nadat u hebt gekozen voor een van de drie-bands equalizer­instellingen (d.w .z. een van de instellingen van EQ1 t/m 5).
EQ Condition controle-submenu
Na keuze van een van de drie parametrische equalizer­instellingen van Parametric EQ1 t/m 3 of de EQ FLAT instelling via het EQ BANK submenu, kunt u het niveau, de frequentie en de filterhelling (alleen voor de middentonen) controleren voor elke instelband. Dit EQ Condition submenu is alleen toegankelijk nadat u hebt gekozen voor een van de parametrische equalizer­instellingen (d.w.z. een van de instellingen van Parametric EQ1 t/m 3 of de EQ FLAT instelling). U kunt echter de parameters met deze tuner/versterker alleen controleren, dus niet wijzigen. De parametrische equalizer-instellingen zijn alleen te wijzigen via een personal computer e.d. die is aangesloten via het i.LINK bedieningsnetwerk.
14
NL
EQ Memory geheugenopslag-submenu
Nadat u de parameters voor de lage, hoge en middentonen hebt bijgeregeld voor een van de drie-bands equalizer-instellingen, kunt u deze aangepaste instelling vastleggen onder een nummer van EQ1 t/m 5, via dit EQ Memory submenu.
SP. Balance bijregel-submenu
Via dit submenu kunt u de balans van de luidsprekers bijregelen.
z
Wat is een drie-bands equalizer?
Dit is een toonregeling waarmee u de lage tonen, de middentonen en de hoge tonen afzonderlijk kunt instellen.
z
Wat is een parametrische equalizer?
Dit is een toonregeling waarmee u niet alleen het niveau van elke instelband, maar ook de middenfrequentie en het regelfrequentiebereik ervan kunt bijstellen, voor de lage tonen, de middentonen en de hoge tonen.
JOG MENU
i
I
?/1
Instelknop
ENTER
Kort overzicht van de toetsen en regelaars voor het bijregelen van de geluidsweergave
Instelfunctie-keuzetoets (JOG MENU): Druk enkele malen op deze toets om het “Sound Menu” te openen.
Instelknop: Na indrukken van de JOG MENU toets draait u aan deze knop om te kiezen voor het gewenste submenu, vaste equalizer-instelling of bijregel-parameter.
Invoertoets (ENTER): Druk op deze toets om de keuze die u met de instelknop hebt gemaakt te bevestigen.
?/1
+ –
+
NX x
.>
+
N
Xx
MID +/–
BASS +/–
.>
+
–+–+–
TREBLE +/–
EQ BANK
Kort overzicht van de afstandsbedieningstoetsen voor het bijregelen van de geluidsweergave
Lagetonen-regeltoetsen (BASS +/–): Na keuze van een equalizer-instelling kunt u met deze toetsen de lage tonen naar wens bijregelen.
Middentonen-regeltoetsen (MID +/–): Na keuze van een equalizer-instelling kunt u met deze toetsen de middentonen naar wens bijregelen.
Hogetonen-regeltoetsen (TREBLE +/–): Na keuze van een equalizer-instelling kunt u met deze toetsen de hoge tonen naar wens bijregelen.
Equalizer-keuzetoets (EQ BANK): Druk enkele malen op deze toets om een equalizer-instelling uit het geheugen te kiezen.
Instellen van de klankkleur­parameters
Volg de onderstaande aanwijzingen om een vooringestelde equalizer-instelling uit het geheugen te kiezen, de parameters ervan bij te regelen, de aangepaste instelling weer vast te leggen en de luidsprekerbalans bij te regelen.
Keuze van een equalizer-instelling
1 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
“Sound Menu” in het uitleesvenster verschijnt.
2 Druk op de ENTER toets.
De aanduiding “EQ BANK” licht op in het uitleesvenster.
3 Druk op de ENTER toets en draai aan de instelknop
om de gewenste equalizer-instelling te kiezen.
De equalizer-instelling die u kiest wordt automatisch geactiveerd en na enkele seconden verschijnen weer de normale aanduidingen.
z
U kunt de equalizer-instelling ook kiezen met de
afstandsbediening
Druk enkele malen op de EQ BANK toets.
Bijregelen van de equalizer-parameters (EQ1 t/m 5)
1 Volg de aanwijzingen van 1 t/m 3 onder “Keuze
van een equalizer-instelling” hierboven om de equalizer-instelling te kiezen die u wilt bijregelen.
De parameters zijn alleen bij te regelen voor de drie­bands equalizer-instellingen van EQ1 t/m 5. De parameters van de Parametric EQ1 t/m 3 instellingen en EQ FLAT zijn met deze tuner/versterker niet aan te passen.
2 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
“Sound Menu” in het uitleesvenster verschijnt.
3 Draai aan de instelknop totdat er “EQ Control” in
het uitleesvenster verschijnt.
De aanduiding “EQ Control” zal niet verschijnen als u een van de Parametric EQ1 t/m 3 instellingen of de EQ FLAT instelling hebt gekozen.
Bijregelen van de geluidsweergave
15
NL
Instellen van de klankkleur-parameters
Bijregelen van de geluidsweergave
4 Druk op de ENTER toets en draai aan de instelknop
om in te stellen op de parameter die u wilt bijregelen.
Stel in op Voor bijregelen van de
BASS lage tonen MID middentonen TREBLE hoge tonen
5 Druk op de ENTER toets en draai aan de instelknop
om de gekozen parameter naar wens in te stellen.
Elk van de parameters is regelbaar van –10 dB tot +10 dB in stapjes van 1 dB.
6 Als u nog andere parameters wilt instellen,
herhaalt u de stappen 4 en 5.
z
U kunt de klankkleur-parameters ook bijregelen met de
afstandsbediening
Druk op de BASS +/–, MID +/– of TREBLE +/– toetsen.
Controleren van de parametrische equalizer-instellingen (Parametric EQ1 t/m
3)
1 Volg de aanwijzingen van 1 t/m 3 onder “Keuze
van een equalizer-instelling” op blz. 15 om de equalizer-instelling te kiezen die u wilt controleren.
De instellingen zijn alleen te controleren voor de Parametric EQ1 t/m 3 klankkleurpatronen.
2 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
“Sound Menu” in het uitleesvenster verschijnt.
Vastleggen van de bijgeregelde parameters
1 Volg de aanwijzingen van 1 t/m 6 onder
“Bijregelen van de equalizer-parameters” op blz. 15 en deze pagina om de gewenste parameter(s) bij te regelen.
2 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
“Sound Menu” in het uitleesvenster verschijnt.
3 Draai aan de instelknop totdat er “EQ Memory” in
het uitleesvenster verschijnt en druk dan op de ENTER toets.
Nu verschijnt in het uitleesvenster de aanduiding “Memory to EQX?”. In plaats van de “X” verschijnt hierbij een nummer van 1 t/m 5, het nummer van het op dat moment gekozen klankkleurpatroon in het EQ BANK submenu.
4 Druk op de ENTER toets om de parameter(s) van de
gekozen equalizer-instelling te overschrijven met uw bijgeregelde parameter(s). Als u deze oorspronkelijke parameter-instellingen niet wilt overschrijven, draai dan aan de instelknop om in te stellen op het nummer van de equalizer-instelling waar u de bijgeregelde parameter(s) wel wilt vastleggen en druk dan op de ENTER toets.
De aanduiding “Memorized EQX” wordt enkele seconden lang in het uitleesvenster aangegeven en dan verschijnen weer de oorspronkelijke aanduidingen. In plaats van “X” wordt het nummer aangegeven van de gekozen equalizer-instelling voor het vastleggen van de parameter(s).
3 Draai aan de instelknop totdat er “EQ Condition” in
het uitleesvenster verschijnt.
De aanduiding “EQ Condition” zal niet verschijnen als u een van de driebands EQ1 t/m 5 instellingen of EQ FLAT hebt gekozen.
4 Druk op de ENTER toets en draai aan de instelknop
om in te stellen op de parameter die u wilt controleren.
Een van de negen parameters verschijnt in het uitleesvenster. Draai aan de instelknop om in te stellen op een andere parameter. Na enkele seconden verschijnen weer de normale aanduidingen.
NL
16
z
U kunt alle equalizer-instellingen terugstellen op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen
Zie de aanwijzingen op blz. 25.
Bijregelen van de luidsprekerbalans
1 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
“Sound Menu” in het uitleesvenster verschijnt.
2 Draai aan de instelknop totdat er “SP. Balance” in
het uitleesvenster verschijnt en druk dan op de ENTER toets.
3 Draai aan de instelknop om de luidsprekerbalans
naar wens in te stellen.
Radio­ontvangst
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u op FM of AM radiozenders afstemt en hoe u voorkeurzenders in het geheugen vastlegt.
Met deze tuner/versterker kunt u op radiozenders afstemmen op de volgende manieren:
Handmatig afstemmen
Door aan de instelknop te draaien kunt u afstemmen op de gewenste radiozender (zie blz. 18).
Automatische zoekafstemming
Als u de zendfrequentie van de gewenste radiozender niet kent, kunt u de tuner/versterker alle beschikbare zenders in uw gebied laten doorzoeken (zie blz. 19).
Geheugenafstemming
Na het afstemmen op een zender met de handmatige afstemming of de automatische zoekafstemming kunt u de zender, als die goed klinkt, vastleggen in het afstemgeheugen van de tuner/versterker (zie blz. 19). Dan kunt u voortaan die zogenoemde voorkeurzender rechtstreeks kiezen door aan de instelknop te draaien (zie blz. 20). Zo kunt u tot 30 voorkeurzenders voor de FM en AM voorinstellen.
RDS informatiezenders
Met deze tuner/versterker kunt u ook gebruik maken van de RDS functies van het Radio Data Systeem, waarmee radiozenders naast de gewone uitzendingen allerlei nuttige informatie doorgeven. Op deze tuner/versterker kan van deze informatie alleen de zendernaam in het uitleesvenster worden aangegeven. Overigens zenden alleen FM radiozenders deze RDS informatie uit.
*

Radio-ontvangst

Niet alle FM radiozenders bieden de RDS informatie en niet alle
*
RDS zenders bieden dezelfde functies. Als u niet bekend bent met de plaatselijk beschikbare RDS functies, kunt u voor nadere bijzonderheden het best contact opnemen met de plaatselijke radiozenders.
Alvorens u begint, dient u te zorgen dat:
• Er een FM en een AM antenne op de tuner/versterker zijn aangesloten (zie blz. 5).
JOG MENUTUNE MODE
i
I
?/1
BAND
Instelknop
Kort overzicht van de toetsen en regelaars op de tuner/versterker zelf die dienen voor de radio-afstemming
Afstemfunctie-keuzetoets (TUNE MODE): Druk hierop om de afstemfunctie te kiezen.
Instelfunctie-keuzetoets (JOG MENU): Druk hierop om de functie van de instelknop te kiezen.
17
NL
Afstemband-keuzetoets (BAND): Druk hierop om de FM of AM afstemband te kiezen.
Instelknop: Draai hieraan om in te stellen op radio­ontvangst, om handmatig of automatisch op een zender af te stemmen of om een voorkeurzender te kiezen.
BAND
PRESET +/–
+
NX x
.>
N
Xx
.>
+
–+–+–
?/1
+ –
+ –
FM MODESHIFT FUNCTION +/–
Kort overzicht van de afstandsbedieningstoetsen voor de radio­afstemming

Handmatig afstemmen

Zie voor nadere bijzonderheden over de toetsen en regelaars in dit hoofdstuk de beschrijvingen onder “Kort overzicht van de toetsen en regelaars op de tuner/ versterker zelf die dienen voor de radio-afstemming” op blz. 17 en “Kort overzicht van de afstandsbedieningstoetsen voor de radio-afstemming” op deze pagina.
1 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
een geluidsbron in het uitleesvenster wordt aangegeven.
2 Draai aan de instelknop totdat er “TUNER” in het
uitleesvenster verschijnt.
Nu wordt er afgestemd op de laatst ontvangen radiozender.
Voorkeurzendertoetsen (PRESET +/–): Druk hierop om een voorkeurzender te kiezen.
Radio-ontvangst
Afstemband-keuzetoets (BAND): Druk hierop om de FM of AM afstemband te kiezen.
Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT): Druk hierop om een geheugenpagina (A, B of C) te kiezen voor het vastleggen van radiozenders of het afstemmen op een al eerder vastgelegde voorkeurzender.
Geluidsbron-keuzetoetsen (FUNCTION +/–): Druk enkele malen hierop om in te stellen op de tuner voor radio-ontvangst.
Stereo/mono-keuzetoets (FM MODE): Als de “STEREO” aanduiding in het uitleesvenster knippert en de FM stereo uitzending niet erg helder klinkt, drukt u deze toets in. Dan geeft het uitleesvenster “MONO” aan en zult u geen stereo-effect meer horen, maar het geluid zal wel beter klinken.
Opmerking
Als het uitleesvenster “MONO” aangeeft terwijl de FM uitzending wel duidelijk wordt ontvangen, drukt u dan op deze toets zodat de “MONO” aanduiding dooft.
z
Bij afstemmen op een zender die RDS informatie uitzendt
Dan verschijnt de vaste zendernaam in het uitleesvenster.
Opmerkingen
• De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd niet duidelijk doorkomt of als de signaalsterkte onvoldoende is.
• Als u de stekker van de tuner/versterker uit het stopcontact trekt, kunnen de RDS zendernamen niet altijd goed worden onthouden. Om dit te voorkomen, legt u de RDS zenders vast als voorkeurzenders (zie blz.
19).
3 Druk op de BAND toets om de FM of AM
afstemband te kiezen.
4 Druk enkele malen op de TUNE MODE toets totdat
er “MANUAL” in het uitleesvenster verschijnt.
5 Draai aan de instelknop.
Draai de instelknop naar rechts om af te stemmen op een hogere frequentie. Draai de knop naar links om af te stemmen op een lagere frequentie.
Wanneer de tuner het einde van de afstemband bereikt
Dan gaat het zoeken door in dezelfde richting vanaf het andere uiteinde van de afstemband.
6 Bij het afstemmen op een AM radiozender stelt u
de AM kaderantenne zo op dat de ontvangst optimaal klinkt.
7 Herhaal de stappen 3 t/m 6 als u op een andere
zender wilt afstemmen.
z
U kunt direct overschakelen naar de tuner voor radio-
ontvangst
Druk op de BAND toets op het voorpaneel of op de afstandsbediening. Of druk net zovaak op de FUNCTION +/– toets van de afstandsbediening totdat het uitleesvenster “TUNER” aangeeft.
z
Als u probeert nauwkeuriger af te stemmen dan mogelijk is
voor de betreffende afstemschaal
Dan zult u niet de preciese frequentie kunnen vinden. Deze tuner/versterker houdt bij de afstemming de volgende afstemintervallen aan:
FM: 50 kHz AM: 9 kHz
18
NL

Automatische afstemming

Geheugenafstemming

Zie voor nadere bijzonderheden over de toetsen en regelaars in dit hoofdstuk de beschrijvingen onder “Kort overzicht van de toetsen en regelaars op de tuner/ versterker zelf die dienen voor de radio-afstemming” op blz. 17 en “Kort overzicht van de afstandsbedieningstoetsen voor de radio-afstemming” op blz. 18.
1 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
een geluidsbron in het uitleesvenster wordt aangegeven.
2 Draai aan de instelknop totdat er “TUNER” in het
uitleesvenster verschijnt.
Nu wordt er afgestemd op de laatst ontvangen radiozender.
3 Druk op de BAND toets om de FM of AM
afstemband te kiezen.
4 Druk enkele malen op de TUNE MODE toets totdat
er “AUTO” in het uitleesvenster verschijnt.
5 Draai aan de instelknop.
Als u de instelknop naar rechts draait, doorzoekt de tuner/versterker de afstemband van laag naar hoog; als u de knop naar links draait, wordt de afstemband doorzocht van hoog naar laag.
Wanneer de tuner het einde van de afstemband bereikt
Dan gaat het zoeken door in dezelfde richting vanaf het andere uiteinde van de afstemband.
De tuner/versterker stopt met zoeken zodra er een radiozender duidelijk wordt ontvangen.
6 Om door te gaan met zoeken, draait u weer aan de
instelknop.
Zie voor nadere bijzonderheden over de toetsen en regelaars in dit hoofdstuk de beschrijvingen onder “Kort overzicht van de toetsen en regelaars op de tuner/ versterker zelf die dienen voor de radio-afstemming” op blz. 17 en “Kort overzicht van de afstandsbedieningstoetsen voor de radio-afstemming” op blz. 18.
Alvorens u kunt afstemmen op voorkeurzenders, zult u deze eerst in het afstemgeheugen moeten vastleggen volgens de onderstaande aanwijzingen voor het “Voorinstellen van radiozenders”.
Voorinstellen van radiozenders
1 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
een geluidsbron in het uitleesvenster wordt aangegeven.
2 Draai aan de instelknop totdat er “TUNER” in het
uitleesvenster verschijnt.
Nu wordt er afgestemd op de laatst ontvangen radiozender.
3 Stem af op de radiozender die u wilt vastleggen,
volgens de aanwijzingen voor Handmatig afstemmen of Automatische afstemming (op blz. 18, resp. deze pagina).
4 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
“Setup Menu” in het uitleesvenster verschijnt.
5 Draai aan de instelknop totdat er “Preset Memory”
in het uitleesvenster verschijnt en druk dan op de ENTER toets.
De aanduiding “MEMORY” licht enkele seconden lang op in het uitleesvenster. Volg de aanwijzingen 6 en 7 voordat de “MEMORY” aanduiding dooft.
Radio-ontvangst
z
U kunt direct overschakelen naar de tuner voor radio-
ontvangst
Druk op de BAND toets op het voorpaneel of op de afstandsbediening. Of druk net zovaak op de FUNCTION +/– toets van de afstandsbediening totdat het uitleesvenster “TUNER” aangeeft.
6 Draai aan de instelknop om de geheugenpagina en
het voorinstelnummer te kiezen.
De letter van de geheugenpagina wordt aangegeven en het voorinstelnummer knippert. De geheugenpagina en het voorinstelnummer veranderen telkens wanneer u aan de instelknop draait, als volgt:
tA1yA2y...yA0yB1yB2y...yB0T
tC0y...yC2yC1T
19
NL
Geheugenafstemming
Sneller een geheugenpagina kiezen
Druk enkele malen op de SHIFT toets van de afstandsbediening.
Als de “MEMORY” aanduiding dooft of het voorinstelnummer stopt met knipperen voordat u de gewenste geheugenpagina en het voorinstelnummer hebt gekozen, begin dan opnieuw vanaf stap 4.
7 Druk op de ENTER toets om de gekozen zender
vast te leggen.
8 Herhaal de stappen 3 t/m 7 voor uw andere
voorkeurzenders.
Vervangen van een voorkeurzender door een andere
Volg de aanwijzingen van 1 t/m 7 om een nieuwe zender vast te leggen onder hetzelfde voorinstelnummer.
Radio-ontvangst
Afstemmen op vastgelegde voorkeurzenders
1 Druk net zovaak op de JOG MENU toets totdat er
een geluidsbron in het uitleesvenster wordt aangegeven.
2 Draai aan de instelknop totdat er “TUNER” in het
uitleesvenster verschijnt.
Nu wordt er afgestemd op de laatst ontvangen radiozender.
3 Druk enkele malen op de TUNE MODE toets totdat
er “PRESET” in het uitleesvenster verschijnt.
4 Draai aan de instelknop om de gewenste
voorkeurzender te kiezen (of druk enkele malen op een PRESET +/– toets van de afstandsbediening).
Telkens wanneer u aan de instelknop draait (of op een PRESET +/– toets van de afstandsbediening drukt), stemt de tuner/versterker af op de volgende voorkeurzender, in de onderstaande volgorde:
tA1yA2y...yA0yB1yB2y...yB0T
tC0y...yC2yC1T
Sneller een geheugenpagina kiezen
Druk enkele malen op de SHIFT toets van de afstandsbediening.
20
NL
Loading...
+ 44 hidden pages