Lees de Belangrijke informatie voordat u de mobiele telefoon in gebruik neemt.
Bepaalde services en functies die in deze gebruikershandleiding worden beschreven, worden
niet in alle landen/regio's of door alle netwerken en/of serviceproviders in alle gebieden
ondersteund. Dit geldt ook voor het internationale GSM-alarmnummer 112. Neem contact op
met uw netwerkoperator of serviceprovider voor de beschikbaarheid van specifieke services of
functies en voor informatie over bijkomende toegangs- of gebruikskosten.
Een Android™-telefoon kan veel van dezelfde functies als een computer uitvoeren. U kunt
het echter ook beter aanpassen aan uw behoeften om de informatie te krijgen die u wilt,
en tegelijkertijd plezier te hebben. U kunt applicaties toevoegen en verwijderen, of uitbreiden
om de functionaliteit te verbeteren. In Android Market™ kunt u verschillende applicaties en
games downloaden uit een continu groeiende verzameling. U kunt ook applicaties op uw
Android™-telefoon integreren met uw persoonlijke gegevens en online accounts. U kunt
een back-up maken van uw telefooncontacten, op één plaats toegang krijgen tot uw
verschillende e-mailaccounts en kalenders, uw afspraken bijhouden en zoveel sociaal
netwerken gebruiken als u wilt.
Android™-telefoons evolueren constant. Wanneer een nieuwe softwareversie verkrijgbaar
is en uw telefoon deze nieuwe software ondersteunt, kunt u uw telefoon bijwerken met
nieuwe functies en de laatste verbeteringen.
Op uw Android™-telefoon zijn vooraf Google™-services geïnstalleerd. Om het meeste te halen
uit Google™-services, moet u een Google™-account maken en u hiermee aanmelden wanneer
u uw telefoon voor de eerste keer opstart. U moet ook internettoegang hebben voor veel functies
in Android™.
Toepassingen
Een toepassing is een telefoonprogramma dat u helpt om een taak uit te voeren. Er zijn
bijvoorbeeld toepassingen om gesprekken te voeren, foto's te maken en meer
toepassingen te downloaden.
Plaats het topje van uw vinger stevig in de opening aan de onderkant van de telefoon,
tussen de telefoon en de batterij-cover. Til vervolgens de cover langzaam maar met
enige kracht op.
Gebruik geen scherpe voorwerpen. Deze kunnen onderdelen van de telefoon beschadigen.
De SIM-kaart en geheugenkaart plaatsen
•
Verwijder de batterij-cover en plaats vervolgens de SIM-kaart en de geheugenkaart
in de relevante sleuven.
De geheugenkaart wordt mogelijk niet bij de aankoop geleverd in alle markten.
De batterij verwijderen
1
Verwijder de batterij-cover.
2
Plaats de top van uw vinger in de opening onderaan de batterij en til de batterij
omhoog.
Om uw geheugenkaart veilig te kunnen verwijderen, dient u de telefoon eerst uit te zetten of de
geheugenkaart vanaf het menu Instellingen logisch te ontkoppelen voordat u de geheugenkaart
verwijdert. Zie voor meer informatie De geheugenkaart veilig verwijderen op pagina 29.
•
Verwijder de batterij-cover en trek de geheugenkaart naar buiten om deze te
verwijderen.
De SIM-kaart verwijderen
1
Verwijder de batterij-cover.
2
Plaats een vingernagel in de opening tussen de SIM-kaart en de gebogen rand van
de SIM-kaartsleuf en sleep de kaart naar buiten.
De batterij-cover plaatsen
1
Plaats de cover over de achterkant van de telefoon zodat het cameralensgat in de
cover met de cameralens is uitgelijnd.
2
Druk stevig op alle randen van de batterij-cover om te zorgen dat het aan beide zijden
stevig bevestigd is.
Houd de aan-/uit-toets aan de rechterzijde van de telefoon ingedrukt tot de
telefoon trilt.
2
Als uw scherm donker wordt, moet u kort op of drukken om het scherm te
activeren.
3
Sleep
4
Voer uw SIM-kaart en PIN in wanneer hierom wordt gevraagd en selecteer OK.
De PIN-code van uw SIM-kaart wordt aanvankelijk door uw netwerkoperator geleverd, maar u
kunt deze later wijzigen in het menu Instellingen. Als u een fout wilt corrigeren tijdens het
invoeren van de PIN-code van uw SIM-kaart, drukt u op .
naar rechts over het scherm om het scherm te ontgrendelen.
Het kan even duren voor de telefoon is opgestart.
De telefoon uitschakelen
1
Houd de aan/uit-toets
2
Tik in het optiemenu op Uitschakelen.
3
Tik op OK.
Het kan even duren voor de telefoon uit gaat.
ingedrukt tot het optiemenu wordt weergegeven.
Schermvergrendeling
Wanneer uw telefoon is ingeschakeld en gedurende een bepaalde periode inactief is, wordt
het scherm verduisterd om batterijvermogen te sparen en wordt deze automatisch
vergrendeld. Deze vergrendeling verhindert ongewilde handelingen op het aanraakscherm
wanneer u uw telefoon niet gebruikt.
Het scherm activeren
•
Druk op of druk kort op .
Het scherm ontgrendelen
•
Sleep het pictogram
naar rechts over het scherm.
Het scherm handmatig vergrendelen
•
Wanneer het scherm actief is, drukt u kort op de -toets.
Setup wizard
Wanneer u de telefoon voor de eerste keer start, wordt er een setup wizard geopend waarin
de elementaire telefoonfuncties worden uitgelegd en u wordt geholpen om belangrijke
instellingen in te voeren. Dit is een goed moment om uw telefoon te configureren op basis
van uw specifieke behoeften.
De setup wizard omvat het volgende:
•
Basistelefooninstellingen, zoals taal en internet. U kunt bijvoorbeeld instellingen aanpassen
voor hoe u verbinding maakt met het internet.
•
Wi-Fi®-instellingen – maak uw verbinding sneller en verlaag de kosten voor dataoverdracht.
•
Onlineservice-instellingen – helpt u bij het instellen van uw e-mail, onlineserviceaccounts
en het overbrengen van contacten van een oude telefoon of andere gegevensbron.
U kunt ook de respectievelijke hoofdstukken raadplegen in de gebruikershandleiding op de
telefoon, die ook beschikbaar is in de ondersteuningsapplicatie op de telefoon en op
www.sonyericsson.com/support voor meer hulp bij de volgende zaken:
•
Wi-Fi®
•
Sony Ericsson Sync
Als u dat verkiest, kunt u enkele stappen overslaan en de setup wizard later openen vanaf het
applicatiescherm of de instellingen wijzigen in het menu Instellingen.
De setup wizard openen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingengids.
.
Accounts en services
Meld u aan bij uw online serviceaccounts vanaf uw telefoon en gebruik een groot aanbod
aan services. Combineer services en haal er nog meer uit. Verzamel bijvoorbeeld contacten
uit uw Google™- en Facebook™-accounts en integreer ze in uw telefoonboek, zodat u
alles op één plaats hebt.
U kunt zich inschrijven voor online services vanaf uw telefoon of vanaf uw computer.
Wanneer u zich voor de eerste keer aanmeldt, wordt een account gemaakt met uw
gebruikersnaam, wachtwoord, instellingen en persoonlijke informatie. Wanneer u zich de
volgende keer aanmeldt, krijgt u een gepersonaliseerde weergave.
Google™-account
U moet een Google-account hebben om een aanbod aan applicaties en services te
gebruiken op uw Android-telefoon. U hebt bijvoorbeeld een Google™-account nodig om
de Gmail™ -applicatie op uw telefoon te gebruiken, om met vrienden te chatten met Google
Talk™, om uw telefoonagenda te synchroniseren met Google Agenda™ en om applicaties
en games te downloaden van Android Market™.
Sony Ericsson-account
Sla uw telefooncontacten op een beveiligde Sony Ericsson-server op, zodat u altijd een
online back-up hebt. U kunt uw telefoonkalender en internetfavorieten in uw Sony Ericssonaccount opslaan.
Exchange ActiveSync®-account
Synchroniseer uw telefoon met uw Exchange Active Sync®-bedrijfsaccount. Op deze
manier hebt u uw bedrijfs-e-mail, contacten en kalender-events altijd bij u.
Facebook™ -account
Facebook™ verbindt u met uw vrienden, familie en collega's overal ter wereld. Meld u nu
aan om uw wereld met anderen te delen.
Het schermtoetsenblok, een dialoogvenster, een optiemenu of het meldingsvenster sluiten
Home
•
Naar het Startscherm gaan
•
Als het scherm donker wordt, het scherm weer activeren
•
Ingedrukt houden om een venster te openen met daarin de onlangs gebruikte applicaties
Menu
•
Een lijst openen met opties die beschikbaar zijn op het huidige scherm of in de huidige applicatie
De batterij opladen
Wanneer u de telefoon aanschaft, is de telefoonbatterij opgeladen. Het kan enkele minuten
duren voordat het batterijpictogram op het scherm wordt weergegeven wanneer u de
kabel van de telefoonlader aansluit op een voedingsbron, zoals een USB-poort of
telefoonlader. U kunt de telefoon blijven gebruiken wanneer deze wordt opgeladen.
De batterij wordt eerst een klein beetje ontladen nadat deze volledig is opgeladen en vervolgens
na een bepaalde tijd opnieuw opgeladen wanneer de telefoonlader is aangesloten. Hiermee
wordt de levensduur van de batterij verlengd. Dit kan ertoe leiden dat laadstatus wordt
weergegeven als een niveau onder de 100 procent.
Steek de stekker van de telefoonlader in een stopcontact.
2
Steek het ene uiteinde van de USB-kabel in de lader (of in de USB-poort van een
computer).
3
Steek het andere uiteinde van de kabel met het USB-symbool naar boven in de
micro-USB-poort op uw telefoon.
4
Wanneer de telefoon helemaal is opgeladen, koppelt u de USB-kabel los van uw
telefoon door de connector recht naar buiten te trekken.
Voorkom dat u de connector buigt wanneer u de kabel loskoppelt van de telefoon.
Het aanraakscherm gebruiken
Er is plastic beschermfolie op het scherm van de telefoon geplakt wanneer u de telefoon
aanschaft. U moet de beschermfolie lostrekken van het scherm voordat u het
aanraakscherm kunt gebruiken. Als u dat niet doet, werkt het aanraakscherm mogelijk niet
goed.
Wanneer uw telefoon is ingeschakeld en gedurende een bepaalde periode inactief is, wordt
het scherm verduisterd om batterijstroom te besparen en wordt het scherm ook
automatisch vergrendeld. Deze vergrendeling voorkomt dat u per ongeluk ongewenste
bewerkingen uitvoert op het aanraakscherm wanneer u de telefoon niet gebruikt. U kunt
ook persoonlijke vergrendelingen instellen om uw abonnement te beschermen en ervoor
te zorgen dat alleen u toegang hebt tot de inhoud van de telefoon.
Het scherm van uw telefoon is van glas gemaakt. Raak het scherm niet aan als het glas gebarsten
of gebroken is. Repareer een beschadigd scherm niet zelf. Glazen schermen zijn gevoelig voor
vallen en mechanische schokken. Schade die het gevolg is van onvoldoende zorg wordt niet
gedekt door de garantieservice van Sony Ericsson.
Sleep of veeg met uw vinger in de richting waarin u op het scherm wilt bladeren.
Veeg om sneller te bladeren met uw vinger in de gewenste richting op het scherm.
Vegen
•
Veeg om sneller te bladeren met uw vinger in de gewenste richting op het scherm.
U kunt wachten tot het schuiven vanzelf stopt of het schuiven direct stoppen door
op het scherm te tikken.
Sensoren
De telefoon is uitgerust met een lichtsensor en nabijheidssensor. De lichtsensor detecteert
het niveau van het omgevingslicht en past de helderheid van het scherm
dienovereenkomstig aan. De nabijheidssensor zorgt ervoor dat het scherm wordt
uitgeschakeld wanneer uw gezicht het scherm raakt. Hiermee wordt voorkomen dat u
ongewenst telefoonfuncties activeert tijdens een gesprek.
Startscherm
Het Startscherm van uw telefoon is het equivalent van het bureaublad op een computer.
Het is uw gateway tot de hoofdfuncties in uw telefoon. U kunt uw Startscherm aanpassen
met widgets, snelkoppelingen, mappen, thema's, achtergronden en andere items.
Het Startscherm strekt zich uit buiten de normale schermbreedte, dus u moet naar links of
rechts vegen om content in één van de vier extensies van het scherm te bekijken. In
wordt getoond in welk deel van het Startscherm u zich bevindt.
De items in de balk onder aan het scherm zijn altijd beschikbaar voor snelle toegang.
Ga naar de startpagina
•
Druk op .
Bladeren door de startpagina
•
Naar rechts of links vegen.
Een item vanaf het startscherm delen
1
Druk op
2
Raak een item aan en houd het ingedrukt tot het groter wordt en de telefoon trilt.
Sleep het item vervolgens naar .
3
Kies een optie en bevestig uw keuze als dat nodig is. U kunt nu de applicaties en
widgets die u leuk vindt, met uw vrienden delen, zodat iedereen deze kan
downloaden en gebruiken.
om uw Startscherm te openen.
Widgets
Widgets zijn kleine toepassingen die u direct op uw Startscherm kunt gebruiken. Met de
widget Muziekplayer kunt u bijvoorbeeld direct muziek afspelen en met de widget Sony
Ericsson Timescape™ worden inkomende berichten weergegeven.
Een widget toevoegen aan het startscherm
1
Druk vanuit uw Startscherm op .
2
Tik op Toevoegen > Widgets.
3
Tik op een widget.
Een overzicht krijgen van alle widgets op uw startscherm
•
Breng uw vingers samen op een gebied van het Startscherm. Alle widgets in
verschillende delen van uw Startscherm worden nu in één weergave getoond.
Wanneer alle Startscherm-widgets worden gecombineerd in één weergave, tikt u op een widget
om naar het deel van het Startscherm te gaan waarin de widget zich bevindt.
Uw startscherm organiseren
Pas de vormgeving van uw startscherm aan en wijzig de functies die toegankelijk zijn vanaf
het startscherm. Wijzig de schermachtergrond, verplaats items, maak mappen en voeg
snelkoppelingen naar contacten toe.
Het optiemenu van het startscherm openen
U kunt het optiemenu van het Startscherm op twee manieren openen:
•
Druk vanuit uw Startscherm op .
•
Raak een deel van het Startscherm aan en houd het vast.
Voeg een snelkoppeling naar een applicatie rechtstreeks toe vanaf het applicatiescherm door
de applicatie aan te raken en vast te houden.
Een map toevoegen aan het startscherm
1
Druk vanuit uw Startscherm op .
2
Tik op Toevoegen > Map.
3
Voer een naam in voor de map, selecteer een pictogram en tik op Gereed.
Laat een item boven een ander item los op het startscherm om automatisch een map te maken.
Items toevoegen aan een map
•
Raak een item aan en houd het ingedrukt tot het groter wordt en de telefoon trilt.
Sleep het item vervolgens naar de map.
Een mapnaam wijzigen
1
Tik op de map om deze te openen.
2
Raak de titelbalk van de map aan om het veld Mapnaam weer te geven.
3
Voer de naam van de nieuwe map in en tik op Gereed.
Een item verplaatsen op het startscherm
1
Druk op
2
Raak een item aan en houd het ingedrukt tot het groter wordt en de telefoon trilt.
om uw Startscherm te openen.
Sleep het item vervolgens naar de nieuwe locatie.
Een item verwijderen van de startpagina
•
Raak een item aan en houd het ingedrukt tot het groter wordt en de telefoon trilt.
Sleep het item vervolgens naar .
De achtergrond van uw startscherm veranderen
Pas het Startscherm aan uw stijl aan met achtergronden en verschillende thema's.
De achtergrond voor uw startscherm wijzigen
1
Druk vanuit uw Startscherm op .
2
Tik op Achtergrond en selecteer vervolgens een achtergrond.
U kunt een foto die u hebt gemaakt gebruiken, of een animatie. Ga naar Android Market™ en
andere bronnen om bijvoorbeeld live achtergronden te downloaden die wijzigen met de
wijzigende uren van de dag.
Een thema instellen
1
Druk vanuit uw Startscherm op .
2
Tik op Thema en selecteer vervolgens een thema.
Wanneer u een thema wijzigt, verandert in sommige applicaties ook de achtergrond.
Toepassingen openen en gebruiken
Open applicaties op basis van snelkoppelingen op uw Startscherm of vanuit het scherm
Toepassingen.
Scherm Toepassingen
Het scherm Toepassingen dat u opent vanuit Startscherm bevat de toepassingen die vooraf
op uw telefoon zijn geïnstalleerd en de toepassingen die u downloadt.
Het scherm Toepassingen strekt zich uit buiten de normale schermbreedte. U moet dus
naar links en naar rechts vegen om alle content te bekijken.
Het scherm Toepassingen openen
•
Tik vanuit uw Startscherm op .
Bladeren door het scherm Toepassingen
•
Open het scherm Toepassingen en veeg naar links of rechts.
Een snelkoppeling naar een toepassing maken op de startpagina
1
Tik vanuit uw Startscherm op
2
Raak een toepassing aan en houd deze ingedrukt tot deze op uw Startscherm
verschijnt en sleep het naar de gewenste locatie.
Een applicatie delen vanuit het applicatiescherm
1
Tik op het Startscherm op
2
Raak een applicatie aan en houd deze vast totdat de applicatie op het Startscherm
wordt weergegeven. Sleep het item vervolgens naar .
3
Kies een optie en bevestig uw keuze als dat nodig is. U kunt nu de applicaties die u
leuk vindt, met uw vrienden delen, zodat zij deze kunnen downloaden en gebruiken.
.
.
Toepassingen openen en sluiten
Een toepassing openen
•
Tik vanaf uw Startscherm of het scherm Toepassingen op de toepassing.
Een toepassing sluiten
•
Druk op .
Bepaalde toepassingen worden gepauzeerd wanneer u drukt op om af te sluiten. Andere
toepassingen kunnen actief blijven op de achtergrond. In het eerste geval kunt u de volgende
keer dat u de toepassing opent doorgaan waar u bent gestopt.
Het venster met onlangs gebruikte toepassingen
Vanuit dit venster kunt u onlangs gebruikte toepassingen weergeven en openen.
Het venster met onlangs gebruikte toepassingen openen
•
Houd de toets ingedrukt.
Toepassingenmenu
U kunt op elk moment een menu openen wanneer u een toepassing gebruikt door op de
toets op de telefoon te drukken. Afhankelijk van de toepassing die u gebruikt, ziet het
Niet in alle toepassingen is een menu beschikbaar.
Uw scherm Toepassingen organiseren
Verplaats de toepassingen op het scherm Toepassingen op basis van uw voorkeuren.
Applicaties schikken op het applicatiescherm
1
Tik vanuit uw Startscherm op om het applicatiescherm te openen.
2
Tik op
Een toepassing verplaatsen op het scherm Toepassingen
1
Open het scherm Toepassingen en tik op .
2
Raak een item aan en houd het ingedrukt tot het groter wordt en de telefoon trilt.
Sleep het item vervolgens naar de nieuwe locatie.
3
Tik op om de bewerkingsmodus af te sluiten.
U kunt uw toepassingen alleen verplaatsen wanneer is geselecteerd.
Een applicatie verwijderen vanuit het applicatiescherm
1
Tik op het Startscherm op
2
Tik op . Alle applicaties die kunnen worden verwijderd, zijn gemarkeerd met het
pictogram .
3
Tik op de applicatie die u wilt verwijderen en tik op OK.
en selecteer een optie.
.
Status en meldingen
In de statusbalk boven aan het scherm wordt getoond wat er op uw telefoon plaatsvindt.
Aan de linkerkant krijgt u meldingen wanneer er iets nieuw of actief is. Nieuwe berichten en
kalendermeldingen worden bijvoorbeeld hier weergegeven. Aan de rechterkant vindt u de
signaalsterkte, de batterijstatus en andere informatie.
Meldingen en lopende activiteiten controleren
U kunt de statusbalk omlaag slepen om het meldingsvenster te openen en meer informatie
te krijgen. Open bijvoorbeeld een nieuw bericht of bekijk een agenda-event vanuit het
meldingsvenster. U kunt ook actieve toepassingen openen, zoals de muziekplayer.
Sleep het tabblad onderaan het meldingsvenster omhoog.
Een actieve toepassing openen vanuit het meldingsvenster
•
Tik vanuit het meldingsvenster op het pictogram van de actieve toepassing om deze
te openen.
Het paneel Meldingen wissen
•
Tik in het paneel Meldingen op Wissen.
Menu Telefooninstellingen
Uw telefooninstellingen bekijken en wijzigen vanuit het menu Instellingen.
De telefooninstellingen openen
1
Tik vanuit de Startscherm op .
2
Tik op Instellingen.
Tekst typen
Virtueel toetsenbord
Tik op de toetsen van het virtuele QWERTY-toetsenbord om eenvoudig tekst in te voeren.
In bepaalde applicaties wordt het virtuele toetsenbord automatisch geopend. U kunt dit
toetsenbord ook openen door een tekstveld aan te raken.
1 Tussen hoofdletters en kleine letters schakelen en caps lock inschakelen. Voor bepaalde talen wordt deze
toets gebruikt om extra tekens in de taal te gebruiken.
2 Het virtuele toetsenbord sluiten
3 Cijfers en symbolen weergeven. Aangeraakt houden om smileys weer te geven.
4 Een spatie invoeren
5 Het menu met tekstinvoerinstellingen openen om bijvoorbeeld de opties voor Schrijftalen te wijzigen. Met
deze toets wordt ook de schrijftaal gewijzigd wanneer er meerdere invoertalen zijn geselecteerd.
6 Regelterugloop invoeren of tekstinvoer bevestigen
7 Een teken vóór de cursor verwijderen
Alle illustraties zijn uitsluitend bedoeld voor referentiedoeleinden en vormen mogelijk geen exacte
weergave van de daadwerkelijke telefoon.
Het virtuele toetsenbord weergeven om tekst in te voeren
•
Tik op een tekstinvoerveld.
Het virtuele toetsenbord verbergen
•
Wanneer het virtuele toetsenbord is geopend, drukt u op
.
Het virtuele toetsenbord in de liggende stand gebruiken
•
Draai de telefoon een kwartslag wanneer u tekst invoert.
De liggende stand moet worden ondersteund in de applicatie die u gebruikt en de configuratie
voor de schermstand moet zijn ingesteld op Automatisch om het virtuele toetsenbord te kunnen
gebruiken in de liggende stand.
Tekst invoeren met het virtuele toetsenbord
•
Als u een teken wilt invoeren dat zichtbaar is op het toetsenbord, tikt u op dit teken.
•
Als u een tekenvariant wilt invoeren, raakt u een regulier teken op het toetsenbord
aan en houdt u dit vast om een lijst met beschikbare opties weer te geven. Selecteer
vervolgens een optie in de lijst. Als u bijvoorbeeld 'é' wilt invoeren, raakt u 'e' aan en
houd u het ingedrukt tot andere opties worden weergegeven. Sleep terwijl u uw
vinger op het toetsenbord houdt, naar 'é' en selecteer deze optie.
Schakelen tussen hoofdletters en kleine letters
•
Tik voordat u een letter invoert op
om naar hoofdletters te schakelen of vice
versa.
Caps Lock inschakelen
•
Tik voordat u een woord typt op of tot wordt weergegeven.
Cijfers of symbolen invoeren
•
Tik op
weergegeven. Tik op om meer opties weer te geven.
wanneer u tekst invoert. Er wordt een toetsenbord met cijfers en symbolen
Raak bij het invoeren van tekst aan en houd deze optie vast.
2
Selecteer een smiley.
Tekens verwijderen
•
Tik om de cursor te plaatsen na het teken dat u wilt verwijderden en tik vervolgens
op .
Een regelterugloop invoeren
•
Tik wanneer u tekst invoert op om een regelterugloop in te voeren.
Tekst bewerken
1
Houd wanneer u tekst invoert het tekstveld ingedrukt tot het menu Tekst
bewerken wordt weergegeven.
2
Selecteer een optie.
Toetsenblok
Het toetsenblok kan worden vergeleken met een standaardtelefoontoetsenblok met 12
toetsen. Er zijn opties voor tekstvoorspelling en multitik tekstinvoer beschikbaar. U kunt de
tekstinvoermethode Toetsenblok activeren via de toetsenbordinstellingen. Het toetsenblok
is alleen beschikbaar in de staande stand.
Het telefoontoetsenblok gebruiken
1
Een tekstinvoeroptie kiezen
2 Tussen hoofdletters en kleine letters schakelen en caps lock inschakelen
3 Cijfers weergeven
4 Symbolen en smileys weergeven
5 Een spatie invoeren
6 Het menu met tekstinvoerinstellingen openen om bijvoorbeeld de opties voor Schrijftalen te wijzigen. Met
deze toets wordt ook de schrijftaal gewijzigd wanneer er meerdere invoertalen zijn geselecteerd.
7 Regelterugloop invoeren of tekstinvoer bevestigen
8 Een teken vóór de cursor verwijderen
Alle illustraties zijn uitsluitend bedoeld voor referentiedoeleinden en vormen mogelijk geen exacte
weergave van de daadwerkelijke telefoon.
Tik op een tekstinvoerveld en tik op of raak aan en houd het ingedrukt als u
al meerdere invoertalen hebt geselecteerd. Tik op Staand toetsenbord en selecteer
een optie.
Zodra u de instelling hebt doorgevoerd, kunt u het toetsenblok eenvoudigweg activeren door
op een tekstinvoerveld te tikken.
Schakelen tussen het virtuele toetsenbord en het toetsenblok
1
Wanneer u tekst invoert, tikt u op of raakt u aan en houdt u het ingedrukt als
u al meerdere invoertalen hebt geselecteerd.
2
Tik op Staand toetsenbord en selecteer een optie.
Onthoud dat het toetsenblok alleen beschikbaar is in de staande stand.
Tekst invoeren met het toetsenblok
Wanneer u het toetsenblok gebruikt, kunt u kiezen uit twee invoeropties:
•
Wanneer wordt weergegeven op het toetsenblok, tikt u één keer op elke tekentoets,
zelfs wanneer de gewenste letter niet de eerste letter op de toets is. Tik op het woord dat
wordt weergegeven of tik op om meer woordsuggesties weer te geven en een woord
uit de lijst te selecteren.
•
Wanneer
voor de tekens die u wilt invoeren. Blijf de toets indrukken tot het gewenste teken is
geselecteerd. Doe vervolgens hetzelfde voor het volgende teken dat u wilt invoeren,
enzovoort.
wordt weergegeven op het toetsenblok, tikt u op de toetsen op het scherm
Cijfers invoeren met het toetsenblok
•
Wanneer het toetsenblok is geopend, tikt u op . Er wordt een toetsenblok met
cijfers weergegeven.
Symbolen en smileys invoegen met het toetsenblok
1
Wanneer het toetsenblok is geopend, tikt u op . Er wordt een raster weergegeven
met symbolen en smileys.
2
Blader omhoog of omlaag om meer opties weer te geven. Tik op een symbool of
smiley om het gewenste item te selecteren.
Instellingen voor toetsenbord en toetsenblok
U kunt instellingen selecteren voor het virtuele toetsenbord en het toetsenblok, zoals de
schrijftaal en automatische correctie.
De instellingen voor het toetsenbord en het toetsenblok openen
•
Wanneer u tekst invoert met het virtuele toetsenbord of het toetsenblok, tikt u op
. Als u meerdere schrijftalen hebt geselecteerd, raakt u in plaats hiervan aan
en houdt u dit vast.
De schrijftaal wijzigen met het virtuele toetsenbord of het toetsenblok
1
Wanneer u tekst invoert, tikt u op of raakt u aan en houdt u het ingedrukt als
u al meerdere invoertalen hebt geselecteerd.
2
Tik op Schrijftalen en selecteer de schrijftalen die u wilt gebruiken.
3
Als u meerdere invoertalen hebt geselecteerd, tikt u op om te schakelen tussen
de geselecteerde schrijftalen.
Instellingen voor tekstinvoer
Bij het invoeren van tekst kunt u toegang krijgen tot een menu met tekstinvoerinstellingen
dat u helpt om opties in te stellen voor tekstvoorspelling. U kunt bijvoorbeeld beslissen hoe
u wilt dat uw telefoon woordalternatieven presenteert en woorden corrigeert terwijl u typt
of de tekstinvoerapplicatie inschakelen om nieuwe woorden die u schrijft te onthouden.
Schakel het selectievakje Automatisch uit indien dit is ingeschakeld.
4
Tik op Tijdzone selecteren.
5
Selecteer een optie.
De datumnotatie instellen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Datum en tijd > Datumnotatie selecteren.
3
Selecteer een optie.
.
Instellingen voor beltonen
Een ringtone voor de telefoon instellen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Geluid > Beltoon telefoon.
3
Selecteer een ringtone.
4
Tik op Gereed.
Aanraaktonen inschakelen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Geluid.
3
Schakel de selectievakjes Aanraaktonen en Hoorbare selectie in.
.
.
Een ringtone voor meldingen selecteren
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Geluid > Beltoon voor meldingen.
3
Selecteer een ringtone.
4
Tik op Gereed.
Een trilsignaal instellen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Geluid.
3
Selecteer Trillen en kies een optie.
.
.
Scherminstellingen
De schermhelderheid aanpassen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Weergave > Helderheid.
3
Als u de helderheid wilt verlagen, sleept u de schuifregelaar naar links. Als u deze
wilt verhogen, sleept u de schuifregelaar naar rechts.
4
Tik op OK.
Het helderheidsniveau heeft een invloed op uw batterijprestaties. Voor tips over het verbeteren
van de batterijprestaties raadpleegt u Batterijprestaties op de pagina 27.
Het scherm op trillen instellen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Geluid.
3
Schakel het selectievakje Haptische feedback in. Het scherm trilt nu wanneer u op
zachte toetsen en op bepaalde applicaties tikt.
Opgeven na hoeveel tijd het scherm moet worden uitgeschakeld als de telefoon niet
wordt gebruikt
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op Instellingen > Weergave > Time-out scherm.
3
Selecteer een optie.
Als u het scherm snel wilt uitschakelen, drukt u kort op de aan/uit-toets .
Het scherm ingeschakeld houden terwijl de telefoon wordt opgeladen
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op Instellingen > Toepassingen > Ontwikkeling.
3
Schakel het selectievakje Stand-by in.
Telefoontaal
U kunt een taal selecteren die wordt gebruikt op de telefoon.
De telefoontaal wijzigen
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op Instellingen > Taal en toetsenbord > Taal selecteren.
3
Selecteer een optie.
4
Tik op Gereed.
Als u de verkeerde taal kiest en u de menuteksten niet meer kunt lezen, zoekt u het pictogram
Instellingen en tikt u erop. Selecteer vervolgens de vermelding naast en selecteer de eerste
vermelding in de volgende menu. U kunt vervolgens de gewenste taal selecteren.
Vliegmodus
In de Vliegmodus worden de netwerk- en radio-ontvangers uitgeschakeld om storing van
gevoelige apparatuur te voorkomen. U kunt echter nog altijd games spelen, naar muziek
luisteren, video's bekijken en andere content, zolang deze content op uw geheugenkaart
wordt opgeslagen. U kunt ook op de hoogte worden gebracht door alarmen als alarmen
zijn geactiveerd.
Als u Vliegmodus inschakelt, reduceert dit het batterijverbruik.
De vliegmodus inschakelen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken.
3
Schakel het selectievakje Vliegmodus in.
U kunt ook
te openen, drukt u op de aan-/uit-toets en houd u deze vast .
Vliegmodus selecteren in het menu Telefoonopties. Om het menu Telefoonopties
.
Batterij
Uw Android™-telefoon houdt u verbonden en bijgewerkt, waar u ook bent. Dit beïnvloedt
de levensduur van de batterij van uw telefoon. Hieronder vindt u enkele tips voor het
verlengen van de levensduur van de batterij en toch verbonden en up-to-date te blijven.
Batterijprestaties
Stand-bytijd, een term die veel wordt gebruikt bij batterijprestaties, verwijst naar de tijd waarin
de telefoon met het netwerk is verbonden en niet wordt gebruikt. Hoe langer uw telefoon zich in
de stand-bystand bevindt (en niet op een andere manier actief is), hoe langer de levensduur van
de batterij.
Aan de hand van de volgende tips kunt u ervoor zorgen dat de batterij langer meegaat:
•
Laad de telefoon vaak op. Dit heeft geen invloed op de levensduur van de batterij.
•
Gegevens van het internet downloaden verbruikt veel energie. Wanneer u het internet niet
gebruikt, kunt u energie besparen door alle gegevensverbindingen via mobiele netwerken
uit te schakelen. U kunt dit doen via Instellingen > Draadloos en netwerken > Mobielenetwerken. Bij deze instelling kunt u niet verhinderen dat uw telefoon gegevens verzendt
via andere draadloze netwerken.
•
Schakel GPS, Bluetooth™ en Wi-Fi® uit wanneer u deze functies niet nodig hebt. U kunt
deze functies gemakkelijker in- en uitschakelen door de widget Statusschakelaar aan uw
Startscherm toe te voegen. U hoeft 3G niet uit te schakelen.
•
Stel uw synchronisatieapplicaties (die worden gebruikt om uw e-mail, kalender en
contacten te synchroniseren) in op handmatig synchroniseren. U kunt de telefoon ook
automatisch laten synchroniseren, maar vergroot in dat geval het interval.
•
Controleer het menu batterijgebruik op de telefoon om te zien welke applicaties de meeste
energie gebruiken. Uw batterij verbruikt meer energie wanneer u applicaties voor het
streamen van video en muziek, zoals YouTube™, gebruikt. Bepaalde Android Market™applicaties verbruiken ook meer energie.
•
Sluit applicaties af die u niet gebruikt. Multitasken heeft namelijk een nadelige invloed op
de batterijprestaties.
•
Verlaag het helderheidsniveau van de schermweergave.
•
Schakel uw telefoon uit of gebruik Vliegmodus als u zich in een gebied zonder
netwerkdekking bevindt. Als u dit niet doet, zoekt de telefoon steeds opnieuw naar
beschikbare netwerken en dat kost energie.
•
Gebruik een originele headset van Sony Ericsson om naar muziek te luisteren. Dit verbruikt
minder batterijvermogen dan wanneer u naar muziek luistert via de luidsprekers van de
telefoon.
Bezoek www.sonyericsson.com/support voor meer informatie over het optimaliseren van de
batterijprestaties.
Het menu voor batterijgebruik openen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Over de telefoon > Accugebruik om te zien welke
.
geïnstalleerde applicaties de meeste batterijstroom verbruiken.
De widget Gegevensverkeer aan uw startscherm toevoegen
1
Druk vanuit uw Startscherm op .
2
Tik op Toevoegen > Widgets.
3
Selecteer de widget Dataverkeer. U kunt nu uw gegevensverbinding gemakkelijker
in- en uitschakelen.
De widget Statusschakelaar aan uw startscherm toevoegen
1
Druk vanuit uw Startscherm op
2
Tik op Toevoegen > Widgets.
3
Selecteer de widget Status wijzigen.
.
Status batterij-LED
Groen
Knippert roodHet batterijniveau is laag
OranjeDe batterij wordt opgeladen. Het batterijniveau ligt tussen laag en volledig opgeladen
Het batterijniveau controleren
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op Instellingen > Over de telefoon > Status.
De batterij is volledig opgeladen
Geheugen
U kunt content opslaan op een geheugenkaart en in het telefoongeheugen. Muziek,
videoclips en foto's worden opgeslagen op de geheugenkaart. Applicaties, contacten en
berichten worden opgeslagen in het telefoongeheugen.
U kunt bepaalde applicaties van het telefoongeheugen naar de geheugenkaart verplaatsen.
Ga naar en tik op Instellingen > Toepassingen > Toepassingen beheren.
3
Tik op de gewenste applicatie.
4
Tik op Verplaatsen naar SD-kaart.
U kunt bepaalde applicaties niet van het telefoongeheugen naar de geheugenkaart verplaatsen.
Geheugenkaart
U moet de geheugenkaart mogelijk afzonderlijk aanschaffen.
De telefoon biedt ondersteuning voor microSD™-kaarten. Deze kaarten worden gebruikt
voor media-inhoud. Dit type kaart kan ook in andere compatibele apparaten worden
gebruikt als draadbare geheugenkaart.
Zonder geheugenkaart kunt u de camera niet gebruiken en kunt u geen muziekbestanden of
videoclips afspelen of downloaden.
De geheugenkaart veilig verwijderen
U kunt de geheugenkaart veilig verwijderen op elk moment wanneer uw telefoon is
uitgeschakeld. Als u de geheugenkaart wilt verwijderen wanneer uw telefoon is
ingeschakeld, moet u de geheugenkaart eerst logisch ontkoppelen voordat u deze fysiek
uit de telefoon verwijderd. Hiermee voorkomt u beschadigingen aan de geheugenkaart zelf
of mogelijk verlies van de gegevens die op de geheugenkaart zijn opgeslagen.
De geheugenkaart ontkoppelen
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Opslagruimte > SD-kaart ontkoppelen.
.
De geheugenkaart formatteren
U kunt de geheugenkaart formatteren op uw telefoon, bijvoorbeeld om geheugen vrij te
maken. Dit betekent dat u alle gegevens op de kaart wist.
Alle content op de geheugenkaart wordt gewist wanneer u deze formatteert. Zorg dat u een backup maakt van alle zaken die u wilt behouden voordat u de geheugenkaart formatteert. Als u een
back-up wilt maken van uw content, kunt u deze kopiëren naar de computer. Zie voor meer
informatie het hoofdstuk Uw telefoon aansluiten op een computer op pagina 103.
De geheugenkaart formatteren
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op Instellingen > Opslagruimte > SD-kaart ontkoppelen.
3
Nadat u de geheugenkaart hebt ontkoppeld, tikt u op SD-kaart wissen.
Als u een gesprek wilt beantwoorden, drukt u op de toets voor afhandeling van
gesprekken. Als u muziek beluistert, wordt de muziek onderbroken wanneer u een
gesprek ontvangt en hervat wanneer het gesprek is beëindigd.
3
Als u een gesprek wilt beëindigen, drukt u op de toets voor afhandeling van
gesprekken.
Als er geen draagbare headset bij de telefoon is geleverd, kunt u deze afzonderlijk aanschaffen.
Instellingen voor internet en berichten
Als u SMS- en MMS-berichten wilt verzenden en toegang wilt hebben tot internet, moet u
over een mobiele 2G/3G-gegevensverbinding beschikken en de juiste instellingen
configureren. Er zijn verschillende manieren om deze instellingen op te halen:
•
Voor de meeste mobiele telefoonnetwerken en operators worden de instellingen voor
internet en berichten vooraf op de telefoon geïnstalleerd. U kunt vervolgens direct internet
gebruiken en berichten verzenden.
•
In sommige gevallen hebt u de mogelijkheid om instellingen voor internet en berichten te
downloaden wanneer u de telefoon voor de eerste keer inschakelt. Het is ook mogelijk om
deze instellingen later te downloaden via het menu Instellingen.
•
U kunt op elk moment handmatig instellingen voor internet en berichten op uw telefoon
toevoegen en wijzigen. Neem contact op met uw netwerkoperator voor gedetailleerde
informatie over de instellingen voor internet en berichten.
Instellingen voor internet en berichten downloaden
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Sony Ericsson > Internetinstellingen.
.
De huidige APN (Access Point Name, toegangspuntnaam) weergeven
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken > Mobiele netwerken.
3
Tik op Namen toegangspunten.
Als er meerdere verbindingen beschikbaar zijn, wordt de actieve netwerkverbinding aangegeven
met een geselecteerd keuzerondje aan de rechterkant.
.
APN-instellingen handmatig configureren
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op Instellingen > Draadloos en netwerken > Mobiele netwerken
> Namen toegangspunten.
3
Druk op
4
Tik op Nieuwe APN.
5
Tik op Naam en voer de naam in voor het netwerkprofiel dat u wilt maken.
6
Tik op APN en voer de naam van het toegangspunt in.
7
Voer alle overige informatie in die vereist is door uw netwerkoperator.
8
Druk op
Neem contact op met uw netwerkoperator voor gedetailleerde informatie over de
netwerkinstellingen.
.
en tik op Opslaan.
De standaardinstellingen voor internet herstellen
1
Tik op het Startscherm op
2
Tik op Instellingen > Draadloos en netwerken > Mobiele netwerken > APN's.
3
Druk op .
4
Tik op Standaardinstellingen.
.
Gebruiksinformatie
Voor kwaliteitsdoeleinden verzamelt Sony Ericsson anonieme bugrapporten en statistieken
over uw telefoongebruik. Geen van de verzamelde informatie bevat persoonlijke gegevens.