Instructions Manual
Gebruiksaanwijzing
Bedienungsanleitung
Bruksanvisning
Manual de instrucciones
Manual de Instruções
ɋɮɥɩɝɩɟɬɭɝɩ ɪɩ ɸɥɬɪɦɮɛɭɛɱɣɣ
Brugsvejledning
INDICE
CONSIGLI E SUGGERIMENTI.............................................................................................................................................. 4
CONSEILS ET SUGGESTIONS.......................................................................................................................................... 12
ADVIEZEN EN SUGGESTIES............................................................................................................................................. 28
GEBRUIK .............................................................................................................................................................................33
EMPFEHLUNGEN UND HINWEISE ................................................................................................................................... 36
REKOMMENDATIONER OCH TIPS................................................................................................................................... 44
CONSEJOS Y SUGERENCIAS........................................................................................................................................... 52
CONSELHOS E SUGESTÕES............................................................................................................................................ 60
RÅD OG ANVISNINGER .....................................................................................................................................................76
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende uitvoeringen van het apparaat. Het is
mogelijk dat er een aantal kenmerken worden beschreven die niet van toepassing zijn op
uw apparaat.
INSTALLATIE
• De fabrikant aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade die voortkomt uit
onjuiste of niet overeenkomstig de regels der kunst uitgevoerde installaties.
• De minimale veiligheidsafstand tussen de kookplaat en de wasemkap bedraagt 650 mm
(sommige modellen kunnen lager worden geïnstalleerd, raadpleeg de paragrafen
afmetingen en installatie).
• Controleer of de netspanning correspondeert met de spanning die aangegeven is op het
plaatje aan de binnenkant van de wasemkap.
• Voor apparaten van klasse I dient u zich ervan te verzekeren dat het elektriciteitsnet in uw
huis over een goede aarding beschikt.
• Verbind de wasemkap met de luchtuitlaat door middel van een leiding met een diameter
van 120 mm of groter. De leiding moet een zo kort mogelijke route afleggen.
• Sluit de wasemkap niet aan op afvoerpijpen van rook die geproduceerd is door
verbranding (verwarmingsketels, open haarden etc.).
• Als er in het vertrek zowel de wasemkap als apparaten die niet op elektriciteit werken
(bijvoorbeeld gasapparaten) worden gebruikt, moet ervoor worden gezorgd dat het vertrek
voldoende geventileerd wordt. Indien de keuken geen gat in de buitenmuur heeft om de
aanvoer van schone lucht te garanderen, dient dit gemaakt te worden. Een juist gebruik
zonder gevaren wordt verkregen wanneer de maximale onderdruk in het vertrek niet hoger
is dan 0,04 mbar.
• Om elk risico te voorkomen moet een beschadigde voedingskabel door de fabrikant of
door de technische servicedienst worden vervangen.
GEBRUIK
• De wasemkap is uitsluitend ontworpen voor huishoudelijk gebruik, voor het elimineren van
kookgeuren. Gebruik de kap nooit op oneigenlijke wijze.
• Laat geen hoog brandende branders onbedekt onder de wasemkap
terwijl deze in werking is.
• Regel de vlammen altijd zo dat ze niet langs de pannen omhoogkomen.
• Controleer frituurpannen tijdens het gebruik: de oververhitte olie zou vlam kunnen vatten.
• Er mag niet onder de afzuigkap geflambeerd worden; brandgevaar
• Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (inclusief kinderen) met beperkte
psychische, sensorische en geestelijke vermogens, of door personen zonder ervaring en
kennis, tenzij ze onder toezicht staan of worden geïnstrueerd over het gebruik van het
apparaat door personen die verantwoordelijk zijn voor hun veiligheid.
• Kinderen moeten worden gecontroleerd om er zeker van te zijn dat ze niet met het
apparaat spelen.
• LET OP: de toegankelijke onderdelen kunnen erg warm worden als ze met kookap
paraten worden gebruikt.”
ONDERHOUD
• Alvorens onderhoudswerkzaamheden uit te voeren, moet de wasemkap uitgeschakeld
worden door de stekker uit het stopcontact te halen of de hoofdschakelaar om te zetten.
• Voer het onderhoud van de filters altijd tijdig en nauwgezet uit,volgens de aanbevolen
intervallen (Brandgevaar).
• Om de oppervlakken van de kap schoon te maken is het voldoende een vochtige doek en
een neutraal reinigingsmiddel te gebruiken.
2°
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval
mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en
elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier
wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen
voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van
dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast
met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
7.2.1 2 Bevestigingsbeugels Bovenstuk van de Schouw
7.3 1 Draagbeugel verbindingsstuk
11 6 Pluggen
12a 6 Schroeven 4,2 x 44,4
12c 6 Schroeven 2,9 x 9,5
Documentatie
1 Gebruiksaanwijzing
NL
15
14.1
7.3
9
10
2.1
2
2.2
1
12a
7.2.1 11
12c
11
12a
2
29
INSTALLATIE
Boren van gaten in de wand en bevestiging van de draagbeugels
1÷2
7.3
7.2.1
11
12a
650 min.
116
116
X
320
Trek de volgende lijnen op de wand:
• een verticale lijn tot aan het plafond of tot aan de bovenlimiet, in het midden van de zone waar u
de wasemkap wilt installeren;
• een horizontale lijn op: 650 mm min. boven de kookplaat.
• Plaats, zoals aangegeven, de beugel 7.2.1 op 1-2 mm van het plafond of van de bovenlimiet, en
lijn het midden ervan (inkepingen) uit op de verticale referentielijn.
• Teken de middelpunten van de gaten in de beugel af.
• Plaats, zoals aangegeven, de beugel 7.2.1 op X mm onder de eerste beugel (X = hoogte
bijgeleverde bovenstuk van de schouw), en lijn het midden ervan (inkepingen) uit op de verticale
referentielijn.
• Teken de middelpunten van de gaten in de beugel af.
• Teken, zoals aangegeven, een referentiepunt af op 116 mm van de verticale referentielijn en op
320 mm boven de horizontale referentielijn.
• Herhaal deze handeling aan de andere kant.
• Boor op de afgetekende punten gaten van ø 8 mm.
• Schuif de pluggen 11 in de gaten.
• Bevestig de onderste beugel 7.2.1 met behulp van de bijgeleverde schroeven 12a (4,2 x 44,4).
• Bevestig de bovenste beugel 7.2.1 met de draagbeugel van het verbindingsstuk 7.3 met behulp
van de bijgeleverde schroeven 12a (4,2 x 44,4).
• Schroef 2 van de bijgeleverde schroeven 12a (4,2 x 44,4) in de gaten voor bevestiging van de
wasemkap en laat hierbij een ruimte van 5-6 mm tussen de wand en de kop van de schroef.
NL
3
30
Montage van de Wasemkap
• Alvorens de wasemkap vast te haken, de 2 schroeven Vr, die
zich op de bevestigingspunten van de wasemkap bevinden,
aanhalen.
• Haak de wasemkap vast aan de schroeven 12a.
• De dragende schroeven 12a definitief aanhalen.
• Draai aan de schroeven Vr om de wasemkap recht te hangen.
Aansluitingen
LUCHTUITLAAT AFZUIGVERSIE
Bij installatie in afzuigversie, moet u de wasemkap met de uitlaatleiding verbinden door middel van een starre of buigzame
leiding van ø 150 of 120 mm, naar keuze van de installateur.
Leiding van ø150
• De Toom met Klep 10 worden aangebracht.
• Zet de leiding vast met geschikt leidingklemmen.
Het benodigde materiaal wordt niet bij de wasemkap geleverd.
Leiding van ø120
• Voor verbinding met een leiding van ø120 mm, moet de reductieflens 9 op de Toom met Klep 10 worden aangebracht.
• Zet de leiding vast met geschikt leidingklemmen.
Het benodigde materiaal wordt niet bij de wasemkap geleverd.
• Verwijder de eventuele geurfilters met actieve koolstof.
Vr
12a
10
ø 120ø 150
9
10
LUCHTUITLAAT FILTERVERSIE
• Monteer de verlengstukken van het verbindingsstuk 14.1 zijdelings op het verbindingsstuk 15.
• Den Anschluss 15 am Haltebügel 7.3 einsetzen und mit einer
Schraube fixieren.
• Verzeker u ervan dat de uitlaat van de verlengstukken van het
verbindingsstuk 14.1 zowel horizontaal als verticaal correspondeert met de mondstukken van de schouw.
• Sluit het verbindingsstuk 15 aan op de uitgang van de kap met
behulp van een starre of buigzame leiding van 150 mm, naar
keuze van de installateur.
• Verzeker u ervan dat het geurfilter met actieve
koolstof geïnstalleerd is.
NL
ø 150
14.1
3
31
7.3
15
ELEKTRISCHE AANSLUITING
• Sluit de wasemkap aan op de netspanning met een tweepolige
schakelaar ertussen met een opening tussen de contacten van
tenminste 3 mm.
• Verwijder de vetfilters (zie par. "Onderhoud") en verzeker u
ervan dat de stekker van de voedingskabel goed in de contactdoos van de afzuigkap is gestoken.
Montage van de schouw
Bovenstuk van de schouw
• De twee zijplaten enigszins openen, ze vasthaken achter de
beugels 7.2.1 en ze weer zo ver mogelijk sluiten.
• Aan de zijkant aan de beugel bevestigen met de 4 bijgeleverde
schroeven 12c.
• Verzeker u ervan dat de uitlaat van de verlengstukken van het
verbindingsstuk 14.1 correspondeert met de mondstukken van
de schouw.
Onderstuk van de schouw
• De twee zijplaten van de schouw enigszins openen, ze vasthaken tussen het bovenstuk van de schouw en de wand en ze weer zo ver mogelijk sluiten.
• Bevestig het onderstuk aan de zijkanten aan de wasemkap met
2 van de bijgeleverde schroeven 12c.
NL
7.2.1
12c
2.1
2
2.2
12c
3
32
GEBRUIK
Bedieningspaneel
Toets Functie Led
ASchakelt de verlichtingsinstallatie op de hoogste lichtsterkte in/uit. Aan/Uit
Schakelt de verlichtingsinstallatie in de modus ‘sfeerverlichting' in/uit. Aan/Uit
BZet de motor uit.
Als deze toets ongeveer 5 seconden wordt ingedrukt, wordt het toetsenbord
geblokkeerd/gedeblokkeerd, bijvoorbeeld om het oppervlak schoon te
maken.
CSchakelt de motor op de eerste snelheid in. Aan/Uit
DSchakelt de motor op de tweede snelheid in. Aan/Uit
ESchakelt de motor op de derde snelheid in. Aan/Uit
FSchakelt de hoge snelheid vanuit elke snelheidsstand in/uit, ook vanuit de
uitgeschakelde stand van de motor. Deze snelheid wordt 10 minuten
aangehouden en daarna keert het systeem terug naar de eerder ingestelde
snelheid. Geschikt voor het opvangen van de maximale uitstoot van
kookdampen. Deze functie wordt ook uitgeschakeld door op toets B te
drukken.
Als de toets ongeveer 5 seconden ingedrukt wordt gehouden als alle
belastingen (motor+lamp) uitgeschakeld zijn, dan wordt het alarm van de
actieve koolstoffilters in- of uitges chakeld.
G 24H-functie
Schakelt de eerste snelheid van de motor in/uit en stelt de afzuiging elk uur
10 minuten in werking. Deze functie kan niet worden geactiveerd als de
Hoge snelheid of Delay actief is.
Als tijdens het filteralarm ongeveer 5 seconden op deze toets wordt gedrukt,
wordt het alarm gereset.
Deze signaleringen zijn alleen zichtbaar als de motor uitstaat.
H Delay-functie
Schakelt de automatische in/uit met een vertraging van 30'. Geschikt om
restgeurtjes te verwijderen. Deze functie kan vanuit elke stand worden
ingeschakeld. Deze functie kan niet worden geactiveerd als de Hoge
snelheid of 24H actief is.
Als de toets ongeveer 5 seconden ingedrukt wordt gehouden als alle
belastingen (motor+lamp) uitgeschakeld zijn, dan wordt de
afstandsbediening in- of uitgesch akeld.
ROntvanger afstandsbedi ening.
De toetsen gaan één voor één cyclisch br anden.
Knippert één maal per seconde.
Toets B (2 maal knipperen)–Ala rm aan.
Toets B (1 maal knipperen)–Ala rm uit.
Aan/Uit
B knippert drie maal.
Na de procedure gaat de eerder getoon de signalering uit:
De toets G knippert en signaleert hiermee dat de metalen
vetfilters moeten worden gewassen. Het alarm wordt na 100
bedrijfsuren van de afzuigkap ingeschakeld.
De toets G knippert en signaleert hiermee dat de actieve
koolstoffilters moeten worden vervangen en dat ook de
metalen vetfilters moeten worden gewassen. Het alarm wordt
na 200 bedrijfsuren van de afzuigkap ingeschakeld.
Aan/Uit
Toets B (2 maal knipperen)–Afsta ndsbediening aan.
Toets B (1 maal knipperen)–Afsta ndsbediening uit.
NL
3
33
ONDERHOUD
AFSTANDSBEDIENING (OPTIE)
Dit apparaat kan met behulp van een afstandsbediening worden
bestuurd. Deze werkt op alkaline zinkkoolstof batterijen van 1,5
V van het standaardtype LR03-AAA (niet inbegrepen).
• Bewaar de afstandsbediening niet in de buurt van warmtebronnen.
• De batterijen mogen na gebruik niet in het milieu terechtkomen, gooi ze in de hiervoor bestemde afvalbakken.
Metalen vetfilters
De vetfilters kunnen in de vaatwasser worden gewassen. Dit moet
gebeuren als de toets G gaat knipperen of in elk geval ongeveer
om de 2 maanden of vaker bij veelvuldig gebruik.
Reset van het alarmsignaal
• Schakel de verlichting en de zuigmotor uit, en zet daarna de
24h-functie uit, als deze is ingeschakeld.
• Druk ongeveer 5 seconden op de toets G (zie de paragraaf
Gebruik).
Reinigen van de filters
• Verwijder de filters één voor één, door hen met uw ene hand te
ondersteunen terwijl u met de andere hand de hendel omlaag
trekt.
• Was de filters zonder ze te buigen en laat ze drogen alvorens ze
weer te monteren. (Een eventuele kleurverandering van het
filteroppervlak die zich in de loop van de tijd kan voordoen
heeft geen nadelige gevolgen voor de efficiëntie van het filter.)
• Monteer de filters weer en houd de handgreep daarbij naar het
zichtbare deel aan de buitenkant.
NL
3
34
Geurfilters met actieve koolstof (Model met luchtcirculatie)
Dit filter is niet afwasbaar en niet regenereerbaar en moet worden vervangen als G knippert of
in elk geval om de 4 maanden. Het alarm, mits vooraf geactiveerd, wordt alleen gesignaleerd
als de zuigmotor ingeschakeld is.
Activering van het alarmsignaal
• Bij afzuigkappen met luchtcirculatie moet het alarmsignaal ten teken dat de filters verzadigd
zijn geactiveerd worden op het moment van de installatie of daarna.
• Schakel de lampen en de zuigmotor uit.
• Druk ongeveer 5 seconden op de toets F:
• de toets B knippert 2 maal -- Alarm verzadiging filter met actieve koolstof AAN.
• de toets B knippert 1 maal -- Alarm verzadiging filter met actieve koolstof UIT.
VERVANGEN VAN HET GEURFILTER MET ACTIEVE KOOLSTOF
Reset van het alarmsignaal
• Schakel de lampen en de zuigmotor uit.
• Druk ongeveer 5 seconden op de toets G (zie de paragraaf
Gebruik).
Vervangen van het filter
• Verwijder de metalen vetfilters.
• Verwijder het verzadigde geurfilter met actieve koolstof met
behulp van de haken.
• Monteer het nieuwe filter in zijn behuizing.
• Monteer de metalen vetfilters weer.
Verlichting
VERVANGEN VAN DE LAMPEN
Halogeenlampen van 20 W
• Verwijder de metalen glasklem met drukbevestiging door de
ringmoer met een hefboom op te tillen. Ondersteun hem hierbij
met uw hand.
• Neem het halogeenlampje uit de lamphouder.
• Vervang hem door een nieuw lampje met dezelfde
eigenschappen. Let er daarbij op om de twee pennen correct in
de behuizing van de lamphouder te steken.
• Monteer de glasklem met drukbevestiging weer.
NL
3
35
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.