Smeg FR310APL1 User Manual [nl]

GEBRUIKSAANWIJZING
ALVORENS HET PRODUCT TE GEBRUIKEN MILIEUTIPS ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN
ADVIEZEN GEBRUIK VAN HET KOELVAK GEBRUIK VAN HET VRIESVAK ONTDOOIEN VAN HET APPARAAT REINIGING EN ONDERHOUD OPSPOREN VAN STORINGEN /
KLANTENSERVICE KLANTENSERVICE INSTALLATIE
33
ALVORENS HET PRODUCT TE GEBRUIKEN
Het door u aangeschafte apparaat is uitsluitend
bestemd voor huishoudelijk gebruik.
Voor een optimaal gebruik van uw apparaat is het raadzaam de gebruiksaanwijzing aandachtig door te lezen, hierin vindt u een beschrijving van het apparaat en adviezen voor het conserveren van voedingsmiddelen.
Bewaar dit boekje zodat u het naderhand nog eens kunt raadplegen.
Controleer na het uitpakken van het apparaat
1.
of het niet beschadigd is en of de deur goed sluit. Uw leverancier dient binnen 24 uur vanaf de levering van het apparaat van eventuele schade op de hoogte te worden gesteld. Wacht minstens twee uur alvorens het apparaat
2.
in werking te stellen om het koelcircuit perfect te kunnen laten functioneren. Zorg ervoor dat de installatie en de elektrische
3.
aansluiting door een gekwalificeerd technicus worden verricht overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant en de plaatselijke veiligheidsvoorschriften. Reinig de binnenkant van het apparaat alvorens
4.
het in gebruik te nemen.
MILIEUTIPS
1.Verpakking
Het verpakkingsmateriaal is voor 100% recyclebaar en draagt het recyclingssymbool. Voor de verwerking moeten de plaatselijke voorschriften worden nageleefd. Het verpakkingsmateriaal (plastic zakken, stukken polystyreen enz.) moet buiten het bereik van kinderen worden gehouden, omdat het een bron van gevaar kan vormen.
2.Afdanken/verwerken
Het apparaat is vervaardigd van materiaal dat kan worden gerecycled. Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit apparaat op de juiste manier als afval wordt verwerkt, helpt u mogelijk negatieve consequenties voor het milieu en de menselijke gezondheid te voorkomen.
Het symbool op het apparaat of op de bijbehorende documentatie geeft aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. In plaats daarvan moet het worden afgegeven bij een verzamelpunt voor recycling van elektrische en elektronische apparaten. Maak het apparaat op het moment dat het wordt afgedankt onbruikbaar door de voedingskabel door te snijden en de deuren en schappen te verwijderen, zodat kinderen niet gemakkelijk in het apparaat kunnen kruipen. Volg bij het afdanken van het apparaat de plaatselijke voorschriften voor afvalverwerking en breng het naar een speciaal afvalverwerkingscentrum, en laat het niet onbewaakt achter, ook niet voor slechts een paar dagen, aangezien het voor kinderen een bron van gevaar kan opleveren. Voor nadere informatie over de behandeling, terugwinning en recycling van dit apparaat wordt u verzocht contact op te nemen met het stadskantoor in uw woonplaats, uw afvalophaaldienst of de winkel waar u het apparaat hebt aangeschaft.
Informatie:
Dit apparaat bevat geen CFK. Het koelcircuit bevat R134a (HFC) of R600a (HC), zie serienummerplaatje in het apparaat. Voor apparaten met isobutaan (R600a): Isobutaan is een natuurlijk gas dat geen invloed heeft op het milieu, maar wel ontvlambaar is. Het is daarom noodzakelijk om te controleren of de leidingen van het koelcircuit niet beschadigd zijn
Conformiteitsverklaring
Dit apparaat is bestemd voor het conserveren
van voedingsmiddelen en is vervaardigd in overeenstemming met de verordening (EG) nr. 1935/2004.
Dit apparaat is ontwikkeld, vervaardigd en op
de markt gebracht in overeenstemming met:
- de veiligheidsvereisten van de laagspanningsrichtlijn 73/23/EEG;
- de veiligheidsvereisten van de EMC-richtlijn 89/336/EEG, ewijzigd door de richtlijn 93/68/EEG.
De elektrische veiligheid van het apparaat is
alleen gewaarborgd wanneer het op de juiste wijze op een efficiënt werkende installatie is aangesloten, die volgens de
voorschriften is geaard.
wettelijke
34
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN
Zorg ervoor dat het apparaat tijdens de
installatie de voedingskabel niet beschadigt. Installeer het apparaat niet in de buurt van een
warmtebron. Laat een vrije ruimte aan de zijkanten en
boven het apparaat om een goede ventilatie te garanderen of volg de installatie-instructies. Houd de ventilatie-openingen van het
apparaat vrij van obstakels. De voedingskabel mag alleen door
gekwalificeerd personeel worden gewijzigd of vervangen. Het moet mogelijk zijn het apparaat van het
elektriciteitsnet af te koppelen door de stekker uit het stopcontact te halen of via een tweepolige netschakelaar die bovenstrooms van het stopcontact is geplaatst.
Controleer of de spanning op het typeplaatje
overeenkomt met de spanning in uw woning Gebruik voor de aansluiting op de
waterleiding de bij het nieuwe apparaat geleverde slang en niet die van het vorige apparaat. Installeer het apparaat waterpas op een vloer
die het gewicht kan dragen en in een ruimte die geschikt is voor de afmetingen en het gebruik van het apparaat. Het apparaat moet door twee of meerdere
personen worden verplaatst en geïnstalleerd. Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het
apparaat om te voorkomen dat de vloer beschadigd raakt (bv. parket). Gebruik geen enkele of meervoudige
adapters of verlengsnoeren. Plaats het apparaat in een droge en goed
geventileerde ruimte. Het apparaat is afgesteld om te werken in ruimten waarin de temperatuur binnen de volgende waarden ligt, afhankelijk van de klimaatklasse die op het typeplaatje staat aangegeven. Het is mogelijk dat het apparaat niet goed functioneert als het voor een lange tijd in een ruimte wordt gelaten met een hogere of lagere temperatuur dan het genoemde bereik.
Klimaatklasse Omg. temp.
(°C)
SN Van 10 tot 32 Van 50 tot 90
N Van 16 tot 32 Van 61 tot 90
ST Van 16 tot 38 Van 61 tot 100
T Van 16 tot 43 Van 61 tot 110
Omg. temp.
(°F)
Bewaar of gebruik geen benzine of andere
gassen en licht ontvlambare stoffen in de buurt van het apparaat of van andere elektrische huishoudelijke apparatuur. De dampen die hieruit voortkomen kunnen brand of explosies veroorzaken.
Gebruik geen andere mechanische,
elektrische of chemische systemen die het ontdooiproces versnellen dan door de fabrikant zijn aanbevolen. Beschadig de leidingen van het koelcircuit van
het apparaat niet. Gebruik of plaats geen elektrische apparaten
in de vakken van het apparaat, als hiervoor geen uitdrukkelijke toestemming door de fabrikant is gegeven. Het apparaat is niet bestemd om gebruikt te
worden door jonge kinderen of zieke personen zonder lichamelijke controle.
Om het risico op verstikking en opsluiting in
de koelkast te vermijden, mag het kinderen niet worden toegestaan in het apparaat te spelen of zich erin te verstoppen. Slik de (niet-giftige) vloeistof uit de
vrieselementen niet in (indien bijgeleverd). Gebruik het koelvak uitsluitend voor het
bewaren van verse levensmiddelen en het vriesvak uitsluitend voor het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van verse levensmiddelen en het maken van ijsblokjes. Bewaar geen dranken in glas in het vriesvak
want deze kunnen barsten. Eet geen ijsblokjes of waterijsjes die net uit de
vriezer komen, aangezien deze zo koud zijn dat ze brandwonden kunnen veroorzaken. Trek de stekker uit het stopcontac t of sluit de
stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of onderhoudswerkzaamheden begint. Alle apparaten met ijsmakers en
waterdispensers moeten op een waterleidingnet aangesloten worden dat uitsluitend drinkwater levert (met een waterleidingdruk van tussen de 0,17 en 0,81 Mpascals (1,7 en 8,1 bar)) De ijsmakers en/of waterdispensers die niet rechtstreeks op het waterleidingnet zijn aangesloten, mogen uitsluitend met drinkwater worden gevuld.
• De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld, indien bovenstaande adviezen en voorzorgsmaatregelen niet in acht zijn genomen.
35
GEBRUIK VAN HET KOELVAK
Ingebruikneming van het apparaat
Steek de stekker in het stopcontact.
1.
Het apparaat is nu ingeschakeld. De temperatuur is in de fabriek vooringesteld op 5 °C.
2. Als de deur langer dan 2 minuten openblijft, wordt het geluidsalarm ingeschakeld
(zie de paragraaf “Alarm koelkastdeur open” in dit hoofdstuk).
Instelling van de temperatuur van het koelvak
Om de temperatuur in het vak te wijzigen, gaat u als volgt te werk:
Druk op toets (A) om minder koude temperaturen te
selecteren; druk op toets (A) om koudere temperaturen te
selecteren.
Opmerking:
De luchttemperatuur van de omgeving, de frequentie waarmee de deur wordt geopend en de plaats van het apparaat kunnen van invloed zijn op de binnentemperatuur va n de koelkast, die kan afwijken van de temperatuur op het paneel.
Het apparaat uitschakelen
Als het apparaat lange tijd niet gebruikt gaat worden, kunt u het uitschakelen door op toets (C) te drukken. Op deze manier blijft het apparaat gevoed, maar stopt het met werken; de binnenverlichting en alle lampjes van de toetsen woren uitgeschakeld, behalve het rode lampje van toets (C). Druk om het apparaat weer te starten op toets (C).
Alarm koelkastdeur open
Het apparaat is in staat te waarschuwen als de deur onopzettelijk open is gebleven, via de knipperende binnenverlichting. De binnenverlichting begint te knipperen als de deur 2 minuten lang open is blijven staan, en gaat uit als de deur weer gesloten wordt.
Bewaren van levensmiddelen in het koelvak
Plaats de levensmiddelen zoals in de afbeelding: A Gekookt voedsel BVis, vlees C Groente en fruit DKaas EFlessen
Opmerkingen:
De afstand tussen de schappen en de achterste binnenwand van de koelkast zorgt voor een vrije
luchtcirculatie. Zet de levensmiddelen niet tegen de a c h t e r wa n d v a n h e t koelvak.
Zet geen levensmiddelen in de koelkast die nog warm zijn.
Bewaar vloeistoffen in gesloten houders.
• Let op
• Het bewaren van groente met een hoog watergehalte kan condensvorming veroorzaken op het glazen schap van de groente- en fruitlade: dit beïnvloedt het correct functioneren van het apparaat niet.
36
GEBRUIK VAN HET VRIESVAK
In het vriesvak kunnen ook verse levensmiddelen worden ingevroren. De hoeveelheid verse levensmiddelen die in 24 uur kan worden ingevroren staat aangegeven op het
typeplaatje. Invriezen van vers voedsel
Druk op de invriestoets D; het gele lampje gaat branden en blijft dat doen gedurende de hele invriesperiode.
De geadviseerde plaats voor het in te vriezen voedsel is te zien in
is, of in Zet de levensmiddelen op het rooster en laat voldoende ruimte om de pakjes heen zodat de lucht
A
goed kan circuleren, en zorg ervoor dat de pakjes niet in aanraking komen met al ingevroren producten (
Zet het voedsel midden in het vak , zonder dat ze in aanraking komen met de al bevroren
B
producten, door een afstand van ongeveer 20 mm ( Na ongeveer 24 uur schakelt de functie zichzelf automatisch uit en dooft het gele lampje van knop D.
De functie kan worden afgebroken door knop D nogmaals in te drukken.
Bij de aankoop van diepvriesproducten moet u op de volgende punten letten:
de verpakking of het pak moet onbeschadigd zijn, omdat het product anders kan bederven. Als een
pakje bol staat of als er vochtplekken op zitten, is het niet onder optimale omstandigheden bewaard en kan het al gedeeltelijk zijn ontdooid.
De diepvriesproducten moeten als laatste worden gekocht en in isolerende tassen worden vervoerd.
Leg de diepvriesproducten bij thuiskomst meteen in het vriesvak.
De gedeeltelijk ontdooide diepvriesproducten mogen niet opnieuw worden ingevroren, maar
moeten binnen 24 uur worden geconsumeerd. Variaties in temperatuur moeten vermeden worden of tot een minimum worden beperkt. De uiterste
houdbaarheidsdatum op de verpakking moet worden gerespecteerd. De instructies op de verpakking voor het conserveren van diepvriesproducten moeten altijd worden
opgevolgd.
IJsblokjes maken
Vul het ijsbakje voor 2/3 met water en zet het in vak .
Gebruik, indien het ijsbakje aan de bodem van het vriesvak is vastgevroren, geen puntige of
scherpe voorwerpen om het los te maken. Om de ijsblokjes eenvoudig te verwijderen buigt u het bakje om.
als er geen rooster bijgeleverd is.
Afb. 2
).
Afb. 1
) aan te houden.
Afb. 2
als er een rooster aanwezig
Afb. 1
Afb. 2Afb. 1
In de tabel hiernaast kunt u zien hoeveel maanden verse, ingevroren levensmiddelen bewaard kunnen worden.
MAANDEN VOEDSEL
37
Haal voordat u het vriesvak gaat ontdooien altijd de stekker uit het stopcontact, of koppel hoe dan ook het apparaat af van de stroomtoevoer. Het koelvak wordt geheel automatisch ontdooid. De aanwezigheid van waterdruppels op de achterwand aan de binnenkant van het koelvak duidt erop dat het apparaat bezig is automatisch te ontdooien. Het dooiwater wordt automatisch via een afvoeropening in een opvangbak geleid, waar het verdampt.
Reinig regelmatig de afvoeropening van het doo iwater, met behulp van het bijgeleverde gereedschap, om een constante afvoer van het dooiwater zeker te stellen.
Het vriesvak ontdooien
Wij raden u aan om het vriesvak één- of tweemaal per jaar te ontdooien, of wanneer de ijslaag te dik is geworden. IJsvorming is een normaal verschijnsel. De hoeveelheid en de snelheid waarmee zich het ijs vormt, hangt af van de omgeving waarin het apparaat zich bevindt en van de frequentie waarmee de deur van het vriesvak wordt geopend. De ijsvorming is het grootst op het bovenste gedeelte van het vak. Dit is normaal en heeft geen invloed op het correct functioneren van het apparaat. Het is raadzaam het vak te ontdooien wanneer u weinig voorraad heeft.
Schakel het vriesvak uit door op toets C te drukken.
Open de deur en haal alle levensmiddelen uit het vriesvak, en zet ze op een heel koele plaats of in
een koeltas. Laat de deur open zodat het ijs kan smelten.
Reinig de binnenkant met een vochtige spons met lauw water en/of een neutraal schoonmaakmiddel.
Gebruik geen schuurmiddelen. Spoel goed en droog zorgvuldig af.
Plaats de levensmiddelen weer in het vak.
Sluit de deur.
Steek de stekker weer in het stopcontact en start het apparaat weer volgens de aanwijzingen in het hoofdstuk “Gebruik van het koelvak”. De instellingen en de selecties die aanwezig waren voordat het apparaat werd uitgezet, worden hervat.
38
REINIGING EN ONDERHOUD
Verwijder altijd de stekker uit het stopcontact of koppel hoe dan ook het apparaat af van de stroomtoevoer, alvorens onderhouds- en reinigingswerkzaamheden te gaan verrichten.
• Reinig het koelvak geregeld met een vochtige spons met lauw water en/of een neutraal schoonmaakmiddel. Spoel en droog met een zachte doek.
Gebruik geen schuurmiddelen.
• De scheidingselementen mogen niet in water worden ondergedompeld, maar moeten worden afgewassen met een niet al te vochtige spons.
• Reinig de binnenkant van het vriesvak tijdens het ontdooien.
• Maak de ventilatieroosters en de condensor op de achterkant van het apparaat regelmatig schoon met een stofzuiger of een borstel.
• Reinig de buitenkant met een met water bevochtigde zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen of schuursponsjes, noch vlekkenmiddelen (bv. aceton en trichloorethyleen) of azijn.
Als u de vriezer langere tijd niet gebruikt
Maak de koelkast helemaal leeg.
1.
Haal de stekker uit het stopcontact.
2.
Ontdooi het apparaat en reinig de binnenwanden.
3.
Om te voorkomen dat er schimmel, onaangename geuren en oxidaties ontstaan, dient de deur open
4.
te worden gelaten als het apparaat lange tijd niet wordt gebruikt. Reinig het apparaat.
5.
Reinig de binnenkant van het lagetemperatuurvak (op de modellen waar dit aanwezig is) tijdens het
ontdooien. Reinig de binnenkant van het koelvak met een vochtige spons met lauw water en/of een neutraal
schoonmaakmiddel. Spoel en droog het apparaat met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen.
Reinig de buitenkant met een vochtige doek. Gebruik geen schuurmiddelen of schuursponsjes, noch
6.
vlekkenmiddelen (bv. aceton, trichloorethyleen), of azijn.
Vervanging lampje:
Ga als volgt te werk om het lampje te vervangen:
Haal de stekker uit het stopcontact
Druk het bovenste gedeelte van het lampje in.
Verwijder het lampenkapje.
Vervang de lamp door een exemplaar met hetzelfde vermogen of met het maximumvermogen in
watt dat in de buurt van de lamphouder is aangegeven. Plaats het lampenkapje weer en wacht 5 minuten voordat u het apparaat opnieuw aansluit.
39
OPSPOREN VAN STORINGEN / KLANTENSERVICE
Als u de volgende geluiden hoort
..werkt uw product uitstekend!!!
1. Het apparaat werkt niet.
Is de stroom uitgevallen?
Zit de stekker goed in het stopcontact?
Is de tweepolige netschakelaar ingeschakeld?
Werken de beveiligingen van de elektrische
installatie van uw woning correct? Is de voedingskabel beschadigd?
2. De temperatuur in de vakken is te hoog.
Sluiten de deuren wel goed?
Staat het apparaat dicht bij een warmtebron?
Wordt de luchtcirculatie door de
ventilatieopeningen gehinderd?
3. Er staat water op de bodem van het koelvak.
Is de afvoer van het dooiwater misschien
verstopt?
4. De binnenverlichting werkt niet.
Controleer eerst punt 1. en daarna: Haal de stekker van het apparaat uit het
stopcontact. Vervang de lamp door een exemplaar met
hetzelfde vermogen of met het maximumvermogen in watt dat in de buurt van de lamphouder is aangegeven.
5. Te veel ijsvorming in het vriesvak.
Zit de deur goed dicht?
Verhindert het voedsel dat de deur gesloten
wordt?
Het koelcircuit kan borrelen of expansiegeluiden maken; dat is normaal.
40
Loading...
+ 17 hidden pages