Smeg CW500D, CW500RUD, CW500RU-ECO, CW500E, CW500SD User Manual [nl]

...
GEBRUIKSAANWIJZING
1 Waarschuwingen voor de veiligheid en het gebruik
2 Technische specificaties
3 Installatie en plaatsing
4 INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATEUR
TECHNISCHE DIENST
6 Afstellingen
7 Op de display weergegeven storingen (voor de monteur)
8 INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER
9 Keuze van de programma's
10 Extra functies
11 Onderhoud en reiniging
12 Problemen en storingen
13 Op de display weergegeven storingen (voor de gebruiker)
Smeg wenst u van harte te bedanken voor uw keuze voor dit product.
Wij bevelen aan om alle instructies in deze gebruiksaanwijzing aandachtig door te lezen om de beste
omstandigheden voor een correct gebruik van uw vaatwasser te leren kennen.
TECHNISCHE INSTRUCTIES:
zijn bestemd voor de gekwalificeerde monteur die moet zorgen voor de installatie, de inwerkingstelling, het uittesten en de eventuele assistentie.
INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER:
hier vindt u de aanwijzingen voor het gebruik, de beschrijving van de bedieningsorganen en de correcte wijze van reiniging en onderhoud van het apparaat.
1 Waarschuwingen voor de veiligheid en het gebruik
DEZE HANDLEIDING IS EEN INTEGREREND ONDERDEEL VAN DE VAATWASSER; BEWAAR HEM ALTIJD INTACT SAMEN MET HET APPARAAT.
DE VAATWASSER IS UITSLUITEND BESTEMD VOOR EEN PROFESSIONEEL GEBRUIK EN MOET DOOR BEVOEGD PERSONEEL WORDEN GEBRUIKT. HIJ IS BESTEMD VOOR HET WASSEN VAN VAAT (BORDEN, KOPJES, KOMMEN, SCHALEN, BESTEK) EN VERGELIJKBARE VOORWERPEN IN DE GASTRONOMIE EN DE HORECA, EN BEANTWOORDT AAN DE INTERNATIONALE NORMEN BETREFFENDE DE ELEKTRISCHE EN MECHANISCHE VEILIGHEID (CEI-EN-IEC 60335-2-58/61770) EN DE ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT (CEI-IEC-EN 55014-1/-2, 61000-3;4, 50366).
DE FABRIKANT ONTHOUDT ZICH VAN IEDERE AANSPRAKELIJKHEID VOOR SCHADE AAN PERSONEN OF ZAKEN ALS GEVOLG VAN HET NIET IN ACHT NEMEN VAN DE BOVENSTAANDE VOORSCHRIFTEN OF ALS GEVOLG VAN EEN ONJUIST GEBRUIK OF VAN WIJZIGINGEN AANGEBRACHT AAN OOK SLECHTS ÉÉN ENKEL ONDERDEEL VAN HET APPARAAT EN DOOR HET GEBRUIK VAN NIET-ORIGINELE VERVANGINGSONDERDELEN.
DIT APPARAAT IS VOORZIEN VAN EEN MERKTEKEN IN OVEREENSTEMMING MET DE EUROPESE RICHTLIJN 2002/96/EG, BETREFFENDE AFGEDANKTE ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE APPARATUUR (AEEA). DOOR ER VOOR TE ZORGEN DAT DIT PRODUCT OP CORRECTE WORDT VERWERKT ZAL DE GEBRUIKER BIJDRAGEN AAN HET VOORKOMEN VAN DE POTENTIEEL NEGATIEVE GEVOLGEN VOOR HET MILIEU EN DE GEZONDHEID.
HET SYMBOOL OP HET PRODUCT EN DE BIJBEHORENDE DOCUMENTATIE WIJST EROP DAT DIT PRODUCT NIET ALS HUISVUIL MAG WORDEN BEHANDELD MAAR MOET WORDEN AFGELEVERD BIJ EEN GESCHIKT VERZAMELPUNT VOOR DE RECYCLING VAN ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE APPARATUUR. BIJ HET BUITEN GEBRUIK STELLEN VAN HET APPARAAT MOET U ZICH HOUDEN AAN DE PLAATSELIJKE VOORSCHRIFTEN VOOR DE VERWERKING VAN AFVAL. VOOR MEER INFORMATIE MET BETREKKING TOT DE BEHANDELING, DE INZAMELING EN DE RECYCLING VAN DIT PRODUCT, MOET U ZICH WENDEN TOT DE BEVOEGDE PLAATSELIJKE INSTANTIE, DE DIENST BELAST MET DE INZAMELING VAN HUISVUIL OF DE WINKEL WAAR U HET PRODUCT HEEFT AANGESCHAFT.
DE PLAATSING, DE AANSLUITINGEN, DE INWERKINGSTELLING, HET OPLOSSEN VAN STORINGEN EN DE VERVANGING VAN DE VOEDINGSKABELMOETEN ALTIJD DOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL WORDEN UITGEVOERD.
EEN AARDAANSLUITING IN OVEREENSTEMMING MET DE WIJZEN VOORZIEN DOOR DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VAN DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE IS VERPLICHT.
GEBRUIK BINNENIN HET APPARAAT GEEN OPLOSMIDDELEN ALS ALCOHOL OF TERPENTIJN DIE EEN ONTPLOFFING ZOUDEN KUNNEN VEROORZAKEN. GEBRUIK HET APPARAAT NIET VOOR VAAT BEVUILD MET AS, WAS, VERF.
GEBRUIK DE VAATWASSER OF DELEN ERVAN NOOIT ALS LADDER, ALS OPSTAPJE OF ONDERSTEUNING VOOR PERSONEN, ZAKEN OF DIEREN. HET LEUNEN OF ZITTEN OP DE OPEN DEUR VAN DE VAATWASSER ZOU KUNNEN LEIDEN TOT HET OMVALLEN ERVAN, MET ALLE GEVAREN VAN DIEN VOOR DE PERSONEN. LAAT DE DEUR VAN DE VAATWASSER NIET OPENSTAAN OM TE VOORKOMEN DAT U EROVER ZOU KUNNEN STRUIKELEN.
HET EVENTUELE IN DE VAAT OF IN DE VAATWASSER OP HET EIND VAN HET WASPROGRAMMA ACHTERGEBLEVEN WATER IS NIET DRINKBAAR.
HET APPARAAT IS NIET GESCHIKT VOOR GEBRUIK DOOR MINDERJARIGEN OF PERSONEN MET BEPERKTE LICHAMELIJKE, SENSORISCHE OF MENTALE VERMOGENS, ZONDER ERVARING OF KUNDIGHEID. HET GEBRUIK VAN HET APPARAAT DOOR BOVENGENOEMDE PERSONEN IS SLECHTS TOEGESTAAN ONDER TOEZICHT VAN EEN VOOR DE VEILIGHEID ERVAN VERANTWOORDELIJKE PERSOON.
2
2 Technische specificaties
TECHNISCHE SPECIFICATIES
Voedingsspanning V 400V 3N ~
- kan worden omgebouwd tot een éénfaseversie V 230V-1N ~ Frequentie Hz 50 Max. opgenomen vermogen bij 400V 3N ~ kW 6,8 Max. opgenomen vermogen bij 230V 1N ~ kW 2,8 Vermogen boilerelement bij 400V 3N ~ kW 6,0 Vermogen boilerelement bij 230V 1N ~ kW 2,0 Vermogen kuipelement kW 0,8 Druk voedingswater kPa (bar) 100-600 (1 ÷ 6) Temperatuur voedingswater °C 15°C – 60°C Hardheid voedingswater (modellen met onthardingsinstallatie) Waterverbruik per spoelcyclus l 3,5 Boilercapaciteit l 7 + 1 Capaciteit kuip l 11 Duur standaardcycli met vulling van water op 50°C s 90/150/240/variabel Lawaainiveau dB(A) Graad van bescherming IPX 4 Nettogewicht kg Type voedingskabel ◄HAR► H07RN-F Zekering A 4
400V 3N ~ 230V 1N ~
C S C S
2,8 kW --- --­6,8 kW
5x2,5 16A 3P+N
3x2,5 16A 1P+N
--- ---
C = Voedingskabel S = Hoofdschakelaar
°dF 15°dF-60°dF
3
ONDERPANEEL ACHTERKANT
R
VULSLANG
C Q
EQUIPOTENTIAALKLEM ELEKTRISCHE VOEDINGSKABEL
E
PERISTALTISCHE SLANGEN
P
AFVOERSLANG
S
INGANG VOEDINGSKABEL
T
EXTERNE DOSEERUNIT KLEMMENBORD
M
3 Installatie en plaatsing
INSTALLATIE EN PLAATSING
Breng de vaatwasser naar de plaats van installatie, verwijder de verpakking, controleer de integriteit van het apparaat en de onderdelen; bij schade moet de vervoerder hiervan schriftelijk worden geïnformeerd. De verpakkingselementen (plastic zakjes, polystyreen, spijkers enz.) zijn potentiële bronnen van gevaar en moeten buiten het bereik van kinderen en huisdieren worden gehouden. Alle voor de verpakking gebruikte materialen zijn milieuvriendelijk. Zij kunnen zonder gevaar worden bewaard of naar een speciaal centrum voor de afvalverwerking worden gebracht. Eventuele voor recycling geschikte plastic onderdelen zijn als volgt herkenbaar:
PE polyethyleen: externe verpakkingsfolie, zakjes met de gebruiksaanwijzing, beschermende zakjes. PP polypropyleen: straps. PS polystyreen: hoekbeschermingen, verpakkingsdeksel.
De houten en kartonnen onderdelen kunnen in overeenstemming met de geldende voorschriften worden verwerkt. Bij het afdanken van het product moet u vermijden dat hij in het milieu terechtkomt; de verwerking moet plaatsvinden in overeenstemming met de geldende voorschriften. Alle metalen onderdelen kunnen worden verwijderd en zijn van roestvrij staal. De plastic delen zijn herkenbaar aan het symbool van het betreffende materiaal.
Modellen met acquastop
De acquastop is een voorziening die zal voorkomen dat bij een waterlekkage uw huis overstroomt. Bij deze modellen is in de vulslang een elektromagnetische klep gemonteerd. Snijd de slang niet af en laat de elektromagnetische klep niet in het water vallen. Bij schade aan de vulslang moet u het apparaat loskoppelen van de elektrische stroomvoorziening.
PLAATSING:
Let op:
geplaatst moeten voldoen aan de geldende normen.
De fabrikant onthoudt zich van iedere aansprakelijkheid voor directe of indirecte schade aan personen of zaken als gevolg van het niet nakomen van de bovengenoemde normen Vóór de installatie moet u controleren of er zich geen onvoldoende beschermde voorwerpen of materialen in de nabijheid van het apparaat bevinden die door waterdampen of spatten van de afwasmiddeloplossing beschadigd zouden kunnen raken. Plaats de vaatwasser op de gewenste plek en verwijder de beschermende folie. Zet de vaatwasser met behulp van de vier regelbare pootjes en een waterpas goed recht en zorg dat hij stabiel staat; iedere andere oplossing moet door de fabrikant worden goedgekeurd.
De interne installatie en de ruimten waar de apparaten voor gemeenschappen worden
4
4 INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATEUR - DE TECHNISCHE DIENST
Aansluiting op de waterleiding en afvoer:
De leidingen voor het water en elektrische voedingskabel komen rechtsonderin aan de achterkant uit de vaatwasser. Sluit de vulslang voor het water aan op een kraan met
een uiteinde met een ¾” gas modellen uitgerust met acquastop vormen het filter en de ring een eenheid). Gebruik uitsluitend nieuwe slangen voor de wateraansluiting; oude of gebruikte slangen mogen niet worden gebruikt.
De dynamische voedingsdruk zal tussen de 1 en 6 barmoeten liggen drukregelaar moeten installeren. U moet verplicht een hoofdkraan monteren op de aanvoerleiding van het vulwater; de kraan zal na de installatie bereikbaar moeten zijn. Monteer de kraan niet achter de vaatwasser.
De verklaarde duur van de cycli verwijst naar een voeding met warm water op 50°C. Bij een vulling met koud water zal de duur langer kunnen worden afhankelijk van de inlaattemperatuur van het water, daar de vaatwasser uitgerust is met een HTR systeem – spoelen bij constante temperatuur en druk.
Waterafvoer:
De vaatwasser is uitgerust met een afvoerpomp en is standaard afgesteld op een installatie met afvoer naar zowel de wand als de vloer.
4.1 Loodgieterij
schroefdraad en plaats het geleverde filter A (bij de
; indien die hoger is zult u een
Bij een installatie met afvoer naar een sifon met klep zal de maximale afvoerhoogte beperkt zijn tot 600 mm. Controleer in ieder geval na de installatie de goede werking van de afvoer met een volledige afvoer van
de kuip (P0 cyclus).
Let op: geknikt, afgeknepen of geplet zijn.
controleer na de installatie of de vul- en afvoerleidingen niet
5
4.1 Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting van de vaatwasser en eventuele aanvullende apparaten moet worden uitgevoerd door bevoegd en gekwalificeerd personeel, in overeenstemming met de geldende voorschriften. Houdt u zich verder aan de technische voorschriften voor de aansluiting. Het totale geïnstalleerde vermogen staat vermeld op het typeplaatje van het apparaat. U mag geen andere apparaten samen met het apparaat beveiligen. De gebruiker moet, in overeenstemming met de geldende normen, zorgen voor de installatie van een hoofdschakelaar op de elektrische stroomvoorzieningslijn en van een differentiaalschakelaar in overeenstemming met de technische specificaties van de machine. Deze schakelaars moeten in de nabijheid van de vaatwasser worden geïnstalleerd, moeten na de installatie gemakkelijk bereikbaar zijn en een volledige loskoppeling van het elektriciteitsnet garanderen onder de omstandigheden van de overspanningsklasse III.
Let op!!! Uitsluitend bij een geactiveerde hoofdschakelaar zal de elektrische spanning van de vaatwasser zijn verwijderd.
Sluit het apparaat aan op het equipotentiale systeem van de gebruiker. U vindt de klem
aansluiting rechtsonderin aan de achterkant van de machine.
De beschermende aardgeleider (PE) is geel-groen, de nulgeleider (N) is blauw en de fasegeleiders
(L1, L2, L3) zijn zwart, grijs en bruin.
Tijdens de éénfase aansluiting (230V-1N~) moet de verbinding naar het elektriciteitsnet verplicht plaatsvinden met een kabel met stekker in overeenstemming met de geldende voorschriften.
voor de
OM IEDER RISICO TE VOORKOMEN MOET EEN EVENTUEEL BESCHADIGDE VOEDINGSKABEL WORDEN VERVANGEN DOOR DE FABRIKANT OF EEN ERKEND SERVICECENTRUM.
6
5 EERSTE INWERKINGSTELLING
EERSTE INWERKINGSTELLING
Vóór de ingebruikneming moet de werking van het elektrische beveiligingssysteem worden getest. De installatie moet worden uitgevoerd en/of gecontroleerd door de gekwalificeerde monteur wederverkoper die zal zorgen voor de eerste inwerkingstelling en de instructies met betrekking tot de werking van de vaatwasser.
GEREEDMAKEN VOOR HET GEBRUIK
Belangrijk:
Alle modellen zijn uitgerust met de glansmiddeldoseerunit terwijl slechts enkele modellen uitgerust zijn met de vaatwasmiddeldoseerunit. Bij aanwezigheid van beide doseerunits moet u de externe afwas- en glansmiddeltanks aanbrengen en de respectievelijke aanzuigslangen doa i aan de achterkant van de machine vindt erin steken. Rode slang: afwasmiddel blauwe slang: glansmiddel Voordat u de slangen in de tanks steekt moet u op de uiteinden ervan het gewicht (noodzakelijk om het aanzuigen vanaf de bodem van de tank te handhaven) en het filter aanbrengen zoals afgebeeld in de figuur. Indien de afwasmiddeldoseerunit niet reeds is gemonteerd kunt u hem later installeren door de bijbehorende KIT te bestellen.
U kunt ook een externe doseerunit gebruiken, elektrisch aangesloten met een kabel van 2x0,5 mm type H05 RN-F lopend door de opening aangegeven in het schema TECHNISCHE SPECIFICATIES en aangesloten zoals aangegeven in het met de vaatwasser verstrekte elektrische schema. De doseerunit moet een voeding hebben van 230V/50 Hz met een maximaal opgenomen vermogen van 15 W. Sluit de externe afwasmiddeldoseerunit via de bovengenoemde rode slang aan op de vaarwasser
BELANGRIJK:
Bij iedere wijziging van het type afwasmiddel of glansmiddel is het ABSOLUUT NOODZAKELIJK dat u de peristaltische pompen doorspoelt door de externe aanzuigbuisjes een paar cycli lang onder water te
dompelen. Gebruik in ieder geval uitsluitende specifieke producten voor gebruik in de vaatwasser. Het wordt aanbevolen om de interne buisjes van de afwas- en glansmiddelpompen om de 12 maanden of
15.000 wascycli door het Servicecentrum te laten vervangen. Het niet in acht nemen van deze aanwijzingen zal de garantie op het hydraulische circuit van de machine
doen komen te vervallen.
6 AFSTELLINGEN
AFSTELLINGEN
Tijdens de eerste inwerkingstelling moet u de volgende functies/parameters instellen of regelen:
Bij de eerste installatie kunt u een serie van handelingen verrichten om de vaatwasser mee aan te passen aan de behoeften van de gebruiker en kunt u een testcyclus uitvoeren die in korte tijd de werking van alle componenten zal controleren. Om deze handeling uit te voeren moet u de “programmeermodus” openen zoals hierna wordt uitgelegd
7
6.1 Procedure wijziging van de machineparameters:
(TOEGANKELIJK NA VOLTOOIING VAN DE VULFASE of BIJ EEN GEOPENDE DEUR)
Verklaring van de controlelampjes: uit; groen; oranje; knipperend.
Open de “programmeermodus” door bij een draaiende machine (na de watervul- en verwarmingsfasen) de drukknop ingedrukt te houden (op de display verschijnt UnLo 1:58) en bij de “beep” los te laten en onmiddelljk weer in te drukken. Wanneer u de drukknop vervolgens indrukt, zullen, bij iedere keer indrukken, alle parameters in deze volgorde verschijnen:
Dosering hoeveelheid glansmiddel
enkele seconden lang
Dosering hoeveelheid afwasmiddel
Spoeltemperatuur
Wastemperatuur
Inschakelen/uitschakelen start-on/start-off. Indien ingesteld op “on” zal de cyclus bij de sluiting van de deur starten. Indien ingsteld op “off” zal de cyclus na de bevestiging met de start drukknop
starten.
Regeneratiefrequentie, afhankelijk van de hardheid van het water (bij wateronthardingsinstallatie)
Activering/desactivering tStP “on” = minimale spoeltemperatuur zoals ingesteld, ongeacht de temperatuur van het vulwater. “off” = de minimale spoeltemperatuur zal enkele graden lager dan de ingestelde temperatuur kunnen zijn wanneer u geen warm vulwater gebruikt; de nominale duur van de cyclus zal enkele seconden langer kunnen duren.
Bekijk minuten gedraaid spoelpomp
8
Bekijk de notulen van de werking van de pomp reinigingsmiddel
Weergave energieverbruik (kW)
Pc” geeft het totaal aantal verbruikte kW’s weer vanaf het moment van installatie van de machine of vanaf de nulstelling.
Personalisering duur programma P4.
N. B.: hiervoor moet de machine ingesteld staan op “P4”, lees “6.7 Instelling duur programma P4”.
Weergave aantal uitgevoerde cyclussen
Wanneer u de machineparameters doorloopt zal ook de item “tc 88888” verschijnen, oftewel het totaal van de door de vaatwasser uitgevoerde cyclussen, vanaf het moment van installatie. Deze parameter kan niet worden gewijzigd of op nul gezet, behoudens een herprogrammering van de software.
INSTELLING MODEL (alleen voor gekwalificeerde servicedienst)
Bij vervanging van de kaart (welke op meerdere modellen kan worden gebruikt) moet u scrollen tot aan het laatste item van de wijzigbare parameters om het gewenste model te selecteren, “PRF400” of
“PRF500”. Deze handeling moet verplicht bij een lege kuip en bij een geopende deur plaatsvinden.
Verklaring van de controlelampjes: uit; groen; oranje; knipperend.
6.1.1 Regeling glansmiddeldosering
Wijzig de waarde van de parameter door te drukken op .
* in de fabriek ingestelde defaultwaarde
GLANSMIDDEL
Doseertijd (s) Gedoseerde
hoeveelheid
(c.c.)
0 0,0
6 0,7 12 1,3 18 2,0 24 2,7
30 * 3,3
26 4,0 42 4,7
9
6.1.2 Regeling afwasmiddeldosering
Wijzig de waarde van de parameter door te drukken op .
* in de fabriek ingestelde defaultwaarde
6.1.3 Regeling spoeltemperatuur
AFWASMIDDEL
Doseertijd (s) Gedoseerde
hoeveelheid
(c.c.)
0 0,0
4 1,7
8 3,3
12 * 5,0
16 6,7
20 8,3
24 10,0
Wijzig de waarde van de parameter door te drukken op
.
(Defaultwaarde: 85°C)
Min. 71°C – max. 85°C
6.1.4 Regeling wastemperatuur
Wijzig de waarde van de parameter door te drukken op
(Defaultwaarde 62 °C)
Min. 52°C – max. 62°C
Verklaring van de controlelampjes: uit; groen; oranje; knipperend.
6.1.5 Autostart functie
Wijzig de parameter (ON/OFF) door te drukken op
Indien ingesteld op “on” zal de cyclus bij de sluiting van de deur starten. Indien ingesteld op “off” zal de cyclus na de bevestiging met de start drukknop
.
.
starten.
10
6.1.6 Regeling regeneratieinterval (modellen met onthardingsinstallatie)
Defaultwaarde: H00; wijzig de parameter afhankelijk van de hardheid van het leidingwater.
Over het algemeen zal H03 volstaan voor het overgrote deel van de gebruikers.
Bij het eerste gebruik moet u het zoutreservoir met water vullen, daarna zal het volstaan om het speciale
regeneratiezout wanneer noodzakelijk bij te vullen.
Wijzig de waarde van de parameter door te drukken op .
Duur regeneratiecyclus: 12 minuten 33,5 60 H06
Bij waarden van meer dan 60°dF moet u een externe inrichting voor de behandeling van het water gebruiken en moet de frequentie worden ingesteld op H00.
Hardheid (°dH
Duitse graden)
Regeneratie
gedesactiveerd
8,5 15 H01
11 20 H02 17 30 H03
22,5 40 H04
28 50 H05
Hardheid (°dF
Franse graden)
Regeneratie
gedesactiveerd
Niveau
regeling
H00
6.1.7 tStP functie (minimale spoeltemperatuur)
Wijzig de parameter (ON/OFF) door te drukken op .
Indien ingesteld op “on” zal de minimale spoeltemperatuur de ingestelde temperatuur zijn. Indien ingesteld op “off” en u geen warm vulwater gebruikt, zal de minimale spoeltemperatuur enkele graden lager kunnen zijn dan de ingestelde temperatuur.
6.1.8 Glansspoelmiddel pomp
Houd
3 seconden lang ingedrukt voor de nulstelling.
Display (ook resetten indien nodig)
6.1.9 Reinigingsmiddel pomp
Houd
Display (ook resetten indien nodig)
3 seconden lang ingedrukt voor de nulstelling.
11
6.1.10 Energieverbruik – Weergave en eventuele nulstelling
Houd 3 seconden lang ingedrukt voor de nulstelling.
6.1.11 Personalisering duur programma P4
De duur van het programma P4 kan gepersonaliseerd worden van 5 t/m 20 minuten met de machineparameterwijzigingsprocedure maar het is noodzakelijk dat de vaatwasser ingesteld wordt op het programma P4.
Na instelling van het programma P4 moet u de programmeerprocedure openen en bladeren tot “ınF” verschijnt (laatste van de beschikbare parameters) en de drukknop (van 5 t/m 20 minuten)
Na een paar seconden zonder activiteit van de knoppen zal de display terugkeren na de weergave van de werking en worden de wijzigingen opgeslagen
indrukken om de cyclusduur te wijzigen
6.1.12 Instelling model (alleen voor gekwalificeerde servicedienst)
Druk op om te wijzigen.
6.2 Activering peristaltische pompen - snelle vulling afwasmiddel- en glansmiddeldoseringscircuit.
Uitvoeren NA de parameterwijzingsprocedure beschreven in de voorgaande paragraaf.
Verklaring van de controlelampjes: uit; groen; oranje; knipperend.
Open de “programmeermodus” door bij een onder spanning staande
vaatwasser de drukknop on/off houden en bij de “beep” los te laten en snel binnen 0,5 seconden weer in te drukken. De peristaltische pompen zullen blijven functioneren tot u wederom dezelfde drukknop indrukt, de controlelampjes met het glans- en afwasmiddelsymbool zullen tijdens de volledige duur van de activering blijven branden; houd er rekening mee dat de peristaltische pomp van het glansmiddel het circuit in circa 7 minuten zal voltooien, voor het afwasmiddel volstaan 2 minuten.
enkele seconden lang ingedrukt te
12
7 OP DE DISPLAY WEERGEGEVEN STORINGEN
De vaatwasser kan een reeks van storingen signaleren en op de display weergeven. Indien, na de machine te hebben uitgeschakeld en weer ingeschakeld, het probleem niet is opgelost moet u als volgt te werk gaan:
Err01
Interventie overstromingsbeveiliging (uitsluitend voor de hiermee uitgeruste modellen)
Overvloedige lekkage van water: zoek de oorsprong van het defect.
Err04
Err05
Err06
Err09
Err23
Storing van de temperatuursonde in de kuip
Storing bij het vullen van de kuip met water
Storing tijdens het wegpompen van het water
Storing te hoog waterniveau in kuip
Storing verhitting boiler (geen verhitting)
temperatuursonde van de kuip losgeraakt of niet werkend
Controleer de dynamische druk tijdens het vullen, reiniging inlaatfilter water.
Indien het probleem niet is opgelost:
- pressostaat kuip defect (altijd op leeg)
- lekkage uit slangetje verbonden met luchtval
- ventiel vent uitlaatpijp geblokkeerd
Controleer of de filters schoon zijn en de afvoerleiding niet verstopt, geknikt of geplet is. Controleer of de afvoerpomp niet door vreemde voorwerpen wordt geblokkeerd door (vanuit de kuip) het insteekstuk uit het putje te verwijderen. Indien het probleem niet is opgelost:
bij een lege kuip: pressostaat kuip defect (blijft
altijd op vol staan)
met een volle kuip: afvoerpomp defect
- bij een volle kuip: zie hierboven (storing waterafvoer)
- bij een lege kuip: pressostaat kuipbeveiliging defect (blijft altijd op vol)
- relais kaart defect,
- omschakelaar defect,
- defect aan veiligheidsthermostaat boiler,
- temperatuursonde boiler defect of slechte positie
- water blijft kuip binnenstromen vanwege defect van kuippressostaat
Err24
Err25
Err26
Err27
Err28
Storing van de temperatuursonde in de boiler
temperatuursonde van de boiler losgeraakt of niet werkend
Controleer of het vulkraantje openstaat, controleer de
dynamische vuldruk, en of het waterinlaatfilter schoon is. Storing bij het vullen van de boiler met water
Indien het probleem niet is opgelost:
- pressostaat boiler defect (staat altijd op leeg)
- slangetje lekt/is losgeraakt
- controleer de reiniging van de mondstukken van de
Storing lediging boiler
sproeiers
- pressostaat boiler defect (staat altijd op vol)
- spoelpomp functioneert niet
Storing lediging boiler - bij een volle kuip Pressostaat boiler defect (staat altijd op vol)
Storing verhitting boiler (oververhitting)
- relais kaart defect, of
- omschakelaar defect
13
8 INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER
8.1 Bedieningspaneel
On/off drukknop
Drukknop programmaselectie
Drukknop start BEVESTIGING/PAUZE
Drukknop volledige lediging (kuip en boiler)
Drukknop selectie extra functies: L1 Controlelampje netvoeding L2 Controlelampje lopende cyclus input/stand-by (oranje/groen) L3 Controlelampje afvoer geactiveerd Symbool ontbreken glansmiddel (indien voorzien externe detectiesysteem van de vaatwasser) Symbool kuipelement in werking Symbool ontbreken zout (alleen bij aanwezigheid onthardingsinstallatie) Symbool boilerelement in werking Symbool ontbreken afwasmiddel (indien externe detectiesysteem van de vaatwasser is voorzien)
14
8.2 Voor het wassen
Gebruik uitsluitend afwas- en glansmiddelen voor industriële vaatwassers. Gebruik geen afwasmiddelen bestemd voor de handafwas. Wij bevelen het gebruik aan van Smeg producten, speciaal ontwikkeld voor deze vaatwasser.
Tijdens het bijvullen van de tanks moet u er goed voor opletten dat u de producten niet verwisselt, dit zou tot storingen en schade aan de vaatwasser kunnen leiden.
Meng geen verschillende afwasmiddelen, dit zal de doseerunit beschadigen. Afwasmiddelen voor industriële vaatwassers kunnen ernstige irritaties veroorzaken. Houdt u zich zorgvuldig aan de aanwijzingen van de afwasmiddelfabrikant op de verpakking.
Schakel de
hoofdschakelaar
(gebruiker) in. Op de
display verschijnt
"OFF".
kraan van het waterleidingn
et
(gebruiker).
Het niveau van
het afwas- en
glansmiddel in de
tanks.
Controleer: Open de
Of er
regeneratiezout
in de speciale
bak is (indien
aanwezig).
De correcte positie van de filters, de draairichting van de sproeiers, de afwezigheid van
vreemde voorwerpen in de
vaatwasser.
8.3 EERSTE DAGELIJKSE GEBRUIK (kuip en boiler leeg)
Verklaring van de controlelampjes: uit; groen; oranje; knipperend.
Weergave Handelingen en wat er gebeurt
Bij een gesloten deur:
Druk op
de kuip van de vaatwasser wordt gevuld na het verwarmen van het water in de boiler, het controlelampje L2 is oranje en op de display verschijnt het symbool van het boilerelement
Wacht tot P1 verschijnt en het controlelampje L1 van oranje groen wordt; het controlelampje verw. kuip gaat branden tot de voorziene temperatuur is bereikt. De duur van deze fase kan variëren afhankelijk van de temperatuur van het leidingwater en de éénfase aansluiting. Druk kort op de drukknop kuiptemperatuur (L) en de boilertemperatuur (R) weer te geven
Laad de vaat in de vaatwasser
en handhaaf de druk
.
om kortstondig de
15
Selecteer het gewenste programma met drukknop
Bevestig de start van het programma met drukknop en houd hem 1 seconde lang ingedrukt (het controlelampje L2 verandert van groen in oranje).
.
Bij het sluiten van de deur wordt het laatste uitgevoerde programma weer voorgesteld.
Lopende cyclus, de resterende tijd tot het eind van de cyclus wordt weergegeven. Bij het openen van de deur zal "CLOSE" knipperen en wordt het programma afgebroken, wanneer u hem weer sluit zal het programma weer vanaf het begin starten.
Op het eind van het programma knippert “End”
Verwijder de vaat
8.4 Het programma wijzigen
Indien u een ander programma dan het voorgaande wenst te gebruiken moet u bij een gesloten deur drukknop weer te geven (het controlelampje L2 verandert van oranje in groen). Indien het programma reeds is gestart kunt u het onderbreken door langdurig
indrukken om de beschikbare programma's
in te drukken.
Om het programma te wijzigen moet u indrukken
Bevestig de start van het programma met drukknop en houd hem 1 seconde lang ingedrukt (het controlelampje L2 wordt weer oranje).
Opmerking:
Tijdens de opwarmfasen van het water in de boiler en in de kuip kunnen op de display de symbolen van het kuipelement
Sensor aanwezigheid filter (op sommige modellen)
Op het filter is een sensor voorzien die controleert of het goed gemonteerd is: bij een foute positie verschijnt op de display de tekst “FiLter”.
en het boilerelement verschijnen.
16
9 KEUZE VAN HET PROGRAMMA
PROGRAMMA TYPE BEVUILING DUUR (*)
P1 P2 P3 P4
(*) De bovengenoemde duur van de cycli verwijst naar een driefasenaansluiting en vulling met warm water op 50°C. Bij een vulling met koud water zal de duur van de cycli langer kunnen worden afhankelijk van de inlaattemperatuur van het water, daar de vaatwasser uitgerust is met een HTR systeem – spoelen bij constante temperatuur en druk.
Glazen Kort circa 1’ 30”;
1’ met geactiveerde kristal functie.
Glazen, kopjes, weinig vuile borden Gemiddeld circa 2’ 30”;
2’ met geactiveerde kristal functie.
Bestek en zeer vieze borden Lang circa 4’;
5’ 30" met geactiveerde sani functie.
Afhankelijk van de ingestelde duur. Gepersonaliseerd van 5 t/m 20’.
10 EXTRA FUNCTIES
Verklaring van de controlelampjes: uit; groen; oranje; knipperend.
Om de extra functie te kiezenmoet u, wanneer het gewenste programma op de display is weergegeven (P1, P2, P3,P4) drukknop
indrukken. Voor ieder programma kunt u één extra functie selecteren.
10.1 Selectie “kristal” functie (beschikbaar in P1-P2)
Verlaagt de spoeltemperatuur en de duur van het programma
Selecteer het gewenste programma
(7.4 WERKING)
Druk langdurig op
selecteren en vervolgens op
programma te bevestigen.
om de kristal functie te
10.2 Selectie “extra spoelen” functie (beschikbaar in P1-P2-P3-P4)
Verlengt de duur van het spoelen
Druk langdurig op
selecteren en vervolgens op
17
Selecteer het gewenste programma
(7.4 WERKING)
om de extra spoelen functie te
programma te bevestigen.
om de start van het
om de start van het
10.3 Selectie “sani” functie (ontsmetting) (alleen beschikbaar in P3)
Verhoogt de was- en spoeltemperatuur en de duur van het programma
Selecteer het gewenste programma
(7.4 WERKING)
Druk op
vervolgens op
om de sani functie te selecteren en
om de start van het programma te
bevestigen.
OPMERKING:
de extra functie blijft geselecteerd tot het programma wordt gewijzigd of de vaatwasser wordt uitgeschakeld
met drukknop
.
Tijdens het verloop van het geselecteerde programma zullen op de display afwisselend de extra functie en
de duur worden weergegeven.
LADEN VAN DE VAAT
Borden
De korf is geschikt voor 12 diepe borden of 18 platteborden. Verwijder de vaste resten van de borden (botjes, schillen, pitten, enz.); laat borden met opgedroogde resten kaas, ei... enz. vooraf weken in koud water.
GlazenZet glazen ondersteboven in de korf. Bestek: Gebruik het speciale rekje. Plaats het bestek er los in en indien mogelijk met het handvat naar beneden gericht,
waarbij u ervoor moet opletten dat u zich niet verwondt met de punten van de vorken of de bladen van de messen.
AFVOER OP HET EIND VAN DE DAG
De vaatwasser kan op het eind van de dag een “zelfreiningscyclus" uitvoeren.
Druk op de afvoerdrukknop
, op de display verschijnt
“UnLo” en de duur.
Bevestigen door in te drukken, het controlelampje
L2 wordt oranje.
Na een totale afvoer raden wij aan om de filters te reinigen zoals beschreven in de vorige paragraaf.
Schakel de vaatwasser niet uit indien er nog water in de kuip is, pomp hem altijd leeg.
Na voltooiing van het leegpompen zal de machine in de
OFF” stand gaan staan.
18
VOLLEDIGE AFVOER OP HET EIND VAN DE DAG + Regeneratie harsen (modellen uitgerust met wateronthardingsinstallatie)
Zo nu en dan zal op het moment dat de afvoer van het eind van de dag wordt uitgevoerd bij de modellen uitgerust met wateronthardingsinstallatie automatisch de regeneratiecyclus van de harsen worden voorgesteld die noodzakelijk is na een bepaald aantal wasbeurten, afhankelijk van de hardheid van het water (circa 30 voor een gemiddelde regeling H03). In dit geval zal de sequentie als volgt zijn:
Druk op de afvoerdrukknop
“rEgE” en de duur.
, op de display verschijnt
Bevestigen door in te drukken, het controlelampje
L2 wordt oranje.
Na voltooiing van het leegpompen zal de machine in de
OFF” stand gaan staan.
Bijvullen regeneratiezout (modellen uitgerust met wateronthardingsinstallatie)
het bijvullen moet plaatsvinden bij het verschijnen op de display van het controlelampje voor het ontbreken van het zout (
Vul het zout bij wanneer er geen water in de kuip is om te voorkomen dat er waswater in de wateronthardingsinstallatie binnendringt. Let op: gebruik uitsluitend specifiek zout, gebruik geen keukenzout. de zoutbak heeft een capaciteit van circa 1 kg zout in korrels. De zoutbak bevindt zich onderin de kuip. Na de korf te hebben verwijderd moet u de dop losschroeven en de bak vullen met de geleverde trechter. Voordat u de dop weer vastschroeft moet u eventuele zoutresten bij de opening verwijderen.
).
11 REINIGING EN ONDERHOUD
Hoewel geen specifieke onderhoudsprogramma's noodzakelijk zijn, raden wij aan de vaatwasser tweemaal per jaar door een gespecialiseerde monteur te laten controleren. N.B.: de fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor moedwillige schade of schade veroorzaakt door onzorgvuldigheid, onachtzaamheid en het niet in acht nemen van voorschriften, instructies en normen, of door foute aansluitingen.
11.1 Dagelijkse reiniging
De vaatwasser voldoet aan de beschermingsgraad IPX4, maar het is verboden om voor het reinigen rechtstreekse waterstralen te gebruiken.
Reiniging van het filter overdag
Het wordt aanbevolen om bij een uitzonderlijke intensief gebruik het filter tenminste om de 30-40 cycli te reinigen met behoud van de werkvaardige stand van de machine; hiertoe moet u de "gedeeltelijke lediging van de kuip" laten uitvoeren (programma “P0”).
Houd de drukknop
en de duur van 1’verschijnt.
, ingedrukt tot op de display “P0”
19
Bevestigen door in te drukken, het controlelampje
L2 wordt oranje.
Op het eind van het leegpompen knippert End
op de display.
De weergave op de display wordt weer
P1. U zult de deur moeten openen en weer sluiten
om het vullen van de kuip te starten voordat u een
nieuwe wascyclus uitvoert.
Verwijder de filters (het volstaat om ze uit hun behuizing op te tillen zoals aangegeven in de figuur), waarbij u ervoor moet opletten dat er geen grote resten in het putje onder de filters vallen; verwijder de resten en spoel ze met veel water schoon; plaats ze vervolgens weer op correcte wijze terug; gebruik geen puntige of scherpe voorwerpen. Verwijder eventuele kalkaanslag om opeenhopingen te voorkomen;
Laat indien mogelijk de deur op een kier wanneer het apparaat niet
wordt gebruikt;
Reinig de oppervlakken zorgvuldig en frequent met een vochtige lap;
gebruik neutrale, niet schurende producten en zonder bestanddelen op chloorbasis of producten die het roestvrij staal zouden aantasten
en beschadigen. Gebruik de bovengenoemde producten evenmin voor het reinigen van de vloer onder of in de buurt van de vaatwasser. Om te voorkomen dat dampen of druppels het roestvrijstalen oppervlak zouden beschadigen. BELANGRIJK: De vaatwasser zal automatisch aan het begin van de dag het programma “P0” uitvoeren wanneer er water in de kuip is gelaten waarvan de temperatuur gedaald is tot beneden de 40°C.
11.2 Periodieke controles
Demonteer de sproeiers (onder en boven), door er de centrale schroef van los te draaien; verwijder de doppen aan de beide uiteinden van de sproeiers voor het spoelen zoals aangegeven in de figuur. Schroef de mondstukken niet los. reinig de gaten onder een schone straal water, gebruik geen gereedschap dat beschadigingen zou kunnen veroorzaken. Monteer de sproeiers weer zorgvuldig terug.
Reinig de buitenkant van de machine zorgvuldig met een vochtige lap en neutrale zeep en spoel en droog hem daarna goed af.
11.3 Langdurige stilstand
Indien u voorziet dat u de vaatwasser langere tijd niet gaat gebruiken, moet u de afwasmiddel- en glansmiddeldoseerunit leegmaken om kristallisatie en schade aan de pompen te voorkomen: Verwijder de
aanzuigslangen uit de afwasmiddel- en glansmiddeltanks en steek ze in een bak met schoon water, voer een paar wascycli en een volledige afvoer uit.
Schakel tenslotte de hoofdschakelaar uit, sluit de vulkraan en laat de deur op een kier tot de binnenkant volledig is opgedroogd. De aanzuigslangen voor het afwas- en glansmiddel zullen op het moment van inwerkingstelling weer in de tanks moeten worden gestoken, waarbij u ervoor moet opletten dat u ze niet verwisselt (rode slang = afwasmiddel; blauwe slang = glansmiddel).
20
12 PROBLEMEN EN STORINGEN
Indien het leegpompen niet functioneert vanwege een verstopping van de afvoerpomp (na een foute montage van het filter), moet u als volgt te werk gaan:
Ledig de vaatwasser met een bak en koppel hem los van het elektriciteitsnet. Draai de schroef los A, maak het lipje B los en til hem naar boven op. Verzeker u ervan dat de schoep van de afvoerpomp vrij onder de afdekking draait en dat er geen viezigheid, kalk of stukken glas zijn achtergebleven. Gebruik geen gereedschap, schroevendraaiers, scharen enz.
PROBLEEM HET CONTROLELAMPJE S1
GAATNIETBRANDEN
HET WASPROGRAMMA START NIET
SLECHTE WASESULTATEN
MOGELIJKE OORZAAK
Geen netvoeding
Het vullen van de vaatwasser is nog niet voltooid.
MOGELIJKE OPLOSSING
Controleer de aansluiting op het elektriciteitsnet
Wacht tot de tekst FILL uitgaat.
Wanneer ook bij een gesloten deur de
De tekst CLOSE blijft branden
tekst CLOSE blijft branden, moet u de technische dienst waarschuwen.
Wasgaten van de sproeiers verstopt of dichtgekoekt
De sproeiers demonteren en schoonmaken (10.2 Periodieke controles)
Filter verstopt Lees: "Reiniging van het filter overdag"
Onvoldoende of niet geschikt afwasmiddel of glansmiddel
Controleer type en hoeveelheid van het afwasmiddel.
Controleer of het inlaatslangetje van
Ingang afwasmiddel verstopt
het afwasmiddel onder het filter niet verstopt is (verwijzing T in de foto).
Ontbrekende of onvoldoende afwas- of glansmiddeldosering: het afwas- of glansmiddel wordt niet betrokken uit de betreffende vakjes.
Interne slangetje van de peristaltische pomp van het afwas- en of glansmiddel versleten of kapot; laten vervangen door het Servicecentrum.
Borden/glazen slecht gepositioneerd
Plaats de borden/glazen op correcte wijze.
Controleer de op de display
Lage wastemperatuur
weergegeven temperatuur. Waarschuw de technische dienst indien lager dan 50°.
Verleng de duur van de wascyclus,
Niet geschikte cyclus ingesteld
vooral indien zeer vies of gedeeltelijk opgedroogd.
21
SPOELEN ONVOLDOENDE
Mondstukken sproeiers verstopt Boiler dichtgekoekt met
kalkaanslag
Controleer de reiniging van de mondstukken en de werking van de eventueel gemonteerde onthardingsinstallatie.
Controleer de glansmiddeltank en de geschiktheid ervan voor het type water van het waterleidingnet. Wendt u zich tot de technische dienst wanneer het probleem aanhoudt.
GLAZEN EN BESTEK HEBBEN VLEKKEN
Niet goed of slecht gedoseerd glansmiddel.
Hardheid water hoger dan 12°dF of vele zouten opgelost
Controleer of de slang en de afvoer WATER IN DE KUIP NA HET LEEGPOMPEN
Afvoerslang slecht geplaatst of gedeeltelijk verstopt
van de vaatwasser niet verstopt zijn en
of de afvoer niet te hoog is
aangebracht; zie het aansluitschema.
13 OP DE DISPLAY WEERGEGEVEN STORINGEN
De vaatwasser kan een reeks van storingen signaleren en op de display weergeven. Indien, na de machine te hebben uit- en weer ingeschakeld, het probleem niet is opgelost moet u als volgt te werk gaan:
Err01
Err04
Err05
Err06
Interventie overstromingsbeveiliging (uitsluitend voor de hiermee uitgeruste modellen)
Storing van de temperatuursonde in de kuip
Storing bij het vullen van de kuip met water
Storing tijdens het wegpompen van het water (de vaatwasser blijft vol met water)
Waarschuw de Technische dienst.
Waarschuw de Technische dienst.
Controleer of het vulkraantje openstaat, controleer de dynamische vuldruk, en of het waterinlaatfilter schoon is. Wendt u zich tot de Technische dienst indien het probleem aanhoudt.
Controleer of de filters schoon zijn en de afvoerleiding niet verstopt, geknikt of geplet is. Controleer of de afvoerpomp niet door vreemde voorwerpen geblokkeerd wordt, ga te werk zoals aangegeven onder punt "10.2 Periodieke controles". Wendt u zich tot de Technische dienst indien het probleem aanhoudt.
Err09 Err23 Err24
Err25
Err26
Err27 Err28
Storing te hoog waterniveau in kuip
Storing verhitting boiler (geen verhitting)
Storing van de temperatuursonde in de boiler
Storing bij het vullen van de boiler met water
Storing leegmaken boiler
Storing lediging boiler - bij een volle kuip
Storing verhitting boiler (oververhitting)
Waarschuw de Technische dienst.
Controleer of het vulkraantje openstaat, controleer de dynamische vuldruk, en of het waterinlaatfilter schoon is. Wendt u zich tot de Technische dienst indien het probleem aanhoudt.
Controleer of de mondstukken van de spoelsproeiers niet verstopt zijn
Wendt u zich tot de Technische dienst indien het probleem aanhoudt.
Waarschuw de Technische dienst.
22
Loading...