SIEMENS SN558S02ME User Manual [nl]

Afwasautomaat
SN.../SX...
VLHPHQVKRPHEVKJURXSFRPZHOFRPH
nl Gebruiksaanwijzing
5HJLVWHU \RXU SURGXFW RQOLQH

KPLQ



5HVHWVHF
4FUVQTFD
6WDUW
5HVHWVHF
6HWXSVHF














Inhoudsopgave
nlGebruiksaanwijzing
8 Bestemming van het
apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
( Veiligheidsvoorschriften . . . . . . . 5
Voordat u het apparaat
in gebruik neemt . . . . . . . . . . . . . . . 5
Bij aflevering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Bij de installatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Dagelijks gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Deurvergrendeling . . . . . . . . . . . . . . . 8
Toetsblokkering . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Bij schade. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Bij het afvoeren. . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
7 Milieubescherming. . . . . . . . . . . 11
Verpakking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Uw oude apparaat . . . . . . . . . . . . . . 11
* Het apparaat leren kennen . . . . 12
Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . 12
Binnenkant van het apparaat . . . . . . 12
Menuoverzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Eco-droging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
+ Wateronthardingsinstallatie /
Onthardingszout . . . . . . . . . . . . 15
Tabel voor de waterhardheid . . . . . . 15
Onthardingsvoorziening instellen . . . 15
Onthardingszout gebruiken. . . . . . . . 16
Vaatwasmiddelen met
zoutcomponent . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Ontharding uitschakelen . . . . . . . . . . 16
, Glansspoelmiddel . . . . . . . . . . . 17
Hoeveelheid glansspoelmiddel
instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Vaatwasmiddel met
glansspoelmiddelcomponent . . . . . . 18
Indicatie glansspoelmiddel
bijvullen uitschakelen . . . . . . . . . . . . 18
nl
- Serviesgoed . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Ongeschikt servies . . . . . . . . . . . . . . 18
Schade aan glas en serviesgoed. . . . 18
Inruimen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Bovenste servieskorf . . . . . . . . . . . . . 19
Onderste servieskorf . . . . . . . . . . . . . 19
Bestekkorf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Besteklade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Etagère . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Omklapbare bordensteunen . . . . . . . 21
Houder voor kleingoed . . . . . . . . . . . 21
Messenrek. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Bakplaat-sproeikop . . . . . . . . . . . . . . 22
Uitruimen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Verstellen van de korfhoogte. . . . . . . 23
. Reinigingsmiddel. . . . . . . . . . . . 25
Vullen met reinigingsmiddel . . . . . . . 25
Gecombineerde
reinigingsmiddelen . . . . . . . . . . . . . . 26
/ Programma-overzicht . . . . . . . . 28
Programmakeuze . . . . . . . . . . . . . . . 29
Aanwijzingen voor testinstituten. . . . . 29
0 Extra functies . . . . . . . . . . . . . . . 30
Tijd besparen (VarioSpeedPlus) . . . . 30
halveBelading . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
hygiënePlus (HygienePlus) . . . . . . . . 30
intensiveZone . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Extra drogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
glansDroog . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Energy Save . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
3
nl
1 Apparaat bedienen . . . . . . . . . . 31
Programmagegevens . . . . . . . . . . . . 31
Instellingen veranderen . . . . . . . . . . .31
Aquasensor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Sensorinstelling . . . . . . . . . . . . . . . . .32
Extra droog . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Auto Power Off . . . . . . . . . . . . . . . . .32
emotionLight . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Startprogramma wijzigen . . . . . . . . . .33
Signaalsterkte . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Toetsvolume . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Eco-droging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Apparaat inschakelen . . . . . . . . . . . . 33
Indicatie resterende duur . . . . . . . . . . 33
Tijdinstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Programma-einde . . . . . . . . . . . . . . .34
Apparaat uitschakelen . . . . . . . . . . . .34
Programma onderbreken. . . . . . . . . . 35
Programma afbreken. . . . . . . . . . . . . 35
Wijzigen van het programma . . . . . . .35
2 Reinigen en onderhouden . . . . 35
Algehele toestand van de
vaatwasser. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Machinereiniging . . . . . . . . . . . . . . . .36
Onthardingszout en
glansspoelmiddel. . . . . . . . . . . . . . . .37
Zeven. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37
Sproeiarmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
3 Wat te doen bij storingen? . . . .38
Afvoerpomp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
Storingentabel . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
4 Servicedienst . . . . . . . . . . . . . . .50
5 Plaatsen en aansluiten . . . . . . .50
Inhoud van de verpakking . . . . . . . . 50
Veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . . . 50
Aflevering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Technische gegevens. . . . . . . . . . . . 51
Plaatsing. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Afvoerwateraansluiting . . . . . . . . . . . 51
Drinkwateraansluiting . . . . . . . . . . . . 52
Warmwateraansluiting . . . . . . . . . . . 52
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . 52
Demontage. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Transport . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Bescherming tegen vorst
(Apparaat leegmaken) . . . . . . . . . . . 53
4
Bestemming van het apparaat nl
8 Bestemming van het
apparaat
Bestemming van het apparaat
Dit apparaat is bestemd voor
privégebruik in het huishouden en de huiselijke omgeving.
De vaatwasser alleen in het
huishouden gebruiken en alleen voor het aangegeven doel: het afwassen van huishoudelijk serviesgoed.
Deze vaatwasser is bestemd
voor gebruik tot op hoogten van maximaal 4.000 m boven zeeniveau.
( Veiligheidsvoorschrif-
ten
Veiligheidsvoorschriften
Dit toestel kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met beperkte fysieke, sensorische of geestelijke vermogens of personen die gebrek aan kennis of ervaring hebben, wanneer zij onder toezicht staan van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of geleerd hebben het op een veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn van de risico's die het gebruik van het toestel met zich meebrengt.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud van het toestel mogen niet worden uitgevoerd door kinderen, tenzij zij 8 jaar of ouder zijn en onder toezicht staan.
Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan 8 jaar uit de buurt blijven van het toestel of de aansluitkabel.
Voordat u het apparaat in gebruik neemt
Lees de gebruiksaanwijzing en het installatievoorschrift aandachtig door! U vindt daarin belangrijke informatie over plaatsing, gebruik en onderhoud van het apparaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en het installatievoorschrift voor later gebruik of voor volgende eigenaars.
De gebruiksaanwijzing kunt u gratis downloaden van onze internetpagina. Ons internetadres vindt u op de achterkant van deze gebruiksaanwijzing.
5
nl Veiligheidsvoorschriften
Bij aflevering
1. Controleer onmiddellijk
of de verpakking en de afwasautomaat tijdens het transport beschadigd zijn. Een beschadigd apparaat niet in gebruik nemen maar contact opnemen met uw leverancier.
2. Het verpakkingsmateriaal
milieuvriendelijk volgens de geldende voorschriften afvoeren.
3. Laat kinderen niet met
de verpakking en de onderdelen daarvan spelen. Kans op stikken door vouwdozen en folie.
Bij de installatie
Zorg ervoor dat de
achterzijde van de afwasautomaat na de installatie niet meer vrij toegankelijk is (aanraakbeveiliging wegens hete oppervlakken).
Ga bij het plaatsen en
aansluiten te werk volgens de installatie- en montagehandleiding.
Tijdens het installeren mag
de afwasautomaat niet op het elektriciteitsnet zijn aangesloten.
Overtuig u ervan dat het
aardingssysteem van de elektrische huisinstallatie volgens de elektrotechnische voorschriften is geïnstalleerd.
De elektrische
aansluitvoorwaarden moeten overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje 9: van de afwasautomaat.
Als de elektrische
aansluitkabel van het apparaat beschadigd wordt, dan moet deze door een speciale aansluitkabel vervangen worden. Om gevaren te voorkomen, dient men deze aan te schaffen via de klantenservice.
Als de afwasmachine
in een hoge kast moet worden ingebouwd, dan moet deze volgens de voorschriften bevestigd worden.
Als de afwasautomaat onder
of boven andere huishoudapparaten wordt ingebouwd, dient men de informatie m.b.t. de inbouw in combinatie met een afwasautomaat in de montagehandleiding van de desbetreffende apparaten in acht te nemen.
6
Veiligheidsvoorschriften nl
Neem bovendien de
montageaanwijzingen van de afwasautomaat in acht om een veilig gebruik van alle apparaten te waarborgen.
Als er geen informatie
beschikbaar is of als de montagehandleiding niet de gewenste aanwijzingen bevat, dient u contact op te nemen met de fabrikant van deze apparaten om na te gaan of de afwasautomaat boven of onder deze apparaten kan worden ingebouwd.
Als het u niet lukt om
informatie van de fabrikant te krijgen, mag u de afwasautomaat niet boven of onder deze apparaten inbouwen.
Wanneer u boven de
afwasautomaat een magnetron inbouwt, kan deze beschadigd raken.
Voor een goede stabiliteit
van het apparaat mogen integreerbare of onderbouwapparaten alleen onder een doorlopend werkblad worden ingebouwd dat aan de kasten ernaast is vastgeschroefd.
Het apparaat niet in de buurt
van een warmtebron (radiator, boiler, fornuis of andere apparaten die warmte afgeven) installeren en niet onder een kookplateau inbouwen.
Houd er rekening mee dat
de isolatie van het aansluitsnoer van de vaatwasser bij warmtebronnen (zoals de verwarmings-/warmwaterinst allatie) of hete apparaatonderdelen kan smelten. Nooit het aansluitsnoer van de vaatwasser met warmtebronnen of hete apparaatonderdelen in contact brengen.
Na het plaatsen van het
apparaat moet de stekker gemakkelijk te bereiken zijn.
~ "Elektrische aansluiting" op pagina 52
Bij sommige modellen:
In de kunststof behuizing aan de wateraansluiting bevindt zich een elektrisch ventiel. In de toevoerslang bevinden zich elektrische aansluitleidingen. De slang niet doorsnijden, de kunststof behuizing niet in water onderdompelen.
Dagelijks gebruik
Let op de veiligheidsvoorschriften resp. de aanwijzingen bij het gebruik op de verpakkingen van het afwas­en glansspoelmiddel.
7
nl Veiligheidsvoorschriften
Kinderslot (deurvergrendeling) *
Deurvergrendeling
Het kinderslot (deurvergrendeling) beschermt kinderen tegen mogelijke gevaren die door de afwasautomaat kunnen ontstaan.
:Waarschuwing
Kans op stikken!
Kinderen kunnen zichzelf in het apparaat opsluiten en stikken. Na gebruik van de afwasautomaat de apparaatdeur altijd goed sluiten.
Zo activeert u het kinderslot (deurvergrendeling):
1. De lip van het kinderslot naar
u toe trekken (1).
2. Deur sluiten (2).
De kinderbeveiliging is geactiveerd.
Zo opent u de deur met geactiveerd kinderslot (deurvergrendeling):
1. De lip van het kinderslot naar
rechts drukken (1).
2. Deur openen (2).
Zo deactiveert u het kinderslot (deurvergrendeling):
1. De lip van het kinderslot naar
rechts drukken (1).
2. De lip van het kinderslot naar
achteren schuiven (2).
Het kinderslot is gedeactiveerd.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw afwasautomaat
8
Veiligheidsvoorschriften nl
Kinderslot (toetsblokkering)
Toetsblokkering
U kunt uw vaatwasser beveiligen tegen onbedoelde annulering van het programma (bijvoorbeeld door kinderen).
Zo activeert u de toetsblokkering:
1. Gewenste programma
starten.
2. Toets F ca. 4 seconden
ingedrukt houden. In het indicatievenster verschijnt ’–.
De toetsblokkering is geactiveerd.
Als tijdens de programmacyclus een willekeurige toets wordt bediend, verschijnt ’– in het indicatievenster. Annulering van het programma (reset) is niet mogelijk.
Voor het deactiveren van de toetsblokkering de toets F ca. 4 seconden ingedrukt houden tot ’– in het indicatievenster dooft.
Na het einde van het programma wordt de toetsblokkering opgeheven. Na een stroomuitval blijft de toetsblokkering van kracht. Bij elke start van een programma moet de toetsblokkering weer worden geactiveerd.
Bij schade
Reparaties en ingrepen
mogen alleen door een vakkundig monteur worden uitgevoerd. Hierbij mag het apparaat niet op het elektriciteitsnet zijn aangesloten. De stekker uit het stopcontact trekken of de zekering uitschakelen. Kraan dichtdraaien.
Bij beschadigingen, vooral
van het bedieningspaneel (scheuren, gaten, afgebroken toetsen), of als de deur niet goed functioneert, mag het apparaat niet meer worden gebruikt. De stekker uit het stopcontact trekken of de zekering uitschakelen. Kraan dichtdraaien, klantenservice bellen.
Bij het afvoeren
1. Het afgedankte apparaat
onmiddellijk onbruikbaar maken om eventuele ongelukken te voorkomen.
2. Het apparaat
op een milieuvriendelijke wijze (laten) afvoeren.
9
nl Veiligheidsvoorschriften
:Waarschuwing
Risico van letsel!
Om verwondingen bijv. door
struikelen te voorkomen: de afwasautomaat tijdens het in­en uitladen zo kort mogelijk openen.
Messen en andere
voorwerpen met scherpe punten moeten met de punten naar beneden in de bestekkorf* 1b worden geplaatst en horizontaal in de meshouder* of de besteklade* 1*.
Niet op de geopende deur
gaan zitten of staan.
Let er bij vrijstaande
apparaten op dat de korven niet overladen zijn. Het apparaat kan kantelen.
Als het apparaat niet
in een nis staat waardoor een zijwand toegankelijk is, dan moeten de deurscharnieren om veiligheidsredenen aan de zijkant afgedekt worden (kans op verwondingen). De afdekkingen zijn als extra toebehoren tegen meerprijs bij de Servicedienst of bij uw
leverancier verkrijgbaar. * afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw afwasautomaat
:Waarschuwing
Gevaar door explosie!
Doe geen oplosmiddel in de spoelruimte. Kans op explosie.
:Waarschuwing
Risico van verbranding!
Tijdens het programmaverloop de deur alleen heel voorzichtig openen. Er kan namelijk heet water uit het apparaat spuiten.
:Waarschuwing
Gevaren voor kinderen!
Maak gebruik – indien
aanwezig – van de kinderbeveiliging.
Laat kinderen nooit met het
apparaat spelen of het bedienen.
Kinderen uit de buurt
van reinigingsmiddel en glansspoelmiddel houden. Deze kunnen irritaties in mond, keel en ogen veroorzaken of tot verstikking leiden.
Kinderen uit de buurt
van de geopende afwasautomaat houden. De afwasautomaat kan nog kleine voorwerpen bevatten die door kinderen ingeslikt zouden kunnen worden, en het water in de binnenruimte is geen drinkwater, het kan afwasmiddelresten bevatten.
10
Milieubescherming nl
Let op dat kinderen niet
in de tab-opvangschaal 1B grijpen. De vingertjes kunnen in de sleuven beklemd raken.
Let er bij een op een hoge
plaats ingebouwd apparaat op dat er bij het openen en sluiten van de deur geen kinderen klem komen te zitten of bekneld raken tussen de apparaatdeur en de onderliggende kastdeur.
Kinderen kunnen zich
opsluiten in het apparaat (verstikkingsgevaar) of in een andere gevaarlijke situatie terechtkomen. Bij uitgediende apparaten daarom: Trek daarom de stekker uit het stopcontact. Aansluitkabel doorknippen en verwijderen. Deurslot onklaar maken zodat de deur niet meer sluit.
7 Milieubescherming
Milieubescherming
Zowel de verpakking van het nieuwe apparaat als het oude apparaat bevat waardevolle grondstoffen en materiaal dat hergebruikt kan worden.
De afzonderlijke delen a.u.b. gesorteerd afvoeren.
U kunt bij uw leverancier of bij de gemeente informeren hoe u uw oude apparaat en het verpakkingsmateriaal kunt (laten) afvoeren.
Verpakking
Alle kunststof delen van het apparaat zijn gemerkt met een gestandaardiseerd afkortingsteken (bijv. „PS” polystyreen). Hierdoor is bij het afvoeren van het apparaat een scheiding per soort van de kunststof afvaldelen mogelijk.
Neem a.u.b. de aanwijzingen voor de veiligheid onder „Bij levering” in acht ~ Blz. 6.
Uw oude apparaat
Neem a.u.b. de aanwijzingen voor de veiligheid onder „Bij het afvoeren” in acht ~ Blz. 9.
Dit apparaat is geclassificeerd volgens de Europese richtlijn 2012/19/EG over oude elektrische en elektronische apparatuur (waste electrical and electronic equipment – WEEE). Deze richtlijn vormt voor de gehele EU een kader voor de terugname en recycling van oude apparaten.
11
nl Het apparaat leren kennen
* Het apparaat leren
kennen
Het apparaat leren kennen
De afbeeldingen van het bedieningspaneel en van de binnenruimte van het apparaat vindt u vooraan in de omslag van deze gebruiksaanwijzing. In de tekst wordt op de verschillende posities gewezen.
Bedieningspaneel
Zie afb. ~ Blz. 2
( Aan/uit-schakelaar 0 Programmatoetsen** 8 Weergave programmaverloop @ Indicatievenster H Insteltoetsen P Starttijd kiezen X Start-toets ` Extra functies/ programmatoetsen
**
h Indicatie glansspoelmiddel
bijvullen
)" Indicatie „Watertoevoer
controleren”
)* Indicatie zout bijvullen )2 Deuropener
* afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw afwasautomaat
** aantal afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw afwasautomaat
Binnenkant van het apparaat
Zie afb. ~ Blz. 2
1" Binnenverlichting* 1* Besteklade * 12 Bovenste servieskorf 1: Bovenste sproeiarm 1B Tab-opvangschaal 1J Onderste sproeiarm 1R Reservoir voor onthardingszout 1Z Zeven 1b Bestekkorf * 1j Onderste servieskorf 9" Reservoir voor glansspoelmiddel 9* Reinigingsmiddelbakje 92 Vergrendeling voor
reinigingsmiddelbakje
9: Typeplaatje
* afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw afwasautomaat
12
Het apparaat leren kennen nl
Menuoverzicht
Om het u makkelijker te maken, zijn er vooraf bepaalde instellingen gemaakt voor uw vaatwasser. De instellingen vindt u in de afzonderlijke hoofdstukken. U kunt deze fabrieksinstellingen desgewenst veranderen.
Zo verandert u de instellingen:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Toets 3 seconden ingedrukt
houden. In het indicatievenster @ verschijnt
:... en .
Instelling Fabrieksinstelling Beschrijving
Waterhardheid
•:‹‹ - •:‹ˆ
§ Glansspoelmiddel
§:‹‹ - §:‹‡ †“ Sensorinstelling
†“:‹‹ - †“:‹ƒ š Extra droog
š:‹‹ - š:‹‚ ‘ Warmwater *
‘:‹‹ - ‘:‹‚ ˜ Auto Power Off
˜:‹‹ - ˜:‹ƒ “ emotionLight *
•:‹… Instelling van de waterhardheid. Bij
§:‹† De hoeveelheid glansspoelmiddel
†“:‹‹ Aanpassing van de vuildetectie voor een
š:‹‹ / Uit Verbeterde droging, voor glazen en
‘:‹‹ / Uit Aansluiting op warmwater (40-60 °C) of
˜:‹‚ Automatische uitschakeling van het
“:‹‚ / Aan Verlichting van de binnenruimte.
3. Toets indrukken om in de
afzonderlijke instellingen te komen.
4. Met de insteltoetsen - + H de
instelling uitvoeren.
5. Toets 3 seconden ingedrukt
houden. De instelwaarde is in de vaatwasser opgeslagen.
Tip: Wanneer u meerdere instellingen
wijzigt, voert u eerst alle wijzigingen na elkaar uit. Druk vervolgens de toets 3 seconden in. Daardoor zijn alle instelwaarden in de vaatwasser opgeslagen.
gebruik van multitabs de laagste stand kiezen.
beïnvloedt de droging. Bij gebruik van multitabs stand 0 kiezen.
optimaal reinigingsresultaat.
kunststofdelen.
koudwater (<40 °C) mogelijk.
apparaat na afloop van de spoelcyclus.
“:‹‹ - “:‹‚ †˜ Startprogramma
†˜:‹‹ - †˜:‹‚
* afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw vaatwasser
†˜:‹‚ / Eco 50° Na inschakeling verschijnt het laatst
gekozen programma.
13
nl Het apparaat leren kennen
Instelling Fabrieksinstelling Beschrijving
†– Signaalsterkte *
†–:‹ƒ Volume van het signaal bij
programma-einde.
†–:‹‹ - †–:‹„ ›– Toetsvolume *
›–:‹ƒ Volume bij bediening van de toetsen.
›–:‹‹ - ›–:‹„ © Eco droging
©:‹‚ / Aan Automatische deuropening na afloop van
het Eco-programma.
©:‹‹ - ©:‹‚
* afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw vaatwasser
--------
Eco-droging
Uw afwasautomaat beschikt over de functie eco-droging. Wanneer u het programma Eco 50° hebt gekozen, gaat de deur automatisch open na afloop van het programma. U kunt de eco-droging in- of uitschakelen ~ "Apparaat bedienen" op pagina 31.
14
Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout nl
+ Wateronthardingsin-
stallatie / Onthardingszout
Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout
Voor een goed afwasresultaat heeft de afwasautomaat zacht water, d.w.z. water met weinig kalk nodig. Anders zetten zich witte kalkresten op het serviesgoed en de binnenkant van de spoelruimte af. Leidingwater is harder dan 7° dH (1,2 mmol/l), moet onthard worden. Dit gebeurt met behulp van onthardingszout (regenereerzout) in de wateronthardingsinstallatie van de afwasmachine. De instelling en daarmee de benodigde hoeveelheid zout is afhankelijk van de hardheid van uw leidingwater (zie de volgende waterhardheidstabel).
Tabel voor de waterhardheid
:DWHU KDUGKHLGV ZDDUGHG+
² JHPLGGHOG
² JHPLGGHOG
² KDUG
² KDUG
² KDUG
+DUGKHLGV EHUHLN
² ]DFKW
² ]DFKW
² JHPLGGHOG
PPROO
²
²
²
²
²
²
²
²
,QVWHOZDDUGH RSâPDFKLQH
¯¯ ¯³ ¯ ¯´ ¯ ¯ ¯± ¯Å
Onthardingsvoorziening instellen
U kunt de hoeveelheid zout op •:‹‹ tot
•:‹ˆ instellen. Bij de instelwaarde •:‹‹
is geen zout nodig.
Zo stelt u de hoeveelheid zout in:
1. Hardheid van het leidingwater
opvragen bij het plaatselijke
waterleidingbedrijf.
2. De benodigde stand opzoeken in de
waterhardheidstabel.
3. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
4. Toets ‹ 3 seconden ingedrukt
houden.
In het indicatievenster @ verschijnt
de af fabriek ingestelde waarde
:‹… en . .
5. Met de insteltoetsen - + H de
instelling uitvoeren.
6. Toets ‹ 3 seconden ingedrukt
houden. De instelwaarde is in de vaatwasser opgeslagen.
15
nl Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout
Onthardingszout gebruiken
Vul onthardingszout bij zodra de zoutbijvulindicatie )* op het bedieningspaneel oplicht. Vul altijd pas direct voor het inschakelen van de vaatwasser onthardingszout bij. Hierdoor wordt de overgelopen zoutoplossing onmiddellijk uitgespoeld en wordt corrosie in de spoelmiddelhouder voorkomen.
Attentie!
Vaatwasmiddel beschadigt de onthardingsvoorziening! Nooit vaatwasmiddel in het reservoir voor onthardingszout doen.
Zo vult u onthardingszout bij:
1. Schroefdop van het
voorraadreservoir 1R eraf schroeven.
2. Reservoir met water vullen (alleen
nodig bij de eerste ingebruikneming).
3. Onthardingszout toevoegen volgens
de afbeelding (geen tafelzout of tabletten).
Hierdoor wordt het water verdrongen en loopt weg.
Vaatwasmiddelen met zoutcomponent gebruiken
Vaatwasmiddelen met zoutcomponent
Vaatwasmiddelen met zoutcomponent kunt u in het algemeen tot een waterhardheid van 21° dH (37° fH, 26° Clarke, 3,7 mmol/l) zonder toevoeging van onthardingszout gebruiken. Gebruik bij een waterhardheid van meer dan 21° dH extra onthardingszout.
Zoutbijvulindicatie/ onthardingsvoorziening uitschakelen
Ontharding uitschakelen
Als de zoutbijvulindicatie )* u stoort (bijvoorbeeld als u een gecombineerd vaatwasmiddel met zoutcomponent gebruikt), kunt u de zoutbijvulindicatie uitschakelen.
Ga te werk zoals onder „Onthardingsvoorziening instellen” is beschreven en stel de waarde in op
:‹‹. De onthardingsinstallatie en de zoutbijvulindicatie zijn uitgeschakeld.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw vaatwasser
16
Glansspoelmiddel nl
, Glansspoelmiddel
Glansspoelmiddel
Glansspoelmiddel zorgt voor streeploos gedroogd serviesgoed en heldere glazen. Gebruik alleen glansspoelmiddel voor huishoudelijke vaatwassers. Als de indicatie glansspoelmiddel bijvullen h op het bedieningspaneel brandt, is er nog glansspoelmiddel voor 1-2 spoelcycli aanwezig. Vul glanspoelmiddel bij.
Zo vult u glanspoelmiddel bij:
1. Reservoir 9" openen; lip op het
deksel indrukken (1) en optillen (2).
2. Glansspoelmiddel bijvullen tot het
max.-teken.
Hoeveelheid glansspoelmiddel instellen
U kunt de hoeveelheid glansspoelmiddel op §:‹‹ tot §:‹‡ instellen. Stel de hoeveelheid glansspoelmiddel in op §:‹†om een zeer goed droogresultaat te verkrijgen. Af fabriek is de stand §:‹† reeds ingesteld. Verander de hoeveelheid glansspoelmiddel alleen als er strepen of watervlekken op het serviesgoed achterblijven. Stel een lagere stand in om vegen te voorkomen. Stel een hogere stand in om watervlekken te voorkomen.
Zo stelt u de hoeveelheid glansspoelmiddel in:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Toets 3 seconden ingedrukt
houden.
In het indicatievenster @ verschijnt
de waarde :... en . .
3. Toets net zo vaak indrukken
tot in het indicatievenster @ de af
fabriek ingestelde waarde §:‹†
verschijnt.
4. Met de insteltoetsen - + H de
instelling uitvoeren.
5. Toets 3 seconden ingedrukt
houden. De instelwaarde is in de vaatwasser opgeslagen.
PD[
3. Sluit het deksel.
Het deksel klikt hoorbaar vast.
4. Overgelopen glansspoelmiddel met
een doek verwijderen. Dat voorkomt overmatige schuimvorming bij de volgende spoelcyclus.
17
Loading...
+ 37 hidden pages