Meer informatie over producten, accessoires, onderdelen en
diensten vindt u op het internet: www.siemens-home.com en in
de online-shop: www.siemens-eshop.com
De contactgegevens in alle landen vindt u in de bijgesloten lijst
met Servicedienstadressen.
Verzoek om reparatie en advies bij storingen
NL088 424 4020
B070 222 142
Vertrouw op de competentie van de producent. Zo bent u er
zeker van dat de reparatie wordt uitgevoerd door geschoolde
ã=Veiligheidsvoorschriften
Algemene aanwijzingen
Neem deze gebruiksaanwijzing en met name
de veiligheidsaanwijzingen in acht. De veiligheid is alleen
gewaarborgd bij een deskundige montage volgens
de montagehandleiding. Bewaar de gebruiksaanwijzing voor
later gebruik of voor volgende eigenaars.
Dit apparaat is alleen bedoeld voor huishoudelijk gebruik.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade als gevolg
van onjuist gebruik of onjuiste bediening.
Verstikkingsgevaar!
door verpakkingsmateriaal. Kinderen nooit
met verpakkingsmateriaal laten spelen.
Het apparaat na het uitpakken controleren op zichtbare
schade. Bij transportschade het apparaat niet aansluiten.
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende
apparaatvarianten. Het is mogelijk dat er kenmerken worden
beschreven die niet van toepassing zijn op uw apparaat.
onderhoudstechnici, die beschikken over de originele
onderdelen voor uw huishoudelijke apparaten.
Milieuvriendelijke afvalverwerking
Dit apparaat voldoet aan de eisen van de
Europese richtlijn 2002/96EG betreffende
afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur (WEEE – waste electrical and
electronic equipment). Deze richtlijn bevat de in de
EU geldende bepalingen betreffende terugname
en verwerking van afgedankte apparatuur.
Volwassenen en kinderen mogen het apparaat niet zonder
toezicht gebruiken wanneer ze lichamelijk of geestelijk niet
in staat zijn om het apparaat correct en veilig te bedienen,
of wanneer hen daartoe de kennis en ervaring ontbreekt.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen!
Bij eventuele vragen of storingen kunt u terecht bij onze
klantenservice (zie de lijst met klantenserviceadressen).
Vermeld bij een telefoongesprek de volgende nummers:
E-Nr.FD
De nummers staan op het typeplaatje in de binnenruimte
van het apparaat (daartoe het metalen vetfilter demonteren).
Noteer deze nummers in het bovenstaande vakje, dan hoeft
u niet lang te zoeken wanneer u ze nodig heeft.
2
Installatie
Levensgevaar, gevaar voor vergiftiging!
Door teruggezogen verbrandingsgassen. Gebruik het apparaat
nooit met luchtafvoer tegelijk met een kooktoestel dat de lucht
in de ruimte verbruikt, indien er niet voor voldoende ventilatie is
gezorgd.
Kooktoestellen die de lucht in de ruimte verbruiken (bijv.
apparaten die op gas, olie, hout of kolen worden gestookt,
geisers, warmwatertoestellen) trekken de verbrandingslucht uit
de ruimte van opstelling en voeren de gassen via een afvoer
(bijv. schoorsteen) af naar buiten.
In combinatie met een ingeschakelde afzuigkap wordt aan de
keuken en aan de ruimtes ernaast lucht onttrokken - zonder
voldoende luchttoevoer ontstaat er een onderdruk. Giftige
gassen uit de schoorsteen of het afvoerkanaal worden
teruggezogen in de woonruimte.
■ Zorg daarom altijd voor voldoende ventilatie.
■ Een ventilatiekast in de muur alleen is niet voldoende om aan
de minimale eisen te voldoen.
U kunt het apparaat alleen dan zonder gevaren gebruiken
wanneer de onderdruk in de ruimte waarin het kooktoestel zich
bevindt niet groter is dan 4 Pa (0,04 mbar). Dit kan worden
bereikt wanneer door niet afsluitbare openingen, bijv. in deuren,
ramen, in combinatie met een ventilatiekast in de muur of door
andere technische maatregelen, de voor de verbranding
benodigde lucht kan worden toegevoerd.
Gevaar van een elektrische schok!
door beschadigde aansluitkabel. Aansluitkabel niet knikken
of afklemmen bij de installatie.
Brandgevaar, verwondingsgevaar!
door beschadigde aansluitkabel. Een beschadigde
aansluitkabel moet door een erkend vakman (elektromonteur)
worden vervangen.
U kunt letsel oplopen!
Tijdens de installatie door scherpe randen. Draag tijdens de
installatie van het apparaat altijd beschermhandschoenen.
Verwondingsgevaar!
door vallend apparaat. Alle bevestigingsschroeven en doppen
moeten vast worden gemonteerd.
Gebruik
Risico van brandwonden!
door heet apparaat bij gebruik met kookgerei. Kinderen uit de
buurt houden en op juist gebruik letten.
Verwondingsgevaar, beschadigingsgevaar!
door op het apparaat geplaatste voorwerpen. Nooit voorwerpen
op het apparaat plaatsen.
Brandgevaar, risico van brandwonden!
door gaskookplaten waar geen pannen op zijn geplaatst.
Gaskookplaten altijd gebruiken met bijpassende pannen.
De vlam zodanig regelen dat hij niet buiten de panbodem
uitkomt.
Risico van brandwonden, beschadigingsgevaar!
door het gelijktijdig gebruiken van meerdere gaskookplaten.
Twee gaskookplaten nooit langer dan 15 minuten gelijktijdig
op de hoogste vlam gebruiken. Door de grote hitte wordt
de behuizing zeer heet.
Denk eraan: Een grote brander met meer 5 kW (wok) komt
overeen met het vermogen van twee gasbranders.
Raadpleeg in ieder geval het bedrijf dat in uw huis voor de
schoorsteenreiniging zorgt. Dit bedrijf is in staat het totale
ventilatiesysteem van uw huis te beoordelen en kan een
voorstel doen voor de passende maatregelen omtrent de
luchttoevoer.
Indien de afzuiging alleen met recirculatie wordt gebruikt, is een
gebruik zonder beperkingen mogelijk.
Brandgevaar!
door vonken. Het apparaat alleen boven een stookplaats voor
vaste brandstoffen (bijv. hout of kolen) installeren wanneer
er een afgesloten, niet verwijderbare afscherming aanwezig is.
Attentie!
Beschadigingsgevaar door opeenhoping van warmte wegens
een te kleine afstand tussen het apparaat en een wand of kast.
Het apparaat mag slechts met één zijde direct naast een kast
of tegen een wand worden geïnstalleerd. De afstand tot
de muur of de kast moet minstens 50 mm bedragen.
De aangegeven veilige afstanden moeten in acht worden
genomen. Neem ook de instructies van uw kooktoestel in acht.
Wanneer gas- en elektrische kooktoestellen samen worden
gebruikt, geldt de grootste aangegeven afstand.
De breedte van de afzuigkap moet minstens overeenkomen
met de breedte van het kooktoestel.
Bij de installatie moeten de actuele geldige bouwvoorschriften
en de voorschriften van de plaatselijke stroomen gasleverancier in acht worden genomen.
Brandgevaar!
■ door vetafzettingen in het metalen vetfilter. Nooit met open
vuur werken onder het apparaat (bijv. flamberen). Apparaat
altijd gebruiken met het metalen vetfilter. Metalen vetfilter
regelmatig reinigen.
■ door oververhit vet of olie. Altijd toezicht houden
bij het verhitten van vet en olie. Brand nooit blussen
met water; altijd een branddeken, deksel of bord gebruiken.
Attentie!
Risico van beschadiging door corrosie. Schakel het apparaat
altijd in wanneer u kookt om condensvorming te voorkomen.
Condenswater kan tot corrosie leiden.
Verwondingsgevaar!
door LED-lampen uit risicogroep 1. Niet langer dan
100 seconden direct in de ingeschakelde LED-lampen kijken.
Reiniging en onderhoud
Risico van brandwonden en elektrische schokken!
door het apparaat. Het apparaat voor reiniging en onderhoud
altijd laten afkoelen. De zekering uitschakelen of de stekker
uit het stopcontact trekken.
Let op!
■ Risico van beschadigingen doordat er vocht in de elektronica
van het apparaat komt. Reinig de bedieningselementen nooit
met een natte doek.
■ Beschadiging van het oppervlak door een foutieve manier
van reinigen. Roestvrijstalen oppervlakken uitsluitend in de
slijprichting reinigen. Gebruik voor de bedieningselementen
geen reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
■ Beschadiging van het oppervlak door scherpe of schurende
reinigingsmiddelen. Gebruik nooit scherpe of schurende
reinigingsmiddelen.
Onderhoud en reparatie
Brandgevaar, verwondingsgevaar!
door ondeskundige reparaties. De zekering uitschakelen
of de stekker uit het stopcontact trekken. Reparaties mogen
alleen worden uitgevoerd door een erkend vakman
(elektromonteur).
Gebruiksmogelijkheden
U kunt dit apparaat gebruiken voor luchtafvoer
en circulatielucht.
Gebruik met afvoerlucht
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters
gereinigd en via een buizensysteem naar de
buitenlucht afgevoerd.
Verwondingsgevaar!
door storing of beschadiging van het apparaat. Zekering
uitschakelen of de stekker uit het stopcontact trekken
en de klantenservice bellen.
Brandgevaar, verwondingsgevaar!
door beschadigde aansluitkabel. Een beschadigde
aansluitkabel moet door een erkend vakman (elektromonteur)
worden vervangen.
Risico van brandwonden en elektrische schokken!
door defecte lampen. De zekering uitschakelen of de stekker
uit het stopcontact trekken. Een defecte lamp altijd direct
vervangen (lamp eerst laten afkoelen) om overbelasting
van de andere lampen te voorkomen.
■ Indien de afvoerlucht door de buitenmuur moet worden
geleid, raden wij u aan een telescoop-muurkast te gebruiken.
Gebruik met circulatielucht
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters
en een actieve-koolfilter gereinigd en weer
teruggeleid naar de keuken.
Aanwijzing: De afvoerlucht mag niet worden afgevoerd via een
in gebruik zijnde rook- of afvoergasschoorsteen, noch via een
schacht die dient voor de ontluchting van ruimtes met
stookplaatsen.
■ Bij afvoer van afvoerlucht via een rook- of
afvoergasschoorsteen die niet in gebruik is, dient u een
vakbekwame schoorsteenveger te raadplegen.
Bediening
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende
apparaatvarianten. Het is mogelijk dat er kenmerken worden
beschreven die niet van toepassing zijn op uw apparaat.
Aanwijzing: Schakel de afzuigkap in zodra u begint met koken
en schakel hem pas enkele minuten na het koken weer uit.
Zo wordt de keukendamp het effectiefst verwijderd.
Aanwijzing: Om geurtjes te voorkomen bij het gebruik
van circulatielucht, dient u een actieve-koolfilter te monteren.
De verschillende manieren om het apparaat met circulatielucht
te gebruikten, vindt u in de prospectus of kunt u navragen
bij uw speciaalzaak. Het daartoe benodigde toebehoren
is verkrijgbaar bij de speciaalzaak, de klantenservice
of de Online-shop. De toebehorennummers vindt u achterin
de gebruiksaanwijzing.
Bedieningspaneel variant 1
Bedieningspaneel variant 2
4
Ventilator instellen
■ Het apparaat inschakelen met toets #. De ventilator start op
stand 2.
■ De ventilator kan handmatig (variant 1 en variant 2) of door
de automaat (alleen variant 2) worden ingesteld.
Handbediening
Ventilatorstand verhogen met toets + en verlagen met toets –.
Automatische bediening
Het apparaat moet ingeschakeld zijn.
■ Toets ! indrukken.
■ De optimale ventilatorstand 1, 2 of 3 wordt automatisch
ingesteld via een sensor.
Sensorbesturing
Bij de automatische bediening registreert een sensor op
de wasemafzuigkap de hoeveelheid wasem in de keuken.
Afhankelijk van de instelling van de sensor schakelt
de afzuigkap automatisch op een andere ventilatorstand
of schakelt zichzelf na enige tijd uit.
Fabrieksinstelling: Stand
Laagste instelling: Stand ‹
Hoogste instelling: Stand Š
Als de sensorbesturing te snel of te langzaam reageert, kunt
2.Door nogmaals op toets + of – te drukken, wordt de instelling
van de sensorbesturing gewijzigd.
3.Om de invoer te bevestigen de ! toets 4 seconden
ingedrukt houden.
†
Intensief-stand
Bij sterke geur- en dampvorming kunt u de intensief-stand
gebruiken.
■ Toets & indrukken.
■ Op de display verschijnt ›.
De tijdsduur is begrensd. Daarna schakelt het apparaat
automatisch op een lagere ventilatorstand. Door opnieuw op
toets
& te drukken, kunt u altijd terugschakelen.
Ventilatornaloop inschakelen
■ Op toets x drukken (variant 1)
De ventilator loopt 10 min. op stand 1. Daarna schakelt de
ventilator automatisch uit.
■ Op toets ! drukken (variant 2).
Als er geen keukendamp aanwezig is, loopt de ventilator
enige tijd op stand 1. Daarna schakelt de ventilator
automatisch uit.
Verlichting
De verlichting kunt u onafhankelijk van de ventilator inen uitschakelen.
Toets
A indrukken.
Lichtsterkte instellen
U kunt de lichtsterkte instellen op twee standen.
A ingedrukt houden.
Toets
De lichtsterkte wordt één stand hoger ingesteld.
Verzadigingsindicaties
Wanneer het metalen vetfilter of het actieve-koolfilter
is verzadigd, klinkt er na uitschakeling van de ventilator
gedurende 4 seconden een signaal.
Bovendien verschijnt het volgende symbool op de display:
■ Metalen vetfilter: !?
■ Actieve-koolfilter: "?
De metalen vetfilters dienen nu gereinigd te worden of het
actieve-koolfilter dient vervangen te worden.
Terwijl de verzadigingsindicaties knipperen, kunnen ze worden
gereset. Daartoe op toets – drukken.
Omschakelen van de display op circulatielucht
Voor gebruik met circulatielucht moet de display van
de elektronische besturing worden omgeschakeld.
■ De afzuigkap moet aangesloten en uitgeschakeld zijn.
■ Toetsen # en x tegelijk indrukken tot de indicatie "
brandt (variant 1).
■ Toetsen # en ! tegelijk indrukken tot de indicatie "
brandt (variant 2).
■ Door nogmaals op deze toetsencombinatie te drukken, wordt
de display van de elektronische besturing weer op
afvoerlucht geschakeld (indicatie
!).
Signaal
Bij het indrukken van een toets klinkt er ter bevestiging
een signaal.
Signaal uitschakelen
Bij uitgeschakelde ventilator toetsen
3 seconden ingedrukt houden.
Ter bevestiging klinkt een signaal.
Signaal inschakelen
De handeling „Signaal uitschakelen” herhalen.
# en gelijktijdig ca.
Filter monteren en demonteren
ã=Risico van brandwonden en elektrische schokken!
door het apparaat. Het apparaat voor reiniging en onderhoud
altijd laten afkoelen. De zekering uitschakelen of de stekker
uit het stopcontact trekken.
Metalen vetfilter demonteren
1.Vergrendeling openen en het metalen vetfilter omlaag
klappen.
Daarbij met de andere hand het metalen vetfilter
ondersteunen.
2.Metalen vetfilter uit de houder nemen.
5
Bij randafzuiging
1. Metalen vetfilter naar beneden trekken.
Daarbij met de andere hand het metalen vetfilter
ondersteunen.
2. Metalen vetfilter uit de houder nemen.
Aanwijzingen
■ Onderin het metalen vetfilter kan zich vet verzamelen.
– Het metalen vetfilter niet schuin houden om te voorkomen
dathetveteruit druipt.
Reiniging en onderhoud
Metalen vetfilter monteren
1. Metalen vetfilter aanbrengen.
Daarbij met de andere hand het metalen vetfilter
ondersteunen.
2. Metalen vetfilter omhoog klappen en de vergrendeling laten
vastklikken.
ã=Risico van brandwonden en elektrische schokken!
door het apparaat. Het apparaat voor reiniging en onderhoud
altijd laten afkoelen. De zekering uitschakelen of de stekker
uit het stopcontact trekken.
Let op!
■ Risico van beschadigingen doordat er vocht in de elektronica
van het apparaat komt. Reinig de bedieningselementen nooit
met een natte doek.
■ Beschadiging van het oppervlak door een foutieve manier
van reinigen. Roestvrijstalen oppervlakken uitsluitend in de
slijprichting reinigen. Gebruik voor de bedieningselementen
geen reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
■ Beschadiging van het oppervlak door scherpe of schurende
reinigingsmiddelen. Gebruik nooit scherpe of schurende
reinigingsmiddelen.
Oppervlak van het apparaat reinigen
Geschikte reinigings- en onderhoudsmiddelen
voor uw apparaat zijn verkrijgbaar via de Hotline of de Onlineshop (zie voorin de gebruiksaanwijzing).
Aanwijzing: Het oppervlak en de bedieningselementen
van het apparaat zijn krasgevoelig. Neem
de garantievoorwaarden in het bijgevoegde serviceboekje
en de volgende reinigingsaanwijzingen in acht:
■ Reinig de oppervlakken met een zachte vochtige doek
en afwasmiddel of een zacht glasreinigingsmiddel. Week
opgedroogd vuil los met een vochtige doek. Niet krabben!
■ Niet geschikt zijn droge doeken, schuursponsjes,
schuurmiddelen, zand, soda, zuur, of chloride bevattende
of andere agressieve reinigingsmiddelen.
■ Roestvrijstalen vlakken altijd in de slijprichting reinigen.
■ Gebruik voor de bedieningselementen geen staalreiniger
en geen natte doeken.
Metalen vetfilter reinigen
De aangebrachte metalen vetfilters nemen de vette
bestanddelen van de keukendamp op. De metalen vetfilters
bij normaal gebruik (1 à 2 uur per dag) ca. om de drie
maanden reinigen.
Aanwijzingen
■ Geen agressieve, zuur- of looghoudende reinigingsmiddelen
gebruiken.
■ Bij het reinigen van de metalen vetfilters ook de houder
van de vetfilters in het apparaat reinigen met een vochtige
doek.
■ De metalen vetfilters kunnen in de afwasautomaat of
met de hand worden gereinigd.
In de afwasautomaat:
Aanwijzing: Bij reiniging in de afwasautomaat kunnen lichte
verkleuringen optreden. Dit heeft geen invloed op de werking
van de metalen vetfilters.
■ Reinig sterk verzadigde metalen vetfilters niet samen
met serviesgoed.
■ Plaats de metalen vetfilters los in de afwasautomaat.
De metalen vetfilters mogen niet worden vastgeklemd.
Met de hand:
Aanwijzing: Bij hardnekkig vuil kunt u een speciaal
vetoplosmiddel gebruiken. Dit kunt u bestellen via de Onlineshop.
■ Laat de metalen vetfilters weken in een heet afwassopje.
■ Gebruik voor het reinigen een borstel en spoel daarna
de filters goed af.
■ Laat de metalen vetfilters afdruipen.
Lampen vervangen
ã=Risico van brandwonden en elektrische schokken!
door defecte lampen. De zekering uitschakelen of de stekker
uit het stopcontact trekken. Een defecte lamp altijd direct
vervangen (lamp eerst laten afkoelen) om overbelasting
van de andere lampen te voorkomen.
Belangrijk! Gebruik alleen lampen van hetzelfde type
en hetzelfde vermogen (zie de lampfitting of het typeplaatje
6
in de binnenruimte van het apparaat – daartoe het metalen
vetfilter demonteren).
Halogeenlampen vervangen
Aanwijzing: Het glas van de halogeenlamp mag
bij het aanbrengen niet worden aangeraakt. Gebruik
bij het aanbrengen van de halogeenlampen een schone doek.
1.De lampring voorzichtig verwijderen met geschikt
HOHFWUR
JD]
PP
PP
!
!
[
[
[
[
[
[
[
[
[
gereedschap.
2.De lamp verwijderen en vervangen door een lamp
van hetzelfde type.
3.Lampafscherming aanbrengen.
4.Stekker in het stopcontact steken of de zekering weer
inschakelen.
3.Lampafscherming aanbrengen.
4.Stekker in het stopcontact steken of de zekering weer
inschakelen.
Gloeilampen vervangen
1.Lampafscherming iets optillen en naar de buitenzijde van het
apparaat duwen.
2.De lamp uitdraaien en vervangen door een lamp
van hetzelfde type.
INSTALLATIEVOORSCHRIFT
Montagehandl eiding
LED-lampen
Defecte LED-lampen mogen alleen worden vervangen door de
fabrikant, zijn klantenservice of een erkend vakman
(elektromonteur).
ã=Verwondingsgevaar!
door LED-lampen uit risicogroep 1. Niet langer dan
100 seconden direct in de ingeschakelde LED-lampen kijken.
Veiligheidsvoorschriften
ã=Levensgevaar, gevaar voor vergiftiging!
Door teruggezogen verbrandingsgassen. Gebruik het apparaat
nooit met luchtafvoer tegelijk met een kooktoestel dat de lucht
in de ruimte verbruikt, indien er niet voor voldoende ventilatie is
gezorgd.
■ Dit apparaat wordt geïnstalleerd op de wand.
■ Voor aanvullend speciaal toebehoren (bijv. voor gebruik
met circulatielucht) dient men de daarbij geleverde
installatiehandleiding in acht te nemen.
■ De oppervlakken van het apparaat zijn gevoelig. Voorkom
beschadiging tijdens de installatie.
Kooktoestellen die de lucht in de ruimte verbruiken (bijv.
apparaten die op gas, olie, hout of kolen worden gestookt,
geisers, warmwatertoestellen) trekken de verbrandingslucht uit
de ruimte van opstelling en voeren de gassen via een afvoer
(bijv. schoorsteen) af naar buiten.
In combinatie met een ingeschakelde afzuigkap wordt aan de
keuken en aan de ruimtes ernaast lucht onttrokken - zonder
voldoende luchttoevoer ontstaat er een onderdruk. Giftige
gassen uit de schoorsteen of het afvoerkanaal worden
teruggezogen in de woonruimte.
■ Zorg daarom altijd voor voldoende ventilatie.
■ Een ventilatiekast in de muur alleen is niet voldoende om aan
de minimale eisen te voldoen.
7
[
PP
PP
PP
PP
PP
U kunt het apparaat alleen dan zonder gevaren gebruiken
wanneer de onderdruk in de ruimte waarin het kooktoestel zich
bevindt niet groter is dan 4 Pa (0,04 mbar). Dit kan worden
bereikt wanneer door niet afsluitbare openingen, bijv. in deuren,
ramen, in combinatie met een ventilatiekast in de muur of door
andere technische maatregelen, de voor de verbranding
benodigde lucht kan worden toegevoerd.
Raadpleeg in ieder geval het bedrijf dat in uw huis voor de
schoorsteenreiniging zorgt. Dit bedrijf is in staat het totale
ventilatiesysteem van uw huis te beoordelen en kan een
voorstel doen voor de passende maatregelen omtrent de
luchttoevoer.
Indien de afzuiging alleen met recirculatie wordt gebruikt, is een
gebruik zonder beperkingen mogelijk.
Installatie
ã=Brandgevaar!
door vonken. Het apparaat alleen boven een stookplaats voor
vaste brandstoffen (bijv. hout of kolen) installeren wanneer
er een afgesloten, niet verwijderbare afscherming aanwezig is.
Bij de installatie moeten de actuele geldige bouwvoorschriften
en de voorschriften van de plaatselijke stroomen gasleverancier in acht worden genomen.
ã=Gevaar van een elektrische schok!
door beschadigde aansluitkabel. Aansluitkabel niet knikken
of afklemmen bij de installatie.
ã=U kunt letsel oplopen!
Tijdens de installatie door scherpe randen. Draag tijdens de
installatie van het apparaat altijd beschermhandschoenen.
ã=Verwondingsgevaar!
door vallend apparaat. Alle bevestigingsschroeven en doppen
moeten vast worden gemonteerd.
Buisafmetingen
Aanwijzing: Voor klachten die te wijten zijn aan de bebuizing
staat de fabrikant van het apparaat niet garant.
■ U verkrijgt de beste werking van het apparaat door het aan
een korte, rechtlijnige afvoerbuis met een zomogelijk grote
diameter aan te sluiten.
■ Bij gebruik van lange, ruwe afvoerbuizen, veel bochten of
buisdiameters kleiner dan 150 mm, wordt het optimale
luchtafvoervermogen niet behaald en is het ventilatiegeluid
harder.
■ De buizen of de slangen die voor de luchtafvoer worden
gebruikt, dienen van een niet brandbaar materiaal te zijn.
Ronde buizen
Wij adviseren een binnendiameter van 150 mm, echter van
minstens 120 mm.
Vierkante buizen
De binnendoorsnede moet met de diameter van de ronde
buizen overeenkomen.
Ø 150 mm ca. 177 cm
Ø 120 mm ca. 113 cm
■ Vierkante buizen dienen geen scherpe ombuigingen te
hebben.
■ Gebruik bij een afwijkende buisdiameter een afdichtstrip.
2
2
Installatie voorbereiden
1. Van het plafond tot de onderkant van de afzuigkap een
loodrechte middellijn op de muur tekenen.
2. Posities voor de schroeven en de contour
van het bevestigingsgebied aftekenen.
3. Vijf gaten (Ø 8 mm) van 80 mm diep boren voor
de bevestigingen en de pluggen geheel in de gaten duwen.
Wand controleren
■ De wand moet vlak en loodrecht zijn en voldoende
draagvermogen hebben.
■ De diepte van de boorgaten moet overeenkomen
met de lengte van de schroeven. De pluggen moeten goed
vast zitten.
■ De bijgevoegde schroeven en pluggen zijn geschikt voor
massieve muren. Voor andere constructies (bijv. gipsplaat,
poreus beton, poroton-stenen) moeten bevestigingsmiddelen
worden gebruikt die daarvoor geschikt zijn.
■ Het max. gewicht van de afzuigkap bedraagt 40 kg.
8
[
$
[
%
NJONN
NBYNN
&
'
(
)
*
Installatie
1.De bevestigingshoek voor de schoorsteenafscherming
vastschroeven.
2.Ophangingen voor de afzuigkap handvast aandraaien,
1.De beschermfolie eerst van de achterkant van het apparaat
trekken en na de montage volledig verwijderen.
2.Het apparaat zo ophangen dat het stevig vastzit
in de ophangingen.
3.Het apparaat horizontaal uitlijnen door de ophangingen
te draaien. Desgewenst kan het apparaat naar links of rechts
worden verschoven.
«
¬
3.Draadtap inschroeven tot deze nog 5–9 mm uit de wand
steekt.
ª
Apparaat bevestigen
1.De doppen met de pijl naar boven op de ophangingen
drukken tot ze vastklikken.
2.Gekartelde moer met onderlegring vastdraaien. ¯
®
9
Doppen verwijderen
PLQ
PP
PLQ
PP
PLQ
PP
PD[PP
$
%
&
Gebruik een platte schroevendraaier voor het geval
dat de doppen verwijderd moeten worden.
Buisverbindingen bevestigen
Aanwijzing: Bij gebruik van een aluminiumbuis moet
het aansluitgedeelte eerst worden gladgemaakt.
Luchtafvoerbuis Ø 150 mm (aanbevolen diameter)
Luchtafvoerbuis rechtstreeks op het luchtafvoeraansluitstuk
bevestigen en afdichten.
Luchtafvoerbuis Ø 120 mm
1. Verloopstuk rechtstreeks op het luchtafvoeraansluitstuk
bevestigen.
2. Luchtafvoerbuis bevestigen aan het verloopstuk.
3. Beide verbindingspunten goed afdichten.
Elektrische aansluiting
ã=Gevaar van een elektrische schok!
door beschadigde aansluitkabel. Aansluitkabel niet knikken
of afklemmen bij de installatie.
De benodigde aansluitgegevens staan op het typeplaatje
in de binnenruimte van het apparaat; daartoe het metalen
vetfilter demonteren.
Lengte van de aansluitleiding: ca. 1,30 m
Dit apparaat voldoet aan de ontstoringsvoorschriften
van de EG.
Dit apparaat mag alleen worden aangesloten op een volgens
de voorschriften geïnstalleerd geaard stopcontact.
Het geaarde stopcontact zo mogelijk
in het schoorsteenafschermstuk aanbrengen.
■ Het geaarde stopcontact moet worden aangesloten op een
eigen stroomkring.
■ Als het stopcontact na installatie van het apparaat niet
bereikbaar is, moet er een stroomonderbreker worden
aangebracht zoals bij een vaste aansluiting.
Als een vaste aansluiting noodzakelijk is, moet de installatie
beschikken over een scheidingsschakelaar voor alle polen
(leidingveiligheidsschakelaar, zekeringen
en veiligheidsschakelaars) met een contactopening
van min. 3 mm. De vaste aansluiting mag alleen door een
elektricien worden aangelegd.
Schoorsteenafscherming monteren
ã=U kunt letsel oplopen!
Tijdens de installatie door scherpe randen. Draag tijdens de
installatie van het apparaat altijd beschermhandschoenen.
1. Schoorsteenafschermstukken losmaken.
Daartoe het plakband verwijderen.
2. De beschermfolie van beide schoorsteenafschermstukken
trekken.
3. Schoorsteenafschermstukken in elkaar schuiven.
Aanwijzingen
■ Om krassen te vermijden papier over de randen
van de buitenste schoorsteenafschermstuk leggen.
– Sleuven van het binnenste schoorsteenafschermstuk
wijzen naar onderen.
4. Schoorsteenafschermstukken op het apparaat plaatsen.
5. Binnenste schoorsteenafschermstuk naar boven schuiven
en links en rechts aan de bevestigingshoek hangen.