Meer informatie over producten, accessoires,
onderdelen en diensten vindt u op het internet:
www.siemens-home.com en in de online-shop:
www.siemens-eshop.com
8Gebruik volgens de
voorschriften
Gebruik volgens de voorschriften
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig
door. Alleen dan kunt u uw apparaat goed en
veilig bedienen. Bewaar de
gebruiksaanwijzing voor later gebruik of om
door te geven aan een volgende eigenaar.
Dit apparaat is alleen bestemd voor inbouw.
Neem het speciale installatievoorschrift in
acht.
Controleer het apparaat na het uitpakken. Niet
aansluiten in geval van transportschade.
Alleen een daartoe bevoegd vakman mag
apparaten zonder stekker aansluiten. Bij
schade door een verkeerde aansluiting maakt
u geen aanspraak op garantie.
Dit apparaat is alleen bestemd voor
huishoudelijk gebruik en de huiselijke
omgeving. Gebruik het uitsluitend voor het
bereiden van gerechten en drank. Zorg ervoor
dat het apparaat onder toezicht gebruikt
wordt. Het toestel alleen gebruiken in gesloten
ruimtes.
Dit apparaat is bestemd voor gebruik tot op
hoogten van maximaal 4.000 meter boven
zeeniveau.
Dit toestel kan worden gebruikt door kinderen
vanaf 8 jaar en door personen met beperkte
fysieke, sensorische of geestelijke vermogens
of personen die gebrek aan kennis of ervaring
hebben, wanneer zij onder toezicht staan van
een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of geleerd hebben het op een
veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn
van de risico's die het gebruik van het toestel
met zich meebrengt.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud van het toestel
mogen niet worden uitgevoerd door kinderen,
tenzij zij 8 jaar of ouder zijn en onder toezicht
staan.
Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan 8
jaar uit de buurt blijven van het toestel of de
aansluitkabel.
Toebehoren altijd op de juiste manier in de
binnenruimte leggen. ~ "Toebehoren"
op pagina 11
4
Belangrijke veiligheidsvoorschriften nl
(Belangrijke
veiligheidsvoorschriften
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Algemeen
:Waarschuwing – Risico van brand!
■ Brandbare voorwerpen die in de
binnenruimte worden bewaard kunnen vlam
vatten. Bewaar geen brandbare voorwerpen
in de binnenruimte. Open nooit de deur
wanneer er sprake is van rookontwikkeling
in het apparaat. Het toestel uitschakelen en
de stekker uit het stopcontact halen of de
zekering in de meterkast uitschakelen.
Risico van brand!
■ Wanneer de apparaatdeur geopend wordt,
ontstaat er een luchtstroom. Het bakpapier
kan dan de verwarmingselementen raken
en vlam vatten. Tijdens het voorverwarmen
mag er nooit bakpapier los op de
toebehoren liggen. Verzwaar het bakpapier
altijd met een vorm. Bakpapier alleen op
het benodigde oppervlak leggen. Het
bakpapier mag niet uitsteken over de
toebehoren.
:Waarschuwing – Risico van verbranding!
■ Het toestel wordt zeer heet. Nooit de hete
vlakken in de binnenruimte of
verwarmingselementen aanraken. Het
apparaat altijd laten afkoelen. Zorg ervoor
dat er geen kinderen in de buurt zijn.
Risico van verbranding!
■ Toebehoren of vormen worden zeer heet.
Neem hete toebehoren en vormen altijd met
behulp van een pannenlap uit de
binnenruimte.
Risico van verbranding!
■ Alcoholdampen kunnen in de binnenruimte
vlam vatten. Nooit gerechten klaarmaken
die een hoog percentage alcohol bevatten.
Alleen kleine hoeveelheden drank met een
hoog alcoholpercentage gebruiken. De
deur van het toestel voorzichtig openen.
:Waarschuwing – Kans op verbranding!
■ Tijdens het gebruik worden de
toegankelijke onderdelen heet. De hete
onderdelen nooit aanraken. Zorg ervoor dat
er geen kinderen in de buurt zijn.
Kans op verbrandingen!
■ Bij het openen van de deur van het
apparaat kan hete stoom vrijkomen.
Afhankelijk van de temperatuur is er geen
stoom te zien. Tijdens het openen niet te
dicht bij het apparaat staan. De deur van
het apparaat voorzichtig openen. Zorg
ervoor dat kinderen uit de buurt blijven.
Kans op verbrandingen!
■ Door water in de hete binnnruimte kan hete
waterdamp ontstaan. Nooit water in de hete
binnenruimte gieten.
:Waarschuwing – Risico van letsel!
■ Wanneer er krassen op het glas van de
apparaatdeur zitten, kan dit springen. Geen
schraper, scherpe of schurende
schoonmaakmiddelen gebruiken.
Risico van letsel!
■ Bij het openen en sluiten van de
apparaatdeur bewegen de scharnieren zich
en kunnen ze klem komen te zitten. Kom
niet met uw handen bij de scharnieren.
:Waarschuwing – Kans op een elektrische
schok!
■ Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
Reparaties en de vervanging van
beschadigde aansluitleidingen mogen
uitsluitend worden uitgevoerd door technici
die zijn geïnstrueerd door de
klantenservice. Is het apparaat defect, haal
dan de stekker uit het stopcontact of
schakel de zekering in de meterkast uit.
Contact opnemen met de klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
■ De kabelisolatie van hete toestelonderdelen
kan smelten. Zorg ervoor dat er nooit
aansluitkabels van elektrische toestellen in
contact komen met hete onderdelen van
het apparaat.
Kans op een elektrische schok!
■ Binnendringend vocht kan een schok
veroorzaken. Geen hogedrukreiniger of
stoomreiniger gebruiken.
Kans op een elektrische schok!
■ Een defect toestel kan een schok
veroorzaken. Een defect toestel nooit
inschakelen. De netstekker uit het
stopcontact halen of de zekering in de
meterkast uitschakelen. Contact opnemen
met de klantenservice.
:Waarschuwing – Gevaar door
magnetisme!
In het bedieningspaneel of de
bedieningselementen bevinden zich
permanente magneten. Deze kunnen
elektronische implantaten, zoals pacemakers,
of insulinepompen beïnvloeden. Dragers van
elektronische implantaten dienen een afstand
van minstens 10 cm tot het bedieningspaneel
aan te houden.
5
nl Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Magnetron
:Waarschuwing – Risico van brand!
■ Het is gevaarlijk wanneer het toestel niet
volgens de voorschriften wordt gebruikt en
er kan schade ontstaan.
Het is niet toegestaan om gerechten of
kleding te drogen of pantoffels, warmte- of
graankussens, sponzen, vochtige
schoonmaakdoekjes en dergelijke te
verwarmen.
Verwarmde pantoffels, warmte- of
graankussens kunnen bijvoorbeeld ook na
uren nog vlam vatten. Gebruik het apparaat
uitsluitend voor het bereiden van gerechten
en drank.
Risico van brand!
■ Levensmiddelen kunnen vlam vatten. Nooit
levensmiddelen opwarmen in verpakkingen
die bestemd zijn om ze warm te houden.
Levensmiddelen nooit zonder toezicht
verwarmen in voorwerpen van kunststof,
papier of ander brandbaar materiaal.
Bij de magnetron nooit een te groot
vermogen of te lange tijdsduur instellen.
Houd u aan de opgaven in deze
gebruiksaanwijzing.
Nooit levensmiddelen drogen met de
magnetron.
Nooit levensmiddelen met weinig water,
zoals bijv. brood, met een te hoog
magnetronvermogen of te lange -tijd
ontdooien of verwarmen.
Risico van brand!
■ Spijsolie kan vlam vatten. Warm nooit
uitsluitend spijsolie op met de magnetron.
■ De warmte wordt niet gelijkmatig verdeeld
in de babyvoeding. Warm nooit
babyvoeding op in gesloten vormen.
Verwijder altijd het deksel of de speen. Na
het verwarmen goed roeren of schudden.
Controleer de temperatuur voordat u het
kind de voeding geeft.
Risico van verbranding!
■ Verhitte gerechten geven warmte af. De
vormen kunnen heel heet worden. Neem
vormen en toebehoren altijd met behulp
van een pannenlap uit de binnenruimte.
Risico van verbranding!
■ De verpakking van luchtdicht verpakte
levensmiddelen kan barsten. Houd u altijd
aan de opgaven op de verpakking. Neem
gerechten altijd met een pannenlap uit de
binnenruimte.
:Waarschuwing – Risico van verbranding!
■ Bij het verwarmen van vloeistof kan er
kookvertraging ontstaan. Dit houdt in dat de
kooktemperatuur wordt bereikt zonder dat
er bellen ontstaan. Al bij een kleine trilling
van de vorm kan de hete vloeistof dan
plotseling hevig overkoken en opspatten.
Zorg ervoor dat er tijdens het verwarmen
altijd een lepel in de vorm staat. Zo wordt
kookvertraging voorkomen.
:Waarschuwing – Kans op explosie!
Vloeistof of andere voedingsmiddelen in dicht
afgesloten vormen kunnen exploderen. Nooit
vloeistof of andere voedingsmiddelen verhitten
in dicht afgesloten vormen.
:Waarschuwing – Risico van verbranding!
■ Levensmiddelen met een vaste schil of pel
kunnen tijdens, maar ook nog na het
opwarmen, exploderen. Nooit eieren koken
in de schil of hardgekookte eieren
opwarmen. Nooit schaal- en kreeftachtige
dieren koken. Bij spiegeleieren of eieren in
een glas dient u eerst de dooier door te
prikken. Bij levensmiddelen met een vaste
schil of pel, bijv. appels, tomaten,
aardappelen en worstjes, kan de schil
knappen. Prik voor het opwarmen gaatjes in
de schil of pel.
Risico van verbranding!
:Waarschuwing – Risico van letsel!
■ Ongeschikte vormen kunnen barsten.
Vormen van porselein en keramiek kunnen
kleine gaatjes hebben in de handgrepen en
deksels. Achter deze gaatjes bevindt zich
een lege ruimte. Als er vocht in deze ruimte
komt, kan dit barsten veroorzaken in de
vormen. Alleen vormen gebruiken die
geschikt zijn voor de magnetron.
Gevaar voor letsel!
■ Bij uitsluitend gebruik van de
magnetronfunctie kunnen vormen van
metaal leiden tot het ontstaan van vonken.
Het apparaat raakt dan beschadigd. Bij
uitsluitend gebruik van de magnetronfunctie
zijn metalen vormen niet toegestaan. Alleen
vormen die geschikt zijn voor de magnetron
of de magnetron in combinatie met een
verwarmingsmethode gebruiken.
6
Oorzaken van schade nl
:Waarschuwing – Kans op een elektrische
schok!
Het apparaat werkt met hoogspanning. Nooit
de behuizing verwijderen.
:Waarschuwing – Ernstig
gezondheidsrisico!
■ Wanneer het apparaat verkeerd wordt
gereinigd kan het oppervlak worden
beschadigd. Er kan energie van de
microgolven naar buiten komen. Het
apparaat regelmatig schoonmaken en
resten van voedingsmiddelen direct
verwijderen. Zorg ervoor dat de
binnenruimte, deurdichting, deur en
deuraanslag altijd schoon zijn.
Ernstig gezondheidsrisico!
■ Wanneer de deur van de binnenruimte of
de deurdichting beschadigd is, kan er
energie van microgolven vrijkomen. Het
apparaat nooit gebruiken wanneer de deur
van de binnenruimte, de deurdichting of de
kunststof omlijsting van de deur
beschadigd is. Contact opnemen met de
servicedienst.
Ernstig gezondheidsrisico!
■ Bij toestellen waarvan de afdekking van de
behuizing niet is afgedekt komt
microgolfenergie vrij. De afdekking van de
behuizing nooit verwijderen. Neem voor
onderhouds- of reparatiewerkzaamheden
contact op met de klantendienst.
]Oorzaken van schade
Oorzaken van schade
Algemeen
Attentie!
■ Toebehoren, folie, bakpapier of vormen op de
bodem van de binnenruimte: Geen toebehoren op
de bodem van de binnenruimte leggen. Geen
bakpapier of folie, van welk type dan ook, op de
bodem van de binnenruimte leggen. Geen vorm op
de bodem van de binnenruimte plaatsen wanneer
een temperatuur van meer dan 50 °C ingesteld is.
Er ontstaat dan een opeenhoping van warmte. De
bak- en braadtijden kloppen niet meer en het email
wordt beschadigd.
■ Aluminiumfolie: aluminiumfolie in de binnenruimte
mag niet in contact komen met de deurruit. Hierdoor
kunnen permanente verkleuringen van de ruit
optreden.
■ Water in de hete binnenruimte: Nooit water in de
hete binnenruimte gieten. Er ontstaat dan
waterdamp. Door de verandering van temperatuur
kan schade aan het email ontstaan.
■ Blijft er gedurende langere tijd vocht in de
binnenruimte, dan kan dit leiden tot corrosie. De
binnenruimte na gebruik laten drogen. Bewaar
gedurende langere tijd geen levensmiddelen in de
gesloten binnenruimte. Bewaar geen gerechten in
de binnenruimte.
■ Koelen met de apparaatdeur open: na een bereiding
met hoge temperaturen de binnenruimte laten
afkoelen met de deur gesloten. Zorg ervoor dat er
niets tussen de apparaatdeur beklemd raakt. Ook
wanneer de deur slechts op een kier staat, kunnen
naburige voorzijden van meubels in de loop van de
tijd beschadigd raken.
Alleen na gebruik met veel vocht de binnenruimte
laten drogen met de deur open.
■ Vruchtensap: De bakplaat bij zeer vochtig
vruchtengebak niet te overvloedig bedekken.
Vruchtensap dat van de bakplaat druppelt, laat
vlekken achter die niet meer kunnen worden
verwijderd. Gebruik zo mogelijk de diepere
braadslede.
■ Sterk vervuilde dichting: wanneer de dichting sterk
vervuild is, sluit de apparaatdeur niet goed meer. De
aangrenzende voorzijden van meubels kunnen dan
beschadigd raken. Zorg ervoor dat de dichting altijd
schoon is.
■ Apparaatdeur als vlak om op iets op te leggen of te
plaatsen: niets op de apparaatdeur leggen of
plaatsen en er niets aan hangen. Geen vormen of
toebehoren op de apparaatdeur plaatsen.
■ Toebehoren inschuiven: afhankelijk van het type
toestel kunnen de toebehoren krassen geven op de
deur. Toebehoren altijd tot de aanslag in de
binnenruimte schuiven.
■ Apparaat transporteren: Het apparaat niet aan de
deurgreep vasthouden of dragen. De deurgreep
houdt op den duur het gewicht van het apparaat niet
en kan afbreken.
7
nl Milieubescherming
Magnetron
Attentie!
■ Ontstaan van vonken: metalen voorwerpen, zoals
een lepel in een glas, moeten minstens 2 cm van de
wanden van de binnenruimte en de binnenkant van
de deur verwijderd zijn. Vonken kunnen de
binnenste deurruit aantasten.
■ Toebehoren combineren: Het rooster niet
combineren met de braadslede. Wanneer deze
direct op elkaar geschoven zijn, kunnen er vonken
ontstaan. Beide alleen op de eigen hoogte
inschuiven.
■ Uitsluitend magnetron: wordt alleen de magnetron
gebruikt, dan is de braadslede of de bakplaat niet
geschikt. Er kunnen vonken ontstaan en de
binnenruimte wordt beschadigd. Gebruik als vlak om
iets op te zetten het meegeleverde rooster of de
magnetron in combinatie met een
verwarmingsmethode.
■ Aluminium schalen: geen aluminium schalen in het
apparaat plaatsen. Wanneer er vonken ontstaan,
raakt het apparaat beschadigd.
■ Gebruik van de magnetron zonder etenswaar:
wanneer het apparaat wordt gebruikt zonder dat er
etenswaar in staat, leidt dit tot overbelasting. Nooit
de magnetron starten als er geen etenswaar in de
binnenruimte staat. Alleen een korte serviestest
vormt hierop een uitzondering. ~ "De magnetron"
op pagina 17
■ Popcorn uit de magnetron: stel nooit een te hoog
magnetronvermogen in. Maximaal 600 watt
gebruiken. Leg de popcornzak altijd op een glazen
bord. Door overbelasting kan de deurruit barsten.
7Milieubescherming
Milieubescherming
Uw nieuwe apparaat is bijzonder energie-efficiënt. Hier
krijgt u tips over de manier waarop u bij het gebruik van
uw apparaat nog meer kunt besparen op energie en het
apparaat op de juiste manier afvoert.
Energiebesparing
■ Het apparaat alleen voorverwarmen als dit in het
recept of in de tabellen van de gebruiksaanwijzing is
opgegeven.
■ Gebruik donkere, zwart gelakte of geëmailleerde
bakvormen. Deze nemen de hitte bijzonder goed op.
■ Open de apparaatdeur tijdens de bereiding zo
weinig mogelijk.
■ Meerdere taarten of cakes kunt u het beste na
elkaar bakken. De binnenruimte is dan nog warm.
Daardoor is de baktijd voor het tweede gerecht
korter. U kunt ook twee langwerpige vormen naast
elkaar in de binnenruimte plaatsen.
■ Bij langere bereidingstijden kunt u het apparaat 10
minuten voor het einde van de bereidingstijd
uitzetten en de restwarmte gebruiken voor het
afbakken.
Milieuvriendelijk afvoeren
Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af.
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de Europese richtlijn
2012/19/EU betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur (waste
electrical and electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de in de
EU geldige terugneming en verwerking van
oude apparaten.
8
Het apparaat leren kennen nl
*Het apparaat leren kennen
Het apparaat leren kennen
In dit hoofdstuk geven we u uitleg over de indicaties en
bedieningselementen. Daarnaast leert u verschillende
functies van uw apparaat kennen.
Aanwijzing: Afhankelijk van het apparaattype zijn kleur-
en detailafwijkingen mogelijk.
'KHWHOXFKW
POPGG
NFOV
Bedieningspaneel
Via het bedieningspaneel stelt u met behulp van
toetsen, touch-velden en een draaiknop de
verschillende functies van uw apparaat in. Het display
geeft de actuele instellingen weer.
##
&
TUBSUTUPQ
Toetsen
(
De toetsen links en rechts van de draaiknop
hebben een drukpunt. Druk op de toets om deze
in werking te stellen.
Draaiknop
0
U kunt de draaiknop naar rechts of naar links
draaien.
Display
8
Op het display ziet u de actuele instelwaarden,
keuzemogelijkheden en aanwijzingen.
Touch-velden
@
Onder de touch-velden links ¾ en rechts ¿ van het
display liggen sensoren. Tip op de juiste pijl om
de functie te kiezen.
Bedieningselementen
De afzonderlijke bedieningselementen zijn afgestemd
op de verschillende functies van uw apparaat. Zo kunt u
het apparaat eenvoudig en direct instellen.
Toetsen en touch-velden
De betekenis van de verschillende toetsen en touchvelden wordt hier kort uitgelegd.
ToetsenBetekenis
on/offApparaat in- en uitschakelen
menuMenuFunctiekeuze-menu openen
l/
0
Informatie
Kinderslot
TijdfunctiesMenu Tijdfuncties openen
Aanwijzingen laten weergeven
Kinderslot activeren en deactive-
ren
c
start/stopWerking starten, stoppen of afbre-
Touch-velden
¾
¿
--------
Draaiknop
Met de draaiknop wijzigt u de functies en de
instelwaarden die op het display zijn weergegeven,
Bij de meeste keuzelijsten, bijv. de
verwarmingsmethoden, begint na het laatste punt het
eerste weer. Bij de temperatuur moet u de draaiknop
bijv. weer terugdraaien wanneer de minimale of
maximale temperatuur bereikt is.
Snel voorverwarmen
Veld links van het
display
Veld rechts van
het display
Snel voorverwarmen in- en uitschakelen
ken
Navigatie naar links
Navigatie naar rechts
Display
Het display is zo gestructureerd dat u de opgaven met
één blik kunt aflezen.
De waarde die u kunt instellen staat in focus. Hij wordt
in het wit weergegeven tegen een donkere achtergrond.
Statusregel
De statusregel bevindt zich boven in het display. Hier
worden de tijd en de ingestelde tijdfuncties
weergegeven.
9
nl Het apparaat leren kennen
Voortgangslijn
De voortgangslijn bevindt zich onder de statusregel.
Aan de hand van de voortgangslijn ziet u hoever bijv.
de tijdsduur afgelopen is. De lijn onder de waarde in
focus wordt met het voortschrijden van de werking van
links naar rechts gevuld.
Tijdsafloop
Wanneer u het apparaat heeft gestart zonder een
tijdsduur in te voeren, kunt u rechtsboven in de
statusregel zien hoelang het programma al loopt.
Temperatuurregeling
De balken van de temperatuurregeling geven de
opwarmingsfasen in de binnenruimte aan.
Verwarmingscontrole
Restwarmte-indicatie
De verwarmingscontrole geeft de temperatuurverhoging in de binnenruimte weer. Wanneer alle
balken vol zijn, is het optimale tijdstip bereikt om
het gerecht in te schuiven.
Bij de grill- en reinigingsstanden verschijnen de
balken niet.
Wanneer het apparaat uitgeschakeld is, verschijnt
onder de statusregel een lijn die de restwarmte in
de binnenruimte weergeeft. De weergave verdwijnt wanneer de temperatuur tot ca. 60 °C
gedaald is.
Aanwijzing: Door thermische traagheid kan de
weergegeven temperatuur een beetje afwijken van de
werkelijke temperatuur in de binnenruimte.Tijdens het
opwarmen kunt u met de toets
opwarmtemperatuur opvragen.
² de actuele
Functiekeuze-menu
Het menu is onderverdeeld in verschillende functies. Zo
kunt u snel naar de gewenste functie gaan.
FunctieGebruik
VerwarmingsmethodenVoor de bereiding van uw gerecht
zijn er vele fijn afgestemde verwarmingsmethoden.
Gerechten ~ "Gerechten"
op pagina 25
Magnetron ~ "De magnetron"
op pagina 17
Magnetron-combinatie ~ "De
magnetron" op pagina 17
Instellingen
~ "Basisinstellingen"
op pagina 16
--------
Hier vindt u voor veel gerechten
de juiste, al geprogrammeerde
instelwaarden.
Met de magnetron kunt u de
gerechten sneller bereiden, verwarmen of ontdooien.
Hiermee kunt u naast de magnetron een verwarmingsmethode
inschakelen.
U kunt de basisinstellingen van
uw apparaat aanpassen aan uw
gewoontes.
Verwarmingsmethoden
Om de juiste verwarmingsmethode voor uw gerecht te
kunnen bepalen, geven wij hier uitleg over de
verschillen en toepassingen.
VerwarmingsmethodenTemperatuurGebruik
:
%
‘
+
4
(
*
4D-hetelucht30-275 °CVoor het bakken en braden op één of meerdere niveaus.
De ventilator verdeelt de warmte van het ronde verwarmingselement aan de achterkant gelijkmatig in de binnenruimte.
Boven- en onderwarmte30-300 °CVoor het traditioneel bakken en braden op één niveau. Bijzonder geschikt voor
gebak met vochtige bedekking.
De warmte komt gelijkmatig van onderen en van boven.
Hetelucht eco30-275 °CVoor het gezond bereiden van geselecteerde gerechten op één niveau, zonder
voorverwarmen.
De ventilator verdeelt de warmte van het ronde verwarmingselement aan de ach-
terkant in de binnenruimte.
Boven- en onderwarmte eco30-300°CVoor het gezond bereiden van geselecteerde gerechten op één niveau.
De warmte komt van boven en van onderen.
Circulatiegrillen30-300 °CVoor het braden van gevogelte, hele vis en grotere vleesstukken.
Het grillelement en de ventilator schakelen afwisselend in en uit. De ventilator
wervelt de hete lucht rond de gerechten.
Grill, grootGrillstanden:
1 = zwak
2 = gemiddeld
3 = sterk
Grill, kleinGrillstanden:
1 = zwak
2 = gemiddeld
3 = sterk
Voor het grillen van platte stukken zoals steaks, worstjes of toast en voor het gratineren.
Het hele oppervlak van het grillelement wordt heet.
Voor het grillen van kleine hoeveelheden, zoals steaks, worstjes of toast en om te
gratineren.
Het middelste deel onder het grillelement wordt heet.
10
Toebehoren nl
;
Pizzastand30-275 °CVoor het bereiden van pizza's en gerechten die veel warmte van onderen nodig
Onderwarmte30-250 °CVoor de bereiding au bain-marie en om na te bakken.
$
coolStart-functie30-275 °CVoor de snelle bereiding van diepvriesproducten op hoogte 3. De temperatuur is
,
--------
Voorgestelde waarden
Bij elke verwarmingsmethode geeft het apparaat een
voorgestelde temperatuur of stand weer. U kunt deze
overnemen of in het betreffende bereik veranderen.
Meer informatie
In de meeste gevallen biedt het apparaat u
aanwijzingen en meer informatie over de zojuist
uitgevoerde actie.Druk hiervoor op de toets l.De
aanwijzing wordt enkele seconden weergegeven.
Vele aanwijzingen verschijnen automatisch, bijv. ter
bevestiging of als oproep of waarschuwing.
hebben.
Het onderste verwarmingselement en het ronde verwarmingselement aan de ach-
terwand zijn ingeschakeld.
De warmte komt van onderen.
afhankelijk van de opgaven van de fabrikant. Gebruik de hoogste temperatuur die
op de verpakking staat aangegeven. De bereidingstijd is zoals aangegeven of korter.Het heeft geen zin om voor te verwarmen
Aanwijzing: U kunt in de basisinstellingen instellen
hoelang de koelventilator naloopt.
~ "Basisinstellingen" op pagina 16
_Toebehoren
Toebehoren
Bij uw apparaat horen verschillende toebehoren. Hier is
krijgt u een overzicht over de meegeleverde toebehoren
en de manier waarop ze worden gebruikt.
Functies voor de binnenruimte
Enkele functies vergemakkelijken het gebruik van uw
apparaat. Zo wordt bijv. de binnenruimte volledig
verlicht en een koelventilator beschermt het apparaat
voor oververhitting.
Apparaatdeur openen
Wanneer u tijdens het gebruik de apparaatdeur opent,
wordt de werking stopgezet. Bij het sluiten van de deur
wordt de werking voortgezet.
Verlichting van de binnenruimte
Wanneer u de apparaatdeur opent, schakelt de
binnenruimteverlichting in. Blijft de deur langer dan
15 minuten open, dan schakelt de binnenverlichting
weer uit.
Bij de meeste functies schakelt de
binnenruimteverlichting in zodra c wordt gestart.
Wanneer het programma beëindigd is, schakelt de
verlichting uit.
Aanwijzing: In de basisinstellingen kunt u vastleggen
dat de binnenruimteverlichting bij gebruik niet
inschakelt.
Koelventilator
De koelventilator wordt zo nodig in- en uitgeschakeld.
De warme lucht ontsnapt via de deur.
Attentie!
De ventilatiesleuven niet afdekken. Anders raakt de
oven oververhit.
De koelventilator loopt een bepaalde tijd na, zodat de
binnenruimte na gebruik sneller afkoelt.
Meegeleverde toebehoren
Uw apparaat is voorzien van de volgende toebehoren:
Rooster
Voor servies, gebak- en ovenschalen.
Voor braad- en grillstukken en diepvriesgerechten.
Het rooster is geschikt voor gebruik met
de magnetron.
Braadslede
Voor vochtig gebak, taarten, diepvriesgerechten en grote braadstukken.
Hij kan ook worden gebruikt om het vet
op te vangen, als u direct op het rooster
grilt.
--------
Gebruik alleen originele toebehoren. Deze zijn speciaal
op uw apparaat afgestemd.
Toebehoren kunt u nabestellen bij de servicedienst, in
de vakhandel of via het internet.
Aanwijzing: Wanneer de toebehoren heet worden,
kunnen ze vervormen. Dit heeft geen invloed op de
werking. De vervorming verdwijnt weer nadat ze zijn
afgekoeld.
Magnetron
Voor gebruik met alleen de magnetron is uitsluitend het
meegeleverde rooster geschikt. Door het gebruik van
de braadslede of bakplaat kunnen vonken ontstaan.
Bij gebruik in combinatie met de magnetron of de
functie Gerechten kunt u ook de braadslede, de
bakplaat of andere meegeleverde accessoires
gebruiken.
11
nl Toebehoren
Accessoires inschuiven
De binnenruimte heeft 5 inschuifhoogtes. De
inschuifhoogtes worden van beneden naar boven
geteld.
In de binnenruimte is de bovenste inschuifhoogte bij
veel apparaten voorzien van een grillsymbool.
Bij de inschuifhoogtes 1, 3, 4 en 5 de accessoires altijd
tussen de beide geleidestangen van een inschuifhoogte
schuiven.
De accessoires kunnen tot ongeveer halverwege naar
buiten worden getrokken zonder dat ze kantelen. Met
de uitschuifrails op hoogte 2 kunt u de accessoires
verder naar buiten trekken.
Let erop dat de accessoires zich achter het lipje ‚ op
de uitschuifrails bevinden.
Voorbeeld in de afbeelding: braadslede
D
Let er bij het inschuiven van het rooster op dat de
ontgrendelnok ‚ zich aan de achterkant bevindt en
naar beneden wijst. De tekst “microwave” moet op de
voorkant staan en de kromming moet naar beneden
¾ wijzen.
D
D
Let er bij het inschuiven van platen op dat de
ontgrendelnok ‚ zich aan de achterkant bevindt en
naar beneden wijst. De schuine kant van de toebehoren
ƒ moet van voren naar de apparaatdeur wijzen.
Voorbeeld in de afbeelding: braadslede
D
D
E
Aanwijzingen
■ Let erop dat u de accessoires altijd op de juiste
manier in de binnenruimte plaatst.
■ Schuif de accessoires altijd volledig in de
binnenruimte, zodat ze de apparaatdeur niet raken.
Vergrendelingsfunctie
De toebehoren kunnen tot ongeveer halverwege naar
buiten worden getrokken, tot ze inklikken. De
vergrendelingsfunctie voorkomt dat de toebehoren
kantelen wanneer ze worden verwijderd. De toebehoren
dienen op de juiste wijze in de binnenruimte te worden
geschoven, zodat de kantelbeveiliging goed werkt.
Extra toebehoren
Extra toebehoren kunt u kopen bij de servicedienst, in
speciaalzaken of via het internet. U vindt een uitgebreid
aanbod voor uw apparaat in onze folders of op internet.
De beschikbaarheid en de mogelijkheid om online te
bestellen is per land verschillend. U kunt dit nakijken in
uw verkoopdocumenten.
Aanwijzing: Niet alle extra toebehoren passen bij elk
apparaat. Geef bij de aankoop altijd de precieze
aanduiding (E-nr.) van uw apparaat op.
~ "Servicedienst" op pagina 25
Speciale accessoires
Rooster
Voor servies, gebak en ovenschalen en voor braad- en grillstukken.
Braadslede, geschikt voor de zelfreiniging
Voor vochtig gebak, taarten, diepvriesgerechten en grote braadstuk-
ken.
Hij kan ook worden gebruikt om het vet op te vangen, als u direct op
het rooster grilt.
Bakplaat, geschikt voor de zelfreiniging
Voor plaatgebak en klein gebak.
Inzetrooster
Voor vlees, gevogelte en vis.
Om in de braadslede te plaatsen en afdruipend vet en vleesssap op te
vangen.
12
Voor het eerste gebruik nl
Grote braadpan met inzetrooster
Voor het klaarmaken van grote hoeveelheden.
Deksel voor de grote braadpan
De deksel maakt van de grote braadpan een professionele pan.
Pizzaplaat
Voor pizza's en groot, rond gebak.
Grillplaat, geschikt voor de zelfreiniging
Om te grillen, in plaats van het rooster, of als bescherming tegen spet-
ters. Alleen gebruiken in de braadslede.
Baksteen, geschikt voor de zelfreiniging
Voor zelfgemaakt brood, broodjes en pizza's die een knapperige
bodem moeten hebben.
De baksteen moet tot de aanbevolen temperatuur worden voorver-
warmd.
Glazen braadpan (5,1 liter)
Voor stoofgerechten en ovenschotels.
Bij uitstek geschikt voor de verwarmingsmethode “Gerechten”.
Glazen schaal
Voor grote braadstukken, vochtig gebak en ovenschotels.
Glazen braadslede
Voor ovenschotels, groentegerechten en gebak.
Decorlijsten
Voor het afdekken van vakbodems van meubels en de grondplaat van
het apparaat.
--------
KVoor het eerste gebruik
Voor het eerste gebruik
Voordat u uw nieuwe apparaat kunt gebruiken moet u
enkele instellingen uitvoeren: Reinig daarnaast de
binnenruimte en de toebehoren.
Eerste gebruik
Na de stroomaansluiting of een stroomonderbreking
verschijnen in het display de instellingen voor het eerste
gebruik.
Datum instellen
Standaard is de datum “01.01.2014” ingesteld.
1. Met de draaiknop de actuele dag, maand en het jaar
instellen.
2. Om te bevestigen op de pijl ¿ tippen.
Op het display verschijnt een aanwijzing dat het
eerste gebruik is afgesloten
Binnenruimte en toebehoren reinigen
Voordat u voor het eerst gerechten klaarmaakt met het
apparaat dient u de binnenruimte en de toebehoren te
reinigen.
Binnenruimte reinigen
Om de geur van het nieuwe te verwijderen, warmt u de
lege, gesloten binnenruimte op.
Let erop dat zich geen verpakkingsresten, zoals
korreltjes piepschuim, in de binnenruimte bevinden.
Neem voor het opwarmen de gladde oppervlakken in
de binnenruimte af met een zachte, vochtige doek.
Ventileer de keuken zolang het apparaat opwarmt.
Voer de opgegeven instellingen uit.
Instellingen
Verwarmingsmethode
Temperatuur240 °C
Tijdsduur1 uur
In het volgende hoofdstuk kunt u lezen hoe u een
verwarmingsmethode en temperatuur instelt.
Schakel het apparaat na de aangegeven tijdsduur uit
met on/off.
Wanneer de binnenruimte afgekoeld is, reinigt u de
gladde oppervlakken met zeepsop en een
schoonmaakdoekje.
Toebehoren reinigen
Reinig de toebehoren grondig met zeepsop en een
schoonmaakdoekje of een zachte borstel.
Boven- en onderwarmte %
Aanwijzing: U kunt deze instellingen op elk moment in
de basisinstellingen wijzigen. ~ "Basisinstellingen"
op pagina 16
Taal instellen
De standaardinstelling is de Deutsch taal.
1. Met de draaiknop de gewenste taal instellen.
2. Op de pijl ¿ tippen.
De volgende instelling verschijnt.
Tijd instellen
De tijd start bij “12:00” uur
1. Met de draaiknop de actuele tijd instellen.
2. Op de pijl ¿ tippen
13
nl Apparaat bedienen
1Apparaat bedienen
Apparaat bedienen
U heeft de bedieningselementen en hun werking al
leren kennen. Nu leggen we uit hoe u het apparaat
instelt. U komt te weten wat er bij het in- en
uitschakelen gebeurt en hoe u de functies instelt.
Apparaat in- en uitschakelen
Uw apparaat moet eerst ingeschakeld worden voordat
u iets kunt instellen.
Uitzondering: het kinderslot en de kookwekker kunnen
ook worden ingesteld als het apparaat uitgeschakeld is.
Indicaties op het display of aanwijzingen, bijv. voor de
restwarmte-indicatie in de binnenruimte, blijven ook
zichtbaar wanneer het apparaat uitgeschakeld is.
Schakel het apparaat uit wanneer u het niet gebruikt.
Wanneer er langere tijd niets is ingesteld, schakelt het
apparaat automatisch uit.
Apparaat inschakelen
Met de toets on/off schakelt u het apparaat in.
on/off boven de toets wordt blauw verlicht.
Op het display verschijnt het Siemens-logo en
vervolgens een verwarmingsmethode en een
temperatuur.
Aanwijzing: U kunt in de basisinstellingen vastleggen
welke functie-menu er na het inschakelen moet
verschijnen.
2. Met de draaiknop de gewenste functie kiezen.
Afhankelijk van de functie staan er verschillende
keuzemogelijkheden ter beschikking.
3. Met de pijl ¿ komt u bij de geselecteerde functie.
4. Met de draaiknop de keuze veranderen.
Naar keuze andere instellingen veranderen
5. Starten met de toets start/stop.
Verwarmingsmethode en temperatuur
instellen
Nadat het apparaat is ingeschakeld verschijnt de
voorgestelde verwarmingsmethode met temperatuur. U
kunt deze instelling direct met de toets start/stop
starten.
Voor andere instellingen kunt u de waarden volgens de
afbeeldingen veranderen.
Voorbeeld: boven- en onderwarmte met 180 °C
1. Met de draaiknop de verwarmingsmethode
veranderen.
%RYHQHQ
2. Met de pijl ¿ naar de temperatuur gaan.
3. Met de draaiknop de temperatuur veranderen.
RQGHUZDUPWH
&
Apparaat uitschakelen.
Met de toets on/off schakelt u het apparaat uit.
De verlichting boven de toets verdwijnt.
Een ingestelde functie wordt afgebroken.
Op het display verschijnt de tijd.
Aanwijzing: U kunt in de basisinstellingen vastleggen
of de tijd wel of niet wordt weergegeven wanneer het
apparaat uitgeschakeld is.
Werking starten of onderbreken
Om de werking te starten of te onderbreken drukt u op
de toets start/stop. Nadat de werking onderbroken is,
kan de koelventilator doorlopen.
Om alle instellingen te wissen, drukt u op de toets on/
off.
Wanneer u tijdens het gebruik de deur van de
binnenruimte opent, wordt de werking onderbroken.
Om de werking voort te zetten de deur van de
binnenruimte sluiten.
Functie instellen.
Wanneer u een functie wilt instellen moet het apparaat
ingeschakeld zijn.
1. De menutoets indrukken.
Het functie-menu wordt geopend.
%RYHQHQ
4. Toets start/stop indrukken.
RQGHUZDUPWH
&
PLQV
%RYHQHQ
Op het display worden de ingestelde
verwarmingsmethode en de temperatuur weergegeven.
RQGHUZDUPWH
Snel voorverwarmen
Met de toets c kunt u de binnenruimte bijvonder snel
opwarmen.
Het snel voorverwarmen is niet bij alle
verwarmingsmethoden mogelijk.
Geschikte verwarmingsmethoden:
:
%
Om een gelijkmatig resultaat te krijgen, plaatst u het
gerecht en de accessoires pas in de binnenruimte
wanneer het snel voorverwarmen beëindigd is.
4D-hetelucht
Boven- en onderwarmte
&
14
Tijdfuncties nl
Instellen
Let erop dat u een geschikte verwarmingsmethode
kiest. De temperatuur moet op meer dan 100 °C zijn
ingesteld, anders start het snel voorverwarmen niet.
1. Verwarmingsmethode en temperatuur instellen.
2. Toets c indrukken.
PLQV
%RYHQHQ
ꑛ
Links naast de temperatuur verschijnt het symbool c.
De voortgangslijn raakt gevuld.
Wanneer het snel voorverwarmen beëindigd is, klinkt er
een signaal. Het symbool c verdwijnt.Plaats het
gerecht in de binnenruimte.
Aanwijzingen
■ Een ingestelde tijdsduur loopt onafhankelijk van de
functie Snel voorverwarmen direct na de start af.
■ Tijdens het snel voorverwarmen kunt u met de toets
RQGHUZDUPWH
l de actuele temperatuur van de binnenruimte
opvragen.
Afbreken
Toets c indrukken.Het symbool c verdwijnt van het
display.
OTijdfuncties
Tijdfuncties
Uw apparaat beschikt over verschillende tijdfuncties.
TijdfunctieGebruik
KookwekkerDe wekker werkt als een eierwekker. Na
Q
afloop van de ingestelde tijd klinkt een
signaal.
TijdsduurNa afloop vande ingestelde tijd klinkt een
+
signaal. Het apparaat schakelt automatisch uit.
EindeStel een tijdsduur en een eindtijd in. Het
*
apparaat schakelt automatisch in, zodat
de werking op het gewenste tijdstip beëindigd is.
&
Kookwekker
U kunt de wekker op elk moment instellen, ook
wanneer het apparaat uitgeschakeld is. Hij loopt parallel
aan de andere tijdinstellingen en heeft een eigen
signaal. Zo hoort u of de wekker of een tijdsduur
afgelopen is.
U kunt maximaal 24 uur instellen.
1. Toets 0 indrukken.
Het veld voor de wekker gaat open.
2. Met de draaiknop de wekkertijd instellen.
Na enkele seconden start de wekker.
Het symbool U voor de wekker en de aflopende tijd
wordt links in de statusregel weergegeven.
Aan het einde van de ingestelde tijd
Er klinkt een signaal. Op het display verschijnt
“Kookwekker afgelopen”. U kunt het signaal met de
toets 0 voortijdig uitschakelen.
Wekkertijd afbreken
Met toets 0 het menu Tijdfuncties openen en de tijd
terugdraaien. Het menu met de toets 0 sluiten.
Wekkertijd veranderen
Met de toets 0 het menu Tijdfuncties openen en met
de draaiknop in de volgende seconden de wekkertijd
wijzigen. Met de toets 0 de wekker starten.
Tijdsduur
Wanneer u een tijdsduur (bereidingstijd) voor uw
gerecht instelt, wordt de werking na deze tijd
automatisch beëindigd. De oven warmt niet meer op.
Voorwaarde: er zijn een verwarmingsmethode en een
temperatuur ingesteld.
Voorbeeld: instelling voor 4D-hetelucht, 180 °C,
tijdsduur 45 minuten.
1. Toets 0 indrukken.
Het menu Tijdfuncties gaat open.
ꑖ7LMGVGXXU
PLQV
2. Met de draaiknop de tijdsduur instellen.
ꑘ
.RRNZHNNHU
PLQV
Aanwijzingen
■ U kunt een tijdsduur tot één uur op de minuut
precies instellen.
U kunt een tijdsduur van langer dan een uur instellen
in stappen van 5 minuten.
■ Afhankelijk van de richting waarin u de draaiknop
draait, begint de tijdsduur bij een voorgestelde
waarde: links 10 minuten.
rechts 30 minuten.
■ Aan het einde van elke tijdsfunctie klinkt een signaal.
■ Met de toets l kunt u tussentijds informatie
opvragen, die dan kort op het display verschijnt.
ꑖ7LMGVGXXU
PLQV
3. Starten met de toets start/stop.
Het verloop van de tijdsduur x is te zien in de
statusregel.
De tijdsduur is afgelopen
Er klinkt een signaal. De oven warmt niet meer op. U
kunt het signaal voortijdig met de toets 0 uitschakelen.
ꑘ
.RRNZHNNHU
PLQV
15
nl Kinderslot
Tijdsduur afbreken
Met de toets
tijdsduur terugdraaien. Op het display worden nu de
ingestelde verwarmingsmethode en temperatuur
weergegeven.
Tijdsduur veranderen
Met de toets 0 het menu Tijdfuncties openen. Met de
draaiknop de tijdsduur veranderen.
0 het menu Tijdfuncties openen. De
Eindtijd
Verandert u de eindtijd, let er dan op dat
levensmiddelen die snel bederven niet te lang in de
binnenruimte mogen staan.
Voorwaarde: de ingestelde functie is niet gestart. Er is
een tijdsduur ingesteld. Het menu Tijdfuncties 0 is
geopend.
Voorbeeld in de afbeelding: u plaatst het gerecht om
9.30 uur in de oven. De bereidingsduur bedraagt 45
minuten en het gerecht is om 10.15 uur klaar. U wilt
echter dat het om 12.45 uur klaar is.
1. Met de pijl ¿ verder naar “y Einde” tippen.
2. Met de draaiknop de eindtijd instellen.
Eindtijd afbreken
Dit is mogelijk zolang de oven zich in de wachtstand
bevindt.
1. De toets start/stop indrukken.
2. Toets 0 indrukken.
Het menu Tijdfuncties wordt geopend.
3. Met de pijl ¿ naar “y Einde” gaan en met de
draaiknop de eindtijd terugdraaien.
4. Toets 0 indrukken.
5. Starten met de toets start/stop.
De tijdsduur loopt direct af.
AKinderslot
Kinderslot
Om te voorkomen dat kinderen het apparaat per
ongeluk inschakelen of instellingen wijzigen, is het
voorzien van een kinderslot.
Het bedieningsveld wordt geblokkeerd en er kan niets
worden ingesteld. Het apparaat kan alleen met de toets
on/off worden uitgeschakeld.
Activeren en deactiveren
ꑗ(LQGH
3. Met de toets start/stop bevestigen.
De oven bevindt zich in de wachtstand. In de
statusregel verschijnt het symbool y en het tijdstip
waarop de werking beëindigd is. De werking start op
het juiste tijdstip. Het verloop van de tijdsduur is te zien
in de statusregel.
De tijdsduur is afgelopen
Er klinkt een signaal. De oven warmt niet meer op. U
kunt het signaal voortijdig met de toets 0 uitschakelen.
Eindtijd corrigeren
Dit is mogelijk zolang de oven zich in de wachtstand
bevindt.
1. De toets start/stop indrukken.
2. Toets 0 indrukken.
Het menu Tijdfuncties wordt geopend.
3. Met de pijl ¿ naar “y Einde” gaan en met de
draaiknop de eindtijd corrigeren.
4. Toets 0 indrukken.
5. De toets start/stop indrukken.
De oven bevindt zich weer in de wachtstand.
'KHWHOXFKW
ꑗ
&
U kunt het kinderslot activeren en deactiveren terwijl het
apparaat uitgeschakeld is.
Druk steeds ca. 4 seconden lang op de toets /. Op
het display verschijnt een aanwijzing ter bevestiging en
in de statusregel verschijnt het symbool /.
QBasisinstellingen
Basisinstellingen
Er zijn verschillende instellingen beschikbaar om uw
apparaat optimaal en eenvoudig te kunnen bedienen. U
kunt nu deze instellingen naar wens wijzigen:
Instellingen veranderen
1. Toets on/off indrukken.
2. Menutoets indrukken.
Het functie-menu wordt geopend.
3. Met de draaiknop "Instellingen" kiezen.
4. Op de pijl ¿ tippen.
5. Met de draaiknop de waarden veranderen.
6. Met de pijl ¿ altijd naar de volgende instellingen
gaan en zo nodig wijzigen.
7. Om op te slaan de menutoets indrukken..
Op het display verschijnt afwijzen of opslaan.
Lijst met instellingen
U vindt in de lijst alle basisinstellingen en de
mogelijkheden om te wijzigen. Afhankelijk van de
uitvoering van uw apparaat worden op het display
alleen de instellingen weergegeven die bij uw apparaat
passen.
16
De magnetron nl
U kunt de volgende instellingen veranderen:
InstellingKeuze
Taal kiezenAndere talen mogelijk
TijdActuele tijd instellen
DatumActuele datum instellen
Geluidssignaal tijdsduurkort (30 s)
gemiddeld (1 m)
lang (5 m)
ToetssignaalUitgeschakeld (toetssignaal bij in- en uit-
schakelen met on/off blijft)
Ingeschakeld
Display-helderheidIn te stellen in 5 stappen
TijdsindicatieDigitaal
Uit
VerlichtingIn gebruik aan
In gebruik uit
Automatisch voortzettenBij deur sluiten
Niet automatisch voortzetten (toets start/
stop indrukken)
Werking na inschakelenHoofdmenu
Verwarmingsmethoden
Magnetron
Magnetron-combinatie
Gerechten*
NachtverduisteringUitgeschakeld
Ingeschakeld (display verduisterd tussen
22:00 en 5:59 uur)
MerklogoWeergeven
Niet weergeven.
Ventilator-nalooptijdAanbevolen
Minimaal
FabrieksinstellingenTerugzetten
*) Beschikbaar, afhankelijk van het apparaattype
Aanwijzing: Wijzigingen aan de instellingen van de taal,
het toetssignaal en de display-helderheid hebben direct
effect. Alle andere gaan pas in nadat de instellingen zijn
opgeslagen.
--------
Stroomuitval
Na een lange stroomonderbreking verschijnen op het
display de instellingen voor het eerste gebruik.
Stel de taal, de tijd en de datum opnieuw in.
^De magnetron
De magnetron
Met de magnetron kunt u de gerechten bijzonder snel
bereiden, verwarmen of ontdooien. U kunt de
magnetron alleen, of in combinatie met een andere
verwarmingsmethode gebruiken.
Om de magnetron optimaal te kunnen gebruiken, dient
u de aanwijzingen voor de vormen in acht te nemen. Zie
ook de opgaven in de toepassingstabellen aan het
einde van de gebruiksaanwijzing.
Vormen
Niet alle vormen zijn geschikt voor de magnetron.
Gebruik alleen vormen die geschikt zijn voor de
magnetron. Dan worden de gerechten warm en raakt
het apparaat niet beschadigd.
Geschikt zijn hittebestendige vormen van glas,
glaskeramiek, porselein of temperatuurbestendige
kunststof. Deze materialen laten microgolven door. U
kunt ook keramiek gebruiken, wanneer dit volledig
geglazuurd is en geen barsten vertoont.
U kunt ook servies gebruiken.Zo hoeft u de gerechten
niet over te brengen. Gebruik alleen servies met goudof zilverdecor wanneer de fabrikant garandeert dat het
geschikt is voor de magnetron.
Om te bakken en voor gecombineerd gebruik kunt u
normale bakvormen van metaal gebruiken. Zo wordt
het gebak ook aan de onderkant bruin.
Metalen vormen zijn niet geschikt voor andere
toepassingen. Metaal laat geen microgolven door. In
gesloten metalen vormen blijven de gerechten koud.
Attentie!
Het ontstaan van vonken: metalen voorwerpen, zoals
een lepel in een glas, moeten minstens 2 cm verwijderd
zijn van de wanden van de binnenruimte en de
binnenkant van de deur. Vonken kunnen de binnenste
deurruit aantasten.
Tijd wijzigen
In de basisinstellingen kunt u de tijd veranderen.
Voorbeeld: de tijd wijzigen van zomer- in wintertijd.
1. Toets on/off indrukken.
2. Menutoets indrukken.
3. Met de draaiknop "Instellingen" kiezen.
4. Met de pijl ¿ naar “Tijd” tippen.
5. Met de draaiknop de tijd wijzigen.
6. Menutoets indrukken.
Op het display verschijnt opslaan of afwijzen.
Vormtest
Schakel de magnetron nooit in als er geen gerecht in
staat. De enige uitzondering hierop is de korte vormtest.
Wanneer u niet zeker weet of een vorm geschikt is voor
de magnetron, doet u deze test:
1. Plaats de lege vorm ½ - 1 minuut bij maximaal
vermogen in het apparaat.
2. Controleer tussentijds de temperatuur van de vorm.
De vorm moet koud of handwarm blijven.
Wordt hij heet of ontstaan er vonken, dan is hij niet
geschikt.
Breek de test af.
17
Loading...
+ 39 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.