OPERATION MANUAL
BEDIENUNGSANLEITUNG
MODE D’EMPLOI
BRUKSANVISNING
MANUAL DE MANEJO
MANUALE DI ISTRUZIONI
GEBRUIKSAANWIJZING
SVENSKAESPAÑOLITALIANO
NEDERLANDS
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de projector in gebruik neemt.
Inleiding
BELANGRIJK
• Vul het serienummer in, dat staat
aangegeven op het achterpaneel van de
projector. Deze informatie heeft u nodig in
geval van verlies of diefstal.
• Controleer of alle meegeleverde
accessoires, zoals beschreven onder
“Bijgeleverde accessoires” op blz. 10 van
deze gebruiksaanwijzing, inderdaad in de
doos aanwezig zijn voor u de verpakking
recyclet.
Modelnummer: XV-Z3100
Serienummer:
WAARSCHUWING:
Zeer sterke lichtbron. Kijk niet rechtstreeks in de lichtbundel.
Let er vooral op dat kinderen niet rechtstreeks in de lichtbundel
kijken.
WAARSCHUWING:
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht om brand
of een gevaarlijke elektrische schok te voorkomen.
LET OP
GEVAARLIJKE SPANNINGEN.
GEEN SCHROEVEN VERWIJDEREN,
BEHALVE DE VOORGESCHREVEN
GEBRUIKER-
ONDERHOUDSSCHROEVEN.
LET OP: OM DE KANS OP EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VERMINDEREN, MAG DE
ER ZIJN GEEN DOOR DE GEBRUIKER REPAREERBARE ONDERDELEN IN HET
BEHUIZING NIET WORDEN GEOPEND.
APPARAAT, BEHALVE DE LAMPEENHEID.
LAAT ONDERHOUD EN REPARATIE OVER AAN BEVOEGD
ONDERHOUDSPERSONEEL.
Een bliksemsymbool in een gelijkzijdige
driehoek maakt de gebruiker attent op de
aanwezigheid van niet-geïsoleerde
“gevaarlijke spanningen” in het inwendige
van het apparaat, die zo groot kunnen zijn
dat zij een ernstige elektrische schok kunnen
veroorzaken.
Een uitroepteken in een gelijkzijdige driehoek
maakt de gebruiker attent op belangrijke
bedienings- en onderhoudsinformatie in de
documentatie die bij het apparaat wordt
geleverd.
NEDERLANDS
1
WAARSCHUWING:
De koelventilator in deze projector blijft ongeveer 90 seconden lopen nadat de projector
in standby is gezet. Zet daarom bij normaal gebruik de projector altijd in standby met de
STANDBY/ON toets op de projector of de STANDBY toets op de afstandsbediening.
Controleer eerst of de koelventilator al uit is voor u de stekker uit het stopcontact haalt.
SCHAKEL BIJ NORMAAL GEBRUIK NOOIT DE STROOM VAN DE PROJECTOR UIT DOOR DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE TREKKEN. DOET U DIT TOCH, DAN ZAL DE LAMP
VOORTIJDIG ONBRUIKBAAR RAKEN.
INDIEN U HET PRODUCT WILT WEGDOEN
In deze projector worden soldeertin en een lamp onder druk die een kleine hoeveelheid
kwik bevat, gebruikt. Het verwijderen van deze materialen kan aan diverse voorschriften
zijn onderworpen op basis van milieu-overwegingen. Voor informatie betreffende verwijderen
of recycling kunt u contact opnemen met de plaatselijke autoriteiten of, als u zich in de
Verenigde Staten bevindt, met de Electronics Industries Alliance: www.eiae.org .
Belangrijke informatie betreffende het vervangen van de lamp
Zie “Vervangen van de lamp” op blz. 56.
Deze SHARP-projector maakt gebruik van een DLP®-chip. Dit bijzonder ingenieuze paneel bevat
921.600 pixels (microspiegels). Evenals bij andere hoogwaardige elektronische apparatuur zoals
TV’s met grote beeldschermen, videosystemen en videocamera’s, gelden er bepaalde
tolerantiegrenzen waarbinnen de prestaties van de apparatuur moeten vallen.
Dit apparaat kan enkele niet actieve pixels hebben binnen de aanvaardbare tolerantiegrenzen,
wat kan resulteren in niet actieve puntjes op het beeldscherm. Dit heeft echter geen invloed op de
beeldkwaliteit of de levensduur van het apparaat.
2
Hoe u deze gebruiksaanwijzing moet lezen
■ De technische gegevens verschillen een weinig, afhankelijk van het model. U kunt echter alle
modellen op dezelfde wijze aansluiten en bedienen.
• De afbeeldingen en schermaanduidingen in deze gebruiksaanwijzing zijn vereenvoudigd om de
uitleg te vergemakkelijken en kunnen enigszins afwijken van de feitelijke aanduidingen die u ziet.
Gebruik van het menuscherm
ENTER toets
Insteltoetsen (P/R/O/Q)
MENU toets
Insteltoetsen
(P/R/O/Q)
MENU toets
ENTER toets
Inleiding
• Druk op eRETURN om
terug te keren naar het
vorige scherm wanneer
het menu wordt
weergegeven.
Menu-selecties (Afstellingen)
Voorbeeld: Instellen van “Helder”.
• U kunt de bedieningshandelingen ook uitvoeren met de toetsen op de projector.
Druk op d MENU.
1
• Het “Beeld” menuscherm voor de
gekozen ingangsfunctie verschijnt.
Druk op Q of O om het
2
menupictogram te selecteren dat
u wilt afstellen.
• Het geselecteerde pictogram wordt met
omgekeerd contrast aangegeven.
MenupictogramMenuscherm
Opmerking
• Het “ Fijn sync.” menu is niet
beschikbaar voor INPUT 3 of INPUT 4.
Info
..................Hier worden veiligheidsmaatregelen gegeven voor het gebruik
Beeld
Fijn sync.
Opties1
Opties2
Voorbeeld: “Beeld” menuscherm voor de
INGANG 1 functie
Index ................................................... 66
5
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LET OP: Lees al deze instructies door alvorens dit apparaat in gebruik te nemen
en bewaar ze voor later gebruik.
Met elektrische energie kunt u heel wat nuttige functies uitvoeren. Dit apparaat is zodanig
ontworpen en vervaardigd dat uw persoonlijke veiligheid wordt gevrijwaard. ONJUIST
GEBRUIK KAN EVENWEL LEIDEN TOT EEN EVENTUELE ELEKTRISCHE SCHOK OF
BRANDGEVAAR. Om de ingebouwde veiligheidsvoorzieningen van dit apparaat niet teniet
te doen, dient u de volgende basisregels goed in acht te nemen bij de installatie, het
gebruik en het onderhoud van de projector.
1. Lees de gebruiksaanwijzing
Lees alle veiligheids- en bedieningsinstructies in
de gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat
gebruikt.
2. Bewaar de gebruiksaanwijzing
Bewaar de gebruiksaanwijzing voor het geval u
deze in de toekomst nogmaals nodig heeft.
3. Neem alle waarschuwingen in acht
Neem alle waarschuwingen op het product en in
de gebruiksaanwijzing in acht.
4. Volg alle instructies op
Alle bedieningsinstructies e.d. moeten nauwgezet
worden opgevolgd.
5. Reinigen
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u
begint met schoonmaken. Gebruik geen vloeibare
reinigingsmiddelen of sprays. Reinig het apparaat
uitsluitend met een vochtige doek.
6. Hulpstukken
Voorkom problemen en gebruik geen hulpstukken
die niet door de fabrikant van het apparaat worden
aanbevolen.
7. Water en vocht
Gebruik het apparaat niet in de buurt van water;
bijvoorbeeld in de buurt van een bad, wastafel,
aanrecht, wasmachine, zwembad of in een
vochtige kelder enz.
8. Accessoires
Plaats het apparaat niet op een wankel rek,
karretje, statief, steunbeugel of tafel. Het apparaat
zou kunnen vallen en een kind of volwassene
ernstig kunnen verwonden, en tevens kan het
apparaat zelf zwaar worden beschadigd. Gebruik
uitsluitend een rek, karretje, statief, steunbeugel
of tafel die door de fabrikant wordt aanbevolen of
die bij het apparaat wordt verkocht. Volg voor
eventuele montagewerkzaamheden altijd de
instructies van de fabrikant op en gebruik ook
uitsluitend montage-accessoires die door de
fabrikant worden aanbevolen.
9. Transport
Als het apparaat op een
verplaatsbaar rek is gezet,
dient dit voorzichtig te
worden verplaatst. Het rek
kan namelijk omvallen bij
plotseling stoppen, te hard
duwen of rijden over een
ongelijke ondergrond.
10. Ventilatie
In de behuizing van het apparaat zijn gleuven en
openingen die dienen voor de ventilatie. Voor een
veilige werking en bescherming tegen
oververhitting mogen de ventilatie-openingen
nooit worden geblokkeerd of afgedekt door het
apparaat op een bed, divan, dik vloerkleed e.d.
te zetten. Het apparaat mag ook niet in een
afgesloten ruimte, zoals een boekenkast, worden
geplaatst, tenzij voor een goede ventilatie wordt
gezorgd of alle instructies van de fabrikant zijn
opgevolgd.
11. Voeding
Het apparaat mag uitsluitend op de
stroomvoorzieningsbron worden gebruikt die op
het typelabel is vermeld. Raadpleeg uw dealer
of het plaatselijke elektriciteitsbedrijf indien u niet
zeker bent van het type stroomvoorziening in uw
huis. Voor apparaten die gebruikt worden op
batterijen of op andere stroombronnen wordt
verwezen naar de gebruiksaanwijzing die bij het
apparaat wordt geleverd.
12. Uitvoering van de netstekker
Dit apparaat is uitgerust met één van de volgende
soorten stekkers. Als de stekker niet in het
stopcontact past, neemt u contact op met uw
elektricien.
Negeer de veiligheidsvoorziening van de stekker
niet.
a. Tweedraads (net)stekker.
b. Driedraads geaarde (net)stekker met
aardingspen.
Deze stekker past alleen in een geaard
stopcontact.
13. Bescherming van het netsnoer
Leg het netsnoer zodanig dat er niet
gemakkelijk iemand op gaat staan of dat het
snoer door een voorwerp wordt platgedrukt.
Let hier vooral goed op in de buurt van de
stekkers, bij het stopcontact en op de plaats
waar het snoer uit het apparaat komt.
14. Bliksem
Om veiligheidsredenen dient u bij bliksem
of wanneer u het apparaat langere tijd niet
denkt te gebruiken, de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact te trekken. Dit
om beschadiging van het apparaat te
voorkomen als gevolg van blikseminslag of
plotselinge stroompieken in de
stroomleiding.
6
Inleiding
15. Overbelasting
Zorg dat de stopcontacten, verlengsnoeren
en stekkerdozen niet overbelast worden,
want dit kan resulteren in brand of een
elektrische schok.
16. Binnendringen van voorwerpen en
vloeistoffen
Duw nooit voorwerpen via de openingen in
de behuizing van het apparaat naar binnen,
omdat deze dan onderdelen die onder
hoogspanning staan kunnen raken of
kortsluiting kunnen veroorzaken, met brand
of een elektrische schok tot gevolg. Let
tevens op dat er nooit vloeistof op het
apparaat wordt gemorst.
17. Reparaties
Probeer het apparaat nooit zelf te repareren.
Bij het openen of verwijderen van de
afdekplaten stelt u zich bloot aan een
ernstige elektrische schok en andere
gevaren. Laat reparatie over aan erkend
onderhoudspersoneel.
18. Beschadigingen die reparatie
vereisen
Bij de volgende omstandigheden moet u de
stekker uit het stopcontact trekken en het
apparaat door erkend onderhoudspersoneel
laten repareren:
a. Als het netsnoer of de netstekker is
beschadigd.
b. Als er vloeistof of een voorwerp in het apparaat
terecht is gekomen.
c. Als het apparaat blootgesteld is geweest aan
regen of water.
d. Als de normale aanwijzingen worden
opgevolgd, maar het apparaat niet juist
functioneert. Gebruik alleen de
bedieningsorganen die in de
gebruiksaanwijzing worden aangegeven. Bij
een onjuiste instelling van andere
bedieningsorganen kan het apparaat mogelijk
beschadigd worden, met tot gevolg dat
reparatiewerkzaamheden voor een juiste
werking van het apparaat door erkend
onderhoudspersoneel moeilijker en duurder
kunnen worden.
e. Als het apparaat is gevallen of de behuizing is
beschadigd.
f. Als het apparaat duidelijk minder goed
functioneert. Dit duidt erop dat het tijd is voor
onderhoud.
19. Vervangingsonderdelen
Wanneer onderdelen vervangen moeten
worden, zorg er dan voor dat het
onderhoudspersoneel uitsluitend onderdelen
gebruikt die door de fabrikant worden
aanbevolen of die dezelfde eigenschappen
hebben als de originele onderdelen. Het
gebruik van andere onderdelen kan brand,
een elektrische schok of andere problemen
veroorzaken.
20. Veiligheidscontrole
Vraag het onderhoudspersoneel om na de
onderhouds- of reparatiewerkzaamheden
een veiligheidscontrole uit te voeren, zodat
u zeker weet dat het apparaat juist en veilig
functioneert.
21. Wand- of plafondmontage
Dit apparaat mag uitsluitend volgens de
aanbevelingen van de fabrikant aan een
wand of het plafond worden bevestigd.
22. Hitte
Houd het apparaat uit de buurt van
warmtebronnen zoals verwarmingsradiators,
haarden, kachels en andere voorwerpen (inclusief
versterkers) die warmte afgeven.
• Het DLP®-logo, de DLP®-medaille en BrilliantColorTM zijn handelsmerken van Texas In-
struments.
• Microsoft
®
en Windows® zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in
de Verenigde Staten en/of in andere landen.
• PC/AT is een gedeponeerd handelsmerk van International Business Machines Corporation in de Verenigde Staten.
• Macintosh
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer, Inc. in de Verenigde
Staten en/of in andere landen.
• HDMI, het HDMI-logo en High-Definition Multimedia Interface zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
• Alle andere namen van firma’s of producten zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van de respectievelijke ondernemingen.
• Sommige IC-chips in dit apparaat bevatten vertrouwelijke informatie en/of handelsgeheimen
die toebehoren aan Texas Instruments. U mag de inhoud ervan dan ook niet kopiëren,
wijzigen, aanpassen, vertalen, verspreiden, omgekeerd ontwikkelen of assembleren of
decompileren.
7
Neem de volgende veiligheidsinformatie in acht
wanneer u de projector gaat installeren.
Belangrijke informatie betreffende de
lamp
■ Als de lamp gesprongen is,
kunnen de glassplinters een
bijzonder gevaarlijke situatie
veroorzaken. Wanneer de lamp
springt, moet u contact opnemen
met uw dichtstbijzijnde officiële
Sharp projectordealer of
servicecentrum voor een nieuwe
lamp.
Zie “Vervangen van de lamp” op
blz. 56.
Belangrijke informatie voor het opstellen
van de projector
■ Voor minimaal onderhoud en het behouden van
een optimale beeldkwaliteit beveelt SHARP aan
deze projector in een ruimte te installeren die niet
vochtig, stoffig en rokerig is. Bij gebruik van de projector in dit soort ruimten moeten de
ventilatieopeningen en de lens vaker dan normaal
worden gereinigd. Gebruik van de projector in dit
soort ruimten zal de levensduur van de projector
niet verkorten mits u de projector regelmatig reinigt.
Het reinigen van het inwendige gedeelte van de
projector mag uitsluitend door een officiële Sharp
projectordealer of servicecentrum worden gedaan.
Zet de projector niet op een plaats die
blootgesteld staat aan direct zonlicht of
een andere sterke lichtbron.
■ Plaats het scherm zodanig dat dit niet in direct
zonlicht staat of aan andere sterke verlichting is
blootgesteld. Licht dat rechtstreeks op het scherm
valt, zal de kleuren flets maken waardoor het
kijken moeilijker wordt. Sluit de gordijnen en dim
de verlichting wanneer het scherm in een erg
zonnige of heldere kamer wordt opgesteld.
Belangrijke informatie voor het opstellen
van de projector
■ Plaats de projector op een horizontale
ondergrond binnen het afstelbereik (8 graden)
van het stelvoetje.
Gebruik van de projector op grote
hoogte, zoals in de bergen (hoogten van
meer dan 4900 voet (1500 meter))
■ Wanneer u de projector op grote hoogte gebruikt
waar de lucht ijl is, dient u de “Ventilatormodus”
op “Hoog” te zetten. Indien dit wordt verzuimd,
kan dit de levensduur van het optische systeem
nadelig beïnvloeden.
Waarschuwing betreffende het opstellen
van de projector op een hoge plaats
■ Als u de projector op een hoge plaats opstelt,
moet u er goed op letten dat de projector stevig
staat, om te voorkomen dat de projector letsel
veroorzaakt wanneer deze zou vallen.
Stel de projector niet aan harde stoten
en/of hevige trillingen bloot.
■ Wees voorzichtig met de lens zodat u deze niet
beschadigt of er hard tegen stoot.
Laat uw ogen af en toe rusten.
■ Langdurig ononderbroken naar het scherm kijken
kan resulteren in vermoeidheid van de ogen. U
moet uw ogen regelmatig laten rusten.
Vermijd plaatsen die blootgesteld staan
aan extreme temperaturen.
■ Het bereik voor de beschijfstemperatuur van de
projector loopt van 41°F tot 95°F (+5°C tot +35°C).
■ Het bereik voor de opslagtemperatuur van de projector loopt van –4°F tot 140°F (–20°C tot +60°C).
Blokkeer de uitlaat- en inlaatopeningen niet.
■ Houd minimaal 11
tussen de uitlaatopening en de dichtstbijzijnde
muur of ander obstakel.
■ Zorg dat de inlaat- en uitlaatopeningen niet zijn
afgedekt.
■ Als de koelventilator geblokkeerd wordt, zal een
veiligheidsvoorziening ervoor zorgen dat de projector automatisch in de ruststand (standby) wordt
gezet, om beschadiging als gevolg van
oververhitting te voorkomen. Dit duidt niet op een
storing. (Zie blz. 54 en 55.) Trek de stekker van
het netsnoer uit het stopcontact en wacht
tenminste 10 minuten. Zet de projector ver volgens
op een plaats waar de inlaat- en uitlaatopeningen
niet geblokkeerd worden, steek de stekker weer
in het stopcontact en schakel de projector in. De
projector zal vervolgens weer normaal werken.
13
/16 inch (30 cm) ruimte vrij
■ Wanneer de projector de eerste maal wordt
ingeschakeld, kan er een vreemde geur via de
ventilator naar buiten komen. Dit is normaal en
duidt niet op een storing. De geur zal verdwijnen
nadat de projector een poosje is gebruikt.
8
■ Wanneer u de projector uitschakelt, blijft de
koelventilator nog een tijdje draaien om de interne
temperatuur te laten dalen. Haal de stekker uit
het stopcontact nadat de koelventilator is gestopt.
De tijdsduur dat de koelventilator draait verschilt
afhankelijk van de gebruiksomstandigheden en
de interne temperatuur.
Belangrijke informatie betreffende het
gebruik van de projector
■ Wanneer u de projector vervoert, moet u erop
letten dat u deze niet aan harde stoten en/of
trillingen blootstelt, want dit kan resulteren in
beschadigingen. Wees bijzonder voorzichtig met
de lens. Voordat u projector verplaatst, trekt u de
stekker uit het stopcontact en maakt u tevens alle
andere aansluitkabels los.
■ Draag de projector niet aan de lens.
■ Breng de lensdop aan wanneer u de projector
opbergt. (Zie blz. 11.)
■ Stel de projector niet bloot aan direct zonlicht en
plaats deze ook niet in de buurt van een hittebron.
Dit kan namelijk resulteren in verkleuring van de
behuizing of vervorming van de plastic afdekking.
Aansluiten van andere apparatuur
■ Wanneer u een computer of andere audiovisuele
apparatuur op de projector aansluit, mag u de
aansluitingen pas maken NADAT u het netsnoer
van de projector uit het stopcontact hebt gehaald
en de apparatuur die wordt aangesloten hebt
uitgeschakeld.
■ Lees de gebruiksaanwijzing van de projector en
van de apparatuur die wordt aangesloten voor
nadere bijzonderheden betreffende de
aansluitingen.
Gebruik van de projector in andere
landen
■ De netspanning en de uitvoering van de
netstekker kunnen variëren, afhankelijk van het
gebied of het land waar de projector wordt
gebruikt. Als u de projector in het buitenland
gebruikt, zorg dan dat deze op de juiste
netspanning en met het voorgeschreven netsnoer
wordt aangesloten.
Temperatuur-verklikkerfunctie
■
Als de projector oververhit raakt als gevolg van een
foutieve opstelling, of afdekking van de
ventilatieopeningen, zullen in de linker benedenhoek
van het beeld de aanduidingen “” en
“” oplichten. Als de temperatuur
nog verder oploopt, zal de lamp automatisch uitgaan
en zal de temperatuur-waarschuwingsindicator op
de projector gaan knipperen. Vervolgens komt de
projector na een afkoelingsperiode van 90 seconden
automatisch in de ruststand (standby) te staan. Zie
“Onderhoudsindicators” op blz. 54 voor verdere
informatie.
Info
• De koelventilator regelt de inwendige
temperatuur automatisch. Daarom kan het geluid
van de ventilator veranderen tijdens het gebruik
van de projector. Dit duidt niet op een storing.
• Trek de stekker niet uit het stopcontact tijdens
het projecteren van een beeld of terwijl de
koelventilator draait. De koelventilator zal dan
stoppen waardoor er beschadigingen kunnen
ontstaan als gevolg van het oplopen van de
inwendige temperatuur.
Inleiding
9
Accessoires
Bijgeleverde accessoires
Afstandsbediening
RRMCGA543WJSB
21-pins RCA
conversie-adapter
QSOCZ0361CEZZ
Netsnoer*
(1)(2)(3)
Voor Europa, behalve
Groot-Brittannië
(6' (1,8 m))
QACCVA011WJPZ
* Gebruik het netsnoer dat bedoeld is voor het stopcontact in uw land.
Twee R-03 batterijen
(“AAA” formaat, UM/SUM-4,
HP-16 of gelijkwaardig)
Videokabel
QCNWGA001WJZZ
Voor Groot-Brittannië
en Singapore
(6' (1,8 m))
QACCBA036WJPZ
• Gebruiksaanwijzing
Los verkrijgbare accessoires
■ Lampeenheid
■ DIN-D-sub RS-232C adapter (5 57/64o (15 cm))
AN-XR10L2
AN-A1RS
Lensdop
(aangebracht)
CCAPHA024WJSA
Voor Australië, Nieuw-
Zeeland en Oceanië
(6' (1,8 m))
QACCLA018WJPZ
■ 3 RCA naar 15-pins D-sub kabel (10' (3,0 m))
Opmerking
• Het is mogelijk dat sommige van deze los verkrijgbare accessoires niet in uw land worden verkocht.
Neem contact op met uw dichtstbijzijnde officiële Sharp projectordealer of servicecentrum voor
verdere informatie.
AN-C3CP2
10
Benaming en functie van de onderdelen
De nummers aangegeven in Z verwijzen naar de bladzijde in deze
gebruiksaanwijzing waar het betreffende onderwerp hoofdzakelijk wordt
behandeld.
Projector
Bovenkant
Spanningsindicator
28, 5428, 54
Lampindicator
Inleiding
STANDBY/ON
toets
Voor het in- en
uitschakelen
(standby) van de
projector.
ENTER toets
Voor het
invoeren van de selecties
of instellingen die in het
menu zijn gemaakt.
RESIZE toets
Voor het
omschakelen van het
schermformaat.
Voorkant
Scherpstelring
Voor het
scherpstellen
van het beeld.
HEIGHT
ADJUST
hendel
28
41
36
30
30
Temperatuur-
54
waarschuwingsindicator
INPUT toetsen (P/R)
29
Voor het kiezen van de
ingangsfunctie 1, 2, 3, 4,
5 of 6.
MENU toets
41
Voor het weergeven
van de afstel- en
instelschermen.
Insteltoetsen
41
(P/R/O/Q)
Voor het selecteren van
de menu-onderdelen.
Inlaatopening
51
Zoomring
30
Voor het vergroten/
verkleinen van het
beeld.
Afstandsbedieningssensor
15
(voor)
Druk beide zijden van de
lensdop naar binnen om de dop
aan te brengen of te
verwijderen.
11
Benaming en functie van de onderdelen (vervolg)
De nummers aangegeven in Z verwijzen naar de bladzijde in deze
gebruiksaanwijzing waar het betreffende onderwerp hoofdzakelijk wordt
behandeld.
Achterkant
Inlaatopening
Netstroomaansluiting
Sluit hierop het
bijgeleverde netsnoer
aan.
Achterste stelvoetje
Aansluitingen
65 41237
Aansluiting
INPUT 1, 2 aansluiting
1
Voor aansluiten van videoapparatuur met een component-uitgangsaansluiting
(DVD-speler, DTV-decoder, DVD-recorder met vaste schijf enz.).
INPUT 3 aansluiting
Voor aansluiten van videoapparatuur met een S-video-
Voor aansluiten van videoapparatuur zonder een S-video-uitgangsaansluiting.
INPUT 5 aansluiting
■
4
■
INPUT 6 aansluiting
5
Aansluitbus voor videoapparatuur die is uitgerust met een HDMI
uitgangsaansluiting.
RS-232C aansluiting
6
Voor aansluiten van een computer voor bediening van de projector.
TRIGGER aansluiting
Wanneer de projector wordt ingeschakeld, wordt er via deze aansluiting
een bedieningssignaal (12 V gelijkstroom) uitgestuurd. Als er een elektrisch
7
scherm of ander geschikt apparaat op deze aansluiting is aangesloten,
kan dit gelijktijdig met de projector worden ingeschakeld.
51
28
31
Beschrijving
Voor aansluiten van videoapparatuur met een component-uitgangsaansluiting
(DVD-speler, DTV-decoder, DVD-recorder met vaste schijf enz.).
Voor aansluiten van een computer.
Uitlaatopening
51
Luidspreker
15
(achter)
Kensington standaard
13
veiligheidsaansluiting
Blz.
23
24
24
25
26
25
27
—
12
De nummers aangegeven in Z verwijzen naar de bladzijde in deze
gebruiksaanwijzing waar het betreffende onderwerp hoofdzakelijk wordt
behandeld.
ON toets
28
Voor het inschakelen van
de stroom.
INPUT 1, 2, 3, 4, 5 en 6
STANDBY toets
Om de projector in de
ruststand (standby) te
zetten.
KEYSTONE toets
Voor het inschakelen
van de trapeziumvormcorrectiefunctie.
RETURN toets
Voor terugkeren naar het
vorige menuscherm
tijdens menubediening.
AUTO SYNC toets
Voor het automatisch instellen
van het beeld wanneer de
projector op een computer is
aangesloten.
RGB/COMP. toets
Om te wisselen tussen de
respectievelijke
ingangssignaaltypes.
FREEZE toets
Voor het stilzetten van
het beeld.
29
32
41
46
48
38
29
toetsen
Voor het kiezen van de
gewenste ingang.
MENU toets
41
Voor het weergeven van
de afstel- en
instelschermen.
Insteltoetsen (P/R/O/Q)
41
• Voor het selecteren van de
menu-onderdelen.
Voor het instellen van de
•
trapeziumvorm-correctie wanneer
de trapeziumvorm-correctiefunctie
is ingeschakeld.
ENTER toets
41
Voor het invoeren van de
selecties of instellingen die in
het menu zijn gemaakt.
RESIZE toets
36
Voor het omschakelen
van het schermformaat
(REK, ZIJBALK enz.).
PICTURE MODE toets
38
Voor het kiezen van het juiste
beeld.
Inleiding
LIGHT toets
Om alle toetsen op de
afstandsbediening te doen
oplichten.
Gebruik van het Kensington slot op de projector
•
Deze projector is uitgerust met een Kensington standaard veiligheidsaansluiting voor gebruik met een
Kensington MicroSaver beveiligingssysteem. Raadpleeg de documentatie die bij het
beveiligingssysteem wordt geleverd voor instructies betreffende het beveiligen van de projector.
IRIS toets
38
Voor het activeren van de
“HOGEHELDERHEIDSMODUS”, de
“GEMIDDELDE MODUS” en de
“HOOG-CONTRASTMODUS”.
13
Benaming en functie van de onderdelen (vervolg)
Plaatsen van de batterijen
Druk op het P teken terwijl u het dekseltje
1
in de richting van de pijl schuift.
Plaats de batterijen.
2
• Plaats de batterijen met de m en n pool
overeenkomstig de aanduidingen in de
batterijhouder.
Breng het dekseltje aan en schuif het op
3
zijn plaats totdat het vastklikt.
Bij dit produkt zijn
batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg
zijn, moet u ze niet
weggooien maar
inleveren als KCA.
Bij verkeerd gebruik kunnen de batterijen lekken of ontploffen. Neem de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
LET OP
• De batterij kan ontploffen als deze verkeerd wordt geplaatst.
Gebruik alleen dezelfde of een gelijkwaardig type batterij.
• Plaats de batterijen met de m en n pool overeenkomstig de aanduidingen in de batterijhouder.
• Batterijen van een verschillend type hebben verschillende eigenschappen. Gebruik daarom niet gelijktijdig
batterijen van een verschillend type.
• Meng geen nieuwe en oude batterijen door elkaar.
Dit kan resulteren in een kortere levensduur van de nieuwe batterijen of de oude batterijen kunnen gaan
lekken.
• Neem de batterijen uit de afstandsbediening wanneer deze leeg zijn, want anders kunnen ze gaan lekken.
De vloeistof uit lekkende batterijen is schadelijk voor de huid, dus veeg bij lekkage de batterijen met een
doek af en verwijder de batterijen daarna ook met de doek.
• De batterijen die bij deze projector zijn geleverd kunnen een kortere levensduur hebben dan normaal,
afhankelijk van hoe lang ze opgeslagen zijn geweest. Vervang de batterijen zo spoedig mogelijk door
nieuwe batterijen.
• Neem de batterijen uit de afstandsbediening als u de afstandsbediening geruime tijd niet denkt te gebruiken.
• Neem de plaatselijke wetgeving (voorschriften) in acht wanneer u de batterijen weggooit.
14
Bedieningsbereik
Met de afstandsbediening kan de projector binnen het aangegeven bereik worden bediend.
Afstandsbedieningssensor (voor)
30°
Inleiding
Zender van de
afstandsbediening
Opmerking
• U kunt het signaal van de afstandsbediening via het scherm laten weerkaatsen om de bediening te
vereenvoudigen. Het effectieve bedieningsbereik zal verschillen afhankelijk van het materiaal van
het scherm.
30°
Afstandsbediening
23n (7 m)
Afstandsbedieningssensor (achter)
30°
23n (7 m)
Afstandsbediening
30°
Zender van de
afstandsbediening
Bij gebruik van de afstandsbediening
• Laat de afstandsbediening niet vallen en stel deze ook niet aan vocht en hoge temperaturen
bloot.
• De afstandsbediening kan foutief functioneren als deze onder het licht van een tl-lamp wordt
gebruikt. In dit geval moet u de projector verder van de tl-lamp vandaan plaatsen.
15
Snelstartgids
In dit hoofdstuk wordt de basisbediening beschreven (de projector op de videoapparatuur aansluiten).
Zie het bladzijdenummer dat bij elke bedieningsstap vermeld staat voor verdere informatie.
Installatie en projectie
In dit hoofdstuk wordt de aansluiting van de projector op de videoapparatuur aan de hand van een
voorbeeld beschreven.
3
STANDBY/ON
8
toets
INPUT toetsen
5
Scherpstelring
6
Zoomring
6
HEIGHT ADJUST
6
hendel
STANDBY toets
8
ON toets
3
INPUT 4 toets
5
KEYSTONE toets
7
Insteltoetsen
7
(P/R/O/Q)
ENTER toets
7
2. Plaats de projector zodanig dat deze naar een wand of scherm
is gericht
_Blz. 18
2. Sluit de projector op de videoapparatuur aan en steek de stekker
van het netsnoer in de netstroomaansluiting.
Naar de INPUT4 aansluiting
Verbind de audio-uitgang van
Netstroomaansluiting
de videoapparatuur met een
geschikt audio-apparaat.
3. Verwijder de lensdop en schakel de projector in
Op de
projector
Op de
afstandsbediening
_Blz. 22–28
_Blz. 28
16
4. Schakel de videoapparatuur in en begin met afspelen
5. Kies de INGANG functie
Kies “INGANG 4” met de INPUT toetsen op de projector of de INPUT 4 toets op de
afstandsbediening.
Op de
projector
Op de
afstandsbediening
Beeldschermdisplay
_Blz. 29
INGANG 4
• Bij enkele malen indrukken van de INPUT toets op de projector verandert de
ingangsfunctie als volgt:
•
U kunt ook de INPUT toetsen op de afstandsbediening gebruiken om de ingangsfunctie te kiezen.
6.
Stel de scherpstelling, beeldgrootte en projectorhoek in
1. Stel scherp door aan de
scherpstelring te
draaien.
Scherpstelring
7.
Corrigeer de trapeziumvervorming (GEOMETRISCHE AANPASSING)
1. Druk op c KEYSTONE van de afstandsbediening.
2. Druk op P/R/O/Q van de afstandsbediening om de positie voor de linker bovenhoek van het
geprojecteerde beeld in te stellen.
3. Druk op i ENTER van de afstandsbediening om de positie vast te leggen.
4. Herhaal de stappen 2 en 3 om de positie voor de rechter bovenhoek, rechter benedenhoek
en linker benedenhoek van het geprojecteerde beeld in te stellen.
• Wanneer u de positie voor de linker benedenhoek bevestigt, zijn alle scherminstellingen
voltooid en wordt de installatieprocedure afgesloten.
INGANG1
INGANG2INGANG3INGANG4INGANG5INGANG6
2. Stel de grootte van het
geprojecteerde beeld in
door aan de zoomring
te draaien.
Zoomring
_Blz. 30, 31
3. Stel de hoek van de
projector met de
HEIGHT ADJUST
hendel in.
_Blz. 32–35
Snelstartgids
8. Uitschakelen van de projector
Druk op de STANDBY/ON toets van de projector of op de STANDBY toets van de
afstandsbediening en druk dan nog een keer op die toets terwijl de bevestigingsmelding wordt
aangegeven om de projector in de ruststand (standby) te zetten.
Op de
projector
• Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact nadat de koelventilator tot stilstand is
gekomen.
Op de
afstandsbediening
Beeldschermdisplay
_Blz. 29
17
Instellen van de projector
Instellen van de projector
Voor een optimaal beeld moet de projector loodrecht ten opzichte van het scherm worden geplaatst
met de voetjes van de projector vlak en horizontaal. Er hoeft dan geen trapeziumvorm-correctie te
worden uitgevoerd en u kunt genieten van het beste beeld.
Standaard opstelling (projectie van voren)
■ Zet de projector op de juiste afstand van het scherm voor de door u
gewenste beeldgrootte. (Zie blz. 20.)
Voorbeeld van standaard opstelling
Zijaanzicht
Beeld
H
Midden van de lens
Opmerking
• Zie blz. 20 voor verdere informatie over “Beeldgrootte (schermgrootte) en projectie-afstand”.
Bevestigen aan het plafond
■
Het verdient aanbeveling de los verkrijgbare
Sharp plafondbevestigingsbeugel te gebruiken
voor de montage aan het plafond. Neem contact op met uw dichtstbijzijnde officiële Sharp
projectordealer of servicecentrum voor de
aanschaf van de aanbevolen
plafondbevestigingsbeugel (los verkrijgbaar).
• AN-60KT plafondbevestigingsbeugel, AN-
TK201 en AN-TK202 verlengbuizen.
■ Keer het beeld om door “Plafond+voor” in te
stellen in “Projectie”. Zie blz. 49 voor het
gebruik van deze functie.
18
Projectie-instellingen
Er zijn vier projectie-instellingen, zoals aangegeven in de onderstaande afbeeldingen. Kies de
instelling die het meest geschikt is voor de manier waarop de projector wordt gebruikt. (Het onderdeel
Projectie is in het “Opties 2” menu. Zie blz. 49.)
■ Op de tafel, naar voren projecteren
Menu-onderdeel ➞ “Voor”
■ Op de tafel, naar achteren projecteren
(met een doorzichtig scherm)
■ Aan het plafond, naar voren projecteren
Menu-onderdeel ➞ “Plafond+voor”
■ Aan het plafond, naar achteren projecteren
(met een doorzichtig scherm)
Relatie tussen de projectiebeeldgrootte en de projectie-afstand
Zie blz. 20 voor verdere informatie over “Beeldgrootte (schermgrootte) en projectie-afstand”.
Voorbeeld: Bij gebruik van een breedbeeldscherm (16:9)
Beeldgrootte (schermgrootte)
300"
200"
100"
80"
60"
52"
×
70"
29"
87"
×
×
39"
49"
174"
×
98"
261"×147"
Installatie
5'11
6'11
"–
(1,8 m
"
– 2,1 m)
7'11
(2,4 m
"–
9'2
"
2,8 m)
–
9'11
11'6
"–
(3,0 m
"
3,5 m)
–
19'10
(6,0 m
22'11
"–
7,0 m)
–
29'9
"
"
(9,1 m
"
5
34'
–
– 10,5 m)
Projectieafstand
19
Instellen van de projector (vervolg)
Beeldgrootte (schermgrootte) en projectie-afstand
De grootte van het projectiescherm hangt af van de afstand van de lens van de projector tot het scherm. Installeer de projector zodanig dat de geprojecteerde beelden op
de optimale grootte op het scherm geprojecteerd worden door te kijken naar de
onderstaande tabel. Gebruik de waarden in de tabel ter referentie bij het installeren
van de projector.
Bij gebruik van een breedbeeldscherm (16:9) en projecteren van een 16:9 beeld
Beeldgrootte (schermgrootte)Projectie-afstand [L]
Diag. [χ]
BreedteHoogte
Minimaal [L1] Maximaal [L2]
Afstand vanaf het midden van de lens
tot de onderrand van het beeld [H]
χ
: Beeldgrootte (schermgrootte) (diagonaal) (in/cm)
L: Projectie-afstand (voet/m)
L1: Minimale projectie-afstand (voet/m)
L2: Maximale projectie-afstand (voet/m)
H: Afstand vanaf het midden van de lens tot de onderrand van het beeld
: Beeldgrootte (schermgrootte) (diagonaal) (in/cm)
L: Projectie-afstand (voet/m)
L1: Minimale projectie-afstand (voet/m)
L2: Maximale projectie-afstand (voet/m)
H: Afstand vanaf het midden van de lens tot de onderrand van het beeld