Sharp XV-Z12000 User Manual [nl]

XV-Z12000
PROJECTOR PROJEKTOR PROJECTEUR PROJEKTOR PROYECTOR PROIETTORE PROJECTOR
OPERATION MANUAL BEDIENUNGSANLEITUNG MODE D’EMPLOI BRUKSANVISNING MANUAL DE MANEJO MANUALE DI ISTRUZIONI GEBRUIKSAANWIJZING
ENGLISH ............. -1 – -94
DEUTSCH ............ -1 – -94
FRANÇAIS ........... -1 – -94
SVENSKA ............ -1 – -94
ESPAÑOL ............ -1 – -94
ITALIANO ............. -1 – -94
NEDERLANDS .... -1 – -94
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de projector in gebruik neemt.
Inleiding
NEDERLANDS
BELANGRIJK
Vul het serienummer in, dat staat aangegeven op het achterpaneel van de projector. Deze informatie heeft u nodig in geval van verlies of diefstal. Controleer of alle meegeleverde accessoires, zoals beschreven onder Meegeleverde accessoires op bladzijde 14 van deze gebruiksaanwijzing, inderdaad in de doos aanwezig zijn voor u de verpakking recyclet.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
: Zeer sterke lichtbron. Kijk niet rechtstreeks in de lichtbundel. Let er vooral op dat kinderen
niet rechtstreeks in de lichtbundel kijken.
: Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht om brand of een
Modelnummer: XV-Z12000
Serienummer:
gevaarlijke elektrische schok te voorkomen.
VOORZICHTIG: Verminder de kans op een elektrische schok. Verwijder derhalve de behuizing van het
apparaat niet. Er bevinden zich geen door de gebruiker te repareren onderdelen binnenin het apparaat. Laat reparatie over aan erkend onderhoudspersoneel.
WAARSCHUWING:
De koelventilator in deze projector blijft ongeveer 90 seconden lopen nadat de projector in standby is gezet. Zet daarom bij normaal gebruik de projector altijd in standby met de STANDBY-toets op de projector of op de afstandsbediening. Controleer eerst of de koelventilator al uit is voor u de stekker uit het stopcontact haalt. SCHAKEL BIJ NORMAAL GEBRUIK NOOIT DE STROOM VAN DE PROJECTOR UIT DOOR DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE TREKKEN. DOET U DIT TOCH, DAN ZAL DE LAMP VOORTIJDIG ONBRUIKBAAR RAKEN.
Inleiding
WAARSCHUWING:
Dit is een Klasse A-product. Het is mogelijk dat dit product in de huiselijke omgeving radiostoringen veroorzaakt waartegen de gebruiker afdoende maatregelen dient te nemen.
-1
Belangrijke informatie betreffende het vervangen van de lamp
Zie Vervangen van de lamp op bladzijden 80-82.
WEES VOORZICHTIG BIJ HET VERVANGEN VAN DE LAMP
MAAK HET NETSNOER LOS ALVORENS DE SCHROEF TE VERWIJDEREN. ER ZIJN HETE ONDERDELEN BINNEN IN HET APPARAAT. LAAT HET APPARAAT 1 UUR AFKOELEN ALVORENS DE LAMP TE VERVANGEN. VERVANG DE LAMP UITSLUITEND DOOR DEZELFDE SHARP-LAMP VAN HET TYPE BQC-XVZ100005. UV-STRALING: KAN OOGLETSEL VEROORZAKEN. ZET DE LAMP UIT ALVORENS
BQC-XVZ100005
BQC-XVZ100005
BQC-XVZ100005
TE BEGINNEN MET ONDERHOUD. HOGEDRUKLAMP: EXPLOSIEGEVAAR. INDIEN DE LAMP SPRINGT, KUNNEN ER GEVAARLIJKE GLASSPLINTERS ZIJN. BEHANDEL VOORZICHTIG. ZIE DE GEBRUIKSAANWIJZING.
WAARSCHUWING:
Sommige IC-chips in dit product bevatten vertrouwelijke informatie en/of handelsgeheimen die toebehoren aan Texas Instruments. Het is derhalve verboden de inhoud hiervan te kopiëren, te wijzigen, aan te passen, te vertalen, te verspreiden, terugwerkend te ontwikkelen of te construeren, of te decompileren.
-2
Inhoud
Inleiding
Inleiding
Inhoud .................................................................. 3
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN ......
Toegang krijgen tot de PDF-
gebruiksaanwijzingen van SharpVision
Manager .......................................................... 8
Korte gebruiksaanwijzing................................... 9
Benaming van de onderdelen .......................... 10
Projector (voor- en bovenaanzicht) ........................ 10
Projector (achteraanzicht) .......................................11
Afstandsbediening (vooraanzicht) .......................... 12
Afstandsbediening (bovenaanzicht) ....................... 12
Gebruik van de afstandsbediening ................. 13
Bereik van de afstandsbediening............................13
Plaatsen van de batterijen .......................................13
Accessoires ....................................................... 14
Aansluiten en opstellen
Aansluiten van de projector op andere
apparaten ........................................................... 16
Alvorens aan te sluiten ............................................ 16
Aansluiten van het netsnoer ................................... 16
Aansluiten op videoapparatuur .............................. 17
Aansluiten van de projector op een computer ........22
Bediening via een computer ................................... 25
Gebruik van afstandsbediening met kabel ............. 26
Opstellen ............................................................ 27
Gebruik van de stelvoetjes ..................................... 27
Instellen van de lens ................................................28
Gebruik van de lensverschuivingsschijf ................. 29
Opstellen van het scherm ....................................... 30
Schermgrootte en projectie-afstand ........................ 31
Projecteren van een spiegelbeeld/omgekeerd
beeld .................................................................... 32
Basisbediening
Beeldprojectie ................................................... 34
5
Basisprocedure .......................................................34
Kiezen van de taal van het in-beeld-display ...........36
Uitschakelen van de stroom ................................... 37
Keystone-correctie en aanpassen van de
verticale grootte .......................................... 38
Onderdelen van de menubalk .......................... 40
Gebruik van het menuscherm.......................... 42
Menuselectie (bijstellingen) .....................................42
Menuselectie (instellingen) ..................................... 44
Instellen van het beeld...................................... 46
De positie van het beeld selecteren ........................ 46
Instellen van beeldvoorkeuren ................................ 47
Kiezen van de gammapositie ..................................47
De C.M.S. positie selecteren ...................................48
Speciale instellingen .............................................. 48
IP functie ..................................................................49
Benadrukken van het contrast ................................ 50
Beeldruisonderdruking (Ruisonderdr.) (DNR) ........ 50
De contouren in het beeld (DFC) versterken...........51
Alle ingestelde onderdelen resetten........................51
Gamma-instelling .............................................. 52
Kiezen van de gammapositie ..................................52
Instellen van de gammacurve .................................53
Color Management System (C. M. S.) .............. 54
De C.M.S. positie (C.M.S Position) Instellen ........... 54
De doelkleur selecteren...........................................54
De helderheid van de doelkleur instellen ............... 55
De chromatische waarde van de doelkleur
instellen .................................................................. 55
De tint van de doelkleur instellen ............................ 55
Door de gebruiker ingestelde kleurinstellingen
herstellen ............................................................. 56
Overzicht van alle kleurinstellingen ........................ 56
Instellen van computerbeelden ....................... 57
Wanneer Automat. sync. op OFF staat................... 57
Opslaan van instellingen .........................................57
Selecteren van instellingen..................................... 58
Instellen van speciale functies ................................ 58
Controleren van het ingangssignaal........................59
Instellen van de automatische synchronisatie........ 59
Automatische synchronisatie displayfunctie ........... 60
-3
Inhoud
Gebruiksvriendelijke functies
Kiezen van de beeldweergavefunctie.............. 62
Instelbare functie hoge helderheid/hoog
contrast ........................................................ 65
Digitale verschuivingsfunctie .......................... 66
Ondertitelinstelling ........................................... 66
LED-Uit-functie .................................................. 67
Weergeven van de gebruikstijd van de lamp ......
Instellen van het in-beeld-display.................... 68
Kiezen van het signaaltype .............................. 69
Instellen van het videosignaal ......................... 70
Instellen van een achtergrondbeeld ................ 70
De spaarmodus selecteren .............................. 71
Instellen van de energiespaarstand ........................71
RS-232C-uitschakelfunctie ..................................... 71
Automatische uitschakeling ................................... 72
De transmissiesnelheid selecteren
(RS-232C) ..................................................... 72
De geprojecteerde beelden
omkeren/weergeven in spiegelbeeld ......... 73
Weergeven van alle instellingen ...................... 74
67
Aanhangsel
Onderhoud ......................................................... 76
Schoonmaken van de ventilatieopeningen .... 77
Onderhoudsindicators...................................... 78
Over de lamp ..................................................... 80
Lamp ...................................................................... 80
Waarschuwing in verband met de lamp................. 80
Vervangen van de lamp ......................................... 80
Verwijderen en installeren van de lampeenheid...... 81
Terugstellen van de lamptimer ................................ 82
Toeknning van de aansluitpinnen ................... 83
(RS-232C) Specificatie en
opdrachtinstellingen ................................... 84
Specificatie afstandsbediening met kabel ...... 87
Table met compatibele computers .................. 88
Oplossen van problemen ................................. 89
Technische gegevens ....................................... 91
Afmetingen ........................................................ 92
Verklarende woordenlijst .................................. 93
Index ................................................................... 94
-4
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOORZICHTIG: Lees al deze veiligheidsvoorschriften alvorens de projector voor het eerst in
gebruik te nemen. Bewaar deze veiligheidsvoorschiften zodat u er later een beroep op kunt doen.
Voor uw eigen veiligheid en een lange levensduur van de projector dient u de volgende “BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN” te lezen alvorens de projector te gebruiken. Bij het ontwerp en de productie van deze projector stond uw persoonlijke veiligheid centraal. EEN ONJUIST GEBRUIK KAN ECHTER ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF BRAND VEROORZAKEN. Om de veiligheidsvoorzieningen ingebouwd in deze projector niet teniet te doen, neemt u de volgende simpele regels goed in acht bij de installatie, het gebruik en het onderhoud van de projector.
Inleiding
1. Trek de stekker van het netsnoer van de projector uit het stopcontact alvorens het apparaat te reinigen.
2. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of sprays. Reinig het apparaat uitsluitend met een vochtige doek.
3. Voorkom problemen en gebruik geen hulpstukken die niet door de fabrikant van de projector worden aanbevolen.
4. Gebruik de projector niet in de buurt van water; bijvoorbeeld in de buurt van een bad, wastafel, aanrecht, wasmachine, zwembad of een vochtige kelder, enz. Wees voorzichtig dat geen vloeistof in de projector komt.
5. Plaats de projector niet op een wankel rek, tafel of kar. De projector zou namelijk kunnen vallen en een kind of volwassene ernstig kunnen verwonden en/of het apparaat ernstig kunnen beschadigen.
6. Muur- of plafondbevestiging—Het bevestigen van de projector tegen een muur of aan het plafond mag uitsluitend volgens de aanbevelingen van de fabrikant worden gedaan.
7. In het geval de projector op een verplaatsbaar rek is geplaatst, dient deze voorzichtig te worden verplaatst. Het rek zou namelijk om kunnen vallen in geval van plotseling stoppen, overmatige druk en verplaatsing over ongelijke oppervlakken.
8. Gleuven en openingen in het achter- en onderpaneel van de behuizing dienen voor ventilatie. Voor een veilige werking van de projector en bescherming tegen overhitting, mogen de ventilatieopeningen nooit worden geblokkeerd of afgedekt. De ventilatieopeningen mogen nooit met een doek of dergelijke worden geblokkeerd.
9. De projector mag nooit in de buurt van of boven een verwarmingstoestel of luchtuitlaatrooster worden geplaatst. De projector mag niet in een kast of dergelijke, zoals een boekenkast, worden ingebouwd, tenzij voor een goede ventilatie wordt gezorgd.
10. De projector mag uitsluitend met de stroomvoorzienings-bron worden gebruikt die op het achterpaneel van de projector is aangegeven of zoals in de technische gegevens is vermeld. Raadpleeg uw projector dealer of uw plaatselijk elektriciteitsbedrijf indien u niet zeker bent van het type stroomvoorziening in uw huis.
11. Plaats de projector niet op een plaats waar personen gemakkelijk op het snoer kunnen gaan staan.
12. Volg alle waarschuwingen en aanwijzigingen op die op de projector zijn aangegeven.
13. Voorkom beschadiging van de projector door blikseminslag en spanningsfluctuaties in de stroomleiding door de stekker uit het stopcontact te trekken wanneer u de projector niet gebruikt.
14. Overbelast stopcontacten en verlengsnoeren niet door er te veel apparaten op aan te sluiten. Dit kan elektrische schokken of brand veroorzaken.
15. Duw nooit voorwerpen via de openingen in de behuizing van de projector naar binnen, omdat deze onderdelen die onder hoogspanning staan kunnen raken of kortsluiting kunnen veroorzaken. Hierdoor kunnen elektrische schokken of brand worden veroorzaakt.
16. Probeer de projector niet zelf te repareren. U stelt zichzelf mogelijk aan gevaarlijke stroomstoten en andere problemen bloot wanneer de afdekplaten worden verwijderd of geopend. Laat reparatie over aan erkend onderhoudspersoneel.
17. Trek onder de volgende omstandigheden de stekker van de projector uit het stopcontact en laat reparatie over aan erkend onderhoudspersoneel:
a. Indien het netsnoer of de stekker is
beschadigd of gerafeld.
b. Indien er vloeistof in de projector is
gekomen.
c. Indien de projector is blootgesteld aan regen
of water.
d. Indien de normale aanwijzigingen worden
gevolgd maar de projector niet juist functioneert. Gebruik alleen de bedieningsorganen die in de gebruiksaanwijzing worden beschreven. Onjuiste instelling van andere bedieningsorganen kunnen het apparaat mogelijk beschadigen met het gevolg dat reparatiewerkzaamheden voor een juiste werking van de projector door erkend onderhoudspersoneel moeilijker en duurder kunnen worden.
e. Indien de projector is gevallen of de
behuizing is beschadigd.
f. Indien de projector duidelijk minder goed
functioneert. Dit duidt erop dat het tijd is voor onderhoud.
-5
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
18. Controleer dat het onderhoudspersoneel tijdens het vervangen van onderdelen alleen de door de fabrikant aanbevolen onderdelen gebruikt, met dezelfde karakteristieken als de originele onderdelen. Het gebruik van andere onderdelen kan brand, een elektrische schok of andere problemen veroorzaken.
19. De projector is uitgerust met een van de volgende typen stekkers. Raadpleegt u alstublieft uw elektricien als deze stekker niet past in uw stopcontact.
Maak de veiligheidsvoorzieningen van de stekker niet onklaar.
a. Tweedraads type netstroomstekker. b. Driedraads geaard type netstroomstekker
met aardcontact. Deze stekker zal alleen passen in een
geaard stopcontact.
Digital Light Processing, DLP, Digital Micromirror Device en DMD zijn handelsmerken van Texas Instru­ments.
Microsoft en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
PC/AT is een gedeponeerd handelsmerk van International Business Machines Corporation in de Verenigde Staten.
Adobe Acrobat is een handelsmerk van Adobe Systems Incorporated.
Macintosh is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer, Inc. in de Verenigde Staten en/of
andere landen.
Alle andere bedrijfs- of productnamen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
-6
Lees de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u uw projector opstelt.
Voorzichtig met de lampeenheid
Als de lamp gesprongen is, kunnen glassplinters gevaar veroorzaken. Indien de lamp gesprongen is, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer of servicecentrum om de lamp te laten vervangen. Zie “Vervangen van de lamp” op bladzijden 80-82.
CAUTION PRECAUCIÓN PRÉCAUTION
BQC-XVZ100005
Voorzichtig bij het opstellen van de projector
Met het oog op een minimaal onderhoud en het behoud van een hoge beeldkwaliteit beveelt SHARP aan deze projector te installeren in een ruimte die vrij is van vocht, stof en sigarettenrook. Wanneer de projector aan vocht, stof of rook wordt blootgesteld, moet de lens vaker dan normaal worden gereinigd. Gebruik van de projector in dit soort ruimten zal de levensduur van de projector niet verkorten mits u de pro­jector regelmatig laat reinigen. Het reinigen van het inwendige gedeelte van de projector mag uitsluitend door een erkende Sharp projector dealer of servicecentrum worden uitgevoerd.
Stel de projector niet op in ruimten die blootstaan aan direct zonlicht of fel licht.
Plaats het scherm zo dat het zich niet in direct zonlicht of kamerverlichting bevindt. Licht dat direct op het scherm valt, zal de kleuren doen verbleken en het kijken bemoeilijken. Doe de gordijnen dicht en dim de verlichting wanneer u het scherm opstelt in een zonnige of fel verlichte ruimte.
De projector kan veilig worden gekanteld tot een hoek van maximaal 5 graden.
U dient de projector onder een hoek van maximaal ±5 graden te installeren.
Stel de projector niet bloot aan sterke schokken en/ of trillingen.
Wees voorzichtig met de lens en vermijd dat het oppervlak ervan wordt geraakt of beschadigd.
Gun uw ogen af en toe wat rust.
Het ononderbroken kijken naar het scherm gedurende uren zal uw ogen vermoeien. Geef uw ogen af en toe wat rust.
Vermijd plaatsen met hoge of lage temperaturen.
De bedrijfstemperatuur voor de projector ligt tussen +5°C en +35°C
De opslagtemperatuur voor de projector ligt tussen –20°C en +60°C
Blokkeer de uitlaat- en inlaatopeningen niet.
Laat tenminste 30 cm ruimte tussen de uitlaatopening en de dichtstbijzijnde wand of ander obstakel.
Controleer of de inlaatopening en de ventilatiegleuven niet geblokkeerd zijn.
Als de koelventilator geblokkeerd wordt, zal een veiligheidsvoorziening de projector automatisch in standby schakelen. Dit duidt niet op een defect. netsnoer van de projector uit het stopcontact en wacht minstens 10 minuten. Plaats de projector zodanig dat de inlaat- en uitlaatopeningen niet zijn geblokkeerd, steek dan de stekker weer in en zet de projector aan. De projector zal vervolgens weer normaal functioneren.
Haal de stekker van het
Voorzichtig bij het vervoeren van de projector
Tijdens het vervoer moet u ervoor zorgen dat de projector niet onderhevig is aan sterke schokken en/of trillingen, aangezien dit beschadiging kan veroorzaken. Wees bijzonder voorzichtig met de lens. Alvorens de projector te verplaatsen, trekt u het netsnoer uit het stopcontact en maakt u alle andere kabels die erop aangesloten zijn los.
Andere aangesloten apparatuur
Bij het aansluiten van een computer of andere audiovisuele apparatuur op de projector brengt u de aansluitingen tot stand NADAT u het netsnoer van de projector uit het stopcontact hebt getrokken en de aan te sluiten apparatuur hebt uitgeschakeld.
Lees de gebruiksaanwijzingen van de projector en de aan te sluiten apparatuur door en volg de instructies betreffende de aansluitingen.
Temperatuur-verklikkerfunctie
Wanneer de projector oververhit raakt vanwege een verkeerde instelling of geblokkeerde ventilatiegleuven, gaan en links onder in het beeld knipperen. zal de lamp uitgaan en zal de temperatuurindicator (TEMP.) op de projector gaan knipperen. Vervolgens zal de projector na een afkoelperiode van 90 seconden zichzelf in standby schakelen. Onderhoudsindicators op bladzijde 78 voor meer informatie.
Als de temperatuur nog verder oploopt,
Zie
Info
De koelventilator regelt de binnentemperatuur automatisch. Daarom kan het geluid van de ventilator veranderen tijdens het gebruik van het apparaat. Dit duidt niet op een defect.
Trek de stekker van het netsnoer niet uit het stopcontact tijdens de projectie of de werking van de koelventilator. Dit kan be­schadiging veroorzaken door het stijgen van de binnentemperatuur, aangezien de koelventilator eveneens uitgeschakeld wordt.
Inleiding
-7
Toegang krijgen tot de PDF-gebruiksaanwijzingen van SharpVision Manager
De cd-rom bevat gebruiksaanwijzingen in PDF-formaat in verscheidene talen voor de SharpVision Manager bioscoopprojector-software. Om deze gebruiksaanwijzingen te kunnen gebruiken, moet Adobe Acrobat Reader geïnstalleerd zijn op uw PC (Windows of Macintosh). Als u Acrobat Reader nog niet heeft, kunt u dit programma installeren vanaf de CD-ROM.
Installeren van Acrobat Reader vanaf de CD-ROM
Voor Windows:
1 Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station. 2 Start Explorer op. 3 Dubbelklik op het CD-ROM-station. 4 Dubbelklik op de map ACROBAT”. 5 Dubbelklik op de taal (naam van de map) die u
wilt bekijken.
6 Dubbelklik op het installatieprogramma en volg
de instructies op het scherm.
Voor andere besturingssystemen:
Download de juiste versie van Acrobat Reader van het internet (http://www.adobe.com).
Voor andere talen:
Als u liever Acrobat Reader wilt hebben in een versie of in een taal die niet op de CD-ROM staat, dan kunt u deze van het internet halen.
Voor Macintosh:
1 Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station. 2 Dubbelklik op het CD-ROM-pictogram. 3 Dubbelklik op de map ACROBAT”. 4 Dubbelklik op de taal (naam van de map) die u
wilt bekijken.
5 Dubbelklik op het installatieprogramma en volg
de instructies op het scherm.
Openen van de PDF-gebruiksaanwijzingen
Voor Windows:
1 Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station. 2 Start Explorer op. 3 Dubbelklik op het CD-ROM-station. 4 Dubbelklik op de map MANUALS”. 5 Dubbelklik op de taal (naam van de map) die u
wilt openen.
6 Dubbelklik op het pdf-bestand “SVM2 om de
gebruiksaanwijzing van SharpVision Manager te openen.
Opmerking
Het installatieprogramma van SharpVision Manager start automatisch op, zodra u de CD-ROM in het cd­romstation van uw computer heeft gestopt. In dit geval dient u de installatie af te breken door op “Cancel” te klikken.
Als u het gewenste PDF-bestand niet kunt openen door te dubbelklikken met de muis, dient u eerst Acro­bat Reader op te starten en daarna het gewenste bestand op te geven via het menu File, Open”.
Lees het bestand “readme.txt op de cd-rom voor belangrijke informatie die niet is opgenomen in deze handleiding.
Voor Macintosh:
1 Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station. 2 Dubbelklik op het CD-ROM-pictogram. 3 Dubbelklik op de map MANUALS”. 4 Dubbelklik op de taal (naam van de map) die u
wilt openen.
5 Dubbelklik op het pdf-bestand “SVM2 om de
gebruiksaanwijzing van SharpVision Manager te openen.
-8
Korte gebruiksaanwijzing
Op deze pagina wordt aan de hand van een voorbeeld uitgelegd hoe de projector en de videoapparatuur wordt aangesloten vanaf de installatie tot aan de projectie. Zie iedere pagina voor uitgebreide informatie.
○○○○○○○○○○○○○
Vereiste apparatuur
Projector Afstandsbediening
Plaatsen van de batterijen.
(bladzijde 13)
Netsnoer
Videoapparatuur
Composiet videokabel
(in de handel verkrijgbaar)
Inleiding
1. Richt de lens van de projector naar de muur of
het projectiescherm.
Aansluiten op de videoapparatuur. (bladzijde
2.
Composiet videokabel
(in de handel verkrijgbaar)
Op INPUT 4
Naar video­uitgangsaansluiting
17)
3. Sluit met behulp van een audiokabel de uitgang
van de videoapparatuur aan op de ingang van de audioapparatuur.
4. Steek het netsnoer in de netingang van de
projector en het stopcontact. (bladzijde 16, 34)
5. Verwijder het lensdopje van de lens. (bladzijde
10)
Lensdop
6. Schakel de projector in met behulp van de op de afstandsbediening. (bladzijde 34)
Ingangsfunctietoets (INPUT 4)
7. Druk op de
ON-toets
De bedrijfsindicator licht blaum op.
van de afstandsbediening, als
u INGANG 4 wilt selecteren. (bladzijde 35)
"In-beeld-display
8. Schakel de videoapparatuur in.
AAN
9. Speel de video af.
10
. Stel de beeldgrootte, de positie van het
geprojecteerde beeld en de scherpte in. (bladzijde 28, 29)
Stel de scherpte (focus) in door aan de scherpstelring te draaien.
Stel de zoom in met behulp van de zoomknop.
Stel de hoogte van het beeld in, door aan de lens-shift­knop te draaien.
Netsnoer
Opmerking
Deze projector kan zowel aangesloten worden op
een computer als op videoapparatuur. (bladzijde 22)
-9
Benaming van de onderdelen
Nummers in verwijzen naar de hoofdpagina’s in deze gebruiksaanwijzing waar het onderwerp wordt uitgelegd.
Projector (voor- en bovenaanzicht)
Insteltoetsen
(", ', \, |)
Voor het selecteren van
Voor het instellen van in het
Toets voor ongedaan
Voor het ongedaan maken van
verschuivingschijf
menu-items.
Invoertoets (ENTER)
menu geselecteerde of
gewijzigde items.
maken (UNDO)
een bediening of het
terugkeren naar de
standaardinstellingen.
Lens-
29
Zoomknop
28
43
43
43
MENU-toets (MENU)
42
Voor het weergeven van instelschermen.
Schermgroottetoets
62
(RESIZE)
Voor het veranderen van de schermgrootte (ZIJBALK, SLIMME REK, enz.).
Ingangsfunctietoets
35
(INPUT)
Voor het inschakelen van ingangsfunctie 1, 2, 3, 4 of 5.
ON-toets
34
Schakelt het apparaat in.
STANDBY-toets
37
Schakelt de projector in standby.
78
Temperatuurindicator (TEMP.)
Wanneer de binnentemperatuur stijgt, licht deze indicator rood op.
Lampindicator (LAMP)
78
Licht blauw op wanneer de projector normaal werkt Vervang de lamp wanneer de indicator rood oplicht.
.
Scherpstelring
Stelvoetjes
Lensdop
28
27
Monteren en verwijderen van de lensdop
Druk op de twee toetsen van de lensdop en monteer hem op de lens. Laat de toetsen dan los om de dop op zijn plaats te vergrendelen.
Druk op de twee toetsen van de lensdop en
verwijder hem van de lens.
-10
Bedrijfsindicator
34
Licht rood op wanneer de projector in stand-by staat. Wanneer het apparaat wordt ingeschakeld, licht deze indicator blauw op.
Inlaatopening
27
Stelvoetjes
13
Afstandsbedieningssensor
De afbeeldingen en schermweergaven in deze gebruikssaanwijzing zijn vereenvoudigd omwille van de duidelijkheid en kunnen enigszins verschillen van de werkelijke weergave.
Projector (achteraanzicht)
3
INPUT 3-aansluiting
17
Aansluiting voor videoapparatuur met S-VIDEO-aansluiting.
Inleiding
INPUT 1-aansluitingen
Aansluitingen voor
component- en
RGB-signalen.
INPUT 5-aansluiting
Aansluiting voor DV
digitaal-, computer
RGB- en
component-
signalen.
INPUT 2-aansluitingen
Aansluitingen voor
component- en RGB-
signalen.
Netingang
Inlaatopening
18
19
18
16
77
RS-232C-aansluiting
25
Voor bediening van de projector via een computer.
DC 12V OUTPUT­aansluiting
Aansluiting voor
26
WIRED REMOTE­ingang
INPUT 4-aansluiting
17
Voor het aansluiten van videoapparatuur.
Inlaatopening
77
Kensington Security
Standard-connector
Uitlaatopening
Afstandsbediening-
ssensor
77
13
Rubberdop
Het aansluitingenkapje kan worden bevestigd na het verwijderen van de rubberdop.
Gebruik van het Kensington-slot
Deze projector heeft een Kensington Security Standard-connector voor het gebruik van een Kensington MicroSaver veiligheidssysteem. Zie de bij het systeem geleverde informatie voor instructies betreffende het gebruik ter beveiliging van de projector.
Gebruik van het aansluitingenkapje
Wanneer de projector op een tafel wordt gebruikt of op een hoge plaats of aan het plafond wordt gemonteerd, breng dan het (bijgeleverde) aansluitingenkapje aan om de aansluitkabels te verbergen.
3
DRUKKEN
Bevestigen van het aansluitingenkapje
Plaats het haakje op het aansluitingenkapje tegenover de
1
uitsparing in het haakje op de achterkant van de projector.
2
Druk het haakje in de door de pijl aangegeven richting om het
1
1
2
aansluitingenkapje vast te maken op de projector.
3
Plaats het aansluitingenkapje in de bevestigingsgroef op de pro-
jector terwijl u de lipjes aan de binnenkant van het
Verwijder de rubberdop van de projector en bevestig de klemmen.
aansluitingenkapje met uw vingers naar buiten drukt.
-11
Benaming van de onderdelen
Afstandsbediening (vooraanzicht)
Schakelt de projector in standby.
STANDBY-toets
Trapeziumvormtoets (KEYSTONE)
Om de trapeziumvormcorrectie of
de instelling van de verticale
grootte aan te passen.
Invoertoets (ENTER)
Voor het instellen van in het menu
geselecteerde of gewijzigde items.
Toets voor ongedaan maken
(UNDO)
Voor het ongedaan maken van een
bediening of het terugkeren naar de
standaardinstellingen.
Automatische-synchroni-
satietoets (AUTO SYNC)
Voor het automatisch afstellen van
beelden bij aansluiting op een
computer.
RGB/COMP.-toets
Om te wisselen tussen de
respectievelijke
ingangssignaaltypes.
37
38
43
43
59
69
ON-toets
34
Schakelt het apparaat in.
Menu-toets (MENU)
42
Voor het weergeven van instelschermen.
Insteltoetsen
43
(", ', \, |)
Voor het selecteren van menu-items.
35
Ingangsfunctietoetsen (INPUT)
Om te wisselen tussen de verschillende ingangsmodi.
Schermgroottetoets (RESIZE)
62
Voor het veranderen van de schermgrootte (ZIJBALK, SLIMME REK, enz.).
Beeldinsteltoets (PICTURE SETTING)
46
Voor het selecteren van de positie van het beeld.
IRIS-toets
65
Voor het activeren van de HOGE­HELDERHEIDSMODUS, de
GEMIDDELDE MODUS en de HOOG-CONTRASTMODUS”.
Achterverlichtingtoets (LIGHT)
Om alle toetsen op de afstandsbediening te doen oplichten.
Afstandsbediening (bovenaanzicht)
Signaalzenders voor afstandsbediening
-12
13
Bedrade R/C aansluting
26
(WIRED R/C JACK)
Hier sluit u de afstandsbediening aan op de projector.
Gebruik van de afstandsbediening
Bereik van de afstandsbediening
De afstandsbediening kan worden gebruikt om de projector te bedienen binnen het op de afbeelding aangegeven bereik.
Opmerking
Het signaal van de afstandsbediening kan voor het gemak via
een scherm weerkaatst worden. De afstand die door het signaal overbrugd kan worden, kan echter verschillen afhankelijk van het materiaal van het scherm.
Bij gebruik van de afstandsbediening:
Let erop dat u de afstandsbediening niet laat vallen of blootstelt
aan vocht of hoge temperaturen.
De afstandsbediening zal mogelijk niet goed werken onder een
fluorescentielamp. In dat geval plaatst u de projector op een grotere afstand van de fluorescentielamp.
Plaatsen van de batterijen
De batterijen (twee batterijen van AA”- formaat) zitten in de verpakking.
Afstandsbediening
45˚
45˚
30˚
Afstandsbediening
Inleiding
7 m
30˚
30˚
1
Trek het lipje op het deksel naar beneden en verwijder het deksel in de richting van de pijl.
2
Plaats de meegeleverde batterijen.
Zorg er bij het plaatsen van de batterijen voor dat de poolaanduidingen overeenkomen met de tekens
en in het batterijvak.
3 Steek de onderste lip op het
deksel in de opening en duw het deksel naar beneden totdat het op zijn plaats klikt.
Onjuist gebruik van de batterijen kan lekkage of ontploffing veroorzaken. Neem de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht.
Voorzichtig
Zorg er bij het plaatsen van de batterijen voor dat de poolaanduidingen overeenkomen met de tekens en in het batterijvak.
Verschillende types van batterijen hebben verschillende eigenschappen. Gebruik daarom geen verschillende types van batterijen tegelijk.
Gebruik geen nieuwe en oude batterijen tegelijk. Dit kan de levensduur van nieuwe batterijen verkorten of lekkage van oude batterijen veroorzaken.
Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening wanneer ze leeg zijn, zo niet kunnen ze gaan lekken. Vloeistof die uit batterijen is gelekt is schadelijk voor uw huid. Veeg daarom de batterijen eerst schoon alvorens ze met een doek te verwijderen.
Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
De bij de projector geleverde batterijen zullen mogelijk vlug opgebruikt zijn afhankelijk van de manier waarop ze bewaard worden. Vervang ze zo vlug mogelijk door nieuwe batterijen wanneer ze leeg zijn.
Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening als u de afstandsbediening voor een lange periode niet gaat gebruiken.
-13
Accessoires
Meegeleverde accessoires
Netsnoer (1)
Afstandsbediening Twee AA-batterijen
(2)
(3)
Voor Europa (uitgezonderd het Verenigd Koninkrijk) en Korea
Voor het Verenigd Koninkrijk, Hong Kong en Singapore
Voor Australië en Nieuw-Zeeland
Opmerking
Afhankelijk van de bestemming zullen de projectors verscheept worden met slechts één netsnoer (zie
hierboven). Gebruik het netsnoer dat geschikt is voor het stopcontact in uw land.
DVI-naar 15-pins D-sub-adapter
CD-ROM (SharpVision Manager)
Video kabel
21-pins conversiestekker (Enkel leverbaar in Europa)
Lensdop (bevestigd)
Gebruiksaanwijzing
SharpVision Manager gebruikaanwijzing
Aansluitingenkapje
Optionele accessoires
3 RCA- naar 15-pins D-sub-kabel (3,0m) AN-C3CP DVI kabel (3,0m) AN-C3DV
Opmerking
Afhankelijk van de regio zijn bepaalde kabels zijn mogelijk niet beschikbaar. Neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sharp projector dealer of servicecentrum.
-14
Aansluiten en opstellen
Aansluiten en opstellen
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Alvorens aan te sluiten
Opmerking
Alvorens aan te sluiten, moet u ervoor zorgen dat het netsnoer van de projector uit het stopcontact is getrokken en dat de aan te sluiten apparaten uitgeschakeld zijn. Wanneer u alle aansluitingen heeft gemaakt, schakelt u eerst de projector en vervolgens de andere apparaten in. Bij aansluiting op een computer moet u de computer als laatste inschakelen nadat u alle aansluitingen heeft gemaakt.
Lees de gebruiksaanwijzing van de aan te sluiten apparaten door alvorens ze aan te sluiten.
Deze projector kan worden aangesloten op:
Videoapparatuur:
Een videorecorder, DVD-speler of ander videoapparaat (Zie bladzijde 17.)
Een DVD-speler of DTV*-decoder (Zie bladzijde 18.)
DTV is de algemene term die wordt gebruikt voor het nieuwe digitale televisiesysteem in de Verenigde Staten.
*
Een computer met behulp van:
DVI-naar 15-pins D-sub-adapter (Zie bladzijde 22.)
Een DVI-kabel (Zie bladzijde 23.)
Een RS-232C-kabel (Zie bladzijde 25.)
Aansluiten van het netsnoer
Steek het meegeleverde netsnoer in de netingang op de achterkant van de projector.
Meegeleverd accessoire
Netsnoer
-16
-16
Netsnoer
Aansluiten op videoapparatuur
Aansluiting op videoapparatuur met een S-video- of een composietvideokabel
(INPUT
3 of 4)
Met behulp van een S-video- of een composite videokabel kan een videorecorder of andere audiovisuele apparatuur aangesloten worden op INGANG 3 of INGANG 4.
1 Sluit een S-videokabel of een
composite videokabel aan op de projector.
S-videokabel: op INPUT 3
Composite videokabel: op INPUT 4
2
Sluit de hierboven genoemde kabel aan op de videoapparatuur.
S-videokabel: op S-video-uitgang
Composite videokabel: op video-
uitgang
Opmerking
De INPUT 3-aansluiting (S-VIDEO) gebruikt een videosignaalsysteem waarbij het beeld in kleuren en helderheidssignalen wordt opgesplitst om een beeld van hogere kwaliteit te realiseren. Om een beeld van hogere kwaliteit te bekijken, sluit u de IN­PUT 3-aansluiting op de projector en de S­video-uitgang op de videoapparatuur aan met een S-video-kabel.
Meegeleverd accessoire
Composiet videokabel *Maak hiervan gebruik als u iets wilt
aansluiten op videoapparatuur, die voorzien is van een S-video-uitgang.
Naar video-uitgangsaansluiting
Video kabel
S-videokabel (in de handel verkrijgbaar) *Maak hiervan gebruik als u iets
wilt aansluiten op videoapparatuur, die voorzien is van een S-video-uitgang.
Op INPUT 3
Op INPUT 4
Naar S-VIDEO­uitgangsaansluiting
Videorecorder of ander
videoapparaat
Aansluiten en opstellen
-17
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Aansluiting op componentvideoapparatuur met een componentkabel (INPUT 1 of 2)
Gebruik een componentkabel om componentvideo­apparatuur, zoals DVD-spelers en DTV*-decoders, aan te sluiten op de aansluiting INPUT 1 of 2.
* DTV is de algemene term die wordt gebruikt voor
het nieuwe digitale televisiesysteem in de Verenigde Staten.
Op INPUT 1 of 2
1 Sluit een componentkabel aan
op de projector.
2 Sluit de hierboven genoemde
kabel aan op de component videoapparatuur.
Componentkabel
(in de handel verkrijgbaar)
Opmerking
Wanneer u de projector op deze manier op het videoapparaat aansluit, kiest u
Component als Signaaltype in het menuOpties of kiest u de componentfunctie
door drukken. Zie bladzijde 69.
Stel de “Resolutie van Speciale functies in op 480P tijdens de invoer van een 480P-signaal. Zie bladzijde 58.
op de afstandsbediening in te
Naar analoge component­uitgangsaansluiting
DVD-speler of DTV*-decoder
-18
Aansluiting op RGB­videoapparatuur met een 5 RCA RGB-kabel (INPUT 1 of 2)
Gebruik een 5 RCA RGB-kabel om RGB­videoapparatuur, zoals DVD-spelers en DTV*-decod­ers, aan te sluiten op de aansluiting INPUT 1 of 2. * DTV is de algemene term die wordt gebruikt voor het
nieuwe digitale televisiesysteem in de Verenigde Staten.
1 Sluit een 5 RCA RGB-kabel aan
op de projector.
2 Sluit de hierboven genoemde
kabel aan op de RGB­videoapparatuur.
(in de handel verkrijgbaar)
Opmerking
Wanneer u de projector op deze manier op het videoapparaat aansluit, kiest u “RGB” als “Signaaltype” in het menu “Opties” of kiest u de RGB-functie door in te drukken. Zie bladzijde 69.
De aansluitingen (HD/C sync) en (VD) kunnen worden gebruikt, afhankelijk van de specificaties van de DTV- decoder die op deze projector is aangesloten. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de DTV-decoder voor nadere bijzonderheden.
op de afstandsbediening
Naar analoge RGB­uitgangsaansluiting
Meegeleverd accessoire
Op INPUT 1 of 2
Aansluiten en opstellen
5 RCA RGB-kabel
DVD-speler of DTV*-decoder
DVI-naar 15-pins D-sub-adapter
Aansluiten op RGB­videoapparatuur met behulp van de DVI-naar 15-pin D-sub-adapter en de RGB-kabel (INPUT 5)
1
Sluit een DVI-naar 15-pin D-sub­adapter aan op de projector.
Op INPUT 5
2 Sluit de hierboven genoemde
adapter aan op de RGB-kabel.
3 Sluit de hierboven genoemde kabel
aan op de RGB-videoapparatuur.
Zet de stekkers stevig vast door de schroeven vast te draaien.
Opmerking
Wanneer u de projector op deze manier op het videoapparaat aansluit, kiest u A. RGB als Signaaltype in het menu Opties of kiest u de A. RGB-functie door
op de afstandsbediening in te
drukken. Zie bladzijde 69.
DVI-naar 15-pins D-sub-adapter
(in de handel verkrijgbaar)
RGB-kabel
Naar de RGB
uitgangsaansluiting
DVD-speler of DTV*-decoder
-19
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Aansluiting op compo­nentvideoapparatuur met een 3 RCA-naar 15­pins D-Sub-kabel en de DVI naar 15-pins D-Sub­adapter (INPUT 5)
Gebruik een 3 RCA-naar 15-pins D-Sub-kabel en de DVI-naar 15-pins D-Sub-adapter om componentvideoapparatuur, zoals DVD­spelers en DTV*-decoders, aan te sluiten op de aansluiting INPUT 5.
* DTV is de algemene term die wordt gebruikt
voor het nieuwe digitale televisiesysteem in de Verenigde Staten.
1
Sluit een DVI-naar 15-pin D-sub­adapter aan op de projector.
2 Sluit een 3 RCA-naar 15-pin D-
sub-kabel aan op de hierboven genoemde adapter.
Meegeleverd accessoire
Optioneel accessoire
Op INPUT 5
DVI-naar 15-pins D-sub-adapter
3 RCA- naar 15­pins D-sub-kabel Type: AN-C3CP (3,0 m)
Zet de stekkers stevig vast door de schroeven vast te draaien.
3
Sluit de hierboven genoemde kabel aan op de videoapparatuur.
Opmerking
Kies het ingangssignaaltype van het videoapparaat. Zie bladzijde 69.
-20
-20
DVI-naar 15-pins D-sub-adapter
3 RCA- naar 15-pins
D-sub-kabel
(los verkrijgbaar)
Naar analoge
component-
uitgangsaansluiting
DVD-speler of DTV*-decoder
Aansluiten op de HDMI­uitgang van videoapparatuur met behulp van een DVI naar HDMI-kabel (INPUT 5)
Gebruik een DVI- naar HDMI-kabel als u HDMI videoapparatuur, zoals DVD-spelers, aansluit op INPUT 5.
1 Sluit een DVI- naar HDMI-kabel
aan op de projector.
Zet de stekkers stevig vast door de schroeven vast te draaien.
2
Sluit de hierboven genoemde kabel aan op de videoapparatuur.
Op INPUT 5
Aansluiten en opstellen
DVI- naar HDMI-kabel (in de handel verkrijgbaar)
Op HDMI-uitgang
Opmerking
Kies het ingangssignaaltype van het videoapparaat. Zie bladzijde 69.
Alvorens aan te sluiten, moet u ervoor zorgen dat het netsnoer van de projector uit het stopcontact is getrokken en dat de aan te sluiten apparaten uitgeschakeld zijn. Wanneer u alle aansluitingen heeft gemaakt, schakelt u eerst de projector en vervolgens de andere apparaten in.
Aansluiting op videoapparatuur met DVI­uitgangsaansluiting met de DVI-kabel (INPUT 5)
Gebruik een DVI-kabel als u de DVI-uitgang van videoapparatuur, zoals DVD-spelers, aansluit op INGANG 5.
1 Sluit een DVI-kabel aan op de
projector.
2
Sluit de hierboven genoemde kabel aan op de videoapparatuur.
Zet de stekkers stevig vast door de schroeven vast te draaien.
Opmerking
Kies het ingangssignaaltype van het videoapparaat. Zie bladzijde 69.
Alvorens aan te sluiten, moet u ervoor zorgen dat zowel de projector als de aan te sluiten apparaten uitgeschakeld zijn. Wanneer u alle aansluitingen heeft gemaakt, schakelt u eerst de projector en vervolgens de andere apparaten in.
Videoapparatuur
Optioneel accessoire
Op INPUT 5
DVI kabel (los verkrijgbaar)
Naar DVI-digitale-uitgang
Videoapparatuur
DVI-kabel Type: AN-C3DV
(3,0m)
-21
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Aansluiten van de projector op een computer
Aansluiting op een com­puter met de DVI naar 15-pins D-sub-adapter en de RGB-kabel (INPUT 5)
1
Sluit een DVI naar 15-pin D-sub­adapter aan op de projector.
2 Sluit de hierboven genoemde
adapter aan op de RGB-kabel.
3 Sluit de hierboven genoemde
kabel aan op de computer.
Zet de stekkers stevig vast door de schroeven vast te draaien.
Opmerking
Zie “Tabel met compatibele computers bladzijde 88 voor een lijst met computersignalen die compatibel zijn met de projector. Gebruik van andere dan de vermelde computersignalen kan ertoe leiden dat sommige functies niet werken.
Wanneer u de projector op deze manier op een computer aansluit, kiest u A.RGB als Signaaltype in het menu Opties of kiest u de A.RGB-functie door de afstandsbediening in te drukken. Zie bladzijde 69.
Wanneer een Macintosh-computer wordt gebruikt, is mogelijk een Macintosh­adapter vereist. Neem contact op met uw dichtstbijzijnde erkende Sharp projectordealer of servicecentrum.
Het kan voorkomen dat om beelden te kunnen projecteren de signaaluitvoer van de computer naar de externe uitgang moet omschakelen, maar dit hangt af van uw com­puter. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw computer voor informatie over het omschakelen van de signaaluitgang.
op
Meegeleverd accessoire
Op INPUT 5
DVI-naar 15-pins D-sub-adapter
(in de handel verkrijgbaar)
Naar de RGB uitgangsaansluiting
Notebookcomputer
DVI-naar 15-pins D-sub-adapter
RGB-kabel
-22
-22
Aansluiting op een computer met een DVI­kabel (INPUT 5)
1 Sluit een DVI-kabel aan op de
projector.
Optioneel accessoire
DVI-kabel Type:AN-C3DV
(3,0m)
2 Sluit de hierboven genoemde
kabel aan op de computer.
Zet de stekkers stevig vast door de schroeven vast te draaien.
Opmerking
Verander het signaaltype in “A.RGB ofD PC RGB afhankelijk van het feit of het
uitgangssignaal van de computer analoog of digitaal is. Zie bladzijde 69.
Alvorens u gaat aansluiten dient u het netsnoer van de projector uit het stopcontact te trekken en de aan te sluiten computer uit te schakelen. Nadat u alles heeft aangesloten, dient u eerst de projector in te schakelen en dan de computer.
Zorg ervoor dat de computer het laatste apparaat is dat ingeschakeld wordt, nadat u alles heeft aangesloten.
Aansluiten en opstellen
Op INPUT 5
DVI kabel (los verkrijgbaar)
Naar DVI-digitale-uitgang
Desktopcomputer
-23
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Aansluiten van de schroefkabels
Sluit de duimschroefkabel aan en let daarbij op dat deze
goed in de aansluiting past. Zet vervolgens de connectors goed vast door de schroeven aan beide zijden van de stekker aan te halen.
Verwijder de ferrietring op de RGB-kabel niet.
Ferrietkern
Plug and Play-functie
Deze projector is compatibel met de VESA-standaard DDC 1/DDC 2B. De projector en een VESA
DDC-compatibele computer zullen hun vereiste instellingen aan elkaar doorgeven, wat de installatie versnelt en vergemakkelijkt.
Alvorens de “Plug and Play-functie te gebruiken, moet u de projector als eerste en de computer
als laatste aanzetten.
Opmerking
De DDC “Plug and Play-functie van deze projector werkt uitsluitend bij gebruik met een VESA DDC- compatibele computer.
-24
Bediening via een computer
Bedienen van de projector met een RS-232C-kabel
Wanneer de RS-232C-aansluiting op de pro­jector wordt aangesloten op een computer met een RS-232C-kabel (nulmodem-kruiskabel, in de handel verkrijgbaar los verkocht), kan de computer worden gebruikt om de projector te bedienen en de status van de projector te controleren. Zie bladzijde 84 voor nadere bijzonderheden.
1 Sluit een RS-232C-kabel aan
op de projector.
2 Sluit de hierboven genoemde
kabel aan op de computer.
Zet de stekkers stevig vast door de schroeven vast te draaien.
Aansluiten en opstellen
Naar RS-232C-aansluiting
RS-232C-kabel
(in de handel verkrijgbaar)
Opmerking
Sluit de RS-232C-kabel niet aan of koppel hem niet los van uw computer terwijl hij is ingeschakeld. Dit kan uw computer beschadigen.
Het is mogelijk dat de RS-232C-functie niet werkt als uw computer niet op de juiste wijze is geïnstalleerd. Raadpleeg de handleiding van de computer voor meer informatie.
Naar RS-232C-aansluting
Desktopcomputer
-25
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Gebruik van afstandsbediening met kabel
De afstandsbediening aansluiten op de projector
Als u de afstandsbediening niet draadloos kunt gebruiken vanwege de afstand of positie van de projector (achterprojectie, etc.) sluit u een ø3,5 mm minijack-kabel (in de handel verkrijgbaar of verkrijgbaar als Sharp serviceonderdeel QCNWGA038WJPZ) aan van de aansluiting voor WIRED R/C-aansluiting bovenop de afstandsbediening naar de aansluiting voor WIRED REMOTE-ingang op de projector.
Naar aansluiting voor WIRED REMOTE-ingang
Afstandsbediening
ø3,5 mm minijack-kabel (in de handel verkrijgbaar of verkrijgbaar als Sharp serviceonderdeel QCNWGA038WJPZ)
Naar WIRED R/C JACK (bedrade R/C aansluiting)
-26
Opstellen
Gebruik van de stelvoetjes
U kunt de hoogte van de projector aanpassen met behulp van de stelvoetjes wanneer de pro­jector op een oneffen oppervlak wordt geplaatst of het scherm onder een hoek hangt. De projectie van het beeld kan door het verstellen van de projector worden verhoogd wanneer de projector lager dan het scherm is geplaatst.
1 Druk de ontgrendelknoppen
van de stelvoetjes in en til de projector in de gewenste positie.
2 Laat de ontgrendelknoppen
los. Zodra de stelvoetjes in de juiste stand zijn vergrendeld, laat u de projector los.
Als het scherm onder een hoek hangt, kunnen de stelvoetjes worden gebruikt om de hoek van het beeld aan te passen.
Aansluiten en opstellen
Ontgrendelknoppen
Stelvoetjes
Opmerking
De positie van de projector kan tot 5 graden worden versteld, gemeten vanuit de standaardpositie.
Wanneer de hoogte van de projector is gewijzigd, kan beeldvervorming (trapeziumvervorming) optreden, afhankelijk van de positie van de projec­tor ten opzichte van het scherm. Zie bladzijde 38 voor nadere bijzonderheden over trapeziumvormcorrectie.
Info
Houd de lens niet vast bij het opwaarts of neerwaarts verstellen van de projector.
Let op dat uw vinger niet tussen de instelvoet en de projector komt wanneer u deze laat zakken.
-27
Opstellen
Instellen van de lens
U kunt het beeld scherpstellen en instellen op de gewenste grootte met de scherpstelring of de zoomknop op de projector.
1 U kunt scherpstellen door aan
de scherpstelring te draaien.
2 Zoomen gebeurt door de
zoomknop te bewegen.
Scherpstelring
Scherpstelring
Zoomknop
Inzoomen
Zoomknop
Uitzoomen
-28
Loading...
+ 67 hidden pages