Vul het serienummer in, dat staat aangegeven op het achterpaneel
van de projector. Deze informatie heeft u nodig in geval van verlies
of diefstal. Controleer of alle meegeleverde accessoires, zoals
beschreven onder “Meegeleverde accessoires” op bladzijde 14
van deze gebruiksaanwijzing, inderdaad in de doos aanwezig
zijn voor u de verpakking recyclet.
Modelnummer: PG-A10X-A
Serienummer:
SPECIAL NOTE FOR USERS IN THE U.K.
The mains lead of this product is fitted with a non-rewireable (moulded) plug incorporating a 5A fuse. Should
the fuse need to be replaced, a BSI or ASTA approved BS 1362 fuse marked
above, which is also indicated on the pin face of the plug, must be used.
Always refit the fuse cover after replacing the fuse. Never use the plug without the fuse cover fitted.
In the unlikely event of the socket outlet in your home not being compatible with the plug supplied, cut off the
mains plug and fit an appropriate type.
DANGER:
The fuse from the cut-off plug should be removed and the cut-off plug destroyed immediately and disposed of
in a safe manner.
Under no circumstances should the cut-off plug be inserted elsewhere into a 5A socket outlet, as a serious
electric shock may occur.
To fit an appropriate plug to the mains lead, follow the instructions below:
WARNING:
THIS APPARATUS MUST BE EARTHED.
IMPORTANT:
The wires in this mains lead are coloured in accordance with the following code:
Green-and-yellow : Earth
Blue: Neutral
Brown: Live
As the colours of the wires in the mains lead of this apparatus may not correspond with the coloured markings
identifying the terminals in your plug proceed as follows:
or and of the same rating as
• The wire which is coloured green-and-yellow must be connected to the terminal in the plug which is marked by
the letter E or by the safety earth symbol
or coloured green or green-and-yellow.
• The wire which is coloured blue must be connected to the terminal which is marked with the letter N or coloured
black.
• The wire which is coloured brown must be connected to the terminal which is marked with the letter L or coloured
red.
IF YOU HAVE ANY DOUBT, CONSULT A QUALIFIED ELECTRICIAN.
The supplied CD-ROM contains operation instructions in English, German, French, Swedish, Spanish, Italian
and Dutch. Carefully read through the operation instructions before operating the projector.
Die mitgelieferte CD-ROM enthält Bedienungsanleitungen in Englisch, Deutsch, Französisch, Schwedisch, Spanisch,
Italienisch und Niederländisch. Bitte lesen Sie die Bedienungsanleitung vor der Verwendung des Projektors sorgfältig
durch.
Le CD-ROM fourni contient les instructions de fonctionnement en anglais, allemand, français, suédois,
espagnol, italien et néerlandais. Veuillez lire attentivement ces instructions avant de faire fonctionner le
projecteur.
Den medföljande CD-ROM-skivan innehåller bruksanvisningar på engelska, tyska, franska, svenska, spanska,
italienska och holländska. Läs noga igenom bruksanvisningen innan projektorn tas i bruk.
El CD-ROM suministrado contiene instrucciones de operación en inglés, alemán, francés, sueco, español,
italiano y holandés. Lea cuidadosamente las instrucciones de operación antes de utilizar el proyector.
Il CD-ROM in dotazione contiene istruzioni per l’uso in inglese, tedesco, francese, svedese, spagnolo, italiano e
olandese. Leggere attentamente le istruzioni per l’uso prima di usare il proiettore.
De meegeleverde CD-ROM bevat handleidingen in het Engels, Duits, Frans, Zweeds, Spaans, Italiaans en
Nederlands. Lees de handleiding zorgvuldig door voor u de projector in gebruik neemt.
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de projector in gebruik neemt.
Inleiding
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
: Zeer sterke lichtbron. Kijk niet rechtstreeks in de lichtbundel. Let er vooral op dat kinderen niet
rechtstreeks in de lichtbundel kijken.
: Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht om brand of een gevaarlijke
NEDERLANDS
elektrische schok te voorkomen.
Een bliksemsymbool in een gelijkzijdige driehoek
LET OP
GEVAARLIJKE SPANNINGEN.
GEEN SCHROEVEN VERWIJDEREN,
BEHALVE DE VOORGESCHREVEN
GEBRUIKER-ONDERHOUDSSCHROEVEN.
LET OP: OM DE KANS OP EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VERMINDEREN, MAG DE
BEHUIZING NIET WORDEN GEOPEND.
ER ZIJN GEEN DOOR DE GEBRUIKER REPAREERBARE ONDERDELEN IN HET
APPARAAT, BEHALVE DE LAMPEENHEID.
LAAT ONDERHOUD EN REPARATIE OVER AAN BEVOEGD ONDERHOUDSPERSONEEL.
maakt de gebruiker attent op de aanwezigheid
van niet-geïsoleerde “gevaarlijke spanningen” in
het inwendige van het apparaat, die zo groot
kunnen zijn dat zij een ernstige elektrische schok
kunnen veroorzaken.
Een uitroepteken in een gelijkzijdige driehoek
maakt de gebruiker attent op belangrijke
bedienings- en onderhoudsinformatie in de
documentatie die bij het apparaat wordt geleverd.
WAARSCHUWING:
Dit is een Klasse A-product. Het is mogelijk dat dit product in de huiselijke omgeving radiostoringen veroorzaakt waartegen de
gebruiker afdoende maatregelen dient te nemen.
WAARSCHUWING:
De koelventilator in deze projector blijft ongeveer 90 seconden lopen nadat de projector in standby is gezet. Zet daarom bij
normaal gebruik de projector altijd in standby met de STANDBY-toets op de projector of op de afstandsbediening. Controleer
eerst of de koelventilator al uit is voor u de stekker uit het stopcontact haalt.
SCHAKEL BIJ NORMAAL GEBRUIK NOOIT DE STROOM VAN DE PROJECTOR UIT DOOR DE STEKKER UIT HET
STOPCONTACT TE TREKKEN. DOET U DIT TOCH, DAN ZAL DE LAMP VOORTIJDIG ONBRUIKBAAR RAKEN.
Inleiding
INDIEN U HET PRODUCT WILT WEGDOEN
In deze projector worden soldeertin en een lamp onder druk die een kleine hoeveelheid kwik bevat, gebruikt. Het verwijderen
van deze materialen kan aan diverse voorschriften zijn onderworpen op basis van milieu-overwegingen. Voor informatie
betreffende verwijderen of recycling kunt u contact opnemen met de plaatselijke autoriteiten of, als u zich in de Verenigde
Staten bevindt, met de Electronics Industries Alliance:www.eiae.org.
1
Belangrijke informatie betreffende het vervangen van de lamp
Zie “Vervangen van de lamp” op bladzijde 57.
USER SERVICE SCREW
VIS POUR ENTRETIEN
PAR L'UTILISATEUR
LAMP REPLACEMENT WARNING :
TURN OFF THE LAMP AND DISCONNECT POWER CORD BEFORE
OPENING THIS COVER. HOT SURFACE INSIDE.
ALLOW 1 HOUR TO COOL BEFORE REPLACING THE LAMP.
REPLACE WITH SAME SHARP LAMP UNIT MODEL AN-A10LP ONLY.
HIGH PRESSURE LAMP :
RISK OF EXPLOSION.
POTENTIAL HAZARD OF GLASS PARTICLES IF LAMP HAS RUPTURED.
HANDLE WITH CARE. SEE OPERATION MANUAL.
SERVICEMAN-WARNING :
USE RADIATION EYE AND SKIN PROTECTION DURING SERVICING.
AVERTISSEMENT CONCERNANT LE
REMPLACEMENT DE LA LAMPE :
ETEINDRE LA LAMPE ET DEBRANCHER LE CORDON D’ALIMENTATION
AVANT D’OUVRIR LE COUVERCLE.
L’INTERIEUR DU BOITIER ETANT EXTREMEMENT CHAUD, ATTENDRE
1 HEURE AVANT DE PROCEDER AU REMPLACEMENT DE LA LAMPE.
NE REMPLACER QUE PAR UNE LAMPE SHARP DE MODÈLE AN-A10LP.
LAMPE A HAUTE PRESSION :
RISQUE D’EXPLOSION. DANGER POTENTIEL DE PARTICULES DE
VERRE EN CAS D’ECLATEMENT DE LA LAMPE.
A MANIPULER AVEC PRECAUTION. SE REPORTER AU MODE D’EMPLOI.
AVERTISSEMENT – REPARATEUR :
SE PROTEGER LES YEUX ET LA PEAU DES RADIATIONS LORS DES
REPARATIONS.
Aanbrengen van het “QUICK GUIDE (snelgids)”-label
U kunt het “QUICK GUIDE (snelgids)”-label
(bijgeleverd) op de projector aanbrengen als
geheugensteuntje voor de installatieprocedure. Zorg er
bij het aanbrengen van het “QUICK GUIDE (snelgids)”label op de projector voor dat u de onderkant van het
label uitlijnt met de bovenkant van het “Notevision”-logo
op het bovenpaneel van de projector zoals wordt
getoond in de tekening rechts. Breng het “QUICK
GUIDE (snelgids)”-label nergens anders aan.
“QUICK GUIDE
(snelgids)”-label
PB224WJ
SCHROEF VOOR ONDERHOUDDOOR DE GEBRUIKER
WEES VOORZICHTIG BIJ HETVERVANGEN VAN DE LAMP.
ZET DE LAMP UIT EN MAAK HETNETSNOER LOS ALVORENS HETDEKSEL TE OPENEN. ER ZIJNHETE ONDERDELEN BINNEN INHET APPARAAT.LAAT HET APPARAAT 1 UURAFKOELEN ALVORENS DE LAMPTE VERVANGEN.VERVANG DE LAMP UITSLUITENDDOOR DEZELFDE SHARP-LAMPVAN HET TYPE AN-A10LP.HOGEDRUKLAMP:EXPLOSIEGEVAAR.INDIEN DE LAMP SPRINGT,KUNNEN ER GEVAARLIJKEGLASSPLINTERS ZIJN. BEHANDELVOORZICHTIG. ZIE DEGEBRUIKSAANWIJZING.WAARSCHUWING VOORONDERHOUDSTECHNICUS :GEBRUIK OOG- ENHUIDBESCHERMING TEGENSTRALING TIJDENS HETONDERHOUD.
Deze SHARP-projector maakt gebruik van een LCD-paneel (Liquid Crystal Display). Dit geavanceerde paneel
bevat 786.432 pixels (× RGB) TFTs (Thin Film Transistors). Net als andere hoogwaardige elektronische producten,
zoals grootbeeld-TV’s, videosystemen en videocamera’s, moeten projectoren voldoen aan bepaalde
tolerantienormen.
Dit apparaat heeft enkele, binnen de tolerantienormen vallende, inactieve beeldpunten die kunnen resulteren in
inactieve punten op het beeldscherm. Dit heeft geen invloed op de beeldkwaliteit of de levensduur van het
apparaat.
Dit model kan aan het plafond bevestigd of gemonteerd worden.
2
Belangrijkste eigenschappen
1. Comfortabele bediening, uiterst gebruiksvriendelijk in les- en
vergaderruimten
••
• De stille ventilator en naar voren gerichte luchtuitlaat zorgen ervoor dat
••
het publiek dicht bij de projector zo min mogelijk wordt gestoord.
••
• Short-throw lens maakt projectieafmeting van 100" mogelijk op een
••
afstand van nauwelijks 3,2 meter (10' 6").
2. Eenvoudige en gemakkelijke bediening
• Probleemloze installatie dankzij aansluitingen met kleurcodes.
••
• De uitgekiende plaats van de veel gebruikte toetsen en de lens
••
bevorderen het bedieningsgemak.
3. Hoge helderheid ondanks compacte afmetingen
••
• Het gebruik van een SHP-lamp van 165 W resulteert in een uitstekende
••
kleuruniformiteit en een hoge helderheid.
••
• De Eco-functie beperkt de geluidsniveaus en het stroomverbruik en
••
verlengt de levensduur van de lamp.
Inleiding
4. Aanvaardt vele verschillende ingangssignalen
••
• Geschikt voor videosystemen (NTSC3.58, PAL,
••
SECAM, PAL-N, PAL-M, PAL-60 en NTSC4.43)
••
•
Geschikt voor HD-invoer (1080I, 720P en 480P)
••
••
• Geschikt voor computerinvoer (VGA, SVGA, XGA,
••
SXGA en SXGA+)
5.
Anti-diefstalfunctie en toetsvergrendeling
••
• De anti-diefstalfunctie maakt de projec-
••
tor zonder invoer van de juiste
sleutelcode onbruikbaar.
••
•
Met de toetsvergrendelingsfunctie kunt
••
u de bedieningsorganen van de projector op eenvoudige wijze uitschakelen om
ongeoorloofd gebruik te voorkomen.
6. Automatische functies
••
•
Automatische herkenning en weergave van RGB-/componentsignalen.
••
••
• Automatische synchronisatie garandeert een juiste instelling van de klok,
Index ................................................................... 69
Introduction
5
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LET OP: Lees al deze instructies door alvorens dit apparaat in gebruik te nemen en bewaar ze voor later gebruik.
Met elektrische energie kunt u heel wat nuttige functies uitvoeren. Dit apparaat is zodanig ontworpen en vervaardigd dat uw
persoonlijke veiligheid wordt gevrijwaard. ONJUIST GEBRUIK KAN EVENWEL LEIDEN TOT EEN EVENTUELE ELEKTRISCHE
SCHOK OF BRANDGEVAAR. Om de ingebouwde veiligheidsvoorzieningen van dit apparaat niet teniet te doen, dient u de
volgende basisregels goed in acht te nemen bij de installatie, het gebruik en het onderhoud van de projector.
1. Lees de gebruiksaanwijzing
Lees alle veiligheids- en bedieningsinstructies in de
gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat gebruikt.
2. Bewaar de gebruiksaanwijzing
Bewaar de gebruiksaanwijzing voor het geval u deze in de
toekomst nogmaals nodig heeft.
3. Neem alle waarschuwingen in acht
Neem alle waarschuwingen op het product en in de
gebruiksaanwijzing in acht.
4. Volg alle instructies op
Alle bedieningsinstructies e.d. moeten nauwgezet worden
opgevolgd.
5. Reinigen
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u begint met
schoonmaken. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of
sprays. Reinig het apparaat uitsluitend met een vochtige doek.
6. Hulpstukken
Voorkom problemen en gebruik geen hulpstukken die niet
door de fabrikant van het apparaat worden aanbevolen.
7. Water en vocht
Gebruik het apparaat niet in de buurt van water; bijvoorbeeld
in de buurt van een bad, wastafel, aanrecht, wasmachine,
zwembad of in een vochtige kelder enz.
8. Accessoires
Plaats het apparaat niet op een wankel rek, karretje, statief,
steunbeugel of tafel. Het apparaat zou kunnen vallen en een
kind of volwassene ernstig kunnen verwonden, en tevens kan
het apparaat zelf zwaar worden beschadigd. Gebruik uitsluitend
een rek, karretje, statief, steunbeugel of tafel die door de fabrikant
wordt aanbevolen of die bij het apparaat wordt verkocht. Volg
voor eventuele montagewerkzaamheden altijd de instructies van
de fabrikant op en gebruik ook uitsluitend montage-accessoires
die door de fabrikant worden aanbevolen.
9. Transport
Als het apparaat op een verplaatsbaar
rek is gezet, dient dit voorzichtig te
worden verplaatst. Het rek kan namelijk
omvallen bij plotseling stoppen, te hard
duwen of rijden over een ongelijke
ondergrond.
10. Ventilatie
In de behuizing van het apparaat zijn gleuven en openingen
die dienen voor de ventilatie. Voor een veilige werking
en bescherming tegen oververhitting mogen de ventilatieopeningen nooit worden geblokkeerd of afgedekt door het
apparaat op een bed, divan, dik vloerkleed e.d. te zetten.
Het apparaat mag ook niet in een afgesloten ruimte, zoals
een boekenkast, worden geplaatst, tenzij voor een goede
ventilatie wordt gezorgd of alle instructies van de fabrikant
zijn opgevolgd.
11. Voeding
Het apparaat mag uitsluitend op de stroomvoorzieningsbron
worden gebruikt die op het typelabel is vermeld. Raadpleeg
uw dealer of het plaatselijke elektriciteitsbedrijf indien u niet
zeker bent van het type stroomvoorziening in uw huis. Voor
apparaten die gebruikt worden op batterijen of op andere
stroombronnen wordt verwezen naar de gebruiksaanwijzing
die bij het apparaat wordt geleverd.
12. Uitvoering van de netstekker
Dit apparaat is uitgerust met één van de volgende soorten
stekkers. Als de stekker niet in het stopcontact past, neemt u
contact op met uw elektricien.
Negeer de veiligheidsvoorziening van de stekker niet.
a. Tweedraads (net) stekker.
b. Driedraads geaarde (net) stekker met aardingspen.
Deze stekker past alleen in een geaard stopcontact.
13. Bescherming van het netsnoer
Leg het netsnoer zodanig dat er niet gemakkelijk iemand op
gaat staan of dat het snoer door een voorwerp wordt
platgedrukt. Let hier vooral goed op in de buurt van de
stekkers, bij het stopcontact en op de plaats waar het snoer
uit het apparaat komt.
14. Bliksem
Om veiligheidsredenen dient u bij bliksem of wanneer u het
apparaat langere tijd niet denkt te gebruiken, de stekker van
het netsnoer uit het stopcontact te trekken. Dit om
beschadiging van het apparaat te voorkomen als gevolg van
blikseminslag of plotselinge stroompieken in de stroomleiding.
15. Overbelasting
Zorg dat de stopcontacten, verlengsnoeren en stekkerdozen
niet overbelast worden, want dit kan resulteren in brand of
een elektrische schok.
16. Binnendringen van voorwerpen en vloeistoffen
Duw nooit voorwerpen via de openingen in de behuizing van
het apparaat naar binnen, omdat deze dan onderdelen die
onder hoogspanning staan kunnen raken of kortsluiting
kunnen veroorzaken, met brand of een elektrische schok tot
gevolg. Let tevens op dat er nooit vloeistof op het apparaat
wordt gemorst.
17. Reparaties
Probeer het apparaat nooit zelf te repareren. Bij het openen
of verwijderen van de afdekplaten stelt u zich bloot aan een
ernstige elektrische schok en andere gevaren. Laat reparatie
over aan erkend onderhoudspersoneel.
6
18. Beschadigingen die reparatie vereisen
Bij de volgende omstandigheden moet u de stekker uit het
stopcontact trekken en het apparaat door erkend
onderhoudspersoneel laten repareren:
a. Als het netsnoer of de netstekker is beschadigd.
b. Als er vloeistof of een voorwerp in het apparaat terecht
is gekomen.
c. Als het apparaat blootgesteld is geweest aan regen of
water.
d. Als de normale aanwijzingen worden opgevolgd, maar
het apparaat niet juist functioneert. Gebruik alleen de
bedieningsorganen die in de gebruiksaanwijzing
worden aangegeven. Bij een onjuiste instelling van
andere bedieningsorganen kan het apparaat mogelijk
beschadigd worden, met tot gevolg dat
reparatiewerkzaamheden voor een juiste werking van
het apparaat door erkend onderhoudspersoneel
moeilijker en duurder kunnen worden.
e. Als het apparaat is gevallen of de behuizing is
beschadigd.
f. Als het apparaat duidelijk minder goed functioneert.
Dit duidt erop dat het tijd is voor onderhoud.
19. Vervangingsonderdelen
Wanneer onderdelen vervangen moeten worden, zorg er dan
voor dat het onderhoudspersoneel uitsluitend onderdelen
gebruikt die door de fabrikant worden aanbevolen of die
dezelfde eigenschappen hebben als de originele onderdelen.
Het gebruik van andere onderdelen kan brand, een
elektrische schok of andere problemen veroorzaken.
20. Veiligheidscontrole
Vraag het onderhoudspersoneel om na de onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden een veiligheidscontrole uit te
voeren, zodat u zeker weet dat het apparaat juist en veilig
functioneert.
21. Wand- of plafondmontage
Dit apparaat mag uitsluitend volgens de aanbevelingen van
de fabrikant aan een wand of het plafond worden bevestigd.
22. Hitte
Houd het apparaat uit de buurt van warmtebronnen zoals
verwarmingsradiators, haarden, kachels en andere voorwerpen
(inclusief versterkers) die warmte afgeven.
• Microsoft® en Windows® zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten en/of andere landen.
• PC/AT is een gedeponeerd handelsmerk van International Business Machines Corporation in de Verenigde
Staten.
• Adobe
• Macintosh
®
Reader® is een handelsmerk van Adobe Systems Incorporated.
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer, Inc. in de Verenigde Staten en/of
andere landen.
• Alle andere bedrijfs- of productnamen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve
eigenaars.
Inleiding
7
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Lees de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u uw
projector opstelt.
Voorzichtig met de lampeenheid
■ Als de lamp gesprongen is, kunnen
glassplinters gevaar veroorzaken. Indien
de lamp gesprongen is, neemt u contact
op met de dichtstbijzijnde erkende Sharp
projector dealer of servicecentrum om de
lamp te laten vervangen.
Zie “Vervangen van de lamp” op bladzijde
57.
AN-A10LP
Voorzichtig bij het opstellen van de projector
■ Met het oog op een minimaal onderhoud en het behoud
van een hoge beeldkwaliteit beveelt SHARP aan deze
projector te installeren in een ruimte die vrij is van vocht,
stof en sigarettenrook. Wanneer de projector aan vocht,
stof of rook wordt blootgesteld, moet de lens vaker dan
normaal worden gereinigd. Gebruik van de projector in
dit soort ruimten zal de levensduur van de projector
niet verkorten mits u de projector regelmatig laat
reinigen. Het reinigen van het inwendige gedeelte van
de projector mag uitsluitend door een erkende Sharp
projector dealer of servicecentrum worden uitgevoerd.
Stel de projector niet op in ruimten die blootstaan
aan direct zonlicht of fel licht.
■ Plaats het scherm zo dat het zich niet in direct zonlicht
of kamerverlichting bevindt. Licht dat direct op het
scherm valt, zal de kleuren doen verbleken en het kijken
bemoeilijken. Doe de gordijnen dicht en dim de
verlichting wanneer u het scherm opstelt in een zonnige
of fel verlichte ruimte.
De projector kan veilig worden gekanteld tot een
hoek van maximaal 12 graden.
■ Plaats de projector binnen een hoek van ±12 graden
ten opzichte van de horizontale stand.
Stel de projector niet bloot aan sterke schokken
en/of trillingen.
■ Wees voorzichtig met de lens en vermijd dat het
oppervlak ervan wordt geraakt of beschadigd.
Gun uw ogen af en toe wat rust.
■
Het gedurende langere tijd ononderbroken kijken naar het
scherm is zeer.
Vermijd plaatsen met extreme temperaturen.
■ De bedrijfstemperatuur voor de projector ligt tussen
41°F en 95°F (+5°C en +35°C)
■ De opslagtemperatuur voor de projector ligt tussen
–4°F en 140°F (–20°C en +60°C)
Blokkeer de uitlaat- en inlaatopeningen niet.
■
Laat tenminste 7 7/8" (20 cm) ruimte tussen de uitlaatopening
en de dichtstbijzijnde wand of ander obstakel.
■ Controleer of de inlaatopening en de ventilatiegleuven
niet geblokkeerd zijn.
■ Als de koelventilator geblokkeerd wordt, zal een
veiligheidsvoorziening de projector automatisch in
standby schakelen. Dit duidt niet op een defect. Haal de
stekker van het netsnoer van de projector uit het
stopcontact en wacht minstens 10 minuten. Plaats de
projector zodanig dat de inlaat- en uitlaatopeningen niet
zijn geblokkeerd, steek dan de stekker weer in het
stopcontact en zet de projector aan. De projector zal
vervolgens weer normaal functioneren.
Waarschuwing bij het gebruik van de projector
■ Stel de projector tijdens het gebruik niet bloot aan hevige
schokken/trillingen aangezien dit beschadiging kan
veroorzaken. Wees bijzonder voorzichtig met de lens. Trek
het netsnoer uit het stopcontact en maak alle kabels die op
de projector aangesloten zijn, los wanneer u de projector
voor een lange periode niet gaat gebruiken.
Andere aangesloten apparatuur
■ Bij het aansluiten van een computer of andere
audiovisuele apparatuur op de projector brengt u de
aansluitingen tot stand NADAT u het netsnoer van de
projector uit het stopcontact hebt getrokken en de aan
te sluiten apparatuur hebt uitgeschakeld.
■ Lees de gebruiksaanwijzingen van de projector en de
aan te sluiten apparatuur door en volg de instructies
betreffende de aansluitingen.
Gebruik van de projector in andere landen
■ De voedingsspanning en de vorm van de stekker
kunnen verschillen afhankelijk van de streek of het land
waar u de projector gebruikt. Wanneer u de projector
in het buitenland gebruikt, dient u het juiste netsnoer te
gebruiken voor het land waar u zich bevindt.
Temperatuur-verklikkerfunctie
■
Wanneer de projector oververhit
raakt vanwege een verkeerde
instelling of geblokkeerde
ventilatiegleuven, lichten“”
en“” linksonder
in beeld op. Als de temperatuur nog verder oploopt, zal de lamp
uitgaan en zal de temperatuurindicator (TEMP.) op de projector
gaan knipperen. Vervolgens zal de projector na een afkoelperiode
van 90 seconden zichzelf in standby schakelen. Zie
“Onderhoudsindicators” op bladzijde 55 fvoor meer informatie.
Info
• De koelventilator regelt de binnentemperatuur
automatisch. Daarom kan het geluid van de ventilator
veranderen tijdens het gebruik van het apparaat. Dit duidt
niet op een defect.
• Trek de stekker van het netsnoer niet uit het stopcontact
tijdens de projectie of de werking van de koelventilator. Dit
kan beschadiging veroorzaken door het stijgen van de
binnentemperatuur, aangezien de koelventilator eveneens
uitgeschakeld wordt.
8
Toegang krijgen tot de PDF-gebruiksaanwijzingen
De CD-ROM bevat handleidingen in PDF-formaat in verscheidene talen zodat u de projector kunt
bedienen, zelfs als u deze handleiding niet tot uw beschikking heeft. Om deze handleiding te kunnen
gebruiken, moet eerst Adobe® Reader
® op uw PC (Windows® of Macintosh®) geïnstalleerd zijn.
Inleiding
Download de juiste versie van Adobe® Reader
® van het internet (http://www.adobe.com).
Openen van de PDF-gebruiksaanwijzingen
Voor Windows®:
1 Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
2 Dubbelklik op het pictogram “Deze Computer”.
3 Dubbelklik op het “CD-ROM”-station.
4 Dubbelklik op de map “MANUALS”.
5 Dubbelklik op de taal (naam van de map) die u
wilt openen.
6 Dubbelklik op het PDF-bestand “A10X_A” om
de handleidingen van de projector te openen.
Voor Macintosh®:
1 Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
2 Dubbelklik op het “CD-ROM”-pictogram.
3 Dubbelklik op de map “MANUALS”.
4 Dubbelklik op de taal (naam van de map) die u
wilt openen.
5 Dubbelklik op het PDF-bestand “A10X_A” om
de handleidingen van de projector te openen.
Opmerking
• Als u het gewenste PDF-bestand niet kunt openen door te dubbelklikken met de muis, dient u eerst Adobe
Reader® op te starten en daarna het gewenste bestand op te geven via het menu “File”, “Open”.
®
9
Benaming van de onderdelen
Nummers in verwijzen naar de hoofdpagina’s in deze gebruiksaanwijzing waar het
onderwerp wordt uitgelegd.
Projector (voor- en bovenaanzicht)
Lampindicator (LAMP)
Bedrijfsindicator
Licht rood op wanneer de
projector in stand-by staat.
Wanneer het apparaat wordt
ingeschakeld, licht deze
indicator groen op.
ON-toets
Schakelt het apparaat in.
STANDBY-toets
Schakelt de projector in
standby.
Trapeziumvorm-toets
(KEYSTONE)
Voor het inschakelen van
de functie voor het
corrigeren van
trapeziumvervorming.
Automatische-
synchronisatietoets
(AUTO SYNC)
Voor het automatisch
afstellen van beelden bij
aansluting op een computer.
26
26
28
29
39
55
Licht groen op om aan te geven
dat de lamp goed functioneert.
Vervang de lamp wanneer de
indicator rood oplicht.
Temperatuurindicator
55
(TEMP.)
Wanneer de
binnentemperatuur stijgt, licht
deze indicator rood op.
Ingangsfunctietoets
27
(INPUT)
Voor het inschakelen van
ingangsfunctie 1, 2 of 3.
27
Volume
-toetsen (VOL)
Voor het afstellen van het
geluidsniveau van de luidspreker
of het regelen van de
trapeziumvervormingcorrectie.
Afstandsbedieningssensor
Ventilatiegleuven
Deblokkeerknop
van stelvoetje
(zijkant van projector)
Voorste stelvoetje
Monteren en verwijderen van de lensdop
• Druk op de twee toetsen van de lensdop en
monteer hem op de lens. Laat de toetsen dan
los om de dop op zijn plaats te vergrendelen.
• Druk op de twee toetsen van de lensdop en
verwijder hem van de lens.
13
52
21
21
Zoomknop
22
Scherpstelring
22
Luidspreker
Deblokkeerknop
21
van stelvoetje
Voorste stelvoetje
21
Luchtfilter/ventilator
53
(Inlaatopening)
(aan de onderkant
van de projector)
De afbeeldingen en schermweergaven in deze
handleiding zijn vereenvoudigd omwille van de
duidelijkheid en kunnen enigszins verschillen
van de werkelijke weergave.
10
Projector (achteraanzicht)
Ingangsaansluiting 1
Poort voor computer RGB-
en componentsignalen.
RS-232C-aansluiting
Voor bediening van de
Kensington Security
Standard-connector
(INPUT 1)
projector via een
computer.
Gebruik van het Kensington-slot
•
Deze projector heeft een Kensington Security Standardconnector voor het gebruik van
een Kensington MicroSaver
veiligheidssysteem. Zie de bij
het systeem geleverde
informatie voor instructies
betreffende het gebruik ter
beveiliging van de projector.
16
20
Insangsaansluiting 2
18
(INPUT 2)
Aansluiting voor
videoapparatuur met
S-VIDEO-aansluiting.
Insangsaansluiting 3
18
(INPUT 3)
Voor het aansluiten
van videoapparatuur.
Geluidsingangsaan-
16
sluiting (AUDIO
INPUT)
Gedeelde audioaansluiting voor
INPUT 1,2 en 3.
Inlaatopening
52
Inleiding
Netingang
15
Achterste
21
stelvoetje
(aan de
onderkant van
de projector)
11
Benaming van de onderdelen
Nummers in verwijzen naar de hoofdpagina’s in deze gebruiksaanwijzing waar het
onderwerp wordt uitgelegd.
Afstandsbediening (vooraanzicht)
Schakelt de projector in standby.
STANDBY-toets
Trapeziumvorm-toets (KEYSTONE)
Voor het inschakelen van de functie
voor het corrigeren van
trapeziumvervorming.
Toets voor ongedaan maken
(UNDO)
Voor het ongedaan maken van een
bediening of het terugkeren naar
het vorige display.
Vooruit/terug-toetsen (FORWARD/BACK)
Werken op dezelfde manier als de
toetsen [Page Down] en [Page Up] op
een computertoetsenbord bij gebruik
van de optionele
afstandsbedieningsontvanger
(AN-MR1EL).
Vergroten/verkleinen-toetsen
(ENLARGE)
Voor het vergroten of verkleinen
van een deel van het beeld.
Automatische-synchronisatietoets
(AUTO SYNC)
Voor het automatisch afstellen van
beelden bij aansluiting op een computer.
Ingangsfunctietoetsen (INPUT)
Om te wisselen tussen de
verschillende ingangsmodi.
28
29
29
42
39
27
ON-toets
26
Schakelt het apparaat in.
MENU-toets (MENU)
32
Voor het weergeven van
instelschermen.
Insteltoetsen
32
(', ", \, |)
Voor het selecteren van menu-items.
Invoertoets (ENTER)
35
Voor het instellen van in het menu
geselecteerde of gewijzigde items.
Stilstaand-beeldtoets (FREEZE)
42
Voor het stilzetten van beelden.
AV-dempingstoets (AV MUTE)
27
Voor het tijdelijk weergeven van
een zwart scherm en het
uitschakelen van het geluid.
Schermgroottetoets (RESIZE)
40
Voor het veranderen van de
schermgrootte (NORMAAL, KADER,
enz.).
Volume-toetsen (VOL)
27
Voor het afstellen van het
geluidsniveau van de luidspreker.
12
Gebruik van de afstandsbediening
Bedieningsbereik
■ De afstandsbediening kan worden gebruikt om
de projector te bedienen binnen het op de
afbeelding aangegeven bereik.
Opmerking
•
Het signaal van de afstandsbediening kan voor het
gemak via een scherm weerkaatst worden. De afstand
die door het signaal overbrugd kan worden, hangt af
van het materiaal van het scherm.
Bij gebruik van de afstandsbediening:
• Let erop dat u de afstandsbediening niet laat vallen
of blootstelt aan vocht of hoge temperaturen.
De afstandsbediening zal mogelijk niet goed werken
•
onder een fluorescentielamp. In dat geval plaatst u de
projector op een grotere afstand van de fluorescentielamp.
Plaatsen van de batterijen
De batterijen (twee R-6 batterijen (“AA”-formaat,
UM/SUM-3, HP-7 of gelijkwaardig)) zitten in de
verpakking.
Signaalzenders
voor afstands
bediening
Afstandsbediening
30°
30°
Inleiding
Afstandsbedieningssensor
45°
23' (7 m)
1 Druk op het teken ▲ op het deksel
en schuif het in de richting van de
pijl.
2 Plaats de meegeleverde batterijen.
• Zorg er bij het plaatsen van de batterijen voor
dat de poolaanduidingen overeenkomen met
de tekens
3 Bevestig het deksel en schuif het
in de richting van de pijl tot het
vastklikt.
Onjuist gebruik van de batterijen kan lekkage of ontploffing veroorzaken. Neem de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht.
Voorzichtig
•
Zorg er bij het plaatsen van de batterijen voor dat de poolaanduidingen overeenkomen met de tekens en in het batterijvak.
•
Verschillende types van batterijen hebben verschillende eigenschappen. Gebruik daarom geen verschillende types van
batterijen tegelijk.
•
Gebruik geen nieuwe en oude batterijen tegelijk.
Dit kan de levensduur van nieuwe batterijen verkorten of lekkage van oude batterijen veroorzaken.
•
Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening wanneer ze leeg zijn, zo niet kunnen ze gaan lekken.
Vloeistof die uit batterijen is gelekt is schadelijk voor uw huid. Veeg daarom de batterijen eerst schoon alvorens ze met een
doek te verwijderen.
•
De bij de projector geleverde batterijen zullen mogelijk vlug opgebruikt zijn afhankelijk van de manier waarop ze bewaard
worden. Vervang ze zo vlug mogelijk door nieuwe batterijen.
•
Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening als u de afstandsbediening voor een lange periode niet gaat gebruiken.
en in het batterijvak.
Bij dit produkt zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
13
Accessoires
Meegeleverde accessoires
Afstandsbediening
RRMCGA187WJSA
Tw ee R-6 batterijen
(“AA”-formaat, UM/SUM-3, HP-7 of gelijkwaardig)
Netsnoer
(1)(2)
Voor Europa, uitgezonderd
het Verenigd Koninkrijk
(6' (1,8 m))
QACCVA006WJPZ
*
Gebruik het netsnoer dat geschikt is voor het stopcontact in uw land.
*
RGB-kabel
(9'10" (3,0 m))
QCNWGA045WJPZ
Extra luchtfilter
PFILDA008WJZZ
Voor het Verenigd Koninkrijk
(6' (1,8 m))
QACCBA015WJPZ
DIN-D-sub RS-232Cadapter (5
QCNWGA015WJPZ
cd-rom met handleidingen
en technische gegevens
UDSKAA059WJZZ
57
/64'' (15 cm))
Draagtas
GCASNA008WJSA
“QUICK GUIDE (snelgids)”-label
TLABZA797WJZZ
Lensdop (bevestigd)
CCAPHA009WEF0
Gebruiksaanwijzing
(deze handleiding)
Optionele
■
■ LampeenheidAN-A10LP
accessoires
3 RCA- naar 15-pins D-sub-kabel (9' 10" (3,0 m))
AN-C3CP2
Opmerking
•
Afhankelijk van de regio zijn bepaalde kabels mogelijk niet beschikbaar. Neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sharp
projector dealer of servicecentrum.
14
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Alvorens aan te sluiten
Opmerking
•
Alvorens aan te sluiten, moet u ervoor zorgen dat het netsnoer van de projector uit het stopcontact is getrokken en dat
de aan te sluiten apparaten uitgeschakeld zijn. Wanneer u alle aansluitingen heeft gemaakt, schakelt u eerst de projector
en vervolgens de andere apparaten in.
Bij aansluiting op een computer moet u de computer als laatste inschakelen nadat u alle aansluitingen heeft gemaakt.
• Lees de gebruiksaanwijzing van de aan te sluiten apparaten door alvorens ze aan te sluiten.
Deze projector kan worden aangesloten op:
Een computer met behulp van:
■ RGB-kabel en ø3,5 mm audiokabel (in de handel
verkrijgbaar) (Zie bladzijde 16).
■ DIN-D-sub RS-232C-adapter en RS-232C seriële kabel
(in de handel verkrijgbaar) (Zie bladzijde 20).
Component-video- of audiovisuele apparatuur:
Aansluiten en opstellen
■ Een videorecorder, of laserdiscspeler of ander
audiovisueel toestel (Zie bladzijde 18).
■ Een DVD-speler of DTV*-decoder (Zie bladzijde 19).
* DTV is de algemene term die wordt gebruikt voor het
nieuwe digitale televisiesysteem in de Verenigde Staten.
Aansluiten van het
netsnoer
Meegeleverd
accessoire
Steek het meegeleverde netsnoer in
de netingang op de achterkant van
de projector.
Netsnoer
15
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Aansluiten van de projector op een computer
Aansluiting op een computer met de RGB-kabel
Meegeleverde
accessoire
1 Sluit de projector aan op de
computer met behulp van de
meegeleverde RGB-kabel.
• Zet de stekkers stevig vast door de
schroeven vast te draaien.
2
Om audiosignalen in te voeren, sluit u
de projector aan op de computer met
de meegeleverde ø3,5 mm audiokabel
(in de handel verkrijgbaar of
verkrijgbaar als Sharp serviceonderdeel
QCNWGA038WJPZ).
Opmerking
•
Bij aansluiting van de projector op een computer op deze
manier kiest u “RGB” als “Signaaltype” in het menu “Beeld”.
Zie bladzijde 37.
•
Zie bladzijde 62 “Tabel met compatibele computers” voor een
lijst met computersignalen die compatibel zijn met de projector. Gebruik van andere dan de vermelde computersignalen
kan ertoe leiden dat sommige functies niet werken.
•
Voor het gebruik van de projector met sommige Macintosh-computers kan een Macintosh-adapter nodig zijn. Neem contact op
met uw dichtstbijzijnde Macintosh dealer.
•
Het kan voorkomen dat om beelden te kunnen projecteren
de signaaluitvoer van de computer naar de externe uitgang
moet omschakelen, maar dit hangt af van uw computer.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw computer voor
informatie over het omschakelen van de signaaluitgang.
1
2
RGB-kabel
Computer
Naar de RGB uitgangsaansluiting
Naar de audio uitgangsaansluiting
RGB-kabel
ø3,5 mm audiokabel
(in de handel verkrijgbaar
of verkrijgbaar als Sharp
serviceonderdeel
QCNWGA038WJPZ)
Aansluiten van de schroefkabels
■ Sluit de duimschroefkabel aan en let daarbij
op dat deze goed in de aansluiting past. Zet
vervolgens de stekker stevig vast door de
schroeven aan weerszijden vast te draaien.
■ Verwijder de ferrietring op de RGB-kabel niet.
16
Ferrietkern
“Plug and Play”-functie (bij aansluiting op een 15-pins aansluiting)
■
Deze projector is compatibel met de VESA-standaard DDC 1/DDC 2B. De projector en een VESA DDC-compatibele
computer zullen hun vereiste instellingen aan elkaar doorgeven, wat de installatie versnelt en vergemakkelijkt.
■
Alvorens de “Plug and Play”-functie te gebruiken, moet u de projector als eerste en de computer als laatste
aanzetten.
Aansluiten en opstellen
Opmerking
• De DDC “Plug and Play”-functie van deze projector werkt uitsluitend bij gebruik met een VESA DDC-
compatibele computer.
17
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Aansluiten op videoapparatuur
Aansluiten op
videoapparatuur met een
Videorecorder of andere audiovisuele apparatuur
S-VIDEO-, composiet
video- of audiokabel
Met een S-VIDEO-, video- of audiokabel kunt u een
videorecorder, laserdiscspeler of andere
audiovisuele apparatuur aansluiten op de INPUT
2-, INPUT 3- en AUDIO-aansluitingen.
1 Sluit de projector aan op de
videoapparatuur met een SVIDEO-kabel of een composiet
videokabel (beide in de handel
verkrijgbaar).
ø3,5 mm ministekker naar RCA-
2
2 Sluit de projector aan op de
videoapparatuur met een ø3.5 mm
ministekker naar RCA-audiokabel
(in de handel verkrijgbaar).
audiokabel (in de handel verkrijgbaar)
Composiet videokabel
1
(in de handel verkrijgbaar)
S-VIDEO-kabel
1
(in de handel verkrijgbaar)
Naar S-VIDEO-uitgangsaansluiting
Naar video-uitgangsaansluiting
Naar audio-uitgangsaansluiting
Opmerking
• De INPUT 2-aansluiting (S-VIDEO) gebruikt
een videosignaalsysteem waarbij het beeld
in kleuren en helderheidssignalen wordt
opgesplitst om een beeld van hogere kwaliteit
te realiseren. Om een beeld van hogere
kwaliteit te bekijken, sluit u de INPUT 2aansluiting op de projector en de S-videouitgang op de videoapparatuur aan met een
S-VIDEO-kabel (in de handel verkrijgbaar).
• Een ø3,5 mm ministekker naar RCA-
audiokabel (in de handel verkrijgbaar) is
nodig voor de audio ingang.
18
Aansluiten op component-video-apparatuur
Gebruik een 3 RCA- naar 15-pins D-sub-kabel
wanneer u videoapparatuur zoals DVD-players
en DTV*-decoders aansluit op de INPUT1aansluiting.
*DTV is de algemene term die wordt gebruikt voor
het nieuwe digitale televisiesysteem in de
Verenigde Staten.
1 Sluit de projector aan op de
videoapparatuur met de 3 RCAnaar 15-pins D-sub-kabel.
2
Sluit de projector aan op de
videoapparatuur met behulp van een
ø3,5 mm minijack naar RCAaudiokabel (in de handel verkrijgbaar).
Opmerking
• Wanneer u de projector op deze manier
aansluit op de videoapparatuur, kiest u
“Component” als “Signaaltype” in het
menu “Beeld”. Zie bladzijde 37.
• Een ø3,5 mm mini-aansluiting naar RCA-
audiokabel (in de handel verkrijgbaar) wordt
aanbevolen voor audio-ingang.
Optionele
kabel
Naar analoge component-uitgangsaansluiting
DVD-speler of
DTV*-decoder
3 RCA- naar 15-pins
1
D-sub-kabel (los verkrijgbaar)
ø3,5 mm minijack naar RCA-
2
audiokabel (in de handel verkrijgbaar)
3 RCA- naar 15-pins D-sub-kabel
AN-C3CP2
(9' 10" (3,0 m))
Naar audio-uitgangsaansluiting
Aansluiten en opstellen
19
Aansluiten van de projector op andere apparaten
Bedienen van de projector met een computer
Aansluiting op een computer met een DIN-D-sub
RS-232C-adapter en een
RS-232C seriële kabel
Wanneer de RS-232C-aansluiting op de projector
wordt aangesloten op een computer met een DIND-sub RS-232C-adapter en een RS-232C seriële
kabel (kruistype, in de handel verkrijgbaar), kunt
u de projector bedienen en controleren via de
computer. Raadpleeg bladzijde 61 voor meer
informatie.
1 Sluit een DIN-D-sub RS-232C-
adapter aan op een RS-232C
seriële kabel (in de handel
verkrijgbaar).
2 Gebruik bovengenoemde kabels
om de projector aan te sluiten
op de computer.
Opmerking
• Probeer nooit een verbinding met een RS-
232C seriële kabel tot stand te brengen of
te verbreken terwijl de computer aanstaat.
• Het is mogelijk dat de RS-232C-functie niet
werkt als uw computer niet op de juiste wijze
is geïnstalleerd. Raadpleeg de handleiding
van de computer voor meer informatie.
• Zie bladzijde 60 voor informatie over de
aansluiting van een RS-232C seriële kabel.
Meegeleverde
accessoire
Computer
Naar RS-232C-aansluiting
DIN-D-sub
RS-232C-adapter
DIN-D-sub
RS-232Cadapter
RS-232C seriële
kabel
(in de handel
verkrijgbaar)
20
Opstellen
Gebruik van de
stelvoetjes
U kunt de hoogte van de projector aanpassen met
behulp van de stelvoetjes voor en achter op de projector. Dit is handig als de ondergrond waarop de
projector wordt neergezet oneven is of als het scherm
onder een hoek hangt.
De projectie van het beeld kan door het verstellen
van de projector worden verhoogd wanneer de pro-
jector lager dan het scherm is geplaatst.
1
Druk de deblokkeerknoppen van
de stelvoetjes aan beide zijden in
en til de projector op om de hoogte
aan te passen. Laat vervolgens de
deblokkeerknoppen los.
2 Draai voor nauwkeurige
afstelling aan de voorste
stelvoetjes van de projector.
• U kunt de projectiehoogte aanpassen
met het achterste stelvoetje op de
onderkant van de projector wanneer de
projector zich hoger dan het scherm
bevindt.
Achterste stelvoetje
(op de onderkant)
Deblokkeerknop van
stelvoetje (ook aan
andere zijde van
projector)
Voorste stelvoetjes
Aansluiten en opstellen
Opmerking
• Wanneer u de oorspronkelijke stand van de projector herstelt, houdt u de projector stevig vast,
drukt u op de deblokkeerknoppen van de
stelvoetjes en laat u hem rustig zakken.
• U kunt de positie van de projector instellen tot
ongeveer 12 graden aan de voorkant en 3
graden aan de achterkant, gemeten vanuit de
standaardpositie.
Info
• Druk niet op de deblokkeerknoppen van de
stelvoetjes wanneer de instelvoet is
uitgeschoven zonder de projector stevig
vast te houden.
• Houd de lens niet vast bij het opwaarts of
neerwaarts verstellen van de projector.
• Let op dat uw vinger niet tussen de
instelvoet en de projector komt wanneer u
deze laat zakken.
21
Inzoomen
Uitzoomen
Opstellen
Instellen van de lens
U kunt het beeld scherpstellen en instellen op
de gewenste grootte met de scherpstelring of
de zoomknop op de projector.
1 U kunt scherpstellen door aan
de scherpstelring te draaien.
2 Zoomen gebeurt door de
zoomknop te bewegen.
ScherpstelringZoomknop
22
Opstellen van het scherm
Om een zo goed mogelijk beeld te verkrijgen, plaatst u de projector loodrecht ten opzichte van het scherm
met alle stelvoetjes plat en horizontaal op de ondergrond.
Opmerking
• De lens van de projector moet voor het midden van het scherm worden geplaatst. Als de horizontale lijn die door het
midden van de lens loopt niet loodrecht staat ten opzichte van het scherm, zal het beeld worden vervormd, wat het
bekijken ervan bemoeilijkt.
• Voor een optimaal beeld plaatst u het scherm zo dat het zich niet in direct zonlicht of kamerverlichting bevindt. Licht dat
direct op het scherm valt, zal de kleuren doen verbleken, wat het bekijken van beelden bemoeilijkt. Doe de gordijnen
dicht en dim de verlichting wanneer u het scherm opstelt in een zonnige of fel verlichte ruimte.
• U kunt geen polariserend scherm gebruiken met deze projector.
Aansluiten en opstellen
Standaardopstelling (frontprojectie)
■ Zet de projector op de juiste afstand van het scherm voor
de door u gewenste schermgrootte. (Zie bladzijde 24.)
Voorbeeld van een standaardopstelling
Zijaanzicht
90°
Bovenaanzicht
90°
Publiek
• De afstand tussen het scherm en de projector
hangt af van de grootte van het scherm.
Bladzijde 24
• U kunt de standaardinstellingen gebruiken wanneer de pro-
jector voor het scherm wordt geplaatst. Bij het projecteren
van een spiegelbeeld of een omgekeerd beeld stelt u het
menu “Projectie” in op “Voor”.
• Plaats de projector zodanig dat een denkbeeldige
Bladzijde 50
horizontale lijn die door het midden van de lens loop,
loodrecht op het scherm staat.
23
Opstellen
Schermgrootte en projectie-afstand
Scherm
H
L: Projectie-afstand
NORMAAL-stand (4:3)
Beeld-(scherm-)grootteProjectie-afstand (L)
χχ
χ
χχ
Diag. (
)BreedteHoogteMaximum (L1)Minimum (L2)
300" (762 cm) 240" (610 cm) 180"(457 cm)
250" (635 cm) 200" (508 cm) 150"(381 cm)
200" (508 cm) 160" (406 cm) 120"(305 cm)
150" (381 cm) 120" (305 cm) 90" (229 cm)
100" (254 cm) 80" (203 cm) 60" (152 cm)
84" (213 cm) 67" (170 cm) 50" (128 cm)
72" (183 cm) 58" (147 cm) 43" (110 cm)
60" (152 cm) 48" (122 cm) 36" (91 cm)
40" (102 cm) 32" (81 cm)24" (61 cm)
χ
: Beeldgrootte (diagonaal) (duim/cm)
L: Projectie-afstand (voet/m)
L1: Maximale projectie-afstand (voet/m)
L2: Minimale projectie-afstand (voet/m)
H: Afstand tussen het midden van de lens
en de onderrand van het beeld (duim/cm)
38' 9" (11,8 m)32' 2" (9,8 m)183/16" (46,2 cm)
32' 2" (9,8 m)26'11" (8,2 m)155/32" (38,5 cm)
25'11" (7,9 m)21' 4" (6,5 m)121/8" (30,8 cm)
19' 4" (5,9 m)16' 1" (4,9 m)93/32" (23,1 cm)
12'10" (3,9 m)10' 6" (3,2 m)61/16" (15,4 cm)
10'10" (3,3 m)8'10" (2,7 m)53/32" (12,9 cm)
9' 2" (2,8 m)7' 7" (2,3 m)423/64" (11,1 cm)
7' 7" (2,3 m)6' 3" (1,9 m)341/64" (9,2 cm)
4'11" (1,5 m)4' 3" (1,3 m)227/64" (6,2 cm)
Basislijn:
Horizontale lijn die door het midden van de lens loopt.
Midden van de lens
Afstand tussen het midden
van de lens en de
onderrand van het beeld (H)
De formule voor de beeldgrootte en
projectie-afstand
[Voet/duim]
L1 (voet)=
L2 (voet) =
H (duim) =
[m/cm]
L1 (m) =
L2 (m) =
H (cm) =
(0,0396χ – 0,0546) / 0,3048
(0,0330χ – 0,0546) / 0,3048
χ
0,0606
0,0396χ – 0,0546
0,0330χ – 0,0546
0,0606χ
× 2,54
REK-stand (16:9)
Beeld-(scherm-)grootteProjectie-afstand (L)
χχ
χ
χχ
Diag. (
)BreedteHoogteMaximum (L1)Minimum (L2)
250" (635 cm) 218" (553 cm) 123" (311 cm)
225" (572 cm) 196" (498 cm) 110" (280 cm)
200" (508 cm) 174" (443 cm) 98" (249 cm)
150" (381 cm) 131" (332 cm) 74" (187 cm)
133" (338 cm) 116" (294 cm) 65" (166 cm)
106" (269 cm) 92" (235 cm) 52" (132 cm)
100" (254 cm) 87" (221cm)49" (125 cm)
92" (234 cm) 80" (204 cm) 45" (115 cm)
84" (213 cm) 73" (186 cm) 41" (105 cm)
72" (183 cm) 63" (159 cm) 35" (90 cm)
60" (152 cm) 52" (133 cm) 29" (75 cm)
40" (102 cm) 35" (89 cm)20" (50 cm)
35' 1" (10,7 m)29' 2" (8,9 m) –433/64" (–11,5 cm)
31'10" (9,7 m)26' 3" (8,0 m) –41/16" (–10,3 cm)
28' 3" (8,6 m)23' 3" (7,1 m)–339/64" (–9,2 cm)
21'(6,4 m)17' 5" (5,3 m)–245/64" (–6,9 cm)
18' 8" (5,7 m)15' 5" (4,7 m)–213/32" (–6,1 cm)
14' 9" (4,5 m)12' 6" (3,8 m)–159/64" (–4,9 cm)
14' 1" (4,3 m)11' 6" (3,5 m)–113/16" (–4,6 cm)
12'10" (3,9 m)10'10" (3,3 m)–121/32" (–4,2 cm)
11'10" (3,6 m)9'10" (3,0 m)–133/64" (–3,9 cm)
10' 2" (3,1 m)8' 2" (2,5 m)–119/64" (–3,3 cm)
8' 2" (2,5 m)6' 11" (2,1 m)–15/64" (–2,8 cm)
5' 7" (1,7 m)4' 7" (1,4 m)–23/32" (–1,8 cm)
Afstand tussen het midden
van de lens en de
onderrand van het beeld (H)
De formule voor de beeldgrootte en
projectie-afstand
• Waarden met een minteken (–) geven de afstand tussen het midden van de lens en de onderrand van het
beeld aan.
24
Projecteren van een spiegelbeeld/omgekeerd beeld
Projectie van achter het scherm
■ Zet een doorschijnend scherm tussen de projector en het publiek.
■ Spiegel het beeld door het menu “Projectie” in te
stellen op “Achter”. Zie bladzijde
50 voor het gebruik van deze
functie.
Projectie via een spiegel
■ Plaats een (gewone platte) spiegel
voor de lens.
Info
• Wanneer u een spiegel gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat
zowel de projector als de spiegel zo opgesteld staan dat het
licht niet rechtstreeks in de ogen van het publiek schijnt.
Projectie bij plafondmontage
■ Het verdient aanbeveling de optionele Sharp
plafondmontagebeugel te gebruiken voor deze opstelling.
Alvorens de projector aan het plafond te bevestigen, neemt u contact
op met uw dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer of
servicecentrum om de aanbevolen plafondmontagebeugel (los
verkrijgbaar) aan te schaffen.
• BB-A10T plafondadapter, zijn BB-NVHOLDER280, BBNVHOLDER550, BB-NVHOLDER900 plafondmontagesystemen
(voor DUITSLAND).
• AN-A10T of plafondmontagebeugel, zijn AN-TK201 en ANTK202 verlengpijpen (voor andere landen dan DUITSLAND).
■ Stel de projector zodanig op dat de afstand
(H) van het midden van de lens (zie
bladzijde 24) overeenkomt met de
onderrand van het beeld wanneer u de projector aan het plafond bevestigt.
■ Keer het beeld om door het
menu “Projectie” in te stellen
op “Plafond+voor”. Zie
bladzijde 50 voor het gebruik
van deze functie.
Bij gebruik van de standaardinstellingen.
▼ In-beeld-display
Aansluiten en opstellen
Spiegelbeeld
Bij gebruik van de standaardinstellingen.
▼In-beeld-display
Omgekeerd Het beeld staat
ondersteboven
25
Beeldprojectie
Basisprocedure
Sluit de nodige externe apparatuur op de projector
aan alvorens de volgende procedures uit te voeren.
Info
•
De in de fabriek ingestelde taal is Engels. Volg
de op bladzidje
het veranderen van de taal voor het on-screen
display.
28 beschreven procedure voor
1 Sluit het netsnoer ann op het
stopcontact.
• De bedrijfsindicator licht rood op en de
projector wordt in stand-by geschakeld.
2 Druk op op de projector
of de afstandsbediening.
• De bedrijfsindicator licht groen op. Na
het oplichten van de lampindicator
(LAMP) is de projector klaar voor
bediening.
Opmerking
•
De lampindicator (LAMP) licht op en
geeft de gebruiksstand van de lamp aan.
Groen:
De lamp is klaar voor gebruik.
Groen knipperend:
De lamp is aan het opwarmen of
wordt uitgeschakeld.
Rood:
De lamp moet worden vervangen.
•
Als de projector in standby wordt
geschakeld en onmiddellijk daarna
opnieuw wordt ingeschakeld, kan het
even duren voordat de lampindicator
(LAMP) oplicht.
• Bij bediening van de projector d.m.v.
RS-232C opdrachten via een computer
dient u minstens 30 seconden na
inschakelen van de spanning te
wachten voordat u opdrachten
overstuurt.
• Wanneer “Anti-diefstal” (zie bladzijde 48)
ingesteld, verschijnt het sleutelwoordinvoervenster. Voer het sleutelwoord in.
Bedrijfsindicator
ON-toets
STANDBY-
toets
Volume-
toetsen
(VOL)
▼Sleutelwoord-invoerveld
Lampindicator
(LAMP)
Ingangsfunctietoets
(INPUT)
Volumetoetsen
(VOL)
ON-toets
AV-dempingstoets
(AV MUTE)
Ingangsfunctietoetsen
(INPUT)
Opmerking
•
Wanneer u het sleutelwoord invoert, moet u
op de toetsen drukken die u eerst op de projector of de afstandsbediening hebt ingesteld.
•
Voor nadere bijzonderheden over de antidiefstalfunctie, zie “Anti-diefstal (instellen
van de anti-diefstal)” op bladzijde 48.
26
3 Druk op , of op
de afstandsbediening om de
ingangsfunctie te kiezen.
•
Druk eenmaal op op de projector. Gebruik
om de gewenste ingangsfunctie te selecteren.
▼ In-beeld-display (voorbeeld)
INGANG 1-functie
Met RGB
➝
Opmerking
•
Wanneer er geen signaal wordt
ontvangen,verschijnt “GEEN SIGNAAL” op het
display. Wanneer een signaal wordt ontvangen
waarvoor de projector niet vooraf is ingesteld,
verschijnt “OUGELDIG” op het display.
•
De ingangsfunctie wordt niet getoond als
“OSD Display” is ingesteld op “UIT” (Zie
bladzijde 44.)
Meer over de ingangsfuncties
INGANG 1
(RGB/
Component)
INGANG 2
(S-Video)
INGANG 3
(Video)
4
Druk op of op de afstands-
Wordt gebruikt om beelden te projecteren
vanaf een apparaat met RGB- of
componentsignalen, dat is aangesloten
op de RGB ingangsaansluiting.
Wordt gebruikt voor het projecteren
van beelden vanaf een apparaat dat
aangesloten is op de S-VIDEOingangsaansluiting.
Wordt gebruikt voor het projecteren
van beelden vanaf een apparaat dat
aangesloten is op de VIDEOingangsaansluiting.
bediening om het volume van de
luidspreker in te stellen.
Met
Component
➝
INGANG 2-functie
Met S-Video
➝
INGANG 3-functie
Met Video
Basisbediening
Opmerking
•
Door te drukken op verlaagt u het volume.
Door te drukken op
•
Op de projector kunt u het volume instellen
door te drukken op of .
5
Druk op op de afstandsbediening
verhoogt u het volume.
om tijdelijk een zwart scherm weer te
geven en het geluid uit te schakelen.
Opmerking
• Wanneer u nogmaals op drukt,
verschijnt het geprojecteerde beeld
opnieuw en wordt het geluid opnieuw
ingeschakeld.
27
Beeldprojectie
Kiezen van de taal van
het on-screen display
U kunt de taal van het on-screen display instellen op
Engels, Duits, Spaans, Nederlands, Frans, Italiaans,
Zweeds, Portugees, Chinees, Koreaans of Japans.
1 Druk op op de
afstandsbediening.
• Het menu “Beeld” verschijnt.
2 Druk op \ of | om het pictogram
van het menu “Taal” te selecteren.
• Het menu “Taal” verschijnt.
3 Druk op ' of op " om de
gewenste taal te selecteren en
druk dan op
.
4 Druk op .
• De voor het on-screen display
geselecteerde taal wordt ingesteld.
Pictogram van menu “Taal”
Uitschakelen van de stroom
1 Druk op
of op
STANDBY
op de afstandsbedie-
ning en druk vervolgens opnieuw
op die toets terwijl het bevestigingsbericht wordt getoond om de
projector in standby te schakelen.
Opmerking
•
Als u per ongeluk op
heeft gedrukt en de projector niet in
standby wilt schakelen, wacht u tot het
bevestigingsbericht verdwijnt.
•
De projector kan niet worden bediend terwijl
het bericht “Wacht aub.” wordt getoond.
2
Trek het netsnoer uit het stopcontact
nadat de koelventilator is gestopt.
Info
•
Tr ek tijdens het projecteren en zolang de
koelventilator in werking is de stekker van
het netsnoer niet uit het stopcontact. Dit kan
beschadiging veroorzaken door het stijgen
van de binnentemperatuur, aangezien de
koelventilator eveneens wordt uitgeschakeld.
op de projector
STANDBY
STANDBY
of
STANDBY
STANDBY-
toets
Invoertoets
(ENTER)
MENU-toets
(MENU)
', ", \, |
toetsen
28
Trapeziumvorm-correctie (Correctie van perspectivische vervorming)
Trapeziumvorm-
Correctie van
perspectivische vervorming
Wanneer het beeld vanaf de bovenkant of de
onderkant onder een hoek op het scherm wordt
geprojecteerd, treedt een trapeziumvormige
(perspectivische) vertekening van het beeld op.
De functie voor de correctie van perspectivische
vervorming verhelpt dit probleem.
Opmerking
• Perspectivische vervorming kan worden
gecorrigeerd tot een hoek van ongeveer
±35° wanneer de beeldweergavefunctie is
ingesteld op “NORMAAL” (zie bladzijde 40).
Toets voor
ongedaan
(KEYSTONE)
maken
(UNDO)
toets
', ", \, |
toetsen
1 Druk op .
• U kunt ook de toets op de projector
gebruiken.
2
Druk op ' , ", \ of | om de
trapeziumvorm-correctie in te stellen.
• U kunt trapeziumvorm-correctie ook met
behulp van de en toetsen
van de projector instellen.
Comprimeert
de bovenkant.
Basisbediening
Opmerking
• Druk op om terug te keren naar
de standaardinstelling.
• Tijdens het instellen van het beeld
kunnen rechte lijnen of de randen van
beelden een zaagtandeffect vertonen.
3 Druk op .
• U kunt ook de toets op de projector
gebruiken.
Opmerking
•
U kunt voor 16:9 dezelfde instellingen
gebruiken als in de NORMAAL-functie 4:3.
Comprimeert
de onderkant.
29
Menu-onderdelen
Deze lijst vermeldt de onderdelen die kunnen worden ingesteld op de projector.
■ INGANG 1-functie
HoofdmenuSubmenu
Beeld
Bladzijde 36
Fijn sync.
Bladzijde 38
Contrast
Helder
Kleur
Tint
Scherpte
Rood
Blauw
Reset
Kleurtmp
Gamma
sRGB [AAN/UIT]
Signaaltype
Geheugen
Klok
Fase
H-Pos
V-Pos
Reset
Speciale func.
Automat.sync.
Signaal info
+30−30
+30−30
+30−30
+30−30
+30−30
+30−30
+30−30
5500 K
6500 K
7500 K
8500 K
9300 K
10500 K
Standaard
Presentatie
Cinema
Spel
Auto
RGB
Component
Geheugen 1
Geheu. UIT
+30−30
+15−15
+30−30
+30−30
Geheugen 5
HoofdmenuSubmenu
Opties
Bladzijde 44
Taal
Bladzijde 28
ProjectieVoor
Bladzijde 50
Lamptimer (duur)
OSD Display [AAN/UIT]
Achtergrond
Eco-functie[Eco/Standaard]
Auto Power Off
Menupositie
Menukleur
[Ondoorschijnend/Doorschijnend]
Wachtwoord
Anti-diefstal
English
Deutsch
Español
Nederlands
Français
Italiano
Svenska
Português
Plafond+voor
Achter
Plafond+achter
[AAN/UIT]
Sharp
Blauw
Geen
Midden
Rechtsbov.
Rechtsond.
Linksbov.
Linksond.
Oud wachtwrd
Nieuw wachtw
Herbevestigen
Oude code
Nieuwe code
Herbevestigen
Opmerking
• In het menu “Beeld” van INGANG 1 worden “Kleur”, “Tint” en “Scherpte” alleen weergegeven wanneer het
“Signaaltype” is ingesteld op “Component” of “Auto” en het ingangssignaal wordt herkend als een
componentsignaal.
• In het menu “Beeld” van INGANG 1 wordt “sRGB” alleen weergegeven wanneer het “Signaaltype” is
ingesteld op “RGB” of “Auto” en het ingangssignaal wordt herkend als een RGB-signaal.
30
■ INGANG 2/3-functie
HoofdmenuSubmenu
Beeld
Bladzijde 36
Opties
Bladzijde 44
Contrast
Helder
Kleur
Tint
Scherpte
Rood
Blauw
Reset
Kleurtmp
Gamma
Geheugen
Lamptimer (duur)
OSD Display [AAN/UIT]
Videosysteem
Achtergrond
Eco-functie[Eco/Standaard]
Auto Power Off
Menupositie
Menukleur
[Ondoorschijnend/Doorschijnend]
Wachtwoord
Anti-diefstal
+30−30
+30−30
+30−30
+30−30
+30−30
+30−30
+30−30
[AAN/UIT]
5500 K
6500 K
7500 K
8500 K
9300 K
10500 K
Standaard
Presentatie
Cinema
Spel
Geheugen 1
Geheu. UIT
Auto
PAL
NTSC3.58
SECAM
NTSC4.43
PAL-M
PAL-N
PAL-60
Sharp
Blauw
Geen
Midden
Rechtsbov.
Rechtsond.
Linksbov.
Linksond.
Oud wachtwrd
Nieuw wachtw
Herbevestigen
Oude code
Nieuwe code
Herbevestigen
Geheugen 5
Hoofdmenu
Taal
Bladzijde 28
ProjectieVoor
Bladzijde 50
English
Deutsch
Español
Nederlands
Français
Italiano
Svenska
Português
Plafond+voor
Achter
Plafond+achter
Basisbediening
31
Gebruik van het menuscherm
De menuschermen stellen u in staat het beeld en diverse projectorinstellingen te regelen.
U kunt de menu’s bedienen via de afstandsbediening aan de hand van de volgende procedure.
Voorbeeld: het menu “Beeld” voor de
INGANG 1 (RGB)-functie
Menuselectie (afstellingen)
1 Druk op .
•
Het menuscherm “Beeld” voor de gekozen
ingangsfunctie wordt weergegeven.
Opmerking
•
Het rechtsonder getoonde on-screen
display verschijnt wanneer de INGANG
1 (RGB)-functie wordt geselecteerd.
ongedaan maken
Invoertoets
(ENTER)
Toets voor
(UNDO)
MENU-toets
(MENU)
', ", \, |
toetsen
\\
2 Druk op
||
\ of
| om de overige
\\
||
menuschermen weer te geven.
• Het menupictogram van het gekozen
menu wordt gemarkeerd.
MenupictogramMenuscherm
Beeld
Fijn sync.
Opties
Taal
Projectie
Opmerking
• Het menu “Fijn sync.” is niet
beschikbaar voor INGANG 2 of 3.
Voor bijzonderheden over de menu’s, zie de
•
boomdiagrammen op bladzijden 30 en 31.
32
Menupictogrammen
''
3
Druk op
""
' of
" om het onderdeel
''
""
te kiezen dat u wilt instellen.
•
Het gekozen onderdeel wordt gemarkeerd.
Opmerking
•
Om slechts één in te stellen onderdeel
weer te geven, drukt u op na het
kiezen van het onderdeel. Alleen de
menubalk en het onderdeel dat u wilt
instellen, worden weergegeven.
Wanneer u dan op ' of " drukt, wordt
het volgende onderdeel (“Rood” volgt op
“Helder”) weergegeven.
•
Druk op om terug te keren naar het
vorige scherm.
\\
4 Druk op
||
\ of
| om het gekozen
\\
||
onderdeel in te stellen.
• De aanpassing wordt opgeslagen.
Basisbediening
5 Druk op .
• Het menuscherm verdwijnt.
33
Gebruik van het menuscherm
Menuselectie
(instellingen)
1 Druk op .
• Het menuscherm “Beeld” voor de
gekozen ingangsfunctie wordt
weergegeven.
Opmerking
• Het rechtsonder getoonde on-screen
display verschijnt wanneer de
INGANG 1 (RGB)-functie wordt
geselecteerd.
\\
2 Druk op
menuschermen weer te geven.
• Het menupictogram van het gekozen
menu wordt gemarkeerd.
||
\ of
| om de overige
\\
||
Invoertoets
(ENTER)
Toets voor
ongedaan maken
(UNDO)
MENU-toets
(MENU)
', ", \, |
toetsen
Menupictogrammen
MenupictogramMenuscherm
Beeld
Fijn sync.
Opties
Taal
Projectie
Opmerking
• Het menu “Fijn sync.” is niet
beschikbaar voor INGANG 2 of 3.
•
Voor bijzonderheden over de menu’s, zie de
boomdiagrammen op bladzijden 30 en 31.
34
3 Druk op
onderdeel te kiezen dat u wilt
instellen en druk vervolgens op
||
| om het submenu weer te
||
geven.
• Het gekozen onderdeel wordt
gemarkeerd.
Opmerking
• Druk op of \ om terug te keren
naar het vorige scherm.
• Bij sommige onderdelen moet u op
\ of | drukken om het pictogram te
kiezen met “”.
4 Druk op
van het onderdeel te kiezen dat
wordt weergegeven in het
submenu.
''
' of
''
''
""
' of
" om de instelling
''
""
""
" om het
""
Submenu
Basisbediening
5 Druk op .
• Het gekozen onderdeel wordt ingesteld.
6 Druk op .
• Het menuscherm verdwijnt.
35
Instellen van het beeld
U kunt het beeld van de projector naar uw eigen voorkeur instellen in het menu “Beeld”. Voor
de bediening van het menuscherm, zie bladzijden 32 t/m 35.
Voorbeeld: het menu “Beeld” voor de
INGANG 1 (RGB)-functie
Het beeld instellen
Kies het gewenste onderdeel in het menu
“Beeld” en stel het beeld in.
Beschrijving van de beeldinstellingen
Instelbare onderdelen
Contrast
Helder
Kleur
Tint
Scherpte
Rood
Blauw
Opmerking
• “Kleur”, “Tint” en “Scherpte” verschijnen niet
wanneer u INGANG 1 kiest en het “Signaaltype”
instelt op “RGB” of het “Signaaltype” instelt op
“Auto” en het ingangssignaal wordt herkend als
een RGB-signaal.
“Scherpte” kan worden aangepast wanneer 480I-,
•
480P-, 540P-, 576I-, 576P-, 720P-, 1035I- of
1080I-signalen worden herkend terwijl het
“Signaaltype” voor INGANG 1 is ingesteld op
“Component” of is ingesteld op “Auto” en het
ingangssignaal wordt herkend als een
componentsignaal.
• Om alle instelbare onderdelen terug te stellen,
kiest u “Reset” en drukt u op
Druk op \Druk op |
voor minder contrast.
voor een minder helder beeld.
voor minder intense kleuren.
voor paarsige huidtinten.
voor een minder scherp beeld.
voor minder rood.
voor minder blauw.
voor meer contrast.
voor een helderder beeld.
voor intensere kleuren.
voor groenige huidtinten.
voor een scherper beeld.
voor meer rood.
voor meer blauw.
.
Kleurtmp(Kleurtemperatuur
instellen)
Kies “Kleurtmp” in het menu “Beeld” en kies
de gewenste kleurtemperatuurinstelling.
Beschrijving van de
kleurtemperatuurinstellingen
Mogelijke
instellingen
5500K
6500K
7500K
8500K
9300K
10500K
Lagere kleurtemperatuur voor warmere,
roodachtige, fonkelende beelden.
Hogere kleurtemperatuur voor koelere,
blauwachtige, fluorescerende beelden.
Opmerking
• De waarden voor “Kleurtmp” zijn bij benadering.
Beschrijving
36
Gamma(Gammacorrectie)
Gamma is een functie die de kwaliteit van het beeld
verbetert en een rijker beeld creëert door de donkere
gedeelten van het beeld helderder weer te geven zonder
de helderheid van de heldere gedeelten te veranderen.
Wanneer u beelden weergeeft met veel donkere
scènes, zoals een film of een concert, of wanneer u
beelden weergeeft in een helder verlichte ruimte,
maakt deze functie de donkere scènes beter
zichtbaar een geeft het beeld een grotere diepte.
Kies “Gamma” in het menu “Beeld” en kies
de gewenste gammastand.
Beschrijving van de gammastanden
Mogelijke
instellingen
Standaard
Presentatie
Cinema
Spel
Voor een standaardbeeld
Geeft de donkere delen van het beeld
helderder weer voor een betere presentatie.
Geeft meer diepte aan de donkere delen van
het beeld voor een boeiender bioscoopervaring.
Voor natuurlijke kleurschakeringen bij
het spelen van een spel, enz.
Opmerking
• “Gamma” is niet beschikbaar voor INGANG 1
wanneer “sRGB” in het menu “Beeld” is
ingesteld op “AAN”.
Beschrijving
Signaaltype (de instelling
Signaaltype)
Het signaaltype is vooraf ingesteld op “Auto”; in
zeldzame gevallen kan het beeld echter onzuiver zijn.
Selecteer in dat geval “RGB” of “Component”
overeenkomstig het ingangssignaal.
Kies “Signaaltype” in het menu “Beeld” en
kies de instelling “Auto”, “RGB” of
“Component” voor INPUT 1.
Beschrijving van de signaaltype-instellingen
Mogelijke
instellingen
Auto
RGB
Component
Ingangssignalen worden automatisch
herkend als RGB of Component.
Instelling voor ontvangst van RGB-signalen.
Instelling voor ontvangst van
Component-signalen.
Geheugen
oproepen van instellingen)
Gebruik deze functie om de instellingen die zijn
gekozen in het menu “Beeld” op te slaan. Ongeacht
de gekozen ingangsstand of het gekozen signaaltype,
kunt u de instellingen die u hebt opgeslagen op een
geheugenplaats kiezen en toepassen.
Kies “Geheugen” in het menu “Beeld” en de
geheugenplaats waar u de instellingen wilt
opslaan. Voer daarna via het menu “Beeld
de gewenste instellingen in.
Beschrijving
(Opslaan en
”
Basisbediening
sRGB(de instelling sRGB)
Kies “sRGB” in het menu “Beeld” en kies
de instelling “ (AAN)” om het beeld weer
te geven in een natuurlijke tint op basis van
het oorspronkelijke beeld.
Opmerking
• Wanneer “sRGB” is ingesteld op “AAN”;
• is Gamma niet beschikbaar.
• kunnen “Rood”, “Blauw” of “Kleurtmp” in het
menu “Beeld” niet worden aangepast.
• Voor meer informatie over de sRGB-functie
bezoekt u “http://www.srgb.com/”.
Info
• Wanneer “sRGB” is ingesteld op “AAN”, kan het
geprojecteerde beeld donker worden; dit betekent
echter niet dat een storing is opgetreden.
De instellingen van alle onderdelen in
het menu “Beeld” kunnen worden
opgeslagen onder een geheugenplaats.
De opgeslagen instellingen kunnen in
elke ingangsstand worden gekozen.
Naast “Geheugen 1” t/m “Geheugen 5” kunnen
andere instellingen in het menu “Beeld” worden
opgeslagen voor elke ingangsstand. De
instellingen die worden opgeslagen onder “Geheu.
UIT” kunnen niet worden gebruikt wanneer een
andere ingangsstand wordt gekozen.
Beschrijving
Als u de in het menu “Beeld” opgeslagen
instellingen wilt gebruiken, kiest u “Geheugen”
in het menu “Beeld” en de geheugenplaats
waaronder u de instellingen hebt opgeslagen.
Opmerking
• Nadat u een geheugenplaats heeft gekozen,
kunt u de hierin opgeslagen instellingen
veranderen.
37
Instellen van het computerbeeld
In het menu “Fijn sync.” kunt u het computerbeeld instellen, de displaystand van de computer aanpassen en het ingangssignaal controleren. Voor de bediening van het menuscherm,
zie bladzijden 32 t/m 35.
Voorbeeld: het menu “Fijn sync.” voor de
INGANG 1-functie
Het computerbeeld
instellen
Wanneer “Automat.sync.” op “UIT” staat of wanneer
verticale strepen zichtbaar zijn of flikkering optreedt
in delen van het scherm als “Automat.sync.” op
“AAN” staat, kunt u de instellingen “Klok”, “Fase”,
“H-Pos” of “V-Pos” bijstellen om een optimaal
computerbeeld te verkrijgen.
Kies het onderdeel in het menu “Fijn sync.”
en stel het computerbeeld in.
Beschrijving van de instelbare onderdelen
Instelbare
onderdelen
Klok
Fase
H-Pos
V-Pos
de verticale ruis te regelen.
de horizontale ruis te regelen (vergelijkbaar
met tracking op uw videorecorder).
het beeld op het scherm te centreren door
het naar links of naar rechts te verplaatsen.
het beeld op het scherm te centreren door
het naar boven of naar onder te verplaatsen.
Opmerking
• U kunt het computerbeeld automatisch
aanpassen door “Automat.sync.” in te stellen
in het menu “Fijn sync.” of door op de toets
AUTO SYNC te drukken. Zie de volgende
bladzijde voor details.
• Om alle instelbare onderdelen terug te stellen,
kiest u “Reset” en drukt u op
Gebruik \ en | om
.
Speciale func. (
speciale functies
Normaal gesproken wordt het soort ingangssignaal
gedetecteerd en wordt de juiste resolutie
automatisch ingesteld. Bij sommige signalen kan
het echter nodig zijn om de optimale resolutieinstelling te kiezen in “Speciale func.” op het
menuscherm “Fijn sync.”, in overeenstemming met
de weergavefunctie van de computer.
)
Instellen van
Kies “Speciale func.” in het menu “Fijn
sync.” en kies de juiste resolutie.
Opmerking
• Vermijd de weergave van computergegenereerde patronen die zich om de andere
beeldlijn herhalen (horizontale strepen).
(Het beeld kan hierdoor gaan flikkeren, wat het
erg moeilijk maakt ernaar te blijven kijken.)
• Wanneer een DVD-speler of digitale video
aangesloten wordt, kiest u 480P als
ingangssignaal.
• Zie “Signaal info (controleren van het
ingangssignaal)” op de volgende pagina voor
informatie over het momenteel gekozen
ingangssignaal.
38
Automat.sync.(Instellen
van de automatische synchronisatie)
Wordt gebruikt om een computerbeeld automatisch
in te stellen.
Kies “Automat.sync.” in het menu “Fijn sync.”
kies de instelling “”(AAN) of “”(UIT).
Signaal Info (Controleren
van het ingangssignaal)
Kies “Signaal info” in het menu “Fijn sync.”
om de informatie over het huidige
ingangssignaal te bekijken.
Beschrijving van de instelling voor
automatische synchronisatie
Mogelijke
instellingen
AAN
UIT
De automatische synchronisatie vindt
plaats wanneer de projector wordt
ingeschakeld of als de ingangssignalen
worden veranderd wanneer de projector
is aangesloten op een computer.
De automatische synchronisatie wordt
niet automatischuitgevoerd.
Beschrijving
Opmerking
• De automatische synchronisatie wordt
eveneens uitgevoerd door te drukken op
op de projector of op de afstandsbediening.
• De instelling van de automatische synchronisatie
kan even duren, afhankelijk van het beeld van
de computer die op de projector is aangesloten.
Wanneer instelling door automatische
•
synchronisatie geen optimaal beeld oplevert, dan
is handmatige instelling vereist. (Zie bladzijde 38.)
Opmerking
• De projector geeft het aantal gescande lijnen,
die beschikbaar zijn bij audiovisuele apparatuur
zoals een DVD-speler of digitale video, weer.
Basisbediening
Automatische-synchronisatietoets (AUTO SYNC)
Automatische-synchronisatietoets (AUTO SYNC)
39
Beeldweergavefunctie
Deze functie stelt u in staat om de beeldweergave te wijzigen of aan te passen om het
ontvangen beeld te verbeteren. Afhankelijk van het ingangssignaal kunt u kiezen tussen
“NORMAAL”, “DOT BY DOT”, “KADER” of “REK”.
Toets voor
ongedaan maken
Wijzigen van de
beeldweergave
(UNDO)
Druk op .
• Bij iedere druk op verandert het display zoals
weergegeven op bladzijden 40 en 41.
•
Om terug te keren naar het standaardbeeld, drukt u op
terwijl “GROOTTE AANPASSEN” op het scherm verschijnt.
COMPUTER
NORMAAL
SVGA (800 × 600)
4:3 beeldverhouding
Andere beeldverhoudingen
Computer
XGA (1024 × 768)
SXGA (1280 × 960)
SXGA+ (1400 × 1050)
SXGA (1280 × 1024)
1280 × 720
Beeldtype
1024 × 768
960 × 768
—
NORMAALDOT BY DOTKADER
***
Lagere resolutie dan
XGA
4:3 beeldverhouding
**
XGA
4:3 beeldverhouding
DOT BY DOT
800 × 600
—
1280 × 960
1400 × 1050
1280 × 1024
—
Schermgroottetoets (RESIZE)
KADERREK
768 × 576
720 × 576
—
WeergavebeeldIngangssignaal
1024 × 576
960 × 576
1024 × 576
REK
**
Hogere resolutie dan
XGA
4:3 beeldverhouding
**
SXGA (1280 × 1024)
5:4 beeldverhouding
1280 × 720
16:9 beeldverhouding
Functie voor het projecteren van een beeld met de oorspronkelijke beeldverhouding
*
zonder delen af te snijden.
40
*
: Afgesneden deel waarin geen beelden kunnen worden geprojecteerd.
: Gebied waar de signalen zich buiten het scherm bevinden.
VIDEO
480I, 480P, 576I, 576P,
NTSC, PAL, SECAM
540P,
720P, 1080I
• “REK” wordt vastgelegd wanneer 540P-, 720P- of 1080I-signalen worden ingevoerd.
4:3 beeldverhouding.
Letterbox, compressie
16:9 beeldverhouding
NORMAAL
1024 × 768
—
KADER
768 × 576
—
REK
1024 × 576
Ingangssignaal
480I, 480P, 576I, 576P,
NTSC, PAL, SECAM
540P, 720P,
1080I (16:9)
BeeldtypeDVD / Video
4:3 beeldverhouding
Letterbox
Squeezed 16:9-beeld
Squeezed 4:3-beeld
16:9 beeldverhouding
Weergavebeeld
NORMAAL
KADERREK
**
*
*
*
*
*
Gebruiksvriendelijke functies
*
16:9 aspectratio
(4:3 aspectratio
Modus voor het projecteren van een beeld met de oorspronkelijke beeldverhouding zonder delen af te snijden.
*
: Afgesneden deel waarin geen beelden kunnen worden geprojecteerd.
: Deel waarop het beeld niet in de oorspronkelijke signalen zit.
in 16:9 scherm)
41
Stilstaand beeld en zoombeeld
U kunt een bewegend beeld onmiddellijk stilzetten en een bepaald gedeelte van een beeld
vergroten met de afstandsbediening. Deze functies geven u meer tijd om aan het publiek
uitleg te geven over het beeld.
Toets voor
ongedaan
maken
(UNDO)
', ", \, |
Toetsen
Vergroten/
verkleinentoetsen
(ENLARGE)
Stilstaandbeeldtoets
(FREEZE)
Stilzetten van een
bewegend beeld
1 Druk op .
• Het geprojecteerde beeld wordt stilgezet.
2 Druk nogmaals op om terug te
keren naar het bewegend beeld van
het momenteel aangesloten
apparaat.
Weergeven van een vergroot
deel van een beeld
1 Druk op .
• Door te drukken op of vergroot
of verkleint u het geprojecteerde beeld.
Opmerking
×1×4 ×9 ×16 ×36 ×64×2 ×3
• U kunt de plaats van het vergrote beeld
wijzigen met ', ", \ of |.
2 Druk op om de bediening te
annuleren.
• De vergrotingsfactor wordt opnieuw ×1.
42
Opmerking
In de volgende gevallen zal het beeld naar de
normale grootte terugkeren (×1).
• Wanneer de ingangsstand wordt veranderd.
• Wanneer u op
• Wanneer het ingangssignaal gewijzigd wordt.
• Wanneer u de resolutie en de verversingsratio
(verticale frequentie) van het ingangssignaal
wijzigt.
drukt.
Toetsvergrendelingsfunctie
Met deze functie kunt u de bedieningstoetsen van de projector vergrendelen.
ON-toets
Vergrendelen van de
bedieningstoetsen
Houd op de projector ongeveer 3
seconden lang ingedrukt terwijl de
projector wordt ingeschakeld.
Opmerking
• De toetsvergrendelingsfunctie heeft geen
invloed op de werking van de toetsen van de
afstandsbediening.
U kunt de toetsvergrendelingsfunctie niet gebruiken
•
terwijl de projector aan het opwarmen is of wordt
uitgeschakeld.
De toetsvergrendeling
annuleren
Houd op de projector ongeveer 3
seconden lang ingedrukt terwijl de
projector wordt ingeschakeld.
Opmerking
• De toetsvergrendelingsfunctie heeft geen
invloed op de werking van de toetsen van de
afstandsbediening.
U kunt de toetsvergrendelingsfunctie niet gebruiken
•
terwijl de projector aan het opwarmen is of wordt
uitgeschakeld.
Gebruiksvriendelijke functies
43
Gebruik van het menu “Opties”
Het menu “Opties” biedt bijkomende gebruiksmogelijkheden voor de projector. Voor de
bediening van het menuscherm, zie bladzijden 32 t/m 35.
Voorbeeld: het menu “Opties” voor de
INGANG 2 (S-Video)-functie
Lamptimer (duur)
(Controleren van de resterende
levensduur van de lamp)
U kunt de totale gebruikstijd en de resterende
levensduur van de lamp (percentage) controleren.
Geef het menu “Opties” weer om de resterende
levensduur van de lamp te controleren.
Beschrijving van de levensduur van de lamp
Lampgebruiksstatus
Uitsluitend gebruikt
in de Eco-functie
( )
Uitsluitend gebruikt in
de standaard-functie
)
(
Opmerking
•
Wij raden u aan de lamp te vervangen wanneer de
resterende levensduur is teruggelopen tot 5%.
Voor een vervangende lamp kunt u contact opnemen met
de dichtstbijzijnde Sharp projectordealer of het
dichtstbijzijnde servicecentrum.
•
De bovenstaande tabel geeft een ruwe schatting wanneer de
lamp alleen in de getoonde functie wordt gebruikt. De
resterende levensduur van de lamp zal variëren binnen
het bereik van de getoonde waarden afhankelijk van hoe
vaak er tussen de “Eco-functie” (energiebesparing) “
(Eco-functie) en de “” (standaard-functie) wordt
overgeschakeld (zie bladzijden 45).
Resterende levensduur van lamp
100%5%
4.500 uren
3.000 uren
ongeveer
225 uren
ongeveer
150 uren
”
OSD Display (Instellen van
het on-screen display)
Met deze functie kunt u de berichten die op het
scherm verschijnen in- en uitschakelen.
Kies “” (AAN) of “” (UIT) bij “OSD
Display” in het menu “Opties”.
Beschrijving van de instellingen van “OSD Display”
Mogelijke instellingen
AAN
UIT
Alle schermberichten worden getoond.
INGANG/VOLUME/AV DEMPING/
VASTLEGGEN/AUTOMAT. SYNC./
VERGROTEN/“U hebt een ongeldige
toets ingedrukt.” / “Alle toetsen van de
projector worden vergrendeld.” wordt
weergegeven wanneer de STANDBYtoets is ingedrukt terwijl de
toetsvergrendelingsfunctie is
ingeschakeld.
Beschrijving
44
Inleiding
Videosysteem (Instellen
van het videosignaal)
De standaardinstelling voor het videosysteem is
“Auto”; het is echter mogelijk dat u geen duidelijk
beeld kunt ontvangen van de aangesloten
audiovisuele apparatuur omwille van verschillen in
het signaal. In dat geval wijzigt u het videosignaal.
Kies “Videosysteem” in het menu “Opties” en
kies het juiste videosysteem.
Beschrijving van de videosystemen
Mogelijke instellingen
PA L
SECAM
NTSC4.43
NTSC3.58
Bij aansluiting op PALvideoapparatuur.
Bij aansluiting op SECAMvideoapparatuur.
Bij weergave van NTSC-signalen met
PAL-videoapparatuur.
Bij aansluiting op NTSCvideoapparatuur.
Opmerking
• Het videosignaal kan alleen in de INGANG 2of INGANG 3-functie worden ingesteld.
Beschrijving
Achtergrond
(Kiezen van een
start- en achtergrondbeeld)
Kies “Achtergrond” in het menu “Opties” en
kies het beeld dat moet worden weergegeven
bij het starten van de projector en wanneer
de projector geen ingangssignaal ontvangt.
Beschrijving van de achtergrondbeelden
Mogelijke instellingen
Sharp
Blauw
Geen
SHARP standaardbeeld
Blauw scherm
Zwart scherm
Beschrijving
Opmerking
•
Als het ingangssignaal gestoord is, zal het
scherm worden weergegeven tijdens de storing.
Eco-functie (Instellen van
de Eco-functie)
Kies “” (Eco-functie) of “” (Standaard-
functie) bij “Eco-functie” in het menu
“Opties”.
Beschrijving van de Eco-functie
Mogelijke
instellingen
(Eco-functie)
(Standaard-functie)
Helderheid
80%
100%
Stroom verbruik
(bij gebruik van 100 V
wisselstroom)
190 W
240 W
Levensduur
van de lamp
4.500 uren
3.000 uren
Opmerking
• Alhoewel de levensduur van de lamp en ruis
verbeteren als de “Eco-functie” wordt ingesteld
op “
helderheid met 20%.
• De fabrieksinstelling voor de “Eco-functie” is
“
” (Eco-functie)”, vermindert de
” (Standaard-functie).
45
Gebruik van het menu “Opties”
Voorbeeld: menuscherm “Opties” voor
de INPUT 2 (S-Video)-modus
Auto Power Off
(Automatische uitschakeling)
Als de projector is ingeschakeld “AAN” en er
gedurende meer dan 15 minuten geen
ingangssignaal wordt waargenomen, zal de projector zichzelf automatisch in standby schakelen.
De automatische uitschakelfunctie werkt niet
wanneer ze is ingesteld op “UIT”.
Kies “” (AAN) of “” (UIT) bij “Auto
Power Off” in het menu “Opties”.
Opmerking
• Wanneer de automatische uitschakelfunctie
ingesteld is op “AAN”, zal 5 minuten voordat de
projector in standby wordt geschakeld het
bericht “Inschakeling STANDBY-modus over X
min.” op het scherm verschijnen om de
resterende minuten aan te geven.
Menupositie (Selecteren
van de positie van het menuscherm)
Kies “Menupositie” in het menu “Opties” en
kies de gewenste positie voor het
menuscherm.
Beschrijving van de menuposities
Mogelijke instellingen
Midden
Rechtsbov.
Rechtsond.
Linksbov.
Linksond.
Weergegeven in het midden van het beeld.
Weergegeven rechts bovenaan het beeld.
Weergegeven rechts onderaan het beeld.
Weergegeven links bovenaan het beeld.
Weergegeven links onderaan het beeld.
Beschrijving
Menukleur (Selecteren van
de Menukleur)
46
Kies “” (Ondoorschijnend) of “”
(Doorschijnend) bij “Menukleur” in het menu
“Opties”.
Beschrijving van de menukleuren
Mogelijke instellingen
Ondoorschijnend
Doorschijnend
Het menu is ondoorschijnend.
Het menu is doorschijnend. Het deel
van het menu op het beeld wordt
doorschijnend.
Beschrijving
Wachtwoord(Instellen van
een wachtwoord)
U moet een wachtwoord instellen om de “Antidiefstal”-functie te activeren (bladzijde 48).
Op de fabriek is geen wachtwoord of “Anti-diefstal”
instelling ingevoerd. Het is dus voor iedereen
mogelijk om een nieuw wachtwoord en “Antidiefstal” instellingen in te voeren. Derhalve verdient
het aanbeveling om zelfs wanneer u de “Antidiefstal”-functie niet wilt gebruiken een wachtwoord
in te voeren, zodat anderen deze functie niet in
kunnen stellen.
Een wachtwoord kan alleen worden ingesteld met
de afstandsbediening.
Kies “Wachtwoord” in het menu “Opties”, druk
vervolgens op en volg onderstaande procedure om het wachtwoord in het voeren.
1 Druk op
',
''
""
" en
""
||
| om het
||
''
wachtwoord in te voeren in “Oud
wachtwrd” en druk op
''
2
Druk op
',
''
""
" en
""
||
| om het nieuwe
||
.
wachtwoord in te stellen en druk op
3
Voer het nieuwe wachtwoord van 4
cijfers nogmaals in na “Herbevestigen”
en druk op
Opmerking
•
Als u geen wachtwoord wenst in te stellen, laat u de
velden in stappen 2 en 3 leeg en drukt u op
• Om de wachtwoordinstellingen te annuleren,
drukt u op
.
.
.
Inleiding
.
1
Druk op
''
' of
''
nummer te selecteren en druk dan op
""
" om het gewenste
""
||
|.
||
2 Voer de 3 overige cijfers in en druk
op
.
3 Voer het wachtwoord nogmaals in
na “Herbevestigen” en druk op
Opmerking
• Wanneer een wachtwoord is ingesteld, moet u
het wachtwoord invoeren om de instelling van
“Anti-diefstal” te wijzigen.
Volg de onderstaande procedure om het
wachtwoord te wijzigen.
Als u uw wachtwoord
vergeten bent
Als u het wachtwoord vergeten bent, wist u het aan
de hand van de volgende procedure en stelt u een
nieuw wachtwoord in.
Druk op
.
Opmerking
• U kunt het wachtwoord alleen wissen met de
toetsen op de projector.
Als de “Anti-diefstal”-functie is ingesteld kan het
•
wachtwoord niet door middel van bovenstaande
procedure worden gewist. Als u uw wachtwoord
vergeet terwijl de functie “Anti-diefstal” is
ingeschakeld, dient u contact op te nemen met uw
dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer of
servicecentrum (zie bladzijde 65). Mogelijk moet
u de projector terugbrengen om de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen te laten herstellen (terugstellen
van wachtwoord en sleutelcode).
47
Gebruik van het menu “Opties”
Voorbeeld: het menu “Opties” voor de
INGANG 2 (S-Video)-functie
1
Anti-diefstal(Instellen van de Anti-diefstal)
De anti-diefstalfunctie voorkomt dat onbevoegden de projector gebruiken. U kunt kiezen of u deze functie gebruikt of niet.
Als u deze functie niet wenst te gebruiken, voert u gewoon de
sleutelcode niet in. Zodra een andere functie wordt
ingeschakeld, dienen gebruikers de juiste sleutelcode in te
voeren telkens wanneer de projector wordt gestart. Zonder de
juiste sleutelcode kunnen geen beelden worden geprojecteerd.
Hierna wordt uitgelegd hoe u deze functie gebruikt.
Kies “Anti-diefstal” in het menu “Opties”, druk
vervolgens op en volg onderstaande procedure om de sleutelcode in te voeren.
Druk op een willekeurige toets op de
afstandsbediening of de projector om het
eerste cijfer in “Nieuwe code” in te stellen.
Opmerking
• De volgende toetsen op de afstandsbediening en de projector kunnen niet als
sleutelcodes worden ingesteld:
• ON-toets
• STANDBY-toets
• Invoertoets (ENTER)
• Toets voor ongedaan maken (UNDO)
• MENU-toets
• Vooruit-toets (FORWARD)
• Te rug-toets (BACK)
Opmerking
•
“Anti-diefstal” kan niet worden geselecteerd tenzij
“Wachtwoord” is ingesteld. (Zie bladzijde 47.)
•
Wanneer “Anti-diefstal” is geselecteerd, verschijnt
het wachtwoordinvoervenster. Voer eerst het
juiste wachtwoord en dan de sleutelcode in.
Info
•
Wanneer de functie is ingeschakeld, moet u de juiste sleutelcode
kennen. Wij raden u aan de sleutelcode op een veilige plaats te
bewaren, waartoe alleen bevoegde gebruikers toegang hebben.
Als u uw sleutelcode verliest of vergeet, dient u contact op te
nemen met uw dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer
of servicecentrum (zie bladzijde. 65). Mogelijk moet u de projector terugbrengen om de oorspronkelijke fabrieksinstellingen
te laten herstellen (terugstellen van wachtwoord en sleutelcode).
48
2 Voer de overige 3 cijfers in door
willekeurige toetsen in te drukken.
3 Voer dezelfde sleutelcode nogmaals
in “Herbevestigen”.
Info
Wanneer u de diefstalbeveiliging heeft
ingeschakeld, verschijnt het invoerscherm
voor de code als u de projector inschakelt.
Voer hier nu de correcte code in.
• Druk op de toetsen op de afstandsbediening als
u met de toetsen van de afstandsbediening de
sleutelcode instelt. Druk op de toetsen op de
projector als u met de toetsen van de projector
de sleutelcode instelt.
Volg de onderstaande procedure om de
sleutelcode te wijzigen.
Opmerking
• Wanneer “Anti-diefstal” is geselecteerd,
verschijnt het wachtwoordinvoervenster. Zodra
u het wachtwoord hebt ingevoerd, kunt u de
sleutelcode veranderen.
1
Druk de toetsen op de afstandsbediening
of op de projector in om de vooraf
ingestelde code van 4 cijfers in te voeren
na “Oude code”.
2 Druk op een willekeurige toets
van de afstandsbediening of
de projector om de nieuwe
sleutelcode in te stellen.
Inleiding
3
Voer hetzelfde sleutelcode van
4 cijfers nogmaals in “Herbevestigen”.
Opmerking
• Als u geen sleutelcode wenst in te stellen, laat
u de sleutelcodeveld leeg in stappen 2 en 3 en
drukt u op
.
49
De geprojecteerde beelden omkeren/weergeven in spiegelbeeld
U kunt het geprojecteerde beeld omkeren of in spiegelbeeld weergeven voor diverse
toepassingen met behulp van het menu “Projectie”. Voor de bediening van het menuscherm,
zie bladzijden 32 t/m 35.
Voorbeeld: het menu “Projectie” voor de
INGANG 1 (RGB)-functie
Instellen van de
projectiestand
Geef het menu “Projectie” weer en kies de
gewenste projectiestand.
Beschrijving van de projectiestanden
Mogelijke instellingen
Voor
Plafond+voor
Achter
Plafond+achter
Opmerking
• Deze functie wordt gebruikt bij projectie van
achteren en plafondmontage. Zie bladzijde 25
voor deze opstellingen.
Normaal beeld
Spiegelbeeld
Omgekeerd beeld
Omgekeerd en spiegelbeeld
Beschrijving
50
Opbergen van de projector
Hoe gebruikt u de
draagtas?
Bevestig het lensdopje op de lens en plaats de
projector in de meegeleverde draagtas wanneer
u de projector wilt opbergen.
1Open het deksel van de draagtas.
2Verwijder de binnenbekleding uit de
draagtas en vouw ze in de richting
van de pijlen.
3Plaats de binnenbekleding opnieuw
in de draagtas.
Info
•
De binnenbekleding moet worden
aangebracht om de lens en de projector
te beschermen.
4Plaats de projector en de
accessoires in de draagtas.
Info
•
Wacht tot de projector voldoende is
afgekoeld voordat u hem in de draagtas
plaatst.
•
Zorg dat u de lensdop heeft bevestigd om
de lens te beschermen.
•
Plaats de projector in de draagtas met
de lens in de richting van het handvat.
•
Gebruik de bevestigingsriem om de
projector op zijn plaats te houden.
Info
•
Deze draagtas is enkel bedoeld om de projector
op te bergen.
Lensdop
Verstel de
schouderriem.
Aanhangsel
51
Onderhoud
Reinigen van de projector
■ Trek de stekker unit het stopcontact alvorens de
projector te reinigen.
■ De behuizing en het bedieningspaneel zijn van
kunststof. Vermijd het gebruik van benzeen en
verdunner, aangezien deze de behuizing kunnen
beschadigen.
■ Gebruik geen vluchtige middelen, bijvoorbeeld
insecticiden, bij het reinigen van de projector.
Bevestig geen rubber of kunststof voorwerpen
op de projector gedurende een lange tijd.
De effecten van sommige bestanddelen van de
kunststof kunnen de kwaliteit of de afwerking van
de projector negatief beïnvloeden.
Verdunner
Was
■ Veeg vuil voorzichtig weg met een zachte flanellen
doek.
Neutraal reinigingsmiddel
Reinigen van de lens
■ Reinig de lens met een in de handel verkrijgbaar
blaaskwastje of met lensreinigingspapier (voor
brillen en voor cameralenzen). Gebruik geen
vloeibare reinigingsmiddelen, aangezien deze de
beschermlaag op het lensoppervlak kunnen
aantasten.
■ Het lensoppervlak wordt makkelijk beschadigd.
Let op dat u er niet tegen stoot of er krassen op
maakt.
Reinigings-
papier
Reinigen van de uitlaat - en inlaatopeningen
■ Gebruik een stofzuiger om stof in de uitlaat - en
inlaatopeningen te verwijderen.
Sopje van water met
neutraal reinigingsmiddel
■ Voor het verwijderen van hardnekkig vuil
bevochtigt u een zachte doek in een sopje van
water met een neutraal reinigingsmiddel en veegt
u de projector goed schoon.
Sterke schoonmaakproducten kunnen de
afwerking van de projector doen verkleuren,
kromtrekken of beschadigen.
Probeer het product eerst uit op een klein en
verborgen deel van de projector.
52
De luchtfilter vervangen
• Deze projector is uitgerust met
luchtfilters om te garanderen dat de
projector optimaal blijft functioneren.
• De luchtfilters moeten elke 100
gebruiksuren worden schoongemaakt.
Reinig ze vaker als de projector wordt
gebruikt in een stoffige of rokerige
omgeving.
• Vraag uw Sharp projectordealer of service center de filter (PFILDA008WJZZ)
te vervangen als u het niet langer kunt
schoonmaken.
De onderste luchtfilter
schoonmaken en vervangen
1
Druk op
STANDBY
of op
op de afstandsbediening
om de projector in standby te
schakelen.
•
Wacht tot de koelventilator tot stilstand komt.
op de projector
STANDBY
""
" Onderaanzicht
""
Luchtfilter
Luchtfilter
(niet afneembaar)
""
" Achteraanzicht
""
Luchtfilter
(niet afneembaar)
STANDBY-toets
STANDBYtoets
2
Trek de stekker uit het stopcontact.
• Maak het netsnoer los van de netingang.
3 Verwijder het deksel van de filter/
lampeenheid.
• Draai de projector op zijn kop. Draai de
gebruiker-onderhoudsschroef (1)
waarmee het deksel van de filter/
lampeenheid is bevestigd los. Druk het
lipje (2) in en verwijder het deksel van
de filter/lampeenheid (3).
4 Verwijder de luchtfilter.
• Til de luchtfilter op met uw vingers en
trek hem uit het deksel van de filter/
lampeenheid.
Netingang
3
2
Nok
1
Gebruikeronderhoudsschroef
Aanhangsel
53
De luchtfilter vervangen
5 Maak de filter schoon.
• Verwijder het stof van de filter met een
stofzuiger.
6 Plaats de luchtfilter terug.
• Leg de luchtfilter onder de lipjes op het
deksel van de filter/lampeenheid.
7 Plaats het deksel van de filter/
lampeenheid terug.
• Lijn het lipje op het deksel van de filter/
lampeenheid (1) correct uit, plaats het
deksel en druk op het lipje (2) om het
te sluiten. Draai vervolgens de
gebruiker-onderhoudsschroef (3) vast
om het deksel van de filter/lampeenheid
vast te zetten.
Opmerking
• Zorg ervoor dat het deksel van de filter/
lampeenheid stevig is bevestigd. U kunt het
apparaat niet aanzetten totdat het deksel
correct is geïnstalleerd.
• Als zich stof of vuil heeft opgehoopt in de
onderste luchtfilter (niet verwijderen), maakt
u het filter schoon met een stofzuiger.
1
2
Nok
3
Gebruiker-onderhoudsschroef
54
Onderhoudsindicators
■ De verklikkerlampjes op de projector duiden problemen in de projector aan.
■ Als er zich een probleem voordoet, licht ofwel de temperatuurindicator (TEMP.) ofwel de lampindicator
rood op en schakelt de projector zichzelf in standby. Volg nadat de projector in standby is geschakeld
de onderstaande stappen.
Bedrijfsindicator
Lampindicator (LAMP)
Temperatuurindicator (TEMP.)
Over de temperatuurindicator (TEMP.)
Als de temperatuur in de projector
stijgt als gevolg van geblokkeerde
ventilatiegleuven of omstandigheden
in de installatieplaats, licht
“
beeld op.
stijgen, wordt de lamp uitgeschakeld en
gaat de temperatuurindicator (TEMP.)
knipperen, blijft de koelventilator nog 90
seconden draaien, waarna de projector
zichzelf in standby schakelt.
volgende maatregelen wanneer
“” verschijnt.
” linksonder in het
Als de temperatuur blijft
Neem de
Over de lampindicator (LAMP)
■
De levensduur van de lamp loopt terug
tot 0% wanneer de projector ongeveer
4.500 uren is gebruikt met “Eco-functie”
ingeschakeld of ongeveer 3.000 uren met
“Standaardfunctie” ingeschakeld (zie
bladzijde 45).
Wanneer de resterende levensduur van de
■
lamp terugloopt tot 5% of minder, wordt “
(geel) weergegeven op het scherm. Wanneer
het percentage 0% wordt, verandert “” in
” (rood), waarna de lamp automatisch
“
uitgaat en de projector zichzelf in standby
schakelt. Op dat moment zal de lampindicator
(LAMP) rood oplichten.
■
Na de vierde poging om de projector in te
schakelen zonder dat de lamp is vervangen,
zal de projector niet meer kunnen worden
ingeschakeld.
”
Onderhoudsindicator
Temperatuur-
indicator
(TEMP.)
Licht groen op
Lampin-
dicator
(LAMP)
Bedrijfsindicator
Groen aan/
Rood aan
Normaal
Uit
Groen knipperend
wanneer de lamp
aan het opwarmen
is of wordt
uitgeschakeld.
Abnormaal
Licht rood
op/Standby
Rood aan
Licht rood
op/Standby
Knippert
rood
Toestand
De inwendige
temperatuur is
abnormaal hoog.
De lamp is aan
vervanging toe
De lamp gaat niet
branden.
De Power-indicator
knippert rood
wanneer de
projector aanstaat.
ProbleemMogelijke oplossing
• Geblokkeerde luchtinlaat
• Defecte koelventilator
• Interne elektrische
storing
• Geblokkeerde luchtinlaat
• De resterende levensduur
van de lamp is teruggelopen
tot 5% of minder.
• Lamp is doorgebrand
• Storing in lampcircuit
• Het deksel van de
filter/lampeenheid is
open.
• Verplaats de projector naar een plek
met voldoende ventilatie.
• Breng de projector naar uw
dichtstbijzijnde erkende Sharp
projector dealer of servicecentrum
(zie bladzijde 65)
• Ve rvang de lamp voorzichtig (zie
bladzijde 58).
•
Breng de projector naar uw dichtstbijzijnde
erkende Sharp projector dealer of
servicecentrum (zie bladzijde 65) voor
reparatie of voor vervanging van de lamp.
• Ga voorzichtig te werk wanneer u
de lamp vervangt.
• Maak de deksel goed vast.
• Als de Power-indicator knippert,
zelfs als het deskel van de filter/
lampeenheid goed is geïnstalleerd,
dient u contact op te nemen met uw
Sharp projectordealer of service
center voor advies.
voor reparatie.
Aanhangsel
55
Onderhoudsondicators
Info
• Als de temperatuurindicator (TEMP.) oplicht en de projector zichzelf in standby schakelt, voer dan de
bovenvermelde mogelijke oplossingen uit en wacht tot de projector helemaal is afgekoeld voordat u het
netsnoer insteekt en de stroom weer inschakelt. (Minstens 5 minuten.)
• Als de stroom kortstondig wordt uitgeschakeld, bijvoorbeeld als gevolg van een stroomonderbreking, en
onmiddellijk weer wordt ingeschakeld, zal de lampindicator (LAMP) rood oplichten en gaat de lamp mogelijk
niet branden. Trek in dat geval de stekker uit het stopcontact en steek hem er weer in. Schakel vervolgens de
stroom weer in.
• Om de luchtopeningen te reinigen tijdens het gebruik van de projector, moet u de projector eerst in standby
schakelen. Nadat de koelventilator is gestopt, kunt u de ventilatieopeningen reinigen.
• Trek het netsnoer niet uit nadat de projector in standby is geschakeld en terwijl de koelventilator nog werkt.
De koelventilator werkt nog gedurende ongeveer 90 seconden.
56
Over de lamp
Lamp
■ Wij raden u aan de lamp (los verkrijgbaar) te vervangen wanneer de resterende levensduur van de lamp is
teruggelopen tot 5% of minder of als u merkt dat de beeld- en kleurkwaliteit sterk afnemen. U kunt de resterende
levensduur van de lamp (percentage) nagaan via de weergave op het scherm. Zie bladzijde 44.
■ U kunt de lamp laten vervangen bij uw dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer of servicecentrum.
Waarschuwing in verband met de lamp
■ Deze projector maakt gebruik van een kwiklamp onder druk. Als u een luid geluid hoort, kan de
lamp defect zijn. De lamp kan defect raken om allerlei redenen zoals: sterke schokken, onvoldoende
afkoelen, krassen op de lamp of slijtage van de lamp door overschrijding van de gebruikstijd. Als
gevolg van verschillen tussen de lampen en/of in de gebruiksomstandigheden en de frequentie van
het gebruik zal de tijdsduur voordat de lamp defect raakt variëren. Belangrijke opmerking: defecte
lampen barsten vaak.
■ Wanneer de lampindicator (LAMP) en het on-screen display branden of knipperen, moet u de lamp
onmiddellijk vervangen door een nieuwe, zelfs als de lamp nog normaal lijkt te werken.
■ Als de lamp breekt, kunnen glassplinters in het lamphuis vliegen of kan er gas van de lamp
ontsnappen via de uitlaatopening van de projector. Het in deze lamp aanwezige gas bevat kwik; laat
de kamer goed doorluchten als de lamp breekt en vermijd blootstelling aan het vrijgekomen gas.
Als u wordt blootgesteld aan dit gas, moet u zo snel mogelijk een dokter raadplegen.
■ Als de lamp breekt, kunnen glassplinters binnen in de projector terechtkomen. Neem in dat geval
contact op met uw dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer of servicecentrum om de
beschadigde lamp te verwijderen en veilig verder te werken.
Vervangen van de lamp
Let op
• Verwijder de lampeenheid niet onmiddellijk na gebruik van de projector. De lamp is dan nog erg heet,
waardoor u zich zou kunnen verbranden.
• Wacht minstens één uur nadat de stekker uit het stopcontact is getrokken zodat het oppervlak van de
lampeenheid helemaal kan afkoelen alvorens de lampeenheid te verwijderen.
■ Als na het vervangen van de lamp de nieuwe lamp niet gaat branden, moet u uw projector naar de
dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer of servicecentrum brengen voor reparatie. Koop
een vervangingslampeenheid van het type AN-A10LP bij uw dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer of servicecentrum. Vervang vervolgens voorzichtig de lamp volgens de instructies hierna.
Indien gewenst kunt u de lamp laten vervangen bij uw dichtstbijzijnde erkende Sharp projector
dealer of servicecentrum.
Aanhangsel
57
Over de lamp
Verwijderen en installeren
van de lampeenheid
Info
• Verwijder de lampeenheid met behulp van de
handgreep. Raak het glas van de lampeenheid
of de binnenkant van de projector niet aan.
• Volg de onderstaande aanwijzingen nauwkeurig
om letsel en beschadiging van de lamp te
voorkomen.
• Maak geen andere schroeven los dan die voor
het deksel van de filter/lampeenheid en de
lampeenheid zelf.
• Zie de bij de lampeenheid geleverde handleiding.
1
Druk op
STANDBY
of op
op de afstandsbediening
om de projector in standby te
schakelen.
•
Wacht tot de koelventilator tot stilstand komt.
op de projector
STANDBY
Meegeleverd
accessoire
STANDBY-toets
Lampeenheid
AN-A10LP
STANDBYtoets
Waarschuwing!
•
Verwijder de lampeenheid niet van de projector onmiddellijk na gebruik. De lamp zal
immers erg heet zijn en dit kan brandwonden
en andere letsels veroorzaken.
2
Trek de stekker uit het stopcontact.
• Maak het netsnoer los van de netingang.
• Wacht tot de lamp volledig is afgekoeld
(ongeveer 1 uur).
3 Vervang het luchtfilter.
• Vervang het luchtfilter wanneer u de
lampeenheid installeert. (zie bladzijden
53 en 54)
4 Verwijder het deksel van de
filter/lampeenheid.
• Draai de projector op zijn kop. Draai de
gebruiker-onderhoudsschroef (1)
waarmee het deksel van de filter/
lampeenheid is bevestigd los. Druk het
lipje (2) in en verwijder het deksel van
de filter/lampeenheid (3).
Netingang
Gebruikeronderhoudsschroef
3
2
1
Nok
58
5 Verwijder de lampeenheid.
•
Draai de bevestigingsschroeven van de
lampeenheid los. Neem de lampeenheid
vast bij de handgreep en trek ze in de
richting van de pijl. Houd de lampeenheid
hierbij horizontaal en kantel ze niet.
6
Installeer de nieuwe lampeenheid.
• Druk de lampeenheid stevig vast in het
lampeenheidvak. Draai de bevestigingsschroeven vast.
7 Plaats het deksel van de filter/
lampeenheid terug.
•
Lijn het lipje op het deksel van de filter/
lampeenheid (1) correct uit, plaats het
deksel en druk op het lipje (2) om het te
sluiten. Draai vervolgens de gebruikeronderhoudsschroef (3) vast om het deksel
van de filter/lampeenheid vast te zetten.
Info
•
Als de lampeenheid en het deksel van de filter/
lampeenheid niet correct geïnstalleerd zijn, zal
de stroom niet worden ingeschakeld, zelfs als
het netsnoer is aangesloten op de projector.
Handvat
Bevestigingsschroef
3
1
2
Gebruiker-onderhoudsschroef
Terugstellen van de
lamptimer
Stel na het vervangen van de lamp de lamptimer terug.
1 Sluit het netsnoer aan.
• Steek het netsnoer in de netingang van
de projector.
2 Stel de lamptimer terug.
• Druk, terwijl u de toetsen en
op de projector tegelijk ingedrukt houdt,
op
• “LAMP 0000H” verschijnt om aan te
geven dat de lamptimer is teruggesteld.
Info
•
Stel de lamptimer alleen terug na het vervangen
van de lamp. Als u de lamptimer terugstelt en
dezelfde lamp blijft gebruiken, bestaat het gevaar
dat de lamp beschadigd wordt of ontploft.
en op de projector.
Netingang
ON-toets
Volumetoetsen (VOL)
Autmatischesynchronisatietoets
(AUTO SYNC)
Aanhangsel
59
Toeknnin van de aansluitpinnen
INGANG 1 RGB-signaalaansluiting: 15-pins Mini D-sub vrouwelijke aansluiting
RGB INGANG
1. Video INGANG (rood)
2. Video INGANG (groen/sync op groen)
3. Video INGANG (blauw)
10
15
5
1
6
11
4. Niet aangesloten
5. Niet aangesloten
6. Aarde (rood)
7. Aarde (groen/sync op groen)
8. Aarde (blauw)
9. Niet aangesloten
10. GND
11. Niet aangesloten
12. Bidirectionele data
13. Horizontaal sync-signaal: TTL-niveau
14. Verticaal sync-signaal: TTL-niveau
15. Dataklok
RS-232C-aansluiting: 9-pins Mini DIN vrouwelijke aansluiting
8
9
7
6
5
4
21
Pinnummer SignaalNaamI/OReferentie
1Niet aangesloten
2RDData ontvangenInputAangesloten op intern circuit
3SDData sturenOutputAangesloten op intern circuit
4Niet aangesloten
5SGSignaalAangesloten op intern circuit
3
6Niet aangesloten
7RSAangesloten op Pin 8
8CSAangesloten op Pin 7
9Niet aangesloten
9-pins D-sub mannelijke aansluiting van de DIN-D-sub RS-232C adapter
15
69
Pinnummer SignaalNaamI/OReferentie
1Niet aangesloten
2RDData ontvangenInputAangesloten op intern circuit
3SDData sturenOutputAangesloten op intern circuit
4Niet aangesloten
5SGSignaalAangesloten op intern circuit
6Niet aangesloten
7RSAangesloten op intern circuit
8CSAangesloten op intern circuit
9Niet aangesloten
Component Ingang
1. PR (CR)
2. Y
3. PB (CB)
4. Niet aangesloten
5. Niet aangesloten
6. Aarde (P
7. Aarde (Y)
8. Aarde (P
9. Niet aangesloten
10. Niet aangesloten
11. Niet aangesloten
12. Niet aangesloten
13. Niet aangesloten
14. Niet aangesloten
15. Niet aangesloten
)
R
)
B
Opmerking
• Pin 8 (CS) en Pin 7 (RS) zijn kortgesloten in de projector.
• Afhankelijk van het gebruikte besturingsapparaat, kan het nodig zijn pin 4 en pin 6 aan te sluiten op het
besturingsapparaat (bv. PC).
Projector
Pinnr.
4
5
6
PC
Pinnr.
4
5
6
60
RS-232C Specificatie en opdrachtinstellingen
Computerbediening
U kunt een computer gebruiken om de projector te bedienen door een RS-232C seriële kabel (kruistype, in
de handel verkrijgbaar) aan te sluiten op de projector (Zie bladzijde 20 voor aansluiting).
Voorwaarden voor communicatie
Stel de seriële poort op de computer in overeenkomstig de tabel.
Signaalformaat: Voldoet aan RS-232C norm.
Baud rate: 9.600 bps
Datalengte: 8 bits
Basisformaat
Opdrachten van de computer worden in de volgende volgorde verzonden: opdracht, parameter en return code. Nadat
de projector de opdracht van de computer heeft verwerkt, stuurt hij een responscode naar de computer.
Opdrachtformaat
C1 C2 C3 C4 P1 P2 P3 P4
Parity bit: Geen
Stop bit: 1 bit
Flow control: Geen
Return code (0DH)
Responscodeformaat
Viercijferige opdrachtParameter, viercijferig
Normale responsProbleemrespons (communicatiefout of onjuiste opdracht)
O K E R R
Return code (0DH)
Return code (
0DH)
Info
• Wanneer meer dan 1 code wordt verzonden, dient u elke opdracht pas te versturen nadat de responscode van de
projector voor de vorige opdracht is gecontroleerd.
Opmerking
• Wanneer de projector in standby is geschakeld, verschijnt het bericht “Wacht aub.” gedurende ongeveer 20
seconden. Als op dat moment de opdracht “POWR_ _ _1” wordt verstuurd, zal “ERR” worden weergegeven
en zal deze opdracht niet worden ontvangen.
Opdrachten
Voorbeeld: Maak bij het inschakelen van de projector de volgende instelling.
POWR_1__
UIT TE VOEREN BEDIENING
Standby
Power On (spanning aan)
INGANG 1
INGANG 2
INGANG 3
INGANG 1 Signaaltype : Auto
INGANG 1 Signaaltype : RGB
INGANG 1 Signaaltype : Component
Gebruikstijd van de lamp (branduren)
Resterende levensduur (in procenten)
Lamp Status
Eenheid status
Controle Modelnaam
TOETSEN EN AFSTANDSBEDIENINGSTOETS
AV Demping UIT
AV Demping AAN
Auto Sync Start
OPDRACHT
P
O
P
O
I
R
I
V
I
V
I
A
I
A
I
A
T
L
T
L
T
L
T
A
T
N
I
M
I
M
A
D
W
W
G
E
E
S
S
S
T
T
P
B
A
B
B
J
PARAMETER
R
_
R
_
B
_
D
_
D
_
I
_
I
_
I
_
T
_
L
_
S
_
N
_
M
_
K
_
K
_
S
_
0
_
_
OK of ERR
1
_
_
OK of ERR
1
_
_
OK of ERR
1
_
_
OK of ERR
2
_
_
OK of ERR
0
_
_
OK of ERR
1
_
_
OK of ERR
2
_
_
OK of ERR
1
_
_
0~9999
0~100
_
_
1
0:Off, 1:On, 2:Retry, 3:Waiting, 4:Lamp Error
_
_
1
0:normaal, 1:Temperatuur hoog, 2:Ventilatorfout,
_
_
1
4:Filtersdekselfout, 8:Levensduur van lamp 5% of minder,
16:Lamp doorgebrand, 32: Lamp brandt niet,
64:Temperatuur abnormaal hoog
PROJECTORNAAAM
_
_
1
OK of ERR
_
_
0
OK of ERR
_
_
1
OK of ERR
_
_
1
→
←
TERUGKEREN
ProjectorComputer
OK
Aanhangsel
Opmerking
• Als een underscore (_) verschijnt in de parameterkolom, voert u een spatie in. Als een sterretje (*) verschijnt,
voert u een waarde in binnen het bereik dat tussen haakjes onder INHOUD BEDIENING staat.
• Het is mogelijk dat deze projector niet in staat blijkt beelden weer te geven van notebookcomputers in de
simultane (CRT/LCD) weergavestand. In dat geval moet u het LCD-display van de notebookcomputer
uitschakelen en de weergave op “CRT alleen” instellen. Raadpleeg voor meer bijzonderheden over het
omschakelen van de weergavestand de handleiding van uw notebookcomputer.
• Wanneer deze projector 640 × 350 VESA-formaat VGA-signalen ontvangt, verschijnt “640 × 400” op het
scherm.
• Het netsnoer van de projector zit niet in het stopcontact.
• De stroom van de externe apparaten is uitgeschakeld.
• Er is een verkeerde ingangsfunctie gekozen.
• De functie AV DEMPING werkt.
•
De kabels zijn verkeerd aangesloten op het zijpaneel van de projector.
Geen beeld en geen geluid
of de projector start niet.
Wel geluid, maar
geen beeld.
De kleurweergave is bleek of slecht.
Het beeld is onscherp; er
verschijnt ruis in het beeld.
• De batterijen van de afstandsbediening zijn leeg.
•
De externe uitgang is niet ingesteld bij de aansluiting van een notebookcomputer.
•
Het deksel van de filter/lampeenheid is niet correct geïnstalleerd.
•
De kabels zijn niet op de juiste wijze aangesloten op het achterpaneel van de projector.
• De instellingen “Helder” is op de minimumstand ingesteld.
• De beeldinstellingen zijn verkeerd.
(Alleen voor video-ingang)
• Het video-ingangssysteem is verkeerd ingesteld.
(Alleen voor INGANG1)
• Het ingangssignaaltype RGB/Component is verkeerd ingesteld.
• Stel het beeld scherp.
• De projectieafstand overschrijdt het scherpstelbereik.
(Alleen voor computeringang)
• Voer de instellingen onder “Fijn sync.” (de instelling “Klok”) uit
• Voer de instellingen onder “Fijn sync.” (de instelling “Fase”) uit
• Er kan ruis optreden, afhankelijk van de computer.
•
De kabels zijn verkeerd aangesloten op het zijpaneel van de projector.
• Het volume staat in de minimumstand.
Controle
Bladzijde
15
—
27
27
16-20
13
16
54,59
16-20
36
36
45
37
22
24
38
38
—
16-20
27
Wel beeld, maar
geen geluid.
Af en toe is een
ongewoon geluid
hoorbaar in de behuizing.
Onderhouds-
indicator licht op.
De projector kan niet worden
ingeschakeld of in standby
worden geplaatst met de
toetsen ON of STANDBY op
de projector.
•
Als het beeld normaal is, is het geluid te wijten aan het krimpen van de
behuizing als gevolg van veranderingen in de kamertemperatuur. Dit
zal de werking of de prestaties niet beïnvloeden.
• Zie “Onderhoudsindicators”.
• De toetsvergrendeling is ingeschakeld.
Als de toetsvergrendeling is ingeschakeld, functioneren de toetsen
niet.
—
55
Aanhangsel
43
63
Oplossen van problemen
Probleem
Het beeld is groen bij INGANG
1 COMPONENT.
Het beeld is roze (geen groen)
bij INGANG 1 RGB.
Het beeld is donker.
Het beeld is te helder en
witachting.
• Verander de instelling van het ingangssignaaltype.
• De lampindicator (LAMP) knippert rood. Vervang de lamp.
• De beeldinstellingen zijn verkeerd.
Controle
Bladzijde
37
55
36
De projector is uitgerust met een microprocessor. De prestatie van de microprocessor kan nadelig
beïnvloed worden door een verkeerde bediening of interferentie. Als dit gebeurt, moet u de stekker
uit het stopcontact trekken, minimaal 5 minuten wachten waarna u de stekker weer kunt insteken.
64
Voor assistentie van SHARP
Als u problemen ondervindt tijdens de installatie of bediening van deze projector, raadpleegt
u eerst het deel “Oplossen van problemen” op bladzijde 63 en 64. Als deze gebruiksaanwijzing
geen oplossing biedt voor uw probleem, neemt u contact op met de hieronder vermelde
SHARP serviceafdelingen.
LCD Projector
PG-A10X-A
NTSC3.58/NTSC4.43/PAL/PAL-M/PAL-N/PAL-60/SECAM/
DTV480I/DTV480P/DTV540P/DTV576I/DTV576P/DTV720P/DTV1035I/DTV1080I
LCD paneel × 3, RGB optische sluitermethode
Paneelformaat: 0,79" (20,0 mm) (12 [H] × 16 [B] mm)
Aantal beeldpunten: 786.432 beeldpunten (1.024 [H] × 768 [V])
1–1,2 × zoomlens, F1,9-2,2, f = 26–31 mm
SHP 165 W lamp
15-pins mini D-subconnector
Y: 1,0 Vp-p, sync negatief, 75 Ω afgesloten
P
: 0,7 Vp-p, 75 Ω afgesloten
B
PR: 0,7 Vp-p, 75 Ω afgesloten
700 TV-lijnen (DTV720P)
15-pins mini D-subconnector
RGB gescheiden/synchronisatie op groen type analoge ingang: 0–0,7 Vp-p, positief, 75 Ω afgesloten
HORIZONTAAL SYNC. SIGNAAL: TTL-niveau (positief/negatief)
VERTICAAL SYNC. SIGNAAL: idem als hierboven
4-pins Mini DIN-aansluiting
Y (luminantiesignaal): 1,0 Vp-p, sync negatief, 75 Ω afgesloten
C (kleursignaal): Piek 0,286 Vp-p, 75 Ω afgesloten
RCA-aansluiting: VIDEO, composiet video, 1,0 Vp-p, synchronisatie negatief, 75 Ω afgesloten
9-pins mini DIN-connector
12-108 MHz
43-85 Hz
15-70 kHz
ø3,5 mm ministekker: AUDIO, 0,5 Vrms, meer dan 47 kΩ (stereo)
1,0 W (mono)
2,8 cm, rond × 1
100-240 V wisselstroom
2,4 A
50/60 Hz
240 W (standaardfunctie)/190 W (Eco-functie) bij 100 V wisselstroom
226 W (standaardfunctie)/182 W (Eco-functie) bij 240 V wisselstroom
3,6 W (110 V wisselstroom)–5,6 W (240 V wisselstroom)
900 BTU/uur (standaardfunctie)/710 BTU/uur (Eco-functie) bij 100 V wisselstroom
850 BTU/uur (standaardfunctie)/680 BTU/uur (Eco-functie) bij 240 V wisselstroom
41°F tot 95°F (+5°C tot +35°C)
–4°F tot 140°F (–20°C tot +60°C)
Plastic
38 kHz
11 45/64" × 3 13/64" × 9 1/32"
11 45/64" × 3 33/64" × 9 1/32"
6,4 lbs. (2,9 kg)
Lampeenheid (AN-A10LP), Afstandsbediening (RRMCGA187WJSA), twee R-6-batterijen (“AA”formaat, UM/SUM-3, HP-7 of gelijkwaardig), netsnoer voor Europa, uitgezonderd Ver. Kon.
(QACCVA006WJPZ), netsnoer voor Ver. Kon. (QACCBA015WJPZ), RGB-kabel (QCNWGA045WJPZ),
DIN-D-sub RS-232C-adapter (QCNWGA015WJPZ), Draagtas (GCASNA008WJSA), lensdop
(CCAPHA009WEF0), Luchtfilter (PFILDA008WJZZ), cd-rom met handleidingen en technische
gegevens (UDSKAA059WJZZ), “QUICK GUIDE (snelgids)”-label (TLABZA797WJZZ),
gebruiksaanwijzing (TINS-B625WJZZ)
Als item van een beleid van doorlopende verbetering houdt SHARP zich het recht voor om
veranderingen aan te brengen in ontwerp en technische gegevens ten behoeve van verbetering
van het product zonder voorafgaande berichtgeving. De aangegegeven cijfers voor de technische
gegevens aangaande prestaties zijn nominale waarden voor productie eenheden. Er kunnen zich
enkele afwijkingen van deze waarden voordoen bij afzonderlijke eenheden.
66
Afmetingen
Eenheden: duim (mm)
Zijaanzicht
(229)
32
/
1
9
Achteraanzicht
Bovenaanzicht
45
11
/64 (297)
ø 66
9
/64 (79,5)
3
Zijaanzicht
Vooraanzicht
Onderaanzicht
(198,5)
64
/
53
7
(19,5)
32
/
25
(180)
32
/
3
7
1 59/64 (48,5)
(39,2)
64
/
35
(81)
(89)
1
64
64
/
/
13
33
3
3
10 13/64 (258,8)
21
6
/32 (169)
M4
M4
M4
55
/64 (148,5) 13/64 (5)
5
11
7
/16 (195)
49/64 (19,1)
(180,5)
64
/
7
7
Aanhangsel
67
Verklarende woordenlijst
Achtergrond
Als standaard in te stellen beeld dat geprojecteerd
wordt wanneer er geen ingangssignaal ontvangen
wordt.
Anti-diefstal
Als de code (keycode) die is ingesteld in de projector niet correct wordt ingevoerd, werkt de projector niet, zelfs als signalen warden ingevoerd.
Automat.sync.
Zorgt voor een optimale weergave van computergegenereerde beelden door automatisch
bepaalde instellingen te regelen.
Beeldverhouding
De breedte-hoogteverhouding van een beeld. De
normale beeldverhouding voor computer- en
videobeelden is 4:3. Er bestaan ook
breedbeeldformaten met verhoudingen van 16:9
en 21:9.
Dot by dot
Deze functie projecteert beelden in hun
oorspronkelijke resolutie.
Fase
Een faseverschil is een verschil in timing tussen
isomorfe signalen met dezelfde resolutie. Bij een
onjuist faseniveau zal het geprojecteerde beeld
een typische horizontale flikkering vertonen.
Gamma
Functie die de beeldkwaliteit verbetert door het
verhelderen van de donkere delen van het beeld
zonder de helderheid van de heldere delen te
veranderen. U kunt uit vier verschillende
instellingen kiezen: STANDAARD,
PRESENTATIE, CINEMA en SPEL.
GROOTTE AANPASSEN
Deze functie stelt u in staat om de beeldweergave
te wijzigen of aan te passen om het ontvangen
beeld te verbeteren. U kunt uit vier verschillende
instellingen kiezen: NORMAAL, DOT BY DOT en
KADER, REK.
Intelligente compressie
Via deze kwalitatief hoogstaande methode worden
beelden van een hogere en lagere resolutie
aangepast aan de eigen resolutie van de projector
Kader
Projecteert een 4:3-beeld volledig op een 16:9scherm door de 4:3-beeldverhouding te
behouden.
Kleurtmp (kleurtemperatuur)
Functie voor het afstellen van de kleurtemperatuur
overeenkomstig het type beeld dat de projector
ontvangt. Verlaag de kleurtemperatuur voor een
warmer, roodachtig beeld met natuurlijke
huidskleuren of verhoog de kleurtemperatuur voor
een koeler, blauwachtig beeld met meer
helderheid.
Klok
De klok wordt aangepast om verticale ruis op te
heffen die het gevolg is van een verkeerde
klokinstelling.
Toetsvergrendeling
Functie waarmee de bedieningsorganen van de
projector geblokkeerd kunnen worden om
ongeoorloofd gebruik van de projector te
voorkomen.
Rek
Functie die het 4:3-beeld horizontaal uitrekt om
het volledig te kunnen weergeven op een 16:9scherm.
sRGB
Een internationale norm voor kleurweergave
opgesteld door de IEC (International
Electrotechnical Commission). Aangezien het
vaste kleurgebied door de IEC is bepaald,
verandert de kleur volgens DLP-functies zodat de
beelden natuurlijk worden weergegeven op basis
van een origineel beeld wanneer “sRGB” is
ingesteld op “AAN”.
Trapeziumvorm-correctie
Functie voor het digitaal corrigeren van een
vervormd beeld wanneer de projector onder een
hoek staat, het zaagtandeffect vermindert en het
beeld niet alleen horizontaal maar ook verticaal
comprimeert om de 4:3 beeldverhouding te
behouden.
Wachtwoord
Er is een wachtwoord ingesteld, zodat er geen
veranderingen aan de 'anti-diefstal' instellingen
aangebracht kunnen worden.