Functies van het apparaat en
procedures om originelen te
plaatsen en papier te laden.
Kopiëren
Werken met de kopieerfunctie.
Afdrukken
Werken met de printerfunctie.
Scannen
Werken met de scanfunctie.
Documenten archiveren
Opdrachten als bestanden opslaan
op de vaste schijf.
Houd deze handleiding bij de hand zodat u hem
indien nodig kunt raadplegen.
Systeeminstellingen
Instellingen configureren, zodat het
apparaat gemakkelijker te
gebruiken is.
HANDLEIDINGEN BIJ DE MACHINE
Bij de machine worden gedrukte handleidingen en handleidingen in PDF-indeling meegeleverd. De
PDF-handleidingen zijn op de harde schijf van de machine opgeslagen.
In de gedrukte handleidingen vindt u informatie die u nodig hebt voordat u het apparaat gebruikt, zoals
elementaire procedures om de machine te bedienen. Lees deze handleidingen ook.
In de pdf-handleidingen worden de functies van het apparaat uitvoerig uitgelegd. Als u het apparaat gebruikt in
een netwerkomgeving, kunt u de pdf-handleiding downloaden met uw webbrowser om ze te bekijken.
Deze handleiding is bedoeld om u op gang te helpen met het grote aantal elementaire
en handige functies van het apparaat.
Bent u toe aan uitvoeriger informatie, dan vindt u deze in de pdf-handleidingen die zijn
vermeld op de volgende pagina.
Problemen oplossen
Deze handleiding legt uit hoe vastgelopen papier wordt verwijderd en biedt
antwoorden op veelgestelde vragen over de bediening van de machine vanuit elke
modus. Raadpleeg deze handleiding als u problemen ondervindt tijdens het gebruik
van de machine.
Veiligheidshandleiding
Deze handleiding bevat instructies voor een veilig gebruik van de machine en toont de
technische gegevens van de machine en de randapparatuur.
Handleiding software-installatie
Deze handleiding legt uit hoe u de software moet installeren en de instellingen moet
configureren om de machine als printer of scanner te gebruiken.
Handleidingen als pdf-bestand
Handleidingen als pdf-bestand kunt u downloaden van de webserver* in het apparaat.
In deze handleidingen vindt u uitvoerige uitleg van het gebruik van het apparaat. Zie "Hoe u de pdf-handleidingen
downloadt" (pagina 3) voor het downloaden van PDF-handleidingen.
Gebruikershandleiding
In deze handleiding vindt u informatie zoals elementaire procedures over de bediening en het onderhoud van
het apparaat en het laden van papier.
Kopieerhandleiding
Deze handleiding biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de kopieerfunctie.
Printerhandleiding
Deze handleiding biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de printerfunctie.
Scannerhandleiding
Deze handleiding biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de scannerfunctie en de
functie Internetfax.
Handleiding documentarchivering
Deze handleiding biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de functie
documentarchivering. Met de functie documentarchivering kunt u de documentdata van een kopieer- of
faxopdracht, of de data van een afdrukopdracht, als bestand opslaan op de harde schijf van de machine. Het
bestand kan indien nodig worden opgeroepen.
Handleiding systeeminstellingen
Deze handleiding legt de "Systeeminstellingen" uit die gebruikt worden voor het configureren van een reeks
parameters die bedoeld zijn voor een optimale aansluiting op de behoeften van uw werkplek. De huidige
instellingen kunnen worden weergegeven of afgedrukt vanuit de "Systeeminstellingen".
* U hebt het IP-adres van het apparaat nodig om toegang te krijgen tot de webserver in het apparaat. Het
IP-adres wordt geconfigureerd in het menu Netwerkinstellingen in de systeeminstellingen.
1
TOEGANG KRIJGEN TOT DE
WEBSERVER IN DE MACHINE
Als het apparaat is aangesloten op het netwerk kunt u vanaf een webbrowser op uw computer toegang krijgen tot
de ingebouwde webserver van het apparaat.
De webpagina's openen
Open de webserver in de machine om de
webpagina's te openen.
Start een webbrowser op een computer
die is aangesloten op hetzelfde netwerk
als het apparaat en typ het IP-adres van
het apparaat in.
Aanbevolen webbrowsers
Internet Explorer: 6.0 of hoger (Windows
Netscape Navigator: 7.0 of hoger
Safari: 1.2 of hoger
De webpagina verschijnt.
De apparaatinstellingen vereisen wellicht
gebruikersauthenticatie om de webpagina te
openen. Vraag de beheerder welk wachtwoord
u nodig hebt voor de gebruikersauthenticatie.
®
)
Hoe u het IP-adres controleert
Om het IP-adres van het apparaat te controleren drukt u de lijst met alle gebruikersinstellingen in de systeeminstellingen af.
SYSTEEM
INSTELLINGEN
Systeeminstellingen
Totaal Aantal
Kopieën
Papierlade-
Instellingen
PrinterToestand
Systeeminstellingen
Lijst afdrukken (gebruiker)
Gebruikersinstellingen
Testpagina Printer
Standaard-
Instellingen
Adresbeheer
Documentarch.
Lijst Alle
(2)
Beheer
Beheerderswachtw
Lijst afdrukken
(gebruiker)
Faxdata Ontv/
(1)
Doorsturen
Controle
USB-apparaat
Verlaten
OK
1/2
1
Druk op de toets [SYSTEEM
INSTELLINGEN].
2
Selecteer de lijst met alle
gebruikersinstellingen in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Lijst afdrukken
(gebruiker)].
(2) Druk op de toets [Lijst Alle
Gebruikersinstellingen].
Het IP-adres staat op de lijst die wordt afgedrukt.
2
Adreslijst Wordt Verzonden
Hoe u de pdf-handleidingen downloadt
Vanaf de webpagina's kunt u handleidingen met uitgebreide informatie over de machine downloaden.
Deze sectie bevat algemene informatie over de machine, inclusief de
namen en functies van onderdelen van de machine en de bijbehorende
randapparatuur en de procedures voor het plaatsen en bijvullen van papier.
X NAMEN EN FUNCTIES VAN ONDERDELEN. . . . . . . . . 8
X PAPIER IN EEN LADE VERWISSELEN . . . . . . . . . . . . 15
7
NAMEN EN FUNCTIES VAN ONDERDELEN
Buitenkant
(2)
(14)
(1) Automatische origineelinvoer
Voert automatisch meerdere originelen in en scant
deze. Beide zijden van tweezijdige originelen kunnen
tegelijk worden gescand.
(2) Origineelinvoerlade
Plaats de originelen in deze lade wanneer u de
automatische origineelinvoer gebruikt.
(3) Glasplaat
Wordt gebruikt voor het scannen van boeken en
andere originelen waarvoor u de automatische
origineelinvoer niet kunt gebruiken.
(1)
(8)(10)(9)(13)
(5)(6)(4)
(11) (12)
(9) Papierlade 1
Bevat een voorraad papier. U kunt hierin maximaal
500 vellen papier laden.
(10) Papierlade 2
Bevat een voorraad papier. U kunt hierin maximaal
500 vellen papier laden.
(11) Papierlade 3 (wanneer een onderkast/1 x 500 vel
papierlade of onderkast/2 x 500 vel papierlade is
geïnstalleerd)
Bevat een voorraad papier. U kunt hierin maximaal
500 vellen papier laden.
(3)
(7)
(4) Voorklep
Open deze klep om een tonerpatroon te vervangen.
(5) Bedieningspaneel
(6) Uitvoerlade (rechterlade)
Als deze lade is geïnstalleerd, kan de uitvoer naar
deze lade worden gevoerd.
(7) Uitvoerlade (middelste lade)
Kopieer- en afdruktaken worden naar deze lade gevoerd.
(8) Zadelsteek afwerkingeenheid
Hiermee kunt u uitvoer nieten. Met de zadelsteek
afwerkingseenheid kunt u automatisch de uitvoer
nieten op de middenlijn en de pagina's vouwen tot
een boekje. U kunt een perforatiemodule installeren
om gaten in de uitvoer te perforeren.
8
(12) Papierlade 4 (wanneer een onderkast/2 x 500 vel
papierlade is geïnstalleerd)
Bevat een voorraad papier. U kunt hierin maximaal
500 vellen papier laden.
(13) Papierlade 5 (wanneer een hoge capaciteitlade is
geïnstalleerd)
Bevat een voorraad papier. U kunt hierin maximaal
3500 vellen papier laden. Dit is papierlade 4 als een
onderkast/1x500 vel papierlade is geïnstalleerd.
(14) Afwerkingeenheid
Hiermee kunt u uitvoer nieten. U kunt een
perforatiemodule installeren om gaten in de uitvoer te
perforeren.
Binnenkant
(15)(16)
(15) Hoofdschakelaar
Hiermee zet u de machine aan en uit.
Houd deze schakelaar altijd in de stand "AAN" bij het
gebruik van de functie fax of internetfax.
(16) Handinvoer
Speciale papiersoorten kunnen via de
handinvoerlade worden ingevoerd.
Randapparaten
Hierna volgen enkele van de beschikbare randapparaten. Informatie over de overige randapparaten vindt u in de
Gebruikershandleiding onder "4. RANDAPPARATUUR".
PS3 uitbreidingskit (MX-PKX1)
Met deze kit kunt u het apparaat gebruiken als PostScript 3-compatibele printer.
Internetfaxuitbreidingskit (MX-FWX1)
Met deze kit kunt u internetfax gebruiken op het apparaat.
9
BEDIENINGSPANEEL
Aanraakscherm
Berichten en toetsen verschijnen
op het LCD-scherm.
U bedient het apparaat door de
toetsen direct met uw vinger aan
te raken.
Als u een toets aanraakt, klinkt
een signaal en wordt het
geselecteerde element
gemarkeerd. Zo hebt u controle
op de handeling die u uitvoert.
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4
A3
Toets [SYSTEEM INSTELLINGEN]
Druk op deze toets om het scherm voor
systeeminstellingen weer te geven. U kunt de
systeeminstellingen aanpassen, zodat het apparaat
gemakkelijker te gebruiken is, bijvoorbeeld papierladeinstellingen configureren en adressen opslaan.
Printfunctie-indicators
GEREED indicator
Afdrukgegevens kunnen worden ontvangen wanneer
deze indicator brandt.
DATA indicator
Deze knippert wanneer afdrukgegevens worden ontvangen
en brandt voortdurend wanneer er wordt afgedrukt.
AFDRUKKEN
GEREED
DATA
LIJN
DATA
SYSTEEM
INSTELLINGEN
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
DOCUMENT
ARCHIVERING
BEELD
VERZENDEN
KOPIE
OPDRACHT STATUS
Functieselectietoetsen
Met deze toetsen wijzigt u de functie die wordt weergegeven in het aanraakscherm.
De indicator van de geselecteerde toets licht op.
Toets [DOCUMENT ARCHIVERING]
Wanneer u een bestand dat is opgeslagen op de vaste schijf wilt afdrukken of
verzenden, drukt u op deze toets om de documentarchiveringsfunctie te selecteren.
Toets [BEELD VERZENDEN]
Als u de scan- of faxfunctie wilt gebruiken, drukt u op deze toets om de
netwerkscanner/faxfunctie te selecteren.
· LIJN indicator
Deze licht op tijdens verzending of ontvangst in de faxfunctie. De indicator licht ook
op tijdens verzending in de scannerfunctie.
· DATA indicator
Als u een ontvangen fax niet kunt afdrukken omdat het papier op is of vanwege een
ander probleem, knippert de indicator. De indicator brandt voortdurend wanneer
gegevens wachten om te worden verzonden.
Toets [KOPIE]
Wanneer u de kopieerfunctie wilt gebruiken, drukt u op deze toets om de kopieerfunctie te
selecteren. Door de toets [KOPIE] ingedrukt te houden controleert u het totaal aantal
pagina's en de hoeveelheid toner die nog over is.
10
Toets [OPDRACHT STATUS]
Druk op deze toets om het
scherm voor de taakstatus weer
te geven. In het
taakstatusscherm kunt u de
status van taken controleren en
taken annuleren.
Cijfertoetsen
Toets [WISSEN]
Hiermee geeft u het aantal kopieën,
faxnummers en andere nummers op.
Toets [LOGOUT] ( )
Wanneer de gebruikersauthenticatie is
ingeschakeld, drukt u op deze toets om
uit te loggen wanneer u klaar bent.
Wanneer u de faxfunctie gebruikt, kunt u
op deze toets drukken om toonsignalen
te zenden op een pulslijn.
Toets [#/P] ( )
Druk op deze toets om een
werkprogramma te gebruiken in de
kopieerfunctie. In de faxfunctie drukt u
op deze toets om te bellen met een
programma.
Druk op deze toets om instellingen zoals het
aantal kopieën terug te zetten op "0".
Toets [STOP]
Druk op deze toets om een kopieertaak of het
scannen van een origineel te stoppen.
Toets [STARTEN KLEUR]
Druk op deze toets om een origineel in kleur te
kopiëren of te scannen.
AAN-indicator
Deze indicator licht op
wanneer u de
hoofdschakelaar aanzet.
LOGOUT
Toets [ALLES WISSEN]
Druk op deze toets om een bewerking
vanaf het begin opnieuw te doen.
Alle instellingen worden gewist en u
begint van voren af aan.
Toets [STARTEN ZWART-WIT]
Met deze toets kopieert of scant u een
origineel in zwart-wit. Met deze toets
kunt u in de faxfunctie ook een fax
verzenden.
Toets [AAN]
Met deze toets zet u
het apparaat aan en
uit.
Toets [SPAARSTAND]
Met deze toets activeert u de
energiebesparingfunctie. De toets
[SPAARSTAND] knippert als de
energiebesparingsfunctie van het apparaat is
ingeschakeld. Met deze toets kunt u de
energiebesparingfunctie ook deactiveren.
11
GEBRUIK VAN HET AANRAAKSCHERM
De toetsen in het aanraakscherm zijn gegroepeerd om de bediening gemakkelijk te maken. Hieronder worden de
lay-out en de functies van de toetsen uitgelegd.
Instellingen met betrekking
tot het origineel zijn
doorgaans gegroepeerd
op de linkerkant van het
basisscherm.
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Dit verschijnt wanneer u een of
meer speciale functies hebt
geselecteerd.
Druk op het pictogram om te zien
welke functies zijn geselecteerd.
Dubbelz. Kopie
A4
A4
Normaal
A4
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4
A3
Dit geeft aan dat een origineel is
geplaatst in de automatische
origineelinvoer.
Het formaat van het origineel
verschijnt automatisch.
0
Instellingen met betrekking tot de
uitvoer zijn doorgaans gegroepeerd op
de rechterkant van het basisscherm.
Geavanceerde instellingen zijn hier
gegroepeerd.
Hier kunt u vijf veel gebruikte toetsen
Dit geeft de status van de papierladen in het apparaat aan. U kunt het
papierformaat, de papiersoort en de hoeveelheid papier in de
van het aanraakscherm weergeven als
sneltoets.
lade controleren. De momenteel geselecteerde lade is gemarkeerd.
Het taakstatusscherm verschijnt normaal achter het basisscherm van de momenteel geselecteerde functie. Alleen de
linkerrand van het taakstatusscherm verschijnt. Als u deze aanraakt, zet u het scherm op de voorgrond.
Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status
Kopieren020 / 001Kopieren
1
Kopieren020 / 000Wachten
2
BBB BBB020 / 000Wachten
3
4002 / 000Wachten
0312345678
1/1
Spool
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
Prioriteit
Stop./Wis.
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
U kunt voorrang geven aan een
geselecteerde taak, zodat deze eerder
wordt afgedrukt dan andere taken. Ook
kunt u een taak in de wachtrij annuleren.
Taken worden weergegeven als de lijst toetsen
in het aanraakscherm. De opdrachttoetsen
worden weergegeven in de volgorde waarop
ze zullen worden uitgevoerd. U selecteert een
opdrachttoets door erop te drukken.
Gebruik van algemene toetsen
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
BoekkopieTabkopieKaart Formaat
Transparant-
Insteekvellen
OK
2/4
Multishot
(1)
Systeeminstellingen
Automatisch Wissen Instellen
Stel tijd voor automatisch wissen in.
(10~240)
60
sec.
(2)
Timer Annuleren
(3)
OK
(1) Wanneer het weergegeven scherm is gesplitst in twee of meer schermen, wisselt u met de toetsen van scherm.
(2) Wanneer u drukt op een selectievakje verschijnt een vinkje om aan te geven dat de instelling is
ingeschakeld.
(3) Met de toetsen kunt u een waarde verhogen of verlagen. Als u een waarde snel wilt veranderen,
houdt u uw vinger op de toets.
12
GEBRUIKERSAUTHENTICATIE
Wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld in de systeeminstellingen, moet u inloggen voordat u het
apparaat gebruikt. Aanvankelijk is de gebruikersauthenticatie uitgeschakeld.
Log uit wanneer u klaar bent met het apparaat.
Methoden van gebruikersauthenticatie
Er zijn twee manieren om gebruikersauthenticatie uit te voeren: Inloggen middel van gebruikersnummer en
inloggen door middel van loginnaam en wachtwoord. Vraag de beheerder van het apparaat om de informatie die
u nodig hebt om in te loggen.
Meer informatie over gebruikersauthenticatie vindt u in "GEBRUIKERSAUTHENTICATIE" in de
Gebruikershandleiding.
Inloggen met behulp van gebruikersnummer
Voer uw gebruikersnummer in.
OK
Aanm. beheer.
Inloggen door middel van loginnaam en wachtwoord
Voer uw loginnaam/-wachtwoord in.
Gebruikersauthenticatie
Gebruikersnaam
Gebruik.Naam
Wachtwoord
Auth. om:
Lokaal aanmelden
OK
U logt in door uw gebruikersnummer (5 tot 8 cijfers)
te typen, dat is opgeslagen in de systeeminstellingen
van het apparaat.
U logt in door uw loginnaam, het wachtwoord en de
loginbestemming te typen die zijn opgeslagen in de
systeeminstellingen van het apparaat. Naar gelang
de wijze waarop de apparaatbeheerder de
systeeminstellingen heeft geconfigureerd, kunt u ook
een e-mailadres gebruiken voor de authenticatie.
Uitloggen
Log uit wanneer u klaar bent met het apparaat. Door uit te loggen voorkomt u dat onbevoegden het apparaat
gebruiken.
Hoe u uitlogt
Uit alle functies van het apparaat kunt u uitloggen door te drukken op de toets [LOGOUT] (). Bedenk dat u met
de toets [LOGOUT] () niet kunt uitloggen wanneer een faxnummer wordt opgegeven in de faxfunctie. Dan
fungeert de toets [LOGOUT] () namelijk als cijfertoets.
Als een vooringestelde tijdsduur is verstreken nadat de machine voor het laatst is gebruikt, wordt de functie
automatisch wissen geactiveerd. Dat wordt u automatisch uitgelogd.
13
ORIGINELEN PLAATSEN
Met de automatische origineelinvoer kunt u automatisch een groot aantal originelen tegelijk scannen. Hiermee
bespaart u zich de moeite dat u elk origineel handmatig zou moeten invoeren.
Voor originelen die niet kunnen worden gescand met de automatische origineelinvoer, zoals een boek of een
document met memovelletjes, gebruikt u de glasplaat.
Gebruik van de automatische origineelinvoer
Wanneer u de automatische origineelinvoer gebruikt, plaatst u de originelen in de origineelinvoerlade.
Plaats de originelen met de voorkant naar boven en
de randen gelijkmatig uitgelijnd.
Stel de origineelgeleiders in op
de breedte van de originelen.
De indicatorlijn geeft ongeveer 100
originelen aan.
U mag originelen niet hoger stapelen dan deze lijn.
Gebruik van de glasplaat
Plaats het origineel met de voorkant
omlaag. Lijn de linkerbovenhoek van
het origineel uit met de punt van de
markering in de verre linkerhoek
van de glasplaat.
Schuif de achterste rand van de
automatische origineelinvoer
omhoog om een dik origineel zoals
een boek met veel pagina's te
plaatsen en sluit de automatische
origineelinvoer dan langzaam.
Plaats het
origineel met de
voorkant omlaag.
14
PAPIER IN EEN LADE VERWISSELEN
Laad het gewenste papier in de papierlade en wijzig vervolgens de papierlade-instellingen op het apparaat om het
papier dat u hebt geladen op te geven. In het onderstaande gedeelte wordt bijvoorbeeld uitgelegd hoe u het papier
in papierlade 1 wijzigt van normaal papier formaat B4 (8-1/2" x 14") in gerecycled papier formaat A4 (8-1/2" x 11").
Papier laden in een papierlade
Trek de papierlade uit.
Als er papier in de lade zit, verwijdert u dit.
Verplaats de twee geleiders op de lade om
het formaat te wijzigen van B4 (8-1/2" x 14")
naar A4 (8-1/2" x 11").
Plaats het papier met de drukkant omhoog.
Waaier het papier goed uit voordat u het
plaatst. Anders worden mogelijk meerdere
vellen tegelijk ingevoerd, waardoor een
papierstoring optreedt.
Indicatorlijn
De indicatorlijn geeft aan tot welke hoogte
u maximaal papier kunt laden in de lade.
Laad dus het papier beslist niet hoger dan
de indicatorlijn.
Wanneer u briefpapier of voorbedrukt
papier gebruikt, plaatst u het papier met de
drukkant omlaag. Wanneer "Uitschakelen
van duplex" is ingeschakeld in de
systeeminstellingen, plaatst u het papier
met de drukkant omhoog.
Duw de lade rustig terug in het apparaat.
15
De papierlade-instellingen wijzigen
2/2
Wanneer u het papier in een papierlade verwisselt, moet u ook de papierlade-instellingen in de systeeminstellingen wijzigen.
DOCUMENT
ARCHIVERING
BEELD
VERZENDEN
KOPIE
Systeeminstellingen
Totaal Aantal
Kopieën
Papierlade-
Instellingen
Printer-
(1)
Toestand
Systeeminstellingen
Papierlade-Instellingen
Lade-Instellingen
(2)
Papiersoortregistratie
OPDRACHT STATUS
Standaard-
Instellingen
Adresbeheer
Documentarch.
Beheer
AFDRUKKEN
GEREED
DATA
LIJN
DATA
SYSTEEM
INSTELLINGEN
Beheerderswachtw
Lijst afdrukken
Faxdata Ontv/
USB-apparaat
LOGOUT
(gebruiker)
Doorsturen
Controle
Verlaten
OK
1
Druk op de toets [SYSTEEM
INSTELLINGEN].
2
Configureer de papierlade-instellingen in
het aanraakscherm.
Sommige instellingen verschijnen alleen als u
beheerderrechten heeft.
(1)
Druk op de toets [Papierlade-Instellingen].
(2) Druk op de toets [Lade-Instellingen].
Automatische Lade Selectie
Systeeminstellingen
Papierlade-Instellingen
Type / Formaat
Lade 1
AfdrukKopieFaxen
Systeeminstellingen
Type/Formaatinstelling Lade 1
Selecteer papiersoort.
Normaal papier
Voorbedrukt
Recycled
Normaal papier / B4
(3)
I-Fax
Archiv.
Briefpapier
Geperforeerd
Kleur
(4)
Systeeminstellingen
Type/Formaatinstelling Lade 1
TypeFormaat
Recycled
A3
A5R
B5R
Doc.
A4
B4
(5)
1
/
216x330(8 x13)
2
Vaste
Papierzijde
Nieten
Uitschakelen
Duplex
Uitschakelen
Perforeren
Uitschakelen
A4R
B5
OK
1/6
Annuleren
1/2
1/2
OKType
1/3
(6)
2/2
(3) Druk op de toets [Lade 1].
(4) Druk op de toets [Recycled].
(5) Druk op de toets met het gewenste
papierformaat.
(6) Druk op de toets [OK].
Met bovenstaande stappen wijzigt u de
papierinstellingen voor papierlade 1 in
gerecycled papier formaat A4 (8-1/2" x 11").
A3W, A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5R, 11" x 17", 216 mm x 330 mm
(8-1/2" x 13"), 8-1/2" x 11", (8K, 16K, 16KR)
12" x 18", 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R,
7-1/4" x 10-1/2"R, 5-1/2" x 8-1/2"R, A3, B4, A4, B5, (8K, 16K, 16KR)
Etiketten
A4, A4R, B5, B5R
8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R
Transparanten
A4, A4R
8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R
Tabpapier
A4
8-1/2" x 11"
Envelop
Monarch, Com-10, DL, C5
Lade1/Lade2
Lade3/Lade4
Lade5
(hoge
capaciteitlade)
Handinvoer
Soort
Toegestane
papierformaten
AB
Inch
Soort
Toegestane
papierformaten
AB
Inch
Soort
Toegestane
papierformaten
AB
Inch
Soort
Toegestane
papierformaten
AB
Inch
Soort
Toegestane
papierformaten
AB
Inch
Soort
Toegestane
papierformaten
AB
Inch
Soort
Toegestane
papierformaten
AB
Inch
Soort
Toegestane papierformaten
(5)
(1) Lade 1
(2) Lade 2
(3) Lade 3
(4) Lade 4
(5) Lade 5 (hoge capaciteitlade)
(6) Handinvoer
17
Andere laden
Handinvoer
Speciale soorten papier die u niet kunt laden in andere papierladen, kunt u in de handinvoer laden.
De kant waarop de kopie
moet komen, moet
omlaag liggen!
Trek de ladeverlenging uit om papier van het formaat
A3W, A3 of B4 te laden.
In de handinvoer kunt u maximaal 100 vellen normaal
papier of maximaal 20 briefkaarten laden.
Speciaal papier laden
Briefkaarten ladenEnveloppen laden
Plaats ansichtkaarten ondersteboven in de
aangegeven afdrukstand.
Enveloppen kunnen alleen worden bedrukt aan de
adreskant. Plaats enveloppen met de adreskant omlaag.
Hoge capaciteitlade
Plaats papier zoals aangegeven in de hoge
capaciteitlade. Het formaat papier dat wordt
gebruikt in de hoge capaciteitlade kan alleen
worden gewijzigd door een servicetechnicus.
Uitvoerige informatie over de handinvoer vindt u in "PAPIER LADEN IN DE HANDINVOERLADE" in de
Gebruikershandleiding.
18
Kopiëren
Kopiëren
In dit gedeelte worden de basisprocedures voor het gebruik van de
kopieerfunctie uitgelegd. In dit gedeelte wordt ook uitgelegd hoe u met de
speciale functies op verschillende manieren kunt kopiëren.
Dit is de eenvoudigste procedure om kopieën te maken.
DOCUMENT
ARCHIVERING
BEELD
VERZENDEN
KOPIE
OPDRACHT STATUS
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
AFDRUKKEN
GEREED
DATA
LIJN
DATA
SYSTEEM
INSTELLINGEN
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
LOGOUT
Normaal
A4
De te scannen kant moet omhoog liggen!
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Eenzijdig origineel
Eenzijdige kopie
1
Druk op de toets [KOPIE].
Het basisscherm van de kopieerfunctie verschijnt.
2
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
20
of
3
Stel het aantal kopieën in en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
Als de kleurenmodus staat ingesteld op [Auto], stelt
de machine automatisch vast of het origineel in kleur
of zwartwit is wanneer op [STARTEN KLEUR] wordt
gedrukt.
Met de automatische origineelinvoer kunt u handig automatisch
tweezijdige kopieën maken zonder de originelen handmatig te draaien
en opnieuw in te voeren.
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u eenzijdige originelen kopieert op
twee zijden van het papier.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
2-Zijdige Kopie
1.
2.
3.
4.
Origineel
A4
A4R
B4
A3
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
(1)
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
(3)
Inbinden
Veranderen
Eenzijdig origineel
Tweezijdige kopie
1
Plaats de originelen.
2
Selecteer tweezijdig kopiëren in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Dubbelz. Kopie].
(2) Druk op de toets [Enkelzijdig naar
dubbelzijdig].
(3) Druk op de toets [OK].
(2)
of
3
Stel het aantal kopieën in en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
Juiste sets
Annuleer scannen
Annuleer kopiëren
21
KOPIËREN OP SPECIAAL PAPIER (handinvoerkopie)
A4
Normaal
Gebruik de handinvoerlade voor speciale papiersoorten zoals zwaar
papier, enveloppen en tabpapier.
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u zwaar A4 papier laadt in de
handinvoer.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
De kant waarop de kopie
moet komen, moet omlaag
liggen!
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
(1)
Belichting
100%
Kopieerfactor
Auto
OrigineelPapierformaat
Auto
A4
(2)
Spec. Functies
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Origineel
Kopie op
zwaar papier
1
Plaats de originelen.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Plaats papier in de handinvoer.
3
Selecteer papierinstellingen in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Opdrachteig.
instellingen].
(2) Druk op de toets [Papierformaat].
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Kopieerfunctie
Type/Formaatinstelling Handinvoer
Selecteer papiersoort.
Normaal papier
Voorbedrukt
Recycled
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Briefpapier
Geperforeerd
Kleur
22
Dun papier
Zwaar Papier
A4
Normaal papier
Etiketten
(4)
(3)
Transparant
Tabpapier
Envelop
OK
Annuleren
1/2
1/2
(3) Druk op de toets [Normaal papier].
Druk op de toets van het soort papier dat u hebt
geladen in de handinvoer.
Selecteer papierinstellingen in het
aanraakscherm. (vervolg)
OKType
2/2
(5) Druk op de toets [Auto-AB].
(6) Druk op de toets [OK].
Papierformaat
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Zwaar Papier
Pre-Printed
(7)
OK
(8)
of
Papierladen selecteren
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Normaal
1.
A4
A4R
B4
A3
5.
2.
3.
4.
A4
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
(7) Druk op de handinvoertoets.
(8) Druk op de toets [OK].
4
Stel het aantal kopieën in en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
Juiste sets
Annuleer scannen
Selecteer het te gebruiken papier voor een
0
kopieeropdracht door op het plaatje van de machine
te drukken in het basisscherm van de kopieerfunctie.
Annuleer kopiëren
Papierformaat
1.
A4
2.
A4R
(1)
3.
B4
4.
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
(2)
A4
Normaal papier
5.A4
Normaal papier
(4)
(3)
OK
Druk op een toets om een papierlade te selecteren.
(1) De papierladen verschijnen vanaf boven in
onderstaande volgorde: Lade 1, Lade 2, Lade 3,
Lade 4.
(2) Druk op deze toets om de handinvoer te selecteren.
(3) Druk op deze toets om het soort papier in de
handinvoer in te stellen.
(4) Druk op deze toets om Lade 5 (hoge capaciteitlade)
te selecteren.
23
BELICHTING SELECTEREN
Selecteer de juiste belichting voor het type origineel, zodat u een
duidelijke kopie krijgt.
In onderstaand voorbeeld wordt beschreven hoe u een origineel met
lichte kleuren, bijvoorbeeld met potlood beschreven, kopieert.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
(1)
Kopieerfactor
Belichting
Handmatig
531
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Auto
Tekst/
Afged.Foto
Afgedrukte
Foto
A4
Normaal
A4
Tekst
Tekst/Foto
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
Foto
(2)
1/2
Licht origineel
Belichting aanpassen
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
0
2
Selecteer belichtinginstellingen in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Belichting].
(2) Met de toetsen wisselt u van scherm.
(3) Druk op de toets [Belichting Origineel].
Belichting
24
Manual
Handmatig
(4) Met de toets maakt u de belichting
OK
(5)
Map
(4)
531
Belichting
Origineel
(3)
2/2
donkerder.
Er zijn negen belichtingniveaus beschikbaar.
Met de toets maakt u de belichting
donkerder, en met de toets lichter.
(5) Druk op [OK].
3
Stel het aantal kopieën in en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
of
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
Juiste sets
Annuleer scannen
Annuleer kopiëren
DE KOPIE AANPASSEN AAN HET PAPIER
.
e
l
Uitvoer
s
d
Snelbestand
en
odus
.
3.
.
.
Belichting
00%
r
uto
ge
g.
n
.
3.
.
3
l
e
Uitvoer
s
estand
Snelbestand
en
odus
Belichting
00%
r
g.
n
maal
uto
t
Spec. Functies
uto
t
OK
A
A3
r
r
r
r
r
()
(2)
()
(3)
()
(1)
()
(6)
()
(4)
()
(5)
(Kopieerfactor automatisch selecteren)
Met de functie automatisch vergroten/verkleinen kunt u een origineel
kopiëren naar papier van elk formaat.
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een A4 origineel kopieert op A3
papier.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Meerkleur
Kleurm
Opdrachtei
instellinge
1
Kopieerfacto
Papierformaa
2
4
A
OrigineelPapierformaa
Normaal papie
Normaal papie
Normaal papie
Normaal papie
A
Normaal papie
Dubbelz. Kopi
Spec. Functie
B
A4
A3
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Selecteer papierfactor automatisch
selecteren in het aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Opdrachteig.
instellingen].
(2) Druk op de toets [Papierformaat].
(3) Druk op de papierlade met het gewenste
papierformaat.
(4) Druk op de toets [OK].
Gereed voor scannen kopie
Meerkleur
Kleurm
Opdrachtei
instellinge
1
Kopieerfacto
A
Ima
1
2
4
Originee
A
Normaa
Dubbelz. Kopi
Spec. Functie
Bestan
(5) Druk op [Opdrachteig. instellingen] om
het instelscherm voor opdrachtdetails te
sluiten.
(6) Druk op de toets [Auto Image].
25
of
3
Stel het aantal kopieën in en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
U kunt niet alleen een vaste zoomfactor selecteren, maar de
zoomfactor ook aanpassen in stappen van 1% om het kopieformaat
precies in te stellen.
Deze sectie legt als voorbeeld uit hoe een afbeelding tot 55% wordt
gereduceerd.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
1
Plaats het origineel.
Ready to scan for copy.
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Full Colour
Kleurmodus
Colour Mode
Opdrachteig.
Job Detail
instellingen
Settings
Auto
Auto
Exposure
Belichting
100%
100%
Kopieerfactor
Copy Ratio
1.
1.
2.
2.
3.
3.
4.
4.
Original
Origineel
A4
A4
A4R
B5
B4
B4
A3
A3
A4
A4
Normaal
A4
A4
0
0
2-Sided Copy
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Output
Special Modes
Spec. Functies
Bestand
File
Quick File
Snelbestand
2
Selecteer de zoomfactor in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Kopieerfactor].
(1)
Kopieerfactor
B4A3B5
70%
A4
B5B4A5
81%
A4
A4A3B5
86%
B4
Auto Image
Menu
100
Zoom
100%
%
1
B5B4A4
A5A4B5
B5A4B4
2
115%
A3
122%
B4
141%
A3
X-y zoom
OK
(2) Wijzig het zoomfactormenu.
(2)
Origineel
55%
Kopie met
gespecificeerde
kopieerfactor
Kopieerfactor
(3)
Auto Image
Menu
55
Zoom
100%
1
%
(4)
OK
200%25%50%400%
(5)
(3) Druk op de toets [50%].
(4) Stel de zoomfactor in op 55% met de
toets .
U kunt de zoomfactor instellen in stappen van
2
X-y zoom
1%. Druk op de toets om de factor kleiner
te maken of op de toets om de factor
groter te maken.
(5) Druk op [OK].
27
of
3
Stel het aantal kopieën in en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
Juiste sets
Annuleer scannen
Annuleer kopiëren
28
EEN KOPIEERSESSIE ONDERBREKEN
(Kopiëren onderbreken)
Als een andere taak wordt gekopieerd, kunt u deze tijdelijk stoppen en
een kopie maken.
Dit is een handige functie wanneer u dringend een kopie moet maken
tijdens een lange kopieersessie.
Origineel
Bezig met kopieren vanaf lade 1.
Gereed voor scannen volgende taak.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
De te scannen kant moet omhoog liggen!
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Onderbreken
Normaal
A4
of
5
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Afdrukken
Onderbreken
1
Druk op de toets [Onderbreken].
De toets [Onderbreken] verschijnt in het basisscherm
terwijl het apparaat bezig is met afdrukken.
2
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
3
Stel het aantal kopieën in en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
De onderbroken kopieertaak wordt hervat wanneer
de tussentaak is beëindigd.
Juiste sets
Annuleer scannen
Annuleer kopiëren
29
KOPIEERHANDELINGEN OPSLAAN
(Werkprogramma's)
U kunt een groep kopieerinstellingen opslaan. U kunt deze instellingen oproepen en gebruiken wanneer u ze
nodig hebt.
Wanneer u dezelfde groep instellingen vaak gebruikt, hoeft u niet steeds opnieuw handmatig deze instellingen te
selecteren.
Een werkprogramma opslaan
1
Druk op de toets [#/P] ().
Werkprogramma's
Druk op programmanummer.
1.
2.
A4R
3.
4.
3
7
3
7
Origineel
A4
B4
A3
1
5
Werkprogramma's
Druk op programmanummer.
1
5
(2)
Maak selecties. Druk op [OK] om op te
slaan en op [Annuleren] om te wissen.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
2
6
2
6
(3)
Opslaan/WissenOproepen
(1)
Opslaan/WissenOproepen
Annuleren
A4
Normaal
A4
Verlaten
4
8
Verlaten
4
8
(4)
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Programmanaam
1/6
1/6
OK
2
Sla het werkprogramma op in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de tab [Opslaan/Wissen].
(2) Druk op de toets van het
werkprogramma dat u wilt opslaan.
(3) Selecteer de kopieerinstellingen die u
wilt opslaan.
(4) Druk op de toets [OK].
Druk op de toets [Programmanaam] om een
tekstinvoerscherm op te roepen. Voer een naam
voor het programma in.
Hoe u tekst invoert ziet u in "6. TEKST INVOEREN"
in de Gebruikershandleiding.
30
Een werkprogramma oproepen
1
Druk op de toets [#/P] ().
Plaats het origineel.
Werkprogramma's
Druk op programmanummer.
1
5
2
6
3
7
4
8
Opslaan/WissenOproepen
Verlaten
1/6
Een werkprogramma wissen
Werkprogramma's
Druk op programmanummer.
1
5
2
6
3
7
4
8
Verlaten
1/6
2
Raak de cijfertoets van het gewenste
werkprogramma aan.
Stel het aantal kopieën in en start het kopiëren.
1
Druk op de toets [#/P] ().
2
Wis het werkprogramma in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de tab [Opslaan/Wissen].
Werkprogramma's
Druk op programmanummer.
1
5
2
6
(2)
Opslaan/WissenOproepen
(1)
Verlaten
1/6
3
7
4
8
Opslaan/WissenOproepen
(2) Druk op de cijfertoets van het
werkprogramma dat u wilt wissen.
31
Een werkprogramma is al opgeslagen.
een ander programma opslaan?
AnnulerenWissenOpslaan
(3)
Wis het werkprogramma in het
aanraakscherm. (vervolg)
(3) Lees het bericht op het scherm en druk
op de toets [Wissen].
Werkprogramma's
Druk op programmanummer.
1
5
2
Verlaten
(4) Druk op de toets [Verlaten].
(4)
1/6
3
76
4
8
Opslaan/WissenOproepen
32
SPECIALE FUNCTIES
Met de speciale functies kunt u allerlei speciale kopieertaken uitvoeren.
In dit gedeelte laten we zien welke soorten kopieën u kunt maken met de speciale functies. (De procedures voor het
gebruik van de afzonderlijke speciale functies worden niet behandeld.)
Elke speciale functie heeft zijn eigen instellingen en procedures, maar de basisprocedure is voor alle functies gelijk.
Hoe u een speciale functie selecteert wordt behandeld op de volgende pagina aan de hand van "Kantlijnverschuiving".
De specifieke procedures voor het selecteren van de afzonderlijke speciale functies vindt u in
"2. HANDIGE KOPIEERFUNCTIES" in de Kopieerhandleiding.
Speciale functies
Gereed voor scannen kopie.
Ready to scan for copy.
Full Colour
Meerkleuren
Colour Mode
Kleurmodus
Job Detail
Opdrachteig.
Settings
instellingen
Auto
Auto
Exposure
Belichting
100%
100%
Copy Ratio
Kopieerfactor
0
0
Dubbelz. Kopie
2-Sided Copy
Output
Normaal
A4
1.
1.
A4
A4
A4
2.
2.
B5
A4R
B5
3.
3.
B4
B4
B4
4.
4.
A3
A3
A3
Uitvoer
Spec. Functies
File
Bestand
Quick File
Snelbestand
Als u een speciale functie wilt gebruiken, opent u het
menu voor de speciale functies en drukt u op de toets van
de functie die u wilt gebruiken. Het menu bestaat uit vier
schermen. Met de toetsen wisselt u van scherm.
Druk in het basisscherm op [Spec. Functies] om het
speciale functies menu te openen. (U kunt het
speciale functies menu ook openen door op de toets
[Spec. Functies] te drukken die verschijnt nadat op
de toets [Opdrachteig. instellingen] is gedrukt.)
Eerste schermTweede scherm
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
Wissen
Opdracht
Samenstel.
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
Derde schermVierde scherm
Spec. Functies
Stempel
Beeld bewerken
Kleur-
Instellingen
OK
1/4
OK
3/4
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
BoekkopieTabkopieKaart Formaat
Spec. Functies
Origineel
gem. form.
Transparant-
Insteekvellen
Langzame
scanmodus
OK
2/4
Multishot
OK
4/4
SnelbestandBestandProefafdruk
Als in het derde scherm op [Beeld bewerken] wordt
gedrukt, opent het volgende menu.
Beeld bewerken
Foto herhalen
A3
Volbeeld
Vergrot. over
meerdere pag.
Centreren
Spiegel-
Beeld
Z/W
Omgekeerd
OK
Als in het derde scherm op [Kleur-Instellingen] wordt
gedrukt, opent het volgende menu.
KleurInstellingen
RGB-instelling
Kleurbalans
Instellen
Scherpte
Helderheid
Achtergrond-
Onderdrukking
Intensiteit
OK
Wanneer u drukt op een speciale functietoets omcirkeld met wordt de toets gemarkeerd en wordt de
instelling uitgevoerd.
Als u op een andere speciale functietoets drukt, verschijnt een instellingenscherm waarin u de instellingen voor
die functie kunt selecteren.
De toetsen die verschijnen variëren per land en regio en geïnstalleerde randapparatuur.
33
SPECIALE FUNCTIE SELECTEREN
Hieronder wordt behandeld hoe u instellingen voor een speciale functie selecteert. Welke instellingen u moet
selecteren varieert per speciale functie, maar de algemene procedure is gelijk. Het selecteren van instellingen
wordt hieronder behandeld aan de hand van het voorbeeld "Marges toevoegen (Kantlijnverschuiving)".
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
(2)
Inbindkopie
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Wissen
Opdracht
Samenstel.
A4
Normaal
A4
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
(1)
Snelbestand
OK
1/4
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Selecteer de gewenste speciale
functie-instelling (bijvoorbeeld:
kantlijnverschuiving) op het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Spec. Functies].
(2) Selecteer de toets [Kantlijn
Verschuiving].
Er worden instellingen geselecteerd om de
marge 15 mm te verschuiven.
Spec. Functies
Kantlijnverschuiving
RechtsLinksOmlaag
OK
(4)
OKAnnuleren
Zijde 1Zijde 2
(0~20)
1515
mm
(0~20)
mm
(3)
of
(3) Selecteer 15 mm voor de voorkant en
15 mm voor de achterkant met de
toetsen.
(4) Druk op de toets [OK].
Aanvankelijk staat de margeverschuiving
ingesteld op "Rechts".
Druk op de betreffende toets om de positie te
verschuiven naar "Links" of "Omlaag".
3
Stel het aantal kopieën in en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
Juiste sets
Annuleer scannen
Annuleer kopiëren
34
HANDIGE KOPIEERFUNCTIES
Marges toevoegen (Kantlijnverschuiving)
Met deze functie verschuift u de
afbeelding op de kopie, zodat u
bindmarges creëert.
Deze functie is handig wanneer u de
kopieën met touw inbindt of in een band
plaatst.
Randschaduwen wissen (Wissen)
Met deze functie wist u randschaduw
die optreedt wanneer u kopieën maakt
van boeken of andere dikke originelen.
Zonder wissen
Met wissen
Naast elkaar liggende pagina's van een ingebonden
document kopiëren (Dubbelz. Kopie)
Met deze functie maakt u afzonderlijke
kopieën van de linker- en rechterpagina
van een ingebonden document, zoals
een boekje. Bovendien kunt u twee
naast elkaar liggende pagina's kopiëren
op beide kanten van één vel papier.
Kopieën maken voor boekje (Inbindkopie)
Met deze functie maakt u kopieën die
kunnen worden gevouwen tot een boekje.
Met Inbindkopie kunt u gemakkelijk
boekjes maken.
Als er een zadelsteek afwerkingeenheid
is geïnstalleerd, worden de afdrukken
automatisch in het midden gevouwen en
geniet.
1
2
3
4
5
6
7
8
4
2
5
7
1
3
5
7
35
Een groot aantal originelen tegelijk kopiëren (Opdr. samenst.)
Het maximum aantal originelen dat in
één keer door de automatische
origineelinvoer kan worden ingevoerd is
100 vellen.
Als u meer dan 100 originelen wilt
kopiëren in één taak, kunt u met de
functie opdracht samenstellen de
originelen in sets verdelen en elke set
invoeren.
100
100
200
Een groot aantal originele kopiëren met twee
apparaten (Tandemkopie)
U kunt een kopieertaak verdelen over
twee apparaten die zijn aangesloten op
hetzelfde netwerk.
Zo bespaart u veel tijd wanneer u een
grote kopieertaak uitvoert.
Om deze functie te kunnen gebruiken
moet de tandemverbinding zijn
geconfigureerd in de
systeeminstellingen.
Vier sets
Twee sets
Twee sets
Ander type papier gebruiken voor omslagen
(Kaften/Insteekvellen)
Met deze functie kunt u een ander type
papier gebruiken voor de voor- en
achterpagina van een set kopieën.
Ook kunt u een ander type papier
toevoegen als insteekvel op
gespecificeerde pagina's.
Omslag
Insteekvel
Insteekvellen toevoegen op het kopiëren op
transparanten (Transparant-Insteekvellen)
Wanneer u kopieert op transparanten
kunt u met deze functie insteekvellen
tussen de transparanten invoegen
zodat ze niet aan elkaar plakken.
Papieren instee
kvel
Papieren insteekvel
Insteekvel
Achterpagina
Papieren insteekvel
36
Meerdere pagina's kopiëren op één vel papier
INDEX
(Multishot)
Met deze functie kunt u twee of vier
origineelpagina's kopiëren op één vel
papier.
1
1
2
3
4
Een boekje kopiëren (Boekkopie)
Met deze functie kunt u een boek,
boekje, of ander ingebonden origineel
kopiëren. De kopieën worden geschikt
in dezelfde pamfletlay-out.
Als er een zadelsteek
afwerkingeenheid is geïnstalleerd,
worden de afdrukken automatisch in
het midden gevouwen en geniet.
1
3
5
7
34
2
1
3
5
7
Opschriften kopiëren op tabbladen (Tabkopie)
Met deze functie kopieert u opschriften
op de tabs van tabbladen.
OrigineelTabpapier
INDEX
Beide zijden van een kaart kopiëren op één vel
papier (Kaart Formaat)
Met deze functie kopieert u de voor- en
achterkant van een kaart op één vel
papier.
Voorkant
Achterkant
37
De datum of een stempel afdrukken op kopieën
(Stempel)
Met deze functie drukt u de datum, een
stempel, het paginanummer of test af
op kopieën.
Er kan een kleur worden geselecteerd
voor het afdrukken van een stempel of
tekst in kleur.
Datum afdrukken
01/08/2005
PaginanummerTekst
1
2
Vergadering plannen
3
Stempel
VERTROUWELIJK
Foto's herhalen op een kopie (Foto herhalen)
Met deze functie drukt u maar liefst 24
kopieën van één foto af op één vel
papier.
Een grote poster maken (Vergrot. Over meerdere
pag.)
Gebruik deze functie om een
gekopieerde afbeelding te vergroten en
op meerdere vellen papier af te
drukken. U kunt de vellen papier aan
elkaar bevestigen zodat ze één grote
kopie vormen.
De afbeelding spiegelen (Vergrot. Over meerdere
pag.)
Met deze functie maakt u op de kopie
een spiegelbeeld van het origineel.
38
Een origineel van A3-formaat kopiëren zonder de
randen af te snijden (A3 Volbeeld)
Met deze functie kopieert u een
origineel van A3 –formaat zonder de
randen af te snijden.
U moet het origineel op de glasplaat
plaatsen. (Er moet een juiste papierlade
of afwerkingeenheid zijn geïnstalleerd.)
Kopiëren in het midden van het papier (Centreren)
Met deze functie plaatst u de kopie in
het midden van het papier.
Dit is handig wanneer u de afbeelding
verkleint of kopieert op groter papier
dan het origineel.
Zwart en wit omkeren in een kopie (Z/W negatief)
Met deze functie keert u zwart en wit
om op de kopie, zodat een negatieve
afbeelding ontstaat.
Met deze functie bespaart u als u een
origineel met grote zwarte vlakken
kopieert.
Rood/groen/blauw aanpassen in kopieën
(RGB aanpassen)
Gebruik deze functie om rood, groen of
blauw (slechts één kleur) te versterken
of verzwakken en wijzig daarmee de
algehele kleur van de kopie.
Rood R+
Groen G+
Blauw B+
39
De scherpte van een afbeelding aanpassen
(Scherpte)
Met deze functie maakt u de kopie
scherper of zachter.
OnscherpOnscherp
ScherpScherp
Vage kleuren in kopieën wit maken
(Achtergrond-Onderdrukking)
Met deze functie onderdrukt u lichte
achtergrondvlakken op de kopie.
Dit is handig als u een kopie maakt van
een origineel dat is afgedrukt op
gekleurd papier.
De kleur aanpassen (Kleurbalans Instellen)
Met deze functie past u de kleurbalans
in een kleurenkopie aan. U kunt de
dichtheid van de vier kleuren cyaan,
magenta, geel en zwart aanpassen.
C CYAAN+M
Y GEEL+KK ZWART+ZWART+
MAGENTA+
De helderheid van een kopie aanpassen (Helderheid)
Met deze functie past u de helderheid
van een kopie aan.
40
De intensiteit van een kopie aanpassen (Intensiteit)
Met deze functie past u de intensiteit
van een kopie aan.
Kopieën controleren alvorens af te drukken
(Proefkopie)
Met deze functie drukt u slechts één set
kopieën af ongeacht het aantal sets dat
u hebt opgegeven. Wanneer de eerste
set is gecontroleerd op fouten, kunt u
de overige sets afdrukken.
Vijf sets
Controleren
Een set
Vier sets
Originelen van verschillend formaat afdrukken
(Origineel gem. form.)
U kunt alle kopieën in één sessie
afdrukken ook al zijn B5 originelen
gemengd met A4 originelen.
B5
A4
B5
A4
Dunne originelen kopiëren (Langzame scanmodus)
Met deze functie kopieert u dunne
originelen waarbij gemakkelijk
papierstoringen optreden, met de
automatische origineelinvoer.
41
Afdrukken
Afdrukken
In dit gedeelte wordt de basisprocedure voor het afdrukken behandeld met
behulp van de printerdriver van het apparaat. Ook wordt behandeld welke
instellingen u kunt selecteren in de printerdriver.
De uitleg over schermen en procedures heeft voornamelijk betrekking op
Windows
Macintosh-omgevingen.
Hieronder wordt de basisprocedure uitgelegd om een document of afbeelding af te drukken vanaf uw computer.
We laten zien hoe u een document van A4-formaat afdrukt met WordPad.
1
Selecteer de
(1)
afdrukopdracht in de
toepassing.
(1)
Open het menu [Bestand].
(2)
(1)
(2)
(2) Selecteer [Afdrukken].
2
Open het instelvenster van
de printerdriver.
(1) Selecteer de printerdriver
van het apparaat.
(2) Klik op de knop
[Voorkeursinstellingen].
Klik in Windows 98/Me/NT 4.0
op de knop [Eigenschappen].
In Windows 2000 verschijnt
de knop
[Voorkeursinstellingen] niet.
Klik op elke tab in het
dialoogvenster "Afdrukken"
om de instellingen op dat
tabblad te wijzigen.
44
(1)
3
Selecteer de
afdrukinstellingen.
(1) Klik op het tabblad
[Papier].
(2) Selecteer het
papierformaat.
(2)
(3) Klik op [OK].
(3)
4
Klik op de knop
[Afdrukken].
Het afdrukken begint.
Klik in Windows 98/Me/NT 4.0 op
[OK].
45
EEN AFDRUKTAAK ANNULEREN
U kunt een afdruktaak annuleren als u annuleert voordat het afdrukken is gestart.
DOCUMENT
ARCHIVERING
BEELD
VERZENDEN
KOPIE
OPDRACHT STATUS
Opdr.WachtrSets / Voortgang Status
Kopieren020 / 001Kopieren
1
Kopieren020 / 000Wachten
2
BBB BBB020 / 000Wachten
3
4002 / 000Wachten
0312345678
(3)
AFDRUKKEN
GEREED
DATA
LIJN
DATA
SYSTEEM
INSTELLINGEN
(1)
De opdracht wissen?
BBB BBB
NeeJa
LOGOUT
1/1
(5)
Spool
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
(2)
Prioriteit
Stop./Wis.
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
(4)
1
Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
2
Annuleer het taakprogramma op in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Afdrukopdr.].
(2) Wijzig de status van de afdruktaak in
[Spool] of [Opdr.Wachtr].
Stap over op de functie die de toets weergeeft
van de taak die u wilt annuleren.
(3) Druk op de toets voor de afdruktaak die
u wilt annuleren.
(4) Druk op de toets [Stop./Wis.].
(5) Druk op de toets [Ja].
46
DE HELP VAN DE PRINTERDRIVER
GEBRUIKEN
Wanneer u de instellingen selecteert in het instelvenster van de printerdriver, kunt u de Help weergeven voor
uitleg over de verschillende opties.
1
Open het instelvenster van
de printerdriver.
(1) Selecteer de printerdriver
van het apparaat.
(2) Klik op de knop
(1)
(2)
[Voorkeursinstellingen].
Klik in Windows 98/Me/NT 4.0
op de knop [Eigenschappen].
In Windows 2000 verschijnt
de knop
[Voorkeursinstellingen] niet.
Klik op elke tab in het
dialoogvenster "Afdrukken"
om de instellingen op dat
tabblad te wijzigen.
2
Klik op de knop [Help].
Bekijk de Help over een bepaalde
instelling door op de knop in de
rechterbovenhoek van het venster
te drukken en klik dan op de
instelling.
Als het infopictogram ()
verschijnt, kunt u op het pictogram
klikken om informatie weer te
geven over combinaties van
instellingen die niet zijn toegestaan
en andere zaken.
47
PRINTERSTUURPROGRAMMA'S
Wanneer u de printerfunctie van het apparaat gebruikt, kunt u allerlei instellingen opgeven in het instelvenster van
de printerdriver. Dit gedeelte biedt een overzicht van de typen printerdrivers en de printerdriverinstellingen.
Typen printerdrivers
PCL-printerdriver
Het apparaat ondersteunt de Hewlett-Packard PCL6- en PCL5c-printerbesturingstalen. Het gebruik van de PCL6
printerdriver wordt aanbevolen. Als u problemen ondervindt bij het afdrukken met oudere software bij gebruik van
de PCL6 printerdriver, gebruik dan de PCL5c printerdriver.
PS printerdriver (te gebruiken wanneer de PS3 uitbreidingskit is geïnstalleerd)
Deze printerdriver ondersteunt de PostScript 3 paginabeschrijvingstaal die is ontwikkeld door Adobe Systems
Incorporated zodat het apparaat als een met PostScript 3 compatibele printer kan worden gebruikt.
Uitgebreide informatie over het gebruik van de stuurprogramma's vindt u onder "PRINTERFUNCTIE VAN HET
APPARAAT" in de Printerhandleiding.
Printerdriverinstellingen
De instellingen die u kunt selecteren in de printerdriver zijn gegroepeerd op zes tabbladen. Klik op een tabblad
om dit op de voorgrond te zetten. De instellingen op elk tab worden hieronder weergegeven.
Er zijn extra instellingen die niet hieronder worden weergegeven. Zie voor meer informatie over de andere
instellingen de Help van de printerdriver.
Tab Algemeen
• Documenttype
• X pagina's-op-1vel afdr
• Nieten
•Perforatie
• Zwart/wit-afdruk
• Inbindkopie / boekje nieten
• Margeverschuiving
• 180 graden draaien
Tab Papier
• Aanpassen aan pagina
• Poster afdrukken (PCL6, PS)
• Zoom/XY-zoom
• Ander papier
• Transparant-insteekvellen
• Carbonafdruk
•
Afdrukken op tabpapier (alleen
PCL6)
Tab Geavanceerd
• Spiegelbeeld (alleen PS)
• Overlays
• Tabpapierinstellingen
• Tandemafdruk
Tab Taakverwerking
• Vasthouden
• Instell. Documentarchivering
Tab Watermerken
• Watermerk
• Afbeeldingsstempel (PCL6, PS)
Tab Kleur
• Kleurafstelling
• Tekst naar zwart/Vector naar
zwart
• Afbeeldingstype
48
PRINTERDRIVERINSTELLINGEN SELECTEREN
Hieronder wordt uitgelegd hoe u instellingen selecteert in de printerdriver aan de hand "Aanpassen aan pagina".
Met de functie passend maken wordt de afbeelding automatisch vergroot of verkleind zodat hij past op het
geselecteerde papierformaat. In dit voorbeeld wordt de afbeelding van A4-formaat afgedrukt op papierformaat A3.
De procedures om de printerdriverinstellingen te configureren verschillen per instelling.
Zie voor meer informatie over elk van deze instellingen "2. HANDIGE AFDRUKFUNCTIES IN WINDOWS"
in de Printerhandleiding.
1
Open het instelvenster van
de printerdriver.
(1) Selecteer de printerdriver
van het apparaat.
(2) Klik op de knop
(1)
(2)
[Voorkeursinstellingen].
Klik in Windows 98/Me/NT 4.0 op
de knop [Eigenschappen].
In Windows 2000 verschijnt de
knop [Voorkeursinstellingen] niet.
Klik op elke tab in het
dialoogvenster "Afdrukken" om de
instellingen op dat tabblad te
wijzigen.
(1)
(2)
(3)
(4)
2
Selecteer de
afdrukinstellingen.
(1) Klik op het tabblad
[Papier].
(2) Selecteer [A4].
Selecteer het formaat van de
afbeelding.
(3) Selecteer [Aanpassen
aan pagina].
(4) Selecteer [A3].
Selecteer het formaat van het
papier waarop u wilt
afdrukken.
(5) Klik op [OK].
Hiermee zijn de instellingen
voltooid. Begin met afdrukken.
(5)
49
HANDIGE PRINTERFUNCTIES
Tweezijdig afdrukken (Documenttype)
Met deze functie drukt u af op beide zijden
van het papier. Door tweezijdig af te
drukken hebt u minder vellen nodig. Dit is
handig wanneer u een groot aantal
pagina's afdrukt of papier wilt sparen.
De afbeelding aanpassen aan het papier (Aanpassen aan pagina)
Met deze functie vergroot of verkleint u de
afbeelding zodat deze op het
papierformaat past.
Dit is handig als u bijvoorbeeld een document
van het formaat A4 of Letter wilt vergroten tot
het formaat A3 of Ledger om dit eenvoudiger
leesbaar te maken of toch afdrukken wilt
maken als er geen papier van het juiste
formaat in het apparaat is geladen.
1
2
3
4
A4A3
1
3
Meerdere afbeeldingen afdrukken op één vel papier
(X pagina's-op-1vel afdr)
Met deze functie kunt u meerdere
afbeeldingen verkleinen om op één vel
papier af te drukken.
U kunt 2, 4, 6, 8, 9, of 16 afbeeldingen
afdrukken op één vel papier. Dit is handig
wanneer u een totaaloverzicht wilt geven
van meerdere pagina's of papier wilt
sparen.
1
2
3
4
1
34
2
Afgedrukte pagina's nieten (Nieten)
Met deze functie niet u de afdrukken.
(Wanneer een afwerkingeenheid is
geïnstalleerd.)
50
De afdruk perforeren (Perforatie)
Met deze functie perforeert u de afdruk.
(Wanneer een
afwerkingeenheid/perforatiemodule is
geïnstalleerd.)
Een kleurenafbeelding afdrukken in grijstonen
(Zwart/wit-afdruk)
Met deze functie kunt u
kleurenafbeeldingen afdrukken in
grijstonen.
Zo kunt u kleurentoner besparen als een
kleurenafdruk niet per sé noodzakelijk is,
bijvoorbeeld wanneer u alleen de inhoud
van een document wilt controleren.
Het apparaat heeft ook de volgende functies
In "2. HANDIGE AFDRUKFUNCTIES IN WINDOWS" in de Printerhandleiding vindt u uitvoerige informatie over
elke functie.
Handige functies om boekjes en posters te maken
• Een boekje maken (Inbindkopie/boekje nieten)
• Marges toevoegen (Margeverschuiving)
• Een grote poster maken (Poster afdrukken)
Functies om het formaat en de richting van gegevens aan te passen
• De afbeelding 180 graden draaien (180 graden draaien)
• De afbeelding vergroten en verkleinen (Zoom/XY-zoom)
• De afbeelding spiegelen (Spiegelbeeld)
Instelfunctie kleurenmodus
• De helderheid en het contrast van de afbeelding aanpassen (Kleurafstelling)
• Lichte tekst of zwarte lijnen afdrukken (Tekst naar zwart/Vector naar zwart)
• Kleurinstellingen selecteren in overeenstemming met het type afbeelding (Afbeeldingstype)
Functies voor het combineren van tekst en afbeeldingen
• Een watermerk toevoegen aan afgedrukte pagina's (Watermerk)
• Een andere afbeelding afdrukken over de afbeelding (Afbeeldingsstempel)
• Overlays maken voor afbeeldingen (Overlays)
Afdrukfuncties voor speciale doeleinden
• Gespecificeerde pagina's afdrukken op ander papier (Ander papier)
• Zorgen dat transparanten niet aan elkaar plakken (Transparent-insteekvellen)
• Carbonafdruk maken (Carbonafdruk)
• Tekst afdrukken op de tabs van tabbladen (Afdrukken op tabpapier)
Handige printerfuncties
• Een grote afdruktaak afdrukken op twee apparaten (Tandemafdruk)
• Werken met de documentarchiveringsfunctie (Vasthouden/Documentarchivering)
51
AFDRUKKEN VANAF EEN MACINTOSH-COMPUTER
In dit gedeelte wordt de basisprocedure voor het afdrukken vanaf een Macintosh behandeld.
In het onderstaande voorbeeld wordt uitgelegd hoe u een document kunt afdrukken vanuit "TextEdit", een
standaardonderdeel van Mac OS X.
Om af te drukken vanaf een Macintosh moet de PS3 uitbreidingskit zijn geïnstalleerd en moet het apparaat zijn
aangesloten op een netwerk. De procedure voor het installeren van het PPD-bestand vindt u in "3. INSTALLATIE
IN EEN MACINTOSH-OMGEVING" in de Handleiding software-installatie.
Het papierformaat instellen.
In het volgende voorbeeld wordt uitgelegd hoe u het papierformaat instelt op "A4".
1
(1)
(2)
(1)
(2)
Open het scherm
pagina-instelling in de
softwaretoepassing.
(1) Open het menu [Archief].
(2) Selecteer
[Pagina-instelling].
2
Stel het papierformaat in
op het scherm
pagina-instelling.
(1) Controleer of de juiste
printer is geselecteerd.
De apparaatnaam die
verschijnt in het menu "Stel in
voor" is normaal gesproken
[SCxxxxxx]. ("xxxxxx" is een
reeks tekens die varieert
naargelang het model van uw
apparaat.)
52
(3)
(2) Selecteer [A4].
(3) Klik op [OK].
Het venster varieert
naargelang de versie van het
besturingssysteem, de versie
van de printerdriver en de
toepassing.
Een bestand afdrukken
1
(1)
(2)
(1)
(2)
(3)
Selecteer de
afdrukopdracht in de
toepassing.
(1) Open het menu [Archief].
(2) Selecteer [Druk af].
2
Selecteer
afdrukinstellingen en klik
op de knop [Druk af].
(1) Controleer of de juiste
printer is geselecteerd.
De apparaatnaam die
verschijnt in het menu
"Printer" is normaal
gesproken [SCxxxxxx].
("xxxxxx" is een reeks tekens
die varieert naargelang het
model van uw apparaat.)
(2) Selecteer de
afdrukinstellingen.
Klik op naast [Aantal en
pagina's] ([Algemeen] in Mac
OS 9.0 tot en met 9.2.2) en
selecteer de instellingen die u
wilt configureren in het
vervolgkeuzemenu. Het
betreffende
instellingenscherm verschijnt.
(3) Klik op de knop [Druk af].
Het afdrukken begint.
Het afdrukvenster varieert
naargelang de versie van het
besturingssysteem, de versie
van de printerdriver en de
toepassing.
53
Scannen
Scannen
In dit gedeelte worden de toepassingen van de netwerkscannerfunctie en
de basisprocedure voor de scannerfunctie uitgelegd. Bovendien geven we
een overzicht van de speciale functies die u kunt gebruiken met de
netwerkscannerfunctie.
De internetfax uitbreidingskit is vereist om de internetfaxfunctie te kunnen
gebruiken.
Met de netwerkscannerfunctie kunt u een gescand afbeeldingbestand verzenden naar diverse bestemmingen. De
netwerkscannerfunctie heeft de volgende functies.
Scanfuncties
Scannen naar e-mail
Het gescande bestand wordt verzonden via E-mail.
Scannen naar FTP
Het gescande bestand wordt verzonden naar een opgegeven directory op de ftp-server.
Scannen naar netwerkmap
Het gescande bestand kan worden verzonden naar een gedeelde map op een computer op het
netwerk. Verzending is mogelijk naar computers met de volgende besturingssystemen:
Windows 98/NT 4.0/2000/XP/Server 2003.
Scannen naar desktop
Het gescande bestand wordt verzonden naar een opgegeven map op uw computer. (Om
Scannen naar desktop te gebruiken, moet de software worden geïnstalleerd van de CD-ROM
"Sharpdesk/Network Scanner Utilities" die met het apparaat is meegeleverd (of die is
meegeleverd met de netwerkscanner uitbreidingskit indien de netwerkscannerfunctie niet
standaard op het apparaat aanwezig is). De procedures voor het installeren van de software vindt
u in het Sharpdesk INSTALLATIEHANDBOEK.)
Internetfaxfunctie
U kunt een fax verzenden via internet.
Deze functie vereist een internetverbinding
met de betreffende kosten. Maar als u
reeds een internetservice hebt of vaak
faxen verzendt, kunt u met deze functie
communicatiekosten besparen.
USB-geheugenfunctie
Het gescande bestand wordt verzonden naar en
opgeslagen op een USB-geheugenapparaat*
dat is aangesloten op het apparaat.
*1 Een USB-geheugenapparaat is een opslagapparaat dat is aangesloten op een USB-interface.
*2 TWAIN is een interfacestandaard die wordt gebruikt voor scanners en andere afbeeldinginvoerapparaten.
Wanneer de TWAIN driver op uw computer is geïnstalleerd, kunt u met elke toepassing die voldoet aan de
TWAIN standaard een afbeelding zenden.
1
Pc-scanfunctie
U kunt een origineel scannen met een
softwaretoepassing die voldoet aan de
TWAIN*
op hetzelfde netwerk als het apparaat.
Als u de gescande afbeelding nog wilt
bewerken, is het handig om dit vanaf uw
computer te kunnen doen.
Het stuurprogramma voor de scanner
dat staat op de bij de machine
geleverde "Software CD-ROM", moet
geïnstalleerd zijn om de PC-scanmodus
te kunnen gebruiken. Te gebruiken
besturingssystemen zijn Windows
98/Me/2000/XP/Server 2003.
2
standaard op een computer
56
EEN ORIGINEEL SCANNEN
De basisprocedure voor scannen wordt hieronder uitgelegd.
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een gescand bestand verzendt via e-mail.
Origineel
Scan
verzenden
Gescande
afbeelding
DOCUMENT
ARCHIVERING
BEELD
VERZENDEN
KOPIE
Gereed voor verzenden.
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
OPDRACHT STATUS
AFDRUKKEN
GEREED
DATA
LIJN
DATA
SYSTEEM
INSTELLINGEN
LOGOUT
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Opn. verzenden
Adresboek
Adresinvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
1
Druk op de toets [BEELD VERZENDEN].
Het basisscherm van de scanfunctie verschijnt.
2
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
Gereed voor verzenden.
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
ScannenZenden
A4
Kies de plaats voor het adres
(2)
Auto
AanCc
Opn. verzenden
Adresboek
Adresinvoer
Spec. Functies
(1)
Bestand
Snelbestand
3
Selecteer de bestemming in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Adresinvoer].
(2) Druk op de toets [Aan].
Er verschijnt een tekstinvoerscherm. Voer het
e-mailadres van de bestemming in.
Hoe u tekst invoert ziet u in "6. TEKST
INVOEREN" in de Gebruikershandleiding.
57
of
4
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of
[STARTEN ZWART-WIT].
Annuleer scannen
58
DE RESOLUTIE WIJZIGEN
U kunt de resolutie selecteren in overeenstemming met het type origineel.
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de resolutie instelt op "300X300dpi", waardoor een duidelijker afbeelding
ontstaat dan met de standaard resolutie.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
(1)
Scan
Resolutie
AutomatischMono2/Autom.
BelichtingKleurmodus
200X200dpi
Resolutie
Auto
(2)
Origineel
100X100dpi
200X200dpi
300X300dpi
400X400dpi
600X600dpi
TIFF/JPEG
Best.Indeling
A4
Spec. Functies
(3)
Adresboek
Adresinvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
(4)
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Selecteer de resolutie in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets
[Afbeeldings-instellingen].
(2) Druk op de toets [Resolutie].
(3) Druk op de toets [300X300dpi].
(4) Druk op [OK].
of
3
Selecteer de bestemming en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
Annuleer scannen
59
BELICHTING EN BELICHTINGSFUNCTIE
SELECTEREN
U kunt de belichting afstemmen op de donkerheid van de kleuren in het origineel en de belichtingsfunctie op het
type origineel.
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een licht origineel donkerder maakt en de belichtingsfunctie instelt op "Tekst".
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
(1)
Automatisch
Belichting
200X200dpi
(2)
Resolutie
Auto
Origineel
Wanneer fax/I-faxadres is bijgesloten,
wordt de door fax-/I-fax/scannermodus
gedeelde belicht.inst. geselecteerd.
Mono2/Autom.
Kleurmodus
TIFF/JPEG
Best.Indeling
A4
Spec. Functies
OK
(3)
Scan
Belichting
(4)
Moiré-reductie
Auto
Handmatig
13
Tekst/
Afged.Foto
Tekst
5
Afgedrukte
(6)
Foto
(5)
Adresboek
Adresinvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
(7)
Tekst/Foto
Foto
Map
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Selecteer belichtinginstellingen in het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets
[Afbeeldings-instellingen].
(2) Druk op de toets [Belichting].
(3) Lees het bericht op het scherm en druk
op [OK].
(4) Druk op de toets [Handmatig].
(5) Met de toets maakt u lichte kleuren
donkerder.
Er zijn vijf contrastniveaus beschikbaar. Met de
toets maakt u lichte originelen donkerder,
en met de toets maakt u donkere
originelen lichter.
60
of
(6) Druk op de toets [Tekst].
(7) Druk op [OK].
3
Selecteer de bestemming en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
Annuleer scannen
BESTANDSTYPE WIJZIGEN
De bestandsindeling (soort bestand en compressiemethode) om een gescande afbeelding te verzenden, wordt opgegeven
wanneer u de bestemming opslaat in een sneltoets. Bij het verzenden kunt u de bestandsindeling echter wijzigen.
In onderstaande procedure wordt uitgelegd hoe u een gescande afbeelding verzendt als vierkleuren tiff-bestand.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
(1)
AutomatischMono2/Autom.
BelichtingKleurmodus
200X200dpi
Resolutie
Auto
Origineel
Selecteer een bestandsindeling om toe
te passen op alle scanbestemmingen.
Best.Indeling
A4
Spec. Functies
TIFF/JPEG
(2)
(3)
BestandstypeCompressiemodus
PDF versl.
Programma
Opgegeven pagina's
per bestand
TIFFPDF
Geen
MH (G3)
MMR (G4)
(1-99)
Adresboek
Adresinvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
Kleur/grs.
OK
Z/W
(4)
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Selecteer bestandstype-instellingen in
het aanraakscherm.
(1) Druk op de toets
[Afbeeldings-instellingen].
(2) Druk op de toets [Best.Indeling].
(3) Lees het bericht op het scherm en druk
op [OK].
(4) Wijzig de functie in Kleur/Grijstoon.
(5) Druk op de toets [TIFF].
BestandstypeComprimeringsfactor
PDF
PDF versl.
Programma
Opgegeven pagina's
per bestand
TIFF
JPEG
(5)
Lage comp
Gemid. comp
Hoge comp
(1-99)
(6)
OK
(7)
Z/W
Kleur/grs.
(6) Druk op de toets [Hoge comp].
Hiermee stelt u de compressie in op een hoge
waarde.
Een hogere compressiefactor levert een kleiner
bestand op.
(7) Druk op [OK].
3
Selecteer de bestemming en druk op de
toets [STARTEN KLEUR].
Als het bestandstype is ingesteld op [PDF versl.]
wordt u geïnstrueerd een wachtwoord te typen
wanneer u de verzending start.
Annuleer scannen
61
EEN BESTEMMING OPSLAAN
Hieronder wordt uitgelegd hoe u e-mailadressen opslaat in sneltoetsen voor Scannen naar E-mail.
Opgeslagen e-mailadressen kunt u snel en gemakkelijk opgeven.
Als u vaak afbeeldingen verzendt naar dezelfde groep bestemmingen kunt u de e-mailadressen van die bestemmingen
opslaan als groep. Als u bestemmingen wilt opslaan voor andere functies van de netwerkscannerfunctie, zie dan
"BESTEMMINGSADRESSEN IN HET ADRESBOEK OPSLAAN VOOR ELKE SCANMODUS" in de Scannerhandleiding.
Een afzonderlijke toets opslaan
DOCUMENT
ARCHIVERING
BEELD
VERZENDEN
Systeeminstellingen
Totaal Aantal
Kopieën
Papierlade-
Instellingen
PrinterToestand
Systeeminstellingen
Adresbeheer
Direct Adres / Programma
F-Codegeheugenvak
Aangepaste Index
KOPIE
OPDRACHT STATUS
(2)
AFDRUKKEN
GEREED
DATA
LIJN
DATA
SYSTEEM
INSTELLINGEN
Standaard-
Instellingen
Adresbeheer
Documentarch.
(1)
Beheer
LOGOUT
Beheerderswachtw
Lijst afdrukken
(gebruiker)
Faxdata Ontv/
Doorsturen
Controle
USB-apparaat
Verlaten
OK
1
Druk op de toets [SYSTEEM
INSTELLINGEN].
2
Sla de Scannen naar E-mail bestemming
op in het aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Adresbeheer].
(2) Druk op de toets [Direct Adres /
Programma].
(3) Druk op de toets [Individueel].
(4) Selecteer het selectievakje [E-mail]
zodat een vinkje verschijnt.
Systeeminstellingen
Direct Adres / Programma
Opslaan
IndividueelGroep
(3)
Direct Adres / Individueel
(4)
Eerste letter
E-mail
Zoeknummer
Naam
Adres
(7)
001
(5)
AAA AAA
A
(6)
62
Index
(8)
Programma
FaxenInternetfax
Corrigeren/
Volgende
Wissen
Verlaten
(5) Druk op de toets [Zoeknummer].
OK
Het "Zoeknummer" wordt automatisch
toegewezen. Het zoeknummer kan worden
gewijzigd in het scherm dat verschijnt wanneer
op de toets [Zoeknummer] wordt gedrukt. Een
zoeknummer dat al in gebruik is, kan echter niet
worden gebruikt.
(6) Druk op de toets [Naam].
Er verschijnt een tekstinvoerscherm. Geef de
naam van de bestemming op (max. 36 tekens).
Hoe u tekst invoert ziet u in "6. TEKST
INVOEREN" in de Gebruikershandleiding.
1/2
(7) Druk op de toets [Eerste letter].
Er verschijnt een tekstinvoerscherm. Geef de
eerste letters van de bestemming op (max. 10
tekens).
(8) Druk op de toets [Index].
Direct Adres / Individueel
Nr.001
Index
Selecteer de aangepaste index waarin u dit adres registreert.
(9)
Registreert u dit adres ook bij [Veelgebruikt]?
Ja
Nee
VerlatenVolgende
OK
(11)
Gebr 6Gebr 5Gebr 4Gebr 3Gebr 2Gebr 1
(10)
Direct Adres / Individueel
E-mailFaxenInternetfax
Zoeknummer
Naam
Eerste letter
(12)
Adres
001
AAA AAA
A
xxx@xx.xxx.com
Registratie is voltooid.
Index
Gebr 1
VerlatenVolgende
(13)
Een groeptoets opslaan
1/2
Sla de Scannen naar E-mail bestemming
op in het aanraakscherm. (vervolg)
(9) Druk op de toets [Gebr 1].
De hier geselecteerde gebruikersindex kunt u
gebruiken in het adresboekscherm.
(10)
Druk op de toets [Ja].
Druk op de toets [Ja] als u wilt dat de opgeslagen
bestemming verschijnt op de tab Veelgebruikt van
het adresboek. Druk anders op de toets [Nee].
(11)
Druk op [OK].
(12)
Druk op de toets [Adres].
Er verschijnt een tekstinvoerscherm. Typ het
e-mailadres dat u wilt opslaan.
(13)
Druk op de toets [Verlaten].
DOCUMENT
ARCHIVERING
BEELD
VERZENDEN
Systeeminstellingen
Totaal Aantal
Kopieën
Papierlade-
Instellingen
PrinterToestand
Systeeminstellingen
Adresbeheer
Direct Adres / Programma
F-Codegeheugenvak
Aangepaste Index
KOPIE
OPDRACHT STATUS
(2)
AFDRUKKEN
GEREED
DATA
LIJN
DATA
SYSTEEM
INSTELLINGEN
Standaard-
Instellingen
Adresbeheer
Documentarch.
(1)
Beheer
LOGOUT
Beheerderswachtw
Lijst afdrukken
(gebruiker)
Faxdata Ontv/
Doorsturen
Controle
USB-apparaat
Verlaten
OK
1
Druk op de toets [SYSTEEM
INSTELLINGEN].
2
Sla de groep op in het aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Adresbeheer].
(2) Druk op de toets [Direct Adres /
Programma].
63
Systeeminstellingen
Direct Adres / Programma
Opslaan
IndividueelGroep
(3)
Programma
OK
Corrigeren/
Wissen
Sla de groep op in het aanraakscherm.
(vervolg)
(3) Druk op de toets [Groep].
Direct Adres / Groep
Zoeknummer
(4)
Groepsnaam
Eerste letter
IndexAdres
Toetsnaam
(6)
Direct Adres / Groep
Nr.004
Index
Selecteer de aangepaste index waarin u dit adres registreert.
(7)
Registreert u dit adres ook bij [Veelgebruikt]?
004
DDD DDD
D
(5)
Ja
Nee
Volgende
Verlaten
VerlatenVolgende
(9)
Gebr 6Gebr 5Gebr 4Gebr 3Gebr 2Gebr 1
(8)
Direct Adres / Groep
Zoeknummer
Groepsnaam
Eerste letter
Index
Toetsnaam
004
DDD DDD
D
Gebr 1
Adres
(10)
VerlatenVolgende
(4) Druk op de toets [Groepsnaam].
Er verschijnt een tekstinvoerscherm. Geef de
naam van de groep op (max. 36 tekens). Hoe u
tekst invoert ziet u in "6. TEKST INVOEREN" in
de Gebruikershandleiding.
(5) Druk op de toets [Eerste letter].
Er verschijnt een tekstinvoerscherm. Geef de
eerste letters van de bestemming op (max. 10
tekens).
OK
(6) Druk op de toets [Index].
(7) Druk op de toets [Gebr 1].
De hier geselecteerde gebruikersindex kunt u
gebruiken in het adresboekscherm.
(8) Druk op de toets [Ja].
Druk op de toets [Ja] als u wilt dat de
opgeslagen bestemming verschijnt op de tab
Veelgebruikt van het adresboek. Druk anders
op de toets [Nee].
(9) Druk op [OK].
(10)
Druk op de toets [Adres].
Direct Adres / Groep
Selecteer adres.
AAA AAA
CCC CCC
Veelgebruikt
Direct Adres / Groep
Zoeknummer
Groepsnaam
Eerste letter
Index
Toetsnaam
004
DDD DDD
D
Gebr 1
DDD DDD
64
BBB BBB
(11)
ABCD
JKLMNEFGHI
Registratie is voltooid.
Adres
1/1
UVWXYZ
OPQRST
2 Adressen
2
OK
Directe Invoer
(12)
Adresoverzicht
Adres sorteren
VerlatenVolgende
(13)
(11)
Druk op de bestemmingstoets die u
vervolgens wilt opslaan.
De geselecteerde toets wordt gemarkeerd.
Sla een bestemming die niet is opgeslagen in
een sneltoets op door op de toets [Directe
Invoer] te drukken en het e-mailadres in te
voeren.
(12)
Druk op [OK].
(13)
Druk op de toets [Verlaten].
DEZELFDE AFBEELDING NAAR MEERDERE
BESTEMMINGEN ZENDEN (Distributie)
U kunt dezelfde afbeelding in één handeling naar meerdere bestemmingen zenden. Ook fax- en
internetfaxbestemmingen kunnen deel uitmaken van de bestemmingen.
Hieronder wordt uitgelegd hoe u meerdere bestemmingen selecteert die zijn opgeslagen in sneltoetsen en een
afbeelding verzendt naar deze bestemmingen.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Gereed voor verzenden.
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
DDD DDD
yyy@xx.xxx.com
Aan
AAA AAA
CCC CCC
EEE EEE
VeelgebruiktABCDEFGHIJKLMN OPQRST UVWXYZ
ScannenZenden
A4
(2)
Cc
Auto
BBB BBB
DDD DDD
FFF FFF
1/1
(3)
Opn. verzenden
Adresboek
Adresinvoer
(1)
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Volgend Adres
Voorwaarde-
Instellingen
Adresoverzicht
Globaal
(4)
Adres Zoeken
Adres sorteren
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Selecteer bestemmingsinstellingen in
het aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Adresboek].
(2) Druk op de sneltoets waaronder de
gewenste bestemming is opgeslagen.
(3) Druk op de sneltoetsen van de andere
gewenste bestemmingen.
(4) Druk op de toets [Adresoverzicht].
Adresoverzicht
001
AAA AAA
Aan
002
DDD DDD
Cc
of
OK
(5)
1/1
(5) Controleer de bestemmingen en druk op
[OK].
Als u een bestemming wilt wissen, drukt u op
toets van de bestemming die u wilt wissen. Er
verschijnt een melding om het wissen te
bevestigen. Druk op de toets [Ja].
3
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of
[STARTEN ZWART-WIT].
Annuleer scannen
65
HANDIGE MANIEREN OM TE VERZENDEN
Er zijn handige verzendfuncties beschikbaar voor het verzenden van afbeeldingen zoals sneltoets of opnieuw
verzenden.
Sneltoets
Een bestemming die is opgeslagen als sneltoets kunt u oproepen met een eenvoudige druk op de toets.
Gereed voor verzenden.
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
AanCc
AAA AAA
CCC CCC
EEE EEE
Veelgebruikt
ScannenZenden
A4
(3)
(2)
ABCDEFGHIJKLMN OPQRST UVWXYZ
Auto
BBB BBB
DDD DDD
FFF FFF
1/1
Opn. verzenden
Adresboek
Adresinvoer
(1)
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Voorwaarde-
Instellingen
Adresoverzicht
Globaal
Adres Zoeken
Adres sorteren
(1) Druk op de toets [Adresboek].
(2) Druk op de toets van de gewenste
bestemming.
(3) Druk op de toets [Aan].
Als een e-mailadres is opgeslagen in een
sneltoets, selecteert u [Aan] of [Cc] om het type
ontvanger te specificeren nadat u de toets hebt
geselecteerd.
Opnieuw verzenden
Met de toets [Opn. verzenden] kunt u een afbeelding naar een van laatste 8 zendbestemmingen zenden.
Opnieuw verzenden is niet mogelijk in sommige gevallen, bijvoorbeeld wanneer een afbeelding is verzonden met
een sneltoets voor een groep.
Gereed voor verzenden.
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
ScannenZenden
A4
Auto
Opn. verzenden
(1)
Adresboek
Adresinvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
(1) Druk op de toets [Opn. verzenden].
66
Nr.01
Nr.03
Nr.05
Nr.07
AAA AAA
CCC CCC
EEE EEE
(2)
GGG GGG
Nr.02
Nr.04
Nr.06
Nr.08
BBB BBB
DDD DDD
FFF FFF
HHH HHH
Annuleren
(2) Druk op de toets van de gewenste
bestemming.
Ook fax- en internetfaxbestemmingen kunnen
deel uitmaken van de weergegeven
bestemmingen.
Verzenden met sneltoets
Als u een individuele of een groeptoets opslaat, krijgt deze een zoeknummer bestaande uit 3 cijfers toegewezen.
U kunt een bestemming selecteren met de toets en het zoeknummer van drie cijfers.
U controleert een zoeknummer door de betreffende lijst af te drukken in het menu Adreslijst Wordt Verzonden in
de systeeminstellingen.
Gereed voor verzenden.
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
ScannenZenden
A4
Auto
Opn. verzenden
(1)
Adresinvoer
Spec. Functies
Snelbestand
Adresboek
Bestand
(1) Druk op de toets .
Voer adresnummer in.(001-999)
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
(2)
(2) Voer het driecijferige zoeknummer in met
de cijfertoetsen.
Adresboek
Adresinvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
67
SPECIALE SCANFUNCTIES
Met de speciale functies kunt u allerlei scanverzendingen uitvoeren voor specifieke doeleinden.
Op de volgende pagina's is aangegeven welke soorten scanverzendingen u kunt uitvoeren. (De procedures voor
het gebruik van de afzonderlijke speciale functies worden niet behandeld.)
Elke speciale functie heeft zijn eigen instellingen en procedures, maar de basisprocedure is voor alle functies gelijk. De basisprocedure voor het
selecteren van een speciale functie wordt behandeld op de volgende pagina aan de hand van het voorbeeld "Achtergrond-Onderdrukking".
De specifieke procedures voor het gebruik van de afzonderlijke speciale functies vindt u in "7. HANDIGE
FUNCTIES" in de Scannerhandleiding.
Gereed voor verzenden.
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
ScannenZenden
A4
Auto
Opn. verzenden
Adresboek
Adresinvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Scanfunctie
Eerste schermTweede scherm
Scan
Spec. modussen
Programma
Wissen
Dubbele Pg
Scannen
OK
1/2
Als u een speciale functie wilt gebruiken, opent u het
menu voor de speciale functies en drukt u op de toets
van de functie die u wilt gebruiken.
Het menu varieert naargelang de scanfunctie, Internetfaxfunctie,
of de USB-geheugenscanfunctie is geselecteerd.
Druk in het basisscherm op [Spec. Functies] om het speciale
functies menu te openen. (U kunt het speciale functies menu ook
openen door op de toets [Spec. Functies] te drukken die
verschijnt nadat op de toets [Afbeeldings-instellingen] is gedrukt.)
Scan
Spec. modussen
Opdracht
Samenstel.
Origineel
gem. form.
Langzame
scanmodus
OK
2/2
Timer
Achtergrond-
Onderdrukking
Kaart Formaat
Bestand
Internetfaxfunctie
Eerste scherm
Internetfax
Spec. modussen
Programma
Timer
Derde scherm
Internetfax
Spec. modussen
Opdracht
Samenstel.
Bestand
Wissen
2-in-1
Origineel
gem. form.
Snelbestand
Dubbele Pg
Scannen
Kaart Formaat
Langzame
scanmodus
OK
1/3
OK
3/3
Tweede scherm
Internetfax
Spec. modussen
Transmissie
Rapport
USB-geheugenscanfunctie
Eerste schermTweede scherm
USB-geh.scan
Spec. modussen
Wissen
Dubbele Pg
Scannen
OK
1/2
USB-geh.scan
Spec. modussen
Opdracht
Samenstel.
Snelbestand
Origineel
gem. form.
Langzame
scanmodus
OK
2/3
OK
2/2
Achtergrond-
Onderdrukking
Kaart Formaat
Wanneer u drukt op een speciale functietoets omcirkeld met wordt de toets gemarkeerd en wordt de instelling uitgevoerd.
De toetsen die verschijnen, variëren per land en regio en geïnstalleerde randapparatuur.
68
SPECIALE INSTELLINGEN SELECTEREN
VOOR DE SCANNERFUNCTIE
Hieronder wordt behandeld hoe u een speciale functie voor de scannerfunctie selecteert.
Welke instellingen u moet selecteren varieert per speciale functie, maar de algemene procedure is gelijk.
Het selecteren van instellingen wordt hieronder behandeld aan de hand van het voorbeeld
"Achtergrond-Onderdrukking".
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Gereed voor verzenden.
Scannen
Modus Wijzigen
Afbeeldingsinstellingen
Verzendinst.
Scan
Spec. modussen
ScannenZenden
A4
Programma
Timer
Auto
Wissen
Achtergrond-
Onderdrukking
Dubbele Pg
Scannen
Kaart Formaat
Opn. verzenden
Adresboek
Adresinvoer
Spec. Functies
Bestand
(1)
Snelbestand
OK
1/2
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Selecteer de gewenste speciale
functie-instelling (bijvoorbeeld:
achtergrondonderdrukking) op het
aanraakscherm.
(1) Druk op de toets [Spec. Functies].
(2) Druk op de toets
[Achtergrond-Onderdrukking].
(2)
Deze functie kan niet van toepassing
zijn bij zwart/wit-verzending [Start].
(Mono2-selectie)
(3)
Spec. Functies
Achtergrond-Onderdrukking
Lichte gebieden van het origineel kunnen
worden onderdrukt als achtergrond
(4)
3
1
(3) Lees het bericht op het scherm en druk
op [OK].
OK
Stel met de toetsen de donkerheid
OK
OKAnnuleren
(5)
(4)
in van de achtergrond die overblijft.
Er zijn drie niveaus beschikbaar. Druk op de
toets om een lichtere achtergrond te
krijgen. Druk op de toets om een
donkerder achtergrond te krijgen
Hier wordt "1" ingesteld voor de lichtste
achtergrond.
(5) Druk op [OK].
69
3
Selecteer de bestemming en druk op de
toets [STARTEN KLEUR].
U kunt deze functie niet gebruiken wanneer de
kleurfunctie is ingesteld op [Mono].
Annuleer scannen
70
HANDIGE SCANNERFUNCTIES
Randschaduwen wissen (Wissen)
Met deze functie wist u randschaduw die
optreedt wanneer u boeken of andere
dikke originelen scant.
Scannen
Scannen
Zonder wissen
Met wissen
De linker- en rechterpagina's van een ingebonden document
scannen als twee afzonderlijke pagina's (Dubbele Pg Scannen)
Met deze functie scant u de linker- en
rechterpagina's van een open pamflet of
ander ingebonden document als
afzonderlijke pagina's.
Scannen
Vage kleuren wit maken (Achtergrond-Onderdrukking)
Met deze functie onderdrukt u lichte
achtergrondvlakken op de gescande
afbeelding.
Dit is handig om een origineel te scannen
dat is afgedrukt op gekleurd papier.
Deze functie werkt niet in de stand zwart-wit.
Scannen
Beide zijden van een kaart op één pagina scannen (Card Shot)
Met deze functie scant u zowel voor- en
achterzijde van een kaart als één enkele
afbeelding.
Voorkant
Scannen
Scannen
Achterkant
71
Een groot aantal originelen tegelijk scannen
(Opdr. samenst.)
Het maximum aantal originelen dat in één
keer door de automatische origineelinvoer
kan worden ingevoerd is 100 vellen.
Als u meer dan 100 originelen wilt
scannen in één taak, kunt u met de functie
opdracht samenstellen de originelen in
sets verdelen en elke set invoeren.
100
100
Scannen
200
Twee originele pagina's zenden als één pagina (2-in-1)
Met deze functie verkleint u twee originele
pagina's tot de helft om ze te verzenden
als één pagina.
Dit is een speciale functie in
internetfaxfunctie.
1
1
2
2
3
3
4
4
Scannen
1
2
3
4
Het apparaat heeft ook de volgende functies
Zie voor de specifieke procedures voor het gebruik van de speciale functies, "7. HANDIGE FUNCTIES" of
"8. INTERNETFAXFUNCTIES" in de Scannerhandleiding.
• Een afbeelding verzenden op een gespecificeerde tijd (Timer)
• Gebruik van opgeslagen instellingen (Programma)
• Dunne originelen scannen (Langzame scanmodus)
• Verschillende formaten originelen samen scannen (Origineel gem. form.)
• Afdrukinstellingen voor transactierapport wijzigen (Transmissie Rapport)
• Een ontvangen internetfax doorsturen naar een e-mailadres (Instelling voor inkomende routing)
72
Documenten archiveren
Documenten archiveren
Met de functie documentarchivering slaat u het document of de afbeelding
op op de vaste schijf wanneer u kopieert, afdrukt of een andere taak
uitvoert. U kunt deze instellingen oproepen en gebruiken wanneer u ze
nodig hebt.
In dit gedeelte wordt een overzicht van de verschillende
documentarchiveringsfuncties gegeven.
Met de functie documentarchivering kunt u de documentdata van een kopieer- of faxopdracht als bestand
opslaan op de harde schijf van de machine. U kunt het bestand naar believen oproepen en afdrukken of
verzenden.
Toepassingen van de functie documentarchivering
Kopiëren
Afdrukken
Bestanden die u wilt opslaan om later te gebruiken
Snel en gemakkelijk
opslaan
Bestand snel en gemakkelijk
opslaan met "Snelbestand".
Faxen
Scannen
Opslaan en
indelen
Bestanden die zijn opgeslagen met "Bestand" kunt u veilig en
gemakkelijk beheren. U kunt een gebruikersnaam en bestandnaam
toekennen en een map opgeven. Als u een document of afbeelding
wilt opslaan als bestand, gebruikt u "Scannen naar schijf".
Opslaan en
beheren
74
Snelmap
Hiermee kunt u snel een
bestand opslaan zonder
instellingen te hoeven
configureren.
U kunt opgeslagen bestanden afdrukken of verzenden wanneer u wilt.
Als u geen map opgeeft
wanneer u "Bestand" gebruikt,
wordt het bestand opgeslagen
in deze map.
Hoofdmap
Aangepaste Map
U kunt een aangepaste map
selecteren voor een bestand.
Aangepaste mappen worden
gecreëerd in de systeeminstellingen.
In de volgende situaties is de
documentarchiveringsfunctie handig
U hebt kopieën voorbereid van een hand-out
met veel pagina's voor een vergadering. Het
aantal deelnemers wordt plotseling groter en u
hebt snel meer kopieën van de hand-out nodig.
Het kost tijd om alle pagina's van de hand-out te
scannen. En u moet de kopieerinstellingen
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Formulieren voor dag- of weekrapporten worden
bewaard op kantoor, maar vaak zijn ze op en
moet u er meer afdrukken vanaf het
oorspronkelijke bestand.
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
0
opnieuw selecteren. In deze situatie is er geen
reden tot paniek. Druk gewoon het bestand af
dat u hebt opgeslagen met
documentarchivering. U hoeft dan niet opnieuw
de originelen te scannen en de
kopieerinstellingen te selecteren.
Als u de formulieren voor dag- of weekrapporten
samen opslaat in een map kunnen gebruikers
het formulier ophalen met de webpagina of het
bedieningspaneel van het apparaat.
Bestand Opslaan
Scannen naar
schijf
ZoekenSchijfstatus
Bestand Ophalen
Bestand
Folder
Snelmap
Externe gege-
venstoegang
Functies die de documentarchivering nog handiger maken
Wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld kunt u "Mijn map" specificeren in de gebruikersinformatie van
de gebruikers. Wanneer een gebruiker een opgeslagen bestand opvraagt, verschijnt eerst "Mijn map", zodat de
gebruiker de map niet eerst hoeft te selecteren.
75
SNEL DOCUMENTGEGEVENS OPSLAAN
(Snelbestand)
In dit gedeelte wordt de functie Snelbestand van documentarchivering uitgelegd aan de hand van kopiëren.
Snelbestand is de gemakkelijkste manier om een bestand op te slaan met de functie documentarchivering.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Gescande gegevens worden automatisch
opgeslagen in de snelbestandmap. Sla
hier geen vertrouwelijke gegevens op.
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4
A3
A4
Normaal
A4
OK
(2)
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
(1)
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Selecteer Snelbestand in het
aanraakscherm.
Selecteer instellingen op dezelfde manier als
wanneer u een normale kopie maakt.
(1) Druk op de toets [Snelbestand].
(2) Druk op [OK].
of
3
Voer de kopieerbewerking uit.
Het bestand wordt opgeslagen op de vaste schijf
terwijl de kopie wordt gemaakt.
Juiste sets
Annuleer scannen
Annuleer kopiëren
76
INFORMATIE TOEVOEGEN WANNEER U
EEN BESTAND OPSLAAT (Bestand)
Hieronder wordt uitgelegd hoe u de gescande afbeelding opslaat in de Hoofdmap wanneer u de kopieerfunctie
gebruikt. In tegenstelling tot snelbestand kunt u een bestandsnaam en een gebruikersnaam toekennen aan het
bestand.
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Bestandsinformatie
Vertrouwelijk
Gebruik.Naam Gebr. Onbekent
(2)
Bestandsnaam
Opgeslagen in:
Kopieren_01082005_134050
Hoofdmap
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Wachtwoord
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
(1)
OKAnnuleren
1
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
2
Selecteer bestandsinstellingen in het
aanraakscherm.
Selecteer instellingen op dezelfde manier als
wanneer u een normale kopie maakt.
(1) Druk op de toets [Bestand].
(2) Druk op de toets [Gebruik.Naam].
Selecteer gebruikersnaam.
Name 1
Name 3
(3)
Name 5
Name 7
Alle Gebr.
Bestandsinformatie
Vertrouwelijk
Gebruik.Naam
Bestandsnaam
(5)
Opgeslagen in:
(6)
ABCD
Name 2
Name 4
Name 6
Name 8
EFGHI
Name 1
file-01
Hoofdmap
JKLMN
OPQRST
Wachtwoord
Annuleren
1
25
UVWXYZ
ABC
OK
(4)
Gebr.
OKAnnuleren
(3) Druk op de toets [Name 1].
(4) Druk op [OK].
(5) Druk op de toets [Bestandsnaam].
Er verschijnt een tekstinvoerscherm. Geef de
naam van de bestemming op (max. 30 tekens).
Hoe u tekst invoert ziet u in "6. TEKST
INVOEREN" in de Gebruikershandleiding.
(6) Druk op de toets [Opgeslagen in:].
77
Selecteer de map.
User 1User 2
User 3
User 5
User 7
Alle Mappen
(7)
ABCD
EFGHI
User 4
User 6
User 8
JKLMN
Hoofdmap
OPQRST
UVWXYZ
OK
(8)
1/2
Selecteer bestandsinstellingen in het
aanraakscherm. (vervolg)
(7) Druk op de toets [User 1].
(8) Druk op [OK].
Bestandsinformatie
Vertrouwelijk
Gebruik.Naam
Bestandsnaam
Opgeslagen in:
Name 1
file-01
User 1
Wachtwoord
of
OKAnnuleren
(9)
(9) Druk op [OK].
3
Stel het aantal kopieën in en druk
vervolgens op de toets [STARTEN
KLEUR] of [STARTEN ZWART-WIT].
Het bestand wordt opgeslagen op de vaste schijf
terwijl de kopie wordt gemaakt.
Juiste sets
Annuleer scannen
Annuleer kopiëren
78
ALLEEN DOCUMENTGEGEVENS
OPSLAAN (Scannen naar schijf)
U kunt documentdata eenvoudig opslaan zonder een kopieer-, afdruk- of verzendopdracht uit te voeren.
De procedure voor het opslaan van een bestand in een hoofdmap wordt hieronder uitgelegd.
DOCUMENT
ARCHIVERING
Bestand Opslaan
Scannen naar
schijf
De te scannen kant moet omhoog liggen!
Bestand Opslaan
Scannen naar
schijf
ZoekenSchijfstatus
Bestand Ophalen
Archiefmap
Snelmap
Externe gege-
venstoegang
Bestand Ophalen
Archiefmap
Snelmap
1
Druk op de toets [DOCUMENT
ARCHIVERING].
Het basisscherm van de
documentarchiveringsfunctie verschijnt.
2
Plaats het origineel.
Gebruikt u de glasplaat, plaats het origineel dan met
de te scannen zijde naar onderen.
3
Druk op de toets [Scannen naar schijf].
Klaar om te scannen naar vaste schijf.
Druk op [Start] om orig. te scannen.
Mono2/Autom.
Kleurmodus
Opdrachteig.
instellingen
Auto A4
Origineel
of
Externe gege-
venstoegang
Vorige
Spec. Functies
File
Bestands-
Information
Informatie
Het basisscherm van Scannen naar schijf verschijnt.
4
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of
[STARTEN ZWART-WIT].
79
EEN OPGESLAGEN BESTAND AFDRUKKEN
g
n
Selecteer de taak.
en
.
1
01
en
Verplaatsen
den
ssen
.
n
etails
()
(3)
U kunt een in documentarchivering opgeslagen bestand oproepen en dit afdrukken of verzenden.
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een bestand oproept dat is opgeslagen in de Hoofdmap en dit afdrukt.
Bestand Opslaan
Scannen naar
schijf
Hoofdmap
Bestandsnaam
file-02
file-03.tiff
Alle Bestanden
DOCUMENT
ARCHIVERING
BEELD
VERZENDEN
KOPIE
OPDRACHT STATUS
Per opdracht
AFDRUKKEN
GEREED
DATA
LIJN
DATA
SYSTEEM
INSTELLINGEN
Aangepaste Map
Gebruik.Naam
Name 1file-01
Name 2
(2)
Name 3
LOGOUT
Zoeken
Datum
01/08/2005
01/08/2005
01/08/2005
Bestand Ophalen
Archiefmap
Snelmap
(1)
Externe gege-
venstoegang
Vorige
1
1
Batchafdruk
1
Druk op de toets [DOCUMENT
ARCHIVERING].
2
Selecteer het bestand in het aanraakscherm
en druk dit af.
(1) Druk op de toets [Archiefmap].
Wanneer u op de toets [Bestandsmap] drukt,
wordt de [Hoofdmap] of de [Aangepaste Map]
geopend, naargelang welke het laatste is
gebruikt.
(2) Druk op de toets voor het bestand dat u
wilt afdrukken.
Taakinstellinge
file-
Afdrukk
Taakinstellingen / Afdrukken
file-01
Auto
Papierformaat
Uitvoer
2-Zijdig
Spec. Functies
Aantal afdrukken
Verzen
(1~999)
1
Z/W-afdruk
Name
Wi
Name 1
Eigensch
Wijzige
D
A4
Gegevens afdrk. en
(4)
verwijderen
Gegevens afdrukken en
opslaan
Annuler
Meerkl
Annuleren
Meerkl.
(3) Druk op de toets [Afdrukken].
(4) Druk op de toets [Gegevens afdrk. en
verwijderen].
Als u het bestand wilt wissen na het te hebben
afgedrukt, selecteert u [Gegevens afdrk. en
verwijderen].
Als u het bestand wilt bewaren na het te hebben
afgedrukt, drukt u op de toets [Gegevens
afdrukken en opslaan].
80
Systeeminstellingen
Systeeminstellingen
Met de systeeminstellingen kunt u de bediening van de machine
aanpassen aan de behoeften van uw werkplek. In dit gedeelte wordt een
kort overzicht gegeven van de systeeminstellingen.
Een uitvoerige uitleg over de systeeminstellingen vindt u in de Handleiding
systeeminstellingen.
In het scherm voor systeeminstellingen kunt u de datum en tijd instellen, fax- en scanbestemmingen opslaan,
documentarchiveringsmappen creëren en diverse andere instellingen opgeven met betrekking tot de bediening
van het apparaat.
Hoe u het scherm van systeeminstellingen opent wordt hieronder behandeld, alsmede de elementen in het scherm.
Een uitvoerige uitleg over de systeeminstellingen vindt u in de Handleiding systeeminstellingen.
Het scherm voor systeeminstellingen weergeven
Druk op de toets [SYSTEEM
AFDRUKKEN
DOCUMENT
DOCUMENT
ARCHIVERING
FILING
BEELD
IMAGE SEND
VERZENDEN
KOPIE
COPY
OPDRACHT STATUS
JOB STATUS
PRINT
GEREED
READY
DATA
DATA
LIJN
LINE
DATA
DATA
SYSTEEM
SYSTEM
INSTELLINGEN
SETTINGS
LOGOUT
LOGOUT
INSTELLINGEN].
Systeeminstellingen
Totaal Aantal
Kopieën
Papierlade-
Instellingen
PrinterToestand
Standaard-
Instellingen
Adresbeheer
Documentarch.
Beheer
Beheerderswachtw
Lijst afdrukken
(gebruiker)
Faxdata Ontv/
Doorsturen
Controle
USB-apparaat
Verlaten
Het betreffende scherm voor systeeminstellingen
verschijnt.
Welke toetsen worden weergegeven hangt af van de
randapparatuur die is geïnstalleerd.
Wat u kunt doen in de systeeminstellingen
InstellingenBeschrijving
Totaal Aantal Kopieën
Standaard-Instellingen
Lijst afdrukken (gebruiker)
Papierlade-Instellingen
Adresbeheer
Hier wordt het totaal aantal pagina's weergegeven per type taak, zoals kopieer- en
afdruktaken.
Hiermee kunt u het contrast van het aanraakscherm aanpassen, de klok instellen
en het softwaretoetsenbord voor tekstinvoer wijzigen.
Hiermee kunt u lijsten afdrukken met daarop de status en instellingen van het
apparaat.
Hiermee stelt u het type en formaat papier in die in elke papierlade wordt gebruikt
en om nieuwe papiertypen op te slaan.
Bestemmingen voor de beeldverzendfunctie kunnen worden opgeslagen in
sneltoetsen en instellingen kunnen worden opgeslagen in programmatoetsen.
Faxdata Ontv/Doorsturen
Printer-Toestand
Documentarch. Beheer
Hiermee worden instellingen geconfigureerd om faxen en internetfaxen te
ontvangen en instellingen om ontvangen faxen en internetfaxen door te zenden.
Hiermee worden instellingen geconfigureerd om af te drukken zonder de
printerdriver te gebruiken alsmede instellingen voor de printerfunctie.
Deze gebruikt u om mappen op te slaan, te bewerken en wissen voor het
archiveren van documenten.
Controle USB-apparaatHiermee controleert u de verbindingsstatus van een USB-apparaat.
82
Opmerkingen
• Voor informatie over uw besturingssysteem verwijzen we naar de handleiding van uw besturingssysteem of de online Help.
®
• De uitleg van schermen en procedures in deze handleiding heeft voornamelijk betrekking op Windows
omgevingen en Mac OS X v10.3.9 in Macintosh-omgevingen. De schermen kunnen variëren naargelang de versie van het
besturingssysteem.
• Overal in de handleiding waar "MX-xxxx" wordt vermeld, kunt u "xxxx" vervangen door uw modelnaam.
• Deze handleiding is met de grootste zorg vervaardigd. Als u opmerkingen of vragen hebt over de handleiding, neem dan
contact op met de dealer of dichtstbijzijnde erkende servicevestiging.
• Dit product is onderworpen aan strenge kwaliteitscontroles en inspectieprocedures. Mocht zich toch een storing of ander
probleem voordoen, neem dan s.v.p. contact op met uw dealer of het dichtstbijzijnde erkende servicebedrijf.
• Behoudens voorzover wettelijk vereist kan SHARP niet aansprakelijk worden gesteld voor defecten die optreden gedurende het
gebruik van het product of zijn opties, of defecten die het gevolg zijn van een onjuiste bediening van het product en zijn opties,
of andere defecten, of voor enige schade die ontstaat als gevolg van het gebruik van het product.
• In deze handleiding wordt verwezen naar de faxfunctie. In sommige landen en regio's is de faxfunctie echter niet beschikbaar.
XP in Windows®
Waarschuwing
• Verveelvoudiging, aanpassing of vertaling van de inhoud van deze handleiding zonder voorafgaande toestemming is verboden,
behoudens voorzover toegestaan onder het auteursrecht.
• Alle informatie in deze handleiding is onder voorbehoud.
In deze handleiding weergegeven illustraties en het bedieningspaneel en aanraakscherm
De randapparatuur is meestal optioneel. Bij enkele modellen maakt bepaalde randapparatuur echter deel uit van de
standaarduitrusting.
Bij de uitleg in deze handleiding wordt ervan uitgegaan dat er een rechterlade en een onderkast/2x500 vel papierlade zijn
geïnstalleerd.
Om bepaalde functies en bediening nader uit te leggen, zijn we er bij bepaalde beschrijvingen van uitgegaan dat extra
randapparatuur is geïnstalleerd.
De schermweergaven, meldingen en toetsnamen in deze handleiding kunnen afwijken van die van het apparaat als
gevolg van verbeteringen en aanpassingen aan het product.
Verkorte installatiehandleiding
MODEL:
MX-2300N
MX-2700N
GEPRINT IN FRANKRIJK
TINSH3130GHZZ
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.