Hierbij verklaart Sharp Telecommunications of Europe Ltd
dat deze GX30 in overeenstemming is met de essentiële
vereisten en andere relevante bepalingen van Richtlijn
1999/5/EC.
Bij dezen verklaart Sharp Telecommunications of Europe
Ltd dat deze GX30 voldoet aan de essentiële eisen en aan
de overige relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EC.
Een kopie van de originele verklaring van
overeenstemming is te vinden op het volgende Internetadres:
http://www.sharp-mobile.com
Page 2
Inleiding
Gefeliciteerd met uw aankoop van de GX30.
Over deze gebruikershandleiding
Aan deze gebruikershandleiding is veel aandacht besteed
zodat u snel en efficiënt vertrouwd kunt raken met de
eigenschappen en functies van uw telefoon.
LET OP
• Wij raden u ten zeerste aan om van alle belangrijke
gegevens kopieën te bewaren. Onder bepaalde
omstandigheden kan het voorkomen dat in elektronische
geheugenproducten gegevens verloren gaan of worden
gewijzigd. Daarom aanvaarden wij geen
aansprakelijkheid voor gegevens die verloren gaan of op
andere wijze niet meer bruikbaar zijn, of dat nu het
gevolg is van onjuist gebruik, reparatie, defecten,
vervanging van de batterij, gebruik van de telefoon nadat
de gespecificeerde levensduur van de batterij verstreken
is of vanwege een andere oorzaak.
• Wij aanvaarden geen, directe of indirecte,
verantwoordelijkheid v oor financiële verliezen of claims
van derden die het gevolg zijn van het gebruik van dit
product of de functies daarvan, zoals in het geval van
gestolen creditcardnu mmers, het verlies of wijziging van
opgeslagen gegevens, etc.
• Alle bedrijfs- en/of productnamen zijn handelsmerken
en/of gedeponeerde handelsmerken van de betreffende
ondernemingen.
• De indeling van de schermen in deze
gebruikershandleiding kan verschillend zijn van de
feitelijke.
De informatie in deze gebruikershandleiding kan zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
• De in deze gebruikershandleiding beschreven functies
worden mogelijk niet in alle gevallen door een netwerk
ondersteund.
• Wij aanvaarden geen verantw oordelijkheid voor inhoud,
informatie, enz. die van het netwerk wordt gedownload.
• De CGS-LCD is een product met hoogwaardige
technologie waarmee u een mooie beeldkwaliteit krijgt.
Op het scherm kunnen af en toe een paar zwarte of
heldere pixels verschijnen. Dit heeft echter geen invloed
op de functies of prestaties van de telefoon.
Auteursrecht
Op grond van auteursrechtwetten mag materiaal dat door
auteursrechten is beschermd (muziek, afbeeldingen, enz.)
alleen gereproduceerd, gewijzigd en gebruikt voor privédoeleinden. Indien de gebruiker materiaal voor worden
andere doeleinden gebruikt, maar ten aanzien van
auteursrechten geen rechten kan uitoefenen die
uitgebreider zijn of van de eigenaar van de auteursrechten
geen expliciete toestemming heeft verkregen om voor
andere doeleinden a uteursrechtelijk beschermd materiaa l te
reproduceren, wijzigen of gebruiken, dan wordt dit
beschouwd als een inbreuk op de auteursrechtwetten en
heeft de eigenaar het recht om een claim voor
schadevergoeding in te dienen. Om deze reden dient
illegaal gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal
te worden voorkomen.
Windows is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft
Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Inleiding1
Page 3
Powered by JBlend™ Copyright 19972003 Aplix Corporation. All rights reserved.
JBlend and all JBlend-based trademarks
and logos are trademarks or registered
trademarks of Aplix Corporation in Japan
and other countries.
T9 Text Input is licensed under one or more of the following:
U.S. Pat. Nos. 5,818,437, 5,953,541, 5,187,480, 5,945,928,
and 6,011,554; Australian Pat. No. 727539; Canadian Pat.
No. 1,331,057; United Kingdom Pat. No. 2238414B; Hong
Kong Standard Pat. No. HK0940329; Republic of Singapore
Pat. No. 51383; Euro. Pat. No. 0 842 463 (96927260.8) DE/
DK, FI, FR, IT, NL,PT.ES,SE,GB; Republic of Korea Pat.
Nos. KR201211B1 and KR226206B1; and additional
patents are pending worldwide.
SD logo is a trademark.
Licensed by Inter Digital Technology Corporation under one
or more of the following United States Patents and/or their
domestic or foreign counterparts and other patents
pending, including U.S. Patents: 4,675,863: 4,779,262:
4,785,450 & 4,811,420.
Licensed under U.S. Patent 4,558,302 and foreign
counterparts.
2Inleiding
Bluetooth is a trademark of the Bluetooth SIG, Inc.
The Bluetooth word mark and logos are owned by the
Bluetooth SIG, Inc. and any use of such marks by Sharp is
under license. Other trademarks and trade names are
those of their respective owners.
CP8 PATENT
Page 4
Handige functies en diensten van de
telefoon
Uw telefoon heeft de volgende mogelijkheden:
• Ingebouwde digitale camera waarmee u foto’s kunt
maken en videoclips kunt opnemen.
• Maken en lezen van SMS-berichten.
• Met MMS (Multimedia Messaging Service) kunt u uw
telefoon op verschillende manieren persoonlijker
maken: u kun t MMS-berichten verstu ren en ontvangen
met toevoeging van grafische afbeeldingen, foto’s,
geluiden en videoclips.
• Een WAP-browser waarmee u op het Internet voor
mobiele toepassingen toegang heeft tot een grote
verscheidenheid aan informatie.
• Java™-toepassingen. U kunt via het Internet voor
mobiele toepassingen ook verschillende soorten
toepassingen downloaden vanaf de website van
Vodafone.
• Intern CGS (Continuous Grain Silicon) LCDkleurendisplay waarop beelden scherp en duidelijk
worden weergegeven.
• Extern kleurendisplay waarmee u snel kunt zien wie u
belt en of er nieuwe berichten zijn.
• Telefoonlamp met een groot aantal functies:
functioneert als een cameraflitser, oplaadaanduiding
van de batterij, aanduiding voor inkomende
gesprekken en als eenvoudige zaklantaarn.
• Met de ringtonebewerkingsfunctie kunt u originele
ringtonen maken tot 32 stemmen.
• Spraakrecorderfunctie waarmee u tekst kunt inspreken
en deze ingesproken tekst kunt afspelen.
• MP3-speler waarmee u MP3-geluidsbestanden kunt
afspelen.
• Een geheugenkaartsleuf voor connectiviteit met een
PC via gebruik van de geheugenkaart.
• Bluetooth-interface waarmee contact kan worden
gemaakt met een ander, voor Bluetooth geschikt
apparaat (alleen handsfree headset voor Bluetooth of
hands free car kit voor Bluetooth).
IN EEN AUTO ..................................................199
6Inhoudsopgave
SAR ....................................................................199
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR
GEBRUIK IN DE VERENIGDE STATEN ......200
Index ............................................................. 203
Page 8
Uw telefoon
Controleer zorgvuldig het volgende. In het pakket moeten
zich de volgende onderdelen bevinden:
• GSM 850/900/1800/1900 GPRS telefoon
• Oplaadbare Li-ion accu
• Batterijlader
• Hands Free-kit
•CD-ROM
• SD-geheugenkaart
• Gebruikershandleiding
Optionele accessoires
• Li-ion reserve-accu (XN-1BT30)
• Li-ion accu met hoge capaciteit (XN-1BT31)
• Sigarettenaansteker-oplader (XN-1CL30)
• USB-gegevenskabel (USB-kabel: XN-1DC30)
• Batterijlader (XN-1QC31)
• Persoonlijke Hands Free-kit (XN-1ER20)
Het is mogelijk dat bovengenoemde accessoires in
bepaalde landen niet leverbaar zijn.
Neem voor bijzonderheden contact op met uw dealer.
Uw telefoon7
Page 9
Beginnen
1
2
3
4
5
6
7
8Beginnen
10
11
12
13
14
15
16
17
8
9
18
19
24
25
26
27
20
21
22
23
Page 10
1. Luistergedeelte
2. Navigatietoetsen (pijltoetsen):
Hiermee verplaatst u de
cursor om menu-onderdelen
te selecteren, etc. In deze
handleiding worden met
a, b, c, d deze toetsen
Pijltoetsen omhoog/omlaag:
Pijltoets links:Toont in de standby-modus
Pijltoets rechts:Toont in de standby-modus
3. Middelste toets:Toont het hoofdmenu in de
4. Linkerdisplaytoets: Voert de functie uit aan de
aangeduid.
Om in de standby-modus
items in de Lijst contacten op
te roepen.
een lijst van toepassingen in
Opgeslagen downloads.
het scherm Mijn
afbeeldingen.
standby-modus en voert
functies uit. In deze
handleiding wordt met
deze toets aangeduid.
linkeronderzijde van het
scherm. In deze handleiding
wordt met A deze toets
aangeduid.
5. Verzend-toets:Om te bellen of inkomende
6. Voicemail-toets:
7. * /Shift-toets, Wisseltoets zoeker:
8. Intern display
oproepen te accepteren, of in
de standby-modus het
gesprek weer te geven.
Houd deze toets ingedrukt om
automatisch uw voicemail op te
halen. (Hangt af van de SIM-kaart.)
Hiermee kunt u wisselen tussen
kleine letters, hoofdletters en
cijfers. U heeft vier
mogelijkheden: Abc, ABC, 123
en abc.
Hiermee kan in de modus voor
de digitale camera/videocamera
van zoeker worden gewisseld
tussen het interne display en het
externe display.
9. Rechterdisplaytoets: Voert de functie uit aan de
rechteronderzijde van het
scherm. In deze handleiding
wordt met C deze toets
aangeduid.
Om toegang te krijgen tot
“Vodafone live!” door in de
standby-modus de browser te
openen.
Beginnen9
Page 11
10.Einde/AAN/UIT-toets:Beëindigt een gesprek,
schakelt de telefoon in/uit.
11.Camera-toets:Om in de standby-modus de
digitale camera te starten.
12.Toetsenblok
13. #/Flitslamptoets:Om heen en weer te gaan
tussen symboolschermen.
Druk op deze toets en houd
deze ingedrukt om
afwisselend te kiezen tussen
gewone tekstinvoer en T9invoer.
Schakelt de flitser/hulplamp
in en uit in de modus voor de
digitale camera/videocamera.
14. Microfoon
15. Antenne
16.Camera
17. Luidspreker
10Beginnen
18. Telefoonlamp:Wordt gebruikt als een flitser
of hulplamp in de modus
voor de digitale camera/
videocamera, als
oplaadaanduiding voor de
batterij, of aanduiding van
inkomende gesprekken, data/
fax-gesprekken of berichten.
19.Extern display
20. Infraroodpoort:Hiermee worden via
infrarood gegevens
verzonden en ontvangen.
21. RF-connector
22. Toetsen omhoog/omlaag aan de zijkant:
Hiermee verplaatst u de
cursor om menu-onderdelen
te selecteren, het
headsetvolume in te stellen,
enz.
Druk in de standby- modus op
deze toets om de
telefoonlamp aan en uit te
zetten.
Wanneer de telefoonlamp
aan is, kunt u op deze toets
drukken om het opnamelicht
te wijzigen.
23.Batterijdeksel
Page 12
24.Macro-schakelaar:Hiermee wordt heen en weer
(Close-up)geschakeld tussen de normale
stand () en de macrostand ().
25. Hands Free-kit connector
26. Deksel geheugenkaartsleuf
27. Externe connector: Wordt gebruikt om de
batterijlader of USBdatakabel aan te sluiten.
De SIM-kaart en de batterij plaatsen
1. Schuif het batterijdeksel weg ().
1
2
Beginnen11
Page 13
2. Schuif de SIM-kaart in de SIM-houder.3. Houd de batterij zodanig dat de metalen contacten van
de batterij naar beneden wijzen en schuif de geleiders
aan de bovenzijde van de batterij in de batterijsleuven
, en plaats vervolgens de batterij in de telefoon .
12Beginnen
2
1
SIM-kaart
Page 14
4. Plaats het deksel van de batterij terug en schuif dit zoals
getoond dicht.
Opmerking
• Zorg ervoor dat alleen 3V SIM-kaarten worden gebruikt.
• Zorg ervoor dat de standaardaccu (XN-1BT30) of de
optionele Li-ion accu met hoge capaciteit (XN-1BT31)
wordt gebruikt.
De SIM-kaart en de batterij verwijderen
1. Zorg ervoor dat u uw telefoon uitschakelt en de oplader
en andere accessoires verwijdert. Schuif het
batterijdeksel weg .
1
2
2. Pak de batterij vast bij het uitstekende gedeelte en
verwijder de batterij uit de telefoon.
Beginnen13
Page 15
3. Houd voorzichtig ingedrukt terwijl u de SIM-kaart
uit de SIM-houder schuift.
1
2
14Beginnen
Batterij afdanken
Het apparaat wordt gevoed door een batterij. Houd u aan de
volgende regels om het milieu te beschermen:
• Breng de gebruikte batterij voor recycling naar een
inzamelingspunt voor chemisch afval, uw dealer of de
klantenservice.
• Stel de gebruikte batterij niet bloot aan open vuur of
water, en geef de batterij niet met het gewone
huishoudelijk afval mee.
Page 16
De batterij opladen
Voordat u de telefoon kunt gebruiken, moet u de batterij
eerst 2 uur lang opladen.
Gebruik van de oplader
1. Sluit de oplader aan op het externe contactpunt aan de
onderzijde van de telefoon door beide zijden
(aangegeven met pijlen) ingedrukt te houden, en sluit
de oplader vervolgens aan op een stopcontact.
Telefoonlamp
De telefoonlamp brandt tijdens het opladen in een rode
kleur.
Normale oplaadtijd: Ongeveer 2 uur.
Opmerking
• De oplaadtijd kan variëren al naargelang de staat van de
batterij en andere omstandigheden. (Zie “Batterij” op
pagina 196.)
Bij dit product zijn batterijen
geleverd. Werp lege batterijen
niet weg, maar lever ze in als
KCA.
De oplader verwijderen
Druk de knoppen aan de zijkant van de oplader in en
verwijder vervolgens de oplader uit het externe contactpunt
van de telefoon.
2. Als de batterij volledig opgeladen is, dooft de
telefoonlamp. Haal de stekker uit het stopcontact en
haal de opladerconnector vervolgens uit de telefoon.
Opmerking
• Gebruik geen opladers die niet zijn goedgekeurd, omdat
deze uw telefoon kunnen beschadigen en de garantie
ongeldig kunnen maken; zie “Batterij” op pagina 196
voor bijzonderheden.
• Tijdens het opladen van de telefoon wordt rechts boven in
het scherm het animatiepictogram () weergegeven
dat de batterijstatus aangeeft.
Beginnen15
Page 17
De batterij opladen met de sigarettenaanstekeroplader
Met de optionele sigarettenaansteker-oplader kan via de
sigarettenaanstekerbus in uw auto de batterij worden
opgeladen.
Indicator batterijstatus
De status van de batterij wordt weergegeven in de
rechterbovenhoek van het intern en extern display.
Wanneer de batterij tijdens gebruik leeg raakt
Wanneer de batterij zwak wordt, klinkt een alarm en
verschijnt “” op het interne display en extern display.
Als u uw telefoon gebruikt en u dit alarm hoort, laad de
telefoon dan zo snel mogelijk op. Als u dit niet doet en de
telefoon blijft gebruiken, is een normale werking niet meer
gegarandeerd. De batterij werkt mogelijk nog maar vijf
minuten voordat de telefoon zichzelf tijdens een gesprek
uitschakelt.
Batterij-indicatorsOplaadstatus
Voldoende opgeladen
Gedeeltelijk opgeladen
Opladen aanbevolen
Opladen vereist
Leeg
16Beginnen
De geheugenkaart plaatsen
1. Zet de telefoon uit.
2. Open het deksel van de geheugenkaartsleuf.
3. Steek de geheugenkaart in zijn geheel in de telefoon.
Page 18
4. Sluit het deksel.
2
1
Opmerking
• De miniSD-geheugenkaart kan met uw telefoon niet
worden gebruikt.
• Zorg ervoor dat de telefoon uitgeschakeld wordt voordat
u de geheugenkaart plaatst.
• Gebruik alleen SD-geheugenkaarten tot 512 MB, of
MMC tot 128 MB.
• Let erop dat u de kaart niet achterstevoren of
ondersteboven in de telefoon plaatst.
• De SD-geheugenkaart heeft een wisbeveiligingsschuifje
waarmee u kunt voorkomen dat u abusievelijk gegevens
wist. Als u het schuifje naar de vergrendelde stand
schuift, kunt u bestanden niet opslaan of verwijderen.
• Open het deksel van de geheugenkaartsleuf niet terwijl
de geheugenkaart wordt geformatteerd of wanneer u
gegevens op de geheugenkaart opslaat. De kaart kan
anders zo beschadigd raken dat u deze niet meer kunt
gebruiken.
• Houd geheugenkaarten uit de buurt van kleine kinderen.
Mapconfiguraties geheugenkaart
Op de geheugenkaart worden vier mappen gemaakt:
PICTURES, SOUNDS, VIDEOS en BACKUP. In de
betreffende mappen worden afbeeldingen, geluiden en
videoclips opgeslagen.
Tip
• Wanneer de geheugenkaart in gebruik is, ziet u de
volgende symbolen:
: Verschijnt wanneer de kaart is geplaatst.
: Verschijnt wanneer de kaart is geplaatst en
vergrendeld.
: Verschijnt wanneer de kaart beschadigd is of niet
kan worden gebruikt.
: Verschijnt wanneer de kaart vergrendeld en
beschadigd of onbruikbaar is.
: Verschijnt wanneer er door de telefoon op de kaart
wordt geschreven of gelezen.
: Verschijnt wanneer de kaart wordt geformatteerd.
Beginnen17
Page 19
De geheugenkaart verwijderen
1. Open het deksel van de geheugenkaartsleuf, verwijder
de kaart en sluit het deksel.
Opmerking
• Zorg ervoor dat de telefoon uitgeschakeld wordt voordat
u de geheugenkaart verwijdert.
• Verwijder de geheugenkaart niet terwijl de
geheugenkaart wordt geformatteerd of wanneer u
gegevens op de geheugenkaart opslaat.
18Beginnen
Uw telefoon aan- en uitzetten
Om uw telefoon aan te zetten, moet u F ongeveer 2
seconden lang ingedrukt houden.
Vervolgens verschijnt het standby-scherm.
Om uw telefoon uit te zetten, moet u F ongeveer 2
seconden lang ingedrukt houden.
Uw PIN-code invoeren
Indien geactiveerd wordt u gevraagd uw PIN-code in te
voeren nadat u de telefoon heeft aangezet.
1. Voer uw PIN-code in.
2. Druk op .
Opmerking
• Als u driemaal achter elkaar een onjuiste PIN-code
invoert, wordt de SIM-kaart geblokkeerd. Zie “De PINcode inschakelen/uitschakelen” op pagina 184.
Page 20
Lijst contacten kopiëren vanaf de SIM-kaart
Als u voor de eerste keer uw SIM-kaart in de telefoon
plaatst en de Lijst contacten start, dan wordt u gevraagd of
u items van de Lijst contacten op de SIM-kaart wilt
kopiëren. Voer de instructies op het scherm uit, of kopieer
personen op een later tijdstip met het menu Lijst contacten.
Dat werkt als volgt:
1. Druk op om het hoofdmenu op te roepen.
2. Druk op a, b, c of d om “Contacten” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Lijst contacten” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
5. Druk op a of b om “Geavanceerd” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
6. Druk op a of b om “Alles kopiëren v SIM” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
7. Druk op A [Ja] om met kopiëren te beginnen.
Om het kopiëren te annuleren, drukt u bij stap 7 op C
[Nee].
Display-indicators (Intern display)
Statusindicators
Linkerdisplaytoets
Middelste toets/navigatietoetsen
Rechterdisplaytoets
Beginnen19
Page 21
Statusindicators
1./:Geeft aan hoe sterk het ontvangen
signaal is/dat het netwerk buiten bereik
is.
2.:Verschijnt wanneer uw telefoon in de
modus voor GPRS-communicatie staat
en binnen bereik is.
Knippert tijdens GPRS-transmissie.
3. //:
Verschijnt wanneer er een nieuwe SMS-,
MMS- of WAP-melding is gearriveerd.
4.:Verschijnt wanneer de geheugenkaart
(p. 16) is geplaatst.
5./ :Verschijnt wanneer de toepassing
uitgevoerd (kleurrijk) of onderbroken
(sepia) wordt.
6. (Geen display)////:
Geeft de status van de telefoon aan
(Normaal/Actief/Auto/Headset/Stil).
7.:Verschijnt wanneer de T9tekstinvoermodus geactiveerd is.
20Beginnen
8. ///:
Geeft de tekstinvoermodus aan (alleen
eerste letter een hoofdletter/alle letters
hoofdletters/alle letters kleine letters/
numerieke modus).
9.:Verschijnt wanneer “Doorschakelen”
(p. 168) ingesteld is op “Alle oproepen”.
10./:Verschijnt tijdens weergave van een
beveiligde WAP-pagina.
11.:Verschijnt bij een inkomend gesprek.
12.:Verschijnt tijdens een gesprek.
13./ :Verschijnt wanneer de WAP- of MMScommunicatie in de CSD- of GPRSmodus staat.
14.:Geeft de batterijstatus aan.
15.:Verschijnt wanneer uw telefoon buiten
uw netwerk aan het “roamen” is.
16.:Verschijnt wanneer “Volume
belsignaal” (p. 139) ingesteld is op
“Stil”.
Page 22
17.:Verschijn t wanneer het trilalarm (p. 140)
is ingesteld.
18.:Verschijnt wanneer de USBgegevenskabel op uw telefoon is
aangesloten.
19./ :Verschijnt wanneer “Infrarood” aan is/
tijdens verbinding.
20.
//:Verschijnt wanneer de B luetooth-functie
21.:Verschijnt wanneer uw telefoon in de
22.:Verschijnt wanneer uw telefoon in de
23.:Verschijnt wanneer Postvak UIT MMS-
24.:Verschijnt wanneer er een
geactiveerd is, wanneer communicatie
plaatsvindt met de Hands Free headset
voor Bluetooth of met de Hands Free Car
Kit voor Bluetooth.
modus voor datacommunicatie staat.
modus voor faxcommunicatie staat.
berichten bevat waarvan de verz ending is
mislukt.
voicemailbericht opgeslagen is.
/ :Verschijnt wanneer het dagelijks alarm
25.
of het alarm voor de gespecificeerde
datum en tijd ingesteld is.
Displaytoets-indicators
Om de aangegeven bewerking uit te voeren, moet de
corresponderende toets worden ingedrukt.
26. Gebied aan de linkeronderzijde van het scherm:
27. Gebied aan de rechteronderzijde van het scherm:
Toont de bewerking die kan worden
uitgevoerd door de linkerdisplaytoets.
Toont de bewerking die kan worden
uitgevoerd door de rechterdisplaytoets.
Beginnen21
Page 23
Indicators middelste toets/navigatietoetsen
Don
Om de aangegeven bewerking uit te voeren, moet de
corresponderende toets worden ingedrukt.
Gebied in het midden aan de onderzijde van het scherm:
28.
29. Indicator rond de middelste toets:
22Beginnen
Toont de bewerking die kan worden
uitgevoerd door de middelste toets.
(Voor opties van de middelste toets
gebruikt u het menu Opties dat wordt
weergegeven door de
linkerdisplaytoets.)
Verschijnt wanneer navigatie omhoog,
omlaag, naar rechts of naar links
beschikbaar is.
Display-indicators (Extern display)
Statusindicators
Don
Statusindicators
Statusindicators
1.:Geeft aan hoe sterk het ontvangen
signaal is.
2.:Verschijnt wanneer een nieuwe SMS-,
MMS- of WAP-melding is gearriveerd.
3.:Verschijnt bij een inkomend gesprek.
4.:Verschijnt tijdens een gesprek.
Page 24
5./:Verschijnt wanneer de WAP- of MMScommunicatie in de CSD- of GPRSmodus staat.
6.:Geeft de batterijstatus aan.
7.:Verschijnt wanneer uw telefoon in de
modus voor GPRS-communicatie staat
en binnen bereik is.
Knippert tijdens GPRS-transmissie.
8.:Verschijnt wanneer Postvak UIT MMSberichten bevat waarvan de verz ending is
mislukt.
9.:Verschijnt wanneer “Volume
belsignaal” (p. 139) ingesteld is op
“Stil”.
10.:Verschijnt wanneer “Doorschakelen”
(p. 168) ingesteld is op “Alle oproepen”.
11.:Verschijnt wanneer uw telefoon buiten
uw netwerk aan het “roamen” is.
12.:Verschijnt wanneer uw telefoon in de
modus voor datacommunicatie staat.
13.:Verschijnt wanneer de telefoon in de
modus voor faxcommunicatie staat.
14.:Verschijnt wanneer de USBgegevenskabel op uw telefoon is
aangesloten.
15./:Verschijnt wanneer “Infrarood” aan is/
tijdens verbinding.
//: Ve rschijnt wanneer de Bluetooth-functie
16.
geactiveerd is, wanneer communicatie
plaatsvindt met de Hands Free headset
voor Bluetooth of met de Hands Free Car
Kit voor Bluetooth.
17./:Verschijnt wanneer het dagelijks alarm
of het alarm voor de gespecificeerde
datum en tijd ingesteld is.
18.:Verschijnt wanneer de geheugenkaart
(p. 16) is geplaatst.
Beginnen23
Page 25
Belfuncties
Bellen
1. Voer het net- en abonneenummer in dat u wilt bellen.
Als u het verkeerde nummer invoert, druk dan op C
[Wissen] om het nummer links van de cursor te
verwijderen.
2. Druk op D om het gesprek tot stand te brengen.
Noodgevallen
1. Voer met de toetsen 112 (internationaal noodnummer)
in.
2. Druk op D om het gesprek tot stand te brengen
Opmerking
• Niet op alle mobiele netwerken is het mogelijk
noodoproepen tot stand te brengen wanneer bepaalde
netwerkdiensten en/of telefoonfuncties in gebruik zijn.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
• Dit noodnummer kan gewoonlijk worden gebruikt om,
met of zonder SIM-kaart, in een land een alarmnummer
te bellen wanneer een GSM-netwerk binnen bereik is.
24Belfuncties
Internationale gesprekken
1. Houd P ingedrukt totdat het teken “+” (internationaal
voorloopnummer) verschijnt.
2. Voer het landnummer in, gevolgd door het netnummer
en abonneenummer.
3. Druk op D om de persoon te bellen.
Opmerking
• In de meeste gevallen moet u de 0 van het
abonneenummer niet invoeren als u internationaal wilt
bellen. (In sommige landen kan dit anders zijn.)
Snelkiezen
Uit het geheugen (telefoon of SIM) van de Lijst contacten
kunnen maximaal 9 telefoonnummers worden toegewezen
als snelkiesnummer. Met de cijfertoetsen (H t/m O en
Q) kunt u de nummers bellen.
Voor bijzonderheden over het instellen van Snelkiezen, zie
“Snelkiezen” op pagina 49.
1. Om met de snelkiesfuncti e een nummer te bellen, houdt
u een van de cijfertoetsen ingedrukt (H t/m O en
Q).
Het telefoonnummer dat opgeslagen is onder
Snelkiezen wordt gebeld.
Page 26
Opnieuw kiezen
In het gespreksregister kunt u de nummers bellen van
gemiste of binnengekomen oproepen, of de nummers die u
zelf heeft gebeld. Elke lijst kan maximaal 10 nummers
bevatten.
1. Druk tijdens standby op D.
2. Druk op c of d om een categorie te selecteren. U
heeft de keus uit “Gekozen nummers”, “Gemiste
oproepen” en “Ontvangen oproepen”.
3. Druk op a of b om het nummer te selecteren dat u
wilt bellen.
4. Druk op D om het nummer opnieuw te kiezen.
Automatisch opnieuw kiezen
Met deze instelling kunt u uw telefoon automatisch het
nummer laten bellen wanneer de eerste poging geen succes
had omdat de gebelde persoon in gesprek was.
Als u wilt stoppen automatisch opnieuw kiezen, druk dan
op F of C [Einde].
Automatisch opnieuw kiezen wordt als volgt ingesteld
1. Druk op om het hoofdmenu op te roepen.
2. Druk op a, b, c of d om “Instellingen” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om “Oproepinstellingen” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
4. Druk op a of b om “Autom. nr. herhaling” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
5. Druk op a of b om “Aan” te selecteren om
automatisch opnieuw kiezen in te schakelen of “Uit”
om deze functie uit te schakelen, en druk vervolgens op
.
Opmerking
• Als u een inkomend gesprek ontvangt, wordt de functie
“opnieuw kiezen” onderbroken.
• Opnieuw kiezen is niet mogelijk met fax- en
datagesprekken.
Een gesprek beëindigen
1. Druk op F om het gesprek te beëindigen.
Tip
• Wanneer de Hands Free-kit op de telefoon aangesloten
is, kunt u een gesprek beëindigen door op de Antwoordtoets te drukken.
Belfuncties25
Page 27
Een oproep beantwoorden
Als u wordt gebeld, gaat de telefoon over en knippert de
telefoonlamp.
1. Open uw telefoon.
2. Druk op D, of
beantwoorden.
Of druk op een willekeurige toets behalve F en C [In
gesprek] wanneer de functie “Antw. willek. toets”
ingeschakeld is. Met deze functie kunt u een oproep
beantwoorden door een willekeurige toets in te
drukken. Stel in elk profiel deze functie in (p. 144).
Tip
• Wanneer de Hands Free-kit op de telefoon aangesloten
is, kunt u gesprekken beantwoorden door op de
Antwoord-toets te drukken.
• Wanneer de Hands Free-kit op de telefoon is
aangesloten en de functie “antwoord met willekeurige
toets” ingeschakeld is, kunt u oproepen beantwoorden
door een van de toetsen aan de zijkant (omhoog of
omlaag) in te drukken.
• Als u geabonneerd bent op nummerweergave en het
netwerk van de beller het nummer verzendt, dan
verschijnt dat nummer op het scherm. Als de naam en het
nummer van de beller in de Lijst contacten zijn
opgeslagen, dan verschij nt op het scherm de naam en het
telefoonnummer van de beller.
26Belfuncties
[Antwoorden] om het gesprek te
A
• Als het nummer een geheim nummer is, dan verschijnt op
het display “Afgeschermd”.
• Als een oproep wordt ontvangen van een persoon wiens
foto in de Lijst contacten is opgeslagen, dan worden
afwisselend het display en de foto getoond.
Een inkomend gesprek weigeren
Een gesprek dat u niet wilt beantwoorden, kunt u weigeren.
1. Druk op F of houd een van de toetsen aan de zijkant
ingedrukt terwijl de telefoon overgaat.
De beller laten weten dat u niet bereikbaar bent
U kunt de beller van een inkomend gesprek een in-gesprektoon laten horen om te laten weten dat u het gesprek niet
kunt beantwoorden.
1. Druk op C [In gesprek] terwijl de telefoon overgaat.
Page 28
Menu’s tijdens een gesprek
Uw telefoon is tijdens een gesprek uitgerust met extra
functies.
Headsetvolume instellen
Tijdens een gesprek kunt u het headsetvolume afstellen (en
het Hands Free-volume indien de kit aangesloten is).
1. Druk tijdens een gesprek op één van de toetsen aan de
zijkant (omhoog of omlaag) om het scherm van het
headsetvolume op te roepen.
2. Druk aan de zijkant op de omhoog-toets of op a om
het volume van het gesprek te verhogen of aan de
zijkant op de omlaag-toets of op b om het volume te
verlagen.
Er kan een keuze worden gemaakt uit vijf niveaus
(Niveau 1 t/m 5).
3. Druk op als het volume op het door u gewenste
niveau is ingesteld.
De telefoon keert automatisch terug naar het
gespreksscherm als u geen bedieningshandelingen
verricht.
Een gesprek in de wachtstand zetten
Met deze functie kunt u tegelijkertijd twee gesprekken
afhandelen. Als u tijdens een gesprek een ander nummer
wilt bellen, kunt u het huidige gesprek in de wachtstand
zetten.
Tijdens een gesprek iemand anders bellen
1. Druk tijdens een gesprek op A [Opties] om het menu
Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Wachtstand” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
Het huidige gesprek wordt dan in de wachtstand gezet.
Om een gesprek op te halen, drukt u op A [Opties] en
druk vervolgens op a of b om “Ophalen” te
selecteren, en druk vervolgens op of A [Selecter en]
om uw keuze te bevestigen.
3. Voer h et telefoonnummer in van de andere persoon di e
u wilt bellen, en druk vervolgens op D.
Tip
• In plaats van stap 1 en 2 te gebruiken kunt u tijdens een
gesprek ook iemand anders bellen door gewoon het
telefoonnummer in te toetsen. Het huidige gesprek word t
dan automatisch in de wachtstand gezet.
Belfuncties27
Page 29
Oproep in de wacht
Deze functie meldt een ander in komend gesprek terwijl u in
gesprek bent.
1. Druk tijdens een gesprek op A [Opties] en druk op a
of b om “Wacht & beantw.” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om het tweede
gesprek te beantwoorden.
Het eerste gesprek wordt in de wachtstand gezet en nu
kunt u spreken met de tweede beller.
2. Druk op A [Opties] en druk op a of b om “Gesprek
wisselen” te selecteren, en druk vervolgens op of
A [Selecteren] om heen en weer te gaan tussen de twee
gesprekken.
3. Druk op A [Opties] en druk op a of b om “Gesprek
afbreken” te selecteren, en druk vervolgens op of
A [Selecteren] om het huidige gesprek te beëindigen
en terug te keren naar het gesprek in de wacht.
Opmerking
• U moet “Oproep in de wacht” instellen op “Aan” als u gebruik
wilt maken van de dienst “Oproep in de wacht” (p. 165).
• Niet alle netwerken bieden de dienst “Oproep in de wacht”.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
• Als u het tweede gesprek niet wilt beantwoorden, druk dan bij
stap 1 op
C
op
druk vervolgens op of
selecteert, wordt het gespreksregister van het tweede gesprek
opgeslagen als een gemist gesprek.
28Belfuncties
[In gesprek], of druk op A [Opties] en vervolgens
a
of b om “In gesprek” of “Weigeren” te selecteren, en
A
[Selecteren]. Als u “Weigeren”
Tijdens een gesprek het SMS-menu openen
1. Druk tijdens een gesprek op A [Opties] en druk
vervolgens op a of b om “SMS” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
De volgende opties zijn mogelijk: “Bericht maken” om
een SMS te maken, of “Postvak IN”, “Verzonden” of
“Drafts” om deze mappen te openen. Voor
bijzonderheden over SMS, zie “SMS” op pagina 77.
Page 30
Conferentiegesprek
Een conferentiegesprek is een gesprek met meer dan 2
deelnemers. U kunt maximaal 5 deelnemers laten
deelnemen aan een conferentiegesprek.
Een conferentiegesprek beginnen
Om een conferentiegesprek te beginnen, moet er één actief
gesprek zijn en één gesprek in de wachtstand.
1. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Conferentie” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Conferentie alle” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op F om het conferentiegesprek te beëindigen.
Opmerking
• Niet alle netwerken bieden de dienst conferentiegesprek.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
• Bij stap 3 kunt u kiezen uit meerdere opties voor het
conferentiegesprek:
• Om alle deelnemers in de wachtstand te zetten,
selecteert u “Conf. alle wacht”.
• Om alle deelnemers behalve het huidige gesprek in de
wachtstand te zetten, selecteert u “Privé”.
• Om het gesprek met alle deelnemers te beëindigen,
selecteert u “Alles afbreken”.
• Om het conferentiegesprek te verlaten, maar de
andere sprekers de gelegenheid te geven met elkaar te
blijven praten, selecteert u “Doorschakelen”.
• Om het huidige gesprek in de wachtstand te zetten en
het conferentiegesprek voort te zetten met de overige
deelnemers, selecteert u “Uitsluiten”.
• Om acceptatie van meer deelnemers aan het huidige
gesprek af te wijzen, selecteert u “Weigeren”, of kunt
u de in-gesprek-toon verzenden door “In gesprek” te
selecteren.
Belfuncties29
Page 31
Nieuwe deelnemers toevoegen aan een
conferentiegesprek
1. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Bellen” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
3. Voer het nummer in van de persoon die u deel wi lt laten
nemen aan het conferentiegesprek.
4. Druk op D om de persoon te bellen.
5. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
6. Druk op a of b om “Conferentie” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
7. Druk op a of b om “Conferentie alle” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Als u nog meer deelnemers wilt toevoegen aan de
conferentie, herhaal dan stap 1 t/m 7.
Het gesprek met een conferentiedeelnemer
beëindigen
1. Druk tijdens een conferentiegesprek op a of b om de
persoon te selecteren wiens deelname aan het
conferentiegesprek u wilt beëindigen.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Gesprek afbreken” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
30Belfuncties
Met een van de conferentiedeelnemers een
privégesprek voeren
Als u met één van de conferentiedeelnemers een privégesprek wilt voeren, kunt u de betreffende persoon
selecteren in de conferentielijst en de andere deelnemers in
de wachtstand zetten.
1. Druk tijdens een conferentiegesprek op a of b om de
persoon te selecteren waarmee u wilt spreken.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Conferentie” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Privé” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Zodra u het privé-gesprek heeft beëindigd, druk dan op
A [Opties] en selecteer “Conferentie”, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
6. Druk op a of b om “Conferentie alle” te selecteren,
en druk vervolgens op om terug te keren naar het
conferentiegesprek.
Page 32
De kiestoon (DTMF-toon) dempen
1. Druk tijdens een gesprek op A [Opties] en druk
vervolgens op a of b om “DTMF tonen uit” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
Om de demping van de kiestoon op te heffen,
accentueert u bij stap 1 “DTMF tonen aan”.
Het microfoongeluid dempen
1. Druk tijdens een gesprek op C [Mic.uit] om het
microfoongeluid te onderdrukken.
Om het microfoongeluid weer in te schakelen, drukt u
op C [Mic. aan].
Belfuncties31
Page 33
Tekens invoeren
Als u tekens wilt invoeren om items in de Lijst contacten op
te nemen, SMS- of MMS-berichten te maken, etc., druk
dan op de corresponderende toetsen.
Als u met gewone tekstinvoer werkt, druk dan elke toets zo
vaak in totdat het gewenste teken wordt getoond.
Voorbeeld: druk eenmaal op H om de letter “A” te
krijgen of tweemaal om de letter “B” te krijgen.
Tabel met tekens
Telkens wanneer u de toets indrukt verschijnt het volgende
teken in de reeks. De volgorde varieert al naargelang de
geselecteerde taal.
Nederlands
ToetsHoofdletters Kleine letters
.
(punt) , (komma) -(verbindingsstreepje)
G
’ (apostrof) @ :1
ABCЗДБАВ2abcздбав22
H
DEFËÉÈÊ3defëéèê33
I
GHIÏÍÌÎ4ghiïíìî44
J
JKL5jkl55
K
MNOÖÓÒÔ6mnoöóòô66
L
PQRS7pqrsß77
M
32Tekens invoeren
? !
Numeriek
1
ToetsHoofdletters Kleine letters
TUVÜÚÛÙ8tuvüúûù88
N
WXYZ9wxyz99
O
(spatie)+ = < > € £ $ ¥ % &00
Q
Hiermee kunt u wisselen tussen kleine letters,
hoofdletters en cijfers. U heeft vier mogelijkheden:
P
Abc, ABC, 123 en abc.
.,?!:;-+#*
@' " ( )_&€£$
%/ ˜<>§= \ | ¥
¿¡^[ ]{ }¤ÅÄ
R
ЖеджаЗЙий м
СсЦШцштЯЬь
ù ∆ΦΓ ΛΩΠΨΣΘΞ (spatie) ↵
Numeriek
G - O:Indrukken en ingedrukt houden om cijfers
tussen 0 en 9 in te voeren.
P:Indrukken en ingedrukt houden om * in te
voeren.
R:Indrukken en ingedrukt houden om te
wisselen tussen gewone tekstinvoer
en T9-tekstinvoer.
Page 34
De invoertaal wijzigen
Op het tekstinvoerscherm kunt u de invoertaal wijzigen.
1. Druk op het tekstinvoerscherm op A [Opties] om het
menu Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Invoertaal” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om de door u gewenste taal te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
De invoermethode wijzigen
T9-tekstinvoer
T9-tekstinvoer is een versnelde methode om tekst in te
voeren.
1. Druk op het tekstinvoerscherm op A [Opties] om het
menu Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Invoermethode” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om de T9-modus (T9 Abc, T9 ABC,
T9 abc) te selecteren die u wilt wijzigen, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Op het interne display verschijnt “ ” .
4. Druk voor elke letter die u wilt invoeren de betreffende
toets éénmaal in.
Om bijvoorbeeld het woord “Hoe” in te voeren, drukt u
op J L I.
5. Als het wee rgegeven woord niet het woord is dat u wilt,
druk dan op a of b totdat u het juiste woord
selecteert.
6. Druk op om het woord te selecteren.
Opmerking
• Als bij stap 5 het juiste woo rd niet verschijnt, ga dan over
op gewone tekstinvoer om het juiste woord in te voeren.
Tip
• Als u op Q drukt in plaats van stap 6 uit te voeren,
wordt naast het geselecteerde woord een spatie
ingevoegd.
Symbolen en interpunctie
Om symbolen en interpunctie in te voeren, drukt u op R.
Tekens invoeren33
Page 35
Tekstsjablonen gebruiken
Als u tekens invoert, kunt u gebruik maken van zinnen die
zijn geregistreerd in Tekstsjablonen.
Voor bijzonderheden over het maken van tekstsjablonen,
zie “Tekstsjablonen maken” op pagina 109.
1. Druk in het tekstinvoerscherm op a, b, c of d om
de cursor naar het punt te verplaatsen waar u de
sjabloon wilt invoegen.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk o p a of b om “Tekstsjablonen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op a of b om de door u gewenste tekstsjabloon
te selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze
te bevestigen.
De geselecteerde tekstsjabloon wordt ingevoegd.
34Tekens invoeren
Tekst kopiëren, knippen en plakken
Met deze opties kunt u tekst gemakkelijk bewerken.
Tekst kopiëren en knippen
1. Druk op het tekstinvoerscherm op A [Opties] om het
menu Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Kopiëren” of “Knippen” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a, b, c of d om de cursor te verplaatsen
naar de eerste letter die u wilt kopiëren of knippen, en
druk vervolgens op .
4. Druk op a, b, c of d om de cursor te verplaatsen
naar de laatste letter om het blok te selecteren, en druk
vervolgens op .
Tekst plakken
1. Druk in het tekstinvoerscherm op a, b, c of d om
de cursor naar het punt te verplaatsen waar u de letters
wilt plakken.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Plakken” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
Opgeslagen tekst wordt geplakt.
Page 36
Gebruik van het menu
Gebruik van het hoofdmenu
1. Druk tijdens de standby-modus op .
Het hoofdmenu wordt weergegeven.
2. Druk op a, b, c of d om naar de gewenste locatie
te navigeren.
3. Druk op om de functie te openen.
De functie kunt u ook openen door met de cijfertoetsen het
corresponderende nummer van het menu in te voeren. In
deze handleiding wordt door middel van bediening van de
navigatietoetsen beschreven hoe functies worden geopend.
Om naar het vorige scherm terug te gaan, drukt u op C
[Vorige] wanneer de rechterdisplaytoets deze optie
weergeeft.
Om het hoofdmenu te sluiten, drukt u op C [Afsluiten].
Werkmethode
Uw telefoon is uitgerust met displaytoetsen waarmee u uw
keuzes kunt maken (A en C). De functie van deze toetsen
verandert al naargelang de situatie. De functie van elke
displaytoets wordt in de linker- en rechteronderzijde van
het scherm weergegeven.
De functie van de middelste toets wordt in het midden aan
de onderzijde van het scherm met een pictogram
weergegeven.
Sneltoetsen
U kunt versneld naar de menu’s gaan door op te
drukken en de cijfertoetsen in te drukken die
overeenkomen met de menunummers van het hoofdmenu.
In de volgende tabel ziet u de nummervolgorde.
Sneltoetsen worden getoond in de koppen van deze
handleiding. Bijvoorbeeld: “M 9-1-1”.
Gebruik van het menu35
Page 37
Voorbeeld: Om het submenu “Taal” te openen met
behulp van de sneltoetsen
Druk op O G G.
Opmerking
• De sneltoetsen werken alleen op de eerste drie
menuniveaus.
36Gebruik van het menu
Page 38
Overzicht van menufuncties
Menu-nummer/
Hoofdmenu
1 Games & meer1 Opgeslagen downloads
2 Vodafone live!
3 Toepassingen
4 Berichten1 Bericht maken
Menu-nummer/
Submenu1
2 Achtergrond
3 Meer downloads
4 Instellingen
5 Java™ informatie
In de Lijst contacten kunt u de telefoonnummers en emailadressen opslaan van uw vrienden, familie en
collega’s.
U kunt maximaal 500 telefoonnummers opslaan in de
telefoon. In de Lijst contacten kunt u de volgende items
opslaan.
Groep:Keuze uit 7 groepen
Adres:Maximaal 100 tekens
Memo:Maximaal 60 tekens
Items opgeslagen in het SIM-geheugen
Naam:Het aantal tekens dat kan worden
Telefoonnummer: Maximaal 40 cijfers
38Lijst contacten
(M 8-1)
telefoonnummers per item
item
opgeslagen verschilt al naargelang de
SIM-kaart die u gebruikt.
De Lijst contacten oproepen
1. Druk op om het hoofdmenu op te roepen.
2. Druk op a, b, c of d om “Contacten” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Lijst contacten” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Het geheugen van de Lijst contacten
selecteren
Nieuwe items kunt u opslaan in de Lijst contacten (in het
telefoongeheugen of in het SIM-geheugen) of u kunt de
items bekijken die momenteel zijn opgeslagen.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen”.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Geavanceerd” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
De stappen die moeten worden uitgevoerd na stap 3
verschillen al naargelang of u nieuwe items wilt opslaan of
items van de Lijst contacten wilt bekijken.
Page 40
Als u nieuwe items opslaat
4. Druk na het uitvoeren van stap 1 t/m 3 op a of b om
“Nwe contacten opsl. in” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op a of b om “Telefoongeheugen”, “Keuze” of
“SIM-geheugen” te selecteren, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
Als u “Keuze” selecteert, kunt u, telkens wanneer u een
nieuw item voor de Lijst contacten opslaat, de SIMkaart of het telefoongeheugen kiezen.
Als u voor de Lijst contacten een ander geheugen wilt
kiezen
4. Druk na het uitvoeren van stap 1 t/m 3 op a of b om
“Locatie contacten” te selecteren, en druk vervolgens
op om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op a of b om “Telefoongeheugen” of “SIM-
geheugen” te selecteren, en druk vervolgens op om
uw keuze te bevestigen.
Tip
• De aanduiding voor de locatie waar de contacten zijn
opgeslagen (telefoon: of SIM: ) wordt
weergegeven zodat u kunt zien welk geheugen wordt
gebruikt.
Nieuwe naam toevoegen
Om het nieuwe item op te slaan kunt u kiezen voor een
geheugenlocatie in de telefoon of op de SIM-kaart. Om te
wisselen tussen locaties, zie “Het geheugen van de Lijst
contacten selecteren” op pagina 38.
Het aantal telefoonnummers dat u op de SIM-kaart kunt
opslaan hangt af van de capaciteit van de kaart. Neem
contact op met uw netwerkoperator voor meer informatie.
Als u één nieuw item inv oert in het telefoongeheugen, moet
u één van de volgende onderdelen invoeren: “Naam”,
“Telefoonnummer” of “E-mailad res”. Als u een nieuw item
maakt op de SIM-kaart, moet u het volgende invoeren:
“Telefoonnummer”.
(M 8-2)
1. Voer stap 1 en 2 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op a of b om “Nwe. naam toevoegen” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
Als u voor het te gebruiken geheugen “Keuze”
selecteert, kunt u kiezen uit “In telefoongeheugen” of
“In SIM-geheugen”.
Het scherm “Nieuw item” verschijnt.
3. Druk op a of b om de cursor naar het naamveld te
verplaatsen, en druk vervolgens op .
Het scherm voor invoer van de naam verschijnt.
Lijst contacten39
Page 41
4. Voer een naam in, en druk vervolgens op .
Voor bijzonderheden over het invoeren van tekens, zie
“Tekens invoeren” op pagina 32.
5. Druk op a of b om de cursor naar het telefoonveld te
verplaatsen, en druk vervolgens op .
Het scherm voor invoer van het telefoonnummer
verschijnt.
6. Voer het telefoonnummer in, en druk vervolgens op
.
Er kunnen maximaal 40 cijfers worden ingevoerd.
7. Druk op a of b om een gewenst nummertype te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
Stap 7 t/m 17 in dit hoofdstuk kunnen niet worden
gebruikt als u voor invoer van een nieuw item de SIMkaart gebruikt.
8. Druk op a of b om de cursor naar het e-mailveld te
verplaatsen, en druk vervolgens op .
Het scherm voor invoer van het e-mailadres verschijnt.
9. Voer een e-mailadres in en druk vervolgens op .
10.Druk op a of b om het gewenste e-mailadrestype te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
11.Druk op a of b om de cursor naar het groepsveld te
verplaatsen, en druk vervolgens op .
Het scherm voor selectie van de groep verschijnt.
40Lijst contacten
12.Druk op a of b om de gewenste groep te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
13.Druk op a of b om de cursor naar het adresveld te
verplaatsen, en druk vervolgens op .
Het scherm voor invoer van het adres verschijnt.
14.Voer een adres in, en druk vervolgens op .
15.Druk op a of b om het gewenste adrestype te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
16.Druk op a of b om de cursor naar het memoveld te
verplaatsen, en druk vervolgens op .
17.Voer een memo in, en druk vervolgens op .
18.Druk op C [Opslaan].
Een miniatuurbeeld aan een item toevoegen
Aan een item in het telefoongeheugen kunt u een
miniatuurbeeld toevoegen.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op a of b om het door u gewenste item te
selecteren waaraan u het miniatuurbeeld wilt
toevoegen, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
4. Druk op a of b om “Miniatuurbeeld” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
Page 42
5. Druk op a of b om de gewenste afbeelding te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
Als de beeldgrootte groter is dan 240 dots [B] of 320
dots [H], druk dan op a, b, c of d om het gebied
op te geven dat u wilt weergeven, en druk vervolgens
op .
6. Druk op C [Opslaan] om het item op te slaan.
Om de toegevoegde afbeelding door een andere te
vervangen, selecteert u “Wijzigen” na stap 4.
Om de toegevoegde afbeelding te verwijderen, selecteert u
“Verwijderen” na stap 4.
Opmerking
• Alleen afbeeldingen die in het telefoongeheugen zijn
opgeslagen, kunnen worden gebruikt als
miniatuurbeelden.
• Als u uit het telefoongeheugen een beeld verwijdert dat is
toegevoegd als een miniatuurbeeld, wordt ook het
overeenkomende miniatuurbeeld verwijderd.
Telefoonnummer toevoegen vanuit items in het
gespreksregister
1. Toon het item uit het gespreksregister dat u wilt opslaan
(p. 145).
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Opslaan in Telefoonboek” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
Als u voor het te gebruiken geheugen “Keuze”
selecteert, kunt u kiezen uit “In telefoongeheugen” of
“In SIM-geheugen”.
4. Voer stap 3 t/m 18 uit onder “Nieuwe naam toevoegen”
op pagina 39.
Een ingevoerd telefoonnummer opslaan
1. Voer het telefoonnummer in, en druk vervolgens op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2.
Druk op a of b om “Opslaan in Telefoonboek” te
selecteren, en druk vervolgens op of
uw keuze te bevestigen.
Als u voor het te gebruiken geheugen “Keuze”
selecteert, kunt u kiezen uit “In telefoongeheugen” of
“In SIM-geheugen”.
A [Selecteren]
om
3. Voer stap 3 t/m 18 uit onder “Nieuwe naam toevoegen”
op pagina 39.
Lijst contacten41
Page 43
Eén item kopiëren vanaf de telefoon naar de SIMkaart
Een item kunt u kopiëren vanuit het telefoongeheugen naar
de SIM-kaart.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op a of b om door de lijst te schuiven en de
naam te selecteren die u wilt kopiëren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het telefoonnummer te selecteren
dat u naar de SIM-kaart wilt kopiëren.
4. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
5. Druk op a of b om “Kopiëren naar SIM” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
6. Druk op A [Ja].
Het telefoonnummer en de naam die zijn geselecteerd
bij stap 2 en 3, worden gekopieerd naar de SIM-kaart.
Als u het item niet wilt kopiëren, drukt u bij stap 6 op
C [Nee].
42Lijst contacten
Alle items van een SIM-kaart kopiëren naar de
telefoon
U kunt in één keer alle items van de SIM-kaart kopiëren
naar het telefoongeheugen.
Wanneer u voor de eerste keer de SIM-kaart in uw telefoon
plaatst en de Lijst contacten start, verschijnt automatisch
het bevestigingsscherm, waarin u wordt gevraagd of u wel
of niet wilt kopiëren.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Geavanceerd” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Alles kopiëren v SIM” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
5. Druk op A [Ja].
Als u de items niet wilt kopiëren, drukt u bij stap 5 op
C [Nee].
Page 44
Een naam en nummer zoeken
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Contact zoeken” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Voer een naam in of het eerste teken (of de eerste
tekens) van de naam.
Het overeenkomende item wordt geselecteerd.
Als er in de Lijst contacten geen item is dat aan de
exacte zoekcriteria voldoet, dan wordt de naam
weergegeven die alfabetisch het dichtst in de buurt ligt.
5. Druk op a of b om door de lijst te schuiven en de
gewenste naam te kiezen, en druk vervolgens op .
Het details-scherm van het item van de Lijst contacten
wordt weergegeven.
Tip
• U kunt de naam en het nummer ook vinden door bij stap
2 met de toetsen tekens in te voeren (het scherm bij stap
4 wordt weergegeven).
• Om de details van een item te bekijken, bijvoorbeeld het
adres, selecteert u het gewenste item, druk op A
[Opties], en selecteer vervolgens “Tonen”. Druk op C
[Vorige] om terug te gaan naar het details-scherm.
Bellen vanuit de Lijst contacten
Bellen vanuit het scherm Lijst contacten
1. Zoek het gewenste item op in de Lijst contacten.
Voor bijzonderheden over het doorzoeken van items in
de Lijst contacten, zie “Een naam en nummer zoeken”.
2. Druk in de telefoonlijst op a of b om de gewenste
naam te selecteren, en druk vervolgens op D om te
bellen.
3. Als er voor het geselecteerde item twee of meer
telefoonnummers staan geregistreerd, druk dan op a
of b om het gewenste telefoonnummer te selecteren,
en druk vervolgens op D om te bellen.
Tip
• U kunt, in plaats van stap 3 uit te voeren, het gewenste
telefoonnummer ook bellen door de cijfertoets in te
drukken die overeenkomt met het lijstnummer.
Bellen vanuit het scherm Details contacten
1. Zoek het gewenste item op in de Lijst contacten.
Voor bijzonderheden over het doorzoeken van items in
de Lijst contacten, zie “Een naam en nummer zoeken”.
2. Druk in de telefoonlijst op a of b om het gewenste
telefoonnummer te selecteren, en druk vervolgens op
D om te bellen.
Lijst contacten43
Page 45
Tip
• Als u “SIM-geheugen” selecteert bij de optie “Locatie
contacten” in het menu Lijst contacten (p. 38), wordt
slechts één telefoonnummer weergegeven.
• Als er in de lijst geen items worden gevonden, kunt u in
de lijst een item maken. Druk op A [Opties]. Voer
vervolgens de procedures zoals beschreven op pagin a 39
uit.
44Lijst contacten
Items van de Lijst contacten bewerken
De items van de Lijst contacten kunt u bewerken.
1. Zoek in de Lijst contacten het gewenste item op.
Voor bijzonderheden over het doorzoeken van items in
de Lijst contacten, zie “Een naam en nummer zoeken”
op pagina 43.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Bewerken” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
4. Druk op a of b om de cursor naar het item te
verplaatsen dat u wilt bewerken, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
5. Als u klaar bent met het invoeren van gegevens, drukt
u op .
Als u nog een veld wilt bewerken, herhaal dan stap 4 en
5.
6. Druk op C [Opslaan] om de wijziging(en) op te slaan.
Page 46
Eén item uit de Lijst contacten verwijderen
1. Zoek in de Lijst contacten het gewenste item op.
Voor bijzonderheden over het doorzoeken van items in
de Lijst contacten, zie “Een naam en nummer zoeken”
op pagina 43.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Verwijderen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op A [Ja].
Het geselecteerde item wordt verwijderd.
Om de verwijdering te annuleren, drukt u bij stap 4 op
C [Nee].
Alle items uit de Lijst contacten verwijderen
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Geavanceerd” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Alle items wissen” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Voer uw toestelcode in, en druk vervolgens op .
6. Druk op a of b om “Toestel items” of “SIM-items”
te selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze
te bevestigen.
7. Druk op A [Ja].
Om de verwijdering te annuleren, drukt u bij stap 7 op
C [Nee].
Groepen weergeven
U kunt groepspictogrammen instellen wanneer u contacten
opslaat, zodat u deze gemakkelijk kunt opzoeken en
bewerken.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Groep” te selecteren, en druk
vervolgens op
bevestigen.
4.
Druk op a of b om “Groepen weergeven” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op a of b om de gewenste groepsnaam te
selecteren die u wilt bekijken, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
“” geeft aan dat de groep geselecteerd is.
Om de geselecteerde groep te annuleren, drukt u
opnieuw op .
Het selectievakje wordt weer leeg.
Tip
• Druk bij stap 5 op A [Opties] om het menu Opties op te
roepen, en selecteer vervolgens “Alleen huidige
selecteren” om alleen de geselecteerde groep weer te
geven of “Alle selecteren” om alle groepen weer te geven.
of A
[Selecteren] om uw keuze te
Lijst contacten45
Page 47
Groepsprofiel
Voor elke groep kunt u een andere ringtone instellen.
Bij aanschaf van deze telefoon zijn groepen uitgeschakeld.
Als u geen groepsringtone instelt, wordt de ringtone
gebruikt die toegewezen is in de Profielen.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Groep” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
4. Druk op a of b om “Groepsprofiel” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op a of b om de groep te selecteren die u wilt
instellen, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
6. Druk op a of b om “Aan” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
7. Druk op a of b om “Ringtone toewijzen” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
8. Druk op a of b om “Meegeleverde ringtones” of
“Mijn ringtones” te selecteren, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
9. Druk op a of b om een ringtone te selecteren.
46Lijst contacten
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
ringtone, zie “Ringtone toewijzen” op pagina 139.
10.Druk op a of b om “Trilalarm” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
11.Druk op a of b om “Inschakelen”, “Uitschakelen” of
“Trillen & geluid” te selecteren, en druk op om uw
keuze te bevestigen.
Voor bijzonderheden over het instellen van het
trilalarm, zie “Trilalarm” op pagina 140.
12.Druk op a of b om “Opnamelicht” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
13.Druk op a of b om de gewenste kleur te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Voor bijzonderheden over het instellen van het
opnamelicht, zie “Opnamelicht” op pagina 140.
14.Wanneer de instelling voltooid is, druk dan op A [OK].
Tip
• Om de ringtone-instelling te annuleren, selecteert u
“Uit” bij stap 6.
Page 48
Een \ringtone toewijzen aan elk item in de Lijst
contacten
Aan een vooraf geregistreerd item kan een speciale
ringtone, een trilalarm en een instelling voor het
opnamelicht worden toegewezen.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op a of b om het item te selecteren dat u wilt
instellen, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om de cursor naar het ringtoneveld
() te verplaatsen, en druk op A [Opties].
4. Druk op a of b om “Bew erken” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
5. Druk op a of b om “Aan” te selecteren en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
6. Voer stap 7 t/m 14 uit onder “Groepsprofiel” op
pagina 46.
7.
Wanneer de instelling voltooid is, druk dan op C [Opslaan].
Tip
• Om de ringtone-instelling te annuleren, selecteert u
“Uit” na stap 5.
Een reservekopie maken op de geheugenkaart
Als er in uw telefoon een geheugenkaart is geplaatst, kunt
u op de geheugenkaart reservekopieën opslaan van items
uit de Lijst contacten in het telefoongeheugen of op de
SIM-kaart.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Geavanceerd” te selecteren en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Backup” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Voer uw toestelcode in en druk vervolgens op .
Als er op de geheugenkaart al een reservekopie bestaat,
dan verschijnt er een bericht dat gegevens zullen
worden overschreven.
De reservekopie wordt nu gemaakt.
Lijst contacten47
Page 49
Een reservekopie terugzetten
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Geavanceerd” te selecteren en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Herstellen” te selecteren en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Voer uw toestelcode in en druk vervolgens op .
6. Druk op a of b om “Toestel items” of “SIM-items”
te selecteren en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
Als het telefoongeheugen of SIM-geheugen een of
meer items bevat, verschijnt er een bericht waarin u
wordt gevraagd of u alle items in het telefoongeheugen
of SIM-geheugen wilt vervangen door de reservekopie.
7. Druk op A [Ja].
Om niet langer door te gaan met deze procedure, drukt
u bij stap 7 op C [Nee].
Opmerking
• Als u een reservekopie maakt of terugzet, onderbreek de
procedure dan niet. De gegevens kunnen anders
beschadigd raken.
48Lijst contacten
Een reservekopie verwijderen
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Geavanceerd” te selecteren en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Backup-best. verwijd.” te
selecteren en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
5. Voer uw toestelcode in en druk vervolgens op .
Er verschijnt een bevestigingsbericht.
6. Druk op A [Ja].
Om niet langer door te gaan met deze procedure, drukt
u bij stap 6 op C [Nee].
Geheugenstatus
Met deze functie kunt u het aantal items controleren dat in
de Lijst contacten is opgeslagen.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Geheugenstatus” te selecteren en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
U kunt de geheugenstatus control eren van de SIM-kaart
en telefoon.
Page 50
Snelkiezen
In Snelkiezen kunt u maximaal 9 telefoonnummers opslaan.
Items uit de Lijst contacten invoeren onder
Snelkiezen
1. Zoek naar het gewenste item in de Lijst contacten en
roep het details-scherm op.
Voor bijzonderheden over het doorzoeken van items in
de Lijst contacten, zie “Een naam en nummer zoeken”
op pagina 43.
2. Druk op a of b om het telefoonnummer te selecteren
dat u aan Snelkiezen wilt toevoegen.
3. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
4. Druk op a of b om “Toev. aan snelkiezen” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op a of b om het telefoonnummer te selecteren
dat u wilt toevoegen, en druk vervolgens op om uw
keuze te bevestigen.
Tip
• De negen cijfertoetsen corresponderen met
lijstnummers.
Snelkiezen weergeven
Voor bijzonderheden over het bekijken van snelkiezen, zie
pagina “Snelkiezen” op pagina 150.
Voor bijzonderheden over hoe u snelkiezen gebruikt, zie
“Snelkiezen” op pagina 24.
Berichten verzenden
1. Zoek naar het gewenste item in de Lijst contacten en
roep het details-scherm op.
Voor bijzonderheden over het doorzoeken van items in
de Lijst contacten, zie “Een naam en nummer zoeken”
op pagina 43.
2. Druk op a of b om het gewenste telefoonnummer of
e-mailadres van de ontvanger te selecteren.
3. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
4. Druk op a of b om “Bericht maken” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
5. Druk op a of b om “MMS” of “SMS” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Als u de cursor na stap 1 naar het veld “E-mail” heeft
verplaatst, wordt automatisch “MMS” geselecteerd.
6. Voer uw bericht in.
Voor bijzonderheden over het maken van een bericht,
zie “Een nieuwe MMS maken” op pagina 66 of “Een
nieuwe SMS maken” op pagina 78.
Lijst contacten49
Page 51
Locatienummer van telefoonnummer
verwisselen
Deze functie is alleen bestemd voor items die op de SIMkaart zijn opgeslagen.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “De Lijst contacten
oproepen” op pagina 38.
2. Druk op a of b om door de lijst te bladeren en de
gewenste naam te kiezen, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het gewenste telefoonnummer te
selecteren.
4. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
5. Druk op a of b om “Wisselen” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
6. Voer het locatienummer in dat u wilt verwisselen, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
50Lijst contacten
Page 52
Camera
Uw telefoon is uitgerust met een geïntegreerde digitale
camera.
Hiermee kunt u overal foto’s en videoclips maken en
verzenden.
Foto maken
Zet de telefoon in de modus van de digitale camera om een
foto te nemen.
Foto’s worden in JPEG-formaat opgeslagen in de volgende
vijf beeldgroottes.
XXL:858 × 1144 dots
XL:768 × 1024 dots
Groot:480 × 640 dots
Medium: 240 × 320 dots
Klein:120 × 160 dots
Met uw berichten kunt u foto’s meesturen die in het
telefoongeheugen of op de geheugenkaart zijn
geregistreerd.
Opmerking
• Bij grote MMS-berichten is het mogelijk dat het formaat
van aangehechte foto's wordt gereduceerd.
(M 5)
(M 5-1)
Het geheugen selecteren
Bij gebruik van de geheugenkaart kunt u het geheugen
kiezen voordat u foto’s maakt.
1. Druk in de modus van de digitale camera op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Nieuwe afbeelding opslaan” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Telefoongeheugen”,
“Geheugenkaart” of “Keuze” te selecteren en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Camera51
Page 53
Foto’s nemen
1. Druk op om het hoofdmenu op te roepen.
2. Druk op a, b, c of d om “Camera” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Foto maken” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Het voorbeeld van de opname wordt weergegeven op
het interne display.
4. Druk op of op de omlaag-toets aan de zijkant om de
foto te nemen.
U hoort het sluitergeluid en het stilbeeld van de
genomen foto wordt getoond.
5. Druk op A [Opslaan].
Als u bij het opslaan de optie “Keuze” heeft
geselecteerd, of wanneer de geheugenkaart niet
geplaatst is of wanneer er onvoldoende
geheugenruimte is, druk dan op a of b om “Opslaan
in telefoon” of “Opslaan op kaart” te selecteren en druk
vervolgens op .
“Bezig met (bestandsnaam) opslaan in Mijn
telefoon…” wordt weergegeven, en de foto wordt
vervolgens geregistreerd.
Als u na het nemen van de foto deze met MMS wilt
verzenden, druk dan vóór stap 5 op .
6. Druk op F om terug te keren naar standby.
52Camera
Tip
• De modus van de digitale camera kan ook worden
geactiveerd door tijdens standby op E te drukken.
• Om de modus van de digitale camera te verlaten zonder
na stap 4 de gemaakte foto te registreren, drukt u op F
en druk vervolgens op A [Ja].
• Wanneer de afstand tot het onderwerp ongeveer 5 cm is,
zet de macro-schakelaar dan in de macrostand ().
Wanneer de afstand tot het onderwerp ongeveer 40 cm of
meer is, zet de macro-schakelaar dan in de normale
stand ().
Van zoeker wisselen
Als u een zelfportret wilt nemen, dan kunt u als zoeker
afwisselend het interne display of het externe display
gebruiken.
Druk op P wanneer het voorbeeld wordt weergegeven op
het interne display.
Telkens wanneer u op P drukt, wordt van zoeker
gewisseld tussen het externe display en interne display.
Wanneer u het externe display als zoeker gebruikt, worden
de genomen foto’s automatisch opgeslagen.
Page 54
Close-up opnamen maken
1. Zet in de modus van de digitale camera de macro-
schakelaar in de macro-stand ().
2. Druk op of op de omla ag-toets aan de zijkant om de
foto te nemen.
Om de macro-modus te verlaten, zet u de macroschakelaar in de normale stand ().
De zoomfunctie gebruiken
Druk op c of d om de zoomverhouding te wijzigen.
Opmerking
• Wanneer “Afbeeldi ngsformaat” op “Klein” ingesteld is,
heeft de zoomfunctie 20 stappen.
• Wanneer “Afbeeldingsf ormaat” op “Medium” ingesteld
is, heeft de zoomfunctie 10 stappen.
• Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “Groot” ingesteld
is, heeft de zoomfunctie 5 stappen.
• Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “XXL” of “XL”
ingesteld is, kunt u de zoomfunctie niet gebruiken.
Het afbeeldingsformaat selecteren
1. Druk in de modus van de digitale camera op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Afbeeldingsformaat” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het gewenste afbeeldingsformaat
te selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze
te bevestigen.
De beeldkwaliteit selecteren
1. Druk in de modus van de digitale camera op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Beeldkwaliteit” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Normaal” of “Fijn” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Opnieuw een foto nemen
Druk na stap 1 t/m 4 onder “Foto’s nemen” op pagina 52 op
C [Annuleren].
Nu kunt u weer foto’s nemen.
Opmerking
• De digitale camera maakt gebruik van een CCD-sensor.
Hoewel deze camera van hoge kwaliteit is, kunnen
sommige foto’s te helder of te donker zijn.
• Als de telefoon lan ge tijd op een hete plaats heeft gelegen
voordat u foto’s ging nemen of registreren, kan de
fotokwaliteit matig zijn.
Camera53
Page 55
Wanneer er geen geheugen aanwezig is
Wanneer u nog maar 3 foto’s of minder kunt nemen, gaat
de aanduiding voor resterende opnamen linksboven in het
scherm in een rode kleur brand en. (Het aantal foto’s dat kan
worden genomen wordt bij benadering gegeven).
Zelfs wanneer het aantal foto’s dat u nog kunt nemen, 0
geworden is, dan kunt u doorgaan met het nemen en
opslaan van foto’s totdat het bericht “Niet geregistreerd.
Geheugen vol.” verschijnt. Hierna kunt u het geheugen
kiezen waar u de foto wilt opslaan.
54Camera
Betekenis van indicators in de modus van de
digitale camera
Indicator voor aantal resterende opnamen
123: Geeft het aantal resterende foto’s aan dat nog
kan worden genomen.
***: Geeft aan dat het aantal resterende foto’s dat
nog kan worden genomen, hoger is dan 999.
???: Geeft aan dat er geen geheugenkaart is
geplaatst of dat de telefoon geen
geheugenkaart herkent. (Wanneer
“Geheugenkaart” is geselecteerd bij de optie
“Nieuwe afbeelding opslaan”)
---: Geeft aan dat “Nieuwe afbeelding opslaan”
ingesteld is op “Keuze”.
Geheugenindicators (p. 51)
: Geeft aan dat in het telefoongeheugen de foto's
worden opgeslagen.
: Geeft aan dat op de geheugenkaart de foto's
worden opgeslagen.
Flitslampindicators (p. 58)
Geeft aan wanneer de flitslamp ingeschakeld is.
: Normale modus
: Macro-modus
Indicator zelfontspanner (p. 56)
: Verschijnt wanneer de zelfontspanner is
ingesteld.
Page 56
Indicators voor Fotoserie (p. 57)
:
Deze indicators verschijnen op het scherm
wanneer foto’s worden genomen in de
fotoseriemodus (doorlopende opnamen).
Geeft de kwaliteit (normaal of fijn) aan van de foto die
wordt genomen.
:Fijn
:Normaal
Indicators voor de helderheid (belichtingsniveau) van het
beeld (p. 56)
: Helder
:
: Normaal
:
: Donker
Indicators voor de zoomverhouding (p. 53)
....: Geeft de vergroting aan.
Camera55
Page 57
Afstemmen op de lichtomstandigheden
De helderheid van het beeld instellen
Druk op a of b om de helderheid van het beeld te
wijzigen.
Zodra de telefoon teruggekeerd is naar het standby-scherm
worden de instellingen voor helderheid teruggezet naar de
standaardinstelling.
Gemaakte foto’s weergeven
Gemaakte foto’s in het telefoongeheugen of op de
geheugenkaart kunnen worden weergegeven.
1. Druk in de modus van de digitale camera op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Mijn afbeeldingen” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het gewenste geheugen te
selecteren en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
De lijst met foto’s wordt weergegeven.
4. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt bekijken, en druk vervolgens op om uw
keuze te bevestigen.
De geselecteerde foto wordt weergegeven.
5. Als u klaar bent, druk dan op C [Vorige] om terug te
keren naar de lijst.
56Camera
Tip
• Aan uw foto’s worden bestandsnamen gegeven in de
vorm van “pictureNNN.jpg” voor het telefoongeheugen
of “pictureNNNNN.jpg” voor de geheugenkaart (NNN
of NNNNN is een volgnummer).
De bestandsnaam (zonder extensie), de datum en het
formaat van uw afbeeldingen worden weergegeven in de
lijst.
Gebruik van de zelfontspanner
Een foto nemen met de zelfontspanner
1. Druk in de modus van de digitale camera op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Zelfontspanner” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Aan” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
“ ” of “ ” verschijnt op het scherm en de telefoon
keert terug naar de modus van de digitale camera.
4. Druk op of op de omlaag-toets a an de zijkant om de
zelfontspanner te starten.
10 seconden na inschakeling van de zelfontspanner
klinkt de sluiter en neemt de camera een foto.
Page 58
Opmerking
• Als de zelfontspanner aftelt, knipperen de flitslamp en de
indicator.
• Indien tijdens het aftellen van de zelfontspanner of
de omlaag-toets aan de zijkan t wordt ingedrukt, wordt de
foto onmiddellijk genomen.
• De zoomfunctie met c of d, of instelling van de
helderheid van het beeld met a of b, is tijdens het
aftellen van de zelfontspanner niet mogelijk.
• Als u met de zelfontspanner niet langer opnamen wilt
maken, druk dan tijdens het aftellen van de
zelfontspanner op C [Annuleren].
Het aftellen van de zelfontspanner annuleren
1.
Druk op A [Opties] terwijl de zelfontspanner aftelt.
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Zelfont spanner” te selec teren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Uit” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
“ ” of “ ” gaat uit.
Fotoserie
Achtereenvolgens worden vier foto’s gemaakt.
Automatische en handmatige opnamen zijn mogelijk.
1. Druk in de modus van de digitale camera op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Fotoserie” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om “Automatisch” of “Handmatig”
te selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze
te bevestigen.
Om de fotoserie te annuleren, selecteert u “Uit”.
4. Druk op of op de omlaag- toets aan de zijkant om de
fotoserie te starten.
Automatisch:Door op of de omlaag-toets
aan de zijkant te drukken worden
achtereenvolgens vier foto’s
genomen.
Handmatig:Door op of de omlaag-toets
aan de zijkant te drukken worden
één voor één foto’s genomen.
Wanneer de fotoserie voltooid is, worden de genomen
foto’s automatisch opgeslagen.
Om met de fotoserie te stoppen, drukt u op C
[Annuleren].
Camera57
Page 59
Opmerking
• Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “XXL”, “XL” of
“Groot” ingesteld is, kunt u de fotoseriefunctie niet
gebruiken.
• Wanneer u voor het maken van foto’s een kader
selecteert, kunt u de fotoserie-functie niet gebruiken.
• De zelfontspanner kan niet worden gebruikt met de
handmatige instelling.
Een kader selecteren
U kunt een kader kiezen uit voorke uzepatronen. U kunt ook
een kader selecteren in het telefoongeheugen of op de
geheugenkaart.
1.
Druk in de modus van de digitale camera op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Kader toevoegen” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Standaardbeelden” of “Mijn
afbeeldingen” te selecteren, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
Als u “Mijn afbeeldingen” heeft geselecteerd, druk dan
op a of b om “Telefoongeheugen” of
“Geheugenkaart” te selecteren en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om het door u gewenste kader te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
Het geselecteerde kader wordt bevestigd op het display.
5. Druk op .
58Camera
Opmerking
• Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “XXL”, “XL” of
“Groot” ingesteld is, kunt u de kaderfunctie niet
gebruiken.
• Als u de fotoserie-functie activeert, kunt u de
kaderfunctie niet gebruiken.
• Alleen beelden in het PNG-formaat kunnen als kader
worden geselecteerd wanneer u bij stap 3 “Mijn
afbeeldingen” selecteert.
Het fotolicht selecteren
1. Druk in de modus van de digitale camera op A
[Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Fotolicht” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om de gewenste kleur te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Om de flitslamp uit te zetten, selecteert u “Uit”.
Tip
• Telkens wanneer R of de omhoog-toets aan de zijkant
wordt ingedrukt, verandert de status van de flitslamp als
volgt:
→
Aan (helderheid voor normale mo dus: ) → Aan
Uit
(helderheid voor macro-modus: )
• Als u uw telefoon ongeveer een minuut lang niet
gebruikt, gaat de flitslamp automatisch uit om stroom te
besparen.
→
Uit
Page 60
De sluitertijd selecteren
1.
Druk in de modus van de digitale camera op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Sluitertijd” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om de gewenste sluitertijd te
selecteren en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
“Snel” is geschikt voor bewegende objecten en “Lang”
is geschikt voor nachtfotografie.
Het sluitergeluid selecteren
U kunt het sluitergeluid kiezen uit 3 voorkeuzepatronen.
1.
Druk in de modus van de digitale camera op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Sluitergeluid” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om het gewenste geluid te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Om het sluitergeluid af te spelen, drukt u op A
[Afspelen] bij stap 3.
Foto’s verzenden
Om uw foto naar een andere telefoon of een ander emailadres te verzenden, zie “Berichten verzenden” op
pagina 97 voor instructies.
Foto’s verwijderen
Zie “Een afbeelding verwijderen” op pagina 98 voor
instructies.
Video opnemen
Zet de telefoon in de videocameramodus om een videoclip
op te nemen.
Videoclips die in het telefoongeheugen of op de
geheugenkaart zijn geregistreerd, kunt u meesturen met uw
bericht.
Videoclips worden opgeslagen in het formaat “.3gp”.
Het geheugen selecteren
Bij gebruik van de geheugenkaart kunt u het geheugen
kiezen voordat u videoclips opneemt.
1. Druk in de videocameramodus op
Het menu Opties wordt weergegeven.
(M 5-2)
[Opties].
A
2. Druk op a of b om “Nieuwe video’s opslaan” te
selecteren en druk vervolgens o p of
om uw keuze te bevestigen.
[Selecteren]
A
3. Druk a of b om “Telefoongeheugen”,
“Geheugenkaart” of “Keuze” te selecteren en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Camera59
Page 61
Videoclips opnemen
Met de videoclip kan ook geluid worden opgenomen.
1. Druk op om het hoofdmenu op te roepen.
2. Druk op a, b, c of d om “Camera” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Video opnemen” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Het voorbeeld van de opname wordt weergegeven op
het interne display.
4. Druk op of op de omlaag-toets aan de zijkant om te
beginnen met het opnemen van de videoclip.
U hoort het geluid voor het opnemen van de videoclip.
Als u opnieuw op of op de omlaag-toets aan de
zijkant drukt, of wanneer de opname voltooid is, hoort
u het geluid voor beëindiging van de videoclip-opname
en gaat het display over naar stap 5.
5. Druk op a of b om “Opslaan” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Als u bij het opslaan de optie “Keuze” heeft
geselecteerd, of wanneer de geheugenkaart niet
geplaatst is of wanneer er onvoldoende
geheugenruimte is, druk dan op a of b om “Opslaan
in telefoon” of “Opslaan op kaart” te selecteren en druk
vervolgens op .
“Bezig met (bestandsnaam) opslaan in Mijn
telefoon…” wordt weergegeven, en de videoclip wordt
vervolgens geregistreerd.
60Camera
Als u een videoclip eerst wilt bekijken voordat u deze
opslaat, selecteer dan “Voorbeeld” bij stap 5.
Als u na een opname van een videoclip de clip met
MMS wilt versturen, selecteert u “Opslaan en
verzenden” bij stap 5.
Van zoeker wisselen
Druk op P wanneer het voorbeeld wordt weergegeven op
het interne display.
Telkens wanneer u op P drukt, wordt van zoeker
gewisseld tussen het externe display en interne display.
Page 62
Close-up videoclips opnemen
1. Zet in de modus van de videocamera de macro-
schakelaar in de macro-stand ().
2. Druk op of op de omlaag-toets aan de zijkant om te
beginnen met het opnemen van de videoclip.
Om de macro-modus te verlaten, zet u de macroschakelaar in de normale stand ().
De zoomfunctie gebruiken
De zoomverhouding kan ongeveer tot 3,5 keer in 10
stappen worden gewijzigd. Druk op c of d om de
zoomverhouding te wijzigen.
Filmkwaliteit selecteren
1. Druk in de videocameramodus op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Filmkwaliteit” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Normaal” of “Hoog” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
De modus voor de opnametijd selecteren
U kunt de modus voor de opnametijd selecteren.
1. Druk in de videocameramodus op
Het menu Opties wordt weergegeven.
[Opties].
A
2. Druk op a of b om “Opnametijd” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Lange Video” of “Voor
berichtverz.” te selecteren, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
Opmerking
• Als “Voor berichtverz.” geselecteerd is, dan is de
grootte van de videoclip die kan worden opgenomen
afhankelijk van de instelling van de berichtgrootte onder
MMS-instellingen (p. 77).
• “Opslaan en verzenden” wordt niet weergegeven nadat
een opname is gemaakt in de stand Lange video.
Camera61
Page 63
Wanneer er geen geheugen aanwezig is
Wanneer u nog maar 3 videoclips of minder kunt opnemen,
gaat de aanduiding voor resterende opnamen linksboven in
het scherm in een rode kleur branden. (Het aantal clips dat
kan worden opgenomen wordt bij benadering gegeven).
Zelfs wanneer het aantal videoclips dat u nog kunt maken,
0 geworden is, dan kunt u doorgaan met het maken en
opslaan van videoclips totdat het bericht “Niet
geregistreerd. Geheugen vol.” verschijnt. Hierna kunt u het
geheugen kiezen waar u de videoclip wilt opslaan.
Betekenis van indicators in de
videocameramodus
Indicator voor resterende opnamen
123: Geeft aan hoeveel videoclips nog kunnen
worden opgenomen.
***: Geeft aan dat het aantal videoclips dat nog
kan worden opgenomen, hoger is dan 999.
???: Geeft aan dat er geen geheugenkaart is
geplaatst of dat de telefoon geen
geheugenkaart herkent. (Wanneer
“Geheugenkaart” is geselecteerd bij de optie
“Nieuwe video’s opslaan”)
---: Geeft aan dat “Nieuwe video’s opslaan”
ingesteld is op “Keuze”.
62Camera
Flitslampindicators (p. 65)
Geeft aan wanneer de flitslamp ingeschakeld is.
: Normale modus
: Macro-modus
Indicator zelfontspanner (p. 64)
: Verschijnt wanneer de zelfontspanner is
ingesteld.
Indicators opnametijd
: Geeft aan wanneer de telefoon in de modus
“Voor berichtverz.” staat.
: Geeft aan wanneer de telefoon in de modus
“Lange Video” staat.
Indicators voor de filmkwaliteit (p. 61)
Geeft de kwaliteit (normaal of hoog) aan van de
videoclip die u wilt opnemen.
: Hoog
:Normaal
Indicators voor de helderheid (belichtingsniveau) van de
video
:Helder
:
:Normaal
:
: Donker
Indicators voor de zoomverhouding (p. 61)
.....: Geeft de vergroting aan.
Page 64
Afstemmen op de lichtomstandigheden
De helderheid van de videoclips instellen
Druk op a of b om de helderheid van de videoclip te wijzigen.
Zodra de telefoon teruggekeerd is naar het standby-scherm worden de
instellingen voor helderheid teruggezet naar de standaardinstelling.
Opgenomen videoclips afspelen
De opgenomen videoclips in het telefoongeheugen of op de
geheugenkaart kunnen worden afgespeeld.
1. Druk in de videocameramodus op A [Opties].
2. Druk op a of b om “Mijn video’s” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Telefoongeheugen” of
“Geheugenkaart” te selecteren, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
De lijst met videoclips wordt weergegeven.
4. Druk op a of b om de gewenste bestandsnaam te
selecteren die u wilt bekijken, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op .
De geselecteerde videoclip wordt afgespeeld.
Om een pauze in te lassen, drukt u op .
Om het afspelen te hervatten, drukt u nogmaals op .
Om met afspelen te stoppen, drukt u op C [Vorige].
Om de videoclip in de feitelijke grootte weer te geven,
druk dan op A [×1].
6. Als u klaar bent, druk dan op C [Vorige] om terug te
keren naar de lijst.
Tip
• Aan uw videoclips worden bestandsnamen gegeven in de
vorm van “videoNNN.3gp” voor het telefoongeheugen
of “videoNNNNN.3gp” voor de geheugenkaart (NNN of
NNNNN is een volgnummer).
De bestandsnaam (zonder extensie), datum en grootte
van uw videoclips worden weergegeven in de lijst.
• Als de videoclip opgenomen is met geluid, dan kan het
volume worden afgesteld door op a of b of op een van
de toetsen aan de zijkant te drukken.
• Het volume hangt af van de instellingen van het “Volume
belsignaal” (p. 139). Het volume wordt 0 wanneer
“Volume belsignaal” ingest eld is op “Stil” en 1 wann eer
dit ingesteld is op “Staptoon”.
Camera63
Page 65
Gebruik van de zelfontspanner
Een videoclip opnemen met de zelfontspanner
1. Druk in de videocameramodus op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk o p a of b om “Zelfontspanner” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Aan” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
“ ” verschijnt op het scherm en de telefoon keert
terug naar de videocameramodus.
4. Druk op of op de omlaag-toets aan de zijkant om de
zelfontspanner te starten.
10 seconden nadat de zelfontspanner klinkt, begint de
camera met het opnemen van de videoclip.
Opmerking
• Als de zelfontspanner aftelt, knipperen de flitslamp en de
indicator.
• Indien tijdens het aftellen van de zelfontspanner of
de omlaag-toets aan de zijkant w ordt ingedrukt, wordt de
videoclip onmiddellijk opgenomen.
• De zoomfunctie met c of d, of instelling van de
helderheid van het beeld met a of b, is tijdens het
aftellen van de zelfontspanner niet mogelijk.
64Camera
• Als u met de zelfontspanner niet langer videoclips wilt
opnemen, druk dan tijdens het aftellen van de
zelfontspanner op C [Annuleren].
Het aftellen van de zelfontspanner annuleren
1. Druk op A [Opties] terwijl de zelfontspanner aftelt.
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Zelfontspanner” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Uit” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
“ ” gaat uit.
Videoclips opnemen met geluid
1. Druk in de videocameramodus op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Opname stemgeluid” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Aan” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Om het opnemen van videoclips met geluid te
annuleren, selecteert u “Uit” bij stap 3.
Page 66
Het opnamelicht selecteren
1. Druk in de videocameramodus op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om “Opnamelicht” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
3. Druk op a of b om de gewenste kleur te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Om de flitslamp uit te zetten, selecteert u “Uit”.
Tip
• Telkens wanneer R of de omhoog-toets aan de zijkant
wordt ingedrukt, verandert de status van de flitslamp als
volgt:
→
Aan (helderheid voor normale mo dus: ) → Aan
Uit
(helderheid voor macro-modus: )
• Als u uw telefoon ongeveer een minuut lang niet
gebruikt, gaat de flitslamp automatisch uit om stroom te
besparen.
Videoclips verzenden
Om uw videoclips naar een andere telefoon of een ander emailadres te verzenden, zie “Berichten verzenden” op
pagina 107 voor instructies.
Videoclips verwijderen
Zie “Een videoclipbestand verwijderen” op pagina 108
voor instructies.
→
Uit
Camera65
Page 67
Berichten
Met uw telefoon kunt u SMS- en MMS-berichten
verzenden en ontvangen, en serviceberichten ontvangen.
(M 4-2)
MMS
Over MMS
Met MMS (Multimedia Messaging Service) kunt u
berichten verzenden en ontvangen met toevoeging van
grafische afbeeldingen, foto’s, geluid, animaties of
videoclips.
Opmerking
• Sommige MMS-functies zijn mogelijk niet
beschikbaar. Dit hangt af van uw netwerk. Neem
contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
• MP3-geluidsbestanden kunnen niet met een bericht
worden meegestuurd.
Een nieuwe MMS maken
(M 4)
(M 4-2-1)
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “MMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Bericht maken” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Voer het bericht in, en druk vervolgens op .
66Berichten
5. Voer het telefoonnummer of e-mailadres van de
ontvanger in, en druk vervolgens op .
Als u een telefoonnummer of e-mailadres wilt
selecteren uit de Lijst contacten, zoek dan in de Lijst
contacten het gewenste item op.
Druk op a of b om de Lijst contacten op te roepen.
Druk op a of b om het gewenste item te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Voor bijzonderheden over het zoeken naar items in de
Lijst contacten, voert u stap 2 t/m 4 uit onder “Een
naam en nummer zoeken” op pagina 43.
6. Druk op a of b om “Verzenden” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Het bericht wordt in Postvak UIT geplaatst en
verzonden.
Nadat het bericht is verzonden wordt het toegevoegd
aan de map Verzonden.
Opmerking
• De huidige berichtgroott e die wordt getoond terwijl u het
bericht maakt, is bij benadering gegeven.
• Als een bericht om een of andere reden niet kan worden
verzonden, blijft het bericht in Postvak UIT en wordt op
het standby-scherm “” weergegeven.
Page 68
Het onderwerp van het bericht invoeren
1. Voer stap 1 t/m 5 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op a of b om “Onderwerp” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Voer het onderwerp van het bericht in en druk
vervolgens op .
Opmerking
• In deze telefoon kunt u maximaal 40 tekens voor het
onderwerp gebruiken en m aximaal 20 adressen invoer en
(voor “Naar” en “Cc”).
Afhankelijk van uw netwerk kunnen echter verdere
beperkingen gelden. In dat geval is het wellicht mogelijk
dat u geen MMS kunt verzenden.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
Een MMS-begroetingskaart verzenden
Uw telefoon is uitgerust met begroetingskaarten waaraan u
gemakkelijk beeld en spraak kunt toevoegen.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Begroetingskaart” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven waarin
u wordt gevraagd of u de huidige tekst wilt verwijderen.
4. Druk op A [Ja] om de tekst te verwijderen.
Om te annuleren drukt op bij stap 4 op C [Nee].
5. Druk op a of b om de begroet ingskaart selecteren die
u wilt verzenden, en druk vervolgens op om uw
keuze te bevestigen.
6. Voer stap 4 t/m 6 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
Opmerking
• Door “Begroetingskaart” te selecteren, worden
berichten of beelden verwijderd die u heeft ingevoerd of
aangehecht. Om verwijdering te voorkomen, dient u
eerst “Begroetingskaart” te selecteren en dan berichten
in te voeren.
Berichten67
Page 69
Ontvangers toevoegen
1. Voer stap 1 t/m 5 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op a of b om “Contact toevoegen” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om “Naar” te selecteren om
ontvangers toe te voegen of “Cc” om een kopie van
deze MMS naar andere ontvangers te verzenden, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om in de lijst een gewenst nummer te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
5. Voer het telefoonnummer of e-mailadres van de andere
ontvangers in, en druk vervolgens op .
6. Druk tweemaal op C [Vorige].
De tekstsjablonen gebruiken
Voor bijzonderheden over het maken van tekstsjablonen,
zie pagina 109.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op a, b, c of d om de cursor naar het punt te
verplaatsen waar u de sjabloon wilt invoegen.
3. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
68Berichten
4. Druk op a of b om “Tekstsjablonen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
5. Druk op a of b om in de lijst de gewenste sjabloon te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
Een bericht opslaan in de map Drafts
U kunt een bericht tijdelijk opslaan in de map Drafts en het
later verzenden, zonder dat het bericht onmiddellijk wordt
verstuurd.
1. Voer stap 1 t/m 5 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op a of b om “Opslaan in Drafts” te selecteren,
en druk vervolgens op om het bericht in de map
Drafts op te slaan.
Opmerking
• U kunt het bericht later verzenden volgens de instructies
onder “Een bericht verzenden vanuit de map Drafts” op
pagina 71.
Page 70
De diashowinstelling in- of uitschakelen
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “MMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Instellingen” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Pagina toevoegen” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op a of b om “Aan” of “Uit” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Als u “Aan” selecteert
• U kunt berichten maken die maximaal 10 dia’s bevatten.
Elke dia kan één afbeelding bevatten, één geluidsbestand
en maximaal 1000 teksttekens (tot aan het berichttotaal
van 30 Kbytes of een limiet van 100 Kbytes).
• Als u een dia wilt toevoegen aan één enkele dia:
Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
1.
2. Druk op a of b om “Dia toevoegen” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
Als u voor meerdere dia’s bewerkingen wilt uitvoeren:
Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
1.
2. Druk op a of b om “Voeg pag. toe” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
U kunt het volgende doen:
Toevoegen: Om een nieuwe dia toe te voegen.
Verwijderen: Om de actieve dia te verwijderen.
Vorige:Om naar de vorige dia te gaan.
Volgende:Om naar de volgende dia te gaan.
• EVA (e-Animatie-bestand)- en videoclipgegevens
kunnen aan het bericht niet als diagegevens worden
aangehecht.
Als u “Uit” selecteert
• U kunt maximaal 20 foto’s, ringtones of videoclips en
maximaal 2000 teksttekens meesturen (tot een
berichttotaal van 30 Kbytes of een limiet van 100
Kbytes).
Bijlagen invoegen
Met MMS-berichten kunt u afbeeldingen, ringtones en
videoclips meesturen die zijn opgeslagen in het
telefoongeheugen. Als u videoclips meestuurt, moet
“Pagina toevoegen” op “Uit” ingesteld zijn.
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “MMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Bericht maken” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Berichten69
Page 71
4. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
5. Druk op a of b om “Afbeeldingen”, “Geluid” of
“Video” te selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
6. Druk op a of b om “Telefoongeheugen” of
“Geheugenkaart” te selecteren, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
7. Druk op a of b om het gewenste best and te selecteren
dat u wilt meesturen, en druk vervolgens op om uw
keuze te bevestigen.
De geselecteerde afbeelding/ringtone/videoclip wordt
als bijlage ingevoegd.
Druk na het invoegen van de betreffende optie op C
[Vorige] om terug te keren naar het scherm waarin het
bericht wordt gemaakt.
Bijlagen toevoegen
Met de diashowinstelling uitgeschakeld kunt u het
volgende doen.
1. Voer stap 1 t/m 5 uit onder “Bijlagen invoegen” op
pagina 69.
De lijst met bijlagen wordt weergegeven.
2. Druk op A[Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Afb. toevoegen”, “Geluid
toevoegen” of “Video toevoegen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
70Berichten
4. Druk a of b om “Telefoongeheugen” of
“Geheugenkaart” te selecteren en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt toevoegen, en druk vervolgens op .
6. Druk op C [Vorige].
Bijlagen verwijderen
1. Voer stap 1 t/m 5 uit onder “Bijlagen invoegen” op
pagina 69.
De lijst met bijlagen wordt weergegeven.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt verwijderen, en druk vervolgens op A [Opties].
3. Druk op a of b om “Verwijderen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op A [Ja].
Om het verwijderen te annuleren, drukt u bij stap 4 op
C [Nee].
Page 72
Een bericht verzenden vanuit de map Drafts
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “MMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Drafts” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
verzenden vanuit de map Drafts, en druk vervolgens op
A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
5. Druk op a of b om “Bew erken” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
6. Wijzig het bericht, en druk vervolgens op .
7. Wijzig het telefoonnummer of e-mailadres van de
ontvangers, en druk vervolgens op .
8. Druk op a of b om “Verzenden” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Opmerking
• Een diashow-bericht dat op een andere telefoon is
gemaakt, kunt u niet wijzigen zoals getoond bij stap 6.
Ga naar stap 7.
MMS lezen
Berichten die u ontvangt worden opgeslagen in Postvak IN.
Inkomende berichten
De MMS-indicator () verschijnt wanneer u een
inkomend bericht ontvangt.
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “MMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Postvak IN” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Met een paperclip gemarkeerde berichten bevatten één
of meer bijlagen.
4. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
bekijken, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
Het bericht verschijnt op het scherm.
5. Druk op a of b om door het scherm te schuiven zodat
u het bericht kunt lezen.
6. Als u klaar bent, druk dan op .
Berichten71
Page 73
Telefoonnummer of e-mailadres van verzender en
ontvanger controleren
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Inkomende berichten” op
pagina 71.
2. Druk o p a of b om het gewenste bericht te selecteren,
en druk vervolgens op A [Opties] om het menu Opties
weer te geven.
3. Druk op a of b om “Details” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
Op het scherm verschijnt het telefoonnummer of emailadres van de verzender, de tijd en datum, het
onderwerp en de grootte.
Een bericht beantwoorden vanuit Postvak IN
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “MMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Postvak IN” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
beantwoorden.
72Berichten
5. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
6. Druk op a of b om “Beantwoorden” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
7. Voer uw bericht in.
Voor bijzonderheden over het invoeren van tekens, zie
“Tekens invoeren” op pagina 32.
8. Druk op .
Het telefoonnummer of e-mailadres van de ontvanger
wordt automatisch ingevuld in het telefoonnummer of
e-mailadres van de verzender.
9. Druk op .
In het onderwerpveld wordt automatisch het
oorspronkelijke onderwerp ingevoerd, voorafgegaan
door “Re:”.
10.Druk op a of b om “Verzenden” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Tip
• U kunt een bericht beantwoorden aan alle adressen van
geselecteerde berichten door bij stap 6 “Allen
beantwoorden” te selecteren.
Page 74
Een bericht doorsturen
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Een bericht beantwoorden
vanuit Postvak IN” op pagina 72.
2. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
doorsturen.
3. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
4. Druk op a of b om “Doorsturen” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Voer het telefoonnummer of e-mailadres van de
ontvanger in, en druk vervolgens op .
Als u het telefoonnummer of e-mailadres wilt
selecteren uit de Lijst contacten, zoek dan in de Lijst
contacten het gewenste item op.
Druk op a of b om de Lijst contacten op te roepen.
Druk op a of b om het gewenste item te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Voor bijzonderheden over het zoeken naar items in de
Lijst contacten, voert u stap 2 t/m 4 uit onder “Een
naam en nummer zoeken” op pagina 43.
6. Druk op a of b om “Verzenden” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Opmerking
• Wanneer u een bericht doorstuurt dat bijlagen bevat,
worden ook de bijlagen doorgestuurd. Als er echter
gegevens aanwezig zijn die door de telefoon herkend
worden als auteursrechtelijk beschermd materiaal, dan
worden deze niet meegestuurd.
• In het veld “Onderwerp” wordt automatisch het
oorspronkelijke onderwerp ingevoerd, voorafgegaan
door “Fw:”
Het oorspronkelijke bericht kan niet worden gewijzigd.
Een bericht wijzigen
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Een bericht beantwoorden
vanuit Postvak IN” op pagina 72.
2. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
wijzigen.
3. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
4. Druk op a of b om “Bewerken” te selecteren en druk
vervolgens op of
bevestigen.
A [Selecteren] om uw keuze te
5. Wijzig het bericht en druk vervolgens op .
6. Voer het telefoonnummer of e-mailadres van de
ontvanger in en druk vervolgens op .
7. Druk op a of b om “Verzenden” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Opmerking
• Berichten kunnen nie t worden bewerkt als deze bepaalde
gegevens bevatten zoals Diashow, XHTML,
auteursrechten of een onbekend formaat.
Berichten73
Page 75
Het telefoonnummer of e-mailadres van een
verzender opslaan in de Lijst contacten
1. Voer stap 1 t/m 5 uit onder “Een bericht beantwoorden
vanuit Postvak IN” op pagina 72.
2. Druk op a of b om “Opslaan in Telefoonboek” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
Voor bijzonderheden over het invoeren van een naam,
zie “Nieuwe naam toevoegen” op pagina 39.
MMS ophalen
Wanneer “” in Postvak IN staat, kunt u het volgende
doen.
1. Voer stap 1 en 2 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op a of b om “Postvak IN” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om de aankondiging te selecteren die
u wilt downloaden.
4. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
5. Druk op a of b om “Downloaden” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
Tip
• Om te beginnen met downloaden, kunt u ook op
drukken in plaats van stap 4 en 5 uit te voeren.
74Berichten
Een bericht in Postvak UIT opnieuw verzenden
Als om enige reden een bericht niet kan worden verzonden,
blijft het bericht i n Postvak UIT staan. Berichten i n Postvak
UIT kunnen opnieuw worden verzonden.
1. Voer stap 1 en 2 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op a of b om “Postvak UIT” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
verzenden vanuit Postvak UIT, en druk vervolgens op
A [Opties].
4. Druk op a of b om “Opnieuw verzenden” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
Page 76
Aankomst van afleverrapport bevestigen
1. Voer stap 1 en 2 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op a of b om “Verzonden” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het bericht te selecteren waarvan
u de aankomst van het afleverrapport wilt bevestigen,
en druk vervolgens op A [Opties] om het menu Opties
op te roepen.
4. Druk op a of b om “Afleverrapport” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
Dit menu is alleen beschikbaar voor verzonden
berichten waarbij “Afleverrapport” op “Aan” is
ingesteld. Voor bijzonderheden over het selecteren van
“Afleverrapport”, zie “MMS instellen” op pagina 76.
Een bericht verwijderen
1. Voer stap 1 en 2 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op a of b om “Postvak IN”, “Verzonden”,
“Drafts” of “Postvak UIT” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
verwijderen en druk op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
4. Druk op a of b om “Verwijderen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
5. Druk op a of b om “Eén bericht” te selecteren en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
6. Druk op A [Ja].
Het geselecteerde bericht wordt verwijderd.
Om de verwijdering te annuleren, drukt u bij stap 6 op
C [Nee].
Opmerking
• Vergrendelde berichten kunt u niet verwijderen.
Tip
• Om uit de geselecteerde map alle berichten te
verwijderen, drukt u bij stap 5 op a of b om “Alle
berichten” te selecteren en druk vervolgens op .
Berichten75
Page 77
Bericht vergrendelen
1. Voer stap 1 en 2 uit onder “Een nieuwe MMS maken”
op pagina 66.
2. Druk op a of b om “Postvak IN” of “Verzonden” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
vergrendelen, en druk vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
4. Druk op a of b om “Ver/Ontgrendelen” te selectere n,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
Bellen met de verzender van een bericht
U kunt bellen met de verzender van een bericht in Postvak
IN wiens adres (Van) het telefoonnummer is.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Een bericht beantwoorden
vanuit Postvak IN” op pagina 72.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Afzender bellen” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
Tip
• In plaats van stap 2 en 3 uit te voeren, kunt u ook bellen
door op D te drukken.
76Berichten
MMS instellen
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “MMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Instellingen” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om het gewenste onderdeel te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
De volgende opties zijn mogelijk:
• Downl. tijdens roamen:
Stelt de MMS-downloadmethode uit als u buiten uw
netwerk aan het roamen bent.
• Afl.rapp. terugsturen:
Activeert Afleverrapport wanneer een bericht
ontvangen wordt dat van toepassing is op de functie
Afleverrapport.
• Anoniem MMS afwijzen:
Wijst berichten af van een onbekende of lege
adresnaam.
• Automatisch verwijd.:
Verwijdert automatisch het oudste bericht wanneer
Postvak IN, Verzonden of Beide (Postvak IN en
Verzonden) vol zijn.
Page 78
• Pagina toevoegen:
Schakelt Diashow in wanneer een bericht wordt
verstuurd.
• Berichtgrootte:
Hiermee wordt voor verzending van berichten de
maximaal toegestane berichtgrootte ingesteld.
•Extra
• Prioriteit:
Geeft prioriteit aan opgestelde berichten.
• Afleverrapport:
Schakelt Afleverrapport in.
• Opslagduur:
Stelt de opslagduur in voor een bericht dat op de
server moet worden opgeslagen.
• Afzender zichtbaar:
Toont informatie over de verzender.
• MMS pagina-interval:
Stelt de weergavetijd van de MMS-pagina in
wanneer een bericht wordt verstuurd.
5. Wijzig elk onderdeel.
6. Als u klaar bent, drukt u op C [Vorige].
(M 4-3)
SMS
Over SMS
Met SMS kunt u naar andere GSM-gebruikers
tekstberichten verzenden van maximaal 1024 tekens.
SMS gebruiken met uw telefoon
Berichten mogen niet langer zijn dan 160 tekens. Tijdens
verzending worden de berichten opgesplitst. Als de
ontvanger een geschikte telefoon heeft, worden de
berichten tijdens ontvangst weer “in elkaar gezet”. Lukt dit
niet, dan verschijnt uw bericht als een aantal afzonderlijke
berichten, met 152 tekens.
U kunt ook SMS-berichten verzenden en ontvangen als u
aan het bellen bent.
U kunt ook gebruik maken van Tekstsjablonen om SMSberichten te maken.
Berichten77
Page 79
Een nieuwe SMS maken
(M 4-3-1)
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “SMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Bericht maken” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Voer uw bericht in.
Voor bijzonderheden over het invoeren van tekens, zie
“Tekens invoeren” op pagina 32.
5. Druk op .
De tekstsjablonen gebruiken
Voor bijzonderheden over het maken van tekstsjablonen,
zie “Mijn sjablonen” op pagina 109.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Een nieuwe SMS maken”.
2. Druk in het tekstinvoerscherm op a, b, c of d om
de cursor naar het punt te verplaatsen waar u de
sjabloon wilt invoegen.
3. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
4. Druk o p a of b om “Tekstsjablonen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
5. Druk op a of b om in de lijst de gewenste sjabloon te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
78Berichten
Een bericht opslaan in de map Drafts
1. Voer stap 1 t/m 5 uit onder “Een nieuwe SMS maken”.
2. Voer het telefoonnummer van de ontvanger in, en druk
vervolgens op .
3. Druk op a of b om “Opslaan in Drafts” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Een bericht verzenden
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “SMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Bericht maken” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Voer uw bericht in.
Voor bijzonderheden over het invoeren van tekens, zie
“Tekens invoeren” op pagina 32.
5. Druk op .
Page 80
6. Voer het telefoonnummer van de ontvanger in, en druk
vervolgens op .
Als u in de Lijst contacten het telefoonnummer wilt
selecteren, zoek dan in deze lijst het gewenste item op.
Druk op a of b om de Lijst contacten op te roepen.
Druk op a of b om het gewenste item te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Voor bijzonderheden over het zoeken naar items in de
Lijst contacten, voert u stap 2 t/m 4 uit onder “Een
naam en nummer zoeken” op pagina 43.
7. Druk op a of b om “Verzenden” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
De telefoon begint met het verzendingsproces en het
SMS-bericht wordt verstuurd. Nadat het bericht is
verzonden, wordt het toegevoegd aan de map
Verzonden.
Opmerking
• Wanneer u een bericht van meer dan 160 tekens
verstuurt, dan wordt het bevestigingsbericht
weergegeven.
Druk op A [Ja] om het bericht te verzenden of C [Nee]
om het te annuleren.
Ontvangers toevoegen
1. Voer stap 1 t/m 6 uit onder “Een bericht verzenden” op
pagina 78.
2. Druk op a of b om “Contact toevoegen” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om een onderdeelnummer te
selecteren voor het toevoegen van het telefoonnummer
van de ontvanger, en druk vervolgens op om uw
keuze te bevestigen.
4. Voer het telefoonnummer in dat u wilt toevoegen, en
druk vervolgens op .
5. Wanneer u klaar bent met het toevoegen van
ontvangers, druk dan op C [Vorige].
Voer de procedure uit vanaf stap 7 onder “Een bericht
verzenden” op pagina 78.
Berichten79
Page 81
SMS-berichten lezen
Inkomende berichten
De SMS-berichtindicator () verschijnt wanneer er een
bericht is binnengekomen.
1. Als u een SMS-bericht heeft ontvangen, druk dan
tijdens de standby-modus op .
2. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
bekijken.
Het telefoonnummer van de verzender en een deel van
het bericht worden weergegeven. Als het
telefoonnummer van de verzender in de Lijst contacten
is opgeslagen, verschijnt de naam van de verzender in
plaats van het telefoonnummer. Als een bericht met
“” gemarkeerd is, betekent dit dat het bericht nog
niet gelezen is. Als Postvak IN, Verzonden of Drafts
vol is, wordt “” weergegeven. Verwijder
overbodige berichten.
3. Druk op .
4. Druk op a of b om door het scherm te schuiven zodat
u het bericht kunt lezen.
5. Als u klaar bent, druk dan op F.
80Berichten
Het bericht beantwoorden
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “SMS-berichten lezen”.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Beantwoorden” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Voer uw bericht in.
Voor bijzonderheden over het invoeren van tekens, zie
“Tekens invoeren” op pagina 32.
5. Druk op .
Voer de procedure uit vanaf stap 6 onder “Een bericht
verzenden” op pagina 78.
Page 82
De afzender van het bericht bellen
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “SMS-berichten lezen” op
pagina 80.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Afzender bellen” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
Tip
• In plaats van stap 2 en 3 uit te voeren, kunt u ook bellen
door op D te drukken.
Een bericht doorsturen
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “SMS-berichten lezen” op
pagina 80.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Doorsturen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Voer het telefoonnummer van de ontvanger in, en druk
vervolgens op .
Voor bijzonderheden over het zoeken naar items in de
Lijst contacten, voert u stap 1 t/m 4 uit onder “Een
naam en nummer zoeken” op pagina 43.
5. Druk op a of b om “Verzenden” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
6. Voer de procedure uit vanaf stap 7 onder “Een bericht
verzenden” op pagina 78.
De telefoon begint met het verzendingsproces en het
SMS-bericht wordt verstuurd.
Een bericht wijzigen
1. Voer stap 1 en 2 uit onder “Een nieuwe SMS maken”
op pagina 78.
2. Druk op a of b om “Postvak IN”, “Verzonden” of
“Drafts” te selecteren, en druk vervolgens op om
uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
wijzigen, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
4. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
5. Druk op a of b om “Bewerken” te sel ecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze te
bevestigen.
6. Wijzig het bericht, en druk vervolgens op .
Voer de procedure uit vanaf stap 6 onder “Een bericht
verzenden” op pagina 78.
Berichten81
Page 83
Een bericht verwijderen
1. Voer stap 1 en 2 uit onder “Een nieuwe SMS maken”
op pagina 78.
2. Druk op a of b om “Postvak IN”, “Verzonden” of
“Drafts” te selecteren, en druk vervolgens op om
uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het bericht te selecteren dat u wilt
verwijderen en druk op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
4. Druk op a of b om “Verwijderen” te selecteren en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
5. Druk op a of b om “Eén bericht” te selecteren en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
6. Druk op A [Ja].
Het geselecteerde bericht wordt verwijderd.
Ziet u er vanaf om het bericht te verwijderen, druk dan
bij stap 6 op
Tip
• Om uit de geselecteerde map alle berichten te
verwijderen, drukt u bij stap 5 op a of b om “Alle
berichten” te selecteren en druk vervolgens op .
82Berichten
C [Nee].
Telefoonnummers uit ontvangen berichten
ophalen en bellen
U kunt een telefoonnummer bellen dat in het ontvangen
SMS-bericht ingebed is.
1. Voer stap 1 en 2 uit onder “SMS-berichten lezen” op
pagina 80.
2. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
3. Druk op a of b om “Nummer selecteren” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
Telefoonnummers die in het bericht zijn ingebed,
worden weergegeven.
4. Druk op a of b om het gewenste nummer te
selecteren, en druk vervolgens op A [Opties] om het
menu Opties weer te geven.
5. Druk op a of b om “Bellen” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Om dit telefoonnummer op te slaan in de Lijst
contacten, drukt u op a of b om “Opslaan in
Telefoonboek” te sele cteren, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
Voor bijzonderheden over het invoeren van een naam,
zie “Nieuwe naam toevoegen” op pagina 39.
Page 84
Tip
• Als u bij stap 3 de optie “Opslaan in Telefoonboek”
selecteert, kunt u naar het invoerscherm van het
telefoonnummer gaan met het ingevoerde nummer van
de afzender.
Voor bijzonderheden over het invoeren van een naam,
zie “Nieuwe naam toevoegen” op pagina 39.
SMS instellen
Telefoonnummer berichtencentrale instellen
(M 4-3-5)
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “SMS” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Instellingen” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om “SMS-C” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Voer het nummer van de centrale in.
Als u voor een bericht naar een internationaal nummer
een landcode wilt invoeren, houd dan P ingedrukt
totdat het teken “+” verschijnt.
6. Druk op .
Geldigheidsduur bericht
Hiermee geeft u aan hoeveel dagen en uren een door u
verzonden bericht onafgeleverd mag blijven.
In deze periode zal de beri chtencentrale steeds probe ren het
bericht bij de ontvanger af te leveren.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “SMS instellen”.
2. Druk op a of b om “Geldigheidsduur” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om de geldigheidsduur te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Type bericht
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “SMS instellen”.
2. Druk op a of b om “Type bericht” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het type bericht te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Berichten83
Page 85
Verbindingstype
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “SMS instellen” op
pagina 83.
2. Druk op a of b om “Verbindingstype” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om het verbindingstype te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Optimalisatie
Wanneer “Aan” (standaard) ingesteld is, worden doublebyte tekens (zoals Europese tekens met een accent)
omgezet in single-byte tekens en verzonden.
Wanneer “Uit” ingesteld is, worden double-byte tekens
verzonden zoals ze worden weergegeven.
Vermeld dient te worden dat u mogelijk dubbel moet
betalen voor double-byte tekens die worden verzonden in
een SMS-berich t wanneer Optimalisatie op “Uit” ingesteld
is.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “SMS instellen” op pagina
83.
2. Druk op a of b om “Optimalisatie” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Aan” of “Uit” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
84Berichten
Cell Broadcast
Ontvangst is mogelijk van Cell Broadcast-berichten of
algemene berichten zoals weerberichten en
verkeersinformatie. Deze informatie wordt verspreid onder
abonnees in bepaalde netwerkgebieden.
Niet alle mobiele netwerken bieden deze dienst. Neem
contact op met uw netwerkoperator voor meer informatie.
Cell Broadcast in/uitschakelen (M 4-7-1)
(M 4-7)
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “Cell Broadcast” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Aan/Uit” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Aan” te selecteren om Cell
Broadcast in te schakelen of “Uit” om Cell Broadcast
uit te schakelen, en druk vervolgens op om uw
keuze te bevestigen.
Page 86
Cell Broadcast-berichten lezen (M 4-7-2)
1. Als u een Cell Broadcast-bericht heeft ontvangen, druk
dan op .
2. Druk op a of b om door het scherm te schuiven zoda t
u het bericht kunt lezen.
3. Als u klaar bent, druk dan op F.
Abonneren op Cell Broadcast
Selecteer de door u gewenste pagina van het Cell
Broadcast-bericht.
(M 4-7-3)
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “Cell Broadcast” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Instellingen” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Info-onderwerpen inst.” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
5. Druk op a of b om “Toevoegen/Verwijderen” te
selecteren, en druk vervolgens op om het kanaal toe
te voegen.
6. Druk op a of b om de gewenste pagina te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
7. Druk op C [Vorige].
Tip
• Als de gewenste pagina niet in de lijst staat die bij stap 6
verschijnt, selecteer dan “Onderwerp instellen” bij stap
5, en voer vervolgens de onderwerpcode in om een
pagina toe te voegen. Neem voor bijzonderheden over de
onderwerpcode contact op met uw netwerkoperator.
Talen instellen
Hiermee kunt u voor het display van de Cell Broadcastberichten een taal instellen.
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Abonneren op Cell
Broadcast”.
2. Druk op a of b om “Taal” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
De huidige taal verschijnt op het scherm.
3. Druk op .
De huidige taal verschijnt op het scherm.
4. Druk op a of b om de taal te selecteren die u wilt
instellen, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
5. Druk op C [Vorige] om af te sluiten.
Berichten85
Page 87
Regio info
Met Regio info verzendt de netwerkoperator informatie
naar abonnees in bepaalde gebieden.
Als u een bericht van Regio info ontvangt, verschijnt het
bericht (netnummer) op het standby-scherm.
Opmerking
• Niet alle mobiele netwerken bieden deze dienst. Neem
contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
Regio info in/uitschakelen
(M 4-8)
1. Druk tijdens standby op A.
2. Druk op a of b om “Regio info” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Aan” of “Uit” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Opmerking
• Als Regio info op “Aan” is ingesteld, neemt de standbytijd af.
86Berichten
Page 88
Vodafone live!
Uw telefoon is al ingesteld voor toegang tot Vodafone live!
en het Internet voor mobiele toepassingen*.
(M 2)
Afgestemd op
Vodafone live! is een nieuwe portal voor mobiele
toepassingen op het Internet die uw poort is naar een nieuwe
wereld van informatie, games, muziek en diensten.
Uw telefoon maakt gebruik van GPRS, een systeem dat
veel sneller is dan de eerdere methoden waarmee mobiele
informatie werd verkregen. Ook is de verbinding ‘altijd
aan’, wat betekent dat u niet hoeft te wachten totdat
verbinding is gemaakt. U betaalt alleen voor de gegevens
die u verzendt of ontvangt, niet voor de duur van uw
verbinding.
* Als u problemen ondervindt met het maken van de
verbinding, neem dan contact op met Vodafone
Customer Support.
Uw telefoon is uitgerust met een WAP-browser waarmee u
kunt surfen op het Internet voor mobiele toepassingen om
bruikbare informatie te bekijken. De pagina’s zijn
gewoonlijk ontworpen voor een mobiele telefoon.
Uw telefoon is al afgestemd op de Vodafone-site voor
WAP/ MMS-instellingen.
De WAP-browser weergeven
1. Druk tijdens standby op C.
De WAP-browser afsluiten
1. Druk op F om de browser af te sluiten.
Vodafone live!87
Page 89
Navigeren door een WAP-pagina
• abcd:
Om de verschillende onderdelen in het
scherm te selecteren.
•:Wordt gebruikt om de optie uit te voeren die
midden in het scherm aan de onderzijde
weergegeven wordt.
• A:Om het optiemenu van de browser te starten.
• C:Om een actie te selecteren die wordt
weergegeven in de rechterbenedenhoek van
het scherm.
Wordt gebruikt om toegang te krijgen tot
“Vodafone live!” door de browser te openen.
• Q (indrukken en ingedrukt houden):
Om naar een URL te gaan.
• G t/m O (indrukken en ingedrukt houden):
Om de bookmark te starten (WAP).
• F:Afsluiten (kort indrukken)
Om de telefoon uit te zetten. (indrukken en
ingedrukt houden)
88Vodafone live!
Browser-menu
Als u met bladeren bent begonnen, kunt u de browseropties bereiken door op A [Opties] te drukken.
Het browser-menu bevat het volgende:
• Selecteren:
Om de link te selecteren die u wilt zien. (“Selecteren”
wordt alleen weergegeven wanneer de link
geaccentueerd is.)
• Homepage:
Om naar de homepages te gaan die u in de WAPinstellingen heeft ingesteld.
• Bookmark toevoegen:
Om in uw lijst met bookmarks de site toe te voegen die
u momenteel bezoekt.
• Bookmarks tonen:
Om uw lijst met bookmarks te bekijken.
•Items opslaan:
Om beelden, ringtones of videoclips in het
telefoongeheugen op te slaan.
• Ga naar URL:
Om de URL op te geven van de site waar u naar toe
wilt gaan.
• Geschiedenis:
Om uw geschiedenislijst te zien.
Page 90
• Doorsturen:
Om naar de volgende URL in de geschiedenislijst te
gaan.
• Pagina verversen:
Om de inhoud van de WAP-pagina te verversen.
• Geavanceerd...:
•URL tonen:
Om de URL te tonen van de site die u momenteel
bezoekt.
• Pagina opslaan:
Om in de lijst met snapshots de pagina op te slaan
die u momenteel bezoekt.
• Snapshots:
Om uw lijst met snapshots te bekijken.
• Postvak IN:
Om uw lijst met WAP-pushberichten te bekijken. U
kunt via WAP-diensten Push-berichten ontvangen.
Dit betekent dat een Internet Service Provider
WAP-inhoud naar uw telefoon verzendt zonder dat
u iets hoeft in te stellen.
• Instellingen.
Omvat “Downloads”, etc.
• Beveiliging:
Om de beveiliging in te stellen.
• Wissen...:
Om geschiedenis, cache, etc., te wissen.
• Nieuwe browsersessie:
Om de browser opnieuw te starten.
Bookmarks
Om een bookmark toe te voegen
1. Druk tijdens het bladeren op A [Opties] om het menu
Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Bookmark toevoegen” te
selecteren, en druk vervolgens op of A [Selecte...]
om uw keuze te bevestigen.
3. Druk op om op te slaan.
Openen van pagina’s waarvan u een bookmark heeft
gemaakt
1. Druk tijdens het bladeren op A [Opties] om het menu
Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Bookmarks tonen” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecte...] om uw
keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om een bookma rkpagina te selecteren
die u wilt openen, en druk vervolgens op om uw
keuze te bevestigen.
Vodafone live!89
Page 91
Bookmarks bewerken
1. Druk tijdens het bladeren op A [Opties] om het menu
Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Bookmarks tonen” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecte...] om uw
keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Meer...” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om ee n bookmarkpagina te selecteren
die u wilt bewerken, en druk vervolgens op A [Opties]
om het menu Opties op te roepen.
5. Druk op a of b om “Details” te selecteren, en druk
vervolgens op of A [Selecte...] om uw keuze te
bevestigen.
6. Bewerk de titel en druk vervolgens op b.
7. Bewerk de URL, en druk vervolgens op b.
8. Druk op a of b om “Opslaan” te selecteren, en druk
vervolgens op om op te slaan.
90Vodafone live!
Bookmarks verwijderen
1. Druk tijdens het bladeren op A [Opties] om het menu
Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Bookmarks tonen” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecte...] om uw
keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Meer...” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om een bookmarkpagina te selecteren
die u wilt verwijderen, en druk vervolgens op A
[Opties] om het menu Opties op te roepen.
5. Druk op a of b om “Verwijderen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecte...] om uw keuze
te bevestigen.
6. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen,
en druk vervolgens op a of b om “OK” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecte...] om de
gegevens te verwijderen.
Page 92
Sneltoetsen maken voor snelle toegang tot
bookmarks van webpagina's
U kunt webpagina's snel oproepen door gebruik te maken
van sneltoetsen. Voer de volgende procedure uit om
sneltoetsen te maken.
1. Druk tijdens het browsen op A [Opties] om het menu
Opties op te roepen.
2. Druk op a of b om “Bookmarks tonen” te selecteren
en druk vervolgens op of A [Selecte...] om uw
keuze te bevestigen.
3. Druk op a of b om “Meer...” te selecteren en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om een bookmarkpagina te selecteren
die u wilt bewerken en druk vervolgens op A [Opties]
om het menu Opties weer te geven.
5. Druk op a of b om “Sneltoetsen” te selecteren en
druk vervolgens op of A [Selecte...] om uw keuze
te bevestigen.
De lijst met sneltoetsen wordt vervolgens weergegeven.
6. Druk op a of b om het nummer te selecteren waaraan
u sneltoetsen wilt toewijzen en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
De lijst met geregistreerde bookmarks wordt
vervolgens weergegeven.
7.
Druk op a of b om de gewenste bookmark te selecteren
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
Vodafone live!91
Page 93
Mijn Telefoon
“Mijn telefoon” in het telefoongeheugen of op de
geheugenkaart bevat verschillende soorten beeld-,
ringtone- en videoclipgegevens. Mijn Telefoon bevat
tevens vaak gebruikte tekstberichtzinnen en vaak bezochte
WAP-pagina’s (adressen) die u kunt gebruiken.
Mijn afbeeldingen
Beheer is mogelijk van foto’s die met een digitale camera
zijn genomen of van afbeeldingen die zijn gedownload
vanaf Internet-sites voor mobiele toepassingen.
:Beelden in PNG-formaat
:Beelden in JPEG-formaat
:e-Animatie bestand (NEVA)
:Beelden in GIF-formaat
:Beelden in BMP-formaat
: Beelden in WBMP-formaat
:Beelden in WPNG-formaat
Opmerking
• In de telefoon is ruimte voor gegevens ter grootte van
ongeveer 6 Mbytes in Mijn afbeeldingen, Mijn games &
meer, Mijn ringtones en Video’s.
92Mijn Telefoon
(M 6)
(M 6-1)
Afbeeldingen weergeven
1. Druk op om het hoofdmenu op te roepen.
2. Druk op a, b, c of d om “Mijn telefoon” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
3. Druk op a of b om “Mijn afbeeldingen” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
4. Druk op a of b om “Telefoongeheugen” of
“Geheugenkaart” te selecteren, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
De lijst met afbeeldingen wordt weergegeven.
5. Druk op a of b om de gewenste bestandsnaam te
selecteren die u wilt bekijken, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
De geselecteerde afbeelding wordt weergegeven.
6. Als u klaar bent, druk dan op C [Vorige] om terug te
keren naar de lijst.
Tip
• De aanduiding van de geheugenlocatie (telefoon: of
geheugenkaart: ) wordt weergegeven, zodat u weet
welk geheugen u gebruikt.
Page 94
Beelden gebruiken als achtergrond
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u als achtergrond wilt gebr uiken, en druk vervolgens op
A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Instellen als achtergrond” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Intern display” of “Extern
display” te selecteren, en druk vervolgens op om
uw keuze te bevestigen.
De geselecteerde afbeelding wordt weergegeven.
5. Druk op a, b, c of d om het gebied op te geven dat
u wilt weergeven, en druk vervolgens op om uw
keuze te bevestigen.
Tip
• Beelden in JPEG-formaat die als achtergrond worden
gebruikt, worden vanwege softwareverwerking in
ongeveer 260 duizend kleuren weergegeven.
Opslaan in de Lijst contacten
U kunt deze optie alleen gebruiken voor foto's die in het
telefoongeheugen zijn opgeslagen.
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt toevoegen aan de Lijst contacten, en druk
vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Toevoegen aan Contact” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
Wanneer u bestaande gegevens van de Lijst
contacten overschrijft
4. Druk op a of b om “Bestaand contactpers.” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
Als de beeldgrootte groter is dan 240 dots breed of 320
dots hoog, druk dan op a, b, c of d om het gebied
op te geven dat u wilt weergeven, en druk vervolgens
op .
5. Druk op a of b om de gegevens te selecteren
waarnaar u wilt opslaan, en druk vervolgens op om
uw keuze te bevestigen.
Wanneer u nieuwe gegevens van de Lijst contacten opslaat
4 Druk op a of b om “Nieuw toevoegen” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze
te bevestigen.
Als de beeldgrootte groter is dan 240 dots breed of 320
dots hoog, druk dan op
te geven dat u wilt weergeven, en druk vervolgens op .
Voor bijzonderheden over het invoeren van een naam,
zie “Nieuwe naam toevoegen” op pagina 39.
a, b, c
of d om het gebied op
Mijn Telefoon93
Page 95
Afbeeldingen bewerken
Afbeeldingen retoucheren
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt retoucheren, en druk vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Beeld bewerken” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Retoucheren” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op a of b om de door u gewenste
retoucheringsoptie te selecteren, en druk vervolgens op
om uw keuze te bevestigen.
De geselecteerde optie wordt bevestigd op het display.
6. Druk op .
Opmerking
• De grootte van afbeeldingen die kan worden
geretoucheerd, is minimaal 52 dots [B] × 52 dots [H] en
maximaal 240 dots [B] × 320 dots [H] of 320 dots [B] ×
240 dots [H].
94Mijn Telefoon
Een kader toevoegen aan afbeeldingen
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren
waaraan u het kader wilt toe voegen, en druk vervolgens
op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Beeld bewerken” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Kader toevoegen” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op a of b om het door u gewenste kaderpatroon
te selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze
te bevestigen.
Het geselecteerde kader wordt bevestigd op het display.
6. Druk op .
Opmerking
• De grootte van afbeeldingen waaraan u een kader kunt
toevoegen is maximaal 240 dots [B] × 320 dots [H] of
320 dots [B] × 240 dots [H].
Page 96
Stempels toevoegen aan afbeeldingen
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren
waaraan u een stempel wilt toevoegen, en druk
vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Beeld bewerken” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Effect toevoegen” te selecteren,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op
het stempelpatroon te selecteren dat u wilt gebruiken,
en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
[Effect], en druk vervolgens op a of b om
A
6. Druk op a, b, c of d om de cursor naar het punt te
verplaatsen waar u een stempel wilt toevoegen.
7. Druk op om de stempel toe te voegen.
Om meer stempels toe te voegen, herhaalt u stap 5 t/m 7.
8. Druk op C [Einde], en druk vervolgens op A [Ja].
Om te annuleren drukt op bij stap 8 op C [Nee].
Opmerking
• De grootte van afbeeldingen waaraan u stempels kunt
toevoegen, is minimaal 24 dots [B] × 24 dots [H] en
maximaal 240 dots [B] × 320 dots [H] of 320 dots [B] ×
240 dots [H].
Afbeeldingen draaien
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt draaien, en druk vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Beeld bewerken” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Draaien” te selecteren, en druk
vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
De afbeelding wordt linksom 90º gedraaid.
Druk opnieuw op A [Draaien] voor nog eens 90º.
5. Druk op .
Opmerking
• De grootte van afbeeldingen die u kunt draaien is
maximaal 240 dots [B] × 320 dots [H] of 320 dots [B] ×
240 dots [H].
Mijn Telefoon95
Page 97
Afbeeldingen kopiëren of verplaatsen
U kunt afbeeldingen kopiëren of verplaatsen tussen het
telefoongeheugen en de geheugenkaart.
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt kopiëren of verplaatsen.
3. Druk op A [Opties] om het menu Opties op te roepen.
4. Druk op a of b om de gewenste optie te selecteren en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
Het menu Opties varieert al naargelang de
geheugenlocatie die gekozen is.
Telefoongeheugen: “Kopiëren naar kaart” of
Geheugenkaart:“Kopiëren naar toestel” of
Afbeeldingsbestand downloaden
“Verplaatsen naar kaart”
“Verplaatsen naar toestel”
(M 6-1-3)
1. Voer stap 1 t/m 3 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om “Meer afbeeldingen” te
selecteren, en druk vervolgens op om uw keuze te
bevestigen.
Op het scherm verschijnt de download-site van het
afbeeldingsbestand.
96Mijn Telefoon
De bestandsnaam wijzigen
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt wijzigen, en druk vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Hernoemen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Voer een nieuwe bestandsnaam in.
Om het laatste teken te corrigeren, drukt u kortstondig
op C [Wissen].
Houd C [Wissen] ingedrukt om alle tekens te wissen.
5. Druk op .
Opmerking
• De volgende tekens kunnen voor een bestandsnaam niet
worden gebruikt:
/, \, :, *, ?, ", <, >, | en . (punt).
(De punt kan worden gebruikt voor beeldbestanden op
de geheugenkaart.)
Page 98
Het formaat van de afbeelding instellen
De afbeeldingen die zijn geregistreerd in het telefoongeheugen of
op de geheugenkaart, kunt u gebruiken op het interne of externe
display, of voor weergave bij een inkomend gesprek, een alarm of
in/uitschakeling van de telefoon.
Als het afbeeldingsformaat wordt gewijzigd, wordt de
gegevensgrootte bijgewerkt.
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt wijzigen, en druk vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Formaat aanpassen” te
selecteren, en druk vervolgens op of A
[Selecteren] om uw keuze te bevestigen.
4.
Druk op a of b om “Intern display”, “Extern display”, “In-/
Uitschakelen”, “Inkomend gesprek” of “Alarm” te selecteren, en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
De geselecteerde afbeelding wordt weergegeven.
5.
Druk op a, b, c of d om het gebied op te geven dat u wilt
weergeven, en druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
6. Druk op om op te slaan.
Om de registratie te annuleren, drukt u bij stap 6 op C [Vorige].
Opmerking
• “Formaat aanpassen” is mogelijk niet beschikbaar. Dit
is afhankelijk van de originele afbeelding of eventuele
auteursrechten.
Berichten verzenden
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt verzenden, en druk vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Bericht maken” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Voer uw bericht in.
Voor bijzonderheden over het maken van een bericht,
zie “Een nieuwe MMS maken” op pagina 66.
Opmerking
• Afbeeldingen met een gedimd pictogra m kunnen niet met
een bericht worden meegestuurd.
Mijn Telefoon97
Page 99
Een afbeelding verwijderen
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt verwijderen, en druk vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Verwijderen” te selecteren, en
druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw keuze
te bevestigen.
4. Druk op a of b om “Eén afbeelding” te selecteren en
druk vervolgens op om uw keuze te bevestigen.
5. Druk op A [Ja].
De geselecteerde afbeelding wordt verwijderd.
Om de verwijdering te annuleren, drukt u bij stap 5 op
C [Nee].
Tip
• Om alle afbeeldingen te verwijderen, drukt u bij stap 4
op a of b om “Alle afbeelding.” te selecteren en druk
vervolgens op .
98Mijn Telefoon
De afbeeldingsinformatie controleren
1. Voer stap 1 t/m 4 uit onder “Afbeeldingen weergeven”
op pagina 92.
2. Druk op a of b om de bestandsnaam te selecteren die
u wilt controleren, en druk vervolgens op A [Opties].
Het menu Opties wordt weergegeven.
3. Druk op a of b om “Afbeeldingdetails” te selecteren,
en druk vervolgens op of A [Selecteren] om uw
keuze te bevestigen.
Het gedetailleerde informatiescherm wordt getoond.
4. Druk op a of b om het scherm te doorlopen.
5. Als u klaar bent, drukt u op C [Vorige].
Page 100
Mijn games & meer
Samen met de meegeleverde toepassing worden
gedownloade toepassingen opgeslagen in Opgeslagen
downloads.
Opmerking
• In Opgeslagen downloads is ruimte voor maximaal 50
toepassingen.
Toepassingen gebruiken
Met deze telefoon kunnen verschillende soorten Vodafonespecifieke toepassingen worden gebruikt.
Om toepassingen te gebruiken, downloadt u eerst de
toepassingen vanaf Internet-sites voor mobiele
toepassingen.
Sommige toepassingen bieden de mogelijkheid om, binnen
een spel of netwerktoepassing, verbinding te maken met
een netwerk.
Opmerking
• Toepassingen kunnen lokaal (geen verbinding) worden
uitgevoerd of gebaseerd zijn op een netwerk (waarbij
gebruik wordt gemaakt van Internet-sites voor mobiele
toepassingen om informatie te updaten/spelletjes te
spelen). Het netwerk brengt u mogelijk meer in rekening
als u netwerktoepassingen gebruikt. Neem contact op
met uw netwerkoperator voor meer informatie.
(M 6-2)
Toepassingen downloaden
Bevestigingsscherm
Voordat u de toepassing downloadt, wordt u gevraagd om
te bevestigen wat u gaat ontvangen.
Nadat u de informatie op het bevestigingsscherm heeft
gecontroleerd, kunt u de toepassing downloaden.
Opmerking
• Op sommige informatieschermen is
gebruikersverificatie vereist voordat de toepassing kan
worden gedownload.
Mijn Telefoon99
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.