Sharp AL-1552, AL-1553, AL-1555 User Manual [nl]

AL-1552 AL-1553
AL-1555
DIGITAAL MULTIFUNCTIONEEL SYSTEEM
GEBRUIKSAANWIJZING
CLASS 1 LASER PRODUCT
LASER KLASSE 1
LUKOAN 1 LASERLAITE
KLASS 1 LASERAPPARAT
LAITTEEN KÄYTTÄMINEN
MUULLA KUIN TÄSSÄ KÄYTTÖOHJEESSA MAINITULLA TAVALLA SAATTAA ALTISTAA KÄYTTÄJÄN TURVALLISUUSLUOKAN 1 YLITTÄVÄLLE NÄKYMÄTTÖMÄLLE LASERSÄTEILYLLE.
CAUTION
Laserstrahl
VORSICHT ADVARSEL
OM APPARATEN ANVÄNDS PÅ ANNAT SÄTT ÄN I DENNA BRUKSANVISNING SPECIFICERATS, KAN ANVÄNDAREN UTSÄTTAS FÖR OSYNLIG LASERSTRÅLNING, SOM ÖVERSKRIDER GRÄNSEN FÖR LASERKLASS 1.
INVISIBLE LASER RADIATION WHEN OPEN AND INTERLOCKS DEFEATED. AVOID EXPOSURE TO BEAM.
UNSICHTBARE LASERSTRAHLUNG WENN ABDECKUNG GEÖFFNET UND SICHERHEITSVERRIEGELUNG ÜBERERÜCKT. NICHT DEM STRAHL AUSSETZEN.
USYNLIG LASERSTRÅLING VED ÅBNING, NÅR SIKKERHEDSAFBRYDERE ER UDE AF FUNKTION. UNDGA UDSAETTELSE FOR STRÅLING.
ADVERSEL VARNING VARO!
VARNING
USYNLIG LASERSTRÅLING NÅR DEKSEL ÅPNES OG SIKKERHEDSLÅS BRYTES. UNNGÅ EKSPONERING FOR STRÅLEN.
OSYNLIG LASERSTRÅLNING NÄR DENNA DEL ÄR ÖPPNAD OCH SPÄRRAR ÄR URKOPPLADE. STRÅLEN ÄR FARLIG. BETRAKTA EJ STRÅLEN.
AVATTAESSA JA SUOJALUKITUS OHITETTAESSA OLET ALTTIINA NÄKYMÄTÖNTÄ LASERSÄTEILYLLE. ÄLÄ KATSO SÄTEESEEN.
Let op
Dit produkt bevat een laagvermogen laser­inrichting. Om veiligheidsredenen moen geen onderdelen worden gedemonteerd om toegang te verkrijgen tot het inwendige van hetapparaat. Laat alle reparatiewerk­zaamheden over aan de vakman.
CLASS 1
LASER PRODUCT
LASER KLASSE 1
WAARSCHUWINGEN
Waarschuwingsetiket op het apparaat
Het etiket ( ) in de heater-eenheid van het apparaat geeft het volgende aan:
: Attentie, gevaar : Attentie, heet oppervlak
Attentie bij het gebruik
Volg de attenties op bij de toepassing van dit apparaat.
Waarschuwing:
• Het gebied van de heater is heet. Wees voorzichtig in dit gebied bij het verwijderen van vastgelopen papier.
• Kijk niet direct in een lichtbron. Anders kunt u uw ogen beschadigen.
• Zet het apparaat niet snel na elkaar aan en uit. Wacht 10 tot 15 seconden na het uitschakelen van het apparaat voordat u het weer inschakelt.
• Schakel de stroom van het kopieerapparaat uit voordat u vervangstukken installeert.
Attentie:
• Plaats het apparaat op een stevige vlakke ondergrond.
• Installeer het apparaat niet op een vochtige of stoffige plaats.
• Wanneer het kopieerapparaat langdurig niet wordt gebruikt, bijv. tijdens de vakantie, dient u de aan/-uitschakelaar uit te zetten en de stekker uit het stopcontact te trekken.
• Wanneer u het kopieerapparaat verplaatst, dient u de aan-/uitschakelaar uit te zetten en de stekker uit het stopcontact te trekken.
• Bedek het apparaat niet met een stofkap, kleed of plasticfolie terwijl de stroom ingeschakeld is. Anders wordt de warmte-uitstraling verhindert, waardoor het apparaat beschadigd kan worden.
• Het gebruik van besturingen of het uitvoeren van andere procedures dan hier beschreven kan een schadelijke blootstelling aan straling ten gevolg hebben.
• De AC contactdoos moet in de nabijheid van het apparaat geïnstalleerd zijn en eenvoudig toegankelijk zijn.
Belangrijke punten bij de keuze van een opstellingsplaats
Installeer de kopieermachine niet op plaatsen die:
• vochtig, nat of erg stoffig zijn
• aan direct zonlicht worden blootgesteld
• slecht geventileerd zijn
• onderhevig zijn aan extreme temperatuurwisselingen of veranderingen in de luchtvochtigheid bijv. in de nabijheid van de airconditioning of verwarming.
Laat voldoende ruimte open rond de kopieermachine voor onderhoud en behoorlijke ventilatie.
10 cm
20 cm
10 cm
1
Attenties m.b.t. de handhaving
Wees voorzichtig bij de omgang met het apparaat om het prestatievermogen van dit apparaat te behouden.
Laat het apparaat niet vallen, stel het niet bloot aan schokken en stoot het niet tegen andere voorwerpen aan.
Stel de drumpatroon niet bloot aan direct zonlicht.
• Hierdoor kan het oppervlak (groene gedeelte) van de drumpatroon beschadigd worden waardoor er vlekken op de kopieën komen.
Bewaar reservevoorraden zoals drumpatronen en tonerpatronen in hun verpakking in een donkere omgeving.
• Wanneer deze aan direct zonlicht worden blootgesteld, kunnen er vlekken op de kopieën komen.
Raak het oppervlak van het drumpatroon (groene gedeelte) niet met de hand aan.
• Hierdoor kan het oppervlak van de patroon beschadigd worden waardoor er vlekken op de kopieën komen.
Attentie bij laser
Golflengte 770 nm 795 nm Impulstijden 11.82 µs / 7 mm Uitgangsvermogen
0.17 mW ± 0.01 mW
Informatie over handelsmerken
• Microsoft en Windows zijn handelsmerken van Microsoft Corporation in de U.S.A. en andere landen.
• IBM en PC/AT zijn handelsmerken van de International Business Machines Corporation.
• Adobe en Acrobat zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated.
• Alle andere handelsmerken en copyrights zijn het eigendom van de respectievelijke eigenaars.
Producten welke de ENERGY STAR® ontworpen voor een superieure energie efficiëntie.
Bij de modellen voor sommige landen zijn de posities van de netschakelaar (POWER) aangegeven met “I” en “O” in plaats van “ON” en “OFF”. Het “O” symbool bij de netschakelaar betekent dat het kopieerapparaat standby staat en niet volledig van het lichtnet is losgekoppeld. Indien de netschakelaar van deze opschriften is voorzien, dient u “I” voor “ON” en “O” voor “OFF” te lezen.
LET OP: Trek de stekker uit het stopcontact om het kopieerapparaat volledig van het lichtnet los te koppelen. De AC contactdoos moet in de nabijheid van de apparatuur geïnstalleerd zijn en eenvoudig toegankelijk zijn.
hebben verdiend, zijn
2

INHOUDSOPGAVE

1 INTRODUCTIE
HET GEBRUIK VAN DE
HANDBOEKEN.............................. 4
NAMEN VAN DE ONDERDELEN.. 5
BEDIENINGSPANEEL................... 6
2
INSTALLATIE VAN HET APPARAAT
INSTALLATIEPROCEDURE .......... 7
CONTROLE VAN DE VERPAKKING-
SINHOUD EN ACCESSOIRES........ 8
HET APPARAAT VOOR HET
PLAATSEN VOORBEREIDEN .....8
PLAATSEN VAN DE
TONERPATROON........................10
AANSLUITEN VAN HET NET
SNOER........................................12
3 HET LADEN VAN PAPIER
PAPIER........................................14
HET LADEN VAN DE PAPIERLADE15 HANDINVOER
(inclusief speciaal papier) ............17
4
HET INSTALLEREN VAN DE SOFTWARE
SOFTWARE VOOR DE SHARP
PERSONAL MFP SERIE.............19
HARDWARE EN SOFTWARE
EISEN..........................................20
VOOR DE INSTALLATIE.............. 20
HET INSTALLEREN VAN DE
SOFTWARE.................................22
INDICATIES OP HET
BEDIENINGSPANEEL................. 32
HET GEBRUIK VAN DE
PRINTERFUNCTIE......................33
HET GEBRUIK VAN DE
SCANNERFUNCTIE....................35
HET GEBRUIK VAN HET ONLINE
HANDBOEK.................................43
HET GEBRUIK VAN ANDERE GEïNSTALLEERDE
BESTURINGEN........................... 44
HET AANSLUITEN
VAN DE INTERFACEKABEL....... 45
5 HET KOPIËREN
CONTINU KOPIËREN ...................46
HET PLAATSEN VAN DE
ORIGINELEN...............................47
INSTELLEN VAN DE
KOPIEERHOEVEELHEID............49
AFSTELLEN BELICHTING/
FOTOKOPIËREN.........................49
VERKLEINEN/VERGROTEN/ZOOM51 HET SELECTEREN VAN DE LADE
(AL-1553, AL-1555) ...................51
6 SPECIALE FUNCTIES
TWEEZIJDIG KOPIEREN............52
BESCHRIJVING VAN DE
SPECIALE FUNCTIES ................54
TONERSPAARFUNCTIE .............54
GEBRUIKERSPROGRAMMA’S ..55 WEERGEVEN VAN HET TOTAAL
AANTAL KOPIEËN.......................56
7 ONDERHOUD
HET VERVANGEN VAN DE
TONERPATROON........................57
HET VERVANGEN VAN DE
DRUMPATROON..........................58
REINIGING VAN HET APPARAAT... 59
8
HET OPSPOREN VAN FOUTEN
OPSPOREN VAN FOUTEN.......61
STATUS INDICATIES...................62
PAPIERSTORING VERHELPEN .63
9 APPENDIX
SPECIFICATIES .........................68
VOORRADEN EN OPTIES..........70
VERPLAATSEN EN OPSLAAN
VAN HET APPARAAT ..................71
INDEX ..........................................72
SOFTWARE LICENTIE................75
1 2 3 4 5 6 7 8 9
3
1
Dit hoofdstuk bevat basisinformatie voor de toepassing van het apparaat.

INTRODUCTIE

HET GEBRUIK VAN DE HANDBOEKEN
Naast dit printerhandboek wordt ook een online handboek geleverd. Om van alle eigenschappen te kunnen profiteren dient u zich eerst vertrouwd te maken met beide handboeken. Dit geprinte handboek bevat alle informatie over het plaatsen en installeren van het apparaat alsmede instructies voor het gebruik van alle kopieerfuncties. Het online handboek bevat de volgende informatie.
Online handboek
Levert informatie over het maken van keuze-instellingen en het opsporen van problemen. Raadpleeg het online handboek wanneer u dit apparaat gebruikt nadat de eerste installatie werd voltooid.
Het gebruik van het online handboek
Verklaart het gebruik van het online handboek
Printen
Biedt informatie over het printen van een document.
Scannen
Verklaart het gebruik van de scannerbesturing en het afstellen van de instellingen voor de Toetsmanager.
Het opsporen van problemen
Geeft aanwijzingen voor het oplossen van besturing- of softwareproblemen.
Begrippen die in dit handboek en het online handboek worden gebruikt
• In deze gebruiksaanwijzing wordt de werking van de modellen AL-1552, AL-1553 en AL­1555 toegelicht. Wanneer de werking hetzelfde is wordt gebruik gemaakt van de AL-1555.
• De illustraties van besturingschermen en andere computerschermen tonen de schermen van de Windows XP Home Edition. Sommige namen die in deze schermen verschijnen kunnen iets afwijken van de schermen die in andere bedrijfssystemen verschijnen.
• In dit handboek wordt over de Toevoer van enkele bladen als “SPF” gesproken en over de Toevoer van enkele bladen en omkeerfunctie als “RSPF”.
• In dit handboek worden de volgende iconen gebruikt om de gebruiker informatie te verstrekken die voor het gebruik van het apparaat nodig zijn.
Wanneer de inhoud van deze waarschuwing niet correct wordt
Waarschuwing
Attentie
Opmerking
opgevolgd kan letsel van de gebruiker het gevolg zijn.
Wanneer de inhoud van deze attentie niet correct wordt opgevolgd kan het kopieerapparaat of een van de onderdelen ervan beschadigd worden.
Opmerkingen bieden aanvullende informatie m.b.t. de specificaties, functies, prestatievermogen, bediening van het kopieerapparaat enz
Duid een letter aan die in het display wordt weergegeven.
4
NAMEN VAN DE ONDERDELEN
SPF (AL-1553) RSPF (AL-1555)
Origineel uitvoerlade
Documentdeksel (AL-1552)
Deksel voedingswals
Origineel uitvoergedeelte
SPF (AL-1553) RSPF (AL-1555) scangebied
1
2
3
4
Origineel invoerlade
5
6 7
Handinvoerlade
Papierlade 2 (AL-1555)
Handinvoer voor
(AL-1553, AL-1555)
Tonerpatroon Drumpatroon
afzonderlijke bladen (AL-1552)
7
1
Interface
USB Interface
parallel Interface
8 9
10 11
12
5
Glasplaat
1
Bedieningspaneel
2
Frontdeksel
3
Papierlade
4
Zijklep
5
Opentoets voor zijklep
6
Handinvoer papiergeleiders
7
Papier uitvoerlade
8
Verlengstuk papier uitvoerlade
9
13
3
Aan-/uitschakelaar
10
Handgreep
11
Netsnoer contactdoos
12
Ontgrendelingshefboom heater-
13
eenheid Corona-eenheid
14
Reiniger voor corona-bedrading
15
14
15
5
BEDIENINGSPANEEL
Origineel naar kopie toets en indicaties
1
Belichtingsmodus selectietoets en
2
indicaties
Wordt gebruikt om achtereenvolgens de volgende belichtingsmodi te selecteren: AUTO, MANUEEL of FOTO. De geselecteerde modus wordt door een brandende indicatie aangeduid. (P.49)
Licht en donkertoetsen en indicaties
3
Wordt gebruikt om het MANUEEL of FOTO belichtingsniveau af te stellen. Het geselecteerde belichtingsniveau wordt door een brandende indicatie aangeduid. (P.49) Wordt gebruikt om een gebruikersprogramma instelling te starten en te beëindigen. (P.55)
Alarm indicaties
4
Drum patroon vervangen vereist indicatie (P.58)
Papierstoring indicatie (P.63)
Toner vereist indicatie (P.57)
SPF indicatie (P.48) (AL-1553)
5
RSPF indicatie (P.48) (AL-1555) SPF papierstoringindicatie (P.66) (AL-1553)
6
RSPF papierstoringindicatie (P.66) (AL-1555) Kopieerpercentage selectietoets en
7
indicaties
Gebruik deze toets om het vooraf ingestelde verkleining- c.q. vergrotingpercentage te selecteren. Het geselecteerde kopieerpercentage wordt door een brandende indicatie aangeduid. (P.51)
Tweezijdige kopieën van enkelzijdige originelen. Draai naar lange zijde of draai naar korte zijde kan geselecteerd worden.
Tweezijdige kopieën van tweezijdige originelen. (Kan geselecteerd worden wanneer de RSPF wordt gebruikt). (AL-1555)
Enkelzijdige kopieën van tweezijdige originelen. (Kan alleen geselecteerd worden wanneer de RSPF wordt gebruikt). (AL-1555)
AL-1555
141
86 70
A5
A4
A4
B5
A4
A5
Kopieerpercentage display (%) toets (P.51)
8
Display
9
Geeft het gespecificeerde kopieerpercentage, zoompercentage, code van het gebruikersprogramma en foutcode weer.
SCANNER toets en indicatie
10
(P.32, P.39) ON LINE toets en indicatie (P.32)
11
Gaat branden wanneer het apparaat als printer en scanner wordt gebruikt. Voor een beschrijving van de ON LINE indicatie, zie "INDICATIES OP HET BEDIENINGSPANEEL" (P.32).
Stroomspaarstand indicatie
12
Gaat branden wanneer het apparaat in een stroomspaarfunctie is. (P.54, P.55)
Indicatie locatie papierinvoer
13
Gaat branden om de geselecteerde papier invoerlade te tonen.
Ladeselectie toets (AL-1553, AL-1555)
14
Wordt gebruikt om een papierlade te selecteren (papierlade of handinvoer voor meerdere bladen). (P.51)
Zoom toetsen en indicatie
15
Gebruik deze toetsen om verkleining- of vergrotingpercentages tussen 25 en 400% in te kunnen voeren in stappen van 1%. (P.51)
Kopieerhoeveelheid toetsen
16
• Gebruik deze om de gewenste kopieerhoeveelheid te selecteren (1 tot 99). (P.49)
• Gebruik deze toets om ingaven in een gebruikersprogramma te maken. (P.55)
Wistoets
17
• Indrukken om het display te wissen of indrukken tijdens een kopieerproces om dit proces te beëindigen. (P.49)
• Ingedrukt houden tijdens stand-by om het aantal tot nu toe gemaakte kopieën weer te geen.(P.56)
Start toets en indicatie
18
• Wanneer deze indicatie aan is, kan er gekopieerd worden.
• Indrukken om met kopiëren te beginnen.
• Gebruik deze toets om een gebruikersprogramma in te stellen. (P.55)
6
2

INSTALLATIE VAN HET APPARAAT

Volg de onderstaande installatieprocedure op om het apparaat correct te kunnen gebruiken
Wanneer het apparaat tijdens de installatie of het gebruik niet correct
Opmerking
functioneert, of wanneer er een functie niet kan worden gebruikt, zie "OPSPOREN VAN FOUTEN IN HET APPARAAT" (P.61).
INSTALLATIEPROCEDURE
Voor het eerste gebruik dient u het apparaat volgens de onderstaande procedure te installeren.
1
Open de verpakking en controleer of alle accessoires bij het apparaat werden geleverd. (P.8)
2 Verwijder het beschermmateriaal. (P.9)
3 Installeer de tonerpatroon. (P.10)
2
4 Laad het papier in de papierlade (P.15) of in de
handinvoerlade*
5
Steek het bijgevoegde netsnoer in de contactdoos aan de achterzijde van het apparaat.
6
Steek het andere einde van het netsnoer in de dichtstbijzijnde contactdoos (P.12).
7 Installeer de software.*2(P.19).
8 Sluit het interface kabel*2 (P.45) aan en schakel het apparaat
P
.12).
in (
9 Nu kunt u uw document kopieren (P.46), printen (P.33), of
scannen (P.35).
1
*
De handinvoer voor meerdere bladen is alleen inbegrepen bij de AL-1553 en AL-1555.
*2Indien u het apparaat uitsluitend voor het kopiëren gebruikt, kunt u deze stap
overslaan.
1
(P.17).
7
CONTROLE VAN DE VERPAKKINGSINHOUD EN ACCESSOIRES
Open de doos en controleer of de volgende onderdelen en accessoires aanwezig zijn. Indien er een onderdeel ontbreekt of beschadigd is, neem dan contact op met een erkende SHARP vertegenwoordiging.
Gebruiksaanwijzing
AL-1552 AL-1553
AL-1555
Software CD-ROM
Drumpatroon
(geinstalleerd in apparaat)
Tonerpatroon
HET APPARAAT VOOR HET PLAATSEN VOORBEREIDEN
Pak het apparaat aan beide
1
handgrepen aan de zijkanten van het apparaat vast tijdens het uitpakken en wanneer u het apparaat naar de opstellingsplaats transporteert.
8
Verwijder alle stukken plakband volgens de onderstaande
2
afbeelding. Open vervolgens het documentdeksel/SPF/RSPF en verwijder het beschermmateriaal. Hierna neemt u de zak met het netsnoer en de tonerpatroon eruit.
(alleen AL-1555)
(AL-1555)
2
AL-1552
AL-1552
Maak de ontgrendelingsschakelaar van de scankop los.
3
De ontgrendelingsschakelaar van de scankop bevindt zich onder de glasplaat. Als de schakelaar is vergrendeld ( ), werkt het apparaat niet. Ontgrendel de schakelaar ( ) zoals hieronder afgebeeld.
Hier beetpakken en in pijlrichting draaien.
AL-1553, AL-1555
AL-1553, AL-1555
Vergrendelen
Ontgrendelen
9
PLAATSEN VAN DE TONERPATROON
Open de handinvoerlade
1
(AL-155, AL-1555, P.17), en vervolgens de zijklep.
Druk zachtjes aan beide kanten
2
van het frontdeksel om deze te openen.
Neem de tonerpatroon uit de zak. Houd de patroon aan beide
3
kanten vast en schud deze vier tot vijf keer heen en weer. Houd de strip van de beschermafdekking vast en trek de strip naar u toe om het deksel te verwijderen.
10
4 tot 5 keer
Voer de tonerpatroon
4
voorzichtig in totdat deze op zijn plaats vastklikt.
Sluit het frontdeksel en
5
vervolgens de zijklep door op de ronde uitsteeksels bij de opentoetsen voor de zijkleppen te drukken.
Bij het sluiten van de deksel
Attentie
dient u eerst het frontdeksel zorgvuldig te sluiten en vervolgens de zijkleppen. Wanneer de kleppen in de verkeerde volgorde worden gesloten, kunnen zij beschadigd worden.
2
11
AANSLUITEN VAN HET NETSNOER
Wanneer u het apparaat in een ander land gebruikt als waar hij werd
Attentie
Attentie
Stroom inschakelen
Controleer of de aan-/uitschakelaar op de UIT positie staat. Steek het andere einde van het netsnoer in het dichtstbijzijnde stopcontact. Zet de aan-/uitschakelaar aan d elinkerkant van het apparaat op AAN. De bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat branden net als de andere indicaties die de oorspronkelijke instellingen op het bedieningspaneel aantonen om de bedrijfsklare positie aan te geven. Voor e oorspronkelijke instellingen zie “De oorspronkelijke instellingen op het bedieningspaneel” op de volgende pagina.
gekocht, dient u te controleren of de plaatselijke netspanning overeenkomt met uw model. Wanneer u destekker van het apparaat in een niet overeenkomende netspanning steekt, kan er onherstelbare schade aan het apparaat ontstaan.
Controleer of de aan-/
1
uitschakelaar op de UIT positie staat. Steek het bijgevoegde netsnoer in de contactdoos aan de achterzijde van het apparaat.
Steek het andere einde van het netsnoer in het dichtstbijzijnde
2
stopcontact.
Steek het netsnoer alleen in een goed geaarde wandcontactdoos. Gebruik geen verlengsnoeren of stopcontactlijsten.
12
Opmerking
Het apparaat gaat in de stroomspaarstand na een vooraf ingestelde tijd nadat de laatste bewerking werd gemaakt. De instellingen van de stroomspaarstand kunnen worden veranderd. Zie "GEBRUIKERSPROGRAMMA’S" (P.55).
Het apparaat gaat weer in de oorspronkelijke instelling na een vooraf ingestelde tijd nadat de laatste kopie, of scanjob printbewerking werd gemaakt. De vooraf ingestelde tijd (automatische wistijd) kan worden veranderd. Zie "GEBRUIKERSPROGRAMMA’S" (P.55).
De scankop
De scankop lamp blijft constant aan wanneer het apparaat in de bedrijfsklare positie staat (wanneer de bedrijfsklaar indicatie verlicht is). Het apparaat stelt de scankop lamp af en toe in om de kopieerkwaliteit te behouden. Op dat moment beweegt de scankop automatisch. Dit is normaal en betekent geen storing van het apparaat.
Oorspronkelijke instellingen van het bedieningspaneel
Het apparaat past de oorspronkelijke instellingen toe wanneer het apparaat wordt aangezet of wanneer “automatische wistijd” (P.55) is afgelopen nadat een kopie werd gemaakt of wanneer de wis ( ) toets tweemaal werd ingedrukt. De oorspronkelijke instellingen van het bedieningspaneel worden onderstaand afgebeeld.
AL-1555
A5
A4
141
A4
B5
86
A4
A5
70
"0" wordt in het display weergegeven.
Wanneer het kopiëren in deze toestand begint, worden de instellingen in de volgende tabel gebruikt.
2
Kopieerhoeveelheid 1 kopie Afstelling belichting AUTO Zoom 100% Lade Papierlade
Stroom uitschakelmethodes
Wanneer het apparaat een bepaalde tijd niet wordt gebruikt zal het apparaat automatisch in de automatische stroomuitschakelstand (P.55) gaan omhet energiegebruik te reduceren. Wanneer het apparaat lange tijd niet meer wordt gebruikt, dient u de aan-/uitschakelaar uit te schakelen en de stekker uit eht stopcontact te trekken.
13
3
HET LADEN VAN PAPIER
Volg de onderstaande stappen op om papier te laden.
PAPIER
Voor de beste resultaten alleen SHARP papier gebruiken.
Soort
papiertoevoer
Papierlade Standaardpapier A4
Handinvoer voor enkele/ Meerdere bladen
* Gebruik geen enveloppen met een ander formaat dan standaard, metalen
klemmen, plastic klemmen, met touwsluiting, venster, voering, zelfplakkende enveloppen, met opgeplakte stukken of van synthetisch materiaal. Gebruik geen enveloppen die met lucht zijn gevuld of waaraan etiketten of zegels zijn bevestigd Deze kunnen het apparaat beschadigen.
** Voor papier met een gewicht van 104g/m
dat door de handmatige toevoer kan worden toegevoerd.
• Speciaal papier zoals transparante folie en etiketten moeten één voor één via de handmatige invoer worden ingevoerd.
Soort papier Formaat Gewicht
56g/m
Standaard papier en dik papier
Speciaal papier
Transparante folie
Envelop* International DL
A5 B5 Brief Zakenbrief Rekening
A4 A5 A6 B5 B6 Brief** Zakenbrief Rekening
A4 Brief
International C5 Zakelijk 10 Monarch
2
tot 128g/m2 is A4 het maximum formaat
80g/m
52g/m 128g/m2**
2 2
2
tot
tot
14
HET LADEN VAN DE PAPIERLADE
Til het handvat van de papierlade
1
omhoog en trek de papierlade zo ver mogelijk naar buiten.
Verwijder de vergrendeling van de aandrukplaat. Draai de
2
vergrendeling van de aandrukplaat in pijlrichting om deze te verwijderen terwijl u de aandrukplaat omlaag drukt.
Bewaar de drukplaat die werd verwijderd in stap 2. Om e
3
drukplaatvergrendling te bewaren dient u de vergrendeling te draaien om deze op de gewenste plaats te fixeren.
Drukplaatvergrendeling
3
Stel de papiergeleiders van de papierlade in op de breedte en
4
lengte van het kopieerpapier. Knijp de hefboom van de papiergeleider in en pas de geleider aan de breedte van het papier aan. Beweeg de papiergeleider naar de betreffende gleuf zoals op de lade is gemarkeerd.
Papiergeleider B
A
B
Papiergeleider A
15
Waaier het papier en plaatshet in de lade. Zorg ervoor dat de
5
randen onder de hoeken zitten.
Laad het papier niet boven de maximumhoogte markering ( ). Het
Opmerking
Opmerking
overschrijden van de markering heeft papierstoring ten gevolg.
Schuif de papierlade weer voorzichtig in het apparaat.
6
Na het laden van het papier kunt u de knipperende annuleren
zonder het kopiëren opnieuw te starten, druk op de wis ( ) toets. De
in het display gaat uit en de bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat
branden.
Zorg dat het papier vrij is van scheuren, stof, kreukels en omgekrulde
of gevouwen hoeken.
Controleer of het papier in de papierstapel van het zelfde soort en
formaat is.
Zorg bij het laden van papier, dat er geen ruimte tussen het papier en
de papiergeleider is en dat de papiergeleider niet te nauw is ingesteld zodat het papier niet buigt. Anders zullen er papierstoringen ontstaan.
Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt, dient u het papier uit
het apparaat te verwijderen en op een droge plaats te bewaren. Indien er langere tijd papier in het apparaat blijft, zal dit vocht uit de lucht opnemen, waardoor er papierstoringen ontstaan.
Wanneer u nieuw papier in de papierlade vult, dient u het oude papier
te verwijderen. Indien u nieuw papier op het oude papier plaatst kunnen er meerdere bladen tegelijkertijd worden ingetrokken.
16
HANDINVOER (inclusief speciaal papier)
De handinvoer voor meerdere bladen (AL-1553, AL-1555) of de handinvoer voor
afzonderlijke bladen (AL-1552) kan worden gebruikt voor de toevoer van standaardpapier, transparante folie, etiketten, enveloppen en ander speciaal papier. Papier met een formaat van A6 tot A4 en een gewicht tussen 52g/m kan in deze lade worden gebruikt. (Voor papier met een gewicht van 104g/m
2
128g/m
, is A4 het maximum formaat.).
De handinvoerlade (AL-1553, AL-1555) kan maximaal 50 bladen papier
bevatten. (De capaciteit is afhankelijk van het soort papier) De handinvoer
Opmerking
voor enkele bladen (AL-1552) kan een blad papier bevatten.
Het originele beeld moet kleiner zijn dan het papier of kopieerpapier. Indien het originele beeld groter is dan het papier kunnen er vegen op de hoeken van de kopieën ontstaan.
2
tot 128g/m2
2
tot
Handinvoer voor meerdere bladen (AL-1553, AL-1555)
Open de handinvoer lade en verleng deze.
1
Om de hand invoerlade te sluiten voert u stap 1
Opmerking
Stel de papiergeleiders in op de breedte van het papier. Plaats het
2
papier (met de geprinte zijde omlaag) helemaal in de handinvoer lade.
Opmerking
en vervolgens stap 2 in de afbeelding uit en drukt u op de ronde uitsteeksels aan de rechterkant van de lade tot deze ineenklikken.
Printzijde
Het papier moet met de smalle kant in de invoersleuf worden gestoken.
Speciaal papier zoals transparante folie, etiketten en enveloppen moeten één voor één via de handinvoer worden ingevoerd.
Bij het kopiëren op transparante film dient u elke kopie direct te verwijderen. Laat de kopieën niet opstapelen.
3
Druk de ladeselectie ( ) toets in om de handinvoer lade te selecteren.
3
17
Handinvoer voor enkele bladen (AL-1552)
Wanner u een blad papier in de handinvoer invoert, nadat er meerdere kopieën werden ingesteld in de kopieerhoeveelheid instelling (P.49), zal de
Opmerking
1
2
kopieerhoeveelheid wisselen in "0" en wordt er slechts een kopie gemaakt.
Bij het kopiëren op transparante film dient u elke kopie direct te
verwijderen. Laat de kopieën niet opstapelen.
Selecteer de kopieerinstellingen voor u met kopiëren begint.
Voor informatie over de kopieerinstellingen, zie "HET MAKEN VAN KOPIEEN" (P.46)“. Voor informatie over de printinstellingen zie het online handboek of het helpbestand voor de printerbesturing en begin vervolgens te printen via de handinvoer.
Stel de papiergeleiders in op de breedte van het papier. Voer een blad kopieer- of printpapier in (geprinte zijde omlaag) de invoersleuf van de handinvoer.
Het gebruik van de kopieerfunctie
Wanneer u het papier invoert, trekt het apparaat het automatisch naar binnen en begint te kopiëren.
Het gebruik van de printerfunctie
Nadat in het display verschijnt dient u te wachten tot de indicatie voor de locatie van de papierinvoer voor de handinvoer gaat branden en kunt u vervolgens het papier invoeren. Het apparaat rrekt het papier automatisch naar binnen en begint te printen.
Printzijde
(AL-1552)
18
Opmerking voor het laden van enveloppen
• Enveloppen moet en één voor één met de smalle zijde in de invoersleuf worden ingevoerd.
• Gebruik geen enveloppen met een ander formaat dan standaard, metalen klemmen, plastic klemmen, met touwsluiting, venster, voering, zelfplakkende enveloppen, met opgeplakte stukken of van synthetisch materiaal. Gebruik geen enveloppen die met lucht zijn gevuld of waaraan etiketten of zegels zijn bevestigd.
• Enveloppen waarvan het oppervlak niet vlak is omdat door het reliëf de afdrukken/ kopieën verontreinigd kunnen worden.
• Bij hoge luchtvochtigheid en temperatuur kan de lijm op de flappen van de enveloppen kleverig worden zodat de enveloppen bij het printen/kopiëren kunnen dichtplakken.
• Gebruik alleen vlakke, scherp gevouwen enveloppen. Omgekrulde of slecht gevormde enveloppen kunnen niet goed worden beprint/gekopieerd of kunnen papierstoringen veroorzaken.
• Selecteer alleen Com10, DL, C5 of Monarch in de papierformaat instelling van de printerbesturing. (Voor nadere informatie over de printerbesturing, zie het online handboek).
• Er wordt aanbevolen dat u een testkopie/testafdruk maakt voor u de actuele print-/ kopieerbewerking uitvoert.
4

HET INSTALLEREN VAN DE SOFTWARE

In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de software installeert waardoor de AL­1552, AL-1553 en AL-1555 als printer en scanner kunnen worden gebruikt alsmede de procedures fvoor eht gebruik van de printer- and scannerfuncties. De volgende begrippen worden in dit hoofdstuk gebruikt.
CD-ROM
Betekent de meegeleverde CD-ROM bij de SHARP Personal MFP serie software.
SOFTWARE VOOR DE SHARP PERSONAL MFP SERIE
De meegeleverde CD-ROM bevat software voor dit apparaat.
MFP besturing
Scanner besturing
Maakt het mogelijk om de scanfunctie van dit apparaat te bedienen met de TWAIN-compliant en WIA-compliant applicatie.
Printer besturing
Hiermee kunt u de printerfunctie van dit apparaat met uw computer gebruiken.
Afdrukstatus
De printstatus en informatie over het actuele printproces worden in het status monitor venster weergegeven.
Sharpdesk
Een geïntegreerde softwareomgeving die het eenvoudig maakt om document- en beeldbestanden te beheren en applicaties in gebruik te nemen.
Toetsmanager
Door de Toetsmanager kan de SCANNER ( ) toets op het apparaat in gebruik worden genomen.
4
Opmerking
De scanfunctie is alleen beschikbaar bij Windows 98/Me/2000/XP via een USB verbinding. Voor gebruikers met Windows 95/NT 4.0 of die een parallelle verbinding gebruiken, is alleen de printfunctie beschikbaar.
19
HARDWARE EN SOFTWARE EISEN
Check de volgende hardware en software eisen voor het installeren van de software.
Computer type IBM PC/AT of compatibele computer uitgerust met een
USB1.1*
2
Bedrijfssysteem*
Windows 95, Windows 98, Windows Me, Windows NT Workstation
4.0 (ServicePack 5 of later)* Windows XP Professional*
1
of bi-directioneel parallel interface (IEEE 1284)
3
, Windows 2000 Professional*3,
3
, Windows XP Home Edition*3 Display 800 x 600dots (SVGA) display met 256 kleuren (of beter) Vrije ruimte harde
150MB of meer
schijf Andere vereisten
voor hardware
*1Compatibel met Windows 98, Windows Me, Windows 2000 Professional, Windows XP Professional
or Windows XP Home Edition vooraf geïnstalleerd met USB interface als standaard uitgerust. *2Printen is niet beschikbaar in de MS-DOS modus. *3De vergunning van de beheerder is nodig om deze software via deze installatie te installeren.
Een omgeving waarin het bovengenoemde bedrijfssysteem volledig kan functioneren
VOOR DE INSTALLATIE
De volgende tabel toont de besturingen en de software die voor iedere versie van Windows geïnstalleerd kunnen worden alsmede de interface aansluiting.
MFP besturing
Printer
besturing/
Scannerbesturing
Afdrukstatus
Gebruikers van Windows 98/Me/2000/ XP die de USB interface
Beschikbaar Beschikbaar Beschikbaar
aansluiting gebruiken Gebruikers van Windows 98/Me/2000/ XP die de parallelle
interface aansluiting gebruiken
Beschikbaar*
1
Niet
beschikbaar
Windows 95/NT 4.0 gebruikers
*1Wanneer het apparaat via de parallelle poort is aangesloten, kan het Afdrukstatus
alleen worden gebruikt wanneer de parallelle poort op ECP modus is ingesteld. Om de
parallelle poort modus in te stellen, raadpleegt u de gebruiksaanwijzing van uw
computer of vraagt u de computerfabrikant.
2
Sharpdesk kan geïnstalleerd worden bij de toepassing van een parallelle interface
*
aansluiting, de scanner van het apparaat kan echter niet worden gebruikt.
Is er al een andere GDI printerbesturing of Windows Printing System printerbesturing geïnstalleerd? Zo ja, dient u de instelling van de
Attentie
printerpoort te wijzigen. Voor het wijzigen van de instelling voor de printerpoort, zie "HET GEBRUIK VAN ANDERE GEINSTALLEERDE BESTURINGEN" (P.44).
Toetsmanager
Niet
beschikbaar
Sharpdesk
Beschikbaar
2
*
20
Installatieschema
Zie de volgende tabel en begin met daarna met de installatie.
Bedrijfs
systeem
Windows XP
Windows 98
Windows Me
Windows 2000
Windows 95/
NT 4.0
Interface referentiepagina’s voor de installatie
USB/
Parallel
USB
Parallel
USB
Parallel
USB
Parallel
Parallel
De installatie op Windows XP (USB/parallel interface) (P.22) Het installeren op Windows 98/Me/2000 (USB interface) (P.26) De installatie op Windows 95/98/Me/NT4.0/2000 (Parallel interface) (P.29) Het installeren op Windows 98/Me/2000 (USB interface) (P.26) De installatie op Windows 95/98/Me/NT4.0/2000 (Parallel interface) (P.29) Het installeren op Windows 98/Me/2000 (USB interface) (P.26) De installatie op Windows 95/98/Me/NT4.0/2000 (Parallel interface) (P.29) De installatie op Windows 95/98/Me/NT4.0/2000 (Parallel interface) (P.29)
4
21
HET INSTALLEREN VAN DE SOFTWARE
De volgende begrippen worden in deze paragraaf gebruikt.
MFP
Duid het apparaat als printer en scanner aan.
In deze beschrijving wordt er van uitgegaan dat de muis voor de
bediening met de rechterhand is geconstrueerd.
Opmerking
De installatie op Windows XP (USB/parallel interface)
Voor het starten van de installatie dient u te controleren of de USB of parallelle interfacekabel niet aangesloten is op de MFP.
Opmerking
Voor het printen of scannen moet de MFP in online modus staan.
De scannerfunctie werkt alleen wanneer u een USB interfacekabel gebruikt.
Indien er een storingsmelding verschijnt, dient u het probleem volgens de instructies op het scherm te verhelpen. Nadat het probleem werd opgelost, wordt de installatieprocedure voortgezet. Afhankelijk van het probleem dient u de installatie te verlaten. Klik in dit geval op de "Annuleren" toets om de installatie te verlaten. Na het oplossen van uw probleem dient u de software vanaf het begin opnieuw te installeren.
Steek de meegeleverde CD-ROM in uw CD-ROM loopwerk.
1
Klik op de "start"toets, klik op "Deze Computer" ( ), en
2
dubbelklik vervolgens op het CD-ROM ( ) icoon.
Wanneer de "Wizard Nieuwe hardware gevonden" melding verschijnen tijdens de installatie van de software dient u in elk geval op de "Annuleren" toets te drukken.
22
Dubbelklik op het “setup" ( ) icoon.
3
Indien het taalselectie scherm verschijnt na het dubbelklikken van de "setup" icoon, selecteert u de gewenste taal en klikt u op de "Volgende"
Opmerking
toets. (Normaal gesproken wordt de correcte taal automatisch geselecteerd.)
Selecteer de softwarepaketten die u
4
wilt installeren en klik vervolgens op de "Volgende" toets.
De softwarepaketten met een checkmarkering ( ) op de lijst op het scherm worden geïnstalleerd.
Klik op de "README weergeven" toets om informatie van het geselecteerde pakket weer te geven.
Indien u de parallelle interfaceverbinding gebruikt, mag u de
Toetsmanager checkbox niet selecteren, omdat deze functie niet door
Opmerking
5
6
de parallelle interface wordt ondersteund.
Indien het volgende scherm verschijnt, klik dan op de "OK" toets.
Bekijk de inhoud van "VOOR DE INSTALLATIE" (P.20), en selecteert vervolgens alleen de softwarepakketten die u wilt installeren.
Ga nogmaals door de softwarepaketten die u wilt installeren en klik vervolgens op de "Start" toets.
De te installeren softwarepaketten worden op het scherm weergegeven. Wanneer er ongeschikte pakettten worden weergegeven klikt u op de “Vorige” toets om de juiste paketten opnieuw te selecteren.
Het kopiëren van bestanden voor de installatie van de MFP besturing. (Deze stap zal starten wanneer deze in stap 4 werd geselecteerd).
Na het bevestigen van de melding in het "Welkom" venster, klikt u
1
op de "Volgende" toets. Er verschijnt een dialoogbox die u vraagt om te controleren of de
2
USB of het parallelle interfacekabel niet aan het apparaat is aangesloten. Controleer of het interfacekabel niet aangesloten is en klik op de"Volgende" toets.
Klik op de "Volgende" toets in de dialoogbox
3
om de MFP besturing te installeren of op Cancel om de installatie te verlaten.
Het installatieprogramma begint de bestanden te kopiëren. Indien het volgende scherm verschijnt terwijl de bestanden gekopieerd worden (de meldingen kunnen meer dan eenmaal verschijnen), klikt u op "Toch doorgaan".
Wanneer de dialoogbox "De installatie van het MFP
4
stuurprogramma is voltooid." verschijnt, klikt u op de "OK" toets.
De Toetsmanager installatie start.
4
23
Begin met de installatie van de Toetsmanager (Deze stap zal
7
starten wanneer deze in stap 4 werd geselecteerd).
Na het bevestigen van de melding in het "Welkom" venster, klikt u
1
op de "Volgende" toets. Lees de melding in het venster "Lesen ie bitte die folgenden
2
Informationen.” en klik vervolgens op de "Volgende"toets. Wanneer er een melding verschijnt dat u de locatie voor de te
3
installeren software moet vastleggen, klikt u op de "Volgende" toets.
Wanneer het programma "Wilt u de Toetsmanager aan het
4
startprogramma toevoegen?" verschijnt, selecteert u "Ja" en klikt u op de "OK" toets.
Het installatieprogramma begint de bestanden te kopiëren.
Klik op de "Voltooien" toets wanneer de melding verschijnt dat de
5
installatie succesvol was.
De Sharpdesk installatie start.
Begin met de installatie van Sharpdesk (Deze stap zal starten
8
wanneer deze in stap 4 werd geselecteerd).
Na het bevestigen van de melding in het "Welkom" venster, klikt u
1
op de "Volgende" toets. Lees de melding in het venster "Lesen ie bitte die folgenden
2
Informationen.” en klik vervolgens op de "Volgende"” toets. Wanneer het venster "Kies bestemming" verschijnt, klikt u op de
3
"Volgende" toets. Wanneer het venster "Kies map" verschijnt, klikt u op de
4
"Volgende" toets.
Het installatieprogramma begint de bestanden te kopiëren.
Klik op de "Voltooien" toets wanneer de melding verschijnt dat de
5
installatie voltooid is.
24
Klik op de "Sluiten" toets wanneer de
9
volgende melding verschijnt “Setup is klaar met het installeren van de door u gekozen pakketten”. Wanneer de "Sluit nu de MFP interfacekabel aan op de PC" dialoogbox verschijnt, klikt u op de "OK" toets.
Na de installatie kan er een mededeling verschijnen om uw
Opmerking
computer opnieuw te starten. Klik in dit geval op de “Ja” toets om uw computer opnieuw te starten.
Zorg dat de MFP stroom krijgt en sluit dan de kale van de USB
10
poort parallelle poort aan. (P.45)
Windows herkent de MFP en het Plug and Play scherm verschijnt. Indien u Windows XP met de parallelle interface gebruikt, gaat u naar stap 12.
Begin de installatie van de scannerbesturing.
11
12
SHARP AL-xxxx (xxxx is de modelnaam van uw MFP) verschijnt in
1
de dialoogbox "Wizard Nieuwe hardware gevonden". Selecteer "De software automatisch installeren (aanbevolen)" en klik op de "Volgende" toets.
De "Hardware-installatie" dialoogbox verschijnt. Klik op de "Toch
2
doorgaan” toets. Wanneer de installatie van de besturing voltooid is, klikt u op de
3
"Voltooien" toets om de installatie van de scannerbesturing te beëindigen.
Begin de installatie van de printerbesturing.
SHARP AL-xxxx (xxxx is de modelnaam van uw MFP) verschijnt in
1
de dialoogbox "Wizard Nieuwe hardware gevonden". Selecteer "De software automatisch installeren (aanbevolen)" en klik op de "Volgende" toets.
De "Hardware-installatie" dialoogbox verschijnt. Klik op de "och
2
doorgaan” toets. Wanneer de installatie van de besturing voltooid is, klikt u op de
3
"Voltooien" toets om de installatie van de printerbesturing te beëindigen.
U heeft alle software met succes geïnstalleerd.
4
25
Het installeren op Windows 98/Me/2000 (USB interface)
Voor het starten van de installatie dient u te controleren of de USB interfacekabel niet aangesloten is op de MFP.
Steek de meegeleverde CD-ROM in uw CD-ROM loopwerk.
1
Dubbelklik op "Deze Computer" ( ), en dubbelklik vervolgens
2
op het CD-ROM ( ) icoon.
Wanneer de "Nieuwe hardware gevonden", of "Wizard Nieuwe hardware
Opmerking
Opmerking
gevonden" meldingen verschijnen tijdens de installatie van de software dient u in elk gevalop de "Annuleren" toets te drukken.
Dubbelklik op het “setup" ( ) icoon.
3
Indien het taalselectie scherm verschijnt na het dubbelklikken van de "setup" icoon, selecteert u de gewenste taal en klikt u op de "Volgende" toets. (Normaal gesproken wordt de correcte taal automatisch geselecteerd.)
Selecteer de softwarepaketten die u
4
wilt installeren en klik vervolgens op de "Volgende" toets.
De softwarepaketten met een checkmarkering ( ) op de lijst op het scherm worden geïnstalleerd. Klik op de "Display README" toets om informatie van het geselecteerde pakket weer te geven.
26
Indien het volgende scherm verschijnt, klik dan op de "OK" toets. Bekijk de inhoud van “VOOR DE INSTALLATIE” (P.20), en selecteer vervolgens
Opmerking
alleen de softwarepakketten die u wilt installeren.
Ga nogmaals door de softwarepaketten die u wilt installeren en
5
klik vervolgens op de "Start" toets.
De te installeren softwarepaketten worden op het scherm weergegeven. Wanneer er ongeschikte pakettten worden weergegeven klikt u op de “Vorige” toets om de juiste paketten opnieuw te selecteren.
Het kopiëren van bestanden voor de installatie van de MFP
6
besturing.
Na het bevestigen van de melding in het "Welkom" venster, klikt u
1
op de "Volgende" toets. Er verschijnt een dialoogbox die u vraagt om te controleren of het
2
interfacekabel niet aan de MFP is aangesloten. Controleer of het interfacekabel niet aangesloten is en klik op de "Volgende" toets.
Klik op de "Volgende" toets in de dialoogbox
3
waarin de bestanden worden weergegeven die moeten worden gekopieerd voor de installatie van de MFP besturing.
Het installatieprogramma begint de bestanden te kopiëren. Indien in Windows 2000het volgende scherm verschijnt terwijl de bestanden gekopieerd worden (de meldingen kunnen meer dan eenmaal verschijnen), klikt u op "Ja" in Windows2000.
Het volgende scherm verschijnt wanneer alle
4
bestanden voor de USB interface aansluiting gekopieerd werden. Indien u geen parallel interfacekabel gebruikt voor de aansluiting met de MFP, klik dan op de "Nee" toets.
Wanneer de dialoogbox "De installatie van het MFP
5
stuurprogramma is voltooid." verschijnt, klikt u op de "OK" toets.
De Toetsmanager installatie start.
Begin met de installatie van de Toetsmanager (Deze stap zal
7
starten wanneer deze in stap 4 werd geselecteerd).
Na het bevestigen van de melding in het "Welkom" venster, klikt u
1
op de "Volgende" toets. Lees de melding in het venster "Lesen ie bitte die folgenden
2
Informationen.” en klik vervolgens op de "Volgende"toets. Wanneer er een melding verschijnt dat u de locatie voor de te
3
installeren software moet vastleggen, klikt u op de "Volgende" toets.
Wanneer het programma "Wilt u de Toetsmanager aan het
4
startprogramma toevoegen?" verschijnt, selecteert u "Ja" en klikt u op de "OK" toets.
Het installatieprogramma begint de bestanden te kopiëren.
Klik op de "Voltooien" toets wanneer de melding verschijnt dat de
5
installatie voltooid is.
De Sharpdesk installatie start.
4
27
Begin met de installatie van Sharpdesk (Deze stap zal starten
8
wanneer deze in stap 4 werd geselecteerd).
Na het bevestigen van de melding in het "Welkom" venster, klikt u
1
op de "Volgende" toets. Lees de melding in het venster "Lesen ie bitte die folgenden
2
Informationen.” en klik vervolgens op de "Volgende"” toets. Wanneer het venster "Kies bestemming" verschijnt, klikt u op de
3
"Volgende" toets. Wanneer het venster "Kies map" verschijnt, klikt u op de
4
"Volgende" toets.
Het installatieprogramma begint de bestanden te kopiëren.
Indien de dialoogbox "Als u TIF-bestanden met Photoshop of Imaging voor windows hebt opgeslagen, moet u op overslaan klikken" verschijnt. Beantwoord de vraag om verder te gaan met de installatie van Sharpdesk.
Klik op de "Voltooien" toets wanneer de melding verschijnt dat de
5
installatie voltooid is.
Klik op de "Sluiten" toets wanneer de
9
melding verschijnt dat de installatie voltooid is. Wanneer de " Sluit nu de MFP interfacekabel aan op de PC." dialoogbox of de " Na het opnieuw starten van het Windows systeem…" dialoogbox verschijnt, klikt u op de "OK" toets.
28
Na de installatie kan er een mededeling verschijnen om uw
Opmerking
10
11
computer opnieuw te starten. Klik in dit geval op de “Ja” toets om uw computer opnieuw te starten.
Zorg dat de MFP stroom krijgt en sluit dan de kale van de USB poort parallelle poort aan.(P.45)
Windows herkent het apparaat en het Plug and Play scherm verschijnt.
Volg de instructies in het Plug and Play scherm dat in uw Windows versie verschijnt om met de installatie te beginnen.
U heeft de software met succes geïnstalleerd
De installatie op Windows 95/98/Me/NT4.0/2000 (Parallel interface)
Voor het starten van de installatie dient u te controleren of de USB of parallelle interfacekabel niet aangesloten is op de MFP.
Steek de meegeleverde CD-ROM in uw CD-ROM loopwerk.
1
Dubbelklik op "Deze Computer" ( ), en dubbelklik vervolgens
2
op het CD-ROM ( ) icoon.
Wanneer de "Nieuwe hardware gevonden", of "Wizard Nieuwe hardware
Opmerking
Opmerking
gevonden" meldingen verschijnen tijdens de installatie van de software dient u in elk gevalop de "Annuleren" toets te drukken.
Dubbelklik op het “setup" ( ) icoon.
3
Indien het taalselectie scherm verschijnt na het dubbelklikken van de "setup" icoon, selecteert u de gewenste taal en klikt u op de "Volgende" toets. (Normaal gesproken wordt de correcte taal automatisch geselecteerd.)
Selecteer de softwarepaketten die u
4
wilt installeren en klik vervolgens op de "Volgende" toets.
De softwarepaketten met een checkmarkering ( ) op de lijst op het scherm worden geïnstalleerd.
Klik op de "README weergeven" toets om informatie van het geselecteerde pakket weer te geven.
In Windows 95/NT 4.0, verschijnt de "Toetsmanager " niet. In Windows 98/
Opmerking
Me/2000 selecteert u de "Toetsmanager " checkbox niet omdat deze niet wordt ondersteund bij het gebruik van de parallelle interface.
4
Het volgende scherm verschijnt. Controleer of het parallelle
5
interfacekabel niet aangesloten is en klik op "OK".
Windows 95/NT 4.0 Windows 98/Me/2000
Controleer de inhoud van het pakket op het scherm en klik
6
vervolgens op de "Start" toets.
De te installeren softwarepaketten worden op het scherm weergegeven. Wanneer er ongeschikte pakettten worden weergegeven klikt u op de “Vorige” toets om alleen de juiste paketten opnieuw te selecteren.
29
Het kopieren van bestanden voor de installatie van de MFP
7
besturing en de parallelle interface (Deze stap begint als deze in stap 4 geselecteerd was).
Na het bevestigen van de melding in het "Welkom" venster, klikt u
1
op de "Volgende" toets. Er verschijnt een dialoogbox die u vraagt om te controleren of de
2
USB of het parallelle interfacekabel niet aan het apparaat is aangesloten. Controleer of het interfacekabel niet aangesloten is en klik op de"Volgende" toets.
Klik op de "Volgende" toets in de dialoogbox
3
om de MFP besturing te installeren of op Cancel om de installatie te verlaten.
Het installatieprogramma begint de bestanden te kopiëren. Indien in Windows 2000het volgende scherm verschijnt terwijl de bestanden gekopieerd worden (de meldingen kunnen meer dan eenmaal verschijnen), klikt u op "Ja" in Windows2000.
Het volgende scherm verschijnt. Klik op de “Ja” toets, dan
4
verschijnt het modelscherm. Selecteer het modelnummer dat overeenkomt met de modelnaam van uw MFP en klik op de "Volgende" toets.
Let erop dat u hetzelfde modelnummer selecteert als de modelnaam van uw MFP. Wanneer deze niet hetzelfde zijn, kan de besturing niet correct geïnstalleerd worden.
30
Voer de printerinstellingen uit en klik op de
5
"Volgende" toets.
Selecteer "LPT1" voor de te gebruiken poort. Wanneer "LPT1" niet verschijnt wordt deze poort waarschijnlijk door een andere printer of randapparaat gebruikt. Controleer de andere printers en randapparatuur en wijzig de instelling van de poort zodanig dat geen apparaat "LPT1" gebruikt. Wanneer u de MFP als standaardprinter wilt gebruiken, selecteert u "Ja". Wanneer u dit niet wilt, selecteert u “Nee”.
Wanneer de dialoogbox "Het installatieprogramma is klaar met het
6
verzamelen van alle benodigde informatie" verschijnt klikt u op de "Ja" toets.
De parallelle interface besturing u is geïnstalleerd.
Wanneer de dialoogbox "De installatie van het MFP
7
stuurprogramma is voltooid." verschijnt, klikt u op de "OK" toets.
De Sharpdesk installatie start.
Begin met de installatie van Sharpdesk (Deze stap zal starten
8
wanneer deze in stap 4 werd geselecteerd).
Na het bevestigen van de melding in het "Welkom" venster, klikt u
1
op de "Volgende" toets. Lees de melding in het venster "Lesen ie bitte die folgenden
2
Informationen.” en klik vervolgens op de "Volgende"” toets. Wanneer het venster "Kies bestemming" verschijnt, klikt u op de
3
"Volgende" toets. Wanneer het venster "Kies map" verschijnt, klikt u op de
4
"Volgende" toets.
Het installatieprogramma begint de bestanden te kopiëren.
Indien de dialoogbox "Als u TIF-bestanden met Photoshop of Imaging voor windows hebt opgeslagen, moet u op overslaan klikken" verschijnt. Beantwoord de vraag om verder te gaan met de installatie van Sharpdesk.
Klik op de "Voltooien" toets wanneer de melding verschijnt dat de
5
installatie voltooid is.
Click the "Sluiten" toets wanneer de
9
melding verschijnt dat de installatie voltooid is. Wanneer de " Sluit nu de MFP interfacekabel aan op de PC." dialoogbox of de " Na het opnieuw starten van het Windows systeem…" dialoogbox verschijnt, klikt u op de "OK" toets.
4
Na de installatie kan er een mededeling verschijnen om uw
Opmerking
10
computer opnieuw te starten. Klik in dit geval op de “Ja” toets om uw computer opnieuw te starten.
Zorg dat de stroom van de MFP ingeschakeld is en sluit vervolgens het parallelle interfacekabel aan. (P.45)
U heeft alle software met succes geïnstalleerd.
31
INDICATIES OP HET BEDIENINGSPANEEL
De ON LINE indicatie en de bedrijfsklaar ( ) indicatie geven de status van de printer of scanner aan.
SCANNER indicatie
ON LINE indicatie
Bedrijfsklaar indicati
Stroomspaarstand indicati
Start indicatie
Aan: Geeft aan dat het apparaat klaar is voor het kopiëren of dat er wordt
Knipperen:De indicatie knippert bij de volgende situaties:
Uit: De indicatie is uit in de volgende situaties:
ON LINE indicatie
De ON LINE toets wordt ingedrukt en on line en off line worden veranderd.
Aan: Geeft aan dat het apparaat gereed is voor het printen of dat er een
Knipperen:Het apparaat print of er wordt data ontvangen van een computer.
Uit: Er wordt gekopieerd. (Off line)
Stroomspaarstand indicatie
Aan: Geeft aan dat het apparaat in een stroomspaarfunctie is.
Knipperen:Geeft aan dat de initialisatie aan de gang is (als de zijbedekking is geopend en
SCANNER indicatie
On: De SCANNER ( ) toets werd ingedrukt en het apparaat is in de
Knipperen:Een scanbewerking wordt door de computer uitgevoerd of er worden
Uit: Het apparaat is in de kopieerfunctie.
gescand.
• Wanneer een printbewerking onderbroken werd.
• Het reserveren van een kopieerproces.
• Wanneer de toner werd bijgevuld tijdens het kopiëren of printen.
• Tijdens het kopiëren of scannen.
• Het apparaat staat in de automatische stroom-uitschakel-stand.
• Wanneer er een papierstoring of een andere storing is opgetreden.
scanproces wordt uitgevoerd. (On line)
gesloten of de power uit- en aangezet is).
scannerfunctie.
scangegevens in het geheugen van het apparaat opgeslagen.
32
HET GEBRUIK VAN DE PRINTERFUNCTIE
Voor problemen met de printerfunctie, zie het online handboek of het
Opmerking
Het openen van de printerbesturing vanuit het startmenu
Open het instalaltiescherm van de printerbesturing met een van de onderstaande methodes.
helpbestand van de besturing.
Klik op de "start” toets.
1
Klik op "Configuratiescherm" selecteer "Printers en andere
2
hardware" en klik vervolgens op "Printers en faxen".
In Windows 95/98/Me/NT4.0/2000, selecteert u "Instellingen" en klikt u vervolgens op "Printers".
Klik op "SHARP AL-xxxx" (xxxx is de modelnaam van uw
3
apparaat) printerbesturings icoon in het "Printers" venster en selecteer "Eigenschappen" uit het "Bestand" menu.
Inj Windows NT 4.0, selecteert u "Standaarddocumenten" om
Opmerking
Klik op de "Voorkeursinstellingen voor Afdrukken" toets in de
4
"Algemeen" tab.
In Windows 95/98/Me, klikt u op "Setup" tab. Het printerbesturing installatiescherm verschijnt.
Opmerking
het installatiescherm van de printerbesturing te openen.
Zie het Windows handboek of helpbestand voor nadere informatie over de "Algemeen" tab, "Details" tab, "Kleurbeheer" tab en de "Delen" tab.
4
Het printen
Controleer of de gewenste soort papier met het juiste formaat
1
in de lade is.
De procedure voor het laden van papier is dezelfde als voor het laden van kopieerpapier. See "HET LADEN VAN KOPIEERPAPIER" (P.14).
Open het document dat u wilt printen en selecteer "Printen" uit
2
het "Bestand" menu van de applicatie.
33
Controleer of "SHARP AL-xxxx" ( xxxx is de modelnaam van
3
uw apparaat) als actuele printer is geselecteerd. Indien u een printinstelling wilt wijzigen, klikt u op de "Voorkeursinstellingen" toets om de installatiedialoog te openen.
In Windows 95/98/Me/NT 4.0, klikt u op de "Eigenschappen" toets. In Windows 2000, verschijnt de "Eigenschappen" toets niet. Stel uw voorkeuren in door het schakelen van de tab in de "Printen" dialoogbox.
Leg de printinstellingen vast inclusief het aantal kopieën, het
4
soort papier en de printkwaliteit,en klik vervolgens op de "Printen" toets o het printen te starten.
In Windows 95/98/Me/NT 4.0, klikt u op de "OK" toets om het printen te staten. Voor details over de printinstellingen, zie het online handboek of het helpbestand voor de printerbesturing.
Indien er wordt gekopieerd, terwijl het printen begint, zal het kopiëren
worden voortgezet. Nadat het kopieerproces beëindigd is, gaat het
Opmerking
printen verder nadat de wis ( ) toets twee maal werd ingedrukt, wanneer de ON LINE toets ingedrukt wordt om het apparaat in de online status te zetten of ongeveer 60 seconden nadat de (automatische wistijd)* afgelopen is. * De automatische wistijd varieert afhankelijk van de programma-
instelling. Zie "GEBRUIKERSPROGRAMMA’S" (P.55).
De voorverwarmingsfunctie en de automatische stroom
uitschakelfunctie worden geannulleerd wanneer het printproces start.
Indien het in de softwareapplicatie vastgelegde papierformaat groter is
dan het papierformaat in de printer zal een deel van het beeld dat niet naar het papier wordt overgedragen op het oppervlak van de drum blijven. In dit geval kan de achterkant van het papier vuil worden. Wanneer dit gebeurt, dient u naar het correcte papierformaat te wisselen en twee of drie patina’s te printen om het beeld te reinigen.
Wanneer u een print-, scan- of kopieerproces start terwijl het apparaat
scant, worden de printgegevens in het geheugen van het apparaat opgeslagen. Wanneer het scannen of kopiëren voltooid is begint het printproces.
34
HET GEBRUIK VAN DE SCANFUNCTIE
De scannerbesturing voor dit apparaat bevat een STI (Still image) besturing en een WIA (Windows Image Acquisition) besturing. U kunt software instaleren die de STI­driver en de WIA-driver ondersteunt om via het bedieningspaneel van het apparaat te kunnen scannen.
Voor problemen met de scannerfunctie, zie het online handboek of het
Opmerking
Het gebruik van de Toetsmanager
Het installeren van de Toetsmanager
De aanvulende Toetsmanager software ondersteunt de STI besturing en WIA besturing. De installatie die in Windows nodig is voor het gebruik van de Toetsmanager wordt hierna toegelicht.
Windows XP
helpbestand van de besturing.
Klik op de "start" toets, selecteer "Configuratiescherm" en klik
1
op "Printers en andere hardware" en vervolgens op "Scanner en camera's" in het startmenu. Klik met de rechter muistoets op "SHARP AL-xxxx" (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) icoon en klik op "Eigenschappen" in het weergegeven menu.
In het "Eigenschappen" scherm klikt u
2
op de "Gebeurtenissen" tab.
Eigenschappen voor SHARP AL-xxxx
4
Klik op de "Selecteer een gebeurtenis"
3
toets en selecteer "ScanMenu SC1" uit het pull-down menu. Selecteer "Toetsmanager (SHARP Personal MFP serie)" in "Uitvoeren" en klik op "Toepassen".
Herhaal stap 3 om "ScanMenu SC2" tot "ScanMenu SC6" in te stellen.
4
Klik op de "Selecteer een gebeurtenis" toets en selecteer "ScanMenu SC2" uit het pull-down menu. Selecteer "Toetsmanager (SHARP Personal MFP serie)" in "Uitvoeren" en klik op "Toepassen". Ga op dezelfde manier te werk voor elk ScanMenu tot "ScanMenu SC6". Wanneer de instellingen voltooid zijn, klikt u op de "OK" toets om dit scherm te sluiten. Wanneer de instellingen in Windows voltooid zijn start u de Toetsmanager . Maak de fijne instellingen en scan vervolgens een beeld vauit het apparaat. Voor de startprocedures van de Toetsmanager en het afstellen van de instellingen, zie "Dialoogbox voor de scanparameter-instellingen" (P.37).
Eigenschappen voor SHARP AL-xxxx
35
Windows 98/Me/2000
Om direct in een toepassing te scannen m.b.v. de Toetsmanager in Windows 98, Windows Me en Windows 2000. Stel de Event Manager functies zodanig in dat deze alleen aan de Toetsmanager zenden (zie afbeelding).
Klik op de "Start" toets, selecteer "Configuratiescherm" uit
1
"Instellingen", en open "Scanner en camera's" in het startmenu.
In Windows Me, gebeurt het af en toe dat het "Scanner en camera's" icoon niet direct verschijnt nadat de installatie van de MFP besturing
Opmerking
voltooid is. Indien het icoon niet verschijnt, klikt u op "Alle opties van het Configuratiescherm weergeven" in het bedieningspaneel en geeft u het "Scanner en Camera’s" icoon weer.
Selecteer "AL-xxxx" (xxx is de modelnaam van uw apparaat) en
2
klik op de "Eigenschappen" toets.
In Windows Me, klikt u met de rechter muistoets op "AL-xxxx ( xxxx is de modelnaam van uw apparaat) en klikt u op "Eigenschappen" in het menu dat verschijnt.
In het "Eigenschappen" scherm klikt u op
3
de "Gebeurtenissen" tab.
Eigenschappen voor SHARP AL-1555
SHARP AL-1555
36
Klik op de "Scannergebeurtenissen" toets
4
en selecteer "ScanMenu SC1" uit het pull-
Eigenschappen voor SHARP AL-1555
SHARP AL-1555
down menu. Selecteer "Toetsmanage (SHARP Personal MFP serie)"in "Naar deze toepassing doorsturen" en klik op "Toepassen".
Indien er andere applicaties worden getoond, deselecteert u de checkboxes
Opmerking
5
voor de andere applicaties en laat u alleen de Toetsmanager checkbox geselecteerd.
Herhaal stap 4 om "ScanMenu SC2" tot "ScanMenu SC6" in te stellen.
Klik op de "Scannergebeurtenissen" toets en selecteer "ScanMenu SC2" uit het pull-down menu. Selecteer "Toetsmanager (SHARP Personal MFP serie)" in "Uitvoeren" en klik op "Toepassen". Ga op dezelfde manier te werk voor elk ScanMenu tot "ScanMenu SC6". Wanneer de instellingen voltooid zijn klikt u op de "OK" toets om dit scherm te sluiten. Wanneer de instellingen in Windows voltooid zijn start u de Toetsmanager. Maak de fijne instellingen en scan vervolgens een beeld vanuit het apparaat. Voor de startprocedures van de Toetsmanager en het afstellen van de instellingen, zie "Dialoogbox voor de scanparameter-instellingen" (Volgende pagina).
Dialoogbox voor de scanparameter-instellingen
Nadat u klaar bent met het maken van de Toetsmanager instellingen in Windows, configureert u de scannerinstellingen in de Toetsmanager . Om de scannerinstellingen in de Toetsmanager te configureren, klik u met de rechter muistoets op de ( ) icoon in de takenbalk en selecteert u "Instelling" uit het weergegeven menu. Voor details over het configureren van de scannerinstellingen in Toetsmanager , zie het online handboek of het help bestand.
Dit is de overeenkomstige instelling in de Toetsmanager voor het automatisch verzenden van meerdere afdrukken uit de SPF in volledige kleuren met 75 dpi naar Sharpdesk m.b.v. de frontpaneel "SC1" SCANNERTOETS ( ) selectie.
In deze dialoog ziet men dat de SC1 event zo is ingesteld dat deze direct naar de Toetsmanager gaat. Terwijl de Toetsmanager zo is ingesteld,
Opmerking
dat de afdruk naar SharpDesk wordt gezonden. (fabrieksinstelling) Sharpdesk opent automatisch na het ontvangen van de afdruk.
4
Schema van de instellingen van de Toetsmanager
De Toetsmanager kan direct een AL-xxxx (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) series event uitvoeren en de geselecteerde toepassing starten overeenkomstig de scaninstelling die op het AL-xxxx (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) frontpaneel (SC1, SC2, SC3, SC4, SC5, SC6) werd gemaakt. Dit wordt direct van het apparaat in uw toepassing gescand.
Scanner AL­xxxx (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) SCANNER toets ingedrukt.
Event Manager
Windows OS
Button Manager
Geen selectie dialoog wordt weergegeven.
Door de gebruiker geselecteerde applicatie
De gebruikersapplicatie gaat open.
37
De instellingen voor de Windows Event Manager voor de SHARP AL-xxxx (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) maken het de gebruiker mogelijk van de Sharp Toetsmanager te profiteren voor het regelen van gebeurtenissen
SHARP AL-XXXX
van Windows en om gescande afdrukken naar een toepassingen te sturen overeenkomstig de instelling van de Toetsmanager . Dit kan worden uitgevoerd met de Windows OS die de selectie van de Event Manager dialoog toont of direct in een geselecteerde toepassing wanneer de Toetsmanager de enige toegelaten uitvoerder van gebeurtenissen van de SHARP AL-xxxx (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) is.
Dit is de bedieningspaneel eigenschappen dialoog voor "Scanners en Camera's".
Dit kan worden uitgevoerd door de instellingen van Windows voor de AL-xxxx (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) in de Scanner and Camera instellingen te wijzigen in het bedieningspaneel.
Alles over de Windows Event Manager en scannergebeurtenissen in Windows 98, Windows Me, Windows 2000 en Windows XP.
Windows Platforms biedt een mechanisme aan waarmee software externe gebeurtenossen kan uitvoeren voor een scanner zoals de SHARP AL-xxxx (xxxx is de modelnaam van uw apparaat). Dit mechanisme wordt geregeld door de apparaatmanager op basis van een apparaat. Toepassingen die gebeurtenissen van een scanner/camera kunnen uitvoeren zijn geregistreerd in de Windows Event Manager en worden in geregistreerde toepassingen aangegeven. Het pd dat een gebeurtenis neemt om naar de geselecteerde toepassing te komen is afhankelijk van de apparaatinstellingen voor de gebeurtenis.
38
Scanner AL­xxxx (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) SCANNER toets ingedrukt.
SHARP AL-XXXX
Event Manager
Windows OS
Event Manager selectiedialoog.
Wordt op het scherm weergegeven.
De gebruiker selecteert een applicatie.
De gebruikersselect ie gaat open.
Dit is de Windows Event Manager selectiedialoog. Hier worden 1 geregistreerde applicatie weergegeven die de scannerbewerking via de AL-xxxx ( xxxx is de modelnaam van uw apparaat) uitvoeren.
Het gebruik van de SCANNER toets om het scannen te beginnen.
Het scannen is tijdens een kopieerproces niet mogelijk.
Als de SCANNER ( ) toets wordt ingedrukt tijdens het printen, wordt de
Opmerking
1
2
3
scanjob opges.
Wanneer u een origineel scant dat in de SPF/RSPF kan er slechts een origineel worden geplaatst behalve wanneer u Sharpdesk.
Druk op de SCANNER ( ) toets.
Het apparaat gaat in de scanfuntie.
Plaats het origineel dat u wilt scannen op de glasplaat/SPF/RSPF.
Voor de procedure voor het plaatsen van het origineel, zie "HET PLAATSEN VAN DE ORIGINELEN" (P.47).
Druk op de rechter kopieehoeveelheid toets om het nummer van de applicatie weer te geven die u voor het scannen wilt gebruiken.
De applicatienummers luiden als volgt.
4
Applicatienummer Applicatie gelanceerd
SC1 Sharpdesk (full color) (indien geïnstalleerd) SC2 Sharpdesk (monochroom) (indien geïnstalleerd)
SC3
SC4 Fax (indien er een faxprogramma geïnstalleerd is)
SC5
SC6 Microsoft Word (indien geïnstalleerd)
On de instellingen te controleren, zie "Dialoogbox voor de scanparameter­instellingen" (P.37) en open vervolgens het instelvenster van de Toetsmanager .
E-mail (uw standaard e-mail programma in het door u gebruikte Windows OS)
OCR (indien er een OCR programma geïnstalleerd is)
39
Druk op de start ( ) toets.
4
Het scannen begint en de gescande gegevens worden naar de toepassing gezonden.
• If
Als het volgende scherm verschijnt,
selecteert u Toetsmanager en klikt u op
Opmerking
"OK". Toetsmanager start en de bijbehorende applicatie van de Toetsmanager start. Indien u wilt dat alleen Toetsmanager in dit geval start, installeert u de Toetsmanager voor gebruik met Windows zoals toegelicht in "Het installeren van de Toetsmanager" (P.35).
Nadat stap 4 is uitgevoerd met " Toon
TWAIN instellingenscherm tijdens scannen" aangevinkt in de Dialoogbox Scanparameters Instellen (P.37), verschijnt het TWAIN­instelscherm (P.41) automatisch. Controleer de instellingen en druk dan weer op de start ( ) , toets of klik op de "Scannen" button in het TWAIN-instelscherm om het scannen te starten. De gescande gegevens worden overgebracht naar de toepassing.
Het openen van de scannerbesturing en het scannen vanuit uw computer
Volg de onderstaande stappen om het instalaltiescherm van de scannerbesturing te openen. Deze aanwijzing is bijvoorbeeld gegeven met behulp van Sharpdesk als beeldontvangende applicatie.
Het scannen is tijdens een kopieer- en printproces niet mogelijk.
De startmethode voor de scannerbesturing is afhankelijk van de soort
Opmerking
applicatie. Zie de gebruiksaanwijzing of het helpbestand van uw applicatie.
Wanneer u de scannerbesturing gebruikt om een origineel te scannen
dat in de SPF/RSPF werd geplaatst. Wanneer u een pre-scan maakt (zie het online handboek of het helpbestand voor de scannerbesturin), wordt het origineel in de SPF/RSPF uitgeoerd via de uitvoerzone na het scannen. Om het origineel na de pre-scan te scannen, dient u het origineel opnieuw in de SPF/RSPF te plaatsen.
40
Het gebruik van de SHARP TWAIN
Plaats het origineel (originelen) dat u wilt scannen op de
1
glasplaat/SPF/RSPF.
Voor de procedure voor het plaatsen van het origineel, zie "HET PLAATSEN VAN DE ORIGINELEN" (P.47) .
Na het starten van Sharpdesk, klikt
2
u op het "Bestand" menu en selecteert u "Selecteer Scanner".
Hier klikken
Selecteer "SHARP Personal MFP
3
series", en klik op de "Selecteren" toets.
Indien u meer dan een scanapparaat gebruikt, dient u de scanner die u wilt gebruiken via de applicatie te selecteren. De
Opmerking
methode voor het bereiken van de "Selecteer Scanner" optie is afhankelijk van de applicatie. Voor nadere informatie zie de gebruiksaanwijzing of het helpbestand van uw applicatie.
WIA-SHARP AL-XXXX 1.0 (32-32)
Hier klikken
Selecteer "Afbeelding
4
ophalen" uit het "Bestand" menu, of klik op de "Ophalen" toets ( ).
Ste de configuratie voor het scannen in (zie het online
5
handboek enhet helpbestand) en klik op de "Scannen" toets.
Het scannen is gestart.
SHARP AL-XXXX
4
41
Scannen met de "Wizard Scanner en camera" in Windows XP
Windows XP heeft als standaardeigenschapn een beeldscanfunctie. De procedure voor het scannen met behulp van de "Wizard Scanner en camera" wordt hier toegelicht.
Om het scannen te annuleren, klikt u op de "Annuleren" toets in het
Opmerking
weergegeven scherm.
Plaats het origineel dat u wilt scannen op de glasplaat/SPF/RSPF.
1
Voor de procedure voor het plaatsen van het origineel, zie "HET PLAATSEN VAN DE ORIGINELEN" (P.47).
Klik op de "start" toets, selecteer
2
"Configuratiescherm", klik op "Printers en andere hardware", en klik vervolgens op "Scanner en camera's" in het startmenu. Klik op "SHARP AL­xxxx" (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) icoon en klik op “Foto's laden” in "Afbeeldingstaken".
De "Wizard Scanner en camera"
3
verschijnt. Klik op "Volgende" en maak de basisinstellingen voor het scannen.
Voor informatie over de instellingen, zie het helpbestand van Windows XP. Na het votooien van elke instelling klikt u op "Volgende".
SHARP AL-XXXX
42
Selecteer een naam, formaat en een
4
ordner voor de scanafdruk.
Zie het helpbestand van Windows XP voorinformatie over de beeldnaam, het bestandsformaat en de ordners.
Het scannen begint. Wanneer het
5
scannen klaris selecteert u de volgende taak die u wilt uitvoeren.
Voor informatie over elke instelling, zie het helpbestand van Windows XP. Om de "Wizard Scanner en camera" te verlaten, selecteert u "Geen van beide. Ik ben klaar met deze Afbeeldingen." en klikt u op "Volgende".
Klik op "Voltooien" in het scherm dat nu verschijnt.
6
De "Wizard Scanner en camera" sluit en de scanafdruk wordt opgeslagen.
HET GEBRUIK VAN HET ONLINE HANDBOEK
het online handboek levert gedetailleerde aanwijzingen voor de bediening van het apparaat als printer of scanner en biedt bovendien een lijst met methoden voor het verhelpen van scanner- of printerproblemen. Om het online handboek te kunnen openen moet uw computer Acrobat Reader 5.0 of een latere versie hebben. Indien dit niet geïnstalleerd is, raadpleeg dan "Het installeren van Acrobat Reader" (onderstaand).
Zet uw computer aan.
1
Steek de meegeleverde CD-ROM in uw CD-ROM loopwerk.
2
Klik op de "start"toets, klik op "Deze Computer" ( ), en
3
dubbelklik vervolgens op het CD-ROM ( ) icoon.
In Windows 95/98/Me/NT 4.0/2000, dubbelklikt u op "Deze Computer" ( ), en vervolgens dubbelklikt u op het CD-ROM ( ) icoon.
Dubbelklik op de "Manual" ordner,
4
klik "Dutch", en dubbelklik verolgens op de "AL_1552_1553_1555.pdf" icoon.
Het volgende venster verschijnt.
Klik op om het online handboek te lezen.
5
AL-1552_1553_1555 SERIE
AL-1045/1255/1456/1555
Online handboek
4
Om het online handboek te sluiten, klikt u op de ( ) toets rechts boven in het venster.
Het online handboek kan met de Acrobat Reader woden geprint.
SHARP adviseert u de gedeelten die u vaak gebruikt, te printen.
Opmerking
Zie de "Help" van de Acrobat Reader voor nadere details over de
werking en functie van de Acrobat Reader.
Het gebruik van andere geinstalleerde besturingen
Zet uw computer aan.
1
Steek de CD-ROM in uw CD-ROM loopwerk.
2
Klik op de "start" toets, klik op "Deze Computer" ( ), en
3
dubbelklik vervolgens op het CD-ROM ( ) icoon.
In Windows 95/98/Me/NT 4.0/2000, dubbelklikt u op "Deze Computer" ( ), en vervolgens dubbelklikt u op het CD-ROM ( ) icoon.
Dubbelklik op de "Acrobat" ordner, en dubbelklik verolgens op
4
de "ar500nld.exe" icoon.
Volg de instructies op het scherm op om Acrobat Reader te installeren.
43
HET GEBRUIK VAN ANDERE GEINSTALLEERDE BESTURINGEN
Wannee u een andere GDI printer of een Windows Printing System printer gebruikt kan er storing tussen printers ontstaan en zal het printen niet behoorlijk worden uitgevoerd. Om een andere GDI printer of een Windows Printing System printer te gebruiken moet u de poort instelling van de printer wijzigen met de volgende methode.
Wanneer een andere printer niet correct functioneert BESTANDFILE" staat zoals hierna beschreven, dient u de SHARP Personal MFP serie
Opmerking
printerbesturing te deïnstalleren. Zie het online handboek voor de deïnstallatie van de printerbesturing.
Klik op de "start” toets.
1
Klik op "Configuratiescherm", klik op “Printers en andere
2
hardware" en klik vervolgens op "Printers en faxen".
In Windows 95/98/Me/NT4.0/2000, selecteert u "Instellingen"" en klikt u vervolgens op "Printers".
Klik met de rechter muistoets op "SHARP AL-
3
xxxx" (xxxx is de modelnaam van uw apparaat) icoon in de printer dialoogbox en klik vervolgens op "Eigenschappen".
SHARP AL-XXXX
44
Klik op de "Poort" tab ("Details" tab - in Windows 95/98/Me) in
4
de "Eigenschappen" dialoogbox, selecteert u "BESTAND": in de"Afdrukken naar de volgende poort(en)" lijstbox, en klik vervolgens op "OK".
Klik met de rechter muistoets op het icoon van de printer die u
5
wilt gaan gebruiken en klik vervolgens op "Eigenschappen". Klik op de "Poort" tab ("Details" tab - in Windows 95/98/Me) in
6
het "Eigenschappen" venster, selecteer "LPT1" (of de actueel gebruikte poort), en klik vervolgens op de "OK" toets.
Om de SHARP Personal MFP serie opnieuw te gebruiken voert u
Opmerking
dezelfde procedure uit maar selecteert u de poort die u wilt gebruiken (bijvoorbeeld, LPT1) in stap 4.
HET AANSLUITEN VAN DE INTERFACEKABEL
Dit apparaat heeft zowel aansluitingen voor een USB een een parallel interface. De interfacekabels voor het aansluiten van het apparaat op uw computer zijn niet inbegrepen. Koop het passende kabel voor uw computer.
I
Indien u het apparaat als scanner wilt gebruiken, moet dit aan uw
Attentie
Het aansluiten van de interfacekabelI
computer worden aangesloten via een USB interfacekabel. De scannerfunctie kan niet worden gebruikt wanneer het apparaat met een parallel kabel is aangesloten.
USB is beschikbaar bij een PC/AT compatibele computer die origineel
werd uitgerust met USB en vooraf Windows 98, Windows Me, Windows 2000 Professional, Windows XP Professional of Windows XP Home Edition geïnstalleerd heeft.
Sluit de interfacekabel niet aan voor het installeren van de MFP
besturing. Het interfacekabel moet aangesloten worden tijdeens de installatie van de MFP besturing. (P.22)
Schaf een afgeschermd USB interfacekabel aan.
1
Steek de kabel in de USB interface
2
aansluiting aan de achterkant van het apparaat.
Steek het andere uiteinde van de kabel in de interface
3
aansluiting van uw computer, of in de USB hub die aan uw computer is aangesloten.
Het aansluiten van het parallele interfacekabel
Schaf een overeenkomstig IEEE1284 afgeschermd parallel
1
interfacekabel aan.
Controleer of uw computer en het apparaat uitgeschakeld zijn.
2
Steek de kabel in de parallelle
3
interface aansluiting aan de achterkant van het apparaat.
4
Steek het andere uiteinde van de kabel in de interfaceaansluiting
4
van uw computer.
45
5
Dit hoofdstuk beschrijft de basisfuncties en andere kopieerfuncties. Het apparaat is uitgerust met een geheugen voor 1 pagina. Door dit geheugen is het mogelijk een origineel 1 x te scannen en tot 99kopieën te maken. Deze eigenschap verbetert de werkstroom, reduceert het geluid van de kopieermachine en zorgt voor meer betrouwbaarheid door de slijtage van het scanmechanisme te reduceren.
Opmerking

HET KOPIËREN

Wanneer het apparaat tijdens de installatie of het gebruik niet correct functioneert, of wanneer er een functie niet kan worden gebruikt, zie "OPSPOREN VAN FOUTEN IN HET APPARAAT" (P.61).
CONTINU KOPIËREN
1
Zorg ervoor dat er papier in de papierlade is geladen (P.15) of in de handinvoer-lade (P.17), en controleer het papierformaat (P.14).
Indien er geen papier geladen is, zie pagina 15. Indien u de handinvoer (afzonderlijke bladen) gebruikt dient u het papierformaat te controleren en dan naar de volgende stap verder te gaan zonder papier te laden.
2 Plaats het origineel.
Wanneer u de glasplaat gebruikt, zie "Het gebruik van de glasplaat" (P.47). Indien u de SPF/RSPF gebruikt, zie "Het gebruik van de SPF/RSPF" (P.48). Wanneer u op A4 papier of een groter formaat kopieert, dient u het verlengstuk van de papierlade uit te trekken.
46
3
Selecteer de kopieerinstellingen.
Indien u met de oorspronkelijke instellingen wilt kopieren (P.13), gaat u verder naar de volgende stap. Om het aantal kopieen in te stellen, zie pagina 49. Om de resolutie- en contrastinstellingen af te stellen, zie pagina 49. Om de kopie te vergoten of verkleinen, zie pagina 51. Om de toegepaste lade te wisselen, zie pagina 51. (AL-1 Om aan beide zijden van het papier te printen, zie pagina 52.
4
Start het kopieren.
Druk op de start ( ) toets.
Bij het gebruik van de handinvoer drukt u niet op de start ( ) toets. Voer een
blad papier in de handinvoer. (pagina 18)
Meerdere kopien zijn niet mogelijk via de handinvoer voor
Opmerking
afzonderlijke bladen.
553, AL-1555)
Voer geen papier in de handinvoer voorafzonderlijke bladen wanneer er
Attentie
Opmerking
een kopieerbewerking vanuit de papierlade wordt uitgevoerd. Hierdoor kunnen papierstoringen ontstaan.
Wanneer u een printproces start terwijl het apparaat kopieert, begint
het printen wanneer het kopiëren beëindigd is.
De scanfuntie kan niet worden gebruikt terijl ereen kopieerproces loopt.
Het onderbreken van een kopieerproces
Wanneer u op de start ( ) toets druk om een kopieerproces te beginnen terwijl een printproces de papierlade of handinvoerlade gebruikt, zal het kopiëren automatisch beginnen nadat de pintgegeens in het geheugen van het apparaat werden geprint (kopiëren onderbreken). Wanneer dit wordt gedaan zullen de printgegevens die in de computer achterblijven niet naar het apparaat worden gezonden. Wanneer de kopieerbewerking voltooid is, drukt u tweemaal op de wis ( ) toet of eenmaal op de ON LINE toets om het apparaat in de online toestadte zetten (P.32), of u wacht tot de ingestelde automatische wistijd (P.55) verstreken is. De overgebleven printgegevens worden naar het apparat gezonden en het printen wordt voortgezet. Het onderbreken van een kopieerpoces is niet mogelijk tijdens een printbewerking via de handinvoer voor afzonderlijke bladen.
HET PLAATSEN VAN DE ORIGINELEN
Het gebruik van de glasplaat
De glasplaat kan originelen tot een grootte van A4 lezen.
Er kan beeldverlies van 4 mm optreden aan de boven- en onderzijde
Opmerking
1
2
van de kopieën. Er kan ook een beeldverlies van 4,5 mm in totaal optreden aan de andere randen van de kopieën.
Wanneer u een boek kopieert of een orineel dat werd gevouwen of
verkreukeld is, dient u licht op het documentdeksel te drukken. Wanneer het documentdeksel niet goed gelsoten is kunnen er strepen of vervormingen van de kopieën ontstaan.
Het documentdeksel kan simpelweg recht omhoog worden getrokken
en opnieuw worden bevestigd om het kopiëren van van dikke
originelen mogelijk te maken (AL-1552).
Open het documentdeksel/SPF/RSPF, en plaats het origineel.
Plaats het origineel met de geprinte zijde omlaag op de glasplaat. Richt het t.o.v. e aanlegliniaal en de centrummarkering ( ) Sluit het documentdeksel/SPF/RSPF voorzichtig.
Scala voor het origineel
markering
5
47
Het plaatsen van een groot origineel (AL-1552)
Het documentdeksel kan verwijderd worden om grote voorwerpen te kopiëren.
Til het documentdeksel gewoon recht
1
onhoog.
Om het documentdeksel weer te bevestigen, keert u de
2
bovenstaande procedure om.
Het gebruik van de SPF/RSPF
De SPF kan max. 30 originelen bevatten met een formaat van A5 tot A4 en een gewicht van 52g/m2 tot 90 90g/m2.
Voordat u originelen in de origineel invoerlade laadt, dientu eventuele
nietjes of paperclips te vewijderen.
Opmerking
Maak eventuele omgekruld of golvende originelen vlak voor u ze in de
origineel invoerlade plaatst. Anders kan het papier vastlopen.
De SPF/RSPF ( ) indicatie op het bedieningspaneel gaat branden.
Indien deze indicatie niet gaat branden, werden de orginelen niet behoorlijk werden geplaatst of wanneer de SPF/RSPF niet goed gesloten is.
Zwaar beschadigde originelen kunnen in de SPF/RSPF vastlopen. Er
wordt aanbevolen dergelijke originelen vanuit de glasplaat te kopiëren.
Speciale originelen zoals transparante folie mogen niet via de SPF/
RSPF worden ingevoerd maar moet direct op de glasplaat worden geplaatst.
Er kan beeldverlies (van max. 4 mm) optreden aan de boven- en
onderzijde van de kopieën. Er kan ook een beeldverlies van (max.
4.5 mm in totaal) optreden aan de andere randen van de kopieën.
Om continu kopiëren via de SPF/RSPF te stoppen, drkt u op de wis
()
toets.
Kopiëren m.b.v. de enkelzijdige naar enkelzijdige kopieerfunctie (AL-1555): Controleer of er geen indicatie brandt van de origineel naar kopie indicaties.
48
Zorg ervoor dat er geenorigineel op de glasplaat is
1
achtergebleven. Pas de geleiders voor de originelen
2
aan het formaat van de originelen aan.
Plaats de originelen met de geprinte
3
zijde boven in de origineel invoerlade.
Origineel met printzijde boven
Stroom invoer functie
Met de stroom-invoerfunctie kunt u eenvoudig continu kopiëren vanuit de SPF/RSP. Wanneer de stroom-invoer-functie wordt ingeschakeld met behulp van gebruikersprogramma nr.4, zal de SPF/RSPF ( ) indicatie ongeveer 5 seconden lang knipperen nadat de toevoer vn alle originelen uit de SPF/ RSPF beëindigd is. Terwijl deze indicatie knippert kunnen er nieuwe originnelen in de origineel invoereenheid worden gevuld, die dan automatisch worden gekopieerd. Wanneer de stroom-invoer­functie uitgeschakeld is, moet de start ( ) toets telkens worne ingedrukt wanneer de originelen worden gplaatst, zelfs direct nadat er een kopieerproces vanuit de SPF/RSPF beëindigd is. De standaardinstelling voor de stroom-invoerfunctie is "AAN". Zie "GEBRUIKERSPROGRAMMA’S" (P.55).
INSTELLEN VAN DE KOPIEERHOEVEELHEID
Stel het aantal kopieën in m.b.v. de twee kopieerhoeveelheid ( , ) toetsen wanneer u van de glasplaat of van de SPF/RSPF (indien geïnstalleerd) kopieert.
Druk op de wis ( ) toets om een fouteve invoer te wissen.
Opmerking
• Druk op de rechter kopieerhoeveelheid toets om de
cijfers van 0 tot 9in te stellen. Deze toets verandert
de tientallen niet.
• Druk op de linker kopieerhoeveelheid toets om de
tientallen van 1 tot 9in te stellen.
Er kan een afzonderlijke kopie worden gemaakt met de
oorspronkelijke instelling, bijv. wanneer "0" wordt weergegeven.
Tientallen
Enkele getallen
AFSTELLEN BELICHTING/FOTOKOPIEREN
Afstellen van de belichting
Het afstellen van de belichting van de kopieën is voor de meeste originelen in de automatische belichtingsfunctie niet noodzakelijk. Om de belichting handmatig af te stellen of om foto’s te kopiëren kan het belichtingsniveau handmatig in twee stappen worden afgesteld.
5
De kopieerresolutie voor de AUTO en handmatige ( ) functie kan
Opmerking
gewijzigd worden. (P.55)
Druk op de belichtingsfunctie
1
selectietoets om de HANDMATIGE ( ) functie of de FOTO ( ) functie te selecteren.
Gebruik de licht ( ) en donker ( ) toetsen
2
om het belichtingsniveau te selecteren. Wanneer het belichtingsniveu 2 geselecteerd wordt zullen de twee is indicaties uiterst links voor dit niveau gelijktijdig gaan branden.
Wanneer niveau 4 wordt geselecteerd zullen de
3
twee uiterst rechtsindicaties voor dat niveau gelijktijdig gaan branden.
49
Automatische belichtingsafstelling
Dit automatische belichtingsniveau blijft effectief tot u het opnieuw door
Opmerking
Het automatische belichtingsniveau kan worden aangepast aan uw persoonlijke kopieerwensen. Het niveau wordt achtereenvolgens ingesteld voor het kopiëren van de glasplaat en voor het kopiëren vanaf de SPF/RSPF.
middel van deze procedure wijzigt.
Wanneer u het automatische belichtingsniveau instelt voor het
1
kopiëren vanaf de SPF/RSPF, plaatst u een origineel in de origineel-invoerlade en controleert u of de SPF/RSPF ( ) indicatie gaat branden. Wanneer u het automatische belichtingsniveau instelt voor het kopiëren vanaf de glasplaat, dient u te controlren of er geen origineel in de origineel­invoerlade is achtergebleven.
Druk op de belichtingsfunctie
2
selectietoets om de FOTO ( ) modus te selecteren.
Houd de belichtingsfunctie selectietoets
3
ongeveer 5 seconden lang ingedrukt.. De FOTO ( ) indicatie gaat uit en de AUTO indicatie begint te knipperen. Een of twee licht- en donkerindicaties overeenkomstig het geselecteerde automatische belichtingsniveau gaan branden.
50
Druk op de licht ( ) of donker ( )
4
toets om het automatische belichtingsniveau desgewenst lichter of donkerder te maken. Wanneer het belichtingsniveu 2 geselecteerd wordt zullen de twee is indicaties uiterst links voor dit niveau gelijktijdig gaan branden. Wanneer het belichtingsniveu 4 geselecteerd wordt zullen de twee is indicaties uiterst rechts voor dit niveau gelijktijdig gaan branden.
Druk op de belichtingsfunctie selectietoets. De AUTO indicatie
5
stopt met knipperen en zal permanent gaan branden.
VERKLEINEN/VERGROTEN/ZOOM
Er kunnen drie vooraf ingestelde verkleiningspecentages en twee vergrotingspercentages worden ingesteld. De zoomfunctie maakt de selectie van het kopieerpercentage in stappen van 1% tussen 25% en 400% mogelijk.
Plaats het origineel en controleer het formaat van het
1
kopieerpapier.
Gebruik de kopieerpercentage selectietoets en/of ZOOM
2
( , ) toetsen om het gewenste kopieerpercentage te selecteren.
Om een zoominstelling te controleren zonder het zoompercentage tw wijzigen, houdt u de kopieerpercentage display (%) toets
Opmerking
Stel het verkleinings-/vergrotingspercentage in.
3
Opmerking
ingedrukt. Wanneer de toets wordt losgelaten, keert het display terug naar het kopieerhoeveelheid display.
Om het percentage op 100% terug te zetten, drukt u
herhaaldelij op de kopierpercentage selectietoets tot de 100% indicatie gaat branden.
Om het zoompercentage snel te verkleinen of vergroten, houdt u de ZOOM ( ) of ( ) toets ingedrukt De waarde stopt echter op de vooringestelde verkleining- en vergrotingpercentages. Om tussen deze percentages te bewegen, dient u de toets los te laten en opnieuw ingedrukt te houden.
5
Om een vooraf ingesteld kopieerpercentage te selecteren:
Vooraf ingestelde verkleinings- en vergrotingspercentages zijn: 25%, 70%, 86%,
A5
A4
141
A4
B5
86
A4
A5
70
141%, en 400%.
Om een zoompercentage te selecteren:
Wanneer er op een ZOOM (
of ) toets
wordt gedrukt, zal de ZOOM indicatie gaan
A4 B5
A4
A5
branden en wordt het zoompercentage in het display weergegeven.
HET SELECTEREN VAN DE LADE (AL-1553, AL-1555)
Druk op de ladeselectie ( ) toets.
Ledere keer dat u op de ladeselectie ( )toets wijzigt de locatie die wordt aangegeven door de papierlocatie indicatie in de volgende volgorde: papierlade, handinvoerlade.
AL-1555
141
86 70
A5
A4
A4
B5
A4
A5
51
6
In dit hoofdstuk worden de speciale functies van het apparaat beschreven. Gebruik deze functies indien u wilt.

SPECIALE FUNCTIES

TWEEZIJDIG KOPIEREN
Wanneer u vanaf de SPF/RSPF kopieert, kunnen tweezijdige originelen automatisch wordn gekopieerd zonder dat u deze handmatig hoeft om te draaien. Automatisch tweezijdig kopiëren kan ook zonder de toepassing van de SPF/RSPF worden uitgevoerd. Wanneer u van eenzijdige originelen op tweezijdige kopieën kopieert, kan de afdrukstijl worden geselecteerd tussen draaien aan lange zijde te draaien aan korte zijde.
Wannee u tweezijdige kopieen vanaf de glasplaat maakt, moet het
papierformaat A4/brief zijn. Wanneer u tweezijdige kopieën vanaf de
Opmerking
SPF/RSPF maakt kunenn de formaten A4, B5, A5, brief, zakelijk, en rekening worden gebruikt. Er kan geen papier worden gebruikt dat geen standaardformaat heeft.
Bij het maken van tweezijdige kopieën kan de handinvoerlade niet
worden gebruikt.
Wanneer u tweezijdige originelen me rekeningformaat vanuit de SPF/
RSPF gebruikt dien ut de liggende afdrukstijl te selecteren. Andes kan het origineel vastlopen.
52
A
A A
A A
A
Inschakelen korte kantInschakelen lange kant
Het maken van tweezijdige kopieën
Plaats het origineel op de glasplaat of in de SPF/RSPF. (Zie see
1
"HET PLAATSEN VAN DE ORIGINELEN" (P.47). Selecteer de tweezijdig kopieerfunctie.
2
A
A
A: Wanneer u kopieert in de enkelzijdige naar tweezijdige modus:
Gebruik de origineel naar kopietoets om de gewenste enkelzijdig naar tweezijdige kopieerfunctie te selecteren (Draaien op lange zijde of draaien op korte zijde). Zie de afbeeldingen op pagina 52.
B: Wanneer u kopieert in de tweezijdige naar tweezijdige modus:
Gebruik de origineel naar kopie toets om de tweezijdige naar tweezijdige kopieerfunctie te selecteren. De originelen moeten in de SPF/RSPF zjn geplaatst voor deze modus kan worden ingesteld (stap 3) pagina 48. (AL-
1555)
C: Wanneer u kopieert in de tweezijdige naar enkelzijdig modus:
Gebruik de origineel naar kopie toets om de tweezijdige naar enkelzijdige kopieerfunctie te selecteren. De originelen moeten in de SPF/RSPF zijn eplatst in stap 3 pagina 48. (AL-1555)
AL-1555
A B
AL-1552_AL-1553
A
Selecteer de kopiereinstellingen. Zie "INSTELLEN VAN DE
3
KOPIEERHOEVEELHEID" (P.49),"AFSTELLEN BELICHTING/ FOTOKOPIEREN" (P.49), en "VERKLEINEN/VERGROTEN/ ZOOM" (P.51).
Het gebruik van de glasplaat
Bij het gebruik van de glasplaat ishet kopiëren alleen mogelijk in de enkelzijdig naar tweezijdige modus (“A” hierboven).
Druk op de start ( ) toets.
1
Het origineel wordt in het geheugen van het apparaat gescand.
Plaats het origineel dat u wilt kopiëren op de achterzijde van het
2
papier en druk opnieuw op de start ( ) toets.
Het kopiëren begint.
Het gebruik van de SPF/RSPF
Druk op de start ( ) toets. Het kopiëren begint in de geselecteerde tweezijdige kopieerfunctie.
C
6
53
BESCHRIJVING VAN DE SPECIALE FUNCTIES
Toner-spaar-functie (pagina 54)
Reduceert het tonerverbruik met ca. 10%
Stroomspaarfuncties (pagina 55)
Het apparaat heeft twee stroomspaarfuncties: voorverwarm-functie en automatische stroom-uitschakel-functie.
Voorverwarm functie
Wanneer het apparaat naar de voorverwarm-functie gaat zal de stroomspaar ( )
indicatie gaan branden en alle andere indicaties blijven net als voordien aan of uit.
In deze functie wordt de heater van het apparaat op een lager verwarmingsniveau
ingesteld waardoor er stroom wordt gespaard. Om vanuit de voorverwarm-functie
te kopiëren, dient u de gewenste kopieerselectie uit te voeren en de start ( )
toets in te drukken net als tijdens het normale kopieerproces.
Automatische stroom-uitschakelstand modus
Wanneer het apparaat naar de automatische troom-uitschakel-stand gaat, zal de
stroomspaar ( ) indicatie gaan branden en alle andee indicaties zullen uitgaan.
De automatische stroom-uitschakel-functie spaart mer stroom dan de
voorverwarm-functie maar het duurt langer om opnieuw te starten. Om vanuit de
automatishe stroom-uitschakel-stand te kopiëren, dient u de start ( ) toets in te
drukken. Vervolgens dient u de gewenste kopieerselecties uit te voeren en de start
( ) toets in te drukken net als tijdens het normale kopieerproces.
Auto wissen (pagina 55)
Het apparaat gaat weer in de oorspronkelijke instelling na een vooraf ingestelde tijd nadat de laatste kopie of scanbewerking werd gemaakt. Deze vooraf ingestelde tijd (automatische wistijd) kan worden veranderd.
Stroom invoer functie (pagina 55)
Voor een beschrijving van de stroom-invoer-functie, zie "Stroom invoer functie" (P.49).
Resolutie van AUTO & HANDMATIGE modus (pagina 55)
U kunt de kopieerresolutie instellen die wordt gebruikt voor de AUTO en HANDMATIGE ( ) belichtingsfunctie.
54
TONERSPAARFUNCTIE
Druk op de belichtingsfunctie
1
seletietoets om de handmatige ( ) modus te selecteren.
Houd de belichtingsfunctie selectietoets
2
ongeveer 5 seconden lang ingedrukt.. De handmatige ( ) indicatie gat uit en de foto ( indicatie begint te knipperen. De belichtingsindicatie met de markering "5" zal gaan branden, om aan te geven dat de standaard tonerfuntie actief is.
Om naar de tonerspaarfuntie te gaan,
3
drukt u op de licht ( ) toets. De belichtingsindicatie met de markering "1" zal gaan branden, om aan te geven dat de tonerspaarfuntie actief is.
Druk op de belichtingsfunctie selectietoests. De foto ( )
4
indicatie stopt met knipperen en de belichtingsindicatie met de markering "3" gaat branden. De tonerspaarfunctie is nu actief.
5
Om trugte keren naar de standaardmodusherhaalt u de procedure maar
Opmerking
gebruikt u de donker ( ) toets om het belichtingsniveau te selecteren "5" in stap 3.
GEBRUIKERSPROGRAMMA’S
Met behulp van de gebruikersprogramma’s wordt het mogelijk om de parameters van bepaalde functies desgewenst in te stellen, te wijzigen of te annuleren.
Instellen van de stroomspaarfuncties, de automatische wistijd, de stroominvoer-functie en de resolutie van de AUTO & HANDMATIG modus
Houd de licht ( ) en donker ( ) toetsenvgelijktijdig meer
1
dan 5 seconden ingedukt tot alle storingsindicaties ( , ,
) knipperen en " " op het display verschijnt.
6
Met behulp van de linker kopieerhoeveelheid ( ) toets selecteert u
2
een programmanummer (1: automatische wistijd, 2: voorverwarm­functie, 3: automatische stroom-uitschakelstand timer, 4: stroom­invoer-functie, 5: automatische stroom-uitschakelstand 6: Resolutie van AUTO & HANDMATIGE modus). Het geselecteerde programmanummer nipper aan de linkerkant in het display.
Druk op de start ( ) toets. Het ingevoerde programmanummer zal continu
3
gaan branden en het actueel geselecteerde parameternummer voor eht programma zal aan de rechterkant van het display gaan knipperen.
Selecteer de gewenste parameter met behulp van de rechter
4
kopieerhoeveelheid ( ) toets. Hetingevoerde parameternummer knippert aan de rechtekant van het display.
55
Programma
nr.
1
2
3
4
5
6
* De fabriekinstellingen worden met een sterretje (*) gekenmerkt.
Opmerking
Druk op de start ( ) toets. Het nummer aan de rechterkant van het display
5
Modus Parameters
Automatische wistijd
Voorverwarm functie
Automatische stroom­uitschakelstand timer
Stroom-invoer­functie
Automatische stroom­uitschakelstand modus
Resolutie van AUTO & HANDMATIGE modus
Programma nr. 4 kan geselecteerd worden wanneer uw apparaat over een SPF/RSPF beschikt.
0 UIT, 1 10sec., 30sec. *3 60sec., 4 90sec., 5 120sec.
*0 30sec., 1 60sec., 2 90sec.
0 2min., *1 5min., 2 15min. 3 30min. 4 60 min. 5 120min.
0 UIT, *1 AAN
0 UIT, *1 AAN
*0 300dpi, 1 600dpi
zal continu gaan branden en de ingevoerde waarde wordt opgeslagen.
56
Om de instelling te wijzigen of om een andere functie in te stellen,
Opmerking
Toets de licht ( ) of donker ( ) toets om naar de normale
6
drukt u op de wis ( ) toets. Het apparaat keert terug naar stap 2.
kopieerfunctie terug te keren.
WEERGEVEN VAN TOTAAL AANTAL KOPIEEN
gebruik de volgende procedure om het totaal aantal kopieën weer te geven.
Houd de wis ( ) toets ongeveer 5 seconden lang ingedrukt.. Het
totaal aantal kopieën verschijnt in twee stappen, elk met drie cijfer.
Voorbeeld: Het totaal aantal kopieën is 1,234.
7
In dit hoofdstuk wordt het vervangen van de toner- en de drumpatroon en de reiniging van het apparaat beschreven.

ONDERHOUD

Opmerking
Gebruik alleen originele SHARP onderdelen en voorraden.
HET VERVANGEN VAN DE TONERPATROON
De toner vereist ( ) indicatie gaat branden wanneer er toner wordt vereist. Voor nadere informatie over het verkrijgen van de tonerpatroon, zie "VOORRADEN EN OPTIONELE ONDERDELEN" (P.70). Wanneer u kopieert terwijl de indicatie aan gaat, zullen de kopieën langzaam lichter worden ot de kopieermachine stopt en de indicatie begint te knipperen. Vervang de oude tonerpatroon door de onderstaand beschreven procedure op te volgen.
• Nadat het aparaat stopt kunnen er eventueel nog een paar kopieën worden gemaakt door de tonerpatroon eruit te nemen en deze
Opmerking
1
2
horizontaal enkele malen heen en weer te schudden en terug te plaatsen. Wanneer er na deze procedure nog geen kopieën kunnen worden gemaakt, moet de toerpatroon worden vervangen.
• Tijdens een lang kopieerproces van een donker origineel, kan de start ( ) indicatie gaan knipperen of gaan branden en het apparaat zal stoppen hoewel er nog toner aanwezig is. Het apparaat voedt toner tot 2 minuten en vervolgens gaat de start ( ) indicatie branden. Druk op de start ( ) toets om het kopieerproces opnieuw te starten.
Open de handinvoerlade (AL-1553, AL-1555), de zijklep, en het frontdeksel in deze volgorde.
Voor het openen van de handinvoer-lade, zie "Handinvoer voor meerdere bladen (AL-1553, AL-1555)" (P.17). Voor het openen van de zijklep en het frontdeksel, zie "PLAATSEN VAN DE TONERPATROON" (P.10).
Trek de tonerpatroon er voorzichtig uit terwijl u op de vergrendelings/ ontgrendelingstoets drukt.
Vergrendelings-/ontgrendelingstoets
7
Opmerking
Verwijder de oude drumpatroon volgens de plaatselijke voorschriften.
Installeer een nieuwe tonerpatroon. Voor het installeren van een nieuwe
3
tonerpatroon, zie "PLAATSEN VAN DE TONERPATROON" (P.10).
57
Sluit het frontdeksel en vervolgens de zijklep door op de ronde
4
uitsteeksels bij de opentoetsen voor de zijkleppen te drukken. De ( ) indicatie gaat uit en de bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat branden.
Bij het sluiten van de deksel dient u eerst het frontdeksel zorgvuldig te
Attentie
sluiten en vervolgens de zijkleppen. Wanneer de kleppen in de verkeerde volgorde worden gesloten, kunnen zij beschadigd worden.
HET VERVANGEN VAN DE DRUMPATROON
De levensduur van de drumpatroon bedraagt ongeveer 18,000 kopieën. Wanneer de interne teller ongeveer 17,000 kopieën bereikt gaat de drumpatroon vervangen ( ) indicatie branden, waarmee wordt aangeduid dat de drumpatroon spoedig moet worden vervangen. Voor nadere informatie over het verkrijgen van de drumpatroon, zie "VOORRADEN EN OPTIONELE ONDERDELEN" (P.70). Wanneer de indicatie begint te knipperen zal het apparaat nit meer functioneren totdat de drumpatroon vervangen wordt. Nu moet u de drumpatroon vervangen.
Verwijder de beschermafdekking van het drumgedeelte (zwart papier)
Attentie
van een nieuwe drumpatroon niet voor het gebruik. De afdekking beschermt de drum tegen extern licht.
Verwijder de tnerpatroon (zie "HET VERVANGEN VAN DE
1
TONERPATROON" (P.57)). Houd het handvat van de drumpatroon
2
vast en trek deze er voorzichtig uit.
Hefboom voor drumpatroon
58
Opmerking
Verwijder de oude drumpatroon volgens de plaatselijke voorschriften.
Verwijder de drumpatroon uit de beschermende zak en
3
verwijder de beschermafdekking van de patroon. Vervolgens installeert u de nieuwe drumpatroon.
Raak het oppervlak van het drumpatroon (groene gedeelte) niet
Attentie
aan. Anders kunnen er vlekken op de kopieën komen.
Installeer de nieuwe tonerpatroon behoedzaam. Voor het
4
installeren van een tonerpatroon, zie "PLAATSEN VAN DE TONERPATROON" (P.10).
Sluit het frontdeksel en vervolgens de zijklep door op de ronde
5
uitsteeksels bij de opentoetsen voor de zijkleppen te drukken. De drumpatroom vervangen vereist ( ) indicatie gaat uit en de bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat branden.
Bij het sluiten van de deksel dient u eerst het frontdeksel zorgvuldig te
Attentie
sluiten en vervolgens de zijkleppen. Wanneer de kleppen in de verkeerde volgorde worden gesloten, kunnen zij beschadigd worden.
REINIGING VAN HET APPARAAT
Een behoorlijk onderhoud is eesentieel voor zuivere, scherpe kopieën Neem een paar minuten de tijd om uw apparaat regelmatig te reinigen.
• Voor het reinigen, dient u de aan-/uitschakelaar uit te zetten en de
Attentie
Behuizing
Reinig de behuizing met een zachte, schone doek.
Glasplaat en de achterzijde van het documentdeksel/SPF/RSPF
Vlekken op de glasplaat, het SPF/RSPF het scanvenster (AL-1553, AL-1555), deksel of SPF/RSPF wals worden eveneens gekopieerd. Veeg de glasplaat, het SPF/RSPF scanvenster, het deksel en de SPF/RSPF wals met een zachte, schone doek. Indien noodzakelijk kunt u de doek met een glasreiniger bevochtigen.
stekker uit het stopcontact te trekken.
• Gebruik geen verdunner, benzeen of andere agressieve reinigingsmiddelen. Anders kunnen er vervormingen, verkleuringen, scheuren of storingen worden veroorzaakt.
Glasplaat/Scanvenster Documentdeksel/SPF/RSPF
SPF/RSPF wals
Scanvenster
7
59
Coronadraad
Wanneer de kopieën strepen of vlekken krijgen is de coronadraad waarschijnlijk verontreinigd. Reinig deze op de volgende manier.
Zet de aan-/uitschakelaar uit.(P.13)
1
Controleer of de handinvoer open is (AL-1553, AL-1555) en
2
open vervolgens de zijklep door op de opentoets voor de zijklep te drukken.
Verwijder de reiniger voor de coronadraad door deze aan de
3
strip vast te houden. Plaats de reiniger op het rechter uiteinde van de coronadraad en schuif de reiniger voorzichtig naar de linker kant. Vervolgens kunt u de reiniger verwijderen. Herhaal dit twee tot drie keer.
Schuif de reiniger van het ne einde naar het andere einde langs
Opmerking
de gleuf van de corona-eenheid. Wanneer de reiniger onderweg wordt gestopt kunnen er vlekken op de kopieën ontstaan.
60
Zet de reiniger terug op zijn
4
originele positie. Sluit de zijklep door op de ronde uitsteeksels bij de opentoetsen voor het zijdeksel te drukken.
Zet de aan-/uitschakelaar aan. (P.12)
5
8
HET OPSPOREN VAN FOUTEN
In dit hoofdstuk wordt het vehelpen van papierstoringen alsmede het opsporen van fouten beschreven. Voor problemen met de printer- of de scannerfunctie, zie het online-handboek of het helpbestand voor de printer/scanner besturing.
OPSPOREN VAN FOUTEN
Indien er een probleem optreedt, dient u de onderstaande lijst te controleren voordat u contact opneemt met onze erkende servicevertegenwoordiging.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Is de stekker in het stopcontact?
Het apparaat functioneert niet
Blanco kopieën
De kopieën zijn te licht of te donker.
Stof, vuil, vlekken verschijnen op de kopieën.
Gestreepte kopieën Is de coronadraad schoon? Reinig de coronabedrading. 60
Er komen vaak papierstoringen voor.
De kopieën geven af wanneer men erover veegt.
Staat de aan-/uitschakelaar aan?
Is de zijklep goed gesloten? Sluit de zijklep voorzichtig. 10 Frontdeksel gesloten? Sluit voorzichtig het frontdeksel en
Werd het origineel met de printzijde omlaag op de glasplaat of met de printzijde naar boven in de SPF/RSPF geplaatst?
Is het origineel te donker of te licht?
Staat het apparaat in de automatische belichtingsfunctie?
Staat het apparaat in de foto belichtingsfunctie?
Is de glasplaat of het documentdeksel verontreinigd?
Is het origineel vuil of gekreukeld?
Werd er ander dan standaardpapier gebruikt?
Is het papier gekruld of vochtig?
Zijn er papierstukjes in het apparaat achtergebleven?
Zijn de papiergeleiders in de papierlade niet correct ingesteld?
Is er te veel papier in de papierlade of handinvoerlade?
Is het papie te zwaar? Gebruik papier binnen het
Is het papier vochtig? Door droog papier vervangen. Wanneer
Sluit het apparaat aan op een geaarde wandcontactdoos.
Zet de aan-/uitschakelaar aan.
vervolgens de zijklep. Plaats origineel met de printzijde omlaag
op de glasplaat of met de printzijde naar boven in de SPF/RSPF. 47, 48
Stel het belichtingsniveau handmatig af.
Stel het automatische belichtingsniveau af. 50
Annuleer de foto belichtingsfunctie.
Regelmatig reinigen.
gebruik een schoon origineel.
Gebruik standaardpapier. Wanneer u speciaal papier gebruikt, dient u dit via de handmatige invoer in te voeren.
Bewaar kopieerpapier in de verpakking op een droge plaats.
Verwijder alle stukjes vastgelopen papier.
Stel de papiergeleiders correct af afhankelijk van het papierformaat. 15, 17
Verwijder overtollig papier uit de papierlade.
gespecificeerde bereik.
het apparaat lang niet wordt gebruikt, dient u het papier uit de papierlade te verwijderen en in de verpakking op een droge plaats te bewaren.
Pagina
12
12
10
49
49
59
14
63
15, 17
14
71
8
61
STATUS INDICATIES
Wanneer de volgende indicaties op het bedieningspaneel of de volgende alfanumerieke codes in het display verschijnen, dient u dit probleem onmiddellijk op te lossen met behulp van de tabel en de betreffende pagina.
Gebruik alleen originele SHARP onderdelen en voorraden.
Opmerking
Indicatie Oorzaak en verhelpen Pagina
Drum patroon vervangen vereist indicatie
Toner vereist indicatie
Papierstoring indicatie
SPF/RSPF papierstoring indicatie
De stroomspaarindicatie brandt continu.
De papierlade indicatie knippert.
CH knippert in het display.
CH brandt continu in het display.
P knippert in het display.
Brandt continu
Knippert
Brandt continu
Knippert
Knippert
Knippert
De drumpatroon moet spoedig worden vervangen. Bereid een nieuwe patroon voor.
De drumpatroon moet worden vervangen. Vervang deze door een nieuwe.
De tonerpatroon moet spoedig worden vervangen. Bereid een nieuwe patroon voor.
De tonerpatroon moet worden vervangen. Vervang deze door een nieuwe.
Er is een papierstoring opgetreden. Verwijder het vastgelopen papier volgens de beschrijving van "PAPIERSTORING VERHELPEN".
Er is een papierstoring opgetreden in de SPF/RSPF. Verwijder de vastgelopen originelen volgens de beschrijving van "E:Papierstoring in de SPF (AL-
1553), RSPF (AL-1555)". Het apparaat is in de voorverwarmfunctie. Druk op een
toets om de voorverwarm-functie te annuleren. Het apparaat staat in de automatische stroom-
uitschakel-stand. Druk op de start ( ) toets om de automatische stroom-uitschakel-stand te annuleren.
De papierlade werd niet correct geïnstalleerd. Schuif de papierlade zorgvuldig in het apparaat.
De tonerpatroon is niet geïnstalleerd. Controleer of de tonerpatroon geïnstalleerd is. Indien "CH" knippert hoewel er een patroon correct geïnstalleerd is, dient u onmiddellijk contact op te nemen met uw geautoriseerde onderhoudsservice.
De zijklep is open. Sluit de zijklep door op de ronde uitsteeksels bij de opentoetsen voor het zijdeksel te drukken.
De papierlade of handinvoerlade is leeg. Laad papier.
Er is een papierstoring opgetreden in de papierlade of handinvoerlade. Verwijder het vastgelopen papier.
70
58
70
57
63
66
54
54
57
15, 17
63
62
Er verschijn awissend een letter en een cijfer.
Er verschijn awissend een letter en een cijfer.
De scankop vergrendelingstoets is vergrendeld. Ontgendel de scankop vergrendelingstoets.
Het apparaat functioneert niet. Schakel de aan-/ uitschakelaar uit, verwijder het netsnoer uit de uitgang en neem contact op met uw erkende servicevertegenwoordiging.
9
PAPIERSTORING VERHELPEN
Wanneer de papierstoring ( ) indicatie knippert of in het display knippert, stopt het apparaat vanwege een papierstoring. Wanneer er een papierstoring optreedt bij het gebruik van de SPF/RSPF kan er een getal op het display verschijnen voorafgegaan door een minteken. Dit duidt het aantal originelen aan dat na een papierstoring teruggeplaatst moet worden in de origineel invoerlade. Plaats het gewenste aantal originelen terug. Dit getal verdwijnt wanneer het kopiëren wordt hervat of wanneer de wis ( ) toets ingedrukt wordt. Wanner er een origineel vastloopt in de SPF/ RSPF, stopt het apparaat en zal de SPF/RSPF papierstoring ( ) indicatie gaan knipperen, terwijl depapierstoring ( ) indicatie uit blijft. Voor een vastgelopen origineel in de SPF/RSPF, zie "E:Papierstoring in de SPF (AL-1553), RSPF (AL-
1555)" (P.66).
Open de handinvoerlade (AL-1553, AL-1555) en de zijklep in
1
deze volgorde.
Voor het openen van de handinvoer-lade, zie "Handinvoer voor meerdere bladen (AL-1553, AL-1555)" (P.17). Voor het openen van de zijklep, zie "PLAATSEN VAN DE TONERPATROON" (P.10).
Controleer de plaats waar het papier is vastgelopen. Verwijder
2
het vastgelopen papier volgens de aanwijzingen voor elke locatie in de onderstaande afbeelding. Wanneer papierstoring indicatie in het display knippert, gaat u verder met"A: Papierstoring in het invoergedeelte" (P.64)
Wanneer het vastgelopen papier van deze zijde kan worden gezien, gaat u verder met "C: papierstoring in het transportgedeelte".
(
P
.65)
Wanneer het papier hier is vastgelopen, gaat u verder naar "D: papierstoring in het onderste invoergedeelte". (
P
.66)
Wanneer het papier hier is vastgelopen gaat u verder naar "B: Papierstoring in het
heatergedeelte". (P.64)
8
Wanneer het papier hier is vastgelopen, gaat u verder naar "A papierstoring in het
invoergedeelte". (P.64)
63
A: Papierstoring in het invoergedeelte
o
Verwijder het vastgelopen papier voorzichtig uit het invoergedeelte
1
zoals in de afbeelding wordt getoond. Wanneer ( ) in het display knippert en het vastgelopen papier niet kan worden gezien vanuit het invoergedeelte, trekt u de papierlade eruit en verwijdert u het verkeerd ingevoerde papier. Wanneer het papier niet verwijderd kan worden gaat u verder naar “B: Papierstoring in het heatergedeelte”.
Het gebied van de heater is heet. Raak de heatereenheid niet
Waarschuwing
Attentie
aan bij het verwijderen van vastgelopen papier. Anders kunt u brandwonden of ander letsel oplopen.
• Raak het oppervlak van het drumpatroon (groene gedeelte) niet aan bij het verwijdren van vastgelopen papier. Anders kan de drum beschadigd raken en kunnen er vlekken op de kopieën komen.
• Indien er papier via de handinvoerlade werd ingevoerd, mag u het vastgelopen papier niet via de handinvoerlade verwijderen. Toner op het papier kan vlekken veroorzaken in het apiertransportgebied waardoor er vlekken op de kopieën zullen komen.
64
Sluit de zijklep door op de ronde uitsteeksels bij de
2
opentoetsen voor het zijdeksel te drukken. De papierstoring ( ) indicatie gaat uit en de bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat branden.
B: Papierstoring in het heatergedeelte
Beweeg de
1
ontgrendelingshefboom van de heater-eenheid omlaag.
Heater-eenheid ontgrendelingshefbo
Verwijder het vastgelopen papier
2
voorzichtig van onder de heater­eenheid zoals in de afbeelding wordt getoond. Wanneer het papier niet verwijderd kan worden gaat u verder naar “C: Papierstoring in het transportheatergedeelte”.
Het gebied van de heater is
Waarschuwing
Attentie
Beweeg de ontgrendelingshefboom van de heater-eenheid
3
omhoog en sluit de zijklep door op de ronde uitsteeksels bij de opentoetsen voor het zijdeksel te drukken. De papierstoring ( ) indicatie gaat uit en de bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat branden.
heet. Raak de heatereenheid niet aan bij het verwijderen van vastgelopen papier. Anders kunt u brandwonden of ander letsel oplopen.
• Raak het oppervlak van het drumpatroon (groene gedeelte) niet aan bij het verwijdren van vastgelopen papier. Anders kunnen er vlekken op de kopieën komen.
• Verwijder vastgelopen papier niet boven de heater-eenheid. Niet gefixeerde toner op het papier kan vlekken veroorzaken in het papiertransportgebied waardoor er vlekken op de kopieën zullen komen.
C: Papierstoring in het transportgedeelte
Beweeg de ontgrendelingshefboom van de heater-eenheid omlaag.
1
Zie "B: Papierstoring in het heatergedeelte" (P.64).
Open het frontdeksel.
2
Voor het openen van het frontdeksel, zie "PLAATSEN VAN DE TONERPATROON" (P.10).
Draai de transportrol in de
3
pijlrichting en verwijder voorzichtig het vastgelopen papier uit het uitvoergebied.
Voedingsrol
4 5
Beweeg de ontgrendelingshefboom van de heater-eenheid
4
omhoog en sluit de zijklep door op de ronde uitsteeksels bij de opentoetsen voor het zijdeksel te drukken. De papierstoring ( ) indicatie gaat uit en de bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat branden.
8
65
Bij het sluiten van de deksel dient u eerst het frontdeksel zorgvuldig te
s
Attentie
sluiten en vervolgens de zijkleppen. Wanneer de kleppen in de verkeerde volgorde worden gesloten, kunnen zij beschadigd worden.
D: Papierstoring in het onderste invoergedeelte (AL-1555)
Open de onderste zijklep
1
(onder de handinvoerlade) en verwijder het vastgelopen papier. Wanneer knippert en het vastgelopen papie niet vanuit het gebied van de onderste zijklep kan worden gezien, trekt u de onderste papierlade eruit en verwijdert u het vastgelopen papier. Sluit vervolgens de onderste papierlade.
Sluit de onderste zijklep.
2
Sluit de zijklep door op de ronde uitsteeksels bij de opentoetsen voor
3
het zijdeksel te drukken. De papierstoring ( ) indicatie gaat uit en de bedrijfsklaar ( ) indicatie gaat branden.
E:Papierstoring in de SPF (AL-1553), RSPF (AL-1555)
Het vastlopen van een origineel kan op drie plaatsen optreden: iwanneer het vastgelopen origineel kan worden gezien vanuit de origineel invoerlade, (A) in de origineel invoerlade wanneer het origineel niet vanuit de origineel invoerlade kan worden gezien, (B) in het uitvoergedeelte of (C) onder de voedingswals. Verwijder het vastgelopen papier door de desbetreffende aanwijzingen op te volgen.
(A) Open het deksel van de voedingswals en trek het origineel voorzichtig naar
links en uit de origineel invoerlade. Sluit het deksel van de voedingswals. Open en sluit het documentdeksel om de SPF/RSPF papierstoring ( ) indicatie te wissen. Wanneer het vastgelopen origineel niet eenvoudig kan worden verwijderd, gaat u verder naar (C).
66
Deksel voedingswal
(B) Open de SPF/RSPF en draai aan de wals rotatieknop om het vastgelopen
origineel uit de uitvoerzone te verwijderen. Wanneer het papier niet eenvoudig verwijderd kan worden gaat u verder naar (C).
Wals rotatieknop
(AL-1555)
Bij de RSPF dient u de omkeerlade eruit te trekken om het vastgelopen origineel te verwijderen.
Na het verwijderen van het vastgelopen papier in het uitgvoergedeelte dient u e bij de RSPF op te letten dat u de
Hinweis
omkeerlade in het uitvoergedeelte invoert totdat deze op zijn plaast vergrendelt.
Wendefach
(C) Iwanneer het origineel niet eenvoudig naar de uitvoerzone gaat, dient u het
in pijlrichting te verwijderen terwijl u de rotatieknop bedient.
Er kan een getal op het display verschijnen voorafgegaan door een minusteken. Dit duidt het aantal originelen aan dat na een papierstoring
Opmerking
in de origineel invoerlade moet worden teruggeplaatst. Open en sluit de SPF/RSPF om de SPF/RSPF papierstoring ( ) indicatie te wissen en plaats het aantal vereiste originelen terug. Druk vervolgens op de start ( ) toets om het kopieerproces voort te zetten.
8
67
9

APPENDIX

SPECIFICATIES
Model AL-1552 AL-1553 AL-1555
Type Digitaal multifunctioneel systeem, desktop Kopieersysteem Droge elektrostatische transfer Originelen Bladen, gebonden documenten Printer functie Beschikbaar Scanner functie Beschikbaar Papierlade 250 bladen 250 blad x2
Handinvoer voor enkele of meerdere bladen
Papier uitvoerlade 100 bladen SPF/RSPF SPF RSPF Origineel
formaat
Toevoer originelen
Kopieer-/printformaat A4 tot A6 *
Beeldverlies
Kopieersnelheid 15 pagina’s/min... Printsnelheid 12 pagina’s/min (A4) Continu kopiëren/printen Max. 99 pagina’s aftellende teller Tijd voor de eerste kopie/
printafdruk (Ongeveer)
Kopieerpercentage
Belichtingssyste em
Heater systeem warmterollen Ontwikkelingssysteem magnetische borstel ontwikkeling Lichtbron Koude cathode fluorescentielamp
Resolutie
Glasplaat/SPF/ RSPF
Glasplaat 1 bladen SPF/RSPF max. 30 bladen
Glasplaat
SPF/RSPF Bewegend origineel
Kopieermachine
Printer 600dpi Scanner 600 x 1200dpi
Handinvoer voor enkele bladen (1 blad)
Max. A4
1
Max. 3 mm (glasplaat) * Max. 4 mm (SPF/RSPF) * Max. 4.5 mm * Max. 6 mm *
9.6 seconden * (papier:A4, belichtingsfunctie:AUTO, kopieerpercentage:100% )
variabel:25% to 400% in stappen van 1% (totaal 376 stappen) Vast ingesteld: 25%, 70% 86%, 100%, 141%, 400%
bewegende optische bron, sleufbelichting (stationaire plaat) met automatische belichting
600 x 300dpi (Auto/handmatige functie) 600 x 600dpi (foto functie)
3
4
5
Handinvoerlade (50 bladen)
2
2
68
Model AL-1552 AL-1553 AL-1555
Gradatie
Bit diepte 1 bit of 8 bit/pixel Sensor Kleuren CCD Scansnelheid Max. 2.88 ms/regel Geheugen 16 MB
Stroomvoeding
Stroomverbruik 1000 W
Afmetingen
Gewicht (ca.) *
Afmetingen van het apparaat
Bedrijfsomstandigheden
Emulatie SHARP GDI
Interfacepoort
Geluidsniveau
Emissie concentratie (gemeten overeenkomstig RAL-UZ 62)
*1Voed het papier alleen in de lengterichting.
2
*
Voorste en achterste randen.
3
*
Langs de randen in totaal.
4
*
De bovenste rand van de tweede (tweezijdige kopieerfunctie).
5
*
Datatransmissietijd is niet inbegrepen. (Alleen voor de printer)
6
*
Toner en drumpatronen niet inbegrepen.
Scannen 256 niveaus Uitgang 2 niveaus
Plaatselijke spanning ±10% (Voor de vereiste stroom voor deze kopieermachine, zie het typeplaatje aan de achterzijde van het apparaat).
Breedte (mm) 607.6 607.6 809.0 Diepte (mm) 462.5 492.5
6
Breedte (mm) 518.0 Diepte (mm) 462.5 492.5 Hoogte (mm) 295.6 380.4 465.4
16kg 19kg 23kg
Temperatuur: 10°C tot 30°C Luchtvochtigheid: 20% tot 85%
USB interface (USB1.1 Standaard) / IEEE1284-compliant bi-directioneel parallel interface (alleen voor printer)
Geluidsdrukniveau L Kopiëren: 6.0 [B], Stand-by: 3.7 [B] Geluidsdrukniveau L Kopiëren: 46 [dB (A)], stand-by: 23 [dB (A)] Geluidsemissie meting overeenkomstig ISO 7779.
Ozon: minder dan 0.02 mg/m Stof minder dan 0.075 mg/m Styreen: minder dan 0.07 mg/m
wA (1B=10dB)
PA (plaats van de omstanders)
3
3
3
Opmerking
Als onderdeel van ons streven naar continue verbetering van onze producten, behoudt SHARP het recht voor wijzigingen in ontwerp en technische gegevens aan te brengen zonder aankondiging vooraf. De vermelde gegevens over het vermogen zijn nominale waarden van productieapparaten. Bij individuele apparaten kunnen er afwijkingen van deze waarden optreden.
9
69
VOORRADEN EN OPTIES
Bij het bestellen van voorraden en opties, dient u de correcte onderdeelnummers volgens de onderstaande tabel te vermelden.
Opmerking
Gebruik alleen originele SHARP onderdelen en voorraden.
Voor de beste resultaten alleen originele SHARP producten gebruiken die werden getest, ontworpen en geconstrueerd om de levensduur en het prestatievermogen van SHARP kopieerapparaten te optimaliseren. Let op het “Genuine supplies” etiket op de verpakking van de toner.
Onderdelenlijst
Onderdeel onderdeel nr. gebruiksduur
Tonerpatroon AL-110DC Ongeveer. 4,000 bladen* Drumpatroon AL-100DR Ongeveer. 18,000 bladen
* Gebaseerd op het kopiëren op brieffpapier met 5% geprint gedeelte
(De levensduur van de tonerpatroon die bij dit appaaat is inbegrepen bedraagt ongeveer 2,000 bladen.)
Interfacekabel
Koop het passende kabel voor uw computer.
Parallel interfacekabel
IEEE 1284-afgeschermd bi-directionaal parallel interfacekabel (2m Max.)
USB interfacekabel
Afgeschermd gevlochten kabel, geschikt voor hoge snelheid transmissie (2m max.)
70
VERPLAATSEN EN OPSLAAN VAN HET APPARAAT
Instructies voor het verplaatsen
Wanneer het apparaat wordt verplaatst dient u de volgende procedure op te volgen.
Bij het verplaatsen van het apparaat dient u eerst de tonerpatroon te
Attentie
verwijderen.
Zet de aan-/uitschakelaar uit en maak het netsnoer los.
1
Open de zijklep en het frontdeksel in deze volgorde. Verwijder
2
de tonerpatroon en sluit het frontdeksel en de zijklep in deze volgorde.
Voor het openen en sluiten van de zijklep en het frontdeksel en het verwijderen van de tonerpatroon, zie "HET VERVANGEN VAN DE TONERPATROON" (P.57).
Til het handvat van de papierlade omhoog en trek de papierlade
3
zo ver mogelijk naar buiten. Duw het midden van de drukplaat omlaag totdat deze op zijn plaats
4
ineenklikt en vergrendel de plaat m.b.v. de drukplaatvergrendeling die voor in de papierlade wordt bewaard.
Schuif de papierlade weer in het apparaat.
5
Vergendel de scankop vergrendelingstoets (P.9).
6
Bij het verplaatsen van het apparaat moet de vergrendelingstoets van
Attentie
de scankop vergrendeld zijn om beschadigingen tijdens het transport te voorkomen.
Sluit de handinvoerlade (AL-1553, AL-1555) en bevestig het
7
verpakkingsmateriaal en het plakband dat werd verwijderd bij de installatie van het apparaat. Zie "HET APPARAAT VOOR HET PLAATSEN VOORBEREIDEN" (P.8).
Verpak het apparaat in de doos. Zie "CONTROLE VAN DE
8
VERPAKKINGSINHOUD EN ACCESSOIRES" (P.8).
Correct bewaren
Bewaar de onderdelen op een plaats, die
• schoon en droog is,
• een stabiele tprtur heeft
• en niet aan direct zonlicht is blootgesteld
Bewaar papier in de verpakking en vlak liggend.
• Pape dat uit de verpakking wordt bewaard, of in een rechtop staande verpakking kan omkrullen of vochtig worden, waardoor er papierstoringen kunnen ontstaan.
9
71
INDEX
A
Aan-/uitschakelaar.............................5, 12
Acrobat reader.......................................43
Afstelling belichting................................49
Alarm indicatie
- Drumpatroon vervangen vereist
indicatie ..................................6, 58, 62
- Papierstoring indicatie............6, 62, 63
- Tonerpatroon vervangen vereist
indicatie ..................................6, 57, 62
Appendix................................................68
Attenties
- Etiket ..................................................1
- Gebruik...............................................1
- Handhaving........................................2
- Laser ..................................................2
Automatische belichtingsafstelling.........50
Automatische stroom-uitschakelstand
modus....................................................55
Automatische wistijd ..............................55
B
Bedieningspaneel................................5, 6
Bedrijfklaar indicatie ..........................6, 32
Begrippen die in dit handboek en het
online handboek worden gebruikt............4
Belichtingsfunctie indicaties...............6, 49
Belichtingsfunctie selectietoets..........6, 49
Bus netsnoer ...........................................5
C
Controle van de verpakte onderdelen
en accessoires.........................................8
Correct bewaren ....................................71
Coronadraad......................................5, 60
Coronadraad reiniger.........................5, 60
D
Display.....................................................6
Donker toets ......................................6, 49
Drumpatroon................................5, 58, 70
Drumpatroon vervangen........................58
Drumpatroon vervangen vereist
indicatie .......................................6, 58, 62
F
Fotokopiëren..........................................49
Frontdeksel..............................................5
G
Glasplaat ...........................................5, 47
H
Handgreep...............................................5
Handinvoer ............................................17
Handinvoer papiergeleider ..........5, 17, 18
Handinvoer voor afzonderlijke
bladen................................................5, 18
Handinvoerlade .................................5, 17
Hardware en software eisen..................20
Het aansluiten van de inerfacekabel
- Parallel interfacekabel......................45
- USB interfacekabel ..........................45
Het apparaat voor de installatie
voorbereiden............................................8
Het gebruik van andere
geïnstalleerde besturingen....................44
Het gebruik van de handboeken..............4
Het gebruik van de printermodus ..........33
Het gebruik van de scannermodus........35
Het gebruik van het online handboek....43
Het gebruik van SHARP TWAIN ...........40
Het installeren van de software .......19, 22
Het installeren van de tonerpatroon ......10
Het laden van de papierlade..................15
Het laden van papier .............................14
Het maken van kopieën.........................46
Het openen van de printerbesturing ......33
Het openen van de scanbesturing.........40
Het opsporen van fouten .......................61
Het opsporen van fouten van
het apparaat ..........................................61
Het plaatsen van de originelen
- Glasplaat ..........................................47
- SPF/RSPF........................................48
Het printen .............................................33
Het totaal aantal kopieën
weergegeven .........................................56
72
I
Indicaties op het bedieningspaneel.......32
Inleiding ...................................................4
Installatieprocedure.................................7
Installatieschema...................................21
Installatie van het apparaat .....................7
Instructies voor het verplaatsen.............71
Interface
- Parallel interface ..............................45
- USB interface ...................................45
Interfacekabel........................................70
K
Kopieerhoeveelheid...............................49
Kopieerhoeveelheid toets............6, 49, 55
Kopieerpercentage displaytoets........6, 51
Kopieerpercentage selectie
indicaties............................................6, 51
Kopieerpercentage selectietoets.......6, 51
Kopierproces .........................................46
L
Ladeselectie toets..............................6, 51
Licht en donker indicatie....................6, 49
Lichttoets ...........................................6, 49
M
MFP besturing
- Afdrukstatus .....................................19
- Printerbesturing................................19
- Scannerbesturing.............................19
N
Naam
- Bedieningspaneel...............................6
- Namen van de onderdelen ....................5
O
Online handboek ...............................4, 43
ONLINE indicatie ...............................6, 32
ONLINE toets ....................................6, 32
Onderbreken van een kopieerproces ....47
Onderdelenlijst
- Drumpatroon ....................................70
- Tonerpatroon....................................70
Ontgrendelingshefboom
heater-eenheid ..................................5, 64
Oorspronkelijke instellingen van het
bedieningspaneel ..................................13
Opentoets voor de zijklep........................5
P
Papier ....................................................14
Papierinvoer locatie indicatie.............6, 51
Papierlade ........................................5, 15
Papierstoring indicatie .................6, 62, 63
Papier uitvoerlade....................................5
Papier uitvoerlade verlenging............5, 46
Parallel interfacekabel .....................45, 70
Printerbesturing .....................................19
R
Reiniging van het apparaat
- Behuizing .........................................59
- Coronadraad ....................................60
- Documentdeksel ..............................59
- Glasplaat ..........................................59
- SPF/RSPF........................................59
- SPF/RSPF scanvenster ...................59
S
Scankop vergrendelingstoets..................9
Scannen met de "
Camera’s Wizard"..................................42
Scannen vanuit uw computer ................40
Scannerbesturing ..................................19
SCANNER indicatie...........................6, 32
SCANNER toets ................................6, 39
Sharpdesk .............................................19
Software voor de SHARP Personal
MFP serie ..............................................19
SPF/RSPF .........................................5, 48
SPF/RSPF indicatie...........................6, 48
SPF/RSPF papierstoring indicatie6, 62, 66
Starttoets .....................................6, 46, 56
Statusindicaties .....................................62
Stroom inschakelen ...............................12
Stroom uit ..............................................13
Stroom-invoer-functie ................49, 54, 55
Stroomspaar indicatie........................6, 32
T
Technische gegevens............................68
Toetsmanager .................................19, 35
Tonerpatroon ...............................5, 10, 57
Scanner en
73
Tonerpatroon vervangen .......................57
Tonerpatroon vervangen
vereist indicatie............................6, 57, 62
U
USB interfacekabel..........................45, 70
V
Verhelpen van papierstoring
- Heater-eenheid ................................64
- Onderste papierinvoerzone ..............66
- Papier invoerzone ............................64
- SPF/RSPF........................................66
- Transportgedeelte ............................65
INDEX NAAR FUNCTIES
Verkleinen/vergroten/zoom....................51
Verwijderen van tonerpatronen .............57
Voor de installatie ..................................20
Voorraden en opties ..............................70
Voorverwarm functie..............................55
W
Wistoets.......................................6, 47, 56
Z
Zijklep ......................................................5
ZOOM indicatie..................................6, 51
ZOOM toets .......................................6, 51
Controle van de verpakkingsinhoud........8
De installatie van de Toetsmanager......35
Het aansluiten van de inerfacekabel
- Parallel interfacekabel......................45
- USB interfacekabel ..........................45
Het gebruik van andere geïnstalleerde
besturingen............................................44
Het gebruik van het online handboek....43
Het installeren van de software
- Acrobat.............................................43
- MFP besturing..................................19
- Sharpdesk........................................19
- Toetsmanager..................................19
Het installeren van de tonerpatroon ......10
Het laden van papier
- Handinvoer voor afzonderlijke
bladen ..............................................18
- Handinvoerlade................................17
- Papierlade ........................................15
Het openen van de printerbesturing......33
Het plaatsen van het origineel
- Glasplaat ..........................................47
- SPF/RSPF........................................48
Het selecteren van de lade....................51
Het totaal aantal kopieën weergegeven 56
Het vervangen van de tonerpatroon......57
Instellen van de
gebruikersprogramma’s.........................55
Instellen van de kopieerhoeveelheid.....49
Instellen van de kopieerkwaliteit
- AUTO ...............................................50
- FOTO ...............................................49
- MANUEEL........................................49
Instellen van de toner spaarfunctie........54
Kopiëren ................................................46
Opslaan van het apparaat .....................71
Printen ...................................................33
Reiniging van het apparaat
- Behuizing .........................................59
- Coronadraad ....................................60
- Documentdeksel ..............................59
- Glasplaat ..........................................59
- SPF/RSPF........................................59
Scannen
- Scanner en Camera's Wizard ..........42
- SHARP TWAIN ................................40
- Toetsmanager ..................................39
Stroom inschakelen ...............................12
Stroom uit ..............................................13
Tweezijdig kopiëren................................52
Vergroten/verkleinen van kopieën.........51
Verhelpen van papierstoringen
- Heatergedeelte.................................64
- Onderste papierinvoerzone...............66
- Papier invoerzone ............................64
- SPF/RSPF........................................66
- Transportgedeelte............................65
Verplaatsen van het apparaat ...............71
Vervangen van de drumpatroon............58
Voorbereiden voor de installatie..............8
74
SOFTWARE LICENTIE
LEES DEZE LICENTIE ZORGVULDIG ALVORENS DE SOFTWARE IN GEBRUIK TE NEMEN. DOOR INGEBRUIKNEMING VAN DE SOFTWARE BENT U DOOR OVEREENKOMST GEBONDEN AAN DE VOORWAARDEN VAN DEZE LICENTIE.
1. Licentie.
De toepassing, demonstratie, het systeem en de overige software die bij deze licentie behoort, hetzij op diskette, in ROM geheugen of op einige andere media (“de software”) en hiermee verband houdende ocumentatie worden door SHARP onder licentie aan u geleverd. U bent de eigenaar van de diskette waarop de software staat geregistreerd, echter SHARP en/of SHARP's licentiehouders behouden het eigendomsrecht op de software en de hiermee verband houdende documentatie. Deze licentie staat u toe de software te gebruiken op een of meerdere computers die op één enkele printer zijn aangesloten en, voor uitsluitend reservebestand-doeleinden, om één kopie van de software in machine-leesbare vorm te maken. Op een dergelijke kopie dient u de SHARP copyright-mededeling, de copyright-mededeling van SHARP’s licentigever en alle overige eigendomsrechtelijke onderschriften van SHARP en/of van zijn licentiegevers aan te brengen die op de oorspronkelijke kopie van de software waren aangebracht. Ook is het mogelijk al uw licentierechten voor de software, de reservekopie van de software, de hiermee verband houdende documentatie en een kopie van deze licentie aan een andere partij over te dragen, mits de andere partij de voorwaarden en condities van deze licentie leest en daarmee akkoord gaat.
2. Beperkingen.
De software bevat materiaal waarop copyright rust, handelsgeheimen en overig eigendomsrechtelijk materiaal waarvan SHARP en/of zijn licentiegevers de bezitter is (zijn). Ter bescherming hiervan is het niet toegestaan de samenstelling van de software te veranderen, om te bouwen, te demonteren of op andere wijze de software tot een menselijk-waarneembare vorm te reduceren. Het is niet toegestaan afgeleide bewerkingen die op de software als geheel of een gedeelte ervan gebaseerd zijn te wijzigen, in een netwerk te gebruiken, te verhuren, te leasen, uit te lenen of te verspreiden. Het is niet toegestaan de software op elektronische wijze van de ene computer naar de andere of via een netwerk te verzenden.
3. Beëindiging.
Deze licentie is in kracht tot aan de beëindiging ervan. U mag deze licentie te allen tijde beëindigen door de software en de hiermee verband houdende documentatie alsmede alle kopieën ervan te vernietigen. Deze licentie zal onmiddellijk zonder nadere kennisgeving door SHARP en/of SHARP’s licentiegevers beëindigd worden, indien u zich niet houdt aan de voorwaarden waaronder deze licentie wordt geleverd. Bij beëindiging dient u de software en de hiermee verband houdende documentatie alsmede alle kopieën ervan te vernietigen.
4. Uitvoerrechtelijke verzekeringen.
U gaat ermee akkoord en verklaart dat zowel de software als overige van SHARP ontvangen technische gegevens of de rechtstreeks daaruit voortkomende producten niet buiten de Verenigde Staten uitgeveord worden, behalve met vergunning en goedkeuring zoals toegestaan door de wetten en bepalingen van de Verenigde Staten. Indien u de software rechtmatig buiten de Verenigde Staten hebt betrokken, gaat u ermee akkoord de software en overige van SHARP ontvangen technische gegevens of de rechtstrekeks daaruit voortkomende producten niet nogmaals uit te voeren, behalve met vergunning en goedkeuring zoals toegestaan door de wetten en bepalingen van de Verenigde Staten en de wetten en bepalingen van het rechtsgebied waarin u de software betrokken hebt.
5. Eindgebruikers in de regering.
Indien u de software het verkregen ten behoeve van enig onderdeel of bureau van de regering van de Verenigde Staten, zijn de volgende voorwaarden van toepassing. De regering gaat ermee akkoord dat:
(i) indien de software wordt geleverd aan het “Department of Defense (DoD)”, de software
geclassificeerd wordt als “Commerciële Computersoftware” en de regering uitsluitend “beperkte rechten” verkrijgt in de software en de hiermee verband houdende documentatie op grond van de voorwaaren zoals bepaald in clausule 252.227-7013 (c)(1) van de DFARS; en
(ii) indien de software wordt geleverd aan enig ander onderdeel of bureau van de regering van de
Verenigde Staten dan het DoD, de rechten van de regering ten aanzien van de software en de hiermee verband houdende documentatie zijn zoals bepaald in de clausule 52.227-19 (c)(2) van de FAR of, in geval van de NASA, in clausule 18-52.227-86 (d) van het NASA-supplement op de FAR .
75
6. Beperkte garantie op media.
SHARP garandeert dat de diskettes waarop de software geregistreerd is vrij zijn van maeriaaldefecten en productiefouten onder normaal gebruik voor een periode van negentig (90) dagen vanaf de datum van aankoop, op grond van overlegging van een kopie van het ontvangstbewijs. De volledige aansprakelijkheid van SHARP en/of zijn licentiegevers en uw exclusieve schadeloosstelling bestaat uit vervangingvan de diskette die niet voldoet aan de beperkte garantie bepaald in deze clausule 6. Een diskette wordt vervangen als deze naar SHARP of een erkende vertegenwoordiging van SHARP met een kopie van het ontvangstbewijs wordt teruggestuurd. SHARP stelt zich niet verantwoordelijk voor de vervanging van een diskette die per ongeluk of door verkeerd gebruik of verkeerde toepassing beschadigd is.
ALLE INCLUSIEVE GARANTIES OP DE DISKETTES, MET INBEGRIP VAN DE EXCLUSIEVE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, ZIJN IN DUUR BEPERKT TOT NEGENTIG (90) DAGEN VANAF DE DATUM VAN ONTVANGST. DEZE GARANTIE GEEFT U BEPAALDE WETTELIJKE RECHTEN. ALSMEDE IS HET MOGELIJK DAT U OVERIGE RECHTEN HEBT DIE VAN RECHTSGEBIED TOT RECHTSGEBIED KUNNEN VERSCHILLEN.
7. Afwijzing van de garantie op software.
U geeft uitdrukkelijk te kennen en gaat akkoord dat het gebruik van de software geheel voor uw eigen risico is. De software en de hiermee verband houdende documentatie worden “ALS ZONDAIG” en zonder garantie van enigerlei aard geleverd en SHARP en SHARP’s licentiehouder(s) (voor het doel van de bepalingen 7 en 8, zullen SHARP en SHARP's licentiehouder(s) collectief worden aangeduid als "SHARP") WIJZEN UITDRUKKELIJK ALLE GARANTIES, UITDRUKKELIJK GESTELDE OF INCLUSIEVE, MET INBEGRIP VAN, ECHTER NIET BEPERKT TOT, DE INCLUSIEVE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEI EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, AF. SHARP STELT ZICH NIET GARANT DAT DE FUNCTIES OPGENOMEN IN DE SOFTWARE AAN UW EISEN VOLDOEN, OF DAT HET GEBRUIK VAN DE SOFTWARE ONONDERBROKEN OF VRIJ VAN FOUTEN IS, OF DAT DEDEFECTEN IN DE SOFTWARE GECORRIGEERD ZULLEN WORDEN. VERDER STELT SHARP ZICH NIET GARANT OF AANSPRAKELIJK TEN AANZIEN VAN HET GEBRUIK OF DE RESULTATEN VAN HET GEBRUIK VAN DE SOFTWARE OF DE HIERMEE VERBAND HOUDENDE DOCUMENTATIE IN TERMEN VAN HUN JUISTHEID, NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID OF ANDERSZINS. GEEN MONDELINGE OF SCHRIFTELIJKE INFORMATIE OF ADVIES VERSTREKT DOOR SHARP OF EEN ERKENDE SHARP­VERTEGENWOORDIGING ZAL TOT GARANIE STREKKEN OF OP ENIGERLEI WIJZE HET GELDIGHEIDSGEBIED VAN DEZE GARANTIE UITBREIDEN. INDIEN DE SOFTWARE DEFECTEN BLIJKT TE BEVATTEN, ZULLEN DE VOLLEDIGE KOSTEN VAN ELK(E) NOODZAKELIJK(E) ONDERHOUD REPARATIE OF CORRECTIE TEN LASTE VAN U (EN NIET VAN SHARP OF EEN ERKENDE SHARP-VERTEGENWOORDIGING) KOMEN. IN BEPAALDE RECHTSGEBIEDEN IS UITSLUITING VAN INCLUSIEVE GARANTIES NIET TOEGESTAAN, ZODAT DE HIERBOVEN GESTELDE UITSLUITING MOGELIJK NIET OP U VAN TOEPASSING IS.
8. Beperking van aansprakelijkheid.
ONDER GEEN ENKELE OMSTANDIGHEID, INCLUSIEF NALATIGHEID, IS SHARP AANSPRAKELIJK VOOR EINIGE INCIDENTELE SPECIALE OF CONSEQUENTIËLE SCHADE DIE HET GEVOLG IS VAN HET GEBRUIK, OF VAN HET ONVERMOGEN TOT GEBRUIK, VAN DE SOFTWARE OF DE HIERMEE VERBAND HOUDENDE DOCUMENTATIE, OOK IN HET GEVAL DAT SHARP OF EEN ERKENDE SHARP-VERTEGENWOORDIGING IN KENNIS IS GESTELD VAN DE MOGELIJKHEID VAN EEN DERGELIJKE SCHADE. IN BEPAALDE RECHTSGEBIEDEN IS BEPERKING OF UITSLUITING VAN AANSPRAKELIJKHEID VOOR INCIDENTELE OF CONSEQUENTIËLE SCHADE NIET TOEGESTAAN, ZODAT DE HIERBOVEN GESTELDE BEPERKING OF UITSLUITING MOGELIJK NIET OP U VAN TOEPASSING IS.
In geen geval zal SHARP's totale aansprakelijkheid ten aanzien van u voor alle beschadiing, verlies en oorzaken van handeling (hetzij in contract, benadeling (inclusief nalatigkeit) of anderszins) het totale bedrag dat u voor de software hebt betaald overschrijden.
9. Controlerende wetgeving en ongeldigheidverklaring.
Voor een gedeelte van de software bij Apple Macintosh en Microsoft Windows, is deze licentie voor wat betreft wettelijke regeling en interpretatie gebonden aan de wetgeving van respectievelijk de staat Californië en Washinghton. Indien om enige reden een gerechtshof van een bevoegd rechtsgebied enige bepaling van deze licentie of een onderdeel ervan als niet van kracht bevindt, zal het onderdeel van deze licentie tot aan het maximum toegestane bereik van kracht zijn ter uitvoering van het voornemen van de partijen, terwijl het resterende deel van de licentie volledig van kracht en effectief zal blijven.
10. Volledige overeenkomst.
Deze licentie omvat de volledige overeenkomst tussen de partijen met betrekking tot het gebruik van de software en de hiermee verband houdende documentatie en vervangt alle voorafgaande of gelijktijdig gemaakte afspraken of overeenkomsten, geschreven of mondeling, betreffende een dergelijke inhoud. Geen amendement op of wijziging van deze licentie zal bindend zijn tenzij deze op schrift is gesteld en ondertekend door een erkende vertegenwoordiger van SHARP.
76
A. Informatie over afvalverwijdering voor gebruikers (particuliere huishoudens)
1. In de Europese Unie
Let op: Deze apparatuur niet samen met het normale huisafval weggooien! Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur moet gescheiden worden ingezameld conform de wetgeving inzake de verantwoorde verwerking, terugwinning en recycling van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur. Na de invoering van de wet door de lidstaten mogen particuliere huishoudens in de lidstaten van de Europese Unie hun afgedankte elektrische en elektronische apparatuur kosteloos* naar hiertoe aangewezen inzamelingsinrichtingen brengen*. In sommige landen* kunt u bij de aanschaf van een nieuw apparaat het oude product kosteloos
Let op: Uw product is van dit merkteken voorzien. Dit betekent dat afgedankte elektrische en elektronische apparatuur niet samen met het normale huisafval mogen worden weggegooid. Er bestaat een afzonderlijk inzamelingssysteem voor deze producten.
bij uw lokale distributeur inleveren.
*) Neem contact op met de plaatselijke autoriteiten voor verdere informatie.
Als uw elektrische of elektronische apparatuur batterijen of accumulatoren bevat dan moet u deze afzonderlijk conform de plaatselijke voorschriften weggooien. Door dit product op een verantwoorde manier weg te gooien, zorgt u ervoor dat het afval de juiste verwerking, terugwinning en recycling ondergaat en potentiële negatieve effecten op het milieu en de menselijke gezondheid worden voorkomen die anders zouden ontstaan door het verkeerd verwerken van het afval.
2. In andere landen buiten de Europese Unie
Als u dit product wilt weggooien, neem dan contact op met de plaatselijke autoriteiten voor informatie omtrent de juiste verwijderingsprocedure. Voor Zwitserland: U kunt afgedankte elektrische en elektronische apparatuur kosteloos bij de distributeur inleveren, zelfs als u geen nieuw product koopt. Aanvullende inzamelingsinrichtingen zijn vermeld op de startpagina van
www.swico.ch or www.sens.ch.
. Informatie over afvalverwijdering voor bedrijven.
B
1. In de Europese Unie
Als u het product voor zakelijke doeleinden heeft gebruikt en als u dit wilt weggooien: Neem contact op met uw SHARP distributeur die u inlichtingen verschaft over de terugname van het product. Het kan zijn dat u een afvalverwijderingsbijdrage voor de terugname en recycling moet betalen. Kleine producten (en kleine hoeveelheden) kunnen door de lokale inzamelingsinrichtingen worden verwerkt. Voor Spanje: Neem contact op met de inzamelingsinrichting of de lokale autoriteiten voor de terugname van uw afgedankte producten.
2. In andere landen buiten de Europese Unie
Als u dit product wilt weggooien, neem dan contact op met de plaatselijke autoriteiten voor informatie omtrent de juiste verwijderingsprocedure.
Het CE-kenteken etiket is op een apparaat bevestigd voor het geval dat de bovenstaand beschreven richtlijn op het produkt van toepassing is. (Deze zin is niet van toepassing in landn waar de bovenstaande richtlijnen niet vereist worden.)
GEPRINT IN FRANKRIJK
TINSH1411TSZ1
Loading...