Correcte verwijdering van dit product
(elektrische & elektronische afvalapparatuur)
Dit merkteken op het product of het bijbehorende informatiemateriaal duidt erop
dat het niet met ander huishoudelijk afval verwijderd moet worden aan het einde
van zijn gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke
gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u dit
product van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier
recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit
product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen
waar en hoe ze dit product milieuvriendelijk kunnen laten recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de
algemene voorwaarden van de koopovereenkomsten nalezen. Dit product moet
niet worden gemengd met ander bedrijfsafval voor verwijdering.
BP68-00430K-00
Gebruikershandleiding
SP-H800
Inhoudsopgave
Voorbereiding
Voorbereiding
Eigenschappen en ontwerp ..................................4
Voordat u de technische dienst inschakelt ......72
3
Eigenschappen en ontwerp
Voorbereiding
Eigenschappen en ontwerp
Optische motor maakt gebruik van geavanceerde DLP-technologie
■
Het DLP HD2+, DC3 DMD-scherm met een resolutie van 1280x720 pixels is
aangepast.
■
5X-snelheid kleurendraaischijf is ontworpen om digitale artefacten te verminderen
■
250W lamp is ontworpen voor betere verlichting
Levendige kleuren
■
Hoogwaarde beeldafstelling gericht op kleurverbetering - dit
apparaat is ontworpen om kleurcoördinaten te realiseren die
voldoen aan de uitzendstandaard met betrekking tot
videoproductie.
Minimale ventilatieruis en lichtlekkage
■
De luchtstroom en installatiestructuur van de ventilator zijn
geoptimaliseerd zodat er zo min mogelijk ventilatieruis en
lichtlekkage is.
Diverse invoerpoorten
■
Vijf typen invoerpoorten incl. DVI-D-poort (compatibel met HDCP),
twee Componentpoorten zorgen voor een betere aansluiting op
externe randapparaten.
Gebruikersinstellingen
■
Bij dit apparaat kunt u iedere invoerpoort instellen.
■
Het apparaat heeft een referentiepatroon dat kan worden gebruikt voor
positionering en aanpassing.
Voor het gemak van de gebruiker is voor gebruik in donkere o
■
mgevingen de afstandsbeiening voorizen van achterondverlichting.
4
Waarschuwing voor gebruik en vervanging lamp
Projectorlamp
■
De projectorlamp is vervangbaar en de levensduur en prestaties
worden bepaald door de condities waaronder deze wordt gebruikt,
zoals de gebruikstijd en omgeving. Om plotselinge verslechtering of
defecten te voorkomen, dient u de lamp af en toe te vervangen.
■
U dient de projectorlamp regelmatig te vervangen. U hebt binnen 90
dagen na aankoop van het product of binnen 300 gebruiksuren recht
op gratis herstel indien het probleem het gevolg is van een defecte
lamp.
■
U kunt de gebruikstijd van de lamp controleren door op de toets
INFO op de afstandsbediening te drukken.
Waarschuwing m.b.t. vervangen lamp
■
Voordat u de lamp vervangt dient u het netsnoer uit het stopcontact te halen.
■
De projector is binnenin zeer heet. Laat de projector minimaal een uur
afkoelen nadat u deze hebt uitgeschakeld.
■
Neem contact op met uw dealer voor het aanschaffen van een vervangende
lamp. (De ultraviolette straling van de lamp kan schadelijk zijn voor uw
ogen.)
■
Schakel de lamp uit voordat u deze vervangt of repareert.
(Als gevolg van de hoge druk van de lamp kan deze exploderen.)
■
Wees voorzichtig met de lamp. Als de lamp breekt, kunt u zich verwonden
aan de glasdeeltjes. Lees <De lamp vervangen> op pagina 83 voor meer
gedetailleerde informatie over het gebruik van de lamp.
Voorbereiding
Waarschuwing voor gebruik en vervanging lamp
Waarschuwing m.b.t. lampgebruik
■
Deze projector produceert intens licht. Staar niet rechtstreeks in de
lichtbron.
Let op: De ultraviolette straling van de lamp kan uw gezichtsvermogen
aantasten.
■
Raak de ventilator niet aan als het apparaat in gebruik is. Deze kan
namelijk zeer heet zijn.
■
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht.
5
VISUEEL REALISME
Voorbereiding
Projector en accessoires ..............................8
Installatie en basisinstellingen..................14
PROJECTOR EN ACCESSOIRES
Voor-/bovenzijde en accessoires
Voor-/bovenzijde
Voorbereiding
Projector en Accessoires
11
1
10
9
8
7
2
11
Indicaties
-
TEMP (rode LED)
-
LAMP (blauwe LED)
-
STAND BY (blauwe LED)
Zie pagina 9 voor meer informatie.
22
Signaalontvanger afstandsbediening
33
Focusring
Om de focus aan te passen.
44
Lens
55
Verstelbare voeten
U kunt de schermpositie aanpassen door aan
de verstelbare voeten te draaien.
66
Zoomknop
Om de afbeelding te verkleinen/vergroten.
Accessoires
3
4
5
77
MENU
Gebruik deze knop om een menu te openen of
te sluiten of om in een menu vooruit te
bladeren.
88
POWER
Om de projector in of uit te schakelen.
99
SOURCE
Om de invoersignalen van externe bronnen te
selecteren.
1100
Selectie- en beweegtoets
Gebruik deze knop om in een menu te bladeren
of een item te selecteren.
1111
Afstemknop lens
U kunt de schermafbeeldingen naar boven en
beneden aanpassen binnen het lensbereik.
6
Afstandsbediening/2 batterijen
NetsnoerGebruikershandleiding
8
Indicator Information
: Aan : Knippert : Uit
STANDBYLAMPTEMP
Als u op de POWER-toets op de afstandsbediening of projector drukt, verschijnt
het scherm binnen 30 seconden.
De projector is nu in de normale gebruiksmodus.
Dit gebeurt als de projector een bewerking voorbereidt nadat op de projector of de
afstandsbediening op de knop
Druk nogmaals op de
koelsysteem treedt in werking om de projector binnenin te laten afkoelen.
(Dit duurt ongeveer anderhalve minuut)
Zie maatregel 1 hieronder indien de koelventilator in de projector niet normaal
werkt.
Zie maatregel 2 hieronder als de kap van de lamp niet goed is gesloten.
Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld als de temperatuur binnenin de
projector boven de regelgrens komt. Zie maatregel 3.
Zie maatregel 4 hieronder als de levensduur van de lamp korter wordt of er een
probleem met de lamp wordt geconstateerd.
POWER-toets om de projector uit te schakelen en het
Informatie
POWER is gedrukt.
Indicatieproblemen oplossen
KlassificeringStatusMaatregelen
Maatregel 1
Maatregel 2
Maatregel 3
Als het ventilatiekoelsysteem niet
normaal functioneert.
Als de kap van de lamp niet goed
is afgesloten, of als de sensor niet
normaal functioneert.
Als de temperatuur binnenin de
projector te hoog wordt.
Als de symptomen aanhouden zelfs nadat u de
voedingskabels heeft afgesloten en weer opnieuw heeft
aangesloten en u de projector weer aan heeft gezet, neemt
u dan contact op met u verkoper of servicecentrum.
Controleer de schroef aan de onderzijde van de projector.
Als het probleem niet aan de schroef ligt, neem dan contact
op met de dichtstbijzijnde dealer of een gekwalificeerde
technicus.
Pas de positie van de projector aan met behulp van de
installatie-instructies van dit handboek en laat de projector
afkoelen voordat u deze inschakelt. Als het probleem
hiermee niet is opgelost, neem dan contact op met de
dichtstbijzijnde dealer of een gekwalificeerde technicus.
Voorbereiding
Projector en Accessoires
Maatregel 4
Deze projector maakt gebruik van een koelventilatiesysteem ter voorkoming van oververhitting.
Gebruik van de koelventilator veroorzaakt mogelijk ruis, maar dit heeft geen invloed op de prestatie van
OPMERKING
het product. Ruis is geen geldige reden om het product te ruilen of uw geld terug te vragen.
Als de lamp niet goed functioneert
na een ongewone uitschakeling of als
de projector meteen na uitschakeling
weer wordt ingeschakeld.
Als de helderheid van het beeld
slechter of onduidelijker wordt.
Sluit de stroom af, wacht enkele mometen om het apparaat
af te laten koelen en sluit vervolgens de stroom weer aan.
Controleer met de toets INFO hoe lang de lamp al wordt
gebruikt en neem contact op met de dichtstbijzijnde dealer of
gekwalificeerde technicus voor het vervangen van de lamp.
9
PROJECTOR EN ACCESSOIRES
Achterzijde en kabels
Achterzijde
Voorbereiding
Projector en Accessoires
11
Signaalontvanger
afstandsbediening
22
Invoerpoort S-VIDEO
33
COMPOSITE invoerpoorten
Kabels
Netsnoer
Aangesloten op het
stopcontact
∏.
12 345
7
44
RS-232C-poort
55
DVI invoerpoort
66
PC-invoerpoort
77
Wisselstroominvoer
Video-(COMPOSITE-)kabel
Aangesloten op de
aansluitpoort
ˇ.
S-Video-kabel
Aangesloten op de
aansluitpoort
6
98
88
AAN/UIT-schakelaar
99
Componentinvoerpoort
Componentkabel
Aangesloten op de
´.
aansluitpoort
’.
10
PC-videokabel
Aangesloten op de
aansluitpoort
Ø.
DVI-D-kabel
Aangesloten op de
aansluitpoort
ˆ.
PROJECTOR EN ACCESSOIRES
Toetsen van de afstandsbediening
11
ON
Om de projector in te schakelen.
22
10
11
COMP.1
Om te schakelen naar COMPONENT1-modus.
33
COMP.2
Om te schakelen naar COMPONENT2-modus.
44
S-VIDEO
Om te schakelen naar S-VIDEO-modus.
55
P.SIZE
Om het beeldschermformaat aan te passen.
66
P.MODE
Om de Beeldmodus te selecteren.
77
1
2
3
4
5
6
7
8
9
12
13
14
15
16
17
18
19
20
STILL
Om stilstaande afbeeldingen weer te geven.
88
V.KEYSTONE
U kunt deze functie gebruiken om het
trapezium van de afbeelding aan te passen.
99
QUICK
Om snel terug te gaan naar het vorige menu.
1100
MENU
Om het menuscherm weer te geven.
1111
…†œ√
Om tussen iedere menuonderdeel te
bewegen of een menuonderdeel te
selecteren.
1122
OFF
Om de projector uit te schakelen.
1133
LIGHT
Om de afstandsbediening in het donker te
gebruiken.
1144
PC
Om te schakelen naar PC-modus.
1155
DVI
Om te schakelen naar DVI-modus.
1166
COMPOSITE
Om te schakelen naar COMPOSITE-modus.
1177
CUSTOM
Om de Beeldaanpassingsmodus te
selecteren.
1188
INSTALL
Om de geprojecteerde afbeelding te draaien
of spiegelen.
1199
INFO
Om bronsignalen, instellingen van het
beeld, aanpassingen van het PC-scherm en
de levensduur van de lamp te controleren.
2200
EXIT
Om het menuscherm te laten verdwijnen.
(pagina 24~27)
Voorbereiding
(pagina 24~27)
(pagina 23, 26)
(pagina 37)
(pagina 30)
(pagina 45)
Projector en Accessoires
(pagina 50)
(pagina 60)
(Move) / (Select)
(pagina 13)
(pagina 25, 64, 66~70)
(pagina 25, 64)
(pagina 23, 26)
(pagina 31)
(pagina 48)
(pagina 53)
11
PROJECTOR EN ACCESSOIRES
Bediening van de afstandsbediening
Bediening toets bewegen/selecteren
Voorbereiding
Projector en Accessoires
Batterijen in afstandsbediening plaatsen
1. Schuif het klepje in de gemarkeerde
richting om deze te verwijderen.
2. Plaats twee AAA-batterijen van 1.5V zoals
afgebeeld
3. Sluit het klepje.
+/-.
Naar bovenstaand
menuonderdeel
(Omhoog)
Aanpassing instellen
(links), of bewegen
naar hoger onderdeel.
Naar onderstaand
menuonderdeel
(Omlaag)
Huidige instelling
selecteren
Aanpassing instellen
(rechts), of bewegen
naar lager onderdeel.
12
Geoorloofde afstand & hoek voor het ontvangen van het signaal van de afstandsbediening
U kunt de afstandsbediening gebruiken in
een hoek van 30° op een afstand van 7-10
Voorbereiding
meter vanaf de projector.
■
Houd gebruikte batterijen buiten het bereik
LET OP
van kinderen en gooi ze weg als chemisch
afval.
■
Gebruik geen gebruikte en nieuwe
batterijen door elkaar. Vervang de twee
batterijen gelijktijdig.
■
Verwijder de batterijen als de projector
lange tijd niet is gebruikt.
Projector en Accessoires
Afstandsbediening gebruiken in het donker (LIGHT)
Druk vijf seconden lang op de toets LIGHT
van de afstandsbediening.
De toetsen van de afstandsbediening worden
nu 5 seconden verlicht. Daarna gaat de
verlichting automatisch uit.
LIGHT
13
INSTALLATIE EN BASISINSTELLINGEN
Installatie
Projector plaatsen
Plaats de projector zodanig dat de projectie
Voorbereiding
Installatie en Basisinstellingen
loodrecht op het scherm wordt weergegeven.
■
Centreer de lens op het scherm. Als de
OPMERKING
projector niet loodrecht ten opzichte van het
scherm is opgesteld, wordt de afbeelding
mogelijk trapezoïdaal weergegeven.
■
Plaats het scherm niet op een heldere plek
omdat de afbeeldingen dan moeilijker te
zien zijn.
■
Verduister de ruimte als u de projector op
een lichte plaats zet.
Projector plaatsen aan achterzijde scherm
Plaats een transparant scherm zodat u de
projector aan de achterzijde van het scherm
kunt plaatsen. Het transparante scherm geeft
de horizontaal gespiegelde afbeelding weer.
Draai de afbeelding (geprojecteerd uit de
projector) horizontaal.
(Pagina 48)
14
Projector voor het scherm plaatsen
Plaats de projector aan de zijde waar ook de
toeschouwers zitten.
■
De projector kan worden opgehangen aan
OPMERKING
het plafond aan de voor-/achterzijde van het
scherm.
■
Als u de projector aan het plafond wilt
monteren dient u contact op te nemen met
de dealer.
INSTALLATIE EN BASISINSTELLINGEN
IN-/UITSCHAKELEN
Projector inschakelen
1. Sluit het netsnoer aan op de achterzijde van de projector.
2. Duw de AAN/UIT-schakelaar aan de achterzijde van de projector naar "
3. Druk de POWER-toets van de projector in of druk op de toets ON van de
afstandsbediening.
4. Binnen ongeveer 30 seconden zal een afbeelding op het scherm worden weergegeven.
231
-
".
Voorbereiding
Installatie en Basisinstellingen
■
Als u de projector uitschakelt, stopt de koelventilator binnen anderhalve minuut.
■
OPMERKING
Als de koelventilator stopt, dient u de AAN/UIT-schakelaar op “O” te zetten en de kabel te
ontkoppelen.
De stroom UITSCHAKELEN
1. Druk op de knop [POWER] op de projector of op de knop [OFF] op de afstandsbediening.
2. Selecteer de knop [OK] die op het scherm wordt weergegeven.
3. Haal de voedingskabel niet uit het stopcontact en druk niet op de knop <0> van de
voedingsschakelaar aan de achterzijde van de projector gedurende de tijd dat het apparaat
moet afkoelen (ongeveer anderhalve minuut). Als u het apparaat niet voldoende laat
afkoelen, kan dit de levensduur verkorten. Gedurende de afkoeltijd zal de [LAMP]
inbedrijfs-LED op het hoofdapparaat knipperen.
4.
Als de afkoeltijd met succes is voltooid, zal de inbedrijfs-LED [LAMP] op het hoofdapparaat
uitgaan en zal de inbedrijf-LED [STANDBY] gaan branden. Druk op de knop <0> van de
voedingsschakelaar aan de achterzijde van de projector om het stroomverbruik in de standbystand te minimaliseren.
231
Apparaat uitzetten?
OK
Annuleren
15
INSTALLATIE EN BASISINSTELLINGEN
Zoomen en focusinstelling
Zoomknop en focusring gebruiken
1. U kunt de grootte van de afbeelding met behulp van de zoomknop aanpassen binnen het
Voorbereiding
Installatie en Basisinstellingen
zoombereik.
2. Focus het beeld op het scherm met behulp van de focusring.
12
ZoomknopFocusring
Het beeld is mogelijk niet helder als de projector dichter bij het scherm wordt geplaatst dan aanbevolen.
(Pagina 19)
OPMERKING
16
INSTALLATIE EN BASISINSTELLINGEN
Kanteling instellen met verstelbare voeten
U kunt met behulp van de verstelbare voeten de projector horizontaal positioneren.
Voorbereiding
Installatie en Basisinstellingen
Verstelbare voeten
■
■
OPMERKING
U kunt de kanteling van de projector tot 5 graden aanpassen.
Afhankelijk van de positie van de projector kan er een projectiehoekfout optreden. (Pagina 50)
17
INSTALLATIE EN BASISINSTELLINGEN
Lensknop gebruiken
Lensknop gebruiken
Beweeg het geprojecteerde beeld op het scherm omhoog en omlaag binnen het lensbereik
Voorbereiding
Installatie en Basisinstellingen
door met uw vingers aan de lensknop bovenop de projector te draaien.
Lensknop
Omhoog
Omlaag
18
INSTALLATIE EN BASISINSTELLINGEN
Schermformaat en projectieafstand
Plaats de projector op een vlak en effen oppervlak en zorg dat deze recht staat zodat u een
optimale beeldkwaliteit hebt. Als de afbeeldingen niet duidelijk zijn, pas deze dan aan met
behulp van de zoomknop of focusring of plaats de projector meer naar voren of achteren.
Voorbereiding
Installatie en Basisinstellingen
Deze projector is ontworpen om afbeeldingen optimaal weer te geven op een scherm van 2 meter tot 3,8
meter.
OPMERKING
Scherm
Scherm
X
■
Z : Projectieafstand
■
OPMERKING
Z' : Afstand van lenscentrum tot onderzijde afbeelding
Y
19
VISUEEL REALISME
Aansluitingen en broninstellingen
Voordat u aansluit ......................................22
Controleer het volgende voordat u de projector aansluit op andere apparatuur.
Aansluitingen en broninstellingena
Controleer het volgende voordat u aansluit
1. Lees eerst de handleiding van het apparaat door dat op de projector is aangesloten.
Het aantal en de positie van de poorten is verschillend afhankelijk van het type
apparatuur.
2. Sluit het netsnoer niet aan totdat alle aansluitingen zijn voltooid. Als u probeert het
apparaat in te schakelen terwijl u het netsnoer aansluit, resulteert dit mogelijk in
schade.
3. Controleer het type poorten waarop de projector is aangesloten.
4. Dit apparaat ontvangt videosignalen van een extern apparaat en geeft deze beelden op
een scherm weer. Voor het ontvangen van audiosignalen, is een apart audiosysteem
vereist.
Voordat u aansluit
Zie “Achterzijde en kabels” op pagina 10 voor de gebruikte aansluitkabels.
22
AANSLUITEN OP VIDEOAPPARATUUR
Aansluiten op VCR/Camcorder/Aftakdoos
Achterzijde van projector
Aansluitingen en broninstellingena
S-Video-kabel
Achteraansluiting
Sluit de COMPOSITE-invoerpoort
(geel) van de projector aan op de
VIDEO OUT-poort (geel) van de
videoapparatuur met behulp van de
videokabel.
1
Als de videoapparatuur een S-VIDEO OUTpoort heeft, sluit deze dan aan op de
S-VIDEO-invoerpoort van de projector.
■
Als u de S-VIDEO-aansluiting gebruikt,
zal de beeldkwaliteit toenemen.
Beeld weergeven
of
Video-kabel
Aftakdoos
2
VCR
Camcorder
Aansluiten op Videoapparatuur
Als u klaar bent met het aansluiten
van de apparaten, verbindt u de
voedingskabels van de projector met
de videorecorder.
COMPOSITE
1
S-VIDEO
2
Zet de projector aan en druk op de toets
1
COMPOSITE om Composite te selecteren.
Sluit de projector en de videoapparatuur via
2
de S-videokabel aan en druk op de toets
S-VIDEO om S-video te selecteren.
■
Als de Composite-modus niet beschikbaar is, controleer
dan of de videokabels goed zijn aangesloten.
■
Zorg ervoor dat de projector en
OPMERKING
videoapparatuur zijn uitgeschakeld voordat
u de kabels aansluit.
■
Deze projector ondersteunt geen geluid.
(U hebt een afzonderlijk audiosysteem nodig
voor geluid)
■
Dit product ondersteunt geen uitzendingen
van het type PAL-N.
Composite
23
AANSLUITEN OP VIDEOAPPARATUUR
Aansluiten op DVD-speler
Aansluitingen en broninstellingena
Achterzijde van projector
DVD
COMPONENT VIDEO OUT AUDIO OUT
S-VIDEO OUT
Componentkabel
Aansluiten op Videoapparatuur
Verbind de ingang COMPONENT 1
(Y/Pb/Pr) of COMPONENT 2
(Y/Pb/Pr) aan de achterzijde van de
projector met behulp van de
1
componentkabel met de
componentpoort aan de achterzijde
van de DVD-speler.
Beeld weergeven
COMP.1
1
COMP.2
2
Achteraansluiting
Als u klaar bent met het aansluiten van
de apparaten, verbindt u de
2
voedingskabels van de projector met
de DVD-speler.
Zet de projector aan en druk op de toets
1
COMP.1 om Component1 te selecteren.
Druk op de toets
2
selecteren (indien deze is aangesloten).
■
Als de Componentmodus niet beschikbaar is,
controleer dan of de componentkabels goed zijn
aangesloten.
COMP.2 om Component2 te
Component1
24
Componentpoorten zijn gemarkeerd (Y, Pb,
Pr), (Y, B-Y, R-Y) of (Y, Cb, Cr), afhankelijk
OPMERKING
van de fabrikant.
AANSLUITEN OP VIDEOAPPARATUUR
Aansluiten op digitale TV-ontvanger
Achterzijde van projector
Aansluitingen en broninstellingena
PC-videokabel
DVI-videokabel
Digitale TV-ontvanger
(Set-Top Box)
Componentkabel
of
Antenne-ingang
Sluit de antennekabel aan op de
daarvoor bestemde invoeraansluiting
1
van de ontvanger.
Verbind de ingang COMPONENT 1
(Y/Pb/Pr) of COMPONENT 2
(Y/Pb/Pr) aan de achterzijde van de
projector met behulp van de
componentkabel met de
componentpoort aan de achterzijde
2
van de digitale antenne.
Als de digitale antenne is voor zien van een
DVI of PC-poort, kunt u de digitale antenne
met behulp van de [DVI] of [PC]-ingang op
uw projector aansluiten.
Beeld weergeven
COMP.1
1
COMP.2
2
PC
DVI
Zet de projector aan en druk op de toets
1
COMP.1 om Component1 te selecteren.
Druk op de toets
2
selecteren (indien deze is aangesloten).
Als de ontvanger is aangesloten op de DVI- of
PC-poort, druk dan op de
respectievelijk
■
Achteraansluiting
Als u klaar bent met het aansluiten
van de apparaten, verbindt u de
3
voedingskabels van de projector met
de DTV-ontvanger.
COMP.2 om Component2 te
DVI- of PC-toets om
DVI of PC te selecteren.
Als de Componentmodus niet beschikbaar is,
controleer dan of de componentkabels goed zijn
aangesloten.
Aansluiten op Videoapparatuur
Component1
DVI
25
Externe invoerbron instellen
U kunt voor de weergave een apparaat selecteren dat is aangesloten op de projector.
Aansluitingen en broninstellingena
One Touch
MENU
1
Druk op de gewenste brontoets (COMP.1/
COMP.2/ S-VIDEO/ COMPOSITE/ PC/ DVI).
Als u op een toets drukt, wordt er overgeschakeld naar de
betreffende modus. U kunt alleen naar een bepaalde
modus schakelen als de projector is aangesloten op het
betreffende apparaat.
2, 3, 4
…/†
4
EXIT
5
Externe invoerbron instellen
1
2
3
4
Component1
Druk op de toets MENU.
Het hoofdmenu wordt weergegeven.
Druk op om Invoer, te selecteren.
Het menu Invoer wordt weergegeven.
Druk op om Bronlijst, te selecteren.
Het menu Bronlijst wordt weergegeven.
Druk op ▲ of ▼ om naar de gewenste
invoermodus te gaan en druk daarna op .
De invoerbron die u hebt gekozen, wordt weergegeven.
Als de invoermodus niet wordt geselecteerd, controleer dan of
de kabels goed zijn aangesloten.