Samsung GX 1L User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing

Hartelijk dank voor het aanschaffen van een camera van Samsung.

Deze handleiding biedt alle informatie die u nodig hebt om de camera te kunnen gebruiken, inclusief het maken van opnamen, het downloaden van afbeeldingen en het gebruiken van de toepassingssoftware. Lees deze handleiding goed door voordat u gaat werken met uw nieuwe camera.

NEDERLANDS

VEILIG GEBRUIK VAN UW CAMERA

Hartelijk dank voor het aanschaffen van een digitale camera van Samsung.

Lees, voordat u deze camera gaat gebruiken, eerst de gebruikershandleiding zorgvuldig door. Wanneer u service nodig hebt, neemt u de camera en de accessoires die verantwoordelijk zijn voor de storing aan de camera (zoals batterijen, geheugenkaart, enz.) mee naar het geautoriseerde servicecentrum.

Controleer voordat u de camera wilt gaan gebruiken (bijvoorbeeld vóór een uitstapje of een belangrijke gebeurtenis) of deze correct werkt om teleurstellingen te voorkomen. Samsung camera accepteert geen enkele aansprakelijkheid voor enig verlies of voor enige schade die het gevolg is van storingen aan de camera.

Bewaar de handleiding op een veilige plek.

Microsoft Windows en het Windows-logo zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen.

Alle merken productnamen in deze handleiding zijn gedeponeerde handelsmerken van hun respectievelijke eigenaren.

Deze handleiding bevat instructies voor het gebruik van deze camera die u helpen op een veilige en juiste wijze te werken met deze camera. Hierdoor voorkomt u schade en letsel bij anderen.

GEVAAR

GEVAAR geeft een dreigend gevaar aan dat, als er niets aan wordt gedaan, kan leiden tot ernstig letsel of de dood.

WAARSCHUWING

WAARSCHUWING geeft een mogelijk gevaar aan dat, als er niets aan wordt gedaan, kan leiden tot ernstig letsel of de dood.

VOORZICHTIG

VOORZICHTIG duidt een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt vermeden, zou kunnen resulteren in gering tot matig letsel.

[1]

Gevaar

Probeer deze camera niet op enigerlei wijze aan te passen. Dit kan namelijk leiden tot brand, letsel, elektrische schokken of ernstige schade aan u of uw camera. Interne inspectie, onderhoud en reparaties dienen te worden uitgevoerd door uw leverancier of door het servicecentrum voor cameras van Samsung.

Gebruik dit product niet in de directe nabijheid van brandbare of explosieve gassen, aangezien hierdoor het risico van een explosie toeneemt.

Gebruik de camera niet meer als er vloeistof of vreemde voorwerpen in zijn binnengedrongen. Schakel de camera uit en verwijder de stroombron (batterijen of wisselstroomadapter).

U moet contact opnemen met uw leverancier of met het servicecentrum voor cameras van Samsung. Ga niet door met het gebruik van de camera omdat dit kan leiden tot brand of elektrische schokken. Stop geen metalen of brandbare voorwerpen in de camera via de toegangspunten, zoals de kaartsleuf of het batterijvak. Dit kan brand of elektrische schokken veroorzaken.

Gebruik deze camera niet met natte handen. Dit kan leiden tot elektrische schokken.

Waarschuwing

Maak geen gebruik van de flitser in de onmiddellijke nabijheid van mensen of dieren. Als de flitser te dicht bij de ogen van het onderwerp afgaat, kan dit leiden tot schade aan de ogen.

Richt, bij het maken van foto's, nooit de lens van de camera rechtstreeks op een zeer krachtige lichtbron. Dit kan leiden tot permanente schade aan de camera of tot beschadiging van uw ogen. Houd dit product en de bijbehorende accessoires om veiligheidsredenen buiten het bereik van kinderen of dieren om ongelukken te voorkomen zoals:

Het inslikken van batterijen of kleine camera-accessoires. Neem in het geval van een ongeluk onmiddellijk contact op met een arts.

Er bestaat een kans op letsel door de bewegende onderdelen van de camera.

Batterijen en camera kunnen heet worden bij langdurig gebruik.Dit kan leiden tot storingen in de camera Als dit gebeurt, laat u de camera enkele minuten ongebruikt zodat deze kan afkoelen. Probeer de niet-oplaadbare batterijen niet op te laden. Dit kan leiden tot een explosie.

Laat deze camera niet achter op plekken waar de temperatuur extreem kan oplopen, zoals een afgesloten voertuig, direct zonlicht of andere plaatsen waar extreme temperatuurschommelingen optreden. Blootstelling aan extreme temperaturen kan een negatieve invloed hebben op de interne onderdelen van de camera en kan leiden tot brand.

Dek de camera of wisselstroomadapter nooit af tijdens het gebruik. Hierdoor kan de temperatuur hoog oplopen, waardoor de camerabehuizing beschadigd kan raken en er brand kan ontstaan Gebruik de camera en de bijbehorende accessoires altijd in een goed geventileerde ruimte.

[2]

Pas op

Lekkende, oververhitte of beschadigde batterijen kunnen leiden tot brand of letsel. Gebruik batterijen die geschikt zijn voor deze camera.

Sluit batterijen niet kort, verhit ze niet en gooi ze niet in een open vuur.

Plaats de batterijen in de juiste richting.

Verwijder de batterijen wanneer u de camera gedurende langere tijd niet wilt gebruiken.

Batterijen kunnen gaan lekken en de onderdelen van de camera onherstelbaar beschadigen. Gebruik de flitser niet terwijl u deze vasthoudt met uw hand of aanraakt met een of ander voorwerp.

Raak de flitser na gebruik niet aan. Dit kan leiden tot brandwonden.

Vervoer de camera niet als deze is ingeschakeld en u gebruik maakt van de wisselstroomadapter.

Schakel de camera na gebruik altijd uit voordat u de adapter uit het stopcontact verwijdert. Controleer vervolgens of alle verbindingssnoeren of kabels naar andere apparaten zijn losgekoppeld voordat u de camera gaat vervoeren. Als u dit niet doet, kunnen de snoeren of kabels beschadigd raken en kunnen er brand of elektrische schokken optreden.

De lens is bevestigd aan de behuizing van de camera. Laat de lens niet vallen en oefen er geen druk op uit. Anders kan er een storing optreden in de camera.

Trek de lens niet met de hand naar buiten en draai niet snel aan de zoomring. Anders kan er een storing optreden in de camera. Ga voorzichtig te werk bij het gebruik van de lens.

Trek de externe flitser niet met kracht van de camera. Dit kan tot schade aan de bovenkant van de camera leiden.

BATTERIJGEBRUIK

Gebruik alleen de aangegeven batterijen in deze camera. Het gebruik van andere batterijen kan oververhitting of ontploffing veroorzaken.

Vervang de batterijen tegelijk. Combineer geen batterijen van een verschillend merk of type, of oude met nieuwe. Oververhitting of zelfs exploderen kan het gevolg zijn.

De batterijen dienen correct te worden geplaatst volgens de poolaanduidingen (+ en -) op de batterijen en in de camera.

AA-lithiumbatterijen, AA-alkalinebatterijen en CR-V3-batterijen zijn niet oplaadbaar. Demonteer de batterij niet. Het opladen of demonteren van deze batterijen kan oververhitting of ontploffing veroorzaken.

[3]

Inhoudsopgave

VEILIG GEBRUIK VAN UW CAMERA

1

Gevaar

2

Waarschuwing

2

Pas op

3

BATTERIJGEBRUIK

3

Inhoudsopgave

4

Samenstelling van de handleiding

8

Voor u de camera gaat gebruiken

GX-1L Camera-eigenschappen

10

De inhoud van het pakket controleren

11

De verschillende onderdelen

12

Camera

12

Indicaties op de LCD-monitor

14

Indicaties in de zoeker

18

Indicaties op LCD

20

Voorbereidingen

Draagriem bevestigen

22

Aansluiten op een voedingsbron

23

Batterijen

24

Indicatie batterijniveau

25

Geschatte weergavetijd (nieuwe batterijen)

25

Gebruik van de netvoedingsadapter (optioneel)

26

De geheugenkaart gebruiken

27

De camera aanen uitzetten

30

Standaardinstellingen

31

Weergavetaal instellen

31

Datum en tijd instellen

33

Het objectief bevestigen

35

De zoekerdioptrie aanpassen

37

Basisbediening

Basishandelingen bij opnamen

40

De camera vasthouden

40

De camera de optimale instellingen laten bepalen

41

De juiste opnamefunctie selecteren

45

[4]

Inhoudsopgave

Het zoomobjectief gebruiken 48 De ingebouwde flitser gebruiken 49

Andere opnamefuncties 53

Continuopnamen 53

Opnamen met de zelfontspanner55

Opnamen via de afstandsbediening (Afstandsbediening F: apart verkrijgbaar) 59 Gebruik van de spiegelvergrendelingsfunctie om bewegingen van de camera te voorkomen 62

Foto’s weergeven 63

Opnamen weergeven 63

Opnamen roteren 64

Vergrote weergave opnamen 65 Weergave van negen opnamen tegelijk 66

Slideshow 68

Camera aansluiten op audiovisuele apparatuur 70

Opnamen verwerken met filters71

Opnamen wissen 73 Eén opname wissen 73

Alle opnamen verwijderen74

Geselecteerde opnamen verwijderen (uit de weergave met negen opnamen) 75

Opnamen beveiligen 77 Opnamen beveiligen tegen verwijderen (Protect) 77 Afdrukservice instellen (DPOF) 79 Enkele opnamen afdrukken 79

Instellingen voor alle opnamen 81

Afdrukken met PictBridge 83 [Transfer functie] instellen 84 Camera op de printer aansluiten 85 Enkele opnamen afdrukken 86

Alle opnamen afdrukken 88

Opnamen laten afdrukken op basis van DPOF-instellingen 90 De kabel loskoppelen van de printer 90

Menu-referentie

De knopfuncties gebruiken92

Opnamefunctie 92 Weergave Modus 94

Het menu gebruiken 96

[5]

Inhoudsopgave

Bediening van het menu 96 Opties instellen in het menu [ Opname] 98

Opties instellen in het menu [ Weergeven] 98

Opties instellen in het menu [ Set-up] 99

Opties instellen in het menu [ Pers.inst.] 100

Het functiemenu gebruiken 102 Opnamefunctie102

Weergavefunctie 103

De functieknop gebruiken 104

Functiereferentie

De opnamepixels en het kwaliteitsniveau instellen 108

De opnametint instellen 108

De opnamepixels instellen 109

Het kwaliteitsniveau instellen 110

Kleurverzadiging/ scherpte/ contrast instellen 111 De witbalans instellen 112

De gevoeligheid instellen 115

Kleurruimte instellen 117 Scherpstellen118

De autofocus gebruiken 118 De autofocus instellen 121 Instellen van het Scherpstellingsbereik 122 Scherpstelling vastzetten (scherpstelvergrendeling) 123

Handmatig scherpstelling wijzigen (Handmatig scherpstellen) 125

De belichting instellen 127 Effect van diafragma en sluitertijd 127 De lichtmeetmethode selecteren 129 De belichtingsfunctie wijzigen131

De belichting instellen 140 Belichting en opname wijzigen (Auto Bracket) 142

Controle van Schikking, Belichting en Focus voor een Opname145 De ingebouwde flitser gebruiken 148

Flitsopbrengst corrigeren148

Opnamen maken terwijl de flitser nog bezig is met opladen 149 Flitseigenschappen bij elke belichtingsfunctie 149

Afstand en diafragma bij gebruik van de ingebouwde flitser 151

[6]

Inhoudsopgave

Een externe flitser gebruiken (optioneel)

153

Instellingen tijdens de weergave

158

Weergavefunctie wijzigen

158

Camera-instellingen

160

SD-geheugenkaart formatteren

160

Het geluidssignaal inen uitschakelen

161

Datum/ tijd en weergavestijl wijzigen

161

De wereldtijd instellen

162

Weergavetaal instellen

165

De schermaanwijzingen aan en uitzetten

165

De helderheid van de LCD-monitor aanpassen

166

Het video-uitgangssignaal selecteren

166

Automatisch uitschakelen instellen

167

Het bestandsnummer opnieuw instellen

168

Weergavetijd instellen

169

Standaardinstellingen herstellen

170

Opnamefunctie/Weergave/Instelmenu herstellen

170

Gebruikersfuncties herstellen

171

Software-informatie

Opmerkingen met betrekking tot software

174

Informatie over de software

175

De toepassingssoftware installeren

176

PC-modus starten

177

Verwisselbare schijf

178

De verwisselbare schijf verwijderen

180

Digimax Master

182

Bijlage

Standaardinstellingen

190

De CCD schoonmaken

194

Optionele accessoires

196

Foutbericht

198

Problemen oplossen

200

Belangrijkste technische gegevens

204

Verklarende woordenlijst

206

[7]

Samenstelling van de handleiding

Deze handleiding bevat de volgende hoofdstukken.

1.Voor u de camera gaat gebruiken

Hierin worden de kenmerken van de camera, accessoires en de namen van de verschillende onderdelen beschreven.

2.Voorbereidingen

Hierin worden uw eerste stappen, van de aankoop van de camera tot het maken van opnamen, beschreven. Lees dit hoofdstuk aandachtig door en volg alle aanwijzingen op.

3.Basisbediening

Hierin worden de procedures uitgelegd voor het maken, weergeven en afdrukken van foto’s.

Lees deze aanwijzingen om alle basisbedieningen te leren voor opnemen, weergeven en afdrukken.

4.Menu-referentie

Hierin worden de functies van de GX-1L uitgelegd aan de hand van knoppen en menu’s.

5.Functiereferentie

Bevat informatie over functies om de gebruikservaring van de GX-1L te verbeteren.

6.Software-informatie

Hierin worden de installatie van de software en het gebruik van het programma uitgelegd.

7.Bijlage

Hierin komt het oplossen van problemen aan bod, wordt een overzicht van afzonderlijk verkrijgbare accessoires gegeven en worden verschillende informatiebronnen beschreven.

[8]

1 Voor u de camera gaat gebruiken

GX-1L Camera-eigenschappen

Voorzien van een CCD van 23,5x15,7 mm met effectief 6,1 miljoen pixels, voor een zeer hoge precisie en een groot dynamisch bereik.

Gebruik CR-V3-batterijen, AA-lithiumbatterijen, AA Ni-MH oplaadbare batterijen of AA-alkalinebatterijen. Behelst een Digitale Voorbeeld-functie om na te gaan of het gewenste resultaat werd bereikt.

Is uitgerust met een groot 2,5-inch LCD-scherm met 210.000 pixels en een functie voor aanpassen van de helderheid voor een uiterst nauwkeurige weergave.

Er zijn universele designconcepten toegepast op verschillende delen van de camera.

Het grote, hoge resolutie LCD, en de eenvoudige menu's maken de camera eenvoudig in bediening.

Het gebied dat door de camera wordt vastgelegd (de beeldhoek) verschilt bij de GX-1L en kleinbeeldreflexcamera’s, zelfs wanneer hetzelfde objectief wordt gebruikt. Dit komt doordat het formaat van kleinbeeldfilm en de CCD verschillend zijn.

Afmetingen van kleinbeeldfilm en CCD

Kleinbeeldfilm : 36x24 mm GX-1L CCD : 23,5x15,7 mm

Het opnameformaat van een kleinbeeldobjectief is circa 1,5 keer groter dan dat van een GX-1L. Deel de brandpuntsafstand van het kleinbeeldobjectief door 1,5.

Voorbeeld) Om een zelfde opname te maken als met een 150 mm-objectief op een kleinbeeldcamera

150÷1.5=100

gebruikt u een 100 mm-objectief bij de GX-1L.

Omgekeerd moet de brandpuntsafstand van het gebruikte objectief op de GX-1L worden vermenigvuldigd met 1,5 om de brandpuntsafstand voor een kleinbeeldcamera te bepalen.

Voorbeeld) Wanneer een 300 mm-objectief wordt gebruikt op een GX-1L 300x1.5=450

De brandpuntsafstand is gelijk aan een 450 mm-objectief op een kleinbeeldcamera.

[10]

De inhoud van het pakket controleren

Bij de camera worden de volgende accessoires geleverd.

Controleer of alle accessoires zijn meegeleverd.

Flitsschoenbeschermer

Oogschelp

Zoekerkapje

(gemonteerd op de camera)

(gemonteerd op de camera)

 

Bodydop

USB-kabel

Videokabel

(gemonteerd op de camera)

I-USB17

I-VC28

Software (cd-rom)

Riem

AA-alkalinebatterijen*

 

S-SW43

O-ST10

(vier stuks)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Handleiding (deze handleiding)

* De bij de camera geleverde batterijen zijn voor het controleren van de functionaliteit van de camera.

[11]

Samsung GX 1L User Manual

De verschillende onderdelen

Camera

Ontspanknop

Hoofdschakelaar

Zelfontspanner-LED/

Afstandsbedieningssensor

Ontgrendelknop voor het objectief

Knop

Knop

Knop INFO

Knop

Richtteken objectiefvatting

Spiegel

AF-koppeling

Scherpstelfuncti

ekiezer

Objectiefinformatiecontacten

e-dial Knop AE-L / L

Vierweg-besturing

Knop OK

Knop Fn

Batterijklep

Statiefaansluiting

[12]

De verschillende onderdelen

Knop

Functiekiezer

Riembevestiging

Aansluiting draadontspanner

USB/ video-aansluiting

Gelijkstroomingang

Klepje voor aansluitingen

LCD-monitor

Ingebouwde flitser

Flitsschoen

Knop EAv

LCD-paneel

Dioptriecorrectieknop

Ontgrendelknop van

kaartcompartiment

Kaartactie-LED

Zoeker (Viewfinder)

[13]

De verschillende onderdelen

Indicaties op de LCD-monitor

Afhankelijk van de camerastatus kunnen de volgende indicaties op de LCD-monitor worden weergegeven.

LCD-monitor

Terwijl de camera is ingeschakeld of wanneer u de functiekiezer gebruikt

Bedieningsaanwijzingen worden drie seconden lang op de LCD-monitor weergegeven bij het inschakelen of gebruiken van de functiekiezer.

INFORMATIE

Selecteer [Uit] bij [Hulpdisplay] in [ Set-up] om geen indicaties weer te geven. (blz. 165)

1 2 3 4 5 6 7

AF.S 1600

8

Portret opname

2006 / 06 / 01 12 : 30

9 10

1.Flash mode (Actieve functie wordt weergegeven) (blz. 49)

2.Transportfunctie (blz. 102)

3.Lichtmeting bij automatische belichting (blz. 129)

4.Automatische scherpstelfunctie (blz. 118)

5.Scherpstellingsbereik (blz. 122)

6.Witbalans (blz. 112)

7.Gevoeligheid (blz. 115)

8.Opnamemodus, Scènemodus (blz. 104)

9.Wereldtijd-waarschuwingsweergave (blz. 162)

10.Datum en tijd (blz. 161)

*Indicaties 3, 5, 6 en 7 worden alleen weergegeven wanneer er een andere dan de standaardinstelling is geselecteerd. 9 wordt alleen weergegeven wanneer de Wereldtijd is ingeschakeld ( ).

[14]

De verschillende onderdelen

Opnamefunctie

Druk in de opnamefunctie op de M -knop om de instellingen van de opnamefunctie gedurende 15 seconden weer te geven op de LCD-monitor.

Detailinformatie

Detail info

Detail info

1.

Automatische scherpstelfunctie (blz. 118)

11.

Kleurruimte (blz. 117)

2.

Positie functieselectie (blz. 104)

12.

Witbalans (blz. 112)

3. Lichtmeting bij automatische belichting

13.

Datum en tijd (blz. 161)

 

(blz. 129)

14.

Scherpstellingsbereik (blz. 122)

4.

Flitsfunctie (blz. 49)

15.

Kleurverzadiging (blz. 111)

5.

Transportfunctie (blz. 102)

16.

Scherpte (blz. 111)

6.

Automatisch belichtingstrapje (blz. 144)

17.

Contrast (blz. 111)

7.

ISO-gevoeligheid (blz. 115)

18.

Brandpuntsafstand objectief

8. Opnametint (blz. 108)

19. SCN-modus (enkel op display in

9. Kwaliteitsniveau (blz. 110)

 

Scènemodus.)

10. Opnamepixels (blz. 109)

 

 

Aanwijzingen over functiekiezer

- Druk op de vierwegbesturing ( ) om aanwijzingen over het instellen van de functiekiezer weer te geven.

Detail info

Portret opname

Voor nachtopnamen Gebruik statief o.i.d om beweging te voorkomen

[15]

De verschillende onderdelen

Afspeelmodus

Elke keer dat u tijdens de weergave op de -knop drukt, schakelt de camera tussen de weergaveschermen.

INFORMATIE

U kunt de weergegeven aanwijzingen veranderen door op de -knop te drukken. (blz. 158)

Detailinformatie

1. Opnamen maken

13. Flitsfunctie (blz. 49)

2.

Pictogram voor roteren (blz. 64)

14.

Transportfunctie (blz. 102)

3. Opnamemapnummer en bestandsnummer

15. Automatisch belichtingstrapje (blz. 144)

 

(blz. 167, 168)

16.

Scherpte (blz. 111)

4.

Pictogram voor beveiliging (blz. 77)

17.

ISO-gevoeligheid (blz. 113)

5.

Automatische scherpstelfunctie (blz. 121)

18.

Opnametint (blz. 106)

6.

Scherpstellingsbereik (blz. 122)

19.

Contrast (blz. 111)

7.

Sluitertijd (blz. 133)

20.

Kwaliteitsniveau (blz. 110)

8. Diafragma (blz. 135)

21. Opnamepixels (blz. 109)

9.

LW-correctie (blz. 140)

22.

Kleurruimte (blz. 117)

10. Kleurverzadiging (blz. 111)

23.

Brandpuntsafstand objectief

11. Opnamefunctie (blz. 104)

24. Witbalans (blz. 112)

12. Lichtmeting bij automatische belichting

25. Datum en tijd van de opname (blz. 161)

 

(blz. 129)

26.

SCN-modus (enkel op display in Scènemodus.)

[16]

De verschillende onderdelen

Histogramweergave

1.Kwaliteitsniveau (type afbeeldingsbestand)

2.Opnamemapnummer en bestandsnummer (blz. 167, 168)

3.Pictogram voor beveiliging (blz. 77)

4.Histogram

INFORMATIE

Lichtere gedeelten knipperen wanneer de waarschuwing [Helderheid] is ingeschakeld.

Druk in de histogramweergave op de vierwegbesturing ( ) om de weergavepositie van het histogram naar boven of beneden te verplaatsen.

[17]

De verschillende onderdelen

Indicaties in de zoeker

2

1 1

3

4

5

6

7

8

9

10

11

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

12

 

 

13

 

 

 

 

 

 

14

 

 

1.Autofocuskader (blz. 37)

2.Spotmeetkader (blz. 129)

3.Flitserstatus (blz. 49)

Wordt weergegeven wanneer de flitser gereed is en knippert wanneer het gebruik van de flitser wordt aangeraden maar deze nog niet is ingeschakeld.

4.Waarschuwing ISO-precisie waarschuwin

Wordt weergegeven bij het overschrijden van de waarschuwingswaarde.

5.Continue opnamemodus

Verschijnt wanneer [Autofocus] in de [ Opname] in (Continue modus) wordt omgezet.

6.Pictogram Auto-scènemodus

Het pictogram voor de geselecteerde Auto-scènemodus wordt weergegeven.

Nachtportret, Bewegend onderwerp, Macro, Landschap, Portret, modus in

7.Scherpstelindicatie (blz. 42)

Verschijnt wanneer de opname is scherpgesteld.

8.Sluitertijd (blz. 133)

Sluitertijd bij opname of instellen (onderstreept wanneer de sluitertijd kan worden gewijzigd met de e-knop).

9.Diafragma (blz. 135)

Diafragma bij opname of instellen (onderstreept wanneer het diafragma kan worden gewijzigd met de e-knop).

10.LW-correctie (blz. 140)

Wordt weergegeven wanneer de LW-correctie gereed is of gebruikt wordt.

Knippert langzaam bij het corrigeren van de flitsintensiteit. Knippert snel bij het corrigeren van de belichting en de flitsintensiteit. De aangepaste waarde wordt weergegeven op de plaats waar het aantal beschikbare opnamen wordt weergegeven.

[18]

De verschillende onderdelen

11.Beschikbaar aantal opnamen/LW-correctie

Geeft het beschikbare aantal opnamen weer bij de huidige kwaliteiten opnamepixelinstellingen. Geeft het aantal beschikbare continuopnamen weer. (blz. 100)

De LW-correctiewaarde wordt weergegeven wanneer de LW-correctie wordt ingesteld. (blz. 132) Het verschil met de juiste belichtingswaarde wordt weergegeven wanneer de belichtingsfunctie is ingesteld op . (blz. 137)

12.Handmatig scherpstellen (blz. 125)

Wordt weergegeven wanneer de scherpstelfunctie is ingesteld op .

13.Pictogram SCN-modus

Verschijnt tijdens het nemen van foto’s in SCN-modus.

14.Indicatie belichtingsgeheugen (blz. 141)

Wordt weergegeven wanneer het belichtingsgeheugen wordt gebruikt.

[19]

De verschillende onderdelen

Indicaties op LCD

De volgende informatie wordt weergegeven op het LCD op de bovenzijde van de camera.

1

7

2

 

8

3

9

4

 

5 610

11

1.Sluitertijd (blz. 133)

2.Diafragma (blz. 135)

3.Flitsfunctie (blz. 49)

: Ingebouwde flitser is gereed (wanneer deze knippert, betekent dit dat gebruik van de flitser nodig is)

: Flitser uit

: Automatisch

: Flitsen met rode-ogenreductie aan 4. Transportfunctie (blz. 102)

: Enkelbeeldopnamen

: Continuopnamen

: Opnamen met zelfontspanner

: Opnamen via afstandsbediening

5.Scherpstellingsbereik (blz. 122) Geen indicatie : Auto

: Spot

6.Lichtmeting bij automatische belichting (blz. 129)

Geen indicatie: Meervlaks lichtmeting

: Lichtmeting met nadruk op het midden

: Spotmeting

7.Automatisch belichtingstrapje (blz. 144)

8.Witbalans (blz. 112) (Niet weergegeven in Auto-instelling)

9.Batterijniveau (blz. 25)

10.LW-correctie (blz. 140)

11.Aantal beschikbare opnamen/ LWcorrectiewaarde/PC (Pb)

(PC = Personal Computer (massa-opslag), Pb = PictBridge)

[20]

2 Voorbereidingen

Draagriem bevestigen

1.Trek het uiteinde van de riem door de riembevestiging en maak de riem vast aan de binnenkant van de gesp.

2.Haal het andere uiteinde van de riem door de andere riembevestiging van de camera en maak de riem vast aan de binnenkant van de gesp.

[22]

Aansluiten op een voedingsbron

Batterijen plaatsen

Plaats batterijen in de camera. Gebruik twee CR-V3 of vier AA Ni-MH-batterijen, AA Lithiumbatterijen of AA alkalinebatterijen.

Bij deze camera worden AA-alkalinebatterijen geleverd om de functionaliteit van de camera te controleren, maar andere typen batterijen zijn eveneens te gebruiken. Raadpleeg "Batterijen" (blz. 24) voor details over compatibele batterijen en wanneer deze moeten worden gebruikt.

INFORMATIE

CR-V3-, AA-lithiumbatterijen en AA-alkalinebatterijen zijn niet oplaadbaar.

Open de klep van het batterijcompartiment niet en verwijder de batterijen niet terwijl de camera aan staat.

Verwijder de batterijen wanneer u de camera langere tijd niet gebruikt. De batterijen kunnen anders gaan lekken.

Als datum en tijd niet juist zijn wanneer u na langere tijd nieuwe batterijen in de camera plaats, volgt u de procedure voor “Datum en tijd instellen”.

Plaats de batterijen op de juiste wijze. Als de batterijen verkeerd om zijn geplaatst, kan de camera defect raken. Veeg de polen van de batterijen af voordat u deze plaatst.

Vervang alle batterijen tegelijk. Combineer geen batterijen van verschillend type of merk, of oude met nieuwe.

1. Houd de ontgrendelknop van het batterijcompartiment ingedrukt zoals afgebeeld ( ), en schuif de klep in de richting van het objectief ( ). Klap dan de klep open.

1

2

2. Plaats de batterijen volgens de poolaanduidingen +/– in het batterijcompartiment.

[23]

Aansluiten op een voedingsbron

3. Druk de klep ( ) omlaag tegen de batterijen en schuif hem in de afgebeelde richting ( ).

1

2

INFORMATIE

Werkt de camera niet naar behoren na vervanging van de batterijen, controleer dan of de batterijen correct zijn geplaatst.

Batterijen

Voor deze camera kunnen vier verschillende soorten batterijen worden gebruikt. De prestaties zijn afhankelijk van het type batterij. Kies het type dat het beste past bij uw doeleinden.

CR-V3

De CR-V3 is een batterij met een lange levensduur, die zeer geschikt is voor reizen.

AA Ni-MH oplaadbare

Deze batterijen zijn oplaadbaar en voordelig.

batterijen

AA-lithium batterijen

Aanbevolen in koude klimaten.

Meegeleverd met de camera. Deze zijn overal verkrijgbaar als uw gebruikelijke batterijen leeg zijn, maar zij ondersteunen mogelijk niet alle

AA-alkalinebatterijen camerafuncties onder bepaalde omstandigheden. We raden u aan dergelijke batterijen uitsluitend in noodgevallen te gebruiken en bij het controleren van de functionaliteit van de camera.

INFORMATIE

Oxyride-batterijen en oplaadbare CR-V3-batterijen kunnen tot storingen leiden vanwege hun voltagekenmerken en hun gebruik wordt dan ook niet aanbevolen.

[24]

Aansluiten op een voedingsbron

Indicatie batterijniveau

 

U kunt de resterende levensduur van de batterij aflezen aan het symbool

op het LCD-paneel.

brandt

: Batterij is vol.

 

brandt

: Batterij raakt leeg.

 

brandt

: Batterij is bijna leeg.

 

knippert

: De camera schakelt zichzelf na deze melding uit.

 

Geschatte weergavetijd (nieuwe batterijen)

Batterijen

Normale

Flitsfotografie

Weergavetijd

opnamen

 

 

 

50% gebruik

100% gebruik

 

 

 

 

 

 

CR-V3

1,500 minuten

900 minuten

650 minuten

950 minuten

 

 

 

 

 

AA Ni-MH oplaadbare

800 minuten

540 minuten

400 minuten

520 minuten

batterijen (NiMH 2500mAh)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

AA alkaline batterijen

310 minuten

200 minuten

130 minuten

490 minuten

 

 

 

 

 

De opslagcapaciteit voor foto’s is gebaseerd op meetomstandigheden die in overeenstemming zijn met CIPA-normen. De weergavetijd is gebaseerd op meetomstandigheden bij SAMSUNG. In de praktijk kunnen afwijkingen van deze waarden optreden, al naar gelang de opnamefunctie en opnameomstandigheden.

INFORMATIE

De prestaties van de batterijen kunnen bij lage temperaturen tijdelijk afnemen. Houd bij gebruik van de camera in een koud klimaat extra batterijen bij de hand, die u warm houdt in uw zak. Bij het bereiken van kamertemperatuur worden de batterijprestaties weer normaal.

Mogelijk worden niet alle camerafuncties ondersteund bij gebruik van AA alkalinebatterijen. We raden u aan dergelijke batterijen uitsluitend in noodgevallen te gebruiken en bij het controleren van de functionaliteit van de camera.

Zorg dat u extra batterijen bij u hebt als u een verre reis maakt, opnamen maakt in een koud klimaat of een groot aantal opnamen maakt.

[25]

Aansluiten op een voedingsbron

Gebruik van de netvoedingsadapter (optioneel)

Wisselstroomadapter (D-AC10, optioneel) voor digitale spiegelreflexcamera van PENTAX kan worden gebruikt met digitale spiegelreflexcamera van SAMSUNG.

4

1

2

3

We adviseren u gebruik te maken van de netvoedingsadapter D-AC10 (optioneel) als u de LCDmonitor langdurig gebruikt of de camera aansluit op de computer.

1.Zorg dat de camera uit staat alvorens de klep van de aansluitingen te openen.

2.Sluit de gelijkstroomstekker van de netvoedingsadapter aan op de gelijkstroomingang van de camera.

3.Sluit het netsnoer aan op de netvoedingsadapter.

4.Sluit het netsnoer aan op een stopcontact.

INFORMATIE

Zorg dat de camera is uitgeschakeld alvorens de netvoedingsadapter aan te sluiten los te maken. Zorg dat de aansluitingen tussen de camera, de netvoedingsadapter, de connector voor het netsnoer en het stopcontact goed zijn. Als een aansluiting losraakt terwijl de camera bezig is met het vastleggen of lezen van gegevens op de SD-geheugenkaart, raken de gegevens beschadigd. Lees voor het gebruik de handleiding van de netvoedingsadapter D-AC10.

Bij gebruik van de netvoedingsadapter worden de oplaadbare batterijen in de camera niet opgeladen.

[26]

De geheugenkaart gebruiken

De SD-geheugenkaart plaatsen/ uitnemen

Genomen foto's worden op de SD geheugenkaart opgeslagen. Zorg dat de camera uit staat alvorens de SD-geheugenkaart te plaatsen of uit te nemen (in de handel verkrijgbaar).

INFORMATIE

Verwijder de SD-geheugenkaart niet wanneer kaartactie-LED brandt.

Formatteer de nieuwe SD-geheugenkaart. Dit geldt ook voor SD-geheugenkaarten die in andere camera’s zijn gebruikt. Raadpleeg "De SD-geheugenkaart formatteren" (blz. 160) voor nadere details over formattering.

1. Duw de ontgrendelknop van het kaartdeksel in de aangegeven richting. Het kaartdeksel gaat open.

2. Breng de kaart volledig in met het etiket van de SDgeheugenkaart naar de LCD-monitor gericht.

3. Sluit de kaartklep.

4. Duw de SD-geheugenkaart eenmaal naar binnen om deze uit te nemen.

[27]

De geheugenkaart gebruiken

Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van een SD-geheugenkaart

De SD-geheugenkaart is voorzien van een schuifje voor schrijfbeveiliging. Als u dit schuifje op [LOCK] zet, zijn de aanwezige

gegevens beveiligd. Er kunnen dan geen nieuwe gegevens worden

opgeslagen, geen bestaande gegevens verwijderd en de kaart niet

kan worden geformatteerd.

 

Pas op wanneer u de SD-geheugenkaart meteen na gebruik

Schrijfbeveiliging

van de camera uitneemt: de kaart kan dan heet zijn.

 

Neem de SD-geheugenkaart niet uit en zet de camera niet uit

wanneer er gegevens op de kaart worden opgeslagen of opnamen of geluidsbestanden worden weergegeven of wanneer de camera met een USB-kabel is aangesloten op een computer. Hierdoor kunnen de gegevens verloren gaan of kan de kaart beschadigd raken.

Buig de SD-geheugenkaart niet en stel deze niet bloot aan heftige schokken. Houd de kaart uit de buurt van water en bewaar hem niet op een plaats met een hoge temperatuur.

Neem de SD-geheugenkaart niet uit tijdens het formatteren. De kaart kan daardoor beschadigd raken en onbruikbaar worden.

Onder de volgende omstandigheden kunnen de gegevens op de SD-geheugenkaart worden verwijderd. Samsung Camera aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor verwijderde gegevens

(1)als de SD-geheugenkaart verkeerd wordt gebruikt door de gebruiker.

(2)als de SD-geheugenkaart wordt blootgesteld aan statische elektriciteit of elektrische storingen.

(3)als de kaart lange tijd niet is gebruikt.

(4)wanneer de kaart wordt uitgenomen of de batterij wordt uitgenomen terwijl er gegevens op de kaart worden opgeslagen of aangesproken.

De levensduur van de SD-geheugenkaart is eindig. Als de kaart lange tijd niet wordt gebruikt, kunnen de gegevens op de kaart onleesbaar worden. Sla altijd een reservekopie van belangrijke gegevens op een computer op.

Gebruik of bewaar de kaart niet op plaatsen waar deze aan statische elektriciteit of elektrische storingen kan worden blootgesteld.

Gebruik of bewaar de kaart niet op plaatsen waar deze wordt blootgesteld aan rechtstreeks zonlicht, snelle temperatuurschommelingen of condensatie.

Wilt u informatie over SD-geheugenkaarten, bezoek dan de website van Samsung Camera of neem contact op met het dichtstbijzijnde servicecentrum van Samsung Camera.

Nieuwe SD-geheugenkaarten moeten worden geformatteerd. Dit geldt ook voor SD geheugenkaarten die in andere camera’s zijn gebruikt.

SD-geheugenkaart formatteren (blz. 160)

Indien u van plan bent om uw SD-geheugenkaart niet meer te gebruiken, van de hand te doen of the verkopen, zou u er zich moeten van vergewissen dat de bestanden op de kaart volledig gewist zijn of dat de kaart zelf volledig onklaar is gemaakt, indien zij enige persoonlijke of belangrijke gegevens zou bevatten. Gelieve daarbij op te merken dat (her)formatteren van de SD-kaart niet noodzakelijk de bestanden wist, in de zin dat die niet meer zouden kunnen achterhaald worden door gebruik van in de handel verkrijgbare recovery software voor bestanden. Er zijn secure softwareprogramma’s verkrijgbaar in de handel om bestanden te wissen, die die bestanden volledig zullen wissen. In ieder geval, moeten de bestanden op uw SD-geheugenkaart op uw eigen risico worden beheerd.

[28]

De geheugenkaart gebruiken

Opnamepixels en Kwaliteitsniveau

Kies het aantal pixels (grootte) en kwaliteitsniveau (gegevenscompressie) van opnamen op basis van het gebruiksdoel van de opnamen.

Opnamen met een groter opnameformaat of meer worden briljanter afgedrukt.

Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt (het aantal opnamen dat op een SD-geheugenkaart past) wordt lager wanneer de bestandsgrootte groter wordt gemaakt.

De kwaliteit van de opname of afdruk hangt af van het kwaliteitsniveau, de belichting, de resolutie van de printer en een aantal andere factoren. U hoeft dus niet meer dan het benodigde aantal pixels te selecteren. Wanneer u bijvoorbeeld op briefkaartformaat wilt afdrukken, is -formaat (1536x1024) voldoende. Stel de gewenste opnamegrootte en kwaliteitsniveau in afhankelijk van uw doelen.

Kies het gewenste aantal opnamepixels en het kwaliteitsniveau voor opnamen in het menu [ Opname]. Opnamepixels instellen (blz. 109)

Kwaliteitsniveau instellen (blz. 110)

Opnamepixels, Kwaliteitsniveau en Geschatte opslagcapaciteit voor opnamen

Kwaliteitsniveau

RAW

 

 

 

Opnamepixels

Best

Beter

Goed

 

(3008x2008)

11

-

-

-

(3008x2000)

-

35

70

117

(2400x1600)

-

51

96

159

(1536x1024)

-

105

171

267

-Bovenstaande tabel geeft de geschatte opslagcapaciteit en opnametijd aan bij gebruik van een SDgeheugenkaart van 128 MB.

-Bovenstaande waarden kunnen variëren, al naar gelang het onderwerp, opnameomstandigheden, opnamefunctie, SD-geheugenkaart, enz.

[29]

Loading...
+ 184 hidden pages