Deze gebruiksaanwijzing is speciaal ontworpen om
de functies van uw mobiele telefoon te leren kennen.
Om de telefoon snel in gebruik te nemen, gaat u naar
"Uw mobiele telefoon," "De telefoon installeren en
gereedmaken," en "Basisfuncties gebruiken".
Symbolen die in deze
gebruiksaanwijzing worden gebruikt
Opmerking—opmerkingen, gebruikstips of
aanvullende informatie
Gevolgd door—de volgorde van de opties of
menu's die u moet selecteren om een stap uit te
voeren, bijvoorbeeld: Selecteer in de menustand
→
Berichten → Bericht maken (hiermee wordt
aangegeven dat u op Berichten moet drukken,
gevolgd door Bericht maken)
Rechte haken—telefoontoetsen, bijvoorbeeld:
[ ]
< >
►
2
] (staat voor de toets voor aan/uit/beëindigen)
[
Punthaken—functietoetsen die verschillende
functies uitvoeren in verschillende schermen,
bijvoorbeeld: <OK> (de functietoets OK)
Raadpleeg—pagina's met verwante informatie,
bijvoorbeeld: ► pag.12 (betekent "zie pagina 12")
Copyrightgegevens
De rechten op alle technologieën en producten die dit
apparaat bevat zijn het eigendom van de betreffende
eigenaren:
®
is wereldwijd een gedeponeerd
Bluetooth•
handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc.
Java™ is een handelsmerk van Sun Microsystems, •
Inc.
Informatie over veiligheid en gebruik .......................... 56
5
Uw mobiele telefoon
In dit gedeelte leert u de indeling van uw mobiele
telefoon kennen, evenals de toetsen en de symbolen.
Onderdelen van de telefoon
1
5
2
3
4
6
6
7
8
9
1
4-wegnavigatietoets
In de standby-stand:
programmeerbare menu’s
openen; in de menustand: door
de menuopties scrollen
De vooraf gedenieerde menu’s
kunnen verschillen afhankelijk van
uw serviceprovider
2
Beltoets
Bellen of een oproep
beantwoorden; in de standbystand: recente uitgaande,
gemiste en ontvangen oproepen
ophalen; een SOS-bericht
verzenden
►
“ Een SOS-bericht activeren en
verzenden”
3
Voicemailservicetoets
In de standby-stand: voicemails
openen (ingedrukt houden)
4
Toets voor toetsvergrendeling
In de standby-stand: blokkeren
van het toetsenbord inschakelen
of opheffen (ingedrukt houden).
5
Functietoetsen
De bewerkingen uitvoeren die
onder aan het beeldscherm
worden weergegeven
6
Toets voor aan/uit/beëindigen
De telefoon in- of uitschakelen
(ingedrukt houden); een oproep
beëindigen; in de menustand:
invoer annuleren en terugkeren
naar de standby-stand
7
Bevestigingstoets
In de standby-stand: menustand
activeren; de webbrowser
starten; in de menustand:
de gemarkeerde menuoptie
selecteren of uw invoer
bevestigen
Afhankelijk van uw serviceprovider
of regio kan de werking van deze
toets verschillen.
8
Alfanumerieke toetsen
9
Toets voor het stille proel
In de standby-stand: het proel
Stil in- of uitschakelen (ingedrukt
houden)
7
Symbolen
Boven aan het scherm worden de volgende
statusindicatoren weergegeven:
Pictogram Betekenis
Signaalsterkte
Gesprek aan de gang
Oproepen doorschakelen activeren
Functie voor SOS-berichten ingeschakeld
Roaming (buiten het gebruikelijke servicegebied)
Verbinden met een beveiligde webpagina
FM-radio aan
Bluetooth ingeschakeld
Alarm ingeschakeld
Geheugenkaart geplaatst
Nieuw SMS-bericht
Nieuw MMS-bericht
Nieuw e-mailbericht
Nieuw voicemailbericht
Normaal proel ingeschakeld
Stil proel ingeschakeld
Batterijniveau
8
De telefoon installeren
en gereedmaken
Installeer allereerst de mobiele telefoon en stel deze in.
De SIM-kaart en de batterij plaatsen
Verwijder de achterklep en plaats de SIM-kaart.1.
Achterklep
Plaats de batterij en plaats de achterklep weer 2.
terug.
Batterij
SIM-kaart
9
De batterij opladen
Steek het smalle uiteinde van de meegeleverde 1.
reisadapter in de multifunctionele aansluiting.
Sluit het brede uiteinde van de reisadapter op een 2.
stopcontact aan.
Als de batterij is opgeladen, verwijdert u de 3.
adapter.
Ontkoppel altijd de adapter van de telefoon voordat u
de batterij verwijdert. Als u eerst de batterij verwijdert,
kan de telefoon beschadigd raken.
10
Een geheugenkaart plaatsen
(optioneel)
U kunt microSD™- of microSDHC™-geheugenkaarten
van maximaal 2 GB in de telefoon plaatsen (afhankelijk
van het type kaart en de kaartfabrikant).
Als u de geheugenkaart op een pc formatteert, kan •
de kaart incompatibel worden met uw telefoon.
Formatteer de geheugenkaart alleen in de telefoon.
Veel schrijven en verwijderen van gegevens verkort •
de levensduur van de geheugenkaart.
Verwijder de achterklep.1.
Plaats een geheugenkaart met de goudkleurige 2.
contactpunten naar beneden gericht.
Geheugenkaart
Duw de geheugenkaart in de geheugenkaartsleuf 3.
totdat de kaart op zijn plaats klikt.
Plaats de achterklep terug.4.
11
Basisfuncties
gebruiken
Leer de belangrijkste functies van de telefoon kennen
en leer basishandelingen uitvoeren.
De telefoon in- of uitschakelen
De telefoon inschakelen:
Houd [1.
] ingedrukt.
Geef uw PIN-code in en druk op <2. OK>
(indien nodig).
Druk op <3. OK> om nieuwe SIM-kaarten te
registreren.
Volg de aanwijzingen op het scherm om de SIM-4.
kaarten een naam en een signaalsymbool toe te
kennen.
Herhaal stap 1 om de telefoon uit te schakelen.
Menu’s openen
U kunt de menu’s van de telefoon als volgt openen:
Druk in de standby-stand op <1. Menu> om naar de
menustand te gaan.
Afhankelijk van uw regio of uw serviceprovider moet u
voor de menustand mogelijk op de bevestigingstoets
drukken. Als u gebruikmaakt van de slimme
startpagina, kunt u de bevestigingstoets niet gebruiken
om de menustand te activeren.
12
Gebruik de navigatietoets om naar een menu of 2.
optie te gaan.
Druk op <3. Kies>, <OK> of op de bevestigingstoets
om de gemarkeerde optie te bevestigen.
Druk op <4. Terug> om een niveau omhoog te gaan;
druk op [
] om terug te gaan naar de standby-
stand.
Wanneer u een menu wilt openen waarvoor de PIN2-•
code vereist is, dient u de PIN2-code in te geven die
met de SIM-kaart is meegeleverd. Raadpleeg uw
provider voor meer informatie.
Samsung is niet verantwoordelijk voor verlies van •
wachtwoorden of privégegevens of andere schade
die door illegale software wordt veroorzaakt.
De slimme startpagina gebruiken
Met de slimme startpagina hebt u toegang tot uw
favoriete toepassingen en contacten en kunt u
aankomende gebeurtenissen en taken zien. U kunt de
slimme startpagina aan uw voorkeuren en behoeften
aanpassen.
Als u gebruikmaakt van de slimme startpagina, kunt u
de navigatietoets niet voor snelkoppelingen gebruiken.
De slimme startpagina aanpassen
Selecteer in de menustand 1. Instellingen →
Display → Slimme startpagina.
Scroll naar links of rechts naar 2. Slim standby.
13
Druk op <3. Wijzig>.
Selecteer de items die u op de slimme startpagina 4.
wilt weergeven.
Druk op <5. Opties> → Opslaan.
Druk op de bevestigingstoets.6.
U kunt de stijl van het standby-scherm wijzigen.
Selecteer in de menustand Instellingen → Display → Slimme startpagina en scroll naar links of rechts naar
de gewenste stijl.
Items op de slimme startpagina gebruiken
Druk op de navigatietoets om door de items op
de slimme startpagina te scrollen en druk op de
bevestigingstoets om een item te selecteren. De
volgende items zijn beschikbaar.
Welke items beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw
serviceprovider.
Sneltoetswerkbalk• : uw favoriete toepassingen
openen. U kunt de snelkoppelingenwerkbalk naar
wens aanpassen.
Mijn vrienden• : contacten openen die in de lijst met
favoriete nummers zijn opgeslagen.
Agenda vandaag• : aanstaande gebeurtenissen en
taken openen.
Twee klokken• : uw lokale klok en een wereldklok
weergeven.
14
Maandkalender• : het maandoverzicht van de
agenda weergeven.
Eén klok• : de huidige datum en tijd weergeven.
Facebook• /Twitter: onlangs bijgewerkte feeds
openen.
De sneltoetswerkbalk aanpassen
Selecteer in de menustand 1. Instellingen →
Display → Slimme startpagina.
Druk op <2. Wijzig>.
Scroll naar 3. Sneltoetswerkbalk en druk op
<Opties> → Snelkoppelingen bewerken.
Selecteer een menu dat u wilt wijzigen of een lege 4.
locatie.
Druk op <5. Wijzig>.
Selecteer de gewenste menu’s. 6.
Druk op de navigatietoets naar rechts om
submenu’s te selecteren (indien nodig).
Druk op <7. Opslaan>.
15
De instellingen van de telefoon
wijzigen
Overschakelen van en naar het stille proel
Houd in de standby-stand [ ] ingedrukt om de
geluiden van de telefoon uit te schakelen of in te
schakelen.
Het geluidsproel instellen
Naar een ander geluidsprofiel overschakelen:
Selecteer in de menustand 1. Instellingen → Geluidsprofielen.
Selecteer het gewenste profiel.2.
Een geluidsprofiel bewerken:
Selecteer in de menustand 1. Instellingen → Geluidsprofielen.
Scroll naar een profiel en druk op <2. Wijzig>.
Pas de geluidsinstellingen naar wens aan.3.
Sneltoetsen voor menu’s instellen
Selecteer in de menustand 1. Instellingen →
Telefoon → Sneltoetsen.
Selecteer de toets die u als sneltoets wilt 2.
gebruiken.
Selecteer het menu dat u aan de sneltoets wilt 3.
toewijzen.
16
SIM-kaarten beheren
De telefoon ondersteunt het gebruik van twee SIMkaarten, zodat er twee abonnementen kunnen worden
gebruikt.
Aangezien de telefoon slechts één RF-module (Radio
Frequency) bevat die door de twee SIM-kaarten wordt
gedeeld, kan er tijdens een telefoongesprek via de
ene SIM-kaart geen oproep via de andere SIM-kaart
worden ontvangen.
Tijd instellen voor automatische omschakeling van
abonnement
Houd in de standby-stand [1. ] ingedrukt.
Selecteer 2. Automatisch van SIM wisselen.
Druk op <3. Wijzig> om de automatische
wisselfunctie te activeren.
Geef de begin- en eindtijd voor de 4.
abonnementswissel in.
Druk op <5. Opslaan>.
U kunt de namen en symbolen van de SIM-kaarten
wijzigen.
Houd in de standby-stand [1. ] ingedrukt.
Selecteer 2. Kaart registreren.
Selecteer een SIM-kaart.3.
Selecteer 4. Naam kaart en verander de naam van
de SIM-kaart.
Selecteer 5. Pictogram en verander het symbool van
de SIM-kaart.
17
De basisbelfuncties gebruiken
Bellen
Geef in de standby-stand het netnummer en 1.
abonneenummer in.
Druk op [2.
Druk op [3.
Een oproep beantwoorden
Druk op [1. ] wanneer er een oproep binnenkomt.
Druk op [2.
Het spraakvolume aanpassen tijdens een gesprek
Druk op de navigatietoets omhoog of omlaag om het
volume van het luistergedeelte tijdens een gesprek
aan te passen.
De luidsprekerfunctie gebruiken
Druk op de bevestigingstoets om tijdens een 1.
gesprek de luidsprekerfunctie te activeren.
Druk nogmaals op de bevestigingstoets om weer 2.
over te schakelen naar het luistergedeelte.
18
] om het nummer te bellen.
] om het gesprek te beëindigen.
] om het gesprek te beëindigen.
In rumoerige omgevingen kan het lastig zijn om de
luidsprekerfunctie te gebruiken. Gebruik dan voor
betere geluidsprestaties de normale telefoonstand.
De headset gebruiken
Wanneer u de headset op de multifunctionele
aansluiting aansluit, kunt u bellen en oproepen
beantwoorden:
Het laatstgekozen nummer herhalen: houd de •
headsetknop ingedrukt.
Voor het aannemen van een gesprek drukt u ook •
op de headsetknop.
Als u een oproep wilt beëindigen, houdt u de knop •
op de headset ingedrukt.
Berichten verzenden en bekijken
Een SMS- of MMS-bericht verzenden
Selecteer in de menustand 1. Berichten → Bericht
maken.
Geef het nummer van een ontvanger in en scroll 2.
omlaag.
Geef de berichttekst in. ► pag. 3. 21
Ga voor het verzenden van een SMS direct naar
stap 5.
Ga voor het bijvoegen van multimedia door met
stap 4.
Druk op <4. Opties> → Multimedia toevoegen en
voeg een item toe.
Druk op de bevestigingstoets om het bericht te 5.
verzenden.
19
Een SMS- of MMS-bericht bekijken
Selecteer in de menustand 1. Berichten → Postvak
IN.
Selecteer een SMS- of MMS-bericht.2.
E-mails verzenden en weergeven
Een e-mail verzenden
Selecteer in de menustand 1. Berichten → Nieuwe
e-mail.
Geef een e-mailadres in en schuif omlaag.2.
Geef een onderwerp in en scroll omlaag.3.
Geef de berichttekst in.4.
Druk op <5. Opties> → Items toevoegen en voeg
een item toe (indien nodig).
Druk op de bevestigingstoets om het bericht te 6.
verzenden.
Een e-mail bekijken
Selecteer in de menustand 1. Berichten → E-mail
Postvak IN.
Druk op <2. Downloaden>.
Selecteer een e-mail of een berichtkop.3.
Druk op <4. Opties> → Ophalen om de berichttekst
van de e-mail te bekijken als u een berichtkop hebt
geselecteerd.
20
Tekst ingeven
U kunt u tekst ingeven door op de toetsen van het
toetsenblok te drukken.
Welke tekstinvoerstanden beschikbaar zijn, kan per
regio verschillen.
De tekstinvoerstand wijzigen
Houd [• ] ingedrukt om te wisselen tussen de T9-
en de ABC-stand.
Druk op [•
] om te wisselen tussen hoofdletters en
kleine letters of om naar de cijferstand te gaan.
Druk op [•
] om naar de symboolstand te gaan.
Houd [•
] ingedrukt om een invoerstand te
selecteren of de invoertaal te wijzigen, of om de
woordenlijst te openen.
T9-stand
Druk eenmaal op de toepasselijke alfanumerieke 1.
toetsen om een heel woord in te geven.
Als het woord juist wordt weergegeven, drukt u op 2.
[0] om een spatie in te voegen. Als niet het juiste
woord wordt weergegeven, drukt u op de boven- of
onderkant van de navigatietoets om een alternatief
woord te selecteren.
21
Loading...
+ 49 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.