Samsung FQ159UST User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing en kooktips

TURBO-COMBI-OVEN

FQ159ST / FQ159UST
Gebruikershandleiding
2
Deze handleiding gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Belangrijke veiligheidsaanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Installatie en aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
De klok instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Eigenschappen van de oven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Verwarmingstypen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
11
De ovenstand gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
De bereidingstijd instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
De eindtijd instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Functie Reservering bereidingstijd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
De snelmenustand gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
De stand Snel-ontdooien gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
De werking van een magnetronoven. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
De magnetronstand gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Het geluidssignaal uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
Kinderslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
De stoomreinigingsfunctie gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
De magnetronoven reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
De magnetronoven opbergen of laten repareren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
Foutcode . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Technische specificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
44
1
Inhoud
2
NL

Deze handleiding gebruiken

Hartelijk dank voor de aanschaf van een turbo-combi-oven van SAMSUNG. Uw gebruikershandleiding bevat belangrijke veiligheidsinstructies en essentiële
informatie over het gebruik en onderhoud van uw nieuwe turbo-combi-oven. Lees alle informatie in deze handleiding voordat u de oven gebruikt en bewaar
deze voor raadpleging in de toekomst. Op de binnenkant van de omslag vindt u handige beknopte aanwijzingen waarin
voor uw gemak de basisbewerkingen voor bereidingen worden uitgelegd.

Belangrijke veiligheidsaanwijzingen

MAATREGELEN TER VOORKOMING VAN MOGELIJKE BLOOTSTELL­ING AAN OVERMATIGE MAGNETRONSTRALING
Het niet navolgen van de volgende veiligheidsvoorschriften kan leiden tot blootstelling aan schadelijke magnetronstraling.
(a) Probeer in geen geval de oven te gebruiken met de deur open. Laat de vergrendelingspall-
en in de deur intact en steek niets in de gaten van de deurvergrendeling.
(b) Plaats geen enkel voorwerp tussen de deur en de voorplaat. Voorkom dat resten van
voedsel of reinigingsmiddelen zich verzamelen op de afsluitstrippen. Zorg ervoor dat de deur en de afsluitstrippen altijd schoon zijn door deze na gebruik te reinigen, eerst met een vochtige en daarna met een droge doek.
(c) Als de oven is beschadigd, gebruik deze dan niet voordat deze is gerepareerd door een
gekwalificeerde magnetronservicetechnicus die door de fabrikant is opgeleid. Het is vooral belangrijk dat de ovendeur goed sluit en dat er geen beschadigingen zijn aan:
(1) deur, afsluitstrippen en afsluitende oppervlakken, (2) deurscharnieren (gebroken of los), of (3) voedingskabel.
(d) De oven mag uitsluitend worden bijgesteld of gerepareerd door een gekwalificeerde mag-
netronservicetechnicus die is opgeleid door de fabrikant.
3
NL
Belangrijke veiligheidsaanwijzingen (vervolg)
Lees de aanwijzingen zorgvuldig door en bewaar deze voor raadpleging in de toekomst.
Controleer voordat u gerechten of vloeistoffen in de oven gaat bereiden of de volgende voorzorgsmaatregelen zijn genomen.
1. NOOIT metalen kookmaterialen gebruiken wanneer u de magnetronfunctie gebruikt:
Metalen schaaltjes.
Serviesgoed met gouden of zilveren sierrand.
Vleespennen, vorken, enzovoort. Reden Er kunnen elektrische vonken ontstaan die de oven kunnen beschadigen.
2. NOOIT
de volgende artikelen opwarmen:
Luchtdichte of vacuum afgesloten flessen, potten, verpakkingen. (bijvoorbeeld potjes
babyvoeding)
● Luchtdichte voedingsmiddelen. (bijvoorbeeld eieren, ongepelde noten, tomaten) Reden Door de toegenomen druk kunnen deze exploderen. Tip verwijder het deksel, maak gaten in het omhulsel, enzovoort.
3. NOOIT
de magnetronfunctie gebruiken wanneer de oven leeg is.
Reden De ovenwand kan worden beschadigd. Tip Laat altijd een glas water in de oven staan. Het water absorbeert de microgol
-
ven als u de oven per ongeluk aan zet terwijl deze leeg is.
4. NOOIT de ventilatieopeningen aan de achterzijde bedekken met textiel of papier. Reden Het textiel of papier kan vlam vatten door de hete lucht die door de oven wordt
uitgestoten.
5. ALTIJD
ovenwanten gebruiken om een schotel uit de oven te halen.
Reden Sommige schotels absorberen microgolven en bovendien wordt de warmte
altijd via het gerecht aan de schotel doorgegeven. De schotel is daarom altijd heet.
6. NOOIT
de verwarmingselementen of de binnenwand van de oven aanraken.
Reden Ook na afloop van de bereiding kunnen de wanden zo heet zijn dat u brand-
wonden kunt oplopen, zelfs al lijkt dat misschien niet zo. Blijft uit de buurt van hete onderdelen. Laat geen ontvlambare materialen in aanraking komen met het binnenste van de oven. Laat de oven eerst afkoelen.
7. Verminder de kans op brand in de ovenruimte door de volgende aanwijzingen op te volgen:
Geen brandbare materialen bewaren in de oven.
Het metalen binddraadje van papieren of plastic zakken verwijderen.
De magnetron niet gebruiken voor het drogen van kranten.
Bij rookvorming de ovendeur dicht laten en de oven uitschakelen en loskoppelen van
het lichtnet.
4
NL
Belangrijke veiligheidsaanwijzingen (vervolg)
8. Wees extra voorzichtig bij het verwarmen van vloeistoffen en babyvoeding wanneer u de
magnetronfunctie gebruikt.
ALTIJD een nagaartijd van ten minste 20 seconden aanhouden nadat de oven is uitge-
schakeld, zodat de warmte zich kan verdelen.
Roer zonodig tijdens het verwarmen en roer ALTIJD na het verwarmen.
Om te voorkomen dat vloeistoffen buiten de magnetron alsnog plotseling aan de kook
raken en naar buiten spatten, moet u het gerecht voor, tijdens en na het verwarmen goed doorroeren.
Bij brandwonden de volgende aanwijzingen voor eerste hulp opvolgen: * Houd het verbrande lichaamsdeel ten minste 10 minuten ondergedompeld in koud water. * Dek de wond af met schoon, droog verband. * Breng geen zalf, olie of lotion aan op de brandwond.
● NOOIT
een kom of schaal tot de rand vullen. Gebruik een schaal die aan de bovenkant breder is dan aan de onderkant om overkoken van de vloeistof te voorkomen. Flessen met een nauwe hals kunnen exploderen als deze oververhit raken.
● ALTIJD de temperatuur van babyvoeding of -melk controleren voor u deze aan de baby geeft.
● NOOIT een melkfles met de speen erop verwarmen. De fles kan exploderen als deze
oververhit raakt.
Omdat gerechten en vloeistoffen die u met de magnetron hebt verwarmd buiten de
magnetron alsnog plotseling aan de kook kunnen raken en naar buiten spatten, moet u bijzonder voorzichtig zijn wanneer u ze uit de magnetron haalt.
9. Zorg ervoor dat de voedingskabel niet wordt beschadigd.
Dompel de voedingskabel en stekker niet onder in water en houd de voedingskabel uit
de buurt van hete oppervlakken.
Gebruik de oven niet met een beschadigde voedingskabel of stekker.
10. Ga tijdens het openen van de ovendeur op een armlengte afstand van de oven staan. Reden De hete lucht en stoom die vrijkomen kunnen brandwonden veroorzaken.
11.
Houd de binnenkant van de oven schoon.
Reinig de binnenzijde van de oven direct na elk gebruik met een licht sopje, maar laat
de magnetron eerst afkoelen om verwonding te voorkomen.
Reden Voedselresten en vetspatten die zich aan de ovenwanden hechten, kunnen de
keramische laag beschadigen en de effectiviteit van de oven verminderen.
12. Tijdens de werking van de oven kunt u een “klikkend” geluid waarnemen, met name tijdens het ontdooien.
Reden Dit geluid wordt veroorzaakt door het schakelen van het elektrisch vermogen.
Dit is normaal.
5
NL
Belangrijke veiligheidsaanwijzingen (vervolg)
13. Als de magnetronstand wordt ingeschakeld terwijl er niets in de oven staat, wordt de
stroomtoevoer om veiligheidsredenen automatisch afgesloten. Nadat u de oven 30 minuten hebt laten rusten, kunt u deze weer normaal gebruiken.
Maakt u zich geen zorgen als de oven aan lijkt te blijven nadat de bereiding is voltooid. Reden Dit product is zo ontworpen dat de koelventilator 5 minuten blijft werken nadat
de bereiding klaar is om de interne elektronische onderdelen af te koelen. Wanneer de bereidingstijd om is, laat de oven viermaal een geluidssignaal horen en knippert er een “0”. Daarna geeft de oven een keer per minuut een geluidssignaal.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
Kijk bij het gebruik van wegwerpverpakkingen van plastic, papier of andere brandbare materi­alen tijdens het verwarmen van het voedsel zo nu en dan even in de oven.
BELANGRIJK
Laat NOOIT jonge kinderen of zwakke personen de magnetronoven bedienen of met de magnetronoven spelen. Laat kinderen ook nooit zonder toezicht achter in de buurt van de magnetronoven wanneer deze in gebruik is. Nooit voorwerpen die kinderen aantrekken boven de oven bewaren of verbergen.
WAARSCHUWING
Als de deur of de afsluitstrippen zijn beschadigd, mag u de oven niet gebruiken voordat deze is gerepareerd door een gekwalificeerde monteur.
WAARSCHUWING
Onderhoud en reparaties waarbij de behuizing, die bescherming biedt tegen blootstelling aan microgolven, wordt verwijderd, mogen alleen worden uitgevoerd door een gekwalificeerde monteur. Voor anderen is dit levensgevaarlijk.
WAARSCHUWING
Vloeistoffen en andere gerechten mogen niet worden verwarmd in een afgesloten verpakking, aangezien deze kan exploderen.
WAARSCHUWING
Laat de oven alleen zonder toezicht door kinderen gebruiken nadat u duidelijke instructies hebt gegeven en u ervan overtuigd bent dat het kind in staat is de oven op een veilige manier te bedienen en begrijpt wat de gevaren zijn van incorrect gebruik.
WAARSCHUWING
Omwille van het risico op ontbranding, raden wij u aan de oven in het oog te houden wanneer u voedsel verwarmt dat in plastic of papier is verpakt.
WAARSCHUWING
Controleer of het apparaat is uitgeschakeld voordat u de lamp vervangt om het risico op elek­trische schok te vermijden.
Recycle of verwijder het verpakkingsmateriaal van dit product op een milieuvriendelijke manier.
Neem contact op met uw lokale instanties met betrekking tot de milieuvriendelijke ver­wijdering van dit product.
595
520
460
min 564 max 568
min 550
min 446 max 450
50
200 cm
2
6
NL

Installatie en aansluiting

Dit apparaat is NIET bedoeld voor gebruik in een commerciële omgeving.
Dit apparaat moet minstens 85 cm boven het vloerniveau worden geplaatst.
Houd rekening met de installatierichtlijnen en onthoud dat dit apparaat alleen door een
bevoegde technicus mag worden geïnstalleerd.
Het apparaat is voorzien van een stekker en mag alleen op een correct geïnstalleerde, geaarde wandcontactdoos worden aangesloten. De beveiliging van de zekering moet een vermogen van 16 amp hebben (mini-stroomonderbrekers van het type L of B).
Als een nieuwe wandcontactdoos nodig is, moet u de installatie en de kabelaansluiting overlaten aan een bevoegde elektricien. Als de stekker na de installatie niet meer bereik­baar is, moet een poolontkoppelingsapparaat op de plaats van de installatie aanwezig zijn met een contactopening van ten minste 3 mm.
U mag geen adapters, meervoudige stekkerdozen en verlengkabels gebruiken. Overbelas­ting kan brand veroorzaken.
● Aansluiten
Wanneer u het apparaat voor de eerste keer aansluit, lichten alle segmenten gedurende een seconde op. Na 3 seconden begint 12:00 te knipperen op het display. Hiermee wordt aangegeven dat u de klok moet instellen. Vergeet niet de klok bij te stellen tijdens het omschakelen naar zomertijd en wintertijd.
7
NL

De klok instellen

Wanneer u het apparaat voor de eerste keer aansluit, licht het DISPLAY op. Na drie seconden verschijnt het kloksymbool en begint “12:00” te knipperen op het DISPLAY.
De klok instellen
1
Druk op de toets KLOK . De “12”
begint te knipperen. 2
Draai aan de
MULTIFUNCTIESCHAKELAAR om het uur in te stellen.
3
Druk opnieuw op de toets KLOK . De
“00” begint te knipperen. 4
Draai aan de
MULTIFUNCTIESCHAKELAAR om de minuten in te stellen.
5
Druk opnieuw op de toets KLOK.
De klok stelt zichzelf in binnen 5 seconden.
Bedieningspaneel
Bovenste verwarmingselementen
Ovenniveaus
Magnetron niveau 1
Veiligheidsvergrendeling
deur
Deurhandgreep
Deur
Ovenlamp
Niveau 5
Niveau 4
Niveau 3 Niveau 2
8
NL

Eigenschappen van de oven

Opmerking
De niveaus voor de bakplaten zijn van onder naar boven genummerd.
De niveaus 4 en 5 worden vooral gebruikt voor de grillfunctie.
Het magnetronniveau wordt doorgaans gebruikt voor de magnetronfunctie.
Lees de kooktips die u in deze handleiding terugvindt om het geschikte niveau van de
bakplaat voor uw gerechten te bepalen.
Inleggrill
Keramische plaat
9
NL

Accessoires

De volgende accessoires worden bij uw magnetronoven geleverd:
1
Keramische plaat
(nuttig voor magnetronstand) 2
Twee bakplaten
(NIET gebruiken voor de magnetronstand.)
3
Inleggrill voor keramische plaat
(nuttig voor Snelmenu- en grillstand) 4
Ovenrooster
(NIET gebruiken voor de magnetronstand.)
Opmerking
Lees de kooktips die u in deze handleiding terugvindt om het geschikte accessoire voor uw gerechten te bepalen.
1
2
3
4
5
7
16
8
9
10
11
12
13
14
15
6
10
NL

Bedieningspaneel

1. UIT
2. OVENSTAND
3. SNELMENUSTAND
4. STAND SNEL-ONTDOOIEN
5. MAGNETRONSTAND
6. KEUZESCHAKELAAR
7. DISPLAY
8. STOOMREINIGING
9. KLOK
10. BEREIDINGSTIJD
11.
EINDTIJD
12. TEMPERATUUR
13. VERMOGENSNIVEAU/ENTER
14. MULTIFUNCTIESCHAKELAAR
15. STOPPEN / ANNULEREN
16. STARTEN
Drukschakelaars gebruiken Opmerking
De KEUZESCHAKELAAR (6) en de MULTIFUNCTIESCHAKELAAR (14) zijn drukschake­laars. Druk op de knop en draai deze naar de gewenste instelling.
11
NL

Verwarmingstypen

Hieronder vindt u een overzicht van de verschillende verwarmingsstanden en in­stellingen die op uw oven beschikbaar zijn. Gebruik de kooktips op de hierna vol­gende pagina’s om de geschikte stand en instelling voor al uw recepten te bepalen.
OVENSTAND
Instelling dubbele hete lucht
Het voedsel wordt verwarmd door warme lucht van de linker- en rech­terkant van de oven. Deze instelling biedt gelijkmatige verwarming en is ideaal geschikt om te bakken.
Instelling hete lucht + bovenverwarming
Door de combinatie van hete lucht en het bovenverwarmingselement is dit de ideale instelling voor een knapperig en bruin korstje. Vooral aanbevolen voor vleesgerechten.
Instelling conventionele warmte
De warmte wordt geleverd door de bovenste en onderste verwarming­selementen. Deze instelling is geschikt voor het bakken en roosteren.
Grillinstelling
Het voedsel wordt verwarmd door het bovenste verwarmingselement.
Instelling hete lucht + onderverwarming
Door de combinatie van hete lucht en het onderverwarmingselement krijgt het voedsel een knapperig en bruin korstje.
SNELMENUSTAND
Kies een van de twaalf voorgeprogrammeerde snelmenu-instellin­gen om op een gerieflijke manier uw favoriete gerechten te koken, te roosteren of te bakken. De bereidingstijd en het vermogen worden automatisch ingesteld. Selecteer het programma en het gewicht om de bereiding te starten.
STAND SNEL-ONTDOOIEN
Kies een van de vijf voorgeprogrammeerde instellingen voor het snel ontdooien.
De ontdooitijd en het vermogen worden automatisch ingesteld. Select­eer het programma en het gewicht om het ontdooien te starten.
MAGNETRONSTAND
Voor het bereiden en ontdooien van voedingsmiddelen worden micro­golven gebruikt. Hiermee kunt u snel en efficiënt eten bereiden zonder dat de kleur of de vorm van het voedsel verandert. Het vermogen en de bereidingstijd worden handmatig ingesteld zodat ze aan de verschil­lende gerechten kunnen worden aangepast.
12
NL

De ovenstand gebruiken

In deze stand zijn vijf instellingen beschikbaar. Raadpleeg de kooktips op pagina’s 14 tot 18 om de geschikte instelling te bepalen.
De ovenstand instellen
1
Draai de KEUZESCHAKELAAR naar
de positie van de ovenstand. 2
Draai de
MULTIFUNCTIESCHAKELAAR naar de gewenste ovenstand. De ovenstand en de aanbevolen temperatuur worden weergegeven.
Dubbele hete lucht
Hete lucht + bovenverwarming
Conventionele warmte
Grill
Hete lucht + onderverwarming
Opmerking
De hete luchtverwarming en de grillverwarming worden voortdurend in- en uitgeschakeld om de temperatuur te regelen.
3
Om een andere temperatuur
te selecteren, drukt u op
TEMPERATUUR en draait u de MULTIFUNCTIESCHAKELAAR om de
gewenste temperatuur in te stellen.
4
Om de bereidingstijd in te stellen, drukt
u op BEREIDINGSTIJD en draait u de MULTIFUNCTIESCHAKELAAR om de gewenste bereidingstijd in te stellen.
13
NL
De ovenstand gebruiken (vervolg)
5
Druk op de toets START. ► De TEMPERATUUR-indicator op het
display licht op. Wanneer de gewen­ste temperatuur is bereikt, begint de indicator te knipperen.
Opmerking
1) Tijdens de bereiding kunt u de toetsen BEREIDINGSTIJD en TEMPERATUUR gebruiken
om de instelling te wijzigen.
2) In de ovenstand worden de hete luchtverwarming en de bovenste en onderste verwarming-
selementen tijdens het koken in- en uitgeschakeld om de temperatuur te regelen.
3) Tijdens de bereiding kunt u de binnentemperatuur weergeven door de toetsen TEMPER­ATUUR en VERMOGEN/ ENTER tegelijk in te drukken.
Belangrijk
Wanneer u de ovenstand gebruikt, moet u glazen bakvormen gebruiken die geschikt zijn voor temperaturen van 40 tot 250°C.
Loading...
+ 33 hidden pages