Roland MICRO BR User Manual

Gebruikershandleiding
201a
Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, raden wij u aan u de volgende secties zorgvuldig door te lezen: ‘HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN’ (pagina 2-3) en ‘BELANGRIJKE OPMERKINGEN’ (pagina 4-5). In deze secties vindt u belangrijke informatie over het juiste gebruik van het apparaat. Daarnaast dient deze gebruikershandleiding in zijn geheel gelezen te worden, zodat u een goed beeld krijgt van alle mogelijkheden, die uw nieuwe apparaat te bieden heeft. Bewaar deze handleiding om er later aan te kunnen refereren.
Tekst tussen vierkante haakjes [ ] verwijst naar toetsen op het paneel van de MICRO BR.
[EXIT]: EXIT toets [UTILITY]: UTILITY toets
Verwijzingen als (p. **) duiden op pagina’s in deze handleiding, waaraan u kunt refereren.
Wijst op informatie, waarvan u op de hoogte dient te zijn bij het gebruik van de MICRO BR.
Wijst op een handige bewerking of nuttige muziek productietechniek.
Wijst op aanvullende informatie over een bewerking.
Wijst op een referentie pagina.
Wijst op een toelichting van een term.
202
Copyright © 2006 BOSS CORPORATION Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag op enigerlei wijze gereproduceerd worden zonder schriftelijke toestemming van BOSS CORPORATION.
BOSS Website http://www.bosscorp.co.jp/
USING THE UNIT SAFELY
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING en
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG opmerkingen
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van overlijden of zwaar letsel, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
Over de symbolen
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
001
WAARSCHUWING WAARSCHUWING
• Voordat u het apparaat in gebruik neemt, leest u onderstaande instructies en de gebruikershandleiding.
..................................................................................................
002c
• Maak het apparaat niet open, en voer geen interne modificaties uit. Dit geldt tevens voor de adapter.
..................................................................................................
003
• Tracht het apparaat niet te repareren of onderdelen in het apparaat te vervangen (behalve wanneer daartoe specifieke instructies in de handleiding staan.) Ga voor alle onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbij­zijnde Roland Service Centrum of een erkende Roland distributeur, die u op de ‘Informatie’ pagina kunt vinden.
..................................................................................................
004
• Gebruik of berg het apparaat nooit op, op plaatsen die:
• aan extreme temperaturen onderhevig zijn
(bijvoorbeeld in direct zonlicht, in een afgesloten voertuig, dichtbij een warmtekanaal of bovenop warmte genererende apparatuur of die
• vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers,
wasruimtes of natte vloeren hebben of die
• aan regen worden blootgesteld of die
• stoffig zijn of die
• aan een hoge mate van vibratie onderhevig zijn.
..................................................................................................
009
• Buig of draai een stroomsnoer niet overmatig en plaats er geen zware objecten bovenop.
Hierdoor kan het snoer beschadigen, waardoor afgebroken elementen en kortsluiting geproduceerd kan worden. Beschadigde snoeren betekenen een risico op brand en schokken!
..................................................................................................
2
08b
• Gebruik alleen het geschikte adaptertype (PSA Serie). Ook moet het voltage van de instal­latie overeenkomen met het ingangsvoltage dat op de behuizing van adapter wordt vermeld. Andere adapters kunnen een andere polariteit hebben of op een ander voltage ontworpen zijn, waardoor gebruik van dergelijke adapters tot beschadiging, storing of elektrische schok kan leiden.
.................................................................................................
010
• Dit apparaat, op zichzelf staand of in combi­natie met een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die in staat zijn permanent gehoorsverlies te veroorzaken. Werk nooit lange tijd achter elkaar op een hoog of oncomfortabel volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van gehoorsverlies of een piep in de oren bemerkt, moet u het apparaat direct uitzetten en een oorarts consulteren.
.................................................................................................
Add
• Gebruik nooit een koptelefoon of oordopjes, terwijl u een auto of motor bestuurt. Het gebruik ervan kan leiden tot een ongeluk. Indien u dit product gebruikt tijdens het wandelen, blijf u dan bewust van dichtbijzijnd verkeer, en de conditie van de weg om ongelukken te vermijden. Gebruik dit product in het bijzonder niet op plaatsen waar u om gevaar te vermijden, afhan­kelijk bent van het horen van geluidne om u heen, zoals bij treinovergangen, op perrons, op wegen met voertuigen of rondom bouwterreinen.
.................................................................................................
011
• Zorg, dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar materiaal, munten of spelden) of vloeistoffen (water, frisdrank, enz.) in het apparaat terechtkomen.
.................................................................................................
0
12c
WAARSCHUWING
• Zet direct de stroom uit, ontkoppel de adapter en breng het apparaat voor onderhoud naar uw handelaar, het dichtst-bijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur, te vinden op de ‘Informatie’ pagina, indien:
• De adapter of de stekker is beschadigd, of
• Er rook of een ongewone geur optreedt
• Er objecten of vloeistof in het apparaat terecht zijn
gekomen, of
• Het apparaat in de regen heeft gestaan (of op andere wijze
nat is geworden), of
• Het apparaat niet normaal schijnt te functioneren of een
duidelijke verandering in werking laat zien.
..................................................................................................
013
• In huishoudens met kleine kinderen moet een volwassene toezicht houden, totdat het kind in staat is de regels die essentieel zijn voor een veilige bediening van het apparaat op te volgen.
..................................................................................................
01b
• Probeer het in elkaar verwikkeld raken van snoeren en kabels te voorkomen. Bovendien zouden alle snoeren en kabels buiten het bereik van kinderen geplaatst moeten worden.
..................................................................................................
03b
• Wanneer de stekker in het stopcontact of in dit apparaat word gestoken of eruit wordt gehaald, mogen uw handen nooit nat zijn.
..................................................................................................
03b
• Haal de adapter regelmatig uit het stopcontact, en maak deze met een droge doek schoon om stof en andere opeen­hopingen te verwijderen. Verwijder de adapter ook uit het stopcontact, wanneer u het apparaat langere tijd niet zult gebruiken. Ophoping van stof tussen de stekker en het stopcontact kan tot verminderde isolatie leiden en brand veroorzaken.
..................................................................................................
108b
• Voordat u het apparaat gaat verplaatsen, haalt u het netsnoer uit het stopcontact, en koppelt u de snoeren van alle apparaten los.
..................................................................................................
109b
• Voordat u het apparaat gaat schoonmaken, zet u de stroom uit, en haalt u het netsnoer uit het stopcontact.
..................................................................................................
VOORZICHTIG
0
01b 111: Selection
• Bij onjuist gebruik kunnen batterijen explo­deren of lekken, en schade of letsel veroorzaken. Neem, in het kader van veiligheid, kennis van de volgende voorzorgsmaatregelen (p. 20).
• Volg zorgvuldig de installatie instructies van
batterijen, en let erop dat u de juiste polariteit gebruikt.
• Vermijd het tegelijkertijd gebruiken van nieuwe
en oude batterijen. Vermijd ook het gebruik van verschillende soorten batterijen.
• Verwijder de batterijen, wanneer het apparaat
gedurende langere periode niet gebruikt zal worden.
• Als een batterij gelekt heeft, gebruik dan een zachte doek
of papieren zakdoek om het residu van de ontlading geheel uit het batterijvak te verwijderen. Plaats vervolgens nieuwe batterijen. Om ontsteking van de huid te voorkomen, zorgt u ervoor dat het residu van de ontlading niet met handen of huid in contact komt. Let er bijzonder goed op, dat het residu niet in of bij uw ogen komt. Als er residu in de ogen is gekomen, spoel het betreffende deel dan overvloedig met stromend water.
• Bewaar batterijen nooit in de buurt van metalen voorw-
erpen, zoals ballpoint pennen, kettinkjes, haarspelden, etc.
.................................................................................................
1
112
• Gebruikte batterijen moeten veilig worden verwerkt, in overeenstemming met lokale wetgeving.
.................................................................................................
118b
• Bewaar de bijgeleverde SD-kaart op een veilige plaats, uit de buurt van kinderen om te voorkomen dat deze per ongeluk wordt ingeslikt.
.................................................................................................
019
• Batterijen dienen nooit te worden herladen, verhit, uit elkaar worden gehaald of in vuur of water worden geworpen.
VOORZICHTIG
.................................................................................................
1
3
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Naast de onderdelen die onder “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” op pagina’s 2 en 3 worden genoemd, raden wij u aan het volgende te lezen en in acht nemen:
Stroomvoorziening: gebruik van batterijen
• Het gebruik van een adapter is aanbevolen, aangezien het stroomverbruik van het apparaat relatief hoog is. Als u de voorkeur geeft aan gebruik van batterijen, gebruik dan alkaline.
• Als u batterijen plaatst of vervangt, zet dan altijd de stroom uit van dit apparaat, en ontkoppel andere eventueel aangesloten apparaten. Zo voorkomt u storingen en/of schade aan speakers of andere apparatuur.
• Batterijen worden met het apparaat meegeleverd. De levensduur ervan is echter beperkt, aangezien hun voornaamste doel was om testen mogelijk te maken.
• Voordat dit apparaat op andere apparaten wordt aangesloten, zet u de stroom van alle apparaten uit. Dit zal storingen en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten helpen voorkomen.
Plaatsing
• Ruis kan geproduceerd worden, wanneer draadloze communicatie apparaten, zoals mobiele telefoons, in de buurt van dit apparaat worden gebruikt. Dit soort ruis kan optreden tijdens bellen of gebeld worden of tijdens het converseren. Als u dit soort problemen ondervindt, moet u de draadloze apparaten op meer afstand van dit apparaat plaatsen of deze uitzetten.
• Wanneer het apparaat naar een andere locatie wordt verplaatst, waar de temperatuur en/of vochtigheid verschilt van de vorige locatie, kunnen binnen het apparaat waterdruppels (condensatie) gevormd worden. Als u het apparaat in deze staat gebruikt, kunnen schade of storingen ontstaan. Afhankelijk van het materiaal en temperatuur van de ondergrond, kunnen de voetjes van het apparaat het oppervlak doen verkleuren of anderszins ontsieren.
• Afhankelijk van het materiaal en temperatuur van de ondergrond, kunnen de voetjes van het apparaat het oppervlak doen verkleuren of anderszins ontsieren.
Onderhoud
• Voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat gebruikt u een droge, zachte doek of één die enigszins vochtig is. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil, gebruikt u een doek met een mild, niet schurend schoonmaakmiddel. Daarna veegt u het apparaat met een zachte, droge doek goed af.
• Gebruik nooit wasbenzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen om de mogelijkheid van verkleuring en/of misvorming te voorkomen.
Reparatie en data
• Wees er op bedacht dat de inhoud van het geheugen verloren kan gaan als u het apparaat laat repareren. Van belangrijke gegevens moet u altijd een reservekopie maken, in een ander MIDI apparaat (bijvoorbeeld een sequencer), computer of op papier opgeschreven (indien mogelijk). Tijdens reparaties wordt getracht het verlies van data te vermijden. Echter, in bepaalde gevallen (wanneer het geheugen niet meer werkt) kan data helaas niet meer hersteld worden. Roland is niet verantwoor­delijk voor dit soort dataverlies.
Aanvullende voorzorgsmaatregelen
• Wees er op bedacht, dat de inhoud van het geheugen door storingen of onjuist gebruik van het apparaat onherstelbaar verloren kan gaan. Om uzelf tegen het risico van verlies van belangrijke gegevens te beschermen, raden wij u aan om van tijd tot tijd een reservekopie van belangrijke gegevens, die u in het geheugen van het apparaat heeft opgeslagen, te maken.
• De inhoud van data die in een ander MIDI apparaat (bijvoorbeeld een sequencer) of computer is opgeslagen, kan helaas niet meer hersteld worden, wanneer deze verloren is gegaan. Roland Corpo­ration is niet verantwoordelijk voor dit soort dataverlies.
• Behandel de knoppen en andere regelaars van dit apparaat met gepaste voorzichtigheid;. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en aanslui­tingen. Ruwe behandeling kan tot storingen leiden.
• Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels, houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel.
4
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
• Sommige aansluitingskabels bevatten weerstanden. Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen kabels die weerstanden hebben. Bij gebruik van dit soort kabels, kan het geluidsniveau extreem laag of zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspeci­ficaties kunt u bij de fabrikant van de kabel verkrijgen.
Alvorens kaarten te gebruiken
Gebruik van DATA kaarten
• Duw de DATA kaart voorzichtig geheel naar binnen - tot deze stevig vast zit.
fig.M512-Insert
705
• Raak nooit het uiteinde van de DATA kaart aan. Voorkom ook, dat dit uiteinde vies wordt.
• SD kaarten bestaan uit precisie componenten. Ga er voorzichtig mee om, met speciale aandacht voor het volgende.
• Om schade door statische elektriciteit te voorkomen, ontlaadt u alle statische elektriciteit van uw lichaam, voor u de ‘kaarten’ aanraakt.
• Voorkom, dat metaal in aanraking komt met het contactgedeelte van de kaarten.
• Buig kaarten niet, laat ze niet vallen, en stel ze niet bloot aan sterke schokken of trillingen.
• Bewaar kaarten niet in direct zonlicht, in afgesloten voertuigen of op soortgelijke plaatsen (bewaartemperatuur: -25 tot 85( C).
• Laat kaarten niet nat worden.
• Wijzig de kaarten niet, en haal ze niet uit elkaar.
Auteursrecht
• Het onbevoegd opnemen, verspreiden, verkopen, uitlenen, publiekelijk uitvoeren, uitzenden of soort­gelijke handelingen van een volledig werk of gedeelte daarvan (muzikale compositie, video, uitzending, publiekelijke uitvoering, enz.), waarvan het auteursrecht bij een derde partij ligt, is bij de wet verboden.
• Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden, waarbij het auteursrecht van een derde partij overtreden kan worden. Wij zijn op geen enkele wijze verant­woordelijk voor overtredingen van het auteursrecht van een derde partij, die door gebruik van dit apparaat worden begaan.
5
Inhoud
BELANGRIJKE OPMERKINGEN............................................................ 4
Introductie van de MICRO BR ............................................................. 10
Hoofdkenmerken.......................................................................................................10
Multifunctioneel, draagbaar opnameapparaat ..............................................10
Eenvoudig in gebruik.........................................................................................10
Compleet muziek productie werkstation .......................................................10
Veelzijdige audio ingangen en effecten...........................................................10
Handige MP3/WAV functionaliteit ................................................................11
Ingebouwde chromatische Tuner.....................................................................11
Tweevoudige stroomvoor-ziening om overal te kunnen gebruiken ..........12
Geheugenkaarten die met de MICRO BR gebruikt kunnen worden.................12
Een geheugenkaart initialiseren (SD memory card)......................................12
Over de opnameduur.........................................................................................12
Regelpaneel.................................................................................................................13
Scherm.........................................................................................................................15
Zijpaneel (links) .........................................................................................................18
Zijpaneel (rechts) .......................................................................................................18
Achterzijde..................................................................................................................19
Voorbereiding op gebruik van de MICRO BR .................................... 20
Batterijen en een SD geheugenkaart plaatsen........................................................20
Overige apparatuur aansluiten................................................................................22
De stroom inschakelen..............................................................................................24
De stroom uitschakelen.............................................................................................24
De demo song beluisteren................................................................... 26
De demo song afspelen.............................................................................................26
De huidige positie wijzigen......................................................................................27
Een nieuwe song maken...................................................................... 28
Een nieuwe song maken (Song New).....................................................................28
De ingang selecteren .................................................................................................29
Effecten gebruiken (Insert Effects) ..........................................................................30
Een effecten Patch selecteren ............................................................................30
Opnemen zonder de invoeg effecten...............................................................30
Ritme gebruiken.........................................................................................................31
Patronen spelen...................................................................................................31
Het tempo van het patroon wijzigen ...............................................................31
Opnemen.....................................................................................................................32
Afspelen ......................................................................................................................33
Een opgenomen Performance afspelen ...........................................................33
Het volume van een spoor regelen ..................................................................33
De MP3 speler gebruiken..................................................................... 34
Het demo MP3 bestand afspelen.............................................................................34
Als oefening meespelen met een MP3/WAV bestand (Phrase Trainer) ...........35
De afspeelsnelheid wijzigen (Time Stretch)....................................................35
Het midden geluid wegdraaien (Center Cancel)...........................................36
Sectie 1. Opnemen en afspelen........................................................... 38
Opnemen.....................................................................................................................38
Een nieuwe song maken....................................................................................38
6
Een instrument selecteren om op te nemen....................................................39
Het opname niveau regelen ..............................................................................39
V-Tracks wisselen...............................................................................................40
De op te nemen track selecteren.......................................................................41
De parameters van twee tracks gelijktijdig besturen (Stereo Link).............41
Opnemen..............................................................................................................42
Afspelen ......................................................................................................................43
Herhaaldelijk afspelen (Repeat) .......................................................................43
De links/rechts positie (pan) van het afspeelgeluid aanpassen ..................44
Opnieuw opnemen over een foutje (Punch-in/out).............................................45
Handmatige punch-in/out................................................................................45
Auto punch-in/out.............................................................................................46
Dezelfde regio herhaaldelijk opnemen (Loop Recording) ...........................47
Een handeling annuleren (Undo/Redo) ................................................................49
Naar de vorige status terugkeren (Undo) .......................................................49
De Undo annuleren (Redo) ...............................................................................49
Meerdere tracks samenbrengen (Bounce)..............................................................50
Het resultaat van de Bounce recording beluisteren ......................................51
Informatie met betrekking tot de song bekijken ...................................................52
Song informatie bekijken...................................................................................52
De resterende opnametijd bekijken .................................................................52
Sectie 2. Bewerking.............................................................................. 53
Bewerkingsuitvoeringen op een track (Track Edit)..............................................53
Data kopiëren (Track Copy)..............................................................................53
De bewerkingsregio en het aantal kopieën.....................................................54
Moving data (Track Move)................................................................................55
Data wissen (Track Erase) .................................................................................56
Data uitwisselen (Track Exchange)..................................................................57
De songs die u heeft opgenomen beheren .............................................................58
Een song kopiëren (Song Copy) .......................................................................58
Een song wissen (Song Erase)...........................................................................58
Ruimte besparen op de geheugenkaart (Song Optimize).............................59
De song een naam geven (Song Name)...........................................................59
Een song beveiligen (Song Protect)..................................................................60
De huidige instellingen in de song opslaan (Song Save)..............................60
Sectie 3. Effecten gebruiken................................................................ 61
Insertie effecten gebruiken .......................................................................................61
Effect patches en banken ...................................................................................61
De instellingen van insertie effecten bewerken..............................................62
Insertie effect instellingen opslaan (Write) .....................................................63
De manier waarop insertie effecten worden gebruikt veranderen .............64
Insertie effecten algoritme lijst.................................................................................66
BANK: GUITAR [COSM GTR AMP]...............................................................66
BANK: MIC [VOCAL MULTI] .........................................................................66
BANK: LINE/EXT..............................................................................................66
Parameterlijst..............................................................................................................67
Het reverb effect gebruiken......................................................................................72
Het reverb effect selecteren ...............................................................................72
De reverb diepte voor elke track aanpassen...................................................72
De reverb diepte van de ingangsbron aanpassen..........................................73
De reverb diepte van het ritme aanpassen......................................................73
Reverb parameters..............................................................................................73
Mastering ....................................................................................................................74
Inhoud
7
Inhoud
Mastering procedure..........................................................................................74
De Mastering Tool Kit instellingen bewerken................................................76
De Mastering Tool Kit instellingen opslaan (Write)......................................77
Mastering Tool Kit Algoritme lijst ..........................................................................78
BANK: MT ...........................................................................................................78
Parameterlijst..............................................................................................................78
Sectie 4. Ritme gebruiken.................................................................... 80
Over ritme...................................................................................................................80
Over patronen en arrangementen....................................................................80
Over de Pattern modus en Arrangement modus ..........................................81
De drumgeluiden veranderen (drumkit) ...............................................................82
Een patroon afspelen.................................................................................................82
Het tempo van het patroon veranderen..........................................................82
Een origineel arrangement creëren .........................................................................83
Het patroon voor de eerste maat specificeren................................................83
Patronen in de gewenste volgorde plaatsen...................................................84
Een stap invoegen...............................................................................................85
Een stap wissen...................................................................................................86
Een arrangement een naam geven ...................................................................86
Een arrangement spelen ...........................................................................................86
Het tempo van het arrangement veranderen .................................................87
Een arrangement kopiëren/wissen.........................................................................87
Kopiëren...............................................................................................................87
Wissen ..................................................................................................................87
Sectie 5. MP3 speler gebruiken........................................................... 88
Wat is MP3? ................................................................................................................88
Geluidsformaten die door de MICRO BR worden ondersteund.................88
Geluidsformaten die niet door de MICRO BR worden ondersteund.........88
Bestanden die van muziek distributie sites zijn gedownload......................88
Behandeling van geluidsbestanden die van een muziek CD
zijn geïmporteerd................................................................................................88
Auteursrecht...............................................................................................................89
Over de licentie overeenkomst ................................................................................89
Over de MP3 modus..................................................................................................89
Naar de MP3 modus overschakelen .......................................................................90
Het MP3/WAV bestand afspelen ....................................................................90
Herhaaldelijk afspelen (Repeat) .......................................................................91
Met een MP3/WAV bestand meespelen om te oefenen (Phrase Trainer) ........92
De afspeelsnelheid veranderen (Time Stretch) ..............................................92
Het middengeluid opheffen (Center Cancel) .................................................93
MP3 of WAV data opnemen ....................................................................................94
Opnametijd..........................................................................................................94
Een MP3/WAV bestand wissen..............................................................................95
MP3/WAV bestandsinformatie bekijken...............................................................95
Sectie 6. USB gebruiken ...................................................................... 96
Voordat USB wordt gebruikt (Overzicht)..............................................................96
Hoe USB gebruikt kan worden.........................................................................96
Compatible OS ....................................................................................................96
Aansluiten op uw computer .............................................................................96
Compositie van data en geheugenkaarten......................................................97
De mappen en bestanden die op de geheugenkaart zijn opgeslagen
controleren...........................................................................................................97
8
Over de data van een reservekopie..................................................................98
Opmerkingen bij gebruik van USB ..................................................................98
Met Windows .............................................................................................................99
MP3/WAV bestanden overdragen..................................................................99
MICRO BR songdata opslaan en herstellen..................................................100
De verbinding met uw computer verbreken................................................101
Met Macintosh..........................................................................................................102
MP3/WAV bestanden overbrengen..............................................................102
MICRO BR songdata opslaan en herstellen..................................................103
De verbinding met uw computer verbreken................................................104
Sectie 7. Andere handige functies .................................................... 105
Het contrast van het beeldscherm bijstellen ........................................................105
Een instrument stemmen (Tuner) .........................................................................105
Stemmen.............................................................................................................106
Converteren tussen track data en geluidsbestanden..........................................107
Track data naar een geluidsbestand converteren (Track Export)..............107
Geluidsbestanden naar track data converteren (Track Import) ................108
Een plug-in dynamische microfoon gebruiken...................................................109
De geheugenkaart initialiseren..............................................................................110
Alle instellingen van de MICRO BR initialiseren ...............................................110
Stroom van de batterijen besparen (Power Save) ...............................................111
Automatisch uitschakelen (Auto Power Off) ......................................................111
Sectie 8. Appendix.............................................................................. 112
Arrangement/patronenlijst....................................................................................112
Preset arrangementen lijst ...............................................................................112
Preset patronenlijst ...........................................................................................113
Parameterlijst............................................................................................................114
Mixer Parameter ...............................................................................................114
Recorder parameter..........................................................................................114
Song parameter .................................................................................................115
Systeem parameter ...........................................................................................115
Ritme parameter ...............................................................................................115
Arrangement Parameter ..................................................................................115
Probleemoplossing ..................................................................................................116
Storingsmeldingen...................................................................................................119
Specificaties...............................................................................................................122
MICRO BR: Digitale recorder .........................................................................122
Track Sheet................................................................................................................124
Index ..........................................................................................................................127
Inhoud
9
Introductie van de MICRO BR
Hoofdkenmerken
Multifunctioneel, draagbaar opnameapparaat
De MICRO BR is een draagbaar Multitrack opnameapparaat, dat ontworpen is met het oog op draagbaarheid.
Eenvoudig in gebruik
De MICRO BR is een digitaal Multitrack opname­apparaat, dat ontworpen is om zelfs voor een beginner eenvoudig in gebruik te zijn. Van het opnemen van uw Performance tot aan het afmixen, kunt u genieten van de kracht van digi­taal Multitrack opnemen, vanaf het moment dat u de MICRO BR uit de doos haalt.
Compleet muziek productie werkstation
De MICRO BR beschikt over werkplek functionaliteit, waardoor u een voltooid muziekstuk kunt maken, zonder dat daar andere apparatuur bij nodig is.
Veelzijdige audio ingangen en effecten
De ingang Jacks maken het mogelijk rechtstreeks een elektrische gitaar of basgitaar aan te sluiten of om gebruik te maken van een stereo microfoon of lijn uitgang apparaat. Tevens is er een ingebouwde microfoon aanwezig. Effecten op basis van COSM technologie kunnen aan de audio invoer worden toegekend, waardoor een brede klankvariatie ontstaat.
Wat is COSM (Composite Object Sound Modeling)?
Door Modeling technologie kan het soni­sche karakter van fysieke objecten of mate­rialen digitaal worden nagebootst. COSM is Roland’s eigen technologie. Het is een evo­lutionaire ontwikkeling, met verschillende soortgelijke Modeling methoden als voorlo­per, waarmee een geheel nieuw bereik aan geluiden kan worden gecreëerd.
Multitrack opnemen
U kunt uw Performance op verschillende sporen opnemen. Er zijn vier sporen, die tegelijkertijd kunnen worden afgespeeld, en elk spoor heeft acht ‘virtuele sporen’ (V-Tracks). U kunt bijvoorbeeld verschillende ‘takes’ van een gitaarsolo opnemen op verschillende V-Tracks, en later de beste kiezen.
‘Sectie 1. Opnemen en afspelen’ (p. 38)
U kunt ook de vier sporen afspelen en ze afmixen tot een V-Track, zodat u zelfs als u alle sporen heeft gebruikt, niets hoeft te wissen.
‘Meerdere sporen samenvoegen (Bounce)’ (p. 50)
‘Invoeg effecten gebruiken’ (p. 61) ‘Het Reverb effect gebruiken’ (p. 72)
10
Wat is een V-track?
Elk spoor bestaat uit acht ‘virtuele’ sporen, en u kunt een van deze virtuele sporen kiezen voor opnemen en afspelen. Met andere woorden, u kunt uw performances vastleggen door gebruik te maken van een maximum van 4 x 8 = 32 sporen, en vier van deze sporen voor afspelen selecteren. We noemen deze virtuele sporen ‘V-Tracks’.
V-Track1 V-Track2 V-Track3 V-Track4 V-Track5 V-Track6 V-Track7 V-Track8
Als u V-Tracks in uw opname gebruikt, kan het makkelijk zijn om de ‘Track Sheet’ (p. 124) te kopiëren en te gebruiken.
Ritme functie
Er is een makkelijke ‘ritme functie’ aanwezig, die het mogelijk maakt om eenvoudig frasen of muziekstuk ideeën vast te leggen. Selecteer simpelweg een ritme patroon dat in de buurt komt van wat u in gedachten heeft, en stel het tempo in. De MICRO BR beschikt tevens over een Arrange functie, waarmee u ritme patronen tot een volledig muziekstuk kunt combineren .
‘Sectie 4. Ritme gebruiken’ (p. 80)
Bounce functie/Mastering functie
U kunt al uw sporen – inclusief het ritme ­afmixen (Bouncen) naar tweesporige stereo data. Tevens kunt u met de Mastering Toolkit een laatste glanslaagje toevoegen aan een voltooid
Introductie van de MICRO BR
muziekstuk om het meer indruk en een afgepast volume mee te geven.
‘Meerdere sporen samenvoegen (Bounce)’ (p. 50) ‘Mastering’ (p. 74)
Muziek data conversie
Voltooide muziekstuk data kan door de MICRO BR worden omgezet naar gebruikelijke formaten als MP3 of WAV en via USB naar een computer worden verzonden.
Converteren tussen track data en geluidsbestanden (p. 107) ‘Sectie 6. USB gebruiken’ (p. 96)
Handige MP3/WAV functionaliteit
De MICRO BR kan dienen als een MP3 of WAV speler, waardoor u uw favoriete muziek makkelijk kunt meenemen en beluisteren. Ook is er een Trainer functie, die MP3/WAV muziek op een langzamer tempo kan afspelen of het geluid in het midden van het geluidsveld kan wegdraaien. Ideale kenmerken voor als u met een instrument wilt meespelen. MP3 opname met verlengde opnameduur wordt ook ondersteund, zodat u met de MICRO BR ideaal buitenshuis opnamen kunt maken met een los verkrijgbare stereo microfoon of met de ingebouwde microfoon.
‘Sectie 5. MP3 speler gebruiken’ (p. 88)
Ingebouwde chromatische Tuner
De ingebouwde chromatische Tuner maakt het mogelijk om af te stemmen, terwijl uw gitaar op de MICRO BR is aangesloten .
‘Een instrument stemmen (Tuner)’ (p. 105)
11
Introductie van de MICRO BR
Tweevoudige stroomvoor­ziening om overal te kunnen gebruiken
De MICRO BR is te gebruiken op batterijen (twee AA batterijen; alkaline soort aanbevolen) of met een adapter (los verkrijgbaar). Het apparaat is te gebruiken op twee AA batter­ijen (alkaline soort aanbevolen), waardoor u het overal mee naar toe kunt nemen en overal te kun­nen opnemen.
Geheugenkaarten die met de MICRO BR gebruikt kunnen worden
Het apparaat gebruikt SD geheugenkaarten om data op vast te leggen voor opnemen en afspelen. Raadpleeg het bijgeleverde blad ‘Over SD geheu­genkaarten’ voor een lijst van SD geheugenkaar­ten die met de MICRO BR overweg kunnen.
Een geheugenkaart initialiseren (SD memory card)
Een SD geheugenkaart, die u in de winkel heeft gekocht of die u heeft gebruikt met uw digitale camera, kan niet zomaar met de MICRO BR wor­den gebruikt. Voordat u zo’n SD kaart met de MICRO BR kunt gebruiken, dient u de kaart te initialiseren. Raad­pleeg (p. 110) voor meer informatie over het ini­tialiseren van een SD geheugenkaart.
Over de opnameduur
De volgende tabel geeft de beschikbare opname­duur van elke geheugenkaart aan.
Opnameduur (conversie in een spoor)
Capaciteit geheugen­kaart
32 MB
64 MB 31 min. 38 min. 47 min.
128 MB 64 min. 76 min. 96 min.
256 MB 128 min. 154 min. 192 min.
512 MB 257 min. 309 min. 386 min.
1 GB 502 min. 604 min. 755 min.
* De opnameduur hierboven is een schatting. Afhankelijk
van het aantal gemaakte muziekstukken kan deze iets korter uitvallen.
* Het bovenstaande getal is het totaal voor alle gebruikte
sporen. Als alle vier de sporen een gelijke hoeveelheid data bevatten, dan zal de lengte van het resulterende muziekstuk ongeveer een kwart van het bovenstaande zijn.
* De geheugencapaciteit (opnameduur) neemt af als het
geheugen bijvoorbeeld MP3 bestanden bevat.
Opnameduur (conversie in MP3 modus, Stereo)
Capaciteit geheugen­kaart
32 MB
64 MB 131 min 65 min 43 min 5 min
128 MB 265 min 132 min 88 min 12 min
256 MB 531 min 265 min 177 min 24 min
512 MB 1065 min 532 min 355 min 48 min
1 GB 2081 min 1040 min 693 min 94 min
Data soort
HiFi (MT2) STD (LV1) LONG (LV2)
15 min. 18 min. 23 min.
MP3 WAV
64 kbps
65 min 32 min 21 min 2 min
128 kbps
192 kbps
12
* De opnameduur hierboven is een schatting. Afhankelijk
van het aantal gemaakte MP3/WAV muziekstukken kan deze korter uitvallen.
* De geheugencapaciteit (opnameduur) neemt af als het
geheugen sporen gegevens bevat.
Paneelbeschrijvingen
Regelpaneel
fig.panel-L.eps
1
2
3
4
67
5
1. [POWER]
Dit is de stroom toets. Deze schakelt de stroom in/uit.
2. [EXIT]
Laat u terugkeren naar het vorige scherm of annuleert een bewerking.
3. [UTILITY]
Geeft toegang tot een verscheidenheid aan functies, zoals geheugenkaart bewerkingen, en sporen bewerking.
• MODUS (Houd [EXIT] ingedrukt, en druk op [UTILITY]) Selecteert de opname modus.
4. CURSOR [ ][ ]
Gebruik deze toetsen om de cursor te verplaatsen of door pagina’s te bladeren.
5. [EFFECTS]
Zet het effect aan/uit, en geeft toegang tot een scherm waar u de instellingen kunt wijzigen.
6. [RHYTHM]
Geeft toegang tot een scherm met verschillende ritme instellingen.
• TUNER
18
8
9 10 11 12
7. [MP3/TRAINER]
8. [TR1]-[TR4]
9. (Rewind)
17
14
15
16
13
(Houd [EFFECTS] ingedrukt, en druk op [RHYTHM]) Schakelt de ingebouwde Tuner aan/uit.
Schakelt om naar een modus, waarin u MP3/WAV gegevens kunt opnemen of afspelen. In deze modus kunt u tevens de Phrase Trainer functie gebruiken.
Selecteert het spoor dat u wilt opnemen of geeft toegang tot een scherm waar u het spoor volume kunt wijzigen. In sommige schermen dienen deze als functietoetsen, voor snelle toegang tot verschillende functies. Als in deze handleiding bijvoorbeeld [TR1] (SNG) wordt gebruikt, betekent dit, dat het indrukken van [TR1] ‘SNG’ selecteert, wat op het scherm wordt weergegeven.
Spoelt het muziekstuk terug, wanneer u deze toets ingedrukt houdt.
13
10. (Stop)
Stopt de opname of het afspelen van een muziekstuk.
11. (Play)
Speelt het muziekstuk. Het scherm geeft dan
aan.
12. (Fast-Forward)
Spoelt het muziekstuk vooruit, wanneer u deze toets ingedrukt houdt.
13. (Recording)
Als u op drukt, verschijnt als indicatie op het scherm. De MICRO BR staat dan in de opname standby stand. Opname
begint zodra u op drukt. In aanvulling op opname bewerkingen wordt deze toets ook gebruikt voor Punch­In/Out bewerkingen.
14. [A <> B] (AB toets)
Geeft toegang tot een scherm, waar u instellingen kunt vastleggen met betrekking tot de Repeat functie (die een gewenst gebied herhaalt) en de Punch-In/Out regio, en waar u de spoor bewerking regio kunt instellen.
15. [INPUT]
Geeft toegang tot een scherm, waar u de ingang Jack of ingebouwde microfoon kunt selecteren, en de ingang gevoeligheid kunt wijzigen.
16. VALUE [-][+]
Als u onderdelen instelt, wijzigt u met deze toetsen de waarden.
• De waarde zal doorlopend wijzigen, wanneer u VALUE [-][+] ingedrukt houdt.
• De waarde zal versneld toenemen, wanneer u VALUE [+] ingedrukt houdt, en vervolgens VALUE [-] indrukt en ingedrukt houdt.
• De waarde zal versneld afnemen, wanneer u VALUE [-] ingedrukt houdt, en vervolgens VALUE [+] indrukt en ingedrukt houdt.
17. MIC (ingebouwde microfoon)
Dit is een mono microfoon, die in de MICRO BR is ingebouwd. Als u met de ingebouwde microfoon wilt opnemen, raadpleeg dan pagina (p. 39).
18. Scherm
Toont verschillende informatie, zoals muziekstuk tijd, volume niveau of menuschermen van de functie die u gebruikt. Als u het scherm moeilijk leesbaar vindt, raadpleeg dan pagina (p. 105).
Onderhoud
• Voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat gebruikt u een droge, zachte doek of één die enigszins vochtig is. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil, gebruikt u een doek met een mild, niet schurend schoon­maakmiddel. Daarna veegt u het apparaat met een zachte, droge doek goed af.
• Gebruik nooit wasbenzine, verdun­ners, alcohol of oplosmiddelen om de mogelijkheid van verkleuring en/of misvorming te voorkomen.
14
Scherm
fig.panel-L.eps
7
1
8
2
9
3
5
10 11
4
6
12
13
18
14 15
16
17
1. Mode
Geeft de huidige modus aan.
Scherm Modus
(niet oplichtend)
2. Cursor
3. Measure
4. Tempo
5. Time
6. Frame/Sub Frame
7. EFFECTS
Als er niets wordt aangegeven, bevindt u zich in Normal modus.
Dit betekent dat u zich in Bounce modus bevindt.
Dit betekent dat u zich in Mastering mo­dus bevindt.
Dit betekent dat u zich in MP3 modus be­vindt.
Deze geeft de parameter aan, die geselecteerd is om te worden gewijzigd. Gebruik VALUE [-][+] om de door de cursor aangegeven parameter te wijzigen.
Geeft de huidige locatie in het muziekstuk aan. Van links naar rechts wijzen de nummers op maat-beat-klok.
Geeft het tempo van het ritme aan.
De huidige locatie in het muziekstuk wordt aangegeven als ‘** uren ** minuten ** seconden’.
Dit geeft de huidige locatie in het muziekstuk aan in eenheden van frames, en
e
frames.
1/10
Licht op wanneer de invoeg effecten (p. 61)
aan zijn.
8. L/R (Level Meter)
Dit geeft in normale modus en in MP3 modus het niveau aan van de uitvoer via PHONES/LINE OUT. In Bounce modus of in Mastering modus geeft dit het betreffende opname niveau aan (Bounce niveau of Mastering niveau).
9. TR 1 2 3 4
Deze lichten op, wanneer sporen 1-4 opgenomen data bevatten. Het spoor nummer, dat u heeft opgegeven als opname spoor, zal knipperen. In het niveau meter scherm geeft de niveau meter de Rhythm uitvoer aan.
10. RHYTHM
Licht op, als Rhythm (p. 80) aan is. Het niveau meter scherm geeft de uitvoer van Rhythm aan.
11. (PLAY indicator)
Wordt getoond wanneer het muziekstuk speelt.
12. (REC indicator)
Wordt getoond in opname-standby modus of tijdens het opnemen.
13. IN
De niveau meter toont de invoer van GUITAR IN, LINE IN/MIC of van de ingebouwde microfoon.
15
14. Batterij indicatie
Geeft de resterende lading van de geplaatste batterijen aan.
Indicatie Resterende lading van batterij
De batterijen zijn in goede conditie.
De batterijen zijn ongeveer half vol.
De batterijen zijn bijna leeg. Vervang ze voortijdig.
De batterijen zijn leeg. Plaats nieuwe bat­terijen.
(niet oplichtend)
* Wees u ervan bewust, dat de batterij status indicatie
De adapter levert stroom.
slechts een schatting is.
15.
Licht op, als het audio invoer apparaat te luid is. Als deze oplicht, druk dan op de INPUT toets, en wijzig de Sns (ingang sensitiviteit). Raadpleeg voor meer informatie ‘Een instrument selecteren om op te nemen’ (p. 39).
16. (Repeat)
Licht op als de Repeat functie actief is.
17. A B (AB)
Licht op als u een gebied heeft opgegeven om te herhalen of als Auto Punch-In/Out heeft ingesteld. Deze zal knipperen als u de start locatie (A) opgeeft, en zal oplichten als u de eind locatie opgeeft (B).
18. A.PUNCH
Licht op als Auto Punch-In actief is.
401a
• In deze handleiding gebruiken we schermafbeeldingen om verschil­lende functies mee uit te leggen. Wees u er echter van bewust, dat deze schermafbeeldingen voor illus­tratieve doeleinden zijn bestemd, en de getoonde instellingen mogelijk niet overeenkomen met de fabrieks­instellingen (zoals Patch namen).
• Het scherm zal ‘Keep power on!’ weergeven als data wordt verwerkt.
16
Over het Play scherm
Het standaard scherm, dat verschijnt als u de MICRO BR heeft aangezet (zie hieronder), heet het ‘Play’ scherm.
fig.Disp-3mode.eps
Normal modus
Bounce modus
Mastering modus
Tenzij anders aangegeven, gaan we er in deze handleiding van uit, dat u naar het Play scherm kijkt.
Over het MP3 scherm
Als u de MICRO BR in MP3 modus (p. 89) uitzet, start het apparaat de eerstvolgende keer ook in MP3 modus. Het scherm in MP3 modus heet het MP3 scherm (zie illustratie hieronder). Het scherm toont dan
het icoon.
De niveau meter bekijken
U bekijkt het volume van elk spoor als volgt.
1. Druk, in het Play scherm, meerdere malen
op CURSOR [ ].
* Om naar het Play scherm terug te keren, drukt u
meerdere malen op CURSOR [ ].
fig.Disp-LevelMeter.eps
L/R De niveau meter geeft de uitvoer aan, na
TR1–4 De niveau meters geven de uitvoer aan
RHYTHM De niveau meter geeft de uitvoer van Rhy-
IN De niveau meter geeft het geluid aan van
VOLUME instelling. Ook toont deze tijdens Bouncing of Maste­ring het betreffende opname niveau (Mas­tering niveau of Bounce niveau).
van elk spoor.
thm aan.
GUITAR IN, LINE IN/MIC of van de in­gebouwde microfoon.
Als u klaar bent in MP3 modus, druk dan nog­maals op [MP3/TRAINER].
17
Zijpaneel (links)
fig.panel-L.eps
Zijpaneel (rechts)
fig.panel-R.eps
1
2
1. DC IN (adapter) Jack
Een adapter (PSA Series, los verkrijgbaar) kan hierop worden aangesloten (p. 22). U kunt een PSA Series aanschaffen bij de muziekwinkel.
2. VOLUME
Wijzigt het volume van de uitvoer van PHONES/LINE OUT.
3. PHONES/LINE OUT Jack
Dit is een uitgang Jack waarop een stereo koptelefoon (los verkrijgbaar) of externe audio apparatuur (zoals een stereo versterker) kan worden aangesloten.
4. USB Connector (MINI B type)
Gebruik deze connector om de MICRO BR via een USB kabel op de computer aan te sluiten. Zo kunnen gegevens worden uitgewisseld tussen de MICRO BR en de computer (p. 22), (p. 96).
• U dient alleen de PSA Series als adap­ter te gebruiken. Het gebruik van enige andere adapter kan tot storing of schade leiden.
• Uw gegevens kunnen verloren gaan, wanneer u tijdens gebruik de adapter loskoppelt.
3
4
1
1. GUITAR IN Jack (Phone type)
Dit is een hoog-impedantie ingang Jack om rechtstreeks een gitaar of basgitaar op aan te sluiten.
2. LINE IN/MIC Jack (Stereo mini type)
Dit is een ingang Jack voor analoge audio signalen. Het uitgaande signaal van uw draagbare audiospeler of een microfoon kan op deze Jack worden aangesloten. Als u een miniatuur condensator microfoon gebruikt die Plug-In stroom ondersteunt, zet dan de ‘PlugInPower’ instelling van de MICRO BR aan.
‘Plug-In stroom microfoon gebruiken’ (p. 109)
Een een condensator microfoon, die Plug-In stroom ondersteunt, is een kleine condensa­tor microfoon, die een stroomvoorziening vereist.
Sommige microfoons hebben een interne batterij, maar andere vereisen een externe stroomvoorziening. De MICRO BR is ontworpen om stroom te leveren aan op Plug-In stroom gebaseerde microfoons, die een externe stroomvoorziening nodig hebben.
2
Wat is een Plug-In stroom condensator microfoon?
3
4
18
• Een voltage van ongeveer 2,5V kan door de LINE IN/MIC Jack worden geleverd. In tegenstelling Fantoomvoe­ding wordt er zo geen 48V geleverd.
• Als PlugInPower ingesteld is op ON, dient u uitsluitend een condensator­microfoon aan te sluiten, die Plug-In stroom ondersteunt. Door enig ander apparaat aan te sluiten, kan dat appa­raat beschadigen.
Achterzijde
fig.bottom-panel.eps
1
2
3. INPUT LEVEL
Deze draaischijf wijzigt het ingang niveau. Deze regelt het volume van de ingang bron. Hiermee wordt het niveau bepaald, dat op het spoor wordt vastgelegd.
4. Koord gat
Een koord kan door dit gat worden gestoken.
1. Batterij deksel
Hier kunt u batterijen en een SD geheugenkaart plaatsen. U kunt niet opnemen, als er geen geheugenkaart is geplaatst.
‘Batterijen en een geheugenkaart plaatsen’ (p. 20)
De MICRO BR wordt vanuit de fabriek geleverd met een geplaatste SD kaart, die een demo muziekstuk bevat.
2. HOLD schakelaar
Als de stroom aan staat, kunt u de HOLD schakelaar op ON zetten om alle toetsen uit te schakelen. Als HOLD is geactiveerd, kunt u echter nog steeds VOLUME en INPUT LEVEL regelen. Als u de HOLD schakelaar op ON zet, terwijl het apparaat uitgeschakeld is, gaat het niet aan als er op de [POWER] knop wordt gedrukt.
19
Voorbereiding op gebruik van de MICRO BR
Batterijen en een SD geheugenkaart plaatsen
1. Zorg ervoor, dat de stroom uit is.
2. Schuif het batterijdeksel in de richting
van de pijl, en verwijder het.
fig.batt-cover1.eps
3. Als er al batterijen zijn geplaatst,
verwijder ze dan uit het batterijvak.
4. Duw de geheugenkaart naar binnen.
fig.batt-cover2.eps
5. Plaats twee AA batterijen, en let in het
bijzonder op de juiste polariteit (+/-).
fig.batt-cover3.eps
+
-
fig.batt-cover4.eps
+
-
6. Plaats het batterijdeksel terug.
fig.batt-cover5.eps
20
De MICRO BR wordt vanuit de fabriek geleverd met een geplaatste SD kaart, die een demo muziekstuk bevat.
Voorbereiding op gebruik van de MICRO BR
fig.eject-sd-j.eps
De geheugenkaart verwijderen
Duw deze naar binnen, en haal uw vinger terug.
fig.sd-protect.eps
Over de schrijfbeveiliging functie van de
1. Duw
2. Haal uw vinger terug
Schrijven
geheugenkaart (Lock)
Door de schrijfbeveiliging schakelaar op de zijkant van de geheugenkaart naar de ‘LOCK’ positie te schuiven, kunt u voorkomen dat er gegevens naar de kaart worden geschreven of ervan worden verwijderd.
928 929 930
• We raden het gebruik van alkaline batterijen aan.
• Meng nieuwe batterijen niet met deels gebruikte batterijen, en meng geen batterijen van verschillende typen.
• Als u oplaadbare batterijen gebruikt, volg dan nauwlettend de instructies die daarmee werden meegeleverd. De MICRO BR is zelf niet in staat om oplaadbare batterijen te herladen.
• Als het icoon verschijnt, vervang de batterijen dan zo spoedig mogelijk.
• De levensduur van de batterijen is afhankelijk van het type, en van de gebruiksomstandigheden. Ook zal deze verschillen aan de hand van het type en de capaciteit van de SD geheugenkaart.
• Houd de bijgeleverde SD geheugenkaart uit de buurt van kleine kinderen om te voorkomen dat deze per ongeluk wordt ingeslikt.
• Raadpleeg het bijgeleverde blad ‘Over SD geheugenkaarten’, voor een lijst van SD geheugenkaarten die worden aanbevolen voor gebruik met de MICRO BR.
• Plaats geheugenkaarten geheel in de sleuf, met speciale aandacht voor de juiste houding en richting. Wees hierbij voorzichtig!
• Raak de contactpunten van een geheugenkaart niet aan, en voorkom dat ze vies worden.
• De stroom moet uit zijn, als u een geheugenkaart plaatst of verwijdert. Door een geheugenkaart te plaatsen of te verwijderen, terwijl de stroom aan staat, riskeert u beschadiging van de data op de kaart of het onbruikbaar worden van de kaart zelf.
• Als u het apparaat omdraait, doet u er goed aan om de vier hoeken of de twee zijden, te ondersteunen middels een stapeltje tijdschriften. Dit om schade aan de knoppen en bedieningselementen te voorkomen. Probeer het apparaat ook zo te draaien, dat er geen schade kan optreden aan knoppen en bedieningselementen.
• Plaats of verwijder een SD kaart nooit, als de stroom aan is. Door dat toch te doen, kan de data van het apparaat of die van de SD kaart, onbruikbaar worden.
• Duw de SD kaart voorzichtig geheel naar binnen - tot deze stevig vast zit.
931
Beveiligen
21
Voorbereiding op gebruik van de MICRO BR
Overige apparatuur aansluiten
Sluit aan, zoals in het onderstaande diagram wordt getoond.
Zijpaneel (links)
Adapter
(PSA Serie)
fig.side-panel-R.eps
Zijpaneel (rechts)
Uw apparatuur dient tijdens het aansluiten uitgeschakeld te zijn.
fig.side-panel-L.eps
Koptelefoon
Computer
Elektrische gitaar
Elektrische basgitaar
‘Plug-In stroom microfoon’ (p. 18)
22
CD/MD speler, etc.
Plug-In stroom
condensator microfoon
Voorbereiding op gebruik van de MICRO BR
fig.MEMO
923
• Als het apparaat batterijen bevat, terwijl er een adapter wordt gebruikt, zal het aan blijven als de netstroom wordt onderbroken (stroomstoring of losraken stroomkabel).
• Als er aansluitkabels met weerstanden worden gebruikt, kan het volume niveau van apparatuur die is aangesloten op GUITAR IN of LINE/IN/MIC, laag zijn. Als dit gebeurt, gebruik dan aansluitkabels zonder weerstanden.
• Er kan een fluittoon optreden, afhankelijk van de locatie van de microfoon ten opzichte van de speakers. Dit is te verhelpen door:
1. De richting van de microfoon(s) te wijzigen.
2. De microfoon(s) verder van de speakers af te plaatsen.
3. De volumeniveaus te verlagen.
fig.stereo-plug-j.eps
• De LINE IN/MIC Jack is een stereo-mini type (1/8’). De illustratie toont de bedrading van de LINE IN/MIC Jack. Controleer voor het aansluiten of de Connector van uw apparatuur op de juiste manier bedraad is.
• Als u een microfoon die Plug-In stroom behoeft op de LINE IN/ MIC Jack wilt aansluiten, raadpleeg dan ‘Plug-In stroom microfoon gebruiken’ (p. 109).
RightLeft
23
Voorbereiding op gebruik van de MICRO BR
De stroom inschakelen
• Voordat dit apparaat op andere apparaten wordt aangesloten, zet u de stroom van alle apparaten uit. Dit zal storingen en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten helpen voorkomen.
• Als het aansluiten klaar is (p. 22), zet u de stroom van de aangesloten apparaten in de aangegeven volgorde aan. Door apparaten in de verkeerde volgorde aan te zetten, riskeert u storingen en/of schade aan speakers en overige apparatuur.
• Dit apparaat is uitgerust met een beveiliging circuit. Er is daarom na het aanzetten een korte interval (enkele seconden), voordat het apparaat normaal functioneert.
921 941 942
1. Controleer de volgende punten, voordat u
de stroom aanzet:
• Is de MICRO BR correct aangesloten op uw externe apparatuur?
• Is het volume niveau van de MICRO BR en van uw aangesloten apparatuur op het minimum ingesteld?
• Is er een geheugenkaart geplaatst?
2. Minimaliseer het volume van de MICRO
BR.
3. Zet de stroom aan, van het appraat dat is
aangesloten op de ingang Jack (GUITAR IN, LINE IN/MIC).
4. Druk op de [POWER] knop op het
regelpaneel om de stroom aan te zetten.
5. Zet de stroom aan van het apparaat, dat is
aangesloten op de uitgang Jack (PHONES/LINE OUT).
De stroom uitschakelen
1. Als de MICRO BR via USB met de
computer communiceert, verbreek dan de verbinding zoals wordt beschreven in ‘De verbinding met uw computer verbreken’ (p. 104).
2. Zorg ervoor, dat er geen muziekstuk
afspeelt.
3. Controleer of het scherm vrij is van het
bericht ‘Keep power on!’.
4. Zet de apparaten uit, in de
tegenovergestelde volgorde van het aanzetten ervan.
5. Houd [POWER] ingedrukt tot het scherm
‘Shutting down…’ aangeeft.
• Als u een adapter gebruikt, zorg er dan voor dat de verbinding niet tussentijds wordt onderbroken. Data kan verloren gaan, als dit toch gebeurt.
• Minimaliseer het volume, voor u de stroom aanzet. Als u de stroom aanzet, kunt u zelfs ruis horen wanneer het volume weggedraaid is. Dit wijst echter niet op een storing.
24
Snelle start
Snelle start
• Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die in staat zijn permanent gehoorsverlies te veroorzaken. Werk nooit lange tijd achter elkaar op een hoog of oncomfortabel volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van gehoor­verlies of een piep in de oren bemerkt, moet u het apparaat direct uitzetten en een oorarts consulteren.
25
De demo song beluisteren
Als u de stroom aanzet, verschijnt het Play scherm.
De demo song afspelen
De MICRO BR wordt vanuit de fabriek geleverd met een geplaatste SD kaart, die een demo song bevat. U speelt dat muziekstuk als volgt.
fig.QS-SONG-SEL.eps
6
1
4
23 57
* Zorg ervoor, dat de MICRO BR zich in ‘Normal modus’
(p. 42) bevindt.
1.
Druk op [UTILITY].
2.
Druk op [TR1] (SNG).
3.
Druk op [TR1] (SEL).
Het muziekstuk selectie scherm verschijnt.
fig.Disp-Song-sel.eps
7.
Druk op [PLAY].
Het muziekstuk zal beginnen te spelen. Draai langzaam aan de VOLUME draai­schijf om het volume te wijzigen.
Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die in staat zijn permanent gehoorsverlies te veroorzaken. Werk nooit lange tijd achter elkaar op een hoog of on­comfortabel volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van gehoorsverlies of een piep in de oren bemerkt, moet u het apparaat direct uitzetten en een oorarts consulteren.
• De MICRO BR wordt geleverd met een demo song in MICRO BR formaat, en met een demo song van deze data die gemastered is tot een MP3 bestand.
Als u de stroom voor de eerste keer aanzet, zal de demo song (muziekstuk formaat) automatisch geladen worden.
• Het gebruik van de demo song voor enig ander doel dan privé, persoonlijk plezier, is zonder toestemming van de auteursrechthou­der bij wet verboden. Daarbij mag de betref­fende data zonder toestemming van de auteursrechthouder niet worden gekopieerd of in een secundair auteursrechtdragend werk worden opgenomen.
4.
Gebruik VALUE [-][+] om ’01:BigDance’ te selecteren.
5.
Druk op [TR4] (EXE).
6.
Draai aan de VOLUME draaischijf om het volume te verlagen.
26
Titel The Big Dance
Componist Gary Lenaire, Rafik Oganyan
Copyright © 2006 BOSS Corporation
Als u het volume van elk spoor wilt regelen, raadpleeg dan ‘Het volume van een spoor regelen’ (p. 33).
De demo song beluisteren
De huidige positie wijzigen
U kunt de volgende methoden gebruiken om de huidige positie in het muziekstuk te wijzigen.
Bewerking Toelichting
Doorspoelen
Het muziekstuk zal doorspoelen, wanneer u ingedrukt houdt.
Terugspoelen
Het muziekstuk zal terugspoelen, wanneer u ingedrukt houdt.
Naar het begin van het muziekstuk gaan (00:00:00-00.0)
Naar het einde van het muziekstuk gaan
Verplaatsen in stappen van uren/minuten/ seconden/frames/sub-frames
Verplaatsen in stappen van maten/beats
De tijd (zie hieronder) op de onderste regel van het scherm, geeft de locatie als ‘00 uren 00 minuten 00 seconden 00 frames 0 sub-frames’ aan.
fig.Disp-MTC
Houd ingedrukt, en druk op .
Houd ingedrukt, en druk op .
Gebruik CURSOR [ ][ ] om de cursor naar de ‘uren/minuten/ seconden/frames/sub-frames’ indicatie te verplaatsen, en gebruik VALUE [-][+] om de tijd te wijzigen.
Gebruik CURSOR [ ][ ] om de cursor naar de maat/beat indicatie te verplaatsen, en gebruik VALUE [-][+] om de maat/beat te wijzigen.
Snelle start
minuten
uren
• Een frame is 1/30
• Een sub-frame is 1/10
seconden
ste
van een seconde.
frames
sub-frames
e
van een frame.
27
Een nieuwe song maken
Als de geheugenkaart meer dan een song bevat, zal de meest recent gespeelde song automatisch geladen worden. Ga als volgt te werk, als u een nieuwe song wilt opnemen.
Een nieuwe song maken (Song New)
fig.QS-SONG-NEW.eps
1
4
6
23
* Raadpleeg, voor u een nieuwe song maakt, ‘Overige
apparatuur aansluiten’ (p. 22), en sluit uw apparatuur aan voordat u verder gaat.
* Zorg ervoor, dat het scherm geen aangeeft.
1.
Druk op [UTILITY].
5
5.
Druk op [TR4] (EXE).
De nieuwe song zal worden aangemaakt, en u keert terug naar het Play scherm.
2.
Druk op [TR1] (SNG).
3.
Druk op [TR2] (NEW).
Het scherm zal ‘Type’ aangeven.
fig.Disp-.eps
4.
Gebruik VALUE [-][+] om ‘HiFi’ te selecteren.
Raadpleeg ‘Opnemen’ (p. 38), voor meer informatie over het data soort.
28
Een nieuwe song maken
De ingang selecteren
Hier lichten we toe, hoe u de geluidsbron (ingang) die u wilt opnemen, kunt selecteren. Als voorbeeld lichten we toe, hoe u een elektrische gitaar aansluit, en het geluid invoert.
fig.QS-SONG-SEL.eps
5
1
3
2
* Raadpleeg, voor u een ingang bron selecteert, ‘Overige
apparatuur aansluiten’ (p. 22), en sluit uw apparatuur aan voordat u verder gaat.
1.
Druk op [INPUT].
2.
Druk meerdere malen op [TR1].
Zorg ervoor, dat de indicatie van de geselec­teerde bron van ‘gtr’ in ‘GTR’ is veranderd.
fig.Disp-Input-sens.eps
3
3.
Gebruik CURSOR [ ][ ] om de
Snelle start
cursor te verplaatsen naar Sns (Sensitivity), en wijzig de instelling met behulp van VALUE [-][+].
Wijzig zo de gevoeligheid van de bron die u wilt opnemen. Stel voor een optimaal resultaat de gevoe­ligheid maximaal in, zonder dat de ‘OVER’
4
indicatie op het scherm verschijnt als het inkomende signaal de luidste tonen weergeeft. Als de OVER indicator oplicht, verminder dan de Sns waarde.
Bron Bereik van de Sns parameter
GTR -12–+8
MIC -16–+8
LIN -6–+8
EXT -15–+9
De Sns parameter wordt voor elke ingang bron afzonderlijk onthouden.
4.
Gebruik de INPUT LEVEL draaischijf om het ingang niveau te wijzigen.
Door op een van de [TR1]-[TR4] toetsen te drukken, wisselt de indicatie van de bijbehorende ingang tussen hoofdletters en kleine letters. Hoofdletters: de ingang is geselecteerd Kleine letters: de ingang is niet geselecteerd
Raadpleeg ‘Een instrument selecteren om op te nemen’ (p. 39) voor meer informatie over het selecteren van andere bronnen.
Raadpleeg ‘Het opname niveau regelen’ (p. 39), voor meer informatie over het aanpassen van het niveau.
5.
Gebruik de VOLUME draaischijf om het luistervolume te wijzigen.
• Als u een elektrische, akoestische gitaar wilt opnemen via een afgeschermde verbinding, gebruik dan de GUITAR IN Jack.
• Als er aansluitkabels met weerstanden wor­den gebruikt, kan het volume niveau van apparatuur, die is aangesloten op GUITAR IN of LINE/IN/MIC, laag zijn. Als dit gebeurt, gebruik dan aansluitkabels zonder weerstan­den, zoals die uit de Roland PCS Series.
29
Een nieuwe song maken
Effecten gebruiken (Insert Effects)
De MICRO BR bevat drie effecten processors; Insert Effects, Reverb, en Mastering Toolkit. Hier leggen we uit, hoe u GTR (gitaar) als ingang bron selecteert, en de invoeg effecten gebruikt.
Raadpleeg ‘Sectie 3. Effecten gebruiken’ (p. 61), voor meer informatie over invoeg effecten.
Een effecten Patch selecteren
2 2
1
1.
Druk op [EFFECTS].
De geselecteerde effecten Patch wordt weergegeven.
2.
Gebruik CURSOR [ ][ ] om de cursor naar het Patch nummer te verplaatsen, en gebruik VALUE [-][+] om ’01:JC Clean’ te selecteren.
De MICRO BR bevat enkele invoeg effecten, maar voor dit voorbeeld kiezen we ’01:JC Clean’.
fig.Disp-FX-GT-P01.eps
Opnemen zonder de invoeg effecten
1 2
1.
Druk op [EFFECTS].
De geselecteerde effecten Patch wordt weergegeven.
2.
Druk meerdere malen op [TR1].
fig.Disp-FX-GT-P01off.eps
Wees er zeker van, dat de TR1 indicatie van ‘ON’ naar ‘OFF’ is veranderd. De MICRO BR is nu ingesteld om geluid zonder invoeg effecten weer te geven, zodat u geluiden zonder de invoeg effecten kunt opnemen.
Raadpleeg voor meer informatie ‘Sectie 3. Effecten gebruiken’ (p. 61).
30
Loading...
+ 102 hidden pages