Bedankt voor en gefeliciteerd met uw aankoop van de BOSS
ME-33.
Alvorens de ME-33 te gebruiken leest u het best de
volgende hoofdstukken door:
• “Veilig gebruik van dit apparaat” (blz. 2)
• “Belangrijke opmerkingen” (blz. 8)
Daar komt u namelijk te weten wat u wel en niet mag doen
met uw ME-33.
Bovendien verdient het natuurlijk aanbeveling om ook de rest
van de handleiding even door te nemen om alle functies te
leren kennen en op de juiste manier te gebruiken.
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze handleiding mag worden gekopieerd,
verveelvoudigd of op andere manieren openbaar worden gemaakt zonder de
schriftelijke toestemming van BOSS CORPORATION.
Page 2
VOORZICHTIG
Veilig gebruik van dit apparaat
VEILIG GEBRUIK VAN DIT APPARAAT
INSTRUCTIES VOOR HET VOORKOMEN VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOKKEN EN VERWONDINGEN
Over de en labelsOver de symbolen
VOORZICHTIGLET OP
Wijst de gebruiker op het risico op
VOORZICHTIG
dodelijke ongevallen of zware verwondingen als gevolg van een fout
gebruik van dit apparaat.
Het foute gebruik van dit apparaat kan
leiden tot verwondingen en of materiële
schade.
LET OP!
* "Materiële" schade heeft betrekking op
het beschadigen van het meubilair of
andere huishoudelijke voorwerpen
evenals huisdieren enz.
Een driehoek maakt de gebruiker attent op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het
symbool wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het
links getoonde symbool wordt gebruikt voor algemene
waarschuwingen of om de aandacht te vestigen op gevaar.
Dit symbool maakt de gebruiker attent op dingen die nooit
mogen worden uitgevoerd. Wat nooit mag worden gedaan
wordt aangegeven door de tekening in de cirkel. Het links
getoonde symbool wordt gebruikt om aan te geven dat het
toestel nooit uit elkaar mag worden gehaald.
Dit symbool maakt de gebruiker attent op dingen die moeten
worden uitgevoerd. Wat er moet worden gedaan wordt
aangegeven door de tekening in de cirkel. Het links getoonde
symbool betekent dat de stekker van het stroomsnoer van de
uitgang moet worden losgekoppeld.
HOUD ALTIJD HET VOLGENDE IN DE GATEN
VOORZICHTIG
001
• Lees eerst de volgende punten door en gebruik
dan pas uw ME-33. Zo bent u er zeker van dat u
hem op de juiste manier gebruikt.
• Probeer nooit de ME-33 zelf te herstellen (tenzij u
in de handleiding uitdrukkelijke instructies vindt
om dat wél te doen). Laat alle herstellings- en
onderhoudswerken over aan een door BOSS
erkende technische dienst.
• Zet de ME-33 nooit op plaatsen die de volgende
kenmerken vertonen:
• Plaatsen die onderhevig zijn aan sterke tempe-
ratuurschommelingen (bv. in het directe zonlicht), in een gesloten auto waar de zon op staat,
in de buurt van een radiator of een airco-kanaal,
op een warmtebron (stoof e.d.).
• Op vochtige plaatsen (badkamer, wasruimte, op
de natte grond, in de regen e.d.)
• Op bijzonder stoffige plaatsen.
• Op plaatsen die onderhevig zijn aan sterke trillingen.
• Gebruik enkel de vermelde adapter (PSA-serie) en
sluit hem enkel aan op een geschikt stopcontact
(zie het naamplaatje op de adapter). Andere adapters hebben eventueel een andere polariteit, zodat
u het apparaat finaal zou kunnen beschadigen.
• Beschadig nooit het netsnoer van de adapter. Plooi
het niet te veel, trap er niet op, plaats er geen
zware voorwerpen op enz. Een beschadigde kabel
kan brand of elektrocutie veroorzaken. Gebruik
nooit een adapter die reeds beschadigd is.
• Dit apparaat kan hetzij van zich uit, hetzij in combinatie met een externe versterker, voor een
volume zorgen dat uw gehoor kan aantasten.
Werk dus nooit lange tijd op een pittig volume of
op een volume dat net aan de pijngrens ligt. Zodra
u ook maar de indruk hebt dat uw gehoor slechter
wordt, moet u onmiddellijk een oorarts raadplegen.
• Zorg dat er geen kleine voorwerpen (uit metaal,
brandbare stoffen, muntstukken, naalden e.d.) in
het inwendige van de ME-33 terechtkomen. Plaats
nooit glazen, koppen e.d. op de behuizing.
• Verbreek, in de volgende situaties, onmiddellijk
de aansluiting op het lichtnet en neem contact op
met een erkende herstellingsdienst of uw BOSS-/
Roland-dealer:
• In gezinnen met kleine kinderen dient een
volwassene toezicht te houden tot de kinderen in
staat zijn om dit apparaat in overeenstemming
met de veiligheidsvoorschriften te gebruiken.
• Sluit de adapter niet samen met een overdreven
aantal andere apparaten aan op hetzelfde stopcontact. Wees voorzichtig met verlengsnoeren – het
totale vermogen van alle toestellen aangesloten op
het verlengsnoer mag nooit het nominale vermogen (Watt/Ampère) van het verlengsnoer overschrijden. Een overdreven belasting kan de isolatie
van het snoer doen opwarmen en zelfs doen doorsmelten.
• Alvorens de ME-33 in het buitenland te gebruiken
neemt u het best contact op met uw BOSS-dealer
om te weten te komen welk voltage er in het
betreffende land wordt gehanteerd.
• Als u de batterijen op de verkeerde manier
gebruikt, kunnen ze beginnen te lekken of zelfs
ontploffen. Houd daarom altijd de volgende dingen in de gaten (zie ook blz. 38).
1
• Voer alle instructies voor het inleggen van bat-
terijen uit. Let vooral op de juiste polariteit.
2
• Gebruik nooit nieuwe en oude batterijen door
elkaar. Bovendien moeten alle batterijen van
hetzelfde type zijn.
3
• Als u het apparaat langere tijd niet gebruikt,
verwijdert u het best de batterijen.
5
• Als een batterij is beginnen lekken, moet u alle
plekken en druppels zo snel mogelijk verwijderen. Wees daarbij voorzichtig, want de vloeistof
is nogal bijtend. Bovendien bestaat er ontploffingsgevaar. Was uw ogen desgevallend onder
lopend water uit.
6
• Gebruik nooit nieuwe en oude batterijen door
elkaar. Bovendien moeten alle batterijen van
hetzelfde type zijn.
Voor uw eigen Patch-instellingen........................ 44
Namen van de voorgeprogrammeerde Patches. 46
4
Page 5
Belangrijkste kenmerken
Regelaars en groot LC-display voor
een eenvoudige bediening
Via de zes regelaars kunt u de ME-33 heel intuïtief bedienen.
Ze laten namelijk toe om tot zes parameters tegelijk in te stellen – en dat herinnert natuurlijk aan het werken met afzonderlijke effectpedalen. Het display houdt u op de hoogte van
de status (aan/uit) van de effecten, de gekozen mode en nog
andere instellingen.
Quick Edit
Dankzij de Quick Edit-functie kunt u de zes regelaars ook
gebruiken voor het instellen van de parameters Gain, Tone,
Modulation, Delay, Reverb en Level.
EZ Tones
Maak een keuze uit de 36 voorgeprogrammeerde instellingssets en gebruik die als basis voor uw eigen gitaargeluiden.
Nóg sneller werken kan haast niet.
COSM Modeling
De ME-33 bevat een COSM Modeling-functie, d.w.z. de door
Roland ontwikkelde technologie voor het simuleren van
gitaarversterkers (blz. 22), gitaren (blz. 16), Feedback (blz. 18)
en nog andere simulaties.
Werkt op batterijen
De ME-33 kan ook met zes AA batterijen worden gevoed,
zodat u hem echt overal mee naartoe kunt nemen. Voor
optredens en studiowerk gebruikt u echter best een optionele
adapter.
Volume-/zwelpedaal
Het zwelpedaal van de ME-33 kan voor een groot aantal dingen worden gebruikt: als volumepedaal, voor het instellen
van de Ring Modulator, als WahWah-pedaal en voor Bending-effecten (tijdelijk veranderen van de toonhoogte).
COSM (Composite Object Sound Modeling)
Composite Object Sound Modeling (COSM) is een door
Roland ontwikkelde technologie voor het simuleren van
versterkers, gitaren, microfoons e.d. op basis van een
nauwgezette analyse van alle factoren die het geluid
beïnvloeden: de onderdelen, het materiaal ervan, de
invloed van de luidsprekers op het geluid e.d.
De Guitar Amp Simulator en een
Overdrive/Distortion-effect kunnen
samen worden gebruikt
Als u wilt, kunt u naast de door de COSM-technologie gesimuleerde gitaarversterker ook beroep doen op een Overdrive/Distortion-effect. Qua scheurgeluiden heb u dan ook
zowat alles binnen handbereik wat u maar kunt wensen.
Phrase Trainer
Met deze functie kunt u fragmenten van een CD, cassette of
andere signaalbron via de AUX IN-aansluiting opnemen en
als basis gebruiken voor het instuderen van nieuwe riffs en
solo’s.
Meer bepaald laat de Phrase Trainer (blz. 36) het opnemen
van 12 seconden toe die in een lus (dus herhaaldelijk) kunnen worden afgespeeld. Het is zelfs mogelijk om het tempo
te verminderen zonder de toonhoogte van het opgenomen
materiaal te beïnvloeden.
5
Page 6
Voorzieningen op de panelen
.
Bank-display
Display (LCD)
Quick Edit-regelaars
Bedieningsknoppen
Nummerpedaal
BANK ▲-pedaal
BANK ▲-indicator
Zwelpedaal
Nummerindicator
BANK ▼-indicator
BANK ▼-pedaal
PHONES-aansluiting
AUX IN-aansluiting
OUTPUT R-aansluiting
OUTPUT L (MONO)-aansluiting
POWER-schakelaar INPUT-aansluiting
AC-adapteraansluiting
Kabelhaak
MicroSaver and Kensington are registered trademarks
of Kensington Microware Limited.
'1997 Kensington Microware Limited
Kensington Microware Limited
2855 Campus Drive
San Mateo, CA 94403 U.S.A.
Web: www.kensington.com
MicroSaver-veiligheidsslot (
)
6
Page 7
Alfanumeriek display
Voorzieningen op de panelen
Uitgangskeuze
Effectveld
Effecticoon
Effectnaam
Amp/Effect-knop
Amp / Effect On/Off-knop
[
ON/OFF
Exit-knop
[
EXIT
Write-knop
[
WRITE
Copy/Exchange-knop
Groepkeuzeknop
[
GROUP SELECT
]
]
]
Parameterveld
[
COPY/XCHG
]
]
Line/Guitar Amp-knop
[
LINE/G.AMP
]
Pedaalfunctie
Pedaalicoon
Parameternamen
Phrase Trainer-knop
[
PHRASE TRAINER
Pedaalknop
[
PEDAL
Tuner-knop
[
Manual-knop
[
Bypass-knop
[
]
TUNER
MANUAL
BYPASS
]
]
]
]
EZ Tone-knop
[
EZ TONE
Zoals u hierboven ziet, slaan de woorden tussen rechte haakjes ([ ]) op knoppen of andere bedieningsorganen.
]
7
Page 8
Belangrijke opmerkingen
Lees naast “Veilig gebruik van dit apparaat” (blz. 2) ook de volgende punten even door:
Voeding
• De ME-33 wordt geleverd met batterijen voor de voeding.
Aangezien ze enkel bedoeld zijn om de ME-33 even uit te
proberen, gaan ze niet zolang mee als in de handel verkrijgbare batterijen.
304a
• Alvorens de batterijen te installeren of te vervangen moet
u de ME-33 uitschakelen en de aansluitingen op alle
andere apparaten –en uw gitaar– verbreken. Op die
manier bent u er helemaal zeker van dat u bv. de luidsprekers en/of de versterker niet beschadigt.
303a
• In principe werkt u het best met een optionele adapter,
omdat de ME-33 betrekkelijk veel stroom verbruikt. Werkt
u echter liever met batterijen, dan zou u alkaline-batterijen
moeten gebruiken.
302
• Bij lang gebruik van de ME-33 met een adapter wordt
deze laatste warm. Dat is volledig normaal en geen reden
om u ongerust te maken.
301
• Als u een optionele adapter gebruikt, mag u die niet aan-
sluiten op een circuit waarop u ook andere apparaten hebt
aangesloten, die brom of storingen veroorzaken (bv. een
elektrische motor of een dimmersysteem).
307
• Alvorens de ME-33 op andere apparaten aan te sluiten
moet u ze allemaal uitschakelen. Enkel dan is het namelijk
uitgesloten dat u ze, gewoon door iets aan te sluiten, kunt
beschadigen.
Opstelling
• Als u de ME-33 gebruikt nabij een vermogensversterker
(of een ander apparaat met grote transformators), kan er
brom ontstaan. Oriënteer de ME-33 dan anders of verwijder hem van de interferentiebron.
354a
• Gebruik de ME-33 nooit in de buurt van warmtebronnen
en laat hem niet in het directe zonlicht staan. Bovendien
mag u hem niet in een auto laten liggen waar de zon op
staat.
355
• Gebruik de ME-33 niet op plaatsen die blootgesteld zijn
aan de regen, of in een andere vochtige omgeving.
Bijkomende
voorzorgsmaatregelen
• Houd er rekening mee dat de inhoud van het geheugen
onherroepelijk verloren kan gaan ten gevolge van een
defect of een foute bediening van de ME-33. Daarom
raden we aan om alle belangrijke instellingen ook altijd te
noteren.
552
• Jammer genoeg kan het gebeuren dat de data in het
interne geheugen niet kunnen worden hersteld wanneer
ze eenmaal gewist zijn. BOSS is niet aansprakelijk voor
dergelijk dataverlies.
553
• Ga voorzichtig te werk wanneer u de knoppen, regelaars
en andere bedieningsorganen of aansluitingen van de
ME-33 gebruikt. Ruw omgaan met deze dingen kan defecten veroorzaken.
554
• Sla of druk nooit op het display.
556
• Neem bij het aan- en afkoppelen van de kabels steeds de
connector zelf vast – trek nooit aan de kabel. Zo voorkomt
u kortsluitingen en schade aan de aders.
558a
• Om uw buren niet te storen houdt u het volume best op
een redelijk niveau. U zou ook een hoofdtelefoon op de
versterker e.d. kunnen aansluiten, zodat u zich geen zorgen hoeft te maken over de mensen rondom u (vooral in
de late uren).
559a
• Om de ME-33 te transporteren gebruikt u best de oorspronkelijke verpakking (inclusief opvulling). Anders
dient u te zorgen voor een gelijkwaardige verpakking of
een degelijke flightcase e.d.
562
• Gebruik voor de aansluitingen enkel kabels van Roland.
Andere kabels zouden namelijk een weerstand kunnen
bevatten. Let daarom ook op het volgende:
• Kabels van bepaalde fabrikanten bevatten een
weerstand die het niveau aanzienlijk kunnen verminderen, zodat het signaal van de ME-33 nauwelijks te
horen is. Als u twijfels hebt i.v.m. de kabels, raadpleegt
u het best uw dealer of de importeur van het betreffende merk.
Onderhoud
• Gebruik voor een gewone schoonmaakbeurt een zachte
droge doek of een lichtjes met water bevochtigde doek.
Gebruik voor hardnekkig vuil een doek met een mild,
niet-bijtend schoonmaakmiddel. Veeg de ME-33 nadien
goed af met een zachte droge doek.
402
• Gebruik nooit benzine, thinner, alcohol of gelijk welk
oplosmiddel om verkleuring of vervorming te voorkomen.
8
Copyright
• Het niet uitdrukkelijk toegelaten gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal voor commerciële doeleinden,
verhuur e.d. is bij wet verboden. BOSS kan niet aansprakelijk worden gesteld voor inbreuken op de betreffende
wetgeving.
853
• De ME-33 is niet bedoeld voor onrechtmatig gebruik van
auteursrechtelijk beschermd materiaal.
Page 9
Aansluitingen
De ME-33 bevat geen versterker en dus ook geen luidsprekers. U moet hem dan ook op een (liefst stereo) versterker
aansluiten of een optionele hoofdtelefoon gebruiken.
OPGELET
Om storingen en/of schade aan de luidsprekers en de
overige gebruikte apparaten te voorkomen moet u de
versterker altijd uitschakelen of zijn volume op de
minimumwaarde zetten alvorens de ME-33 aan te
sluiten of de aansluitingen te verbreken.
Inschakelen
↓
↓
Electriktr. gitaar
Stereo-hoofdtelefoon
CD/MD-
speler enz.
Gitaarversterkers
AC-adapter
(BOSS PSA-serie: optie)
Multitrack
Eens u de ME-33 naar behoren hebt aangesloten, moet u hem
en de overige apparaten van uw installatie in de juiste volgorde inschakelen. Hanteert u een andere volgorde, kunnen er
luide plofgeluiden ontstaan die de luidsprekers e.d. finaal
kunnen beschadigen.
(CD/MD-speler)
ME-33
Gitaarversterker/HiFi-keten/Multitrack enz.
* Zet het volume van de recorder, de versterker e.d. pas op de
gewenste waarde na de ME-33, uw gitaar e.d. aangesloten en
de versterker ingeschakeld te hebben.
* De ME-33 is uitgerust met een veiligheidscircuit. Na het
inschakelen duurt het dan ook even voordat u hoort wat u op
uw gitaar speelt.
* Als u de ME-33 langere tijd op batterijen gebruikt, verschijnt
de waarschuwing “BATT L” in het LC-display. Die betekent
dat u de batterijen zo snel mogelijk moet vervangen.
Output Select: optimeren van
* Voor de verbinding van de ME-33 met een mono-versterker
moet u er de OUTPUT L (MONO) connector op aansluiten.
* Gebruik geen kabels met een weerstand (ook niet voor het
aansluiten van een CD/MD-speler op de AUX IN-connector).
* Vóór het gebruik van de ME-33 op batterijen leest u het best
“Batterijen vervangen” (blz. 38).
* Als u liever met een adapter werkt, moet u een adapter van de
BOSS PSA-serie gebruiken. Met andere adapters kunt u de
ME-33 beschadigen.
* Als de ME-33 batterijen bevat, terwijl u er ook een adapter op
hebt aangesloten, blijft de ME-33 gewoon werken, wanneer de
stroom uitvalt. Zo bent u er betrekkelijk zeker van dat u nog
niet gewijzigde instellingen niet verliest.
* Draai de kabel van de adapter rond de kabelhaak om te zorgen
dat de aansluiting op het lichtnet niet wordt verbroken,
wanneer er iemand aan de kabel trekt.
de weergave
Om de klankmogelijkheden en de “sound” van de ME-33
optimaal te benutten moet u aangeven op wat voor soort
apparaat u hem aangesloten hebt.
Druk dus verschillende keren op [LINE/G.AMP] om te zorgen dat het vierkantje (“■”) naast LINE of G.AMP komt te
staan.
LINE
:Kies deze instelling, wanneer u met een hoofdte-
lefoon werkt of de ME-33 rechtstreeks op een
mengpaneel/multitrack aangesloten hebt.
G.AMP
:
Kies deze instelling, wanneer u de ME-33 op een
gitaarversterker aangesloten hebt.
9
Page 10
Aansluitingen
Als u niets hoort/als het volume te
laag is
●
Ga even na of de aansluitingen kloppen.
●
Kijk hoe het volume op de gitaar, de ME-33, de versterker e.d. ingesteld is. Kies eventueel een hoger volume.
● Hoort u het signaal wel, wanneer u een hoofdtelefoon
aansluit?
Is dat het geval, dan is misschien één van de signaalkabels beschadigt, zodat de versterker helemaal niets ontvangt. Het zou echter ook kunnen dat de instellingen
van de versterker, het mengpaneel e.d. niet kloppen.
Controleer dit nog eens.
● Hebt u het volume met het zwelpedaal op de minimum-
waarde gezet?
Als het zwelpedaal helemaal opgeklapt is (d.w.z. wanneer diens voorkant naar boven wijst, terwijl het pedaal
dienst doet als volumepedaal (let op de “VOL”-boodschap in het LC-display), dan hoort u niets.
● Misschien is de Tuner-mode actief (blz. 34)? Zolang dat
het geval is, geeft de ME-33 geen signalen weer.
● Bevat de kabel, waarmee u de CD/MD-speler op de
AUX IN-connector hebt aangesloten, een weerstand?
Dat kan ertoe leiden dat u het signaal van de CD/MD
niet hoort. Gebruik uitsluitend kabels zonder weerstand.
10
Page 11
Werken met Patches — Play-mode
Na het inschakelen kiest de ME-33 automatisch de Playmode. Deze mode hebt u nodig om de ME-33 als effectenbak
te kunnen gebruiken. In de Play-mode kunt u met de pedalen de benodigde effectinstellingen (“Patches”) kiezen. Er is
echter ook een Manual-mode (blz. 33).
Wat is een Patch?
Tijdens een optreden of repetitie wilt u waarschijnlijk de
door BOSS of uzelf voorgeprogrammeerde instellingen
gebruiken, zonder ze te veranderen. Dat betekent dat u voor
bepaalde nummers andere instellingen nodig zal hebben dan
voor andere nummers (bv. een “clean” geluid voor één nummer en een scheurgeluid voor het volgende).
De ME-33 biedt verschillende geheugens die dergelijke voorgeprogrammeerde instellingen bevatten. En die geheugens
noemen we “Patches”. Patches kunt u via de pedalen oproe-
pen. De ME-33 bevat 60 “User Patches” (met instellingen
die u zelf kunt programmeren en overschrijven) en 30 “Pre-set Patches” (voorgeprogrammeerde instellingen die u niet
kunt overschrijven of wissen).
In totaal praten we dus over negentig Patches. Die zijn in 3“groepen” (USER 1, USER 2 en PRESET) van telkens 30 Pat-
ches ingedeeld. USER 1 en 2 bevatten de User Patches, terwijl
de PRESET-groep de fabrieksinstellingen bevat.
De groepen zijn op hun beurt in 10 banken onderverdeeld,
die telkens 3 Patches bevatten.
Patches kiezen
Voor het kiezen van de benodigde Patch moet u de [GROUP
SELECT]-knop en de pedalen BANK ▼, BANK ▲ en 1~3
gebruiken.
* Na het inschakelen kiest de ME-33 telkens Bank 1, Nummer 1
van de USER 1-groep.
Patch-nummers kiezen
Wanneer u pedaal [1] intrapt, licht diens indicator (2) op. Dat
betekent dat Patch 1 van de momenteel actieve groep en
bank opgeroepen wordt. Met de andere twee pedalen ([2] en
[3]) kiest u respectievelijk Patch 2 en 3 van die groep/bank.
(2)(2)(2)
(1)(1)(1)
Banken kiezen
Bank 0
Bank 1
Patch Patch Patch
Bank 0
Bank 1
Patch Patch Patch
Bank 0
Bank 1
Patch Patch Patch
Patch
Patch
Patch
Met de pedalen BANK ▼ en BANK ▲ kiest u de vorige of
volgende Patch-bank. Het nummer van de momenteel gekozen bank verschijnt in het BANK-display (2).
(Als u enkel een andere bank kiest, verandert er nog niets
aan het geluid. U moet dus nog een Patch kiezen.)
* Er zijn tien banken wier nummers met 1~0 worden
aangeduid.
Na een bank gekozen te hebben moet u één van de nummerpedalen (3) intrappen om een Patch uit de actieve bank te
selecteren.
(2)
(3)(3)(3)
(1)
* Bij levering bevat de USER 1-groep precies dezelfde
instellingen als de PRESET-groep.
11
Page 12
Werken met Patches — Play-mode
Patch-groepen kiezen
Met de [GROUP SELECT]-knop (1) kunt u de benodigde
groep (“PRESET”, USER 1” of “USER 2”) kiezen. De benaming van de momenteel actieve groep verschijnt in het LCdisplay. (Als u enkel een groep kiest, verandert er nog niets
aan het geluid.)
Trap vervolgens een nummerpedaal (3) in om een Patch te
selecteren of kies eerst nog de benodigde bank.
(2)(1)
(3)(3)(3)
Als er geen andere Patch wordt
gekozen
● Misschien hebt u de Bypass-functie geactiveerd (blz. 33).
● Misschien bevindt de ME-33 zich in de Manual-mode
(blz. 33).
● Misschien is de Tuner-functie actief (blz. 34).
● Misschien is de Phrase Trainer-functie actief (blz. 36).
● Misschien hebt u de EZ Tone-functie ingeschakeld
(blz. 14).
12
Page 13
Snel editen — Quick Edit
Punt
Op het frontpaneel van de ME-33 vindt u zes regelaars. Die
kunt u gebruiken om bepaalde aspecten van de momenteel
geselecteerde Patch te wijzigen.
* Bij bepaalde Patches kan het gebeuren dat u een vreemd geluid
hoort, wanneer u aan een regelaar draait terwijl uw gitaar nog
klinkt.
GAIN:
Hiermee kunt u de vervormingsgraad instellen. Draai de
regelaar naar rechts als u meer vervorming nodig hebt. Draai
hem naar links als u vindt dat de vervorming momenteel wat
te sterk is.
* Zodra u ook maar één instelling van de gekozen Patch wijzigt,
verschijnt in het BANK-display een punt. Zo weet u dat de
momenteel gehanteerde Patch-instellingen niet meer
overeenkomen met de opgeslagen versie. Vindt u de huidige
Patch-versie beter, dan moet u die opslaan (blz. 15) alvorens
een andere Patch te kiezen (blz. 11) of de ME-33 uit te
schakelen.
TONE:
Hiermee beïnvloedt u de helderheid van het geluid (“Treble”). Draai de regelaar naar rechts om het geluid helderder
te maken, en naar links als u eerder van een dof geluid
houdt.
MODULATION:
Hiermee kunt u de modulatie-effecten beïnvloeden (bv. de
Chorus-snelheid). Draai de regelaar naar rechts als u een
intenser modulatie-effect nodig hebt. Draai hem naar links
om het modulatie-effect wat af te zwakken.
DELAY:
Hiermee regelt u het echo-effect (herhalingen van het
geluid). Draai de regelaar naar rechts om het echo-effect te
verhogen, en naar links om het te verminderen.
REVERB:
Hiermee regelt u het galmaandeel van het geluid. Draai de
regelaar naar rechts als de galm wat luider mag, en naar links
als u vindt dat de Patch iets teveel galm bevat.
LEVEL:
Hiermee regelt u het algemene volume. Gebruik deze parameter om te zorgen dat de momenteel geselecteerde Patch
ongeveer hetzelfde volume heeft als de overige Patches – dat
voorkomt nare volumesprongen tijdens het optreden of de
repetitie. Draai de regelaar naar rechts om het volume te verhogen, en naar links om het te verminderen.
13
Page 14
EZ Tones: geluid kiezen
Naast de Patch-geheugens biedt de ME-33 nog 36 verschillende vervormingsgeluiden die u als basis voor uw eigen
scheurgeluid zou kunnen gebruiken. Die geluiden noemen
we “EZ Tones”.
Deze voorgeprogrammeerde scheurgeluiden zijn volgens zes
muzikale genres (SOUNDs) onderverdeeld, waaronder
“Rock” en “Metal” met telkens zes verschillende geluiden
(VARIATION) per genre.
De bedoeling van deze EZ Tones is dat u in een mum van tijd
precies het gewenste versterkergeluid kunt instellen door
gewoon één van de voorgeprogrammeerde instellingen te
kiezen. Dat werkt dus heel snel.
4
4. Druk op [EXIT] om terug te keren naar de Play-mode.
* Door de Play-mode te selecteren roept u niet automatisch het
geluid van de laatst gekozen Patch op. Als u de instellingen
van die Patch nodig hebt, moet u de Patch opnieuw selecteren
(maar dan bent u wel het geselecteerde scheurgeluid kwijt).
Na met EZ Tones een scheurgeluid gekozen te hebben
kunt u de sound nog verder naar uw hand zetten door
met de Quick Edit-regelaars te werken.
2
3
1
1. Druk op [EZ TONE].
Het EZ TONE-icoontje knippert nu in het LC-display,
terwijl het alfanumerieke display “EZ TONE” afbeeldt.
2. Kies met de SOUND-regelaar het gewenste genre.
De naam van het gekozen genre verschijnt nu in het LCdisplay:
CNTRY:Country; subtiele vervorming die eerder
doet denken aan een “clean” geluid.
BLUES:Blues; een vetter “Crunch”-geluid.
ROCK:Rock; een stevig Rock-geluid.
HARD:Hard Rock; een betrekkelijk intense vervor-
ming.
METAL:Heavy Metal; de naam zegt het al. Dit
geluid vertoont betrekkelijk veel Sustain.
7STNG:Grunge-geluid met zware vervorming die
ook geschikt is voor 7-snarige gitaren.
3. Kies met de VARIATION-regelaar de benodigde
instelling van het gekozen genre.
Hiermee zou u moeiteloos precies het gewenste scheurgeluid moeten vinden.
Per SOUND zijn er zes variaties. Het nummer van de
gekozen variatie (1~6) wordt rechts in het alfanumerieke display afgebeeld.
14
SOUND
Variatie
Page 15
Wijzigingen opslaan (Write)
Als u de met EZ Tones en Quick Edit evenals de overige
parameters ingestelde wijzigingen later nog eens nodig hebt,
moet u ze als User Patch in het interne geheugen opslaan.
* Doe dit altijd alvorens de ME-33 uit te schakelen of een andere
Patch te kiezen (blz. 11). Anders bent u de laatst doorgevoerde
wijzigingen namelijk kwijt.
2
2
1. Druk op [WRITE].
In het alfanumerieke display knippert nu de boodschap
“WRITE->”, terwijl het BANK-display het banknummer
toont en een nummerpedaal het geheugennummer van
de originele (niet gewijzigde) Patch-versie afbeeldt.
1,3
2
3. Druk nog een keer op [WRITE].
In het alfanumerieke display van de ME-33 knippert nu
de boodschap “WRITE” om aan te geven dat uw instellingen in het gevraagde Patch-geheugen worden opgeslagen.
* Tijdens de opslag worden de instellingen in het gekozen Patch-
geheugen overschreven.
2. Kies het User Patch-geheugen waar u de gewijzigde
versie wilt opslaan.
* Kies geen ander geheugen als u de originele versie door de
nieuwe instellingen wilt vervangen.
● Kies met [GROUP SELECT] de gewenste Patch-groep
(USER 1 of USER 2).
● Kies met het BANK ▼ of BANK ▲ pedaal de gewenste
bank.
● Trap het nummerpedaal (1~3) van het benodigde Patch-
geheugen in.
* Als u de nieuwe instellingen toch niet wilt opslaan, moet u op
[EXIT] drukken.
15
Page 16
Effecten instellen en gebruiken
Laten we de effecten van de ME-33 nu één voor één overlopen en de beschikbare parameters bespreken.
Parameters
“Parameters” zijn de functies en instellingen die het geluid bepalen. In wezen werken ze op dezelfde manier als de regelaars op
effectpedaaltjes – alleen zijn ze niet altijd rechtstreeks toegankelijk. Bovendien verschillen de parameters in aard en aantal naar
gelang het gekozen effect.
* De volgorde van de effecten is vast ingesteld en volgt de meest logische aanpak.
GTR SIM (Guitar Simulator)
Dankzij de COSM-technologie kunt u via dit effect zorgen dat uw gitaar helemaal anders klinkt dan normaal (van een Single Coilgeluid een Humbucker- of akoestisch geluid maken enz.).
TYPE
S -> H
Maakt van een Single Coil- een Humbucker-geluid.
S -> AG
Maakt van een Single Coil- een akoestisch geluid.
H -> S
Maakt van een Humbucker- een Single Coil-geluid.
H -> HF
Verandert een Humbucker- in een “Half Tone” Single Coil-geluid.
H -> AG
Verandert een Humbucking- in een akoestisch
gitaargeluid.
LEVEL 0~100
Bepaalt het volume van de Guitar Simulator. Hiermee kunt u zorgen dat uw gitaar “met” en “zonder”
Simulator hetzelfde volume heeft.
16
Page 17
FX1, FX2
Effecten instellen en gebruiken
FX1 hebt u nodig, wanneer u één van de volgende effecten
nodig hebt:
• COMP (Compressor)
• OD/DS (Overdrive/Distortion)
• WAH
• PHASER
• EQ (Equalizer)
* Het is niet mogelijk om voor FX1 en FX2 hetzelfde effect (bv. OD/DS) te kiezen.
FX2 hebt u nodig, wanneer u met één van de volgende
effecten wilt werken:
Dit effect vermindert het volume van luide ingangssignalen en verhoogt het volume van stille signalen, wat voor een
gelijkmatiger signaal en dus een langere Sustain zorgt en tegelijk ongewenste vervorming helpt voorkomen. Dit effect is dan ook
onmisbaar voor Fusion-solo’s en ritmepartijen die duidelijk moeten “kappen”.
SUSTAIN 0~100
Hiermee bepaalt u hoe lang de aangehouden noten blijven doorklinken. Draai de
regelaar naar rechts om een langere Sustain
te verkrijgen. Wees echter voorzichtig met
grote waarden: naar het einde toe zou de
ruis wel eens storend kunnen worden.
LEVEL 0~100
Met deze parameter kunt u zorgen dat het
gitaargeluid “met” en “zonder” compressor
even luid klinkt. Zo voorkomt u al te grote volumesprongen.
EFFECT
Met deze regelaar moet u de compressor (COMP) kiezen.
ATTACK 0~100
Hiermee kunt u zorgen dat de aanslag of het tokkelgeluid extra in de verf wordt gezet. Hoe verder u de regelaar rechts draait, hoe scherper het geluid wordt. Vooral
voor funky partijen kiest u het best een betrekkelijk grote
waarde.
TONE –50~+50
Hiermee kunt u het geluid helderder of doffer maken. Draai de
regelaar naar rechts om de hoge tonen op te halen. Dat maakt
het geluid sprankelender. Draai de regelaar naar links als u een
eerder rond geluid verkiest.
Deze groep biedt effecten die het geluid min of meer kunstmatig vervormen. Dit soort effect is ook als effectpedaaltje beschikbaar
en verschilt enigszins van de versterkersimulatie van de ME-33. Meer bepaald kunnen de hier beschikbare effecten in twee
categorieën worden onderverdeeld: Overdrive (OD) en Distortion (DS).
OD (Overdrive): OD, FAT, BLUES
Deze effecten zorgen voor een eerder natuurlijke vervorming zoals die bij het oversturen van een buizenversterker optreedt. Ze
worden in de regel gebruikt om het geluid al een beetje “op smaak” te brengen alvorens de vervorming met de versterker
helemaal af te maken.
DS (Distortion): DIST, METAL, FUZZ
Distortion-effecten doen meer dan enkel de vervorming van een versterker nabootsen: ze zorgen voor een behoorlijke portie
“scheur” die met name voor Heavy Metal en Grunge belangrijk zijn.
DRIVE 0~100
Hiermee bepaalt u de oversturingsgraad.
Draai de regelaar naar rechts voor zwaar
vervormde varianten en naar links als u
aan een beetje “Crunch” genoeg hebt.
LEVEL 0~100
Hiermee kunt u zorgen dat het gitaargeluid “met”
en “zonder” Overdrive of Distortion even luid
klinkt. Zo voorkomt u al te grote volumesprongen.
EFFECT
Hiermee kiest u het benodigde vervormingstype:
OD (Overdrive)
Een milde vervorming die aan de oversturing van
een iets oudere gitaarversterker doet denken.
FAT
Een vet overstuurd geluid.
BLUES
Een al betrekkelijk krachtige vervorming met een
nog steeds gedefinieerd geluid. Dit effect is dan
ook bijzonder geschikt voor bluesy solopartijen.
DIST (Distortion)
Een “standaard” vervorming voor de meest uiteenlopende stijlen.
METAL
Precies de goede vervorming voor Hard Rock en
Heavy Metal.
FUZZ
Krachtige vervorming met betrekkelijk veel laag –
ideaal voor Grunge en Alternative.
TONE –50~+50
Hiermee kunt u het geluid helderder of doffer maken.
Draai de regelaar naar rechts om de hoge tonen op te
halen. Dat maakt het geluid sprankelender. Draai de
regelaar naar links als u een eerder rond geluid verkiest.
FEEDBACK 0~100
COSM Feedback Modeling. Hiermee kunt u zorgen dat er zelfs op een
betrekkelijk laag volume Feedback optreedt. Hoe meer u de regelaar naar
rechts draait, hoe meer uw gitaar begint te “zingen”.
* Feedback Modeling berust op een analyse van het binnenkomende
gitaarsignaal. Op basis daarvan worden dan bepaalde resonanties aan
het geluid toegevoegd. De ME-33 hanteert dus geen “synthetische” Feedback, maar werkt echt op basis van het binnenkomende geluid, wat voor
een veel natuurlijkere Feedback zorgt, omdat de ME-33 aan de hand van
een rekenkundig model bepaalt hoe de Feedback moet klinken. Bij een
laag volume van de versterker of bij gebruik van een hoofdtelefoon zou
het kunnen dat er niet zoveel van dit effect overblijft. Anderzijds kan het
effect echter ook voor ruis of een vreemd geluid zorgen wanneer u
akkoorden of helemaal niets speelt.
De ME-33 bevat twee WahWah-effecten: AT WAH en T WAH.
AT WAH (Auto-Wah)
Ziehier een automatisch, regelmatig weerkerend WahWah-effect dat voor bepaalde toepassingen interessant kan zijn.
RATE 0~100
Hiermee bepaalt u de snelheid van het
WahWah-effect. Draai de regelaar naar
rechts om de snelheid op te voeren.
EFFECT
Om de Auto Wah te gebruiken moet
u hier “AT WAH” kiezen.
DEPTH 0~100
Hiermee bepaalt u de intensiteit van het
WahWah-effect (en dus hoe duidelijk het
te horen is.
MAN (Manual) 0~100
Hiermee kiest u de frequenties die vooral door
het effect worden bewerkt. Draai de regelaar naar
rechts om vooral de hoge tonen te bewerken.
T WAH1, T WAH2 (Touch Wah 1, 2)
Kies één van deze twee effecten om het WahWah-effect via de aanslag of de tokkelintensiteit te kunnen sturen.
T WAH1: Hoe harder u aanslaat/aan de snaren trekt, hoe meer de filterfrequentie stijgt (feller geluid).
T WAH2: Hoe harder u aanslaat/aan de snaren trekt, hoe meer de filterfrequentie daalt (doffer geluid).
SENS 0~100
Hiermee bepaalt u de gevoeligheid van het effect
voor uw aanslag. Hoe meer u de regelaar naar
EFFECT
Om de Touch Wah te gebruiken
moet u hier “T WAH1” of “T
WAH2” kiezen.
rechts draait, hoe sneller de WahWah ook op licht
aangeslagen noten aanspreekt.
* Deze Sensitivity-parameter is niet verbonden
met zijn gelijknamige collega’s van het Humanizer- (blz. 21) of Auto Riff-effect (blz. 25).
DEPTH 0~100
Hiermee bepaalt u de intensiteit van het
WahWah-effect (en dus hoe duidelijk
het te horen is).
Dit effect zorgt voor een (meestal trage) “beweging” van het geluid dat rond zijn eigen as lijkt te draaien. Een iets
“synthetischere” variant hiervan is het Flanger-effect (blz. 23).
RATE 0~100
Hiermee bepaalt u de snelheid van het
effect. Draai de regelaar naar rechts voor
een snellere modulatie.
STEP 0~100
Hiermee zorgt u dat het geluid in duidelijk hoorbare stappen verandert, wat voor een “speciale”
indruk zorgt. Kies de waarde “0” voor vloeiende
overgangen.
EEFFECT
Kies hier “PHASER” om het
gelijknamige effect te kunnen gebruiken.
DEPTH 0–100
Hiermee bepaalt u de intensiteit van het effect.
Draai de regelaar naar rechts om te zorgen dat het
“effect” duidelijker hoorbaar wordt.
MAN (Manual) 0~100
Hiermee kiest u de frequenties die vooral door de Flanger worden bewerkt. Hoe groter de waarde, hoe hoger het bewerkte frequentiebereik.
RESO (Resonance) 0~100
Hiermee bepaalt u het klankkarakter door de mate van terugkoppeling (volume van
het effect dat nog eens wordt bewerkt) in te stellen. Hoe verder u de regelaar naar
rechts draait, hoe meer het geluid een eigen leven begint te leiden.
Met dit “effect” kunt u het geluid op de nodige plaatsen (laag, midden, hoog) wat “bijkleuren” en dus voor de gewenste
frequentierespons zorgen. Het middengebied is parametrisch: u kunt dus zelf instellen welke middentonen er moeten worden
opgehaald of afgezwakt.
Als u dit effect aan FX2 toewijst, kunt u bovendien bepalen of de EQ zich vóór (“EQ->”) of achter (“->EQ”) de Guitar Amp
Simulator bevindt.
MID.f (middentonen)
315/500/800/1250/2000/3150/5000/8000 (Hz
Hiermee kiest u de kantelfrequentie voor
de “MIDDLE”-band. Hoe verder u de regelaar naar rechts draait, hoe hoger de frequentie die vooral wordt bewerkt.
)
LEVEL –20~+20 (dB)
Hiermee stelt u het uitgangsvolume van de EQ in.
EEFFECT
Kies hier “EQ” om het gelijknamige effect te kunnen
gebruiken.
BASS –20~+20 (dB)
TREBLE –20~+20 (dB)
Hiermee regelt u het volume van de hoge tonen. Wanneer
de regelaar zich in het midden bevindt, worden de hoge
tonen noch opgehaald, noch afgezwakt. Draai hem naar
links om de hoge tonen af te zwakken, en naar rechts om ze
op de halen. Dat zorgt voor een sprankelender geluid.
Hiermee regelt u het volume van de lage tonen. Wanneer de regelaar zich in het midden bevindt, worden de lage tonen noch opgehaald, noch afgezwakt. Draai hem naar links om de lage tonen af
te zwakken, en naar rechts om ze op de halen. Dat zorgt voor een
steviger geluid.
MIDDLE –20~+20 (dB)
Hiermee bepaalt u het volume van de middentonen. Welke frequentie er vooral wordt
bewerkt, kiest u met “MIDI.f”. Wanneer de regelaar zich in het midden bevindt, worden de
middentonen noch opgehaald, noch afgezwakt. Draai hem naar links om de middentonen af
te zwakken, en naar rechts om ze op de halen.
Dit effect verandert het gitaargeluid in iets dat ergens wel aan een menselijke stem doet denken die klinkers zingt.
HUMAN1
Periodieke overschakeling tussen verschillende klinkers die automatisch begint, wanneer u een noot speelt en dan gewoon
doorloopt.
HUMAN2
In dit geval bepaalt u met uw aanslag (hoe sterk u aan de snaren trekt of er met uwe plectrum op slaat) welke klinker er wordt
weergegeven. Dit lijkt dan ook op de werkwijze van een T-Wah (zie blz. 19).
RATE 0~100
Hiermee bepaalt u de snelheid van het
effect. Draai de regelaar naar rechts voor
een snellere modulatie.
EEFFECT
Kies hier “HUMAN1” of
“HUMAN2” om het gelijkna-
mige effect te gebruiken.
PHRASE A-U~A-U
Kies hier de twee klinkers tussen dewelke
het geluid moet overschakelen. De beschikbare klinkers zijn: a, e, i, o, u.
DEPTH 0–100
Hiermee bepaalt u de intensiteit van het effect. Draai de
regelaar naar rechts om te zorgen dat het “effect” duidelijker hoorbaar wordt.
SENS 0~100
Hiermee bepaalt u de gevoeligheid voor de overschakeling tussen de
klinkers via uw aanslag. Hoe meer u de regelaar naar rechts draait, hoe
sneller de overschakeling gebeurt.
* Deze Sensitivity-parameter is verbonden met zijn gelijknamige col-
lega van het Auto Riff-effect (blz. 25). Hij houdt echter geen verband
met de SENS-parameter van het T-Wah-effect (blz. 19)
21
Page 22
Effecten instellen en gebruiken
GTR AMP (Guitar Amp Simulator)
Ziehier een effect dat op de COSM-technologie van Roland berust voor het simuleren van de kenmerken van een gitaarversterker.
Aangezien COSM rekening houdt met alle aspecten, die het geluid beïnvloeden, kunt u hier rekenen op een bijzonder realistisch
en navenant overtuigend effect. Indien nodig, kunt u dit effect (al dan niet met vervorming) ook combineren met het OD/DSeffect (blz. 18) om een hele waaier aan vervormingsgeluiden te programmeren.
GAIN 0~100
Hiermee bepaalt u de vervormingsgraad (de
oversturing van de “voorversterker”). Hoe
groter de GAIN-waarde, hoe sterker het
geluid vervormt. In sommige gevallen moet
u het effectvolume dan met LEVEL verminderen om uw oren niet op te blazen.
LEVEL 0~100
Hiermee regelt u het uitgangsvolume
van het Amp Simulator-effect.
TYPE
De Guitar Amp Simulator kan zes verschillende versterkertypes simuleren, wat een grote invloed heeft op
het geluid.
JC-120
De sound van een Roland Jazz Chorus JC-120, een versterker die bekend staat omwille van zijn prachtig
“clean” geluid.
TWIN
Het geluid van een Amerikaanse buizenversterker.
MATCH
Een “typisch Britse” buizenversterker.
BG STK
Een bijzonder populaire versterker in de jaren 1970-80
met een bijzonder nadrukkelijk middengebied.
MS STK
Een Britse versterkertoren die het Hard Rock-geluid
van de jaren 1970 nadrukkelijk heeft beïnvloed.
METAL
Geluid van een versterkertoren voor Heavy Metal.
BASS 0~100
Hiermee regelt u het niveau
van de lage tonen.
MIDDLE 0~100
Hiermee regelt u het niveau
van de middentonen.
TREBLE 0~100
Hiermee regelt u het niveau
van de hoge tonen.
• Bij bepaalde TYPEs hoort u helemaal niets meer,
wanneer u BASS, MIDDLE en TREBLE op “0” zet.
Dat is op de gesimuleerde versterker namelijk ook
het geval.
MOD (Modulation)
Het Modulation-blok bevat de volgende effecttypes waarvan u er telkens één kunt kiezen.
Dit effect zorgt voor een lichte, periodiek gemoduleerde, ontstemming, wat een voller geluid oplevert. Hier gaat het wel degelijk
om de beroemde Chorus van BOSS, de vaakst gebruikte Chorus te wereld.
CHO1 (Chorus1)
Normaal Chorus-effect. Wanneer u de ME-33 op twee versterkers aansluit (voor stereogebruik), zorgt een uitgekiende mix van
het niet bewerkte en het Chorus-signaal voor een overtuigend geluid.
CHO2 (Chorus2)
Stereo-Chorus die het linker en rechter kanaal apart bewerkt en op die manier voor een nog voller geluid zorgt.
RATE 0~100
Hiermee bepaalt u de snelheid van het
effect. Draai de regelaar naar rechts voor
een snellere modulatie.
E.LEVEL (Effect Level) 0~100
Hiermee stelt u het volume van het Chorus-signaal (de
modulatie) in. Draai de regelaar naar rechts om het Chorus-volume te verhogen. Het geluid wordt dan breder.
EEFFECT
Kies hier “CHO1” of
“CHO2” om het gelijkna-
mige effect te gebruiken.
TONE –50~+50
DEPTH 0~100
Hiermee bepaalt u de diepte van de Chorusmodulatie. Hoe verder u de regelaar naar rechts
draait, hoe dieper het effect.
Hiermee bepaalt u de klankkleur van het effect. Hoe meer u de regelaar naar
rechts draait, hoe helderder het geluid wordt. Draai de regelaar naar links als u
eerder van een rond geluid houdt. Dat zorgt dan voor een “analoog” klankkarakter.
Hiermee zorgt u voor het straaljager-effect dat iets vinniger is dan de eerder (blz. 20) besproken Phaser. Een Flanger wordt vaak
gebruikt in de Heavy Metal, maar u vindt beslist nog tal van andere toepassingen.
RATE 0~100
Hiermee bepaalt u de snelheid van het
effect. Draai de regelaar naar rechts
voor een snellere modulatie.
EEFFECT
Kies hier “FLANGE” om het
Flanger-effect te kunnen
gebruiken.
DEPTH 0–100
Hiermee bepaalt u de diepte van de Flanger-modulatie.
Hoe verder u de regelaar naar rechts draait, hoe dieper
het effect.
MAN (Manual) 0~100
Hiermee kiest u de frequenties die vooral door het
effect worden bewerkt. Draai de regelaar naar rechts
om vooral de hoge tonen te bewerken.
RESO (Resonance) 0~100
Hiermee bepaalt u het klankkarakter door de mate van terugkoppeling (volume van het effect dat nog eens wordt bewerkt)
in te stellen. Hoe verder u de regelaar naar rechts draait, hoe
meer het geluid een eigen leven begint te leiden.
“Tremolo” is een effect dat het volume regelmatig moduleert. Met dit effect kunt u het hele gamma aan Tremolo-effecten
gebruiken: van de lichte “bibber”à la Shadows tot een regelmatig wegvallend en wederkerend geluid.
PAN (Auto Pan)
Dit Auto Pan-effect is in wezen “maar” een Tremolo die in stereo werkt en het volume van het linker en rechter kanaal om
beurten op “0” zet, zodat het geluid tussen het linker en rechter kanaal heen en weer lijkt te springen. Dit hoort u echter maar als
u de ME-33 op een stereo-versterker aansluit.
RATE 0~100
Hiermee bepaalt u de snelheid van het
effect. Draai de regelaar naar rechts voor
een snellere modulatie.
EEFFECT
Kies hier “TRMLO” of
“PAN” om het benodigde
effect te kunnen gebruiken.
DEPTH 0–100
Hiermee bepaalt u de diepte van de volumemodulatie. Hoe verder u de regelaar naar rechts draait, hoe dieper het effect.
Dit effect transponeert de toonhoogte van uw gitaar. Daar kunt u bv. gebruik van maken om bij alle gespeelde noten een noot te
voegen die één octaaf hoger of lager klinkt. Dat zorgt voor een 12-snarig effect. Er bestaat echter ook nog een “intelligente” versie
die hier en daar een halve toon hoger of lager gaat dan wat u speelt. Zie de Harmonist (blz. 25).
Een Pitch Shifter kan tevens worden gebruikt voor lichte ontstemmingen, wat een vergelijkbaar resultaat oplevert als het werken
met een Chorus. De Pitch Shifter levert echter een overtuigender “dubbel” resultaat op.
EFFECT
Kies hier “P SFT” om het benodigde effect te selecteren.
E.LEVEL (Effect Level) 0~100
Hiermee kunt u het volume van het getransponeerde signaal instellen.
PITCH –24, –12~–1, DETUNE, +1~+12, +24
Hiermee kunt u de transpositie in stappen van halve tonen instellen. Het
inkomende signaal kan 1 of zelfs 2 octaven hoger/lager getransponeerd
worden. Als u geen transpositie nodig hebt, kiest u DETUNE (ontstemming).
24
D.LEVEL (Direct Level) 0~100
Hiermee bepaalt u het volume van het directe (niet
getransponeerde gitaargeluid.
Terwijl een Pitch Shifter elke noot volgens het ingestelde interval transponeert (wat bij de meeste intervallen van minder dan een
octaaf hier en daar voor “kroepoek” zorgt), doet de Harmonist dit op basis van de ingestelde toonaard. Als u dus bepaalde noten
speelt, wordt de toonhoogte bv. maar een halve toon verschoven, terwijl het eigenlijk een hele zou moeten zijn enz. Hier wordt
dan ook “intelligent” getransponeerd, zodat u in uw eentje duo’s kunt spelen.
* Aangezien de toonhoogte van de inkomende noten erg belangrijk is, mag u geen akkoorden (twee of meer noten tegelijk) spelen.
E.LEVEL (Effect Level) 0~100
Hiermee kunt u het volume van het getransponeerde signaal instellen.
EFFECT
Kies hier “HRMNST” om het benodigde effect te selecteren.
PITCH –16, –8~DETUNE~+8, +16
In tegenstelling tot de Pitch Shifter stelt u hier geen halve
tonen, maar “trappen” in. Naast dergelijke trappen kunt u echter ook octaafstappen (±8) en 2-octaafstappen (±16) kiezen.
KEY A~A, AM (Am)~AM (Am)
Hiermee stelt u de toonaard in waarop de harmonieën moeten
slaan. Kies dus telkens de instelling die overeenkomt met de
toonaard van het nummer dat u wilt spelen.
AUTO RIFF ..........................................................................................
Dit effect zorgt ervoor dat u, door bepaalde noten te spelen, een volledig frase (“Riff”) start. Zo wekt u de indruk dat u een
supersonische solo aan het spelen bent, terwijl u het eigenlijk heel rustig aan doet.
PHRASE 1~16
RATE 0~100
Hiermee regelt u de snelheid van de automatisch afgevuurde frase. Hoe verder u de
regelaar naar rechts draait, hoe sneller het
allemaal gaat.
EFFECT
Kies hier “AT RIF” om het
benodigde effect te selecteren.
ATTACK 0~100
Hiermee bepaalt u de articulatie van de gegenereerde
noten. Hoe verder u de regelaar naar rechts draait, hoe meer
het erop lijkt dat elke noot apart wordt aangeslagen. Als u
uit bent op een “Tap”-effect, moet u de regelaar naar links
draaien.
KEY A~A, AM (Am)~AM (Am)
Hiermee kiest u de toonaard voor de automatisch
gestarte Riffs (in functie van de Song).
SENS 0~100
Hiermee stelt u de gevoeligheid van het Auto Riff-effect in. Daarmee
bepaalt u hoe hard u moet aanslaan om het effect te starten. Stel een
betrekkelijk kleine waarde in als het effect al bij zacht aangeslagen
noten moet beginnen.
• Deze parameter is dezelfde als voor de Humanizer (blz. 21). Door
deze waarde te veranderen beïnvloedt u dus ook de gevoeligheid
van de Humanizer. De gevoeligheid van het T Wah-effect (blz. 19)
is echter niet met deze parameter verbonden.
Hiermee kiest u de frase, die het Auto Riff-effect speelt.
Die keuze hangt in de regel af van het nummer waarin u
uw supersonische solo ten gehore wilt brengen.
25
Page 26
Effecten instellen en gebruiken
DELAY
U als gitarist weet natuurlijk wat een Delay is: dit effect zorgt voor herhalingen (ook wel “echo’s” genaamd).
E.LEVEL (Effect Level) 0~120
Hiermee stelt u het volume van het Delay-
TYPE
Kies hier het benodigde Delay-type:
NORMAL
Een typisch Delay-effect.
PAN (Panning Delay)
Een Delay-effect waarbij de herhalingen afwisselend
via het linker en het rechter kanaal worden weergegeven.
• Hiervoor moet u de ME-33 in stereo op uw versterker aansluiten.
effect in.
TIME (x100) 0~2000 ms
Hiermee stelt u de eerste twee cijfers van de vertragingstijd in stappen
van 100 milliseconden in.
TIME (x100) 0~98 ms
Hiermee stelt u de twee laatste cijfers van de vertragingstijd in stappen
van 2 milliseconden in.
• Met TIME (x100) en TIME kunt u een maximale vertragingstijd van
2000 ms (2 seconden) instellen.
FEEDBACK 0~100
Hiermee stelt u de terugkoppeling in, d.w.z. het volume van
het Delay-signaal dat nog eens naar de Delay wordt
gestuurd. Dat bepaalt het aantal herhalingen.
TONE –50~+50
Hiermee bepaalt u de klankkleur van het effect. Hoe
meer u de regelaar naar rechts draait, hoe helderder
het geluid wordt. Draai de regelaar naar links als u
eerder van een rond geluid houdt. Dat zorgt dan
voor een “analoog” klankkarakter.
REVERB
Dit effect voorziet het signaal van galm en wekt de indruk dat u in een zaal e.d. zit te spelen.
E.LEVEL (Effect Level) 0~100
Hiermee stelt u het volume van het Reverbeffect in.
TYPE
Kies hier het benodigde galmtype (de akoestiek).
ROOM
De galm van een kamer of een club. In ieder
geval een kleinere ruimte dan een zaal.
HALL
Zorgt voor de galm van een concertzaal of een
vergelijkbare grote ruimte. Deze galm heeft ook
meer “diepte”.
26
TIME 0~100
Hiermee bepaalt u de galmduur en dus de “grootte” van
de gesimuleerde ruimte.
TONE –50~+50
Hiermee bepaalt u de klankkleur van het effect. Hoe meer u de
regelaar naar rechts draait, hoe helderder het geluid wordt. Draai
de regelaar naar links als u eerder van een rond geluid houdt. Dat
zorgt dan voor een “analoog” klankkarakter.
Dit “effect” zorgt ervoor dat de ruis van uw gitaar e.d. in stille passages (als u niet speelt) niet hoorbaar is. Het is m.a.w. een Noise
Gate. Dit effect bewijst zijn grootste nut, wanneer u de Compressor, Overdrive/Distortion en/of de Guitar Amp Simulator
gebruikt, omdat die ook het niveau van de ruis ophalen.
Deze ruisonderdrukker analyseert voortdurend het volume van de gespeelde noten en werkt daarom op een uitgesproken
natuurlijke manier.
THRESHOLD 0 (uit)~100
Hiermee stelt u de drempel in, d.w.z. het
volume dat de gespeelde noten minimaal moeten hebben om doorgelaten te worden. Deze
waarde stelt u het best in functie van het ruisniveau in.
Kies “0” als u de Noise Suppressor liever niet
gebruikt.
De Noise Suppressor werkt enkel zolang u helemaal niet of te stil speelt. Anderzijds zorgt hij er
echter voor dat alle noten natuurlijk uitsterven.
* Als u het volume van de gitaar te stil zet, kan
het gebeuren dat u zelfs bij een betrekkelijk
harde aanslag niets hoort.
Andere instellingen.............................................................................
SENS 0~100
Hiermee bepaalt u de gevoeligheid van de ME-33 voor uw aanslag. Dat is met name
belangrijk, als u het Humanizer- (blz. 21) en Auto Riff-effect (blz. 25) gebruikt en beïnvloedt dan ook de SENS-parameter van die effecten.
Hoe verder u de regelaar naar rechts draait, hoe sneller de Humanizer en het Auto Riffeffect op uw noten reageren.
* Deze parameter beïnvloedt enkel de SENS-waarden van het Humanizer- en Auto
Riff-effect, maar heeft geen invloed op de gevoeligheid van de T-Wah (blz. 19).
LEVEL (Master Level) 0~120
Hiermee bepaalt u het algemene uitgangsvolume van de Patch.
27
Page 28
Effecten instellen en gebruiken
Over het zwelpedaal (volumepedaal)
De ME-33 bevat verschillende effecten die u via het ingebouwde zwelpedaal kunt beïnvloeden. U kunt telkens één functie aan het
zwelpedaal toewijzen – maar die toewijzing geldt dan enkel voor de momenteel gekozen Patch. Voor de overige Patches (blz. 11)
kunt u dus zonder meer andere zwelpedaalfuncties kiezen. Zie verder blz. 32.
In het pedaalveld van het LC-display komt u te weten welke functie het zwelpedaal momenteel heeft. Let gewoon op de
benaming met een “■” ervóór. Als u een effect kiest, verschijnt de naam van dat effect eveneens in het alfanumerieke gedeelte van
het LC-display.
* Als u een effect i.p.v. het volume als pedaalfunctie kiest, kunt u het toegewezen effect in- en uitschakelen door het zwelpedaal iets krachti-
ger in te trappen na de maximale waarde ingesteld te hebben. Als het effect uitgeschakeld is, verdwijnt het pedaalicoontje.
Helemaal intrappen
Wees tijdens het gebruik van het zwelpedaal voorzichtig dat u noch uw eigen vingers, noch de vingers van iemand
anders kneust.
In gezinnen met kleine kinderen dient een volwassene toezicht te houden tot de kinderen in staat zijn om dit apparaat
in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften te gebruiken.
Het zwelpedaal dient voor het instellen van het volume. Trap het pedaal in (“BOSS” naar beneden) om het volume te verhogen,
en til het pedaal op om het volume te verminderen.
VOL->
Betekent dat de volumefunctie zich tussen GTR SIM en FX1 bevindt. Als het OD/DS- of GTR AMP-blok actief is, verandert u met
het pedaal ook de vervormingsgraad.
->VOL
Betekent dat de volumefunctie zich achter het GTR AMP-blok bevindt. In dat geval wijzigt u met het zwelpedaal enkel het
volume. Dit is dan ook de slimste instelling voor het zwelpedaal, omdat u dan het volume kunt regelen zonder iets aan de sound
te veranderen.
Naast de automatische Wah-functies (blz. 19) bevat de ME-33 ook een “echt” WahWah-effect dat u –zoals vanouds– met de voet
kunt bedienen. Door het pedaal naar u toe te bewegen verkrijgt u een “oe”-geluid. Trap het naar beneden om een “Wah” te horen.
WAH->
In dit geval bevindt de WahWah-functie zich tussen het GTR SIM- en het FX1-blok. Kies deze instelling wanneer u het
elektronische vervormingseffect (OD/DS) gebruikt.
->WAH
De WahWah-functie bevindt zich achter het GTR AMP-blok. Dat zorgt voor een nadrukkelijker effect. Kies deze instelling als u
een bijzonder opvallend WahWah-effect prefereert.
RING (Ring Modulator)........................................................................
Ziehier een effect dat voor een beïnvloeding van het gitaargeluid door de ingebouwde oscillator zorgt. Daarmee verkrijgt u een
blikkerig geluid dat geen duidelijke toonhoogte meer heeft.
Door het zwelpedaal in te trappen verandert u de frequentie van de interne oscillator. Dat zorgt voor een op- en neergaand geluid
dat moeilijk te omschrijven is. Probeer het gewoon even uit.
PITCH BEND ........................................................................................
In dit geval dient het zwelpedaal voor het tijdelijk veranderen van de toonhoogte, wat ongeveer neerkomt op het gebruik van een
vibratohendel. Voor deze functie kunt u kiezen uit één van de volgende vijf effecten:
BEND 1
De toonhoogte kan maximaal één octaaf verhoogd worden.
BEND 2
De toonhoogte kan maximaal twee octaven verhoogd worden.
BEND 3
De toonhoogte kan maximaal één octaaf verlaagd worden.
BEND 4
De toonhoogte kan maximaal twee octaven verlaagd worden.
BEND 5
U hoort het originele gitaargeluid plus een noot die zich maximaal één octaaf daaronder of erboven bevindt.
29
Page 30
Handige functies en tips
In het volgende komt u te weten hoe u uw Patches kunt
beheren, hoe u nieuwe Patches programmeert of bestaande
nauwkeurig wijzigt enz. Hier gaan we dus de praktische
kanten van de ME-33 bekijken.
Patches kopiëren
Preset en User Patches kunt u naar gelijk welk ander Usergeheugen kopiëren. Met name voor de Preset Patches heeft
dit het voordeel dat u ze kunt editen en de gewijzigde versie
kunt opslaan.
1,3
1,3
1. Kies de te kopiëren Patch.
(Zie “Patches kiezen” (blz. 11)).
2. Druk één keer op [COPY/XCHG].
In het alfanumerieke gedeelte van het LC-display knippert nu de boodschap “COPY->”.
42
1,3
* Eens de kopie uitgevoerd is, kunt u de oorspronkelijke inhoud
van het geheugen van bestemming niet meer herstellen.
XChg: Volgorde van de User
Patches
De ME-33 is voorzien van een Exchange-functie die toelaat
om de instellingen van twee Patches uit te wisselen.
1,3
1,3
1. Kies de eerste Patch voor de uitwisseling.
(Zie “Patches kiezen” (blz. 11)).
2. Druk twee keer op [COPY/XCHG].
In het alfanumerieke gedeelte van het display knippert
nu de boodschap “XCHG->”.
42
1,3
3. Kies het User-geheugen dat de hierboven gekozen
Patch-instellingen eveneens moet bevatten.
De Patch van bestemming mag zich natuurlijk in een
andere User-groep en bank bevinden (zie blz. 11).
* Wilt u de data toch niet kopiëren, dan moet u op [EXIT] druk-
ken. De ME-33 keert dan weer terug naar zijn vorige status.
4. Druk op [WRITE].
In het display knippert nu de boodschap “COPY” om
duidelijk te maken dat de inhoud van de eerst gekozen
User Patch naar het daarna geselecteerde User-geheugen
wordt gekopieerd.
* Tijdens het kopiëren worden de instellingen van de Patch van
bestemming overschreven.
3. Kies de tweede Patch voor de uitwisseling.
Hierbij kan het natuurlijk ook gaan om een Patch in een
andere User-groep (1 of 2) en bank (zie blz. 11).
* Wilt u de data toch niet uitwisselen, dan moet u op [EXIT]
drukken. De ME-33 keert dan weer terug naar zijn vorige status.
4. Druk op [WRITE].
In het display knippert nu de boodschap “XCHG” om
duidelijk te maken dat de Patch-instellingen worden uitgewisseld.
* Dit werkt enkel met User Patches.
30
Page 31
Handige functies en tips
Instellingen veranderen –
editen
“Editen” is een term die in de elektronische muziek vaak
wordt gebruikt voor het wijzigen van de parameterinstellingen (effect aan/uit, andere galmduur enz.). Hoewel u met de
Quick Edit-regelaars in de regel al een heel eind komt
(blz. 13), zijn er misschien ook situaties waarin u graag
nauwkeuriger te werk gaat. Dat doet u dan als volgt:
Parameter-
veld
1. Kies een effect.
Met en , kunt u de knipperende cursor naar het
gewenste effecticoontje brengen. Het door die balk aangeduide effect kunt u vervolgens editen.
Wanneer u op of drukt, verhuist niet alleen de
editbalk: ook de benamingen van de parameterfuncties,
die aan de regelaars toegewezen zijn, veranderen.
Effect-
icoon
Alfanumeriek
gedeelte
1,4,65
3,62
4
4. Stel het Patch-volume in.
In de regel hebt u er alle belang bij om te zorgen dat alle
Patches ongeveer hetzelfde volume hebben. Tenslotte
zorgt een vervormer of compressor e.d. soms voor een
veel hoger volume, terwijl bepaalde EQ-instellingen het
volume drastisch verminderen. En dat is niet echt handig op de bühne.
(1)
(2)
(1) Druk zo vaak op of tot rechtsboven in het effect-
gedeelte van het display tot de “MASTER”-boodschap
begint te knipperen.
(2) Stel met de LEVEL-regelaar het gewenste volume in.
Voor sologeluiden kiest u uiteraard beter een iets grotere
waarde om te zorgen dat uw solo er ook echt uitspringt.
2. Schakel het geselecteerde effect in of uit.
Met [ON/OFF] schakelt u het geselecteerde effectblok
afwisselend in en uit. Wanneer het ingeschakeld is,
wordt het bijbehorende icoontje afgebeeld.
3. Stel de gewenste parameterwaarde in.
De Quick Edit-regelaars dienen nu voor het editen van
de parameters die het geselecteerde effect rijk is. De
naam van de laatst geselecteerde parameter knippert in
het display, terwijl de waarde ervan in het alfanumerieke gedeelte van het display wordt afgebeeld.
* Alvorens de instellingen van een effect te wijzigen schakelt u
het betreffende blok het best in. Anders kunt u de parameters
namelijk niet eens editen, omdat u de verandering toch niet
zou horen.
Als de regelaar zich momenteel niet in de positie
bevindt, die overeenkomt met de laatst opgeslagen
waarde, dan “doet” hij pas iets wanneer u hem voorbij
de opgeslagen waarde draait.
Als u niets hoort/als het volume te
laag is
● Misschien hebt u bepaalde parameters, die het volume
eveneens beïnvloeden, op een te kleine waarde gezet.
Controleer de LEVEL- en andere volume-instellingen om
te kijken welke parameter fout is ingesteld.
* Tijdens het editen verschijnt er rechtsonder in het BANK-dis-
play een punt om u erop te wijzen dat minstens één instelling
niet meer overeenkomt met de opgeslagen versie van de Patch.
Aangezien die wijzigingen verloren gaan, wanneer u een
andere Patch kiest of de ME-33 uitschakelt, mag u niet vergeten belangrijke instellingen meteen op te slaan (blz. 15).
* Als u de laatste wijziging niet wilt behouden, moet u op
[EXIT] drukken om naar de voorafgaande stap terug te keren.
* Om weer de opgeslagen instellingen op te roepen (en uw wijzi-
gingen te wissen), moet u de betreffende Patch nog eens selecteren.
31
Page 32
Handige functies en tips
5. Wijs een effect toe aan het zwelpedaal.
Zodra u op [PEDAL] drukt, wordt de naam van het
momenteel aan het zwelpedaal toegewezen effect in het
alfanumerieke gedeelte van het LC-display afgebeeld.
Druk daarna nog een aantal keren op [PEDAL] om het
gewenste effect aan het pedaal toe te wijzen. De volgorde luidt als volgt:
* Als u langer dan 2 seconden wacht alvorens voor de tweede
keer op [PEDAL] te drukken, moet u weer minstens twee keer
op deze knop drukken om een ander effect te selecteren.
* Op blz. 28 en volgende vindt u meer details over de beschik-
bare effecten.
* Wanneer u WAH, RING (Ring Modulator) of PITCH BEND
als effect voor het zwelpedaal kiest, wordt ook de momentele
status van het zwelpedaal (aan of uit) opgeslagen.
Zoals u misschien nog weet, kunt u het effect in- of uitschakelen door het pedaal helemaal in te trappen. Als het effect uit is,
wordt het pedaalicoontje niet meer in het display afgebeeld.
* Als u geen enkel effect met het zwelpedaal wilt aansturen,
moet u “NONE” kiezen.
* De toewijzing van het zwelpedaal kan voor elke Patch apart
worden ingesteld en opgeslagen (zie ook blz. 11).
6. Geef uw Patch een naam.
Na het wijzigen van de instellingen komt u waarschijnlijk bij een Patch uit die u zo goed vindt dat u hem wilt
opslaan. Alvorens dat te doen geeft u er echter het beest
een naam (NAME) aan. De Patch-namen kunnen maximaal zes tekens bevatten.
(1)
(2)
(1) Kies met of de “NAME”-parameter. Deze moet
rechtsboven in het display knipperen.
(2) Kies met de regelaars de benodigde tekens.
De zes regelaars bieden toegang tot verschillende tekens.
Het is dan ook een goed idee om aan elke Patch een zo
duidelijk mogelijke naam te geven, zodat u hem snel
terugvindt.
Vergeet niet uw Patch vervolgens op te slaan
(blz. 15).
32
Page 33
Bijkomende functies van de ME-33
Gebruik als pedalenbak:
Manual-mode
Naast de Play-mode, die u in de regel gebruikt om met de
geprogrammeerde Patches te kunnen werken, biedt de
ME-33 ook een Manual-mode.
In de Manual-mode dienen de voetschakelaars niet meer
voor het selecteren van Patches, maar voor het in- en uitschakelen van de effectblokken – dat lijkt dus sterk op het werken
met effectpedaaltjes.
1,2
Net zoals tijdens het editen in de Play-mode kunt u het
GTR SIM- (Guitar Simulator) en REVERB-blok met de
gelijknamige knoppen in- en uitschakelen.
Ook het zwelpedaal kan op dezelfde manier worden
gebruikt als in de Play-mode.
2. Druk nog een keer op [MANUAL] om terug te keren
naar de Play-mode.
* De instellingen van de Manual-mode worden niet automatisch
opgeslagen. Dat moet u dus met de hand doen. Om de
Manual-instellingen weer te wissen hoeft u maar een andere
Patch te kiezen.
Bypass: tijdelijk geen
effecten gebruiken
Door de Bypass-functie te activeren zorgt u ervoor dat het
geluid van de gitaar onveranderd naar de OUTPUT- en
PHONES-aansluitingen wordt gestuurd.
1. Druk op [MANUAL] om de gelijknamige mode van de
ME-33 op te roepen.
In de Manual-mode zijn de nummerpedalen (1~3) aan de
effectblokken FX1, FX2 en MODULATION toegewezen,
terwijl u met BANK ▼ en BANK ▲ respectievelijk het
DELAY- en het GTR AMP-blok in en uit kunt schakelen.
De effecten kunt u trouwens op dezelfde manier instellen als tijdens het editen in de Manual-mode.
* Wanneer u de Manual-mode oproept, worden de op dat
moment gehanteerde instellingen overgenomen en dienen dus
als basis voor uw “manueel” gebruik van de ME-33.
* Ook het in de Manual-mode ingestelde geluid kunt u in een
User Patch opslaan (blz. 15).
Guitar Amp Simulator
1,2
1. Druk op [BYPASS] om te zorgen dat de gelijknamige
boodschap in het display verschijnt.
De Bypass-functie is nu actief en de ME-33 voegt geen
effecten meer toe aan het geluid.
2. Druk nog een keer op [BYPASS] om de effecten weer te
kunnen gebruiken.
FX 1FX 2ModulationDelay
De status van de effectblokken kunt u op de volgende
manier te weten komen:
Aan: Effecticoon wordt afgebeeld/pedaalindicator
licht op.
Uit:Effecticoon wordt niet afgebeeld/pedaalindica-
tor is uit.
33
Page 34
Bijkomende functies van de ME-33
Tuner-functie: gitaar
stemmen
De ME-33 is voorzien van een ingebouwde chromatische
stemfunctie, wat dus toelaat om uw gitaar te stemmen zonder ze op een aparte Tuner aan te sluiten.
In de Tuner-mode wordt de geluidsweergave tijdelijk uitgeschakeld, zodat u het versterkervolume niet eens op de minimumwaarde hoeft te zetten, wanneer u uw gitaar wilt stemmen.
1,7
2
1. Druk op de [TUNER]-knop om de gelijknamige mode
te activeren.
* U kunt de Tuner-mode ook oproepen door BANK ▼ en
BANK ▲ samen in te trappen.
1,7
3. Sla één van de (open) snaren aan. Speel telkens maar
één noot.
Het BANK-display beeldt nu de naam van de noot af die
zich het dichtst in buurt bevindt bij de stemming van de
aangeslagen snaar.
* Om een helemaal betrouwbare nootherkenning te garanderen
dempt u de overige snaren het best af terwijl u de te stemmen
snaar aanslaat.
4. Stem de snaar eerst ruwweg zodat het BANK-display al
de juiste nootnaam afbeeldt.
In de regel staan de eerste en zesde snaar in “E”
gestemd, de vijfde is een “A”, de vierde een “D”, de
derde een “G” en de tweede een “B”.
* Indien nodig, verandert het punt rechtsonder in het BANK-
display in een kruis (#).
5. Vervolg nu met het fijne stemwerk van de aangeslagen
snaar.
● Het alfanumerieke veld in het LC-display houdt u op de
volgende manier op de hoogte van uw vorderingen:
2. Stel de referentiefrequentie in.
Deze frequentie (de stemming van de A4) kunt u met de
PITCH-regelaar instellen. Het instelbereik luidt
435~445Hz. In de popmuziek wordt in de regel 440Hz
gehanteerd.
* Als u op een bepaald moment de referentiefrequentie veran-
dert, is het verstandiger om de Tuner-mode te verlaten alvorens de ME-33 uit te schakelen. Dan wordt de nieuwe referentie namelijk intern opgeslagen.
Te hoog
Goed gestemd
Te laag
34
Page 35
Bijkomende functies van de ME-33
● U zou echter ook de indicators van de pedalen in de
gaten kunnen houden om uit te maken hoe juist/vals de
snaar momenteel gestemd staat.
Te hoog
Goed gestemd
Te laag
6. Herhaal de stappen 3~5 om ook de overige snaren te
stemmen.
Om zo snel mogelijk de juiste stemming van een snaar te
vinden verdient het aanbeveling om ze aanvankelijk iets
te laag te zetten en dan geleidelijk aan naar de juiste
frequentie te gaan.
* Tijdens het stemmen van een gitaar met vibratohendel merkt u
waarschijnlijk dat de ene snaar bij het stemmen van een andere
weer vals komt te staan. Om daar zo weinig mogelijk tijd aan
te spenderen is het slimmer om alle snaren eerst ongeveer goed
te stemmen en vervolgens aan het fijne werk te beginnen.
Meespelen met een CD of
MD (AUX IN)
U kunt zich tijdens het oefenen laten begeleiden door een
CD, MD of eender welke andere signaalbron die u op de
AUX IN-connector aansluit.
* De AUX IN-connector is een stereo Mini-Jack.
CD-/MD-speler e.d.
Het via AUX IN ontvangen signaal wordt aan het gitaarsignaal met effecten toegevoegd. Daar zou u handig gebruik
van kunnen maken om met een hoofdtelefoon te oefenen
zonder wie dan ook te storen.
Wanneer u de ME-33 met een hoofdtelefoon gebruikt of hem
op een cassettespeler, HiFi-keten e.d. aansluit, moet u zo
vaak op [LINE/G.AMP] drukken tot de LINE-optie geselecteerd is (zie “Aansluitingen” (blz. 9)).
* Gebruik nooit een kabel met een weerstand voor het aansluiten
van uw CD- of MD-speler op de AUX IN-connector. Dat zou
er namelijk voor kunnen zorgen dat het signaal nog nauwelijks
te horen is.
7. Druk nog een keer op [TUNER] om de Tuner weer uit
te schakelen.
* Dat kunt u ook doen door BANK ▼ en BANK ▲ samen in te
trappen.
35
Page 36
Bijkomende functies van de ME-33
Phrase Trainer: moeilijke
frasen instuderen
De ME-33 bevat een “Phrase Trainer”-functie waarmee u een
via de AUX IN-connector ontvangen audiofragment (CD of
MD) kunt opnemen (sampelen) en zo vaak kunt afspelen als
u maar wilt. U kunt zelfs het tempo veranderen en op die
manier zo lang traag oefenen tot u de solo e.d. onder de knie
hebt. Daarna kunt u het tempo dan stilaan opvoeren.
* Het met de Phrase Trainer opgenomen materiaal wordt gewist,
wanneer u de ME-33 weer uitschakelt.
In de Phrase Trainer-mode hebben de pedalen de volgende
functies:
2. Start de weergave van de CD, MD, cassette e.d. en trap
pedaal [3] (weergave) in zodra het benodigde fragment
begint.
De indicator van het pedaal licht op en de opname
begint.
De Phrase Trainer neemt in mono op. Het fragment kan
maximaal 12 seconde lang zijn.
In het alfanumerieke display toont een balk hoe ver de
opname gevorderd is. Zo weet u op elk moment ongeveer hoeveel u nog kunt opnemen.
3. Druk op het BANK ▼-pedaal (Stop) om de opname te
stoppen.
* Als u de opname voor de volle 12 seconden laat lopen, wordt ze
automatisch gestopt. In dat geval hoeft u dus niet het Stoppedaal in te trappen.
4. Druk op pedaal [3] om de weergave van het opgeno-
men fragment in een lus te starten.
Om de weergave vanaf het begin te starten, moet u eerst
op Stop, vervolgens op pedaal [1] (terugspoelen) en tenslotte nog eens op [3] (weergave) drukken.
● Als u wilt, kunt u tijdens de weergave vóór- en terug-
spoelen door de pedalen [1] en [2] te gebruiken.
Terug-
spoelen
Voor de opname moet u de CD-/MD-speler e.d. op de AUX
IN-connector aansluiten.
Voor-
spoelen
Weergave
Stop
135
2
1. Druk op [PHRASE TRAINER] om te zorgen dat rechts
in het LC-display de “PHRASE TRAINER”-boodschap
verschijnt.
De BANK ▲-indicator knippert om duidelijk te maken
dat de Phrase Trainer nu klaar is voor de opname.
SPEEDPITCH
● Met de regelaar helemaal links (SPEED) kunt u de weer-
gavesnelheid veranderen. Dat kunt u zelfs tijdens de
weergave doen. De ondersteunde snelheden zijn:
NORMAL/94%/89%/84%/79%/75%/71%/50%/25%
● Met de derde regelaar van links (PITCH) kunt u instellen
of de toonhoogte eveneens moet veranderen, wanneer u
een andere snelheid instelt.
FIXED: De toonhoogte verandert niet, wanneer u de
snelheid wijzigt.
VARI:De toonhoogte verandert samen met de
weergave (zie de tabel).
36
Page 37
(Als u “VARI” kiest)
SPEED
Normal
94%
89%
84%
79%
75%
71%
50%
25%
5. Bent u niet tevreden met het opgenomen fragment, dan
moet u de weergave met BANK ▼ stoppen en vervolgens BANK ▲ intrappen.
De ME-33 is nu weer klaar om op te nemen.
* Tijdens het werken met de Phrase Trainer zijn de ruimtelijke
effecten (Delay, modulatie, Reverb), het zwelpedaal en het
Feedback-effect tijdelijk niet beschikbaar. Dat heeft echter geen
invloed op de gebruikte Patch. Zodra u de Phrase Trainer dus
weer uitschakelt, werken alle effecten weer zoals voorheen.
Verschil tussen de originele
en de nieuwe toonhoogte
Originele toonhoogte
Ongeveer 1halve toon lager
Ongeveer 2 halve tonen lager
Ongeveer 3 halve tonen lager
Ongeveer 4 halve tonen lager
Ongeveer 5 halve tonen lager
Ongeveer 6 halve tonen lager
1 octaaf lager
2 octaven lager
Bijkomende functies van de ME-33
37
Page 38
Goed om te weten…
Batterijen vervangen
Als u met batterijen werkt, verschijnt op een bepaald
moment de boodschap “BATT L” om u er attent op te maken
dat u de batterijen moet vervangen.
In dat geval moet u 6 AA-batterijen (R6/LR6) in het daarvoor
voorziene vak stoppen.
Wees tijdens het vervangen van de batterijen voorzichtig dat u zich niet aan de wanden in het batterijvak verwondt.
* De ME-33 verbruikt betrekkelijk veel stroom. Het verdient dan
ook aanbeveling om enkel alkaline-batterijen te gebruiken.
* Gebruik nooit oude en nieuwe batterijen door elkaar en let erop
telkens batterijen van hetzelfde type te gebruiken.
* Let bovendien op de juiste polariteit (“+” en “–” pool) bij het
inleggen van de batterijen.
Fabrieksinstellingen
oproepen: Factory Reset
Indien nodig, kunt u op elk moment weer de instellingen
laden die de ME-33 bij levering bevatte. Op de ME-33 heet dit
“F RST” (oftewel “Factory Reset”).
Voor het laden van de fabrieksinstellingen dient u als volgt te
werk te gaan:
2
3
1. Schakel de ME-33 uit.
2. Houd [EZ TONE] en ingedrukt, terwijl u de ME-33
weer inschakelt.
In het alfanumerieke gedeelte van het LC-display verschijnt nu de boodschap “F RST”.
* Wilt u de fabrieksinstellingen toch niet laden, dan moet u de
ME-33 uit- en weer inschakelen.
3. Druk op [WRITE].
In het display knippert nu de “WRITE”-boodschap en de
fabrieksinstellingen worden weer geladen.
OPGELET
Schakel de ME-33 nooit uit, zolang deze operatie niet
voltooid is.
Na de fabrieksinstellingen geladen te hebben selecteert
de ME-33 automatisch de Play-mode.
Meer details over de fabrieksinstellingen vindt u op
blz. 42.
38
Page 39
Goed om te weten…
Zwelpedaal kalibreren
Hoewel het zwelpedaal van de ME-33 in de fabriek zorgvuldig werd ingesteld, kan het na verloop van tijd gebeuren dat
het niet meer helemaal accuraat op uw bewegingen reageert.
Als het dus onmogelijk blijkt om het volume helemaal op “0”
te zetten of als u het WahWah-effect niet meer kunt uitschakelen, moet u het pedaal op de volgende manier opnieuw
kalibreren:
Wees tijdens het gebruik van het zwelpedaal voorzichtig dat u noch uw eigen vingers, noch de vingers van iemand anders kneust.
In gezinnen met kleine kinderen dient een volwassene toezicht te houden tot de kinderen in staat zijn
om dit apparaat in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften te gebruiken.
1. Houd de [PEDAL]-knop ingedrukt, terwijl u de ME-33
inschakelt.
In het alfanumerieke gedeelte van het display verschijnt
nu de “MAX”-boodschap.
2. Trap het pedaal helemaal in (met het BOSS-logo naar
beneden) en laat het in die positie, terwijl u op
drukt.
In het display knippert nu even de “MAX”-boodschap.
Vervolgens wordt de maximumwaarde afgebeeld.
* Beweeg het pedaal tijdens deze wachttijd niet heen en weer.
3. Druk op .
4. Trap het zwelpedaal nu nog verder in (met dezelfde
druk die u achteraf voor het in-/uitschakelen van de
effecten wilt gebruiken).
Druk het zwelpedaal zo ver in tot de afgebeelde waarde
niet meer verandert.
Verhelpen van storingen
Als u helemaal niets hoort of als u de indruk hebt dat de
ME-33 niet meer naar behoren werkt, controleert u best eerst
de volgende punten alvorens te besluiten dat de ME-33
defect is.
Kunt u het probleem met de volgende punten niet oplossen,
dan neemt u het best contact op met uw Roland-dealer.
U hoort niets/het volume is te laag
● Hebt u de ME-33 op de juiste manier aangesloten?
Controleer de aansluitingen nog eens.
● Misschien hebt u een te laag volume ingesteld.
Controleer de volume-instelling van de versterker, het
mengpaneel e.d.
● Hoort u het geluid in de hoofdtelefoon?
Als dat het geval is, is misschien een aansluitkabel
defect. Of misschien hebt u het externe apparaat niet
naar behoren ingesteld. Controleer de kabels, de instellingen van de versterker e.d.
● Misschien hebt u voor een bepaald effect een te laag
volume ingesteld.
Controleer de “LEVEL”-instelling en andere parameters
en zorg dat er nergens een te lage waarde is ingesteld
(blz. 31).
● Misschien hebt u het volume met het zwelpedaal op “0”
gezet.
Als het zwelpedaal dienst doet als volumepedaal (als
“VOL” in het LC-display wordt afgebeeld), kunt u er het
volume mee op “0” zetten. En dan hoort u uiteraard
niets.
● Bevindt de ME-33 zich in de Tuner-mode (blz. 34)?
In dat geval geeft hij geen signaal weer.
5. Trek het zwelpedaal nu helemaal naar u toe, en wel zo
ver tot de afgebeelde waarde niet meer verandert, terwijl de “hiel” van het pedaal de behuizing van de
ME-33 raakt.
6. Druk op .
In het display verschijnt nu dezelfde boodschap als tijdens het inschakelen van de ME-33. Zodra de Play-mode
geselecteerd wordt, is de instelling voltooid.
OPGELET
Als de ME-33 na het uitvoeren van stap (6) weer naar
stap (1) terugkeert, kan dit erop wijzen dat het pedaal
defect is. Neem dan contact op met uw Roland- of BOSSdealer.
U kunt geen andere Patches kiezen
● Misschien hebt u de Bypass-functie geactiveerd (blz. 33).
● Misschien bevindt de ME-33 zich in de Manual (blz. 33).
● Misschien staat de Tuner nog aan (blz. 34).
● Misschien is de Phrase Trainer nog actief (blz. 36).