Bedankt voor en gefeliciteerd met uw keuze van de Roland MC-80 Micro Composer.
We raden u aan om deze handleiding helemaal door te lezen. Op die manier ziet u geen enkele mogelijkheid van
uw nieuwe aanwinst over het hoofd en kunt u er jarenlang plezier aan beleven. Vergeet vooral niet de voorzorgsmaatregelen (onder meer omtrent het gebruik van de disk drive) op blz. 2 te lezen.
Ongeduldige mensen die een instrument recht uit de doos willen gebruiken (dat geldt waarschijnlijk voor de meesten onder ons) lezen best meteen “Aan de slag”. In dit hoofdstuk passeren de voornaamste functies van de MC-80
de revue, zonder dat daarbij op details wordt ingegaan.
Die details vindt u wél in de overige hoofdstukken, waarin werkelijk iedere functie aan bod komt en u verder nog
aanvullende informatie zoals MIDI-implementatie e.d. vindt.
Opmerking:
die manier vermijden we verwarring met de “toetsen” van het klavier dat u op de MC-80 aansluit.
Opmerking:
leerd. In deze handleiding wordt met “MC-80” naar beide modellen verwezen. Als we het expliciet over de “MC-80EX” hebben gaat
het om functies die enkel voor dat model beschikbaar zijn.
Als we het in deze handleiding over de bedieningstoetsen van de MC-80 hebben gebruiken we het woord “knoppen”. Op
Een MC-80EX is in feite een MC-80 waarin een (ook los verkrijgbaar) VE-GS Pro Voice Expansion Board is geïnstal-
MC-80 Handleiding
Voeding
• Schakel de MC-80 en de overige instrumenten altijd uit
voordat u ze op elkaar aansluit.
• Sluit het netsnoer van de MC-80 nooit aan op een stopcontact waar andere apparaten, die brom of ruis veroorzaken
(b.v. dimmers, motoren enz.) of veel vermogen trekken, op
zijn aangesloten.
• Let, bij het aansluiten van het netsnoer op het lichtnet, op
het voltage.
• Plaats geen zware voorwerpen op het netsnoer en zorg dat
er niemand over kan struikelen. Trek, bij het verbreken van
de aansluiting op het lichtnet, altijd aan de stekker zelf en
nooit aan het netsnoer om de draden niet te beschadigen.
• Als u de MC-80 lange tijd niet wenst te gebruiken, verbreekt u best de aansluiting op het lichtnet.
• Het zou kunnen gebeuren dat de MC-80 niet naar behoren
werkt wanneer u hem onmiddellijk na uitschakelen weer
inschakelt. Wacht dus telkens een paar seconden voordat u
hem weer inschakelt.
Plaatsing
• Om problemen te vermijden, dient u de MC-80 te beschermen tegen direct zonlicht, hitte, vochtigheid en stof.
• Plaats de MC-80 niet te dicht in de buurt van een neonlicht, een fluorescerende lamp, een TV-toestel of ander, gelijkaardig materiaal dat enerzijds ruis door interferentie, en
anderzijds allerlei fouten kan veroorzaken.
• Stel de MC-80 niet bloot aan overmatige trillingen terwijl de disk drive werkt.
Onderhoud
• Gebruik, voor het reinigen van het instrument, enkel een
zachte, droge of lichtjes bevochtigde doek. Om hardnekkig
vuil te verwijderen, gebruikt u een neutraal reinigingsmiddel. Wrijf de MC-80 daarna droog met een zachte doek.
• Gebruik nooit oplosmiddelen zoals bv. verfverdunners
want deze kunnen de behuizing beschadigen.
Andere voorzorgsmaatregelen
• Behandel de MC-80 zachtjes.
• Laat geen voorwerpen (muntstukken, metalen draad enz.)
of vloeistoffen (water, alcohol, sap enz.) in het inwendige
terechtkomen.
• Neem contact op met de dichtstbijzijnde Roland hersteldienst voordat u de MC-80 in het buitenland gebruikt.
• Als de MC-80 niet naar behoren werkt, schakel hem dan
onmiddellijk uit en neem contact op met uw dealer of de
Roland hersteldienst.
Behandeling van (Zip) diskettes
• Gebruik de drive nooit op vochtige plaatsen omdat een hoge vochtigheidsgraad de werking van de drive in de war kan
brengen. Soms leidt dit zelf tot een beschadiging van de diskette.
• Wacht, wanneer u de MC-80 van een koude plaats (bv. een
auto) naar een warme brengt, ongeveer één uur voordat u
de drive gebruikt.
• Verwijder de diskette nooit uit de drive wanneer de indicator van de drive oplicht.
• Haal de diskette uit de drive voordat de MC-80 in- of uitschakelt.
• Diskettes zijn heel gevoelig voor vet en stof. Raak daarom
nooit het magnetisch oppervlak aan en open nooit zelf het
metalen klepje.
• Diskettes kunnen na verloop van tijd onleesbaar worden.
Sla uw belangrijke data daarom altijd op twee verschillende
diskettes op en bewaar één van de twee op een veilige
plaats.
• Stel uw floppies nooit bloot aan temperaturen beneden de
10° en boven de 50°C. Voor Zip-diskettes mag het iets frisser: -22~51°C.
• Kleef altijd de bijgeleverde sticker op de daarvoor voorziene
plaats en noteer er de inhoud van de diskette op om uw data zo snel mogelijk terug te kunnen vinden.
• Zet het wisbeveiligingsnokje van diskettes best in de stand
“veilig” (schrijven niet mogelijk), zo voorkomt u dat u per
ongeluk data wist. Kies de stand “beschrijfbaar” enkel wanneer u data op de diskette wilt schrijven.
Beveiligingsnokje
"Schrijven"
"Veilig"
■
Paniek!
De Quick Play en Song Play pagina’s vormen het uitgangspunt van alles wat u met de MC-80 kunt doen.
Raakt u op een bepaald moment het noorden kwijt,
dan kunt u best terugkeren naar één van deze pagina’s en het even opnieuw proberen. Terugkeren kan
op twee manieren:
1. Druk herhaaldelijk op [EXIT], tot u in één van de
voornoemde pagina’s terechtkomt. U stapt dan in
achterwaartse volgorde door alle schermen die u
hebt doorlopen om bij het “probleemscherm”
terecht te komen.
2. Druk op [QUICK PLAY] of [SONG PLAY].
Voorzorgsmaatregelen
2
Voornaamste kenmerken
Voornaamste kenmerken
☛
Talloze nuttige voorzieningen
☛
Quick Play
De MC-80 kan songs rechtstreeks van diskette weergeven. U hoeft ze dus niet eerst in het interne geheugen te laden.
☛
File Sort functie
U kunt in uw MC-80 een harde schijf of Zip drive
(beide optioneel) inbouwen. Aangezien deze media
enorme aantallen bestanden kunnen bevatten hebben we voorzien in een functie waarmee u bestanden
en songs volgens bepaalde criteria kunt rangschikken.
☛
Tap Tempo
Om het juiste tempo in te stellen volstaat het dat u in
de maat op een knop tikt.
☛
Twee onafhankelijke MIDI-uitgangen
Dit betekent dat u 32 MIDI-kanalen apart kunt aansturen.
☛
Compatibel met verschillende song-types
De MC-80 kan overweg met songs uit een Roland
XP-80/60/50 alsook uit een MC-50/300/500. Bovendien is het mogelijk om songs zowel te lezen als op te
slaan in het SMF formaat 0 en 1.
☛
Synchroniseren met Roland VS-hard disk recorders
Via MIDI kunt u uw MC-80 synchroniseren met de
populaire VS-recorders van Roland. Op die manier
kan de VS instaan voor de “akoestische” partijen
(zang enz.), terwijl de MC-80 de MIDI-partijen voor
zijn rekening neemt.
Flexibele weergavefuncties
☛
Ononderbroken weergeven
De Chain Play-functie werkt ongeveer zoals de programmeerfunctie op uw CD-speler: u kiest de
gewenste volgorde van de nummers en de MC-80
geeft ze zonder onderbreken weer.
☛
Mark Jump
Deze functie laat u bepaalde posities in een song
markeren (“Mark”), zodat u er met één knopdruk
naartoe kunt springen (“Jump”). Dat werkt uitermate handig als u een bepaald fragment steeds opnieuw
wilt weergeven of opnemen.
Solo/Minus One
Met deze functies kunt u respectievelijk een partij los
van de overige partijen beluisteren of de weergave
van één partij uitschakelen en daar zelf iets voor in de
plaats spelen.
☛
Realtime transpose
Hiermee kunt u een song zelfs tijdens de weergave
naar een andere toonaard transponeren.
☛
Repeat Play
Uiteraard kunt u een stukje in een lus weergeven,
maar minder voor de hand liggend is dat u met een
voetschakelaar naar de eerste maat na de lus kunt
springen. Net zo eenvoudig kunt u van gelijk waar in
de song terug naar de lus springen.
Geschikt voor live-gebruik
☛
Phrase Sequence
Deze functie koppelt stukjes muziek aan toetsen op
uw klavier, zodat u loops, breaks enz. vlot en intuïtief
kunt laten voorbijkomen. Want in de hitte van de
strijd wilt u uiteraard niet door display-pagina’s liggen struinen!
☛
Arpeggiator
Hiermee maakt u van de akkoorden die u op het klavier speelt strakke arpeggio’s.
Gebruiksvriendelijke opname-/
editfuncties
☛
Hoge resolutie (480:1)
De MC-80 verdeelt iedere tel die hij opneemt in 480
stukjes. Dat betekent dat hij precies onthoudt waar u
de noten hebt gespeeld en dat hij alle nuances kan
weergeven.
☛
Opnemen in een lus
U kunt spoor na spoor opnemen zonder telkens de
opname te moeten stoppen. Op die manier kunt u
een ritmesectie opbouwen terwijl u “in de groove”
blijft.
☛
Quantize
Met Grid, Shuffle en Group Quantize beschikt u over
een palet krachtige werktuigen om de timing van uw
opnames “recht te trekken”.
☛
Undo/Redo
Hiermee maakt u de laatste wijziging die u hebt aangebracht ongedaan. Met Redo kunt u die wijziging
3
MC-80 Handleiding
weer herstellen – voor/na vergelijkingen worden dus
kinderspel.
Uitbreidingsmogelijkheden
☛
Voice Expansion Board voegt interne klanken toe
Door een (los verkrijgbaar) VE-GS Pro Voice Expansion Board te installeren voorziet u de MC-80 van
een interne klankbron die rechtstreeks is afgeleid van
de SC-88 Pro (64 stemmen, 32 Parts).
☛
Mogelijkheid om harde schijf of Zip drive in te
bouwen
De MC-80 is intern voorzien op de inbouw van een
2.5” harde schijf (HDP-88 serie) of een Zip drive
(ZIP-EXT-2S). De media kunnen enorme hoeveelheden data bevatten. Bovendien kunt u nog meer
opslagcapaciteit in stelling brengen door een (los
verkrijgbaar) SCSI Board te installeren. Dat laatste is
ook interessant als u backups wilt maken van de
interne harde schijf.
Opmerking:
welke capaciteit overweg, maar kan nooit meer dan 2.1 GB
van de beschikbare opslagruimte gebruiken.
2.Aan de slag ...........................................................................................................14
2.1 Aansluiten en bedienen ...............................................................................................................................14
GM en GS ...................................................................................................................................................................15
Opgelet bij het uitschakelen ......................................................................................................................................16
Navigeren binnen de MC-80 .....................................................................................................................................17
Contrast van het display aanpassen ..........................................................................................................................17
Song weergeven ..........................................................................................................................................................17
Tempo wijzigen ..........................................................................................................................................................19
2.3 Eerste opname............................................................................................................................................ 20
Verschillende opnamemethodes ...............................................................................................................................20
Bas opnemen (stapsgewijze opname) .......................................................................................................................23
Song opslaan ...............................................................................................................................................................25
2.4 MC-80 live gebruiken................................................................................................................................. 28
Tempo intikken met de [TAP]-knop ........................................................................................................................28
Tijdens het spelen de volgende song kiezen (Next Song) ........................................................................................28
Transponeren tijdens de weergave ............................................................................................................................29
Moeilijke riffs, licks enz. met één toets aansturen ....................................................................................................30
Naar een gemarkeerde maat springen (Mark Jump) ...............................................................................................31
Markeringen plaatsen ................................................................................................................................................31
Inhoud
,
3.Overzicht van de MC-80 ......................................................................................32
3.1 Wat kan de MC-80? ....................................................................................................................................32
3.2 Hoe werkt een sequencer? ...........................................................................................................................32
Wat is een sequencer? ................................................................................................................................................32
Wat is een spoor? .......................................................................................................................................................33
Wat is een Song? .........................................................................................................................................................33
Wat is een MIDI-kanaal? ...........................................................................................................................................33
Intern geheugen versus diskettes ...............................................................................................................................34
3.3 Bediening via het frontpaneel .....................................................................................................................34
3.4 Andere nuttige functies ...............................................................................................................................35
Overzicht van de sporen ............................................................................................................................................40
5.2 Twee weergavemethodes .............................................................................................................................41
Quick Play ..................................................................................................................................................................41
Song Play .................................................................................................................................................................... 41
5.3 Songs of Patterns weergeven .......................................................................................................................41
Kanaal “vrijwaren” van transpositie .........................................................................................................................44
5.5 Song laten “uitfaden” ..................................................................................................................................45
5.9 Naar een gemarkeerde positie springen (Mark Jump) ..............................................................................47
Marker plaatsen en er naartoe springen ...................................................................................................................47
Markers automatisch op de juiste plaats zetten ....................................................................................................... 47
Plaats opzoeken van songs in een Chain .................................................................................................................. 49
Volgorde van songs in een Chain wijzigen ...............................................................................................................49
6
Inhoud
5.11 Song Info .....................................................................................................................................................49
Overzicht van de sporen ............................................................................................................................................50
Song Initialize .............................................................................................................................................................50
Aftel voor de opname ................................................................................................................................................50
MIDI-kanaal voor opname specifiëren .....................................................................................................................51
6.3 Opnemen terwijl u speelt (Realtime) .........................................................................................................51
Auto Punch In ............................................................................................................................................................53
Manual Punch In .......................................................................................................................................................53
Tijdens de opname naar een ander spoor gaan ........................................................................................................54
Even uit opname gaan om te oefenen (Rehearsal-functie) ......................................................................................54
Data wissen tijdens het opnemen ..............................................................................................................................54
6.4 Stap voor stap opnemen .............................................................................................................................55
Noten en rusten stapsgewijs invoeren .......................................................................................................................55
Patterns gebruiken in een song .................................................................................................................................56
6.5 Songs bewaren op diskette ..........................................................................................................................57
Song bewaren .............................................................................................................................................................57
7.Werken met Patterns ...........................................................................................59
7.1 Wat is een Pattern? ......................................................................................................................................59
7.2 Verschil tussen een Pattern-spoor en een Song-spoor ..............................................................................59
7.3 Waarvoor zijn Patterns nuttig? ...................................................................................................................59
Patterns in een song gebruiken .................................................................................................................................59
Patterns in een Phrase Sequence gebruiken .............................................................................................................60
7.5 Patterns kiezen uit een lijst .........................................................................................................................60
8.Frases met één toets aansturen (Phrase Sequence) ...............................................61
8.1 Wat is Phrase Sequence? .............................................................................................................................61
8.2 Voorbereidingen voor Phrase Sequence ....................................................................................................61
9.1 Wat is een arpeggiator? ...............................................................................................................................64
9.2 Eerste kennismaking ...................................................................................................................................64
9.3 Tempo van de arpeggio wijzigen ................................................................................................................64
9.5 Andere mogelijkheden ................................................................................................................................67
10.Songs en Patterns editen ....................................................................................68
10.1 Song laden ....................................................................................................................................................68
10.2 Instellingen per song ...................................................................................................................................68
Naam van de song .....................................................................................................................................................68
Naam van een Pattern ............................................................................................................................................... 69
Nootnummers als klaviertoetsen afbeelden .............................................................................................................69
Welke data ziet u in de MICROSCOPE-pagina? .....................................................................................................70
Enkel bepaalde types data afbeelden ........................................................................................................................ 71
Data wijzigen ............................................................................................................................................................. 71
Nieuwe data aanmaken (Create) ..............................................................................................................................73
Data naar een ander MIDI-kanaal sturen (Change Channel) ................................................................................79
Duur van de noten wijzigen (Gate Time) ................................................................................................................80
Twee sporen of Patterns samenvoegen (Merge) ...................................................................................................... 80
Data uit één spoor of Pattern over verschillende sporen of Patterns verdelen (Extract) ......................................80
Data verschuiven (Shift Clock) ................................................................................................................................. 81
Overbodige data wissen (Data Thin) ........................................................................................................................82
Sporen of Patterns uitwisselen (Exchange) ..............................................................................................................82
Duur van de hele song aanpassen (Time Fit) .......................................................................................................... 82
Data converteren (Modify Value) ............................................................................................................................ 83
Wat is Quantize? ........................................................................................................................................................83
SMF als User-sjabloon gebruiken .............................................................................................................................87
SMF laden als groove-sjabloon .................................................................................................................................88
User sjablonen in sets op diskette bewaren ..............................................................................................................88
User Groove Template-bestand laden ...................................................................................................................... 88
Welke data kunt u opslaan? ......................................................................................................................................89
Song (.SVQ)/Standard MIDI File (.MID) ................................................................................................................ 90
User Groove Templates (.SVT) .................................................................................................................................92
Via SMF-omweg .........................................................................................................................................................93
Fragment van een bestaande song laden ...................................................................................................................93
11.5 Songs van de MC-80 op andere instrumenten gebruiken ........................................................................94
11.6 Functies die verband houden met bestanden en folders ...........................................................................94
Bestanden en folders kopiëren (Copy) .....................................................................................................................94
Bestanden en folders wissen (Delete) ........................................................................................................................94
Bestanden en folders verplaatsen (Move) .................................................................................................................95
Nieuwe naam geven aan bestanden en folders (Rename) .......................................................................................95
Nieuwe folder aanmaken (Folder) ............................................................................................................................95
11.7 Functies die verband houden met opslagmedia ........................................................................................96
Inhoud van een schijf bekijken (Disk Info) ..............................................................................................................96
Andere naam geven aan een schijf (Volume Label) .................................................................................................96
Schrijfbeveiliging in- en uitschakelen .......................................................................................................................98
11.8 Interne of externe schijven toevoegen ........................................................................................................98
Extra schijf inbouwen ................................................................................................................................................98
12.Globale instellingen voor de MC-80 .................................................................101
12.1 Opgelet bij het uitschakelen ......................................................................................................................101
12.2 Contrast van het display aanpassen ..........................................................................................................101
12.3 Wat is een Configuration-bestand? ..........................................................................................................101
Voorrang geven aan MIDI-kanaal 10 .....................................................................................................................104
13.Werken met de interne klankgenerator (VE-GS Pro) ........................................105
13.1 VE-GS Pro installeren ...............................................................................................................................105
13.2 Demosongs van de VE-GS Pro beluisteren ..............................................................................................106
13.3 Structuur van de VE-GS Pro ....................................................................................................................106
13.4 VE-GS Pro initialiseren .............................................................................................................................106
13.6 Instellingen per Part ..................................................................................................................................107
Diepte van de Reverb ...............................................................................................................................................108
Diepte van de Chorus ..............................................................................................................................................108
Diepte van de Delay .................................................................................................................................................108
Parts uitschakelen .....................................................................................................................................................108
Attack Time (TVF&TVA Attack) ...........................................................................................................................108
Decay Time (TVF&TVA Decay) .............................................................................................................................108
Release Time (TVF&TVA Release) ......................................................................................................................... 109
13.9 Instellingen van de VE-GS Pro bewaren ..................................................................................................110
13.10 VE-GS Pro als externe klankgenerator gebruiken ...................................................................................111
Klankmodule met 32 Parts ......................................................................................................................................111
Klankmodule met 16 Parts ......................................................................................................................................111
14.MC-80 combineren met externe instrumenten .................................................112
14.1 Combinatie met MIDI-klavier en externe klankmodule ........................................................................112
MIDI-klavier zonder Local Control gebruiken ..................................................................................................... 112
Verbinden met twee externe klankmodules ...........................................................................................................113
Verbinden met drie of meer klankmodules ........................................................................................................... 113
Instellingen van een externe module bewaren in de MC-80 .................................................................................113
14.2 Synchroniseren met een andere sequencer ..............................................................................................114
Externe sequencer volgt het tempo van de MC-80 ................................................................................................ 114
MC-80 volgt het tempo van de externe sequencer ................................................................................................ 114
14.3 MC-80 synchroniseren met recorders uit de Roland VS-serie ...............................................................114
Synchroniseren met songs die geen tempowijzigingen bevatten ..........................................................................114
Synchroniseren met songs die temposprongen bevatten ...................................................................................... 116
Synchroniseren met songs die continue tempowijzigingen bevatten ................................................................... 116
MIDI Clock versus MTC .........................................................................................................................................117
Parameters op de “SYNC”-pagina .......................................................................................................................... 118
15.3 Wat is SCSI? ...............................................................................................................................................124
Aansluitingen en kabels ........................................................................................................................................... 124
SCSI ID ..................................................................................................................................................................... 124
Index ..................................................................................................................... 127
10
Voorzieningen op de panelen
1.
1.1 Frontpaneel
Voorzieningen op de panelen
2
1
3
11
1012
1314
20
21
24
25
22
15
26
35
4
9
17
16
27
23
18
28
29
7
5
8
6
30
31
32
33
19
34
36
1) EXPANSION OUTPUT LEVEL-regelaar
Hiermee regelt u het volume van de interne klankgenerator (enkel wanneer u een VE-GS Pro Voice
Expansion Board hebt geïnstalleerd (zie blz. 105).
2) [TEMPO/BEAT]-knop
Hiermee schakelt u het spoor waarop tempowijzigingen worden opgenomen (het “tempo-spoor”) in
en uit. Tijdens het editen schakelt u hiermee tussen
het Tempo-spoor en het Beat-spoor (in dit laatste
worden veranderingen van maatsoort opgeslagen).
Opmerking:
knop steeds op. Aan het begin van een song bevindt zich
namelijk per definitie informatie over het tempo en de maatsoort.
3) [PATTERN]-knop
Druk hierop als u Patterns wilt weergeven, opnemen
of editen.
Na het inschakelen van de MC-80 licht deze
4) [TRACK]-knoppen [1]~[16]
Hiermee kiest u welke sporen u wilt opnemen of welke sporen u al dan niet wilt horen tijdens de weergave.
5) [SOLO]-knop
Druk hierop om een spoor apart te beluisteren (zie
blz. 46).
6) [MINUS ONE]-knop
Druk hierop om de Minus One partij uit te schakelen
(zie blz. 47).
7) [ARPEGGIATOR]-knop
Hiermee schakelt u de Arpeggiator in en uit (zie
blz. 64).
8) [PHRASE SEQUENCE]-knop
Hiermee schakelt u de Phrase Sequencer-functie in.
Deze knop heeft ook een functie bij het editen van
parameters (zie blz. 61).
11
MC-80 Handleiding
9) Display
Hierin worden de namen van Songs en Patterns afgebeeld. Tijdens het editen krijgt u bovendien nuttige
afbeeldingen en teksten te zien.
10)[TOOLS]-knop
Onder deze knop zitten de hulpfuncties, MIDI- en
disk-verwante functies en algemene instellingen.
11)[F1]~[F6] knoppen
Deze knoppen kunnen verschillende functies hebben, naar gelang de inhoud van het display. De
namen van de huidige functies worden steeds onderaan in het display afgebeeld.
12)[EXIT (UNDO/REDO)]-knop
Door één keer op deze knop te drukken keert u terug
naar het vorige scherm. Blijft u drukken, dan komt u
uiteindelijk terecht in het sequencer-scherm.
In combinatie met [SHIFT] wordt dit een Undo/
Redo-knop, waarmee u opnames/wijzigingen kunt
annuleren of herstellen (zie blz. 35).
13)[SEQUENCER]-knop
Druk hierop als u songs wilt weergeven, opnemen en
editen.
14)[CHAIN PLAY]-knop
Hiermee gaat u naar de Chain Play-functie, waarmee
u kunt bepalen in welke volgorde de songs worden
weergegeven.
15)[BEAT]-indicator
Deze indicator knippert in de maat van de song.
16)[TRANSPOSE]-knop
Druk op deze knop als u de song in een andere toonaard wilt weergeven.
17)[TEMPO]-knop
Druk hierop als u het tempo van de song wilt wijzigen (zie blz. 43).
18)[SELECT]-knop
Druk hierop als u songs of Chain Play-bestanden wilt
kiezen.
19)[VALUE]-regelaar
Hiermee kunt u snel waarden van parameters e.d.
wijzigen. Wilt u iets preciezer inregelen, dan kiest u
best voor de [INC/+][DEC/-]-knoppen.
20)[TOP]-knop
Druk hierop om naar het begin van een Song of Pattern te gaan (zie blz. 41).
21)[BWD]-knop
Druk hierop om naar de vorige maat in een Song of
Pattern te gaan. Als u één keer drukt gaat u één maat
terug; door de knop ingedrukt te houden spoelt u
doorlopend terug (zie blz. 41).
22)[FWD]-knop
Druk hierop om naar de volgende maat in een Song
of Pattern te gaan. Als u één keer drukt gaat u één
maat vooruit; door de knop ingedrukt te houden
spoelt u doorlopend vooruit (zie blz. 41).
23)[END]-knop
Druk op deze knop om naar het einde van een Song
of Pattern te gaan (zie blz. 41).
24)[STOP]-knop
Druk hierop om de opname of weergave te stoppen
(zie blz. 41).
25)[PLAY]-knop
Hiermee start u de weergave van een Song of Pattern
(zie blz. 41).
26)[REC]-knop
Hiermee start u de opname van een Song of Pattern
(zie blz. 41).
27)[REPEAT]-knop
Druk hierop om de Repeat-functie te activeren (zie
blz. 45).
28)[SHIFT]-knop
Bepaalde knoppen hebben een tweede functie, die u
aanspreekt door ze tegelijk met [SHIFT] in te drukken.
29)MARK JUMP [1]~[4] knoppen
Hiermee kunt u posities markeren of naar gemarkeerde posities springen (zie blz. 47).
30)[TAP]-knop
Tik in de maat van de song op deze knop om het
tempo in te stellen (zie blz. 43).
31)[CURSOR]-knoppen
Hiermee beweegt u de cursor in het scherm (zie
blz. 34).
32)[INC/+][DEC/-]-knoppen
Hiermee kunt u songs kiezen en parameterwaarden
wijzigen. Druk op [INC/+] om een hogere waarde te
kiezen en op [DEC/-] om een lagere waarde te kiezen
(zie blz. 34).
33)Numeriek toetsenblok
Ook hiermee kunt u songs kiezen en waarden wijzigen. Vergeet niet op [ENTER] te drukken nadat u de
gewenste waarde hebt ingetikt (zie blz. 34).
34)[ENTER]-knop
Hiermee voert u dus de waarden in die u met het
numerieke blok hebt gespecifieerd (zie blz. 34).
35)Disk drive
Steek hier diskettes in die muziekdata bevatten (zie
blz. 89).
36)Uitsparing voor drives
Hierin kunt u een Zip drive (ZIP-EXT-2S, los verkrijgbaar) of een harde schijf (HDP-88, los verkrijgbaar) installeren (zie blz. 89).
12
1.2 Achterpaneel
Voorzieningen op de panelen
2
1
1) [POWER]-schakelaar
Hiermee schakelt u de MC-80 in en uit.
Opmerking:
steeds de procedure zoals beschreven op blz. 101.
Schakel de MC-80 nooit zo maar uit – volg
2) AC IN
Verbind de bijgeleverde stroomkabel met deze
ingang (zie blz. 15).
3) MIDI IN 1/IN 2 connectors
Sluit hier de uitgangen van externe MIDI-keyboards
en -klankmodules op aan (zie blz. 37).
4) MIDI THRU-connector
Deze uitgang levert een ongewijzigde kopie van het
signaal dat via MIDI IN wordt ontvangen.
5) MIDI OUT1/OUT 2 connectors
Verbind deze connectors met de MIDI-ingangen van
externe klankmodules, samplers, hard disk recorders, enz. (zie blz. 37).
6) SCSI-slot
Hierin kunt u de (los verkrijgbare) SCSI-aansluiting
(VS4S-1) installeren (zie blz. 99).
7) FOOT SW-connector
Hier kunt u een voetschakelaar (bijvoorbeeld een
DP-2, los verkrijgbaar) op aansluiten (zie blz. 102).
8) CLICK LEVEL-regelaar
Hiermee regelt u het volume van de metronoomklik.
9) OUTPUT (R/L (MONO))-connectors
Als u een VE-GS Pro Voice Expansion Board hebt
geïnstalleerd kunt u het geluid daarvan via deze connectors naar een mengtafel e.d. sturen (zie blz. 105).
10)PHONES-uitgang
Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten, waarmee u de metronoom van de MC-80 of het geluid
van het VE-GS Pro Voice Expansion Board kunt
beluisteren.
Opmerking:
naal van de OUTPUT (R/L (MONO))-connectors niet
onderbroken.
Als u een hoofdtelefoon aansluit wordt het sig-
11)Bevestiging voor veiligheidsslot
Hierop kunt u een in de handel verkrijgbaar veiligheidsslot (bv. Kensington) bevestigen. Deze aansluiting is compatibel met het Kensington Micro Saver
systeem.
In dit hoofdstuk nemen we u in sneltreinvaart mee langs de voornaamste functies van de MC-80, zodat u binnen
de kortste keren een stukje muziek kunt opnemen en weergeven. We raden u echter aan achteraf ook tijd te maken
voor de overige hoofdstukken, dan ontdekt u waarschijnlijk heel wat creatieve mogelijkheden die u op het eerste
zicht niet had vermoed. Maar laten we eerst eens kijken hoe u één en ander moet…
2.1 Aansluiten en bedienen
We gaan hier uit van een relatief simpele opstelling.
Voor complexere scenario’s met veel MIDI-instrumenten verwijzen we naar blz. 112.
Opmerking:
is dat u best alle volumes in de minimumstand zet en alle
instrumenten uitschakelt voor u aansluitingen maakt, verandert, enz. We raden u aan deze regel ook in het geval van de
MC-80 toe te passen.
■
Voorbeeld 1: U gebruikt een MIDI-klavier
(zonder interne klankgenerator) en een
externe klankmodule
Een standaardregel bij electronische apparatuur
MIDI-klavier (zonder klankgenerator)
MIDI OUT
Klankmodule
AC IN
MIDI OUT 1MIDI IN 1
MIDI IN
dule. De MIDI-data leggen dus de volgende weg af:
klavier → sequencer (MC-80) → klankmodule.
Audiokabels
U wilt uiteraard ook iets horen, daarom moet u de
klankmodule middels audiokabels verbinden met
een versterker+luidspreker(s).
■
Voorbeeld 2: U gebruikt een MIDI-klavier
(zonder interne klankgenerator) en de VE-GS
Pro kaart
MIDI-verbindingen
MIDI hebt u zeker nodig. Tenslotte wordt via deze
verbinding alles wat u op uw klavier speelt naar de
MC-80 gestuurd. Bij de weergave stuurt de MC-80
de opgenomen data naar een klankbron; in het
bovenstaande scenario is dat een externe klankmo-
14
naar stopcontact
MC-80
Actieve luidsprekers,
hoodtelefoon, enz.
MIDI-verbindingen
De klankgenerator uit het vorige voorbeeld zit dit
keer in de MC-80, dus hoeft u enkel het klavier met
de MC-80 te verbinden.
VE-GS Pro installeren
Op blz. 105 laten we zien hoe u de VE-GS Pro moet
installeren. Deze instructies vindt u overigens ook in
de handleiding die bij de VE-GS Pro wordt geleverd.
Aan de slag
Opmerking:
boord, daarbij hoeft u dus niets te installeren.
Een MC-80EX heeft reeds een VE-GS Pro aan
Audiokabels
In dit geval moet u de OUTPUT L(MONO)/R-connectors op het achterpaneel van de MC-80 verbinden met de versterker, luidsprekers, enz.
■
Voorbeeld 3: U gebruikt een MIDI-klavier met
interne klankgenerator
MIDI-klavier (met klankgenerator)
MIDI OUT
AC IN
Klaviergedeelte
MIDI IN
MIDI OUT1MIDI IN1
Klankgedeelte
GM en GS
■
Wat is General MIDI System?
General MIDI System (kortweg GM) is een aanvullende norm voor de MIDI-standaard, die door de
Japanese MIDI Standards Committee en de Amerikaanse MMA (MIDI Manufacturers’ Association)
officieel wordt ondersteund.
Maar MIDI is toch al een algemene norm, denkt u
nu? Het antwoord hierop is “ja en nee”. Natuurlijk
worden de opgenomen MIDI-data door gelijk welke
klankbron aanvaard en uitgevoerd. Er is echter één
belangrijk probleem. Vroeger hield iedere fabrikant
van muziekinstrumenten er een eigen geheugenindeling op na, met als gevolg dat klankgeheugen 3 van
het ene instrument een bas bevatte, terwijl dat bij een
andere een trompet was.
De specificaties van General MIDI zorgen echter dat
u een sequence (een stuk dat u met een sequencer
hebt opgenomen) op gelijk welk GM compatibel
instrument kunt afspelen. Er zijn weliswaar nog verschillen tussen de geluiden onderling, maar er zijn
geen (onaangename) verrassingen meer.
MC-80
Actieve luidsprekers,
naar stopcontact
hoofdtelefoon, enz.
Ook hier kunnen we analogie met voorbeeld 1 nog
eens bovenhalen, zij het dat ditmaal de klankgenerator in het klavier zit. Dat levert automatisch het volgende probleem op: het klavier en de klankgenerator
van het MIDI-keyboard zijn normaal intern met
elkaar verbonden, anders zou u niets horen als u
speelde. Die verbinding kunt u bij de meeste instrumenten echter opheffen (we spreken dan van “Local
Off” in tegenstelling tot “Local On”). Dat is in het
bovenstaande aansluitschema ook nodig, want
anders krijgt de interne klankgenerator tweemaal
dezelfde noten voor de kiezen: éénmaal vanuit het
klavier en éénmaal via de MC-80. De functie die verantwoordelijk is voor het opheffen van de verbinding
tussen klavier en klankgedeelte heet “Local Control”
of “Local Switch”. Zowel de precieze naam van de
functie als de procedure om ze in te stellen verschillen van fabrikant tot fabrikant, raadpleeg dus best
even de handleiding van het instrument waarmee u
werkt.
Werkt u met een instrument dat niet over een “Local
Control”-parameter beschikt, zie dan blz. 112.
■
Wat is het Roland GS formaat?
Het GS formaat gaat nog iets verder dan GM. Ook de
functies voor het wijzigen van de parameters worden
namelijk gestandaardiseerd, net zoals de parameters
voor het instellen van de effecten en de aard van de
MIDI-commando’s die een GS-compatibel instrument moet kunnen uitvoeren.
In de regel kan een GS-compatibel instrument alle
GM-commando’s aan. Vandaar dat op de behuizing
van een GS-instrument naast het GS logo ook het
GM logo pronkt (dat is bv. het geval op de MC-80).
Bij de dingen die alleen in het GS formaat kunnen,
horen parameters voor het editen van klanken en de
effecten (Chorus en Reverb) en ook een aantal gegevens i.v.m. de manier waarop een klankbron op
MIDI-commando’s reageert. Elk instrument dat
voorzien is van het GS logo, kan natuurlijk ook
sequences in het GS formaat weergeven (sequences
die speciaal voor GS-klankbronnen gemaakt zijn).
Instrumenten die van beide logo’s voorzien zijn
(zoals de MC-80) kunnen zowel GM als GS data zonder problemen weergeven.
MC-80 inschakelen
Respecteer bij het inschakelen steeds de volgorde die
we hieronder aangeven, anders riskeert u luidsprekers e.d. te beschadigen.
1) Controleer voor het inschakelen de volgende punten:
15
MC-80 Handleiding
Informatie over wat u speelt
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op 1.
De data worden ontvangen
op kanaal 1.
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op 2.
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op 3.
While holding down
[SHIFT], press 16.
De data worden ontvangen
op kanaal 2.
De data worden ontvangen
op kanaal 3.
De data worden ontvangen
op kanaal 16.
Piano
Gitaar
Bas
Piano
Klankgenerator
•Zorg dat alle apparaten correct zijn aangesloten.
•Zet de EXPANSION OUTPUT LEVEL-regelaar of
het volume van de aangesloten mixer in de minimumstand.
•Zorg dat er geen diskette in de drive zit.
2) Schakel eerst de externe klankgenerator in en vervolgens de MC-80.
Na enkele seconden komt u in de SONG PLAY-pagina terecht.
Achterpaneel van de MC-80
Na enkele seconden
3) Schakel de versterker in.
4) Speel op het klavier of start een demosong (zie
blz. 17) en stel vervolgens een aangenaam luistervolume in op de externe klankgenerator.
5) Maakt u gebruik van de VE-GS Pro, kies dan met de
EXPANSION OUTPUT LEVEL-regelaar het
gewenste volume.
3) In het display verschijnt nu “The MC-80 may now
be shut down safely”. U mag nu op de POWERschakelaar drukken om de MC-80 uit te schakelen.
Opmerking:
zetten tijdens de opname of weergave. In voorkomend geval
moet u eerst op [STOP] drukken.
De Shut Down-procedure kunt u niet in gang
MIDI-kanalen selecteren
De data die de MC-80 verlaten doen dat via een
bepaald MIDI-kanaal. Het nummer van dat kanaal
bepaalt door welke aangesloten klankmodule de partij wordt weergegeven. De meeste klankmodules
kunnen tegenwoordig verschillende klanken op verschillende MIDI-kanalen weergeven. We spreken
dan van multitimbrale instrumenten (ook de VE-GS
Pro kaart behoort hiertoe). In de praktijk beschikt u
dan over bv. 16 onafhankelijke klankbronnen in één
instrument.
Laten we bij wijze van voorbeeld even aannemen dat
u een klankmodule gebruikt die op dit moment een
pianoklank heeft klaarstaan op kanaal 1. Om die aan
te spreken moeten we de MC-80 op kanaal 1 laten
zenden:
Opmerking:
MC-80 gebeurt natuurlijk ook over een bepaald zendkanaal,
maar daar houden we ons nu even niet mee bezig).
De communicatie van het klavier naar de
Opmerking:
Kies steeds een redelijk luistervolume. Zo houd u
uw buren te vriend en vermijd u schade aan versterkers, luidsprekers maar vooral aan uw oren!
Opgelet bij het uitschakelen
De MC-80 is geen instrument wat u zo maar op gelijk
welk moment mag uitschakelen door op de
[POWER]-schakelaar te drukken. U moet steeds de
hieronder beschreven procedure volgen, anders is
het mogelijk dat u data verliest of de diskette/disk
drive beschadigt.
1) Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [STOP].
Het display vraagt dat u uw keuze bevestigt. Druk op
[F6 (SHUTDOWN)] om de procedure uit te voeren
of op [F1 (CANCEL)] als u dat niet wilt.
Opmerking:
matisch uitgeworpen.
2) Zodra het display “Please remove the floppy disk”
meldt drukt u op de uitwerpknop en neemt u de
diskette uit de drive.
Zip-diskettes worden bij het uitschakelen auto-
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op de TRACKknop [1].
16
Navigeren binnen de MC-80
De SONG PLAY- en QUICK PLAY-pagina’s van de
MC-80 vormen een soort uitvalsbasis van waaruit u
de meeste functies kunt aanspreken.
Naam van de display-pagina
Bent u op een bepaald moment het noorden kwijt,
dan kunt u steeds terugkeren naar deze pagina’s door
herhaaldelijk op [EXIT] te drukken. Vanuit sommige pagina’s kunt u hiervoor ook de [SEQUENCER]knop gebruiken.
Contrast van het display aanpassen
Als het display slecht leesbaar is heeft dat in de regel
te maken met de intensiteit en invalshoek van het
omgevingslicht. In voorkomend geval kunt u het
contrast van het display aanpassen door de [CHAIN
PLAY]-knop ingedrukt te houden en aan het
[VALUE]-wiel te draaien.
Aan de slag
1
3
4
2
1) Druk op [SELECT].
2) Steek de bijgeleverde diskette met demosongs in de
drive, zorg daarbij dat het label zich aan de bovenkant bevindt. Als u een “klik” hoort zit de diskette
goed.
Uitwerpknop
Label
2.2 (Demo)songs beluisteren
Song weergeven
Hieronder laten we zien hoe u de MC-80 songs kunt
laten weergeven. Uiteraard geldt deze procedure niet
enkel voor de demosongs, maar het is wel handig om
die songs (op de bijgeleverde diskette) als “lesmateriaal” te gebruiken.
De songs op de diskette werden opgenomen volgens
de GM (General MIDI) specificaties. Het is dus wel
zo handig als u een GM-compatibele klankmodule
gebruikt om een en ander uit te proberen. Werkt u
met een VE-GS Pro, SC-880 of SC-88 Pro dan is het
helemaal feest, want de diskette bevat een aantal
songs die speciaal op maat van deze instrumenten
zijn gesneden (inclusief effectinstellingen e.d.).
Opmerking:
blz. 18.
Meer details over de demosongs vindt u op
Na enkele ogenblikken verschijnt een lijst met songs
op het scherm.
3) Kies met het [VALUE]-wiel de gewenste song
blz. 18.
4) Druk op [PLAY] om de weergave te starten.
Hieronder ziet u wat u met de overige transportknoppen kunt doen.
Deze indicator geeft het tempo van de weergave aan.
Hiermee gaat u naar
de vorige maat.
Hiermee gaat u naar
het begin van de song.
Hiermee stopt u de
sequencer.
■
Mogelijke problemen
Hiermee start u
de weergave.
Hiermee gaat u naar de
volgende maat.
Hiermee gaat u naar
het einde van de song.
Hiermee kunt u opnemen.
De externe klankmodule brengt geen geluid voort
•Hebt u alle MIDI-verbindingen correct aangesloten
(blz. 14)?
•Hebt u de klankmodule wel verbonden met een
mixer, versterker, enz.?
•Misschien gebruikt u een defecte kabel?
•Staat het volume van de klankmodule, de mixer, versterker enz. wel open?
17
MC-80 Handleiding
De VE-GS Pro brengt geen geluid voort
•Hebt u de VE-GS Pro op de juiste manier geïnstalleerd (zie blz. 105)?
•Staat de EXPANSION OUTPUT LEVEL-regelaar
misschien in de minimumpositie?
De klanken kloppen niet
•Gebruikt u wel een GM/GS-compatibele klankmodule?
•Hebt u in uw klankmodule de GM/GS-mode gekozen?
■ Overzicht van de demosongs
Nr. Song-naamBestandsnaamComponist
1Ac. Piano Solo 101PIANO1.MIDTohru AKI
2Ac. Piano Solo 202PIANO2.MIDTohru AKI
3Ac. Piano Solo 303PIANO3.MIDTohru AKI
4Piano + Rhythm04PIANOD.MIDIdecs
5Rhodes + Effect05EPIANO.MIDIdecs
6Organ + Rotary06ORGANA.MIDIdecs
7Organ + Rhythm07ORGANB.MIDMusic Brains
8Accordion Demo08ACDION.MIDTeam-khy
9Nylon Gtr. Solo09NYLON1.MIDMusic Brains
10Steel Gtr. Solo10STEEL1.MIDMusic Brains
11Guitar EFX Menu11GT_EFX.MIDIdecs
12Distortion Gtr.12DISTG1.MIDMusic Brains
13Wah Guitar Demo13WAH_G .MIDMusic Brains
14Funk Guitar14FUNKG1.MIDMusic Brains
15Jazz Guitar15JAZZG1.MIDMusic Brains
16Blues Guitar16BLUSG1.MIDMusic Brains
17Bass Demo17BASS .MIDNaoki Matsuura
18Choir Demo18CHOIR .MIDIdecs
19Strings Quart19STRING.MIDTeam-khy
20Str.s Ensemble20STENS1.MIDTeam-khy
21Orchestra21OCHSTR.MIDTeam-khy
22Alto&Tenor Sax22SAX1 .MIDMusic Brains
23TP & TB23BRASS1.MIDMusic Brains
24Samba & Salsa24LATIN .MIDIdecs
25Japanese25JAPAN .MIDIdecs
26Chinese26CHINA .MIDTeam-khy
27Lo-Fi Dance27LOFI_D.MIDIdecs
28Lo-Fi Jazz28LOFI_J.MIDIdecs
29Lo-Fi Synth29LOFI_S.MIDMusic Brains
30Synth+Humanizer30SYN_H1.MIDIdecs
31Demo for VE-GS31DEMO_A.SVQYuki Kato
32Demo for GM32DEMO_B.SVQYuki Kato
33PhraseSeqDemoGS33PSEQ_A.SVQYuki Kato
34PhraseSeqDemoGM34PSEQ_B.SVQYuki Kato
•Nrs. 1~33 en 34 zijn demosongs die speciaal voor de VE-GS Pro werden geschreven (ook geschikt voor de SC-88
Pro).
•Nrs. 32 en 34 kunnen door gelijk welke GM-compatibele klankbron worden weergegeven (met een polyfonie van
64 noten of meer).
•De diskette bevat ook een “Chain-bestand” (VE-GSPRO.SCV), dat een volgorde van weer te geven songs bevat. Het
gaat met name om alle VE-GS Pro songs op een rijtje gezet. Zie “Chains weergeven” op blz. 48.
•Deze demosongs zijn enkel bedoeld voor uw persoonlijk gebruik. Publieke vertoning, verspreiding enz. van dit
materiaal mag enkel mits uitdrukkelijke toestemming van Roland Corporation.
18
Aan de slag
Tempo wijzigen
U kunt de MC-80 naar wens sneller of trager laten
weergeven. Het leuke van een sequencer is dat niet –
zoals bij een bandopnemer – gepaard gaat met verhoging resp. verlaging van de toonhoogte. Gebruikt
u de sequencer bijvoorbeeld als begeleiding bij het
oefenen, dan belet niets u om aanvankelijk traag te
spelen en het tempo op te voeren naarmate u de partijen in de vingers krijgt. Nog een mogelijke toepassing: u neemt een moeilijke partij traag op, zodat u ze
makkelijker kunt inspelen. Achteraf geeft u ze aan
het normale tempo weer.
3
1
1) Druk op [TEMPO] om het tempo-venster te openen.
2) Kies met het [VALUE]-wiel het gewenste tempo.
3) Druk op [EXIT] zodra u klaar bent (het tempo-venster wordt gesloten).
Opmerking:
song op diskette bewaart (zie blz. 90).
Opmerking:
kunt u opnieuw het originele tempo kiezen door op [F6] te
drukken.
Deze waarde wordt mee opgeslagen als u een
Zolang u zich nog in het Tempo-venster bevindt
2
apart uitschakelen, waardoor het geen deel meer uitmaakt van de weergave. Dat gaat als volgt:
2
1) Start de weergave van de “Demo for VE-GS” (zie
blz. 17).
Gebruikt u geen VE-GS Pro, SC-880 of SC-88 Pro,
kies dan de demosong “Demo for GM”.
2) Druk op de Track 10 (RHYTHM) knop.
De weergave van de drums wordt uitgeschakeld. De
indicator op de knop knippert. Door nogmaals op
deze knop te drukken schakelt u de weergave
opnieuw in (de knop blijft branden).
■
Zelf een partij meespelen (Minus One)
Bij Minus One wordt de weergave van een spoor uitgeschakeld, maar kunt u meteen met de klank van
dat spoor zelf een partij meespelen op het klavier.
Een voor de hand liggende kandidaat voor deze
behandeling is uiteraard het melodiespoor, maar
ook andere sporen zijn mogelijk.
Druk op [F6 (RESET)].
Originele tempo (toen de song werd geladen).
Instrumenten uitschakelen
■
Individuele partijen uitschakelen
Een song in de MC-80 is doorgaans opgebouwd uit
verschillende partijen (maximaal 16), die zich elk op
een eigen spoor bevinden. Elk van die sporen kunt u
3
2
1) Start de weergave van de “Demo for VE-GS” (zie
blz. 17).
Gebruikt u geen VE-GS Pro, SC-880 of SC-88 Pro,
kies dan de demosong “Demo for GM”.
2) Druk op de [MINUS ONE]-knop (de indicator licht
op).
19
MC-80 Handleiding
3) Druk op de knop van het spoor dat u wilt uitschakelen.
4) Speel op het klavier dat u met de MC-80 hebt verbonden. U hoort nu de klank van het uitgeschakelde spoor.
Druk nogmaals op [MINUS ONE] als u de functie
wilt uitschakelen (de indicator dooft).
■
Spoor apart beluisteren (Solo)
Solo betekent dat u één spoor apart beluistert en de
weergave van de overige sporen uitschakelt. Dat kan
handig zijn als u probeert uit te vissen welk spoor
welke klank weergeeft.
3
2
1) Start de weergave van de “Demo for VE-GS” (zie
blz. 17).
Gebruikt u geen VE-GS Pro, SC-880 of SC-88 Pro,
kies dan de demosong “Demo for GM”.
2) Druk op de [SOLO]-knop (de indicator licht op).
3) Druk op de knop van spoor 10. U hoort nu enkel
nog de drums.
4) Druk op de knop van spoor 2.
Nu hoort u enkel nog de bas. Zo kunt u uiteraard het
hele rijtje afgaan en de sporen één voor één beluisteren. Wilt u opnieuw het hele arrangement horen,
druk dan nogmaals op [SOLO].
2.3 Eerste opname
Nu we kennis hebben gemaakt met de voornaamste transportfuncties kunnen we ons aan een eerste opname
wagen.
Verschillende opnamemethodes
De MC-80 kan op verschillende manieren opnemen. Alle beschikbare methodes komen in de onderstaande song
aan bod, zo leert u meteen de mogelijkheden kennen.
De baspartij nemen we noot voor noot op.
2
De melodie kunnen we nu "live" inspelen omdat we intussen een begeleiding van drums
3
en bas hebben.
De eerste maat blijft leeg omdat hier de klankkeuze-data voor de toongenerator
4
worden opgenomen.
De drums bestaan ten dele uit een herhalend patroon. Het volstaat dat we dit n keer opnemen en
1
achteraf kopi ren. Bovendien kunnen we individuele (foute) noten wissen, verplaatsen, enz.
20
Aan de slag
Laten we, voor alle duidelijkheid, het verloop van
onze eerste opname even op een rijtje zetten:
1) We maken de nodige voorbereidingen.
2) We nemen de drums op.
3) We nemen de bas stap voor stap op.
4) We nemen de melodie op terwijl we naar drums en
bas luisteren.
5) We bewaren de afgewerkte song op diskette.
Voorbereiding
Opnemen doen we steeds vanuit de SONG PLAYpagina. Daar komt u als volgt terecht:
2
1
1) Druk op [SEQUENCER].
Waarschijnlijk bevindt u zich nu reeds op de SONG
PLAY-pagina, u kunt dat zien in de linker bovenhoek
van het display:
plaatsen zorgt u dat bij de weergave automatisch de
juiste drumset wordt gekozen.
3
5
4
2
1, 8
9
Laten we even stap voor stap bekijken hoe u zo’n
programmakeuze-commando aan het begin van de
song plaatst:
Ga naar de Microscope-pagina voor spoor 10
1) Druk op [SEQUENCER].
2) Druk op [F4 (MICRO)] om naar de Microscopepagina te gaan.
3) Druk op TRACK [10] (RHYTHM) om naar de pagina voor spoor 10 te gaan.
Aangezien er nog niets is opgenomen blijft het
scherm voorlopig leeg.
6
7
2) Blijkt er linksboven “QUICK PLAY” te staan, druk
dan op [F1 (INT SONG)] om naar de SONG PLAYpagina te gaan.
Drums opnemen (Realtime opname)
Beginnen met de drums is een logische keuze: zo
hebt u straks meteen een ritmische referentie waarover u de andere partijen kunt inspelen.
■
Drum Set kiezen
De meeste klankmodules hebben verschillende
“drumkits” aan boord, gaande van een akoestisch
jazz-setje tot de vette beats van een vintage drummachine. De MC-80 kiest deze sets op dezelfde manier
als hij bv. een piano- of basklank kiest, namelijk middels MIDI-programmakeuzecommando’s. Door het
relevante commando aan het begin van een song te
Voer het programmakeuze-commando in
4) Druk op [F1 (CREATE)] om naar de pagina te gaan
waarin u het type data kunt kiezen.
5) Plaats de cursor op Program Change.
6) Druk op [F6 (EXECUTE)].
Hiermee voegt u een programmakeuze-commando
in op 1-1-0 (het begin van de eerste tel van de eerste
maat).
7) Plaats de cursor op “q Prog” en kies met het
[VALUE]-wiel “9”.
U hebt nu een programmakeuze ingevoerd die
“9[Room]” kiest.
8) Druk op [SEQUENCER] om terug te keren naar de
SEQUENCER-pagina.
21
MC-80 Handleiding
Hiermee zorgt u dat er — vanaf maat 2 — vier maten
worden herhaald, zodat u "in een lus" kunt opnemen.
Hiermee zorgt u dat er voor het begin van de opname n maat wordt afgeteld.
Hiermee specifieert u dat de nieuwe noten die u bij iedere herhaling speelt bij de vorige noten
worden gevoegd, zodat bv. de basdrum niet wordt gewist door de snare-drum die u er bij het
volgende "rondje" aan toevoegt.
Rec Mode: Mix
Hiermee schakelt u de automatische timing-correctie (quantisering) uit.
Qntz: OFF
Tempo:
Loop/Punch: Loop (4 Meas)
Count in: 1 Meas
Hiermee stelt u het tempo in.
1
3
<Drum>
Hi-Hat
Middentom
Lage tom
Snare
Basdrum
Gesloten Hi-Hat
Open Hi-Hat
Hoge tom
Middentom
Lage tom
Basdrum
Snare
Zend de programmakeuze naar de klankgenerator
9) Druk op [TOP] en vervolgens op [PLAY].
De song wordt nu vanaf maat 1 weergegeven en de
programmakeuze wordt naar de klankmodule
gezonden. Als alles goed gaat merkt u nu dat deze
laatste Drum Set nr. 9 kiest.
■
Voorbereidingen voor “realtime” opnemen
3, 5
6
1
2
4
7
Opmerking:
Op dit moment zijn alle sporen nog gekoppeld
aan het MIDI-kanaal met hetzelfde nummer, dus spoor 1
aan kanaal 1 enz. We kiezen dan ook spoor 10 omdat GM/
GS-compatibele klankmodules de drums in de regel aan
kanaal 10 toewijzen.
7) Maak de onderstaande instellingen. Plaats eerst de
cursor op een parameter en kies vervolgens met het
[VALUE]-wiel de gewenste waarde.
■
Realtime opnemen
Nu we de nodige voorbereidingen hebben getroffen
kunnen we gaan opnemen.
1) Druk op [SEQUENCER] om naar de sequencerpagina te gaan.
2) Ga met [BWD] en [FWD] naar het begin van de
tweede maat (we beginnen pas op te nemen vanaf
maat 2 omdat maat 1 de programmakeuze van
daarnet bevat).
3) Draai de [CLICK LEVEL]-regelaar op het achterpaneel naar de stand “0”.
THIS DEVICE COMPLIES WITH PART 15 OF THE FCC RULES. OPERATION IS
SUBJECT TO THE FOLLOWING TWO CONDITIONS: (1) THIS DEVICE MAY
NOT CAUSE HARMFUL INTERFERENCE, AND (2) THIS DEVICE MUST
ACCEPT ANY INTERFERENCE RECEIVED, INCLUDING INTERFERENCE
THAT MAY CAUSE UNDESIRED OPERATION.
4) Druk op [REC] om de MC-80 klaar te maken voor
opname.
5) Kies nu met de [CLICK LEVEL]-regelaar een aangenaam metronoomvolume.
6) Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op de TRACK
[10] (RHYTHM) knop.
U hebt nu spoor 10 voor opname geselecteerd. Als u
nu op het klavier speelt zou u drumklanken moeten
horen.
22
CAUTION
ATTENTION:
RISQUE DE CHOC
ELECTRIQUE NE PAS
OUVRIR
1) Druk op [PLAY].
De metronoom telt één maat af, daarna mag u beginnen drummen. Hieronder ziet u welke drumklanken
volgens de GM/GS-standaard aan welke toetsen zijn
toegewezen.
Het staat u uiteraard vrij om een drumpartij op te
bouwen zoals u dat het liefst doet, maar laten we
voor dit voorbeeld even beginnen met een basdrumsnare patroon. Niet vergeten op de metronoom te
letten!
Zoals u merkt keert u na het einde van maat 5 automatisch terug naar het begin van maat 2 en hoort u
wat u daarnet hebt gespeeld. Dat geeft u de kans om
de…
2) …hi-hat, toms enz. op te nemen.
Aan de slag
Bij iedere herhaling kunt u een partij toevoegen, die
bovenop de aanwezige partijen wordt gestapeld.
3) Zodra de drumpartij naar wens is mag u op [STOP]
drukken.
Hebt u een foutje gespeeld of bent u niet tevreden
met de opname? Lees dan even verder, want hieronder leggen we uit hoe u fouten kunt corrigeren. Op
blz. 68 laten we bovendien zien hoe u een bestaande
opname nog ingrijpend kunt wijzigen.
■
Fouten corrigeren
Misschien vindt u uw eerste drumpogingen maar
niets en wilt u ze meteen wissen. Dat kan door
[SHIFT] ingedrukt te houden en op [EXIT] te drukken. De [EXIT]-knop fungeert in dit geval als
“Undo”-knop. Door nogmaals op [SHIFT]+[EXIT]
te drukken herstelt u de opname die u net had gewist
(Redo). In feite wisselt u dus steeds tussen de volgende scenario’s:
Opnemen
V r de opnameNa de opname
(of Redo)
[SHIFT]+[EXIT] (Undo)
Bas opnemen (stapsgewijze opname)
De baspartij van ons voorbeeld is relatief eenvoudig
en strak, en is daarom bij uitstek geschikt om stap
voor stap (Step Time) op te nemen.
Ga naar de Microscope-pagina voor spoor 2
1) Druk op [SEQUENCER].
2) Druk op [TOP] om terug te keren naar het begin
van de song.
3) Druk op [F4 (MICRO)] om naar de MICROSCOPE-pagina te gaan.
4) Druk op TRACK [2] (BASS) om naar de pagina
voor spoor 2 te gaan.
Aangezien er nog niets is opgenomen blijft het
scherm voorlopig leeg.
Voer het programmakeuze-commando in
5) Druk op [F1 (CREATE)] om naar de pagina te gaan
waarin u het type data kunt kiezen.
6) Plaats de cursor op Program Change.
7) Druk op [F6 (EXECUTE)].
Hiermee voegt u een programmakeuze-commando
in op 1-1-0 (het begin van de eerste tel van de eerste
maat).
8) Plaats de cursor op “q Prog” en kies met het
[VALUE]-wiel “34”.
U hebt nu een programmakeuze ingevoerd die “Fingered Bass” kiest.
■
Basklank kiezen
Net als voor de drums zoeken we eerst een programmakeuze-commando dat aan het begin van de song
de juiste basklank oproept. Bij GM/GS-klankmodules zitten de bassen van nummer 33~40. Kies voor
ons voorbeeld nr. 34, “Fingered Bass” (misschien
heeft dit nummer op uw GM/GS-module een iets
andere naam, maar het gaat in principe om hetzelfde
soort klank).
4
5
3
1, 8
2
9
9) Druk op [SEQUENCER] om terug te keren naar de
SONG PLAY-pagina.
Zend de programmakeuze naar de klankgenerator
10)Druk op [TOP] en vervolgens op [PLAY].
De song wordt nu vanaf maat 1 weergegeven en de
programmakeuze wordt naar de klankmodule
gezonden. Deze laatste kiest nu “Fingered Bass” op
MIDI-kanaal 2.
6
7
23
MC-80 Handleiding
■
Voorbereidingen voor stapsgewijs opnemen
4
3
1
2
1) Ga met [BWD] en [FWD] naar het begin van de
tweede maat (we beginnen pas op te nemen vanaf
maat 2 omdat maat 1 de programmakeuze van
daarnet bevat).
2) Houd [SHIFT] in gedrukt en druk op [REC] om de
MC-80 klaar te maken voor opname.
3) Plaats de cursor op “Track” en kies “Trk 2”. Plaats
de cursor vervolgens op “Mode” en kies “Mix”.
4) Druk op [F6 (STEP REC)] om naar de gelijknamige
pagina te gaan.
waarde waarmee de noot werd gespeeld (in het
onderstaande voorbeeld is dat “100).
Hebt u zonet een foute noot ingevoerd, druk dan op
[F3 (BACK DEL)]. De laatst ingevoerde noot wordt
daarmee gewist en u bevindt zich meteen op de juiste
plaats om het nog eens te proberen.
Het volgende wat we op de partituur tegenkomen is
een achtste rust.
3) Plaats de cursor op “Step Time” en kies 1/8 (e).
Aangezien het hier om een rust gaat, hoeft u hier verder niets te specifiëren.
■
Stapsgewijs opnemen
De eerste noot van de baspartij is een kwartnoot op
de toets G2.
1) Plaats de cursor op “Step Time” en kies “1/4 (q )”.
2) Druk op de G2-toets.
De noot wordt ingevoerd en de teller springt één stap
verder. Rechts van de nootnaam ziet u de aanslag-
4) Druk op [F5 (REST)].
U komt nu terecht op positie 2-2-240; er werd dus
een achtste rust ingevoerd.
Opmerking:
lende posities onderscheiden. We spreken daarom van een
“resolutie van 480 tikken per tel”. Aangezien een achtste noot
een halve tel beslaat, is het dus logisch dat de teller hierboven
240 tikken vooruitgaat.
We zijn nu toe aan een koppel 16de noten (G2).
5) Plaats de cursor op “Step Time” en kies 1/16 (x )”.
Binnen één tel kan de MC-80 nog 480 verschil-
24
Aan de slag
6) Druk twee maal op G2.
Hiermee voegt u twee G2 noten in en gaat u naar het
begin van de derde tel (2-3-0).
Vervolgens voeren we een halve rust in.
7) Plaats de cursor op “Step Time” en kies 1/2 (h )”.
8) Druk op F5 (REST).
U komt nu terecht aan het begin van maat 3 (3-1-0).
U hebt nu gezien hoe het werkt – nu kunt u op eigen
9) …druk dan op [STOP] om terug te keren naar de
SONG PLAY-pagina.
Opmerking:
klavier. Zie hiervoor blz. 56.
Opmerking:
stap-voor-stap opnemen) kunt u de volledige opname in één
klap wissen m.b.v. de Undo-functie. Dat werkt op dezelfde
manier als bij Realtime opnemen (zie blz. 23).
Stapsgewijs opnemen kan zelfs zonder MIDI-
Ook bij Step Recording (de officiële naam voor
houtje de overige maten van de baspartij invoeren
(tot en met maat 5). Bent u hiermee klaar…
Melodie opnemen
Nu we de basis van bas en drums hebben afgewerkt kunnen we er een melodie aan toevoegen. Gebruik hiervoor de
Realtime en Step technieken die u in het voorgaande hebt geleerd.
B3
B3 C4
In het geval u Step Recording gebruikt zou h et resultaat er zo moeten uitzien:
G4 D4 C4 B3 A3C4 A3 G3
D4
C#4
Song opslaan
Als u de MC-80 nu uitschakelt bent u alles wat we
daarnet hebben gedaan kwijt. Het is daarom een
beter idee een en ander even op diskette te schrijven.
■
Diskette formateren
Net zoals een computer houdt de MC-80 er zijn
eigen systeem van databeheer op na. Dat moet eerst
even aan de diskette worden meegedeeld voor u er
songs e.d. op kunt schrijven. We noemen dit proces
formateren.
LET OP! tijdens het formateren worden alle op de
diskette aanwezige data gewist. Controleer dus
steeds of de diskette die u wilt formateren geen
belangrijke data bevat!
Het formateren gaat als volgt in zijn werk:
1) Zet het wisbeveiligingsnokje van de diskette in de
stand “beschrijfbaar”.
Beveiligingsnokje
"Schrijven"
"Veilig"
2) Steek een diskette in de disk drive.
3) Druk op [TOOLS], vervolgens op [F5 (DISKUTIL)]
en tenslotte op [F6 (MENU)] om naar het DISK
MENU te gaan. Hierin kiest u [F4 (FORMAT)].
U komt nu terecht in de “DISK UTILITY/9 FORMAT”-pagina.
25
MC-80 Handleiding
4) Druk op [F1 (DRIVE)] en kies de diskette (dit is
enkel nodig wanneer u nog andere media, bv. harde
schijven, op de MC-80 hebt aangesloten).
5) Druk op [F6 (FORMAT)].
6) U moet de diskette een naam geven voor u ze formateert. Met de cursor stapt u doorheen de verschillende karakters en met het [VALUE]-wiel kiest
u telkens het gewenste karakter.
7) Druk op [F6 (FORMAT)].
Het display vraagt nu of u wel degelijk de diskette
wilt formateren: “Are you sure?” Druk op F1 (CANCEL) als u beslist toch niet te formateren.
8) Druk op [F6 (FORMAT)].
De diskette wordt nu geformateerd. In het display
kunt u de geboekte vooruitgang volgen (van 0~
100%). Zodra de diskette is geformateerd meldt het
display “Completed”.
9) Druk op [F6 (ACCEPT)].
4) Druk op F6 (MC-80).
De song wordt dan in het eigen formaat van de
MC-80 opgeslagen. Kies [F4 (SMF 0)] of [F5 (SMF
1)] enkel als u bestanden met sequencers of computers wilt uitwisselen, want bij deze opties wordt niet
alle informatie opgeslagen die bij de “MC-80”-optie
wél op de diskette belandt.
5) Geef de song een naam. Met de cursor stapt u doorheen de verschillende karakters en met het
[VALUE]-wiel kiest u telkens het gewenste karakter.
6) Druk op [F6 (OK)] zodra de naam volledig is. U
komt nu terecht in een pagina waarin u de schrijfbestemming kunt specifiëren.
7) Druk op [F6 (SAVE)].
De song wordt op diskette geschreven. Zodra dit is
gebeurd keert u terug naar de SONG PLAY-pagina.
■
Song wegschrijven
4,6,7
3
2
1
1) Steek een geformateerde (zie hierboven) diskette in
de disk drive.
2) Druk op [SEQUENCER].
3) Druk op [F5 (SAVE)] om naar de “FILETYPE”pagina te gaan.
1
5
Eenvoudige editfuncties
De MC-80 biedt uitgebreide mogelijkheden om in
een bestaande opname wijzigingen aan te brengen.
We laten u hier kennismaken met de twee voornaamste, de rest komt in de overige hoofdstukken
van deze handleiding aan bod.
■
Fouten uit een opname halen (Micro Edit)
We hebben tijdens onze eerste stap-voor-stap opname al kennisgemaakt met de Microscope-pagina, de
pagina waarin de primaire gegevens voor iedere
opgenomen noot staan afgebeeld. Al die gegevens
kunt u wijzigen, we spreken dan van Micro Edit.
26
Aan de slag
Om de mogelijkheden te illustreren gaan we enkele
foutjes uit een opname halen.
5
4
6
3
1,7
2
1) Druk op [SEQUENCER].
2) Druk op [TOP].
3) Druk op F4 (MICRO) om naar de Microscopepagina te gaan.
4) Druk op de TRACK-knop van het spoor dat u wilt
editen om naar de Microscope-pagina voor dat
spoor te gaan.
lijk kleine timing-afwijkingen “rechttrekken”, zodat
alles ritmisch perfect zit.
4
7
2
5,6
3
1
1) Druk op de [SEQUENCER]-knop.
2) Druk op [F2 (QUANTIZE)].
3) Druk op [F1 (GRID)] om naar de “GRID QUANTIZE”-pagina te gaan.
Maat, tel, tik
5) Plaats de cursor op de data die u wilt wissen.
In de linkerkolom wordt de plaats van het geluid in
de song aangegeven. Zo betekent “2-3-0” dat dit
geluid zich aan het begin van de derde tel van de
tweede maat bevindt.
6) Door op [F2 (ERASE)] te drukken wist u de data die
u met de cursor hebt geselecteerd.
7) Druk op [SEQUENCER] om terug te keren naar de
SONG PLAY-pagina.
■
Timing strakker maken (Quantize)
De ene muzikant is technisch al wat beter onderlegd
dan de andere, en soms is het moeilijk om een partij
echt strak te spelen, terwijl die partij daar misschien
wel om vraagt. In dergelijke gevallen kan de Quantize-functie uitkomst bieden. Hiermee kunt u name-
Nootdata
Aanslagwaarde
(playing force)
Snelheid waarmee
de toets wordt
losgelaten
Hoe lang de toets
ingedrukt blijft
4) Druk op de TRACK [10]-knop.
Laten we de drums quantiseren.
5) Plaats de cursor op “Resolution” en kies met het
[VALUE]-wiel “1/16”,
Als vuistregel bij het quantiseren geldt dat u steeds de
kortste nootwaarde moet kiezen die in de partij
voorkomt, in dit geval is dan een zestiende noot.
6) Plaats de cursor op “Strength” en kies met het
[VALUE]-wiel “100%”,
Dit wil zeggen dat alle noten worden verplaatst naar
de dichtstbijzijnde 16de nootwaarde. Blijkt dit een te
mechanische feel op te leveren, kies dan een lagere
Strength-waarde.
7) Druk op [F6 (EXECUTE)] om de noten te quantiseren.
Bent u niet tevreden met het resultaat, dan kunt u de
bewerking annuleren door [SHIFT] ingedrukt te
houden en op [EXIT] te drukken.
Dit was slechts een summiere kennismaking met de
Quantize-functie. Naast de hier gebruikte Grid
Quantize bestaat er nog een Groove Quantize. Die
trekt de noten niet zonder meer recht, maar kan een
bepaalde “feel” aan een partij verlenen door nootwaarden te verplaatsen. Verder zijn er nog mogelijkheden om slechts een beperkt aantal maten te quantiseren of om de gequantiseerde partij op een ander
spoor te schrijven. Meer over dit alles leest u vanaf
blz. 83.
27
MC-80 Handleiding
2.4 MC-80 live gebruiken
We hebben de MC-80 heel wat functies meegegeven waarmee hij uitstekend zijn mannetje kan staan op het
podium.
Met n toets kunt u complexe notenreeksen aansturen
Hiermee kunt u tijdens de
weergave transponeren.
Hiermee kunt u een song
"uitfaden".
Hiermee kunt u meteen naar een bepaalde
maat springen.
Hiermee kunt u de volgende song
al selecteren terwijl u de vorige nog speelt
Door de maat op deze knop te tikken
kunt u het tempo instellen.
Tempo intikken met de [TAP]-knop
Op blz. 19 hebben we al gezien hoe u het tempo kunt
wijzigen met het [VALUE]-wiel. Dit kan echter ook
intuïtiever, door in de maat op de [TAP]-knop te
drukken.
1
2
1) Druk op [SEQUENCER] en start de weergave (zie
blz. 17).
2) Tik in het gewenste tempo een vierkwartsmaat op
de [TAP]-knop. U hoort nu hoe het tempo verandert naarmate u sneller of trager tikt.
Opmerking:
naar de Tempo-pagina, waarin u de tempo-gegevens meer in
detail kunt bekijken.
Door op de [TEMPO]-knop te drukken gaat u
Tijdens het spelen de volgende song
kiezen (Next Song)
Stel: u wilt een optreden ten beste geven waarbij u
niet van tevoren bepaalt in welke volgorde u de nummers speelt, maar u wilt wél een strakke set met
naadloos aansluitende songs. In dat geval biedt de
“Next Song”-functie soelaas: hiermee kunt u tijdens
de weergave van een song reeds de volgende song
28
Aan de slag
opzoeken, zodat die straks meteen kan worden
gestart.
4
3
2
5
1) Start de weergave van een song (zie blz. 17).
2) Druk op [SELECT] om naar de SONG SELECTpagina te gaan.
3) Druk op [F1 (DRIVE)] om de diskette te selecteren.
de MC-80 kunt u die song tijdens de weergave transponeren, tot u de passende toonaard hebt gevonden.
4
2
1) Start de weergave van een song.
2) Druk op [TRANSPOSE]. U komt terecht in de “Settings”-pagina.
3) Kies met [INC/+][DEC/-] of met het [VALUE]-wiel
de gewenste transpositie.
Transponeren gebeurt in stappen van een halve toon
(positieve waarden transponeren omhoog, negatieve
omlaag).
3
4) Plaats de cursor op de naam van de song die u als
volgende wilt weergeven.
5) Druk op [ENTER].
De naam van de song verschijnt in het Next-venster,
zoals in de onderstaande afbeelding.
dit wordt de volgende song
Wilt u de gemaakte keuze annuleren, druk dan op
[EXIT].
Opmerking:
songs vastleggen, gebruik dan de Chain Play-functie (zie
blz. 48).
Wilt u toch van tevoren de volgorde van alle
Transponeren tijdens de weergave
Nog zo’n live-scenario: de zanger(es) is die dag niet
goed bij stem en de toonaard waarin u song x normaal speelt blijkt plots te hoog. Geen probleem, met
4) Hebt u de gewenste transpositie gevonden, druk
dan op [EXIT] om terug te keren naar de SONG
PLAY- of QUICK PLAY-pagina.
Opmerking:
neer u de song op diskette schrijft.
De transpositie-waarde wordt onthouden wan-
Songs “uitfaden”
De MC-80 kan songs laten eindigen met een
fade-out, net zoals op de plaat.
Opmerking:
combinatie met niet-GS-compatibele klankmodules.
Het is mogelijk dat deze functie niet werkt in
2, 5
4
1) Start de weergave van een song.
2) Op de plaats waar u de fade-out wilt laten beginnen
houdt u [SHIFT] ingedrukt en drukt u op [END].
5) Druk nogmaals op [SHIFT]+[END] om het originele volume te herstellen.
Opmerking:
niet herstellen.
Tijdens de weergave kunt u het originele volume
Moeilijke riffs, licks enz. met één
toets aansturen
Naast volledige songs kunt u met de MC-80 ook korte frases, riffs, melodietjes enz. opnemen en aan een
klaviertoets koppelen. Dat kan handig zijn voor partijen die u niet kunt spelen (wegens te weinig handen
of gewoon te moelijk). Bovendien is er ook nog een
krachtige arpeggiator aan boord die u uw akkoorden
omvormt tot notenreeksen.
■
Frases met één toets aansturen (Phrase
Sequence)
We demonstreren deze functie aan de hand van een
demosong.
druk dan nogmaals op dezelfde toets of op de “stop”toets (in dit geval is dat C2).
7) Voeg op dezelfde manier andere partijen toe.
Zoals u uit de “7”-toetsen uit de onderstaande
afbeelding kunt opmaken, zijn er – naast baspatronen – in deze song ook nog frases voor percussie,
orgel, blazers, enz. beschikbaar. Uitproberen is hier
de boodschap!
Opmerking:
aan bod. Zo kunt u uw eigen frases maken en het klavier kiezen van waaruit u de frases wilt aansturen.
■
Arpeggiator
Vanaf blz. 61 komen nog meer mogelijkheden
De arpeggiator van de MC-80 vormt de akkoorden
die u op het klavier speelt om tot gebroken notenreeksen. Daarbij zijn er heel wat opties aangaande
maatsoort, stijl, enz.
2
5
3
4
1
1) Steek de diskette met demosongs in de disk drive.
2) Druk op [SEQUENCER].
3) Druk op [SELECT].
4) Kies met het [VALUE]-wiel
“33PhraseSeqDemoGS” (werkt u met een GMcompatibele klankmodule, kies dan
“34PhraseSeqDemoGM”.
5) Druk op [PLAY] om de drumbegeleiding te starten.
6) Stuur met de klaviertoetsen de basfrases aan.
30
Met de toetsen die hieronder naast “6” zijn afgebeeld
kunt u een reeks baspatronen weergeven. U hoeft de
toets slechts kort in te drukken, het patroon gaat
daarna vanzelf verder. Wilt u het patroon stoppen,
1) Druk op [SEQUENCER] om naar de SONG PLAYpagina te gaan.
2) Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op een TRACKknop.
Door een spoor te kiezen kiest u meteen het overeenkomstige MIDI-kanaal.
3) Druk op [ARPEGGIATOR] (de indicator licht op).
4) Speel een akkoord op het klavier.
U hoort nu hoe het akkoord wordt omgezet in een
arpeggio. Laten we nu even kijken hoe we die arpeggio kunnen wijzigen.
Loading...
+ 99 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.