We danken u voor de aankoop van een Friendly Robotics product.
Indien u de RL1000 Robomow® gebruikt zonder het laadstation,
gebruik dan deze handleiding voor gebruik en veiligheid.
Indien u ook het laadstation gekocht hebt, gebruik dan de handleiding
voor gebruik en veiligheid die bij het laadstation gevoegd is.
We wensen u vele jaren tevreden gebruik van Friendly Robotics
producten.
EG Conformiteitverklaring
1.F. Robotics Acquisitions, Hatzabar St., Industrial Zone, Pardesiya, Israel
verklaart dat de onder item 2 beschrevenmachines overeenstemmen met de richtlijnen
beschreven onder items 3 & 4.
2.Product:Door een accu van 24 Volt aangedreven automatische robot grasmaaier, model
RL350, RL500, RL550, RL800 RL850 en RL1000*.
Serienummer: kijk naar de aanduiding op de grasmaaier.
3.Getestdoor het "British Standards Institute (BSI)" voor overeenstemming met machine
veiligheid regelgeving 1992, Basis gezondheids- en veiligheidseisen in verband met ontwerp
en constructie van machines.
De machines zijn getest volgens volgende Europese standaards:
EN 292: Delen 1 en 2:1991, Machine Veiligheid - basis concepten, algemene principes voor
ontwerp.
EN 294: 1992, Machine Veiligheid - Veiligheidsafstanden om te vermijden dat de bovenste
ledematen gevarenzones kunnen bereiken.
EN 418:1992, Machine Veiligheid - Noodstopsystemen, functionele aspecten ontwerpprincipes.
EN 60204: Deel 1:1997, Machine Veiligheid - Elektrische uitrusting van machines - algemene
eisen.
EN 60335: Deel 1:1994, Veiligheid van huishoud- en andere gelijkaardige elektrische
toestellen.
Bovendien werd rekening gehouden met volgende Nationale standaarden en ontwerpen bij
het testen van de machine:
BS 3456: Deel 2: Sectie 2.42: 1997, Veiligheid van huishoud- en andere gelijkaardige
elektrische toestellen - Sectie 2.42 Door accu aangedreven grasmaaiers.
PrEN 50338: 1999, Veiligheid van huishoud- en andere gelijkaardige elektrische toestellen Specifieke eisen voor handbediende, door accu aangedreven elektrische grasmaaiers.
De geluidstesten zijn uitgevoerd volgens de vereisten van: 79/113/EEC en 88/181/EEC.
De resultaten zijn gepubliceerd door BSI in rapport nummer 282/4077203 met datum 14 Juli
4.Ook getest door Hermon Laboratories voor overeenstemming met de richtlijn 89/336/EEC
voor elektromagnetische compatibiliteit. De resultaten zijn gepubliceerd door Hermon
Laboratories in rapport nummer Frienmc_EN.14123 met datum 21 Juni 2000.
Rakevet Industry Zone, Binyamina, 30550, Israel.
5.Gemetengeluidsvermogenniveau: 85 db.
6.Gewaarborgdgeluidsvermogenniveau: 90 db.
7.De technische documentatie wordt bijgehouden door Dhr. Dedy Gur, directeur
productkwaliteit.
Ik verklaar hierbij dat het hierboven beschreven product beantwoordt aan de vereisten zoals ze
hierboven gespecificeerd zijn.
* Het originele model RL500 werd getest door BSI in 2000. Alle modellen van Friendly Robotics die
momenteel verkocht worden, werden getest door F. Robotics Acquisitions Ltd.
Uitgegeven teShai Abramson - Senior VP R&D
Pardesiya, Israel
De producten zijn gebouwd door F. Robotics Acquisitions (Friendly Robotics).
Product, productspecificaties en dit document zijn onderworpen aan veranderingen zonder
voorafgaand bericht. Alle andere handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve eigenaars.
CE goedgekeurd
Welkom in de wereld van de huisrobots met uw Friendly Robotics Robomow!
Dank u voor de aankoop van ons product. We weten dat u gaat genieten van de bijkomende
vrije tijd die u zult hebben terwijl de Robomow uw gras maait. Indien goed geïnstalleerd en
gebruikt zal de Robomow veilig werken op uw gazon en u een maaikwaliteit schenken zoals
maar weinig maaiers dat kunnen. U zult onder de indruk zijn van het uitzicht van uw gazon en
de Robomow deed het voor u.
BELANGRIJK!
De volgende bladzijden bevatten belangrijke instructies voor veiligheid en gebruik. Lees
alstublieft alle instructies in deze handleiding en volg ze ook op. Lees aandachtig en herlees
alle veiligheidsinstructies, waarschuwingen en aanwijzingen die in deze handleiding staan.
Als u nalaat deze instructies, waarschuwingen en aanwijzingen te lezen en op te volgen
kan het gebeuren dat personen of huisdieren zwaar gewond raken of gedood worden
en kan er schade aan persoonlijke eigendommen ontstaan.
4
Inhoudstabel
Veiligheidswaarschuwingen en voorzorgsmaatregelen…………………….….… 6
1. Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig door alvorens met de Robomow
u vertrouwd met de bedieningen en het juiste gebruik van de Robomow®en volg nauwgezet
alle veiligheidsinstructies en waarschuwingen.
2. Gebruik de Robomow
®
nooit voor iets anders dan dat waarvoor hij gebouwd is.
®
te werken. Maak
3. De Robomow mag nooit door kinderen bediend worden of door personen die niet weten hoe
de Robomow®veilig te bedienen.
4. Maai nooit indien er mensen, vooral kinderen, of honden in de buurt zijn.
5. De gebruiker is verantwoordelijkvoor ongevallen of schade aan andere personen of hun
eigendom.
Voorbereiding
6. Installeer de perimeterdraad juist en nauwkeurig volgens de aanwijzingen.
7. Draag altijd stevige schoenen en een lange broek w anneer u met de afstandsbediening
maait.
8. Inspecteer de Robomow
voorwerpen. Voorwerpen die door de messen geraakt worden kunnen weggeslingerd
worden en ernstige verwondingen veroorzaken.
9. Vóórdat u de Robomow
in goede staat zijn. Vervang messen die versleten of beschadigd zijn.
®
af en toe. Verwijder stenen, stokken, draad, beenderen en andere
®
gebruikt, verwijder het accupack en kijk na of de messen scherp en
10. Gebruik alleen onderdelen entoebehoren die origineel voor dit product ontworpen zijn.
Werking
11.Maai alleen maar bij daglicht met de handbediening, of bij goed kunstlicht.
12.Bediende Robomow
open sandalen draagt. Draag altijd stevige schoenen en lange broek.
13. Vermijd de Robomow
®
afstandsbediening nooit wanneer u blootsvoets bent of wanneer u
®
in nat gras te gebruiken. Maai niet terwijl het regent.
14. Let goed op waar u stapt wanneer u hellingen maait met de afstandsbediening.
15. Gebruik de Robomow
om handmatigte maaien op hellingen waar geen goede houvast mogelijk is.
®
niet op hellingen van meer dan 15 graden en gebruik hem niet
16. Zorg dat alle veiligheden,schermen en sensoren voortdurend ok zijn. Herstelof vervangelk onderdeel dat
beschadigd is,ook stickers. Gebruikde Robomow®niet indien een onderdeel beschadigd of
versleten is.
17. Stel de Robomow
onbruikbaar is.
®
niet in werking als een veiligheidsfunctie of onderdeel beschadigd of
18. Probeer nooit een veiligheidsinrichting of -voorziening uit te schakelen of te
verwijderen.
19. Wanneer u met de afstandsbediening werkt, volg dan altijd de instructies wanneer u
een motor aanzet en hou uw voeten ver weg van de messen.
20. Deze machine heeft scherpe draaiende messen! Laat de maaier nooit zonder toezicht
werken; hou toeschouwers, kinderen en honden weg van de maaier wanneer hij werkt.
21. Laat nooit toe dat iemand op de maaier gaat zitten.
22. Hou handen en voeten weg van de snijmessen en andere bewegende delen.
23. Til de Robomow
®
nooit op of vervoer hem niet wanneer de motoren lopen.
24.Probeer nooit de maaier te herstellen of in te stellen terwijlhij werkt.
6
25. Til de Robomow
®
nooit op of inspecteer de messen niet wanneer de motoren lopen.
26. Verwijder altijd het accupack vóórdat u maaier optilt of inregelt.
27. Start de automatische mode van de Robomow
perimeterdraad afgebakend is.
Laadstation
®
nooit op buiten het veld dat door de
28.Let er bij het programmeren van het automatisch vertrekken op dat u de uren en de dagen
zodanig programmeert dat er tijdens de maaitijden geen kinderen, huisdieren of
toeschouwers op het gazon aanwezig zijn.
29.Gebruik nooit een verlengdraad om het laadstation aan te sluiten.
30.Plaats geen metalen voorwerpen bij de laadcontacten van het laadstation.
31.Verbind de laadpennenvan de Robomow
®
nooit met een metalen voorwerp.
32.Stel altijd de plaatselijke dag en tijd weer in nadat u het accupack verwijderdhebt. Indien u
dat nietdoet zal de Robomow®beginnen te maaien op ongewenste momenten en dat kan
leiden tot erge lichamelijke verwondingen.
33.Spuit niet met water rechtstreeks in de buurt van het laadstation of op het controlebord
van het laadstation.
Onderhoud en stalling
34.Onderhoud, herstel en sla de Robomow
®
op volgens de aanwijzingen (kijk hoofdstuk 9 na).
35. Zorg dat alle moeren, bouten en schroeven vast blijven zodat de machine veilig blijft.
36.Vervang versleten of beschadigde onderdelen ter wille van de veiligheid.
37.Gebruik stevige veiligheidshandschoenen wanneer u de messen nakijkt of vervangt.
38.Gebruik alleen maar de originele uitrusting, accupack en voeding/lader voor deze maaier.
Verkeerd gebruik kan oorzaak zijn van elektrocutie, oververhitting en lekkage van bijtend
zuur uit de accu.
39. De lader (voeding) is alleen geschikt voor gebruik binnenshuis. Gebruik hem niet waar
vocht en water waarschijnlijk aanwezig zijn. De lader moet in een afgeschermde, droge
ruimte, die goed verlucht is en hij mag niet blootgesteld blijven aan rechtstreeks zonlicht.
40.Gooi een accupack nooit in het vuur en doe geen gebruikte accu’s bij het huisafval. De
accu moet ingezameld worden, gerecycleerd of vernietigd op een milieuvriendelijke manier.
41.Open het accu pack niet en beschadig het niet. Het elektrolyt dat dan vrijkomt is corrosief
en kan ogen of huid beschadigen. (Bij ongeval ÆÆÆÆ overvloedig spoelen met gewoon water)
42.Bescherm uw ogen en gebruik werkhandschoenen voor de installatie van de
perimeterdraad en het vastmaken van draadpinnen. Sla alle pinnengoed in de grond om te
voorkomen dat iemand over de draad zou struikelen.
43.Gebruik de voeding/lader nooit indien de draad beschadigd is.
44.Transport - om de machine veilig te verplaatsen vanuit of binnen het grasveld:
1. Gebruik de handbediening om de maaier van de ene plek naar de andere te rijden. (Zie
hoofdstuk 2.4)
2. Bij hoogteverschillen of trappen, verwijder het accupack uit de maaier en draag de
maaier bij het draaghandvat (Zie Figuur nr. 2.1).
7
Veiligheidswaarschuwingen en
voorzorgsmaatregelen
De betekenis van waarschuwing- en
gevarenlabels
1
1. WAARSCHUWING – dit is een gevaarlijk, aangedreven apparaat. Wees
voorzichtig wanneer u het gebruikt, volg alle veiligheidsinstructies op en
houd u aan de waarschuwingen.
2 . Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig door en volg nauwgezet alle
veiligheidsinstructies.
3.Pas op voor rondvliegende voorwerpen.
4 . Houd kinderen, omstanders en huisdieren op een veilige afstand van de
maaier.
5.Scherpe roterende messen. Houd uw handen weg en til de robot nooit
aan deze kant op.
6.Scherpe roterende messen. Houd uw voeten weg.
2
GEVAAR
3456
GEVAAR! Scherpe draaiende
messen. Houd handen en voeten
weg. U kunt ernstig gewond worden.
8
OPGELET! Verwijder het accupack
voordat u probeert de maaier, om
welke reden dan ook, op te lichten.
Robomow®- Veiligheidseigenschappen
1. Kinderslot
Deze menuoptie biedt een veiligheidsfunctie ter verhindering van het in werking stellen van de
Robomow door kinderen of anderen die niet weten hoe het toestel veilig bediend moet worden.
2. Hefsensor
Aan het voorste zwenkwiel van de Robomow bevindt zich een sensor. Indien de voorkant van
de Robomow ongeveer 2,5 cm wordt opgetild tijdens de werking van de messen, stoppen de
maaimessen onmiddellijk (< 1 seconde).
3. Bumpers met sensor
De voorste en achterste bumpers zijn uitgerust met contacten die geactiveerd worden als de
Robomow een vast, hard object raakt als dat object zich op minstens 15 cm in verticale hoogte
van het steunoppervlak van de Robomow bevindt. Als de bumpersensor geactiveerd is, wordt
de beweging van de Robomow in die richting gestopt en gaat het toestel achteruit weg van het
obstakel. Bij manueel maaien stopt het activeren van de bumper het roteren van de
maaimessen onmiddellijk (<1 seconde).
4. Noodstopschakelaar
Deze bevindt zich boven aan de buitenzijde van de handmatige bediening en is rood van kleur.
Als men tijdens de werking op deze knop drukt, wordt de werking van de maaier onderbroken
en stopt het draaien van de maaimessen onmiddellijk (< 1 seconde).
5. Automatische modusherkenning
De Robomow is zo ontworpen dat hij niet handmatig bediend kan worden terwijl de
handmatige bediening in zijn houder zit en dat hij niet in de automatische modus kan werken
als de handmatige bediening verwijderd is.
6. Twee stappen bediening ter controle van de aanwezigheid van de bediener
In handmatige modus zijn twee onafhankelijke acties vereist om de maaimessen in te
schakelen. Als deze zijn ingeschakeld moet de maaimessenknop ingedrukt blijven om de
meswerking voort te zetten. Als deze zijn losgelaten, moet het inschakelingproces in twee
stappen herhaald worden.
7. Elektronisch gecontroleerd laadsysteem
De Robomow is uitgerust met een ingebouwd laadcontrolesysteem. Hierdoor kan de oplader
op elk ogenblik aangesloten blijven, zelfs nadat de accu volledig opgeladen werd. Het
controlesysteem verhindert dat de accu overladen wordt en houdt ze volledig geladen en
onderhouden voor het volgende gebruik.
8. Afgesloten accupack
Het accupack dat de Robomow aandrijft, is volledig afgesloten en zal geen enkele soort
vloeistof lekken, ongeacht de positie. Bovendien bevat het accupack een smeltveiligheid voor
het geval er een kortsluiting of een probleem met de stroom ontstaat.
9
9. Perimeterschakelaar en perimeterdraad
De Robomow kan niet werken zonder een geïnstalleerde perimeterdraad die geactiveerd wordt
door een perimeterschakelaar. Indien de perimeterschakelaar uitgeschakeld is of niet
functioneert, houdt de Robomow op met werken. Indien er zich een breuk in de perimeterdraad
voordoet, zal de Robomow ophouden met werken. Indien er zich een breuk in de
perimeterdraad voordoet voordat de Robomow in werking trad, zal deze niet kunnen
functioneren. De Robomow kan alleen werken binnen de omtrek van de perimeterdraad.
10. Perimeterschakelaar auto-uit
Deauto-uitfunctievandeperimeterschakelaarschakeltdewerkingvande
perimeterschakelaar uit na ongeveer 5 uur van aanhoudende werking. Dit is gewoonlijk 2 tot 3
uur nadat een volledig opgeladen accu opnieuw moet worden opgeladen. Dit helpt te
voorkomen dat niet bevoegde personen proberen de Robomow opnieuw op te starten nadat hij
zijn werking voltooid heeft.
11. Bescherming tegen oververhitting door overbelasting
Elk van de drie maaimotoren en elk van de twee wielaandrijvingsmotoren worden voortdurend
gecontroleerd tijdens de werking voor elke situatie die een oververhitting van deze motoren
kan veroorzaken. In dat geval stopt de Robomow de werking van die motor en mogelijk van de
maaier zelf en zal hij aangeven dat de motor aan het afkoelen is. Hoewel ongebruikelijk, kan
dit gebeuren als de Robomow in zeer hoog gras wordt neergezet; als de onderzijde van de
Robomow verstopt is door slecht reinigingsonderhoud; als de Robomow een object raakt dat
de bumpersensoren die het maaien verhinderen niet activeert; of als een probleemmaaiveld de
Robomow heeft doen vastzitten en deze verhindert te bewegen.
12. Alarm bij automatisch vertrek
Wanneer de maaier geprogrammeerd is om automatisch te vertrekken vanuit het laadstation
op een voorgeprogrammeerd moment, dan zal dat gemeld worden door een zoemer en de
waarschuwingslamp, 5 minuten vóór het vertrek.
WAARSCHUWING!
!
Dit waarschuwingssymbool vindt u op
verschillende plaatsen in deze handleiding.
Het is bedoeld om een belangrijke waarschuwing
of veiligheidsmelding te benadrukken.
Schenk bijzondere aandacht aan deze passages
en zorg ervoor dat u het bericht volledig begrijpt
vóórdat u verder gaat.
10
Wat zit er in de doos
(Robomow®)
1. Robomow
2. Power Pack
3. Handleiding voor gebruik en
veiligheid.
4. Standaard acculader
Voor het opnieuw laden van het Robomow accupack.
Alleen voor gebruik binnenshuis.
5. Roboliniaal
Wordt gebruikt om de afstand te bepalen tussen de
perimeterdraad en de rand van het gazon.
6. Pinnen
Om de perimeterdraad op de grond te
bevestigen rond het gazon
en rond obstakels.
®
1
2
4
5
7. Wire
Dient om een virtuele muur te creëren voor
de Robomow.
8. Perimeterschakelaar (& C-Cell Batteries)
Activeert de the perimeterdraad, die het
gebied bepaald waarbinnen de
Robomow zal werken.
9. Bevestigingspin voor de perimeterschakelaar.
Dient om de perimeterschakelaar bij
het gazon te bevestigen.
10.Draadconnectors
Voor het verbinden van draden (waar nodig).
11.Maaivlakconnectors
Voor het verbinden van de perimeterdraad-
installatie met de perimeterschakelaar.
7
6
8
10
10
9
11
11
Het principe
Hoe het werkt
Een dunne draad, perimeterdraad genoemd, wordt geplaatst rondom het maaivlak en
rondom de vlakken waar de maaier niet mag komen. De perimeterschakelaar, een
toestel dat verbonden is met de perimeterdraad, genereert een zwak signaal. Zodra u
de perimeterschakelaar aan zet gaat het signaal door de perimeterdraad en creëert
deze een virtuele muur. De virtuele muur kan alleen gezien worden door de
Robomowzodatdezebinnendeomheiningvanuwgazonblijft.De
perimeterschakelaar moet aangezet worden om de perimeterdraad te activeren
voordat de Robomow zal werken.
Perimeterschakelaar
staat aan om signaal
te generen.
Virtuele muur
die alleen door
de Robomow
wordt gezien.
12
Hoofdstuk 1
Installatie van de perimeterdraad
1.0 Waar te beginnen
Ten einde te bepalen wat de beste locatie is om met de installatie te beginnen, is het beter om eerst
enkele basisbeslissingen te nemen gebaseerd op uw gazon. Sommige gazons kunnen in
één enkele maaibeurt gemaaid worden, maar de meeste gazons en tuinen zijn niet zodanig
ingericht dat de Robomow overal kan komen. Daarom is het meestal zo dat er met de
perimeterdraad twee aparte zogenaamde “zones” aangelegd worden. Voor elke zone die
aangelegd wordt dient u een plek te voorzien voor de perimeterschakelaar. Zoek een
geschikte plaats buiten de perimeter van elke zone die voor u goed toegankelijk is. Een plaats
die beschut is tegen de weerelementen geniet de voorkeur. Overweeg plaatsing van de
perimeterschakelaar nabij planten of struiken zodat hij niet opvalt. Van zodra u weet waar de
perimeterschakelaar geplaatst wordt kan u beginnen met de aanleg van de perimeterdraad met
startpunt bij de locatie van de perimeterschakelaar.
.
Achtertuin
In figuur 1.1 zijn de voortuin en de achtertuin fysiek van mekaar gescheiden door een hek. Door het
hek kan de Robomow zich niet vrij bewegen van voren naar achteren. In dit voorbeeld zijn er twee
zones, één vooraan en één achteraan. Indien u voorop weet dat er twee zones nodig zijn is belangrijk
om de installatie vlot te laten verlopen.
1.1 De roboliniaal gebruiken
Bij de toebehoren hoort een meetstok, roboliniaal genoemd, om de juiste positie van de
perimeterdraad te helpen bepalen langs muren, afsluitingen, voetpaden, opritten, bloembedden en
andere perimeter zones. De roboliniaal kan op twee verschillende afstanden ingesteld worden. De
kortere afstand wordt gebruikt langs de grasranden zonder hindernissen buiten de directe rand van de
perimeterdraad (ongeveer 30 cm) en met ongeveer dezelfde relatieve hoogte als de grasrand. De
langere afstand wordt gebruikt langs de grasranden waar er buiten de directe rand van de
perimeterdraad obstakels en hoogteverschillen zijn. Zie figuur 1.2.
13
Opmerking: Gebruik de korte afstand van de roboliniaal om de draad rond een obstakel te leggen
wanneer u een Perimeter eiland maakt (zie sectie 1.8).
Gebieden buiten perimeterdraad. Zelfde
basisniveau en zonder obstakels.
Positie
perimeter
draad
Korte afstand
Figuur 1.2 – De roboliniaal gebruiken
1.2 Installeren van de perimeterdraad
Scheur de geperforeerde cirkel uit de perimeterdraaddoos. Maak met uw vinger een gat in de plastic
afdekking en voel in het midden van de draadspoel tot u het uiteinde van de draad vindt. Trek de draad
uit de doos. Het plastic omhulsel werd ontworpen als een houder voor de draad, u kan het dus best niet
verwijderen.
BELANGRIJK: het is nodig dat u eerst dit hoofdstuk leest (Installeren van de perimeterdraad) vóórdat
u begint met het leggen van de perimeterdraad, zodat u op de hoogte bent van alle regels en
instructies voor de installatie.
Gebied buiten perimeterdraad. Heeft
een muur als obstakel.
Positie
perimeter
draad
Lange afstand
Begin bij de plek waar u de perimeterschakelaar wil neerzetten. Trek de draad uit de spoel terwijl u
langs de rand van het gazon wandelt waar u een maaizone gaat aanleggen. Laat voldoende draad
over bij het startpunt waar de perimeterschakelaar zal komen. Laat altijd minstens 1.5 m draad over
aan het beginpunt van de installatie.
Nadat u voldoende draad neergelegd hebt voor een bepaalde zone begint u te werken met de
Roboliniaal. (zie paragraaf 1.1) om te kijken of de draad juist ligt. Begin met het plaatsen van enkele
pennen om de draad voorlopig vast te houden. Achteraf zal u met de Robomow gaan testen of de
draad goed ligt en dan kan het zijn dat u de draad nog een beetje wil verplaatsen. Kijk naar afdeling
2.8 voor details over het testen. U kan vlot manueel de pennen in de grond steken en ze dan achteraf
met een hamer in de grond drijven,
WAARSCHUWING
Er is een risico voor oogletsel. Gebruik dus
oogbescherming en veiligheids-
handschoenen wanneer u de pennen in de
grond hamert. De pennen kunnen breken bij
harde of droge grond. In extreme gevallen
kan het helpen om de gedeelten waar de
pennen ingeslagen moeten worden nat te
maken.
!
1.3 De perimeterdraad vasthechten aan de grond.
Het is niet nodig de perimeterdraad in te graven, maar indien u dat wil mag u het doen tot een diepte
van 7.5 cm. Kleine pennen zijn bij de Robomow geleverd en die dienen om de perimeterdraad tegen
de bodem vast te houden, onder het gras. Ze lijken op tentharingen. Indien ze goed in de grond
vastgezet zijn zullen draad en pennen verdwijnen onder het groeiende gras. De onderlinge afstand van
de pennen moet zo zijn dat de draad helemaal onderaan in het gras vastgehouden wordt om te
voorkomen dat de draad een struikelrisico vormt zolang hij nog niet volkomen bedekt is met nieuw
gras. Zie Figuur 1.3. Denk erom eerst de positie van de draad te testen met de functie rand maaien
vóórdat u hem definitief bevestigt met bijkomende pennen. Zie sectie 2.8 voor details over het testen.
14
Plaats bijkomende pinnen om de
Perimeterdraad
Figuur 1.13 – De perimeterdraad vastzetten
1.4 Bochten en scherpe hoeken
Als u de perimeterdraad installeert moet u ervoor zorgen dat u geen hoeken maakt die scherper zijn
dan 90°. Bij een hoek die scherper is dan 90° kan de Robomow het spoor verliezen van de
perimeterdraad. In situaties waar het terrein een draadhoek van minder dan 90° zou vereisen, kan men
de plaatsing toch uitvoeren via meerdere hoeken. Zie Fig.1.4
Voer de installatie uit met
meerdere hoeken om te
vermijden dat u een hoek
van minder dan 90° krijgt.
perimeterdraad naar de grond te trekken
waar de draad boven het gras uitsteekt.
Foute installatie
Gazonvlak
Figuur 1.4 – Juiste installatie bij scherpe hoeken
1.5 Smalle vlakken en smalle doorgangen
De Robomow heeft een doorgang nodig met een bepaalde minimumbreedte om naar een groter
gebied te gaan dat met het vorige gebied verbonden is. Een smalle doorgang is bijv. een zone die veel
smaller is dan de originele zone en waar de Robomow doorheen moet om een maaizone te bereiken
waar de breedte weer groter is (denk aan een zandloper). De minimum breedte voor een efficiënte
smalle doorgang is 1.7m tussen de perimeterdraden. Hoe breder de doorgang is, hoe beter de
Robomow kan navigeren tussen de twee zones. De effectiviteit en de efficiëntie van de maaier worden
dan veel beter. Zie Figuur 1.7.
Bij een smal gebied dat geen toegang geeft naar een andere zone van hetzelfde gebied is de minimum
werkbreedte 1.7 m. Figuur 1.7.
90 graden
bij scherpe hoek
15
Loading...
+ 39 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.