Controleer of alle accessoires zijn meegeleverd en zie waartoe deze dienen.
1xAfstandsbediening
2xBatterijen
1x SCART-kabel
1xElektriciteitskabel
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
1) Lees de aanwijzigen. Lees alle aanwijzingen over de
veiligheid en werking alvorens het product te openen.
2) Bewaar de aanwijzigen. Bewaar de aanwijzingen
over de veiligheid en werking om deze later nog eens
door te lezen.
3) Let op de waarschuwingen. Alle waarschuwingen
over het product alsmede de aanwijzingen voor het
gebruik dienen goed te worden opgevolgd.
4) Volg de aanwijzigen op. Volg alle aanwijzingen op
over werking en gebruik.
5) Schoonmaken - Ontkoppel dit product uit de
wandcontactdoos voor het schoonmaken. Gebruik geen
vloeibare schoonmaakmiddelen of spuitbussen.
Gebruik een vochtige doek voor het schoonmaken.
6) Hulpstukken - Gebruik geen hulpstukken die niet door
de fabrikant van het product zijn aanbevolen, omdat
deze gevaar kunnen opleveren.
7) Water en vocht - Gebruik dit product niet in de nabijheid
van water; zoals bij een badkuip, wastafel, keukenaanrecht, wastobbe, in een natte kelder, bij een
zwembad, enz.
8) Accessoires - Plaats dit product niet op een onstabiel
wagentje, stelling, driepoot, beugel of tafel. Als het
product valt, kan het ernstig letsel bij kinderen of
volwassenen veroorzaken en aanzienlijke schade
aanbrengen aan het product. Gebruik het product alleen
samen met een door de fabrikant aanbevolen wagentje,
stelling, driepoot, steun, of tafel, die met het apparaat
verkocht is. Bij het plaatsen van het product dienen de
aanwijzingen van de fabrikant te worden opgevolgd en
de door de fabrikant aanbevolen accessoires te worden
gebruikt.
9) Wagentje - Een combinatie van het product en een
daarvoor bestemd wagentje dient voorzichtig te worden
vervoerd. Snel stoppen, brute kracht en ongelijkmatige
oppervlakken kunnen het product en wagentje om laten
vallen.
10) Ventilatie - De gleuven en openingen in de behuizing
zorgen voor betrouwbare werking van het product en
beschermen deze tegen oververhitting. Blokkeer en
bedek deze openingen niet. De openingen mogen nooit
worden geblokkeerd door het product op een bed, bank,
vloerkleed of dergelijke oppervlakken te plaatsen. Plaats
dit product nooit in een in ingebouwde stelling, zoals een
boekenkast of -rek, tenzij in de juiste ventilatie is
voorzien of de aanwijzingen van de fabrikant zijn
opgevolgd.
11) Spanningsbronnen - Dit product dient alleen te
worden gebruikt met het op het productetiket
aangegeven type spanningsbron. Neem contact op met
uw dealer of het plaatselijk nutsbedrijf, indien u niet
zeker bent van het type spanningstoevoer in uw huis.
Lees de aanwijzingen voor het gebruik van producten
die bedoeld zijn om op batterijvoeding of andere bronnen
te werken.
12) LOCATIE - Het apparaat dient op een stabiele plek te
worden geïnstalleerd.
13) PERIODEN VAN GEEN GEBRUIK - Indien de
voedingskabel van het apparaat gedurende langere
perioden niet wordt gebruikt, dient deze te worden
ontkoppeld uit de wandcontactdoos.
14) Aarden of polariseren –
•Indien dit product is uitgerust met een gepolariseerde
wisselstroomstekker (een stekker waarvan één kant
breder is dan de andere), past het slechts op één manier
in de wandcontactdoos. Dit is een kenmerk van
veiligheid. Probeer de stekker om te draaien, indien de
stekker niet geheel in de wandcontactdoos kan worden
gestoken. Indien de stekker nog niet past, neem dan
contact op met uw elektricien om de verouderde
wandcontactdoos te vervangen. Negeer het
veiligheidsaspect van de gepolariseerde stekker niet.
•Indien dit product is uitgerust met een met drie draden
geaarde stekker of een stekker met een derde (geaarde)
pen, zal deze alleen in een geaarde wandcontactdoos
passen. Dit is een kenmerk van veiligheid. Indien de
stekker niet past in de wandcontactdoos, neem dan
contact op met uw elektricien om de verouderde
wandcontactdoos te vervangen. Negeer het
veiligheidsaspect van de geaarde stekker niet.
15) Bescherming van de stroomskabel - De
stroomskabels dienen op een zodanige wijze te worden
aangelegd, dat er niet op gelopen kan worden en de
kabels niet kunnen worden afgekneld door het plaatsen
van bepaalde zaken; let in het bijzonder op de kabels bij
de stekkers, verloopstekkers en -snoeren en het punt
waar deze uit het product komt.
16) Het aarden van de buitenantenne - Indien een
buitenantenne of kabelsysteem op het product wordt
aangesloten, controleer dan dat de antenne of
kabelsysteem geaard is om bescherming te kunnen
bieden tegen voltagepieken en opgebouwde statische
ladingen.
Artikel 810 van de toepasselijke elektriciteitswetgeving
voor de Verenigde Staten van Amerika, ANSI/NFPA 70,
voorziet in informatie over het op de juiste manier aarden
van de antenne en ondersteunende structuur, het
aarden van de ingaande draad van een ontlaadeenheid
van de antenne, de afmetingen van de aardgeleiders, de
locatie van de ontlaadeenheid van de antenne, het
aansluiten van de aardelektroden en de vereisten voor
aardelektroden.
17) Blikseminslag - Ontkoppel het apparaat uit de
wandcontactdoos en ontkoppel het antenne- of
kabelsysteem voor extra bescherming van dit product
gedurende onweer, of indien dit gedurende langere tijd
niet wordt gebruikt en niet naar wordt omgekeken. Dit
voorkomt schade aan het product door blikseminslag en
elektriciteitspieken.
18) Elektriciteitslijnen - Een buitengelegen
antennesysteem mag niet in de nabijheid van
elektriciteitslijnen of andere elektrische verlichting of
elektriciteitscircuits worden geplaatst, of daar waar het
in contact kan komen met dergelijke elektriciteitslijnen of circuits. Wees uiterst voorzichtig bij het installeren van
een buitengelegen antennesysteem, dat het niet in
contact kan komen met dergelijke elektriciteitslijnen of circuits; direct contact hiermee zou fataal kunnen zijn.
19) Overbelasten - Overbelast wandcontactdozen,
verlengsnoeren of integrale verloopstekkers niet. Dit kan
resulteren in brand of een elektrische schok.
20) Vreemde voorwerpen en vloeistoffen - Laat nooit
iets door de openingen van dit product binnendringen. Dit
zou kortsluiting, brand of elektrische schok kunnen
veroorzaken. Dit product mag nooit in contact komen met
welke vloeistof dan ook.
21) Onderhoud - Probeer nooit zelf onderhoud aan dit
product te verrichten. Door de behuizing te openen of te
verwijderen stelt u zich bloot aan gevaarlijke voltages en
aan andere gevaren. Laat al het onderhoud over aan
gekwalificeerde onderhoudsmonteurs.
22) Door schade vereist onderhoud - Haal de stekker uit
de wandcontactdoos en laat het onderhoud over aan
gekwalificeerde onderhoudsmonteurs indien de
volgende condities zich voordoen:
•Als de elektriciteitskabel of de stekker beschadigd is.
•Indien er vocht in is gelekt of voorwerpen in het product
zijn gekomen.
•Indien het product aan regen of water is blootgesteld.
•Indien het product niet normaal functioneert en u toch de
gebruiksaanwijzingen opvolgt. Pas alleen de in de
gebruiksaanwijzing aangegeven besturingen aan.
Onjuiste aanpassingen van andere besturing kan schade
veroorzaken en kost een gekwalificeerde
onderhoudsmonteur veel tijd om het product weer in de
juiste staat te herstellen zodat het weer goed kan
functioneren.
•Indien het product is gevallen of op andere wijze is
beschadigd.
•Wanneer het product niet goed meer presteert. Dit geeft
aan dat er behoefte aan onderhoud bestaat.
23) Vervangingsonderdelen - Indien er
vervangingsonderdelen nodig zijn, controleer dan dat de
onderhoudsmonteur alleen de door de fabrikant
aangewezen onderdelen gebruikt of onderdelen met
dezelfde karakteristieken als de originele onderdelen.
Ongeoorloofde vervangingen kan resulteren in brand of
elektrische schok, of kan ander gevaar opleveren.
24) Veiligheidscontrole - Na voltooiing van onderhoud of
reparatie aan dit product, vraag dan de
onderhoudsmonteur om veiligheidscontroles uit te voeren
om vast te stellen dat het product weer op de juiste
manier werkt.
25) Bevestiging aan muur of plafond - Breng het product
alleen aan op een muur of plafond op de door de
fabrikant aangegeven wijze.
26) Hitte - Stel dit product niet bloot aan hittebronnen zoals
radiatoren, zelfregistrerende hitteverspreiders, kachels
of andere hitteproducerende apparaten (waaronder
versterkers).
27) Batterijgebruik VOORZICHTIG - Om batterijlekkage,
dat kan resulteren in lichamelijke verwonding of
beschadiging aan de recorder te voorkomen:
•Plaats alle batterijen op de juiste manier, zodat de + en overeenkomen met zoals het op de eenheid staat
aangegeven.
•Combineer geen van elkaar verschillende batterijen (oud/
nieuw, koolstof/alkaline, enz.).
•Verwijder de batterijen wanneer de eenheid niet voor
langere tijd wordt gebruikt.
2
WAARSCHUWINGEN, OPMERKINGENEN MEER
VOORZICHTIG!
VERWIJDER HET DEKSEL NIET OM HET RISICO VAN
ELEKTRISCHE SCHOK TE BEPERKEN.ER ZIJN GEEN
ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER VERVANGEN OF
ONDERHOUDEN KUNNEN WORDEN. LAAT ONDERHOUD
OVER AAN GEKWALIFICEERDE ONDERHOUDSMONTEURS.
De oplichtende flits met het
pijlpuntsymbool binnen een gelijke
driehoek, is bedoeld om de gebruiker
attent te maken op de nabijheid van
ongeïsoleerde "gevaarlijk voltage"
binnen de behuizing van het product,
dat groot genoeg is om elektrische
schok aan mensen toe te brengen.
Het uitroepteken binnen een
gelijkzijdige driehoek is bedoeld om de
gebruiker op de aanwezigheid van
belangrijke bedienings- en (service)
onderhoudsaanwijzingen in de
bijgesloten literatuur te attenderen.
VOORZICHTIG!
DIT PRODUCT GEBRUIKT LASERSTRALEN.
HET GEBRUIK VAN BESTURINGEN OF AANPASSINGEN
VAN DE PRESTATIE VAN ANDERE DAN HIERIN
AANGEGEVEN PROCEDURES, KAN RESULTEREN IN
GEVAARLIJKE BLOOTSTELLING AAN STRALING.
OPEN DE BEHUIZING NIET EN LAAT REPARATIE AAN
ANDEREN OVER.
LAAT DIT ONDERHOUD OVER AAN GEKWALIFICEERDE
ONDERHOUDSMONTEURS.
WAARSCHUWING:
STEL DIT APPARAA T NIET BLOOT AAN VOCHT EN
PLAATS GEEN MET VLOEISTOF GEVULDE OBJECTEN,
ZOALS VAZEN, OP HET APP ARAAT OM BRANDGEV AAR,
ELEKTRISCHE SCHOK, OF PRODUCTSCHADE TE
BEPERKEN.
V oorzichtig! –– POWER (aan- en uitzet) toets
Schakel de hoofdleiding van de elektriciteit uit om de voeding geheel
uit te zetten.
De POWER (aan- en uitzet)
schakelt de hoofdleiding van de elektriciteit niet uit. De elektriciteit
kan met de afstandsbediening worden aan- en uitgezet.
KENNISGEVINGVEREISTEN VOOR PRODUCTEN MET
525P PROGRESSIEVE SCANUITVOER
"CONSUMENTEN DIENEN TE ONTHOUDEN DA T NIET ALLE
HOGE DEFINITIE TELEVISIETOESTELLEN GEHEEL
COMP ATIBEL ZIJN MET DIT PRODUCT EN DA T BEP AALDE
AFBEELDINGEN IN HET BEELD AFWIJKEND KUNNEN
WORDEN WEERGEGEVEN. INDIEN ER PROBLEMEN MET
525 PROGRESSIEVE SCANBEELDEN OPTREDEN, WORDT
AANGERADEN DA T DE GEBRUIKER DE AANSLUITING
VERWISSEL T NAAR "EEN ST ANDAARD DEFINITIE"
UITVOER. NEEMT U BIJ VRAGEN OVER DE
KOMP ATIBILITIET MET TELEVISIES V AN DIT MODEL 525P
DVD SPELER NEEMT U DAN ALSTUBLIEFT KONT AKT OP
MET ONS SERVICE CENTRUM."
toets in een willekeurige positie
HET VOLGENDE IS ALLEEN OP DE V .S. V AN
TOEP ASSING
Voorzichtig!
Deze apparatuur is getest en voldoet aan de voorschriften
van een klasse B digitaal apparaat, volgens Onderdeel 15
van de FCC-regels.
Deze beperkingen zijn ontworpen om redelijke
bescherming tegen schadelijke interferentie in een
residentiële installatie te kunnen bieden.
Deze apparatuur genereert, gebruikt, en straalt mogelijk
radiofrequentie-energie, en indien niet in overeenstemming
met de aanwijzingen is geïnstalleerd en wordt gebruikt,
schadelijke interferentie aan radiocommunicaties kan
veroorzaken. Er bestaat echter geen enkele garantie dat er
geen interferentie in een bepaalde installatie zal
voorkomen. Indien deze apparatuur toch schadelijke
interferentie mocht veroorzaken in de ontvangst van radio
of televisie, hetgeen vastgesteld kan worden door de
apparatuur aan en uit te zetten, wordt de gebruiker
aangeraden om de interferentie te corrigeren door één of
meerdere van de volgende maatregelen uit te voeren:
•Verhoog of verlaag de ontvangstantenne of verplaats
deze.
•Verhoog de afstand tussen de apparatuur en de
ontvanger.
•Verbind de uitrusting in een afzetgebied op een kringloop
die verschillend is van dat waarnaar de ontvanger
verbonden is.
•Raadpleeg de handelaar of een ervaren radio/TV
technicus voor hulp.
BELANGRIJK VOOR LASERPRODUCTEN
1)KLASSE 1 LASERPRODUCT
2)GEVAAR: Zichtbare laserstraling indien de open en
interlock faalde of teniet werd gedaan. Vermijd directe
blootstelling aan de straal.
3)VOORZICHTIG: Open de eenheid niet. Er bevinden zich
geen onderdelen in de eenheid die door de gebruiker
kunnen worden onderhouden; laat daarom het
onderhoud over aan gekwalificeerde
onderhoudsmonteurs.
Voorzichtig!
• Op een computer of op een CD-brander opgenomen CD-R/RW-
schijven kunnen mogelijk niet wordt afgespeeld indien de schijf
beschadigd of vuil is of indien er zich vuil of condensatie op de
lens van de afspeler bevindt.
• Onvoltooide CD-R/RW-schijven kunnen worden afgespeeld,
maar niet alle tijdinformatie (zoals speeltijd, e.d.) zal worden
getoond.
• In VR-formaat geschreven DVD-RW-schijven • DVD-ROM, DVD-
RAM, DVD AUDIO, CD-ROM, PHOTO CD, controleer de
wetgeving op het auteursrecht in uw land alvorens van DVD
VIDEO, SVCD, Video CD, Audio CD, MP3 en JPEG-schijven te
kopiëren. Door auteursrechtelijk beschermd materiaal te kopiëren,
kan de wetgeving op het auteursrecht worden geschonden.
Legal Notices Regarding Macrovision's
Property Rights
"U.S. Patent Nos. 4,631,603; 4,577,216; 4,819,098; 4,907,
093; and 6,516,132."
"Dit product bevat een copyrightbeschermingstechnologie
die beschermd wordt door methodeclaims van bepaalde
patenten in de Verenigde Staten en andere intellectuele
eigendomsrechten. Het gebruik van de
copyrightbeschermingstechnologie moet door Macrovision
worden geautoriseerd en is bedoeld voor thuisgebruik,
voor ander beperkt gebruik of wordt anderszins door
Macrovision toegestaan. Reverse engineering of het uit uit
elkaar halen van het apparaat is niet toegestaan."
Vervaardigd onder licentie van Dolby Laboratories."Dolby"
en het dubbele D-symbol zijn trademarks van Dolby
Laboratories.
3
SCHIJFINFORMA TIE
Afspeelbare schijftypes
Afspeelbare schijftypes
Opmerkingen:
De DVD-Video/DVD+RW/DVD+R/ Logos zijn handelsmerken
van de respectievelijke bedrijven.
Voor de beste resultaten dienen schijven met de bovenstaande
logo’s te worden gebruikt. De eenheid kan niet juist op andere
schijven afspelen. Gebruik geen ongelijkmatig gevormde
schijven (zoals hartvormige), daar deze de eenheid kunnen
beschadigen.
Het is wellicht niet mogelijk om CD-R, CD-RW, DVD-R,
DVDRW, DVD+R, DVD+RW af te spelen. Dit is altijd te wijten
aan het schijftype of aan de conditie van de opname.
Niet afspeelbare schijftypes
De eenheid speelt de onderstaande types schijven niet af.
Indien u probeert deze schijven toch af te spelen, kan door
het overmatig lawaai schade aan de speakers worden
veroorzaakt.
1) Onvoltooide schijven van andere DVD-recorders.
2) DVD-VR, DVD AUDIO, PHOT O CD, SACD
(Wanneer er een schijf niet kan worden afgespeeld op de
schijflade, zal de DVD-recorder "Onbekende schijf" op het
schermpaneel weergeven nadat het na enkele pogingen niet
mogelijk bleek de schijf te laden.)
Regiocodes van DVD-Video’s
Deze eenheid kan DVD VIDEO-schijven afspelen die
compatibel is met de regiocode. Deze staat vermeld op het
aan de achterzijde van de eenheid gelegen etiket.
Voorbeeld van afspeelbare DVD-VIDEO schijven:
N
otes:
Audiosysteem
Dolby DigitalLinear PCM
DTS of Digitaal Theater Systeem
Videosysteem ( PAL)
Deze DVD-recorder accepteert PAL-signaal invoer.
Hoogtebreedteverhouding
4:3 (Letterbox) standaard
4:3 Pan & scan
16:9 (breedbeeld)
Overigen
Audio: Verschijnt aan het begin van een in
meerdere audiotalen opgenomen scène.
Ondertitel: Verschijnt aan het begin van een met
meerdere ondertitels opgenomen scène.
Hoek: Verschijnt aan het begin van een uit meerdere
hoeken opgenomen scène.
4
BEDIENING EN WEERGA VE
Afstandsbediening
The Remote Control
1)Openen- en sluitentoets ( OPEN/CLOSE)
2)Cijfertoetsen (0, 1~9)
3)Toetsen om over te slaan ( PREVIOUS/ NEXT)
4)Afspeeltoets ( PLAY)
5)Stoptoets ( STOP)
6)Cursor (), OK toetsen (OK)
7)Kopieertoets (COPY)
8)Bladeren (BROWSER)
9)HDD/DVD toets (HDD/DVD)
10)Schijfwerksettoets (DISK TOOLS)
11)Brontoetsen (SOURCE)
12)Opnametoets (RECORD)
13)VOEDING AAN ( STANDY-ON)
14)CH +, CH – toetsen ( , )
Batterijen plaatsen
Open het batterijvakje en plaats de batterijen.
Controleer dat de polariteit (+ en -) overeenkomt
met de markeringen binnen de afstandbediening.
VOORZICHTIG!
Verwijder de batterijen als deze leeg
zijn of de afstandsbediening enige
tijd niet is gebruikt.
Gebruik geen oude en nieuwe, of
verschillende types batterijen door
elkaar heen.
Batterijen bevatten chemische
substanties, daarom dienen deze op de juiste
manier te worden afgevoerd.
De afstandsensor heeft een
bereik van ongeveer 3 meter
en werkt het best indien
direct (in een hoek van 30°)
op de voorkant van de
recorder wordt gericht.
5
CONTROLSAND DISPLAYS
Aansluitingen op het voorpaneel
(alleen ter referentie)
Namen van onderdelen en besturingen
1)VOEDING AAN/UIT toets
Zet de recorder aan en uit.
2)SCHIJFLADE
Zorg dat de schijven stabiel blijven tijdens het opnemen of
afspelen.
3)DV-AANSLUITING (IEEE-1394) plug
Sluit digitale videocamera’s aan op deze DVD Recorder .
4)DVD Indicator
Wordt verlicht als de DVD wordt ingesteld als
doelapparaat.
5)WEERGAVE-paneel
De werkingsindicaties worden hier weergegeven.
6)HDD Indicator
Wordt verlicht als de HDD wordt ingesteld als
doelapparaat.
Beeldvenster
7)OPENEN/SLUITEN-toets
Opent en sluit de schijflade.
8)AFSPEEL-toets
Speelt een schijf af.
9)STOP-toets
Stopt het afspelen of opnemen van een schijf.
10)HDD/DVD-toets
Druk hierop om tussen de HDD en DVD te schakelen.
11)OPNAME-toets
Start de opname.
12)BRON-toets
Kiest de aan de lijninvoer aangesloten apparatuur.
13)LIJN IN (VIDEO/AUDIO L/R) contrastekkers
Sluit de invoer van externe apparatuur aan.
1)HDD-indicator
2)Pauze-indicator
3)Afspeel-indicator
4)DVD-indicator
5)SVCD-indicator
6)VCD-indicator
7)CDDA-indicator
8)FILE-indicator
9)CD-indicator
10)DVD+R-indicator
11)DVD-indicator
12)Opname-indicator
13)Timeropnamemodus
14)Multi-informatievenster
15)DVD+RW-indicator
16)CD-R/DVD-R-indicator
17)CD-RW/DVD-RW-indicator
6
BEDIENING EN WEERGA VE
Achterpaneelaansluitingen
(alleen ter referentie)
Namen van de diverse onderdelen
1)TUNER(TV/ANTENNE)Contrastekkers
Sluit TV/ANTENNE aan op signaal uitvoer/
invoer
Opmerking:
2)SCART IN (AUX) Contrastekker
3)SCART IN (TV) Contrastekker
4)LINE OUT (R/L/VIDEO (CVBS) )
DVD-signalen gaan hier niet doorheen.
Maak de juiste aansluitingen voor het
gebruik.
Komposiet/RGB-signaalinvoer.
Komposiet/RGB/S-Video signaal-uitvoer.
Contrastekker
Component signal output.
5)LINE OUT (Y/Pb/Pr) Contrastekker
Komposietsignaal-uitvoer.
6)DIGITAAL UIT (COAXIAAL) aansluiting
Aan te sluiten op een versterker of ontvanger met
een digitale aansluiting.
7)DIGITAAL UIT (OPTISCH) aansluiting
Aan te sluiten op een versterker of ontvanger met
een digitale aansluiting.
8)Hoofdcontactpunten
Sluit de voedingskabel aan.
7
AANSLUITINGEN
Vóór het aansluiten
1) Sluit de wisselstroom-voedingskabel niet aan op het stopcontact voordat alle andere aansluitingen zijn voltooid.
2) Sluit de VIDEO UIT van de recorder direct aan op de video-invoer van uw TV-toestel. Het aansluiten van de VIDEO UIT van de
recorder op een TV via een VCR kan mogelijk een weergaveprobleem veroorzaken bij het afspelen van een auteursrechtelijk
beschermde schijf. U kunt ook een weergaveprobleem hebben bij het aansluiten van de recorder op een geïntegreerd TV/
Video systeem.
Op het antennecontact en de televisie aansluiten
Volg, alvorens de eenheid te gebruiken, de onderstaande stappen voor het aansluiten van de recorder op de antennekabel en
TV.
Aansluiting op een TV met een SCART-aansluiting
Gebruik een RF-kabel (meegeleverd) om de ANTENNA IN op de eenheid op de antenne-uitvoer aan te sluiten.
Gebruik een RF-kabel (dezelfde als meegeleverd) om de TV OUT van de eenheid op de RF-uitvoer van de televisie aan te sluiten.
Gebruik een SCART-kabel om de SCART OUT-aansluiting op de recorder op de SCART IN-aansluiting op de televisie aan te
sluiten.
Opmerkingen:
1. Plaats de recorder niet bovenop andere apparatuur die hitte kan genereren. Door grote hitte kan de
recorder slecht gaan werken.
2. Gebruikers van Digitale Kabel en Satelliet TV dienen de uitvoer van hun decoder aan te sluiten op de invoer van de recorder.
8
VOOR BETERE VIDEOKW ALITEIT
Aansluiting via de Component video-uitvoer biedt een hogere kwaliteit.
Aansluiten op een TV via COMPONENT uit
Aansluiting op een TV met component aansluitingen
Gebruik een COMPONENT-kabel (niet meegeleverd) om de COMPONENT-aansluiting op de recorder op de COMPONENT invoer
op de televisie aan te sluiten.
Opmerkingen:
1.Voer de systeeminstallatie uit om COMPONENT te activeren (zie het hoofdstuk “Snelle installatie”).
2.Als er COMPONENT-aansluitingen worden gebruikt, dienen alle andere video-uitvoeraansluitingen vrij te bijven.
3.In deze configuratie zijn rode en witte audio kabelaansluitingen vereist (zie het hoofdstuk genaamd “Voor betere
audiokwaliteit”).
9
VOOR BETERE GELUIDSKW ALITEIT
Er zijn twee typen aansluitingen, analoog en digitaal.
Op een stereo-audioversterker of ontvanger aansluiten
Gebruik de meegeleverde audiokabel om de AUDIO UIT van de
recorder aan te sluiten op de stereo-versterker of ontvanger.
Aansluiting op digitale audioapparatuur
Sluit een versterker aan op Dolby Digital en DTS decoders om van surroundgeluid te kunnen genieten.
Digitaal uit optisch
Gebruik een fiber-optische kabel (niet meegeleverd)
om de DIGITAAL UIT OPTISCH (digitale optische
uitvoer) van de recorder aan te sluiten naar de digitale
optische invoer op een stereoversterker of ontvanger.
Digitaal uit coaxiaal
Gebruik een coaxiale kabel (niet meegeleverd) om de
DIGITAAL UIT COAXIAAL (coaxiale digitale uitvoer) aan
te sluiten op de coaxiale digitale invoer van een
stereoversterker of ontvanger.
10
EEN DECODER AANSLUITEN
Een decoder aansluiten
Sluit de CANAL+ Decoder aan op de recorder en het
TV-toestel zoals aangegeven.
1. Gebruik een RF-kabel om de RF IN-aansluiting van de
recorder op het antennecontact aan te sluiten. ( )
Gebruik een RF-antennekabel om de RF-UIT aansluiting
van de eenheid op de RF-IN aansluiting op de televisie
aan te sluiten. ( )
2. Gebruik een SCART-kabel (niet meegeleverd) om de
SCART IN aansluiting op de recorder op de SCART UITcontrastekker op de CANAL+ Decoder aan te sluiten.
( )
Gebruik een SCART-kabel om de SCART OUT
aansluiting op de eenheid op de SCART IN aansluiting
op de televisie aan te sluiten. ( )
Opmerkingen:
Open het Menu zenderbewerking om de decoder op de gewenste zenders in te stellen. (zie het hoofdstuk genaamd
“Zenderbewerking”)
11
SYSTEEM-MENU
Afstandsbediening & Systeem-menu.
Volg de onderstaande stappen om uw persoonlijke instellingen
voor het gebruik van de DVD-Recorder opnieuw in te stellen.
Controleer dat alle aansluitingen goed zijn aangebracht.
1. Druk op [ WACHTSTAND) (STANDBY) om de
eenheid aan te zetten.
2. Druk op [SYSTEEM-MENU] (SYSTEM MENU) om het
systeem-menu weer te geven.
3. Druk op [] [ ] om “Systeem” (System), “Taal”
(Language),“Afspelen”, (Playback) “Opnemen”
(Record), “Audio”, “TV-afstemming” (TV Tuner) of “
Afsluiten” (Exit) selecteren en druk op [] [ ] om
terug te gaan naar het vorige menu.
4. Druk op [] [ ] om het door u gewenste element
te wijzingen en druk op [] of op [OK].
selecteer het “Systeem” (System) pictogram om de
volgende waarden in te stellen: Video-uitvoer, datum en tijd
selecteer het “Taal” (Language) pictogram om de volgende
waarden in te stellen: OSD
selecteer het “Afspelen” (Playback) pictogram om de
volgende waarden in te stellen: Hoogtebreedteverhouding
selecteer het “Opname” (Record) pictogram om de
volgende waarden in te stellen: Kwaliteit ( M1, M2, M2x,
M3, M4 en M6)
selecteer het “Audio”pictogram om de volgende waarden
in te stellen: Digitaal uitvoer (PCM / Bit Stream)
(Zie het hoofdstuk “GUI-bediening” voor het gedetailleerde
menu)
5. Druk op [OK] om de instelling te bevestigen.
6. Druk opop instellingenmenu af te sluiten of druk op
[] om terug te gaan naar het vorige menu.
Opmerkingen:
De tijd dient accuraat te zijn ingesteld om de
TV-programma’s met de timer op te kunnen nemen.
De datum en tijd instellen (in de SYSTEEM-categorie)
Een stroomonderbreking kan onjuiste datum/tijd-instellingen
ten gevolge hebben. De correcte tijd dient opnieuw te worden
ingesteld.
De datum instellen.
1. Druk op de [SYSTEEM-MENU] (SYSTEM MENU) toets en het
systeem-menu wordt weergegeven.
2. Selecteer “Systeem” met [] [] en druk op [OK].
3. Selecteer “Datum” met [] [] en druk op [OK].
4. Verander de “dag/maand/jaar” in het geselecteerde veld
met [] [] of met de cijfertoetsen (0~9) op uw
afstandsbediening en bevestig door op [OK] te drukken
5. Wanneer alle instellingen correct zijn, druk op [] om terug
te gaan naar het hoofdmenu.
6. Druk op de [SYSTEEM-MENU] toets om het systeem-menu
af te sluiten.
De tijd instellen.
1. Druk op [SYSTEEM-MENU] op de afstandsbediening. Het
systeem-menu wordt weergegeven
2. Selecteer “Systeem” met [] [] en druk op [OK].
3. Selecteer “Tijd” met [] [] en druk op [OK].
4. Verander de “uur/minuut/seconde” in het geselecteerde
veld met de [] [] of met de cijfertoetsen (0~9) op uw
afstandsbediening.
5. Verander de “AM/PM” modus met [] [] en bevestig door
op [OK] te drukken.
6.Wanneer alle instellingen correct zijn, druk dan op [ ] om
terug te gaan naar het hoofdniveau.
7. Druk op de [SYSTEEM-MENU] toets om het systeem-menu
af te sluiten.
Opmerkingen:
Controleer dat de klok correct is ingesteld alvorens de
timeropnamefunctie te activeren.
De video-uitvoer instellen (in de SYSTEEM-categorie)
1. Druk op de [SYSTEEM-MENU] (SYSTEM MENU) toets en het
systeem-menu wordt weergegeven.
2. Selecteer “Systeem” met [] [] en druk op [OK].
3. Selecteer “video-uitvoer” als “SCART S-Video,” “SCART
RGB” “COMPONENT” of “PROGRESSIEF” (PROGRESSIVE)
met [] [] en druk op [OK]. (Zie het hoofdstuk “GUI bediening” voor details)
4. Wanneer alle instellingen correct zijn, druk dan op [] om
terug te gaan naar het hoofdmenu.
5. Druk op de [SYSTEEM-MENU] (SYSTEM MENU) toets om het
systeem-menu af te sluiten.
Progressieve scanmodus
U kunt de video-uitvoermodus wijzingen door op de
[SYSTEEM-MENU] (SYSTEM MENU) toets te drukken en
de “Systeem (--> Uitvoer --> Progressief” (System->Video Output-->Progressive) te selecteren.
Video-uitvoermodus:
576i: Vlecht video dooreen 576p: Progressief video
U dient de component-uitvoer op de eenheid op een 576p
compatibele televisie aansluiten.
Opmerkingen:
Als u per ongeluk “PROGRESSIEF” als de VIDEO-UITVOER
instelt wanneer er niet op een progressieve scancompatibele TV werd aangesloten, kunt u meteen het
videosignaal op uw TV verliezen. Om de foto terug te krijgen,
drukt u op [] en de genummerde toetsen “5,” “0,” “2” en “0”
op de afstandsbediening en vervolgens op [OK] om de videouitvoer opnieuw in te stellen.
Hoogte-/breedte-verhouding (in de AFSPEELcategorie)
Selecteer “4:3” (normaal) of “16:9” (breedbeeld) om uw
televisie aan te passen.Indien u een normale 4:3 televisie
bezit, kunt u ook selecteren hoe video op sommige schijven
wordt gepresenteerd.
4:3 L.Box (4:3 Letterbox)
Selecteer dit wanneer u de eenheid op een
normale (4:3) TV aansluit.
Bij het afspelen van een in
breedbeeldformaat opgenomen DVD VIDEO
schijf wordt het beeld met zwarte balken boven en beneden
weergegeven.
4:3 Pan (4:3 Pan & Scan)
Selecteer dit wanneer u de eenheid op een
normale (4:3) TV aansluit.
Bij het afspelen van een in
breedbeeldformaat opgenomen DVD VIDEO
schijf wordt het beeld aan de linker- en
rechterkant ingekort. Maar het beeld wordt
toch in de 4:3 LB (4:3 Letter Box) modus weergegeven,
zelfs als u, afhankelijk van de schijf,
voor de 4:3 Pan (4:3 Pan & Scan)
modus kiest.
16:9 Wide (16:9 Wide Screen)
Selecteer dit wanneer u de eenheid
op een breedbeeld (16:9) TV aansluit.
Geluid instellen (in AUDIO category)
Digitale uitvoer
PCM / Bitstream
(Het activeren van digitale audio-uitvoer met PCM of
geëncodeerde gegevens)
DTS-uitvoer
AAN / UIT
12
TV -ZENDERS INSTELLEN
TV-zender scannen
Wanneer de automatische “zenderzoek” functie wordt
geactiveerd, worden de TV-zenders in een bepaalde
volgorde opgezocht en opgeslagen. Als de kanaaltoewijzingen van uw TV-provider worden veranderd of als u
de DVD-recorder weer opnieuw instelt, kunt u deze procedure nogmaals volgen. Zo worden de opgeslagen TVzenders vervangen met de nieuwen.
Stel voordat de zender wordt gescand, om te beginnen het
“TV-signaal” en “land” in.
1. Controleer dat de antenne stevig aangesloten is
op de DVD-recorder.
2. Zet het TV-toestel en de DVD-recorder aan.
3. Druk op [SYSTEEM-MENU] (SYSTEM MENU) om het
systeem-menu weer te geven, druk op [] [] om
het “TV-AFSTEMMEN” (TV TUNER) pictogram weer
te geven en druk op [].
4. Druk op [] [] om “TV-signaal ”te selecteren en
druk op [].
5. Druk op [] [] om“kabel,” “antenne” of “auto”
te selecteren afhankelijk van hoe u uw
terrestrische TV zenders ontvangt en druk op
[OK].
Druk op [] om naar het voorgaande menu terug
te gaan en sla de instelling op.
IAls u “auto” selecteert, zal de recorder automatisch beide
op de kabel- en antenne-aansluitingen beschikbare
zenders scannen, hetgeen langer kan duren dan nodig is
9. Het scannen van de zenders begint. Dit proces
kan enkele minuten in beslag nemen.
10.Druk op [SYSTEEM-MENU] (SYSTEM MENU) om af
te sluiten zodra alle TV-zenders zijn opgezocht en
gevonden.
Opmerking:
Let op:
Als het beschikbare aantal zenders in uw woonplaats het
maximale aantal te ontvangen aantal zenders van deze
DVD-recorder overschrijft, wordt het scannen afgebroken.
Het maximale aantal te ontvangen zendersnummers zij:
Antenne: 168 (chs)
Kabel:104 (chs)
Auto:176 (chs)
Handmatige fijnafstemming van de TV-zenders
Nadat u het scannen van de zender heeft uitgevoerd, kunt u
ervoor kiezen om de fijnafstemming van de TV-zender
handmatig te verrichten. Volg de onderstaande stappen om
de fijnafstemming te voltooien.
1.Druk op [SYSTEEM-MENU] (SYSTEM MENU) om het
“systeem-menu” weer te geven, druk op [] []
om “TV-afstemmen” (TV TUNER) pictogram weer
te geven en druk op [].
2.Druk op [] [] om “FIJN” (FINE) te selecteren en
druk op [].
3.Druk op [] [] voor de fijnafstemming van het
zendersignaal.
6. Druk op [] [] om “Land” te selecteren en druk
op [].Druk op [] [] om het land waarin u
woont uit de lijst te selecteren en druk op [OK] om
de instellingen op te slaan. Druk op [] om naar
het vorige menu terug te gaan.
7. Druk op [] [] om “Hulpprogramma’s” (Utilities)
te selecteren en druk op [].
8. Druk op [] [] om “zender scannen” te
selecteren en druk op [OK] om te beginnen met
het scannen van zenders.
Als u wilt stoppen met scannen, ga dan naar "scannen
stoppen" en druk op [OK].
4.Zodra u klaar bent, druk op [SYSTEEM-MENU]
(SYSTEM MENU) om het SYSTEEM-MENU af te
sluiten
Handmatige bewerking TV-zenders.
Nadat u het scannen van de zender heeft voltooid, wilt u
wellicht andere TV-zenders bewerken. Met deze functie kunt
u handmatig zenders toevoegen/verwijderen, de
zendervolgorde omwisselen, een zender aan een bepaalde
volgorde toevoegen, de zenders hernoemen en dergelijken.
1.Druk op [SYSTEEM-MENU] (SYSTEM MENU) om het
“systeem-menu” weer te geven, druk op [] []
om “TV-afstemmer” (TV TUNER) pictogram weer
te geven en druk op [].
2.Druk op [] [] om “Utilities” [hulpprogramma’s]
te selecteren en druk op [].
3.Druk op [] [] om “ZENDERBEWERKING” (EDIT
CHANNEL) te selecteren en druk op []. Het menu
zenderbewerking wordt weergegeven.
Zie voor een gedetailleerde gebruiksaanwijzing voor het
menu “zenderbewerking”, het hoofdstuk over
“Zenderbewerking” (Channel Editor).
13
ZENDERBEWERKING
Om het menu Zenderbewerking op te roepen, drukt u op
[SYSTEEM-MENU], selecteer “TV AFSTEMMING,”
“Hulpprogramma’s,” “Zenderbewerking” (“TV TUNER,” “Utilities,” “Edit channel”) en druk op [OK]. Of druk op [BRON]
(SOURCE) om “TV” in te stellen als de invoersignaalbron en
druk op [BEWERKEN] (EDIT). Het menu zenderbewerking
wordt hoe dan ook weergegeven.
Naar boven of naar beneden gaan in de TV-zender
1.Druk op [] [] om een van de TV-zenders te
selecteren en druk op [].
2.Druk op [] [] om “Naar boven” of “Naar
beneden” te selecteren en druk op [OK].
De volgorde van de TV-zenders wordt veranderd.
Iedere keer dat u op [] [] drukt, verandert het item
overeenkomstig.
TV-zenders wisselen
Met deze functie kunt u handmatig de in de DVD-recorder
opgeslagen TV-zender-volgorde overeen laten komen met de
opgeslagen TV-zender-volgorde in uw TV-toestel.
1. Druk op [] [] om een TV-zender te selecteren
en druk op [].
2. Druk op [] [] om “Omwisselen met” te
selecteren en druk op [OK].
3. Druk op [] [][] [] om het “Zendernummer”
te selecteren en druk op OK]. De volgorde van de
zenders worden omgewisseld met het ingevoerde
zendernummer.
4. Om meerdere TV-zenders te wisselen, kan stap 3
worden herhaald om de instellingen te voltooien.
5. Druk op [][][][ ] om “AFSLUITEN” (EXIT) te
selecteren en druk op [OK] om de instelling op te
slaan en het menu “Zenderbewerking” (Channel
Editor) af te sluiten.
TV-zenders invoegen
1. Druk op [] [] om een TV-zender te selecteren
en druk op [].
2. Druk op [] [] om “Invoegen” (Insert To) te
selecteren en druk op [OK].
3. Druk op [] [][] [] om het “Zendernummer”
(Channel number) te selecteren en druk op [OK].
De zender wordt naar de gewenste locatie
verplaatst.
TV-zenders hernoemen
1. Druk op [] [] om een TV-zender te selecteren
en druk op [].
2. Druk op [] [] om “Hernoemen” te selecteren
en druk op [OK].
Het invoerscherm voor
de titelnaam verschijnt.
3. Selecteer de
gewenste tekens
van het
toetsenbord. Druk
op [OK] na iedere
invoer.
4. Als u de titelnaam
heeft ingevoerd, drukt u op [] [] [] [] en druk op
[OK] om Voltooien” (Finish) te selecteren.
Opmerkingen:
De naam kan slechts uit 10 letters of cijfers bestaan.
14
Loading...
+ 35 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.