Philips DECT3211S/18, DECT3212S/18 instructions for use [nl]

Inhoudsopgave
Display handset 2
DECT 321 installeren 3
DECT 321 handset en basisstation 5
Telefoonnummers bellen
Gebruik van het telefoonboek
Gegevens toevoegen 11 Bellen vanuit het telefoonboek 11 Wijzigingen in het telefoonboek 12 Wissen van gegevens in het telefoonboek 12
SMS-tekstberichten
Het schrijven van een SMSje 13 Invoeren van tekst 13 Lijst van de letters, cijfers en leestekens 14 Opslaan van een SMS 14 Verzenden van een SMS 15 Lezen van een nieuwe ontvangen SMS 15 Nakijken van mappen met uitgaande SMSjes 16
Wijzigen van de telefoonnummers van het SMS-centrum 17
Kenmerken voor het bellen
Display van de oproeper 18 Nakijken van de bellijst 18 Opbellen vanuit de bellijst 19 Een nummer naar het telefoonboek kopiëren 19 Wissen van gegevens uit de bellijst 20 Wissen van de volledige bellijst 20 Terugbellen 21 Telefoonnummer verbergen 21 Waarschuwing voor oproepen tijdens het telefoneren aan / uitschakelen 22 Tijdens een gesprek een in de wacht gezette oproep aannemen 22 Oproepen doorsturen - in / uitschakelen 23 Babybeltoets 24
Voorkeuren instellen
Beltoon van handset aan- en uitschakelen 25 Instellen belvolume van de handset 25 Selecteren van een belmelodie voor de handset 25 In / uitschakelen van de pieptoon van de handset 26 Instellen naam van handset 27 Instellen datum en tijd 27 Displaycontrast 28 Wijzigen van de PIN 28 Terugkeren naar de fabrieksinstellingen van de handset 29 Terugkeren naar de fabrieksinstellingen van het basisstation 30
Bijkomende handsets en basisstations
Registreren van een nieuwe handset op uw basisstation 31 Registreren van handset op een bijkomend basisstation 32 Doorschakelen naar een ander basisstation 33 Afmelden van een handset 33
Problemen oplossen 34
Milieu & veiligheid 35
1
Display handset
Het is mogelijk dat bepaalde symbolen niet bovenaan op het display verschijnen, afhankelijk van de status van de telefoon.
Opmerking:
van de batterij enkele minuten moet wachten voordat de iconen op het display verschijnen.
De betekenis van de symbolen is:
bij het eerste gebruik is het mogelijk dat u na het opladen
Indicator binnen-reikwijdte. Knippert om aan te geven dat u zich buiten de reikwijdte bevindt.
Lijn open na het indrukken van (SPREEK).
Geregistreerd op een basisstation A (B, C of D).
U heeft nieuwe tekstberichten.
De toetsenvergrendeling is geactiveerd.
Geluid-uit is geactiveerd. De oproeper kan u niet horen.
De beltoon is uitgeschakeld.
Batterijstatus.
Nakijken en oproepen van andere handsets die op het basisstation zijn geregistreerd.
Lijst voor het opnieuw bellen.
Displaymenu.
2
DECT 321 installeren
GELIEVE DE DECT 321 24 UUR LANG OP TE LADEN VOORDAT U HEM
BEGINT TE GEBRUIKEN. GEBRUIK UITSLUITEND OPLAADBARE BATTERIJEN.
Uitpakken van uw DECT 321
Het pakket van de DECT 321 bevat:
Eén DECT 321 basisstation , één DECT 321 handset ,
één gebruiksaanwijzing , één garantiefolder .
321
2 oplaadbare batterijen, 1 lijnsnoer, 1 stroomvoeding. Gelieve uw verkoper te contacteren wanneer één van deze items in de verpakking ontbreekt. In het pakket van de DECT 321 met meerdere handsets vindt u één of meer bijkomende handsets en laders met hun stroomvoeding en bijkomende oplaadbare batterijen. De laders kunnen aan de muur worden bevestigd.
Muurbevestiging
De bijkomende laders voor de handsets in het pakket van de DECT 321 met meerdere handsets kunnen aan de muur worden bevestigd.
Plaats de deuvels vertikaal op een afstand van 90 mm en breng de schroeven in.
Laat een beetje ruimte (3 mm) tussen de schroefkop en de muur.
U kunt nu het basisstation aan de schroeven ophangen en de stroomvoeding en het lijnsnoer aansluiten.
mm09
3 mm
3
Installatie van uw DECT 321
1. Stop de stekkers van de stroomvoeding en de lijnsnoer in het basisstation.
Wanneer u over een breedband DSL internetaansluiting beschikt moet u erop letten dat één DSL-filter rechtstreeks op elk lijncontact van uw woning moet zijn aangesloten en controleren of het modem en de telefoon in het correcte filtercontact zijn gestopt (er is één specifiek contact voor elk).
2. Stop de stekkers van de stroomvoeding en de lijnsnoer in een muurstopcontact. Gebruik uitsluitend de kabels die zijn meegeleverd.
3. Schuif het deksel van het batterijenvak open.
4. Zet de 2 batterijen in als aangegeven en met aandacht voor de polariteit.
5. Schuif het deksel van het batterijenvak weer dicht.
Gebruik voor het vervangen van de batterijen uitsluitend oplaadbare NiMH­batterijen. De optimale gebruiksduur van de batterijen wordt bereikt na 3 cycli van volledig opladen / ontladen. De garantie geldt niet op batterijen en andere componenten met een gelimiteerde levensduur, noch voor slijtage die gebruikelijk is bij normaal gebruik. Gebruiksduur in stand-by: ongeveer 120 uur Gespreksduur: ongeveer 12 uur.
6. Zet de handset op het basisstation neer en laad gedurende 24 uur op. Een pieptoon geeft aan dat de handset correct op het basisstation of de lader is neergezet.
4
DECT 321 handset & basisstation
De toets ANNULEER / STIL
- voor het wissen van lettertekens en lijsten.
- voor het verlaten van opties die op het scherm zijn aangegeven.
- houd 2 seconden ingedrukt om terug te keren naar stand-by.
- tijdens een gesprek indrukken om te voorkomen dat de oproeper u kan horen.
De Toets TELEFONEREN
– indrukken om te bellen.
De toets */BEL UIT
- houd 2 seconden lang ingedrukt om de beltoon van de handset uit te schakelen.
- voor het afwisselen tussen hoofdletters en kleine letters bij het invoeren van namen in het telefoonboek.
De toets LUIDSPREKER
- voor het aan- en uitschakelen van de luidspreker van de handset.
Voor het selecteren van menu’s en opties die op het scherm zijn aangegeven.
De toetsen OP & NEER
- voor het scrollen door het telefoonboek, menuopties en bellijst.
- voor het openen van de lijst voor het opnieuw bellen.
- voor het instellen van het volume tijdens een gesprek.
De toets TELEFOONBOEK
- voor het openen van het telefoonboek.
De toets Gesprek beëindigen
- indrukken om een gesprek te beëindigen.
De toets #/ Toetsblokkering
- houd 2 seconden lang ingedrukt om de toetsen te vergrendelen en ontgrendelen.
De toets R
- voor het Flash­programmeren
- houd ingedrukt om een interne oproep te doen
De pagingtoets
Met de pagingtoets kunt u een zoekgeraakte handset terugvinden. Druk op de toets tot de handset begint te rinkelen. Druk nadat u de handset heeft teruggevonden op de Telefoneren-toets van de handset om de paging functie te stoppen.
5
Telefoonnummers bellen
Uitschakelen van de handset
U kunt om batterijenergie te besparen de handset uitschakelen wanneer hij zich niet altijd op het basisstation bevindt. Houd de toets Gesprek beëindigen ingedrukt om de handset uit te schakelen.
Inschakelen van de handset
Houd de toets TELEFONEREN ingedrukt.
Een telefoonnummer bellen
1. Druk op de toets TELEFONEREN.
2. Voer het gewenste nummer in.
Invoeren van een telefoonnummer
1. Voer eerst het nummer in.
2. Druk wanneer u een fout heeft gemaakt op de toets Wissen (achteruitpijl) om te wissen. Houd ingedrukt om alle cijfers te wissen.
3. Druk op de toets TELEFONEREN.
Een gesprek beëindigen
Druk op de Gesprek beëindigen of zet de handset op het basisstation neer.
Een oproep aannemen
Druk op de toets TELEFONEREN.
Instellen volume van de hoorn
Druk tijdens een gesprek op de toets Op of Neer om een volume van 1-5 in te stellen.
6
Geluid van de handset uitschakelen
1. Druk tijdens een gesprek op de toets Stil om het geluid van de handset uit te schakelen.
2. Druk nogmaals op de toets Stil om uw gesprek verder te zetten.
Handsfree bellen
1. Druk op de toets LUIDSPREKER. Het handsfree-icoon brandt en u hoort de kiestoon via de luidspreker.
2. Voer het nummer in en u kunt normaal tegen de oproeper spreken.
3. Druk op de Gesprek beëindigen om het gesprek te beëindigen. Tip: om op ieder gewenst ogenblik terug over te schakelen naar de hoorn drukt u op de toets LUIDSPREKER.
Instellen volume handsfree
1. Druk tijdens een handsfree gesprek op de toets Op of Neer om het volume tussen 1-5 in te stellen.
2. Druk op de toets OK.
Een oproep handsfree aannemen
1. Druk terwijl de telefoon rinkelt op de toets LUIDSPREKER. U hoort de oproeper via de luidspreker van de handset.
2. Druk op de Gesprek beëindigen om op te hangen.
Tip: druk tijdens het gesprek op de toets LUIDSPREKER om terug te schakelen naar de hoorn.
Toetsenvergrendeling
1. Houd de toets # ingedrukt om de toetsen te vergrendelen.
2. Houd de toets # ingedrukt om de toetsen te ontgrendelen. Opmerking: u kunt nog steeds oproepen aannemen wanneer de toetsen vergrendeld zijn.
7
Oproepen van de handset
Dit is nuttig voor het terugvinden van handsets. Druk op de pagingtoets van het basisstation.Alle handsets die op het basisstation geregistreerd en aangeschakeld zijn rinkelen 60 seconden lang of tot de toets TELEFONEREN op een handset wordt ingedrukt, of de pagingtoets van het basisstation nogmaals wordt ingedrukt.
Gebelde nummers opnieuw oproepen
U kunt de 20 laatst gebelde nummers opnieuw opbellen.
1. Druk op Op of Neer om de lijst van de laatst gebelde nummers te openen. Het laatst gebelde nummer verschijnt op het display. Druk op Op of Neer tot het gewenste nummer op het display is aangegeven.
2. Druk op TELEFONEREN om dat nummer te bellen.
Een gebeld nummer in het telefoonboek opslaan
1. Druk op Op of Neer om de lijst van de laatst gebelde nummers te openen. Het laatst gebelde nummer verschijnt op het display. Druk op Op of Neer tot het gewenste nummer op het display is aangegeven.
2. Druk op OPT en dan op Op of Neer om NR TELEFOONBOEK te stippen.
3. Druk op OK.
4. Voer de gewenste naam in en druk op OPSLAAN. Het display geeft OPGESLAGEN aan.
Wissen van gebelde nummers
1. Druk op Op of Neer om de lijst van de laatst gebelde nummers te openen. Het laatst gebelde nummer verschijnt op het display. Druk op Op of Neer tot het gewenste nummer op het display is aangegeven.
2. Druk op OPT. INVOER WISSEN is geselecteerd. Tip: druk om de volledige lijst van de laatst gebelde nummers te wissen op Op of Neer om LIJST WISSEN aan te stippen.
8
3. Druk op OK en dan op JA om te bevestigen of op NEE om te annuleren.
Bellen van de ene naar de andere handset
Wanneer u over twee of meer handsets die op uw basisstation geregistreerd zijn beschikt, kunt u interne gesprekken voeren. Twee handsets kunnen een intern gesprek voeren terwijl een derde handset een externe oproep maakt.
1. Druk op de toets INT. De beschikbare handsets worden op het display aangegeven.
2. Druk op de toets Op of Neer om over te gaan naar de handset die u wilt oproepen en druk dan op de toets OK.
3. Druk op de Gesprek beëindigen om het gesprek te beëindigen.
Intern bellen terwijl u met een extern gesprek bezig bent
U kunt de externe oproeper in de wacht houden terwijl u met een andere handsetgebruiker in gesprek bent.
1. Druk tijdens een gesprek op de toets INT. Uw oproeper wordt in de wacht gezet en het scherm geeft de beschikbare handsets aan.
2. Druk op de toets Op of Neer om over te gaan naar de gewenste handset en druk op de toets OK.
3. U bent opnieuw met uw externe oproeper verbonden wanneer de andere handset ophangt.
U kunt ook: Drukken op de toets TELEFONEREN om de externe oproep over te schakelen naar de andere handset. Druk op de toets WISSL om over te schakelen tussen uw interne en externe gesprekken. Druk op de toets CONF om een conversatie met 3 toestellen te houden.
Extern bellen terwijl u met een andere handset in gesprek bent
U kunt een oproeper in de wacht zetten terwijl u een andere externe oproep maakt.
1. Druk tijdens een gesprek op de toets R. Uw oproeper wordt in de wacht gezet. (U moet wachten tot de toets INT op het display is aangegeven voordat u drukt op de toets R.)
9
10
2. Voer het gewenste nummer in en druk op de toets OK. Wanneer de tweede oproeper het gesprek aanneemt heeft u de volgende keuzemogelijkheden:
Druk op de toets TELEFONEREN om het tweede gesprel te beëindigen.Uw handset rinkelt om aan te geven dat u een oproeper in de wacht heeft. Druk opnieuw op de toets TELEFONEREN om het gesprek met uw oorspronkelijke oproeper te hervatten. Druk op de toets WISSL om af te wisselen tussen de twee gesprekken. Druk op de toets WISSL om een conversatie met 3 toestellen te voeren.
Een externe oproep naar een andere handset doorschakelen
U kunt een externe oproeper naar een andere handset doorschakelen.
1. Druk tijdens een gesprek op de toets INT. Uw oproeper wordt in de wacht gezet en het scherm geeft de beschikbare handsets aan.
2. Druk op de toets Op of Neer om de gewenste handset te selecteren en druk op de toets OK.
3. Druk wanneer u de andere handset opneemt op de toets TELEFONEREN om de externe oproeper door te schakelen.
U kunt ook op de toets WISSL drukken om af te wisselen tussen beide oproepers voordat u op de toets TELEFONEREN drukt om het gesprek over te schakelen.
Gesprek met 3 partijen
U kunt tegelijkertijd een gesprek voeren met één externe oproeper en één interne oproeper of met twee externe oproepers. U moet bij uw netwerkprovider op de conferentiedienst geabonneerd zijn om dit kenmerk te kunnen gebruiken.
1. Druk tijdens een gesprek op de toets R. Uw oproeper wordt in de wacht gezet.
2. Voer het gewenste nummer in. Druk wanneer de tweede oproeper het gesprek aanneemt op de toets CONF om een gesprek met 3 partijen te voeren. U kunt ook drukken op de toets SPLIT om het conferentiegesprek op te splitsen in individuele gesprekken en dan drukken op de toets WISSL om af te wisselen tussen de twee oproepers.
3. Druk op de Gesprek beëindigen om het gesprek te beëindigen.
Gebruik van het telefoonboek
In het geheugen van elk van de DECT 321 handsets kunnen tot 60 namen en nummers worden opgeslagen. Namen kunnen uit maximaal 15 tekens en nummers uit maximaal 24 cijfers bestaan.
Gegevens toevoegen
1. Druk op de toets TELEFOONBOEK en dan op de toets OPT.
2. NIEUWE INVOER is geselecteerd. Druk op de toets OK.
3. Gebruik de toetsen om het nummer in te voeren en druk dan op de toets OK.
4. Gebruik de toetsen om de naam in te voeren en druk dan op de toets OPSLAAN.
5. Houd de toets Annuleer ingedrukt wanneer u met het invoeren klaar bent.
Tips voor het invoeren van namen:
Gebruik de lettertoetsen voor het invoeren van namen, bijv. om “tom” in het geheugen in te voeren:
1. Druk eenmaal op 8 om t in te voeren.
2. Druk driemaal op 6 om o in te voeren.
3. Druk eenmaal op 6 om m in te voeren.
Druk wanneer u een fout heeft gemaakt op de toets Wissen (achteruitpijl) om het laatste cijfer of de laatste letter te wissen. Houd ingedrukt om al het ingevoerde te wissen. Druk op * om af te wisselen tussen hoofd- en kleine letters. Houd tijdens het opslaan van een nummer 0 ongeveer 2 seconden lang ingedrukt tot het display P aangeeft om een pauze in te voeren.
Bellen vanuit het telefoonboek
1. Druk op de toets TELEFOONBOEK.
2. Druk op de toets Op of Neer om de gewenste naam te selecteren of gebruik de toetsen om de eerste letter van de naam in te voeren, bijv. druk eenmaal op 8 voor de namen die beginnen met T.
3. Druk op de toets TELEFONEREN om te bellen.
11
Wijzigingen in het telefoonboek
1. Druk op de toets TELEFOONBOEK.
2. Druk op de toets Op of Neer om de gewenste naam te selecteren.
3. Druk op OPT en dan op de toets Op of Neer om te selecteren.
4. Druk op de toets OK.
5. Gebruik de toetsen om het nummer te wijzigen en druk dan op de toets OK.
6. Gebruik de toetsen om de naam te wijzigen en druk dan op de toets OPSLAAN.
7. Houd de toets Annuleer ingedrukt om het telefoonboek te verlaten.
Wissen van gegevens in het telefoonboek
1. Druk op de toets TELEFOONBOEK.
2. Druk op de toets Op of Neer om de gewenste naam te selecteren.
3. Druk op de toets OPT.
4. Druk op de toets Op of Neer om INVOER WISSEN te selecteren.
5. Druk op de toets OK. Het display geeft INVOER WISSEN? aan.
6. Druk op de toets JA om te bevestigen of op de toets NEE om te annuleren.
7. Houd de toets ANNULEER ingedrukt om het telefoonboek te verlaten.
12
SMS-tekstberichten
SMS staat voor Korte Berichtendienst. Om dit kenmerk te kunnen gebruiken moet u bij uw netwerkprovider geabonneerd zijn op de dienst Identificatie Oproeperlijn (CLI) en de SMS-dienst. SMSjes kunnen met een telefoon (mobiele of verenigbare vaste lijnen) worden uitgewisseld, op voorwaarde dat de ontvanger eveneens is geabonneerd op de diensten CLI & SMS (verschilt per land).
Het schrijven van SMSjes
1. Druk op de toets MENU, BERICHTEN is geselecteerd. Druk op de toets OK.
2. Druk op toets Op of Neer om SMS lijst te selecteren en druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om SMS SCHRIJVEN aan te selecteren en druk op de toets OK. Het display geeft Tekst invoeren aan.
4. Gebruik de toetsen om uw tekst in te voeren en druk dan op de toets OK. Het display geeft Nummer invoeren aan.
5. Voer het gewenste telefoonnummer in en druk op de toets OK.
Invoeren van tekst
U kunt de tekst teken per teken invoeren door zoveel keer als nodig op de overeenkomstige toetsen te drukken tot de gewenste letter, cijfer of leesteken is geselecteerd. Op de volgende pagina staat een lijst van letters, cijfers en leestekens.
Om het woord “hallo” in te voeren drukt u op:
x2 x1 x3 x3 x3
Het invoeren van een SMSje werkt op dezelfde manier als het invoeren van namen in het telefoonboek.
Druk op de toets Wissen (achteruitpijl) om één teken te wissen. Houd de toets Wissen (achteruitpijl) ingedrukt om de volledige SMS te wissen. Druk op * om af te wisselen tussen de hoofdletters, kleine letters en tekens. De huidige instelling is onderaan het scherm aangegeven.
Verplaatst de cursor één teken naar links.
13
14
Houd ingedrukt om de cursor één regel hoger te verplaatsen.
Verplaatst de cursor één teken naar rechts.
Houd ingedrukt om de cursor één regel lager te verplaatsen.
Verlaten zonder op te slaan.
Lijst van letters, cijfers en leestekens
Wanneer u op een toets drukt worden de beschikbare tekens op de onderkant van het scherm aangegeven. Druk opnieuw op de toets om te scrollen door de tekens.
Toets Teken (hoofdletter) Teken (kleine letter)
1 2 3 4 5 6 7 8 9 0 * #
Opslaan van een SMS
U kunt een ingevoerde SMS in het geheugen opslaan om hem later te verzenden. Nadat u de tekst en het telefoonnummer van de bestemmeling heeft ingevoerd:
1. Druk op Op of Neer om SMS OPSLAAN te selecteren. Druk op de toets OK. Het display geeft OPGESLAGEN aan. Uw SMS wordt nu in de map Verstuurd berichten opgeslagen en kan later weer worden opgeroepen.
2. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
Verzenden van een SMS
Nadat u de tekst en het telefoonnummer van bestemming heeft ingevoerd:
1. Druk op de toets Op of Neer om SMS ZENDEN aangegeven te zien en druk op de toets OK. Het display geeft ZENDEN SMS ... aan en daarna OPGESLAGEN SMS.
2. Wanneer een fout is opgetreden geeft het display SMS NIET VERZONDEN aan. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten. Verwijs naar pag. 16 om de map Uitgaande berichten op het display te zien, van waaruit u de SMS opnieuw kunt versturen.
Lezen van een nieuwe ontvangen SMS
Wanneer u een nieuwe SMS heeft ontvangen geeft het display en NIEUWE SMS aan. Alle nieuwe SMSjes worden opgeslagen in de map Binnenkomende berichten.
1. Druk op MENU, BERICHTEN is geselecteerd. Druk op de toets OK.
2. Druk op de toets Op of Neer om SMS te selecteren en druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om ONTVANGEN te selecteren en druk op de toets OK. De eerste SMS wordt samen met de datum en tijd van ontvangst op het display aangegeven.
4. Druk op de toets Op of Neer om te scrollen door de SMS-lijst te lopen en op de toets LEES om de gewenste SMS te lezen.
5. Druk op de toets Op of Neer door de SMSjes heen te scrollen.
6. Druk op de toets Annuleer om terug te keren naar de SMS-lijst of houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
Opties
Na het lezen van een SMS:
1. Drukt u op de toets OPT en de toets Op of Neer om één van de volgende items te selecteren: SMS BEANTWOORDEN – om te antwoorden met de optie om de oorspronkelijke SMS al dan niet in uw antwoord in te sluiten. SMS WISSEN – om de huidige SMS te wissen.
15
16
BEL DIT NUMMER – om het telefoonnummer van de afzender te bellen. NR TELEFOONBOEK – om het telefoonnummer van de afzender in het telefoonboek op te slaan.
2. Druk op de toets OK om de geselecteerde optie te kiezen en volg de instructies en opties die op het scherm verschijnen. Keer na het opslaan terug naar het hoofdmenu van SMS.
Nakijken van mappen met uitgaande SMSjes
De map van de Uitgaande SMS-berichten bevat:
- SMSjes die u heeft opgeslagen.
- SMSjes die niet verstuurd konden worden. Opmerking: SMSjes die u heeft verstuurd worden automatisch gewist, tenzij u specifiek had gekozen om ze in het geheugen op te slaan.
1. Druk op MENU, BERICHTEN is geselecteerd. Druk op de toets OK.
2. Druk op de toets Op of Neer om SMS lijst te selecteren en druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om VERSTUURD te selecteren en druk op de toets OK. De eerste SMS wordt op het display aangegeven.
4. Druk op de toets Op of Neer om door de SMS-lijst te scrollen.
5. Druk op de toets LEES om de SMS te lezen.
6. Druk op de toets Op of Neer om te scrollen door de SMSjes.
7. Druk op de toets Annuleer om terug te keren naar de SMSlijst of houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
Opties
Tijdens het nakijken van een SMS in de map Uitgaande berichten:
1. Drukt u op de toets OPT en dan op de toets Op of Neer om één van de volgende opties te selecteren: SMS ZENDEN – om de SMS te verzenden. U kunt voor het verzenden de tekst en het telefoonnummer nog wijzigen. SMS wijzigen – om de tekst te wijzigen. U kunt nadien de SMS in het geheugen opslaan of verzenden.
SMS WISSEN – om de huidige SMS te wissen.
2. Druk op de toets OK om de geselecteerd optie te kiezen en volg de instructies en opties die op het scherm verschijnen. Keer na het opslaan terug naar het SMS hoofdmenu.
Wijzigen van de telefoonnummers van het SMS-centrum
SMS-berichten worden verstuurd en ontvangen via SMS-centra, die aan de hand van hun telefoonnummers worden geïdentificeerd. De DECT 321 ondersteunt drie individuele SMS­centra: SMS-centrum 1 – voor het verzenden van SMS-berichten. SMS-centrum 2 – enkel voor het ontvangen van SMS-berichten. SMS-centrum 3 - enkel voor het ontvangen van SMS-berichten.
Om de telefoonnummers van uw SMS-centra te wijzigen:
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om BERICHTEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om SMS lijst te selecteren.
3. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om SMS CENTRALE te selecteren.
4. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om het centrum te selecteren dat u wilt wijzigen.
5. Druk op de toets OK. Het telefoonnummer van het huidige dienstencentrum is op het display aangegeven.
6. Gebruik de toetsen om het nummer te wijzigen en druk dan op de toets OK. Het display geeft OPGESLAGEN aan.
7. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
17
Kenmerken voor het bellen
Display van de oproeper
Wanneer u geabonneerd bent op de dienst Nummerweergave kunt u op de display van uw handset zien wie u opbelt. Wanneer u voor dat nummer een naam in uw telefoonboek heeft opgeslagen, ziet u de naam op de display in plaats van het nummer.
Oproeperinformatie niet beschikbaar. Bij bepaalde oproepen is het telefoonnummer van de oproeper niet beschikbaar, in dergelijke gevallen geeft de display van de DECT 321 “Anonieme oproep” aan.
Nakijken van de bellijst
1. Druk op de toets MENU. Op het display is BERICHTEN geselecteerd.
2. Druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om OPROEPLIJST te selecteren en druk dan op de toets OK. De meest recente oproeper is eerst op het display aangegeven.
4. Druk op de toets Op of Neer om de gewenste informatie te zien.
5. Druk op de toets OPT .
6. Druk op de toets Op of Neer om DETAILS TONEN te selecteren. Druk op de toets OK om de datum en tijd van de oproep te zien.
7. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
18
Opbellen vanuit de bellijst
1. Druk op de toets MENU. Op het display is BERICHTEN geselecteerd.
2. Druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om OPROEPLIJST te selecteren. Druk op de toets OK. De meest recente oproeper wordt eerst op het display aangegeven.
4. Druk op de toets Op of Neer om de gewenste gegevens te selecteren.
5. Druk op de toets TELEFONEREN om dat nummer te draaien.
Een nummer naar het telefoonboek kopiëren
1. Druk op de toets MENU. Op het display is BERICHTEN geselecteerd.
2. Druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om OPROEPLIJST aangegeven te zien en druk op de toets OK.
4. Druk op de toets Op of Neer om het gewenste gegeven te selecteren.
5. Druk op de toets OPT en dan op de toets Op of Neer om NR TELEFOONBOEK. te selecteren.
6. Druk op de toets OK.
7. Voer een naam in en druk op de toets OPSLAAN.
8. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
19
20
Wissen van gegevens uit de bellijst
1. Druk op de toets MENU. Op het display is BERICHTEN geselecteerd.
2. Druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om OPROEPLIJST te selecteren en druk op de toets OK.
4. Druk op de toets Op of Neer om de gewenste informatie te selecteren.
5. Druk op de toets OPT en dan op de toets Op of Neer om INVOER WISSEN te selecteren.
6. Druk op de toets OK. Het display geeft INVOER WISSEN? aan.
7. Druk op de toets JA om te bevestigen of op de toets NEE om te annuleren.
8. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
Wissen van de volledige bellijst
1. Druk op de toets MENU. Op het display is BERICHTEN geselecteerd.
2. Druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om OPROEPLIJST te selecteren.
4. Druk op de toets OK.
5. Druk op de toets OPT en dan op de toets Op of Neer om LIJST WISSEN aangegeven te zien.
6. Druk op de toets OK. De display geeft LIJST WISSEN? aan.
7. Druk op de toets JA om te bevestigen of op de toets NEE om te annuleren.
8. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
Terugbellen (afhankelijk van het netwerk)
Wanneer u een nummer oproept dat bezet is, kan uw DECT 321 u automatisch laten weten wanneer dat nummer vrij is.
1. Druk wanneer u de bezettoon hoort op de toets OPT en dan op de toets Op of Neer om TERUGBELLEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK.
3. Druk op de Gesprek beëindigen om het gesprek te beëindigen. U wordt gebeld wanneer het nummer vrij is. U hoort het andere nummer rinkelen wanneer u de telefoon opneemt.
Telefoonnummer verbergen
U kunt uw telefoonnummer verbergen voor de eerstvolgende oproep die u gaat maken. U moet dit voor elke oproep opnieuw doen wanneer u uw nummer altijd wenst te verbergen.
1. Druk wanneer de handset in stand-by is geschakeld op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om ANONIEM BELLEN aangegeven te zien.
2. Druk op de toets OK.
3. Voer het telefoonnummer in dat u wilt oproepen (of druk op de toets OPT om het telefoonboek, de lijst voor het opnieuw bellen of de bellijst te selecteren).
4. Druk op de toets TELEFONEREN om het nummer te draaien. Uw DECT 321 voert automatisch een code voor het verbergen van het nummer voor deze oproep in.
21
22
Waarschuwing voor oproepen tijdens het telefoneren in / uitschakelen (Afhankelijk van het netwerk)
Wanneer u geabonneerd bent op een dienst om u te waarschuwen wanneer u tijdens een gesprek een andere oproep ontvangt, hoort u terwijl u in gesprek bent om de paar seconden een zachte pieptoon. Deze pieptoon is niet hoorbaar voor de persoon met wie u in gesprek bent. Het telefoonnummer van de tweede oproeper (en de naam wanneer deze in het telefoonboek is opgeslagen) verschijnt op het display van de handset (abonnement hierop is vereist). In plaats van de bezettoon hoort de oproeper een aankondiging dat hij in de wacht is gezet, terwijl u op de hoogte bent van de tweede oproep.
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om NETWERKDIENSTEN te selecteren.
4. Druk op de toets OK. Op het display is AANKLOPPEN AAN/ UIT aangegeven.
5. Druk op de toets OK.
6. Druk op de toets Op of Neer om de gewenste instelling Aan of UIT te selecteren en druk dan op de toets OK.
7. Het display geeft BELUISTER INFO! aan. Luister naar de aankondigingen van uw netwerk (afhankelijk van het netwerk).
Tijdens een gesprek een in de wacht gezette oproep aannemen
Wanneer u de pieptoon van de in de wacht gezette oproeper hoort:
1. Druk op de toets OPT. Druk op de toets Op of Neer om OPROEP AANNEMEN aangegeven te zien.
2. Druk op de toets OK. Uw huidige oproeper wordt in de wacht gezet terwijl u met de tweede oproeper kunt praten. U heeft de volgende opties: Druk op de toets WISSL (of de toets R wanneer het netwerk beschikbaar is) om tussen de verschillende oproepers af te wisselen.Druk op de toets CONF om een gesprek tussen drie partijen met beide oproepers tegelijkertijd te houden.
3. Druk op de toets TELEFONEREN om de tweede oproep te beëindigen. Druk opnieuw op de toets TELEFONEREN om de eerste oproep te beëindigen.
Oproepen doorsturen - in / uitschakelen
U kunt inkomende oproepen doorsturen naar een ander telefoonnummer wanneer:- u niet thuis bent- uw lijn bezet is, of­u de oproep niet aanneemt.
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om OPROEPOMLEIDING aangegeven te zien.
2. Druk op de toets OK.
3. Druk op de toets Op of Neer om de gewenste optie te selecteren: CFU - Altijd / direkt - alle oproepen doorsturen. CFNR - Bij geen gehoor - oproepen doorsturen die u niet aanneemt. CFB - Bij bezet - oproepen doorsturen wanneer uw lijn bezet is.
4. Druk op de toets OK. Op het display is AAN of UIT aangegeven.
5. Druk op de toets Op of Neer om Aan of Uit te selecteren en druk dan op de toets OK.
6. Het doorstuurnummer van het netwerk wordt gebeld. Luister naar de aankondiging (afhankelijk van het netwerk) en druk dan op de Gesprek beëindigen om op te hangen.
OF
Wanneer nog geen telefoonnummer voor het doorsturen is geregistreerd, voert u met behulp van de cijfertoetsen het nummer in en drukt u op de toets OK.
23
24
Babybeltoets
Met de babybelfunctie kunt u een noodnummer in het geheugen opslaan, dat kan worden gebruikt door EEN WILLEKEURIGE toets in te drukken.
De babybelfunctie in / uitschakelen
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om DIREKT BELLEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK. Gebruik de cijfertoetsen om een PIN in te voeren.
3. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om DIREKT BEL. AAN/UIT te selecteren.
4. Druk op de toets OK om te bevestigen. Het telefoonnummer voor het de babybelfunctie wordt op het scherm aangegeven.
OF
Wanneer nog geen telefoonnummer voor de Babybelfunctie is geregistreerd, gebruikt u de cijfertoetsen om het noodnummer in te voeren en drukt u op OK om te bevestigen.
Wijzigen van het telefoonnummer voor de Babybelfunctie
1. Druk op de toets M ENU en dan op de toets Op of Neer om DIREKT BELLEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK. Gebruik de toetsen om een PIN in te voeren (zie pagina 29).
3. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om DIREKT BEL. AAN te selecteren.
4. Druk op de toets OK om te bevestigen. Het telefoonnummer voor de Babybelfunctie wordt op het scherm aangegeven.
5. Druk op de toets WIJZ.
6. Gebruik de toetsen om een nieuw telefoonnummer in te voeren of druk op de toets Wissen (achteruitpijl) om een correctie te maken.
7. Druk op de toets OK om te bevestigen.
Voorkeuren instellen
Beltoon van handset in- en uitschakelen
Er zijn vijf volumeniveaus voor de beltoon van de handset en een uitstand. Wanneer u de stand uit selecteert, geeft het scherm van uw handset aan wanneer u een oproep ontvangt. Schakel de beltoon in of uit door de toets BELTOON UIT ongeveer 2 seconden lang ingedrukt te houden.
Instellen beltoonvolume van de handset
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK. Op het display is HS INSTELLINGEN aangegeven.
3. Druk op de toets OK. Op het display is BELTOON aangegeven.
4. Druk op de toets OK. Op het display is BELVOLUME aangegeven.
5. Druk op de toets OK. De huidige instelling is met een vinkje op het display aangegeven.
6. Druk op de toets Op om het volume harder te zetten of op de toets Neer om zachter te zetten.
7. Druk op de toets OK om te bevestigen.
8. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten. Opmerking: progressieve beltoon – wanneer het volume is ingesteld op 5 is de progressieve beltoon geactiveerd. Wanneer de telefoon rinkelt neemt het volume geleidelijk toe van niveau 1 tot niveau 5.
Selecteren van een belmelodie voor de handset
U heeft de keuze uit 10 verschillende belmelodieën.
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK. Op het display is HS INSTELLINGEN aangegeven.
25
26
3. Druk op de toets OK. Het display geeft BELTOON aan.
4. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om BELMELODIE te selecteren.
5. Druk op de toets OK. De huidige instelling is met een vinkje op het display aangegeven.
6. Druk op de toets Op of Neer om door de melodieën te scrollen. Er wordt een deel van iedere melodie afgespeeld.
7. Druk op de toets OK om te bevestigen.
8. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
In / uitschakelen van de pieptoon van de handset
Uw handset laat een pieptoon horen wanneer:
- de batterij bijna leeg is;
- een toets wordt ingedrukt;
- hij op het basisstation wordt neergezet;
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK. Het display geeft HS INSTELLINGEN aan.
3. Druk op de toets OK. Druk op de toets Op of Neer om WAARSCHUW. TONEN te selecteren.
4. Druk op de toets OK. Druk op de toets Op of Neer om af te wisselen en te kiezen tussen Toetsklik en Batterij leeg.
5. Druk op de toets OK. De huidige instelling is met een vinkje op het display aangegeven.
6. Druk op de toets Op of Neer om Aan of Uit te selecteren en druk dan op de toets OK om te bevestigen.
7. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
Instellen naam van handset
U kunt de naam veranderen die op het scherm van uw handset verschijnt, bijv. naar Peter, Keuken, Kantoor enz. Het nummer van de handset blijft daarbij onveranderd.
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK. Het display geeft HS INSTELLINGEN aan.
3. Druk op de toets OK. Druk op de toets Op of Neer om HANDSET-NAAM te selecteren.
4. Druk op de toets OK. Gebruik de toetsen om de huidige naam te wissen en een andere naam in te voeren (met een maximum van 15 lettertekens).
5. Druk op de toets OK om te bevestigen.
Instellen datum & tijd
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om DATUM/TIJD te selecteren.
3. Druk op de toets OK en gebruik de toetsen om de datum in te voeren (opmaak: dd.mm.jj).
4. Druk op de toets OK en gebruik de toetsen om de tijd in te voeren (opmaak: uu.mm).
5. Druk op de toets OK om te bevestigen.
27
28
Displaycontrast
Selecteer tussen 8 verschillende contrastniveaus om het display optimaal te kunnen zien.
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK. Het display geeft HS INSTELLINGEN aan.
3. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om SCHERMKONTRAST te selecteren.
4. Druk op de toets OK. Druk op de toets Op of Neer om het gewenste niveau te selecteren.
5. Druk op de toets OK om te bevestigen.
6. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
Wijzigen van de PIN (persoonlijk identificatienummer)
Uw DECT 321 is uitgerust met een PIN bestaande uit 4 letter- of cijfertekens, die ongeoorloofde toegang tot bepaalde kenmerken voorkomt. De PIN is standaard ingesteld op 0000. U kunt de code vervangen door een gewenste code.
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om BS INSTELLINGEN te selecteren.
3. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om PIN WIJZIGEN te selecteren.
4. Druk op de toets OK.
5. Gebruik de toetsen om de huidige PIN in te voeren en druk op de toets OK.
6. Voer uw nieuwe PIN in en druk op de toets OK.
7. Voer opnieuw uw nieuwe PIN in. Druk op de toets OK om te bevestigen. De nieuwe PIN is nu in het geheugen opgeslagen.
8. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
Terugkeren naar de fabrieksinstellingen van de handset
U kunt de handset terugstellen naar de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK. Het display geeft HS INSTELLINGEN aan.
3. Druk op de toets OK. Druk op de toets Op of Neer om TERUGZETTEN te selecteren.
4. Druk op de toets OK. Het display geeft TERUGZETTEN ? aan.
5. Druk op de toets JA om te bevestigen of op de toets NEE om te annuleren.
6. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
Handset
Beltoonvolume Beltoonmelodie Stemvolume Waarschuwing leeg batt. Toets kl ik Buiten reikwijdte Schermkontrast Geregistreerd op Naam handset Lijst opnieuw bellen Telefoonboek
Opmerking: de naam van de handset en de datum en tijd worden niet teruggesteld.
Fabrieksinstellingen
Medium (niveau 3) Melodie 1 Medium (niveau 3) Aan Aan Aan Niveau 4 Basisstation A PHILIPS Leeg Leeg
29
Terugkeren naar de fabrieksinstellingen van het basisstation
U kunt de instellingen van het basisstation terugzetten naar de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
1. Druk op de toets MENU en dan op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om BS INSTELLINGEN te selecteren.
3. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om TERUGZETTEN te selecteren.
4. Druk op de toets OK. Het display geeft TERUGZETTEN? aan.
5. Druk op de toets JA om te bevestigen of op de toets NEE om te annuleren.
6. Het display geeft PIN INVOEREN aan. Voer het PIN-nummer (0000 tenzij u het heeft gewijzigd) en druk op de toets OK.
7. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
30
Basisstation
Terugbeltijd Bellijst PIN-code
Opmerking: de SMS-lijst wordt ook gewist wanneer het basisstation naar de fabrieksinstellingen wordt teruggesteld.
Fabrieksinstellingen
100 ms Leeg 0000
Bijkomende handsets en basisstations
Dit model is compatible met GAP (Generisch Toegangsprofiel), wat betekent dat de handset en het basisstation beide kunnen worden gebruikt in samenwerking met de meeste andere GAP­compatible toestellen, ongeacht de fabrikant. Het GAP-protocol garandeert echter niet dat alle functies correct werken.
Registreren van een nieuwe handset op uw basisstation
U kunt tot vijf verschillende handsets op uw DECT 321 registreren en gebruiken. U kunt interne gesprekken voeren tussen twee handsets, terwijl een derde handset een externe oproep maakt. Elke handset kan worden geregistreerd op maximal vier basisstations. Wanneer u nieuwe handsets aankoopt om bij uw DECT 321 te gebruiken, moeten deze op het basisstation worden geregistreerd voordat u ze kunt gebruiken.
Op het basisstation:
1. Houd de pagingtoets ongeveer 10 seconden lang ingedrukt tot u een bevestigingstoon hoort.
Op de handset:
1. Druk op de toets MENU en op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om HS AANMELDEN te selecteren.
3. Druk op de toets OK. Heeft display geeft BASISSTATION A aan.
4. Druk op de toets OK. Het display geeft PIN INVOEREN aan.
5. Voer de PIN (0000 tenzij u hem heeft gewijzigd) in en druk op de toets OK. Het display geeft ZOEK NAAR BS! aan. De handset laat een pieptoon horen wanneer de registratie is voltooid en het display schakelt over naar de gewone stand-by modus.
6. De naam van de handset wordt aangegeven als INTERN 2 (3, 4 of 5). U kunt de handset nu gebruiken.
31
Registreren van handset op een bijkomend basisstation
Een handset die is geregistreerd op één basisstation kan verder worden geregistreerd op maximaal drie andere basisstations, bijv. thuis, op het werk of bij familie of kennissen.
Op het basisstation: Houd de pagingtoets ongeveer 10 seconden lang ingedrukt.
Op de handset:
1. Druk op de toets MENU en op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om HS AANMELDEN te selecteren.
3. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om het gewenste basisstation te selecteren.
4. Druk op de toets OK. Het display geeft PIN INVOEREN aan.
5. Voer de PIN (0000 tenzij u hem heeft gewijzigd) in en druk op de toets OK. Het display geeft ZOEK NAAR BS! aan. De handset laat een pieptoon horen wanneer de registratie is voltooid, terwijl het display overschakelt naar de gewone stand-bymodus.
6. De naam van de handset wordt aangegeven als INTERN 2 (3, 4 of 5). U kunt nu de handset gebruiken.
32
Doorschakelen naar een ander basisstation
Wanneer een handset op verschillende basisstations is geregistreerd, kunt u hem van het ene naar het andere basisstation doorschakelen.
1. Druk op de toets MENU en op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK. Display geeft HS INSTELLINGEN aan.
3. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om AANMELDEN BASIS te selecteren.
4. Druk op de toets OK. Het display geeft alle basisstations aan waarop de handset is geregistreerd. Het huidige basisstation is met een vinkje aangegeven.
5. Druk op de toets Op of Neer om het gewenste basisstation te selecteren en druk op de toets OK. Uw handset werkt nu met dat basisstation, op voorwaarde dat het zich binnen de reikwijdte bevindt.
Afmelden van een handset
U kunt iedere willekeurige handset van een basisstation afmelden met behulp van iedere willekeurige handset die op dat basisstation is geregistreerd en zich binnen de reikwijdte bevindt.
1. Druk op de toets MENU en op de toets Op of Neer om INSTELLINGEN te selecteren.
2. Druk op de toets OK en dan op de toets Op of Neer om HANDSET AFMELDEN aan te stippen.
3. Druk op de toets OK.
4. Gebruik de toetsen om de PIN (oorspronkelijke instelling 0000) in te voeren en druk op de toets OK.
5. Druk op de toets Op of Neer om de handset die u wilt afmelden te selecteren en druk op de toets OK.
6. Het display geeft HS AFMELDEN? aan. Druk op de toets OK om te bevestigen.
7. Houd de toets Annuleer ingedrukt om de instelling te verlaten.
33
PROBLEEM OORZAAK OPLOSSING
- Geen kiestoon wanneer u de -toets indrukt.
- -Symbool knippert.
- Wanneer de handset in de oplader wordt gezet, klinkt er geen pieptoon.
- Het batterijsymbool blijft zwak, hoewel de handset 24 uur werd opgeladen.
- Er verschijnen geen symbolen op het display.
- Slechte geluidskwaliteit (kraken, te zacht, echo, enz.).
- Het nummer tijdens een gesprek wordt niet weergegeven.
- De telefoon rinkelt tijdens een gesprek.
- Geen nummerweergave/ slechte geluidskwaliteit/slechte verbinding breedbandkwaliteit DSL internet.
34
Problemen oplossen
Gelieve te surfen naar: www.philips.com/support
- Het basisstation is niet correct op de stroomvoorziening of op het telefoonnet aangesloten.
- Te ver van het basisstation verwijderd.
- De batterij is leeg (het laadsymbool van de batterij verschijnt op het display).
- Te ver van het basisstation verwijderd.
- De handset werd niet correct in de oplader van het basisstation gezet.
- De oplaadcontacten zijn vuil.
- De pieptonen van de handset zijn uitgeschakeld.
- De batterij van de handset is defect.
- De batterij is leeg.
- Stoorfactoren door elektrische apparaten in de nabijheid.
- Het basisstation staat in een ruimte met dikke muren.
- De handset is te ver van het basisstation verwijderd.
- Deze dienst is niet geactiveerd.
- Er wordt een gesprek doorverbonden.
- DSL filter/ splitter ontbreekt of onvoldoende aantal filters.
- modem en/of telefoon onjuist aangesloten DSL filter slot.
- defect DSL filter.
- Controleer de stekkerverbindingen.
- Reset het apparaat door het netsnoer gedurende enkele seconden uit het stopcontact te trekken en vervolgens weer in het stopcontact te steken.
- Ga dichter naar het basisstation toe.
- Laad de batterij op, ten minste 24 uur.
- Ga dichter naar het basisstation toe.
- Neem de handset uit het basisstation en plaats deze weer terug.
- Maak de contacten schoon met een schone, droge doek.
- Activeer de pieptonen van de handset (pag. 26)
- Koop bij uw PHILIPS-dealer nieuwe, oplaadbare batterijen.
- Controleer de steekverbindingen.
- Laad de batterij op.
- Installeer, indien mogelijk, het basisstation op een andere plaats.
- Installeer het basisstation in een andere ruimte.
- Ga dichter naar het basisstation toe.
- Verlaag het hoornvolume
- Controleer uw abonnement bij uw netwerk. Philips kan geen garantie geven op het gebruik via een ISDN­aansluiting of via een telefooninstallatie.
- Druk de spreektoets in om het gesprek, wanneer u dat wenst, over te nemen.
- Zorg dat u 1 DSL filter rechtstreeks op elke contactdoos in het huis hebt aangesloten.
- zorg dat modem en telefoon op de juiste filter zijn aangesloten.
- Filters kunnen defect zijn. Vervang ze en test opnieuw.
Milieu en veiligheid
Veiligheidsinformatie
Deze apparaatuitvoering kan tijdens een stroomstoring niet worden gebruikt voor het bellen van een alarmnummer.
Elektrische voeding
Dit product heeft een voeding nodig van 220-240 Volt met eenfasige wisselstroom, met uitzondering van IT-installaties overeenkomstig de norm EN 60-950.
LET OP
Het elektrische net wordt overeenkomstig de norm EN 60-950 als gevaarlijk geclassificeerd. De stroomvoorziening naar het apparaat kan alleen worden onderbroken door de netstekker uit het stopcontact te trekken. Gebruik daarom een goed bereikbare wandcontactdoos.
Telefoonaansluiting
De spanning in het telefoonnet wordt als TNV-3 (Telecommunications Network Voltages) overeenkomstig de bepaling in de norm EN 60-950 geclassificeerd.
Veiligheidsinstructies
Houd de handset uit de buurt van vloeistoffen. Demonteer noch de handset noch het basisstation. U zou met gevaarlijke spanningen in aanraking kunnen komen. De oplaadcontacten en de batterij mogen niet
met geleidende voorwerpen in aanraking komen.
Milieubescherming
Let bij het verwijderen van het verpakkingsmateriaal, de verbruikte accu’s telefoon altijd op de plaatselijke, geldende voorschriften.
Conformiteit
We, PHILIPS Consumer Electronics Route d`Angers 72081 Le Mans Cedex 9 France Declare that the products DECT 321xx are in compliance with ANNEX IV of the R&TTE-Directive 1999/5/ EC and then with the following essential requirements: Article 3.1 a: (protection of the health & the safety of the user) Safety : EN 60950-1 (10/2001)
Article 3.1 b: (protection requirements with respect to electromagnetic compatibility)
Article 3.2: (effective use of the radio spectrum) Radio : EN 301 406 V1.5.1 (2003) The presumption of conformity with the essential requirements regarding Council Directive 1999/5/EC is ensured. Date: 04/03/2005 Le Mans
SAR : EN 50371 (2002)
EMC : ETSI EN 301 489-6 V1.2.1 (08/2002) & ETSI EN 301 489-1 V1.4.1 (08/2002)
0682
Product Quality Manager Home Communication Dit product is uitsluitend bestemd voor aansluiting op het analoge telefoonnet van het land dat is
aangegeven op de sticker onderaan het basisstation.
35
36
Bij deze verklaart Philips dat
deze DECT 321xx voldoet aan de
essentiële eisen en aan de overige
relevante bepalingen van Richtlijn
Philips heeft de batterijen/accu’s en de verpakkingen van de apparatuur gemerkt met standaardsymbolen om te stimuleren dat deze worden gerecycled en volgens de milieuvoorschriften worden verwijderd.
overeenkomstig de Richtlijn 1999/5/EC voor de bescherming van de gebruiker tegen elektromagnetische storingen en
1999/5/EC.
Batterijen/accu’s mogen niet bij het huisvuil worden gegooid.
Het groene punktsymbool betekent dat er een financiële bijdrage werd geleverd aan de nationale instellingen voor hergebruik en recycling.
De markering bevestigt
dat de technische bepalingen
radiogolven werden nageleefd.
Loading...